Inspectierapport KDV Jabadabadoe (KDV) Westerdorpsstraat 54b 3871AZ HOEVELAKEN Registratienummer 409251847
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:
Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland Midden Nijkerk 23-02-2015 Jaarlijks onderzoek Definitief 18-03-2015
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................... 3 Observaties en bevindingen .................................................................................................. 4 Pedagogisch klimaat ........................................................................................................ 4 Personeel en groepen ....................................................................................................... 6 Veiligheid en gezondheid .................................................................................................. 8 Inspectie-items ................................................................................................................... 9 Gegevens voorziening ......................................................................................................... 12 Gegevens toezicht .............................................................................................................. 12 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ............................................................................. 13
2 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 23-02-2015 KDV Jabadabadoe te HOEVELAKEN
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Tijdens dit onderzoek zijn niet alle items beoordeeld, omdat er sprake is van een zogeheten risicogestuurd toezicht (RGT). Op basis van het model risicoprofiel zijn de onderzoeksactiviteiten bepaald. Deze onderzoeksactiviteiten richten zich primair op de kwaliteit van de dagelijkse praktijk, aangevuld met aandachtspunten uit vorige onderzoeken. Beschouwing Jabadabadoe is een kleinschalig kindercentrum te Hoevelaken. Het kinderdagverblijf is gevestigd op de begane grond en bestaat uit twee verticale groepen. Op de bovenverdieping is de BSO gevestigd. Het gebouw en de buitenruimte heeft een landelijk karakter en is ruim van opzet; er is een gedeelte met klein vee, een 'voetbal-kooi' en een moestuin. Inspectiegeschiedenis: Tijdens het onderzoek van 20 januari 2014 voldeed men niet op de voorwaarde: De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. Naar aanleiding hiervan heeft de houder in haar zienswijze op dat rapport aangegeven dat middels een e-learingtraject de medewerkers bijgeschoold zullen gaan worden in de loop van 2014. Bevindingen op hoofdlijnen: Tijdens dit onderzoek kan geconcludeerd worden dat er bij kinderdagverblijf Jabadabadoe verantwoorde en veilige opvang geboden wordt volgens de wet kinderopvang en de kwaliteitseisen peuterspeelzalen. De beroepskrachten blijken geen e-learningtraject gericht op de Meldcode hebben gevolgd. Op grond van de gesprekken met diverse beroepskrachten blijkt dat zij voldoende op de hoogte zijn van de inhoud van de Meldcode. Waardoor er nu geen sprake is van een overtreding. Voor verdere informatie hierover verwijst de toezichthouder naar het betreffende domein. Binnen het domein Personeel en Groepen is er een overtreding met betrekking tot de VOG's. Voor verdere informatie verwijst de toezichthouder naar het betreffende domein. De naar de oudercommissie verzonden vragenlijst is niet geretourneerd naar de toezichthouder. Hierdoor is de mening van de oudercommissie niet verwerkt in het rapport.
Advies aan College van B&W De toezichthouder adviseert het college om te handhaven conform handhavingsbeleid. Men voldoet niet op de volgende voorwaarde: Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
3 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 23-02-2015 KDV Jabadabadoe te HOEVELAKEN
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Binnen dit domein zijn de volgende competenties geobserveerd en beoordeeld: emotionele veiligheid; persoonlijke competentie; sociale competentie; overdracht van normen en waarden. Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk is gebruik gemaakt van het Veldinstrument observatie kindercentrum ( versie Januari 2015). De cursief gedrukte tekst hieronder is afkomstig uit dit document. Tijdens het inspectiebezoek zijn beide groepen open. De middagmaaltijd is afgerond en er liggen een aantal kinderen in bed. De kinderen die wakker zijn spelen aan tafel. De jongste baby's zitten bij de pedagogisch medewerkers op schoot of liggen in de ruimte die speciaal is ingericht voor baby's. Pedagogische praktijk Emotionele veiligheid. Men werkt op beide groepen met vaste hechte teams. De beroepskrachten kennen de kinderen goed dit zorgt voor een voorspelbaar en veilig klimaat. De beroepskrachten sluiten op een sensitieve en responsieve wijze aan op signalen van de verschillende kinderen. De beroepskrachten hebben korte gesprekjes met kinderen waarbij beiden bijdragen aan de voortgang en inhoud van het gesprek (dialoog). Zij sluiten meestal op passende wijze aan op de situatie en/of de vraag van een kind. Er is verbaal en non-verbaal contact. Tijdens de observatie is gezien dat de beroepskrachten elke gelegenheid gebruiken om te communiceren met de kinderen. Dit gebeurt zowel verbaal als non-verbaal. Er wordt gesproken over wat de kinderen doen en zij stellen open vragen hierover. Maar zij verwoorden ook wat zijzelf doen; bijvoorbeeld 'Ik ga nu even bij de slaapkamer kijken...'. Hiermee scheppen zij overzicht en voorspelbaarheid voor de kinderen. Er worden grapjes gemaakt, kinderen krijgen een aai over hun bol. Kortom de beroepskrachten laten weten dat zij de kinderen mogen. Er wordt speciaal ruimte gecreëerd voor de jongste kinderen zowel fysiek (baby-ruimte) als in tijd. Op beide groepen is gezien dat er voor de baby's voldoende tijd en aandacht genomen wordt. De baby's worden op schoot genomen en de beroepskracht richten zich op hen door oogcontact te maken en in te gaan op wat de baby laat zien en horen. De reactie van de baby's is enthousiast kirrend en glimlachen. Persoonlijke ontwikkeling. Op beide groepen is voldoende ontwikkelingsmateriaal aanwezig dat een beroep doet op de verschillende ontwikkelingsgebieden van de kinderen. Tijdens de observatie is gezien dat er verschillende activiteiten worden ondernomen die uitdagend en passend zijn (zo wordt er gepuzzeld, met de speelgoed gereedschap en getekend). De beroepskrachten stimuleren de kinderen door het geven van complimentjes en stellen vragen om de cognitie of de taalontwikkeling te stimuleren (bijvoorbeeld; 'welke kleur is dat? en herhalen veel van wat zij zeggen.) Kinderen krijgen voldoende de kans om te ontdekken op hun eigen manier en tempo. Sociale ontwikkeling. 4 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 23-02-2015 KDV Jabadabadoe te HOEVELAKEN
De beroepskrachten zijn in staat tijdens een vrije situatie de aandacht van de kinderen op elkaar te richten. Zo noemt één van de beroepskrachten luid de namen van kinderen op die liggen te slapen en zegt daarbij; 'Die liggen lekker te slapen en wij zitten hier aan tafel'. Zo maakt de beroepskracht de kinderen bewust van iedereen die bij de groep hoort. De beroepskrachten betrekken groepsgenootjes bij de baby's, en andersom. Tijdens de observatie is gezien dat de één van de beroepskracht een meisje van 3 jaar betrekt bij een baby. Wanneer de baby op schoot zit nodigt zij het meisje uit ook erbij te komen. Er ontstaat een gesprekje over wat de baby doet. Ontwikkeling van normen en waarden. Regels en afspraken zijn duidelijk herkenbaar in beide groepen. Wanneer een kind op de bank bij de tafel gaat staan, vertelt de beroepskracht wat wel moet en het gevaar van op de bank staan (nl. eraf kunnen vallen). Dit doet zij op een rustige manier zonder een oordeel te geven. De beroepskrachten geven met hun houding het goede voorbeeld van hoe je met elkaar communiceert; namelijk overleggen op een rustige manier en gericht op elkaar en op de kinderen. Voorschoolse educatie Sinds januari 2015 biedt men bij Jabadabadoe Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) aan. Men werkt met Peuterplein, een erkent VVE programma. Alle beroepskrachten zijn geschoold en in het bezit van een geldig getuigschrift. Er zijn nog geen kinderen geplaatst met een VVE indicatie.
Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Er is gesproken met mevr. P. Koudstraal, locatieverantwoordelijke) Interview anderen (Er is gesproken met verschillende pedagogisch medewerkers.) Observaties VVE-certificaten Opleidingsplan voorschoolse educatie
5 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 23-02-2015 KDV Jabadabadoe te HOEVELAKEN
Personeel en groepen Binnen dit domein zijn de pedagogisch medewerkers gecontroleerd op een passende beroepskwalificatie en een geldige verklaring omtrent het gedrag. De beroepskracht-kindratio en de stamgroepen zijn gecontroleerd aan de hand van roosters, presentielijsten en bezettingslijsten. Beoordeeld is of de praktijk met de theorie overeenkomt.
Verklaring omtrent het gedrag De VOG's van de op maandag 23 februari 2015 werkzame beroepskrachten (4) en stagiaire zijn gezien. Drie VOG's voldoen aan de gestelde voorwaarden. Van één beroepskracht en de stagiaire blijken de VOG's niet aanwezig te zijn. De houder geeft aan per direct nieuwe VOG's van deze personen aan te vragen. De VOG's zijn binnen de termijn van het opstellen van het rapport gearriveerd en de bewijzen hiervan zijn op 9 en 17 maart 2015 naar de toezichtouder gestuurd. Deze VOG's zijn echter niet voor aanvang van de werkzaamheden bij Jabadabadoe overlegd.
Uit bovenstaande constatering(en) / bevinding(en) blijkt dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan.
Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie De beroepskrachten werkzaam op maandag 23 februari 2015 (4) beschikken allen over een passende beroepskwalificatie. Men voldoet aan de gestelde voorwaarden. Opvang in groepen Kinderdagverblijf Jabadabadoe bestaat uit twee verticale stamgroepen; Groep Rood en groep Blauw. Beide groepen bieden opvang aan maximaal 16 kinderen in de leeftijd van 0 tot 4 jaar. Beroepskracht-kindratio De beroepskracht-kindratio is beoordeeld op grond van de aanwezigheid van het aantal kinderen en het aantal beroepskrachten op beide groepen op maandag 23 februari 2015. Er kan geconcludeerd worden dat er voldoende beroepskrachten worden ingezet voor het aantal aanwezige kinderen. Men voldoet aan de gestelde voorwaarden. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Er is gesproken met mevr. P. Koudstraal, locatieverantwoordelijke) 6 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 23-02-2015 KDV Jabadabadoe te HOEVELAKEN
Interview anderen (Er is gesproken met verschillende pedagogisch medewerkers.) Observaties Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Presentielijsten Personeelsrooster
7 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 23-02-2015 KDV Jabadabadoe te HOEVELAKEN
Veiligheid en gezondheid Binnen dit domein zijn de documenten over de veiligheid en gezondheid beoordeeld op inhoud en uitvoering. Ook is binnen dit domein gekeken naar de meldcode kindermishandeling. In de praktijk is gekeken naar de kennis van de beroepskrachten met betrekking tot de meldcode en de mogelijkheid om kennis te kunnen nemen van de meldcode. Het vierogenprincipe is in de praktijk gecontroleerd op uitvoering en beleid. Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder hanteert de Risico Monitor. De risico's omtrent de veiligheid en gezondheid zijn actueel en men voldoet hiermee aan de gestelde voorwaarden. Meldcode kindermishandeling In de reactie op het rapport van 20 januari 2014 gaf de houder aan dat de beroepskrachten in 2014 een e-learning traject zouden gaan volgen om bij geschoold te worden ten behoeven van de Meldcode. Dit traject is niet van start gegaan. De inhoud van het document komt tijdens vergadering wel incidenteel aan bod, maar staat niet als specifiek punt jaarlijks op de agenda. Dit blijft een punt van aandacht. Op grond van de gesprekken met de beroepskrachten kan geconcludeerd worden zij wel goed op de hoogte blijken te zijn van de inhoud van het document en weten hoe te handelen indien er signalen zijn. Zodoende voldoet men aan de gestelde voorwaarden. Vierogenprincipe Beroepskrachten starten en eindigen met z'n tweeën. De ruimtes zijn transparant. Er zijn lage ramen in de groepen en de verschoningsruimte. Men kan te alle tijden vrij binnen lopen. Alle maatregelen die in het kader van het vierogenbeleid zijn getroffen, zijn opgenomen in het pedagogisch werkplan. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Er is gesproken met mevr. P. Koudstraal, locatieverantwoordelijke) Interview anderen (Er is gesproken met verschillende pedagogisch medewerkers.) Observaties Pedagogisch werkplan
8 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 23-02-2015 KDV Jabadabadoe te HOEVELAKEN
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Voorschoolse educatie De beroepskrachten voorschoolse educatie zijn in het bezit van een getuigschrift van met gunstig gevolg afgelegd examen van één van de bij ministeriële regeling vastgelegde diploma’s. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
Onderdeel van de beroepsopleiding waarvoor het getuigschrift is behaald, vormt ten minste één module over het verzorgen van voorschoolse educatie. OF De beroepskracht bezit een bewijs dat met gunstig gevolg scholing is afgerond specifiek gericht op het vroegtijdig bestrijden van achterstanden bij jonge kinderen of het werken met voor- en vroegschoolse educatieprogramma’s. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
De houder stelt jaarlijks een opleidingsplan op. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
Voor de voorschoolse educatie wordt een programma gebruikt dat op gestructureerde en samenhangende wijze de ontwikkeling wordt gestimuleerd op het gebied van taal, rekenen, motoriek en sociaal-emotionele ontwikkeling. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
9 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 23-02-2015 KDV Jabadabadoe te HOEVELAKEN
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. Indien een verklaring omtrent het gedrag is afgegeven vóór 1 maart 2013 dan is deze niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en art 3.8g lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Een verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht of vrijwilliger werkzaam bij de onderneming is niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 en art 3.8g lid 3 en 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
10 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 23-02-2015 KDV Jabadabadoe te HOEVELAKEN
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
Meldcode kindermishandeling De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Vierogenprincipe De houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 2 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
11 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 23-02-2015 KDV Jabadabadoe te HOEVELAKEN
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Website Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse educatie
: : : :
KDV Jabadabadoe http://www.jabadabadoe.info 32 Ja
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats KvK nummer
: : : :
Jabadabadoe B.V. Westerdorpsstraat 54b 3871AZ Hoevelaken 32083838
Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland Midden Postbus 5364 6802EJ ARNHEM 0800-8446000 Nicoline Modica
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: Nijkerk : Postbus 1000 : 3860BA NIJKERK GLD
Gegevens toezicht
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : :
23-02-2015 12-03-2015 Niet van toepassing 18-03-2015 18-03-2015
: 18-03-2015 : 25-03-2015
12 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 23-02-2015 KDV Jabadabadoe te HOEVELAKEN
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen.
13 van 13 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 23-02-2015 KDV Jabadabadoe te HOEVELAKEN