Inspectierapport Doomijn KDV Staatssecretarislaan (KDV) Staatssecretarislaan 10 8015BX ZWOLLE Registratienummer 732498181
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:
GGD IJsselland Zwolle 05-02-2015 Jaarlijks onderzoek Definitief 16-02-2015
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................... 3 Observaties en bevindingen .................................................................................................. 4 Pedagogisch klimaat ........................................................................................................ 4 Personeel en groepen ....................................................................................................... 6 Veiligheid en gezondheid .................................................................................................. 7 Inspectie-items ................................................................................................................... 8 Gegevens voorziening ......................................................................................................... 10 Gegevens toezicht .............................................................................................................. 10 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ............................................................................. 11
2 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 05-02-2015 Doomijn KDV Staatssecretarislaan te ZWOLLE
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. In dit onderzoek is op grond van de bevindingen bij voorgaande inspecties een beperkt aantal kwaliteitseisen onderzocht Beschouwing Deze beschouwing beschrijft de resultaten bij de uitgevoerde inspectie. Na de feiten over de opvang en de inspectie geschiedenis, volgen de belangrijkste bevindingen. Deze worden elders in het rapport verder uitgewerkt. Feiten over KDV Staatssecretarislaan KDV Staatssecretarislaan is onderdeel van Stichting Doomijn Kinderopvang. Doomijn Kinderopvang heeft meerdere kinderdagverblijven en buitenschoolse opvanglocaties binnen regio IJsselland. Kinderdagverblijf Doomijn Staatssecretarislaan is onderdeel van het Intergraal Kind Centrum (IKC) de IJsselhof. Naast het Kinderdagverblijf (KDV) is er een peuteropvang en een buitenschoolse-opvang van Doomijn gevestigd aan de Staatssecretarislaan 10. Doomijn KDV Staatssecretarislaan staat in het landelijk register kinderopvang geregistreerd met 28 kindplaatsen. Inspectie geschiedenis De afgelopen jaren hebben de volgende inspecties plaatsgevonden: -5 juni 2014: jaarlijks onderzoek. Er zijn geen tekortkomingen geconstateerd. - 5 juni 2014: nader onderzoek. Er werd niet voldaan aan de voorwaarden: risico-inventarisatie en plan van aanpak. Er zijn eerder tekortkomingen geconstateerd, daarom heeft de toezichthouder het college geadviseerd om te handhaven conform het handhavingsbeleid. -5 juni 2014 : inspectie uitbreiding kindplaatsen. De toezichthouder (GGD) gaat akkoord met de uitbreiding van het aantal kindplaatsen van 24 naar 28. - 5 december 2013: incidenteel onderzoek. Er zijn tekortkomingen geconstateerd t.a.v.: de risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid: beroepskrachten moeten op de hoogte zijn van de geconstateerde risico's. - 13 juni 2013: inspectie uitbreiding kindplaatsen. De toezichthouder (GGD) gaat akkoord met de uitbreiding van het aantal kindplaatsen van 16 naar 24. Bevindingen op hoofdlijnen Tijdens dit jaarlijks onderzoek zijn op de onderzochte items geen overtredingen geconstateerd.
Advies aan College van B&W Geen handhaving.
3 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 05-02-2015 Doomijn KDV Staatssecretarislaan te ZWOLLE
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat
Pedagogische praktijk Bij de observatie van de pedagogische praktijk maakt de toezichthouder gebruik van het Veldinstrument observatie kindercentrum (januari 2015). Daarin staan specifieke aspecten waarop wordt geobserveerd. Tijdens het interview met de aanwezige beroepskracht blijkt dat zij voldoende op de hoogte is van het pedagogisch beleids- en werkplan. Tijdens de observatie is gekeken naar verschillende aspecten van de pedagogische praktijk. Hieronder wordt dit nader uitgewerkt. Emotionele veiligheid Veldinstrument: De beroepskrachten communiceren met de kinderen. Kennen/herkennen. Observatie: De beroepskrachten kennen ieder kind in de groep; ze kennen hen bij naam en weten persoonlijke bijzonderheden. In het contact met het kind wordt die kennis gebruikt. Bij het tafelmoment worden de kinderen bij naam genoemd en wordt er gevraagd wat het kind op de cracker wil. Een beroepskracht verteld dat één van de kinderen altijd om 05.30u al wakker is. Ook wordt er gesproken over het drinkritueel van een kind. De beroepskrachten weten dat zij thuis altijd uit een tuitbeker drinkt. Tijdens het tafelmoment krijgt dit kind inderdaad te drinken uit een tuitbeker. Wanneer blijkt dat het kind op deze manier nauwelijks drinkt overleggen de beroepskrachten met elkaar en krijgt het meisje een flesje met drinken aangeboden. Van een ander kind wordt het slaapritueel besproken. Normaal gesproken slaapt het kind één keer maar de moeder heeft gevraagd of de beroepskrachten er voor willen zorgen dat het kind vandaag twee slaapmomenten heeft. Persoonlijke competentie Veldinstrument: Er is wederzijdse interactie tussen beroepskrachten en individuele kinderen. Voorspelbaarheid. Observatie: De beroepskrachten geven duidelijke informatie over start, verloop en einde van een activiteit; de situatie is voor kinderen inzichtelijk. Op groep Pardijn wordt er duidelijk aan de kinderen vermeld dat er eerst opgeruimd gaat worden en dat de kinderen vervolgens aan tafel gaan. Het lied "we gaan opruimen" wordt gezongen. Ook op groep Pardoes wordt er door de beroepskrachten duidelijk aangegeven dat het tijd is om aan tafel te gaan. Het lied "Goedemorgen allemaal" wordt gezongen en daarna wordt er gedronken en een cracker gegeten. Op beide groepen wordt dit tafelmoment afgesloten met het zingen van een liedje. Dit is voor de kinderen duidelijk een bekend ritueel. Overdracht van normen en waarden Veldinstrument: Afspraken, regels en omgangsvormen zijn herkenbaar aanwezig en worden toegepast. Eenduidig handelen. Observatie:
4 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 05-02-2015 Doomijn KDV Staatssecretarislaan te ZWOLLE
Beroepskrachten hanteren de afspraken, regels en omgangsvormen op eenduidige en consequente wijze. Daarbij blijven zij rekening houden met de situatie; hun optreden sluit aan bij gedrag en behoefte van individuele kinderen. -Tijdens het tafelmoment zegt één van de kinderen dat hij de cracker op heeft gegeten. De beroepskracht geeft hem een compliment en zegt: "als je nog even wacht tot de andere kindjes ook de cracker op hebben dan krijg je er nog eentje." -Wanneer een kindje begint te hoesten zegt een beroepskracht op vriendelijke toon: "Hand voor de mond graag." -Ook worden meerdere kinderen erop geattendeerd op hun billen te gaan zitten tijdens het eetmoment. Conclusie: De houder voldoet aan de voorwaarden uit de wet Kinderopvang.
Voorschoolse educatie Het item voorschoolse educatie is niet beoordeeld. Er wordt op deze locatie geen gesubsidieerde voorschoolse educatie aangeboden.
Gebruikte bronnen: • Interview anderen (beroepskrachten) • Observaties (pedagogische praktijk) • Pedagogisch werkplan (beschrijving invulling vierogenprincipe)
5 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 05-02-2015 Doomijn KDV Staatssecretarislaan te ZWOLLE
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag De verklaringen omtrent het gedrag (VOG's) zijn tijdens de inspectie steekproefsgewijs gecontroleerd door de toezichthouder. Uit de steekproef blijkt dat de beroepskrachten een geldige verklaring omtrent het gedrag hebben en zijn opgenomen in de continue screening.
Passende beroepskwalificatie De diploma's zijn tijdens de inspectie steekproefsgewijs gecontroleerd door de toezichthouder. De beroepskrachten beschikken over een passende beroepskwalificatie.
Opvang in groepen Bij KDV Staatssecretarislaan wordt er gewerkt met twee verticale stamgroepen, te weten: - Pardoes: maximaal 16 kinderen in de leeftijd 0-4 jaar. - Pardijn: maximaal 12 kinderen in de leeftijd van 0-4 jaar. Op woensdag en vrijdag wordt er gewerkt met één stamgroep van maximaal 16 kinderen in de leeftijd van 0-4 jaar. De kinderen worden dan opgevangen in de groepsruimte van stamgroep Pardoes. Conclusie: De houder voldoet aan de voorwaarden uit de wet Kinderopvang.
Beroepskracht-kindratio De personeelsroosters en de aanwezigheidslijsten zijn steekproefsgewijs gecontroleerd door de toezichthouder. Uit deze steekproef blijkt dat er wordt voldaan aan het beroepskracht-kindratio.
Gebruikte bronnen: • Verklaringen omtrent het gedrag (steekproef) • Diploma's beroepskrachten (steekproef) • Presentielijsten (januari/februari 2015) • Personeelsrooster (januari/februari 2015)
6 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 05-02-2015 Doomijn KDV Staatssecretarislaan te ZWOLLE
Veiligheid en gezondheid
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De risico inventarisatie veiligheid en gezondheid (RI) is uitgevoerd door één van de beroepskrachten. De inventarisatiedatum is maart 2014. De houder dient jaarlijks (elk kalenderjaar) een risico inventarisatie veiligheid en gezondheid op te stellen. In 2015 moet er dus een nieuwe inventarisatie uitgevoerd worden. In het actieplan zijn er passende maatregelen per risico vastgelegd. Uit het interview met de beroepskrachten blijkt dat de uitkomsten van de risico inventarisatie veiligheid en gezondheid zijn besproken in een teamoverleg. Conclusie: De houder voldoet aan de voorwaarden uit de Wet Kinderopvang. Gebruikte bronnen: • Interview anderen (beroepskrachten)
7 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 05-02-2015 Doomijn KDV Staatssecretarislaan te ZWOLLE
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. Indien een verklaring omtrent het gedrag is afgegeven vóór 1 maart 2013 dan is deze niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en art 3.8g lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Een verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht of vrijwilliger werkzaam bij de onderneming is niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 en art 3.8g lid 3 en 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
8 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 05-02-2015 Doomijn KDV Staatssecretarislaan te ZWOLLE
De houder informeert de ouders en de kinderen in welke stamgroep het kind verblijft en welke beroepskrachten op welke dag bij welke groep horen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en art 1.54 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie veiligheid op voor alle voor kinderen toegankelijke ruimtes in een kindercentrum, waaronder de buitenspeelruimte. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn, respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie gezondheid op. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
9 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 05-02-2015 Doomijn KDV Staatssecretarislaan te ZWOLLE
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse educatie
: Doomijn KDV Staatssecretarislaan : 28 : Nee
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats Website KvK nummer
: : : : :
Travers Kinderopvang Koestraat 6 8011NK ZWOLLE www.doomijn.nl 05027189
Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
GGD IJsselland Postbus 1453 8001BL ZWOLLE 038-4 281 686 P Berghuis
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: Zwolle : Postbus 10007 : 8000GA ZWOLLE
Gegevens toezicht
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : :
05-02-2015 11-02-2015 12-02-2015 16-02-2015 25-02-2015
: 25-02-2015 : 11-03-2015
10 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 05-02-2015 Doomijn KDV Staatssecretarislaan te ZWOLLE
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen.
11 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 05-02-2015 Doomijn KDV Staatssecretarislaan te ZWOLLE