Inspectierapport Kinderopvang Nynke (KDV) Koningin Wilhelminastraat 91 8019AL ZWOLLE Registratienummer 102843831
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:
GGD IJsselland ZWOLLE 31-03-2014 Nader onderzoek Definitief 09-04-2014
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................... 3 Observaties en bevindingen .................................................................................................. 4 Pedagogisch klimaat ........................................................................................................ 4 Personeel en groepen....................................................................................................... 5 Veiligheid en gezondheid .................................................................................................. 6 Inspectie-items ................................................................................................................... 7 Gegevens voorziening .........................................................................................................10 Gegevens toezicht ..............................................................................................................10
2 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang nader onderzoek 31-03-2014 Kinderopvang Nynke te ZWOLLE
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 5 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd nader onderzoek. Tijdens een inspectiebezoek op 27 januari 2014 aan kinderopvang Nynke, zijn verschillende overtredingen geconstateerd. Naar aanleiding van dat inspectiebezoek zijn met de houder een aantal afspraken gemaakt. De houder zou voor 17 maart een aantal aangepaste documenten versturen aan de toezichthouders. Daarnaast werd afgesproken dat na 2 maand (na 27 maart 2014) opnieuw een onaangekondigd inspectiebezoek gebracht zou worden aan dit kinderdagverblijf. Op 31 maart 2014 is kinderdagverblijf Nynke opnieuw bezocht voor een nader onderzoek. In dit rapport worden de bevindingen van dat nader onderzoek weergegeven. Beschouwing De houder heeft op tijd de gevraagde documenten toegestuurd aan de toezichthouder. Tevens heeft zij middels de mail de documenten toegelicht. Op 31 maart 2014 is deze locatie onaangekondigd bezocht voor een nader onderzoek. Er is een gesprek geweest met de houder en met de beroepskrachten. Ook is er geobserveerd tijdens het buiten spelen en op de groep aan de achterzijde (jongste kinderen). De toezichthouders hebben geconstateerd dat de houder en de beroepskrachten positief bezig zijn geweest met het herstellen van de geconstateerde overtredingen. Het beleid is aangepast en er hebben verschillende team overleggen plaats gevonden. Daarnaast is er een externe persoon betrokken geweest bij de implementatie van het aangepaste beleid (middels het geven van sessies aan het gehele team). Er zijn verschillende aanpassingen aan het kinderdagverblijf gedaan, zoals; plaatsen van een hek, bijstellen van de verwarmingsketel, automatisering van het planningssysteem et cetera. De houder heeft een leerbare houding laten zien. Er is veel werk verzet en de overtredingen zijn goed opgelost.
Advies aan College van B&W Geen handhaving. De toezichthouder (GGD) constateert naar aanleiding van dit nader onderzoek dat kinderopvang Nynke nu ook voldoet aan de eisen op het gebied van pedagogisch klimaat, personeel en groepen en veiligheid en gezondheid.
3 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang nader onderzoek 31-03-2014 Kinderopvang Nynke te ZWOLLE
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleid Tijdens voorgaand inspectiebezoek werd geconstateerd dat de houder niet alle voorwaarden (vereist vanuit de Wet Kinderopvang) in het pedagogisch beleidsplan heeft beschreven. Er werd een afspraak met de houder gemaakt dat voor 17 maart 2014 het aangepaste pedagogisch beleidsplan toegestuurd zou worden aan de toezichthouders. Voor de gestelde datum (15 maart) heeft de houder dit gedaan. De inhoud van het pedagogisch beleidsplan is getoetst op de ontbrekende voorwaarden. Alle ontbrekende voorwaarden worden nu duidelijk geformuleerd in het beleidsplan. De houder heeft middels de mail aangegeven het aangepaste pedagogisch beleidsplan tijdens de eerstvolgende vergadering met de oudercommissie te zullen bespreken (2 april). Pedagogische praktijk Het pedagogisch beleidsplan is opnieuw besproken met alle beroepskrachten. Er zijn specifieke onderwerpen uit het pedagogisch beleidsplan aan de orde geweest. Zowel de houder als de beroepskrachten geven dit aan. De beroepskrachten geven aan dat de manier waarop het pedagogisch beleidsplan behandeld / besproken is, voor hen een zinvolle manier is. Door er bepaalde onderwerpen uit te lichten en deze te bespreken, blijft de inhoud meer 'hangen'. Voorheen werd het pedagogisch beleidsplan vaak alleen gelezen. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (mw. N. van Amerom) Interview anderen (aanwezige beroepskrachten) Pedagogisch beleidsplan Notulen teamoverleg (31 januari, 27 februari, 3 maart)
4 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang nader onderzoek 31-03-2014 Kinderopvang Nynke te ZWOLLE
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De verklaringen omtrent het gedrag van de beroepskrachten en de stagiaires zijn gecontroleerd. Alle medewerkers uit de steekproef beschikken over een geldige verklaring omtrent het gedrag. Passende beroepskwalificatie De diploma's van de beroepskrachten zijn gecontroleerd. Alle medewerkers uit de steekproef beschikken over een passende beroepskwalificatie. Beroepskracht-kindratio Er zijn duidelijke aanwezigheidslijsten aanwezig. De geboortedata en leeftijd van de kinderen staan hierop vermeld. Hierdoor is de beroepskracht - kindratio goed te bepalen. Uit een steekproef blijkt dat de beroepskracht - kindratio in orde is. Er wordt deze week een digitaal planningssysteem geïnstalleerd. De houder geeft aan dat er geen stagiaires meer ingezet worden als beroepskracht. Opvang in groepen Op maandag, dinsdag en donderdag zijn twee (stam)groepen geopend. Kinderen worden meestal eerst in de ruimte aan de voorzijde (groep 1) gebracht. Daarna worden ze opgesplitst. De jongste kinderen (0 tot 2 jaar) gaan naar de ruimte aan de achterzijde (groep 2) en de andere kinderen blijven in groep 1. Alle kinderen hebben hun eigen vaste stamgroep. Er wordt niet meer per dag bepaald welke kinderen naar de groep aan de achterzijde gaan. Dit is conform de Wet Kinderopvang. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (mw. N. van Amerom) Interview anderen (aanwezige beroepskrachten) Observaties (tijdens buiten spelen, daarna gingen de kinderen van groep 2 naar binnen) Verklaringen omtrent het gedrag (beroepskrachten en stagiaires) Diploma's beroepskrachten Arbeidscontracten Plaatsingslijsten Personeelsrooster
5 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang nader onderzoek 31-03-2014 Kinderopvang Nynke te ZWOLLE
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De beroepskrachten hebben in tweetallen de risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid uitgevoerd. Daarna zijn de verschillende risico-inventarisaties naast elkaar gelegd en zijn de verschillen met elkaar besproken. De beroepskrachten geven tijdens het inspectiebezoek aan dat de risico-inventarisatie hen nu meer 'zegt' doordat ze het op deze manier met elkaar hebben ingevuld en besproken. Een eye-opener was dat er vrijwel niets uitgesloten kan worden, omdat risico's er altijd zijn. Dit heeft hen gestimuleerd tot bewust nadenken over het verminderen van risico's. De huisregels en team afspraken zijn verder uitgebreid en waar nodig aangepast naar aanleiding van de uitgevoerde risico-inventarisaties. Naar aanleiding van het beleid rondom veiligheid en gezondheid heeft de houder een veiligheids- en een gezondheidsverslag opgesteld. In deze verslagen wordt vermeld hoe er omgegaan wordt met de risico's die niet 'opgelost' kunnen worden (en in het actieplan beschreven staan), maar die dagelijkse oplettendheid van de beroepskrachten vereisen. Alle documenten zijn besproken met de beroepskrachten in verschillende team bijeenkomsten. De houder heeft genoteerd op welke data het beleid omtrent veiligheid en gezondheid is besproken. Meldcode kindermishandeling Het gehele team heeft een training gevolgd met betrekking tot de meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld. Vierogenprincipe Het beleid rondom het vierogenprincipe is verder uitgewerkt. Het reeds opgestelde beleid (welke beoordeeld is tijdens voorgaand inspectiebezoek) is verder uitgebreid. Er zijn verschillende maatregelen getroffen (en afspraken gemaakt) om ervoor te zorgen dat er altijd een volwassene kan meekijken of meeluisteren met de pedagogisch medewerkers. Enkele voorbeelden van maatregelen die getroffen worden zijn; er wordt gebruik gemaakt van camera's en babyfoons, er wordt gewerkt met stagiaires en de houder komt regelmatig binnen lopen. De houder heeft middels de mail aangegeven dat het aangepaste beleid rondom het vierogenprincipe tijdens de eerstvolgende vergadering met de oudercommissie besproken zal worden (2 april). Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (mw. N. van Amerom) Interview anderen (aanwezige beroepskrachten) Risico-inventarisatie veiligheid (19 februari 2014) Risico-inventarisatie gezondheid (18 en 20 februari 2014) Actieplan veiligheid (19 februari 2014) Actieplan gezondheid (19 februari 2014) Veiligheidsverslag Gezondheidsverslag Huisregels/groepsregels (huisregels kinderopvang Nynke (ouders)) Regels kinderopvang Nynke, regels bij binnenkomst Veerallee, vierogenprincipe.
6 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang nader onderzoek 31-03-2014 Kinderopvang Nynke te ZWOLLE
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleid Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de stamgroep. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub b Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen bij welke (spel)activiteiten kinderen hun stamgroep verlaten. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub c Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub d Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub g Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum wordt ingezet in afwijking van de beroepskracht-kindratio. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub g Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop kinderen kunnen wennen aan een nieuwe stamgroep waarin zij zullen worden opgevangen. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub e Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het beleid ten aanzien van het gebruik maken van kinderopvang gedurende extra dagdelen. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub f Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop het vierogenprincipe is vormgegeven. (art 1.50 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub h Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
7 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang nader onderzoek 31-03-2014 Kinderopvang Nynke te ZWOLLE
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 6 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Indien een kind in een andere stamgroep dan de vaste stamgroep wordt opgevangen, dan duurt dat niet langer dan de tussen houder en ouder schriftelijk overeengekomen periode. (art 1.50 lid 2 Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 13 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
8 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang nader onderzoek 31-03-2014 Kinderopvang Nynke te ZWOLLE
Meldcode kindermishandeling De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Vierogenprincipe De houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
9 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang nader onderzoek 31-03-2014 Kinderopvang Nynke te ZWOLLE
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse educatie
: Kinderopvang Nynke : 28 : Nee
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats KvK nummer
: Merkus e.v. van Amerom, Nynke : Van Karnebeekstraat 115 : 8011JE ZWOLLE :
Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: ZWOLLE : Postbus 10007 : 8000GA ZWOLLE
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : :
GGD IJsselland Postbus 1453 8001BL ZWOLLE 038-4 281 686 W. Potjes S. van der Vlis
31-03-2014 Niet van toepassing Niet van toepassing 09-04-2014 15-04-2014
: 15-04-2014 : 29-04-2014
10 van 10 Definitief inspectierapport dagopvang nader onderzoek 31-03-2014 Kinderopvang Nynke te ZWOLLE