Inspectierapport BSO De Wiebelwagen (BSO) Schoolstraat 1 6744WS EDERVEEN Registratienummer 573197325
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status:
Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland Midden EDE 13-10-2014 Regulier onderzoek Concept
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................... 3 Observaties en bevindingen .................................................................................................. 4 Pedagogisch klimaat ........................................................................................................ 4 Personeel en groepen ....................................................................................................... 7 Ouderrecht ..................................................................................................................... 8 Inspectie-items ................................................................................................................... 9 Gegevens voorziening ......................................................................................................... 11 Gegevens toezicht .............................................................................................................. 11 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ............................................................................. 12
2 van 12 Concept inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-10-2014 BSO De Wiebelwagen te EDERVEEN
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd regulier onderzoek. Tijdens de inspectie zijn niet alle items beoordeeld, omdat er sprake is van een zogeheten risicogestuurd toezicht. Op basis van het model risicoprofiel zijn de inspectieactiviteiten bepaald. Deze inspectieactiviteiten richten zich primair op de kwaliteit van de dagelijkse praktijk, aangevuld met een aandachtspunt uit de vorige inspectie. In dit geval gaat het om het instellen van een oudercommissie (OC). Ten tijde van de vorige jaarlijkse inspectie en het nader onderzoek dat daarop volgde, was het nog niet gelukt om ouders te werven voor de OC. Tijdens de inspectie was de locatiemanager niet op de locatie aanwezig. De gevraagde documenten zijn per mail toegestuurd. Oudercommissie Aangezien er geen oudercommissie (OC) is ingesteld, heeft de toezichthouder geen vragenlijst naar een van de leden kunnen sturen. De houder heeft recentelijk een mailbericht naar alle ouders gestuurd waarin de vraag werd gesteld om zitting te nemen in de OC. Deze oproep heeft geen reacties opgeleverd. Beschouwing Feiten over BSO de Wiebelwagen Kinderopvangorganisatie 'De Wiebelwagen' heeft 2 locaties die naast elkaar liggen: Het kinderdagverblijf en de buitenschoolse opvang. De BSO is gehuisvest in de protestants-christelijke Julianaschool te Ederveen. In april 2012 is de BSO gestart met 1 groep voor maximaal 10 kinderen. Op 26 mei 2014 heeft een incidenteel onderzoek plaatsgevonden ten behoeve van de uitbreiding van het aantal kindplaatsen van 10 naar 16. Het aantal kindplaatsen is inmiddels gewijzigd: Er mogen nu 16 kinderen opgevangen worden.
Advies aan College van B&W Geen handhaving. Bij het domein 'ouderrecht', inspectie-item 'oudercommissie' is aan de volgende voorwaarde niet voldaan: •
De houder heeft een oudercommissie ingesteld (art 1.58 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen). De toezichthouder adviseert om op deze voorwaarde niet te handhaven. Bij het betreffende inspectie-item is meer informatie te vinden.
3 van 12 Concept inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-10-2014 BSO De Wiebelwagen te EDERVEEN
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat
Binnen dit domein zijn de volgende competenties beoordeeld: • emotionele veiligheid; • persoonlijke competentie; • sociale competentie; • overdracht van normen en waarden. Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk is gebruik gemaakt van het Veldinstrument observatie kindercentrum (versie september 2013). De cursief gedrukte tekst onder het kopje 'pedagogische praktijk' is afkomstig uit dit document. De uitgangspunten voor de BSO zijn geformuleerd aan de hand van "V's": • Vrije tijd • Vormend • Veiligheid • Veelzijdigheid • Vraagbaak Op de website wordt per uitgangspunt een uitleg gegeven. Bij 'veelzijdigheid' staat bijvoorbeeld het volgende vermeld: '[...] Als extra ontspanning kunnen de kinderen die dat leuk vinden op maandag en de dinsdag mee doen aan de gymlessen van gymnastiekvereniging Ganoteon. Mocht er grote belangstelling hiervoor zijn, dan zullen we de mogelijkheid van sporten ook op de donderdagmiddag aanbieden [...]'. Op de middag van de inspectie werden 6 kinderen opgevangen door één beroepskracht. De kinderen werden door de pedagogisch medewerker uit school gehaald en gingen vervolgens wat eten en drinken. De jongste 3 kinderen waren het eerst aan de beurt om te gymmen. De pedagogisch medewerker bracht hen samen met de oudste 3 kinderen naar de gymzaal. Terwijl de jongsten aan het gymmen waren, speelde de beroepskracht 'Monopoly Party junior' met de drie oudste meisjes. Na een uur mochten deze meisjes gymmen. De toezichthouder is gebleven tot het moment dat de tweede groep naar de gymzaal ging. Pedagogische praktijk Uitvoering van het pedagogisch beleidsplan In het pedagogisch beleidsplan staat de volgende tekst: 'Het pedagogisch beleidsplan blijft steeds in ontwikkeling en wordt regelmatig in het team besproken, geëvalueerd en geactualiseerd [...]. Mocht u naar aanleiding van dit schrijven vragen en/of opmerkingen hebben, dan horen wij dat graag [...]'. Uit deze tekst blijkt dat het beleidsplan een levend document is en dat er een relatie met de praktijk wordt gelegd. In de praktijk is ook te zien dat de pedagogisch medewerker de pedagogische uitgangspunten als leidraad gebruikt voor haar pedagogisch handelen.
Emotionele veiligheid Uit het pedagogisch veldinstrument: 'Beroepskrachten reageren (meestal) op een warme en ondersteunende manier op kinderen. Zij gaan relaxed om met de kinderen. De beroepskrachten sluiten (meestal) op een passende wijze aan op de interesse en de emotie die het kind aangeeft'. In de praktijk: Eén van de kinderen heeft 'een ongelukje' gehad. De beroepskracht zegt: 'Ik zie dat je een natte broek hebt. We moeten zo even een droge broek aan doen'. De kinderen die buiten lopen nadat zij de jongste kinderen naar de gymzaal hebben gebracht, raken niet uitgespeeld bij de fietsenrekken. Ze lopen steeds weer over de rekken heen. De beroepskracht laat ze lekker klimmen en zegt na een tijdje: 'Dit is de laatste keer dat we het doen'. 4 van 12 Concept inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-10-2014 BSO De Wiebelwagen te EDERVEEN
De meisjes hadden blijkbaar een keer gezegd dat ze Monopoly wilden spelen. De beroepskracht wist het nog: 'Willen jullie verder met de playmobiel of misschien het spel Monopoly doen? Ik had een keer gehoord dat jullie dat wilden doen'. Persoonlijke competentie Uit het veldinstrument: 'Er is een evenwichtig/gebalanceerd programma met zowel vrij spel als gestructureerde activiteiten. Beide onderdelen maken een substantieel deel van het programma uit'. In de praktijk: Kinderen kunnen kiezen uit bepaalde activiteiten die door de beroepskrachten zijn bedacht, uit 'vrij spelen' en uit een door derden aangeboden gymprogramma. In de zomer was dat buitengym en nu is dat een gymnastiekprogramma in de gymzaal die aan de school grenst. Op de middag van de inspectie gingen eerst de 3 jongste kinderen en daarna de 3 oudste kinderen gymmen. De ouders hebben voor deze gymlessen toestemming moeten geven. Het voordeel van deze splitsing in leeftijd is dat de kinderen die op de BSO 'achterblijven' even exclusieve aandacht van de pedagogisch medewerker kunnen krijgen. Met de oudste kinderen ging zij bijvoorbeeld 'Monopoly Party' doen. De meisjes lazen zelf de tekst op de kaartjes voor, terwijl zij nog niet eens zo veel leeservaring hadden. De pedagogisch medewerker gaf hun rustig de tijd om alles zelf te lezen. Een voorbeeld van een activiteit die door de beroepskrachten is bedacht: 'Fotolijstjes maken'. De lijstjes waren nog niet zo lang geleden gemaakt en aan tafel werd er nog even over gesproken. Bij één van de kinderen was de foto nog niet in het lijstje gedaan: 'Ik ga hem erop maken en weer ophangen'. De pedagogisch medewerker gaf tijdens de inspectie aan dat de kinderen en zij in overleg bepalen wat ze gaan doen. Bepaald speelgoed, bijvoorbeeld de playmobiel, mogen de kinderen altijd zelf pakken. Direct na het eten en drinken waren de kinderen daar dan ook mee aan het spelen.
Sociale competentie Uit het veldinstrument: 'De beroepskrachten dragen actief bij aan een positieve groepssfeer door grapjes te maken, behulpzaam te zijn, gerichtheid op alle kinderen, aandacht en zorg voor individuele kinderen [...]'. In de praktijk: Alle kinderen komen aan hun trekken. Kinderen die ouder zijn, gaan een moeilijker spel doen met de beroepkracht. Kinderen die willen bewegen, mogen onderweg van en naar de gymzaal even klimmen en over randjes lopen. Tijdens het spel (Monopoly Party) maakt de beroepskracht grappige opmerkingen: 'Ah nee hè, ik kom op een heel duur feestje. Wel gezellig dat je langskomt op mijn feestje'. Bij het omkleden helpt de beroepskracht de kinderen die daarom vragen: 'Juf ... (naam) wil je mij helpen met kleren aan doen? Ja, pak ze maar, ik wil je wel helpen'. Bij het uittrekken van de schoenen, blijkt er zand in te zitten. De beroepskracht klopt ze buiten uit: 'Zo, dan zijn ze weer leeg'.
Normen en waarden Uit het veldinstrument: 'Beroepskrachten hanteren de afspraken, regels en omgangsvormen op eenduidige en consequente wijze. Daarbij blijven zij rekening houden met de situatie; hun optreden sluit aan bij het gedrag en de behoefte van kinderen.
In de praktijk: Aan tafel vraagt de beroepskracht blijkbaar altijd welke kleur beker de kinderen willen en of ze wel of geen boter op de ontbijtkoek moet smeren: 'We gaan zo het rondje langs voor de kleur. Welke wil jij? Jou maakt het nooit veel uit hè? Wie wil er geen boter op de ontbijtkoek?' Als een kind het eten en drinken op heeft, mag hij/zij direct van tafel af. Aan het gedrag van de kinderen is te zien dat zij de regels en gewoontes kennen.
5 van 12 Concept inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-10-2014 BSO De Wiebelwagen te EDERVEEN
Als een kind mee moet naar de gymzaal en zijn vest maar niet aantrekt, zegt de beroepskracht 2 keer dat hij zijn vest aan moet doen. Hij blijft tekenen op het schoolbord: 'Nu heb je nog geen vest gepakt. Ik heb het al een paar keer gezegd. Als je straks terugkomt van gym, mag je tekenen'. De meisjes die nog niet meteen hoeven te gymmen, stellen voor om buiten te blijven spelen. De beroepskracht had iets anders in gedachten en legt dat voor: 'Zullen we dat straks doen, dan gaan we iets eerder naar gym (de 3 oudste meisjes gymmen een uur later dan de 3 jongste kinderen)'. De meisjes gaan accoord. Ze gaan eerst naar binnen om Monopoly te spelen. Gebruikte bronnen: • Interview anderen (gesproken met de pedagogisch medewerker) • Observaties (in de binnen- en buitenruimte en in de gymzaal) • Pedagogisch beleidsplan (En ons dagelijks handelen in de praktijk, versie juni 2014)
6 van 12 Concept inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-10-2014 BSO De Wiebelwagen te EDERVEEN
Personeel en groepen Binnen dit domein is bekeken of de pedagogisch medewerkers een passende beroepskwalificatie en een geldige verklaring omtrent het gedrag hebben. De beroepskracht-kindratio en de stamgroepen zijn gecontroleerd aan de hand van roosters, presentielijsten en bezettingslijsten. Beoordeeld is of de praktijk met de theorie overeenkomt. Verklaring omtrent het gedrag De twee beroepskrachten met een vast dienstverband hebben een verklaring omtrent het gedrag (VOG) die voldoet aan de gestelde eisen. De VOG's zijn gedateerd op 14 en 25 november 2013. Passende beroepskwalificatie Het diploma van de eerste beroepskracht die in dienst kwam, is al goedgekeurd tijdens de inspectie van 28 november 2013. De toezichthouder heeft daarom alleen het diploma van de medewerker ingezien die na deze inspectie is aangesteld. Haar diploma voldoet ook aan de gestelde eisen. Opvang in groepen Er is één basisgroep voor maximaal 16 kinderen in de leeftijd van 4 tot 12 jaar. Het maximum aantal kinderen dat momenteel wordt opgevangen is 13. Dinsdag is de drukste dag. Beroepskracht-kindratio Op de dag van de inspectie en op de dagen van de steekproef was de verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal aanwezige kinderen in de groep conform de gestelde eisen in de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen (Wko). Bij de bronnen staat vermeld op welke dagen naar de beroepskracht-kindratio is gekeken. Gebruikte bronnen: • Interview anderen (gesproken met de pedagogisch medewerker) • Observaties (in de binnen- en buitenruimte en in de gymzaal) • Verklaringen omtrent het gedrag (van 14 en 25 november 2013) • Diploma's beroepskrachten (pedagogisch werk niveau 3 d.d. 27 juni 2013) • Presentielijsten (van 22/9, 23/9, 29/9, 30/9 en 6, 7 en 13 oktober 2014) • Personeelsrooster (ingezet personeel staat op de presentielijsten)
7 van 12 Concept inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-10-2014 BSO De Wiebelwagen te EDERVEEN
Ouderrecht Binnen dit domein is alleen beoordeeld of het de houder gelukt is om een oudercommissie in te stellen. Oudercommissie Ondanks inspanningen is het de houder nog niet gelukt om voor de gemeenschappelijke oudercommissie van kinderdagverblijf en buitenschoolse opvang (BSO) ouders te vinden die namens de BSO zitting willen nemen in de OC. Werving De houder heeft de ouders van BSO-kinderen een aantal weken geleden per mail gevraagd of zij interesse hebben om deel uit te gaan maken van de OC. Dit heeft niet tot aanmeldingen geleid. Nieuwe ouders krijgen tijdens het intakegesprek ook altijd informatie over de OC en het lidmaatschap van de OC. Gezien de inspanningen die de houder heeft geleverd en nog steeds levert om ouders te werven, adviseert de toezichthouder om op het ontbreken van een OC voor de BSO, niet te handhaven. Op basis hiervan is geconstateerd dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan: De houder heeft een oudercommissie ingesteld. (art 1.58 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Gebruikte bronnen: • Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (gesproken met de locatiemanager) • Interview anderen (gesproken met de pedagogisch medewerker)
8 van 12 Concept inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-10-2014 BSO De Wiebelwagen te EDERVEEN
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaringen omtrent het gedrag die zijn afgegeven vóór 1 maart 2013 zijn niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen Ieder kind behoort bij een basisgroep. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
9 van 12 Concept inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-10-2014 BSO De Wiebelwagen te EDERVEEN
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Ouderrecht Oudercommissie De houder heeft een oudercommissie ingesteld. (art 1.58 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
10 van 12 Concept inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-10-2014 BSO De Wiebelwagen te EDERVEEN
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Aantal kindplaatsen
: BSO De Wiebelwagen : 16
Gegevens houder Naam houder Website KvK nummer
: Andriesa Maria den Hartog : www.dewiebelwagen.nl : 09197230
Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: EDE : Postbus 9022 : 6710HK EDE GLD
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland Midden Postbus 5364 6802EJ ARNHEM 0800-8446000 Miriam Rogmans
: 13-10-2014 : 23-10-2014 : : : :
11 van 12 Concept inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-10-2014 BSO De Wiebelwagen te EDERVEEN
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum
12 van 12 Concept inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-10-2014 BSO De Wiebelwagen te EDERVEEN