Inspecteur van het Onderwijs

Bijgaand ontvangt u de digitale versie van het definitieve rapport van het onderzoek naar de Staat van de Instelling 2014 bij Leidse Onderwijsinstellingen BV. Momenteel is het helaas niet mogelijk om dit rapport te raadplegen via de website van de inspectie (www.onderwijsinspectie.nl). Inspecteur van het Onderwijs

STAAT VAN DE INSTELLING MBO Leidse Onderwijsinstellingen BV

Plaats BRIN nummer Onderzoeksnummer Datum onderzoek Datum vaststelling

: : : : :

Leiderdorp 24LK 275823 15 - 19 september 2014 24 november 2014

Pagina 2 van 27

INHOUDSOPGAVE 1

INLEIDING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5

2

CONCLUSIE EN VERVOLGTOEZICHT. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7

2.1 2.2 3

Conclusie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 Vervolgtoezicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 TOELICHTING OP DE BEOORDELING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8

3.1

Oordeel kwaliteitsborging op instellingsniveau . . . . . . . . . . . . . . . . . 8

3.2

Risico's op relevante indicatoren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10

3.3

Resultaat Tandartsassistent . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11

3.4

Resultaat Pedagogisch Werk (Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13

3.5

Resultaat Particuliere beveiliging (Beveiliger) . . . . . . . . . . . . . . . . . 16

3.6

Resultaat Dierenartsassistent paraveterinair. . . . . . . . . . . . . . . . . . 18

4

BIJLAGEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21 Bijlage I Normeringen kwaliteitsgebieden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21 Bijlage II Beoordeling aspecten en indicatoren onderzochte instellingsbrede gebied . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23 Bijlage III Beoordeling aspecten en indicatoren opleiding . . . . . . . . . . 24 Tandartsassistent, 24LK|91410 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 Pedagogisch Werk (Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang), 24LK|92620 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 Particuliere beveiliging (Beveiliger), 24LK|94850 . . . . . . . . . . . . . . . . 26 Dierenartsassistent paraveterinair, 24LK|97590 . . . . . . . . . . . . . . . . 27

Pagina 3 van 27

Pagina 4 van 27

1

INLEIDING De Inspectie van het Onderwijs voerde in september 2014 een onderzoek naar de Staat van de instelling uit bij Leidse Onderwijsinstellingen BV (hierna LOI). Dit onderzoek heeft betrekking op het middelbaar beroepsonderwijs. Omdat bij de mbo-opleidingen van de LOI alle studenten zijn ingeschreven in de ovoleerweg is conform de afspraken hierover de uitvoering van dit onderzoek beperkt tot het onderzoeken van de kwaliteitsborging, de examinering en diplomering en de overige wettelijke vereisten. De overige kwaliteitsgebieden van het toezichtkader bve 2012 worden alleen onderzocht indien er een vermoeden is van ernstige risico’s. De LOI is een niet-bekostigde instelling met ongeveer 4000 mbo-studenten in 28 erkende middelbare beroepsopleidingen. De instelling biedt afstandsonderwijs aan en heeft één centrale locatie. Het onderzoek heeft tot doel om de stand van de kwaliteitsborging van de instelling te bepalen en om de risico's voor de onderwijskwaliteit in te schatten. De Staat van de instelling wordt elke drie jaar opgemaakt en bestaat uit een analyse van gegevens, een instellingsbreed onderzoek en een kwaliteitsonderzoek bij één of meer opleidingen. In het geval van de ovoleerweg is het kwaliteitsonderzoek bij de opleidingen beperkt tot de gebieden examinering en diplomering, kwaliteitsborging en wettelijke vereisten. De informatie over de instelling die bij de inspectie aanwezig is, zoals het verslag van werkzaamheden, opbrengstgegevens, uitkomsten tevredenheidonderzoek en signalen is geanalyseerd en is aangevuld met onderzoeken op de instelling. Tijdens het onderzoek zijn gesprekken gevoerd met medewerkers betrokken bij de ontwikkeling en uitvoering van het onderwijs en de kwaliteitsborging en ontwikkelaars en vaststellers van examens en leden van de examencommissie. Daarnaast hebben we documenten onderzocht. Ook maakte een gesprek met de directie deel uit van het onderzoek.

Pagina 5 van 27

De volgende opleidingen zijn onderzocht: Gebied Kwaliteitsborging en Wettelijke vereisten

Gebied Examinering en diplomering

Leerweg, niveau, locatie

24LK|91410, Tandartsassistent

24LK|91410, Tandartsassistent

leerweg OVO, niveau 4, locatie Leidsedreef 2, Leiderdorp

24LK|92620, Pedagogisch Werk (Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang)

24LK|92620, Pedagogisch Werk (Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang)


24LK|94850, Particuliere beveiliging (Beveiliger)

24LK|94850, Particuliere beveiliging (Beveiliger)


24LK|97590, Dierenartsassistent paraveterinair

24LK|97590, Dierenartsassistent paraveterinair


De resultaten van het onderzoek naar kwaliteitsborging leiden, in combinatie met geconstateerde risico’s en de resultaten van de kwaliteitsonderzoeken, tot een risicobepaling voor uw instelling. De omvang van de risico's bepaalt mede het vervolgtoezicht. De inspectie heeft zich bij haar onderzoek gebaseerd op het Toezichtkader bve 2012. Dit is te vinden op www.onderwijsinspectie.nl. De normering is als bijlage I toegevoegd aan dit rapport. In hoofdstuk 2 leest u de conclusie waaronder ook het vervolgtoezicht voor de instelling. De resultaten van het onderzoek naar kwaliteitsborging, de resultaten van de analyse en de resultaten van de beperkte kwaliteitsonderzoeken van de onderzochte opleidingen vindt u in hoofdstuk 3.

Pagina 6 van 27

2

CONCLUSIE EN VERVOLGTOEZICHT In dit hoofdstuk geven we aan welke conclusie we trekken uit het onderzoek naar de Staat van de instelling en wat het vervolgtoezicht voor u inhoudt. Het vervolgtoezicht is bepaald op basis van het onderzoek naar kwaliteitsborging, de, in omvang beperkte, kwaliteitsonderzoeken en de analyse van risico’s. In het onderzoek naar de Staat van de instelling geven wij aan in welke mate er risico’s zijn geconstateerd. Daarbij gebruiken we een driedeling: geen risico’s, enkele risico’s of veel risico’s. Voorts geven we een oordeel over de kwaliteitsborging. We gebruiken daarbij een vierdeling: goed, voldoende, onvoldoende of slecht. In hoofdstuk 3 volgt een nadere onderbouwing van de oordelen.

2.1

Conclusie Op basis van de resultaten uit het onderzoek naar de Staat van de instelling komen wij tot de conclusie dat er geen risico’s in de zin van het toezichtkader zijn voor de kwaliteit van het onderwijs. Daarnaast concluderen we dat de kwaliteitsborging bij de LOI goed is. We gaan er op basis van deze conclusie vanuit, dat de instelling voldoende zicht heeft op de onderwijskwaliteit en in staat is om ook in de toekomst de risico’s voor de onderwijskwaliteit te voorkomen, dan wel vroegtijdig te signaleren en te verhelpen. Bovenstaande leidt er toe dat we geen aanvullend vervolgtoezicht uitvoeren. Voor het onderzoek naar de Staat van de instelling hebben we vier opleidingen onderzocht. Bij deze vier opleidingen hebben we alle onderzochte gebieden voldoende beoordeeld. Bij geen van deze opleidingen vindt vervolgtoezicht plaats, zoals is te lezen in de volgende paragraaf.

2.2

Vervolgtoezicht De kwaliteit van alle onderzochte opleidingen is voldoende en het oordeel op de kwaliteitsborging is goed. Er vindt daarom naar aanleiding van het onderzoek bij de opleidingen en de instelling geen vervolgtoezicht plaats.

Pagina 7 van 27

3

TOELICHTING OP DE BEOORDELING In dit hoofdstuk geven we een toelichting op de beoordeling. Tevens bespreken we op basis waarvan is bepaald in welke mate er risico’s zijn bij de instelling.

3.1

Oordeel kwaliteitsborging op instellingsniveau Het onderzoek naar kwaliteitsborging heeft geleid tot het volgende oordeel: Kwaliteitsgebied 4

Kwaliteitsborging

Goed Voldoende Onvoldoende Slecht

•

Hieronder geven we het oordeel van de aspecten van het kwaliteitsgebied kwaliteitsborging weer. Een detaillering van het oordeel vindt u in bijlage II. Daarin is de beoordeling van de onderliggende indicatoren per aspect opgenomen. Gebied 4: Kwaliteitsborging 4.1

Sturing *

4.2

Beoordeling *

4.3

Verbetering en verankering *

4.4

Dialoog en verantwoording

Voldoende Onvoldoende

• • • •

De aspecten met een * zijn kernaspecten, zie bijlage I voor normering per gebied.

Beschouwing Wij beoordelen de kwaliteitsborging bij de LOI als goed. De LOI heeft een goed werkend kwaliteitszorgsysteem, waarmee zij op alle niveaus zicht houdt op de kwaliteit van de processen die het onderwijs betreffen. Het solide ingerichte systeem werkt aantoonbaar cyclisch voor alle onderdelen binnen de LOI. De functionaliteiten zijn dekkend voor de opleidingen. Daarnaast hebben wij gezien dat de LOI zowel intern als extern een actieve dialoog voert op alle niveaus over kwaliteit. De docenten van de verschillende opleidingen zijn externe medewerkers en laten desondanks een grote betrokkenheid zien bij de LOI. Ook met de relevante stakeholders vindt structureel overleg plaats. Het kwaliteitszorgsysteem borgt op uitstekende wijze de kwaliteit van het onderwijs. De LOI heeft de missie en visie vastgelegd in het strategisch meerjarenplan. Doelen en activiteiten worden hierin meetbaar en realistisch vastgelegd in het jaarplan voor het mbo college en wij zien dat wordt aangesloten op het strategisch meerjarenplan. Voor de verschillende processen binnen de LOI zijn kritische succesfactoren (ksf) beschreven, die vervolgens zijn uitgewerkt in

Pagina 8 van 27

kritische prestatie indicatoren (kpi). Aan de kpi’s zijn normen gekoppeld, waarmee de kwaliteitsdoelen worden gevolgd. Voor alle processen binnen de LOI zijn procesbeschrijvingen aanwezig. Deze zijn bij iedereen bekend en worden ook door iedereen nageleefd, bijvoorbeeld bij de ontwikkeling van nieuwe examens of het nakijken van examens of opdrachten. In deze processen zijn ook de controle- en evaluatiemomenten opgenomen. Voor de processen die gerelateerd zijn aan de opleidingen is er een goede samenwerking tussen de driehoek programmamanager, realisatiemanager en servicemanager. De verdeling van de taken binnen deze driehoek bevordert systematisch werken en heeft een goede uitwerking op het monitoren van de voortgang en het realiseren van de doelen. Alle processen binnen de LOI worden voortdurend gemonitord en geëvalueerd. Dit betekent dat er doorlopend een actueel beeld is van de kwaliteit van het onderwijs waardoor eventuele problemen in een vroegtijdig stadium kunnen worden gesignaleerd. Er lopen veel verschillende tevredenheidsmetingen onder alle betrokkenen (onder andere studenten, praktijkopleiders, studiestakers). Deze evaluatiegegevens worden geanalyseerd en indien nodig worden er verbeteracties ingezet. Doordat processen systematisch worden doorlopen en het op cruciale momenten niet mogelijk is naar een volgende stap door te gaan voordat een eerdere stap is afgesloten, wordt de kwaliteit op goede wijze geborgd. Voor alle opleidingen worden zelfevaluaties opgesteld. Onder alle docenten van de LOI wordt jaarlijks een kwaliteitscontrole uitgevoerd. Docenten worden hier door zowel externen als internen beoordeeld op verschillende rollen. De externe kwaliteitsbeoordeling wordt uitgevoerd door een collega-docent die steekproefsgewijs met het werk meekijkt. De interne kwaliteitsbeoordeling wordt door de LOI gedaan en richt zich onder andere op tijdigheid en klachten. De verschillende beoordelingen worden gecombineerd tot een eindoordeel. Bij een onvoldoende beoordeling wordt door de LOI actie ondernomen. Alle resultaten van de monitoring en evaluaties worden gebruikt om de kwaliteit van het onderwijs en de omliggende processen te analyseren op eventuele risico’s. In de gesprekken die wij hebben gevoerd zijn verschillende voorbeelden aangegeven van systematische verbetermaatregelen, die aansluiten op geconstateerde tekorten. Jaarlijks worden bij een steekproef van opleidingen audits uitgevoerd door een externe onafhankelijke deskundige. Zowel de interne als de externe dialoog over de kwaliteit wordt op een goede wijze gevoerd. De studenten en docenten worden bevraagd via evaluaties en

Pagina 9 van 27

over de resultaten wordt doorgepraat in panelgesprekken. Met het werkveld wordt de dialoog gevoerd via beroepenveldcommissies en via bedrijfsbezoeken. Terugkoppeling naar de verschillende geledingen gebeurt via een nieuwsbrief. Wij concluderen dat het kwaliteitszorgsysteem diep in de organisatie is verankerd en systematisch wordt gehanteerd, waardoor wij komen tot het oordeel goed. 3.2

Risico's op relevante indicatoren Bij het bepalen van de risico’s in de zin van het toezichtkader hebben we, in samenhang met de toezichthistorie, gekeken naar de kwaliteit van onderwijs en examinering, de opbrengsten, de tevredenheid van studenten, medewerkers en werkgevers en de stabiliteit van organisatie en management. Het onderzoek heeft geleid tot de volgende risicobepaling: Geen Enkele Veel 0

Mate van risico's

•

Kwaliteit examinering Het risico voor de kwaliteit van de examinering schatten wij in als geen tot gering. Alle processen en procedures rondom examinering en diplomering zijn nauwkeurig en helder beschreven in voor alle opleidingen geldende documenten, en worden ook conform de procedures uitgevoerd. Wij hebben bij geen van de vier onderzochte opleidingen tekortkomingen gesignaleerd in de examinering. Tevredenheid studenten, medewerkers en werkgevers Wij schatten het risico van de tevredenheid van de studenten, medewerkers en werkgevers als geen tot gering. In tevredenheidsmetingen die door de LOI zijn uitgevoerd zijn risico's gesignaleerd in de stagebegeleiding en de informatievoorziening. Wij hebben geconstateerd dat de LOI op deze punten passende verbeteracties heeft opgezet. Dit zijn bijvoorbeeld de startdag voor een betere informatievoorziening en de begeleiding is verbeterd door meer contactmomenten. Deze contactmomenten worden ook vastgelegd. Stabiliteit organisatie en management Het risico ten aanzien van de stabiliteit en het management van de organisatie schatten wij in als geen tot gering. Wij hebben geen signalen die wijzen op risico's.

Pagina 10 van 27

Samenvattend Wij concluderen dat er geen risico's zijn op de bovengenoemde onderwerpen. De LOI is goed in staat om in een vroeg stadium eventuele risico's te signaleren en op basis daarvan passende acties te ondernemen.

3.3

Resultaat Tandartsassistent Het kwaliteitsonderzoek bij Tandartsassistent, 24LK|91410, niveau 4, locatie Leidsedreef 2, Leiderdorp heeft geleid tot de volgende oordelen: Kwaliteitsgebied 2

Examinering en diplomering

4

Kwaliteitsborging

Kwaliteitsgebied 5


• • Voldoet Voldoet niet

•

Naleving wettelijke vereisten

De kwaliteitsgebieden examinering en diplomering en naleving wettelijke vereisten zijn voldoende. Het kwaliteitsonderzoek heeft daarnaast geleid tot het oordeel goed voor het kwaliteitsgebied kwaliteitsborging. Dat betekent dat de inspectie geen aanleiding heeft vervolgonderzoek uit te voeren of afspraken met de directie te maken voor deze opleiding. Oordeel per aspect Hieronder geven we het oordeel over de aspecten van de onderzochte kwaliteitsgebieden weer. In bijlage III is de beoordeling van de onderliggende indicatoren van de betreffende aspecten per kwaliteitsgebied opgenomen. Gebied 2: Examinering en diplomering 2.1

Exameninstrumentarium*

2.2

Afname en beoordeling*

2.3

Diplomering*

Gebied 4: Kwaliteitsborging 4.1

Sturing *

4.2

Beoordeling *

4.3


4.4



• • • Voldoende Onvoldoende

• • • •

Pagina 11 van 27

Gebied 5: Naleving wettelijke vereisten 5.1


Voldoet Voldoet niet

•


Beschouwing Onderwijs De LOI heeft ervoor gekozen om alle mbo-opleidingen aan te bieden in de leerweg OVO. Voor deze leerweg is de afspraak gemaakt dat het onderwijsproces niet wordt onderzocht binnen het regulier toezicht, tenzij hier signalen voor zijn. Omdat wij geen signalen hebben, is hier het onderwijsproces niet onderzocht. Examinering en diplomering We beoordelen de examinering en diplomering als voldoende. Voor alle betrokkenen is duidelijk hoe de examens zijn ingericht en worden uitgevoerd en beoordeeld. De procedures zijn helder en de examens worden conform de procedures uitgevoerd. Het exameninstrumentarium voldoet. Het onderscheid tussen ontwikkelgerichte toetsen en examinering is helder, doordat in het examenplan een overzichtelijke weergave van de summatieve examinering is vastgelegd. Deze examinering is voldoende dekkend; alle kerntaken, werkprocessen en prestatie-indicatoren worden getoetst. De examinering bestaat uit schriftelijke, mondelinge en praktische toetsen. De beroepspraktijkvorming (bpv) wordt afgesloten met drie proeven van bekwaamheid, die worden gevolgd door een praktijkexamen en een criterium gericht interview (cgi). De afname en beoordeling zijn voldoende. Schriftelijke toetsen worden door twee correctoren nagekeken en bij het praktijkexamen en cgi zijn twee praktijkexaminatoren aanwezig. Wanneer het verschil in beoordeling een vastgestelde norm overschrijdt, wordt er een derde corrector aan toegevoegd. Door dit 'zes ogen'-principe worden een objectieve beoordeling en de betrouwbaarheid van de examinering geborgd. Ook de heldere beoordelingscriteria dragen hieraan bij. De authentieke afname is voldoende omdat een belangrijk deel van de examinering in de beroepspraktijk wordt afgenomen. Bij het praktijkexamen dienen alle indicatoren met een voldoende te worden afgesloten om een voldoende te behalen. De examens Nederlands kunnen verder versterkt worden in de beoordelingswijze. Het beoordelingsformulier laat nu nog enige ruimte voor verschillen tussen examinatoren. Examens worden beoordeeld door twee

Pagina 12 van 27

examinatoren waardoor deze verschillen in de uitvoering beperkt zijn. De examens Engels zijn van voldoende niveau. Het oordeel over Nederlands en moderne vreemde talen telt nog niet mee in het oordeel over het exameninstrumentarium. Ook de diplomering is voldoende. Wanneer alle onderdelen van het summatieve examen zijn afgerond, vindt door twee personen binnen het examenbureau een controle op het examendossier plaats. Een derde controle wordt gedaan door de secretaris van de examencommissie, waarna een advies aan de examencommissie volgt. De examencommissie kan hierdoor deugdelijke besluiten nemen tot het verlenen van diploma's. De examencommissie heeft voldoende zicht op de kwaliteit van het exameninstrumentarium doordat zij op de hoogte is van het kwaliteitszorgsysteem van de LOI, waarin de kwaliteit wordt geborgd doordat meerdere beoordelaars een nieuw ontwikkeld examen bekijken. Daarnaast gaat de examencommissie steekproefsgewijs examens bijwonen om zich ook op de hoogte te stellen van het proces van afname en beoordeling. Er worden tevens analyses uitgevoerd op de examenresultaten en naar aanleiding van signalen die hieruit voortkomen worden verbeteracties opgezet. Deze analyses worden in opdracht van de examencommissie gedaan en de resultaten worden aan hen teruggekoppeld. Kwaliteitsborging De kwaliteitsborging is op instellingsniveau als goed beoordeeld. Dit oordeel geldt ook voor de kwaliteitsborging op opleidingsniveau. De beschouwing over dit gebied op instellingsniveau is ook van toepassing op deze opleiding. Wettelijke vereisten De opleiding voldoet aan de onderzochte wettelijke eisen. 3.4

Resultaat Pedagogisch Werk (Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang) Het kwaliteitsonderzoek bij Pedagogisch Werk (Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang), 24LK|92620, niveau 3, locatie Leidsedreef 2, Leiderdorp heeft geleid tot de volgende oordelen: Kwaliteitsgebied 2


4

Kwaliteitsborging


• •

Pagina 13 van 27

Kwaliteitsgebied 5

Voldoet Voldoet niet

•




2.2


2.3

Diplomering*


Sturing *

4.2

Beoordeling *

4.3


4.4




• • • Voldoende Onvoldoende

• • • • Voldoet Voldoet niet


•


Beschouwing Onderwijs De LOI heeft ervoor gekozen om alle mbo-opleidingen aan te bieden in de leerweg OVO. Voor deze leerweg is de afspraak gemaakt dat het onderwijsproces niet wordt onderzocht binnen het regulier toezicht, tenzij hier signalen voor zijn. Omdat wij geen signalen hebben, is hier het onderwijsproces niet onderzocht. Examinering en diplomering We beoordelen de examinering en diplomering als voldoende.

Pagina 14 van 27

Voor alle betrokkenen is duidelijk hoe de examens zijn ingericht en worden uitgevoerd en beoordeeld. De procedures zijn helder en de examens worden conform de procedures uitgevoerd. Het exameninstrumentarium voldoet. Het onderscheid tussen ontwikkelgerichte toetsen en examinering is helder, doordat in het examenplan een overzichtelijke weergave van de summatieve examinering is vastgelegd. Deze examinering is voldoende dekkend; alle kerntaken, werkprocessen en prestatie-indicatoren worden getoetst. De examinering bestaat uit schriftelijke toetsen en daarnaast de beroepspraktijkvorming (bpv), die wordt afgesloten met drie proeven van bekwaamheid. Na het afsluiten van de proeven volgen een praktijkexamen en een criterium gericht interview (cgi). De afname en beoordeling zijn voldoende. Schriftelijke toetsen worden door twee correctoren nagekeken en bij het praktijkexamen en cgi zijn twee praktijkexaminatoren aanwezig. Wanneer het verschil in beoordeling een vastgestelde norm overschrijdt, wordt er een derde corrector aan toegevoegd. Door dit 'zes ogen'-principe worden een objectieve beoordeling en de betrouwbaarheid van de examinering geborgd. Ook de heldere beoordelingscriteria dragen hieraan bij. De authentieke afname is voldoende omdat een belangrijk deel van de examinering in de beroepspraktijk wordt afgenomen. Bij het praktijkexamen dienen alle indicatoren met een voldoende te worden afgesloten om een voldoende te behalen. De examens Nederlands kunnen verder versterkt worden in de beoordelingswijze. Het beoordelingsformulier laat nu nog enige ruimte voor verschillen tussen examinatoren. Examens worden beoordeeld door twee examinatoren waardoor deze verschillen in de uitvoering beperkt zijn. Het oordeel over Nederlands telt nog niet mee in het oordeel over het exameninstrumentarium. Ook de diplomering is voldoende. Wanneer alle onderdelen van het summatieve examen zijn afgerond, vindt door twee personen binnen het examenbureau een controle op het examendossier plaats. Een derde controle wordt gedaan door de secretaris van de examencommissie, waarna een advies aan de examencommissie volgt. De examencommissie kan hierdoor deugdelijke besluiten nemen tot het verlenen van diploma's. De examencommissie heeft voldoende zicht op de kwaliteit van het exameninstrumentarium doordat zij op de hoogte is van het kwaliteitszorgsysteem van de LOI, waarin de kwaliteit wordt geborgd doordat meerdere beoordelaars een nieuw ontwikkeld examen bekijken. Daarnaast gaat de examencommissie steekproefsgewijs examens bijwonen om zich ook op de hoogte te stellen van het proces van afname en beoordeling. Er worden tevens

Pagina 15 van 27

analyses uitgevoerd op de examenresultaten en naar aanleiding van signalen die hieruit voortkomen worden verbeteracties opgezet. Deze analyses worden in opdracht van de examencommissie uitgevoerd en de resultaten worden aan hen teruggekoppeld. Kwaliteitsborging De kwaliteitsborging is op instellingsniveau als goed beoordeeld. Dit oordeel geldt ook voor de kwaliteitsborging op opleidingsniveau. De beschouwing over dit gebied op instellingsniveau is ook van toepassing op deze opleiding. Wettelijke vereisten De opleiding voldoet aan de onderzochte wettelijke eisen. 3.5

Resultaat Particuliere beveiliging (Beveiliger) Het kwaliteitsonderzoek bij Particuliere beveiliging (Beveiliger), 24LK|94850, niveau 2, locatie Leidsedreef 2, Leiderdorp heeft geleid tot de volgende oordelen: Kwaliteitsgebied 2


4

Kwaliteitsborging

Kwaliteitsgebied 5



•


De kwaliteitsgebieden examinering en diplomering en naleving wettelijke vereisten zijn voldoende. Het kwaliteitsonderzoek heeft daarnaast geleid tot het oordeel goed voor het kwaliteitsgebied kwaliteitsborging. Dat betekent dat de inspectie geen aanleiding heeft vervolgonderzoek uit te voeren of afspraken met de directie te maken voor deze opleiding. Oordeel per aspect Hieronder geven we het oordeel over de aspecten van de onderzochte kwaliteitsgebieden weer. In bijlage III is de beoordeling van de onderliggende indicatoren van de betreffende aspecten per kwaliteitsgebied opgenomen.

Gebied 2: Examinering en diplomering 2.1


2.2



• •

Pagina 16 van 27


Diplomering*


Sturing *

4.2

Beoordeling *

4.3


4.4





• Voldoende Onvoldoende


•


Beschouwing Onderwijs De LOI heeft ervoor gekozen om alle mbo-opleidingen aan te bieden in de leerweg OVO. Voor deze leerweg is de afspraak gemaakt dat het onderwijsproces niet wordt onderzocht binnen het regulier toezicht, tenzij hier signalen voor zijn. Omdat wij geen signalen hebben, is hier het onderwijsproces niet onderzocht. Examinering en diplomering De beroepsgerichte examinering is volledig uitbesteed aan SVPB. Het exameninstrumentarium van SVPB is op een eerder moment onderzocht en voldoende bevonden. De examens Nederlands kunnen verder versterkt worden in de beoordelingswijze. Het beoordelingsformulier laat nu nog enige ruimte voor verschillen tussen examinatoren. Examens worden beoordeeld door twee examinatoren waardoor deze verschillen in de uitvoering beperkt zijn. Het oordeel over Nederlands telt nog niet mee in het oordeel over het exameninstrumentarium. Ook de diplomering is voldoende. Wanneer alle onderdelen van het summatieve examen zijn afgerond, vindt door twee personen binnen het examenbureau een controle op het examendossier plaats. Een derde controle wordt gedaan door de secretaris van de examencommissie, waarna een advies aan de examencommissie volgt. De examencommissie kan hierdoor deugdelijke besluiten nemen tot het verlenen van diploma's. De examencommissie heeft voldoende zicht op de kwaliteit van het exameninstrumentarium doordat zij op de hoogte is van het

Pagina 17 van 27

kwaliteitszorgsysteem van de LOI, waarin de kwaliteit wordt geborgd doordat meerdere beoordelaars een nieuw ontwikkeld examen bekijken. Daarnaast gaat de examencommissie steekproefsgewijs examens bijwonen om zich ook op de hoogte te stellen van het proces van afname en beoordeling. Er worden tevens analyses uitgevoerd op de examenresultaten en naar aanleiding van signalen die hieruit voortkomen worden verbeteracties opgezet. Kwaliteitsborging De kwaliteitsborging is op instellingsniveau als goed beoordeeld. Dit oordeel geldt ook voor de kwaliteitsborging op opleidingsniveau. De beschouwing over dit gebied op instellingsniveau is ook van toepassing op deze opleiding. Wettelijke vereisten De opleiding voldoet aan de onderzochte wettelijke eisen. 3.6

Resultaat Dierenartsassistent paraveterinair Het kwaliteitsonderzoek bij Dierenartsassistent paraveterinair, 24LK|97590, niveau 4, locatie Leidsedreef 2, Leiderdorp heeft geleid tot de volgende oordelen: Kwaliteitsgebied 2


4

Kwaliteitsborging

Kwaliteitsgebied 5



•





•

Pagina 18 van 27



2.3

Diplomering*


Sturing *

4.2

Beoordeling *

4.3


4.4





• • Voldoende Onvoldoende


•


Beschouwing Onderwijs De LOI heeft ervoor gekozen om alle mbo-opleidingen aan te bieden in de leerweg OVO. Voor deze leerweg is de afspraak gemaakt dat het onderwijsproces niet wordt onderzocht binnen het regulier toezicht, tenzij hier signalen voor zijn. Omdat wij geen signalen hebben, is hier het onderwijsproces niet onderzocht. Examinering en diplomering We beoordelen de examinering en diplomering als voldoende. Voor alle betrokkenen is duidelijk hoe de examens zijn ingericht en worden uitgevoerd en beoordeeld. De procedures zijn helder en de examens worden conform de procedures uitgevoerd. Het exameninstrumentarium voldoet. Het onderscheid tussen ontwikkelgerichte toetsen en examinering is helder, doordat in het examenplan een overzichtelijke weergave van de summatieve examinering is vastgelegd. Deze examinering is voldoende dekkend; alle kerntaken, werkprocessen en prestatie-indicatoren worden getoetst. De examinering bestaat uit diverse schriftelijke toetsen en een praktisch toets. De beroepspraktijkvorming (bpv) wordt afgesloten met vijf proeven van bekwaamheid, die worden gevolgd door een praktijkexamen en een criterium gericht interview (cgi). De afname en beoordeling zijn voldoende. Schriftelijke toetsen worden door twee correctoren nagekeken en bij het praktijkexamen en cgi zijn twee praktijkexaminatoren aanwezig. Wanneer het verschil in beoordeling een vastgestelde norm overschrijdt, wordt er een derde corrector aan toegevoegd. Door dit 'zes ogen'-principe worden een objectieve beoordeling en de betrouwbaarheid van de examinering geborgd. Ook de heldere

Pagina 19 van 27

beoordelingscriteria dragen hieraan bij. De authentieke afname is voldoende omdat een belangrijk deel van de examinering in de beroepspraktijk wordt afgenomen. Bij het praktijkexamen dienen alle indicatoren met een voldoende te worden afgesloten om een voldoende te behalen. De examens Nederlands kunnen verder versterkt worden in de beoordelingswijze. Het beoordelingsformulier laat nu nog enige ruimte voor verschillen tussen examinatoren. Examens worden beoordeeld door twee examinatoren waardoor deze verschillen in de uitvoering beperkt zijn. De examens Engels zijn van voldoende niveau. Het oordeel over Nederlands en moderne vreemde talen telt nog niet mee in het oordeel over het exameninstrumentarium. Ook de diplomering is voldoende. Wanneer alle onderdelen van het summatieve examen zijn afgerond, vindt door twee personen binnen het examenbureau een controle op het examendossier plaats. Een derde controle wordt gedaan door de secretaris van de examencommissie, waarna een advies aan de examencommissie volgt. De examencommissie kan hierdoor deugdelijke besluiten nemen tot het verlenen van diploma's. De examencommissie heeft voldoende zicht op de kwaliteit van het exameninstrumentarium doordat zij op de hoogte is van het kwaliteitszorgsysteem van de LOI, waarin de kwaliteit wordt geborgd doordat meerdere beoordelaars een nieuw ontwikkeld examen bekijken. Daarnaast gaat de examencommissie steekproefsgewijs examens bijwonen om zich ook op de hoogte te stellen van het proces van afname en beoordeling. Er worden tevens analyses uitgevoerd op de examenresultaten en naar aanleiding van signalen die hieruit voortkomen worden verbeteracties opgezet. Deze analyses worden in opdracht van de examencommissie uitgevoerd en de resultaten worden aan hen teruggekoppeld. Kwaliteitsborging De kwaliteitsborging is op instellingsniveau als goed beoordeeld. Dit oordeel geldt ook voor de kwaliteitsborging op opleidingsniveau. De beschouwing over dit gebied op instellingsniveau is ook van toepassing op deze opleiding. Wettelijke vereisten De opleiding voldoet aan de onderzochte wettelijke eisen.

Pagina 20 van 27

4

BIJLAGEN Bijlage I Normeringen kwaliteitsgebieden De normen Op basis van het onderzoek spreekt de inspectie oordelen uit waarvoor zij gebruik maakt van een normering. Deze bestaat uit: 1.

Een normering per indicator: wanneer wordt voldaan aan de indicator? Hiervoor gebruikt de inspectie portretten: de aangetroffen situatie voldoet aan de indicator indien deze over het geheel genomen voldoet aan de beschrijving in het portret. Het gaat hier om een weging van het geheel met hantering van toleranties. 2. Een normering per aspect. 3. Een normering per kwaliteitsgebied. Bij het gebied Examinering en diplomering zijn alle aspecten als kernaspect aangegeven. Normering Examinering en diplomering Goed

• •

Aan alle standaarden is voldaan. De elementen in het portret worden op een uitstekende wijze uitgevoerd.

Voldoende

• •

Aan alle standaarden is voldaan. Er wordt voor het grootste deel aan de omschrijving van de portretten van deze indicatoren voldaan, waaronder de essentiële onderdelen.

Onvoldoende

•

Aan één standaard is niet voldaan.

Slecht

•

Aan twee of drie standaarden is niet voldaan.

Voor de normering van het gebied Kwaliteitsborging zijn drie kernaspecten benoemd. De kernaspecten zijn 4.1 Sturing, 4.2 Beoordeling en 4.3 Verbetering en verankering. Deze kernaspecten moeten alle drie voldoende zijn om een voldoende beoordeling te krijgen. Bij één of meer onvoldoende kernaspecten is de kwaliteitsborging onvoldoende. Normering Kwaliteitsborging Goed

• • •

Aan alle aspecten is voldaan. Aan alle indicatoren is voldaan. De elementen in het portret worden op een uitstekende wijze uitgevoerd.

Pagina 21 van 27

Voldoende

• • •

Aan alle kernaspecten is voldaan. Aan alle indicatoren van deze aspecten is voldaan. Er wordt voor het grootste deel aan de omschrijving van de portretten van deze indicatoren voldaan, waaronder de essentiële onderdelen.

Onvoldoende

• •

Aan twee aspecten is niet voldaan. Aan één of twee kernaspecten is niet voldaan

Slecht

•

Aan drie of vier aspecten is niet voldaan.

Normering van het gebied Naleving wettelijke vereisten: de instelling of opleiding voldoet niet aan de wettelijke bepalingen indien de inspectie vaststelt dat één van deze bepalingen niet wordt nageleefd. Bij sommige bepalingen vloeit de norm direct uit de wet voort. Voor enkele bepalingen zijn nadere operationaliseringen opgesteld (bv onderwijstijd).

Pagina 22 van 27

Bijlage II Beoordeling aspecten en indicatoren onderzochte instellingsbrede gebied


Sturing *

4.1.1

Plannen

4.1.2

Informatie

4.1.3

Continuïteit

4.2

Beoordeling *

4.2.1

Monitoring

4.2.2

Evaluatie

4.3


4.3.1

Verbeteraanpak

4.3.2

Deskundigheidsbevordering

4.3.3

Verankering

4.4


4.4.1

Intern

4.4.2

Extern


• • • • • • • • • • • • • •


Pagina 23 van 27

Bijlage III Beoordeling aspecten en indicatoren opleiding Tandartsassistent, 24LK|91410

Gebied 2: Examinering en diplomering


2.1


•

2.1.1

Onderscheid tussen ontwikkelgerichte toetsen en examinering

•

2.1.2

Dekking van het kwalificatiedossier

2.1.3

Cesuur

2.1.4

Beoordelingswijze

2.1.5

Transparantie

2.2


2.2.1

Authentieke afname

2.2.2

Betrouwbaarheid

2.3

Diplomering*

2.3.1

Besluitvorming diplomering

2.3.2

Verantwoordelijkheid examencommissie


Sturing *

4.1.1

Plannen

4.1.2

Informatie

4.1.3

Continuïteit

4.2

Beoordeling *

4.2.1

Monitoring

4.2.2

Evaluatie

4.3


4.3.1

Verbeteraanpak

4.3.2


4.3.3

Verankering

4.4


4.4.1

Intern

4.4.2

Extern



5.1.1


• • • • • • • • • •


• • • • • • • • • • • • • • Voldoet Voldoet niet

• •

De aspecten met een * zijn kernaspecten

Pagina 24 van 27

Pedagogisch Werk (Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang), 24LK|92620



2.1


•

2.1.1


•

2.1.2


2.1.3

Cesuur

2.1.4

Beoordelingswijze

2.1.5

Transparantie

2.2


2.2.1

Authentieke afname

2.2.2

Betrouwbaarheid

2.3

Diplomering*

2.3.1


2.3.2



Sturing *

4.1.1

Plannen

4.1.2

Informatie

4.1.3

Continuïteit

4.2

Beoordeling *

4.2.1

Monitoring

4.2.2

Evaluatie

4.3


4.3.1

Verbeteraanpak

4.3.2


4.3.3

Verankering

4.4


4.4.1

Intern

4.4.2

Extern



5.1.1


• • • • • • • • • •



• •


Pagina 25 van 27

Particuliere beveiliging (Beveiliger), 24LK|94850



2.1


•

2.1.1


•

2.1.2


2.1.3

Cesuur

2.1.4

Beoordelingswijze

2.1.5

Transparantie

2.2


2.2.1

Authentieke afname

2.2.2

Betrouwbaarheid

2.3

Diplomering*

2.3.1


2.3.2



Sturing *

4.1.1

Plannen

4.1.2

Informatie

4.1.3

Continuïteit

4.2

Beoordeling *

4.2.1

Monitoring

4.2.2

Evaluatie

4.3


4.3.1

Verbeteraanpak

4.3.2


4.3.3

Verankering

4.4


4.4.1

Intern

4.4.2

Extern



5.1.1


• • • • • • • • • •



• •


Pagina 26 van 27

Dierenartsassistent paraveterinair, 24LK|97590



2.1


•

2.1.1


•

2.1.2


2.1.3

Cesuur

2.1.4

Beoordelingswijze

2.1.5

Transparantie

2.2


2.2.1

Authentieke afname

2.2.2

Betrouwbaarheid

2.3

Diplomering*

2.3.1


2.3.2



Sturing *

4.1.1

Plannen

4.1.2

Informatie

4.1.3

Continuïteit

4.2

Beoordeling *

4.2.1

Monitoring

4.2.2

Evaluatie

4.3


4.3.1

Verbeteraanpak

4.3.2


4.3.3

Verankering

4.4


4.4.1

Intern

4.4.2

Extern



5.1.1


• • • • • • • • • •



• •


Pagina 27 van 27

Inspecteur van het Onderwijs

Recommend Documents