Inhoud Inleiding
3
Wat is dyslexie?
4
Kenmerken van dyslectische leerlingen
5
Wat iedere docent over dyslexie zou moeten weten
6
Signalering en onderzoek op de diverse locaties
7
Afspraken met betrekking tot dyslectische leerlingen
8
Aanbevelingen
11
Ontheffingen
12
Faciliteiten voor eindexamenkandidaten
15
Bronvermelding
33
Bijlagen: l ll lll lV V Vl Vll VIII IX X XI
Wie doet wat? Consequenties van dyslexie voor het volgen van voortgezet onderwijs Voorbeeld van dyslexiepas Tijdpad dyslexiecoach CSG Gaasterland Tijdpad dyslexiecoach Bogerman onderbouw ( Hemdijk 47) Tijdpad dyslexiecoach Bogerman bovenbouw (hemdijk 2 VMBO) Tijdpad dyslexiecoach Bogerman bovenbouw (hemdijk 2 HAVO/VWO) Tijdpad dyslexiecoach onderbouw Bogerman Koudum Tijdpad dyslexiecoach bovenbouw Bogerman Koudum Tijdpad dyslexiecoach onderbouw Bogerman Wommels Tijdpad dyslexiecoach bovenbouw Bogerman Wommels
16 17 19 21 24 26 27 28 30 31 32
2
Inleiding Een leerling met een beperking moet het onderwijs kunnen doorlopen op een manier die aangepast is aan zijn of haar mogelijkheden. Dit is wettelijk geregeld. Dyslexie wordt in dit kader ook als beperking erkend. Een dyslectische leerling mag van de leerkrachten verwachten dat zij rekening houden met deze beperking. Daarom is het nodig dat we met elkaar werken aan een pedagogisch-didactisch klimaat, waarin ook dyslectische leerlingen optimaal kunnen profiteren van het onderwijsaanbod. Om dit te bereiken is het nodig dat we afspraken maken en deze vastleggen. Voor scholen binnen het CVO (Bogerman en CSG Gaasterland) hebben we deze afspraken beschreven in dit dyslexieprotocol. Sneek, februari 2011.
3
Wat is dyslexie? De Stichting Dyslexie Nederland (SDN) formuleert de inhoud van het begrip dyslexie als volgt: Dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door hardnekkige problemen in de automatisering van de woordidentificatie (lezen) en/of schriftbeeldvorming (spellen). Een dyslectische leerling heeft een: a. ernstige lees- en spellingachterstand: de prestatie ligt ruim onder de norm, zowel in de klassensituatie als bij geobjectiveerd lees- en spellingonderzoek. b. hardnekkigheid of didactische resistentie: de in het onderwijs gebruikelijke didactische maatregelen en inspanningen m.b.t. remediëring hebben een heel gering resultaat. c. zeer trage en/of onnauwkeurige en snel verstoorde woordidentificatie: bij geobjectiveerd diagnostisch onderzoek op het gebied van de ontwikkeling van de automatisering van woordherkenning en schriftbeeldvorming ligt de score ver onder de norm. Bij het vaststellen van dyslexie dienen deze drie kenmerken aanwezig te zijn. Het mag duidelijk zijn, dat de mate van dyslexie erg verschillend kan zijn. De grens tussen taalzwakte en dyslexie is nog niet zo gemakkelijk te trekken. Een nauwkeurige diagnosestelling is dan ook beslist noodzakelijk! Als officiële diagnosestelling formuleert een psycholoog of orthopedagoog, met een bevoegdheid voor het uitvoeren van psychodiagnostisch onderzoek, een rapport, waaruit de aard en de omvang van de dyslexie blijkt. De definitie heeft uitsluitend betrekking op de stoornis zoals die zich manifesteert op vaardigheidsniveau. Voor het voortgezet onderwijs is het belangrijk dat dyslexie zich niet alleen kan manifesteren bij het aanleren van lezen en spellen op woordniveau, maar ook bij het toepassen op latere leeftijd. Hoewel bij ernstige vormen van dyslexie de stoornis vrijwel altijd eerder is onderkend, zijn er in het voortgezet onderwijs leerlingen bij wie dyslexie zich pas manifesteert als ze veel talen en teksten moeten verwerken. Zij bereiken dan pas de grenzen van hun compensatiemogelijkheden.
4
Kenmerken van dyslectische leerlingen In de dagelijkse praktijk merken we dat dyslectische leerlingen een aantal kenmerken gemeen hebben. Sommige hiervan liggen voor de hand omdat ze regelrecht gevolg zijn van de gebrekkige, niet automatische, omzetting van symbolen (letters) in klanken en omgekeerd van klanken naar lettertekens. Andere zijn een gevolg van een niet zo snelle schakeling van het fysiek horen van taal naar het begrijpen. Primaire kenmerken 1. Een trager leestempo dan kinderen van gelijke leeftijd en een gelijk aantal maanden leesonderwijs 2. Meer fouten in vergelijking tot leeftijd- en ontwikkelingsgenoten. 3. Meer spellingfouten. 4. Woorden die eerst correct maar soms later, in dezelfde zin, fout worden geschreven. Secundaire kenmerken 1. Woordvindingsproblemen: vergeten van en moeite hebben met het leren van namen van mensen, voorwerpen en woorden die abstracties aanduiden en moeite met de namen van kleuren. 2. Problemen met de ordening in de tijd. 3. Meer tijd nodig voor het leren van talig materiaal. Het gaat dan om problemen met de inprenting en met het opslaan van het materiaal in het middellange en lange termijngeheugen. 4. Problemen met het vlot, in volledige en grammaticaal juiste zinnen vorm geven aan gedachten, zowel schriftelijk als mondeling. Niet alle dyslectische kinderen vertonen het hele scala aan kenmerken en ook vertonen ze niet alle kenmerken in dezelfde mate. Aanvullend kunnen we van dyslectische leerlingen in het voortgezet onderwijs zeggen dat ze problemen hebben met: a. Lezen en/of spellen op woordniveau in het Nederlands en in de moderne vreemde talen (nieuwe klanktekenkoppelingen, ingewikkelde spellingsafspraken) b. Het snel en accuraat lezen (decoderen) van teksten bij alle vakken. c. Het snel en accuraat spellen (coderen) bij functioneel schrijven bij alle vakken. Ook deze problemen doen zich niet allemaal en niet in gelijke mate bij een individuele leerling voor. Mogelijke gevolgen van dyslexie lage eigenwaarde frustraties motivatieproblemen gedragsproblemen onderpresteren en afstromen Dyslexie heeft consequenties voor alle vakken die een beroep doen op functioneel lezen en schrijven, vooral voor die vakken waarbij leerlingen veel informatie uit teksten moeten verwerven.
5
Wat iedere docent over dyslexie zou moeten weten. De acceptatie van het probleem is fundamenteel. Dyslexie is niet tijdelijk, maar blijvend. Leerlingen met hardnekkige lees- en schrijfproblemen worden nooit leerlingen zonder lees- en schrijfproblemen, ongeacht de maatregelen die we treffen.
Deze leerlingen zijn niet ongeconcentreerd en in de aanvang ook niet ongemotiveerd, maar verliezen vaak in de loop van de jaren hun motivatie.
De leerlingen leren moeilijk informatie zonder samenhang uit hun hoofd.
Er bestaat niet één type dyslexie.
Dyslexie is geen modeverschijnsel.
Dyslectische leerlingen reageren vaak langzamer dan leeftijdsgenoten op klassikaal gestelde vragen.
De leerlingen hebben soms moeite met het onder woorden brengen van wat ze precies bedoelen (woordvindingsproblemen). Accepteer eenvoudig taalgebruik.
Dyslectische leerlingen maken ook wel eens hun huiswerk niet.
De leerlingen kunnen moeite hebben met het overschrijven van aantekeningen van het bord of het maken van goede dictaten.
Het is belangrijk dat ze tijdens de les gebruik maken van de verschillende zintuigen: horen, zien en doen. Gelijktijdig gebruik van verschillende zintuigen is vanuit de wereld van de remedial teaching al lang het devies.
Wijs de leerlingen op de mogelijkheid om gebruik te maken van ingesproken boeken en andere hulpmiddelen specifiek voor het betreffende vak.
Gebruik concrete bewoordingen en geef praktische voorbeelden.
Zeg of schrijf nooit: “je hebt zeker niet geleerd”, maar vraag aan de leerling hoe hij het heeft gedaan.
6
Signalering en onderzoek op de diverse locaties. Stap 1. Al op de basisschool kan men dyslexie constateren. Naast alleen de signalering kan men ook onderzoek laten doen waarbij dyslexie officieel wordt vastgesteld en het kind er een dyslexieverklaring krijgt. Als op het aanmeldingsformulier de aantekening „dyslexie‟ staat, gaan de scholen na of men alleen denkt aan dyslexie of dat er gekwalificeerd onderzoek heeft plaatsgevonden. Oftewel, er is een onderzoeksrapport en een dyslexieverklaring. Teamleiders, zorgcoördinatoren en dyslexiecoaches benaderen waar nodig de basisschool en vragen welke extra begeleiding een leerling al heeft gehad. Een tweede vorm van constatering vindt plaats als de leerlingen net een paar weken op school zijn. Alle leerlingen van de eerste klassen ondergaan een screeningsonderzoek, waarin lees- en spellingvaardigheden zijn opgenomen. De mentoren van de eerste klas doen dit onderzoek. Stap 2. De screeningsinstrumenten zijn genormeerd. De onderzoekgegevens van leerlingen die de norm overschrijden worden verder geanalyseerd. Daarnaast kan de dyslexiecoach aanvullend onderzoek verrichten, met o.a. de zogenaamde „klepel- en brustest‟. Dit levert een lijstje op met leerlingen die in meer of mindere mate kampen met dyslexie. Leerlingen, waarvan de basisschool al heeft geconstateerd dat ze dyslectisch zijn, worden na aanmelding en in overleg met de basisschool, opgegeven bij Fultura* . Indien nodig kunnen zij nog voor de zomervakantie onderzocht worden, zodat ze in het nieuwe schooljaar direct een dyslexieverklaring hebben. Als er geen dyslexieonderzoek heeft plaatsgevonden, moet men extra goed kijken of ze wel op dit lijstje thuishoren. Stap 3. Nadat we hebben overlegd met de ouders en van hen toestemming is verkregen, ondergaan de geselecteerde leerlingen een dyslexieonderzoek. Dit wordt uitgevoerd door gekwalificeerde onderzoekers van Fultura*. Mocht men daar bij de leerling inderdaad de leerstoornis vaststellen, dan geeft men een dyslexieverklaring af. Verderop in dit protocol komen de door de school te treffen begeleidingsmaatregelen aan de orde. Indien er na bovengenoemd onderzoek in klas 1 en 2 toch nog andere leerlingen worden gesignaleerd met dyslectische kenmerken (ingebracht tijdens leerlingenbesprekingen, mentoroverleg of door de docenten moderne vreemde talen), dan kan de zorgcoördinator of de remedial teacher besluiten alsnog een dyslexieonderzoek te doen bij deze leerlingen. Uiteraard gaat dit in overleg met de ouders. Financiële consequenties Als de school het noodzakelijk acht dat er in het eerste leerjaar een onderzoek naar taalleerproblemen plaatsvindt, is het merendeel van de kosten voor de school. Als er in de vervolgklassen een verzoek van de ouders/verzorgers komt, moeten de mentor, taaldocent en dyslexiecoach nagaan of daar voldoende grond voor is. In dat geval vragen we van de ouders/verzorgers, volgens de geldende regels, een financiële bijdrage. Als er volgens de school geen reden is voor een onderzoek, zijn de ouders/verzorgers uiteraard vrij om zelf een onderzoek te bekostigen. *Fultura is een stichting van en voor de scholen voor Voortgezet Onderwijs in Zuidwest Friesland. De stichting is een ondersteunende dienst die vraaggestuurd werkt op het gebied van zorg, scholing, intervisie, kennisuitwisseling en handelingsadvisering van leerlingen. Meer informatie is te vinden op www.fultura.nl.
7
Afspraken met betrekking tot dyslectische leerlingen Leerlingen met een dyslexieverklaring hebben recht op een aantal faciliteiten: a. De verklaring geldt voor de gehele schoolloopbaan op het CVO. b. Elke locatie heeft een dyslexiecoach. Deze constateert samen met de dyslectische leerling welke faciliteiten voor hem/haar noodzakelijk zijn. c. Vervolgens zorgt de coach voor een dyslexiepas waarop deze faciliteiten, maar ook de inspanningsverplichtingen van de kant van de leerling komen te staan. Ook als er knelpunten ontstaan, staat de dyslexiecoach de leerling terzijde. d. Waar dit wenselijk is, krijgen dyslectische leerlingen in klas 1 in één of meer periodes remedial teaching. e. Tijdens een aantal keuzewerkuren/banduren werkt de coach in een dyslexiecontactgroep met de dyslectische leerlingen gewerkt aan compenserende en sociaal-emotionele aspecten. f. Dyslectische leerlingen hebben 2x per jaar een voortgangsgesprek met de dyslexiecoach. Voorwaarden voor een goed verloop
Elke docent heeft goed in beeld welke leerling dyslectisch is. De dyslexiecoach geeft de namen van deze leerlingen door.
De docenten weten en kunnen duidelijk maken dat de verleende faciliteiten noodzakelijk zijn.
De docenten leggen de nadruk op die dingen waar de (dyslectische) leerling goed in is.
De mentoren van dyslectische leerlingen geven desgewenst informatie aan andere leerlingen. Hij/zij maakt duidelijk dat de extra faciliteiten geen voorrecht zijn, maar een noodzaak.
Overigens is het duidelijk dat veel van de hiergenoemde afspraken ook prima werken voor alle leerlingen.
A. schrijftaken De leerling mag gebruik maken van de computer (laptop) ook met spraakherkennings- of predictiesoftware. Uiteraard moet het vak en de lesstof zich daartoe lenen. Een alternatief is een Daisyspeler. Indien gewenst en indien mogelijk, nemen docenten, in overleg met de dyslexiecoach, naast schriftelijke overhoringen en proefwerken ook mondeling toetsen af.
8
B. leestaken
Onverwachte leesbeurten vermijden.
Lesmateriaal en proefwerken worden overzichtelijk aangeboden.
Daarbij wordt lettertype Arial, Tahoma, of een ander schreefloos lettertype gebruikt, bij regelafstand 1,5. Voor deze bladzijden is Arial gebruikt. Hierdoor is het vergroten naar A3-formaat vaak niet nodig.
Leeslijst/leesdossier o De leerling krijgt meer tijd. o De hoeveelheid wordt in overleg met de leerling en dyslexiecoach aangepast. o De leerling werkt, indien mogelijk, in groepsverband. Interactie werkt stimulerend en verhelderend.
De leerling mag, in overleg met de docent, het programma „Kurzweil‟ of een ander hulpmiddel gebruiken.
Ook andere ondersteunende materialen zoals bijvoorbeeld spellinglijsten of regelkaarten zijn toegestaan. Eén en ander gaat altijd in overleg met de docent en de dyslexiecoach.
Bij het doorlezen van grote stukken tekst krijgt de leerling meer leestijd.
C. toetsen Dyslectische leerlingen hebben, indien nodig, recht op:
Ongeveer 20% meer tijd.
Overzichtelijke lay-out: Arial 12, of Tahoma bij een regelafstand van 1,5. Indien gewenst/noodzakelijk: gebruik van vergrote teksten tot A3 formaat.
Het werken met het programma Kurzweil.
Rust in de klas tot aan het einde van een toets.
Het geven van onverwachte s.o‟s zoveel mogelijk beperken.
Als regel worden niet meer dan twee proefwerken per dag afgenomen, waarvan er maar één betrekking heeft op taal.
D. beoordeling
Het werk wordt, uitgezonderd spellingtoetsen, beoordeeld op vakinhoudelijke kennis en niet op spelling.
Er wordt rekening gehouden met het feit dat dyslectische leerlingen er moeite mee hebben hun gedachten helder op papier te zetten.
Een slecht handschrift mag de beoordeling niet ongunstig beïnvloeden.
9
E. talen
Herhalingsfouten worden niet meegeteld.
Als de leerling het woord fonetisch geschreven heeft, tellen spelfouten minder zwaar mee.
Door de leerling vaker mondeling te overhoren, kan de leerling aantonen dat hij de leerstof beheerst.
De leerling mag Kurzweil of ander hulpmiddel gebruiken (in overleg met docent).
De leerling mag een woordenboek gebruiken (na overleg met docent).
10
Aanbevelingen De volgende punten zijn niet verplicht, maar kunnen gezien worden als een suggestie of een advies naar docenten.
Huiswerk tijdig op het bord zetten.
Aantekeningen en schema‟s van de docent of van een „betrouwbare‟ klasgenoot voor de dyslectische leerlingen kopiëren.
Waar nodig opdrachten zoveel mogelijk voorlezen en toelichten. (Dit kan ook door een klasgenoot van de leerling gedaan worden). Zoveel mogelijk de opdrachten digitaal aanleveren, zodat de leerling ze met het programma Kurzweil kan lezen.
Het moet mogelijk zijn om een toets ruim binnen de lestijd te maken.
Licht bij een toets de vragen en opdrachten eventueel mondeling toe.
Bij het toetsonderdeel spelling niet lager dan een 4.0 geven.
Denk ook aan leerkaarten met eenvoudige grammaticaregels als geheugensteuntje.
Bij het lezen van grote stukken tekst zou je als docent een korte samenvatting kunnen geven. Bij een leestoets is dit natuurlijk niet mogelijk.
Geef regelmatig tips voor het leren van woordjes: bijvoorbeeld: woordkaartjes gebruiken (Nederlands en vertaling) meelezen met cd (luisteren) voor het bevorderen van de klanktekenkoppeling. hardop lezen en naspreken. opschrijven van de te leren woorden. kleine hoeveelheden tegelijk beter 3 x 10 minuten dan één keer een half uur. het programma WRTS/Kurzweil.
Controle (steekproefsgewijs) van de agenda en het gemaakte huiswerk, met oog op leesbaarheid en bruikbaarheid. Dit met name in de onderbouw.
Controleer het gemaakte huiswerk, vooral van moderne vreemde talen.
Bespreek welke spellingfouten worden meegeteld in de beoordeling en maak een verschil tussen inzichtfouten en andere fouten.
11
Ontheffingen Binnen het voortgezet onderwijs zijn er voor leerlingen die niet in staat zijn het volledige onderwijsprogramma te volgen, mogelijkheden tot aanpassingen. Hieronder zetten wij op een rijtje welke regelingen voor dyslectische leerlingen gelden. Vrijstellingen in de onderbouw Nederlands en Engels Artikel 11d van de WO biedt ruimte om in individuele gevallen ontheffingen te verlenen voor onderdelen van de kerndoelen. Dit maakt in principe ontheffingen voor onderdelen van de vakken Nederlands en Engels mogelijk, bij leerlingen die door hun dyslexie ernstig beperkt zijn. De wet (artikelen 11a en 11c, WVO) legt echter sterk de nadruk op de mogelijkheden voor doorstroming van de leerling. Aangezien de vakken Nederlands en Engels in alle profielen verplichte vakken zijn, zullen er in de praktijk zeer zwaarwegende redenen moeten zijn om ontheffing te verlenen. De afweging tot ontheffing wordt per individueel geval door het bevoegd gezag van de school gemaakt. Frans en Duits De mogelijkheden om ontheffing te verlenen voor de tweede moderne vreemde taal verschillen per schoolsoort, leerjaar of leerweg (vmbo). 1.VMBO in de eerste twee leerjaren (Inrichtingsbesluit WVO, artikel 22) Behalve voor leerlingen die naar de verwachting van het bevoegd gezag doorstromen naar de basisberoepsgerichte leerweg, is in de eerste twee leerjaren van het vmbo Frans en Duits als tweede moderne vreemde taal verplicht. Scholen mogen zelf kiezen of zij beide talen aanbieden, of één van de twee. Voor het volgen van alleen Frans of alleen Duits is geen ontheffing nodig. Vrijstelling voor Frans en Duits is niet mogelijk voor dyslectische leerlingen. Wel kan de school in de eerste twee leerjaren zelf invulling geven aan het onderwijs in de tweede moderne vreemde taal, omdat er, met uitzondering van Engels, geen kerndoelen zijn voor de moderne vreemde talen. De school moet hierbij wel rekening houden met doorstroommogelijkheden van de leerling. Alleen in een aantal specifieke gevallen – en dan gaat het niet alleen om leerlingen met dyslexie - zijn er wel mogelijkheden om ontheffing te krijgen voor Frans en Duits. Dit geldt voor:
Leerlingen die Spaans, Arabisch of Turks volgen Leerlingen die buiten Nederland vergelijkbaar onderwijs hebben gevolgd, en daarbij geen of te weinig onderwijs in Frans en Duits hebben gekregen.
Leerlingen kunnen via deze regel alleen ontheffing krijgen van de tweede moderne vreemde taal, wanneer zij voor de eerste maal tot een school voor vbo of mavo zijn toegelaten en zijn geplaatst in een hoger leerjaar dan het eerste.
2. Havo en vwo in de eerste drie leerjaren (Inrichtingsbesluit WVO,artikel 21) In de eerste drie leerjaren van havo en vwo zijn zowel Frans als Duits verplicht. Dyslectische leerlingen kunnen geen ontheffing krijgen. Wel kan de school in de eerste drie leerjaren zelf invulling geven aan het onderwijs in de tweede moderne vreemde taal, omdat er, met uitzondering van Engels, geen kerndoelen zijn voor moderne vreemde talen. De school moet hierbij wel rekening houden met de doorstroommogelijkheden van de leerling. Alleen in een aantal specifieke gevallen – en dan gaat het niet alleen om leerlingen met dyslexie – is er een aantal mogelijkheden voor ontheffingen: Leerlingen die Spaans, Russisch, Italiaans, Arabisch of Turks volgen, kunnen ontheffing krijgen voor Frans of Duits. Het is niet mogelijk beide vakken te vervangen;
12
Leerlingen die buiten Nederland vergelijkbaar onderwijs hebben gevolgd en daarbij geen of te weinig onderwijs in Fans of Duits hebben gekregen, kunnen ontheffing krijgen voor Frans, Duits of beide talen; Leerlingen kunnen via deze regel alleen ontheffing krijgen wanneer zij voor de eerste maal tot een school voor havo of vwo zijn toegelaten en zijn geplaatst in een hoger leerjaar dan het eerste. Vrijstellingen in de bovenbouw 1. Bovenbouw vmbo (Inrichtingsbesluit WVO, artikel 26n) In de bovenbouw van het vmbo zijn er weinig mogelijkheden tot ontheffingen geregeld, omdat er in de verschillende sectoren veel keuzevrijheid is. De leerling kan het probleem meestal omzeilen door een vak eenvoudigweg niet te kiezen. De ontheffingsmogelijkheden concentreren zich daarom op de sector economie. Leerlingen die in de eerste twee leerjaren ontheffing hebben gehad voor Frans of Duits, kunnen in die sector ontheffing krijgen voor Frans of Duits. In plaats daarvan kunnen ze kiezen voor Arabisch, Turks, Spaans, maatschappijleer II, geschiedenis en staatsinrichting of aardrijkskunde. Deze bepaling geldt ook voor leerlingen die onderwijs gaan volgen in de basisberoepsgerichte leerweg, en die in het schooljaar daarvoor LWOO volgden. De leerling in de basisberoepsgerichte leerweg, die in de onderbouw geen Frans of Duits heeft gehad omdat hij naar verwachting deze leerweg ging volgen, volgt in de sector economie van de basisgerichte leerweg, in plaats hiervan in de bovenbouw Arabisch, Turks, Spaans, maatschappijleer II, geschiedenis en staatsinrichting of aardrijkskunde. 2. Bovenbouw havo (inrichtingsbesluit WVO, artikel 26 e) Per 1 augustus 2007 is een tweede moderne vreemde taal in de bovenbouw van het havo in drie van de vier profielen niet verplicht. Havoleerlingen kunnen de tweede moderne vreemde taal vermijden door een ander profiel te kiezen dan cultuur en maatschappij. 3. Bovenbouw VWO (Inrichtingsbesluit WVO, artikel 26 e) Leerlingen in de bovenbouw van het atheneum moeten naast Engels een tweede moderne vreemde taal volgen. Hiervoor kunnen Frans, Duits, Spaans, Italiaans, Russisch, Arabisch, Turks of Fries aangeboden worden. Leerlingen kunnen hiervan ontheffing krijgen als zij:
Een stoornis hebben die specifiek betrekking heeft op taal of een zintuiglijke stoornis hebben die effect heeft op taal; Een andere moedertaal hebben dan Nederlands of Fries; Onderwijs volgen in een profiel natuur en techniek of natuur en gezondheid, en indien het onderwijs in de taal naar verwachting een succesvolle afronding van de opleiding verhindert.
Het is de verantwoordelijkheid van de school dit per geval te bekijken. Hiervoor is geen toestemming vooraf van de inspectie nodig. De leerling moet in plaats van de taal een vervangend vak kiezen met een normatieve studielast van ten minste 440 uren. De keuze is afhankelijk van het aanbod van de school. Voor leerlingen op het gymnasium is geen ontheffingsmogelijkheid geregeld, omdat daar de klassieke taal in plaats van de tweede moderne taal komt. Het eindexamen Artikel 55van het Eindexamenbesluit geeft de directeur de vrijheid de examencondities aan te passen aan de mogelijkheden van een gehandicapte kandidaat. Als het alleen gaat om een verlenging van de examentijd met maximaal 30 minuten, dan volstaat de diagnose uit de deskundigenverklaring. Indien andere faciliteiten noodzakelijk zijn, dan dient de deskundigenverklaring aan te geven waaruit deze zouden kunnen bestaan. Als die adviezen al eerder zijn vermeld in een deskundigenverklaring, dan hoeft er geen nieuwe verklaring te worden afgegeven. Men gaat er dan wel van uit, dat de diagnose al eerder is gesteld en de leerling ook begeleid is op basis van die adviezen.
13
Alle examenkandidaten, dus ook leerlingen zonder dyslexie, mogen met toestemming van de directie een laptop met tekstverwerkingsprogramma en spellingcorrector gebruiken bij het examen. Voor de voorwaarden zie www.steunpuntdyslexie.nl. Actuele informatie op internet Voor de regelingen in de onderbouw wordt verwezen naar artikelen uit het Inrichtingsbesluit WVO. Deze artikelen zijn terug te vinden op www.wetten.nl
Onder de kop ´kies soort regeling´ vinkt u aan ˋAMvB´s en andere Koninklijke Besluiten´ U zoekt op ´Inrichtingsbesluit W.V.O´.
Voor de regelingen in de bovenbouw wordt verwezen naar artikelen uit het Eindexamenbesluit. Deze artikelen zijn terug te vinden op www.examenblad.nl. De informatie is gefilterd op het jaar waarin het eindexamen wordt afgerond. U kiest dus eerst voor het juiste examenjaar. Onder ´Algemeen´ staat een link naar de examenbesluiten. Alle informatie rond dyslexie staat vermeld onder VWO, maar is dus geldig voor alle profielschooltypes.
Klik op ´VWO` Klik op ´Bijzondere groepen kandidaten Klik op ´ Dyslexie en tweede fase´ of ´Dyslexie en doorstroming vanuit vmbo TL en 3 havo.
14
Faciliteiten voor eindexamenkandidaten Voor het schoolexamen en het centraal examen kan een leerling, die in het bezit is van een dyslexieverklaring, verlenging van examentijd aanvragen,. De betreffende leerling krijgt 25% extra tijd met een maximum van 30 minuten per examen. De dyslectische leerling krijgt de opgaven van het examen met een groter lettertype. Op basis van het dyslexierapport mag de dyslectische leerling gebruik maken van een laptop en het programma Kurzweil of een Daisyspeler.
15
Bijlage 1: Wie doet wat? Met andere woorden: waar liggen de verantwoordelijkheden in school m.b.t. dyslexie? Het CVO kent per locatie een zorgcoördinator die de zorg coördineert en voor de kwaliteit daarvan verantwoordelijk is. Ook dyslexie valt onder deze zorg. De werkzaamheden die op dit terrein gecoördineerd moeten worden
Het werk van de mentoren Het werk van de dyslexiecoaches Het werk van de teamleiders
De mentor is in dit geval de boodschapper en eerstverantwoordelijke voor het contact met de ouders. Hij zorgt ervoor dat de leerlingen van allerlei zaken op de hoogte zijn. Alle betrokkenen moeten zich realiseren, dat de mentor in grote lijnen op de hoogte moet zijn van wat er met zijn leerlingen aan het dyslexiefront gebeurt. De dyslexiecoach is een vertrouwenspersoon voor de dyslectische kinderen, zolang ze bij ons op school zitten. Hij of zij is vooral schoolintern actief en heeft gesprekken met de leerlingen, de mentoren en de verantwoordelijke vakdocenten. Ook communiceert de coach, waar sprake is van specifieke informatie, met de ouders. De dyslexiecoach onderhoudt contacten met de verschillende scholen binnen het CVO en met het overkoepelend orgaan van het basisonderwijs (BOVO). Tevens houdt hij/zij zich bezig met het dyslexieonderzoek in klas 1 en de aansturing van de concrete taalhulp, met name in klas 1 en 2 en in de bovenbouw van het vmbo. De teamleider krijgt het formele verzoek voor een eventuele vrijstelling en handelt dat af. Andere verzoeken van ouders op dit terrein worden doorgespeeld naar de zorgcoördinator. Opmerkingen Uitvoering van concrete werkzaamheden, zoals het verzorgen en opstellen van de dyslexiekaart/dyslexiepas, is in handen van de dyslexiecoach. Leerlingen in het vmbo met dispensatie voor Frans of Duits, krijgen vervangende leerstof. De betreffende teamleider zorgt voor de aansturing. De communicatie met de basisscholen loopt via de zorgcoördinator en de dyslexiecoach.
16
Bijlage ll: Consequenties van dyslexie voor het volgen van voortgezet onderwijs Taaltaken en algemene leertaken Technisch lezen moeite met het identificeren van (nieuwe, onbekende) klanken en woorden in het Nederlands en in de moderne vreemde talen (inclusief pseudowoorden) moeite met het (hardop) accuraat, snel en vloeiend lezen van zowel complexe als alledaagse woorden bij alle vakken moeite met het flexibel inzetten van decodeerstrategieën bij alle vakken Spellen moeite met het spellen van zowel complexe woorden, met moeilijke lettercombinaties, als alledaagse eenvoudige woorden (in het Nederlands en in de moderne vreemde talen) interferentie van de spelling van het Nederlands bij de vreemde taal moeite met het flexibel inzetten van verschillende spellingstrategieën die een leerling in het voortgezet onderwijs „normaliter‟ beheerst: regelstrategieën, inprentstrategieën, luisterstrategieën (bij alle vakken) Spreken uitspraakproblemen: ook bij frequent voorkomende woorden moeite met het nazeggen van moeilijke woorden in de vreemde taal en complexe, laagfrequente woorden in het Nederlands (inclusief pseudowoorden) Luisteren moeite met het verstaan van „snelle‟ spraak (van moedertaalsprekers in de moderne vreemde talen) moeite met luisteroefeningen omdat de woorden en klanken niet goed worden gehoord moeite met het flexibel inzetten van luisterstrategieën Voorwaarden voor lezen en spellen in het Nederlands en in de moderne vreemde talen problemen met het doorzien van de klankstructuur van de taal (fonologisch bewustzijn) problemen met het doorzien van „losse‟ klanken in woorden, het waarnemen van verschillen tussen op elkaar lijkende klanken en de volgorde van klanken (fonemisch bewustzijn) moeite met het snel oproepen van aanwezige taal- en symboolkennis problemen met vloeiend lezen en spellen moeite met het herhalen van woorden met meer lettergrepen (aan het eind van het woord is het aan het begin gehoorde reeds „vergeten‟) klank-tekenkoppelingsproblemen: problemen met het in de juiste volgorde koppelen van de juiste tekens (grafemen) aan de klanken (fonemen) moeite met ontdekken van „analoge delen‟ bij het lezen en spellen van onbekende woorden (bv. jour zit zowel in aujourd‟hui als in toujours en journal)
moeite met het doorzien van spelling in relatie tot grammatica: enemy-enemies; Hand-Hände; tu penses, il pense, ils pensent Algemene leerproblemen (geheugen, aandacht, informatieverwerking, automatisering) onvoldoende kunnen verwerken, verwoorden en terughalen van instructie en talige informatie moeite met het onthouden van recent geleerd vocabulaire: onvoldoende resultaat van intensief oefenen (bv. vijf dagen volgens een goede werkwijze Engelse woordjes geleerd en bij de overhoring nog een diepe onvoldoende) moeite met het snel structureren en analyseren van taken moeite met generaliseren en transfer problemen met het integreren van kennis van hogere en lagere orde (visueel, fonologisch, semantisch, motorisch enz.) afname van tempo en de nauwkeurigheid als „onder druk‟ gewerkt moet worden (proefwerken, schoolonderzoeken, examens)
17
Functionele taken en vakken die een beroep doen op geletterdheid stagnaties bij begrijpend lezen in alle vakken: ondanks voldoende verbale competentie is er onvoldoende begrip door de hardnekkige problemen met de leestechniek (met name door problemen met de vloeiendheid en het tempo) spellingproblemen bemoeilijken het zelf construeren van teksten (boekverslagen, samenvattingen, andere functionele teksten, zoals een brief of opstel) slechte tekststructuur: de „rode draad‟ raakt kwijt, waardoor teksten onsamenhangend zijn onheldere lay-out en indeling van de tekst onvoldoende nauwkeurigheid bij proefwerken, vooral multiple choice fouten maken of fouten over het hoofd zien bij het zelf corrigeren van oefeningen tijdens klassikale besprekingen fouten maken bij het overnemen van aantekeningen van het bord, overhead of beamer stagnerende ontwikkeling van talenten in domeinen buiten het lezen (bètavakken, creatieve talenten)
Sociaal-emotioneel functioneren en taakgedrag Sociaal-emotioneel functioneren onvoldoende of te geringe acceptatie van de dyslexie en/of de gevolgen ervan onvoldoende „om kunnen gaan‟ met de leesproblemen op school en daarbuiten ernstige twijfel aan eigen competentie aangetast zelfbeeld onvoldoende vanuit zichzelf gemotiveerd (intrinsieke motivatie) gevolgen van verminderde sociale acceptatie door andere leerlingen of volwassenen schroom om aan vervolgopleiding of baan te beginnen
Taak- en werkhouding ongestructureerd, inadequaat en/of vluchtig taakgedrag en werkhouding onvoldoende werkverzorging onvoldoende metacognitieve vaardigheden voor zelfsturing inadequate leerstijlen onvoldoende of tanend doorzettingsvermogen
Beschermende (protectieve) factoren De belemmeringen die een leerling ondervindt van bovengenoemde probleemgebieden kunnen gunstig worden beïnvloed door de volgende protectieve factoren: ontwikkelen en toepassen van compensatiestrategieën (lees-, luister- en spellingstrategieën):begripscompensatie: betekenis wordt bij lezen en luisteren ingezet ter compensatie van ontsleutelingsproblemen - orthografische compensatie: kennis van totale woordbeelden wordt ingezet ter compensatie van klanktekenkoppelingsproblemen ontwikkelen en toepassen van metacognitieve vaardigheden: - adequate woordleer- en woordraadstrategieën - aanleren en (zo nodig veranderen) van adequate leerstijlen functioneel inzetten van compenserende software creatief zijn in het bedenken van „ezelsbruggetjes‟ en „reminders‟ goede motivationele sturing doorzettingsvermogen goed zelfbeeld goede gespreks- en onderhandelvaardigheden gunstig sociaal „ondersteuningssysteem‟ van voortgezet onderwijs
18
Bijlage lll
Voorbeeld van een dyslexiepas (voorkant) Vestiging: Bogerman Sneek/ Koudum/Wommels CSG Gaasterland
Dyslexiepas naam: ……………………………….
klas: …….
Compenserende faciliteiten: extra tijd voor toetsen (12 minuten op 60 minuten) als extra tijd niet mogelijk is: ingekorte toets aanbieden toetsen in vergroot lettertype aangepaste spellingsbeoordeling Nederlands aangepaste spellingsbeoordeling moderne vreemde talen Overige vakken: spelfouten niet mee rekenen. medeleerling(e) mag tijdens reguliere lessen op de gang grotere stukken tekst voorlezen (extra) mondeling overhoren niet onvoorbereid laten voorlezen spelfouten niet aanstrepen extra controleren van de agenda ……………………… Gebruik ondersteunende technologie: laptop computer (Kurzweil) daisyspeler ……………………..
19
(achterkant) Verplichtingen: inzet bij de lessen, ook bij vakken die ik erg moeilijk vindt regelmatig gebruik maken van de hulp tijdens de hulplessen leerstof voor de talen gespreid leren, dagelijks 15 min studiesamenvattingen maken kopieën maken van dictaten en bordschema‟s van medeleerlingen gebruik maken van de spellingcontrole op de computer bij misbruik van de laptop/computer tijdens de toetsen, vervalt het recht op gebruik ervan geef een week voor toetsing aan van welke aanpassingen je gebruik wilt maken Deze faciliteiten en verplichtingen zijn in onderling overleg afgesproken en akkoord bevonden. Datum: Handtekening leerling:
Handtekening dyslexiecoach:
20
Bijlage lV: Tijdpad dyslexiecoach CSG Gaasterland Onderbouw Augustus: Toetsen worden uitgezet. Dictee „Het wonderlijke weer‟. Technisch lezen /Begrijpend lezen „Hoe gevaarlijk is een tekenbeet‟. De leerlingen van klas 1 die al een dyslexieverklaring hebben krijgen een intakegesprek met de dyslexiecoach. Uitleg Kurzweil / Uitreiken van een faciliteitenpas. Docenten informeren welke kinderen dyslectisch zijn. September: De mentoren van de eerste klassen nemen de toetsen af. Alle toetsen worden ingevoerd. De leerlingen (eerste en tweede klas) met een dyslexieverklaring worden uitgenodigd voor een dyslexie contactuur (band/kw-uren). De dyslexiecoach informeert de docenten over dyslexie en de leerlingen die een dyslexieverklaring hebben. Oktober: De leerlingen die in september afwezig waren halen de toetsen in. De leerlingen die uitvallen worden genoteerd en in de 2e ronde doorgetoetst. e Dyslexie contacturen gaan van start ( band/kw-uren) (6 uur voor de 1 klas, 3 uur voor de e 2 klas). Kennismaking met lotgenoten. Wat is dyslexie en hoe ga je met dyslexie om? „Dyslexie de baas van C. Poleij en Y. Stikkelbroek „De zeven eigenschappen die jou succesvol maken‟ van Sean Covey Uitleg faciliteitenpas. Omgaan met hulpmiddelen (kurzweil, sprintplus en hulpbronnen op het internet, zoals bijvoorbeeld wrts. De Cito-LLVS toetsen worden afgenomen (eerste ronde). November: 2e ronde toetsen (doortoetsen). Brus, klepel, cijferreeksen en diataal. Invoeren leerlingen in Diataal. De uitslagen van de VAS-toets komen binnen en worden naast de signaleringstoetsen gelegd en met elkaar vergeleken. December/januari De leerlingen die in de 2e ronde ook uitgevallen zijn bespreken met Fultura (Orthopedagoog). Vragenlijsten in laten vullen door de ouders en het basisonderwijs. Verslag van de bevindingen aan de docenten. Voortgangsgesprek met leerlingen die een dyslexieverklaring hebben. Februari: De nieuwe leerlingen met een dyslexieverklaring krijgen een intakegesprek met de dyslexiecoach. Coachingsgesprekjes met de nieuwe leerlingen met een dyslexieverklaring Dyslexiecontact met de nieuwe leerlingen met een dyslexieverklaring in de kw-uren. Kennismaking met lotgenoten Wat is dyslexie en hoe ga je met dyslexie om. „Dyslexie de baas‟ van C. Poleij en Y. Stikkelbroek „De zeven eigenschappen die jou succesvol maken‟ van Sean Covey
21
Uitleg faciliteitenpas Omgaan met hulpmiddelen (kurzweil, sprintplus, hulpbronnen internet)
Maart: Coachingsgesprekjes met individuele leerlingen.
April: - Coachingsgesprekjes met individuele leerlingen. - aanmeldingsformulieren nieuwe leerlingen doornemen voor wat betreft Dyslexieverklaring/taalzwakheid,
Mei: Dyslexieverklaring nieuwe leerlingen kopiëren en doornemen. Dyslexiedossier maken voor nieuwe leerlingen.
Juni: Voortgangsgesprek met de leerlingen die gedurende het lopende schooljaar een dyslexieverklaring hebben gekregen.
Bovenbouw screening, uitleg faciliteitenpas en uitleg hulpmiddelen (op afroep). Gedurende het gehele schooljaar zorg dragen voor de uitbreiding van het aantal leermiddelen op het netwerk.
Augustus: Inventarisatie schoolboeken. September: Coachingsgesprekjes met individuele leerlingen. Docenten informeren welke leerlingen dyslectisch zijn. Oktober: Inventarisatie examenkandidaten die examen doen m.b.v. Kurzweil Inventarisatie examenkandidaten i.v.m. grootschrift. Voortzetting caochingsgesprekken. Januari: Draaiboek Examen doen m.b.v. Kurzweil.
Februari: Voorlichtingsmateriaal verzamelen voor de open avond. Open avond. Maart: Voorbereidingen examen doen met Kurzweil Brief naar ouders/Leerlingen Examentrainingen April: Examentraining Coachingsgesprekjes met individuele leerlingen
22
Mei: Assistentie Kurzweil-examens Juni: Evaluatie examen Nieuwe examens in kurzweilbibliotheek. Andere bezigheden betreffende dyslexie Uitzoeken hulpmiddelen om de taken uit te kunnen voeren (programma kurzweil, kesbestanden, gesproken boeken literatuur in alle talen. Alle methoden in een groter lettertype als er behoefte aan is. Regelmatig overleg tussen verschillende scholen binnen het CVO met betrekking tot dyslexie. Contacten met BOVO 4 x per jaar Contact met ouders onderhouden over de voortgang op school.
23
Bijlage V: Tijdpad Dyslexiecoach Bogerman onderbouw (Hemdijk 47)
September/ oktober Toetsen worden uitgezet Dictee “Het wonderlijke weer” Technisch lezen /Begrijpend lezen“Hoe gevaarlijk is een tekenbeet” De leerlingen van klas 1 die al een dyslexieverklaring hebben krijgen een intakegesprek met de dyslexiecoach. Uitleg Kurzweil / Uitreiken van een faciliteitenpas. Boeken bestellen of scannen voor leerlingen die dit gaan gebruiken. -
-
In alle eerste klassen worden de toetsen afgenomen Alle toetsen worden ingevoerd De leerlingen met een dyslexieverklaring ( eerste en tweede klas) worden uitgenodigd voor een dyslexie contactuur Kennismaking met lotgenoten Uitleg faciliteitenpas Omgaan met hulpmiddelen (kurzweil, sprintplus, hulpbronnen internet) Hulpbronnen internet (wrts). Docenten worden geïnformeerd over dyslexie en de leerlingen die een dyslexieverklaring hebben.
November/ december De leerlingen die in september afwezig waren halen de toetsen in De leerlingen die uitvallen worden genoteerd en worden in de 2e ronde doorgetoetst
Januari/ februari Invoeren leerlingen in Diataal 2e ronde toetsen (doortoetsen) Speldirect Leerlingen die uitvallen worden in de tweede ronde genoteerd en in de 3e ronde doorgetoetst. Leerlingen worden doorverwezen naar de speciale RH lessen Taalspel, Rekenen en informatieverwerking De uitslagen van de Cito VAS zijn binnen en worden naast de signaleringstoetsen gelegd en met elkaar vergeleken.
Maart/ april 3e ronde toetsen (doortoetsen) Brus Klepel Cijferreeksen
24
-
De leerlingen die in de 3e ronde ook uitgevallen zijn bespreken met Fultura (Orthopedagoog) Vragenlijsten in laten vullen door de ouders en het basisonderwijs IQ test Verslag van de bevindingen. Een dyslexieverklaring. Voortgangsgesprek met leerlingen die een dyslexie verklaring hebben.
Mei/ juni Voortgangsgesprek met de leerlingen die gedurende het lopende schooljaar een dyslexieverklaring hebben gekregen. Boeken bestellen/ scannen voor leerlingen klas 2 als ze Kurzweil willen gebruiken
25
Bijlage Vl: Tijdpad begeleiding dyslexie vmbo H2 Augustus/ september/oktober/november/december Inventarisatie nieuwe dyslexieleerlingen Inventarisatie schoolboeken Mentoren en docenten informeren over de nieuwe dyslectische leerlingen Leerlingen en ouders krijgen een brief/ info dyslexie-ondersteuning Voorlichtingsuur dyslectische leerlingen e e De leerlingen met een dyslexieverklaring (3 en 4 klas) worden uitgenodigd voor het RHuur Docenten worden geïnformeerd over info dyslexie en de leerlingen die een dyslexieverklaring hebben. Inventarisatie examenkandidaten die examen doen m.b.v. Kurzweil. Inventarisatie examenkandidaten i.v.m. grootschrift. Gesprekken met de dyslexiecoach/Kennismaking met lotgenoten Voortzetting coachgesprekken Januari/februari/maart: Draaiboek ‟Examen doen m.b.v. Kurzweil‟ Voorlichtingsmateriaal verzamelen voor open avond. Open avond Voorbereidingen examen doen met kurzweil Brief naar ouders/leerlingen Examentrainingen April/mei/juni - assistentie Kurzweil-examens - nieuwe examens in Kurzweilbibliotheek - evaluatie - inventarisatie nieuwe leerlingen H47 - overdracht dyslectische leerlingen - voorbereiding nieuwe schooljaar
26
Bijlage Vll: Tijdpad begeleiding dyslexie bovenbouw havo/vwo H2 -gedurende het hele jaar: testen van bovenbouwleerlingen die door mentoren/ talendocenten doorverwezen worden voor een dyslexietest; contacten hierover met ouders; -contacten met ouders (op verzoek) Augustus/ september/oktober/november/december inventarisatie nieuwe dyslexieleerlingen inventarisatie schoolboeken mentoren informeren over de nieuwe dyslectische leerlingen voorlichtingsbijeenkomst dyslectische leerlingen leerlingendossiers checken op aanwezigheid dyslexieverklaring vanwege actueel houden gegevens voor toetsroosters docenten informeren over info dyslexie en de leerlingen die een dyslexieverklaring hebben. inventarisatie examenkandidaten die examen doen m.b.v. Kurzweil. inventarisatie examenkandidaten i.v.m. grootschrift. Dyslexie-coachgesprekken Januari/februari/maart: draaiboek ‟Examen doen m.b.v. Kurzweil‟ voorbereidingen examen doen met kurzweil examentrainingen voortzetting coachgesprekken April/mei/juni voortzetting coachgesprekken -
assistentie Kurzweil-examens
-
nieuwe examens in Kurzweilbibliotheek
-
evaluatie
-
inventarisatie nieuwe leerlingen H47
-
voorbereiding nieuwe schooljaar
27
Bijlage: VIII Tijdpad dyslexiecoach onderbouw Bogerman Koudum
Augustus: Toetsen worden uitgezet Dictee „Het wonderlijke weer‟ Technisch lezen /Begrijpend lezen „Hoe gevaarlijk is een tekenbeet‟ De leerlingen van klas 1 die al een dyslexieverklaring hebben krijgen een intakegesprek met de dyslexiecoach. Uitleg Kurzweil Docenten informeren welke kinderen dyslectisch zijn. Leerlingen en ouders krijgen een brief/ info dyslexieondersteuning Voorlichtingsuur dyslectische leerlingen September: In alle eerste klassen worden de toetsen afgenomen (mentoren). Alle toetsen worden ingevoerd. De leerlingen uit de eerste en de tweede klas met een dyslexieverklaring worden uitgenodigd voor een dyslexie-contactuur Docenten informeren over dyslexie en de leerlingen die een dyslexieverklaring hebben. De leerlingen verwijzen naar de RT lessen, of het speciale dyslexie-contactuur. Oktober: De leerlingen die in september afwezig waren halen de toetsen in. De leerlingen die uitvallen worden genoteerd en in de 2e ronde doorgetoetst. e e Dyslexie-contacturen gaan van start (6 uur voor de 1 klas, 3 uur voor de 2 klas) Kennismaking met lotgenoten Wat is dyslexie en hoe ga je met dyslexie om. „Dyslexie de baas‟ van C. Poleij en Y. Stikkelbroek „De zeven eigenschappen die jou succesvol maken‟ van Sean Covey. Uitleg faciliteitenpas Omgaan met hulpmiddelen (kurzweil, sprintplus, hulpbronnen internet) Kennismaken maken met de vaardigheid „mindmappen‟ als middel om informatie te ordenen en stof eigen te maken. De Cito-LLVS toetsen worden afgenomen. (eerste ronde) November: 2e ronde toetsen (doortoetsen) (gebaseerd op 15 ll. 2009/2010) Speldirect Brus, klepel, cijferreeksen en diataal Invoeren leerlingen in Diataal De uitslagen van de CITO LLVS komen binnen en worden naast de signaleringstoetsen gelegd en met elkaar vergeleken
28
December/januari De leerlingen die in de 2e ronde ook uitgevallen zijn bespreken met Fultura (Orthopedagoog) Vragenlijsten in laten vullen door de ouders en het basisonderwijs IQ test Verslag van de bevindingen. Een dyslexieverklaringen uitreiken. Voortgangsgesprek met leerlingen die een dyslexieverklaring hebben. Februari: De nieuwe leerlingen met een dyslexieverklaring krijgen een intakegesprek met de dyslexiecoach Coachinggesprekjes met de nieuwe leerlingen met een dyslexieverklaring Dyslexiecontact met de nieuwe leerlingen met een dyslexieverklaring in de dyslexiecontacturen. Kennismaking met lotgenoten Wat is dyslexie en hoe ga je met dyslexie om? „Dyslexie de baas‟ van C. Poleij en Y. Stikkelbroek „ de zeven eigenschappen die jou succesvol maken‟ van Sean Covey. Uitleg faciliteitenpas Omgaan met hulpmiddelen (kurzweil, sprintplus, hulpbronnen internet)
Hulpbronnen internet (wrts) Kennismaken maken met de vaardigheid „mindmappen‟ als middel om informatie te ordenen en stof eigen te maken.
Maart: Coachingsgesprekjes met individuele leerlingen April: De CITO LLVS toetsen worden afgenomen 2e ronde Mei: De uitslagen van de CITO LLVS komen binnen en worden toegevoegd aan de dossiers van de leerlingen met een dyslexie verklaring of leerlingen die in aanmerking komen voor een dyslexie verklaring. Juni: Voortgangsgesprek met de leerlingen die gedurende het lopende schooljaar een dyslexieverklaring hebben gekregen. Alle ouders van leerlingen met dyslexie een enquête in laten vullen. Doorspitten van dossiers basisschool voor wat betreft dyslexieverklaring/taalzwakheid. inventarisatie nieuwe leerlingen overdracht dyslectische leerlingen voorbereiding nieuwe schooljaar
29
Bijlage: IX Tijdpad Dyslexiecoach Bovenbouw Bogerman Koudum
-
screening, uitleg faciliteitenpas en uitleg hulpmiddelen (op afroep). Gedurende het gehele schooljaar zorgen dat het aantal leermiddelen wordt uitgebreid op het netwerk.
Augustus: Inventarisatie schoolboeken September: Coaching-gesprekjes met individuele leerlingen Docenten informeren welke leerlingen dyslectisch zijn e e De leerlingen met een dyslexieverklaring (3 en 4 klas) worden uitgenodigd voor het dyslexie-contactuur. Oktober: Inventarisatie examenkandidaten die examen doen m.b.v. Kurzweil Inventarisatie examenkandidaten i.v.m. grootschrift. Voortzetting coachgesprekken Januari: Draaiboek Examen doen m.b.v. Kurzweil Februari: Voorbereidingen examen doen met Kurzweil Voorlichtingsmateriaal verzamelen voor Open avond Open avond.
Maart: Brief naar ouders/Leerlingen Examentrainingen in Kurzweil
April: Vervolg Examentraining Coaching-gesprekjes met individuele leerlingen Mei: Assistentie Kurzweil-examens Juni: Evaluatie examen Nieuwe examens in kurzweilbibliotheek.
Andere bezigheden betreffende dyslexie Uitzoeken welke nieuwe info er is omtrent de hulpmiddelen voor dyslexie en de begeleiding van dyslectische leerlingen (kurzweil, methode kes bestanden, gesproken boeken literatuur in alle talen) alle methoden in een groter lettertype als er behoefte aan is. regelmatig overleg tussen verschillende scholen binnen het CVO met betrekking tot dyslexiebegeleiding (Contacten met BOVO 4 x per jaar) Contact met ouders onderhouden over de voortgang op school.
30
Bijlage: X Tijdpad dyslexiecoördinator onderbouw Bogerman Wommels Augustus/ september: Toetsen worden uitgezet Dictee „Het wonderlijke weer‟ Technisch lezen /Begrijpend lezen „Hoe gevaarlijk is een tekenbeet‟ De leerlingen van klas 1 die al een dyslexieverklaring hebben krijgen een intakegesprek met de dyslexiecoördinator. Docenten worden geïnformeerd over dyslexie en de leerlingen die een dyslexieverklaring hebben. Leerlingen en ouders krijgen een brief/ info dyslexieondersteuning Voorlichtingsuur dyslectische leerlingen Oktober: In alle eerste klassen worden de toetsen afgenomen (mentoren). Alle toetsen worden ingevoerd. De leerlingen verwijzen naar de RT lessen, of het speciale dyslexiecontactuur. November: De leerlingen die in oktober afwezig waren halen de toetsen in. December/ januari: Uitslagen komen binnen; leerlingen die uitvallen worden genoteerd en in de 2e ronde doorgetoetst. De leerlingen die in de 2e ronde ook uitgevallen zijn bespreken met Fultura (Orthopedagoog) Vragenlijsten in laten vullen door de ouders en het basisonderwijs IQ test Verslag van de bevindingen. Een dyslexieverklaringen uitreiken. Voortgangsgesprek met leerlingen die een dyslexieverklaring hebben. Februari: De nieuwe leerlingen met een dyslexieverklaring krijgen een intakegesprek met de dyslexiecoördinator Dyslexiecontact met de nieuwe leerlingen met een dyslexieverklaring in de dyslexiecontacturen. Maart: Coachingsgesprekjes met individuele leerlingen Mei: -
De uitslagen van de CITO LLVS komen binnen en worden toegevoegd aan de dossiers van de leerlingen met een dyslexie verklaring of leerlingen die in aanmerking komen voor een dyslexie verklaring.
Juni: Voortgangsgesprek met de leerlingen die gedurende het lopende schooljaar een dyslexieverklaring hebben gekregen. Nieuwe leerlingen: doorspitten van dossiers basisschool voor wat betreft dyslexieverklaring/taalzwakheid. inventarisatie nieuwe leerlingen overdracht dyslectische leerlingen voorbereiding nieuwe schooljaar
31
Bijlage: XI Tijdpad dyslexiecoördinator bovenbouw Bogerman Wommels
-
screening, uitleg faciliteitenpas en uitleg hulpmiddelen (op afroep). Gedurende het gehele schooljaar zorg dragen dat het aantal leermiddelen wordt uitgebreid op het netwerk.
Augustus: Inventarisatie schoolboeken. September: Coaching-gesprekjes met individuele leerlingen Docenten informeren welke leerlingen dyslectisch zijn e e De leerlingen met een dyslexieverklaring (3 en 4 klas) worden uitgenodigd voor het dyslexie-contactuur. Oktober: Inventarisatie examenkandidaten die examen doen m.b.v. Kurzweil Inventarisatie examenkandidaten i.v.m. grootschrift. Voortzetting coachgesprekken Januari: Draaiboek Examen doen m.b.v. Kurzweil Februari: Voorbereidingen examen doen met Kurzweil Voorlichtingsmateriaal verzamelen voor Open avond Open avond. Maart: Brief naar ouders/Leerlingen Examentrainingen in Kurzweil
April: Vervolg Examentraining Coaching-gesprekjes met individuele leerlingen Mei: Assistentie Kurzweil-examens Juni: Evaluatie examen Nieuwe examens in kurzweilbibliotheek. Andere bezigheden betreffende dyslexie Uitzoeken welke nieuwe info er is omtrent de hulpmiddelen voor dyslexie en de begeleiding van dyslectische ll. (kurzweil, methode kes bestanden, gesproken boeken literatuur in alle talen) alle methoden in een groter lettertype als er behoefte aan is. regelmatig overleg tussen verschillende scholen binnen het CVO met betrekking tot dyslexiebegeleiding (Contacten met BOVO 4 x per jaar) Contact met ouders onderhouden over de voortgang op school.
32
Bronvermelding: -
Masterplan Dyslexie
-
Dyslexie, een praktische gids voor scholen voor voortgezet onderwijs Heleen Schoots-Wilke, KPC groep, een uitgave van OC en W
-
Technische maatjes bij dyslexie Compenserende en dispenserende hulpmiddelen. Jos Smeets en Ria Kleijnen, Masterplan Dyslexie, 2008.
33