Dyslexie, wat nu?
Wat moet ik weten om dyslectische kinderen te begeleiden?
Saskia van Hugten
Inhoudsopgave Inleiding H1: Wat is dyslexie? §1: Oorzaak van dyslexie §2:Dyslexie in de praktijk §3: Dyslexie en andere stoornissen
blz. 3 blz. 4 blz. 4 blz. 6
H2: Welke problemen zijn er nog meer bij dyslexie? §1: Reactie omgeving §2: Lichamelijke problemen
blz. 7 blz. 7 blz. 8
H3: Hoe kan je er mee omgaan? §1: Acceptatie §2: Steun geven §3: Leren
blz. 9 blz. 9 blz. 10 blz. 10
H4: Welke hulpmiddelen zijn er? §1: Hulpmiddelen voor thuis §2: Hulpmiddelen voor school
blz. 12 blz. 12 blz. 13
H5: Tips en trucs op een rij
blz. 15
Extra naslagwerk
blz. 16
© copyrights van Saskia van Hugten, 2011 Niets uit deze uitgave mag gepubliceerd of gekopieerd of op welke wijze dan ook verveelvoudigt worden. Vraag eventueel of het gepubliceerd of gekopieerd mag worden aan de auteur.
Voor vragen en contact, mail naar:
[email protected]
1
Inleiding Wat is dyslexie en wat kan je er aan doen? Is het niet gewoon een stempel die opgeplakt wordt bij kinderen die moeilijk lezen en spellen? Bestaat dyslexie eigenlijk wel? Dit zijn enkele vragen die opkomen rondom dit onderwerp. Dyslexie is geen verzamelnaam, geen stempel die wordt opgeplakt bij ieder kind wat moeilijk leest en spelt en het bestaat echt. Zelf heb ik dyslexie en ben tegen veel problemen aangelopen. Nu, door veel oefenen is het goed gekomen maar ik ondervind nog iedere dag dat ik deze stoornis heb. Doordat het bij mij laat ontdekt is, was mijn schooltijd niet gemakkelijk. Leerkrachten wisten niet wat dyslexie is of hoe ze er mee om moesten gaan. Als ze er wel wat over wisten, was het minimaal. Door een handzaam boekje over dit onderwerp te schrijven, hoop ik dat het voor anderen gemakkelijker wordt. Dat ze de hulp en het begrip krijgen die ze nodig hebben.
2
H1: Wat is dyslexie? Dyslexie is een lees- en spellingsprobleem. De verwerking van taal gaat veel trager en de zwakke plek ligt dan ook bij het taalverwerkingsproces. Dyslectici hebben niet alleen problemen bij het lezen en schrijven maar ook bij het luisteren, praten, onthouden en leren. De mate van dyslexie verschilt per persoon. De ene kan een lichte vorm van dyslexie hebben terwijl een ander een hele zware vorm heeft. Uit recent onderzoek blijkt dat het per land verschillend is hoeveel dyslectische personen zijn. Er is internationaal onderzoek gedaan naar de hersenwerking en verschillen in talen en andere landen. Dit onderzoek is onder andere gedaan door Cappa, Habib en McCrory. Het verschil in hoeveelheid dyslectici heeft te maken met de taal en de regelmaat van de taal. Een taal waar veel verschillende mogelijkheden zijn in het schrijven, lezen en uitspreken is lastiger te leren. In de Nederlandse taal kan een ‘c’ een s zijn of een k en een ‘ei-klank’ kan geschreven worden met ei of met een ij. Zo zijn er in Engeland meer dyslectische personen dan in Italië. Het hardop lezen gaat trager even als het stilleestempo dan bij andere scholieren. Vaak is het stilleestempo maar 25 tot 40 procent van wat normaal is. Dit komt doordat dyslectici subvocalisatief lezen. Dit betekent dat ze ‘horend’ lezen. Zonder de klank van woorden te horen, dringt de gelezen tekst niet door. Ieder woord horen ze in hun hoofd waardoor het lezen traag gaat. Leestaken op tijd afkrijgen is dus vaak lastig. Dyslectische personen lezen langer spellend. Het lezen gaat letter voor letter (w-o-o-r-d) terwijl leeftijdsgenoten het woord in een keer achter elkaar kunnen lezen (woord). Door het spellend lezen zal pas later het plezier van lezen worden ontdekt. Letters en woorden kunnen ook op papier zich ‘omdraaien, ronddraaien’ of ‘uit de tekst springen’. Veel lezen kost veel inspanning en is dus vermoeiend. Het hoofd kan zwaar en overvol gaan aanvoelen. Onverwachte wendingen in teksten of woorden die op verschillende manieren uitgelegd kunnen worden, kosten meer moeite om te begrijpen. De inhoud van teksten wordt ook sneller vergeten doordat er veel ‘ontcijfert’ moet worden. Dyslexie kun je op diverse manieren aantonen, al is dit niet gemakkelijk. Lees- en spellingsproblemen kunnen ook andere oorzaken hebben. Hierom is het belangrijk dat er getest wordt. Naast het hebben van dyslexie kunnen er ook andere problemen ontstaan door dyslexie. Als je eenmaal weet dat je dyslexie hebt, kun je hulp krijgen om er zo goed mogelijk mee om te gaan en eventuele bijkomende problemen te verminderen of zelf te laten verdwijnen. Het hebben van dyslexie is van grote invloed op het dagelijks leven van iemand. Als je weet wat het is en hoe je er mee om kan gaan, kunnen dingen makkelijker worden. Dyslexie kan pas worden vastgesteld na uitvoerig testen
3
§1: Oorzaak van dyslexie Dyslexie is een aangeboren stoornis die erfelijk is. Er is een afwijking in de hersenen en de twee hersenhelften zijn asymmetrisch. Dyslexie is ook terug te vinden in een chromosoom. Een te veel aan het mannelijk geslachtshormoon Testosteron lijkt de oorzaak te zijn van de afwijking in de hersenen. Dit mannelijk hormoon vervult een belangrijke rol in de 29ste week van de zwangerschap. Dit is het moment waarop de taalcentra van de hersenen worden aangelegd. Ook lijkt te veel stress rond de zesde en zevende maand een oorzaak te zijn. Toch is het nog niet geheel zeker wat de precieze oorzaak is. Wel staat door verschillende onderzoeken vast dat dyslexie grotendeels erfelijk is en dat het komt door een afwijking in de hersenen. De kans is 35 tot 45 procent dat je dyslexie erft. Dyslexie kan ook generaties overslaan. Dyslexie heeft niets met intelligentie te maken. Met dyslexie kan je meestal ook een HBO of universitaire opleiding doen. Dyslectische personen zijn goed op andere gebieden. Dyslexie is iets dat nooit weg gaat maar je kunt er wel mee leren omgaan. Dyslectici kunnen net zulke succesvolle mensen worden als ieder ander. Zo hebben Albert Einstein, Steven Spielberg en Victor Reinier ook dyslexie. Er zijn nog vele andere beroemdheden met dyslexie. Zij hebben ondanks hun dyslexie veel bereikt. Dyslexie betekend dus niet dat je dom bent maar alleen dat je anders met dingen omgaat en leert. Dyslecitici zijn vaker jongens dan meisjes. Waarom is niet bekend. §2: Dyslexie in de praktijk Het schrijven en spellen van woorden is lastig. Woorden en letters worden omgedraaid. Zo krijg je mak in plaats van kam, ik school naar fiets terwijl ik fiets naar school bedoeld wordt. Ook het weglaten van woorden of letters of het samenvoegen komt vaak voor. Letters voor andere letters aanzien is ook een groot probleem. Zo wil je een d opschrijven maar schrijf je een b en vaak heb je het niet eens door dat je het doet. Het is zeer moeilijk om te zien dat je iets fout doet maar ook wat je fout doet. Woorden verkeerd loshalen gebeurd ook. Zo komt het voor dat iemand eentrein reis opschrijft terwijl het een treinreis had moeten zijn. Woorden worden soms op verschillende manieren geschreven in een stukje tekst opdat een van de varianten wel goed zal zijn.
4
Het luisteren naar iemand of iets kan ook een probleem vormen. In een rumoerige klas zitten of luidruchtige omgeving betekend al snel dat je veel dingen mist of verkeerd hoort. Dyslectici moeten veel moeite doen om te ontcijferen wat er gezegd wordt, gokken naar de klanken die ze horen en er iets van proberen te maken. Hierdoor kan dit gemakkelijk mis gaan. Iets verkeerd horen, of de helft maar horen is gebeurt voordat je het door hebt. Dyslectici hebben meer klankinformatie nodig dan anderen om iemands verhaal te begrijpen en hebben meer moeite met de verwerking van spraakklanken. Vaak zullen ze zelf minder lange en/of ingewikkelde zinnen gebruiken, dit is gemakkelijker. Praten kan ook een hindernis vormen. Dit werkt een beetje als het schrijven en spellen van woorden en zinnen. Je gooit dingen gemakkelijk door elkaar, draait ze om, voegt meerdere woorden samen of veranderd de woorden. Dit is lastig en als anderen je ook steeds verbeteren vervelend. Naast deze dingen gebeurd het ook vaak dat je net niet op ‘het woord kan komen’. Een dyslecticus weet het woord wel of ziet een plaatje hiervan voor zich maar kan het niet benoemen. Dit zonder een aanwijsbare reden. Wat er gebeurd lijkt veel op het probleem dat je even niet op een woord kan komen. Lange lastige woorden kunnen er haperend of spellend uitkomen of helemaal niet. Het herformuleren van woorden of de betekenis uitleggen is vaak moeilijk voor dyslectici. Het onthouden van instructies die uit “losse” opdrachten bestaan is vaak lastig. Dit omdat ze veel moeten ontcijferen in een korte tijd. Hierdoor wordt het onduidelijk, te ingewikkeld en blijft er maar een deel hangen. Zo zijn handleidingen van producten lastig om te lezen, begrijpen en uitvoeren. Lange, complexe opdrachten worden soms ook niet begrepen, er is te veel informatie waar iets mee gedaan moet worden. Het leren is zeer moeilijk met dyslexie. Je leest al langzamer en het onthouden is ook moeilijker. Toch kan de ene tekst veel makkelijker te leren zijn dan de ander. Als een tekst onsamenhangend is en er zit weinig of geen logica in, dan wordt het leren van teksten veel moeilijker. Stampwerk wordt nog veel lastiger. Hier zit zelden tot nooit een logica of samenhang in waardoor dit niet als plezierig wordt ervaren. Zo zijn topografie, namen en tafels heel lastig. Dit omdat het ‘stampwerk’ is en er geen houvast is maar alleen klanken, iets wat dus moeilijk is. Ook moet het geautomatiseerd worden. Als vreemde talen geleerd worden zal dit veel meer tijd kosten en wordt het ook gemakkelijker en sneller weer vergeten.
5
§3: Dyslexie en andere stoornissen Naast alleen dyslexie kan een kind ook andere stoornissen hebben. Kinderen die een aandachtstekort stoornis of autisme hebben, hebben doorgaans al moeite met leren. Zo kun je denken aan ADHD en ADD. Bij deze kinderen zal niet snel gedacht worden aan dyslexie. Toch komt het relatief vaak voor dat een kind met ADHD, ADD of autisme ook dyslexie heeft. Het is niet zo dat elk kind met ADHD of autisme ook dyslectisch is en andersom. Hoogbegaafdheid in combinatie met dyslexie komt ook vaker voor. Hoogbegaafdheid in combinatie met dyslexie kan als extra probleem geven dat het kind perfectionistisch kan worden. Het kind kan hoge eisen aan zichzelf stellen. Naast deze combinaties kan een kind ook dyslexie en dyscalculie hebben. Dyscalculie is een rekenstoornis. Deze overlapt vrij veel met dyslexie. Dyscalculie kan verschillen per persoon omdat de rekenstoornis uiteenlopend is. Deze combinatie komt ook vaker voor. Of dyslexie en dyscalculie een gemeenschappelijke oorzaak hebben is nog niet bekend.
6
H2: Welke problemen zijn er nog meer bij dyslexie? Vaak komen er meer problemen bij dan alleen het hebben van dyslexie. Emotionele problemen zijn de meest voorkomende problemen bij dyslexie. Vooral als het laat ontdekt wordt is de kans hierop groter. Emotionele problemen die er bij kunnen komen zijn faalangst, stress, onzekerheid, verdriet, woede en spanning. Als dyslexie laat geconstateerd wordt kunnen veel emotionele problemen groot zijn omdat je niet weet waardoor het lezen en schrijven en andere dingen niet zo goed gaan als bij klasgenoten of broertjes en zusjes. Vaak doen kinderen hard hun best alles zo goed mogelijk te doen alleen gaat het steeds weer fout. De te leren stof wil maar niet onthouden worden en anderen kunnen denken dat het kind dom is. Als het kind hard zijn best doet maar de behaalde resultaten niet zo goed zijn kan dit veel spanning en stress opleveren. Het kind kan last van faalangst krijgen en uiteindelijk ook depressieve klachten ontwikkelen. Het zelfbeeld wordt lager en dyslectici gaan twijfelen over hun eigen capaciteiten. De omgeving kan verkeerd reageren op het dyslectisch kind waardoor de emotionele problemen vergroot worden. De verwachtingen worden vaak hoog gelegd terwijl het kind ze niet waar kan maken. Zo kan een gevoel van oneerlijke behandeling snel ontstaan.
§1: Reactie omgeving Naast de problemen die zich voor kunnen doen bij dyslectische kinderen kan het ook lastig zijn voor ouders, zusjes en broertjes. Dit omdat het veel aandacht vraagt van iedereen. Er moet rekening gehouden worden met het dyslectische kind, ouders denken dat ze iets fout hebben gedaan of dat het aan het onderwijs ligt. Dit is niet zo. Ouders kunnen niets doen om te voorkomen dat een kind dyslexie heeft en het ligt niet aan het onderwijs. Vaak gaat er meer aandacht naar het dyslectisch kind wat frustratie, woede en jaloezie kan opwekken bij broers en zussen. Voor hen is het lastig te begrijpen dat het dyslectisch kind meer aandacht krijgt, zowel negatief als positief. Vooral als het laat bekend wordt dat een kind dyslexie heeft.
7
§2: Lichamelijke problemen Naast emotionele problemen kunnen er ook lichamelijke problemen ontstaan bij dyslectische kinderen. Zo komen allergieën, astma, eczeem en middenoorontsteking vaker voor bij kinderen met dyslexie. Ook linkshandig zijn komt vaker voor bij deze kinderen. Deze problemen komen doordat er een afwijking in de hersenen zit. De hersenen zijn asymmetrisch en bepaalde verbindingen tussen de twee hersenhelften kunnen verkeerd gelegd zijn. Als iemand zware dyslexie heeft is dit ook terug te zien op een hersenscan. Niet alleen bij dyslectische kinderen kunnen deze problemen voorkomen, volwassenen met dyslexie kunnen zich hier vaak ook in herkennen. Er zijn dus veel problemen die bij dyslexie erbij kunnen komen. Toch hoeft het niet zo te zijn dat ieder dyslectisch kind problemen er bij krijgt. Het komt ook voor dat een dyslectisch persoon goed leest en er niet zo snel aan gedacht wordt dat het een stoornis heeft. In dit geval is het wel vaak moeilijker te accepteren voor de omgeving dat een kind deze stoornis heeft. Het kan ook zijn dat een dyslectisch kind verder goed mee kan gaan met de klas. Toch is het belangrijk in de gaten te houden hoe het met het kind gaat.
8
H3: Hoe kan je er mee omgaan? Als dyslexie geconstateerd is, komen er allerlei vragen. Hoe ga je er mee om? Wat moet er veranderd worden? En wat betekent het voor het dagelijks leven? De mate waarin dingen aangepast en verandert moeten worden verschild per persoon. Een kind met lichte dyslexie zal doorgaans minder aanpassingen en veranderingen nodig hebben dan een kind met zware dyslexie. Het licht ook aan wat een kind prettig vind en wat niet. Niet ieder kind zal behoefte hebben aan gesproken lesboeken. Het is belangrijk samen met het kind uit te zoeken welke aanpassingen en veranderingen gemaakt moeten worden en welke niet. Het kind zal naarmate hij ouder wordt allerlei trucjes leren en zich eigen maken.
§1: Acceptatie Het allerbelangrijkste is dat na de constatering van dyslexie het kind en de omgeving het gaat accepteren. Zolang het niet geaccepteerd wordt dat een kind dyslexie heeft, zal het begeleiden ervan moeizaam verlopen en zal dit het leerproces niet ten goede komen. Als de stoornis geaccepteerd wordt, kan dit voor een gemakkelijker leerproces zorgen en minder emotionele problemen. Ook is het van belang dat de verwachtingen van het kind en de omgeving niet te hoog of te laag zijn. Als de verwachtingen te hoog zijn zal het kind gedemotiveerd worden omdat hij of zij de verwachtingen niet waar kan maken. Het kind kan zich afvragen waarom hij nog moeite doet iets te leren als het hem toch niet lukt. Als de verwachtingen te laag zijn, zal dit ook demotiverend werken. Het kind krijgt alles voor elkaar en heeft geen uitdaging meer, heeft niets te leren. Er moet goed worden gekeken naar wat het kind al kan en wat haalbaar voor het kind is om te leren.
9
§2: Steun geven Onvoorwaardelijk steunen is iets wat belangrijk is. Laat zien dat je gelooft in het kind en dat het kind ook gaat geloven in zichzelf. Complimenteer ook bij goede resultaten. Als het kind een zes heeft voor een taaltoets is dit goed, ook als de rest van de klas een negen heeft. Laat ook zien dat het belangrijker is dat een kind zijn best doet dan alleen maar hoge, goede resultaten behalen. Het kind moet vooral gewaardeerd worden omdat het zijn uiterste best doet, ook als de resultaten slecht zijn. Ook extra begeleiding buiten school van een professional, zoals een logopedist, kan uitkomst bieden. Hierbij kan het kind bepaalde leermethoden ontwikkelen die het leren makkelijker maken. Vaak wordt dit ook vergoed door de zorgverzekeraar. Al is het handig dit na te vragen bij de zorgverzekeraar omdat het nog niet altijd vergoed wordt of alleen gedeeltelijk. Het is vooral belangrijk dat je een kind met dyslexie steunt, aandacht en begrip toont. Het vraagt veel van de omgeving om met dyslexie om te gaan. Voor het kind zelf, ouders, broers en zussen, klasgenoten en leerkrachten. Blijf in gesprek met de omgeving en vooral het kind zelf. Houd ook de emoties in de gaten van het kind. Zoek als het nodig is professionele hulp, bijvoorbeeld remedial teacher, voor het kind of de omgeving. Vaak kan deze je goed helpen. Geef voldoende aandacht aan het kind maar zorg er ook voor dat andere kinderen ook voldoende aandacht krijgen en begrijpen waarom het dyslectisch kind meer aandacht en hulp nodig heeft.
§3: Leren Het kijken naar de leermethodes is ook belangrijk. Kan de te leren stof logischer gemaakt worden of gemakkelijker door bijvoorbeeld ezelsbruggetjes te verzinnen. Het leren van taal en rijtjes wat gestampt moet worden kan je gemakkelijker maken door kaartjes te maken. Op de ene kant schrijf je bijvoorbeeld het Engelse woord en op de achterkant het Nederlandse woord. Als het kind een woord kent, kan het op een stapeltje. De kaartjes die overblijven, moeten meer geoefend worden. Uiteindelijk zal de stapel met gekende woorden groter worden dan de stapel met nog te leren woorden. Hierdoor houd het kind ook de moet erin omdat er resultaat te zien is. Toch zal de stapel met gekende woorden ook nog doorgenomen moeten worden opdat het niet te snel vergeten wordt.
10
Lezen is goed voor het dyslectisch kind. Als het kind niet meer spellend leest en verhalen redelijk goed door kan komen begint het lezen pas leuk te worden. Toch moet het kind zelf het nut inzien van kunnen lezen. Zo kan je ondertitels lezen, een boek of een computerspel zelf spelen. Toch is het moeilijk een kind te motiveren om te lezen. Je kunt daarom samen met het kind gaan lezen. Het hoeft niet lang te zijn maar als je samen leest, wordt het al plezieriger voor het kind. Zorg er ook voor dat het boek niet te dik is of te kleine letters heeft. Dit leest moeilijker voor het kind waardoor het minder leuk wordt. Ook het oefenen met woorden en schrijven kan je leuker maken door het in spelverband te doen of tijdens het afwassen op een leuke manier. Zo zijn er voor Frans, Duits en Engels speciale kwartetspellen gemaakt. Ook zijn er huiswerkspellen te koop en op internetsites spelletjes te vinden.
Zorg ervoor dat als je met het dyslectisch kind praat, je duidelijk en rustig praat. Kijk of het kind je begrepen heeft en herhaal het als het nodig is. In een onrustige, rumoerige omgeving probeer je een rustiger plekje te zoeken of harder te praten. Bij veel of lange instructies kan je een lijstje maken met punten die duidelijk en kort zijn op volgorde. Zo kan er niets vergeten worden en is het duidelijk wat het kind moet doen. Als een kind tijdens het praten fouten maakt, kan je dit verbeteren. Let er wel op dat het niet irriterend wordt voor het kind. Als het kind ouder wordt kan je het verbeteren van versprekingen die het kind zelf al goed kent weg laten. Dit omdat het kind het zelf goed weet en het als vervelend kan ervaren te worden gecorrigeerd. Als dit alleen nog maar gebeurt bij de dingen die minder goed bekend zijn is het minder vervelend. Neem ook de tijd om het kind uit te laten spreken. Sommige kinderen hebben veel tijd nodig om een verhaal te vertellen.
11
H4: Welke hulpmiddelen zijn er? Er zijn verschillende hulpmiddelen voor op school. Van bepaalde hulpmiddelen kan er ook thuis gebruik gemaakt worden. Je kunt professionele begeleiding vragen. Vaak kan je via internet of via school aan een professional komen. Veel zorgverzekeringen vergoeden tegenwoordig de begeleiding en diagnoses. Raadpleeg altijd je zorgverzekeraar van te voren hiervoor. Dit voorkomt onnodige problemen aangezien het vaak redelijk veel geld kost. Er zijn ook verschillende dyslexieprotocollen voor scholen. Deze zijn via internet in te zien en sommige scholen hebben ze ook ter inzage. Vraag altijd op school welke mogelijkheden er zijn en of er speciale aanpassingen gemaakt kunnen worden. Veel scholen weten niet altijd even goed wat zij kunnen doen voor het kind en door samen te kijken met school kan je aanpassingen en hulpmiddelen krijgen.
§1: Hulpmiddelen voor thuis Een vergroting kan veel uitkomst bieden. Boeken met groter lettertype om het lezen gemakkelijker en sneller te maken maar ook het ontcijferen en begrijpen beter te laten zijn. Vrijwel alle toetsen kunnen vergroot worden. De inspanning die het kost om te ontcijferen en te begrijpen worden minder omdat het gemakkelijker te lezen is. Hierdoor geeft het iets meer rust en energie om antwoord te geven op de gestelde vragen. Vaak wordt een toets dan ook iets beter gemaakt. Groter lettertypes gebruiken bied uitkomst op de computer. Veel computers kun je instellen op een groter lettertype, teksten en pictogrammen. Vaak kan dit bij het configuratiescherm en de vormgeving hierin. Ook hierbij geld dat het lezen en ontcijferen gemakkelijker gaat. Vaak kan een kind of jongere verslagen ook in een groter lettertype inleveren vanwege het hebben van dyslexie. Er zijn ook speciale lettertypes ontwikkeld voor dyslectici. Toch is het nog niet duidelijk wel lettertype het beste is voor dyslectici. Hierin wordt nog onderzoek naar gedaan. Vaak is Times New Roman op punt 14 geschikt. Je kunt dit ook automatisch instellen in Microsoft Word.
12
§2: Hulpmiddelen voor school Tijdens toetsen is extra tijd ook heel handig en gebruikelijk. De extra tijd geeft rust bij het kind. Het kind weet dat hij zich niet hoeft te haasten met het lezen. Het brengt rust in plaats van stress. Hierdoor gaat het lezen lekkerder omdat je de tijd hebt en het resultaat wordt ook beter. Je kunt je volledig concentreren op een toets zonder dat je tijd te kort komt. Vaak gebeurt het dat in de pubertijd het kind goed genoeg leest om de extra tijd niet nodig te hebben. Het kind is vaak binnen de tijd klaar maar het weten van de extra tijd en er recht op hebben creëert rust. Gesproken boeken en toetsen zijn op de meeste scholen ook mogelijk. Dit wordt een daisyspeler genoemd. Hierbij is het voordeel dat het kind de tekst niet alleen leest maar tegelijkertijd ook hoort. Het maakt het ontcijferen en begrijpen gemakkelijker en zal lijden tot een wat beter resultaat, vooral als een kind veel moeite met begrijpend lezen heeft. Dit biedt niet voor ieder kind uitkomst. Soms kan het zijn dat een kind langzaam leest maar net iets sneller leest dan de tekst gesproken wordt. Het kan dan juist hinderlijk zijn om een gesproken toets of boek te hebben. Hier kom je alleen achter door het uit te proberen, want alleen het kind kan aangeven of het een uitkomst is of niet. Compensatie en dispensatie wordt op alle reguliere scholen gedaan en vaak ook op speciale scholen. Bij compensatie worden niet altijd alle fouten meegerekend. Er geld vaak een speciale puntentelling voor veel toetsen, vooral bij talen. Ook kan het lezen van een bepaalde hoeveelheid bladzijden verminderd worden of verplichte boeken op een lager niveau gelezen worden. Vooral op de middelbare scholen moeten er boeken voor taalvakken gelezen worden. Hierbij kan vaak het niveau verlaagd worden zodat het lezen en het leren van een andere taal nog leuk blijft. Bij dispensatie kunnen er vrijstellingen gegeven worden. Bijvoorbeeld dat bepaalde opdrachten niet of gedeeltelijk gemaakt worden. Zo kan het aantal te schrijven pagina’s verminderd worden. Ook kunnen het aantal opdrachten verminderd worden. Bijvoorbeeld twee rijen woordjes schrijven en geen vier rijen. Geen dictees laten maken waarbij het van te voren al bekend is dat het kind zeer veel fouten gaat maken. Dit is slecht voor het zelfvertrouwen. Je kunt dan een dictee laten maken wat afgestemd is op het niveau van het kind.
13
Het extra hulp bieden bij schrijven van verhalen en dergelijke kan ook veel verschil maken. Hierbij kan je denken aan het spellen van woorden, het opschrijven zodat het kind dit over kan schrijven. Het werk kan ook gecorrigeerd worden door een klasgenoot of dat je als ouder of leerkracht het een extra keer doorkijkt voor het ingeleverd wordt. Laat het kind de woorden waarvan hij de spelling niet kent klankzuiver opschrijven. Zoals het kind het woord hoort. Ook het gebruik maken van een woordenboek, regelkaart en computer met spellingcontrole kan goed helpen. Hierbij kan het kind leren hoe het woorden schrijft en hoe het teksten met zo min mogelijk fouten inleveren. Als laatste kan een mondelinge overhoring in plaats van schriftelijk helpen. Hierbij hoeft niet nagedacht te worden over de schrijfwijze van woorden of topografische namen. Het neemt de druk bij het kind weg. Als je wel de vertaling of naam kent maar niet de schrijfwijze is een mondelinge overhoring een prima oplossing. Zo kan het kind laten zien dat hij het wel kent alleen niet weet hoe hij het schrijven moet. Er zijn ook verschillende programma’s voor computers die dyslectische kinderen helpen met de schrijfwijze van woorden.
14
H5: Tips en trucs op een rij Er zijn verschillende handvaten voorbij gekomen in dit boekje. Hiermee kan je het omgaan met dyslexie en het begeleiden ervan gemakkelijker maken. Dit voor het kind en de omgeving. Hieronder staan nog een aantal tips en trucs op een rij. De meeste ervan zijn eerder behandeld in de hoofdstukken maar hier staan ze kort herhaald. - Acceptatie, begrip en steun zijn zeer belangrijk - Praat duidelijk, hard genoeg en rustig, met niet te lange zinnen - Zorg voor duidelijke instructies die uitvoerbaar zijn - Oefen met het kind op een leuke manier - Laat het kind voldoende lezen en het plezier ervan beleven - Leg de verwachtingen en druk niet te hoog of te laag - Kijk op school welke hulpmiddelen en aanpassingen zijn - Houd de emotionele kant van het kind in de gaten - Maak dyslexie met de problemen bespreekbaar - Zorg dat het werk niet te veel is voor het kind en overzichtelijk - Maak leerkaartjes en ezelsbruggetjes - Laat het kind vooral weten dat hij niet dom is, stimuleer zelfvertrouwen - werk met herkenningspunten, en wijs de kanten die je opgaat aan - zoek samen met het kind naar andere trucjes om dingen te leren - zoek eventueel professionele begeleiding of huiswerkbegeleiding - Het door elkaar halen van links en rechts is zeer gebruikelijk bij kinderen met dyslexie. Probeer samen met het kind trucjes te bedenken voor het uit elkaar houden hiervan. - Het werken met herkenningspunten is vaak effectief. Als een kind ergens heen moet heeft het vaak weinig aan straatnamen en dergelijke. Je kunt dus gebruik maken van duidelijke herkenningspunten zodat het kind de weg kan vinden. 15
Extra naslagwerk Kinderen met dyslexie door Tom Braams Dit is een boek waar zeer veel handige en nuttige informatie over dyslexie in staat. Het is een boek wat gemakkelijk leesbaar geschreven is. Dyslexie diagnose en behandeling van dyslexie van Stichting Dyslexie Dit boek bevat veel informatie of dyslexie en de diagnose en behandeling ervan. Het is te kopen en downloaden van de internetsite: www.stichtingdyslexienederland.nl Dyslexie een complex taalprobleem door Tom Braams Eveneens is dit een handig en informatief boek door de schrijver Tom Braams. De gave van dyslexie door R.D. Davis Dit boek gaat over de voordelen en positieve kanten van dyslexie. Het boek is door de drukwijze en grote lettertypes gemakkelijk te lezen voor dyslectici. Het boek geeft ook tips om sneller en beter te leren lezen. Ik ben niet dom door Marion van de Coolwijk Dit is een kinderboek. Het boek gaat over Sander die dyslexie heeft. Sander wordt op school gepest hiermee. Het is een boek waarbij menig kind zich kan identificeren met Sander of een van de anderen uit het boek. Het is gemakkelijk leesbaar door de schrijfwijze. Het boek is vanaf c.a. tien jaar. www.steunpuntdyslexie.nl dit is een zeer informatieve en complete internetsite over dyslexie. Vrijwel alles hierover is er te vinden. Over school, protocollen, begeleiding, hulpmiddelen en dergelijke. www.ictworkshops.nl dit is een website waar verschillende taalspellen te spelen zijn voor het oefenen van schrijfwijze, letters en klanken. Er zijn verschillende niveaus en spellen die leuk zijn voor kinderen om de taal te leren.
16
www.dyslexietoolbox.nl Hierbij kan je ervaringen en tips uitwisselen met anderen over dyslexie en het hebben ervan of het begeleiden als ouder, leerkracht. www.woordenhaai.nl Bij deze site zijn veel softwareprogramma’s voor kinderen met een leesspelling- of rekenprobleem. www.beleven.org/verhalen Een site waarbij zeer veel leuke verhalen opstaan. Hierbij kan je het indelen op het niveau van het kind. De verhalen zijn ook niet te lang waardoor het prima te doen is. www.dyslexieweb.nl Dit is een site met zeer veel informatie. Je kan er ervaringen uitwisselen. Het is een site gemaakt door dyslectici en deskundigen. Hierdoor zal je geen zeer lange en moeilijke teksten tegenkomen. www.rtsupport.ontwikkelt.nl Hier zijn verschillende spellen te koop voor het spelend leren. www.lexima.nl Op deze site zijn meerdere softwareprogramma’s te krijgen voor dyslectici. De sofware help dyslectici om beter en gemakkelijker te werken achter de computer en schoolvakken te leren.
17
S P M F W H T F P P R I D T R T
E R C F S T M E O V B E G E P X
E F P D S R E O E A N D E R R O
K N M S N D A R P I L O M X N F
U Z M R E E K P Z L F E A T S N
N N P M G L E R R E I V T N B S
S U L R A R K E S N D G R G W G
Z I R A W A R T O R E I N M A A
R A R C W D M S S F O A G D V M
N E L D U A L E M A A L U T H B
N Y O R A R C M I P A F F P L I
E F I N V O D S F F E H K O Y E
D O I K E W A Y R G I U G K T E
R H O H S A M C O O R S M O O N
O R E T T C Z I G F O S O Q F T
W B Z J R N T R P E P V D R O T
dapper mier vouwwagen allemaal woorden onder naast meesterproef verklaren maar
Maak de fouten die een dyslecticus ook zou kunnen maken. Door deze woordzoeker kun je een klein beetje ervaren hoe het is om dyslexie te hebben.
18
Dyslexie, wat nu Wat moet ik weten om dyslectische kinderen te begeleiden?
Wat is dyslexie en wat kan je er aan doen? Is het niet gewoon een stempel die opgeplakt wordt bij kinderen die moeilijk lezen en spellen? Bestaat dyslexie eigenlijk wel? Dit zijn enkele vragen die opkomen rondom dit onderwerp. Dyslexie is geen verzamelnaam, geen stempel die wordt opgeplakt bij ieder kind wat moeilijk leest en spelt en het bestaat echt. Dit boekje gaat over dyslexie en het begeleiden van dyslectische kinderen. Er staan handige tips en trucs in en ook voorbeelden. Het is geschreven voor ieder die meer wil weten over dyslexie en het omgaan ermee. Ook is het een nuttig boekje voor ieder die werkt in het onderwijs.
19