Inleiding 2. Hoofdstuk 1 Bijzondere bijstand 3. Hoofdstuk 2 Collectieve zorgverzekering 6. Hoofdstuk 3 Participatiefonds 7

Inhoudsopgave Onderwerp

Bladzijde

Inleiding

2

Hoofdstuk 1 Bijzondere bijstand

3

Hoofdstuk 2 Collectieve zorgverzekering

6

Hoofdstuk 3 Participatiefonds

7

Hoofdstuk 4 Schuldhulpverlening

9

Hoofdstuk 5 Langdurigheidstoeslag

12

Hoofdstuk 6 Gemeentelijke voorzieningen “in natura”

14

Hoofdstuk 7 Informatie over uitkering

20

Hoofdstuk 8 Algemene informatie 9.1 Klachten 9.2 Bezwaar en Beroep

27 27 29

Belangrijke (e-mail)adressen en telefoonnummers

33

Inleiding Voor u ligt de folder “Voorzieningen voor de minima”. Deze folder informeert u over de producten en diensten van de afdeling Werk & Inkomen van de gemeenten Veendam en Pekela en is bedoeld voor de inwoners van deze gemeenten. Indien er verschillen zijn tussen de voorzieningen of regelingen in één van de gemeenten, dan wordt dit duidelijk in deze folder vermeld. Denk bij producten en diensten bijvoorbeeld aan: • bijzondere bijstand • collectieve zorgverzekering • participatiefonds • schuldhulpverlening • langdurigheidstoeslag • gemeentelijke voorzieningen in natura o.a. st. leergeld, Jeugdsportfonds • Informatie over de uitkering Deze folder geeft algemene en globale informatie. Dit betekent dat er altijd naar uw persoonlijke situatie gekeken moet worden om te kunnen bepalen voor welke voorziening of regeling u in aanmerking komt. Indien u denkt voor een bepaalde voorziening of regeling in aanmerking te komen, dan kunt u contact opnemen met: Afdeling Werk & Inkomen Veendam-Pekela Jan Salwaweg 1, 9641 LL Veendam Tel. nr.: (0598) 694 694 Fax: (0598) 694 600 E-mail: [email protected] Deze folder is zorgvuldig samengesteld. Echter, met enige regelmaat worden voorzieningen of regelingen, alsmede normbedragen, gewijzigd en zijn dan ook (nog) niet meegenomen in deze folder. Aan deze folder kunnen dan ook geen rechten worden ontleend.

2

Hoofdstuk 1 Bijzondere bijstand Soms heeft u bijzondere kosten die u zelf niet kunt betalen, omdat uw inkomen dit niet toelaat. Denk bijvoorbeeld aan medische kosten die niet geheel door uw zorgverzekering worden vergoed. Maar denk ook aan sociale situaties, bijvoorbeeld het voeren van een rechtszaak of kosten in verband met een echtscheiding. Dit zijn kosten die wel noodzakelijk zijn. Wanneer geen enkele andere instantie deze kosten (volledig) vergoedt, is er wellicht een bijdrage mogelijk via de bijzondere bijstand. Andere redenen wanneer u in aanmerking zou kunnen komen voor bijzondere bijstand, zijn:

Sociaal •

eigen bijdrage kosten rechtshulp, reiskosten (familie)bezoek ziekenhuis, afkickcentrum

Medisch • • • • •

dieetkosten kosten bij incontinentie, zoals hoge waskosten kosten voor maaltijdvoorziening telefoonkosten verhuis- en inrichtingskosten

Het gaat hier dus om uitgaven die niet iedereen heeft en die u om noodzakelijke medische of sociale redenen wel moet maken. Het gaat hier slechts om enkele voorbeelden, maar omdat iedere situatie weer anders is, zijn er natuurlijk nog veel meer te noemen.

3

Bijzondere bijstand ook voor mensen met inkomen boven het minimum Vaak wordt gedacht dat bijzondere bijstand alleen bedoeld is voor mensen met een bijstandsuitkering. Dit is echter niet het geval. Ook mensen met een inkomen boven het minimum kunnen in aanmerking komen. De hoogte van de vergoeding hangt dan af van de hoogte van het (gezins)inkomen en het (gezins)vermogen. Hoe hoger het inkomen, des te minder bedraagt de bijzondere bijstand. Ook zaken zoals spaargeld, een auto of een eigen woning worden hierin meegenomen. Voor meer informatie kunt u terecht bij de afdeling Werk & Inkomen, telefoonnummer (0598) 694 694. Belangrijke spelregel! Een belangrijke spelregel binnen het kader van bijzondere bijstand is: Vraag bijzondere bijstand aan, voordat u de kosten maakt! Dit voorkomt teleurstellingen! De gemeente moet vaststellen of de kosten inderdaad niet door u kunnen worden betaald en of het echt noodzakelijke kosten zijn. Bovendien is de bijzondere bijstand een zogeheten ‘Vangnetregeling’. Dit betekent dat de gemeente ook eerst moet bekijken of u de kosten niet via een andere organisatie vergoed krijgt/kunt krijgen. Dit kunt u zelf ook nagaan door bijvoorbeeld de polisvoorwaarden van uw (zorg)verzekering goed door te lezen. De gemeente gaat er verder vanuit dat u zich aanvullend heeft verzekerd voor ziektekosten en tandartskosten, bijvoorbeeld via de collectieve zorgverzekering van Menzis. Voor medische noodzakelijke kosten waarvoor u zich op deze manier had kunnen verzekeren, verstrekt de gemeente geen bijzondere bijstand. Voor mensen met een bijstandsuitkering en een minimumuitkering geldt dat zij een collectieve zorgverzekering kunnen afsluiten bij het Menzis (zie pagina 6).

4

Al noodzakelijke kosten gemaakt? Indien de noodzakelijke kosten achteraf aan te tonen zijn (bijv. via bonnetjes, facturen), dan kunt u bijzondere bijstand aanvragen. Deze kosten moeten wel binnen het jaar zijn gemaakt waarin u bijzondere bijstand aanvraagt. Let op! Informeer vooraf of u in aanmerking komt voor bijzondere bijstand! Voor tandartskosten geldt dat u deze altijd vooraf moet aanvragen. De aanvraagprocedure Een aanvraagformulier is verkrijgbaar bij de afdeling Werk & Inkomen of kunt u thuisgestuurd krijgen via de post. Neem dan contact op met de afdeling op werkdagen tussen 9.00-10.00 uur, telefoonnummer (0598) 694 694. Ook voor hulp bij het invullen van het formulier kunt u bij de afdeling Werk & Inkomen terecht. Een consulent kan eventueel bij u thuis langskomen wanneer u wegens ziekte of handicap niet naar de afdeling en/of gemeente kunt komen. Besluit wel/geen bijzondere bijstand De gemeente neemt binnen acht weken een beslissing over uw aanvraag. Om de medische of sociale noodzakelijkheid vast te stellen, bestaat de mogelijkheid dat de gemeente hierover contact met u opneemt of advies inwint bij andere instanties. Op grond van de verzamelde gegevens beslist de gemeente vervolgens zo snel mogelijk over uw aanvraag. U ontvangt thuis een brief met het besluit, waarin staat of uw aanvraag is toegekend of afgewezen. Bent u het niet eens met de beslissing, dan kunt u een bezwaarschrift indienen. Waar, hoe en binnen welke termijn u dit moet doen, staat in de brief vermeld.

5

Hoofdstuk 2 Collectieve zorgverzekering De gemeenten Veendam en Pekela hebben in samenwerking met Menzis een collectieve zorgverzekering ontwikkeld die mensen met een bijstandsuitkering en mensen met een (gezins)inkomen tot 110% van de voor hen geldende bijstandsnorm de mogelijkheid biedt zich beter en goedkoper tegen ziektekosten te verzekeren. Deze zorgregeling heeft de gemeente met het gemeentepakket Garant uitgebreid. De collectieve zorgverzekering levert een aantal voordelen op: • • •

u bent uitgebreider verzekerd; u krijgt korting op Aanvullende Verzekering (AV) en Tand Verzekering (TV); u hoeft niet altijd meer naar de gemeente om bijzondere bijstand aan te vragen, omdat een aantal medische vergoedingen standaard in het gemeentepakket zit.

De collectieve zorgverzekering en dus vergoedingen die zijn opgenomen in het gemeentepakket Garant gelden als een voorliggende voorziening voor het recht op bijzondere bijstand voor medische kosten. Voor deelname aan deze zorgverzekering dient u zich minimaal AV1 en TV2 te verzekeren (bij gebitsprothesedragers minimaal TV1). Meer informatie Meer informatie over dit onderwerp kunt u lezen op de volgende websites: www.gezondverzekerd.nl www.geldkompasveendam.nl www.geldkompaspekela.nl

6

Hoofdstuk 3 Participatiefonds Om toch iets extra’s te kunnen doen voor mensen die in een langdurige uitkeringssituatie zitten, hebben de gemeenteraden besloten het Participatiefonds te blijven handhaven. Indien een huishouden op of net boven bijstandsniveau uitkomt, dan kan ieder gezinslid in de gemeente Veendam of Pekela tot € 50 vergoeding krijgen voor sociaal-culturele activiteiten. De maximale vergoeding die u krijgt is € 50 plus € 50 per gezinslid. Een gezin van vier personen krijgt dus maximaal tot € 250 vergoed. Vanaf 2010 geldt dat er geen recht meer bestaat op deze vergoeding als er aanspraak bestaat op een langdurigheidstoeslag (zie pagina 12). Wanneer komt u in aanmerking voor het Participatiefonds? U komt in aanmerking als u voldoet aan de volgende voorwaarden: • •

•

u bent inwoner van de gemeente Veendam of Pekela; u heeft een inkomen tot maximaal 110% van de toepasselijke bijstandsnorm (zie hiervoor de normbedragen in tabel 1). Dit is gerekend vanaf de datum wanneer u deze regeling aanvraagt; uw aanvraag is uiterlijk voor 1 april ingediend voor kosten, die in het voorafgaande jaar zijn gemaakt. Studenten komen niet in aanmerking voor deze regeling!

7

Wat is 110% van de toepasselijke bijstandsnorm? Dit hangt af van de samenstelling van uw huishouden. Kijk in onderstaande tabel in welke categorie u valt. Is uw netto maandinkomen gelijk of lager dan het daarachter vermelde bedrag? U komt mogelijk in aanmerking voor het participatiefonds. Categorie Alleenstaande 18 t/m 20 jaar Alleenstaande 21 jaar Alleenstaande 22 jaar Alleenstaande > 23 jaar Gehuwden, allen < 65 jaar Alleenstaande ouder > 21 jaar Alleenstaande ouder > 65 jaar Gehuwden, waarvan 1 of meer > 65 jaar Alleenstaande > 65 jaar

110% € 239 € 719 € 816 € 968 € 1.383 € 1.245 € 1.337 € 1.462 € 1.062

WWB-norm € 217 € 654 € 742 € 880 € 1.257 € 1.132 € 1.215 € 1.329 € 966

Tabel 1: Normbedragen per 01-07-2013 (zonder vakantietoeslag). De normbedragen worden veelal 2 keer per jaar, meestal op 1 januari en 1 juli, opnieuw vastgesteld.

De aanvraagprocedure Voldoet u aan de voorwaarden? Een aanvraagformulier is verkrijgbaar bij de afdeling Werk & Inkomen, uw gemeente of kunt u thuisgestuurd krijgen via de post. Neem dan contact op met telefoonnummer (0598) 694 694. Het aanvraagformulier is ook via de gemeentelijke website door u te raadplegen en/of te downloaden. Daarvoor hoeft u niet de deur uit. Indien gevraagd wordt om bewijsstukken, dan dient u deze bij te voegen. U hoeft bewijsstukken van gemaakte kosten niet mee te sturen, maar u dient deze wel goed te bewaren. Achteraf kan er namelijk controle plaatsvinden. Indien u niet kunt aantonen dat u de gedeclareerde kosten daadwerkelijk gemaakt heeft, kan de gemeente het bedrag terugvorderen. Binnen acht weken neemt de gemeente een besluit over uw aanvraag. U ontvangt hierover schriftelijk bericht.

8

Hoofdstuk 4 Schuldhulpverlening Stel u heeft schulden bij instanties, bedrijven en er loopt een lening. Er liggen nog onbetaalde rekeningen, waaronder een huurachterstand en u staat rood op de bank- of girorekening. U heeft al enkele keren geprobeerd er uit te komen, maar dat lijkt zonder hulp niet meer te lukken? Dit is geen schande, want iedereen kan financiële problemen krijgen. Als inwoner van Veendam of Pekela kunt u voor informatie, advies, bemiddeling en financiële hulp bij de Volkskredietbank terecht. Volkskredietbank (VKB) De gemeente helpt inwoners die om welke reden dan ook in de schulden zijn gekomen. Dit doet de gemeente niet zelf, maar heeft dit uitbesteed aan de VKB te Appingedam. Deze professionele organisatie is gespecialiseerd in het helpen en ondersteunen van mensen met schulden. Helaas verdwijnen schulden vaak niet zomaar. Als iemand te lang wacht met ingrijpen en het regelen van een afbetaling, worden ze hoger en hoger. Met alle gevolgen van dien. Zo ver hoeft het niet te komen. Het is de taak van de gemeente om schuldhulpverlening aan te bieden. Anders dan andere banken De VKB is een initiatief van een groot aantal gemeenten in noordoost Groningen. De VKB is anders dan andere banken. Voor een gewone bankrekening, sparen, een hypotheek, verzekeringen en dergelijke, kunt u bij de VKB niet terecht. Voor persoonlijke leningen bent u wel aan het goede adres, mits u aan een aantal voorwaarden voldoet. De VKB heeft geen winstoogmerk., Hoe kan de VKB u helpen? Als u geen ingewikkelde financiële situatie heeft, dan kan de VKB mogelijk al helpen door u alleen enkele adviezen te geven.

9

Als uw situatie lastiger is, zal via budgetbeheer worden geprobeerd om uw inkomsten en uitgaven in evenwicht te brengen. Voor de VKB moet helder zijn hoeveel inkomen u ontvangt en of al uw vaste lasten hiervan betaald kunnen worden. Tevens wordt er bekeken of u gebruik maakt van alle (reguliere) inkomensvoorzieningen, zoals toeslagen e.d. Verder wordt uw financiële en persoonlijke situatie bekeken en worden uw schulden in kaart gebracht. Ook wordt bekeken hoeveel u aan uw schulden zou kunnen afbetalen. Als uw inkomen en uitgaven in evenwicht zijn, dan kan de VKB globaal gezegd op twee manieren iets aan uw schulden te doen. De eerste is door betalingsregelingen te treffen met schuldeisers waarbij u uw schulden 100% terugbetaalt. Een andere manier is door uw schulden te regelen via afkoopvoorstellen, waarbij een deel van uw schuld wordt kwijtgescholden (dit heet een “schuldregeling”). Welke manier wordt gekozen hangt af van uw specifieke situatie en omstandigheden. De VKB werkt volgens de gedragscodes en werkwijze van de Nederlandse vereniging voor schuldhulpverlening en sociaal bankieren (NVVK). Wsnp De VKB kan u ook adviseren over de toelating tot de Wet schuldsanering natuurlijke personen (Wsnp). Meer over WSNP kunt u vinden in de folder “Van een onoplosbare schuld naar schuldregeling” van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Deze folder is verkrijgbaar bij de afdeling Werk & Inkomen. Ook kunt u bellen met (0598) 694 694 als u de folder liever thuisgestuurd krijgt.

10

Gebruik maken van schuldhulpverlening? Als u schulden heeft of schulden dreigt te krijgen, zorg er dan voor dat u niet verder wegzakt. Vraag tijdig hulp! Wilt u meer weten, dan kunt u het inloopspreekuur van de VKB bezoeken bij de stichting “De Badde” in Oude Pekela en bij de afdeling Werk & Inkomen in Veendam (Bedrijfsverzamelgebouw). Voor de openingstijden op deze locaties kunt u de website van de VKB raadplegen. Tijdens de dagelijkse openingstijden kunt u ook het kantoor in Appingedam bezoeken om u aan te melden: Volkskredietbank Noord-Oost Groningen Stationsweg 2 Postbus 130 9900 AC Appingedam Tel. (0596) 629 600 Voor meer informatie zie: www.volkskredietbank.nl Voor informatie kunt u ook terecht bij de sociale dienst of het plaatselijk maatschappelijk werk!

11

Hoofdstuk 5 Langdurigheidstoeslag Vanaf 1 januari 2012 geldt de nieuwe langdurigheidstoeslag. Deze regeling is bestemd voor mensen die tenminste drie jaar een inkomen tot 110% van de toepasselijke bijstandsnorm hebben ontvangen. Het soort inkomen is niet belangrijk, alleen de hoogte van het inkomen is van belang. De gemeente stelt zelf vast hoe en wanneer deze regeling wordt toegepast en heeft dit vastgelegd in een Verordening. Hoogte toeslag De hoogte van de toeslag bedraagt per jaar: - Voor een alleenstaande - Voor een alleenstaande ouder - Voor gehuwden

€ € €

352 453 503

Voorwaarden Om in aanmerking te komen voor de toeslag, moet u (en uw eventuele partner) aan een aantal voorwaarden voldoen: • u woont in de gemeente Veendam of Pekela; • uw leeftijd is tussen de 21 en 65 jaar; • u heeft drie jaar of langer, onafgebroken, een inkomen van niet meer dan 110% van de toepasselijke bijstandsnorm. Dat is voor een: Alleenstaande > 23 jaar Alleenstaande ouder > 21 jaar Gehuwden allen < 65 jaar

€ 968 € 1.245 € 1.383

Tabel 2. Normbedragen per 01-07-2013 (zonder vakantietoeslag). De normbedragen worden veelal 2 keer per jaar, meestal op 1 januari en 1 juli, opnieuw vastgesteld.

12

Daarnaast mag uw vermogen niet hoger zijn dan in de tabel genoemde bedragen: Alleenstaande Alleenstaande ouder Gezinnen

€ 5.795 € 11.590 € 11.590

Tabel 3. Vermogensgrenzen per 01-7-2013. Deze vermogensgrenzen worden veelal 2 keer per jaar, meestal op 1 januari en 1 juli, opnieuw vastgesteld.

Wanneer u niet voldoet aan één van de voorwaarden, dan wordt uw aanvraag afgewezen! Daarnaast komen studenten niet in aanmerking voor deze regeling! Aanvraagprocedure De langdurigheidstoeslag dient u zelf aan te vragen. Een aanvraagformulier is verkrijgbaar bij de afdeling Werk & Inkomen, via de gemeentelijke website of kunt u thuisgestuurd krijgen via de post. Neem dan contact op met telefoonnummer (0598) 694 694. Ook voor hulp bij het invullen van dit formulier kunt u bij de afdeling Werk & Inkomen of uw gemeente terecht. Een consulent kan eventueel bij u thuis langskomen wanneer u wegens ziekte of handicap zelf niet kunt komen. Indien gevraagd wordt om bewijsstukken, dan dient u deze bij te voegen. Binnen acht weken neemt de gemeente een besluit over uw aanvraag. U ontvangt hierover schriftelijk bericht.

13

Hoofdstuk 6 Gemeentelijke voorzieningen die “in natura” worden verstrekt Naast eerdergenoemde minimavoorzieningen verstrekt de gemeente jaarlijks een financiële bijdrage aan het Jeugdsportfonds en de stichting Leergeld.

Jeugdsportfonds Voor wie: Het Jeugdsportfonds is bestemd voor kinderen en jongeren tot 18 jaar die om financiële reden geen lid kunnen worden van een sportvereniging. Door wie: Een beroep op het Jeugdsportfonds kan uitsluitend worden gedaan door een intermediair die op een professionele wijze is betrokken bij de opvoeding van een jeugdige. Dit kan bijvoorbeeld zijn een hulpverlener, jongerenwerker of docent. Via de intermediair kan een aanvraag bij het Jeugdsportfonds worden ingediend. Let op: Ouder(s), kinderen/jongeren en verenigingen kunnen zelf geen aanvraag doen! Aanvraagprocedure De aanvraag geschiedt door gebruikmaking van een digitaal aanmeldingsformulier. Bezoek hierover de website www.jeugdsportfonds.nl en klik op

- dan op de desbetreffende regio -

en vervolgens op het kopje: Hier staat beschreven hoe de aanvraag ingediend kan worden.

14

Belangrijk voor u om te weten • Het Jeugdsportfonds keert uit indien u als ouder(s) of verzorger(s) van een jeugdige geen andere financieringsmogelijkheden hebben. • Het gezinsinkomen bedraagt maximaal 105% van het wettelijk sociaal minimum. • De bijdrage van het Jeugdsportfonds bedraagt maximaal € 225,-- per kind per jaar, waarvan voor kleding maximaal € 90,--. • Het Jeugdsportfonds keert geen geld uit aan jeugdigen of aan de ouder(s). • Bijdragen voor lidmaatschap van een sportvereniging worden rechtstreeks overgemaakt naar de vereniging. Hiervoor geldt geen overdracht van bonnen. • Sportkleding en andere attributen kunnen worden aangeschaft vertoon van een kledingvoucher. • Het Jeugdsportfonds vergoedt geen contributie en/of sportattributen met terugwerkende kracht. • De intermediair dient de aanvraag te motiveren door middel van het geven van globale informatie over de financiële situatie van de ouder(s). Zonder financiële motivatie wordt de aanvraag niet behandeld. • De activiteit moet vallen onder het begrip sportbeoefening in teamverband. Fitness, aerobics, spinning en zwemlessen worden bijvoorbeeld niet vergoed. • De jongere mag bij aanvang van het sportseizoen niet ouder dan 17 jaar zijn. • Het is toegestaan om voor meerdere kinderen uit een gezin een aanvraag in te dienen. • Ieder jaar kan er opnieuw een aanvraag worden gedaan indien de financiële omstandigheden van het gezin/verzorger dit noodzakelijk maakt. • De intermediair ziet er op toe dat de jeugdige daadwerkelijk en voor langere tijd deelneemt aan de activiteiten van de sportvereniging, waarvoor het geld beschikbaar is gesteld.

15

Uitzondering Het kan zijn dat u als ouders wel een inkomen hebben maar toch het sporten om een bepaalde reden niet kunnen betalen. Indien de aanvrager in de financiële motivatie kan aangeven waarom u als ouders ondanks het inkomen toch geen geld hebben om het sporten te betalen, kan bij uitzondering toch een beroep op het Jeugdsportfonds worden gedaan. Voorbeeld van inkomen en toch aanvraag gehonoreerd: Ouders zitten in de schuldsanering, ouders hebben schulden, eenoudergezinnen met laag inkomen etc.

16

Stichting Leergeld In Nederland leven bijna 400.000 kinderen onder de armoedegrens. Helaas is dat een structureel gegeven. Anders dan in ontwikkelingslanden, maar in verhouding even schrijnend en bovendien om de hoek. Schoolgaande kinderen - in de greep van de armoede - kunnen niet of weinig met andere kinderen meedoen. Niet met schoolkamp/week, niet met excursie, geen sportclub of kunstzinnige vorming. Ook schoolmaterialen en aan het begin van het jaar alle boeken hebben, wordt steeds vaker een probleem. Meedoen vergroot de horizon van kinderen; zij maken sociale contacten, leren teamgeest, zich handhaven in een groep, leren winnen en verliezen. Als kinderen dit soort dingen niet leren maar worden buitengesloten, komen niet alleen zij ernstig tekort maar zal de maatschappij daar later duur "leergeld" voor betalen. De stichting Leergeld opereert onder het motto “Nu meedoen is straks meetellen” in de gemeenten. Doelstelling Voor schoolgaande kinderen - die om financiële redenen niet met leeftijdsgenoten kunnen meedoen aan schoolse- en buitenschoolse activiteiten - de financiële belemmering te helpen oplossen, die meedoen in de weg staat en wel op zodanige wijze dat de dreiging van sociaal isolement/uitsluiting wordt verminderd dan wel wordt voorkomen. Hoe werkt Leergeld? Leergeld heeft een formule opgebouwd om dat "wel meedoen" zo efficiënt mogelijk te regelen. Hoofdkenmerken zijn: •

laatste vangnet: als overheidsvoorzieningen gebruikt, niet meer voorradig of onvoldoende zijn.

17

•

local-for-local: relatieve kleinschaligheid - dan zijn zaken o.m. overzienbaar, zowel qua organisatie als fondsenwerving.

•

huisbezoek met ervaringsdeskundigen voor het directe contact met de doelgroep/aanvragers over hulp. Zij praten dezelfde taal. Er is onderling respect, taboes worden doorbroken en problemen bespreekbaar gemaakt.

•

hulp via één-loket-functie: 1. Toetsing aan doelgroepcriteria 2. Analyse probleem/aanvragen in relatie tot voorliggende voorzieningen 3. Voorlichting en bemiddeling tot verkrijging van desbetreffende voorzieningen 4. Aanvullende materiële of financiële hulp van Stichting Leergeld

•

terugkoppeling- of signaleringsfunctie naar de overheid m.b.t. tekortschietende voorzieningen en/of wetgeving.

Contact Regio Veendam/Pekela: Postbus 103, 9640 AC Veendam Telefoon 06-10741536 (bereikbaar dinsdag en donderdag 9.30 - 11.30 uur) E-mail: [email protected]

18

19

Hoofdstuk 7 Informatie over de uitkering Iedereen moet zoveel mogelijk in zijn eigen levensonderhoud voorzien met werken. Lukt dit niet, dan kan de gemeente u met werk helpen zoeken. Zolang u geen werk hebt gevonden ontvangt u bijstand, via de Wet werk en bijstand (WWB).

Wanneer hebt u recht op bijstand? Een bijstandsuitkering kunt u aanvragen als u in Nederland woont, niet genoeg inkomen of vermogen hebt om in uw kosten van levensonderhoud te voorzien en ook niet aanmerking komt voor een andere uitkering. Met een bijstandsuitkering kunt u de periode totdat u weer een baan vindt overbruggen. Er is een aantal voorwaarden: Voorwaarden bijstandsuitkering U hebt in principe recht op een uitkering als: • u rechtmatig in Nederland woont; • u 18 jaar of ouder bent; • u niet genoeg inkomen hebt om in uw levensonderhoud te voorzien; • u geen beroep kunt doen op een andere uitkering; • uw eigen vermogen niet boven een bepaald bedrag uitkomt. Onder eigen vermogen valt niet alleen spaargeld, maar bijvoorbeeld ook een auto. Voor gezinnen is de grens € 11.590 en voor alleenstaanden € 5.795. Als u meer hebt dan dit bedrag, dan moet u dat eerst opmaken. De waarde van uw eigen huis valt ook onder uw vermogen. Van deze waarde wordt maximaal € 48.900 buiten beschouwing gelaten. Als de waarde van uw huis verminderd met de nog af te lossen hypotheek meer is dan dit bedrag kan de gemeente u een bijstandsuitkering toekennen op basis van een lening met uw huis als onderpand. De gemeente kan in dit geval een zogeheten krediethypotheek afsluiten.

20

Ouderen van 65 jaar en ouder Als u 65 jaar of ouder bent en uw inkomen onder het sociaal minimum ligt, dan kunt u in aanmerking komen voor de aanvullende inkomensvoorziening ouderen (AIO). U vraagt de AIO aan bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB) te Groningen.

Kantoor Groningen

Bezoekadres: Cascadeplein 5, 9726 AD Groningen Postadres: Postbus 576, 9700 AN Groningen Telefoonnummer Algemeen: 050 316 90 00 AOW/Anw: 050 316 90 10 AIO-aanvulling: 050 316 90 85 Kinderbijslag: 050 316 90 20

Hoe vraagt u een uitkering aan? U vraagt een bijstandsuitkering aan bij het UWV te Veendam (Veendam en Pekela). Het UWV stuurt uw aanvraag door naar de gemeente. U ontvangt vervolgens binnen 8 weken een beschikking. Hierin staat of u de uitkering krijgt toegekend en hoe hoog uw uitkering zal zijn.

21

Zoekperiode voor jongeren tot 27 jaar? Bent u jonger dan 27 jaar, dan moet u eerst 4 weken actief 1 naar werk of een opleiding zoeken. In die periode mag u nog geen bijstandsuitkering aanvragen. Als u tot een echtpaar/samenwonenden behoort waarvan één van de partners 27 jaar of ouder is, dan mag de uitkering wel alvast worden aangevraagd, maar moet u wel 4 weken zoeken naar werk of een opleiding. Lukt het niet om werk te vinden en kunt u geen opleiding volgen? Dan mag u na deze 4 weken een aanvraag voor een bijstandsuitkering indienen. De gemeente maakt na 4 weken samen met u een plan van aanpak. Hierin staat: •

hoe u uw kansen op betaald werk kunt vergroten, bijvoorbeeld met een cursus of een werkstage;

•

wat de gemeente daarbij van u eist en verwacht;

•

hoe de gemeente u daarbij gaat helpen, en:

•

wat de gevolgen zijn voor uw uitkering als u zich niet aan de afspraken houdt.

Krijgt u een uitkering toegekend? Dan gaat de uitkering in vanaf de eerste dag van de zoekperiode. U krijgt bij de toekenningsbrief ook het plan van aanpak toegestuurd. U moet zo snel mogelijk beginnen met de activiteiten die in uw plan van aanpak staan.

1

Het zoeken naar een opleiding wordt vanaf 1 juli 2012 actief gecontroleerd.

22

Voorschot na aanvragen bijstandsuitkering Als u een bijstandsuitkering aanvraagt, kan het enige tijd duren voor u deze ontvangt. U hebt recht op een voorschot van 90 procent van de uitkering. Dit voorschot wordt binnen 4 weken na het aanvragen van de uitkering aan u uitbetaald. Tot het moment dat u uw eerste uitkering ontvangt, krijgt u dit voorschot elke 4 weken opnieuw. Bent u jonger dan 27 jaar? Dan kunt u tijdens de 4 weken zoekperiode geen voorschot ontvangen.

Wat zijn uw plichten bij een bijstandsuitkering? Als u een bijstandsuitkering hebt, hebt u een aantal verplichtingen. U moet: •

als werkzoekende ingeschreven staan bij het UWV;

•

uw best doen om zelf in uw kosten van levensonderhoud te voorzien. Dit geldt ook voor uw partner die onder de WWB vallen;

•

solliciteren naar alle soorten normaal werk. U moet ook solliciteren naar banen die niet direct aansluiten bij uw opleiding en ervaring;

•

meewerken aan ondersteuning die de gemeente uw geeft, zoals een sollicitatiecursus;

•

meewerken aan huisbezoek en psychologische en medische onderzoeken als dit mogelijk is;

23

•

de gemeente voorzien van juiste informatie. Bijvoorbeeld als u gaat samenwonen moet u dit aan de gemeente doorgeven. Dit heeft namelijk gevolgen voor de hoogte van uw uitkering. U kunt wijzigingen doorgeven aan de gemeente met het mutatieformulier;

•

de gemeente kan een tegenprestatie naar vermogen verwachten.

Verlagen of stoppen bijstandsuitkering Als u niet aan deze verplichtingen voldoet, kan de gemeente uw uitkering verlagen of stopzetten. Terugvorderen bijstandsuitkering Als u onterecht een uitkering hebt ontvangen of teveel uitkering hebt ontvangen, kan de gemeente geld van u terugvorderen. De gemeente kan (een deel van) het geld ook van andere mensen opeisen. Dat heet verhalen. Meestal gaat het om ouders, (ex)-echtgenoot of partner die verplicht zijn een gezinslid te onderhouden. Hoge boetes voor fraude Hebt u fraude gepleegd en daardoor te veel uitkering ontvangen? Dan moet u het te veel ontvangen geld helemaal terugbetalen. Daarnaast krijgt u een boete van de gemeente die net zo hoog is als het bedrag dat u te veel hebt ontvangen aan uitkering. De gemeente is verplicht om er voor te zorgen dat u het te veel ontvangen geld terugbetaalt en dat u de boete betaalt. Maatregelen bij herhaalde fraude Pleegt u voor de tweede keer fraude binnen vijf jaar? Dan krijgt u een boete van 150% van het bedrag dat u onterecht hebt ontvangen. Deze boete wordt ingehouden op uw bijstandsuitkering. Dat kan betekenen dat u tijdelijk geen uitkering ontvangt.

24

Als u door deze boetes in de schulden raakt, mag u geen gebruik maken van schuldhulpverlening van de gemeente. Wijzigingen melden als u een bijstandsuitkering hebt Soms pleegt u fraude zonder dat u dat weet. Verandert er iets in uw financiële, persoonlijke of leefsituatie? Dan moet u dat zo snel mogelijk aan de gemeente doorgeven. U geeft ook wijzigingen in de situatie van uw partner door. De veranderingen kunnen gevolgen hebben voor uw uitkering. Wilt u meer informatie over de wijzigingen die u moet doorgeven? Ga dan naar www.weethoehetzit.nl. Deze site is ook via de gemeentelijke website te raadplegen.

Kan de gemeente u helpen bij het vinden van werk? De gemeente kan u helpen bij het vinden van werk. Zij kan u sollicitatiecursussen, opleidingen, taalcursussen of stageplekken aanbieden. De gemeente kan u bijvoorbeeld een zogeheten participatieplaats aanbieden. Op een dergelijke plaats kunt u voor een periode van maximaal 2 jaar met behoud van uw uitkering bij de gemeente of in het bedrijfsleven werken aan uw terugkeer op de arbeidsmarkt. Het is de bedoeling dat de gemeente maatwerk levert. Dit betekent dat de re-integratieactiviteiten goed moeten aansluiten bij uw persoonlijke situatie. U bent verplicht hieraan mee te werken.

25

Mag u met een bijstandsuitkering naar het buitenland? Als u een bijstandsuitkering hebt en jonger bent dan 65 jaar, mag u per kalenderjaar maximaal 4 weken naar het buitenland met behoud van uw uitkering. Het maakt niet uit of u een sollicitatieplicht hebt of niet. Als u 65 jaar of ouder bent, mag u maximaal 8 weken per kalenderjaar naar het buitenland met behoud van uw AIOaanvulling. U meldt uw verblijf in het buitenland een aantal weken voor vertrek bij de afdeling Werk & Inkomen en/of de gemeente via het mutatieformulier. Als u een AIO-aanvulling ontvangt, meldt u dit bij de SVB te Groningen.

Meer informatie Dit hoofdstuk informeert u op hoofdlijnen over de WWB. De gemeente voert deze wet uit. Vragen over uw persoonlijke situatie of de regels die in uw gemeente gelden, kunt u stellen aan de sociale dienst of het UWV. Kijk op www.werk.nl voor de lokale vestiging van het UWV bij u in de buurt. Voor vragen over de AIO kunt u contact opnemen met de SVB. Hebt u verder nog vragen? Bel dan gratis met de Postbus 51 infolijn, telefoonnummer 0800-8051, of kijk op

www.rijksoverheid.nl

26

Hoofdstuk 8 Algemene informatie 9.1 Klachten Waar mensen werken, worden fouten gemaakt. Dit geldt ook voor de gemeente. Het kan gebeuren dat u ontevreden bent over de afdeling Werk & Inkomen of over het gedrag van een ambtenaar binnen deze dienst. U heeft bijvoorbeeld geen antwoord gekregen op een brief, u heeft niet de informatie ontvangen waar u om vroeg of een ambtenaar heeft u onjuist behandeld. Dit zijn allemaal voorbeelden van onderwerpen waarover u een klacht zou kunnen indienen. Uitgangspunt is dat uw klacht gaat over een handeling van een ambtenaar van de afdeling Werk & Inkomen. De gemeente vindt het belangrijk dat u deze ontevredenheid bij de gemeente kenbaar maakt. Zij wil uw ongenoegen wegnemen en kan uw klacht gebruiken om de kwaliteit van de dienstverlening te verbeteren. Bovendien helpt u te voorkomen dat dezelfde fout nog een keer wordt gemaakt. Probeert u altijd eerst met de betrokken ambtenaar te praten over uw onvrede. Dit is vaak de beste manier om tot een oplossing te komen of misverstanden recht te zetten. Als dit niet gelukt is, dan kunt u (schriftelijk) uw klacht indienen bij het college van burgemeester en wethouders in uw woonplaats. (Let op! Bezwaarschriften dient u in bij uw eigen gemeente, zie 8.2 Bezwaar en Beroep, p. 22)

Het college zal uw klacht voorleggen aan een onafhankelijke commissie, de commissie Bezwaarschriften en Klachten (commissie BK). Deze commissie zal uw klacht beoordelen en hierover een advies uitbrengen aan het college. Als u een schriftelijke klacht indient moet u: • duidelijk beschrijven over wie u klaagt; • omschrijven wat er is gebeurd en wanneer het is gebeurd; • de reden aangeven waarom u klaagt; • uw naam, adres en telefoonnummer vermelden.

27

De behandeling U ontvangt van de gemeente een bevestiging van uw brief. Er volgt dan een onderzoek. Een onderdeel van het onderzoek is het houden van een hoorzitting. Tijdens de hoorzitting krijgt u de gelegenheid om uw klacht mondeling toe te lichten aan de commissie en vragen te stellen. Ook degene over wie u klaagt krijgt de gelegenheid om mondeling te reageren. Dit gebeurt meestal in dezelfde hoorzitting. De commissie zal een advies over uw klacht uitbrengen aan het college. Het college neemt een beslissing waarbij uw klacht gegrond of ongegrond wordt verklaard. U ontvangt in de regel tien weken na de ontvangst van uw klacht een schriftelijke reactie op uw klacht. Nationale ombudsman Als u niet tevreden bent over de afhandeling van uw klacht door de gemeente, kunt u een brief schrijven naar de Nationale Ombudsman. Hij zal beoordelen of uw klacht over de gemeente terecht is of niet. Regels voor het indienen van een klacht bij de Nationale Ombudsman zijn: • u moet de gemeente voldoende de kans hebben gegeven om op uw klacht te reageren (heeft u dat niet gedaan, dan zal de Nationale Ombudsman uw klacht niet behandelen) • de klacht moet worden ingediend binnen één jaar nadat de gedraging plaatsvond of binnen één jaar nadat het bestuursorgaan op de klacht heeft beslist • de klacht moet voldoen aan de voorwaarden die u vindt in deze folder Meer informatie over hoe de Nationale Ombudsman klachten afhandelt, kunt u lezen in een speciale folder. Deze kunt u afhalen in het Bedrijfsverzamelgebouw te Veendam en het gemeentehuis in Pekela. Ook vindt u meer informatie op de website van de Nationale Ombudsman: www.ombudsman.nl

28

Vragen Heeft u nog vragen hierover, vraag dan naar de folder via de afdeling Werk & Inkomen of neem telefonisch contact op met de secretaris van de commissie in Veendam via telefoonnummer (0598) 652 222 of in Pekela via telefoonnummer (0597) 617 555 waar u tevens uw vragen kunt stellen over de commissie of over de te volgen procedure. 9.2 Bezwaar en Beroep Bezwaar Indien u het met de beslissing van de gemeente niet eens bent, kunt u tegen deze beslissing een bezwaarschrift indienen. De termijn waarbinnen u een bezwaarschrift kunt indienen, bedraagt maximaal zes weken nadat het besluit aan u bekend is gemaakt. De eisen die aan een bezwaarschrift worden gesteld zijn: • Het bezwaarschrift dient uw naam en adres te bevatten (uw belang is er immers bij betrokken); • Het bezwaarschrift dient voorzien te zijn van een datum; • Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend; • In het bezwaarschrift dient u een omschrijving te geven van het besluit waartegen uw bezwaar is gericht of u zendt een kopie van de beschikking mee; • In het bezwaarschrift dient u vervolgens aan te geven de redenen waarom u het niet eens bent met het besluit; • Wanneer het bezwaarschrift in een vreemde taal is gesteld en een vertaling noodzakelijk is voor een goede behandeling van de zaak, dient u zelf zorg te dragen voor een vertaling.

29

Als inwoner van Veendam of Pekela kunt u uw bezwaarschrift sturen naar: Veendam Het college van burgemeester en wethouders Postbus 20004 9640 PA Veendam Pekela Het college van burgemeester en wethouders Postbus 20000 9665 ZM Oude Pekela Beroep In de wet staat: “Een belanghebbende kan tegen een besluit beroep instellen bij de rechtbank”. Indien u het dus met de beslissing op het bezwaarschrift niet eens bent, kunt u tegen de beslissing in beroep gaan. De gemeente adviseert u om een deskundige te nemen (bijvoorbeeld een advocaat) ingeval u het voornemen heeft tot het indienen van een beroepschrift. De termijn waarbinnen u het beroepschrift kunt indienen, bedraagt maximaal zes weken nadat het besluit op het bezwaarschrift aan u bekend is gemaakt. De eisen die aan een beroepschrift worden gesteld zijn dezelfde als die van een bezwaarschrift. U kunt altijd in beroep gaan, indien u van oordeel bent dat de gemeente (of een ander overheidsorgaan, zoals het waterschap, het Ministerie van Onderwijs, de Provincie) in strijd met de wet heeft gehandeld. U als rechtzoekende kunt zich beroepen op twee wetten: • De bijzondere wet, in dit geval de Wet werk en bijstand (WWB); • De Algemene wet bestuursrecht (Awb).

30

Belangrijk voor u om te weten waartegen u, wat betreft de WWB, niet in beroep kunt gaan: • Een besluit, inhoudende een algemeen verbindend voorschrift of een beleidsregel; • Een besluit, inhoudende de intrekking of de vaststelling van de inwerkingtreding van een algemeen verbindend voorschrift of een beleidsregel; • Een besluit, inhoudende de goedkeuring van een besluit, inhoudende een algemeen verbindend voorschrift of een beleidsregel of de intrekking of de vaststelling van de inwerkingtreding van een algemeen verbindend voorschrift of een beleidsregel. Uw beroepschrift moet u sturen naar: Arrondissementsrechtbank Groningen Postbus 781 9700 AT GRONINGEN

E-mail: [email protected] (niet voor juridische procedures)

31

Wet dwangsom en beroep Per 1 oktober 2009 is de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen (wet dwangsom) in werking getreden. Dit wil zeggen dat u als burger de gemeente een dwangsom kan opleggen als niet binnen wettelijke termijnen een beslissing op uw aanvraag is genomen. Hoe werkt het? U dient een aanvraag in bij de gemeente. De gemeente stuurt een ontvangstbevestiging waarin de datum van ontvangst staat vermeld. Deze datum is cruciaal voor het verdere traject. Dit is namelijk de datum waarop de wettelijke termijn begint. De afdeling Werk & Inkomen neemt de aanvraag in behandeling. De wettelijke termijn verschilt per beschikking. Vervolgens zijn er drie mogelijkheden: 1. 2.

3.

De beschikking wordt binnen de wettelijke termijn afgegeven: alles is in orde; Er is verlenging van de wettelijke termijn nodig: u als aanvrager moet hier schriftelijk van in kennis worden gesteld; De beschikking wordt niet binnen de wettelijke termijn afgegeven.

U kunt dan de gemeente schriftelijk in gebreke stellen. De ingebrekestelling mag pas worden ingediend als de wettelijke termijn is verstreken (inclusief opschorting en verlenging). De gemeente krijgt dan twee weken de tijd om alsnog een beschikking af te geven, rekenend vanaf de dag van ontvangst van de ingebrekestelling. Meer informatie over de Wet dwangsom en beroep kunt u vinden op de gemeentelijke websites.

32

Belangrijke (e-mail)adressen en telefoonnummers Afdeling Werk & Inkomen Jan Salwaweg 1 9641 LL Veendam Telefoonnummer: (0598) 694 694 E-mail: [email protected] College van burgemeester en wethouders van Veendam Raadhuisplein 5 Postbus 20004 9640 PA Veendam Telefoonnummer: (0598) 652 222 E-mail: [email protected] College van burgemeester en wethouders van Pekela Raadhuislaan 8 Postbus 20000 9665 ZM Oude Pekela Telefoonnummer: (0597) 617 555 E-mail: [email protected] UWV Veendam Jan Salwaweg 3 9641 LL Veendam Telefoonnummer: (0598) 78 88 60 E-mail: www.werk.nl Volkskredietbank voor Noord-Oost Groningen Stationsweg 2 9900 AC Appingedam Telefoonnummer: (0596) 629 600 E-mail: www.volkskredietbank.nl

33

Rechtbank Groningen Guyotplein 1 Postbus 781 9700 AT Groningen Telefoonnummer: (050) 316 61 66 Menzis Zorg en Inkomen Winschoterdiep 70 9723 AB Groningen Telefoonnummer: 088-222 40 40 (lokaal tarief) E-mail: [email protected]

34

Stichting Leergeld Regio Veendam/Pekela: Postbus 103, 9640 AC Veendam Telefoon 06-10741536 (bereikbaar dinsdag en donderdag 9.30 - 11.30 uur) E-mail: [email protected]

Geldkompas E-mail: www.geldkompaspekela.nl www.geldkompasveendam.nl

35