Inkomensval SBF-ers
Aan de heer O. Welling. Geachte heer Welling, Aan het verzoek van Minister Blok, gedaan op 18 april jl. (en al enkele dagen eerder door u gedaan n.a.v. van onze nota over de mogelijk onjuiste uitvoering van de SBF-regeling), voldoen wij hierbij gaarne. Daarbij willen wij echter in de allereerste plaats een dringende boodschap aan Minister Blok en aan u afgeven : 1.
Een dringende boodschap
Zoals u weet, is de SBF-groep namens 3300 leden al twee jaar lang aan het strijden voor een rechtvaardiger SBF-regeling. Aan mevrouw Spies en nu aan de heer Blok hebben wij informatie, uitleg en een plan aangeboden. Wij willen hier nog eens uiting geven aan onze teleurstelling, dat wij daarop feitelijk nimmer een inhoudelijke reactie hebben mogen ontvangen. Nu wij echter onlangs een nota hebben geschreven, waarin wij - gevoed door alle negatieve geluiden en ervaringen m.b.t. de financiële uitwerking van de regeling - voor de zekerheid ook nog eens een keer de vraag stellen of de regeling wel op correcte wijze wordt uitgevoerd, lijkt uw Ministerie ineens wakker te zijn geworden. Met nadruk wil de SBF-groep er op wijzen, dat de door ons gestelde vraag 'Wordt de SBF-regeling misschien op onjuiste wijze uitgevoerd?' voor ons NIET de hoofdvraag is. Nadat wij ons al twee jaar lang in de SBF-materie hebben verdiept, blijven er voor ons nog altijd vragen en onduidelijkheden over de regeling bestaan. U kunt zich wellicht voorstellen, dat SBF-ers, die niet of nauwelijks een behoorlijke voorlichting over de regeling hebben gekregen, helemaal vol met vragen en onzekerheden zitten. In een recentelijk (11 april jl.) gehouden overleg met de vakbonden hebben wij gezamenlijk stilgestaan bij de vraag, of er wellicht niet iets mis zou kunnen zijn met de uitvoering van de regeling. Ook veel SBF-ers vragen zich dit af. Daarom hebben wij besloten, om deze vraag in een nota aan u voor te leggen. Onze hoofdvragen, die wij van meet af aan aan uw Ministerie hebben voorgelegd, blijven evenwel onverkort gehandhaafd : 1. pas de SBF-regeling zodanig aan, dat SBF-ers niet vóór hun pensioengerechtigde leeftijd hun pensioen hoeven aan te spreken, net zoals ambtenaren die een niet-SBF-functie vervullen. 2. compenseer de lichtingen SBF-ers van 2010 en 2011. 1
Indien uw Ministerie na onderzoek tot de conclusie mocht komen dat de regeling wel correct wordt uitgevoerd (waarmee in elk geval DIE onzekerheid bij ons en bij de SBF-ers zou zijn weggenomen), mag dat geenszins leiden tot de conclusie, dat onze hierboven gestelde hoofdvragen niet meer behoeven te worden beantwoord of hun rechtvaardiging zouden verliezen. Onze claims op aanpassing van de regeling en op compensatie voor de SBFlichtingen 2010 en 2011 zullen onverkort gehandhaafd blijven. Ook al wordt de regeling correct uitgevoerd, het is en blijft een onrechtvaardige regeling, waardoor vele SBF-ers in de financiële problemen zijn geraakt en nog geraken. De regeling in zijn huidige vorm geeft de SBf-er NIET de rustige oude dag, die hem in het vooruitzicht is gesteld. Dat de SBF-uitkering laag is komt door ontwikkelingen en maatregelen (belastingmaatregelen, zelf betalen pensioenpremie en ZVW) die wij niet kunnen beïnvloeden. Daar is onze strijd ook niet op gericht. Maar wél op het feit dat we circa twee jaar (straks 3 tot 4 jaar) eerder van ons pensioen moeten gaan leven dan een niet-SBF-ambtenaar. Want hoe je het ook wendt of keert, wanneer pensioengeld naar voren moet worden gehaald, is het pensioen lager dan voor een ambtenaar zonder bezwarende functie. Wij vinden DIT aspect onlogisch en onrechtvaardig. Het is vanwege het bovenstaande logisch dat wij ons daarom juist willen spiegelen aan hen die tot de werkelijke pensioendatum doorwerken en die de componenten - FPU, verhoogd pensioen en voorwaardelijk pensioen - mee kunnen nemen naar de tijd na hun 65-ste. Uit de 10 gegeven voorbeelden – zie hierna - blijkt dat de gemiddelde SBF-er een SBF-uitkering krijgt van 71,3 % netto van zijn oorspronkelijke netto salaris. Van de ene op de andere dag een derde minder inkomen terwijl de vaste lasten even hoog of – in deze tijd – nog hoger zijn geworden. De eerste twee jaar is er volstrekt onvoldoende voorlichting geweest; in 2010 zelfs helemaal niet. Voor velen heeft dat betekend en betekent dat nog steeds financiële problemen en daaruit voortspruitend, allerlei spanningsklachten tot en met – het wordt meermalen gemeld – relatieproblemen aan toe. Of dat nog niet genoeg is, wordt men vervolgens bij het gedwongen ontslag geconfronteerd met een gemiddelde pensioenuitkering van 47,4 % van het oorspronkelijke netto salaris. Het is zonneklaar, dat de SBF-er op deze manier gedwongen wordt om zijn aanvullende pensioencomponenten e.d. in te zetten; dat zit ook in het systeem, horen wij de bedenkers al zeggen. Maar aan pensioenvoorraad na 65 is gemiddeld over deze voorbeelden nog maar 31,9 % aanwezig; daar nog meer afhalen betekent welhaast dat zelfs met de AOW erbij, men beneden de lage inkomensgrens gaat. En het systeem draagt er vervolgens ook zorg voor dat zij die niet in de buurt komen van 20 dienstjaren – toch een behoorlijk deel van de (toekomstige) SBFers - daarmee in wel heel kommervolle omstandigheden verzeild raken na hun 65-ste levensjaar. Deze conclusie komt van het ABP en de scores van deze groep in onze voorbeelden - 27,4, 20,1 en 23,8; gemiddeld 23,8 % - bevestigen dat.
2
Daarvan nog gelden naar voren halen betekent feitelijk dat het licht uitgaat. Er blijft voor hen dan niet veel meer over dan armoede : te weinig om onbezorgd van te leven, te veel om van te sterven. Omdat berekeningen onpersoonlijk zijn en de uitkomsten alleen rekenkundig kloppen, vinden wij het juist om u van onze gevoelens te laten weten. Onze weerstand tegen deze SBF-regeling is groot. Slechts wanneer de SBF-er de gelegenheid krijgt om door te werken, waarbij het verlof opschuift, kan hij voorkomen dat hij voor zijn 65-ste al aan zijn pensioen moet beginnen. Een nieuwe of aangepaste regeling moet in ieder geval voorkomen dat het pensioen vóór de pensioengerechtigde leeftijd moet worden aangesproken, want als de regeling niet verandert en de ingang van het pensioen uiteindelijk opschuift naar 67 jaar, moeten SBF-ers straks zoals gezegd bijna 4 jaar eerder van hun eigen pensioen gaan leven. Natuurlijk valt dat te berekenen, maar tegelijkertijd wordt daarmee het leven van duizenden ambtenaren, die eindelijk aan een welverdiende rust dachten te kunnen beginnen, onmogelijk gemaakt. De SBF-regeling, die in 2006 als oplossing werd gezien, blijkt nu alleen maar problemen te veroorzaken. Daarmee dient op voorhand gezegd te zijn, dat wanneer er een nieuwe regeling komt, er ook sprake dient te zijn van een vorm van terugwerkende kracht voor hen die nu dagelijks de eindjes aan elkaar moeten knopen en maar moeten zien rond te komen. Wij zullen daar uit volle overtuiging voor gaan. De SBF-groep zal zich in ieder geval op geen enkele manier laten wegcijferen. 2.
De voorbeelden mbt inkomen, uitkering en pensioen
We hebben aan de achterban gevraagd om de eigen situatie in een bruto-netto verhaal aan te leveren. Men moet dan o.a. met behulp van “Mijn ABP” vooruitkijken, want nog niemand van de SBF-doelgroep is de leeftijd van 65 jaar gepasseerd. De voorbeelden, die wij van SBF-ers krijgen aangeleverd weerspiegelen zonder uitzondering hoezeer de mensen worstelen met de complexiteit van de regeling (van de meer dan 40 inzendingen konden er maar 10 worden gebruikt). En ook wij (die ons al ruim twee jaar in deze materie verdiepen) krijgen er zo langzamerhand een punthoofd van. En zoals gezegd, zeer recent konden ook onze vakbondsgesprekspartners (die de regeling mede hebben tot stand gebracht) geen duidelijk antwoord geven op de vragen, die wij stelden. Alleen al deze constateringen maakt de regeling wat ons betreft tot een onuitvoerbare regeling, die domweg niet adequaat is ontworpen en toegesneden op de doelgroep van 11.500 ambtenaren. Zoals gezegd, we hebben 10 voorbeelden vergaard. Wij weten niet met zekerheid, of deze voorbeelden in rekenkundig opzicht voor u voldoende sprekend zijn. Voor ons zijn ze dat in ieder geval wel : de doelgroep SBF-ers snapt niets van de regeling; SBF-ers weten niet wat ze ermee aan moeten. Ze weten inmiddels wel, dat ze hun hypotheek niet meer kunnen betalen en de studie van hun kinderen ook niet meer. 3
Ook al wordt gevraagd naar de bruto-bedragen, voor ons zijn slechts de nettobedragen interessant; die verhullen namelijk niets. De volgorde van de voorbeelden is bepaald door de lengte van het dienstverband. De voorbeelden zijn uitgewerkt zonder het extra naar voren halen van pensioen. Dan ziet men ook duidelijker in hoeverre het netto-pensioen van na 65 dat nog mogelijk maakt. Met een korter dienstverband komt men inclusief AOW straks op zo’n 1100 tot 1200 euro. Als daarvan nog geld naar voren moet worden gehaald, raakt men meteen onder de armoedegrens / lage inkomensgrens. Zie hiervoor o.a. Armoedesignalement 2012. In tabel 2.1. “Hoogte van de lage-inkomensgrens en equivalentiefactor van enkele huishoudenstypen (netto maandbedrag in euro’s) staat o.a.: Lage inkomens 2011
Alleenstaand € 960,-
Paar zonder kinderen € 1.320,-
Zij die niet aan deze bedragen toekomen leven officieel in armoede. De SBFregeling zorgt er blijkbaar voor dat grote groepen van ons in die omstandigheden terecht komen. We kregen behalve cijfers dus ook veel emotionele reacties. We geven voorlopig twee voorbeelden. Of alles wel of niet cijfermatig klopt, doet wat ons betreft daarbij eigenlijk niet eens zozeer terzake; het gaat ons om de feitelijke situatie waarin mensen verzeild raken. Als je die reacties leest, valt ons inziens op geen enkele manier (meer) vol te houden dat de SBF-regeling – netjes gezegd een fatsoenlijke regeling is. “Met 65 jaar en 5 mnd. AOW = € 722,85 en blijft er ongeveer € 350,- over = € 1072,- waar ik het de rest van mijn leven van moet doen. Mijn vrouw heeft geen werk dus........... zwaar bijstand dan. Dat gaat dan 5 jaar duren voordat mijn vrouw dan ook 65 jaar word. Ik ga het dus echt niet redden en zoek nu al naar werk dat er ook niet meer is ??? Het is Godgeklaagd na 43 jaar werken er uitgekiept te worden met valse voorlichting en te eindigen bij de voedselbank en schulden ???” "Het hele gedoe rond de grote teruggang in salaris heeft wel grote spanningen opgeleverd in mijn relatie. Mijn vrouw heeft aangegeven om te willen scheiden. Deze regeling kan toch niet bedoeld zijn om mensen een vervelende oude dag te bezorgen? Er gaat geen dag meer voorbij zonder spanningen en dat alleen om een financiële kwestie". Dit soort verhalen komen niet terecht op de 8e verdieping van het Ministerie voor Wonen en Rijksdienst in Den Haag. Maar voor deze mensen doen we het. Om de stem van onze achterban nog nadrukkelijker te laten horen hebben we ook onze notitie “Woede en Verdriet” als bijlage toegevoegd. Wij willen, dat niemand meer kan beweren dat hij niet weet van de desastreuze gevolgen van deze regeling. En niemand mag zich rijk rekenen met de eventuele conclusie dat de uitvoering van de regeling wel klopt. Want dat is bij lange na geen antwoord op de echte problematiek. 4
Voorbeeld 1 (1) Aantal dienstjaren bij het begin van SBF-verlof:
14
(2) Bruto incl vakantiegeld en eindejaarsuitk per mnd (3) Netto incl vakantiegeld en eindejaarsuitk per mnd
€ 2.745,11 € 1.860,86 100,0 %
(4) Bruto SBF-uitkering (5) Netto SBF-uitkering
€ 2.554,05 € 1.456,28 078,3 %
(6) Bruto pensioenuitkering voor 65 jaar (7) Netto pensioenuitkering voor 65 jaar
€ €
873,84 676,95 036,4 %
(8) Bruto pensioenuitkering vanaf 65 jaar (9) Netto pensioenuitkering vanaf 65 jaar
€ €
873,84 510,20 027,4 %
Voorbeeld 2
(voorbeeld 4 van de NOTA)
(1) Aantal dienstjaren bij het begin van SBF-verlof:
16
(2) Bruto incl vakantiegeld en eindejaarsuitk per mnd (3) Netto incl vakantiegeld en eindejaarsuitk per mnd
€ 3.270,83 € 2.265,72
100,0 %
(4) Bruto SBF-uitkering (5) Netto SBF-uitkering
€ 2.868,35 € 1.669,10
073,7 %
(6) Bruto pensioenuitkering voor 65 jaar (7) Netto pensioenuitkering voor 65 jaar
€ 2.561,08 € 1.164,39
051,4 %
(8) Bruto pensioenuitkering vanaf 65 jaar (9) Netto pensioenuitkering vanaf 65 jaar
€ €
Voorbeeld 3
778,04 454,38 020,1 %
(voorbeeld 2 van de NOTA)
(1) Aantal dienstjaren bij het begin van SBF-verlof: (2) Bruto incl vakantiegeld en eindejaarsuitk per mnd (3) Netto incl vakantiegeld en eindejaarsuitk per mnd
17 € 2.871,84 € 2.074,49 100,0 %
(4) Bruto SBF-uitkering (5) Netto SBF-uitkering
€ 2.338,70 € 1.437,73 069,3 %
(6) Bruto pensioenuitkering voor 65 jaar (7) Netto pensioenuitkering voor 65 jaar
€ 1.385,96 € 977,15 047,1 %
(8) Bruto pensioenuitkering vanaf 65 jaar (9) Netto pensioenuitkering vanaf 65 jaar
€ €
618,42 493,84 023,8 %
5
Voorbeeld 4 (1) Aantal dienstjaren bij het begin van SBF-verlof:
afgerond 22
(2) Bruto incl vakantiegeld en eindejaarsuitk per mnd (3) Netto incl vakantiegeld en eindejaarsuitk per mnd
€ 2.757,57 € 2.005,75 100,0 %
(4) Bruto SBF-uitkering (5) Netto SBF-uitkering
€ 2.650,26 € 1.494,57 074,5 %
(6) Bruto pensioenuitkering voor 65 jaar (7) Netto pensioenuitkering voor 65 jaar
€ 1.833,33 € 1.209,25 060,3 %
(8) Bruto pensioenuitkering vanaf 65 jaar (9) Netto pensioenuitkering vanaf 65 jaar
€ 1.086,30 € 726,00 036,2 %
Voorbeeld 5 (Het ABP heeft hier modelmatig de AOW-loze periode na 65 meegenomen) (1) Aantal dienstjaren bij het begin van SBF-verlof:
26
(2) Bruto incl vakantiegeld en eindejaarsuitk per mnd (3) Netto incl vakantiegeld en eindejaarsuitk per mnd
€ 2.923,37 € 1.965,31 100,0 %
(4) Bruto SBF-uitkering (5) Netto SBF-uitkering
€ 2.338,70 € 1.371,48 069,8 %
(6) Bruto pensioenuitkering voor 65 jaar (7) Netto pensioenuitkering voor 65 jaar
€ 1.708,33 € 1159,40 059,0 %
(8) Bruto pensioenuitk van 65 j tot 65 j en 5 mnd (9) Netto pensioenuitk van 65 j tot 65 j en 5 mnd
€ 1.708,33 € 992,65 050,5 %
(10) Bruto pensioenuitk na 5 jaar en 5 maanden (11) Netto pensioenuitk na 5 jaar en 5 maanden
€ €
923,58 695,24 035,4 %
Voorbeeld 6 (1) Aantal dienstjaren bij het begin van SBF-verlof:
32
(2) Bruto incl vakantiegeld en eindejaarsuitk per mnd (3) Netto incl vakantiegeld en eindejaarsuitk per mnd
€ 3.588,-€ 2.505,--
(4) Bruto SBF-uitkering (5) Netto SBF-uitkering
€ 2.897,19 € 1.630,32 065,1 %
(6) Bruto pensioenuitkering voor 65 jaar (7) Netto pensioenuitkering voor 65 jaar
€ 1.909,25 € 1.248,-- 049,8 %
(8) Bruto pensioenuitkering vanaf 65 jaar (9) Netto pensioenuitkering vanaf 65 jaar
€ 1.488,06 € 869,42 034,7 %
100,0 %
6
Voorbeeld 7 (1) Aantal dienstjaren bij het begin van SBF-verlof:
32
(2) Bruto incl vakantiegeld en eindejaarsuitk per mnd (3) Netto incl vakantiegeld en eindejaarsuitk per mnd
€ 3.593,-€ 2.381,--
100,0 %
(4) Bruto SBF-uitkering (5) Netto SBF-uitkering
€ 2.868,-€ 1.599,--
067,2 %
(6) Bruto pensioenuitkering voor 65 jaar (7) Netto pensioenuitkering voor 65 jaar
€ 1.350,-€ 969,--
040,7 %
(8) Bruto pensioenuitkering vanaf 65 jaar (9) Netto pensioenuitkering vanaf 65 jaar
€ 1.041,-€ 802
033,7 %
Voorbeeld 8 (1) Aantal dienstjaren bij het begin van SBF-verlof:
36
(2) Bruto incl vakantiegeld en eindejaarsuitk per mnd (3) Netto incl vakantiegeld en eindejaarsuitk per mnd
€ 3.984,55 € 2.380,-- 100,0 %
(4) Bruto SBF-uitkering (5) Netto SBF-uitkering
€ 3.187,64 € 1.754,56 073,7 %
(6) Bruto pensioenuitkering voor 65 jaar (7) Netto pensioenuitkering voor 65 jaar
€ 1.436,32 € 1,005,20 042,2 %
(8) Bruto pensioenuitkering vanaf 65 jaar (9) Netto pensioenuitkering vanaf 65 jaar
€ 1.436,32 € 838,45 035,2 %
Voorbeeld 9 (1) Aantal dienstjaren bij het begin van SBF-verlof:
38
(2) Bruto incl vakantiegeld en eindejaarsuitk per mnd (3) Netto incl vakantiegeld en eindejaarsuitk per mnd
€ 3.255,39 € 2.369,69 100,0 %
(4) Bruto SBF-uitkering (5) Netto SBF-uitkering
€ 3.055,59 € 1.667,59 070,4 %
(6) Bruto pensioenuitkering voor 65 jaar (7) Netto pensioenuitkering voor 65 jaar (8) Bruto pensioenuitkering vanaf 65 jaar (9) Netto pensioenuitkering vanaf 65 jaar
€ 1.395,00 € 980,84 041,4 % € 1.395,00 € 814,09 034,4 %
7
Voorbeeld 10 (1) Aantal dienstjaren bij het begin van SBF-verlof:
40
(2) Bruto incl vakantiegeld en eindejaarsuitk per mnd (3) Netto incl vakantiegeld en eindejaarsuitk per mnd
€ 3.585,43 € 2.264,33 100,0 %
(4) Bruto SBF-uitkering (5) Netto SBF-uitkering
€ 2.868,35 € 1.615,01 071,3 %
(6) Bruto pensioenuitkering voor 65 jaar (7) Netto pensioenuitkering voor 65 jaar
€ 1.491,38 € 1.037,69 045,8 %
(8) Bruto pensioenuitkering vanaf 65 jaar (9) Netto pensioenuitkering vanaf 65 jaar
€ 1.491,38 € 870,94 038,5 %
-.-
Nietap, 23 april 2013. Mede namens Johan van Maaren, Joop Oosting en Joost Hattinga Verschure, Met vriendelijke groet, Gert Jan Groeneveld
8