INHOUDSOPGAVE Inleiding ....................................................................................................................................................2 I. Historiek van de immigratie naar België .........................................................................................4 II. A. B. C. 1. 2.
Globaal overzicht ...............................................................................................................................7 De algemene bestanden....................................................................................................................... 7 De daling van de bestanden .............................................................................................................. 11 Karakteristieken van de kinderen van vreemde rechthebbenden...................................................... 14 Leeftijd .............................................................................................................................................. 14 Schaal ................................................................................................................................................ 15
III. Focus op de belangrijkste landen ...................................................................................................19 A. De algemene bestanden..................................................................................................................... 19 B. Verdeling over de schalen................................................................................................................. 23 C. De gewaarborgde gezinsbijslag ........................................................................................................ 24 D. Actuele tendensen ............................................................................................................................. 26 IV. Conclusie...........................................................................................................................................28
Inleiding De statistiek van de rechthebbenden van vreemde nationaliteit telt het aantal vreemde rechthebbenden die met hun gezin in België verblijven op 31 december 2005, evenals de rechtgevende kinderen waarvoor het recht is geopend door genoemde rechthebbenden. De statistiek is tweejaarlijks en werd voor het eerst opgemaakt op 31 december 1977. Het behoeft geen uitleg dat de statistiek van de rechthebbenden van vreemde nationaliteit in grote mate beïnvloed wordt door immigratiebewegingen. Zowel de historische migratiestromen als de recente migratie in een gemondialiseerde context hebben hun weerslag op de samenstelling van de buitenlandse bevolking in België. Toch zijn het vooral de bevolkingsgroepen die voortkomen uit de klassieke migratiegolven die de statistiek van de vreemde rechthebbenden bepalen. Om deze statistiek op een correcte wijze te kunnen interpreteren dient eerst kennis genomen te worden van deze historische en veelal overheidsgestuurde migratiestromen. Hiervoor zal in een eerste fase de geschiedenis van de immigratie naar België in het kort worden weergegeven. Vervolgens wordt de evolutie van de algemene bestanden van de rechthebbenden van vreemde nationaliteit in kaart gebracht en gekoppeld met de demografische data van het NIS/AD SEI 1 (FOD Economie). Om tot een genuanceerd beeld te komen van de impact van de migratie op de telling van de vreemde rechthebbenden wordt het effect van de naturalisaties in een aparte rubriek toegelicht. Deze populatie van de rechthebbenden van vreemde nationaliteit en hun rechtgevende kinderen wordt in de studie ontleed aan de hand van een aantal relevante parameters. In het derde hoofdstuk worden de meest voorkomende nationaliteiten verder geanalyseerd. Volledigheidshalve werd voor elk land ook een aparte bijlage ontwikkeld 2 , die een gedetailleerd overzicht biedt van de specifieke cijfers en evoluties. In deze bijlage worden de gegevens van de RKW daarenboven vergeleken met de data van het NIS/AD SEI. Er dient echter op gewezen te worden dat het verband tussen de gegevens van beide instellingen niet eenduidig is. Binnen de statistiek van de RKW wordt immers een andere definitie gehanteerd als binnen de statistieken van het NIS/AD SEI. In de telling van de RKW is de statistische 1
Onlangs heeft het Nationaal Instituut voor de Statistiek een naamsverandering ondergaan. Vanaf heden gaat het instituut door het leven onder de naam ‘Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie’. In de statistiek zullen beide namen naast elkaar weergegeven worden, omdat in de praktijk beide namen gebruikt worden. 2 Zie bijlage III
2
eenheid de rechthebbende van vreemde nationaliteit. De rechtgevende kinderen zijn dus niet noodzakelijk allen kinderen met een vreemde nationaliteit. Het is niet uitzonderlijk dat Belgische kinderen deel uitmaken van het gezin van een vreemde werknemer, bijvoorbeeld omdat hij een gezin vormt met een Belgische moeder (vestiging van een recht voor kinderen waarvan hij de vader niet is) of omdat zijn wettige kinderen voldoen aan de voorwaarden om de Belgische nationaliteit te verkrijgen (vreemd kind van de derde generatie in België of van een Belgische moeder, ...). Het kind staat in de telling van de vreemde rechthebbenden dus geregistreerd onder de nationaliteit van de rechthebbende. Bij het NIS/AD SEI gaat men daarentegen uit van de nationaliteit van het kind zélf. Daarenboven betreft het hier cijfers van de ganse vreemde bevolking, die niet enkel samengesteld is uit werknemers. Er zijn bijvoorbeeld ook vreemdelingen die onder het sociaal statuut van zelfstandige in België werken en verblijven. De gegevens van de RKW en het NIS/AD SEI zullen dus altijd in zekere mate afwijken van elkaar. Nieuw in deze statistiek zijn de gegevens van de gewaarborgde gezinsbijslag voor personen van vreemde nationaliteit, die tot dusver niet beschikbaar waren. Op het einde wordt nog kort stilgestaan bij de recente uitbreiding van de EU in 2004 met tien nieuwe lidstaten 3 en het effect van die uitbreiding op de statistiek van de rechthebbenden van vreemde nationaliteit. Tot slot wordt nog eens herinnerd aan het feit dat de toekenning van kinderbijslag aan kinderen die opgevoed worden in België, maar een vreemde werknemer als rechthebbende hebben, volledig overeenstemt met de algemene regels betreffende de toekenning van kinderbijslag aan gezinnen van werknemers uit België (met name voor wat de bedragen van de kinderbijslag betreft). De statistische indicaties in dit rapport beïnvloeden geenszins de algemene gegevens van het stelsel. Zij dienen enkel om de evolutie van de doelgroep in kwestie te bepalen binnen het stelsel. De rechthebbenden van vreemde nationaliteit maken dus gewoon deel uit van het werknemersstelsel.
3
De statistiek beschrijft de situatie op 31 december 2005. Roemenië en Bulgarije, die pas in 2007 toetraden tot de EU, maakten op dit moment nog geen deel uit van de EU.
3
I. Historiek van de immigratie naar België Tot 1920 waren de vreemdelingen in België vooral afkomstig uit de buurlanden 4 . Deze immigratie had een hoofdzakelijk spontaan karakter. Vanaf 1920 komt hier echter verandering in. Overheidsgestuurde rekruteringscampagnes liggen nu aan de basis van de toevloed van buitenlandse arbeidskrachten. De immigratiegolven zijn sterk afhankelijk van de mate van het tekort aan arbeidskrachten op de arbeidsmarkt. De evolutie van de immigratie na 1920 kan onderverdeeld worden in 4 periodes. Tijdens het interbellum wordt een eerste trendbreuk vastgesteld, waarbij de immigratie uit de buurlanden (Frankrijk, Duitsland en Nederland) aangevuld wordt met immigranten uit Polen, het voormalige Tsjecho-Slowakije, het voormalige Joegoslavië en Italië. Na de Tweede Wereldoorlog worden de grenzen met Oost-Europa gesloten en is de immigratie voornamelijk afkomstig uit Italië. In de periode 1946-‘49 worden meer dan 77.000 Italianen gerekruteerd, voornamelijk voor werk in de mijnen. Tot in 1958 vormen zij de belangrijkste groep immigranten in België (70 % in ‘51 en 63 % in ‘52). De tweede helft van de jaren ‘50 wordt de immigratie gekenmerkt door een diversificatie in de landen van herkomst. Zo worden ook immigranten gerekruteerd uit landen zoals Griekenland en Spanje. Deze verbreding van het rekruteringsveld is vooral het gevolg van de nasleep van de ramp in de kolenmijn ‘Le Bois-du-Cazier’ in Marcinelle. De mijnramp luidt ook het einde in van de immigratiegolf van Italiaanse mijnwerkers. De Italiaanse regering beslist na de ramp immers om de exodus van mijnwerkers naar België aan banden te leggen en zegt het immigratiecontract met België op. Toch blijft de continue stroom van Italiaanse immigranten – nu voornamelijk afkomstig uit het zuiden van Italië – aanhouden tot aan de jaren ’70. De derde periode binnen de geschiedenis van de immigratiegolven (‘62-’66) is verankerd in de Golden Sixties. België bevindt zich middenin een periode van hoogconjunctuur. De sterke economische groei gaat gepaard met een groot tekort op de arbeidsmarkt. In deze context wordt in toenemende mate beroep gedaan op buitenlandse arbeidskrachten, vooral afkomstig uit het Middellandse Zeegebied. In 4
MORELLI, A., Histoire des étrangers et de l’immigration en Belgique de la préhistoire à nos jours, Editions Vie Ouvrière, 1992.
4
deze periode is 17 % van de immigrantenpopulatie van Italiaanse origine, 19 % van Spaanse origine en 6 % van Griekse origine. Daarbovenop is reeds 11,5 % van de immigranten van Marokkaanse origine en 7,5 % van Turkse origine. In de periode ‘67-‘82 kent de immigratie vanuit het Mediterrane gebied een afname. Deze daling is in hoofdzaak het gevolg van de immigratiestop die door de Belgische overheid wordt uitgevaardigd als antwoord op de economische recessie. Ook het herstel van de democratie in Spanje en Griekenland draagt bij tot de afname van de immigratie uit de desbetreffende landen. Hierdoor stijgt het aandeel van de buurlanden in het totaal van de immigranten. Bijna een derde van de immigranten is afkomstig uit Frankrijk, Nederland en Duitsland. De immigratie vanuit Marokko blijft in deze periode constant. Het laatste decennium neemt de immigratie vanuit Frankrijk en Nederland verder toe 5 . Sinds 2002 vormen de Fransen en de Nederlanders, na de Italianen, de twee grootste buitenlandse gemeenschappen in België. Ook het aantal Poolse immigranten 6 begint terug gestaag te stijgen. In grafiek 1 worden de best vertegenwoordigde buitenlandse nationaliteiten even op een rijtje gezet. De grafiek illustreert duidelijk de verschillende migratiegolven die België gekend heeft en het overwicht van de Italianen in de globale migrantenpopulatie. Via dit summier overzicht wordt reeds een eerste inzicht geboden in de verschillende immigratiegolven die België heeft gekend. In het derde hoofdstuk zal duidelijk worden dat de recente evoluties en trends binnen de statistiek van de rechthebbenden van vreemde nationaliteit hiervan nog steeds de sporen dragen. Vooraleer de huidige telling geanalyseerd wordt, zal in het tweede hoofdstuk eerst een globaal overzicht gegeven worden van de evolutie van de algemene bestanden van de vreemde rechthebbenden en hun rechtgevende kinderen, en van de demografische processen die hierop een impact hebben.
5
FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, De immigratie in België: aantallen, stromen en arbeidsmarkt. Rapport 2006 6 Zie ook III.D
5
Grafiek 1: De vreemde nationaliteiten in België - Evolutie 1891-2005
Bron: http://www.npdata.be/Data/Vreemdelingen/Perrin/Nat-1891-2005.htm
6
II. Globaal overzicht A. De algemene bestanden Op 31 december 2005 werden 164.564 rechtgevende kinderen en 86.975 rechthebbenden van vreemde nationaliteit geteld. In 2003 waren dit er nog respectievelijk 173.393 en 90.304. Er wordt dus wederom een daling opgetekend van het aantal effectieven. Procentueel bedraagt de afname – 5,09 % voor de rechtgevenden en – 3,69 % voor de rechthebbenden. Deze dalende trend wordt al ruim 10 jaar vastgesteld en verschilt merkbaar van de evolutie van de statistiek in de aanvangsjaren van de telling. Grafiek 2: Rechtgevenden en rechthebbenden binnen de statistiek van de vreemde rechthebbenden – Evolutie 1977-2005 rechtgevenden
rechthebbenden
300.000 250.000 200.000 150.000 100.000 50.000
19 77 19 79 19 81 19 83 19 85 19 87 19 89 19 91 19 93 19 95 19 97 19 99 20 01 20 03 20 05
0
Op grafiek 2 is te zien dat de statistiek van de rechthebbenden van vreemde nationaliteit in de beginjaren van de telling gekenmerkt werd door een grillig verloop, met afwisselende stijgingen en dalingen. In 1993 kende het aantal effectieven een opwaartse piek. In de loop van dat jaar werd het hoogste aantal effectieven geteld sinds het begin van de telling in 1977: 263.144 rechtgevende kinderen en 119.695 rechthebbenden. Na 1993 daalde het aantal vreemde effectieven sterk. Deze daling is
7
sterker bij de rechtgevende kinderen dan bij de rechthebbenden. Verder in de studie zal blijken dat deze evolutie in grote mate het gevolg is van de daling van de bestanden binnen een beperkt aantal belangrijke landen. Vanaf 2001 is de daling van het aantal rechthebbenden en rechtgevenden iets minder uitgesproken, maar blijft niettemin doorlopen. De lichte stagnatie van de curve komt het meest tot uiting bij de rechtgevende kinderen. De curve van het aandeel rechthebbenden en rechtgevenden van vreemde nationaliteit binnen het totale werknemersstelsel (zie grafiek 3 infra) vertoont een gelijkaardige evolutie als de curve van de absolute aantallen. De laatste jaren komen de aandelen van de rechthebbenden en rechtgevenden steeds nauwer bij elkaar te liggen. In 2005 stonden de vreemde rechthebbenden in voor 8,29 % van de rechthebbenden in het werknemersstelsel, terwijl de vreemde rechtgevenden 8,78 % uitmaakten van het totaal aantal rechtgevenden. Grafiek 3: Aandeel effectieven van vreemde nationaliteit (in procent) binnen het werknemersstelsel – Evolutie 1977-2005 rechtgevenden
rechthebbenden
16% 14% 12% 10% 8% 6% 4% 2%
19 77 19 79 19 81 19 83 19 85 19 87 19 89 19 91 19 93 19 95 19 97 19 99 20 01 20 03 20 05
0%
In het verleden liepen de aandelen meer uiteen. Het aandeel van de vreemde rechtgevenden binnen het totale werknemersstelsel was steeds iets groter dan dat van de vreemde rechthebbenden. De relatieve oververtegenwoordiging van de rechthebbenden impliceerde dat het gemiddeld aantal kinderen per
8
rechthebbende hoger lag bij de rechthebbenden van vreemde afkomst dan in de nationale verdeling. Dit wordt geïllustreerd in grafiek 4. Op de grafiek is te zien dat het aanvankelijke verschil in de loop der jaren grotendeels weggewerkt wordt. Het aantal kinderen per vreemde rechthebbende evolueert over de jaren heen steeds meer in de richting van het cijfer van het totale werknemersstelsel 7 (1,79). Zo is het gemiddelde aantal kinderen per vreemde rechthebbende in 2005 verder gedaald tot 1,89 kinderen per rechthebbende. Grafiek 4: Gemiddeld aantal kinderen per rechthebbende: vreemde rechthebbenden en totale stelsel – Evolutie 1977-2005 vreemde rechthebbenden
totale stelsel
2,4 2,3 2,2 2,1 2,0 1,9 1,8 1,7
19 77 19 79 19 81 19 83 19 85 19 87 19 89 19 91 19 93 19 95 19 97 19 99 20 01 20 03 20 05
1,6
De zojuist geschetste evolutie van de algemene bestanden van de kinderen van vreemde rechthebbenden komt in grote lijnen overeen met de evolutie van de kinderen van vreemde nationaliteit zoals die ook binnen de statistieken van het NIS/AD SEI wordt vastgesteld. Grafiek 5 illustreert deze convergentie. In 1989 was er nog een grote discrepantie tussen de cijfers van het NIS/AD SEI en die van het kinderbijslagstelsel voor werknemers. Op de grafiek is te zien hoe na verloop van tijd de curven steeds dichter bij elkaar beginnen aan te leunen en een bijna gelijkaardige evolutie volgen. Beide statistieken vertonen vanaf het jaar 1993 een quasi-evenredige afname van het aantal kinderen. 7
Voor alle duidelijkheid vermelden we nogmaals dat de vreemde rechthebbenden zelf ook deel uitmaken van het werknemersstelsel. In de totale cijfers van het stelsel zitten dus ook de cijfers van de vreemde rechthebbenden vervat.
9
Grafiek 5: Kinderen van vreemde nationaliteit 8 (NIS/AD SEI) en rechtgevende kinderen van vreemde rechthebbenden (RKW) – Evolutie 1989-2005
NIS/AD SEI
RKW
20 05
20 03
20 01
19 99
19 97
19 95
19 93
19 91
19 89
400.000 350.000 300.000 250.000 200.000 150.000 100.000 50.000 0
Bron: NIS/AD SEI en RKW
Bovenstaande grafiek toont aan dat de trends binnen de bestanden van de vreemde rechthebbenden tot op zekere hoogte gelijklopen met de trends binnen de statistiek van de vreemdelingen van het NIS/AD SEI. Vanaf 1993 benadert het aantal rechtgevende kinderen van vreemde rechthebbenden dichter het totale aantal vreemde kinderen in ons land. Voor de aanvankelijke discrepantie tussen beide tijdreeksen zijn op het eerste zicht geen aanwijsbare verklaringen. In de inleiding werd echter al gewezen op het feit dat beide statistieken vertrekken van een verschillende definitie en dat in de telling van het NIS/AD SEI niet enkel de kinderen van vreemde rechthebbenden vervat zitten, maar álle kinderen van vreemde nationaliteit.
8
Voor de gedetailleerde gegevens per land wordt naar de gegevensfiches in bijlage III verwezen.
10
B. De daling van de bestanden De daling van het aantal rechtgevende kinderen van vreemde rechthebbenden zou tot de misleidende conclusie kunnen leiden dat bepaalde groepen van vreemdelingen (r)emigreren naar hun land van herkomst. De beperkte variaties in het aantal emigraties wijzen er echter op dat de verklaring elders dient gezocht te worden, meerbepaald in de evolutie van de naturalisaties. Deze hebben een directe impact op de statistiek van de rechthebbenden van vreemde nationaliteit. De toename van het aantal naturalisaties is immers de belangrijkste oorzaak van de afname van het aantal vreemde rechthebbenden. De naturalisaties veroorzaken een daling van de buitenlandse bevolking, terwijl de Belgische bevolking in verhouding toeneemt 9 . Het aantal verwervingen van de Belgische nationaliteit verklaart zo in grote mate de gestage afname van het aandeel van de buitenlanders in de totale bevolking en in het werknemersstelsel. In dit verband leidden de invoering van het wetboek van de Belgische nationaliteit 10 en de opeenvolgende versoepelingen ervan tot een versnelde afname van het aantal vreemdelingen. Sinds het wetboek van kracht werd in 1985 werd het driemaal gewijzigd (in 1991, 1995 en 2000). Dit ging telkens gepaard met een opvallend hoog aantal verwervingen van de Belgische nationaliteit. Grafiek 6 geeft de evolutie weer van het aantal vreemdelingen dat de Belgische nationaliteit heeft verworven. Er zijn 4 piekjaren (1985, 1992, 2000 en 2001) waarin een hoog aantal naturalisaties werd opgetekend als gevolg van versoepelingen in het wetboek van de Belgische nationaliteit. De eerste twee piekjaren luidden op hun beurt telkens een daling van het totaal aantal rechthebbenden van vreemde nationaliteit in. De wijzigingen in het wetboek hebben overigens een duurzaam effect. Sinds 1993 komen er elk jaar meer dan 20.000 naturalisaties bij. Vanaf dit jaartal is de afname van het aantal vreemde rechthebbenden dan ook permanent. De laatste wijziging van het wetboek in 2000 heeft in het dienstjaar 2001 nog voor een versnelde afname van het aantal vreemde werknemers gezorgd. De meest omvangrijke toenames van het aantal naturalisaties werden immers in 2000 en 2001 opgetekend. In de loop van deze twee jaar zijn er meer dan 120.000 nieuwe Belgen bijgekomen. 9
FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, De immigratie in België: aantallen, stromen en arbeidsmarkt. Rapport 2006. 10 Wetboek van de Belgische nationaliteit. 28 juni 1984.
11
Grafiek 6: Verwervingen van de Belgische nationaliteit – Evolutie 1983-2004 70.000 60.000 50.000 40.000 30.000 20.000 10.000
20 03
20 01
19 99
19 97
19 95
19 93
19 91
19 89
19 87
19 85
19 83
0
Bron: NIS/AD SEI
Eenmaal Belg geworden, komen de genaturaliseerde personen niet meer voor in de statistiek van de vreemde rechthebbenden. Hierdoor is het onmogelijk om deze specifieke groepen correct in kaart te brengen. Om tot een genuanceerder beeld te komen van de allochtone populatie is er nood aan een statistisch instrument dat de etnische herkomst van de Belgen weergeeft. Vandaar de aansporingen vanuit de academische wereld aan het adres van de overheid om hier werk van te maken 11 . Voorzichtigheid is echter geboden, want het ‘labelen’ van mensen op basis van afkomst is niet zonder gevaar. Het kan immers leiden tot stigmatisering van bepaalde bevolkingsgroepen en mogelijk zelfs discriminatie in de hand werken. Een tweede onjuistheid die men uit de daling van aantal rechthebbenden van vreemde nationaliteit zou kunnen afleiden, is dat de migratie naar België afneemt. In realiteit doet zich echter het tegengestelde voor. Zo is het migratiesaldo de laatste jaren toegenomen. Dit wordt echter gemaskeerd door het toenemende aantal naturalisaties. De toename van de immigratie komt duidelijk naar voor in grafiek 7, die het aantal netto immigraties en het migratiesaldo van de buitenlanders voor de laatste jaren illustreert. Het migratiesaldo, ook wel nettomigratie genoemd, is een goede maat voor de evolutie van 11
Initiatief Charles Ullens - Koning Boudewijnstichting, Interuniversitair consortium over immigratie en integratie, Instituut voor Sociaal en Politiek Opinieonderzoek, 18/09/2006.
12
de migratie. Het wordt berekend door het aantal emigraties van het aantal immigraties af te trekken. In de grafiek wordt het migratiesaldo van de buitenlanders weergegeven en niet het totale migratiesaldo, aangezien ook de migraties van de Belgen vervat zitten in dit laatste cijfer. Grafiek 7: Migratiesaldo en aantal immigraties van de buitenlanders – Evolutie 1983-2004 migratiesaldo
immigraties
100.000 80.000 60.000 40.000 20.000 0
20 04
20 00
19 96
19 92
19 88
19 84
19 80
19 76
19 72
19 68
19 64
19 60
-20.000
Bron: Nicolas PERRIN, GéDAP-UCL, Département des Sciences de la Population et du Développement, Université catholique de Louvain.
Bovenstaande grafiek toont aan dat de immigratie stelselmatig toeneemt sinds het midden van de jaren ’80. Het huidige immigratiepeil is vergelijkbaar met het immigratiepeil in de jaren ’60. Sinds 2001 worden in België jaarlijks zestig- à zeventigduizend immigraties geregistreerd. Bovenstaande vaststellingen tonen aan dat het aantal rechthebbenden van vreemde nationaliteit beïnvloed wordt door zowel immigratie- en naturalisatieprocessen.
13
C. Karakteristieken van de kinderen van vreemde rechthebbenden In dit gedeelte wordt dieper ingegaan op de karakteristieke kenmerken van de kinderen van vreemde rechthebbenden. Aan de hand van een aantal parameters zullen de kinderen van vreemde afkomst vergeleken worden met alle rechtgevende kinderen uit het werknemersstelsel. Het is immers niet onwaarschijnlijk dat er verschillen kunnen vastgesteld worden tussen beide populaties. Verder in de studie zal een aantal landen individueel geanalyseerd worden, rekening houdend met de impact op de statistiek van de rechthebbenden van vreemde nationaliteit.
1.
Leeftijd
De rechtgevende kinderen worden in de tellingen van de RKW ingedeeld in vijf leeftijdsgroepen. Op basis van deze leeftijdsgroepen wordt in grafiek 8 de vergelijking gemaakt tussen de vreemde rechtgevenden en de algemene populatie rechtgevenden uit het werknemersstelsel. De kinderen van vreemde nationaliteit blijken in 2005 iets beter vertegenwoordigd te zijn in de leeftijdscategoriën 12 tot 18 jaar en 18 tot 25 jaar. De rechtgevende kinderen uit het totale stelsel zijn iets talrijker in de jongste leeftijdscategorieën (0-6 jaar en 6-12 jaar). Grafiek 8: Verdeling van de rechtgevende kinderen naargelang leeftijdsgroep – Jaar 2005 30,00% 25,00% 20,00% 15,00% 10,00% 5,00% 0,00%
0-6 jaar
6-12 jaar
12-18 jaar
18-25 jaar
+ 25 jaar
vreemdelingen
26,98%
27,52%
29,75%
15,08%
0,68%
totale stelsel
28,31%
27,80%
28,47%
14,44%
0,97%
14
2.
Schaal
Een tweede parameter aan de hand waarvan men de vreemde rechtgevenden kan vergelijken met de rechtgevenden uit het totale werknemersstelsel is de schaalcategorie. De kinderen van vreemde rechthebbenden blijken ondervertegenwoordigd te zijn in de gewone schaal (art. 40) en oververtegenwoordigd in de verhoogde schalen voor langdurig werklozen en gepensioneerden (42bis), voor invaliden (50ter) en voor wezen (50bis) (tabel 1 infra). Tabel 1: Rechtgevenden 12 volgens schaal – Vreemde rechthebbenden en totale stelsel – Jaar 2005 Schaal Art. 40 Art. 42bis Art. 50ter Art. 50bis Totaal
Vreemdelingen 117.930 31.290 9.977 4.245 163.442
In procent 72,15 % 19,14 % 6,10 % 2,60 % 100 %
Totaal 1.525.634 233.570 65.650 32.307 1.857.161
In procent 82,15 % 12,58 % 3,53 % 1,74 % 100 %
Bij de vreemde effectieven is het aandeel rechtgevenden waarvoor kinderbijslag betaald wordt op basis van schaal art. 42bis anderhalf keer zo groot als in de nationale verdeling. Het aandeel kinderen van invalide rechthebbenden, waarvoor bijslag betaald wordt op basis van art. 50ter, is bijna dubbel zo groot. Er zijn eveneens relatief meer wezen bij de rechtgevenden van vreemde afkomst. In elk van de verhoogde schalen worden dus in verhouding meer vreemde rechtgevenden geteld. Niettemin valt meer dan 70 % van de rechtgevende kinderen van vreemde nationaliteit nog altijd binnen de gewone schaal. Grafiek 9 illustreert de waargenomen verschillen.
12
De gegevens in de tabel hebben enkel betrekking op de rechtgevende kinderen jonger dan 25 jaar. De rechtgevenden ouder dan 25 jaar werden niet in de tabel opgenomen omwille van de oververtegenwoordiging van deze groep binnen het stelsel in de schaal art. 50bis. Deze wezen ontvangen naargelang de situatie een forfaitaire bijslag of de gewone bijslag. Vanaf 1 oktober 2006 vervalt deze regeling en worden deze allemaal krachtens de gewone schaal uitbetaald.
15
Grafiek 9: Aandeel rechtgevenden volgens schaal – Vreemde rechthebbenden en totale stelsel – Jaar 2005 totale stelsel
vreemde rechthebbenden
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Als men de schaal art. 42bis apart bekijkt, stelt men vast dat in 2005 13,40 % van de rechtgevende kinderen in die schaal van vreemde nationaliteit is, terwijl deze groep slechts 8,78 % uitmaakt van het werknemersstelsel. Deze oververtegenwoordiging van de vreemde rechtgevenden binnen de schaal voor langdurige werklozen en gepensioneerden manifesteerde zich in het verleden veel meer uitgesproken (grafiek 10). Tien jaar geleden was nog bijna 1 op 3 rechtgevende kinderen in de schaal 42bis van vreemde origine. Sinds 1995 neemt het aandeel vreemde rechtgevende kinderen sterk af. Grafiek 10: Schaal art. 42bis: aandeel rechtgevenden van vreemde nationaliteit in verhouding tot het totaal aantal rechtgevenden binnen de schaal – Evolutie 1983-2005 35% 30% 25% 20% 15% 10% 5%
16
20 05
20 03
20 01
19 99
19 97
19 95
19 93
19 91
19 89
19 87
19 85
19 83
0%
Het is onwaarschijnlijk dat deze dalende trend het gevolg is van een verbetering van de arbeidssituatie van personen met een buitenlandse nationaliteit. Er zijn immers geen aanwijzingen in deze richting. De daling van het aandeel rechtgevenden met vreemde nationaliteit binnen de schaal art. 42bis is simpelweg het gevolg van de algemene daling in de bestanden van de vreemde rechthebbenden. In het vorige hoofdstuk werd reeds aangetoond dat deze daling op zijn beurt toegeschreven kan worden aan de toename in het aantal naturalisaties. De situatie op de arbeidsmarkt is voor veel rechthebbenden van vreemde afkomst immers nog steeds even precair als 10 jaar geleden. Het enige verschil is dat bepaalde bevolkingsgroepen ‘uit beeld verdwijnen’ door de verwerving van de Belgische nationaliteit. Indien men zou kunnen beschikken over een statistisch instrument dat de etnische herkomst weergeeft 13 , zou men kunnen nagaan in welke mate bevolkingsgroepen die gekozen hebben voor naturalisatie verschillen van diegene die dit (nog) niet gedaan hebben. Het is daarom zinvol om, in navolging van Van den Cruyce 14 , uit te gaan van de veronderstelling dat het verwerven van de Belgische nationaliteit een blijk van wens tot integratie is. De Belgische nationaliteit kan nuttig zijn om een stabiele betrekking te bekomen. Personen die geopteerd hebben voor naturalisatie zouden volgens deze denkpiste een beter geïntegreerde deelgroep vormen die vaker professioneel actief is en dus in mindere mate terug te vinden is in de schaal art. 42bis. Op dit moment is het echter (nog) niet mogelijk om dergelijke hypothesen uit te spitten tot op het individuele onderzoeksniveau. De premisse van Van den Cruyce houdt echter ook beperkingen in. Het economische uitgangspunt is in veel mindere mate van toepassing op rechthebbenden uit bepaalde socio-professionele categorieën. Dit is bijvoorbeeld zo voor gepensioneerden en invaliden 15 . Deze rechthebbenden zijn per definitie niet, of toch in veel mindere mate, professioneel actief. Voor deze personen is naturalisatie logischerwijze een minder goede indicator voor de mate van integratie. Binnen het kader van de statistiek van de rechthebbenden van vreemde nationaliteit zijn deze socio-professionele categorieën daarenboven numeriek beter vertegenwoordigd in vergelijking met het totale werknemersstelsel. Zo bedraagt het percentage kinderen van invalide rechthebbenden van vreemde nationaliteit 7,89 % in 2005. Voor 13
Zie II.B VAN DEN CRUYCE B., De ondergebruikte arbeidsreserve van vreemdelingen in België, Kwartaalschrift Economie, Nummer 2, 2005. 15 Aangezien het hier gaat om de socio-professionele categorie worden de gepensioneerden en invaliden die bijslag ontvangen volgens de gewone schaal (art. 40) ook meegeteld. 14
17
hetzelfde jaar bedraagt dit percentage 5,24 % voor het totale werknemersstel. De kinderen van gepensioneerde rechthebbenden van vreemde nationaliteit maken 2,15 % uit van alle vreemde rechtgevenden. In het totale stelsel bedraagt het aandeel kinderen van gepensioneerde rechthebbenden slechts 0,98 %. Deze laatste categorie rechthebbenden is daarenboven gemiddeld ouder dan de rest van de populatie. Het is dan ook minder waarschijnlijk dat zij alsnog zouden opteren voor naturalisatie. Bovenstaande kanttekeningen nuanceren enigszins de functies en betekenissen die aan het naturalisatieproces zouden kunnen gegeven worden. Het feit dat sommige bevolkingsgroepen niet kiezen voor naturalisatie betekent dus niet automatisch dat dit te wijten is aan onwil of een gebrekkige integratie.
18
III. Focus op de belangrijkste landen A. De algemene bestanden In het eerste hoofdstuk werd stilgestaan bij de geschiedenis van de immigratie naar België. Er werd opgemerkt dat de immigratiestromen uit het verleden nog steeds het globale beeld van de statistiek van de vreemdelingen in België bepalen. In dit hoofdstuk zal dieper ingegaan worden op de evolutie van de effectieven in de belangrijkste landen binnen de statistiek van de vreemde rechthebbenden. Onderstaande tabel 2 overloopt voor het dienstjaar 2005, in aflopende volgorde, de belangrijkste nationaliteiten van de rechtgevende kinderen 16 . Tabel 2: Rechtgevende kinderen van vreemde nationaliteit: de belangrijkste landen – Jaar 2005
Italië Marokko Frankrijk Turkije Nederland Spanje Portugal Verenigd Koninkrijk Duitsland Griekenland Algerije Servië & Montenegro Polen Andere landen Totaal Totaal 13 landen Totaal EU
Aantallen
In procent
41.303 27.402 26.098 13.015 10.650 8.558 5.243 3.119 2.118 2.112 1.859 1.542 1.324 20.221 164.564 144.343 102.936
25,10 % 16,65 % 15,86 % 7,91 % 6,47 % 5,20 % 3,19 % 1,90 % 1,29 % 1,28 % 1,13 % 0,94 % 0,80 % 12,29 % 100,00 % 87,71 % 62,55 %
16
Het betreft hier de nationaliteiten die meer dan 1000 rechtgevende kinderen tellen op 31 december 2005. Voor een gedetailleerd beeld van de resultaten per land wordt naar bijlage III verwezen.
19
In het dienstjaar 2005 werden in totaal 164.564 rechtgevende kinderen van vreemde nationaliteit geteld. De omvangrijkste groep wordt gevormd door de Italiaanse kinderen. Meer dan een op de vier rechtgevende kinderen (41.303) heeft de Italiaanse nationaliteit. Dan volgen Marokko en Frankrijk, met respectievelijk 27.402 (16,65 %) en 26.098 (15,86 %) rechtgevende kinderen. Turkije is het tweede grootste niet-Europese land met een aandeel van 7,91 %, ofwel 13.015 kinderen. De Nederlandse gemeenschap (10.650 kinderen; 6,47 %) vervolledigt de ‘top vijf’ van de belangrijkste nationaliteiten. Bovenstaande opsomming maakt duidelijk dat de historische immigratiegolven nog steeds hun weerslag hebben op de samenstelling van de huidige vreemde werknemersbevolking. Italië blijft, ondanks een voortschrijdende afname van de bestanden, de omvangrijkste buitenlandse gemeenschap. De top drie van de belangrijkste nationaliteiten heeft lange tijd enkel bestaan uit Italië, Marokko en Turkije (zie tabel 3 infra). In 1995 en 1999 waren deze drie nationaliteiten samen nog goed voor respectievelijk 70,14 % en 67,70 % van alle rechtgevende kinderen van vreemde nationaliteit. In 2005 is dit cijfer teruggelopen tot 49,66 %. Parallel met deze evolutie valt een algemene daling van de bestanden van de rechtgevende kinderen op te tekenen. Het aantal rechtgevende kinderen is met 55.766 eenheden (- 25,31 %) gedaald ten opzichte van 1999 en met bijna 72.764 eenheden (- 30,66 %) ten opzichte van 1989. Tabel 3: Rechtgevende kinderen van vreemde nationaliteit: de 5 belangrijkste landen – Evolutie 1989-2005
Italië Marokko Frankrijk Turkije Nederland Totaal 5 landen Totaal EU Tot. vreemdel.
1989
In %
1995
In %
1999
In %
2005
In %
70.323 63.235 15.415 35.251 7.806 192.030 120.321 237.328
29,63 % 26,64 % 6,50 % 14,85 % 3,29 % 80,91 % 50,70 % 100 %
63.590 75.440 16.983 41.061 8.362 205.436 117.431 256.757
24,77 % 29,38 % 6,61 % 15,99 % 3,26 % 80,01 % 45,74 % 100 %
53.065 63.875 17.115 32.228 7.677 173.960 103.605 220.330
24,08 % 28,99 % 7,77 % 14,63 % 3,48 % 78,95 % 47,02 % 100 %
41.303 27.402 26.098 13.015 10.650 118.468 102.936 164.564
25,10 % 16,65 % 15,86 % 7,91 % 6,47 % 71,99 % 62,55 % 100 %
20
In de jaren ’90 was Marokko steeds het land met het grootste aantal rechtgevende kinderen binnen de statistiek van de vreemde rechthebbenden. Na 1999 kenden de bestanden van de Marokkaanse onderdanen een grote terugval. In zes jaar tijd is het aantal Marokkaanse rechtgevenden met meer dan 35.000 eenheden gedaald. Ook het aantal Turkse effectieven kent na 1999 een vrije val. De omvang van de groep Turkse rechtgevenden is in de laatste zes jaar bijna gehalveerd. Deze dalingen zijn grotendeels het gevolg van de inwerkingtreding van de nieuwe naturalisatiewet op 1 maart 2000. Het zijn voornamelijk de Turkse en de Marokkaanse gemeenschappen die in groten getale gekozen hebben voor de verwerving van de Belgische nationaliteit 17 . Dit geldt in veel mindere mate voor Italianen, Fransen en Nederlanders. Dit verklaart waarom in 2005 bijna twee derde van de vreemde rechtgevende kinderen onderdanen zijn van een EU-land. Vóór de laatste versoepeling van de naturalisatiewet was dit nog minder dan de helft 18 . De toename van het aandeel van de landen uit de Europese Unie is echter niet alleen het gevolg van de afname van Marokkaanse en Turkse effectieven. De toename van rechtgevende kinderen van Franse en Nederlandse nationaliteit speelt eveneens een belangrijke rol. In tien jaar tijd zijn er bijna 10.000 Franse en ruim 2.000 Nederlandse rechtgevenden bijgekomen. De respectievelijke aandelen van beide landen binnen de statistiek van de rechtgevenden zijn in deze tijdspanne zowat verdubbeld. Naast deze specifieke effecten op welbepaalde deelgroepen is ook de algemene daling van het totale aantal vreemde rechtgevenden een gevolg van het toegenomen aantal naturalisaties. Ook het dalend aandeel van de landen uit de top vijf wordt voor een groot deel verklaard door de evolutie van de naturalisaties. De daling van de Turkse en Marokaanse rechtgevende kinderen wordt in dit verband echter gedeeltelijk gecompenseerd door de stijging in het aantal Franse en Nederlandse rechtgevenden. Desalniettemin is het gezamenlijk aandeel van de vijf landen in 2005 geslonken tot 72 %. In 1989 stonden de landen nog in voor ruim 80 % van alle rechtgevende kinderen van vreemde nationaliteit. Ook binnen de statistiek van de rechthebbenden wordt het aandeel van de landen uit de top vijf gekenmerkt door een stelselmatige afname (zie tabel 4). Uit de cijfers blijkt dat de trends bij de rechthebbenden in grote mate parallel lopen met die van de rechtgevenden. Italië blijft in 2005 het belangrijkste land van herkomst van de vreemde rechthebbenden, hoewel het aandeel jaar na jaar blijft afnemen. In vergelijking met 1989 is het aantal Italiaanse rechthebbenden afgenomen met bijna 15.000 17
FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, De immigratie in België: aantallen, stromen en arbeidsmarkt. Rapport 2006. 18 Er werd uitgegaan van de meest recente situatie met 25 lidstaten. Deze werd vervolgens geëxtrapoleerd naar het verleden.
21
eenheden of bijna 40 %. De huidige omvang is een kleine 25.000 rechthebbenden, waardoor de Italianen iets meer dan 28 % uitmaken van de totale groep vreemde rechthebbenden. De Marokkaanse rechthebbenden zijn in 2005, als men het grote aantal Marokkaanse rechtgevenden in overweging neemt, relatief ondervertegenwoordigd. Het aandeel van deze groep bedraagt iets meer dan 13 %. Dit is minder dan de Fransen, die in 2005 met een aandeel van ruim 15 % de op een na grootste groep vormen in de statistiek van de rechthebbenden van vreemde nationaliteit. De leiderspositie die Marokko in de jaren ’90 bekleedde in de telling van de rechtgevende kinderen was dus het gevolg van het groter aantal kinderen per rechthebbende 19 , aangezien Marokko nooit het hoogste aantal rechthebbenden heeft gehad. Het is daarentegen altijd Italië geweest dat het grootste aantal rechthebbenden heeft geteld. Tabel 4: Rechthebbenden van vreemde nationaliteit: de 5 belangrijkste landen – Evolutie 1989-2005
Italië Marokko Frankrijk Turkije Nederland Totaal 5 landen Totaal EU Tot. vreemdel.
1989 38.861 17.216 8.167 12.470 4.289 81.003 67.190 104.773
In % 37,09 % 16,43 % 7,79 % 11,90 % 4,09 % 77,31 % 64,13 % 100 %
1995 36.284 24.009 9.360 16.477 4.501 90.631 66.762 117.612
In % 30,85 % 20,41 % 7,96 % 14,01 % 3,83 % 77,06 % 56,76 % 100 %
1999 30.525 22.134 9.253 13.519 4.094 79.525 58.611 104.038
In % 29,34 % 21,27 % 8,89 % 12,99 % 3,94 % 76,44 % 56,34 % 100 %
2005 24.426 11.503 13.787 6.362 5.546 61.624 58.059 86.975
In % 28,08 % 13,23 % 15,85 % 7,31 % 6,38 % 70,85 % 66,75 % 100 %
Net als bij de rechtgevenden komen de effecten van de versoepeling van de naturalisatiewetgeving ook duidelijk tot uiting in de bestanden van de Marokkaanse en Turkse rechthebbenden na 1999. In zes jaar tijd is het aantal Marokkaanse rechthebbenden met ruim 10.000 eenheden gedaald. Voor de Turken daalde het aantal rechthebbenden met iets meer dan 7.000 eenheden. Deze ontwikkelingen hebben onmiskenbaar een weerslag op de algemene bestanden van de vreemde rechthebbenden. In vergelijking
19
Niet enkel niet-Europese landen zoals Marokko en Turkije kennen gemiddeld een hoger aantal kinderen per rechthebbende. Ook Europese landen zoals het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Nederland en Zweden hebben een gemiddeld aantal kinderen per rechthebbende dat hoger ligt dan in het totale werknemersstelsel (zie bijlage III). Voor verdere uitleg hieromtrent wordt verwezen naar de Focusstudie 2006-1.
22
met 1999 zijn er in 2005 in totaal 17.063 rechthebbenden minder (- 16,40 %). Het huidige totaal komt daarmee op 86.975 vreemde rechthebbenden te staan. Binnen Europees verband loopt de opmars van de Franse en Nederlandse rechthebbenden in gelijke tred met de evolutie van hun respectievelijke kinderen. Beide landen noteren aanzienlijke stijgingen in het aantal rechthebbenden, die, qua relatieve omvang, vergelijkbaar zijn met de stijgingen in het aantal rechtgevenden. De toename van het aandeel rechthebbenden uit de EU houdt eveneens verband met de evolutie van de Franse en Nederlandse effectieven. Het relatieve gewicht van de EU-landen binnen de statistiek van de vreemde rechthebbenden (66,75 %) is iets groter dan bij de vreemde rechtgevenden.
B. Verdeling over de schalen In het globaal overzicht werd vastgesteld dat de rechtgevenden van vreemde nationaliteit oververtegenwoordigd zijn in de verhoogde schaal voor langdurig werklozen en gepensioneerden (art. 42bis), in de verhoogde schaal voor invaliden (art. 50ter) en in de schaal van de wezenbijslag (art. 50bis), terwijl zij ondervertegenwoordigd zijn in de gewone schaal (art. 40). In dit verband is het nuttig om na te gaan hoe de effectieven van de landen uit de top vijf verdeeld zijn over de schalen en wat de onderlinge verschillen zijn (tabel 5). Tabel 5: Verdeling van de rechtgevende kinderen over de verschillende schalen: de 5 belangrijkste nationaliteiten – Jaar 2005
Italië Marokko Frankrijk Turkije Nederland
art. 40 71,83 % 47,52 % 82,99 % 53,80 % 89,47 %
art. 42bis 18,52 % 35,66 % 11,52 % 31,06 % 7,09 %
art. 50ter 6,61 % 11,70 % 3,44 % 11,23 % 1,92 %
art. 50bis 3,04 % 5,12 % 2,05 % 3,92 % 1,51 %
Uit de tabel komen opmerkelijke verschillen naar voor. Nederland is het land met het grootste percentage rechtgevende kinderen in de gewone schaal, gevolgd door Frankrijk. Bijna 9 op 10 Nederlandse rechtgevenden valt binnen de schaal art. 40. Voor de Franse rechtgevenden is dit iets meer dan 8 op 10. Marokko telt daarentegen in verhouding het minst aantal rechtgevenden in de gewone
23
schaal. Minder dan de helft van de Marokkaanse rechtgevenden ontvangt de schaal art. 40. Ook voor de Turkse rechtgevenden is het percentage rechtgevenden in de gewone schaal laag. Het gaat om iets meer dan de helft van de rechtgevende kinderen. Het cijfer van de Italiaanse kinderen ligt ongeveer 20 % hoger dan die van de Marokkaanse en Turkse kinderen, maar er is toch nog meer dan 10 % verschil met de Nederlandse en Franse kinderen. Voor de verhoogde schalen is de situatie het exacte spiegelbeeld. Marokko en Turkije tellen proportioneel het meeste kinderen in de verhoogde schaal voor langdurig werklozen en gepensioneerden, in de verhoogde schaal voor invaliden en in de schaal van de wezenbijslag. Zo komt meer dan 1 op 3 Marokkaanse rechtgevende kinderen voor in de schaal art. 42bis. Ook Turkije heeft meer dan 31 % rechtgevende kinderen in de verhoogde schaal voor langdurig werklozen en gepensioneerden. Voor Italië, Frankrijk en Nederland bedragen deze percentages respectievelijk 18,5 %, 11,5 % en 7,1 %. Ter vergelijking: het aandeel van de rechtgevenden in de schaal art. 42bis in de nationale verdeling is 12,6 %. De duidelijke oververtegenwoordiging van de Marokkaanse, Turkse en – in mindere mate – Italiaanse rechtgevenden in de schaal art. 42bis impliceert dat deze bevolkingsgroepen ondervertegenwoordigd zijn op de arbeidsmarkt. Deze problematiek wordt aangekaart in de reeds aangehaalde studie van Van den Cruyce 20 van het Federaal Planbureau. Niettegenstaande het feit dat Marokkanen en Turken vaker kampen met een reële opleidingsachterstand, blijken vooral de nationaliteit en het land van herkomst de grootste obstakels te zijn bij het verwerven van een job. Onderwijs op zichzelf biedt dus onvoldoende garantie op een betere positie op de arbeidsmarkt. Bij een gelijk onderwijs- en opleidingsniveau blijven de verschillen tussen de activiteitsgraad van Belgen en Turken/Marokkanen aanzienlijk. De invloed van discriminatie en achterstelling bij aanwerving is mogelijk sterker dan voorheen werd aangenomen.
C. De gewaarborgde gezinsbijslag Vanaf dit jaar kan men bij de RKW ook een beroep doen op de statistieken met betrekking tot de gewaarborgde gezinsbijslag voor personen van vreemde nationaliteit. Deze gegevens waren voorheen 20
VAN DEN CRUYCE B., De ondergebruikte arbeidsreserve van vreemdelingen in België, Kwartaalschrift Economie, Nummer 2, 2005.
24
niet beschikbaar. De gewaarborgde gezinsbijslag is een restregeling die voorziet in kinderbijslag voor kinderen die hoofdzakelijk ten laste zijn van iemand wiens bestaansmiddelen een bepaald grensbedrag niet overschrijden. In dit specifieke geval gaat het om personen met een buitenlandse nationaliteit die in België verblijven en binnen dit residuair stelsel vallen. In 2005 ontvingen in totaal 3.449 buitenlandse rechthebbenden en 7.559 buitenlandse rechtgevenden de gewaarborgde gezinsbijslag. Tabel 6 geeft de resultaten weer voor de belangrijkste landen. Tabel 6: De gewaarborgde gezinsbijslag: de belangrijkste nationaliteiten – Jaar 2005
Servië en Montenegro Marokko Turkije Frankrijk Roemenië Italië Portugal Nederland Polen Politieke vluchtelingen Andere landen Tot. belangr. nationaliteiten Tot. buitenl. nationaliteiten Tot. gewaarborgde gezinsbijsl.
In % 7,80 % 4,96 % 3,65 % 4,26 % 1,80 % 1,62 % 1,25 % 1,10 % 1,33 % 24,21 % 48,01 % 27,78 % 100 % /
Rechthebbenden 269 171 126 147 62 56 43 38 46 835 1.656 958 3.449 6.987
Rechtgevenden 714 367 282 271 133 94 74 74 66 1.983 3.501 2.075 7.559 14.600
In % 9,45 % 4,86 % 3,73 % 3,59 % 1,76 % 1,24 % 0,98 % 0,98 % 0,87 % 26,23 % 46,32 % 27,45 % 100 % /
De politieke vluchtelingen vormen de grootste buitenlandse groep binnen de statistiek van de gewaarborgde kinderbijslag. Ongeveer een vierde van het totale aantal buitenlanders in de gewaarborgde gezinsbijslag heeft het statuut van politiek vluchteling. De meest voorkomende nationale groep wordt gevormd door de Serviërs en Montenegrijnen. Bijna 10 % van de buitenlandse kinderen in de gewaarborgde gezinsbijslag is afkomstig uit de Balkanrepubliek. De vluchtelingenstroom die ontstond in de nasleep van de burgeroorlog in ex-Joegoslavië ligt aan de basis van dit hoge percentage. Ook het recente conflict in Kosovo houdt hiermee verband. De tweede, derde en vierde plaats in de statistiek worden bezet door Marokko, Turkije en Frankrijk, met aandelen die zowel bij de rechthebbenden als bij de rechtgevenden schommelen tussen de 3 à 5 %. Opmerkelijk is dat Roemenië
25
op de vijfde plaats komt, terwijl het land in de statistiek van de vreemde rechthebbenden niet eens bij de eerste vijftien voorkomt. Over het algemeen kan gesteld worden dat de statistiek van de buitenlanders in de gewaarborgde kinderbijslag vrij gedifferentieerd is. Bijna de helft van de populatie bestaat uit nationaliteiten die elk slechts een aandeel hebben van rond de 1 % of minder.
D. Actuele tendensen De statistiek van de rechthebbenden van vreemde nationaliteit die in België verblijven met hun gezin, zoals vastgesteld op 31 december 2005, is de eerste die verschijnt sinds de uitbreiding van de Europese Unie op 1 mei 2004 met 10 nieuwe lidstaten (Cyprus, Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Malta, Polen, Slovenië, Slowakije en Tsjechië). Uit de resultaten blijkt echter dat de toetreding van deze nieuwe lidstaten tot dusver geen al te grote invloed heeft op de statistiek van de vreemde rechthebbenden. Het enige land uit de lijst dat op dit ogenblik meer dan 1.000 rechtgevenden telt, is Polen met 1.324 rechtgevende kinderen (zie tabel 2). Daarmee bezet het land de 13de plaats in de statistiek van de rechtgevenden. In vergelijking met de voorgaande dienstjaren wordt echter geen ongewone stijging van het aantal effectieven vastgesteld. De overige nieuwe lidstaten komen slechts in geringe mate voor in de statistieken van de RKW. De beperkte aanwezigheid van rechthebbenden uit de nieuwe lidstaten houdt wellicht verband met het feit dat in België nog steeds beperkingen gelden op het vrij verkeer van werknemers uit 8 van de 10 nieuwe lidstaten. Uit vrees voor een toevloed van arbeidsmigranten uit de nieuwe lidstaten uit Oost- en Centraal-Europa houdt België op dit moment een overgangsregime aan, waarbij arbeid in loondienst tussen contracterende werknemers en werkgevers nog niet toegelaten is 21 . De uitoefening van een (legale) economische activiteit is momenteel slechts mogelijk via het dienstenverkeer of via het vrij vestigingsrecht voor zelfstandigen 22 . Het feit dat het vrij vestigingsrecht voor zelfstandigen wel algemeen wordt toegepast, impliceert dat de statistieken van het Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen (RSVZ) een ander
21
Centrum voor Gelijkheid van Kansen en voor Racismebestrijding, Migratiestromen uit de nieuwe lidstaten van de Europese Unie naar België, 2006. 22 In 2006 worden uitzonderingen gemaakt voor knelpuntberoepen.
26
beeld kunnen werpen op de actuele situatie. Een blik op de cijfers 23 zoals vastgesteld op 31 december 2005 door het RSVZ, leert ons dat de effecten van de uitbreiding van de EU in het stelsel van de zelfstandigen inderdaad reeds enigszins merkbaar zijn. Met name Polen blijkt goed vertegenwoordigd te zijn binnen de statistiek. Na Nederland, Italië en Frankrijk, telt het land het grootste aantal zelfstandige rechthebbenden van vreemde nationaliteit. Met 758 rechthebbenden en 1.197 rechtgevende kinderen maken de Polen respectievelijk 7,47 % uit van alle vreemde rechthebbenden en 6,08 % van alle vreemde rechtgevenden binnen het stelsel van de zelfstandigen. In 2003, vóór de toetreding van Polen tot de EU, bedroegen deze percentages nog respectievelijk 4,68 % en 3,98 %. De stijging van het aantal Poolse zelfstandigen in België beperkt zich echter niet tot de periode na de uitbreiding. Reeds in de jaren negentig was er een verhoogde aanwezigheid en een stelselmatige toename van het aantal Polen in de statistieken van de zelfstandigen. Deze evolutie vond plaats binnen het kader van de PECOakkoorden 24 , die garanties boden op het vlak van toegang van ondernemers en zelfstandig afkomstig uit de PECO-landen tot vestiging in de 15 oude lidstaten. De overige nieuwe lidstaten uit Oost- en Centraal-Europa blijken in 2005 nog niet zo sterk vertegenwoordigd te zijn binnen de statistieken van het RSVZ. Estland, Hongarije, Letland, Litouwen, Slovenië, Slowakije en Tsjechië tellen elk slechts een beperkt aantal rechthebbenden en rechtgevenden 25 .
23
Bron: Statistieken RSVZ PECO: Pays de l’Europe Centrale et Oriëntale. Met de 8 nieuwe lidstaten uit Oost- en Centraal-Europa werden in de eerste helft van de jaren ’90 associatieakkoorden, algemeen bekend als de PECO-akkoorden, gesloten. Bron: Centrum voor Gelijkheid van Kansen en voor Racismebestrijding, Migratiestromen uit de nieuwe lidstaten van de Europese Unie naar België, 2006. 25 Slowakije telt het meeste effectieven van de zeven landen uit de opsomming. In 2005 werden 28 rechthebbenden en 88 rechtgevende kinderen geregistreerd. 24
27
IV. Conclusie De statistiek van de rechthebbenden van vreemde nationaliteit die met hun gezin in België verblijven wordt al meer dan een decennium geconfronteerd met een daling van de bestanden. Ook in 2005 zet deze trend zich verder. Met 86.975 vreemde rechthebbenden en 164.564 rechtgevende kinderen wordt wederom een historisch laagterecord geregistreerd. Deze evolutie is in hoofdzaak het gevolg van een aanhoudende daling van het aantal Marokkaanse, Turkse en – in mindere mate – Italiaanse rechthebbenden en hun rechtgevende kinderen. Deze drie nationaliteiten vormen, samen met de Fransen en de Nederlanders, de best vertegenwoordigde nationaliteiten binnen de statistiek. In contrast met de erfgenamen van de drie historische migratielanden kennen de bestanden van de Fransen en Nederlanders een gestage aangroei. Vooral Frankrijk is in de loop der jaren uitgegroeid tot een belangrijk herkomstland van vreemde rechthebbenden. In 2005 telt het land, na Italië, het grootste aantal rechthebbenden. Daarmee verdringt Frankrijk de Marokkaanse rechthebbenden van de tweede plaats. In de telling van de rechtgevende kinderen is het Marokko dat in absolute aantallen op de tweede plaats komt, vóór Frankrijk. Italië bekleedt ook hier de eerste plaats. De opvallende daling van het aantal Marokkaanse en Turkse effectieven kan gedeeltelijk worden toegeschreven aan de toename van het aantal naturalisaties binnen de respectievelijke gemeenschappen. De invoering van het wetboek van de Belgische nationaliteit en de opeenvolgende aanpassingen ervan hebben immers vooral bij deze bevolkingsgroepen geleid tot een versnelde verwerving van de Belgische nationaliteit. Deze evolutie, in combinatie met de numerieke sterkte van de Italiaanse, Franse en Nederlandse effectieven, heeft als bijkomend gevolg dat het aandeel van de Europese landen binnen de statistiek van de vreemde rechthebbenden stijgt. Zo zijn 2 op 3 rechthebbenden afkomstig uit een lidstaat van de EU. Wat betreft de verdeling over de schalen werd vastgesteld dat de effectieven van vreemde nationaliteit oververtegenwoordigd zijn in de verhoogde schaal voor langdurig werklozen en gepensioneerden (art. 42bis), in de verhoogde schaal voor invaliden (art. 50ter) en in de schaal van de wezenbijslag (art. 50bis), terwijl zij ondervertegenwoordigd zijn in de gewone schaal (art. 40). Tussen de landen van de ‘top vijf’ – die samen 71,99 % van de rechtgevenden en 70,85 % van de rechthebbenden uitmaken – zijn er echter onderling grote verschillen. Zo kennen de Fransen en de Nederlanders een hoge
28
activiteitsgraad. Het percentage Fransen en Nederlanders in de gewone schaal is groter dan in het totale stelsel. De Italiaanse rechthebbenden tellen in vergelijking met het totale stelsel al iets minder effectieven in de gewone schaal en iets meer in de verhoogde schalen. Bij de Marokkaanse en Turkse effectieven is er sprake van een duidelijke ondervertegenwoordiging in de schaal art. 40 en een oververtegenwoordiging in de verhoogde schalen. Zo schommelt het aandeel rechtgevenden in de gewone schaal bij de twee groepen rond 50 %, terwijl ongeveer 1 op 3 rechtgevenden binnen de schaal art. 42bis valt. 2005 is een jaar waarin de statistiek van de rechthebbenden van vreemde nationaliteit geconfronteerd wordt met een aantal nieuwe ontwikkelingen. Zo is deze telling de eerste na de uitbreiding van de Europese Unie met tien nieuwe lidstaten in mei 2004. De effecten laten echter nog op zich wachten. Polen is de enige nieuwe lidstaat die reeds een significant aantal effectieven telt, maar dit was reeds zo vóór de toetreding tot de EU. Nieuw sinds het verschijnen van de statistiek van de vreemde rechthebbenden in 1977 is de beschikbaarheid van gegevens met betrekking tot buitenlandse nationaliteiten in de gewaarborgde gezinsbijslag. De grootste groep binnen deze statistiek wordt gevormd door de politieke vluchtelingen. De grootste nationale groep zijn de Serviërs en Montenegrijnen. Ondanks enkele recente verschuivingen liggen de globale tendensen die op basis van de statistiek van 31 december 2005 kunnen geschetst worden, in de lijn van de verwachtingen: de daling van de bestanden van de rechthebbenden van vreemde nationaliteit, die al sinds 1993 wordt waargenomen, zet zich voort en het relatief gewicht van de EU-landen neemt verder toe.
29
BIJLAGEN
BIJLAGE I
VREEMDE RECHTHEBBENDEN DIE MET HUN GEZIN IN BELGIE VERBLIJVEN
GLOBALE RESULTATEN
VOLGENS NATIONALITEIT VAN DE RECHTHEBBENDE
JAREN 2001 - 2003 - 2005
Bijlage I /1
VREEMDE RECHTHEBBENDEN DIE MET HUN GEZIN IN BELGIE VERBLIJVEN
2001 Rechthebbenden volgens land van nationaliteit LANDEN VAN EUROPA Duitsland Verenigd Koninkrijk Denemarken Frankrijk Ierland Italië Luxemburg Nederland Oostenrijk Zwitserland Zweden Noorwegen Griekenland Turkije Spanje Finland Portugal Polen Hongarije Roemenië Kroatië Slovenië Bosnië-Herzegovina Macedonië Servië en Montenegro IJsland Liechtenstein Cyprus Estland Letland Litouwen Malta Slovakije Tsjechische Republiek Bulgarije Andere landen van Europa TOTAAL LANDEN VAN AFRIKA Algerije Marokko Tunesië Andere landen van Afrika TOTAAL
Aantal rechthebbenden
2003
Aantal rechtgevenden
Aantal rechthebbenden
2005
Aantal rechtgevenden
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
1.311 1.389 197 11.571 123 26.600 233 4.182 120 118 205 141 1.428 9.134 5.125 106 2.584 787 90 117 42 6 81 55 716 * * * * * * * * * * 668 67.129
2.356 2.709 386 22.099 216 45.731 423 7.838 221 232 385 236 2.476 20.538 8.773 187 4.306 1.238 151 162 68 9 152 114 1.564 * * * * * * * * * * 1.175 123.745
1.012 1.649 140 13.573 172 27.020 269 5.027 159 134 272 138 1.442 7.395 5.353 86 3.100 751 45 208 42 23 74 97 621 * * * * * * * * * * 1.585 70.387
1.833 3.163 266 25.753 330 45.979 460 9.502 276 254 517 260 2.486 15.616 9.076 160 5.158 1.169 69 316 70 47 136 184 1.324 * * * * * * * * * * 2.846 127.250
1.182 1.624 153 13.787 168 24.426 264 5.546 146 125 263 179 1.243 6.362 5.028 93 3.162 859 55 262 50 16 87 114 702 6 1 1 1 2 3 14 3 20 41 1.597 67.585
2.118 3.119 282 26.098 326 41.303 465 10.650 261 236 494 311 2.112 13.015 8.558 176 5.243 1.324 81 400 78 23 147 224 1.542 12 3 2 1 3 4 28 5 38 64 2.933 121.679
1.142 16.618 597 1.833 20.190
2.605 44.100 1.326 4.023 52.054
991 12.834 462 2.276 16.563
2.108 32.023 941 4.692 39.764
884 11.503 403 2.769 15.559
1.859 27.402 786 5.632 35.679
Bijlage I /2
LANDEN VAN AMERIKA Canada Verenigde Staten Andere landen van Amerika TOTAAL LANDEN VAN AZIE Israël Japan Andere landen van Azië TOTAAL Oceanië Politieke vluchtelingen Vaderlandslozen ALGEMEEN TOTAAL * data niet beschikbaar
241 285 518 1.044
440 616 902 1.958
119 309 641 1.069
234 616 1.121 1.971
135 316 710 1.161
262 633 1.228 2.123
86 187 1.256 1.529 43 655 50 90.640
238 334 2.324 2.896 82 1.488 107 182.330
91 159 1.537 1.787 40 424 34 90.304
219 280 2.783 3.282 79 985 62 173.393
78 106 1.935 2.119 41 478 32 86.975
199 185 3.509 3.893 75 1.045 70 164.564
BIJLAGE II VREEMDE RECHTHEBBENDEN DIE MET HUN GEZIN IN BELGIE VERBLIJVEN IN HET STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG
INDELING VOLGENS NATIONALITEIT VAN DE RECHTHEBBENDE
JAAR 2005
Bijlage II /1
VREEMDE RECHTHEBBENDEN DIE MET HUN GEZIN IN BELGIE VERBLIJVEN IN HET STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG 2005 Rechthebbenden volgens land van nationaliteit LANDEN VAN EUROPA Duitsland Verenigd Koninkrijk Denemarken Frankrijk Ierland Italië Luxemburg Nederland Oostenrijk Zwitserland Zweden Noorwegen Griekenland Turkije Spanje Finland Portugal Polen Hongarije Roemenië Kroatië Slovenië Bosnië-Herzegovina Macedonië Servië en Montenegro IJsland Liechtenstein Cyprus Estland Letland Litouwen Malta Slovakije Tsjechische Republiek Bulgarije Andere landen van Europa TOTAAL LANDEN VAN AFRIKA Algerije Marokko Tunesië Andere landen van Afrika TOTAAL
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden 12 12 2 147 56 2 38 5 2 3 8 126 27 1 43 46 5 62 6 17 269 331 1.220
17 30 2 271 94 3 74 10 5 9 15 282 47 3 74 66 11 133 16 36 714 662 2.574
9 171 5 813 998
18 367 11 1.724 2.120
Bijlage II /2
LANDEN VAN AMERIKA Canada Verenigde Staten Andere landen van Amerika TOTAAL LANDEN VAN AZIE Israël Japan Andere landen van Azië TOTAAL Oceanië Politieke vluchtelingen Vaderlandslozen TOT. BUITENLANDERS ALGEMEEN TOTAAL
2 61 63
3 104 107
4 300 304 1 835 28 3.449 7.087
10 679 689 1 1.983 85 7.559 14.600
BIJLAGE III VREEMDE RECHTHEBBENDEN DIE MET HUN GEZIN IN BELGIE VERBLIJVEN
DETAILGEGEVENS PER LAND
INDELING VOLGENS NATIONALITEIT VAN DE RECHTHEBBENDE
JAAR 2005
2.118 kinderen 1.182 rechthebbenden
DUITSLAND Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
4500 4000
8000
3500
7000
3000
6000
2500
5000
2000
4000
1500
3000
1000
2000
Duitse rechthebbenden Kinderen van Duitse rechthebbenden
500
Duitse kinderen 0-19 jaar Duitse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Duitse rechthebbenden*
1000
0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1989
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Duitse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005 Schaal
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis Totaal Duitsland art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
art. 50ter
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
444 65 23 20 552
351 31 15 4 401
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
985 124 45 28 1.182
1.776 221 81 40 2.118
190 28 7 4 229
Totale stelsel art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
120 %
140 %
100 %
120 % 100 %
80 %
80 % 60 % 60 % 40 % 40 % 20 %
Duitse rechthebbenden Kinderen van Duitse rechthebbenden
20 %
0%
Rechthebbenden
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
3.119 kinderen 1.624 rechthebenden
VERENIGD KONINKRIJK
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
4500
10000 9000 8000 7000 6000 5000 4000 3000 2000 1000 0
4000 3500 3000 2500 2000 1500 1000 Britse rechthebbenden Kinderen van Britse rechthebbenden
500 0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
Britse kinderen 0-19 jaar Britse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Britse rechthebbenden*
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Britse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005 Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis Totaal Verenigd Koninkrijk art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
art. 50ter
583 52 8 18 661
583 22 6 10 621
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
1.473 104 16 31 1.624
2.819 226 26 48 3.119
307 30 2 3 342
Totale stelsel art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
120 %
140 %
100 %
120 % 100 %
80 %
80 %
60 % 60 %
40 %
40 %
20 %
Britse rechthebbenden Kinderen van Britse rechthebbenden
20 % Rechthebbenden
0%
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
282 kinderen 153 rechthebbenden
DENEMARKEN Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
450 400
1400
Deense rechthebbenden Kinderen van Deense rechthebbenden
350
Deense kinderen 0-19 jaar Deense kinderen 0-25 jaar Kinderen van Deense rechthebbenden*
1200
300
1000
250
800
200 150
600
100
400
50
200
0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1989
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Deense rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
57 0 0 1 58
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis Totaal Denemarken art. 40
Vreemde werknemers
art. 42bis
art. 50ter
67 4 0 0 71
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
148 4 0 1 153
273 8 0 1 282
24 0 0 0 24
Totale stelsel art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages 140 %
250 %
120 % 200 % 100 % 150 %
80 % 60 %
100 %
40 % 50 % Deense rechthebbenden Kinderen van Deense rechthebbenden
20 % Rechthebbenden
0%
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
26.098 kinderen 13.787 rechthebbenden
FRANKRIJK
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers 30000
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
Franse rechthebbenden Kinderen van Franse rechthebbenden
25000
30000 25000
20000
20000
15000
15000
10000
10000
5000
5000
Franse kinderen 0-19 jaar Franse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Franse rechthebbenden*
0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Franse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis Totaal Frankrijk art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
4.602 692 216 209 5.719
4.350 523 115 88 5.076
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
11.433 1.558 452 344 13.787
21.660 3.006 897 535 26.098
2.481 343 121 47 2.992
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
180 %
140 %
160 %
120 %
140 %
100 %
120 % 100 %
80 %
80 %
60 %
60 %
40 %
40 % Franse rechthebbenden Kinderen van Franse rechthebbenden
20 % 0%
20 % Rechthebbenden
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
326 kinderen 168 rechthebbenden
IERLAND Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
350
1500
Ierse rechthebbenden Kinderen van Ierse rechthebbenden
300
Ierse kinderen 0-19 jaar Ierse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Ierse rechthebbenden*
1200
250 200
900
150
600
100
300
50
0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1989
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Ierse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
45 0 2 3 50
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis Totaal Ierland art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
77 1 2 2 82
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
156 1 5 6 168
305 2 9 10 326
34 0 1 1 36
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages 140 %
250 %
120 % 200 % 100 % 150 %
80 %
100 %
60 % 40 %
50 %
Ierse rechthebbenden Kinderen van Ierse rechthebbenden
20 %
0%
Rechthebbenden
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
41.303 kinderen 24.426 rechthebbenden
ITALIE
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
90000
120000 108000 96000 84000 72000 60000 48000 36000 24000 12000 0
81000 72000 63000 54000 45000 36000 27000 18000 9000
Italiaanse rechthebbenden Kinderen van Italiaanse rechthebbenden
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
Italiaanse kinderen 0-19 jaar Italiaanse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Italiaanse rechthebbenden*
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Italiaanse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis Totaal Italië art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
7.859 2.417 938 772 11.986
6.929 1.380 489 160 8.958
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
17.238 4.535 1.670 983 24.426
29.668 7.648 2.732 1.255 41.303
2.450 738 243 51 3.482
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages 140 %
120 %
120 %
100 %
100 %
80 %
80 %
60 % 60 %
40 %
40 % Italiaanse rechthebbenden Kinderen van Italiaanse rechthebbenden
20 %
20 %
0%
Rechthebbenden
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
465 kinderen 264 rechthebbenden
LUXEMBURG
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
700
1000 900 800 700 600 500 400 300 200 100 0
600 500 400 300 200 Luxemburgse rechthebbenden Kinderen van Luxemburgse rechthebbenden
100 0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
Luxemburgse kinderen 0-19 jaar Luxemburgse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Luxemburgse rechthebbenden*
1989
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Luxemburgse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
89 16 4 13 122
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis Totaal Luxemburg art. 40
Vreemde werknemers
art. 42bis
85 11 1 1 98
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
213 32 5 14 264
389 55 6 15 465
39 5 0 0 44
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
120 %
140 %
100 %
120 % 100 %
80 %
80 % 60 % 60 % 40 %
40 % Luxemburgse rechthebbenden Kinderen van Luxemburgse rechthebbenden
20 %
20 %
0%
Rechthebbenden
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
10.650 kinderen 5.546 rechthebbenden
NEDERLAND
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers 12000 11000 10000 9000 8000 7000 6000 5000 4000 3000 2000 1000 0
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers 30000 27500 25000 22500 20000 17500 15000 12500 10000 7500 5000 2500 0
Nederlandse rechthebbenden Kinderen van Nederlandse rechthebbenden 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
Nederlandse kinderen 0-19 jaar Nederlandse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Nederlandse rechthebbenden*
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Nederlandse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
1.770 197 60 88 2.115
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Nederland art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
2.052 112 37 27 2.228
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
4.912 395 118 121 5.546
9.529 755 205 161 10.650
1.090 86 21 6 1.203
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages 140 %
120 %
120 %
100 %
100 %
80 %
80 %
60 % 60 %
40 %
40 % Nederlandse rechthebbenden Kinderen van Nederlandse rechthebbenden
20 %
20 %
0%
Rechthebbenden
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
261 kinderen 146 rechthebbenden
OOSTENRIJK Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
300 1000 900 800 700 600 500 400 300 200 100 0
250 200 150 100 Oostenrijkse rechthebbenden Kinderen van Oostenrijkse rechthebbenden
50 0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
Oostenrijkse kinderen 0-19 jaar Oostenrijkse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Oostenrijkse rechthebbenden*
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Oostenrijkse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
50 14 0 3 67
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Oostenrijk art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
41 8 2 0 51
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
117 24 2 3 146
218 36 4 3 261
26 2 0 0 28
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
160 %
140 %
140 %
120 %
120 %
100 %
100 %
80 %
80 % 60 %
60 %
40 %
40 % Oostenrijkse rechthebbenden
20 %
20 %
Rechthebbenden
Kinderen van Oostenrijkse rechthebbenden
0%
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
236 kinderen 125 rechthebbenden
ZWITSERLAND
Evolutie kinderen volgens NIS /AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers 600 Zwitserse rechthebbenden Kinderen van Zwitserse rechthebbenden
500
700 Zwitserse kinderen 0-19 jaar
600
400
500
300
400
Zwitserse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Zwitserse rechthebbenden*
300
200
200 100
100 0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1989
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Zwitserse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
44 3 0 5 52
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Zwitserland art. 40
Vreemde werknemers
art. 42bis
41 4 1 1 47
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
107 10 2 6 125
201 22 6 7 236
22 3 1 0 26
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
120 %
140 %
100 %
120 % 100 %
80 %
80 %
60 % 60 %
40 %
40 %
20 %
20 %
Zwitserse rechthebbenden Kinderen van Zwitserse rechthebbenden
0% 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
Rechthebbenden
Kinderen
0%
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
494 kinderen 263 rechthebbenden
ZWEDEN Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
600 500
Zweedse rechthebbenden
700
Kinderen van Zweedse rechthebbenden
600
Zweedse kinderen 0-19 jaar Zweedse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Zweedse rechthebbenden*
500
400
400
300
300 200
200
100
100 0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Zweedse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80%
Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
70% 60%
art. 40
50%
art. 42bis
40% 30%
art. 50ter
20% 10%
Totaal
79 6 3 3 91
art. 50bis
117 7 1 0 125
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
239 16 5 3 263
449 33 9 3 494
43 3 1 0 47
0% Zweden art. 40
Vreemde Totale stelsel werknemers art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages 140 %
200 % 180 % 160 % 140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 % 0%
120 % 100 % 80 % 60 % 40 % Zweedse rechthebbenden
20 % Rechthebbenden
Kinderen van Zweedse rechthebbenden
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
311 kinderen 179 rechthebbenden
NOORWEGEN Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS /AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
350
500
Noorse rechthebbenden Kinderen van Noorse rechthebbenden
300 250
400
200
300
150
Noorse kinderen 0-19 jaar Noorse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Noorse rechthebbenden*
200
100
100
50
0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Noorse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
82 5 1 4 92
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Noorwegen art. 40
Vreemde werknemers
art. 42bis
47 5 1 1 54
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
160 11 3 5 179
281 18 6 6 311
31 1 1 0 33
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages 140 %
250 % Noorse rechthebbenden Kinderen van Noorse rechthebbenden
200 %
120 % 100 %
150 %
80 %
100 %
60 % 40 %
50 % 20 % Rechthebbenden
0%
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
2.112 kinderen 1.243 rechthebbenden
GRIEKENLAND
Evolutie kinderen volgens NIS /AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers 10000 9000 8000 7000 6000 5000 4000 3000 2000 1000 0
8000 7000
Griekse rechthebbenden
6000
Kinderen van Griekse rechthebbenden
5000 4000 3000 2000 1000 0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
Griekse kinderen 0-19 jaar Griekse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Griekse rechthebbenden*
1989
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Schaal art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal
art. 40
Vreemde werknemers
art. 42bis
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
Griekse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% Griekenland
1991
* Totaal werknemersstelsel
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
408 116 46 35 605
328 85 25 13 451
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
877 234 82 50 1.243
1.522 392 131 67 2.112
141 33 11 2 187
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
120 %
140 %
100 %
120 %
80 %
100 % 80 %
60 %
60 %
40 % 40 % Griekse rechthebbenden Kinderen van Griekse rechthebbenden
20 %
20 %
0%
Rechthebbenden
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
13.015 kinderen 6.362 rechthebbenden
TURKIJE
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers 60000
100000 90000 80000 70000 60000 50000 40000 30000 20000 10000 0
Turkse rechthebbenden 50000
Kinderen van Turkse rechthebbenden
40000 30000 20000 10000 0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
1989
2005
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal
art. 40
art. 42bis
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
Turkse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005 Schaal
Vreemde werknemers
1991
* Totaal werknemersstelsel
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% Turkije
Turkse kinderen 0-19 jaar Turkse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Turkse rechthebbenden*
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
1.282 654 319 173 2.428
1.084 656 215 86 2.041
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
3.409 1.905 741 307 6.362
7.002 4.042 1.461 510 13.015
1.043 595 207 48 1.893
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages 140 %
250 %
120 %
200 % 100 %
150 %
80 %
100 %
60 % 40 %
50 %
Turkse rechthebbenden
20 %
Kinderen van Turkse rechthebbenden
0%
Rechthebbenden
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
8.558 kinderen 5.028 rechthebbenden
SPANJE Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
22500 Spaanse rechthebbenden Kinderen van Spaanse rechthebbenden
20000 17500
20000 18000 16000 14000 12000 10000 8000 6000 4000 2000 0
15000 12500 10000 7500 5000 2500 0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
Spaanse kinderen 0-19 jaar Spaanse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Spaanse rechthebbenden*
1989
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Spaanse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
1.746 386 120 119 2.371
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Spanje art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
1.671 228 51 28 1.978
525 128 19 7 679
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
3.942 742 190 154 5.028
6.797 1.282 283 196 8.558
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
120 %
140 %
100 %
120 %
80 %
100 % 80 %
60 %
60 %
40 % 40 % Spaanse rechthebbenden Kinderen van Spaanse rechthebbenden
20 %
20 %
0%
Rechthebbenden
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
176 kinderen 93 rechthebbenden
FINLAND Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden -absolute cijfers-
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
250 Finse rechthebbenden Kinderen van Finse rechthebbenden
1300 1200 1100 1000 900 800 700 600 500 400 300 200 100 0
200 150 100 50 0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
Finse kinderen 0-19 jaar Finse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Finse rechthebbenden*
1989
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Finse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% Schaal
80% 60%
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
33 2 0 1 36
art. 40 art. 42bis
40%
art. 50ter art. 50bis
20%
Totaal
38 1 0 0 39
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
85 7 0 1 93
156 19 0 1 176
14 4 0 0 18
0% Finland art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
600 %
140 %
500 %
120 % 100 %
400 %
80 %
300 % 60 %
200 %
40 %
100 %
Finse rechthebbenden Kinderen van Finse rechthebbenden
20 %
0%
Rechthebbenden
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
5.243 kinderen 3.162 rechthebbenden
PORTUGAL
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
8000 7000
Portugese rechthebbenden
6000
Kinderen van Portugese rechthebbenden
10000 9000 8000 7000 6000 5000 4000 3000 2000 1000 0
5000 4000 3000 2000 1000 0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
Portugese kinderen 0-19 jaar Portugese kinderen 0-25 jaar Kinderen van Portugese rechthebbenden*
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Portugese rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Portugal art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
1.211 243 54 35 1.543
1.052 146 27 16 1.241
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
2.577 435 93 57 3.162
4.315 687 154 87 5.243
314 46 12 6 378
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages 140 %
250 %
120 %
200 % 100 %
150 %
80 % 60 %
100 %
40 %
50 %
Portugese rechthebbenden Kinderen van Portugese rechthebbenden
20 %
0%
Rechthebbenden
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1.324 kinderen 859 rechthebbenden
POLEN
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers 3000
4500
Poolse rechthebbenden Kinderen van Poolse rechthebbenden
2500
4000
Poolse kinderen 0-19 jaar Poolse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Poolse rechthebbenden*
3500 2000
3000
1500
2500 2000
1000
1500 1000
500
500 0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1989
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Poolse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Polen art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
403 52 8 36 499
248 19 5 8 280
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
719 80 16 44 859
1.124 120 28 52 1.324
68 9 3 0 80
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages 140 %
120 %
120 %
100 %
100 %
80 % 80 %
60 % 60 %
40 %
40 %
20 %
Poolse rechthebbenden Kinderen van Poolse rechthebbenden
20 %
0%
Rechthebbenden
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
81 kinderen
HONGARIJE
55 rechthebbenden
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
900 800
Hongaarse rechthebbenden
700
Kinderen van Hongaarse rechthebbenden
1000 900 800 700 600 500 400 300 200 100 0
600 500 400 300 200 100 0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
Hongaarse kinderen 0-19 jaar Hongaarse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Hongaarse rechthebbenden*
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Hongaarse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
26 4 2 3 35
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Hongarije art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
12 3 0 1 16
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
41 8 2 4 55
61 13 2 5 81
3 1 0 0 4
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
120 %
140 % Hongaarse rechthebbenden
100 %
120 %
Kinderen van Hongaarse rechthebbenden
100 %
80 %
80 %
60 % 60 %
40 %
40 %
20 %
20 %
0%
Rechthebbenden
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
400 kinderen 262 rechthebbenden
ROEMENIE Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD DEI 1989-2005 - absolute cijfers -
450 400
2000 1800 1600 1400 1200 1000 800 600 400 200 0
Roemeense rechthebbenden Kinderen van Roemeense rechthebbenden
350 300 250 200 150 100 50 0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
Roemeense kinderen 0-19 jaar Roemeense kinderen 0-25 jaar Kinderen van Roemeense rechthebbenden*
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Roemeense rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
157 7 2 0 166
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Roemenië art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
64 5 0 0 69
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
248 12 2 0 262
381 17 2 0 400
27 0 0 0 27
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages 140 %
350 % Roemeense rechthebbenden Kinderen van Roemeense rechthebbenden
300 %
120 %
250 %
100 %
200 %
80 %
150 %
60 %
100 %
40 %
50 %
20 %
0%
Rechthebbenden
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
KROATIE
78 kinderen 50 rechthebbenden
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
160 140
Kroatische rechthebbenden
200 180 160 140 120 100 80 60 40 20 0
120 Kinderen van Kroatische rechthebbenden
100 80 60 40 20 0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
Kroatische kinderen 0-19 jaar Kroatische kinderen 0-25 jaar Kinderen van Kroatische rechthebbenden
1989
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Kroatische rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% Schaal
80% 60%
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
27 2 0 0 29
art. 40 art. 42bis
40%
art. 50ter art. 50bis
20%
Totaal
13 1 0 1 15
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
45 4 0 1 50
69 7 0 2 78
5 1 0 0 6
0% Kroatië art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages 140 %
120 % Kroatische rechthebbenden
120 %
100 %
Kinderen van Kroatische rechthebbenden
80 %
100 % 80 %
60 % 60 %
40 %
40 %
20 %
20 %
0%
Rechthebbenden
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
23 kinderen 16 rechthebbenden
SLOVENIE Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
60 60
Sloveense rechthebbenden
50
Sloveense kinderen 0-19 jaar
50 Kinderen van Sloveense rechthebbenden
40
Sloveense kinderen 0-25 jaar
40
30
30
20
20
10
10
Kinderen van Sloveense rechthebbenden*
0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Sloveense rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
10 1 0 0 11
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Slovenië art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
3 0 0 0 3
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
14 2 0 0 16
19 4 0 0 23
1 1 0 0 2
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages 140 %
120 % Sloveense rechthebbenden
120 %
100 % Kinderen van Sloveense rechthebbenden
80 %
100 % 80 %
60 % 60 %
40 %
40 %
20 %
20 %
0%
Rechthebbenden
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
147 kinderen 87 rechthebbenden
BOSNIE-HERZEGOVINA Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
300
1000 900 800 700 600 500 400 300 200 100 0
Bosnische rechthebbenden Kinderen van Bosnische rechthebbenden
250 200 150 100 50 0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
Bosnische kinderen 0-19 jaar Bosnische kinderen 0-25 jaar Kinderen van Bosnische rechthebbenden*
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Bosnische rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
37 3 1 0 41
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal BosniëHerzegovina art. 40
Vreemde werknemers
art. 42bis
31 3 1 0 35
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
77 8 2 0 87
128 16 3 0 147
9 2 0 0 11
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages 140 %
120 % Bosnische rechthebbenden
100 %
120 %
Kinderen van Bosnische rechthebbenden
100 %
80 %
80 %
60 % 60 %
40 % 40 %
20 %
Rechthebbenden
20 %
0%
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
224 kinderen 114 rechthebbenden
MACEDONIE
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
250 1000 900 800 700 600 500 400 300 200 100 0
Macedonische rechthebbenden Kinderen van Macedonische rechthebbenden
200 150 100 50 0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
Macedonische kinderen 0-19 jaar Macedonische kinderen 0-25 jaar Kinderen van Macedonische rechthebbenden*
1989
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Macedonische rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
31 4 0 1 36
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Macedonië art. 40
Vreemde werknemers
art. 42bis
34 14 0 2 50
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
87 22 2 3 114
169 44 6 5 224
22 4 2 0 28
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages 140 %
250 % Macedonische rechthebbenden Kinderen van Macedonische rechthebbenden
200 %
120 % 100 %
150 %
80 %
100 %
60 % 40 %
50 % 20 %
0%
Rechthebbenden
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1.542 kinderen 702 rechthebbenden
SERVIE EN MONTENEGRO
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers 3500
2500
Rechthebbenden uit Servië en Montenegro
3000
Kinderen van rechthebbenden uit Servië en Montenegro
2000
2500 2000
1500
1500
1000
Kinderen uit Servië en Montenegro 0-19 jaar
1000
Kinderen uit Servië en Montenegro 0-25 jaar
500
500
Kinderen van rechthebbenden uit Servië en Montenegro *
0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages Rechthebbenden en rechtgevenden uit Servië en Montenegro op 31/12/2005
100% 80%
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
Schaal
60%
art. 40 art. 42bis
40%
art. 50ter art. 50bis
20%
Totaal
181 21 7 12 221
203 31 7 6 247
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
576 85 22 19 702
1.266 201 48 27 1.542
192 33 8 1 234
0% Servië en Montenegro art. 40
Vreemde werknemers
art. 42bis
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages 140 %
120 %
Rechthebbenden uit Servië en Montenegro Kinderen van rechthebbenden uit Servië en Montenegro
100 %
120 % 100 %
80 %
80 %
60 %
60 %
40 %
40 %
20 %
20 %
0%
0%
Rechthebbenden
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
Kinderen
1993
1997
2001
2005
12 kinderen 6 rechthebbenden
IJSLAND
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden -absolute cijfers-
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
14 1000 900 800 700 600 500 400 300 200 100 0
IJslandse Rechthebbenden Kinderen van IJslandse rechthebbenden
12 10 8 6 4 2 0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
IJslandse kinderen 0-19 jaar IJslandse kinderen 0-25 jaar Kinderen van IJslandse rechthebbenden*
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
IJslandse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005 Schaal art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal IJsland art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
art. 50ter
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
2 0 0 0 2
2 0 0 0 2
Aantal rechtgevenden
6 0 0 0 6
12 0 0 0 12
Totale stelsel art. 50bis
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages 120 % 100 %
2 0 0 0 2
Aantal rechthebbenden
IJslandse Rechthebbenden Kinderen van IJslandse rechthebbenden
80 % 60 % 40 % 20 % 0% 1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 % 0%
Rechthebbenden
Kinderen
1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
3 kinderen 1 rechthebbende
LIECHTENSTEIN
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers 4
4 Liechtensteinse rechthebbenden Kinderen van Liechtensteinse rechthebbenden
3
Liechtensteinse kinderen 0-19 jaar Liechtensteinse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Liechtensteinse rechthebbenden*
3
2
2
1
1 0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
1989
2005
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
art. 50ter art. 50bis
Totaal
art. 42bis
art. 50ter
1999
2001
2003
2005
0 0 0 0 0
0 0 0 0 0
1 0 0 0 1
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
1 0 0 0 1
3 0 0 0 3
Totale stelsel art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
120 % 100 %
1997
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
art. 40
art. 40
1995
Liechtensteinse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
art. 42bis
Vreemde werknemers
1993
* Totaal werknemersstelsel
Schaal
Liechtenstein
1991
Liechtensteinse rechthebbenden Kinderen van Liechtensteinse rechthebbenden
80 % 60 % 40 % 20 % 0% 1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 % 0%
Rechthebbenden
Kinderen
1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
2 kinderen 1 rechthebbende
CYPRUS
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
3 50
Cypriotische rechthebbenden Kinderen van Cypriotische rechthebbenden
2
Cypriotische kinderen 0-19 jaar Cypriotische kinderen 0-25 jaar Kinderen van Cypriotische rechthebbenden*
40 30 20
1
10 0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1989
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Cypriotische rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005 Schaal art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Cyprus art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
art. 50ter
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
0 0 0 0 0
100 %
0 0 0 0 0
Aantal rechtgevenden
1 0 0 0 1
2 0 0 0 2
Totale stelsel art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages 120 %
1 0 0 0 1
Aantal rechthebbenden
Cypriotische rechthebbenden Kinderen van Cypriotische rechthebbenden
80 % 60 % 40 % 20 % 0% 1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages 140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 % 0%
Rechthebbenden
Kinderen
1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
1 kind 1 rechthebbende
ESTLAND
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
4
120 110 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0
Estse rechthebbenden Kinderen van Estse rechthebbenden
3
2
1
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
Estse kinderen 19 jaar Estse kinderen 25 jaar Kinderen van Estse rechthebbenden*
1989
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Estse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005 Schaal art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Estland art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
art. 50ter
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
1 0 0 0 1
0 0 0 0 0
100 %
Aantal rechtgevenden
1 0 0 0 1
1 0 0 0 1
0 0 0 0 0
Totale stelsel art. 50bis
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages 120 %
Aantal rechthebbenden
Estse rechthebbenden Kinderen van Estse rechthebbenden
80 % 60 % 40 % 20 % 0% 1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 % 0%
Rechthebbenden
1977
1981
1985
1989
Kinderen
1993
1997
2001
2005
3 kinderen 2 rechthebbenden
LETLAND
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
5 160
Letse rechthebbenden Kinderen van Letse rechthebbenden
4
Letse kinderen 0-19 jaar Letse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Letse rechthebbenden*
140 120
3
100 80
2
60 40
1
20 0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Letse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
1 0 0 0 1
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Letland art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
1 0 0 0 1
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
2 0 0 0 2
3 0 0 0 3
0 0 0 0 0
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
120 %
140 % Letse rechthebbenden Kinderen van Letse rechthebbenden
100 %
120 % 100 %
80 %
80 %
60 %
60 %
40 %
40 %
20 %
20 %
0%
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
Rechthebbenden 1977
1981
1985
1989
Kinderen 1993
1997
2001
2005
4 kinderen 3 rechthebbenden
LITOUWEN
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
6
160
Litouwse rechthebbenden Kinderen van Litouwse rechthebbenden
5
Litouwse kinderen 0-19 jaar Litouwse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Litouwse rechthebbenden*
140 120
4
100
3
80 60
2
40
1
20
0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1989
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Litouwse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005 Schaal art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Litouwen art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
art. 50ter
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
0 0 0 2 2
1 0 0 0 1
Aantal rechtgevenden
1 0 0 2 3
2 0 0 2 4
0 0 0 0 0
Totale stelsel art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
120 % 100 %
Aantal rechthebbenden
Litouwse rechthebbenden Kinderen van Litouwse rechthebbenden
80 % 60 % 40 % 20 % 0% 1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 % 0%
Rechthebbenden
1977
1981
1985
1989
Kinderen
1993
1997
2001
2005
28 kinderen 14 rechthebbenden
MALTA
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
30
30
Maltese rechthebbenden Kinderen van Maltese rechthebbenden
25
Maltese kinderen 0-19 jaar Maltese kinderen 0-25 jaar Kinderen van Maltese rechthebbenden*
25
20
20
15
15
10
10
5
5 0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Maltese rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005 Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
7 2 0 0 9
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Malta art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
100 %
Aantal rechtgevenden
9 5 0 0 14
13 15 0 0 28
2 3 0 0 5
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages 120 %
0 0 0 0 0
Aantal rechthebbenden
Maltese rechthebbenden Kinderen van Maltese rechthebbenden
80 % 60 % 40 % 20 % 0% 1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages 140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 % 0%
Rechthebbenden
1977
1981
1985
Kinderen
1989
1993
1997
2001
2005
SLOWAKIJE
5 kinderen 3 rechthebbenden
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
6
6 5
Slovaakse rechthebbenden
4
Slovaakse kinderen 0-19 jaar Slovaakse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Slovaakse rechthebbenden*
5
Kinderen van Slovaakse rechthebbenden
4
3
3
2
2
1
1 0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Slovaakse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005 Schaal art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Slowakije art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
art. 50ter
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
0 1 0 0 1
Aantal rechtgevenden
2 1 0 0 3
4 1 0 0 5
0 0 0 0 0
Totale stelsel art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 %
2 0 0 0 2
Aantal rechthebbenden
Slovaakse rechthebbenden Kinderen van Slovaakse rechthebbenden
0% 1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 % 0%
Rechthebbenden
1977
1981
1985
1989
Kinderen
1993
1997
2001
2005
38 kinderen 20 rechthebbenden
TSJECHIE Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
40
400
35 30
250
20
200
15
150
10
100
5
50
0
0 1981
1985
1989
1993
1997
2001
Tsjechische kinderen 0-25 jaar
300
25
1977
Tsjechische kinderen 0-19 jaar
350
Tsjechische rechthebbenden Kinderen van Tsjechische rechthebbenden
Kinderen van Tsjechische rechthebbenden*
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Tsjechische rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005 Schaal art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Tsjechische Republiek art. 40
Vreemde werknemers
art. 42bis
art. 50ter
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
7 0 0 1 8
9 0 0 0 9
2 0 1 0 3
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
18 0 1 1 20
31 0 6 1 38
Totale stelsel art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
120 % 100 %
Tsjechische rechthebbenden Kinderen van Tsjechische rechthebbenden
80 % 60 % 40 % 20 % 0% 1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 % 0%
Rechthebbenden
Kinderen
1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
64 kinderen 41 rechthebbenden
BULGARIJE Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
70
1000 900 800 700 600 500 400 300 200 100 0
Bulgaarse rechthebbenden Kinderen van Bulgaarse rechthebbenden
60 50 40 30 20 10 0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
Bulgaarse kinderen 0-19 jaar Bulgaarse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Bulgaarse rechthebbenden*
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Bulgaarse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005 Schaal art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Bulgarije art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
art. 50ter
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
18 2 0 1 21
15 2 0 0 17
100 %
Aantal rechtgevenden
34 6 0 1 41
51 12 0 1 64
1 2 0 0 3
Totale stelsel art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages 120 %
Aantal rechthebbenden
Bulgaarse rechthebbenden Kinderen van Bulgaarse rechthebbenden
80 % 60 % 40 % 20 % 0% 1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages 140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 % 0%
Rechthebbenden
1977
1981
1985
1989
Kinderen
1993
1997
2001
2005
2.933 kinderen 1.597 rechthebbenden
ANDERE LANDEN VAN EUROPA (■) Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
5.000
4500 4000
Europese rechthebbenden (andere)
3500
Kinderen van Europese rechthebbenden (andere)
Europese kinderen (andere) 0-19 jaar Europese kinderen (andere) 0-25 jaar Kinderen van Europese rechthebbenden (andere)*
4.000
3000
3.000
2500 2000
2.000
1500 1000
1.000
500 0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1989
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal
art. 40
art. 42bis
1997
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
587 69 10 36 702
1999
2001
2003
2005
535 44 8 7 594
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
1.397 135 21 44 1.597
2.607 235 37 54 2.933
275 22 3 1 301
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
300 % Europese rechthebbenden (andere)
140 %
Kinderen van Europese rechthebbenden (andere)
250 %
1995
Europese rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005 Schaal
Vreemde werknemers
1993
*Totaal werknemersstelsel
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% Andere landen van Europa
1991
120 %
200 %
100 %
150 %
80 % 60 %
100 %
40 %
50 %
20 %
0% 1977 (■)
Rechthebbenden
Kinderen
0%
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
andere landen dan Duitsland, Verenigd Koninkrijk, Denemarken, Frankrijk, Ierland, Italië, Luxemburg, Nederland, Oostenrijk, Zwitserland, Zweden, Noorwegen, Griekenland, Turkije, Spanje, Finland, Portugal, Polen, Hongarije, Roemenië, Kroatië, Slovenië, Bosnië-Herzegovina, Macedonië, Servië en Montenegro, Ijsland, Liechtenstein, Cyprus, Estland, Letland, Litouwen, Malta, Slovakije, Tsjechische Republiek en Bulgarije
1.859 kinderen 884 rechthebbenden
ALGERIJE Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
7000 6000
Algerijnse rechthebbenden
8000
Kinderen van Algerijnse rechthebbenden
7000
5000
6000
4000
5000
Algerijnse kinderen 0-19 jaar Algerijnse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Algerijnse rechthebbenden *
4000
3000
3000
2000
2000
1000
1000
0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Algerijnse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005 Schaal art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Algerije art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
art. 50ter
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
170 100 56 43 369
417 259 112 96 884
874 570 229 186 1.859
126 88 36 24 274
art. 50bis
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
250 % 200 % 150 % 100 %
0%
Aantal rechtgevenden
Totale stelsel
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
50 %
121 71 20 29 241
Aantal rechthebbenden
Algerijnse rechthebbenden Kinderen van Algerijnse rechthebbenden
1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 % 0%
Rechthebbenden
Kinderen
1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
27.402 kinderen 11.503 rechthebbenden
MAROKKO Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
80000 70000
160000
60000
Marokkaanse kinderen 0-19 jaar
140000
50000 40000
Kinderen van Marokkaanse rechthebbenden*
100000
Kinderen van Marokkaanse rechthebbenden
30000
Marokkaanse klinderen 0-25 jaar
120000
Marokkaanse rechthebbenden
80000 60000
20000
40000
10000
20000 0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Marokko rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005 Schaal art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Marokko art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
art. 50ter
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
2.098 1.108 434 357 3.997
2.077 1.686 529 182 4.474
Aantal rechtgevenden
5.718 3.781 1.289 715 11.503
13.022 9.771 3.207 1.402 27.402
Totale stelsel art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
250 % 200 % 150 % 100 % 50 %
1.543 987 326 176 3.032
Aantal rechthebbenden
Marokkaanse rechthebbenden Kinderen van Marokkaanse rechthebbenden
0% 1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 % 0%
Rechthebbenden
Kinderen
1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
786 kinderen 403 rechthebbenden
TUNESIE Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
3000 2500
5000 4500 4000 3500 3000 2500 2000 1500 1000 500 0
2000 1500 1000 500
Tunesische rechthebbenden Kinderen van Tunesische rechthebbenden
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
Tunesische kinderen 0-19 jaar Tunesische kinderen 0-25 jaar Kinderen van Tunesische rechthebbenden*
1989
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Tunesische rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005 Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Tunesië art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
art. 50ter
119 37 12 16 184
Aantal rechtgevenden
249 101 27 26 403
456 224 58 48 786
51 35 9 4 99
Totale stelsel art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers -percentages-
200 % 150 % 100 % 50 % 0%
79 29 6 6 120
Aantal rechthebbenden
Tunesische rechthebbenden Kinderen van Tunesische rechthebbenden
1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 % 0%
Rechthebbenden
1977
1981
1985
1989
Kinderen
1993
1997
2001
2005
5.632 kinderen 2.769 rechthebbenden
ANDERE LANDEN VAN AFRIKA (■) Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
9000
24000
Afrikaanse rechthebbenden (andere)
8000
Kinderen van Afrikaanse rechthebbenden (andere)
7000
Afrikaanse kinderen (andere) 0-19 jaar Afrikaanse kinderen (andere) 0-25 jaar Kinderen van Afrikaanse rechthebbenden (andere)*
20000
6000
16000
5000
12000
4000
8000
3000 2000
4000
1000
0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Afrikaanse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% Schaal
80% 60%
art. 40 art. 42bis
40%
art. 50ter art. 50bis
20%
Totaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
1.013 135 39 30 1.217
620 107 18 14 759
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
2.276 348 90 55 2.769
4.590 745 201 96 5.632
643 106 33 11 793
0% Andere landen van Afrika art. 40
Vreemde werknemers
art. 42bis
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages 140 %
900 % Afrikaanse rechthebbenden (andere)
800 %
120 %
Kinderen van Afrikaanse rechthebbenden (andere)
700 %
100 %
600 % 500 %
80 %
400 %
60 %
300 %
40 %
200 %
20 %
100 % 1977 (■)
Rechthebbenden
Kinderen
0%
0% 1981
1985
1989
1993
andere landen dan Algerije, Marokko en Tunesië
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
262 kinderen 135 rechthebbenden
CANADA Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
600
1000 900 800 700 600 500 400 300 200 100 0
Canadese rechthebbenden
500
Kinderen van Canadese rechthebbenden
400 300 200 100 0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
Canadese kinderen 0-19 jaar Canadese kinderen 0-25 jaar Kinderen van Canadese rechthebbenden*
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Canadese rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005 Schaal art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Canada art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
art. 50ter
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
48 1 0 2 51
250 %
30 2 0 0 32
Aantal rechtgevenden
128 3 2 2 135
245 11 4 2 262
Totale stelsel art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages 300 %
50 0 2 0 52
Aantal rechthebbenden
Canadese rechthebbenden Kinderen van Canadese rechthebbenden
200 % 150 % 100 % 50 % 0% 1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages 140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 % 0%
Rechthebbenden
Kinderen
1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
633 kinderen 316 rechthebbenden
VERENIGDE STATEN Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
1600
6000
Amerikaanse rechthebbenden Kinderen van Amerikaanse rechthebbenden
1400 1200
5000
1000
4000
800
3000
600
Amerikaanse kinderen 0-19 jaar Amerikaanse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Amerikaanse rechthebbenden*
2000
400
1000
200
0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Amerikaanse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005 Schaal art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Verenigde Staten art. 40
Vreemde werknemers
art. 42bis
art. 50ter
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
113 9 0 6 128
100 %
Aantal rechtgevenden
290 18 1 7 316
577 46 2 8 633
56 6 0 0 62
Totale stelsel art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages 120 %
121 3 1 1 126
Aantal rechthebbenden
Amerikaanse rechthebbenden Kinderen van Amerikaanse rechthebbenden
80 % 60 % 40 % 20 % 0% 1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
Evolutie totaal vreemde werknemers -percentages140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 % 0%
Rechthebbenden
1977
1981
1985
1989
Kinderen
1993
1997
2001
2005
1.228 kinderen 710 rechthebbenden
ANDERE LANDEN VAN AMERIKA (■) Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers 2000 1800 1600 1400 1200 1000 800 600 400 200 0
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 (absolute cijfers) 5500 5000 4500 4000 3500 3000 2500 2000 1500 1000 500 0
Amerikaanse rechthebbenden (andere) Kinderen van Amerikaanse rechthebbenden (andere)
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
Amerikaanse kinderen (andere) 0-19 jaar Amerikaanse kinderen (andere) 0-25 jaar Kinderen van Amerikaanse rechthebbenden (andere)
1989
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Amerikaanse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005 Schaal art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Andere landen van Amerika art. 40
Vreemde werknemers
art. 42bis
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
295 41 3 5 344
art. 50ter
621 75 8 6 710
1.079 126 15 8 1.228
100 13 2 1 116
art. 50bis
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
Amerikaanse rechthebbenden (andere) Kinderen van Amerikaanse rechthebbenden (andere)
140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 %
1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005 (■)
Aantal rechtgevenden
Totale stelsel
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages 400 % 350 % 300 % 250 % 200 % 150 % 100 % 50 % 0%
226 21 3 0 250
Aantal rechthebbenden
andere landen dan Canada en de Verenigde Staten
Rechthebbenden
0% 1977
1981
1985
1989
Kinderen
1993
1997
2001
2005
199 kinderen 78 rechthebbenden
ISRAEL Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden -absolute cijfers-
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
400
1000 900 800 700 600 500 400 300 200 100 0
350 300 250 200 150 100 Israëlische rechthebbenden Kinderen van Israëlische rechthebbenden
50 0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
Israëlische kinderen 0-19 jaar Israëlische kinderen 0-25 jaar Kinderen van Israëlische rechthebbenden*
1989
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Israëlische rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005 Schaal art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Israël art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
art. 50ter
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
18 0 0 2 20
27 0 0 0 27
Aantal rechtgevenden
73 3 0 2 78
185 12 0 2 199
28 3 0 0 31
Totale stelsel art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages 140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 % 0%
Aantal rechthebbenden
Israëlische rechthebbenden Kinderen van Israëlische rechthebbenden
1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
Evolutie totaal vreemde werknemers -percentages140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 % 0%
Rechthebbenden
1977
1981
1985
1989
Kinderen
1993
1997
2001
2005
185 kinderen 106 rechthebbenden
JAPAN Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers 500 450 400 350 300 250 200 150 100 50 0
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers 2200 2000 1800 1600 1400 1200 1000 800 600 400 200 0
Japanse rechthebbenden Kinderen van Japanse rechthebbenden 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
Japanse kinderen 0-19 jaar Japanse kinderen 0-25 jaar Kinderen van Japanse rechthebbenden*
1989
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Japanse rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005 Schaal art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Japan art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
art. 50ter
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
45 4 1 0 50
42 0 0 0 42
Aantal rechtgevenden
100 4 2 0 106
177 4 4 0 185
13 0 1 0 14
Totale stelsel art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages 140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 % 0%
Aantal rechthebbenden
Japanse rechthebbenden Kinderen van Japanse rechthebbenden
1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages 140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 % 0%
Rechthebbenden
1977
1981
1985
1989
Kinderen
1993
1997
2001
2005
3.509 kinderen 1.935 rechthebbenden
ANDERE LANDEN VAN AZIE (■) Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers 5000 4500 4000 3500 3000 2500 2000 1500 1000 500 0
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers 18000 16000 14000 12000 10000 8000 6000 4000 2000 0
Aziatische rechthebbenden (andere) Kinderen van Aziatische rechthebbenden (andere)
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
Aziatische kinderen (andere) 0-19 jaar Aziatische kinderen (andere) 0-25 jaar Kinderen van Aziatische rechthebbenden (andere)*
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Rechthebbenden en rechtgevenden uit Azië op 31/12/2005 Schaal art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Andere landen van Azië art. 40
Vreemde werknemers
art. 42bis
art. 50ter
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
768 86 13 18 885
1.661 211 33 30 1.935
2.974 420 68 47 3.509
art. 50bis
Aziatische rechthebbenden (andere) Kinderen van Aziatische rechthebbenden (andere)
1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005 (■) andere landen dan Israël en Japan
300 51 10 4 365
Aantal rechtgevenden
Totale stelsel
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages 700 % 600 % 500 % 400 % 300 % 200 % 100 % 0%
593 74 10 8 685
Aantal rechthebbenden
140 % 120 % 100 % 80 % 60 % 40 % 20 % 0%
Rechthebbenden
Kinderen
1977 1981 1985 1989 1993 1997 2001 2005
OCEANIE
75 kinderen 41 rechthebbenden
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers 300 270 240 210 180 150 120 90 60 30 0
180 160 140 120 100 80 60 40 Rechthebbenden uit Oceanië Kinderen van rechthebbenden uit Oceanië
20 0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
Kinderen uit Oceanië 0-19 jaar Kinderen uit Oceanië 0-25 jaar Kinderen van rechthebbenden uit Oceanië *
1989
2005
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Rechthebbenden en rechtgevenden uit Oceanië op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
18 0 0 1 19
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Oceanië art. 40
Vreemde werknemers art. 42bis
13 0 0 1 14
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
38 1 0 2 41
68 4 0 3 75
7 1 0 0 8
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages -
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages 140 %
250 %
120 %
200 % 100 %
150 %
80 %
100 %
60 % 40 %
50 %
Rechthebbenden uit Oceanië Kinderen van rechthebbenden uit Oceanië
20 %
0%
Rechthebbenden
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
POLITIEKE VLUCHTELINGEN
Evolutie kinderen volgens NIS /AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers 12000 11000 10000 9000 8000 7000 6000 5000 4000 3000 2000 1000 0
6000 Rechthebbende politieke vluchtelingen Kinderen van rechthebbende politieke vluchtelingen
5000 4000 3000 2000 1000 0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
1.045 kinderen 478 rechthebbenden
2001
2005
Vluchtelingen 0-19 jaar Vluchtelingen 0-25 jaar Kinderen van rechthebbende politieke vluchtelingen*
1989
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Rechthebbenden en rechtgevenden politiek vluchtelingen op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
118 25 19 13 175
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Politiek vluchtelingen art. 40
Vreemde werknemers
art. 42bis
art. 50ter
89 34 10 8 141
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
305 98 51 24 478
631 247 129 38 1.045
98 39 22 3 162
Totale stelsel art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages 140 %
500 % 450 % 400 % 350 % 300 % 250 % 200 % 150 % 100 % 50 % 0%
Rechthebbende politieke vluchtelingen
120 %
Kinderen van rechthebbende politieke vluchtelingen
100 % 80 % 60 % 40 % 20 %
Rechthebbenden
Kinderen
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
VADERLANDSLOZEN
70 kinderen 32 rechthebbenden
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - absolute cijfers -
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
1600 Vaderlandsloze rechthebbenden
1600
Kinderen van vaderlandsloze rechthebbenden
1400
Vaderlandslozen 0-19 jaar
1200
Vaderlandslozen 0-25 jaar
1400 1200 1000
Kinderen vaderlandsloze rechthebbenden*
1000
800
800
600
600
400
400
200
200 0
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1989
1991
1993
1995
1997
1999
2001
2003
2005
* Totaal werknemersstelsel
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Vaderlandsloze rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0%
Schaal
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
9 2 0 2 13
art. 40 art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal Vaderlandslozen art. 40
Vreemde werknemers
art. 42bis
5 2 0 0 7
Aantal rechthebbenden
Aantal rechtgevenden
24 5 0 3 32
55 10 0 5 70
10 1 0 1 12
Totale stelsel
art. 50ter
art. 50bis
Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers - percentages 140 %
180 % Vaderlandsloze rechthebbenden Kinderen van vaderlandsloze rechthebbenden
160 %
120 %
140 % 100 %
120 % 100 %
80 %
80 %
60 %
60 %
40 %
40 % 20 %
20 %
0%
0%
1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
Rechthebbenden
1977
1981
1985
1989
Kinderen
1993
1997
2001
2005
164.564 kinderen
ALGEMEEN TOTAAL Evolutie rechtgevenden en rechthebbenden -absolute cijfers-
86.975 rechthebbenden
400.000
300.000
Evolutie kinderen volgens NIS / AD SEI 1989-2005 - absolute cijfers -
350.000 250.000
300.000
200.000
250.000
150.000
200.000 150.000
100.000 50.000
kinderen met vreemde nationaliteit 0-19 jaar
100.000
Vreemde rechthebbenden Kinderen van vreemde rechthebbenden
kinderen met vreemde nationaliteit 0-25 jaar
50.000
0
kinderen van vreemde rechthebbenden
0 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1989
Rechtgevende kinderen per schaal op 31/12/2005 - percentages -
Schaal
26.711 6.584 2.401 2.089 37.785
art. 42bis art. 50ter art. 50bis
Totaal
art. 42bis
1995
1997
1999
2001
2003
2005
Aantal rechthebbende Aantal n rechtgevenden
Rechthebbenden met ... kinderen 1 2 3 en meer
art. 40
art. 40
1993
Algemene totaal rechthebbenden en rechtgevenden op 31/12/2005
100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% Algemeen totaal Vreemde werknemers
1991
23.616 4.674 1.405 705 30.400
12.923 4.154 1.306 407 18.790
118.239 31.327 10.059 4.939 164.564
63.250 15.412 5.112 3.201 86.975
Totale stelsel art. 50ter
art. 50bis
Evolutie totaal werknemersstelsel - percentages -
Evolutie totaal vreemde werknemers -percentages-
120 %
140 %
100 %
120 % 100 %
80 %
80 %
60 %
60 %
40 %
40 % 20 %
20 %
Rechthebbenden
Rechthebbenden
Kinderen
Kinderen
0%
0%
1977 1977
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005
1981
1985
1989
1993
1997
2001
2005