INHOUDSOPGAVE
INLEIDING Hoofdstuk 1: ORGANISATIE 1.1 Algemeen 1.2 Structuur 1.3 Commissies en werkgroepen 1.4 Toekomst Hoofdstuk 2: REPERTOIRE 2.1 Repertoire 2.2 Concerten 2.3 Samenwerking met andere koren Hoofdstuk 3: KWALITEIT 3.1 Repetities 3.2 Auditie 3.3 Stemtest 3.4 Kwaliteitsverbetering door scholing 3.5 Toekomst Hoofdstuk 4: PUBLIC RELATIONS BELEID 4.1 Continuïteit in PR-beleid 4.2 Werving van nieuwe leden 4.3 PR rond concerten 4.4 Contacten met pers/omroep 4.5 Nieuwsbrief Hoofdstuk 5: VOOR EN DOOR LEDEN 5.1 Algemeen 5.2 Aandachtspunten voor de komende jaren 5.3 Externe ontwikkelingen die van invloed zijn op het koor Hoofdstuk 6: FINANCIEN 6.1 Contributie 6.2 Subsidies 6.3 Fondsen 6.4 Vrienden 6.5 Sponsors 6.6 Speciale acties 6.7 Aanschaf muziek 6.8 Concerten
1
INLEIDING Na het vieren van 180 jaar Toonkunstkoor Dordrecht e.o. is het zinvol om richting te geven over het jaar 2010 heen. Het staat vast dat deze oude vereniging nog toekomst heeft binnen onze hedendaagse, dynamische maatschappij. Wij zijn ervan overtuigd dat er een markt is voor kwalitatief goede amateur koormuziek binnen de historische stadsgrenzen van Dordrecht. Om aan een vitale, ook op langere termijn levensvatbare vereniging te werken, heeft het bestuur besloten tot het schrijven van een beleidsplan voor de komende jaren. Hierin zal duidelijk naar voren komen wat er nodig is om gestelde doelen te kunnen halen op artistiek gebied en wat voor middelen daar voor nodig zijn. Doelstelling: De vereniging Toonkunstkoor Dordrecht heeft ten doel de beoefening van de koormuziek te bevorderen en tracht dit doel te bereiken door het geven en organiseren van vocale en instrumentale muziekuitvoeringen, alles in de ruimste zin. Ook door het organiseren van studieweekenden is er een balans tussen prestatie en plezier. Op deze manier hoopt het bestuur een duidelijk gezicht te kunnen laten zien naar derden, zoals onze subsidiegevers, sponsors en vrienden, maar zeker ook aan de koorleden zelf, om zo als richtingwijzer te dienen voor de toekomst. Dit alles in de hoop niet een star instrument het levenslicht te hebben gegeven, maar een handreiking.
Januari 2011 Het Bestuur
2
HOOFDSTUK 1:
ORGANISATIE
1.1 Algemeen In Nederland kunnen organisaties, die geen winstoogmerk voor zichzelf hebben, zich op twee manieren organiseren: als stichting of als vereniging. Het Toonkunstkoor is een voorbeeld van de laatste vorm. Concreet houdt dit in, dat een groep mensen (de leden) afspreekt op een bepaalde manier met elkaar om te gaan, om een gemeenschappelijk doel te bereiken. Deze afspraken worden formeel vastgelegd in de statuten, waarmee de vereniging een wettelijke basis heeft en een rechtspersoon is. Naast de statuten heeft de vereniging ook een huishoudelijk reglement. 1.2 Structuur De verenigingsstructuur van het Toonkunstkoor wijkt niet af van die van de meeste andere verenigingen: er is een ledenvergadering die het hoogste orgaan is wanneer het gaat om de koers die gevaren moet worden en beslissingen die genomen moeten worden, en er is een door de leden gekozen bestuur, waaraan de dagelijkse gang van zaken is toevertrouwd. Het bestuur formuleert voorstellen aan de ledenvergadering, rekening houdend met de financiële consequenties van deze voorstellen. 1.3 Commissies en werkgroepen Het bestuur weet zich terzijde gestaan door een aantal (advies)commissies, bestaande uit leden van de vereniging, elk voorzien van een bestuursvertegenwoordiging. Deze commissies hebben een min of meer structureel karakter, zij het dat, op de kascommissie na, geen van hen een door de statuten verplicht bestaan leidt. De commissies zijn op dit moment: 1 .PR-commissie 2. Begeleidingscommissie 3.Technische commissie. Daarnaast kunnen door het bestuur, indien dat gewenst wordt geacht, werkgroepen in het leven worden geroepen met een in tijd en omvang begrensde taakopdracht. 1.4 Toekomst Veel aanleiding om aan deze structuur in de jaren, waarover dit beleidsplan zich uitstrekt, te gaan sleutelen is er niet. Al was het alleen maar omdat recentelijk door middel van enige statutenwijzigingen al de nodige aanpassingen aan de huidige verenigingspraktijk hebben plaatsgevonden. De belangrijkste daarvan is, dat in veel grotere mate rekening gehouden is met de mogelijkheid van een tijdelijk lidmaatschap van de vereniging (project lidmaatschap), bijvoorbeeld voor de duur van het repeteren voor en het uitvoeren van één concert tegen een vooraf vastgestelde vergoeding. Aan de organisatie van het koor verandert er weinig, voor het karakter van de vereniging kan dit grotere gevolgen hebben. Een sterk fluctuerend ledenbestand is niet bevorderlijk voor de continuïteit, wanneer het gaat om het uitdragen van een eenduidige identiteit.
3
HOOFDSTUK 2:
REPERTOIRE
2.1 Repertoire Bestuur, koorleden en dirigent dragen ideeën aan voor de uit te voeren muziekwerken. Vaststelling van het programma gebeurt door het bestuur na overleg met de dirigent. Het bestuur en de dirigent streven ernaar om een keuze uit de muziekwerken te maken die met het bestaande koor uitgevoerd kan worden. Voor de eerst komende jaren is gekozen voor werken uit de barok- en de klassieke tijd en de modernere componisten uit de 20e eeuw. Er worden zoveel mogelijk facetten belicht uit deze perioden. Het bestuur streeft er naar in alle aspecten/facetten te komen tot een zo verantwoord mogelijke uitvoering. 2.2 Concerten Het bestuur organiseert, indien financieel mogelijk, 2 of meer concerten per jaar. In de toekomst blijft de opzet een grotere bekendheid van het koor te realiseren. . 2.3 Samenwerking met andere koren Het bestuur blijft openstaan voor samenwerking met andere koren c.q. organisaties.
4
HOOFDSTUK 3:
KWALITEIT
De kwaliteit van een koor wordt in belangrijke mate bepaald door de kwaliteit van de zangers en de dirigent. Een goede kwaliteit is van belang voor: -de koorzanger, omdat door de kwaliteitsverbetering het plezier in het zingen toeneemt; -het publiek dat een goede prestatie meer waardeert; -het werven van nieuwe leden; -de subsidieverlener die aan de verstrekking van subsidie kwalitatieve eisen stelt. Om een zo goed mogelijke kwaliteit te waarborgen moet onder meer aandacht besteed worden aan de wijze van repeteren, voorbereiding van repetities, (stimulering van) interne en/of externe scholing van de leden, periodieke beoordeling van het stemmenmateriaal, het stellen van voorwaarden bij het verkrijgen van het lidmaatschap. Hieronder zal op de diverse aspecten worden ingegaan. 3.1 Repetities a. Algemeen Het koor repeteert éénmaal per week op de woensdagavond van 20.00 tot 22.00 uur. Er wordt met alle stemgroepen (sopranen, alten, tenoren en bassen) tegelijk gerepeteerd. Het instuderen gebeurt onder leiding van de dirigent. Een aantal weken voor elk concert wordt er gestreefd naar begeleiding door een pianist, zodat de dirigent zich volledig aan het dirigeren kan wijden. Van de leden wordt verwacht dat zij zoveel mogelijk repetities bijwonen. Ten aanzien van elk concert wordt ruim van tevoren door het bestuur aangegeven hoeveel repetities maximaal gemist mogen worden. Bij overschrijding van het maximum moet het koorlid voorzingen. De dirigent beoordeelt aan de hand daarvan of deelname aan het concert mogelijk is. De generale repetitie behoort altijd te worden bijgewoond. Van de leden wordt verwacht dat zij bij eventuele verhindering om een repetitie bij te wonen, dit van tevoren doorgeven aan een van de bestuursleden. b. Voorbereiding Van de leden wordt verwacht dat zij thuis de repetities voorbereiden (zelfstudie – eventueel met behulp van midi’s of CD’s. Via een repetitieschema geeft de dirigent aan welke (gedeelten van) stukken voor de komende week voorbereid moeten worden. c. Extra repetities Voorafgaand aan de repetitie kunnen er gedurende een aantal weken partijrepetities gehouden worden van 19.30 tot 20.00 uur. Deze partijrepetities hebben tot doel 5
aandacht te besteden aan moeilijke passages van de betreffende partij. De puntjes kunnen dan op de i worden gezet. Indien nodig worden er extra repetities ingelast. d. Informatie over de uit te voeren muziek Het bestuur zal er zorg voor dragen dat aan de leden tijdig informatie wordt verstrekt over een in studie te nemen werk. Het gaat daarbij om informatie waarvan kennisname van belang is om het betreffende werk goed te kunnen uitvoeren. Gedacht kan daarbij worden aan een vertaling van de tekst, achtergrondinformatie over de bedoelingen van de componist enz. Het uitnodigen van een deskundige voor het geven van een toelichting over een uit te voeren werk behoort tot de mogelijkheden. 3.2. Auditie Ten aanzien van aspirant-leden die zich aanmelden, zal bekeken worden of zij over voldoende vaardigheden beschikken om lid van het koor te kunnen worden. Het is niet alleen van belang voor het koor om te weten wat de inbreng van iemand kan zijn, maar ook voor het kandidaat-lid zelf (wat kan ik van het koor verwachten?). Een stemtest zal worden afgenomen door de dirigent, in het bijzijn van een bestuurslid. Tijdens deze stemtest zal het volgende worden getoetst: van blad zingen, toonreeksen of melodieën nazingen, ritme (na)tikken, zuiverheid, uitspraak. Verder zullen stemomvang, stemtimbre, stemgebruik en ademhalingstechniek worden beoordeeld. Als de stemtest met goed gevolg is afgelegd, dan kan het aspirant-lid tot het koor toetreden. Bij twijfel wordt een proefperiode van drie maanden afgesproken. Na deze periode wordt beslist of het lidmaatschap definitief wordt. Is de stemtest niet met goed gevolg afgelegd, dan wordt met het aspirant-lid besproken of hij/zij op korte termijn een tweede stemtest wil doen, dan wel eerst aan bepaalde zaken gaat werken alvorens er weer een stemtest gedaan kan worden. Met de aspirant wordt besproken welke aspecten niet voldoende zijn. 3.3 Stemtest Periodiek zullen alle leden (opnieuw) een stemtest moeten ondergaan. Er wordt naar gestreefd om elke 4 jaar alle stemmen, per stemgroep, te testen. De bedoeling hiervan is de kwaliteit van de individuele stem te beoordelen, alsmede de samenhang met de rest van de stemmen in de stemgroep. Mocht blijken dat een zanger niet goed (meer) functioneert, dan is het mogelijk dat de dirigent besluit die persoon tussentijds een stemtest te laten afleggen. Om het geheel hanteerbaar te houden, zullen niet alle stemgroepen het zelfde jaar worden getest. Bij de stemtest komen dezelfde zaken aan de orde als bij de stemtest voor aspirant-leden. De stemtest wordt afgenomen door de dirigent en eventueel een extern deskundige, in het bijzijn van een bestuurslid. Van de resultaten van de stemtest wordt een verslag gemaakt. Dit heeft een tweeledig doel. Het lid krijgt inzicht in haar of zijn muzikale vaardigheden; het koor als zodanig verkrijgt een overzicht van het beschikbare stemmateriaal. Het bestuurslid zorgt er voor dat de 6
verslaglegging plaatsvindt en dat het koorlid daarvan een afschrift krijgt. Indien gewenst kan het koorlid een mondelinge toelichting op het verslag krijgen. De consequentie van het herhaaldelijk niet met goed gevolg afleggen van de stemtest is dat het lidmaatschap beëindigd wordt.
3.4 Kwaliteitsverbetering door scholing Het is van belang dat de leden hun kennis en vaardigheden blijven ontwikkelen ten behoeve van het niveau waarop muziek wordt gemaakt. Het gaat dan niet alleen om stemvorming maar ook om ensemblezang. Er zijn verschillende soorten kwaliteitsverbetering. Te denken valt aan vorming in groepsverband, al dan niet geheel of gedeeltelijk gefinancierd door het koor, of individuele vorming. De volgende soorten scholing zijn te onderscheiden: Collectieve scholing a. De Toonkunst Muziekschool ToBe geeft ad hoc een stemvormingof een koorscholingscursus. b. Een collectieve scholing binnen het koor is ook een mogelijkheid. Dit zou geleid kunnen worden door een externe deskundige of via de Muziekschool. Zangles Het nemen van zangles door een individueel koorlid wordt door het Toonkunstkoor gestimuleerd. Training van blad lezen/Solfége Deze activiteit zou naast de koorrepetities plaats kunnen vinden. Door beter van blad te lezen, zal het studietempo aanzienlijk hoger komen te liggen. De betrokkenheid zal groeien en men zal eerder toekomen aan afwerking en musiceren. Uiteraard zal ook het repetitieplezier aanzienlijk groter worden. Het bestuur rekent het tot haar taak om de leden c.q. aspirant-leden te attenderen op scholingsmogelijkheden. 3.5 Toekomst Door oog te hebben voor de hoogst mogelijke kwaliteit van het koor en het opbouwen van een repertoire staan wij open voor nieuwe uitdagingen. Met een positief zang- en verenigingsleven wil het bestuur de zangkunst in het algemeen en in het bijzonder voor Toonkunstkoor Dordrecht e.o. stimuleren.
7
HOOFDSTUK 4
PUBLIC RELATIONS-BELEID
Publiciteit levert een belangrijke bijdrage in de bekendheid en beeldvorming over het koor. Wanneer de publiciteit van een koor goed functioneert, zal bij het publiek de indruk ontstaan van een goed georganiseerd, bloeiend koor. De kwaliteit en de aantrekkelijkheid van de concerten spelen hierbij weliswaar een grote rol, maar het belang en het effect van een goede informatievoorziening zijn zonder meer groot te noemen. Met publiciteit kan men immers gedurende het gehele jaar het publiek bereiken. Het gaat er om met de publiciteit effecten te bereiken die in overeenstemming zijn met de aard en het karakter van het koor. Het Toonkunstkoor heeft tot nu toe geen geformaliseerd PR-beleid. De ideevorming voor het PR-beleid vindt plaats in het bestuur. Veel PR-activiteiten worden uitgevoerd door de commissie Public Relations. In deze commissie participeert een bestuurslid (linking pin). Een algemeen PR-beleidskader is van toenemend belang. Op termijn zal een PR-activiteitenplan worden opgesteld, dat gericht is op nieuwe koorleden, concertbezoekers, leden van de Vriendenclub, sponsors, adverteerders en de regionale pers/omroep. Er wordt reeds gebruik gemaakt van een informatiebulletin (website) met gegevensverstrekking, zodat belangstellenden de mogelijkheden van Het Toonkunstkoor kennen. Ook via de VVV-concertagenda willen wij het koor op regionaal niveau meer bekendheid geven. 4. l
Continuïteit in PR-beleid
Doel Het werven van fondsen en extra financiën, teneinde meerdere, kwalitatief verantwoorde koorprojecten per jaar te kunnen organiseren, die financieel verantwoord onderbouwd zijn. Het PR-beleid zal deels door de PR-commissie worden uitgevoerd. Deze commissie draagt zorg voor: Acties m.b.t. ledenwerving: Het leggen van contacten met mogelijke sponsors en adverteerders en deze informeren over de mogelijkheden m.b.t. sponsoring en adverteren; Het bijhouden van een actuele PR-map t.b.v. sponsors en adverteerders Het informeren van sponsors over concerten van het koor; Het uitnodigen van sponsors voor concerten en, afhankelijk van de gemaakte afspraken, wijzen op de mogelijkheid tot bestellen van vrijkaarten voor gereserveerde plaatsen; Het bijhouden van een adressenbestand van sponsors/adverteerders; Het verzorgen van de Vriendenclub van Het Toonkunstkoor d.m.v. werving van nieuwe Vrienden, het verspreiden van de nieuwsbrief en kortingen op de concertprijs voor de Vrienden; Plaatsen van een aanmeldingsformulier voor de Vriendenclub in het programmaboekje van de concerten; Het bijhouden van een adressenbestand van Vrienden van Het Toonkunstkoor; Het i.o. met de penningmeester bewaken van de binnengekomen gelden inzake sponsors, adverteerders en Vrienden Ledenwerving. 8
4.2 Werving van nieuwe leden Doel Het op peil houden en uitbreiden van het ledenbestand tot een vastgesteld maximum, teneinde een gevarieerd repertoire uit te kunnen uitvoeren. Een ledenaantal realiseren dat in relatie tot de contributiebetaling garant staat voor een financieel verantwoord beleid. Hiertoe kunnen de volgende activiteiten worden ontplooid: -
Het regelmatig verspreiden van affiches m.b.t. ledenwerving bij bijvoorbeeld muziekscholen in de regio;
-
In principe is de wekelijkse koorrepetitie toegankelijk voor geïnteresseerde toehoorders, die lid willen worden van het koor. Er is meestal geen sprake van een aparte open repetitie;
-
In de concertprogramma's wordt informatie opgenomen voor nieuwe leden;
-
Ledenwerving via persberichten in de plaatselijke kranten door de PRcommissie;
-
Mond tot mondreclame door de leden.
4.3
PR rond concerten
Doel Het zo veel mogelijk in de publiciteit brengen van een concert van Het Toonkunstkoor, teneinde een groot publiek aan te trekken. De PR-commissie draagt zorg voor: -
Aankondigingen van concerten via uitgebreide persberichten over het programma en de medewerkenden. Deze persberichten worden verstrekt met een verzoek tot plaatsing aan de plaatselijke pers/omroep, de redactie van de VVV -gids voor Dordrecht e.o.;
-
Het ontwerpen en verspreiden van concertaffiches in A3- en A4-formaat en briefkaartformaat (flyers), welke in de regio via intekenlijsten worden verspreid door de leden van het koor;
-
Het samenstellen van een programmaboekje (eventueel tevens plaatsbewijs) met informatie over het concert en de medewerkenden;
-
De mogelijkheden van een voorverkoop c.q. concertabonnement zullen worden bekeken;
9
4.4
Contacten met pers/omroep
Doel Het zo veel mogelijk in de publiciteit brengen van Het Toonkunstkoor, teneinde bekendheid te verwerven op regionaal niveau en een groot publiek aan te trekken voor de concerten.
4.5
-
Persberichten m.b.t. concerten (voorzien van een koorfoto, een foto van een bekende solist of van de dirigent), worden zo mogelijk persoonlijk door een lid van de PR-commissie afgegeven bij de betreffende redacties;
-
Afspraken met de redactie van het VVV-magazine voor Dordrecht e.o.;
-
Persberichten m.b.t. ledenwerving;
-
Mogelijkheden onderzoeken voor een persinterview voorafgaand aan een (groot) concert met bijvoorbeeld de dirigent of de voorzitter van het koor;
-
Het bijhouden van een adressenlijst van redacties (contactpersonen) van media. Nieuwsbrief
Doel De leden voorzien van informatie over allerlei zaken die van belang zijn voor en betrekking hebben op reilen en zeilen van Het Toonkunstkoor. Het informeren van de Vriendenclub over de activiteiten van het koor. De nieuwsbrief wordt verzorgd door een bestuurslid en verzonden per e-mail (niet e-mail bezitters worden mondeling of schriftelijk geïnformeerd). In de nieuwsbrief wordt informatie verstrekt over o.a. repetitieschema’s, extra repetities, concertdata, bijzonderheden rond de concerten, activiteiten, het ledenverloop, informatie m.b.t. de contributiebetaling, vakantiedata etc. De eindredactie berust bij de bestuurssecretaris. De vrienden van Het Toonkunstkoor worden apart geïnformeerd over concertdata. Ook kan verwezen naar een bijgewerkte website.
10
HOOFDSTUK 5
VOOR EN DOOR LEDEN
5.1 Sociaal beleid Het sociale beleid richt zich erop dat de leden van het koor het naar hun zin hebben en zich op hun gemak voelen. Ook richt het sociale beleid zich op het aannemen van nieuwe leden en het begeleiden van hen die op grond van een stemtest een advies tot bijscholing dan wel beëindiging van hun lidmaatschap hebben gekregen. Het sociale beleid ten aanzien van zittende koorleden houdt in dat wordt gewerkt aan: respect tonen voor elkaar, omzien naar elkaar, verantwoordelijkheid dragen ten aanzien van je keuze om lid van dit koor te zijn (trouw repetitiebezoek, thuis studeren, tijdens repetities discipline in acht nemen, en betrokkenheid tonen ten opzichte van activiteiten die binnen het koor worden georganiseerd en waarvoor medewerking wordt gevraagd). Het sociale beleid bepaalt voor een dirigent ook de keuze welke artistieke aspiraties hij wil verwezenlijken, het inspireert, mede door een goede sfeer in het koor, ook om een optimale prestatie te willen leveren. Kortom: een goed sociaal beleid is essentieel, omdat een koor een menselijk instrument is, dat in een goede stemming gebracht moet worden om het harmonieus te doen klinken. 5.2 Aandachtspunten voor de komende jaren -
Er van uitgaan dat de stemgroepen zoveel mogelijk met elkaar in evenwicht zijn. Zonodig voor een bepaalde stemgroep een wachtlijst in acht nemen;
-
Aspirant-leden in de gelegenheid stellen een aantal repetities mee te maken;
-
Gastleden van andere koren en projectleden laten begeleiden door iemand uit de stemgroep waarin zij geplaatst worden;
-
De leden zullen gewezen worden op hun verantwoordelijkheid als er teveel verzuimd wordt. Afwezigheid bij repetities betekent achterstand oplopen. "Gaten" in het koor irriteren de aanwezigen en aanwijzingen van de dirigent dienen een volgende keer herhaald te worden omdat een deel daar niets van weet. Als een koorlid teveel verzuimt is er de mogelijkheid om uitgesloten te worden van het meedoen aan het concert of er zal voorgezongen moeten worden. Dit wordt gecontroleerd.
Hoewel sancties op te veel repetitieverzuim nodig zijn, dienen we niet uit het oog te verliezen, dat sommige leden buiten de schoolvakanties op vakanties gaan, wat al gauw tot het maximaal toelaatbare aantal verzuimen leidt. Het sociale beleid zal zich in dit opzicht niet altijd tot de letter van de wet kunnen beperken. Het ligt meer voor de hand om koorleden steeds weer te wijzen op hun collectieve verantwoordelijkheid voor een goede repetitiesfeer en een maximaal haalbare prestatie tijdens concerten.
11
De communicatie met en vanuit het bestuur dient open te zijn. Plannen worden ruim van tevoren aan de leden bekend gemaakt, opdat ieder goed geïnformeerd blijft. Plannen omtrent uit te voeren werken worden alleen in uiterste noodzaak veranderd. 5.3 Externe ontwikkelingen die van invloed zijn op het koor Het aantal koren in Dordrecht neemt toe. Al deze koren putten voor hun ledenaanwas uit dezelfde bron. We zien dan ook dat met name gemengde koren behoefte aan mannen hebben, waarbij vooral tenoren schaars zijn. Onvoldoende aanwas van jongeren wordt echter niet alleen veroorzaakt door aanzuigende werking van andere koren, maar er zijn ook andere tendensen aantoonbaar. Jongeren zijn druk bezig met bv. een studie naast hun baan, jonge gezinnen en er zijn veel andere mogelijkheden dan koorzang om de vrije tijd te besteden. Door de toenemende vergrijzing van de samenleving zal er een grotere inspanning vanuit het koor nodig zijn om jongeren te inspireren tot deelname aan ons Toonkunstkoor. Tevens zien we dat mensen zich minder voor langere tijd willen binden aan een vereniging, omdat zoiets niet alleen rechten geeft, maar ook verplichtingen geeft. Mensen komen korte tijd bij een koor, omdat zij een bepaald werk graag willen uitvoeren en gaan dan weer weg. Dat betekent, dat de verenigingsactiviteiten in het algemeen door een relatief kleine groep leden gedragen worden. Dit vereist van individuele koorleden inzet en betrokkenheid, wat alleen bij een goed sociaal beleid in het koor gerealiseerd kan worden. Je moet iets voor je koor overhebben, je moet investeren in de vereniging (zorgen dat die kan blijven bestaan), dan pas mag je rendement verwachten in de vorm van goedlopende repetities en drukbezochte concerten. Actief meedenken en -doen wordt zeer op prijs gesteld, en zal door het bestuur ook in de komende jaren zeker worden gestimuleerd. Voorbeeld: het in commissieverband medeverantwoordelijkheid nemen voor de gang van zaken binnen de vereniging kan de betrokkenheid van elk lid vergroten. Een grote betrokkenheid van de leden bij ons koor bewerkstelligt datgene waar we met dit beleidsplan naar op zoek zijn: een balans tussen prestatie en plezier, dat is de basis voor een gezonde en b(l)oeiende vereniging.
12
HOOFDSTUK 6
FINANCIEN
6.1 Contributie Het verenigingsjaar loopt van l januari tot l januari. Statutair wordt op de Algemene Ledenvergadering de hoogte van de contributie voor het volgende kalenderjaar vastgesteld. Betalingsmogelijkheden: gespreide betaling per jaar, kwartaal of maand. Kortingsregelingen: Studenten : 50 % Echtparen : 50 % voor het tweede lid Projectlidmaatschap: Men wordt voor een bepaalde tijd lid en betaalt hetzelfde als reguliere leden. Het bestuur streeft ernaar dat de contributie-inkomsten de vaste lasten dekken, zoals zaalhuur, dirigent en pianist. 6.2 Subsidies Subsidies zijn financiële middelen die door de overheden beschikbaar worden gesteld. Die kunnen van verschillende niveaus afkomstig zijn: gemeente, provincie en rijk: Bij de gemeente Dordrecht dienen wij eens per jaar onze subsidieaanvraag in voor het grote concert. Koorscholing voor koorleden wordt voor een derde deel ook door de gemeente gesubsidieerd. Het bijzondere karakter van een activiteit kan aanleiding zijn om bij de Provincie subsidie aan de vragen. De Gemeente Dordrecht verleent ook subsidie bij bijzondere programmering van concerten. De Vereniging Toonkunst Nederland subsidieert koorscholing bij voldoende deelname. 6.3 Fondsen Naast genoemde subsidies zijn er fondsen die het bestuur zal aanschrijven om aan extra middelen te komen. Uit het zgn. fondsenboek zijn verschillende mogelijkheden te halen. 6.4 Vrienden Door het hebben van een vriendenkring komen er jaarlijks gelden binnen. De vereniging stelt hier tegenover: tijdige informatie over komende activiteiten o.a. eventuele reductie op toegangsprijzen. Het werven van donateurs en vrienden is uitbesteed aan de PR-commissie. 6.5 Sponsors Het koor werft actief sponsors voor haar activiteiten. Deze taak is nu gedelegeerd aan de PR-commissie. Als tegenprestatie voor financiële ondersteuning kan bijvoorbeeld naamsvermelding in de vorm van een advertentie plaatsvinden.
13
6.6 Speciale acties Het koor kan een bijzondere actie organiseren om aan extra financiële middelen te komen. Bij een dergelijk activiteit zal het bestuur de kar moeten trekken. Hoe meer koorleden meewerken, hoe groter de opbrengst. Hiervoor kan een speciale werkgroep worden ingesteld. -
Het verzorgen van concerten op zgn. uitkoopbasis. Dit houdt in dat het koor in opdracht/op verzoek van derden een uitvoering geeft en daarvoor een vergoeding ontvangt. Drie mogelijke uitgangspunten: winst, quitte of een zeker verlies.
6.7 Aanschaf muziek Uitgangspunt is dat de leden van het Toonkunstkoor de muziek kopen. Het koor zorgt voor de collectieve aanschaf. Als een lid niet kan/wil kopen, dan zorgt het koor voor gehuurde exemplaren. Het lid moet dan de leenvergoeding betalen aan het koor. Muziek voor orkestleden en solisten wordt zo nodig aangeschaft door het koor. Het koor draagt er zorg voor dat het op tijd bij de orkestleden en solisten is. 6.8 Concerten De kosten voor een concert zullen gedekt moeten worden door inkomsten uit verkoop toegangskaarten/programmaboekjes, subsidies, sponsorgelden, rente-inkomsten en fondswerving. De drukkosten van de toegangskaarten/programmaboekjes worden gedekt door de advertentieopbrengsten.
14
©2011 Toonkunstkoor Dordrecht e.o.
15