Inhoudsopgave
• • •
Inleiding ................................................................................................................................................ 1 1. Vertrekpunt ...................................................................................................................................... 3 2. Achtergrond...................................................................................................................................... 5
• • •
3. Hoe gezond is de gemeente Edam-Volendam ................................................................................ 7 4. Genotmiddelen............................................................................................................................... 11 5. Gezond gewicht .............................................................................................................................. 19
• • •
6. Psychische gezondheid................................................................................................................... 25 7. Evaluatie ......................................................................................................................................... 29 8. Financiën......................................................................................................................................... 31
•
Bijlage overzicht cijfers ...................................................................................................................... 33
Inleiding
Voor u ligt de gemeentelijke nota leefstijl 2013-2016, ook wel de nota gezondheidsbeleid 2013-2016 genoemd. De gemeente is wettelijk verplicht om deze nota te schrijven vanuit de Wet Publieke Gezondheid (Wpg). Input voor de nota is landelijk gegeven door middel van de nota Gezondheid Dichtbij (VWS, 2011). Landelijk is de wens dat de gemeente zich, net als in de landelijke nota van 2006, richt op de volgende speerpunten: 1. Roken 2. Overgewicht 3. Diabetes 4. Depressie 5. Schadelijk alcoholgebruik Het accent ligt in de landelijke nota op bewegen. Bewegen is goed voor de lichamelijke en geestelijke gezondheid en is verbonden met de andere speerpunten. Hiermee legt het kabinet ook de verbinding tussen het gezondheidsbeleid en de ambitie Vitaal Nederland als onderdeel van het Olympisch Plan 2028. Op basis van de landelijke wensen, de regionale en lokale cijfers vanuit de GGD Zaanstreek-Waterland, de evaluatie van de vorige nota gezondheidsbeleid en op basis van de wens van de kerngroep alcohol en drugs zijn binnen de gemeente Edam-Volendam de speerpunten voor de komende 4 jaar: 1. Genotmiddelen (alcohol, drugs, gokken en roken) 2. Overgewicht (met name voeding) 3. Psychische gezondheid Met deze speerpunten is de landelijke wens vervuld om de speerpunten op te nemen. Namelijk Speerpunt genotmiddelen bevat roken (1) en schadelijk alcoholgebruik (5) Speerpunt overgewicht bevat overgewicht (2) en voorkomt hiermee diabetes (3). Speerpunt psychische gezondheid richt zich op het voorkomen van depressie (4). Leeswijzer Het volgende hoofdstuk beschrijft het vertrekpunt voor het schrijven van deze nota. Daarna wordt in hoofdstuk 2 ingegaan op de wettelijke achtergrond. Het hoofdstuk daarna beschrijft de keuze voor de prioriteiten: genotmiddelen (hoofdstuk 4), gezond gewicht (hoofdstuk 5), en psychische gezondheid (hoofdstuk 6). Daarna wordt in hoofdstuk 7 ingegaan op de evaluatie en beschrijft hoofdstuk 8 de financiën.
1
2
1 Vertrekpunt
Elke vier jaar benoemen gemeenten op basis van de Wet publieke gezondheid (Wpg) hun ambities op het gebied van publieke gezondheid in een gemeentelijke nota gezondheidsbeleid. De vorige nota gezondheidsbeleid (2008-2011) is verlengd tot en met 31 december 2012 (raadsbesluit d.d. 15 december 2011). Het vertrekpunt voor het nieuwe gezondheidsbeleid 2013-2016 is de landelijke nota ‘Gezondheid dichtbij’ (VWS, mei 2011), de evaluatie lokaal gezondheidsbeleid (raadsbesluit d.d.19 april 2012) en de evaluatie alcoholontmoediging en drugsbestrijding (2009-2010) (raadsbesluit d.d. 19 april 2012). 1.1 Evaluatie gezondheidsbeleid In de evaluatie lokaal gezondheidsbeleid (2008-2011) wordt geconcludeerd dat er is ingezet op vier speerpunten: alcohol en drugs, overgewicht, lokale ziektebeelden en een sluitende zorgstructuur. Over alcoholontmoediging en drugsbestrijding en een sluitende zorgstructuur zijn aparte nota's geschreven. Het evaluatieverslag over het lokaal gezondheidsbeleid beperkte zich tot de resultaten die behaald zijn op overgewicht en lokale ziektebeelden. Sinds 2012 investeert de gemeente in het speerpunt overgewicht door het opzetten van een groot meerjarig interventieproject IK Lekker fit!? op basisscholen en door het opzetten van een (pilot)project voor kinderen met overgewicht Fitkidz plus. Met betrekking tot het speerpunt lokale ziektebeelden kan geconcludeerd worden dat dit door gemeente voortvarend is opgepakt. Er is door de GGD Zaanstreek-Waterland (GGD ZW) een onderzoek uitgevoerd. Aanbevelingen vanuit de evaluatie zijn om in te blijven zetten op de thema's alcohol en drugs en overgewicht. Ook wordt aanbevolen om het thema lokale ziektebeelden niet verder te behandelen in de nieuwe nota. De evaluatie van het speerpunt sluitende zorgstructuur is te vinden in de evaluatie van de nota het kind als rode draad (raadsbesluit d.d. 19 april 2012). In 2012 worden nieuwe plannen met betrekking tot positief jeugdbeleid en de transitie jeugdzorg ontwikkeld en voorgelegd aan de raad. Deze nota gaat hier daarom niet verder op in.
1.2 Evaluatie alcoholontmoediging en drugsbestrijding In de evaluatie alcoholontmoediging en drugsbestrijding wordt geconcludeerd dat er vanuit de gemeente Edam-Volendam en de partners in 2009, 2010 en 2011 vele activiteiten georganiseerd zijn om alcohol-, drugs- en gokproblematiek aan te pakken. Dit heeft geleid tot bewustwording van jongeren en ouders. De boodschap 'geen alcohol onder de 16' is bij veel jongeren en ouders bekend. Niet bij alle jongeren: 61% van de jongeren (klas 1, 2 en 3) is van plan om niet te drinken voor hun 16e. Dit is minder dan de doelstelling van 75%. Geconcludeerd wordt daarom om het huidige beleid voort te zetten en met name in te zetten op alcoholgebruik door jongeren. Het drugsgebruik door jongeren in Edam-Volendam is namelijk niet hoger dan in de regio, terwijl het alcoholgebruik door jongeren onder de 16 dit wel is. Een nieuwe nota waaraan de samenwerkingspartners en de doelgroep meewerken is noodzakelijk.
3
1.3 De landelijke nota Gezondheid dichtbij In mei 2011 is de nieuwste landelijke nota gezondheidsbeleid 'Gezondheid dichtbij', met de landelijke prioriteiten op het gebied van de publieke gezondheid verschenen. Deze nota beschrijft aandachtspunten voor gezondheidsbeleid. Enkele aandachtspunten zijn: • Het goed gaat met de gezondheid in Nederland, maar het kan nog beter. • De vijf speerpunten uit de preventienota 2006 blijven bestaan: overgewicht, diabetes, depressie, roken en schadelijk alcoholgebruik. Echter, het accent ligt op bewegen. Bewegen is goed voor de lichamelijke en geestelijke gezondheid en is verbonden met de andere speerpunten. Hiermee leggen wij ook de verbinding tussen het gezondheidsbeleid en de ambitie Vitaal Nederland als onderdeel van het Olympisch Plan 2028. • Niet de overheid maar de mensen zelf zijn in eerste instantie aan zet: Eigen verantwoordelijkheid en eigen kracht. • Zorg en preventie moeten meer worden afgestemd. Uitgangspunt zijn behoeften en wensen van de mensen en niet de stelsels of sectoren die zorg leveren. Betrokken partijen moeten dan ook werken aan een sterkere fysieke, organisatorische en inhoudelijk verbinding tussen de publieke gezondheid en basiszorg vanuit de Zorgverzekeringswet (Zvw), AWBZ en Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). • Mensen maken zelf keuzes. Die keuzes worden gemaakt in een omgeving waarin de gezonde keuze makkelijk is. Aan die omgeving dragen diverse maatschappelijke sectoren bij. • De jeugd heeft de toekomst. Hier besteedt het kabinet extra aandacht aan. Naast bevordering van (het aanleren van) een gezonde leefstijl, vroege signalering van risico's en inzet op weerbaarheid om dagelijkse verleidingen te weerstaan, vindt het kabinet dat het stellen van grenzen en het stimuleren van een gezonde basis bij de jeugd gerechtvaardigd is. • Publiek-private samenwerking (PPS) ziet de overheid als een kansrijke methode om de gezonde keuzes aantrekkelijk en toegankelijk te maken. Daarnaast is beschikbaarheid van betrouwbare, toegankelijke en doelgerichte informatie essentieel.
4
2 Achtergrond
2.1 Wettelijk kader voor gezondheidsbeleid Het wettelijk kader van het gezondheidsbeleid wordt gevormd door de Wet publieke gezondheid (Wpg). Publieke gezondheidszorg wordt in de Wpg omschreven als: 'gezondheidsbeschermende en gezondheidsbevorderende maatregelen voor de bevolking of specifieke groepen daaruit, waaronder begrepen het voorkomen en het vroegtijdig opsporen van ziekten. De Wpg is vooral gericht op het bevorderen van de algemene gezondheid en het voorkomen van ziekten bij risicogroepen (universele en selectieve preventie)[1]. Vanuit de Wet publieke gezondheid zijn gemeenten primair (bestuurlijk) verantwoordelijk voor de volgende taken: • Algemene bevorderingstaken (artikel 2), onder andere de afstemming van de publieke gezondheidszorg met de curatieve gezondheidszorg, epidemiologie, gezondheidsbevordering en medische milieukunde. • Jeugdgezondheidszorg tot 19 jaar (artikel 5). • Ouderengezondheidszorg vanaf 65 jaar (artikel 5a). • Infectieziektebestrijding (artikel 6). • Het in stand houden van een GGD (artikel 14) voor de uitvoering van taken op het gebied van de publieke gezondheidszorg. Dat wil overigens niet zeggen dat alleen de GGD deze taken uitvoert. De beleidsvrijheid die de gemeente binnen de Wpg heeft, verschilt per taak. Op het gebied van jeugdgezondheidszorg (basistakenpakket) en infectieziektebestrijding zijn de taken van de gemeente duidelijk omschreven en laat de Wpg weinig ruimte voor eigen beleid. Op het gebied van de algemene bevorderingstaken (vooral gezondheidsbevordering) en de ouderengezondheidszorg is sprake van beduidend meer gemeentelijke beleidsvrijheid. Het Rijk stelt enige kaders voor deze taken, maar gemeenten hebben bij de invulling ervan veel ruimte voor eigen keuzes. Deze keuzes worden vastgelegd in de nota gemeentelijk gezondheidsbeleid die de gemeente volgens de Wpg (artikel 13) elke vier jaar opstelt. De gemeente Edam-Volendam voldoet aan eisen die de Wpg stelt door het in stand houden van de GGD Zaanstreek-Waterland (artikel 14). De afspraken die gemeente heeft gemaakt samen met de andere gemeenten in de regio zijn vastgelegd in de gemeenschappelijke regeling. Dit betekent bijvoorbeeld dat de GGD jaarlijks een begroting maakt, doelstellingen stelt en deze verantwoordt. Ook is de GGD ZaanstreekWaterland verantwoordelijk voor de uitvoering van artikel 2, artikel 5 (jeugdgezondheids-zorg) en artikel 6 (infectieziektebestrijding). Artikel 5a (ouderengezondheidszorg) wordt in de gemeente Edam-Volendam uitgevoerd door andere organisaties en door de gemeente zelf (zie hoofdstuk 6, psychische gezondheid). 2.2 Samenhang met andere wettelijke taken van de gemeente De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en de Zorgverzekeringswet (Zvw) geven de grenzen aan van de publieke gezondheidszorg. De Wmo valt onder verantwoordelijkheid van gemeenten en is voornamelijk gericht op het participeren van alle burgers in de samenleving. De Zvw is gericht op genezing (curatie). Deze laatste wordt uitgevoerd door zorgverzekeraars. Zowel de Wmo als de Zvw hebben 5
raakvlakken met preventie. De Wpg loopt als het ware vooruit op de Wmo en de Zvw, omdat deze wetten zich vooral richten op mensen die al ziek zijn of symptomen hiervan hebben. Daarbij is participatie een belangrijk uitgangspunt van de Wmo. De afstemming tussen preventie en zorg wordt voor gemeenten steeds noodzakelijker om effectief beleid te kunnen voeren. Het nieuwe Wmo-beleidsplan (2013-2016) heeft daarom ook verbindingen met de nota leefstijl. De decentralisaties Jeugdzorg en AWBZ zijn uitdagingen waar de gemeenten voor staan. Hoe de gemeente Edam-Volendam omgaat met deze transities staat omschreven in Programma Meedoen naar vermogen die in 2012 aan de raad wordt voorgelegd. [1] Universele preventie richt zich op de gehele bevolking. Selectieve preventie richt zich op specifieke
(risico)groepen.
6
3 Hoe gezond is de gemeente Edam-Volendam?
Om te bepalen op welke speerpunten de gemeente de komende jaren gaat inzetten, wordt gekeken naar de gezondheid van de inwoners van Edam-Volendam en naar het huidige beleid. Gezondheidssituatie Edam-Volendam Voor inzicht in de gezondheidsituatie is gebruik gemaakt van cijfers van de GGD Zaanstreek-Waterland (GGD ZW). Het betreft hier onderzoek onder 0-11 jarigen uit 2011, het E-MOVO onderzoek onder jongeren van de 2e en 4e klas uit 2010 en onderzoek onder volwassenen en senioren uit 2009. De GGD ZW werkt met een onderzoekscyclus. Elke 4 jaar wordt onderzoek herhaald. Het onderzoek 0-11 jarigen is gepland in 2015 (resultaten in 2016), het E-MOVO onderzoek in 2014 en het volwassenen onderzoek in 2013. De speerpunten vanuit elk onderzoek van de GGD, en vanuit de landelijke nota, zijn samengevat in onderstaande tabel. Tabel 1 Speerpunten in de regio Zaanstreek-Waterland en binnen de gemeente Edam-Volendam 0-11 jarigen
Jongeren 2e en 4e klas
Volwassenen (18-74 jaar)
Senioren (75+)
(2011) E-V Regio
(2010) E- Regio V
(2009) E-V
(2009) E-V
Overgewicht* X Bewegen Voeding X Alcohol Lichamelijke gezondheid Psychische gezondheid Pesten Depressie** OpvoedingsX ondersteuning Seksueel gedrag Zelfredzaamheid Roken Diabetes Slaap- en kalmeringsmiddelenge bruik Harddrugs
X X
Regio
X X X X
X
X
X
Landelijk
(2011) Regio X
X X X
X X X
X
X
X
X
X
X
X X X X
X X
X X X
X
X 7
* Overgewicht is niet gemeten in het E-movo onderzoek (jongeren klas 2 en 4). Er zijn wel cijfers bekend vanuit het Periodiek Geneeskundig Onderzoek (PGO) in klas 2. In 2010 had 9% van de jongeren in EdamVolendam (sterk) overgewicht. In de regio Zaanstreek-Waterland was dit 15%. Edam-Volendam scoort dus beter dan de regio (significant verschil met de regio). **Het onderwerp depressie komt niet specifiek aan bod in de GGD onderzoeken, maar is wel een landelijk speerpunt. Vanuit de onderzoeken van de GGD zijn de prioriteiten voor Edam-Volendam de volgende. Voor 0-11 jarigen: overgewicht, voeding en voortzetting huidig beleid (alcohol en opvoedingsondersteuning) Voor jongeren: voeding, alcohol, psychische gezondheid en seksueel gedrag Voor volwassenen: overgewicht, voeding, alcohol en harddrugs Voor senioren: alcohol, psychische gezondheid, zelfredzaamheid en slaap en kalmeringsmiddelengebruik. Prioriteiten vanuit vorig beleid Vanuit de evaluatie van de nota alcohol en drugs en de evaluatie van de nota gezondheidsbeleid (beide vastgesteld in de raad van 19 april 2012) volgen de prioriteiten genotmiddelen (alcohol, drugs, gokken) en overgewicht. Het huidige beleid wordt gecontinueerd en aangescherpt. Het beleid ten aanzien van opvoedingsondersteuning wordt meegenomen in het WMO-beleidsplan (Wet Maatschappelijke Ondersteuning) 2013-2016 en de nota jeugdbeleid. In beide evaluaties zijn aanbevelingen beschreven welke in deze nota zoveel mogelijk worden overgenomen. In de nota gezondheidsbeleid 2008-2011 is psychische gezondheid niet opgenomen. Mede door deze nieuwe cijfers en maatschappelijke ontwikkelingen is het voor de gemeente reden om het nu wel op te nemen in de nota. Psychische gezondheid heeft veel linken met weerbaarheid, overgewicht en middelengebruik. Wanneer een jongere lekker in zijn vel zit en weerbaar is, dan zal het beter bestand zijn tegen de verleidingen van de genotmiddelen (alcohol, drugs, gokken en roken) en voeding. Focus zal daarom liggen op weerbaarheid onder de jeugd. Wat speelt er nu in de gemeente Edam-Volendam? Tijdens de raadsvergadering (d.d. 19 april 2012) waarin de evaluaties vastgesteld werden, werd aangegeven door de raadsleden dat met name ouders geïnformeerd moeten worden bij het onderwerp overgewicht, en dat sportverenigingen zich beter aan de regels dienen te houden met betrekking tot het schenken van alcohol. Binnen de gemeente wordt het alcoholgebruik als zeer zorgelijk ervaren, met name het gebruik door de jeugd. Daarnaast is het drugsgebruik zorgelijk. Zo constateren de straathoekwerker en de politie die regelmatig de restproducten hiervan aantreffen. De gokproblematiek die met name in 2009 leidde tot maatschappelijke onrust lijkt niet meer zichtbaar in sportkantines. Het is onduidelijk of dit is overgegaan tot het digitaal gokken. Om te voorkomen dat het erger wordt, blijft ook gokken een punt van aandacht. Prioriteiten Als gemeente willen we inzetten op drie onderwerpen. Onderwerp 1. Alcohol, drugs, gokken en roken (genotmiddelenbeleid) 2. Gezond gewicht (met name voeding) 3. Psychische gezondheid
Doelgroep jongeren en hun (groot)ouders kinderen en hun (groot)ouders jongeren en ouderen
8
1. Genotmiddelenbeleid bij jongeren en hun ouders De afgelopen jaren heeft de gemeente fors ingezet op alcoholontmoediging en drugsbestrijding. In een later stadium is daar gokproblematiek aan toegevoegd (nota alcoholontmoediging en drugsbestrijding 2009-2010). Uit de evaluatie blijkt dat er nog een slag gemaakt moet worden. Niet alle doelstellingen waren bereikt. De kerngroepleden (vanuit de kerngroep alcohol &drugs) adviseerden positief over het speerpunt genotmiddelen (d.d. 8 mei 2012). De kerngroepleden gaven aan dat, net als het vorige beleid, de nadruk moet liggen op jongeren (10 tot en met 25 jaar) en hun (groot)ouders. De jeugd heeft immers de toekomst en investeren in de jeugd loont. Bij het uitwerken van het genotmiddelenbeleid moet ‘alcohol’ prioriteit krijgen. Het is ongewenst dat jongeren in Edam-Volendam vroeg, vaak en veel drinken. Omdat de jeugd zelf niet weerbaar genoeg is, moet ook de focus liggen op de ouders van de jongeren. We denken hierbij dan bijvoorbeeld aan de ‘zitjes’ (voorzitten vóór of in plaats van (<16 jaar) het uitgaan op vrijdag en zaterdagavond) waarbij niet altijd de ouders aanwezig zijn om controle te houden op het (drank en drugs)gebruik van de jeugd. 2. Gezond gewicht (met name voeding) Alle doelgroepen (met uitzondering van senioren) blijken slecht te scoren op het onderwerp voeding vergeleken met de regio (te weinig groente en fruit, te veel frisdrank). Overgewicht onder kinderen is daarnaast een punt van zorg (ongeveer 12% van de kinderen heeft overgewicht). Op het gebied van beweging scoort Edam-Volendam vergelijkbaar met de regio. De jeugdigen (0-11 jarigen) zijn zelfs vaker lid van een sportverenigingen dan de jeugdigen in de regio (83% vs. 72%) en voldoen vaker aan de beweeg norm (87% vs. 79%). Edam-Volendam is in 2012 bekroond met de titel topsport gemeente van Nederland in 2011. Toch is er ook een daling te zien. In 2007 speelde 40% van de jeugdigen nog dagelijks buiten. In 2011 is dit percentage gedaald naar 27%. Omdat de jeugd de toekomst heeft ligt het voor de hand om de focus te leggen op de jeugd en hun ouders. En omdat veel grootouders op de kinderen passen, worden de grootouders ook betrokken. Het is belangrijk dat in het beleid aandacht is voor de gezonde keuze. Zodat mensen (met name volwassenen en ouderen) zelf de (gezonde) keuze kunnen maken. Dit wordt ook gestimuleerd door de landelijke overheid (de nota gezondheid dichtbij)
3. Psychische gezondheid Uit onderzoek van de GGD blijkt dat de psychische gezondheid van met name jongeren en senioren zorgelijk is. Met name de suïcide gedachten van jongeren (21%) en de eenzaamheid bij de ouderen (43%) vanwege de hoge scores. Edam-Volendam wijkt hierin niet af van de regio Zaanstreek-Waterland. Toch is het een reden om suïcide gedachten onder jongeren aan te pakken. Mede door een aantal suïcides van jongeren waardoor de gemeente is opgeschrikt in 2009 en 2011. Eenzaamheid onder ouderen is ook een punt van zorg. Daarnaast is door toevoeging van artikel 5a (ouderengezondheidszorg) binnen de Wpg ouderen een punt van aandacht.
Aanpakken van de prioriteiten Een effectieve aanpak voor genotmiddelen, overgewicht en psychische gezondheid richt zich op verschillende factoren die het gebruik beïnvloeden. Belangrijke kanttekening is dat het aanpakken van dergelijke grote problemen tijd vraagt, er gaan soms meerdere generaties overheen (denk aan het verminderen van roken). Het voortzetten van het huidige ingezette beleid is daarom een pré. Daarnaast is een integrale aanpak een effectieve manier om problemen aan te pakken. Er zijn vijf pijlers waar een integrale aanpak zich op richt: 1. Inrichting van de fysieke omgeving 9
2. 3. 4. 5.
Regelgeving en handhaving Voorlichting en educatie Signalering en advies Ondersteuning
In de volgende hoofdstukken volgt per prioriteit (genotmiddelen (hoofdstuk 4), overgewicht (hoofdstuk 5) en psychische gezondheid (hoofdstuk 6)) een uitwerking van de vijf pijlers. Per prioriteit worden doelen en doelstellingen beschreven. De doelen zijn algemener gesteld dan de doelstellingen. De doelstellingen zijn opgesplitst in beleidsdoelstellingen en interventiedoelstellingen. De doelstellingen zijn SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch en Tijdsgebonden) omschreven en geven aan welke activiteiten er ondernomen gaan worden en welke resultaten dit gaat opleveren.
Lokale aanpak De inzet van de gemeente is om de campagnes en interventies te voeren vanuit de campagne Gezond Verstand. Dit geeft de campagne een lokaal accent dat regelmatig terug te zien is. Boodschap aan de inwoners van de gemeente is om zelf na te denken en het ‘Gezond Verstand’ te gebruiken. Hiermee sluiten we aan op wat de landelijke overheid wil: gebruik van de eigen verantwoordelijkheid en eigen kracht. In 2011 is de Gezond Verstand campagne al gestart voor genotmiddelen.
10
4 Genotmiddelen
Wat gebeurt er al in de gemeente met betrekking tot genotmiddelen? 1. Inrichting van de omgeving Inrichting van de omgeving wil in het geval van genotmiddelen zeggen, dat de omgeving gericht is op gezond gedrag. Dit wil bijvoorbeeld zeggen dat er geen reclame-uitingen zijn voor alcohol en dat sportkantines bijvoorbeeld tijdens bepaalde tijden geen alcohol schenken. In Edam-Volendam is geen eenduidig beleid over schenktijden in sportkantines. Dit bepalen de sportverenigingen zelf. Invoering van de herziene Drank- en Horecawet per 1 januari 2013 kan daar verandering in brengen. Daarin wordt o.a. een paracommerciële verordening verplicht gesteld waarin schenktijden kunnen worden geregeld. Scholen voeren hun eigen beleid ten aanzien van genotmiddelen (rookvrije schoolpleinen, alcoholvrije examenfeesten). De gemeente kan de school niet dwingen. Het beleid van Triade is anders dan van het Don Bosco College. Het CBW (club- en buurthuiswerk Volendam) organiseert voor tieners alcoholvrije feesten. Binnen de gemeente Edam-Volendam zijn bepaalde evenementen alcoholvrij (bijvoorbeeld 18+ bijeenkomsten en huldiging van de sportkampioenen, zie evaluatie nota alcoholontmoediging en drugsbestrijding). Onder omgeving wordt ook de thuissituatie verstaan. De voorbeeldrol van de ouders komt hier om de hoek kijken (roken in huis, glaasje wijn bij het eten). Daarnaast is het erg belangrijk dat ouders regels stellen (geen alcohol onder de 16, niet roken, geen drugs, niet gokken). Ook het verbieden van ‘zitjes’ met alcohol voor jongeren onder de 16 is een regel die ouders zouden moeten hanteren. Dit zorgt voor een gezonde omgeving van het kind. De rol van de gemeente hierin is klein. De gemeente kan ouders niet dwingen en het is lastig om achter de voordeur te komen. 2. Regelgeving en handhaving Binnen de gemeente Edam-Volendam zijn diverse nota’s vastgesteld die ingaan op regelgeving en handhaving met betrekking tot alcohol en drugs: Beleidsregels handhaven leeftijdsgrenzen alcohol, Nota horecabeleid enzovoort (zie ook tabel 1). De naleving en handhaving van deze regels wordt gecontroleerd medewerkers van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). Mede door de investering van de gemeente in alcoholbeleid is er goed contact tussen de gemeente en de NVWA. Door de invoering van de herziene Drank- en Horecawet per 1 januari 2013 komt de naleving en handhaving met betrekking tot alcohol bij de burgemeester te liggen. In 2012 wordt een plan van aanpak opgesteld hoe dit vormgegeven gaat worden. Hierin zou kunnen worden samengewerkt met andere gemeentes in de veiligheidsregio. 3. Voorlichting en educatie De pijler voorlichting en educatie wordt gebruikt om kennis te vergroten en de bewustwording over de risico’s van genotmiddelen te vergroten. De afgelopen jaren heeft de gemeente een actief genotmiddelenbeleid gevoerd. Er zijn diverse bewustwordingscampagnes uitgevoerd, leerlingen kregen lessen, ouders kregen informatie, enzovoort. Een uitgebreide omschrijving van de vele activiteiten die zijn 11
uitgevoerd staat omschreven in de evaluatie Alcohol en drugs (2008-2011). De meeste activiteiten die zijn ingezet, krijgen ook vervolg in het nieuwe beleid. Met betrekking tot gokken en roken, besteedt het voortgezet onderwijs hier aandacht aan door middel van lessen. 4. Signalering en advies Bij signalering en advies gaat het om de mensen die verslaafd zijn aan genotmiddelen. Binnen de WMO is aandacht voor het verslavingsbeleid binnen prestatieveld 9. In de WMO nota Alle hens aan dek (2008-2011) wordt hier op ingegaan. In het WMO-beleidsplan 2013-2016 wordt hier ook op ingegaan. Ook in de sluitende zorgstructuur ( waaronder het Centrum Jeugd en Gezin) is aandacht voor deze doelgroep. Daarnaast geeft Moedige Moeders advies aan (ouders van) drugsgebruikers. Een signalerende functie ten aanzien van verslaving aan genotmiddelen ligt ook bij de zorgverleners en bij bijvoorbeeld bij de trainers van sportverenigingen of bij jongerenwerkers. 5. Ondersteuning De pijler ondersteuning wordt gebruikt om mensen te ondersteunen bij hun verslaving. Diverse instanties ondersteunen deze mensen zoals Brijder en Moedige Moeders. Daarnaast kan de ondersteuning bijvoorbeeld bij stoppen met roken liggen bij huisartsen of een praktijkondersteuner. De gemeente EdamVolendam subsidieert een aantal instanties om deze ondersteuning te verrichten. Tabel 2. Overzicht huidige nota’s en beleidstukken genotmiddelen (met name alcohol en drugs) in EdamVolendam Inrichting van Regelgeving en Voorlichting en Signalering en Onderde omgeving handhaving educatie advies steuning Alcoholontmoedigin g & Drugsbestrijding Edam-Volendam 2009 - 2010
X
X
X
X
Evaluatie alcohol en drugsbeleid (20082011)
X
X
X
X
Convenant veilig uitgaan in EdamVolendam
X
Nota veiligheid bij evenementen
X
Beleidsregels handhaven leeftijdsgrenzen alcohol
X
Beleidsregels voor het toepassen van bestuursrechtelijke sancties op grond van artikel 13b Opiumwet.
X
Beleidsregels ontheffing artikel 35
X
12
Inrichting van Regelgeving en Voorlichting en Signalering en de omgeving handhaving educatie advies
Ondersteuning
Drank- en Horecawet Kadernotitie integrale veiligheid 2006-2010
X
Uitvoeringsprogramma integrale veiligheid 2011-2012
X
Nota Horecabeleid (2003)
X
Het kind als rode draad (2008-2012)
X
X
Alle Hens aan Dek 2008-2011, nota WMO
X
X
WMO-beleidsplan 2013-2016*
X
X
X
X
Doeners en Talenten, Sportnota 2010-2012
X
X
Subsidieverlening X X X Brijder Preventie regio Waterland (vanuit centrumgemeente Purmerend) * Het WMO-beleidsplan wordt in 2012 in de raad vastgesteld Daarnaast zijn er ook activiteiten en samenwerkingsafspraken met de GGD Zaanstreek-Waterland en de stadsregio Amsterdam die raakvlakken hebben met genotmiddelen zoals de preventie van huiselijk geweld. Omdat deze raakvlakken hebben met genotmiddelen worden deze niet verder besproken. Wat kan er beter binnen de gemeente? • Op dit moment voert de gemeente nauwelijks beleid ten aanzien van de inrichting van de omgeving met betrekking tot genotmiddelen. De komende vier jaar zou hier wel aandacht voor moeten zijn zodat een integrale aanpak ontstaat. Het lastige is echter dat de gemeente op dit gebied weinig mogelijkheden heeft. De gemeente kan ouders niet dwingen en het is lastig om achter de voordeur te komen. • Alle scholen zouden hetzelfde genotmiddelenbeleid moeten voeren. • Alle ouders zouden regels moeten stellen ten aanzien van het genotmiddelengebruik van hun kinderen: geen alcohol onder de 16, geen drugs, niet gokken, niet roken. • Het nalevingspercentage met betrekking tot het schenken van alcohol aan jongeren onder de 16 zou hoger moeten zijn. In 2011 was dit slechts 23% waarbij sportkantines een naleving van 0% hadden.
13
Conclusie genotmiddelen Het genotmiddelengebruik onder jongeren heeft al een aantal jaren aandacht binnen diverse beleidsterreinen in de gemeente. Er is aandacht voor regelgeving en handhaving, voorlichting en preventie, signalering en advies, en ondersteuning. Het ingezette beleid dient voortgezet te worden. In deze nota wordt met name aandacht besteed aan de pijler voorlichting en preventie. Daarnaast is het belangrijk om op te merken dat de drank- en horecawet wijzigt per 1 januari 2013. De wijziging vraagt extra inzet vanuit de gemeente. Doelen en doelstellingen genotmiddelen (alcohol, drugs, gokken en roken) Hieronder volgen de doelen en doelstellingen voor de prioriteit genotmiddelen. Doelen genotmiddelen Minder gebruik van genotmiddelen door jongeren
Minder overmatig alcoholgebruik door jongeren
Minder drugsgebruik door jongeren
Minder riskant gokgedrag door jongeren
Minder roken door jongeren
1. In 2015 heeft een herhaling van het onderzoek plaats gevonden waarin onderzoek is gedaan onder leerlingen van groep 8, en klas 1 tot en met 3 van het voortgezet onderwijs en hun ouders. Er wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van dezelfde vragen om een trend te kunnen waarnemen. Ook wordt de vragenlijst uitgebreid met vragen over gokken en roken. 2. Jaarlijks komen de samenwerkingspartners mbt genotmiddelen minstens 4x bijeen onder leiding van de gemeente. 3. De gemeente maakt jaarlijks, in samenwerking met de samenwerkingspartners een jaarplan inclusief begroting. Hierin staat met name beschreven wat de gemeente doet aan voorlichting en educatie op het gebied van genotmiddelen. 4. De gemeente maakt jaarlijks een overzicht van de ondernomen activiteiten in samenwerking met de samenwerkingspartners en zendt dit ter informatie aan de gemeenteraad. 5. De gemeente voert minstens 2x per jaar een postercampagne om ouders en/of jongeren bewust te maken. De focus ligt met name op het alcoholgebruik (wens kerngroepleden) door jongeren en de verantwoordelijkheid van de ouders. 6. De gemeente voert jaarlijks minstens 3x per jaar actief campagne door het verspreiden van gadgets (flesje water bijvoorbeeld) op culturele en sportieve evenementen. 7. In 2014 hebben alle sportverenigingen met vrijwilligers die de jeugdleden trainen informatie ontvangen over de cursus Leren signaleren. 8. In 2015 heeft 25% van de trainers (vrijwilligers) bij sportverenigingen die jeugdleden trainen de cursus Leren signaleren gevolgd. 9. Het voortgezet onderwijs (Don Bosco College en Triade) voert jaarlijks een programma uit in het kader van de Gezonde School en Genotmiddelen gericht op leerlingen, docenten en de ouders. De onderwerpen alcohol, drugs, gokken en roken worden hierin meegenomen. 14
10. Het voortgezet onderwijs bereikt jaarlijks met het lesprogramma de Gezonde School en Genotmiddelen alle leerlingen van klas 1, 2 en 3. 11. Het voortgezet onderwijs verzorgt jaarlijks, in samenwerking met Brijder, een ouderbijeenkomst. 12. De gemeente heeft in 2012 het uitvoeringsprogramma integrale veiligheid 2013-2014 vastgesteld om genotmiddelen (met name alcohol en drugsoverlast) aan te pakken.
Alcohol Alcohol beleidsdoelstellingen 13. In 2015 is minstens 75% van de jongeren van groep 8, klas 1, 2 en 3 niet van plan om alcohol te drinken onder de 161. 14. In 2015 is minstens 95% van de ouders van jongeren van groep 8, klas 1, 2 en 3 van mening dat jongeren voor hun 16e jaar geen glas alcohol zouden moeten drinken. In 2011 was dit 90% in het basisonderwijs en 93% in het voortgezet onderwijs. 15. In 2015 is minstens 80% van de ouders van jongeren van groep 8, klas 1, 2 en 3 van mening dat jongeren voor hun 16e jaar geen slokje alcohol zouden moeten drinken. In 2011 was dit 69% in het basisonderwijs en 74% in het voortgezet onderwijs. 16. Het gemiddelde nalevingspercentage van de verkooppunten van alcohol is in 2015 gestegen van 23% naar minstens 50%, in vergelijking met 2011. 17. Het nalevingspercentage onder sportkantines is in 2015 gestegen van 0% naar 30%. Alcohol interventiedoelstellingen 18. Het basisonderwijs in Edam-Volendam (minstens 11 basisscholen) voert jaarlijks een programma uit in het kader van de Gezonde School en genotmiddelen onder leerlingen van groep 8 en hun ouders (bijvoorbeeld Hou vol geen alcohol). 19. De GGD Zaanstreek-Waterland geeft jaarlijks extra voorlichting tijdens het Periodiek Geneeskundig Onderzoek (PGO) groep 7 voor alle leerlingen van groep 7 en hun ouders die het PGO bezoeken. 20. De GGD Zaanstreek-Waterland geeft jaarlijks extra voorlichting tijdens het Periodiek Geneeskundig Onderzoek (PGO) klas 2 voor alle leerlingen van klas 2 die verschijnen op het PGO. 21. In 2013 werken minstens 3 sportverenigingen met het project Glashelder (ontwikkeld door Handbalvereniging Kras). 22. De gemeente Edam-Volendam ondersteunt sportverenigingen bij het handhaven van de naleving door voorlichtingsmateriaal te ontwikkelen en beschikbaar te stellen en hen gevraagd en/of ongevraagd te adviseren en van informatie te voorzien. 23. In 2015 hebben alle barvrijwilligers van de sportkantines in Edam-Volendam het aanbod ontvangen om deel te nemen aan een cursus om de naleving te vergroten (bijvoorbeeld de cursus IVA (instructie verantwoord alcohol schenken) of Barcode). 24. De gemeente heeft in 2013 een plan van aanpak vastgesteld om de naleving te controleren en na te leven (afdeling veiligheid). 25. Voor 1 januari 2014 dient de gemeente te beschikken over een paracommerciële verordening Drugs Drugs beleidsdoelstellingen
1
De leeftijdsgrens is afhankelijk van de op dat moment wettelijke leeftijdsgrens om alcohol te kopen. 15
26. Het softdrugs gebruik van jongeren van klas 1, 2 en 3 is in 2015 niet verder toegenomen. (2% ooit softdrugs gebruikt, 1% softdrugs gebruikt in de afgelopen maand) 27. Maximaal 12% van de jongeren van klas 2 en 4 heeft ooit softdrugs gebruikt (onderzoek GGD EMOVO 2014). 28. Maximaal 4% van de jongeren van klas 2 en 4 heeft softdrugs gebruikt in de afgelopen maand (onderzoek GGD E-MOVO 2014). 29. Maximaal 4% van de jongeren van klas 2 en 4 heeft ooit harddrugs gebruikt (onderzoek GGD EMOVO 2014). 30. Maximaal 2% van de jongeren van klas 2 en 4 heeft harddrugs gebruikt in de afgelopen maand (onderzoek GGD E-MOVO 2014). 31. Het percentage volwassenen dat ooit cannabis (hasj, marihuanana of wiet) gebruikt heeft is in 2013 niet toegenomen in vergelijking met 2009 (maximaal 22%). (onderzoek GGD volwassenen en senioren 2012). 32. Het percentage volwassenen dat ooit harddrugs gebruik heeft is in 2013 niet toegenomen in vergelijking met 2009 (maximaal 12%). (onderzoek GGD volwassenen en senioren 2012) Drugs interventiedoelstellingen 33. Stichting Moedige Moeders organiseert bijeenkomsten voor ouders van kinderen die drugs gebruik(t)en. 34. De gemeente heeft in 2012 Beleidsregels voor het toepassen van bestuursrechtelijke sancties op grond van artikel 13b Opiumwet vastgesteld. Gokken Gokken beleidsdoelstellingen 35. In 2015 heeft de gemeente zicht op het percentage jongeren dat gokt. Aan de hand van deze cijfers bepaalt de gemeente of dit vraagt om verdere beleidsvorming 36. Gokken en volwassenen (Onderzoek GGD volwassenen en senioren 2012). Er bestaan op dit moment geen standaard vragen in het GGD onderzoek naar gokken. De GGD gaat op verzoek van de gemeente Edam-Volendam hier ook onderzoek naar verrichten. Gokken interventiedoelstellingen Voor gokken zijn geen specifieke interventiedoelstellingen beschreven. Het voortgezet onderwijs verzorgt lessen over gokken voor de leerlingen (zie Interventiedoelstellingen genotmiddelen algemeen) Roken Roken beleidsdoelstellingen 37. Het percentage jongeren van klas 2 en 4 die dagelijks roken is in 2015 niet toegenomen (maximaal 8%) in vergelijking met 2010. (onderzoek GGD E-MOVO 2014). 38. Het percentage volwassenen dat rookt is in 2013 niet toegenomen in vergelijking met 2009 (maximaal 18%). (onderzoek GGD volwassenen en senioren 2012) Roken interventiedoelstellingen Voor roken zijn geen specifieke interventiedoelstellingen beschreven. Het voortgezet onderwijs verzorgt lessen omtrent roken voor de leerlingen. (zie Interventiedoelstellingen genotmiddelen algemeen).
Activiteiten in de regio Zaanstreek-Waterland, regionale nota In overleg met alle negen gemeentes in de regio Zaanstreek-Waterland is afgesproken dat regionaal aandacht gaat naar het onderwerp alcohol. De specifieke activiteiten, doelen en doelstellingen worden 16
verwoord in een regionale nota. De activiteiten worden gefinancierd vanuit reeds beschikbare middelen (GGD-gelden en gelden beschikbaar vanuit de centrumgemeentes Zaanstad en Purmerend). De regionale nota wordt apart vastgesteld door de gemeenteraad in de loop van 2013
17
18
5 Gezond gewicht
Wat gebeurt er al in de gemeente met betrekking tot het onderwerp gezond gewicht? 1. Inrichting van de omgeving. Binnen de gemeente Edam-Volendam zijn op het gebied van beweging volop mogelijkheden. Er zijn vele sportverenigingen, er zijn fietspaden, wandelpaden en er zijn speelmogelijkheden voor kinderen (speeltuinen, instuiven tijdens schoolvakanties) enzovoort. Deze beweegmogelijkheden staan voornamelijk beschreven in de nota's Doeners & talenten, Sportnota 2010-2012 en Speelruimtebeleid 2010-2014. Daarnaast is aandacht voor de omgeving in de structuurvisie Edam-Volendam en in het Gemeentelijk verkeers- en vervoersplan 2013-2017 (nog vaststellen in 2012). Sinds 2009 neemt de gemeente deel aan de nationale buitenspeeldag. Deze activiteit werd uitgevoerd in het kader van de nota gezondheidsbeleid. Sinds 2012 wordt tijdens de buitenspeeldag een diëtiste betrokken voor het onderdeel voeding, ouders worden actief betrokken tijdens de buitenspeeldag, en kinderen worden eventueel doorverwezen naar het project Fitkidz, een project voor kinderen met overgewicht. Op alle scholen ontvangen de leerlingen beweegonderwijs. Er zijn combinatiefunctionarissen aangesteld om de verbindingen te leggen tussen sport en wijk. Het voortgezet onderwijs heeft in zijn kantine gezonde voedingsproducten. 2. Regelgeving en handhaving De pijler ‘regelgeving en handhaving’ gaat over het uitvoeren van wettelijke taken. Voor overgewichtpreventie gaat deze pijler niet op en liggen de accenten in de andere vier pijlers. Een mogelijk rol van de gemeente kan de komende jaren zijn om eisen te formuleren voor specifieke openbare settings. Er zijn voorzichtige ontwikkelingen om met regelgeving invloed uit te oefenen op enkele settings. Een voorbeeld daarvan is een restrictief vestigingsbeleid van (mobiele) snackbars en fastfoodrestaurants. Daarnaast heeft een gemeente mogelijkheden om het aanbod van voedsel te beïnvloeden via het stellen van eisen aan gezonde voeding in inkoopcriteria en subsidievoorwaarden en het al dan niet uitgeven van vergunningen. Bij het verstrekken van een vergunning voor een evenement kan bijvoorbeeld worden geëist dat een groot deel van het voedselaanbod gezond is. 3. Voorlichting en educatie Voor gezond gedrag heeft de doelgroep de juiste kennis, houding en vaardigheden nodig. De rol van de gemeente is allereerst om te zorgen dat er voldoende aanbod is van voorlichtingsprogramma’s voor alle burgers op het gebied van gezonde voeding en beweging. Daarnaast is het van belang dat burgers op de hoogte zijn van het aanbod en dat het aanbod toegankelijk is voor belangrijke doelgroepen. Tot slot kan de gemeente vaststellen of het aanbod ook gebruikt wordt en toezien op de kwaliteit hiervan. De gemeente investeert de komende jaren flink in het lespakket Lekker fit door middel van het project IK Lekker fit. Dit is een project ter preventie van overgewicht voor alle kinderen en ouders op de basisscholen in Edam-Volendam. Er wordt ingegaan op voeding, beweging en de gezonde keuze en en er zijn zowel theoretisch lessen als praktische lessen. Er wordt een combinatie gemaakt met het al aanwezige Billy's 19
Sport project. Het project loopt 4 jaar. Er is samenwerking tussen de GGD Zaanstreek-Waterland, SportKoepel, een diëtiste en de gemeente. 4. Signalering en advies Bij signalering en advies staat de deskundigheid van intermediairs centraal. Zij spelen een belangrijke rol in het benaderen van mensen met risico’s op overgewicht en de toeleiding naar preventie en zorg. De gemeente kan een rol spelen door professionals te faciliteren bij het verwerven van deskundigheid en het onderling uitwisselen van bevindingen. Het is in het belang van de klant dat zij dezelfde boodschap horen van de verschillende professionals die zij tegenkomen. De verpleegkundigen, artsen en assistentes van de GGD Zaanstreek-Waterland/ CJG Edam-Volendam zien ouder en kind regelmatig tijdens de Periodieke Geneeskundige Onderzoeken (PGO's). Tijdens deze PGO's is ook aandacht voor voeding en beweging in verband met het signaleringsprotocol en overbruggingsplan overgewicht. Er wordt gewezen op de BBOFT-items (Borstvoeding, Beweging, Ontbijt, Frisdrank, Tv en pc). Gedragingen die overgewicht voorkomen/veroorzaken. Andere professionals zoals artsen, fysiotherapeuten, leiders op een kinderdagverblijf, gymdocenten, trainers van sportverenigingen spelen ook een rol bij de signalering. Het is onduidelijk in hoeverre zij dit doen en wat zij adviseren. 5. Ondersteuning Na signalering van overgewicht bij jonge kinderen door het consultatiebureau en de jeugdarts worden de ouders aangesproken. Zij hebben een grote invloed op het gezonde gedrag van hun kind. De ondersteuning voor kinderen die ouder zijn, raakt een bredere fysieke en sociale omgeving. Het is van belang dat oudere kinderen een veilige (school)omgeving hebben, waar ze ook terecht kunnen voor psychologische ondersteuning die hun zelfvertrouwen en weerbaarheid kan versterken. Voor kinderen met overgewicht van 5 tot en met 14 jaar subsidieert de gemeente het pilotproject Fitkidz (mei 2012 tot en met mei 2013). Het project richt zich op kinderen en hun ouders en er is aandacht voor beweging, voeding en opvoeding. Er is samenwerking tussen GGD Zaanstreek-Waterland, CJG EdamVolendam, Sportcentrum Atlas, Dieetpraktijk Edam-Volendam en de gemeente.
Wat kan er beter binnen de gemeente? Voortzetten en blijven investeren in het sportbeleid en speelruimtebeleid. Eventueel ook opzetten van een groenbeleid (inrichting van parken en groen in de wijk). Voortzetten van de deelname aan de jaarlijkse landelijke buitenspeeldag. Het is onduidelijk wat er gebeurt in de schoolomgeving van de kinderen. Hoe is het voedings- en beweegbeleid in de opvang, de voorschoolse opvang en de school? Er moet meer inzicht komen. Regelgeving en handhaving ten aanzien van voeding en beweging is binnen de gemeente niet aanwezig. De juridische mogelijkheden zouden in kaart gebracht kunnen worden. Na constatering van een kind met overgewicht wordt er in Edam-Volendam vrij weinig doorverwezen (zie evaluatie gezondheidsbeleid). De GGD/CJG moet een plan van aanpak maken om dit te verbeteren. Samenwerking met partijen kan beter. Er ontbreekt een overlegstructuur voor alle professionals op het gebied van gezond gewicht. Dit is ook al opgemerkt in de evaluatie van het jeugdbeleid. Voor zover bekend is er in Edam-Volendam één interventie die zich richt op overgewicht bij kinderen (Fitkidz plus). Andere (particuliere) beweegaanbieders zouden meer kunnen samenwerken zodat kinderen (en volwassen) met overgewicht keus hebben. Programma's ter versterking van zelfvertrouwen en weerbaarheid worden op dit moment door de gemeente niet aangeboden. 20
Er is op dit moment nauwelijks samenwerking met private partijen. Bij de uitvoering van activiteiten/interventies moet hier meer naar gezocht worden. Tabel 3. Overzicht huidige activiteiten (vanuit gezondheidsbeleid) en nota’s die raken aan het beleid rondom gezond gewicht in Edam-Volendam Inrichting van Regelgeving en Voorlichting Signalering en Ondersteu de omgeving handhaving en educatie advies ning IK Lekker fit-project Landelijke buitenspeeldag
X X
X
Fitkidz Plus pilot project
X
Overbruggingsplan overgewicht (GGD ZW)
X
Signaleringsprotocol (GGD ZW) Gezonde schoolkantine (VO)
X
X
X X
Doeners en X Talenten, Sportnota (sporthallen, 2010-2012 combinatiefun ctionaris, sportstimuleri ng, sportbuurtwer k enz) Speelruimtebeleid. Buitenspelen een belevenis. 2010-2014
X
Structuurvisie EdamVolendam
X
Gemeentelijk verkeers- en vervoersplan (20132017)
X
Jeugdbeleid (nota 2013-2016)
X
X
X
X
X
X
Conclusie gezond gewicht Binnen de gemeente Edam-Volendam zijn initiatieven voor de pijlers omgeving, voorlichting en educatie, signalering en advies en ondersteuning. Binnen de setting kinderdagverblijf, peuter- en kleuterschool (0-4 jarigen) zijn op dit moment geen activiteiten. Er is op dit moment geen structureel overleg met diverse partners (diëtisten, fysiotherapeuten, sportaanbieders). De behoefte van de partners (aanbieders èn scholen) en de doelgroep moet in kaart gebracht worden. 21
Doelen en doelstellingen gezond gewicht2 Hieronder volgen de doelen en doelstellingen voor de prioriteit gezond gewicht. Doelen gezond gewicht Minder overgewicht bij kinderen
Gezondere voeding door kinderen
Meer bewegen door kinderen
Bewustwording (groot)ouders van voeding
Beleidsdoelstellingen gezond gewicht 1. Het percentage jeugdigen met overgewicht in Edam-Volendam is op 31 december 2015 niet toegenomen in vergelijking met cijfers uit 2010. In 2010 waren de percentages 14% voor groep 2, 12% voor groep 7 en 9% voor klas 2. 2. Het percentage 0-11 jarigen dat niet elke dag fruit eet is in 2016 teruggebracht naar het niveau van 2007 (44%) (Onderzoek GGD 0-11 jarigen 2015). 3. Het percentage jongeren van klas 2 en 4 dat niet elke dag fruit eet is in 2015 teruggebracht van 75% naar 65% (Onderzoek GGD E-MOVO 2014). 4. Het percentage 0-11 jarigen dat niet elke dag groente eet is in 2016 teruggebracht naar het niveau van 2007 (49%) (Onderzoek GGD 0-11 jarigen 2015). 5. Het percentage jongeren van klas 2 en 4 dat niet elke dag groente eet is in 2015 teruggebracht van 81% naar 70% (Onderzoek GGD E-MOVO 2014). Interventiedoelstellingen gezond gewicht 6. Op 31 december 2015 werken 10 basisscholen in Edam-Volendam met het lespakket Lekker Fit. 7. Op 1 mei 2013 hebben minstens 30 kinderen met overgewicht in Edam-Volendam deelgenomen aan het (pilot)project Fitkidz plus. 8. Naar aanleiding van de pilot Fitkidz plus en de resultaten wordt bepaald of er voortgang van het project plaats vindt. 9. Het percentage kinderen dat met overgewicht is doorverwezen door de GGD of voor een follow-up gekomen is bij de jeugdverpleegkundige is op 31 december 2015 hoger dan het percentage in 2010. In 2010 waren de percentages bij 5-jarigen 54%, bij groep 7 22% en bij klas 2 21%. 10. In de periode 2013-2016 heeft de gemeente jaarlijks deelgenomen aan de landelijke buitenspeeldag en hiervoor Sport-Koepel ingezet als coördinator. Naast beweging is er ook aandacht voor gezonde voeding. 11. Eind 2013 is er inzicht in wat er in de gemeente Edam-Volendam gedaan wordt aan de preventie van overgewicht. Zowel bij de scholen als bij de professionals.
2
Bij het bepalen van de doelstellingen is uitgegaan van de termijn 2013-2015 zodat in het jaar 2016 een evaluatie en nieuwe nota geschreven kan worden. De uitvoering loopt wel van 2013 tot en met 2016. 22
12. In 2013 is er een bijeenkomst georganiseerd voor partners (fysiotherapeuten, diëtisten, CJG, sportscholen enzovoort) met als doel inzicht krijgen in wat er in Edam-Volendam gebeurt ten aanzien van overgewicht. Wanneer blijkt dat er ‘gaten’ zijn in het aanbod, kan hier op worden ingespeeld. 13. In 2013 wordt onderzocht of een overlegstructuur/denktank noodzakelijk is voor professionals die zich bezig houden met voeding en beweging. 14. In 2014, 2015 en 2016 zijn activiteiten ontwikkeld en uitgevoerd ter preventie van overgewicht en ter stimulering van een gezond gewicht. Hierbij is met name aandacht voor gezonde voeding. Activiteiten in de regio Zaanstreek-Waterland, regionale nota In overleg met alle negen gemeentes in de regio Zaanstreek-Waterland is afgesproken dat regionaal aandacht gaat naar het onderwerp overgewicht (gezond gewicht). De specifieke activiteiten, doelen en doelstellingen worden verwoord in een regionale nota. De activiteiten worden gefinancierd vanuit reeds beschikbare middelen (GGD-gelden en gelden beschikbaar vanuit de centrumgemeentes Zaanstad en Purmerend). De regionale nota wordt apart vastgesteld door de gemeenteraad in de loop van 2013.
23
24
6 Psychische gezondheid
Het speerpunt psychische gezondheid richt zich op eenzaamheid bij ouderen, op de weerbaarheid bij jongeren en op suïcidegedachten bij jongeren.
Eenzaamheid bij ouderen Eenzaamheid onder ouderen is vanuit de cijfers van de GGD een speerpunt binnen het gezondheidsbeleid (43% van de ouderen voelt zich eenzaam). Bovendien is sinds 1 juli 2010 ouderengezondheidszorg binnen de Wpg toegevoegd (artikel 5a). De taken voor de gemeente zijn: 1. het monitoren van (ontwikkelingen in de) gezondheidstoestand van ouderen en van gezondheidsbevorderende en –bedreigende factoren 2. het inschatten van de behoeften aan zorg 3. het vroegtijdig opsporen en preventie van specifieke stoornissen als comorbiditeit3 4. het geven van voorlichting, advies instructie en begeleiding 5. het formuleren van maatregelen ter beïnvloeding van gezondheidsbedreigingen. Het is aan gemeenten om de verdere invulling van bovenstaande taken uit te voeren, zie ook: Preventie gericht op ouderen. Wat gebeurt er al in de gemeente aan (het bestrijden van eenzaamheid bij) ouderen? Met betrekking tot het monitoren van de gezondheidstoestand (1), het inschatten van de behoefte aan zorg (2) en het vroegtijdig opsporen van specifieke stoornissen (3) worden diverse kanalen ingezet: de GGD Zaanstreek-Waterland, SGBO-enquête, bezoek aan 75-jarige door vrijwilliger. Met betrekking tot het geven van voorlichting (4) en het formuleren van maatregelen (5) zijn binnen de gemeente activiteiten/organisaties en beleidsstukken. Deze staan omschreven in tabel X. Met name binnen de Wmo is aandacht voor ouderen. Ook besteedt de sportnota aandacht aan ouderen. Daarnaast zijn er vele organisaties actief binnen de gemeente Edam-Volendam die zich richten op voorlichting en educatie, signalering en advies en ondersteuning voor de ouderen. Tabel 4. Overzicht huidige activiteiten/nota’s/beleid ouderen in Edam-Volendam Inrichting van Regelgeving en Voorlichting en Signalering en de omgeving handhaving educatie advies
Ondersteuning
Alle Hens aan Dek 20082011, nota WMO
X
X
X
X
X
Wmo-
X
X
X
X
X
3
Comorbiditeit is het tegelijkertijd hebben van twee of meer stoornissen of aandoeningen bij een patiënt 25
Inrichting van de omgeving
Regelgeving en Voorlichting en Signalering en handhaving educatie advies
Ondersteuning
beleidsplan 2013-2016* Woonzorgvisie EdamVolendam 2012-2017
X
X
Sportnota Doeners en Talenten 20102012 Bijzondere bijstand en minimabeleid (2007)
X
X
X
X
X
Diverse producten mbt ouder worden en inkomen en wonen
X
CBW
X
X
X
Stichting Maatschappelij ke Dienstverlening Zaanstreek Waterland (SMD)
X
X
X
Sensoor
X
X
X
Adviseur Wonen Zorg Welzijn (WZW)
X
X
X
EdamVolendam GGZ in beeld* (nota nog in ontwikkeling
X
X
X
Wonen Plus
X
X
X
Mantelzorgond ersteuning
X
X
X
PIM-groep Subsidie Context
X X
X
X
26
* De GGZ-cliënt (Geestelijke GezondheidsZorg-cliënt) is binnen de gemeente Edam-Volendam een kwetsbare groep. Als gemeente willen we ervoor zorgen dat de GGZ-client kan participeren in de samenleving. De nota GGZ in beeld beschrijft hoe de gemeente dit kan aanpakken (vast te stellen door de raad in 2012). Ook richt het WMO-beleidsplan zich op psychische gezondheid (vast te stellen door de raad in 2012). Conclusie ouderen (en eenzaamheidsbestrijding) Binnen de gemeente Edam-Volendam wordt voldaan aan artikel 5A van de Wpg (ouderengezondheidszorg). Met betrekking tot de bestrijding van eenzaamheid bij ouderen zijn ook al vele activiteiten opgezet in de gemeente en in de regio (vanuit de WMO en diverse welzijnorganisaties). Het formuleren van doelstellingen is gezien het huidige aanbod niet nodig in deze nota. Weerbaarheid van de jeugd Om de jongeren weerbaar te maken tegen de verleidingen van de genotmiddelen en verkeerde voeding, moeten de jongeren voldoende op de hoogte zijn van de gevaren van deze verleidingen. Bovendien moeten hun ouders hen daar ook in ondersteunen bijvoorbeeld door het stellen van regels. Het aanpakken van de weerbaarheid van de jeugd valt grotendeels onder de aanpak van genotmiddelen en overgewicht (zie bovenstaande uitwerking van de speerpunten). Suïcide gedachten bij jongeren Het aanpakken van de suïcide gedachten bij jongeren is lastig. Het is onduidelijk waar deze gedachten vandaan komen. Hier is (binnen Edam-Volendam) geen onderzoek naar gedaan. Vaak worden suïcide gedachtes vooraf gegaan aan depressieve gevoelens. De depressieve gevoelens zouden kunnen samenhangen met genotmiddelengebruik en verslaving. Onderzoek laat echter zien dat de oorzaak van suïcides niet eenduidig is en dat vooral psychologische factoren belangrijk zijn. De gemeente vindt het belangrijk dat er aandacht is voor de suïcide gedachten. Context en Brijder preventie schrijven daarom op verzoek van de gemeente een plan van aanpak. Dit is een integrale aanpak (aansluiten op wat er al bestaat) en richt zich op het verminderen van de suïcide gedachten bij jongeren. Afhankelijk van de kosten Doel suïcide gedachten Verminderen van de suïcidegedachten bij jongeren Beleidsdoelstelling 1. Het percentage jongeren van klas 2 en 4 dat suïcide gedachten heeft is in 2015 minder dan 21% (Onderzoek GGD E-MOVO 2014). Interventiedoelstelling suïcidegedachten 2. Context en Brijder preventie hebben in 2013 in samenwerking met de gemeente Edam-Volendam een meerjarig plan van aanpak opgesteld om suïcide gedachten bij jongeren in Edam-Volendam te verminderen en sluiten hierbij aan op wat er al bestaat. In het plan van aanpak staan SMARTdoelstellingen beschreven. Het plan kan alleen uitgevoerd worden wanneer er voldoende financiële middelen beschikbaar zijn.
27
28
7 Evaluatie
Dit hoofdstuk beschrijft op welke momenten een evaluatie plaats vindt. Een evaluatie geeft inzicht in het effect van lokaal beleid en het verloop van het proces. Niet alleen achteraf, maar ook tussentijds, zodat het mogelijk is om bij te sturen. De evaluatie van de nota bestaat uit meerdere onderdelen. Tussentijdse evaluatie Jaarlijks ontvangt de gemeenteraad een tussentijdse evaluatie van de ondernomen activiteiten op het gebied van gezondheidsbeleid (voorjaar van het afgelopen beleidsjaar). De tussentijdse evaluaties naar de raad worden vergezeld van een onderzoeksrapport van de GGD van een bepaalde doelgroep. • • •
Volwassenenonderzoek – senioren onderzoek E-MOVO onderzoek (2e en 4e klas) Jeugd-enquête (0-11 jarigen)
in najaar 2012 in najaar 2013 in najaar 2014
resultaten in 2013. resultaten in 2014 resultaten in 2015
Naast de onderzoeken van de GGD zet de gemeente twee onderzoeken zelf uit: 1. Nalevingsonderzoek alcohol eind 2014/begin 2015 door STAP/Universiteit Twente 2. Onderzoek genotmiddelenbeleid eind 2014/begin 2015 door onderzoeksbureau Eindevaluatie De resultaten van de verschillende enquêtes en onderzoeken, plus de tussentijdse evaluaties, worden gebruikt om een algehele evaluatie van het beleid te schrijven en door de raad vast te stellen. De uitkomsten van deze evaluatie bepaalt in hoeverre wordt doorgezet met het ingezette beleid. De eindevaluatie wordt in 2015 vastgesteld door de raad.
29
30
8 Financiën
In onderstaand overzicht staan de kosten begroot voor het uitvoeren van het beleid. 2013
2014
2015
2016
Kostenplaats
Kosten -soort
Product
Genotmiddelen Campagne en materialen Genotmiddelen voorlichting (subsidies) Drugsinterventie Onderzoek Projecten overgewicht Communicatie/voorlichting Projecten psychische gezondheid Onderhoud AED
€ 40.000
€ 40.000
€ 40.000
€ 40.000
4714120
9.06
€ 45.000
€ 45.000
€ 45.000
€ 45.000
4714120
9.06
€ 10.000 € 10.000 € 1.900 Pm
€ 10.000 € 10.000 € 10.000 € 1.900 Pm
€ 10.000 € 10.000 € 10.000 € 1.900 Pm
€ 10.000 € 10.000 € 10.000 € 1.900 pm
4714120 4714120 4714000 4714000
9.06 9.06 434322 9.10 434322 9.10
€ 2.100
€ 2.100
€ 2.100
€ 2.100
4714000
434322 9.10
Loonkosten*
€ 55.053
€ 55.591
€ 56.061
€ 56.623
4714120
462260 9.06
Totaal product 9.06 (excl. € 95.000 € 105.000 € 105.000 € 105.000 loonkosten) Totaal product 9.10 € 14.000 € 14.000 € 14.000 € 14.000 Totaal incl. loonkosten € 164.053 € 174.591 € 175.061 € 175.623 * De loonkosten zijn voor de uitvoering van de gehele nota leefstijl. Kostenplaats 4714120, verslavingsbeleid, product 9.06 In 2009, 2010, 2011 heeft de gemeente tussen € 101.890 en € 125.073 besteed aan het alcohol- en drugsbeleid (inclusief ambtelijke ondersteuning). Om het ingezette beleid voort te zetten is het noodzakelijk jaarlijks € 105.000 (excl kosten ambtelijke ondersteuning) te begroten. In de huidige meerjarenbegroting (2013-2016) staat hiervoor een bedrag van € 126.402 geraamd excl. kosten ambtelijke ondersteuning. Inclusief ambtelijke ondersteuning is opgenomen in de meerjarenbegroting € 168.210. Kostenplaats 4714000, kostensoort 434322, beleidsnota gezondheidsbeleid, product 9.10 Van 2008 tot en met 2012 heeft de gemeente € 14.000 begroot. Deze post is inmiddels structureel in de begroting opgenomen. Het geeft de gemeente ruimte om zelf activiteiten ten aanzien van gezondheidsbeleid uit te voeren. Bijvoorbeeld het organiseren van de Nationale Buitenspeeldag en projecten voor kinderen met overgewicht of ter preventie van overgewicht. Binnen deze kostenplaats komt ook onderhoud Automatische externe defibrillator (AED) aan de orde (€ 2.100). Het gaat om de kosten die de EHBO-verenigingen maken om aan het onderhoud van ‘hun’ AED’s 31
te voldoen. Op deze manier blijven de AED’s werkzaam en wordt de kans op het overlijden aan een hartstilstand in Edam-Volendam verkleind. Totale uitgaven en begroting binnen de gemeente De totale uitgaven voor het uitvoeren van de doelstellingen en activiteiten (inclusief loonkosten) in de nota zijn in 2013 € 164.053 en deze lopen iets op (in verband met loonstijging) tot € 175.623 in 2016. In de begroting is reeds meerjarig een bedrag opgenomen voor de uitvoering van het speerpunt genotmiddelen (product 9.06, kostenplaats 4.714.120) en voor de uitvoering van het speerpunt overgewicht (product 9.10, kostenplaats 4.714.000). Om vanaf 2014 (evaluatie)onderzoek uit te kunnen voeren zal bij het opstellen van de begroting 2014 worden voorgesteld om structureel € 10.000 extra op te nemen in de meerjarenbegroting. Vooralsnog heeft het voorstel dus geen financiële gevolgen. De kosten voor het uitvoeren van het speerpunt psychische gezondheid (het plan om suïcidegedachten bij jongeren te verminderen) zijn hierin niet meegenomen. Daar wordt een apart voorstel voor geschreven.
32
Bijlage
Overzicht cijfers alcohol- en drugsgebruik juni 2012 0-11 jarigen Bron: GGD Zaanstreek-Waterland (2009). Tabellenboek gemeente Edam-Volendam, Enquête 0 t/m 11 jarigen 2007 GGD Zaanstreek-Waterland (2012). Tabellenboek gezondheidsmonitor 0-12 jarigen gemeente Edam-Volendam Tabel 1 Alcoholgebruik moeder tijdens de zwangerschap (%) Drinken tijdens zwangerschap 2007 Regio ZW Edam-Volendam Regio West-Friesland *significant verschil regio tov Edam-Volendam in 2007 # significant verschil regio tov Edam-Volendam in 2011
2011 9 *5 11
6 #4 onbekend
In Edam-Volendam is het percentage moeders dat alcohol gebruikt tijdens de zwangerschap. Zowel in 2007 als in 2011 (5,2% in 2007, 4% in 2011) lager dan de regio (8,8% in 2007, 6% in de regio). De Volendamse moeders drinken vaker geen alcohol tijden de zwangerschap dan Edamse moeders (98% vs. 89%). Dit verschil is significant. Tabel 2 Ooit alcohol gedronken 8 tot en met 11 jarigen (%) Ooit alcohol gedronken (2007) Regio ZW Edam-Volendam Regio West-Friesland
5,6 3,8 16,0
3,8% van de jongeren (8 tot en met 11 jarigen) in Edam-Volendam hebben ooit alcohol gedronken. Dit is vergelijkbaar met jongeren in de regio Zaanstreek-Waterland (5,6%). Tabel 3. Afspraak met kind over alcoholgebruik (%) Afspraak met kind over alcohol gebruik (2011) Regio ZW 32 Edam-Volendam 50 Ouders in Edam-Volendam hebben vaker een afspraak met hun kind over alcoholgebruik dan ouders in de regio Zaanstreek-Waterland (50% vs. 32%). Ouders in Edam-Volendam hebben vaker de afspraak dat het kind niet mag drinken tot zijn 16e dan ouders in de regio Zaanstreek-Waterland (82% vs. 59%). Dit verschil kan verklaard worden doordat de gemeente Edam-Volendam al enige jaren inzet op het maken van afspraken tussen ouder en kind. Tijdens het 33
periodiek geneeskundig onderzoek (PGO) in groep 7 is er extra tijd voor de jeugdverpleegkundige om aandacht te besteden aan alcohol en aan het belang van het maken van afspraken. Zaanstreek-Waterland 2007 − Van de 10 en 11 jarigen in ZW zegt 12,5% ooit alcohol gedronken te hebben en 0,6% is ooit dronken of aangeschoten geweest; − Voor de 10 en 11 jarigen in ZW die ooit alcohol gedronken hebben, geldt dat ruim 46% van hun ouders denkt dat hun kind nog nooit alcohol gedronken heeft; − 10 en 11 jarigen in ZW zijn meestal thuis of bij familie of vrienden als ze alcohol drinken.
34
Jongeren Bron: GGD Zaanstreek-Waterland (2011). E-MOVO 2010 Een scholieren onderzoek onder tweedeen vierdeklassers van het voortgezet onderwijs in Zaanstreek-Waterland. De Onderzoekerij (2011). Alcohol- en drugsbeleid in Edam en Volendam GGD Hollands Noorden (2011). E-MOVO 2009 onder scholieren in Noord-Holland Noord GGD Flevoland (2011). Tabellenboek scholierenenquete 2010-2011 GGD Zaanstreek-Waterland vergeleek de cijfers van Edam-Volendam met de cijfers uit de regio ZaanstreekWaterland. De gemeente Edam-Volendam heeft zelf cijfers opgezocht over de regio Noord-Holland Noord, de regio West-Friesland en Urk, en deze in het schema gezet. De cijfers zijn vergelijkbaar omdat hetzelfde onderzoek (E-MOVO) is afgenomen. E-MOVO onderzoek is afgenomen bij jongeren uit de 2e en 4e klas. Tabel 4. Alcoholgebruik 13- tm 17 jarigen (%) EdamRegio ZW* Volendam* inwoners 28.583 320.068 Alcohol gedronken in de 60 48 afg. mnd < 16 jaar en alcohol 54 38 gedronken in afg.mnd Binge drinken in de afg. 49 35 mnd < 16 jaar en binge 42 25 drinken in de afg. mnd Dronken geweest in de 40 25 afg. mnd < 16 jaar en dronken in 33 17 de afg. mnd *Significant verschil
Regio NHN
Regio WF
Urk
50
330.000 48
18.950 54
40
onbekend
37
37
onbeken d 38
28
onbekend
25
24
17
onbekend
onbeken d 31 onbeken d
Er wordt in Edam-Volendam door de jeugd meer gedronken dan in de regio Zaanstreek-Waterland (dit geldt voor alle categorieën). Van de scholieren jonger dan 16 jaar in Edam-Volendam, drinken vmbo leerlingen, vierdeklassers die jonger zijn dan 16 jaar en scholieren die wonen in Volendam het meest. Van de leerlingen die jonger zijn dan 16 en die wel eens alcohol drinken geeft 42% aan dat het door hun ouders wordt gedoogd: 33% van de ouders vindt het goed en 9% zegt er niets van. Ruim een vijfde van de ouders (22%) weet niet dat hun kind drinkt, 25% raadt het af, 8% zegt dat het minder moet en 4% verbiedt het kind alcohol te drinken. Jongeren drinken vooral bij anderen thuis en thuis met anderen. In Edam-Volendam drinken meer jongeren alcohol in vergelijking met de regio Zaanstreek-Waterland, de regio Noord-holland Noord, de regio West-Friesland en Urk. Voor het vergelijken met deze regio’s is gekozen omdat buitenstaanders vaak deze vergelijking maken en deze gebieden bekend staan om hun alcohol- en drugsgebruik. Het is onduidelijk of Edam-Volendam significant afwijkt van de regio’s NoordHolland Noord en West-Friesland en van Urk. Hier is geen onderzoek naar gedaan.
35
Tabel 5. Alcoholgebruik in Edam-Volendam en in de regio Zaanstreek-Waterland (%) E-MOVO Onderzoek gemeente Edam-Volendam door E-MOVO (2010, Onderzoekerij (2011) (2010, GGD GGD)
Ooit een glas gedronken Drinkt in het weekend Alcohol gedronken in de afg. mnd < 16 jaar en alcohol gedronken in afg.mnd Binge drinken in de afg. mnd < 16 jaar en binge drinken in de afg. mnd Dronken geweest in de afg. mnd < 16 jaar en dronken in de afg. mnd
EdamVolenda m onbeken d onbeken d 60
13 jaar of jonger n=478 8 (n=37)
14 jaar
15 jaar
16 jaar
Regio ZW
N=255 52 (n=132)
N=80 75 (n=58)
N=10 70 (n=7)
2 (n=7)
40 (n=100)
58 (n=45)
70 (n=7)
onbekend
onbekend
onbekend
54
onbekend
onbekend
onbekend
onbeken d onbeken d
49
3 (n=12)
29 (n=73)
56 (n=42)
56 (n=5)
35
42
3 (n=12)
29 (n=73)
56 (n=42)
onbeken d
25
40
1 (n=5)
23 (n=57)
37 (n=28)
50 (n=5)
25
33
1 (n=5)
23 (n=57)
37 (n=28)
onbeken d
17
onbeken d onbeken d 48 38
In Edam-Volendam is onderzoek gedaan door de GGD (E-MOVO) onder leerlingen van klas 2 en 4 en door een onafhankelijk onderzoeksbureau onder leerlingen van klas 1, 2 en 3. Beide onderzoeken tonen aan dat het alcoholgebruik in Edam-Volendam onder jongeren hoog is en dat al veel zestien-minners alcohol drinken en ook al dronken zijn geweest.
Tabel 6. Drugsgebruik 13- tm 17 jarigen (%) Edam-Volendam Regio ZW Regio NHN Regio WF Urk 28.583 Aantal inwoners 320.068 330.000 18.950 Ooit softdrugs gebruikt 12* 18* 18 15 8 Softdrugs gebruikt in de 4* 8* 8 6 3 afg. mnd Ooit harddrugs gebruikt 4 4 3 2 2 Afgelopen maand 2 2 1 1 onbeken harddrugs gebruikt d Softdrugs= hasj en wiet. Harddrugs = XTC, amfetamine, cocaïne, GHB, paddo’s, heroïne en/of LSD. * significant verschil
36
Er worden in Edam-Volendam minder softdrugs gebruikt door de jeugd dan in de regio ZaanstreekWaterland. Het harddrugsgebruik onder jongeren in Edam-Volendam is vergelijkbaar met dat in de regio Zaanstreek-Waterland. In Edam-Volendam wordt minder softdrugs gebruikt vergeleken met de regio Noord-holland Noord en West-Friesland. Vergeleken met Urk gebruiken jongeren in Edam-Volendam meer softdrugs en harddrugs. Het is onduidelijk of deze verschillen significant zijn omdat hier geen onderzoek naar gedaan is. Tabel 7. Drugsgebruik in Edam-Volendam en in de regio Zaanstreek-Waterland (%) E-MOVO (2010) Onderzoek EdamE-MOVO Edam-Volendam Volendam door Regio ZW 2e en 4e klassers Onderzoekerij (2011) 2e en 4e klassers n=498 Klas 1, 2 en 3 n=5.361 n=824 Ooit softdrugs 12 2 (n=14) 18 gebruikt Softdrugs gebruikt in 4 1 (n=10) 8 de afg. mnd Ooit harddrugs 4 onbekend 4 gebruikt Afgelopen maand 2 onbekend 2 harddrugs gebruikt Uit bovenstaande tabel blijkt dat het softdrugsgebruik onder jongeren van klas 1,2 en 3 lager is dan het softdrugsgebruik van jongeren van klas 2 en 4. Er zou gesuggereerd kunnen worden dat softdrug gebruik zich met name voordoet in klas 4. Uit onderzoek blijkt dat de startleeftijd in de doelgroep 15 tot en met 24 jaar in 2005 voor de ooitgebruikers van cannabis, gemiddeld 16,4 jaar is (Trimbos Instituut, 2010, Nationale Drug Monitor).
37
Volwassenen en senioren Bron GGD Zaanstreek-Waterland (2010). Tabellenboek volwassenen en senioren ZaanstreekWaterland 2009 GGD Zaanstreek-Waterland (2005). Volwassenen onderzoek (18 tot en met 70 jaar) 2005
Tabel 8. Percentage zware drinkers onder volwassenen en senioren in ZW Volwassenonderzoek 2005 Volwassenonderzoek Seniorenonderzoek 2009 (18 t/m 70 jaar) 2009 (65 jaar en ouder) (19 t/m 64 jaar) Edam22* 17*# 7 Volendam Regio ZW 17* 12*# 5 Nederland 13 * siginificante daling # significant verschil In Edam-Volendam is een daling van het percentage zware drinker (van 22% in 2005 naar 17% in 2009). (percentages zijn niet helemaal juist vergelijkbaar door verschillende leeftijdsgroepen). In Edam-Volendam is het percentage zware drinkers in 2009 (17%) hoger vergeleken met de regio Zaanstreek-Waterland (12%). Het onderzoek uit 2009 omvat een andere leeftijdsgroep, hier is nog niet voor gecorrigeerd in de vergelijking. Tabel 9. Ooit Softdrugs gebruikt Volwassenonderzoek 2005 (18 t/m 70 jaar) Edam-Volendam 20 Regio ZW 23 Nederland
Volwassenonderzoek 2009 (19 t/m 64 jaar) 22 23
Het softdrugsgebruik door volwassenen is de afgelopen vier jaar gelijk gebleven. Er is in Edam-Volendam geen verschil in het gebruik met de regio. Tabel 10.Ooit Harddrugs gebruikt Volwassenonderzoek 2005 (18 t/m 70 jaar) Edam-Volendam 8* Regio ZW 8 *significante stijging # significant verschil
Volwassenonderzoek 2009 (19 t/m 64 jaar) 12*# 8#
Het harddrugsgebruik (ooit) is in Edam-Volendam toegenomen van 2005 naar 2009 (zie tabel 7). Het harddrugsgebruik in Edam-Volendam (12%) is hoger dan het harddrugsgebruik in de regio ZaanstreekWaterland (8%). In het seniorenonderzoek is niet naar drugsgebruik gevraagd.
38
Overzicht cijfers overgewicht, voeding en beweging 0-11 jarigen Bron: GGD Zaanstreek-Waterland (2009). Tabellenboek gemeente Edam-Volendam, Enquête 0 t/m 11 jarigen 2007 GGD Zaanstreek-Waterland (2012). Tabellenboek gemeente Edam-Volendam, Enquête 0 t/m 11 jarigen 2011 GGD Onderzoek tijdens PGO in 2007 en 2010 Tabel 11. Overgewicht bij jeugdigen in Edam-Volendam (%) 2007 2010 PGO groep 2 9,1 14 PGO groep 7 11,9 12 PGO klas 2 16 9
Conclusie ↑ ↔ ↓
Tabel 12. Voeding en beweging bij 0-11 jarigen Edam-Volendam 2011 Onvoldoende ontbijten 1 Onvoldoende fruit eten 50 Onvoldoende groente eten 59 Voldoende bewegen 87 Niet lid van sportvereniging 17 5 dagen per week lopen/fietsen naar school 60 Meer dan 2 uur per dag TV kijken 12 Minder dan een half uur per dag achter de 37 computer Zeven dagen per week buiten spelen 27 *significant verschil ten opzichte van Edam-Volendam 2011
EdamVolendam 2007 2 44 49* onbekend 18 67 14 28*
Regio ZW 2011
Conclusie E-V tov Regio 2011
2 43* 56 79* 28* 55* 14 30*
☺ ☺ ☺
40*
21*
☺
☺
Edam-Volendam scoort beter ten opzichte van de Regio Zaanstreek-Waterland op het gebied van beweging. Edam-Volendam scoort slechter ten opzichte van de regio op het gebied van fruit eten. Wanneer de resultaten in de tijd bekeken worden (2007 ten opzichte van 2011), dan is groente eten en fruit eten slechter, zitten kinderen minder lang achter de computer en spelen kinderen meer buiten.
Tabel 13. Borstvoeding Edam-Volendam Edam-Volendam Regio ZW 2011 2007 2011 Geeft 6 maanden uitsluitend borstvoeding 21 16,3 23 Borstvoeding beschermt het kind op het ontwikkelen van overgewicht. In 2007 gaf 16% van de moeders in Edam-Volendam uitsluitend 6 maanden borstvoeding en in 2011 was dit 21%. Deze percentages wijken niet af.
39
Jongeren Bron: GGD Zaanstreek-Waterland (2011). E-MOVO 2010 Een scholieren onderzoek onder tweedeen vierdeklassers van het voortgezet onderwijs in Zaanstreek-Waterland. Tabel 14. Voeding en beweging bij jongeren in Edam-Volendam Edam-Volendam ≥ 1 dag p/w zonder ontbijt naar school Niet dagelijks groenten eten Niet dagelijks fruit eten Minder dan 7 lichamelijk actieve uren p/w Geen lid van een sportclub Gemiddeld > 14 uur p/w achter beeldscherm Niet elke dag lopen/fietsen naar school *significant verschil
Regio ZW
13* 81* 75* 40 26 73
19* 70* 67* 40 32 67
13
23
40
Volwassenen en senioren Bron GGD Zaanstreek-Waterland (2010). Tabellenboek volwassenen en senioren ZaanstreekWaterland 2009 GGD Zaanstreek-Waterland (2005). Volwassenen onderzoek (18 tot en met 70 jaar) 2005 Tabel 15. Percentage (sterk) overgewicht onder volwassenen en senioren 2005 Volwassenonderzoek Seniorenonderzoek 2009 (enquête 18-70 2009 (65 jaar en ouder) jarigen) (19 t/m 64 jaar) Edam44 61 Volendam 45,3 + 9,6 = 54,9 Regio ZW Nederland
48,5
47 42
59 57
Tabel 16. Voeding en beweging bij volwassenen en senioren Volwassenonderzoek 2009 Seniorenonderzoek 2009 (19 t/m 64 jaar) (65 jaar en ouder) E-V Regio ZW E-V Regio ZW Voldoet niet aan 36 42 41 42 beweegnorm Voldoet niet aan 82* 74* 72 groentenorm 69 Voldoet niet aan fruitnorm 81 82 60 56 Voldoet niet aan ontbijtnorm 8* 15* Onbekend onbekend *significant verschil
41
Overzicht cijfers psychische gezondheid 0-11 jarigen Bron: GGD Zaanstreek-Waterland (2009). Tabellenboek gemeente Edam-Volendam, Enquête 0 t/m 11 jarigen 2007
Tabel 17. Psychische gezondheid bij 0-11 jarigen Psychische aandoening moeder Psychische aandoening vader Psychische aandoening van één of beide ouders Kind zat niet lekker in zijn vel Emotionele en gedragsproblemen kind
Edam-Volendam 7,5 4,1 10,9 0,9 0,7
Regio ZW 10,5 4,6 14,3 1,1 1,1
Jongeren Bron: GGD Zaanstreek-Waterland (2011). E-MOVO 2010 Een scholieren onderzoek onder tweedeen vierdeklassers van het voortgezet onderwijs in Zaanstreek-Waterland. Tabel 18. Psychische gezondheid Edam-Volendam
Regio ZW
7* 15 17 21
5* 15 19 20
Psychosociale problematiek (SDQ)4 ongunstig Psychosociale problematiek (SDQ) ongunstig en grensgebied Psychisch ongezond (MHI-5)5 Suïcidegedachten *significant verschil
Volwassenen en senioren Bron GGD Zaanstreek-Waterland (2010). Tabellenboek volwassenen en senioren ZaanstreekWaterland 2009 Tabel 19. Psychische gezondheid onder volwassenen en senioren Volwassenonderzoek 2009 (19 t/m 64 jaar) E-V Regio ZW Psychisch ongezond 12 14 Risico op 28* 36* angststoornis/depressie Eenzaamheid 30 34 *significant verschil
Seniorenonderzoek 2009 (65 jaar en ouder) E-V Regio ZW 24 20 36 38 43 47
4
SDQ (Strenghts and Difficulties Questionnaire): De SDQ bevraagt met 25 vragen zowel psychische als sociale moeilijkheden, maar ook sterke kanten.
5
MHI-5: vijf vragen van de Mental Helath Inventory-5. De MHI-5 vraagt naar de stemming van de scholieren in de afgelopen maand 42