Inhoudsopgave Een woord vooraf Hoofdstuk 1: De organisatie Naam De ontstaansgeschiedenis De schoolorganisatie Situering van de school Schoolgrootte 2015-2016 Externe contacten
4 5 5 6 8 9 9
Hoofdstuk 2: Waar de school voor staat Missie Uitgangspunten Doelstelling Schoolklimaat Integrale veiligheid op school Kwaliteitsonderzoek
10 10 11 11 12 13 13
Hoofdstuk 3: Onderwijs Onderwijzend personeel Afdelingen Systeemkenmerken Groepering van leerlingen Onderbouw, leerwegen en tweede fase havo/vwo Examens Voorzieningen Lestijden Vakantierooster Preventie schoolverzuim: verlofregeling Kwaliteitszorg en examenresultaten Doorstroom- en uitstroomgegevens
14 14 14 15 16 18 19 19 20 20 21 21 23
Hoofdstuk 4: Leerlingen Toelating Regels rondom toetsing Rapportage resultaten Bevorderingsnormen Speciale zorg Begeleiding bij verhuizing Excursies Werkweek Schoolregels Schorsing en verwijdering Leerlingenraad
24 25 27 27 31 32 32 32 32 38 38
2
Hoofdstuk 5: Ouders en verzorgers Betrokkenheidouders/verzorgers Informatievoorziening Ouderactiviteiten Contact en overleg Klachtenprocedure Schoolgeld/ouderbijdrage Schoolverzekering leerlingen
40 40 40 41 41 42 42 42
Hoofdstuk 6: Contactgegevens Personeel Schoolbestuur Ouderraad Klachtencommissie Onderwijsinspectie Stichting NOB Meldpunt vertrouwensinspecteur
43 43 43 43 43 43 43 44
Lessentabel Docenten en medewerkers Jaarrooster
45 46 47
3
Een woord vooraf Geachte ouders/verzorgers, beste leerlingen, Waarom een schoolgids? In deze schoolgids vindt u informatie over wat u van de school kunt verwachten. Ouders/verzorgers en leerlingen kunnen de school gedurende het schooljaar aanspreken op de inhoud van de schoolgids. Op deze manier hopen we dat de schoolgids een instrument is dat de dialoog tussen ouders/verzorgers, leerlingen en school bevordert. Wat staat er in deze schoolgids? In deze schoolgids staat informatie over: • de missie van de school en waar de school voor staat; • de organisatie van het onderwijs en de begeleiding; • de wijze waarop de school aan voortdurende verbetering van de kwaliteit van het onderwijs en de begeleiding werkt; • wat ouders/verzorgers, leerlingen en school van elkaar mogen verwachten. • het percentage geslaagden per afdeling en het percentage dat bevorderd wordt naar een hoger leerjaar. Het Vespucci College profileert zich als een school waar, met behulp van moderne middelen en een zeer hoog gekwalificeerd team, de beste individuele resultaten worden bereikt. Doel daarbij is elke leerling via de kortst mogelijke route de hoogst haalbare kwalificatie te laten halen. Daarnaast hecht het Vespucci College er hoge waarde aan dat de leerlingen een scala aan buitenschoolse activiteiten aangeboden krijgen. Dat wordt o.a. gerealiseerd in de verrijkingsuren en verrijkingsdagen waarin elke leerling naar keuze of verplicht activiteiten aangeboden krijgt. Indien (aankomende) leerlingen, hun ouders/verzorgers of andere betrokkenen vragen, opmerkingen of wensen hebben na lezing van deze schoolgids dan kunnen ze contact opnemen met de directie van de school. Ook suggesties voor verbeteringen zijn van harte welkom. met vriendelijke groet, Adrie Mink schoolleider
4
Hoofdstuk 1: De organisatie 1.1.
Naam
Het Vespucci College is een school voor vmbo-tl (mavo), havo en vwo, gevestigd in Julianadorp op Curaçao. Onze school is genoemd naar de ontdekkingsreiziger Amerigo Vespucci (Florence 9 maart 1451 – Sevilla 22 februari 1512).
Volgens eigen zeggen nam hij deel aan vier ontdekkingsreizen hoewel de juistheid van deze bewering in twijfel wordt getrokken. Wel staat vast dat hij van mei 1499 tot september 1500 deelnam aan een Spaanse expeditie onder Alonso de Ojeda, waarbij de kust van Guyana werd bereikt. Tijdens deze reis werd Curaçao “ontdekt”, en wel op 7 september 1499. In het jaar van oprichting van de school (1999) werd herdacht dat dit precies 500 jaar geleden plaats vond. Elk jaar op de 7e september viert de school “Vespuccidag”, een dag waarop we activiteiten organiseren die het doel hebben de band van de leerlingen onderling te versterken, maar die ook de verbondenheid van de school met de samenleving wil benadrukken. 1.2. De ontstaansgeschiedenis De Stichting Nederlands Middelbaar Onderwijs Curaçao (SNMOC) is in 1999 op verzoek van en mede onder regie van het Ministerie van Defensie opgericht. De statutaire doelstelling van de stichting luidt als volgt: “De stichting stelt zich ten doel het oprichten en in stand houden van een school voor het verzorgen van onderwijs, dat geënt is op het in Nederland bestaande systeem van middelbaar onderwijs, opdat voor kinderen van personen die slechts op tijdelijke basis op Curaçao werkzaam zijn, na terugkeer in Nederland de aansluiting met het aldaar gegeven onderwijs zoveel mogelijk gewaarborgd blijft.” De school opereert onder de naam Vespucci College en richtte zich in eerste instantie op (overheids-)leerlingen die na een aantal jaren weer naar Nederland terugkeren. Daarnaast zijn in de loop der jaren ook steeds meer leerlingen ingestroomd waarvan de ouders willen dat hun kinderen goed Nederlands onderwijs krijgen. De school biedt dan ook een uitstekende aansluiting op het Nederlandse onderwijs. Voor leerlingen die 5
na een aantal jaren weer naar Nederland terugkeren, verloopt de overstap naar een school in Nederland soepel. Ook de aansluiting met het vervolgonderwijs in Nederland (universiteit, hbo en mbo) is vanwege het behaalde Staatsdiploma goed. Op het Vespucci College wordt volledig Nederlands onderwijs gegeven volgens de Nederlandse wetgeving. De school is aangesloten bij de stichting NOB (Nederlands Onderwijs in het Buitenland) en valt onder het toezicht van de Nederlandse onderwijsinspectie. De school heeft in 2002 voor het eerst deelgenomen aan het eindexamen VMBO-TL, in 2003 aan het HAVO-eindexamen en in 2004 aan het VWOeindexamen. Op dit moment worden de examens volgens de richtlijnen van het Nederlands staatsexamen afgenomen. 1.3 De schoolorganisatie Schoolleider Teamleider Examensecretaris Zorgcoach Decaan(keuzebegeleiding) HAVO/VWO Decaan (keuzebegeleiding) VMBO Hoofd bedrijfsvoering, facilitair en financieel Organisatiemedewerker Administratie/secretariaat:
Adrie Mink John Stabel Neeltje Timmers Laura Carstens Rita Koopmanschap Cor Hameete Huub van Schaijik Raiza de Windt Riana van Zeelandt
bestuur
schoolleider
Teamleider onderwijs
docententeam
Examensecretaris
hoofd bedrijfsvoering (facilitair en financieel)
administratie / secretariaat
systeembeheer
conciërge
huishoudelijke dienst
Schoolleiding: De schoolleider, de teamleider voor onderwijs en het hoofd bedrijfsvoering (facilitair en financieel) vormen samen de schoolleiding. In het afstemmingsoverleg wordt het onderwijskundig, organisatorisch en financieel beleid van de school besproken en 6
vastgesteld. Schoolleider: De schoolleider is onderwijskundig leider en integraal eindverantwoordelijke van de school en stuurt aan op resultaat. Coördinator: De teamleider is samen met het docententeam verantwoordelijk voor het onderwijs in de diverse afdelingen (vmbo, havo en vwo). Daarnaast is hij eindverantwoordelijk voor de leerling aanname, leerlingbegeleiding, BuitenLesActiviteiten (begeleidingslessen Nederlands, NT2 en wiskunde, huiswerkbegeleiding, KeuzeWerkTijd-uren, LeerWeg Ondersteunend Onderwijs, verrijkingsuren en projecten). Hoofd bedrijfsvoering: Het hoofd bedrijfsvoering is verantwoordelijk voor: • Financiën • Administratie/secretariaat: leerlingenadministratie en receptiewerkzaamheden • Facilitaire zaken. Het hoofd bedrijfsvoering stuurt de organisatiemedewerker, conciërge, de systeembeheerder en de huishoudelijke dienst aan. Examensecretaris: De examensecretaris is verantwoordelijk voor de juiste uitvoering van het PTA en het examenreglement. Tevens is zij verantwoordelijk voor de gehele organisatie rondom de staatsexamens op Bonaire. Decaan: De decaan adviseert met betrekking tot bepaling van onderwijssoort, profielkeuze, keuze van vervolgopleiding, beroepskeuze en al het andere met betrekking tot de huidige en volgende opleiding. De decaan kan naast leerlingen ook ouders/verzorgers bij ieder keuzemoment van informatie en advies voorzien. De decaan kan adviseren aan de hand van gesprekken of tests, zoals een beroepskeuzetest, of de leerling enkel informeren aan de hand van brochures of studiegidsen. Onderwijzend personeel: 19 13 docenten met een aanstelling van 0,7 fte of hoger; 6 docenten met een aanstelling kleiner dan 0,7 fte. Onderwijs Ondersteunend personeel: 1 1 TOA Niet-Onderwijzend personeel: 7 1 hoofd bedrijfsvoering (facilitair en financieel) 1 organisatiemedewerker 1 receptioniste/medewerker administratie 1 conciërge 3 medewerkers huishoudelijke dienst 7
1.4
Situering van de school
Bron: agentdreutel panramio/google maps oktober 2007 Het Vespucci College is gevestigd in een gebouw dat past bij de eisen die het Nederlandse voortgezet onderwijs hieraan stelt. Het adres van de school is: St. Michielsweg 14 S Julianadorp, Curacao Tel. (599 9) 888 7227 mail:
[email protected] Internet: http://www.vespuccicollege.net
8
1.5 Schoolgrootte 2015-2016 Het aantal leerlingen op 1 september 2015 bedraagt 149, als volgt verdeeld over de leerjaren: 1 havo/vwo 1 vmbo-tl/havo
1ab 1bc
14 9
2 havo/vwo 2 vmbo-tl/havo
2ab 2bc
20 13
3 vwo 3 havo 3 vmbo-tl
3a 3b 3c
8 8 9
4 vwo 4 havo 4 vmbo-tl
4a 4b 4c
8 17 10
5 vwo
5a
7
5 havo
5b
18
6 vwo
6a
8
1.6 Externe contacten Onze school kent de volgende externe contacten: • De schoolleider participeert in lokaal schoolleidersoverleg. We streven naar nauwe banden met lokale scholen op Curaçao, zowel op het niveau van de schoolleiding als van de vakdocenten. • De teamleider heeft jaarlijks verschillende malen contact met de lokale Nederlandstalige basisscholen. Met de Schroederschool zijn deze contacten het meest intensief. • De schoolleiding onderhoudt contacten met de UoC (University of Curaçao). • Met de onderwijsinspectie v.o.-buitenland bestaat een goede relatie. Al zes maal (in 1999, 2001, 2003, 2006, 2009 en 2013) zijn er inspectiebezoeken uitgevoerd door de betrokken onderwijsinspecteur. Deze bezoeken waren naar volle tevredenheid. Naast inspectie was er veel ruimte voor waardevolle adviezen. Door middel van een regelmatig contact – voornamelijk via e-mail en telefoon – met de inspectie vindt consultatie plaats en wordt het door ons geformuleerde en uitgevoerde beleid getoetst.
9
Hoofdstuk 2 Waar de school voor staat 2.1. Missie Conform de statuten van de Stichting Nederlands Middelbaar Onderwijs Curaçao stelt zij zich ten doel …”het oprichten en in standhouden van een school voor het verzorgen van onderwijs dat geënt is op het in Nederland bestaande systeem van middelbaar onderwijs zodat voor kinderen van personen die slechts op tijdelijke basis op Curaçao werkzaam zijn, na terugkeer in Nederland de aansluiting met het aldaar gegeven onderwijs zoveel mogelijk gewaarborgd blijft.” Hoewel het Vespucci College haar onderwijs inricht conform de Nederlandse onderwijswetgeving staat het Vespucci College open voor alle leerlingen. De school streeft naar een mix van leerlingen die hier tijdelijk zijn en leerlingen die hier permanent wonen. In werkwijze en programma komt een duidelijke inbedding in de Curaçaose cultuur tot uiting. Voorbeelden hiervan zijn deelname aan de Teenerparade, Ride for the Roses, Sponsorloop voor een bejaardentehuis, kledinginzameling voor Curaçaose hulpverleningsinstanties, cursus Papiamentu, Vespuccidag en Siman di kultura. Het Vespucci College biedt kwalitatief hoogwaardig onderwijs aan op de niveaus vmbo (theoretische leerweg), havo en vwo, gericht op een optimale ontwikkeling van elke individuele leerling. Hiermee willen we bereiken dat iedere leerling: • een passend diploma behaalt met gegarandeerde aansluiting op Nederlands en internationaal vervolgonderwijs; • een goede aansluiting heeft op het voortgezet onderwijs in Nederland; • wordt voorbereid op haar/zijn functioneren in het vervolgonderwijs en de maatschappij.
10
Daarbij zien we onze school niet alleen als een leer- en werkplaats voor een goede voorbereiding op de toekomst. Tevens willen wij in een veilige en betrouwbare omgeving onze leerlingen begeleiden in hun ontwikkeling naar volwassenheid. Daarom bieden wij ook verrijkingsactiviteiten aan. 2.2 Uitgangspunten Naast onze missie hanteren we de volgende uitgangspunten voor het formuleren en uitvoeren van ons beleid: 1. Het Vespucci College is een innovatieve school met een eigen visie. Voortdurend zijn we op zoek naar verbeteringen in ons onderwijs. Daarbij vernieuwen we niet omdat het moet, bijvoorbeeld vanwege Nederlandse wetgeving, maar omdat we mogelijkheden willen creëren en benutten; 2. Gedurende de gehele schoolloopbaan speelt de ontwikkeling van een vijftal competenties bij de leerlingen een belangrijke rol. Deze competenties zijn: • verantwoordelijkheid • zelfstandigheid • samenwerking • initiatief • aanspreekbaarheid 3. Voor de ontwikkeling van deze competenties is een krachtige leeromgeving onmisbaar. Deze wordt bepaald door: • de kwaliteit van het docententeam; • het bieden van „ruimte‟ voor leren en ontwikkeling; • de mate waarin de organisatie als „lerend‟ kan worden aangemerkt; • randvoorwaarden als goed geoutilleerde lokalen, een goed uitgeruste bibliotheek, een uitgebreid computernetwerk, studie- en werkplekken, etc. 4. Onderwijs en begeleiding vormen in de werkwijze op het Vespucci College een geïntegreerd geheel; 5. De basis voor leren en werken op het Vespucci College wordt gevormd door vertrouwen en respect. Pas dan zijn we bereid en in staat initiatieven te nemen, verantwoordelijkheden te delen c.q. te delegeren, elkaar daarop aan te spreken en effectief samen te werken. Dat geldt zowel voor medewerkers als leerlingen; 6. De leerling staat centraal en de ouders/verzorgers zijn een serieus te nemen belangengroep; Dat betekent oog en oor hebben voor de wensen van leerlingen en hun ouders/verzorgers: • vanuit een gelijkwaardige relatie; • met wederzijds respect en in achtneming van goede omgangsvormen; • passend binnen de door de school geformuleerde beleidsuitgangspunten. 2.3 Doelstelling Aansluiting bij de praktijk van het Nederlandse voortgezet onderwijs heeft, gezien de primaire doelgroep van de school, prioriteit bij de inrichting van ons onderwijs. Het onderwijsprogramma wordt daarom bepaald door hetgeen hieromtrent in de Nederlandse onderwijswetgeving is vastgelegd. Het onderwijs van het Vespucci College sluit aan bij de doelen voor de onderbouw en de staatsexamenprogramma´s van VMBO-tl, HAVO en VWO in Nederland. 11
2.4 Schoolklimaat In ons leer- en leefklimaat, waarin de leerling centraal staat, vormen veiligheid en wederzijds respect de basis. Leerlingen, hun ouders/verzorgers, docenten, onderwijs ondersteunend personeel, directie en bestuur gaan respectvol met elkaar en met hun omgeving om, waarbij het nemen van verantwoordelijkheid voor elkaar van groot belang is. Op het Vespucci College tolereren we wangedrag niet. Het is volkomen normaal om elkaar hierop aan te spreken. Pestgedrag is dan ook volstrekt onacceptabel. Zowel in als buiten de lessen wordt “vrijheid in gebondenheid” nagestreefd: binnen door de school vastgestelde kaders hebben de leerlingen een bepaalde mate aan eigen regelmogelijkheden. De mate van vrijheid hangt samen met de vrijheid die een individuele leerling naar de mening van de school daadwerkelijk aan kan. Het uitgangspunt daarbij is vertrouwen in de leerlingen.
12
2.5
Integrale veiligheid op school
In juni 2011 is voor het Vespucci College een veiligheidsplan opgesteld, gebaseerd op de Nederlandse veiligheidswetgeving. Aan de hand van de hierin opgenomen aanbevelingen is er gewerkt aan de fysieke verbetering van de veiligheid op school. In geval van een mogelijke calamiteit is tevens een ontruimingsplan opgesteld om al de leerlingen en het personeel in veiligheid te brengen.
13
Hoofdstuk 3 Onderwijs 3.1. Onderwijzend personeel Kwaliteit: Het onderwijs binnen het Vespucci College wordt zoveel mogelijk verzorgd door bevoegde docenten, die zich voortdurend verder professionaliseren en de vernieuwingen binnen het onderwijs in Nederland op de voet volgen. Het team van docenten is een mix van meerdere typen docenten: • Docenten die goed bekend zijn met de geschiedenis van de school en die het eiland en de Curaçaose cultuur goed kennen. Zij vormen de noodzakelijke brug naar de rest van de Curaçaose samenleving. Deze docenten zijn doorgaans voor langere tijd verbonden aan de school. • Docenten die rechtstreeks afkomstig zijn uit het Nederlands onderwijs. Zij zorgen voor de noodzakelijke brug met het Nederlandse onderwijs en brengen up- to – date kennis mee. Deze docenten hebben een contract voor bepaalde tijd. • Docenten die voor een beperkte periode kleinere vacatures vervullen.
Scholing: Het is van groot belang dat het docententeam actuele ontwikkelingen binnen het voortgezet onderwijs in Nederland op de voet volgt en in staat wordt gesteld om vernieuwingen gezamenlijk vorm te geven. Daarom wordt er ruimte gecreëerd voor scholing van het personeel. In dat kader vinden er jaarlijks enkele studiedagen plaats voor het docententeam. Op die dagen – opgenomen in de jaaragenda - vervallen de lessen of is er een alternatief lesprogramma. Vervanging bij afwezigheid: Het kan incidenteel voorkomen dat docenten afwezig zijn, bijvoorbeeld bij ziekte of het volgen van cursussen. De vervanging wordt (uitzonderingen en situaties van overmacht daargelaten) altijd intern opgelost om lesuitval te voorkomen. De leerlingen worden opgevangen door een andere docent in het studiehuis om (zelfstandig) aan het werk te gaan met behulp van hun studiewijzers. Daardoor ontstaan er zo min mogelijk verstoringen in het lesprogramma. 3.2. Afdelingen De school is onderwijskundig ondergebracht in afdelingen. Daarbij maken we onderscheid in onderbouw en bovenbouw, die onder leiding staan van een teamleider: • afdeling onderbouw vmbo (theoretische leerweg), havo en vwo, • de afdeling bovenbouw vmbo (tl), havo en vwo De teamleider is verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken. Tevens coördineert hij de uitvoering van het onderwijs. Een kernteam bestaat uit de mentoren en docenten die het merendeel van hun lessen geven aan klassen die verbonden zijn aan het team. De kernteams zijn (binnen de kaders van het schoolbeleid waarvoor de schoolleider de eindverantwoordelijkheid draagt) verantwoordelijk voor het onderwijs aan en de begeleiding van de leerlingen. Onderwijs en begeleiding vormen een geïntegreerd geheel en behoren uiteindelijk tot de verantwoordelijkheden van elke docent. Tegelijkertijd dragen de mentoren een aantal specifieke verantwoordelijkheden ten aanzien van de leerlingbegeleiding. Zij zijn ook de eerstverantwoordelijken waar het de contacten met de ouders/verzorgers betreft. 14
3.3 Systeemkenmerken De belangrijkste leidraden bij de vormgeving van onderwijs en begeleiding zijn: 1. De doelen voor de onderbouw 2. De examenprogramma’s van vmbo (tl), havo en vwo In de onderbouw wordt veel aandacht besteed aan: • leren zelfstandig te werken • leren leren • leren samenwerken • sociale vaardigheden/ veiligheid in de klas Het werken in de onderbouw wordt vooral ingegeven door een aantal karakteristieken van de bovenbouw zoals deze zich op Nederlandse scholen in het algemeen en op het Vespucci College in het bijzonder manifesteren: • een grote nadruk op zelfstandig (zowel individueel als samen) werken en leren; • het werken in relatief kleine, soms heterogene groepen (d.w.z. leerlingen van verschillende afdelingen en soms van een ander leerjaar, krijgen samen les, bijv. 4 vwo en 4 havo of 5vwo en 6vwo). Aldus worden leerlingen in onze onderbouw zowel goed voorbereid op een succesvolle doorstroom naar de tweede fase havo/vwo of bovenbouw vmbo (tl) op een school voor voortgezet onderwijs in Nederland alsook op de bovenbouw van onze school. Teneinde de hiervoor genoemde doelstellingen zo goed mogelijk te bereiken wordt de werkwijze ondersteund door een aantal systeemkenmerken. De belangrijkste hiervan zijn:
Lesuren We werken met lessen van 60 minuten, waarin klassikaal werken wordt afgewisseld met zelfstandig werken, in homogene (d.w.z. leerlingen van één afdeling en leerjaar zitten als groep bij elkaar, bijv. 3 havo) maar soms ook in heterogene groepen. Keuzewerktijd Keuzewerktijd is bedoeld ter ondersteuning of verdieping van de (leer-) ontwikkeling van een leerling. Leerlingen worden door school ingedeeld bij het vak waar hij onvoldoende voor staat. Als dit niet het geval is maakt de leerling (in overleg met de mentor of vakdocent) zelf de keuze voor een vak. Het doel is de leerlingen te laten werken voor vakken waar extra tijd en aandacht of verdieping voor nodig of gewenst is. De leerling (of de school) maakt een keuze welk vak hij in dit KWT-uur zal volgen. Uitgebreide informatie over KWT is te vinden op onze website. Verrijkingsuren De verrijkingsuren worden aan alle leerlingen aangeboden. Deze activiteiten staan in het teken van de ontwikkeling van de leerling buiten de reguliere vakken om. Je kunt hierbij bijvoorbeeld denken aan Masterclasses, argumenteren en debatteren, conditietraining, drama, beeldende expressie, schaken en filosofie. Mentoruren Iedere klas heeft een eigen mentor, die op een ingeroosterd lesuur aandacht besteedt aan het verwerven van studievaardigheden en de verschillende vormen van leerlingbegeleiding. Sociaal-emotionele vorming neemt daarbij een prominente plaats in. 15
Daarnaast is er tijdens deze mentoruren ruimte om extra ondersteuning te geven aan leerlingen die dat nodig hebben en het gezamenlijk bespreken van zaken die in de klas c.q. groep spelen.
Zelfstudie-uren • Leerlingen in de onderbouw hebben op het Vespucci College geen “tussenuren”. Door de clustering in de bovenbouw kan het voorkomen dat een aantal leerlingen van de bovenbouw gedurende een of enkele uren geen les heeft. Er is dan ruimte voor zelfstudie in het studiehuis. Ook bij afwezigheid van een docent gaat de leerling naar het studiehuis om met behulp van de studiewijzers onder toezicht zelfstandig te werken. Dit geldt zowel voor de onderbouw als de bovenbouw; • Indien zelfstudie-uren aan het begin of aan het eind van de schooldag vallen, heeft de leerling vanaf klas 4 de vrijheid tijdens deze uren niet op school maar thuis te studeren. Daarbij gelden twee voorwaarden: 1. de leerling dient er steeds voor te zorgen geen achterstanden op te lopen in zijn programma; 2. de ouders/verzorgers dienen geen bezwaar te hebben tegen de afwezigheid van hun zoon of dochter op school tijdens de betreffende (zelfstudie)uren.
Latijn Voor de leerlingen met gymnasiumambities biedt het Vespucci College lessen Latijn. De leerlingen leren de beginselen van de taal en de geschiedenis van de Romeinen. Dat gebeurt door teksten uit de oudheid te lezen en te vertalen, want Latijn hoeft niet meer gesproken te worden. De lessen zien er dus niet hetzelfde uit als de lessen van bijvoorbeeld Engels en Frans. 3.4 Groepering van leerlingen We streven ernaar niet meer dan 25 leerlingen in één klas te plaatsen. Voor de vmboklassen streven we naar een maximum van 20 leerlingen. Kleine groepen van 16
verschillende leerjaren worden soms voor één of meer lessen samengevoegd tot één groep. Kleine groepen van verschillende afdelingen in eenzelfde leerjaar kunnen ook worden samengevoegd. Mogelijkheden in leerjaar 1 en 2 Het Vespucci College kent in het eerste en tweede leerjaar 2 mogelijkheden: 1. leerjaar havo/vwo 1ab, 2ab 2. leerjaar vmbo-tl/havo 1bc, 2bc Toelichting: voor het vwo gebruiken we de aanduiding voor het havo gebruiken we de aanduiding voor het vmbo-tl gebruiken we de aanduiding
a b c
Aanmelding Bij elke aanmelding volgt altijd een gesprek met de ouders/verzorgers. Uitgangspunten van het toelatingsgesprek brugklas: - startpunt is het advies van de basisschool, onderbouwd met gegevens uit het leerlingvolgsysteem - in aanvulling op het advies van de basisschool kan ook de CITO-eindscore of de EFO-score een rol spelen - wens ouders - een aanvullende test kan nodig zijn om te komen tot een definitieve beslissing Het Vespucci College streeft ernaar om elke aanmelding naar een succesvolle toelating te leiden. Als kleine school kunnen wij echter niet altijd voor elke doelgroep een aparte klas maken. Dit heeft twee (mogelijke) gevolgen: 1. Soms worden (kleinere) groepen, daar waar dit onderwijskundig en organisatorisch verantwoord is, samengevoegd; 2. De school zal soms de noodzakelijk geachte begeleiding niet zelf kunnen bieden. In dergelijke gevallen onderzoeken we of externe begeleiding kan worden ingeschakeld. In bijzondere gevallen zal het niet mogelijk zijn een leerling te plaatsen. In hoofdstuk 4 wordt aanname en toelating verder toegelicht. Een opleiding „havo‟ met een advies havo/vmbo-tl of vsbo Het komt regelmatig voor dat een leerling een advies havo/vmbo-tl of vsbo (vmbo) heeft, maar graag een havodiploma wil halen. In die gevallen vinden altijd nadere gesprekken plaats met de basisschool en de ouders/verzorgers. Het Vespucci College biedt deze leerlingen verschillende mogelijkheden. Uitgangspunt daarbij is dat de leerlingen zelf laten zien dat ze een havo-opleiding kunnen volgen. 1. De leerling wordt geplaatst in 1bc. In deze klas krijgen leerlingen les op het niveau vmbo-tl, maar leerlingen met havo wensen krijgen daarnaast extra (havo)werk. Per leerling wordt bovendien individueel bekeken welke (extra) begeleiding nodig is. Leerlingen die aan het eind van het schooljaar aan de bevorderingsnormen voldoen, worden naar 2bc bevorderd. Leerlingen die aan de bevorderingsnorm voldoen van een 8.0 of hoger gemiddeld op de eindlijst worden bevorderd naar 2ab. 17
2. Na het behalen van een diploma vmbo-tl kunnen leerlingen onder bepaalde voorwaarden instromen in de 4e klas van de havo en alsnog een havodiploma halen. Een opleiding ‟vmbo-tl‟ met een advies vmbo-tl/vmbo-kb of vsbo, Het komt soms voor dat een leerling een advies vmbo-tl/vmbo-kader of vsbo krijgt en heel graag een diploma vmbo-tl wil halen. In die gevallen vinden altijd nadere gesprekken plaats met de basisschool en de ouders/verzorgers. Per leerling wordt door de school in overleg met de basisschool en de ouders/verzorgers individueel bekeken of de leerling geplaatst kan worden in klas 1 bc 3.5 Onderbouw, leerwegen en tweede fase havo/vwo Bij het samenstellen van de lessentabel wordt de Nederlandse Onderwijswetgeving gevolgd. Onderbouw In de onderbouw is de lessentabel voor havo, vwo en vmbo-tl vrijwel identiek. Aan het eind van het eerste leerjaar dienen leerlingen een keuze te maken voor het tweede leerjaar tussen Duits en Spaans. Daarbij worden de leerlingen en de ouders/verzorgers geïnformeerd over de consequenties van de keuze: voor leerlingen die in de loop van hun opleiding een overstap zullen maken naar een Nederlandse school, ligt de keuze voor Duits vaak meer voor de hand dan voor Spaans, omdat veel Nederlandse scholen (nog) geen Spaans aanbieden. Leerlingen die tot en met hun eindexamen op het Vespucci College denken te blijven, hoeven met die omstandigheid natuurlijk geen rekening te houden. De plek van Spaans in onze lessentabel is een van de manieren waarop we willen uitdrukken dat de school zich verbonden wil weten met de Caribische cultuur. Leerwegen: vmbo-tl leerjaar 3 en hoger Het bij het vmbo passende eindexamen is verspreid over de laatste twee jaar van deze opleiding. Vmbo-tl Aan het einde van leerjaar drie kiest iedere leerling vmbo-tl voor een sector: landbouw, techniek, economie of zorg & welzijn. Het programma kent een gemeenschappelijk deel (verplicht voor alle leerlingen), een sectordeel (verplichte vakken voor de leerlingen die de betreffende sector hebben gekozen) en een vrij deel. We hanteren als uitgangspunt voor vmbo-tl dat iedere leerling in klas 4 niet twee, maar drie vakken in het vrije deel kiest. Dit uitgangspunt draagt bij aan de algemene vorming van de leerling, het vergroot zijn mogelijkheden voor het geval na vmbo-4 een overstap naar havo-4 wordt overwogen. Bovendien biedt het mogelijk een uitweg als bij het eindexamen een onvoldoende te veel is behaald. Deze onvoldoende kan soms worden vervangen door dat extra vak, waarna de betrokken leerling wel geslaagd is. Tweede fase havo en vwo Aan het einde van havo-3 en vwo-3 kiezen de leerlingen een profiel. Op het Vespucci College worden alle vier profielen aangeboden: • C&M: cultuur en maatschappij • E&M: economie en maatschappij • N&G: natuur en gezondheid 18
• N&T: natuur en techniek Het eindexamenprogramma voor havo en vwo is verspreid over de laatste twee (havo) respectievelijk drie jaar (vwo). Het programma kent een gemeenschappelijk deel (verplicht voor alle leerlingen), een profieldeel (verplichte vakken voor de leerlingen die het betreffende profiel hebben gekozen) en een vrij deel. In het gemeenschappelijk deel is tijd ingeruimd voor mentoraat, maatschappelijke stages, sociale uren en begeleiding. 3.5 Examens Leerlingen van het Vespucci College nemen in het eindexamenjaar deel aan het Nederlands staatsexamen en ontvangen bij voldoende resultaat een Nederlands staatsexamendiploma. Dit diploma is volledig gelijkwaardig aan een diploma dat behaald is via een reguliere school in Nederland. Het staatsexamen kent een Centraal Schriftelijk Eindexamen dat voor 50% meetelt in het totaalresultaat en een college-examen dat ook voor 50% meetelt. Het CSE-staatsexamen is volledig gelijk aan het CSE dat op reguliere scholen in Nederland wordt afgenomen. Dat gebeurt ook op hetzelfde moment. Als dit vanwege het tijdsverschil niet mogelijk is, wordt uitgeweken naar het tweede tijdvak van het CSE. Bij het college-examen gaat het om één mondeling examen per vak, dat bij sommige vakken aangevuld wordt met een extra schriftelijke toets of een examenopdracht. Een mondeling examen wordt niet door de eigen docent afgenomen. De vakken algemene natuurwetenschappen (anw) en maatschappijleer die op een reguliere school middels een schoolexamen worden afgesloten, kennen bij de staatsexamens alleen een college-examen. Het college-examencijfer bepaalt dan volledig het eindresultaat. Het college-examen vindt plaats ná het centraal schriftelijk examen. Voor de vakken lichamelijke oefening, culturele en kunstzinnige vorming en kunstvakken1, die op een reguliere school als handelingsdeel of als schoolexamen worden afgenomen, bestaat geen staatsexamen. Aangezien de staatsexamens afgenomen moeten worden op Nederlands grondgebied, reizen de leerlingen tijdens de examenperiode af naar Bonaire. 3.5.1 Examens in voorexamenklassen Alle leerlingen, die in 4HAVO of 4VWO zitten worden in de loop van dat leerjaar voorbereid op het college-examen voor het vak Maatschappijleer. Dit vak is verplicht en maakt uiteindelijk deel uit van het zogenaamde combinatiecijfer. De leerlingen nemen deel enerzijds omdat bij voldoende resultaat dit vak niet meer gedaan hoeft te worden in het examenjaar. Anderzijds levert deelname aan dit examen ervaring op, in die zin dat elke leerling dan al een keer naar Bonaire is geweest en al een keer een mondeling examen heeft afgelegd. 3.6 Voorzieningen Het Vespucci College beschikt over 9 algemeen inzetbare leslokalen, 4 grote praktijklokalen (één voor biologie/natuur- en scheikunde; één voor techniek/Mens en Natuur; één voor beeldende vorming/ckv en één laboratorium). Lichamelijke opvoeding vindt plaats in de gymzaal van de Schroederschool en op het sportveld dat op het eigen terrein is gelegen. Ook beschikt de school over een studiehuis. Het studiehuis, primair bedoeld voor de leerlingen van leerjaar 4 en hoger, bestaat uit een grote studieruimte met bibliotheekvoorzieningen, drie kleine leslokalen (waarin lessen voor maximaal zestien leerlingen kunnen plaatsvinden) en een werkvloer met vierentwintig computerwerkplekken. Daarnaast kent de school een kamer voor de schoolleider, een kamer voor het hoofd bedrijfsvoering, een kamer voor de teamleider, een kamer voor de 19
receptie / leerlingenadministratie, een kamer voor de roostermaker, leerlingbegeleiders en decanen, een docentenkamer, een lockerruimte, een aantal bergingen en een aantal sanitaire units. De gebouwen van het Vespucci College kunnen plaats bieden aan 300 leerlingen. Er worden dan ook voor de eerstkomende jaren geen ingrijpende nieuwbouwplannen voorzien. 3.7.
Lestijden
Lesuur 1 2 pauze 3 4 5 pauze 6 7
Maandag 7.15 - 8.15 8.15 - 9.15
Dinsdag 7.15 - 8.15 8.15 - 9.15
Woensdag 7.15 - 8.15 8.15 - 9.15
Donderdag 7.15 - 8.15 8.15 - 9.15
vrijdag 7.15 - 8.15 8.15 - 9.15
9.40 - 10.40 10.40 - 11.40 11.40 - 12.40
9.40 - 10.40 10.40 - 11.40 11.40 - 12.40
9.40 - 10.40 10.40 - 11.40 11.40 - 12.40
9.40 - 10.40 10.40 - 11.40 11.40 - 12.40
9.40 - 10.40 10.40 - 11.40 11.40 - 12.40
13.15 – 14.15 14.15 – 15.15
13.15 – 14.15 14.15 – 15.15
13.15 – 14.15 14.15 – 15.15
13.15 – 14.15 14.15 – 15.15
13.15 – 14.15 14.15 – 15.15
Toelichting: Huiswerkbegeleiding Begeleidingslessen Nederlands Begeleidingslessen wiskunde Begeleidingslessen rekenen Verrijkingsuur Inhaalproefwerken Nakommiddag Keuzewerktijd (KWT) Profiel- en sectorwerkstukken Begeleidingslessen
ma 6e & 7e lesuur; di 6e & 7e lesuur; wo 7e lesuur; do 6e & 7e lesuur di 6e lesuur do 6e lesuur vr 6e lesuur diverse uren door de week vr 6e & 7e lesuur vr 6e & 7e lesuur wo 6e lesuur diverse uren door de week diverse uren door de week
3.8 Jaarrooster en vakantierooster Het vakantierooster wordt in overleg met de Schroederschool vastgesteld. Veel ouders/verzorgers hebben kinderen op beide scholen, zodat onderlinge afstemming gewenst is. Daarbij is het overigens niet mogelijk om de vrije dagen en vakanties telkens volledig te laten samenvallen. Het jaarrooster en het vakantierooster zijn op de website opgenomen. Vakantierooster 2015 – 2016 Grote vakantie 3 juli t/m 14 augustus 2015 Eerste schooldag 17 augustus 2015 Tussenvakantie 5 t/m 9 oktober 2015 Kerstvakantie 18 december t/m 1 januari 2016 Carnavalsvakantie 8 februari t/m 12 februari 2016 Paasvakantie 24 maart t/m 1 april 2016 Koningsdag-Meivakantie 25 april t/m 6 mei 2016 Grote vakantie 7 juli t/m 19 augustus 2016 Eerste schooldag 22 augustus 2016
20
Jaarrooster (zie achterin) 3.9 Preventie schoolverzuim: verlofregeling De verlofregeling van het Vespucci College is op de website opgenomen. 3.10 Kwaliteitszorg en examenresultaten Het Vespucci College werkt voortdurend aan kwaliteitsverbetering van onderwijs en begeleiding vanuit ons streven naar goede aansluiting op het (zich continu ontwikkelende) Nederlandse voortgezet onderwijs. Op 7 februari 2013 heeft de inspecteur van het onderwijs de heer drs. M.H. Uunk in het kader van kwaliteitsonderzoek een bezoek afgelegd aan het Vespucci College. Het definitieve rapport van dit bezoek is openbaar en u kunt dit rapport nalezen op www.onderwijsinspectie.nl Een korte impressie van het verslag treft u hieronder aan: Het Vespucci College vertoont over het geheel genomen voldoende tot goede kwaliteit. De school realiseert goede examenresultaten en ook de doorstroming in onder- en bovenbouw is tenminste voldoende. Toen duidelijk werd dat het Vespucci College geen Nederlandse eindexamens meer kon afnemen, heeft de school deze teleurstelling achter zich gelaten en is hard aan het werk gegaan om de eigen kwaliteit op orde te krijgen richting de Staatsexamens. Deze omslag heeft zich uitbetaald. Onder leiding van een helder sturend managementteam heeft het kleine, maar zeer betrokken lerarenteam waar nodig de leerstof en examenprogramma´s aangepast. Bovendien is de school structureel aandacht gaan besteden aan mondelinge taalvaardigheden en examentraining. Het personeelsbeleid is erop gericht dat regelmatig kennis van en ervaringen met nieuwe ontwikkelingen vanuit Nederland de school binnenkomen. Dit alles is zichtbaar in de geconstateerde kwaliteit. De school weet goed gebruik te maken van de kleinschaligheid. Dit uit zich onder andere in de korte communicatielijnen en in het veilige leer- en werkklimaat. De inspectie heeft alle onderzochte indicatoren van het primaire proces tenminste met een voldoende beoordeeld. De benadering van de leerlingen, de betrokkenheid van ouders en leerlingen en de effectieve leertijd in de klassen zijn zelfs goed te noemen. Ook de kwaliteitszorg is voldoende, met een aantal goede elementen, waaronder het planmatig aanbrengen van veranderingen. Al met al heeft de inspectie vertrouwen in de verdere schoolontwikkeling, en past daarop basistoezicht toe. Examenresultaten schooljaar 2014/2015 Afdeling
Aantal kandidaten
Geslaagd
Niet geslaagd
Percentage geslaagd
vwo
6
4
2
67%
havo
9
7
2
78%
vmbo-tl
12
10
2
83%
totaal
27
21
6
78%
Examenresultaten schooljaar 2013/2014 Afdeling
Aantal kandidaten
Geslaagd
Niet geslaagd
Percentage geslaagd
vwo
9
6
3
67%
havo
10
6
4
60%
vmbo-tl
12
12
0
100%
totaal
31
24
7
75.5%
21
Examenresultaten schooljaar 2012/2013 Afdeling
Aantal kandidaten
Geslaagd
Niet geslaagd
Percentage geslaagd
vwo
12
6
8
50%
havo
17
12
5
71%
vmbo-tl
10
10
0
100%
Vmbo-kader
3
3
0
100%
totaal
42
31
11
74%
Examenresultaten schooljaar 2011/2012 Afdeling
Aantal kandidaten
Geslaagd
Niet geslaagd
Percentage geslaagd
vwo
5
5
0
100%
havo
7
6
1
86%
vmbo-tl
10
10
0
100%
Vmbo-kader
1
1
0
100%
totaal
23
22
1
96%
Aantal kandidaten
Geslaagd
Niet geslaagd
Percentage geslaagd
vwo
9
7
2
78%
havo
10
10
0
100%
vmbo-tl
14
13
1
93%
Vmbo-kader
6
5
1
83%
totaal
39
35
4
90%
Examenresultaten schooljaar 2010/2011 Afdeling
Examenresultaten schooljaren 2004 - 2010 Afdeling
04 / 05
Vwo
05/06
06/07
07/08
08/09
09/010
100%
88%
100%
82%
100%
Havo
100%
92%
88%
92%
100%
77%
Vmbo-tl
100%
100%
86%
100%
90%
80%
100%
75%
Vmbo-kader Aantal leerlingen
14
30
31
34
30
32
Gem. perc.
100%
97%
87%
97%
87%
84%
22
3.11
Doorstroom- en uitstroomgegevens
vwo 5
vwo 4
vwo 3
havo 5
havo 4
havo 3
vmbo 4
vmbo 3
2 ab
2 bc
1ab
1bc
Vertrokken met diploma Vertrokken zonder diploma Doubleurs Naar 6-vwo Doubleurs Naar 5 havo Vertrokken zonder overgangsbewijs Naar 5-vwo Doubleurs Naar 5 havo Naar 4 havo Vertrokken zonder overgangsbewijs Naar 4 vwo Doubleurs Naar 4 havo Vertrokken met diploma Naar 5 vwo Vertrokken zonder diploma Doubleurs Naar 5 havo Doubleurs Vertrokken zonder overgangsbewijs Naar 4 havo Naar 4 vwo Doubleurs Vertrokken zonder overgangsbewijs Vertrokken met diploma Naar 4 havo Vertrokken zonder diploma doubleurs naar 4 vmbo doubleurs vertrokken zonder overgangsbewijs naar 3 vwo naar 3 havo naar 3 vmbo doubleurs naar 3 havo naar 3 vmbo doubleurs Naar 2 ab Naar 2 bc doubleurs Naar 2 bc Naar 2 ab doubleurs
2014 - 2015
vwo 6
2013 - 2014
Resultaten afgelopen schooljaren in percentages
67% 33%
67% 33%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
50% 10%
50% 20%
40% 83% 17%
30% 94%
80% 10% 10% 100%
100%
6% 100%
13% 53% 20% 13% 90% 10%
38% 62%
37% 56% 7%
10% 90% 100%
10% 80% 10% 100%
83% 17%
53% 47%
23
Hoofdstuk 4 Leerlingen 4.1
Toelating
De school kent een toelatingsprocedure voor nieuwe leerlingen. Criteria voor toelating in leerjaar 1: De Schroederschool en (andere) Nederlandse basisscholen: De Schroederschool gaat – evenals Nederlandse scholen - bij de advisering uit van de benamingen die in Nederland gangbaar zijn. Het Vespucci College plaatst leerlingen op basis van advies leerkracht groep 8 én uitslag en advies van de (CITO/EFO-)toets. De volgende criteria gelden hiervoor als uitgangspunten: Eerste leerjaar havo/vwo • Advies: vwo, havo/vwo of havo • Testuitslag: CITO -score van minimaal 540; advies EFO -toets: havo. Eerste leerjaar vmbo-tl/havo • Advies vmbo-tl of vmbo-tl/havo • Testuitslag: CITO -score van 530 tot 540; advies EFO -toets: havo/vsbo. Bij aanmelding volgt altijd een gesprek met één van de leden van de aannamecommissie (zie verderop).
Overige basisscholen: Leerlingen van lokale scholen krijgen een advies van de basisschool waarin de uitslag van het gecoördineerde proefwerk verwerkt is. Er zijn twee mogelijkheden: • een leerling krijgt het advies “havo”; • een leerling krijgt het advies “vsbo”; • dit advies is voor de lokale scholen bindend. Ook het Vespucci College gaat uit van het advies van de basisschool. Bij aanmelding volgt altijd een gesprek met de aannamecommissie. Procedure voor toelating leerjaar 1: Het Vespucci College heeft een aannamecoördinator.. De coördinator draagt samen met de mentoren leerjaar 1 de verantwoording ten aanzien van plaatsing van de leerlingen. Ten einde tot een goed afgewogen oordeel te komen dient de aannamecoördinator in ieder geval te beschikken over: • een door de ouders/verzorgers volledig ingevuld aanmeldingsformulier; • het advies van de basisschool; • de uitslag van de toets (CITO of EFO); • een door de groepsleerkracht of directeur ingevuld onderwijskundig rapport of inlichtingenformulier; • relevante onderzoeksrapporten m.b.t. leer- en/of gedragsproblemen.
24
Elke leerling wordt door de aannamecoördinator besproken met de mentoren leerjaar 1. Daarnaast voert de aannamecoördinator eventueel een aanvullend gesprek met groepsleerkracht/directeur en/of de ouders/verzorgers. Dit gebeurt in ieder geval indien een testuitslag ontbreekt of indien aan één van de criteria niet wordt voldaan. De aannamecoördinator beslist in overleg met de mentoren leerjaar 1 over plaatsing van de leerling. In uitzonderlijke situaties kan van de genoemde criteria worden afgeweken. Het is aan de schoolleider op advies van de aannamecoördinator te bepalen wanneer er sprake is van een uitzonderlijke situatie. Criteria en procedure voor toelating vanaf leerjaar 2: Na aanmelding van leerlingen die in leerjaar 2 of hoger instromen wordt een afspraak gemaakt voor een intakegesprek, waarbij de leerling, de ouders/verzorgers en de aannamecoördinator aanwezig zijn. Doelen van deze intake: • kennismaking; • nagaan of de keuze voor het Vespucci College de meest geschikte is; • beoordelen of de leerling aan de formele toelatingscriteria voldoet: het aanmeldingsformulier is ingevuld door ouders/verzorgers en het inlichtingenformulier door de toeleverende school. Bij dit inlichtingenformulier hoort ook een laatste rapport; • relevante onderzoeksrapporten m.b.t. leer- en/of gedragsproblemen. Bij leerof gedragsproblemen volgt eerst een gesprek met een zorgcoach die adviseert of een succesvol verblijf op het Vespucci College haalbaar is. In hoeverre een leerling aan genoemde criteria voldoet is ter beoordeling van de school. Bij aanmelding vanuit Nederland wordt een leerling onder voorbehoud geplaatst. Definitieve plaatsing kan pas plaatsvinden nadat alle relevante documenten zijn overlegd en een intakegesprek heeft plaatsgevonden. 4.2 Regels rondom toetsing Toetsing vindt plaats in de vorm van schriftelijke en mondelinge overhoringen, proefwerken, werkstukken, verslagen en presentaties. Naast het toetsen van kennis is er aandacht voor de toetsing van vaardigheden conform de kerndoelen. De onderbouw In de onderbouw onderscheiden we: • praktische opdrachten en • de volgende toetsen: schriftelijke / mondelinge overhoringen, proefwerken; • Het rapportcijfer per vak en per periode is gebaseerd op minimaal 2 cijfers; • Elk proefwerk moet minimaal 1 week van tevoren opgegeven worden en wordt in het klassenboek genoteerd. In de onderbouw wordt er gewerkt met een proefwerkrooster; • Twee proefwerken afnemen op een dag is niet mogelijk: een combinatie van 1 proefwerk en 1 overhoring mag wel, evenals 2 overhoringen per dag; • In de schoolweek voor de afrondingsweek mogen geen proefwerken gegeven worden, wel overhoringen; • Proefwerken kunnen bij ziekte of verlof ingehaald worden op de vaste inhaalmiddag. Hiertoe worden individuele afspraken gemaakt tussen leerling en vakdocent; 25
• •
•
Het maken van herkansingen is niet mogelijk; De praktische opdracht moet zonder uitzondering in de betreffende periode ingeleverd worden. Bij het te laat inleveren van een praktische opdracht geldt de standaardregel: 1 punt in mindering per werkdag met een maximum van 5 punten aftrek; Proefwerken dienen binnen 10 werkdagen nagekeken te worden en in Magister ingevoerd te zijn. In de afrondingsweek wordt hiervan niet afgeweken.
De bovenbouw Vanaf leerjaar 3 (vmbo) en leerjaar 4 (havo en vwo) vindt toetsing plaats in de vorm van: • voortgangstoetsen (schriftelijke- /mondelinge -/luistertoetsen) • dossiertoetsen • praktische opdrachten • handelingsdelen Het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) is een overzicht van alle vakken met de lesstofomschrijving, toetsen, hoe er getoetst wordt en de herkansingsmogelijkheid. Het PTA wordt per schooljaar en per vak vastgesteld. Het PTA wordt vastgesteld voor zowel vakken waarvoor een staatsexamen wordt afgenomen, alsmede voor vakken die geen staatsexamen kennen. Het PTA van een vak valt onder de verantwoordelijkheid van de vakdocent. De schoolleider en vakdocenten van het Vespucci College nemen onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag de onderdelen van het PTA af. De PTA’s worden vóór 1 oktober aan de leerlingen van de klassen 3/4 vmbo-tl, 4/5 havo en 4/5/6 vwo uitgereikt. Ook worden de PTA‟s gepubliceerd op de website van de school. •
• • • • •
• • •
•
Per periode mogen er per vak maximaal twee toetsen worden afgenomen: 1 tussentijds en 1 in de afrondingsweek. In de schoolweek voor de afrondingsweek mag er niet meer getoetst worden. Per periode mogen er maximaal twee praktische opdrachten per vak worden afgenomen. Handelingsdelen mogen alleen worden afgenomen bij de vakken CKV/LO/SDV en Tekenen, met een maximum van twee per periode per vak. Per vak wordt in iedere afrondingsweek een toets afgenomen (m.u.v. CKV/LO) Bij afname van toetsen en het inleveren van praktische opdrachten en handelingsdelen geldt het examenreglement. De praktische opdracht moet zonder uitzondering ingeleverd worden. Bij het te laat inleveren van een praktische opdracht geldt de standaardregel van 1 punt in mindering per werkdag met een maximum van 5 punten aftrek. Het inhalen of herkansen van een toets mag alleen plaatsvinden op de vaste inhaal- en herkansingsmiddagen. Hiervoor wordt een rooster gemaakt. Een leerling geeft zich op voor een inhaaltoets of een herkansing door middel van een inhaal- en herkansingsbriefje. In de hele bovenbouw (dus ook de examenklassen) mag er per periode (1 t/m 3) één toets herkanst worden; uit periode 4 mag geen enkele toets herkanst worden. Welke toets herkansbaar is staat vermeld in het PTA. Toetsen dienen binnen 10 werkdagen nagekeken te worden en in Magister ingevoerd te zijn. In de afrondingsweek wordt hiervan niet afgeweken. 26
4.3 Rapportage resultaten Het schooljaar is onderverdeeld in vier perioden. De leerlingen ontvangen viermaal per jaar, telkens aan het einde van een periode, een rapport. Na het eerste, tweede en derde rapport vinden er gesprekken plaats tussen de ouders/verzorgers en de mentor en/of vakdocenten. Daarnaast zullen er, ook indien prestaties en/of gedrag daartoe aanleiding geven, tussentijds gesprekken plaatsvinden tussen ouders/verzorgers en de mentor. Dit kan zowel op verzoek van de mentor als op verzoek van de ouders/verzorgers plaatsvinden. De school voert hierbij nadrukkelijk een laagdrempelig beleid. Aan het einde van periode 1 en 3 krijgt de leerling naast het cijferrapport ook het woordrapport. Het woordrapport heeft niet alleen de functie om ouders op de hoogte te brengen van de resultaten van hun kind. Ook het welbevinden en de vorderingen van de competenties komen aan bod. Het woordrapport maakt deel uit van een communicatiecyclus waar alle oudergesprekken, cijferrapportages en de inhoud van het Leerlingvolgsysteem ook toe behoren. Het woordrapport wordt toegevoegd aan het cijferrapport van periode 1 en 3. (Met uitzondering van de eindexamenklassen, deze krijgen alleen een woordrapport in periode 1). Ouders/verzorgers kunnen de vorderingen wat betreft cijfergeving van hun kinderen overigens volgen via het administratiesysteem Magister. 4.4
Bevorderingsnormen
ALGEMEEN: •
De docentenvergadering neemt de beslissing over de bevordering van een leerling in alle leerjaren m.u.v. de examenklassen. Deze docentenvergadering bestaat uit de docenten die lesgeven aan de betreffende leerling en de coördinator.
•
In de besluitvorming omtrent bevordering en determinatie wordt gestreefd naar consensus op basis van argumenten, waarbij het belang van de betreffende leerling te allen tijde voorop staat. Bij het ontbreken van consensus, ook na uitgebreide bespreking, beslist de coördinator.
•
De docentenvergadering kan alleen een beslissing nemen over bevordering en/of determinatie als een leerling alle toetsen, werkstukken, opdrachten e.d. die naar het oordeel van de betrokken docenten en volgens de studiewijzers of pta in dat leerjaar afgerond moeten zijn, heeft gemaakt. Zolang de leerling niet aan die eis heeft voldaan, wordt de leerling niet bevorderd. De uiterste datum om de opdracht in te leveren is 31augustus.
•
Alle vakken die een leerling in een bepaald leerjaar gevolgd heeft, tellen even zwaar mee bij de beslissingen die genomen worden op het gebied van bevordering en determinatie.
•
Per schooljaar krijgt de leerling 4 rapporten, uitgezonderd de examenklassen. Elk rapport bestaat uit cijfers die een weergave zijn van het voortschrijdend gemiddelde, d.w.z. elk rapportcijfer is het gemiddelde van alle werken, hun weging meegenomen, vanaf het begin van het schooljaar. 27
•
Als een leerling niet voldoet aan de gestelde bevorderingseisen dan geeft de docentenvergadering het advies: o doubleren in hetzelfde leerjaar op hetzelfde niveau, óf o bevordering naar een hoger leerjaar op een lager niveau
•
Er is sprake van een bevordering als er maximaal drie tekorten op de eindcijfers van het eindrapport staan.
•
Een rapport met meer dan 2 onvoldoende cijfers is altijd onvoldoende (3x5 is dus onvoldoende).
•
De regeling spreekt van tekort(en). In onderstaand schema ziet u de vertaling van onvoldoende cijfer(s) in tekort(en). Cijfer onvoldoende tekort
1x5 2x5 3x5 4 1 2 3 2
3 3
Per leerjaar: Leerjaar 1 Klas 1ab (les op vwo/havo niveau) o Bevordering naar een hoger leerjaar op vwo/havo niveau als het rapport onvoldoende is. o Bevordering naar een hoger leerjaar op een vmbo-tl/havo niveau als het eindrapport meer dan drie tekorten heeft of meer dan twee onvoldoende cijfers. Klas 1bc (vmbo-tl/havo met lessen op vmbo-tl niveau) o Bevordering naar een hoger leerjaar op vmbo-tl/havo niveau als het rapport voldoende is. o Bevordering naar een hoger leerjaar op een vwo/havo niveau als het rapport voldoende is en waarbij het gemiddeld eindcijfer op het eindrapport 8.0 of hoger is. o Bevordering naar een hoger leerjaar op vwo/havo niveau als het rapport voldoende is, waarbij het gemiddeld eindcijfer op het eindrapport 7.7 tot 8.0 is en er een bindend advies van de docentenvergadering is. Leerjaar 2 Klas 2ab (vwo/havo) o Bevordering naar een hoger leerjaar op vwo niveau als het rapport voldoende is, waarbij het gemiddeld eindcijfer op het eindrapport 7.5 of hoger is. o Bevordering naar een hoger leerjaar op vwo niveau als het rapport voldoende is, waarbij het gemiddeld eindcijfer op het eindrapport 7.0 tot 7.5 is en er een bindend advies van de docentenvergadering is. 28
o Bevordering naar een hoger leerjaar op havo niveau als het rapport voldoende is, waarbij het gemiddeld eindcijfer op het eindrapport 6.9 of lager is. o Bevordering naar een hoger leerjaar op vmbo-tl niveau als het eindrapport meer dan drie tekorten heeft of meer dan twee onvoldoende cijfers. Klas 2bc (vmbo-tl/havo, met lessen op vmbo-tl niveau) o Bevordering naar een hoger leerjaar op vmbo-tl niveau als het rapport voldoende is. o Bevordering naar havo niveau als het eindrapport gemiddeld op het cijfer 8.0 of hoger uitkomt. o Bevordering naar een hoger leerjaar op havo niveau als het rapport voldoende is, waarbij het gemiddeld eindcijfer op het eindrapport 7.7 tot 8.0 is en er een bindend advies van de docentenvergadering is. Leerjaar 3 Klas 3a (vwo) o Bevordering naar een hoger leerjaar op vwo niveau als het eindrapport voldoende is. o Bevordering naar een hoger leerjaar op een havo niveau als het eindrapport meer dan drie tekorten heeft of meer dan twee onvoldoende cijfers. o Doubleren als het eindrapport meer dan drie tekorten heeft of meer dan twee onvoldoende cijfers. Klas 3b (havo) o Bevordering naar een hoger leerjaar op havo niveau als het rapport voldoende is. o Bevordering naar een hoger leerjaar op vmbo-tl (*) niveau als het eindrapport meer dan drie tekorten heeft of meer dan twee onvoldoende cijfers. (*Leerlingen die bevorderd worden van 3 havo naar 4 vmbo-tl dienen er rekening mee te houden dat er bij een aantal vakken een inhaalprogramma gevolgd moet worden, dan wel dat sommige vakken niet in het pakket gekozen kunnen worden!) o Bevordering naar een hoger leerjaar op een vwo niveau als het eindrapport gemiddeld op het cijfer 8.0 of hoger uitkomt. o Doubleren als het eindrapport meer dan drie tekorten heeft of meer dan twee onvoldoende cijfers. Klas 3c (vmbo-tl) o Bevordering naar een hoger leerjaar op vmbo-tl niveau als het rapport voldoende is. o Doubleren als het eindrapport meer dan drie tekorten heeft of meer dan twee onvoldoende cijfers.
29
Leerjaar 4 Klas 4a (vwo) o Bevordering naar een hoger leerjaar op vwo niveau als het rapport voldoende is. Het rapport is voldoende als leerlingen maximaal 1 x een 5 en 1 x een 4 halen, waarvan slechts één onvoldoende in de groep Nederlands, Engels en wiskunde mag zitten. o Overstap naar leerjaar 4 op havo niveau als het eindrapport meer dan drie tekorten heeft of meer dan twee onvoldoende cijfers. o Doubleren als het eindrapport meer dan drie tekorten heeft of meer dan twee onvoldoende cijfers. Klas 4b (havo) o Bevordering naar een hoger leerjaar op havo niveau als het rapport voldoende is. Het rapport is voldoende als leerlingen maximaal 1 x een 5 en 1 x een 4 halen, waarvan slechts één onvoldoende in de groep Nederlands, Engels en wiskunde mag zitten. Overstap naar leerjaar 4 op vmbo-tl niveau (*) als het eindrapport meer dan drie tekorten heeft of meer dan twee onvoldoende cijfers. (*Leerlingen die overstappen van 4 havo naar 4 vmbo-tl dienen er rekening mee te houden dat er bij een aantal vakken een inhaalprogramma gevolgd moet worden, dan wel dat sommige vakken niet in het pakket gekozen kunnen worden!) o Doubleren als het eindrapport meer dan drie tekorten heeft of meer dan twee onvoldoende cijfers. Klas 4c (vmbo-tl) o Voor deze klas geldt de slaag-/zak regeling van de eindexamens. Zie examenreglement. Leerjaar 5 Klas 5a (vwo) o Bevordering naar een hoger leerjaar op vwo niveau als het rapport voldoende is. Het rapport is voldoende als leerlingen maximaal 1 x een 5 en 1 x een 4 halen, waarvan slechts één onvoldoende in de groep Nederlands, Engels en wiskunde mag zitten. o Overstap naar leerjaar 5 op havo niveau (*) als het eindrapport meer dan drie tekorten heeft of meer dan twee onvoldoende cijfers. (*Leerlingen die overstappen van 5 vwo naar 5 havo dienen er rekening mee te houden dat er bij een aantal vakken een inhaalprogramma gevolgd moet worden, dan wel dat sommige vakken niet in het pakket gekozen kunnen worden!) o Doubleren als het eindrapport meer dan drie tekorten heeft of meer dan twee onvoldoende cijfers. Klas 5b (havo) o Voor deze klas geldt de slaag-/zak regeling van de eindexamens. Zie examenreglement. 30
Leerjaar 6 Klas 6a (vwo) o Voor deze klas geldt de slaag-/zak regeling van de eindexamens. Zie examenreglement. 4.5. Speciale zorg Het Vespucci College biedt zowel in de reguliere lessen als daarbuiten begeleiding aan alle leerlingen. Naast het verwerven van kennis en vaardigheden wordt er ook aandacht besteed aan de ontwikkeling van de competenties van de leerlingen. Het kan voorkomen dat leerlingen in een bepaalde periode specifieke begeleiding nodig hebben. Dit kan zowel studiebegeleiding, als sociaal-emotionele begeleiding zijn. Onder studiebegeleiding valt de huiswerkbegeleiding, ondersteuning en begeleiding bij dyslexie en dyscalculie, begeleiding les Nederlands en wiskunde en Keuze Werk Tijd. Deze begeleiding wordt verzorgd door verschillende coaches.
Daar waar het gaat om sociaal-emotionele problematiek die deskundigheid van de betreffende mentor te boven gaat, wordt de leerling doorverwezen naar de zogenaamde “2e-lijns leerlingbegeleiding”, door onze school de “zorgcoach” genoemd. De zorgcoach voert gesprekken en verzorgt indien nodig verschillende trainingen op het gebied van examenvrees, faalangstreductie, sociale vaardigheden, etc. In overleg met de leerling en de ouders/verzorgers/verzorgers wordt indien noodzakelijk gezocht naar passende, externe begeleiding (de zogenaamde “3e-lijns begeleiding”). In alle gevallen waarin de leerproblemen en/of sociaal- emotionele problemen van de leerling dermate groot zijn dat handhaving van de leerling op school ten koste gaat van andere leerlingen, kan besloten worden deze leerling niet langer tot de school toe te laten. Het is aan de school om hierover een beslissing te nemen. Tot slot verzorgen de decanen de keuzebegeleiding. Leerlingen krijgen van hen begeleiding in het kiezen van keuzevakken, profielen en sectoren en vervolgstudies. 31
4.6 Begeleiding bij verhuizing Zodra bekend is dat een leerling naar Nederland gaat verhuizen, worden de ouders/verzorgers verzocht contact op te nemen met de school waar hun dochter/zoon naartoe zal gaan. Als bekend is naar welke school de leerling gaat zal de mentor contact opnemen en samen met de vakdocenten een begeleidingsplan opzetten zodat de leerling naadloos op het juiste niveau op de nieuwe school kan instromen. Bij vertrek van een leerling schrijft de mentor een uitschrijfformulier waarin o.m. een advies van de docentenvergadering omtrent het niveau van de leerling is opgenomen. Tevens ontvangen de ouders/verzorgers een bewijs van uitschrijving. 4.7 Excursies Excursies en buitenschoolse activiteiten vormen een verplicht onderdeel van het curriculum; hiermee wordt recht gedaan aan omgevingsgericht onderwijs en het toepassen van kennis en vaardigheden als essentiële onderdelen van het Nederlandse voortgezet onderwijs. Bovendien is het deelnemen aan dergelijke activiteiten om sociale redenen van belang. 4.8 Werkweek Jaarlijks is er een werkweek met een voor elk leerjaar apart programma. De werkweek is opgenomen in het jaarprogramma. Deze dagen vinden mogelijk geheel of gedeeltelijk buiten de school plaats. De werkweek wordt bijvoorbeeld ingevuld met stages, voorbereiding op het examens en kampen. De werkweek is een onderdeel van het curriculum. Deelname aan de werkweek is daarom verplicht. De werkweek wordt bekostigd vanuit de activiteitenbijdrage. 4.9 Schoolregels We zijn dagelijks met een groot aantal leerlingen en medewerkers aanwezig. Het is daarom nodig enkele spelregels te hebben, die ervoor zorgen dat iedereen binnen de schoolomgeving zich veilig en prettig kan voelen. Als basisregel hanteren we dat we respectvol met elkaar omgaan. We pesten niet en accepteren dat iedereen anders, maar gelijkwaardig is. Iedereen is verantwoordelijk voor zijn gedrag en kan hierop aangesproken worden. Schoolregels gelden voor alle leerlingen, ook als ze achttien jaar en ouder zijn. • Afspraken t.a.v. de voorbereiding van een schooljaar Van leerlingen verwachten wij dat zij zich goed voorbereiden op de eerste schooldag. Dit houdt o.a. in: Het tijdig bestellen van de benodigde boeken en werkboeken. Ons advies is om alle boeken te kaften om onnodige kosten aan het einde van het schooljaar te voorkomen. Voor aanvang van de eerste lesdag heeft een leerling alle benodigde spullen (schriften, multomappen, schooltas, pennen, koptelefoon, sportschoenen met witte zolen, dichte schoenen voor lessen in het D-gebouw) in zijn bezit en draagt er zorg voor deze spullen bij de desbetreffende lessen bij zich te hebben. Het lesrooster en de lestijden zijn bekend. 32
• Schoolregels: o Bij wijziging van (e-mail)adres of telefoonnummer dient de leerling een brief mee te brengen van zijn ouders/verzorgers waarin de wijzigingen vermeld staan. o In de klas (en in het Studiehuis) geldt dat voor een goede concentratie en het volgen van de les het noodzakelijk is, dat je niet wordt afgeleid. Mobiele telefoons en alle geluidsapparatuur en andere devices zijn daarom volledig uitgeschakeld en in de tas opgeborgen. De lesgevende docent bepaalt wanneer deze apparatuur eventueel tijdens een bepaalde les mag worden gebruikt. o Het gebruik van device of schoolcomputer is uitsluitend toegestaan voor schoolzaken. o Roken is voor leerlingen op het schoolterrein verboden. o Tijdens alle lessen is Nederlands de voertaal. Bij de taalvakken bepaalt de docent welke taal gehanteerd wordt. o In de klas is het niet toegestaan kauwgom te gebruiken, te eten en te drinken. Met goedkeuring van de docent is het onder bepaalde omstandigheden toegestaan water te drinken. o Samen houden we de school schoon. Er zijn voldoende vuilnisbakken op school. Lege broodzakjes, propjes, flesjes e.d. dienen daarin gedeponeerd te worden. o Tijdens schooluren, schoolfeesten, excursies, introductiedagen, werkweken en alle overige schoolactiviteiten mogen geen alcoholhoudende dranken worden genuttigd. Ook is het verboden drugs bij zich te hebben, te gebruiken of te verhandelen. o Tijdens vrije lesuren en buiten de lokalen en het studiehuis is het toegestaan met ear- en/of headphones te luisteren naar je eigen muziek. Evenzo is het hier toegestaan gebruik te maken van de telefoon. o We gaan naar school in gepaste kleding. Toegestaan zijn: korte broeken en rokken die reiken tot onder de vingertoppen, T-shirts met mouwtjes, alle kleuren jeans. Niet toegestaan zijn: spaghettibandjes, navel T-shirts, zweefbloesjes, sportbroekjes, zwemkleding, slippers, aanstootgevende teksten en afbeeldingen, gaten in kleding, doorschijnende kleding, inkijk, zichtbaar ondergoed, afgezakte broeken, tanktops, blote buiken, korte broeken/shorts/rokjes die niet onder de vingertoppen uitkomen. o In de klas zet je je pet af.
33
•
Regels op het terrein:
Het is niet toegestaan tijdens schooltijden (lestijden en pauzes) het terrein van de school te verlaten. Leerlingen brengen de tussenuren door op één van de plekken die hiervoor bestemd is. Leerlingen die tussentijds worden opgehaald, wachten bij het hek of bij het zitje naast de receptie. De nissen zijn tijdens lesuren in alle gevallen studieplekken!
Leerlingen mogen enkel tijdens de pauzes of leswisseling in de receptie komen. Fietsen op het schoolplein is niet toegestaan. Roken en gebruik van alcohol en/of drugs is te allen tijde verboden·. Fietsen staan altijd op slot in het fietsenrek. Tijdens de pauzes gelden de volgende regels: o In de pauzes zijn balspelen toegestaan; voetballen op het voetbalveld en basketbal op het basketbalveld tussen de gebouwen F/G. Op alle andere plekken zijn balspelen niet toegestaan. o Tijdens de pauzes worden de leslokalen afgesloten. De pauzes worden dus altijd buiten doorgebracht. Er is hierop één uitzondering: het studiehuis is geopend voor leerlingen die een bezoek willen brengen aan de bibliotheek als deze geopend is. • Het toezicht Medewerkers van de school zien voor, tijdens en na de lessen toe op een goede gang van zaken op school. We kennen enkele vormen van toezicht: 1. Tijdens pauzes surveilleren 2 docenten op het schoolplein 2. In het studiehuis wordt toezicht gehouden door een medewerker bij de balie en door eventueel aanwezige docenten. • Milieuploeg In de eerste pauze wordt een groep van vier leerlingen aangewezen om onder leiding van de conciërge het schoolterrein schoon te maken. Elke week is een andere klas aan de beurt. De mentor maakt de namen bekend. • Studeren op school tijdens “tussenuren” (bovenbouw vanaf leerjaar 4) Soms hebben bovenbouwleerlingen structureel geen les en krijgen dan de keuze om iets voor zichzelf te gaan doen of te gaan studeren. Wij adviseren altijd om in alle rust te gaan studeren. Zij mogen geen overlast veroorzaken. Om dit te bereiken hanteren we in het studiehuis en in de studie-nissen de volgende regels: 1. Direct er naar toegaan 2. Rustig werken: niet of zachtjes praten 3. Niet eten en drinken 4. Niet storend heen en weer / in en uit lopen 5. tafels en stoelen netjes achterlaten Er heerst tijdens lestijden in het studiehuis en studienissen altijd een rustige werksfeer. Bovenbouwleerlingen die in een “tussenuur” niet willen studeren 34
kunnen een plekje zoeken aan een van de tafels naast het C gebouw of op het middenterrein (de chill-ruimte). Zij mogen uiteraard geen overlast veroorzaken voor de omgeving. Leerlingen uit de bovenbouw moeten minimaal 3 tussenuren werkend doorbrengen in het Studiehuis. Deze uren worden afgetekend door de aanwezige docent op een persoonlijk weekoverzicht.
o Tussenuur bij onverwacht lesuitval bij afwezigheid van een docent Meedelen en opvangen van lesuitval Het beleid van de school bij lesuitval luidt als volgt: Bij lesuitval worden leerlingen geïnformeerd via het roosterbord. We gaan er van uit dat leerlingen hun spullen altijd bij zich hebben. Er wordt dan aan de hand van studiewijzers aan het vak gewerkt. De leerlingen worden opgevangen in het studiehuis of in een lokaal. In de meeste gevallen zal een klas worden opgevangen door een docent die toezicht houdt, een extra les geeft of leerlingen begeleidt bij het huiswerk. In het uitzonderlijke geval dat er meer docenten afwezig zijn, zullen er andere oplossingen worden gezocht waarbij het streven is om lesuitval te voorkomen. • Afspraken t.a.v. de aanwezigheid van leerlingen Algemeen: Leerlingen mogen geen lessen verzuimen zonder dat daarvoor een dringende en geldige reden is. De school staat verlof buiten de schoolvakanties niet toe. Alleen in uitzonderlijke gevallen (zoals bepaalde familieomstandigheden) kan door de school aan een verzoek om verlof worden voldaan. Het verzoek dient tijdig schriftelijk door middel van een aanvraagformulier ingediend te worden bij de coördinator. Deze beslist of aan het verzoek wel of niet voldaan kan worden. De ouders/verzorgers dienen het verlof zelf bij de SAE te laten registeren.
35
o Bij ziekte: Als een leerling ziek is of om een andere reden afwezig is brengen de ouders/verzorgers de school hiervan vóór aanvang van de lessen telefonisch op de hoogte (telefoonnummer 888-7227). Als een leerling op school ziek wordt, meldt de leerling zich bij de receptie om zich ziek te melden. De receptie registreert de ziekmelding en neemt contact op met de ouders/verzorgers. Zij halen de leerling vervolgens op of geven toestemming dat de leerling zelfstandig naar huis kan gaan. o Ongeoorloofd afwezig Zodra er geconstateerd wordt dat een leerling zonder melding afwezig is, wordt direct door de receptie contact opgenomen met de ouders/verzorgers. Er volgt daarna een mail ter bevestiging aan de ouders/verzorgers, de mentor en de coördinator. Standaard wordt minimaal het aantal gemiste lessen dubbel ingehaald. Een gemist SO of proefwerk mag niet ingehaald of herkanst worden en er wordt het cijfer “1” toegekend. Bij recidive vindt tevens melding bij de leerplichtambtenaar plaats. • Gedrag Het is aan de docent om te bepalen welk gedrag wel/niet acceptabel is in de les, uitgaande van de afspraak dat men respect heeft voor medeleerlingen en docent. Mits duidelijk beargumenteerd, kan een leerling uit de les gestuurd worden wegens onbehoorlijk, onbeschoft of storend gedrag. Uit de les gestuurd worden betekent: De leerling wordt met zijn tas naar de receptie gestuurd om een verwijderingsformulier te halen en mag de les niet meer volgen. De receptie maakt een melding in Magister. De leerling vult zijn gedeelte van het formulier in gaat vervolgens aan het werk in de nis tegenover de receptie. Hij meldt zich aan het einde van de les met het formulier bij de docent. De docent vult zijn gedeelte in op het formulier en noteert ook de reden van de verwijdering in Magister. Hij geeft een werkopdracht van tenminste een uur. Als de docent een andere straf wenselijk vindt, wordt dat overlegd met de mentor en de teamleider. De leerling laat het formulier ondertekenen door een ouder/verzorger en levert het de volgende schooldag in bij de receptie. Als dit niet gebeurt, neemt de teamleider contact op met de ouders/verzorgers. • Spullen niet bij zich hebben of huiswerk niet gemaakt: Het is aan de docent om te bepalen wat wel/niet acceptabel is in de les, uitgaande van de afspraak dat iedereen zijn spullen bij zich heeft en zijn huiswerk heeft gemaakt. Als de docent de studiehouding op deze punten niet acceptabel vindt, noteert hij dit in Magister en meldt het bij de betreffende mentor. De mentor houdt het totaaloverzicht in de gaten en stelt, als een leerling herhaaldelijk zijn spullen niet bij zich heeft of zijn huiswerk niet in orde heeft, de ouders/verzorgers op de hoogte. De mentor, eventueel in overleg met de teamleider, bepaalt de passende sanctie. • Opruimen van je spullen (plein en lokaal) Gezamenlijk dragen wij zorg voor een schone schoolomgeving. Wanneer een leerling zijn rommel niet opruimt of weigert op te ruimen in de klas of op het plein, wordt hij hierop aangesproken. Als sanctie kan 1 maal corvee volgen. (Dit wordt door op een vast moment in de week ingepland). 36
• Te laat komen Onder te laat komen verstaan we zowel het ´s ochtends te laat komen alsmede het te laat komen na de pauzes en bij de leswisseling. Als een leerling meer dan 30 minuten te laat komt, wordt hij niet meer in de les toegelaten. Dit wordt als ongeoorloofd afwezig beschouwd. Wanneer een leerling te laat komt: o haalt hij altijd eerst een formulier bij de receptie. o registreert de receptie dit in Magister en meldt dit per mail aan de mentor en ouder wanneer de 3x is bereikt. o neemt de leerling het formulier mee naar de les en laat het door de docent ondertekenen. o De leerling laat het formulier ondertekenen door ouders/verzorgers en levert het de volgende schooldag in bij de receptie. Bij meer dan 3x te laat komen, volgt elke keer 1 uur nakomen. Het nakomen geschiedt in overleg met de ouders. • Formulier vergeten in te leveren Wanneer het verwijderingsformulier en het formulier te laat komen niet wordt ingeleverd bij de receptie, stuurt de receptionist een mail naar de ouders/verzorgers en de mentor. De leerling komt dan sowieso een uur terug. WIE STELT DE LEERLING OP DE HOOGTE VAN SANCTIE-UREN? De receptie bij het inleveren van het formulier. WIE STELT OUDERS/VERZORGERS OP DE HOOGTE? De receptie door middel van een e-mail en het formulier. AFSPRAKEN OMTRENT DE TERUGKOMMIDDAG o Op de terugkommiddag zijn alle leerlingen die de voorafgaande dagen (donderdag tot en met woensdag) een sanctie hebben gekregen op school. o De terugkommiddag is vrijdagmiddag vanaf 13.15 uur in D2. o De receptie geeft elke donderdag via een overzicht op het prikbord buiten en in de personeelskamer door welke leerlingen op vrijdag verwacht worden, voor welk aantal uren. o Om de ouders/verzorgers/leerlingen goed en vooraf te informeren, worden zij minimaal twee dagen van tevoren op de hoogte gebracht van de straf. o Er wordt in volledige stilte gewerkt; er mag niet samengewerkt worden. o Een leerling werkt aan de opdracht die hij van de docent heeft gekregen of maakt zijn huiswerk. o Niets doen is niet toegestaan; een boek van je schoollijst lezen mag wel. o Indien een leerling ongeoorloofd afwezig is, worden ouders/verzorgers direct door de teamleider geïnformeerd. Afwezigheid wordt als spijbelen beschouwd. Toelichting op zwaardere straffen. Leerlingen die zich niet aan de regels houden en overlast voor anderen veroorzaken, krijgen straf. Straf kan op alle mogelijke manieren gegeven worden. Over de straf worden de ouders/verzorgers in ieder geval ingelicht indien de volgende situatie zich voordoet: 37
o Studiehuisverbod. Leerlingen die zich in het studiehuis niet aan de regels houden, kunnen een studiehuisverbod opgelegd krijgen. o Schorsing o Verwijdering van school o Ontzegging tot het volgen van lessen De bevoegdheid tot het geven van genoemde straffen ligt bij de teamleider en/of de schoolleider. In geval van verwijdering van school is uitsluitend het bestuur bevoegd. Als een leerling of ouders/verzorgers het niet eens zijn met de opgelegde straf, kunnen zij dit kenbaar maken bij de teamleider en/of de schoolleider. Als ouders/verzorgers/leerlingen en de teamleider het niet eens kunnen worden, bestaat de mogelijkheid bij de schoolleider in beroep te gaan tegen de beslissing van de teamleider. Als ouders/verzorgers/leerlingen en de schoolleider het niet eens kunnen worden, bestaat de mogelijkheid bij het bestuur in beroep te gaan tegen de beslissing van de schoolleider. Als ouders/verzorgers/leerlingen en het bestuur het niet eens kunnen worden, bestaat de mogelijkheid bij de Klachtencommissie (zie par. 6.4) een klacht in te dienen tegen de beslissing van het bestuur. 4.10 Schorsing en verwijdering Indien het gedrag van een leerling daartoe aanleiding geeft, kan de schoolleider na overleg met de betreffende teamleider en mentor besluiten tot schorsing voor één of meer dagen. Bij een schorsing wordt bepaald of de leerling die dag naar school komt om afgezonderd te werken of dat de toegang tot school ontzegd wordt. Indien vervolgens, nadat schorsing heeft plaatsgevonden, herhaling van het ongewenste gedrag plaatsvindt, kan de schoolleider de betreffende leerling bij het bestuur voordragen voor verwijdering. Het is aan het bestuur om hieromtrent een besluit te nemen. Het gebruik, het verhandelen dan wel in bezit hebben van alcohol/drugs in de school of in de nabije omgeving van de school is niet toegestaan. Dit geldt ook voor alle activiteiten die onder de verantwoordelijkheid van de school buiten de school plaatsvinden. Het gebruik of in bezit hebben van alcohol/drugs heeft onmiddellijke schorsing tot gevolg. Het handelen in drugs en/of het verrichten van koeriersdiensten door een leerling (e) leidt altijd tot aangifte bij de politie en verwijdering. Het besluit tot verwijdering wordt door het bestuur genomen. 4.12
Leerlingenraad
De leerlingen van de school hebben een leerlingenraad opgericht. In de leerlingenraad hebben de volgende leerlingen zitting: Voorzitter: Jozefine van Weijsten 5B Vice- Voorzitter: Louis Scoop 6A Secretaris Jo-Anne Knol 5A; Kim van Sambeek 5A lid; Kim van Antwerpen 5A lid; Maud Boerboom 5B lid; Talisa Trapenberg 4B lid; Yara Komdeur 4AB lid; 38
Fleur van Boggelen 4B lid; Danique Henriquez 3B lid; Gijs Damen 6A lid; Olivier Pulles 2BC lid We wensen de leerlingenraad een vruchtbare samenwerking toe en veel succes bij de activiteiten gedurende het schooljaar.
39
Hoofdstuk 5 Ouders/verzorgers 5.1 Betrokkenheid ouders/verzorgers De school is verantwoordelijk voor het op een goede manier begeleiden van elke leerling. Naast de verantwoordelijkheid die de school hierin heeft, ligt er een verantwoordelijkheid bij de leerling en bij de ouders/verzorgers. We spreken op het Vespucci College van de zogenaamde “begeleidingsdriehoek”. Simpel gezegd betekent dit: • de school zorgt voor goede randvoorwaarden op school (zoals beschreven in dit stuk) • de ouders/verzorgers zorgen voor goede randvoorwaarden thuis • de leerling is bereid / gemotiveerd om de verantwoordelijkheid te dragen voor zijn of haar eigen functioneren (leren en houding) Het is de verantwoordelijkheid van school, ouders/verzorgers én leerling om initiatief te nemen als de situatie daar om vraagt. Dit kan ook buiten de door de school georganiseerde activiteiten om. Van ouders/verzorgers en docenten wordt verwacht dat zij handelen in het belang van het kind. Wij proberen een goede samenwerking te creëren door de school toegankelijk te maken voor de ouders/verzorgers. Zij krijgen zoveel mogelijk informatie (bijvoorbeeld via Magister, nieuwsbrief en website). Van ouders/verzorgers wordt verwacht dat zij vertrouwen hebben in de docenten en het management. Begrip en respect voor elkaar zien wij als uitgangspunt voor een goede communicatie. 5.2 Informatievoorziening Het Vespucci College vindt het belangrijk om ouders/verzorgers goed te informeren. Dit doen we als volgt: Magister
Schoolgids Website
Ouders/verzorgers hebben toegang tot het leerlingvolgsysteem Magister‟; Zo kunnen ze de voortgang van hun kind volgen de schoolgids wordt jaarlijks gepubliceerd op de website Op de website staat algemene informatie over de school, het onderwijs, activiteiten, roosters en nieuwsbrieven.
Nieuwsbrief
De nieuwsbrief verschijnt gemiddeld eenmaal per maand en is terug te vinden op de website. Kennismakingsavond Deze avond is bedoeld voor ouders/verzorgers om persoonlijk kennis te maken met de mentor. De mentor geeft tijdens deze avond informatie over het Vespucci College in het algemeen en zijn mentorklas in het bijzonder. Informatiebijeenkomsten Tijdens deze bijeenkomsten krijgen ouders/verzorgers en eindexamenjaar leerlingen van 4 vmbo, 5 havo en 6 vwo alle informatie over het eindexamen(jaar). Cijferrapporten De leerlingen krijgen vier keer per jaar een cijferrapport.
40
Woordrapporten
Rapportgesprekken
Contact met mentor Open dag
Alle leerlingen t/m de vooreindexamenklas krijgen bij het eerste en het derde rapport ook een woordrapport. De examenleerlingen krijgen dit alleen bij het eerste rapport. Minimaal drie keer per jaar vinden rapportgesprekken plaats. Er is dan gelegenheid te spreken met de mentor en/of (één of meer) vakdocenten. Deze onderhoudt contact met de ouders/verzorgers. Eenmaal per jaar is er voor ouders/verzorgers van leerlingen van groep 8 een Open Dag waarbij zij kennis kunnen maken met het Vespucci College.
5.3 Ouderactiviteiten De medewerking van ouders/verzorgers wordt incidenteel ingeroepen bij activiteiten zoals klassenuitjes of als vrijwilliger meewerken in de bibliotheek. Op het Vespucci College functioneert tevens een actieve ouderraad. 5.4 Contact en overleg 1. In geval van leervorderingen en/of leerproblemen: In de contacten tussen ouders/verzorgers en school die leervorderingen en/of leerproblemen betreffen is de mentor altijd het eerste aanspreekpunt. Zowel op initiatief van de ouders/verzorgers als van de mentor kunnen dergelijke contacten plaatsvinden. Aan het eind van elke periode – na uitreiking van het rapport - organiseert de school oudergesprekken (10-minuten gesprekken) om het rapport te bespreken. Het is dan mogelijk desgewenst een gesprek te voeren met de mentor of een vakdocent. De leerling wordt geacht bij dergelijke gesprekken aanwezig te zijn. De ouders/verzorgers krijgen met het rapport een brief mee waarin zij kenbaar kunnen maken met welke docenten zij een gesprek willen. In geval van leer- en/of gedragsproblematiek wordt de zorgcoach ingeschakeld. Bij vragen over deelname aan huiswerkbegeleiding of inschrijving voor overige Buiten Les Activiteiten kunt u contact opnemen met de teamleider.
2.In overige gevallen: Het Vespucci College is een kleine school waar de communicatielijnen kort zijn. Een korte opsomming van mogelijke contacten: • receptie: eerste aanspreekpunt voor alle administratieve zaken (adreswijziging, ziekmelding enz.); • hoofd bedrijfsvoering: eerste aanspreekpunt voor alle zaken m.b.t. financiën; • teamleider: eerste aanspreekpunt in geval van o.a. onvrede of een klacht, een verlofaanvraag of wijziging in het vakkenpakket; • schoolleider: voert gesprekken met ouders/verzorgers, indien een gesprek met een teamleider niet tot een oplossing leidt én in bijzondere gevallen; • examensecretaris: aanspreekpunt voor alle zaken die maken hebben met de PTA´s, examenreglement, en organisatie van de examens; • ouderraad: aanspreekpunt van ouders naar de schoolleider.
41
5.5. Klachtenprocedure In de praktijk komt het soms voor dat ouders/verzorgers zich tot de school wenden met problemen en vragen over hun kind(eren) of klachten. Uitgangspunt bij is dat problemen, vragen en klachten worden aangekaart bij de direct betrokkene. Hiermee houden we de lijnen zo kort mogelijk. De mentor is altijd het eerste aanspreekpunt; de teamleider het tweede aanspreekpunt. Indien ook na het overleg met de teamleider de kwestie niet naar tevredenheid kan worden opgelost wordt de zaak voorgelegd aan de schoolleider. Deze zal in overleg met alle partijen de kwestie bezien en hopelijk tot een oplossing kunnen komen. Mocht ook dat niet tot een bevredigend resultaat leiden, dan kan het bestuur worden ingeschakeld. Indien de klacht niet naar tevredenheid van één van de partijen is afgehandeld, dan kan de Landelijke Klachtencommissie van de VBS (Verenigde Bijzondere Scholen) in Nederland worden ingeschakeld. Het reglement van de Landelijke Klachtencommissie kunt u desgewenst opvragen bij de schoolleider van de school. De informatie treft u ook aan op de website van de Stichting NOB: http://www.stichtingnob.nl Het adres van de Landelijke Klachtencommissie treft u elders in deze schoolgids aan. 5.6 Schoolgeld/ouderbijdragen Het Vespucci College is een particuliere school. Dit betekent dat voor het onderwijs schoolgeld betaald moet worden. Aan het begin van het schooljaar ontvangt u de factuur voor het te betalen schoolgeld. 5.7 Schoolverzekering leerlingen Vanuit de school is een ongevallenverzekering voor de leerlingen afgesloten. Dit geldt ook voor buitenschoolse activiteiten die onder verantwoording van de school plaats vinden.
42
Hoofdstuk 6: Contactgegevens 6.1 Personeel Op de bijgevoegde lijst en op de website treft u een actueel overzicht aan van de docenten en medewerkers, inclusief hun e-mailadres. 6.2 Schoolbestuur Het bestuur van de Stichting Nederlands Middelbaar Onderwijs Curaçao bestaat uit: • Dhr. P. Aberson (voorzitter) • Dhr. P. Bongers (lid dagelijks bestuur, penningmeester) • Dhr. V. Schellings (secretaris) • Mevr. I Meyer (lid) • Dhr. E. Zwarts (lid) • Dhr. W.A. Mink (lid dagelijks bestuur, schoolleider) e-mail:
[email protected] 6.3
Ouderraad Naam
Voorzitter Secretaris Lid
E-mailadres
[email protected]
6.4 Klachtencommissie Landelijke Klachtencommissie voor het algemeen bijzonder onderwijs Secretariaat Postbus 95572 / 2509 CN Den Haag Secretaris mw. mr. M.H. (Marielle) Boogers e-mail:
[email protected] /Telefoon 070 – 331 52 26 6.5 Onderwijsinspectie Onderwijsinspectie Inspecteur: dhr. Uunk Locatie Tilburg (Afdeling Buitenland) Bezoekadres: Spoorlaan 420, 5038 CG TILBURG
Correspondentieadres onderwijsinspectie: (onder vermelding van: Afdeling Buitenland) Postbus 88, 5000 AB Tilburg Afleveren: (onder vermelding van: Afdeling Buitenland) Spoorlaan 420 (1e etage) / 5038 CG TILBURG /e-mail adres:
[email protected] 6.6 Stichting NOB Stichting Nederlands Onderwijs in het Buitenland Parkweg 20a, 2271 AJ Voorburg, Nederland Tel: 00 31 70 3866646/ Fax: 00 31 70 3873154 E-mail:
[email protected] / Internet: http://www.snob.nl 43
6.7 Meldpunt vertrouwensinspecteur Meldpunt vertrouwensinspecteur Tel. Nederland: 0900-1113111 Tel. vanuit buitenland: (+31) 30 670 6001
44
Havo / vwo 2
Havo 3
Havo 4
Havo 5
Vwo 3
Vwo 4
Vwo5
Vmbo-havo 1
Vmbo-havo 2
Vmbo 3
Vmbo 4
Nederlands Engels Frans Duits Spaans Spaans, Duits Spaans, Duits of Frans Geschiedenis Aardrijkskunde Mens en Maatschappij Economie M&O Maatschappijleer Wiskunde/rekenen Wiskunde A Wiskunde B Wiskunde C Mens & Natuur Natuur/scheikunde Natuur/scheikunde 1 Natuurkunde Scheikunde Biologie ANW Lichamelijke opvoeding Beeldende vorming Tekenen Kunstzinnige vakken 1 Kunstzinnige vakken 2 Culturele en kunstzinnige vorming Mentoruur Huiswerkuur Profielvoorbereiding Keuzewerktijd Verrijkingsuur Examentraining Profielwerkstuk
3
3
3
3
2
3
2
2
2
3
3
3
3
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
3
2
2
2
2
2
2
2
3
2
2
2
2
3
2
2
2
totaal
27
Lessentabel 2015 – 2016
Vwo 6
Havo / vwo 1
Lessentabel
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2
2 4
2
3
2
2
2
2
2
2
2
2
2 3
5
3
2
1
2
2
2
2 2
3
3
3
3
3
3
3
3
3
3
3
3
2
3
2
2 4
3
5
2
2 2
2
3
2
2 2
3
3
5
5
3
3
2
2
2
2
3 2
3
2
2
2
2
2
2
2
2
2
3
2
2
2
2
2
2
2
3
3
2
2 2
3
3
2
2
2
1
2
3 2 3
1 1
1
1
1
1 1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1 1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
0,5
0,5
1 27
27
42
43,5
0,5
1 27
45
44
39,5
1 27
27
27
29,5
45
Docenten en medewerkers
Code AM JS
Naam Adrie Mink Johnny Stabel
Vak(ken) EC, M&O
Taken Schoolleider Teamleider, docent
Mentor
HS
Huub van Schaijik
MA
Mishene Arrendell
EC, M&O
Docent
[email protected]
JB
Jeanine Bogaers
NE
Docent
[email protected]
BO
Kirsten van den Bosch
SK
Docent
3c
[email protected]
KB
Karin van Buiren Laura Carstens
SP
Docent
2bc
[email protected]
FA
Docent
2ab
[email protected]
5b
[email protected]
LC
Manager Financiën en bedrijfsvoering
E-mail
[email protected] [email protected] [email protected] [email protected]
RE
Rob van den Enden
AK, ML
Docent
MG
Maria Glybowskaja
DU, LA
Docent
CH JH
Cor Hameete Julie Hengeveld Franka Jansen
BIO GS
Docent Docent
4c
[email protected] [email protected]
WI
Docent
6a
[email protected]
RK
Rita Koopmanschap
EN
Docent, decaan
3a + 3b
DY
Dirk May
NAT
Docent
DM
Dominique Messerschmidt
WI
Docent
1ab
[email protected]
AN MP ML
Arnand Narain Maarten Piek Marianne Stilma - Van Lieshout Neeltje Timmers
M&N L.O.
TOA Docent Docent
1bc 5a
[email protected] [email protected] [email protected]
4b
[email protected]
4a
[email protected] [email protected]
FJ
NT
CKV
Docent, examen coördinator
M&M NE
Docent Docent
[email protected]
[email protected] [email protected]
RW BW
Rugia de Windt Barbara van der Woude
RW
Raiza de Windt
Organisatie medewerker
[email protected]
RZ
Riana van Zeelandt
Receptioniste
[email protected]
LB
Livette Bernadina
Huish. dienst
NM SM
Norma Martha Sidney Martina
Huish. dienst Concierge
AV
Audris Virginie
Huish. dienst
46