SIRA Consulting B.V. Edisonbaan 14 G-1 3439 MN Nieuwegein Telefoon: 030 – 60 24 900 Fax: 030 – 60 24 919 E-mail:
[email protected]
Dossier Actal ‘AL door uitvoering’ Dossier: Wet Werk en Bijstand Ministerie: Ministerie van SZW Uitvoeringsorganisatie: Gemeenten (sociale diensten) Doelgroep: Burgers
Inhoudsopgave 1
Inleiding ........................................................................................................................................ 2
2 2.1 2.2
Opzet onderzoek dossier Wet Werk en Bijstand........................................................................... 3 Algemene werkwijze..................................................................................................................... 3 Interviews en rondetafelgesprekken.............................................................................................. 4
3 3.1 3.2
Beschrijving Wet Werk en Bijstand.............................................................................................. 5 Beschrijving wet- en regelgeving ................................................................................................. 5 Beschrijving uitvoeringsprocedure ............................................................................................... 5
4 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5
Ontwikkeling Administratieve Lasten .......................................................................................... 7 Meting nulsituatie ......................................................................................................................... 7 Meting Ex Ante 1: voorgenomen regelgeving .............................................................................. 8 Meting Ex Ante 2: van kracht geworden regelgeving................................................................... 9 Meting Ex Post: huidige uitvoering regelgeving ........................................................................ 10 Ontwikkeling AL tussen Ex Ante en Ex Post ............................................................................. 11
5 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6
Bevindingen, conclusies en verbetermogelijkheden ................................................................... 12 Bevindingen en conclusies ten aanzien van de Administratieve Lasten ..................................... 12 Bevindingen en conclusies ten aanzien van de informatieverplichtingen................................... 13 Bevindingen en conclusies ten aanzien van de handelingen en activiteiten ............................... 13 Bevindingen en conclusies ten aanzien van de implementatie van de wet ................................. 14 Verbetermogelijkheden en Good Practices ................................................................................. 18 Kwantificering Good Practices ................................................................................................... 20
Bijlage 1 Informatieverplichtingen en handelingen Ex Post situatie.......................................................... 22 Bijlage 2 Standaard Kostenmodel (SKM) Wet Werk en Bijstand.............................................................. 24
Het voorliggende dossier is als één van zes dossiers samengesteld in het kader van het onderzoek ‘Administratieve Lasten door uitvoering’ naar de invloed van de wijze van uitvoering van wet- en regelgeving op de Administratieve Lasten. Dit document is primair bedoeld als achtergronddocument voor het samenstellen van het hoofdrapport en is in het kader van het onderzoek niet afgestemd met de uitvoeringsorganisaties en doelgroepen. Ook is er geen sprake geweest van een begeleidingscommissie met deelname van de departementen, uitvoeringsorganisaties en doelgroepen. In het kader van het onderzoek heeft een consultatie plaatsgevonden van het beleidsverantwoordelijke departement. Op basis daarvan zijn (1) beschrijvingen van de haalbaarheid van de Good Practices opgesteld en (2) berekeningen van de AL van de Good Practices opgesteld.
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 1 van 24
1
Inleiding
Eén van de doelstellingen van het huidige kabinet is om de Administratieve Lasten voor burgers en bedrijven te reduceren met 25%. Om deze doelstelling te concretiseren hebben alle departementen reductievoorstellen geformuleerd die in totaal resulteren in een verlaging van de totale AL met 25%. Uit tussentijdse rapportages blijkt dat de reductievoorstellen van de departementen de beoogde doelstellingen zullen realiseren. Vanuit verschillende doelgroepen waarvoor de reductievoorstellen zijn opgesteld, wordt echter aangegeven dat in de praktijk vaak nog weinig te merken is van een verlaging van AL. Burgers en bedrijven ervaren in sommige gevallen nog steeds een hoge administratieve lastendruk. Er lijkt daarmee een discrepantie te ontstaan tussen de wijze waarop departementen aankijken tegen de voortgang van geïmplementeerde reductievoorstellen en de wijze waarop burgers en bedrijven de vermindering van AL ervaren. Een mogelijke verklaring hiervoor zou kunnen liggen in de uitvoering. Voor het identificeren, verklaren en oplossen van deze discrepantie is Actal daarom het onderzoek ‘Administratieve Lasten door uitvoering’ gestart. Hierin is voor zes dossiers het effect van de uitvoering van wet- en regelgeving op de daadwerkelijke gevolgen voor de AL onderzocht. Het dossier Wet Werk en Bijstand (WWB) is geselecteerd als één van de 6 dossiers waar het onderzoek zich op richt. Dit dossier is geselecteerd vanwege onder meer de volgende specifieke kenmerken die relevant zijn om een beeld te krijgen van de administratieve lasten (AL) door de uitvoering: 1. De oorspronkelijke wetgeving (Algemene Bijstandswet) is op 1 januari 2004 vervangen door de WWB. Reductie van AL was hierbij echter niet het voornaamste uitgangspunt. 2. De WWB is op Rijksniveau vastgesteld en wordt door gemeenten (in medebewind) uitgevoerd. 3. De gemeenten hebben beleidsvrijheid in de uitvoering van de regelgeving. 4. De AL-reductie als gevolg van de aanpassing is ex ante gekwantificeerd volgens het SKM. 5. Het gaat om wetgeving met relatief hoge AL, waarmee een relatief kleine doelgroep, uitkeringsgerechtigden, te maken kunnen krijgen. De voorliggende rapportage beschrijft de aanpak en de resultaten van het onderzoek naar de Wet Werk en Bijstand. De resultaten zijn gebruikt voor het eindrapport ‘Administratieve Lasten door uitvoering’. Afbakening Alle informatieverplichtingen voor burgers die door de gemeente worden uitgevoerd zijn onderzocht. Belangrijkste redenen hiervoor zijn dat (1) een relatief groot aandeel van de administratieve lasten voor burgers zich bevinden in informatieverplichtingen die via het gemeenteloket worden uitgevoerd en (2) vanwege de vergelijkbaarheid met het onderzoek ‘Administratieve Lasten Burger Gemeenten’ van 17 mei 2005. Dit betekent dat de eerste intake voor de uitkering bij het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) niet nader is onderzocht. Hiermee ontstaat optimale aansluiting bij eerdere onderzoeken naar de wet en de AL die daaruit voortvloeien en kunnen vergelijkingen voor de uitvoering worden gemaakt. Voor alle informatieverplichtingen die via het gemeenteloket lopen zijn de AL en de verschillen in de uitvoering in kaart gebracht.
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 2 van 24
2
Opzet onderzoek dossier Wet Werk en Bijstand
2.1
Algemene werkwijze
Stap 1: Inventarisatie huidige wet- en regelgeving en beschikbare ramingen AL Alle beschikbare gegevens zoals de huidige wet- en regelgeving (situatie Ex Ante 2) en de beschikbare AL onderzoeken, zijn geïnventariseerd. De wet- en regelgeving is samengevat in een beschrijving van de uitvoeringsprocedures en informatieverplichtingen. Aanvullende informatie is vergaard via deskresearch in het archief van Actal. Stap 2: In kaart brengen huidige uitvoeringssituatie en AL Ex Post De huidige uitvoeringssituatie is via interviews met uitvoeringsorganisaties in kaart gebracht. Ter voorbereiding van de interviews is een beknopte projecttoelichting toegestuurd en zijn de beschikbare aanvraagdocumenten opgevraagd. De interviews zijn uitgevoerd met (a) een open vraagstelling expliciet gericht op de uitvoeringspraktijk en (b) een eenduidige structuur om een consistente onderlinge vergelijking mogelijk te maken. Per interview zijn de resultaten verwerkt in interviewverslagen. Deze verslagen zijn ter verificatie teruggekoppeld aan de geïnterviewden. Stap 3: Verifiëren huidige uitvoeringssituatie en definitief ramen AL Ex Post Met de doelgroep van de wet- en regelgeving zijn rondetafelgesprekken georganiseerd. De gesprekken zijn georganiseerd voor (1) het verzamelen van aanvullende informatie over de specifieke handelingen van burgers en bedrijven en (2) het identificeren van de ervaringen met de (wijzigende) uitvoering van wet- en regelgeving. Aanvullend is nagegaan of de deelnemers ideeën hebben voor een reductie van de AL. De resultaten van de rondetafelgesprekken zijn vastgelegd in een kort verslag. Deze verslagen zijn ter verificatie en voor het verkrijgen van draagvlak teruggekoppeld aan de deelnemers. Stap 4: Vergelijken situatie Ex Ante 2 en Ex Post en onderliggende oorzaken Een vergelijking is gemaakt tussen de Ex Ante 2 situatie en de Ex Post situatie voor de steekproef. Dit is zowel kwantitatief als kwalitatief gedaan. Hierbij is inzicht verkregen in de verschillen in uitvoering tussen de beide situaties en de mogelijke verschillen tussen uitvoeringsorganisaties. Op basis daarvan zijn bevindingen opgesteld. Tevens zijn zogenaamde Good Practices samengevat die op basis van de steekproef in dit onderzoek zijn geïdentificeerd. Stap 5: Kwantificeren potentiële AL reductie voor Good Practices Voor het dossier is voor 2 Good Practices gekwantificeerd wat de omvang van de Administratieve Lasten zou zijn indien deze landelijk worden toegepast1. Hierbij heeft consultatie van vertegenwoordigers van de departementen plaatsgevonden. Op basis van deze consultatie is (1) de berekening opgesteld en (2) inzicht verkregen in de haalbaarheid van de Good Practices. De resultaten van bovenstaande stappen zijn integraal verwerkt in deze dossierbeschrijving.
1
De Good Practices zijn door Actal geselecteerd uit de totaal lijst van geïdentificeerde Good Practices.
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 3 van 24
2.2
Interviews en rondetafelgesprekken
Om de onderlinge vergelijkbaarheid van het onderzoek voor de verschillende dossiers en de objectiviteit van het onderzoek te kunnen waarborgen, zijn de interviews en rondetafelgesprekken met dezelfde uitgangspunten uitgevoerd. Onderstaand is kort beschreven op welke wijze voor de WWB de interviews en de rondetafelgesprekken zijn uitgevoerd. Interviews met de uitvoeringsorganisaties In totaal zijn 5 gemeenten geïnterviewd. Hoofduitgangspunt bij de selectie was diversiteit, zodat nadrukkelijker de verschillen in de uitvoering tussen uitvoeringsorganisaties naar voren komen. Bij de selectie van gemeenten is verder rekening gehouden met de volgende factoren 1) de verwachting van de mate waarin de gemeenten te maken krijgen met de wet- en regelgeving, 2) de omvang van de gemeenten en 3) de regionale spreiding van de gemeenten. Tijdens de interviews zijn op hoofdlijnen de volgende onderwerpen aan de orde gekomen: 1. Huidige uitvoeringswijze. 2. Dossierspecifieke aspecten. 3. Algemene aspecten. Rondetafelgesprekken met de doelgroep Voor het dossier Wet Werk en Bijstand zijn 2 rondetafelgesprekken gehouden. Eén met individuele burgers en één met georganiseerde burgers (zoals cliëntenraden van gemeenten), die allen ervaring hebben met de WWB. De rondetafelgesprekken voor burgers zijn op een zodanige manier samengesteld dat de groep binnen de kaders van het onderzoek een representatieve afspiegeling is van de doelgroep. Bij de selectie van de deelnemers aan de rondetafelgesprekken dient te worden opgemerkt dat er geen sprake is van een ‘één-op-één’ aansluiting tussen uitvoeringsorganisaties enerzijds en burgers anderzijds. Er zijn dan ook geen burgers uitgenodigd uit de gemeenten die een bijdrage aan het onderzoek hebben geleverd. Hiervoor is bewust gekozen, om de volgende redenen: Voorkomen wordt dat tijdens de gesprekken teveel nadruk komt te liggen op specifieke praktijkvoorbeelden van onderlinge geschillen, waardoor sprake kan zijn van ‘casuïstiek’. Gestreefd wordt naar het verkrijgen van gegevens met een zo groot mogelijke spreiding, waardoor een completer beeld ontstaat van verschillen, tussen uitvoeringsorganisaties in diverse regio’s. Door de burgers niet aan uitvoeringsorganisaties te koppelen, wordt de totale spreiding vergroot. Bij de uitvoering van de rondetafelgesprekken is een vaste werkwijze gehanteerd. De volgende aspecten zijn tijdens de gesprekken aan de orde gekomen: Toelichten regelgeving en achtergrond informatieverplichtingen. Invullen formulier (indien aanwezig) en bepalen tijdsbesteding. Bespreken tijdsbesteding en aandachtspunten per informatieverplichting. Inventariseren dossierspecifieke ervaringen en eventuele aanbevelingen.
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 4 van 24
3
Beschrijving Wet Werk en Bijstand
3.1
Beschrijving wet- en regelgeving
De Wet Werk en Bijstand (WWB) regelt de toekenning van een bijstandsuitkering aan burgers. De wet vervangt de Algemene Bijstandswet (ABW) per 1 januari 2004. De gemeenten hebben met de invoering meer uitvoeringsvrijheid gekregen in de wijze waarop bijstandsuitkeringen worden toegekend en welke voorwaarden van toepassing zijn. Gemeenten passen de wet verschillend toe en waren, in het eerste jaar waarop de wet van kracht was, voornamelijk beleid aan het opstellen hoe om te gaan met deze wet. Het betreft regelgeving met een relatief hoge AL voor een relatief beperkte groep burgers: uitkeringsgerechtigden. Gemeenten krijgen op grond van de WWB een budget voor de verlening van bijstand én een flexibel en vrij te besteden budget om uitkeringsgerechtigden te begeleiden naar een baan. Gemeenten krijgen daardoor financieel belang bij zoveel mogelijk mensen aan het werk te helpen en fraude met uitkeringen te bestrijden. Ondanks de aanvullende vrijheden blijkt uit diverse onderzoeken2 dat de uitvoering door gemeenten op het moment van invoering van de wet nog niet rigoureus was veranderd. In bijlage 1 bij dit dossier zijn de informatieverplichtingen opgenomen zoals deze voortvloeien uit de Wet Werk en Bijstand.
3.2
Beschrijving uitvoeringsprocedure
De WWB regelt - net als haar voorganger de ABW - de toekenning van een bijstandsuitkering aan burgers. Iemand heeft recht op een bijstandsuitkering als deze persoon niet zelf in het levensonderhoud kan voorzien. Na een intake bij het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) verloopt het gehele contact van de bijstandsgerechtigde via de sociale dienst van de gemeente. Naast het aanvragen van de bijstandsuitkering, waarvan de intake via het CWI loopt, kent de bijstand een aantal verplichtingen voor de uitkeringsgerechtigde waaraan moet worden voldaan. De informatieverplichtingen die daarbij worden ingesteld zijn gericht op deze aspecten. De bijstandsgerechtigde moet: Als werkzoekende ingeschreven staan bij het CWI. Laten zien dat deze zijn/haar best doet om zelf in het levensonderhoud te voorzien; dit geldt ook voor de partner of echtgenoot. Zich kunnen identificeren. Solliciteren; dat geldt ook voor mensen die ouder zijn dan 57,5 jaar en voor alleenstaande ouders. Meewerken aan de ondersteuning die de gemeente biedt om werk te vinden. Meewerken aan alle andere zaken die te maken hebben met de uitvoering van de wet; zo moet de bijstandsgerechtigde bijvoorbeeld huisbezoek toestaan of psychologisch en medisch onderzoek. De gemeente van de juiste informatie voorzien (bijvoorbeeld over samenwonen, alimentatie of het bezitten van vermogen).
2
Zie de onderzoeken ‘Administratieve Lasten Burger Gemeenten’ van 17 mei 2005 en ‘Administratieve Lasten Algemene Bijstandwet’van 23 september 2005.
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 5 van 24
Voor bepaalde verplichtingen kan een (tijdelijke) ontheffing worden ingesteld. Daarnaast mogen gemeenten in sommige gevallen extra geld uitkeren voor bijzondere kosten. Dit geldt voor onverwacht hoge kosten, die niet betaald kunnen worden van de uitkering. Bijvoorbeeld extra stookkosten, een bril of gebitsprothese. Ook kan een zogenaamde langdurigheidstoeslag worden uitgekeerd als er sprake is van een lange tijd leven van een bijstandsuitkering of een inkomen op bijstandsniveau. Daarvoor moet wel aan een aantal voorwaarden worden voldaan. De wijze waarop via informatieverplichtingen invulling wordt gegeven aan bovenstaande verplichtingen behoort tot de uitvoeringsvrijheid van gemeentelijke sociale diensten.
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 6 van 24
4
Ontwikkeling Administratieve Lasten
In onderstaand schema is aangegeven welke onderzoeken naar de aard en omvang van de AL voor dit dossier zijn uitgevoerd. De beschikbare onderzoeken zijn hierbij ingedeeld naar de metingen die in verschillende stadia van een wetgevingstraject worden doorlopen (te weten nulsituatie3, ex ante 1, ex ante 2 en ex post). De bronvermelding en een eventuele toelichting zijn hierbij opgenomen. In de navolgende paragrafen wordt aan de hand van de indeling uit het schema de ontwikkeling van de wet- en regelgeving nader toegelicht. Meting Nulsituatie
Beschikbare AL Burger b
Ex Ante 1 Ex Ante 2 Ex Post
n b S
Peiljaar
Bron
2002
Administratieve Lasten Algemene Bijstandswet, 23 september 2005.
2004
Administratieve Lasten Burger Gemeenten, 17 mei 2005.
Figuur 1. Schematische weergave beschikbare onderzoeken naar de aard en omvang van de AL Bijstandswet (b = beschikbaar, n = niet beschikbaar, S = niet beschikbaar, SIRA Consulting heeft in het kader van voorliggend onderzoek op basis van dezelfde uitgangspunten als eerdere onderzoeken een globale eigen kwantificering van de AL opgesteld).
4.1
Meting nulsituatie
De eerste kwantificering van de AL van aanvraag van de bijstand is opgesteld voor het peiljaar 2002. Het betreft hier een meting naar de nulsituatie, voorafgaand aan het besluit over de wet, toen de Algemene Bijstandswet nog van toepassing was. Voor burgers zijn de AL geraamd op 10,9 miljoen uur en € 7,1 miljoen aan kosten. De feitelijke meting naar de nulsituatie is uitgevoerd ruim 1 jaar na invoering van de nieuwe wet. In de onderstaande figuur zijn de kwantitatieve resultaten van het onderzoek samengevat.
3
De term ‘nulsituatie’ is gebruikt omdat de term ‘nulmeting’ door een aantal betrokkenen verschillend geïnterpreteerd wordt.
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 7 van 24
Nr.
Informatieverplichting
1 2 3 4 5 6 7 8
Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indienen Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indienen (IOAW/IOAZ/BBZ) Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indienen (Extern verzorgden met bijstand) Bijzondere bijstand voor personen die bijstand ontvangen Bijzondere bijstand voor personen die geen bijstand ontvangen Bijstandsuitkering Ontheffing van aan de bijstand verbonden verplichtingen Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers Herintreders, begeleiding Opleiding werklozen, begeleiding Woonkostentoeslag Bijstandsuitkering, heronderzoek Bijstand, vakantiemelding Bijstandsuitkering, voorschot Periodieke uitkering ouderen Beëindigingsonderzoeken Debiteurenonderzoeken Categoriale Bijzondere Bijstand Verhaalprocedure Totaal
9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19
AL Burger Tijd (uren) Kosten (€) 5.802.911 3.184.858 442.439 204.750 167.400 95.040 247.380 135.380 720.076 623.755 843.685 757.923 232.000 356.352 46.732 47.914 462 23.200 90.575 1.042.250 24.367 435.828 19.250 284.200 414.700 15.631 92.950 10.946.036
835 44.544 60.778 770.318 13.357 519.522 8.190 17.400 161.820 15.903 36.270 7.054.908
Figuur 2. Kwantitatieve resultaten meting nulsituatie AL Algemene Bijstandswet.
4.2
Meting Ex Ante 1: voorgenomen regelgeving
Bij het opstellen van de Wet Werk en Bijstand en de behandeling van het wetsvoorstel is geen meting van de AL opgesteld.
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 8 van 24
4.3
Meting Ex Ante 2: van kracht geworden regelgeving.
De eerste kwantificering van de effecten van de Wet Werk en Bijstand op de omvang van de AL voor burgers is opgesteld voor het peiljaar 2004 als onderdeel van een onderzoek van het ministerie van BZK. Dit is gedaan door extrapolatie van de AL zoals de wet werd uitgevoerd bij 12 gemeenten. Het betreft hier een meting Ex Ante 2. De totale AL voor burgers in 2004 zijn geraamd op 10,1 miljoen uur en € 7,8 miljoen out-of-pocket kosten. Het betreft hier de AL die voorvloeien uit 22 informatieverplichtingen. Dit betekent dat de AL van 2002 tot 2004 zijn gedaald met zo’n 860.000 uur (circa 8%) en zijn toegenomen met € 760.000 (circa 11%) out-of-pocket kosten. In de onderstaande figuur zijn de kwantitatieve resultaten van het onderzoek samengevat. Nr.
Informatieverplichting
1 2 3 4 5 6 7 8 9
Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indienen (WWB) Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indienen (IOAW/IOAZ) Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indienen (Extern verzorgden) Bijzondere bijstand voor personen die bijstand ontvangen Bijzondere bijstand voor personen die geen bijstand ontvangen Langdurigheidstoeslag voor personen met bijstand Langdurigheidstoeslag voor personen zonder bijstand Bijstandsuitkering Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers Herintreders, begeleiding Woonkostentoeslag Bijstand, vakantiemelding Bijstandsuitkering, voorschot Periodieke ABW-uitkering ouderen Totaal
10 11 12 13 14
AL Burger Tijd (uren) Kosten (€) 6.144.152 3.372.144 317.752 147.048 167.400 95.040 247.380 135.379 621.439 623.756 58.334 35.100 79.385 76.800 1.885.215 2.702.427 33.204 34.044 841 11.615 26.651 469.123 22.550 10.085.041
834 7.794 14.609 559.211 9.594 7.813.781
Figuur 3. Kwantitatieve resultaten meting Ex Ante 2 AL Wet Werk en Bijstand.
De verschillen tussen de AL in 2002 (Algemene Bijstandwet) en 2004 (Wet Werk en Bijstand) wordt door een combinatie van drie factoren veroorzaakt: 1. Wijzigingen in het volume. Het aantal maal dat een informatieverplichting voorkomt. Dit kan gewijzigd zijn als gevolg van gebruikelijke fluctuaties en externe factoren (bijvoorbeeld stringenter beleid). 2. Wijziging in het aantal informatieverplichtingen. Zo is bijvoorbeeld de Langdurigheidstoeslag met de invoering van de WWB erbij gekomen en is de categoriale Bijzondere Bijstand afgeschaft. 3. Wijziging in de uitvoering van informatieverplichtingen. Het gebruik van formulieren, gesprekken met de gemeente of frequenties van de informatie-uitvraag zijn voor enkele procedures gewijzigd.
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 9 van 24
4.4
Meting Ex Post: huidige uitvoering regelgeving
Voor deze Ex Post situatie is een Standaard Kostenmodel (SKM) opgesteld (zie bijlage 3). Dit SKM is opgesteld op basis van de steekproef. De resultaten van de steekproef zijn conform de onderzoeksmethodiek als gemiddelde waarden ingevoerd in het SKM. Uit het Ex Post onderzoek komt naar voren dat de AL voor burgers zijn geraamd op 8,6 miljoen uur en € 6,4 miljoen out-of-pocket kosten. Op grond van de invoeringswet WWB zijn eenmalige herbeoordelingen van het WWB-bestand uitgevoerd. De herbeoordelingen zijn uitgevoerd om de oude Abwbesluiten in overeenstemming te brengen met de WWB. De eenmalige AL voor burgers hiervoor zijn geraamd op 0,6 miljoen uur en € 1,8 miljoen out-of-pocket kosten. In de onderstaande figuur zijn de geëxtrapoleerde resultaten van deze Ex Post berekening weergegeven. Nr.
Informatieverplichting
1 2 3 4 5 6 7 8 9
Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indienen (WWB) Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indienen (IOAW/IOAZ) Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indienen (Extern verzorgden) Bijzondere bijstand voor personen die bijstand ontvangen Bijzondere bijstand voor personen die geen bijstand ontvangen Langdurigheidstoeslag voor personen met bijstand Langdurigheidstoeslag voor personen zonder bijstand Bijstandsuitkering Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers Herintreders, begeleiding Opleiding werklozen, begeleiding Woonkostentoeslag Bijstand, vakantiemelding Bijstandsuitkering, voorschot Totaal
10 11 12 13 14
Eenmalige herbeoordeling WWB in 2005
AL Burger Tijd (uren) Kosten (€) 2.883.536 1.370.142 1.929.376 673.864 167.400 95.040 256.864 140.570 659.091 614.338 60.600 36.463 83.842 81.112 2.062.843 2.777.237 24.389 25.006 841 0 7.786 26.651 471.691 8.634.911
834 0 5.225 8.688 562.273 6.390.791
567.931
1.836.508
Figuur 4. Kwantitatieve resultaten meting Ex Post AL Wet Werk en Bijstand.
Toelichting bij de kwantitatieve resultaten Ex Post berekening AL. Voor dit dossier is een beperkte steekproef gekozen, die gericht is op het identificeren en verklaren van de verschillen in de uitvoering van de wet- en regelgeving. Ter illustratie van de kwalitatieve bevindingen en voor het bepalen van de ordes van grootte van de verandering van de AL is met dezelfde beperkte steekproef de bovenstaande kwantitatieve raming uitgevoerd. Concreet betekent dit dat de kwantitatieve resultaten van het onderzoek niet kunnen worden gezien als basis voor een Ex Post meting van het betreffende dossier.
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 10 van 24
4.5
Ontwikkeling AL tussen Ex Ante en Ex Post
Voor de steekproef is een raming uitgevoerd van de ontwikkeling van de AL in de uitvoering (zie voorgaande paragraaf). De resultaten van deze raming voor burgers vergeleken met de Ex Ante situatie kunnen als volgt worden samengevat: AL Burger: daling van de bestede tijd met circa 15%. AL Burger: daling van de out-of-pocket kosten met circa 20%. De veranderingen van de omvang van de AL worden verklaard door te kijken naar de 5 ‘knoppen’ van het Standaard Kostenmodel. De veranderingen van de AL zijn hiervoor op 100% gesteld. In de onderstaande grafieken is de relatieve verdeling van de AL over deze knoppen weergegeven. 150%
Burger
100%
Tijd Kost en (OOP)
50% 0% -50% -100% -150% -200% -250% Info rmatieverplichting
Handelingen
P (ko sten per handeling)
Frequentie
A antallen
Figuur 8. Grafische weergave van de relatieve oorzaak van de ontwikkeling van de AL tussen Ex Ante en Ex Post situatie op basis van de 5 knoppen van het Standaard Kostenmodel.
Deze grafiek wordt nadere toegelicht in paragraaf 5.1 bevindingen ten aanzien van de AL.
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 11 van 24
5
Bevindingen, conclusies en verbetermogelijkheden
5.1
Bevindingen en conclusies ten aanzien van de Administratieve Lasten
Op basis van een globale indicatieve raming zijn voor de 5 geïnterviewde gemeenten de gevolgen voor de AL geschat. Voor deze steekproef betekent dit voor burgers een daling van de tijd met circa 15% en een daling van de out-of-pocket kosten van circa 20%. Dit wordt vooral veroorzaakt door lagere frequentie van de ROF-jes en de omzetting van ROF-jes in status- of mutatie formulieren. De daling komt niet overeen met de ervaren lasten van burgers. Die worden overschaduwd door zaken die geen Administratieve Lasten zijn, zoals een toename van strengheid, een verharde benadering, het sanctiebeleid en de lange behandeltijden. Daarbij wordt de opheffing van de categoriale bijstand als een lastentoename ervaren. Evenals het feit dat informatie dubbel moet worden aangeleverd en dat bij gemeenten beschikbare informatie gebruikt wordt voor controle in plaats van voor minder informatieuitvraag. De lagere frequentie van het ROF-je wordt wel als positief ervaren. Uit nadere analyse komt naar voren dat het verschil hoofdzakelijk wordt veroorzaakt door: Handelingen/activiteiten (incl. formulieren). In het aantal handelingen uitgevoerd door burgers zijn enkele wijzigingen opgetreden. Deze wijzigingen zijn opgetreden als gevolg van huisbezoeken door de uitvoeringsorganisatie. De huisbezoeken worden uitgevoerd als controlemiddel op de rechtmatigheid en veelal per thema uitgevoerd of voor iedere nieuwe klant. De uitvoeringsorganisatie controleert of de opgegeven woon- en leefsituatie overeenkomt met de werkelijke woon- en leefsituatie. Een andere wijziging die alleen voor 2005 gold, betreft het eenmalig herbeoordelen van het WWB-bestand op grond van de invoeringswet WWB. Hiervoor dienden in 2005 alle klanten een bezoek te brengen aan de uitvoeringsorganisatie. De herbeoordelingen worden uitgevoerd om de oude Abw-besluiten in overeenstemming te brengen met de WWB.
Tijdsbesteding. De tijdsbesteding voor het invullen van het rechtmatigheidsformulier WWB is gereduceerd. Een aantal geselecteerde uitvoeringsorganisaties heeft een mutatieformulier ingevoerd. Het mutatieformulier hoeft slechts gecontroleerd te worden op juistheid en volledigheid, eventueel voorzien van relevante bewijsstukken. Reden hiervoor is dat de uitvoeringsorganisaties een voorgedrukt formulier hanteren, waardoor het handmatig invullen van het formulier is komen te vervallen. Met betrekking tot (1) de langdurigheidstoeslag voor personen die een bijstandsuitkering ontvangen en (2) een aanvraag bijzondere bijstand, heeft een aantal uitvoeringsorganisaties aangegeven al een eenvoudige aanvraagprocedure voor klanten te hebben ingesteld. De uitvoeringsorganisatie deelt de klant schriftelijk mede of deze recht heeft op een langdurigheidstoeslag of bijzondere bijstand. Indien dit het geval is, hoeft de klant alleen nog maar een handtekening te plaatsen op het toegezonden formulier, waarna de klant de toeslag ontvangt. Deze uitvoeringswijze wordt reeds enkele jaren toegepast door een aantal uitvoeringsorganisaties. Andere uitvoeringsorganisaties hebben aangegeven deze werkwijze in de toekomst te willen toepassen. Aantal (Q). Het aantal burgers dat een bepaalde uitkering bij een uitvoeringsorganisatie heeft aangevraagd is ten opzichte van de Ex Ante 2 situatie niet opvallend toe- of afgenomen. Er is onder meer een afname geconstateerd bij de aanvraag bijstandsuitkering, terwijl een toename is geconstateerd bij een aanvraag voor bijzondere bijstand en langdurigheidstoeslag.
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 12 van 24
5.2
Frequentie. Ten opzichte van de Ex Ante 2 situatie is de frequentie voor het indienen van het rechtmatigheidsformulier WWB bij een aantal uitvoeringsorganisaties uit de steekproef afgenomen. In plaats van het maandelijks indienen van een rechtmatigheidsformulier door een klant, is een aantal uitvoeringsorganisaties overgestapt op een mutatieformulier. Dit formulier hoeft alleen nog te worden ingediend indien er sprake is van een gewijzigde woon- of leefsituatie van de klant. Uitvoeringsorganisaties vragen het mutatieformulier halfjaarlijks of jaarlijks op. Reden voor de overstap naar een mutatieformulier is volgens de uitvoeringsorganisaties (1) het reduceren van de lasten voor de klant en (2) het voorkomen van een arbeidsintensief verwerkingsproces door de gemeentelijke sociale dienst.
Bevindingen en conclusies ten aanzien van de informatieverplichtingen
In deze paragraaf wordt de vraag beantwoord of tussen de Ex Ante 2 situatie en de Ex Post situatie de uitvoeringsorganisaties aanvullende informatieverplichtingen uitvoeren of bepaalde informatieverplichtingen niet uitvoeren. De informatieverplichtingen van de geselecteerde uitvoeringsorganisaties zijn voor de Ex Post situatie in kaart gebracht. Deze informatieverplichtingen zijn vergeleken met de informatieverplichtingen van de Ex Ante 2 situatie (van kracht geworden regelgeving). Uit deze vergelijking is naar voren gekomen dat uitvoeringsorganisaties: Geen informatieverplichtingen meer of minder uitvoeren. De reden hiervoor is dat uitvoeringsorganisaties een relatief korte voorbereidingstijd hebben gehad om de WWB per 1 januari 2004 in te voeren. Vanwege deze beperkte voorbereidingstijd hebben de uitvoeringsorganisaties gekozen om zich allereerst te concentreren op het opstellen van de volgens de WWB verplichte verordeningen, zoals de afstemmingsverordening, reïntegratieverordening, maatregelenverordening, handhavingsverordening en de cliëntenparticipatieverordening. Deze verordeningen dienden uiterlijk 31 december 2004 van kracht te zijn geworden. Vervolgens zijn op grond van de invoeringswet WWB in 2005 eenmalige herbeoordelingen van het WWB-bestand uitgevoerd om de oude Abwbesluiten in overeenstemming te brengen met de WWB. Nu deze uit de wet verplichte activiteiten zijn uitgevoerd, heeft het merendeel van de geselecteerde uitvoeringsorganisaties aangegeven de wettelijke verplichte informatieverplichtingen nader te bestuderen om eventuele efficiencyverbeteringen in de uitvoering van de wet- en regelgeving mogelijk te maken. Zij hebben hierbij nog geen concreet zicht op mogelijke maatregelen.
5.3
Bevindingen en conclusies ten aanzien van de handelingen en activiteiten
In deze paragraaf wordt de vraag beantwoord of tussen de Ex Ante 2 situatie en de Ex Post situatie aanvullende handelingen en activiteiten worden uitgevoerd of dat bepaalde handelingen en activiteiten niet worden uitgevoerd. De handelingen die burgers moeten uitvoeren voor de informatieverplichtingen zijn voor de Ex Post situatie in kaart gebracht. Deze handelingen zijn vergeleken met de Ex Ante 2 situatie (van kracht geworden regelgeving). Uit deze vergelijking is naar voren gekomen dat burgers: Te maken kunnen krijgen met een huisbezoek. Het controleren van klanten die geen mutatieformulier indienen – omdat er geen wijzigingen zijn opgetreden – kan volgens de uitvoeringsorganisaties worden gerealiseerd middels het principe van hoogwaardig handhaven. Zo gaan enkele uitvoeringsorganisaties op huisbezoek bij iedere nieuwe klant die recht heeft op een bijstandsuitkering. Tijdens het huisbezoek wordt gecontroleerd of de opgegeven woon- en leefsituaties overeenkomt met de werkelijke woon- en leefsituatie. Daarnaast worden themacontroles uitgevoerd naar bestaande klanten. Hierbij is geen sprake van structurele frequenties maar beleidsafhankelijk acties. Voor de klant betekent dit een toename van het aantal uit te voeren handelingen.
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 13 van 24
Te maken hebben met diverse alternatieven voor het rechtmatigheidsformulier (ROFje): Eén geselecteerde uitvoeringsorganisatie is in 2005 overgestapt van een maandelijks in te dienen rechtmatigheidsformulier naar een zogenaamd mutatieformulier. Het mutatieformulier hoeft alleen nog te worden ingediend indien zich wijzigingen voordoen in de persoonlijke situatie van een klant. Hierdoor wordt voorkomen dat een klant maandelijks het ROFje invult en opstuurt. Daarnaast is het mutatieformulier een voorgedrukt formulier met klantgegevens. Dit heeft als gevolg dat een klant geen tijd meer hoeft te besteden aan het invullen van het formulier. Redenen om het mutatieformulier in te voeren zijn (1) het voorkomen dat een klant maandelijks een formulier moet invullen, zonder dat er veelal sprake is van een gewijzigde situatie en (2) het verlagen van de uitvoeringslasten voor uitvoeringsorganisaties. Een tweede geselecteerde uitvoeringsorganisatie heeft aangegeven het mutatieformulier per 1 januari 2007 in te voeren. Uit de rondetafelgesprekken is naar voren gekomen dat het toepassen van een statusformulier relatief veel tijd bespaard voor klanten. Twee geselecteerde uitvoeringsorganisaties maken sinds 2005 - naast het rechtmatigheidsformulier - ook gebruik van een mutatieformulier. Het mutatieformulier is alleen van toepassing op WWB-klanten zonder inkomsten. Voor WWB-klanten met inkomsten geldt het rechtmatigheidsformulier. Voor deze klanten willen de uitvoeringsorganisaties maandelijks het recht op een uitkering kunnen beoordelen, aangezien er sprake is van (wisselende) inkomsten. Met uitzondering van het huisbezoek worden door klanten niet meer of minder handelingen uitgevoerd. Hiervoor zijn dezelfde redenen van toepassing zoals omschreven in paragraaf 5.1: uitvoeringsorganisaties hebben zich voornamelijk geconcentreerd op het opstellen van de volgens de WWB verplichte verordeningen. Vervolgens zijn op grond van de invoeringswet WWB in 2005 eenmalige herbeoordelingen van het WWB-bestand uitgevoerd om de oude Abw-besluiten in overeenstemming te brengen met de WWB.
5.4
Bevindingen en conclusies ten aanzien van de implementatie van de wet
In deze paragraaf wordt de vraag beantwoord hoe de implementatie van de wet is verlopen. Gekeken wordt naar de aspecten van het wetvoorstel (in feite de voorbereiding), de invoering van de wet en de uitvoering. Per aspect komen onderwerpen aan de orde die van invloed kunnen zijn op de wijze van uitvoering van de wet door de uitvoeringsorganisaties. De uitvoeringsorganisaties zijn op verschillende wijze omgegaan met de implementatie van de wet: Aspecten van het wetsvoorstel (voorbereiding): Betrokkenheid. De betrokkenheid bij het opstellen van het wetsvoorstel door het ministerie van SZW is verschillend tussen uitvoeringsorganisaties. Vier van de vijf geselecteerde uitvoeringsorganisaties zijn niet betrokken geweest bij het opstellen van het wetsvoorstel. Eén uitvoeringsorganisatie is betrokken geweest bij het opstellen van het wetsvoorstel middels deelname aan een werkgroep van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), echter zonder zichtbaar effect in de AL in deze gemeente. De werkgroep heeft het wetsvoorstel besproken en vervolgens commentaar geleverd aan het ministerie van SZW. Communicatie van de invoering van de wet. De communicatie over de implementatie heeft op dezelfde wijze plaatsgevonden. De uitvoeringsorganisaties zijn via diverse informatiebronnen op de hoogte gesteld over de invoering van de WWB. Hierbij gaat het voornamelijk om: - Circulaires uitgegeven door het ministerie van SZW, de VNG, Divosa en StimulanSZ. - (Landelijke) informatiebijeenkomsten georganiseerd door het ministerie van SZW, Divosa en VNG. - Zelfonderzoek middels het raadplegen van diverse websites, zoals de website van het ministerie van SZW.
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 14 van 24
-
Overige aanbieders, zoals adviesbureau’s, accountancybureaus en softwareontwikkelaars voor sociale diensten, die uitvoeringsorganisaties hulp aanboden bij de invoering van de WWB. Consequenties van het wetsvoorstel. Voor het merendeel van de geselecteerde uitvoeringsorganisaties waren de consequenties van het wetsvoorstel vooraf voldoende duidelijk. Door het bestuderen van diverse circulaires, het bijwonen van (landelijke) informatiebijeenkomsten en het uitvoeren van zelfonderzoek hebben uitvoeringsorganisaties zich een beeld gevormd van de consequenties. Voor twee geselecteerde uitvoeringsorganisatie waren de consequenties van het wetsvoorstel vooraf onvoldoende duidelijk. Deze uitvoeringsorganisaties hebben – naast het raadplegen van diverse informatiebronnen - duidelijkheid verkregen over de invoering door middel van het organiseren van interne cursussen voor medewerkers.
Aspecten van de invoering: Implementatietijd. De implementatietijd om de uitvoering van de WWB voor te bereiden wordt door het merendeel van de geselecteerde uitvoeringsorganisaties als relatief kort ervaren. Het wetsvoorstel WWB is in augustus 2003 door de 2e Kamer goedgekeurd. terwijl goedkeuring door de 1e Kamer in oktober 2003 heeft plaatsgevonden. Het gevolg is dat uitvoeringsorganisaties feitelijk 3 maanden voorbereidingstijd hebben gehad omdat de WWB op 1 januari 2004 van kracht te laten worden. Door het anticiperende vermogen van alle uitvoeringsorganisaties zijn in de loop van 2003 reeds voorbereidingen getroffen voor de invoering van de WWB. Dit betekent dat werkgroepen geformeerd werden, indien nodig contact werd gezocht met andere uitvoeringsorganisaties en gestart is met het opstellen van de benodigde verordeningen. Daarnaast hebben uitvoeringsorganisaties acties op touw gezet om intern personeel op te leiden, klanten te informeren en eenmalige herbeoordeling uit te voeren. Het gevolg is dat gedurende 2004 en 2005 uitvoeringsorganisaties nauwelijks aandacht hebben besteed aan het verbeteren van de uitvoeringsprocessen. Ondersteuning bij implementatie. Alle uitvoeringsorganisaties hebben hulp aangeboden gekregen of gezocht bij de invoering van de wet. Echter, de wijze waarop hulp is ingeschakeld verschilt: - Het merendeel van de geselecteerde uitvoeringsorganisaties hebben de wet geheel zelfstandig geïmplementeerd. Indien nodig is contact gezocht met andere uitvoeringsorganisaties voor het uitwisselen van kennis en ervaring. Tot structureel overleg is het hierbij niet gekomen vanwege de korte implementatietijd van de WWB. - Eén uitvoeringsorganisatie heeft de hulp ingeroepen van StimulanSZ. StimulanSZ is een organisatie die uitvoeringsorganisaties ondersteunt bij de ontwikkeling en uitvoering van lokaal beleid voor sociale zekerheid. Met name bij het opstellen van de reïntegratieverordening heeft StimulanSZ een voorname rol gespeeld. - Alle geselecteerde uitvoeringsorganisaties hebben aangegeven geen gebruik te hebben gemaakt van aanbiedingen van commerciële adviesbureaus voor de invoering van de wet. Contact andere uitvoeringsorganisaties. Uitvoeringsorganisaties hebben incidenteel en periodiek contact gehad met andere uitvoeringsorganisaties over de implementatie van de wet. Met name kleine(re) gemeenten zochten via regulier regionaal overleg contact met andere uitvoeringsorganisaties. Naast het uitwisselen van kennis en ervaring werden hierbij ook taken verdeeld voor het gezamenlijk opstellen van diverse beleidsdocumenten zoals verordeningen. De grote(re) uitvoeringsorganisaties hebben incidenteel contact gehad met andere grote(re) uitvoeringsorganisaties. Tot structureel overleg is het bij deze uitvoeringsorganisaties niet gekomen omdat men van mening is over voldoende kennis en ervaring te beschikken om de WWB zelfstandig in te voeren. Besluitvorming. De besluitvorming over de huidige uitvoeringswijze en het niveau waarop besluiten worden genomen verschilt nauwelijks tussen uitvoeringsorganisaties. Het voorstel over de wijze waarop de WWB moet worden uitgevoerd, wordt opgesteld door de vakafdeling van de uitvoeringsorganisatie. Dit voorstel wordt ter goedkeuring voorgelegd aan het college van B&W. Nadat eventuele opmerkingen van het college van B&W zijn verwerkt, wordt het voorstel ter vaststelling voorgelegd aan de gemeenteraad. Uitvoeringsorganisaties hebben aange-
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 15 van 24
geven dat (1) relatief kleine wijzigingen in de uitvoering door de vakafdeling kunnen worden doorgevoerd, (2) beleidsdocumenten ter goedkeuring worden voorgelegd aan het college van B&W en (3) juridische documenten – zoals verordeningen – worden voorgelegd aan de gemeenteraad. Ondersteunende middelen. De geselecteerde uitvoeringsorganisaties hebben over het algemeen dezelfde ondersteunende middelen gebruikt bij de implementatie van de wet. Omdat er geen verschillen zijn, kan niet worden ingeschat in hoeverre de afzonderlijke middelen gevolgen hebben gehad voor de omvang van de AL. Wel gaven de uitvoeringsorganisaties aan de middelen als voldoende te ervaren. De ingezette middelen zijn: - Circulaires uitgegeven door het ministerie van SZW, de VNG, Divosa en StimulanSZ. - (Landelijke) informatiebijeenkomsten georganiseerd door SZW, Divosa en VNG. - Zelfonderzoek middels het raadplegen van diverse websites, zoals de website van SZW. - Overige aanbieders, zoals adviesbureau’s, accountancybureaus en softwareontwikkelaars voor sociale diensten, die uitvoeringsorganisaties hulp aanboden bij de invoering van de WWB. - Extern personeel voor het uitvoeren van eenmalige herbeoordelingen van het WWBbestand.
Aspecten van de uitvoering: Aanpassingen gedaan in organisatie. Aanpassingen op het gebied van organisatie, personeel, kennis, systemen en financiën voor de implementatie van de wet is verschillend per uitvoeringsorganisatie: - Organisatie De invoering van de WWB heeft bij de geselecteerde uitvoeringsorganisaties geleid tot het opstellen van diverse interne werkgroepen en projectteams. Om de verschillende beleidsdocumenten op te stellen hebben de werkgroepen onderling taken verdeeld en is periodiek overleg gevoerd over de voortgang van de implementatie. Na de invoering van de WWB zijn de diverse project- en werkgroepen ontbonden. Bij drie uitvoeringsorganisaties liep de invoering van de WWB parallel met een interne reorganisatie. Bij twee van deze drie uitvoeringsorganisaties was de interne reorganisatie een direct gevolg van de invoering van de WWB. Een belangrijke reden hiervoor is de relatief grote verantwoordelijkheid van de uitvoeringsorganisatie voor het beschikbare budget. In de nulsituatie werd geen functieonderscheid gemaakt naar enerzijds het beoordelen van rechtmatigheid van een uitkering en anderzijds de reïntegratieactiviteiten. Bij de invoering van de wet is gekozen voor een splitsing tussen zogenaamde bijstandsconsulenten (die controle op rechtmatigheid uitvoeren) en klantmanagers (die reïntegratieactiviteiten uitvoeren). Hierdoor kunnen beide functies zich specialiseren in hun eigen vakgebied en de klanten beter van dienst zijn. - Personeel Doordat reïntegratieactiviteiten volgens de WWB moeten worden uitbesteed, is door een uitvoeringsorganisatie aangegeven dat er een aantal reïntegratie casemanagers zijn afgevloeid vanwege een gebrek aan arbeid. Deze medewerkers zijn veelal in dienst getreden bij reïntegratiebedrijven. Voor het uitvoeren van de eenmalige herbeoordeling van het WWB-bestand heeft één uitvoeringsorganisatie extern personeel ingehuurd om een deel van de herbeoordelingen uit te voeren. Reden hiervoor was het capaciteitstekort van de uitvoeringsorganisatie. Nadat de eenmalige herbeoordelingen in 2005 waren afgerond, zijn de werkzaamheden van het externe personeel beëindigd. - Kennis Twee uitvoeringsorganisaties hebben een cursus gevolgd over de invoering van de WWB. Eén van deze cursussen is gegeven door een accountancybureau. Deze opgeleide medewerkers hebben vervolgens intern cursussen verzorgd voor het opleiden van eigen medewerkers.
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 16 van 24
-
-
Uitvoeringsorganisaties hebben kennis over de uitvoering van de WWB verworven door het raadplegen van diverse informatiebronnen zoals circulaires van het ministerie van SZW en de VNG, het bijwonen van (landelijke) bijeenkomsten en het uitvoeren van zelfonderzoek (raadplegen van diverse websites en vaktijdschriften). Systemen Drie uitvoeringsorganisaties hebben aangegeven softwaresystemen te hebben aangeschaft of aangepast om de invoering van de WWB mogelijk te maken. Belangrijke reden hiervoor is het ontbreken van een reïntegratiemodule in de uitkeringsadministratie. Financiën Twee uitvoeringsorganisaties hebben aangegeven subsidie te hebben ontvangen van het ministerie van SZW om de invoering van de WWB te realiseren. Drie uitvoeringsorganisaties hebben aangegeven, dat de gemeente een bepaald budget beschikbaar heeft gesteld om de invoering van de WWB te realiseren.
Aanpassing uitvoering. Alle geselecteerde uitvoeringsorganisaties hebben aangegeven gaandeweg de uitvoering van de wet te willen aanpassen. Ideeën hiervoor zijn: - Het vervangen van het maandelijks in te dienen rechtmatigheidsformulier door een mutatieformulier. Dit is doorgevoerd bij drie uitvoeringsorganisaties. - Het toepassingen van een huisbezoek bij een klant in het kader van hoogwaardig handhaven. Dit is doorgevoerd bij twee uitvoeringsorganisaties. Gedurende het huisbezoek wordt onder meer gekeken naar het soort woning, de inrichting, aantal woonachtige personen, auto, etc. - Eén uitvoeringsorganisatie heeft aangegeven vanaf 2007 de mogelijkheden te onderzoeken om het digitaal aanvragen en indienen van aanvragen mogelijk te maken. Ondanks de relatief beperkte wijzigingen in de uitvoering van de WWB is door alle geselecteerde uitvoeringsorganisaties aangegeven, dat de uitvoering van de wet verbeterd kan worden. Uitvoeringsorganisaties hebben aangegeven dat efficiencyverbeteringen en een reductie van lasten voor klanten alleen kan worden gerealiseerd, indien het ministerie van SZW geen wijzigingen doorvoert in de wet. Op deze manier kunnen uitvoeringsorganisaties gericht beleid ontwikkelen om de WWB verder uit te kristalliseren. Deelnemers aan de rondetafelgesprekken hebben aangegeven betrokken te willen worden bij het opstellen van beleid, omdat is aangegeven dat niet elke ontwikkeling een verbetering betreft. Door bijvoorbeeld digitaal aanvragen in te dienen verdwijnt persoonlijk contact met de klant en verslapt de aandacht voor de persoonlijke leefsituatie. Effecten op de AL. Alle geselecteerde uitvoeringsorganisaties stellen zich niet met onderzoek op hoogte van effecten van de uitvoering op de AL. De uitvoeringsorganisaties voeren op basis van kennis en ervaring bepaalde wijzigingen door (bijvoorbeeld het vervangen van een maandelijks rechtmatigheidsformulier voor een mutatieformulier), zonder een nulmeting uit te voeren naar administratieve lasten van burgers. Contact met andere uitvoeringsorganisaties. Tijdens de invoering van de wet onderhielden twee geselecteerde uitvoeringsorganisaties geen contact met andere uitvoeringsorganisaties. Deze uitvoeringsorganisaties zijn gevestigd in een zodanige grote gemeente, dat samenwerking met kleine(re) uitvoeringsorganisaties volgens de geïnterviewden niet van toegevoegde waarde is. Drie geselecteerde uitvoeringsorganisaties onderhielden wel contact met andere uitvoeringsorganisaties. Het contact met andere uitvoeringsorganisaties vond plaats middels (1) regionale overleggen van kleine(re) gemeenten en (2) directeurenoverleg van Divosa. Met name de kleine(re) gemeenten stelden – naast het uitwisselen van kennis en ervaring – diverse documenten (zoals verordeningen) gezamenlijk op. Hierdoor werd voorkomen dat het wiel steeds opnieuw werd uitgevonden. Klachten. Door alle geselecteerde uitvoeringsorganisaties wordt een relatief kleine hoeveelheid klachten van klanten ontvangen. De uitvoeringsorganisaties kunnen niet bevestigen of deze klachten voortkomen uit de invoering van de WWB. De klachten hebben namelijk be-
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 17 van 24
trekking op (1) ingewikkelde formulieren, (2) de hoeveelheid documenten die bijgesloten moeten worden bij een aanvraag, (3) het veelvuldig overleggen van dezelfde documenten aan verschillende uitvoeringsinstanties zoals de gemeente, het CWI en het UWV en (4) klantvriendelijkheid van de gemeente. Een genoemde klacht die wel mogelijke samenhang vertoont met de invoering van de WWB is de snelheid waarmee klanten naar een reïntegratiebedrijf worden verwezen om een reïntegratietraject te volgen. De wijze waarop met klachten wordt omgegaan is per uitvoeringsorganisatie verschillend. Een uitvoeringsorganisatie kan de klachten registreren waarna een speciale klachtenbehandelaar de klacht verder afhandelt middels het principe van ‘hoor en wederhoor. In andere gevallen komt het voor dat klachten niet worden geregistreerd of niet nader worden onderzocht.
5.5
Verbetermogelijkheden en Good Practices
Verbetermogelijkheden 1. Vervang het rechtmatigheidsformulier WWB door een statusformulier. Door het toepassen van een mutatieformulier in plaats van een rechtmatigheidsformulier WWB hoeven klanten niet meer maandelijks een formulier in te vullen en te versturen aan de uitvoeringsorganisatie. Alleen indien er sprake is van wijzigingen in de persoonlijke woon- en leefsituatie van een klant, dient het mutatieformulier te worden ingevuld en opgestuurd. Hierdoor wordt voorkomen dat klanten maandelijks een formulier invullen zonder dat er wijzigingen zijn opgetreden in de persoonlijke woon- en leefsituatie. Voor de uitvoeringsorganisatie betekent dit dat geen formulieren meer verwerkt hoeven worden voor klanten waarbij geen wijzigingen zijn opgetreden. Enkele uitvoeringsorganisaties hanteren naast het rechtmatigheidsformulier het statusformulier. Het rechtmatigheidsformulier is van toepassing op klanten die naast hun uitkering inkomsten uit, of in verband met arbeid ontvangen. Deze klanten dienen maandelijks een verantwoording af te leggen. Het statusformulier geldt voor klanten die alleen een uitkering hebben en geen inkomsten uit arbeid ontvangen. Deze klanten hoeven alleen een formulier in te vullen indien er wijzigingen in de persoonlijke woon- en leefsituatie zijn opgetreden. 2. Verlaag de frequentie van het indienen van een rechtmatigheidsformulier WWB. Klanten dienen een rechtmatigheidsformulier maandelijks in te vullen en te verzenden aan de uitvoeringsorganisatie. Veelal zijn er in de voorafgaande maand geen wijzigingen opgetreden in de persoonlijke woonen leefsituatie van een klant. Het gevolg is dat een klant dezelfde gegevens moet invullen als een maand ervoor en dat de uitvoeringsorganisatie dezelfde gegevens moet verwerken. Indien het rechtmatigheidsformulier bijvoorbeeld één keer per twee maanden wordt ingediend, zullen de lasten voor zowel de klant als de uitvoeringsorganisatie met 50% afnemen. 3. Ken langdurigheidstoeslag automatisch toe bij ongewijzigde situatie. De langdurigheidstoeslag is voor klanten die vijf jaar of langer onafgebroken leven van een inkomen op bijstandsniveau en die geen inkomsten uit of in verband met arbeid hebben ontvangen in die periode. Het geld is onder andere bedoeld voor vervanging of aanschaf van spullen die van een uitkering nauwelijks kunnen worden betaald, zoals een nieuwe koelkast of wasmachine. Indien de gegevens van een klant over de afgelopen vijf jaar bekend zijn bij de uitvoeringsorganisatie, kan automatisch een voorgedrukt formulier verstuurd worden aan de klant. De klant hoeft het formulier slechts te controleren en te retourneren aan de uitvoeringsorganisatie. Hierdoor wordt voorkomen dat personen die voor langere periode een inkomen op bijstandsniveau hebben, ieder jaar een formulier moeten aanvragen, invullen, relevante bewijsstukken moeten verzamelen en het formulier moeten indienen. Eenzelfde methode kan worden toegepast bij aanvragen voor bijzondere bijstand en voor het aanvragen van voorzieningen door permanent chronisch zieken of gehandicapten.
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 18 van 24
4. Voorkom dubbele gegevensuitvraag bij de aanvraag van verschillende voorzieningen. Indien een klant met recht op een bijstandsuitkering ook een andere voorziening wil aanvragen – zoals een langdurigheidstoeslag of bijzondere bijstand – komt het voor dat klanten dezelfde bewijsstukken meerderenmalen moeten overleggen. Door samenloop van diverse informatieverplichtingen te coordineren kan worden volstaan met het eenmalig aanleveren van gegevens. 5. Zorg voor actuele gegevens van het Suwinet. Het Suwinet is het instrument waarmee medewerkers van de ketenpartners CWI, UWV, sociale diensten, Arbeidsinspectie, Sociale inlichtingen en OpsporingsDienst (SIOD) en SVB direct toegang krijgen tot relevante gegevens voor en over klanten. Uit de rondetafelgesprekken is naar voren gekomen dat klanten veelal dezelfde gegevens moeten overleggen aan verschillende uitvoeringsinstanties. Door het toepassen van accurate en actuele gegevens in het Suwinet hoeven klanten geen dubbele gegevens meer te overleggen. 6. Behoud het contact tussen de uitvoeringsorganisatie en de klant. Deelnemers aan een rondetafelgesprek hebben aangegeven dat het persoonlijk contact tussen de klant en de uitvoeringsorganisatie geïntensiveerd moet worden. Als gevolg van toenemende digitale mogelijkheden – zoals het online indienen van een aanvraag – zullen klantcontacten in de toekomst worden beperkt. Mogelijk gevolg is dat klanten met vragen blijven zitten die niet beantwoord kunnen worden. Door het behouden van een persoonlijke benadering door een uitvoeringsorganisatie kan beter inzicht worden verkregen in de persoonlijke situatie van de klant en kan geholpen worden bij het invullen van de benodigde formulieren. Met name ouderen hebben relatief veel moeite met het digitaal indienen van een aanvraag voorzien van alle relevante bewijsstukken. Uiteraard kan een combinatie van persoonlijk en digitaal contact ook mogelijkheden bieden. 7. Anticipeer op het taalniveau van een klant. Volgens de georganiseerde burgers van het rondetafelgesprek wordt te weinig aandacht besteed aan het taalniveau van een klant. Een relatief groot deel van uitkeringsgerechtigden is de Nederlandse taal onvoldoende machtig4. Het gevolg is dat het aanvragen van een uitkering, inclusief het verzamelen van alle relevante bewijsstukken, kan leiden tot problemen bij de verstrekking. Door het opstellen van eenvoudige aanvraagformulieren in combinatie met een servicegericht en klantvriendelijke begeleiding kan een aanvraag correct worden ingediend. Good Practices Op basis van het onderzoek (de interviews met de uitvoeringsorganisaties, de rondetafelgesprekken en de bevindingen en conclusies) zijn de volgende Good Practices geïdentificeerd: 1. Het gebruik maken van een mutatieformulier (of statusformulier) in plaats van het Rechtmatigheidsformulier (ROF-je). Dit formulier hoeft alleen ingevuld te worden als iets is gewijzigd in de situatie, terwijl het ROF-je altijd ingevuld en geretourneerd moest worden. De AL dalen hierdoor. 2. Het toepassen van de eenvoudige aanvraagprocedure voor de langdurigheidstoeslag en aanvraag bijzondere bijstand voor mensen die een bijstandsuitkering ontvangen. Hierbij onderzoekt de uitvoeringsorganisatie of een bestaande klant het recht heeft op een langdurigheidstoeslag of bijzondere bijstand. Indien dit het geval is, dan wordt een vooringevuld aanvraagformulier toegestuurd waarop de klant alleen nog maar een handtekening hoeft te plaatsen. 3. Het verlagen van de frequentie voor het indienen van het rechtmatigheidsformulier. In plaats van het maandelijks indienen door een klant, kan worden overgegaan naar halfjaarlijks of jaarlijks. Dit is met name van toepassing op klanten waarbij (nagenoeg) niets wijzigt in de situatie. 4
Zie ook www.begrijpelijkeformulieren.nl, deze website kan tevens als tool dienen voor uitvoeringsorganisaties die formulieren opstellen. Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 19 van 24
4. Het deelnemen aan werkgroep van de brancheorganisaties van de uitvoeringsvoeringsorganisaties. Bij de VNG is een werkgroep ingesteld die betrokken is geweest bij het opstellen van het wetsvoorstel. Door deel te nemen aan deze werkgroep is de uitvoeringsorganisatie goed op de hoogte van het wetsvoorstel en de consequenties. Dit hoeft overigens niet direct effect te hebben op de omvang van de AL. 5. Het toepassen van mogelijkheden voor digitale aanvragen. Digitalisering van de aanvraagprocedure kan helpen de AL te verlagen. De klanten geven echter aan dat persoonlijk contact moet blijven bestaan en dat digitalisering als aanvulling moet worden gezien.
5.6
Kwantificering Good Practices
Voor het dossier Wet Werk en Bijstand (WWB) is voor twee Good Practices gekwantificeerd wat de omvang van de Administratieve Lasten zou zijn indien deze landelijk worden toegepast. Tevens is via consultatie van het ministerie van SZW inzicht verkregen in de haalbaarheid van landelijke toepassing. Het betreft de Good Practices (zie paragraaf 5.5): Het toepassen van een mutatieformulier (of statusformulier) in plaats van het rechtmatigheidsformulier (ROF-je). Het toepassen van mogelijkheden voor digitale aanvragen. Onderstaand is een beknopte beschrijving opgenomen van de Good Practices, inclusief een beschrijving van de haalbaarheid van een landelijke toepassing. Na de beschrijving is een indicatieve kwantificering opgenomen van de verandering van de AL bij landelijke toepassing. Toelichting toepassing Good Practice Good Practice 1: Het toepassen van een mutatieformulier (of statusformulier) in plaats van het rechtmatigheidsformulier (ROF-je). In de situatie van de Good Practice wordt ervan uitgegaan dat alle uitvoeringsorganisaties een mutatieformulier toepassen. Door het toepassen van een mutatieformulier in plaats van een rechtmatigheidsformulier hoeven klanten niet meer maandelijks een formulier in te vullen en te versturen aan de uitvoeringsorganisatie. Alleen indien er sprake is van wijzigingen in de persoonlijke woon- en leefsituatie van een klant, dient het mutatieformulier te worden ingevuld en teruggestuurd. Hierdoor wordt voorkomen dat klanten maandelijks een formulier invullen zonder dat er wijzigingen zijn opgetreden in de persoonlijke woon- en leefsituatie. Voor de uitvoeringsorganisatie betekent dit dat geen formulieren meer verwerkt hoeven worden voor klanten waarbij geen wijzigingen zijn opgetreden. Het toepassen van deze Good Practice wordt door zowel klanten als uitvoeringsorganisaties positief beoordeeld en ervaren als een Administratieve Lastenverlichting. Voorwaarde voor het invoeren van het mutatieformulier bij alle gemeenten is dat (1) dit in de wet als verplicht mutatieformulier moet worden opgenomen of (2) gemeenten worden gestimuleerd, gefaciliteerd en overtuigd van het mutatieformulier gebruik te maken. Bij het verplicht toepassen van het mutatieformulier zou een wetswijziging noodzakelijk zijn. Bij het stimuleren van het gebruik van een mutatieformulier zullen gemeenten overtuigd moeten worden dat dit een ‘betere’ uitvoering is dan het huidige rechtmatigheidsformulier. Uit de interviews met uitvoeringsorganisaties blijkt dat bepaalde uitvoeringsorganisaties het mutatieformulier reeds toepassen. Andere uitvoeringsorganisaties maken nog geen gebruik van het mutatieformulier, maar hebben aangegeven dit wel te prefereren. Belangrijkste drijfveer voor uitvoeringsorganisaties is het verbeteren van de interne efficiency en het reduceren van Administratieve Lasten voor klanten. Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 20 van 24
Good Practice 2: Het toepassen van mogelijkheden voor digitale aanvragen. In de situatie van de Good Practice wordt ervan uitgegaan dat alle uitvoeringsorganisaties digitale aanvragen mogelijk maken. Het gaat hierbij om aanvragen waarbij formulieren digitaal beschikbaar zijn en de aanvraag digitaal kan worden ingediend. Voorbeelden hiervan zijn het rechtmatigheidsformulier, voorschot op een bijstandsuitkering en een aanvraag voor langdurigheidstoeslag door bestaande klanten. De Good Practice is niet toegepast op aanvragen waarbij persoonlijk overleg met de gemeente plaatsvindt, zoals bij de aanvraag bijstanduitkering. Digitalisering van de aanvraagprocedure levert een bijdrage aan het reduceren van de AL. Dit sluit aan op de perceptie van de klant, die overigens wel aangeven dat persoonlijk contact moet blijven bestaan en dat digitalisering als aanvulling moet worden gezien. Uitvoeringsorganisaties beoordelen de Good Practice als positief. Hierbij wordt aangegeven, dat het digitaal beschikbaar stellen van documenten en aanvraagprocedures vaak een relatief lage prioriteit heeft bij uitvoeringsorganisaties. Voor het invoeren van deze Good Practice is het noodzakelijk dat uitvoeringsorganisaties gestimuleerd, gefaciliteerd en overtuigd moeten worden van het digitaal aanvragen van producten. Indien nodig kan daarnaast overwogen worden om wettelijk afspraken te maken over de informatie-uitwisseling tussen uitvoeringsorganisatie en klanten. Kwantitatieve resultaten toepassing Good Practice Voor de toepassing van de Good Practices is een raming uitgevoerd voor de AL in de uitvoering. Uit de raming komt naar voren dat: Good Practice 1, het toepassen van een mutatieformulier (of statusformulier) in plaats van het rechtmatigheidsformulier (ROF-je), leidt tot een afname van de AL voor burgers met circa 800.000 uur en circa € 365.000, ofwel een afname van respectievelijk 9% en 6%, ten opzichte van de Ex Post situatie. Good Practice 2, Het toepassen van mogelijkheden voor digitale aanvragen, leidt tot een afname van de AL voor burgers met circa 775.000 uur en circa € 2,1 miljoen, ofwel een afname van respectievelijk 9% en 33%, ten opzichte van de Ex Post situatie. In de onderstaande tabel zijn de resultaten van de kwantificering weergegeven. Administratieve Lasten Ex Post Good Practice 1, het toepassen van een mutatieformulier (of statusformulier) in plaats van het rechtmatigheidsformulier (ROF-je) Good Practice 2, Het toepassen van mogelijkheden voor digitale aanvragen
AL Burger Tijd (uren) 8.634.911 7.828.713
7.860.739
++/-(%) - 9%
Kosten (€) 6.390.791 6.024.960
- 9%
4.250.801
++/-(%) - 6%
- 33%
Figuur 9. Kwantitatieve resultaten Good Practice.
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 21 van 24
Bijlage 1
Informatieverplichtingen en handelingen Ex Post situatie
De uitvoering van de Wet Werk en Bijstand verschilt per gemeente. Naast de toepassing van bepaalde informatieverplichtingen verschilt de uitvoeringswijze ervan. De informatieverplichtingen die worden toegepast en de daaronder vallende handelingen zijn onderstaand weergegeven.
Nr.
Informatieverplichting
Handelingen
1
Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indienen (WWB)
2
Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indienen (IOAW/IOAZ)
3
Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indienen (Extern verzorgden)
4
Bijzondere bijstand voor personen die bijstand ontvangen
5
Bijzondere bijstand voor personen die geen bijstand ontvangen
6
Langdurigheidstoeslag voor personen met bijstand
7
Langdurigheidstoeslag voor personen zonder bijstand
De handelingen kunnen verschillen per gemeente. Globaal zijn de volgende handelingen van toepassing: - Invullen formulier. - Bewijsstukken overleggen. - Kopieën maken. - Via de post indienen formulier. - Archiveren van verworven documenten. De handelingen kunnen verschillen per gemeente. Globaal zijn de volgende handelingen van toepassing: - Invullen formulier. - Bewijsstukken overleggen. - Kopieën maken. - Via de post indienen formulier. - Archiveren van verworven documenten. De handelingen kunnen verschillen per gemeente. Globaal zijn de volgende handelingen van toepassing: - Invullen formulier. - Bewijsstukken overleggen. - Kopieën maken. - Via de post indienen formulier. - Archiveren van verworven documenten. De handelingen kunnen verschillen per gemeente. Globaal zijn de volgende handelingen van toepassing: - Aanvragen formulier. - Invullen formulier. - Bewijsstukken overleggen. - Kopieën maken. - Via de post indienen formulier. - Archiveren van verworven documenten. De handelingen kunnen verschillen per gemeente. Globaal zijn de volgende handelingen van toepassing: - Intake gesprek bij de gemeente. - Invullen formulier. - Bewijsstukken overleggen. - Kopieën maken. - Archiveren van verworven documenten. De handelingen kunnen verschillen per gemeente. Globaal zijn de volgende handelingen van toepassing: - Aanvragen formulier. - Invullen formulier. - Via de post indienen formulier. - Archiveren van verworven documenten. De handelingen kunnen verschillen per gemeente. Globaal zijn de volgende handelingen van toepassing: - Intake gesprek bij de gemeente. - Invullen formulier. - Bewijsstukken overleggen. - Kopieën maken. - Archiveren van verworven documenten.
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 22 van 24
8
Bijstandsuitkering
9
Ontheffing van aan de bijstand verbonden verplichtingen Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers
10
11 12
Registratieplicht inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers Herintreders, begeleiding
13 14
Opleiding werklozen, begeleiding Woonkostentoeslag
15 16 17
Bijstandsuitkering, heronderzoek Uitstroombevordering werklozen Bijstand, vakantiemelding
18 19 20
Opleiding werklozen, vergoeding Uitstroombevordering specifieke doelgroepen Bijstandsuitkering, voorschot
21 22
Wachtlijsten Periodieke ABW-uitkering ouderen
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
De handelingen kunnen verschillen per gemeente. Globaal zijn de volgende handelingen van toepassing: - Intake gesprek bij de gemeente. - Invullen formulier. - Bewijsstukken overleggen. - Kopieën maken. - Archiveren van verworden documenten, - Vervolggesprekken met casemanager inzake reïntegratie. Opgenomen onder nr. 8. Bijstandsuitkering. De handelingen kunnen verschillen per gemeente. Globaal zijn de volgende handelingen van toepassing: - Intake gesprek bij de gemeente. - Invullen formulier. - Bewijsstukken overleggen. - Kopieën maken. - Archiveren van verworven documenten. Opgenomen onder nr. 10. IAOW. De handelingen kunnen verschillen per gemeente. Globaal zijn de volgende handelingen van toepassing: - Afspraak maken - Gemeente bezoeken. - Gesprek met de gemeente. Opgenomen onder nr. 8. Bijstandsuitkering. De handelingen kunnen verschillen per gemeente. Globaal zijn de volgende handelingen van toepassing: - Aanvragen formulier. - Invullen formulier. - Bewijsstukken overleggen. - Gesprek met gemeente. - Archiveren van verworven documenten. Opgenomen onder nr. 8. Bijstandsuitkering. Opgenomen onder nr. 8. Bijstandsuitkering. De handelingen kunnen verschillen per gemeente. Globaal zijn de volgende handelingen van toepassing: - Aanvragen formulier. - Invullen formulier. - Via de post indienen formulier. - Archiveren van verworven documenten. Opgenomen onder nr. 8. Bijstandsuitkering. Opgenomen onder nr. 8. Bijstandsuitkering. De handelingen kunnen verschillen per gemeente. Globaal zijn de volgende handelingen van toepassing: - Aanvragen formulier. - Invullen formulier. - Bewijsstukken overleggen. - Via de post indienen formulier. - Archiveren van verworven documenten. Opgenomen onder nr. 8. Bijstandsuitkering. De handelingen kunnen verschillen per gemeente. Globaal zijn de volgende handelingen van toepassing: - Aanvragen formulier. - Invullen formulier. - Bewijsstukken overleggen. - Via de post indienen formulier. - Archiveren van verworven documenten.
Pagina 23 van 24
Bijlage 2
Standaard Kostenmodel (SKM) Wet Werk en Bijstand
Dossier Wet Werk en Bijstand - 18 december 2006.doc
Pagina 24 van 24
Algemene Bijstandwet (ABW), peiljaar 2002 (verschillen ten opzichte van de WWB in 2005)
Groep
Verplichting
Volgnr.
Handeling
Doelgroep Omschrijving
Administratieve lasten Eigen tijd Tijd (uren) Pi
L1
Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indien Uitkeringsgerechtigden Procedure cf. WWB 2004, gemiddelde tijd per procedure
L2
L4
Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indien Uitkeringsgerechtigden
Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indien Uitkeringsgerechtigden
L6
50
50 50
18 36/60 €
Procedure cf. WWB 2004, gemiddelde tijd per procedure
18 36/60
Bijzondere bijstand voor personen die bijs Uitkeringsgerechtigden
1 31/60 € 1 31/60
Bijzondere bijstand voor personen die gee Uitkeringsgerechtigden
Pi*Ti
50
20 7/60 € 20 7/60
Procedure cf. WWB 2004, gemiddelde tijd per procedure
L5
Ti
18 15/60 € 18 15/60
Procedure cf. WWB 2004, gemiddelde tijd per procedure
L3
Tarief
Externe kosten per handeling Aantal Freq. of handeling Tarief / Tijd / afschrijv. Totaal (€) K (€) en OOP Aantal
50 50
50 50
Px*Tx
Q2
10,01528
€
912
10,02
€ 1.006
9,31
€
1.006
9,31
€
930
10,56
€
930
10,56
€
76
0,83
€
76
0,83
€
183
3,16
3 9/60
50
€
158
3,16
Extra huisbezoek ter beoordeling in geval van huisraad (nagenoeg alle gevallen)
30/60
50
€
25
Bijstandsuitkering [ABW]
Uitkeringsgerechtigden
Exclusief gemeente bezoeken (heen en terug) Exclusief vervolggesprek met "casemanager" bij gemeente Exclusief gemeente bezoeken (heen en terug) Exclusief vervolggesprek met "casemanager" bij gemeente
SKM Dossier WWB - 18 december 2006.xls
bijstellen/vaststellen reïntegratieplan bijstellen/vaststellen reïntegratieplan
50
Tx
912
Procedure cf. WWB 2004, gemiddelde tijd per procedure
Procedure cf. WWB 2004, gemiddelde tijd per procedure
3 39/60 €
Px
€
2 25/60 €
50
F
318.000
22.000
Q
TxQ (U)
FxQ1 of Q2
1
1
318.000
1
5.802.911
22.000
442.439 €
9.000 9.000
163.108
1
163.108 163.108
197.276
1
197.276 197.276 197.276
€ 121 !
2,18
50
€
255
5 5/60 - 50/60 - 30/60
50 50
€ €
42- € 25-
1,28-
2
- 50/60 - 30/60
50 50
€ €
42- € 25-
1,28-
2
348.000
1
PxQ
5.802.911 € 3.184.858
318.000
22.000
9.000
PxQ
KxQ (€)
348.000
442.439
167.400 € 167.400
247.380 € 247.380
720.076 € 621.438
3.184.858
204.750 204.750
95.040 95.040
135.380 135.380
623.755 623.755
98.638 €
-
843.685 €
757.923
7,30
348.000
1.771.685
2.539.683
€ €
2,56-
348.000 348.000
-290.000 € -174.000 €
890.880-
€ €
2,56-
348.000 348.000
-290.000 € -174.000 €
890.880-
L7
Ontheffing van aan de bijstand verbonden Uitkeringsgerechtigden Telefonische afspraak maken met gemeente gemeente bezoeken (heen en terug) gesprek met "consulent" bij gemeente
Archiveren van verworven documenten
L8
1 40/60 €
- In bepaalde gevallen keuring door GGD - In bepaalde gevallen automatische ontheffing zoals moeders met kinderen jonger dan 5 jaar. beschikking
Wet inkomensvoorziening oudere en gede Uitkeringsgerechtigden
83
50 50 50
50
€ € €
13 42 25
€
1,28
2
€
5/60
50
€
4
€
-
0
€
2 28/60 €
50 50
Procedure cf. WWB 2004, gemiddelde tijd per procedure
L9
€
15/60 50/60 30/60
2,56
139.200
232.000 €
356.352
3
139.200 139.200 139.200
34.800 € 116.000 € 69.600 €
356.352 -
-
139.200
11.600 €
-
19.000
46.732 €
47.914
€
123
2,52
€
123
2,52
€
-
0
139.200
19.000
1
1
19.000
L11
Registratieplicht Inkomensvoorziening oudUitkeringsgerechtigden
0
€
50
19.000
1
€
71
326
462 €
835
50/60
50
€
42
€
1,28
2
€
3
326
272 €
835
gesprek met "consulent" bij gemeente Archiveren van verworven documenten
Beschikking
30/60 5/60
50 50
€ €
25 4
€
-
0
€
-
326 326
163 € 27 €
-
17.400
23.200 €
44.544
€
1,28
2
€
17.400
14.500 €
44.544
17.400
8.700 €
-
17.400
90.575 €
60.778
Uitkeringsgerechtigden
Woonkostentoeslag [ABW] Procedure cf. WWB 2004, gemiddelde tijd per procedure
SKM Dossier WWB - 18 december 2006.xls
Uitkeringsgerechtigden
1 20/60 €
€
67
50/60
50
50
€
42
30/60
50
€
25
€
260
3,49
€
260
3,49
5 12/60 €
50 50
5 12/60
2,56
326
17.400
1
-
Uitkeringsgerechtigden
Uitgenodigd door gemeente
2,56
-
0 €
Uitgenodigd door gemeente
Opleiding werklozen, begeleiding [ABW]
50
0 €
19.000
Herintreders, begeleiding [ABW]
Dienst Werkbegeleiding bezoeken (heen en terug).
1 25/60 €
19.000
gemeente bezoeken (heen en terug)
Gesprek bij Dienst Werkbegeleiding
L12
47.914
2 28/60
Registratie gebeurt bij het CWI
L10
46.732
1
3
17.400
1
17.400
90.575
60.778
L13
L14
Bijstandsuitkering, heronderzoek [ABW]
Uitkeringsgerechtigden
€
183
invullen formulier
Wordt toegestuurd door gemeente
30/60
50
€
25
NAW-gegevens en datum invullen, ondertekenen opzoeken van verblijfsdocument sofi-nummer invullen opzoeken bank-/giroafschrift bewijsstukken overleggen bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L13.06) indien van toepassing: verblijfsvergunning bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L13.06) indien van toepassing: huurcontract. bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L13.06) indien van toepassing: loonstrookjes bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L13.06) indien van toepassing: Uitkeringsspecificaties bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L13.06) indien van toepassing: jaarstukken. bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L13.06) indien van toepassing: kentekenbewijs. bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L13.06) indien van toepassing: ontslag correspondentie bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L13.06) indien van toepassing: sollicitatiebrieven kopieën maken gemeente bezoeken (heen en terug) gesprek met "consulent" bij gemeente Archiveren van verworven documenten
3/60 5/60 2/60 5/60
50 50 50 50 50
€ € € € €
3 4 2 4 50
Uitstroombevordering werklozen [ABW]
Uitkeringsgerechtigden
3 40/60 €
1
30/60 50/60 30/60 5/60
0
50
50 50 50 50
€
50
€ € € €
25 42 25 4
€
-
2,71 € € € € €
-
0 0 0 0 0
€ € € € €
379.000
0,75
-
€ €
0 1
3 2
€ €
0 3
€
-
0
€
-
0
Bijstand, vakantiemelding [ABW]
Uitkeringsgerechtigden
46/60 €
L16
L17
L18
Opleiding werklozen, vergoeding [ABW]
Uitkeringsgerechtigden Er gelden wel inhoudelijke opleidingsverplichtingen
Uitstroombevordering specifieke doelgroe Uitkeringsgerechtigden Is geïntegreerd in overige ABWinformatieverplichtingen, bevat geen aparte handelingen
Bepaalde doelgroepen kunnen relatief vaker op gesprek worden gevraagd
Bijstandsuitkering, voorschot [ABW]
Uitkeringsgerechtigden
SKM Dossier WWB - 18 december 2006.xls
€
38
0,42
€
38
0,42
€
-
0
770.318
142.125 €
-
284.250 284.250 284.250 284.250 284.250 284.250
14.213 23.688 9.475 23.688 284.250 0
€ € € € € €
-
284.250
0 €
-
284.250
0 €
-
284.250
0 €
-
284.250
0 €
-
284.250
0 €
-
284.250
0 €
-
284.250
0 €
-
0
1
32.000
1
€ € € €
42.638 727.680 -
0
0 €
-
0
0 €
-
32.000
24.367 €
13.357
32.000
142.125 236.875 142.125 23.688
24.367
13.357
46/60
Is geïntegreerd in overige ABWinformatieverplichtingen, bevat geen aparte handelingen
Procedure cf. WWB 2004, gemiddelde tijd per procedure
50 50
Procedure cf. WWB 2004, gemiddelde tijd per procedure
1.042.250 €
284.250
284.250 284.250 284.250 284.250
Is geïntegreerd in overige ABWinformatieverplichtingen, bevat geen aparte
L15
284.250
0
€
0
50
€
50
2 5/60 €
50 50
2 5/60
€
-
0
€
104
2,488132
€
104
2,49
0
0
208.800
1
1
1
0
0 €
-
0
0 €
-
0
0 €
-
0
0 €
-
208.800
435.828 €
519.522
208.800
435.828
519.522
L19
Periodieke uitkering ouderen [ABW]
Uitkeringsgerechtigden
55/60 €
Procedure cf. WWB 2004, gemiddelde tijd per procedure
L20
Beëindigingsonderzoeken [ABW]
€
46
0,39
€
46
0,39
0,1
€
82
50
€
13
NAW-gegevens en datum invullen, ondertekenen bewijsstukken overleggen bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L21.03) Indien van toepassing: loonstroken bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L21.03) Indien van toepassing: arbeidscontract bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L21.03) Indien van toepassing: verhuisbericht/huurcontract
3/60 30/60
50 50
€ €
3 25
kopieën maken via de post indienen formulier Archiveren van verworven documenten
30/60 15/60 5/60
Debiteurenonderzoeken [ABW] Invullen formulier
Uitkeringsgerechtigden
1 38/60 €
Formulier wordt toegestuurd
antwoordenveloppe
Uitkeringsgerechtigden
bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L22.04) Indien van toepassing: gegevens uitkering bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L22.04) Indien van toepassing: gegevens over vermogen bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L22.04) Indien van toepassing: schuldbewijzen/bewijzen van aflossing bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L22.04) Indien van toepassing: rekeningen woonlasten bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L22.04) Indien van toepassing: verhuurcontract bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L22.04) Indien van toepassing: arbeidscontract bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L22.04) Indien van toepassing: alimentatiebewijs bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L22.04) Indien van toepassing: bewijs ziektekostenverzekering/vergoeding kopieën maken via de post indienen formulier Archiveren van verworven documenten
50
50 50 50
2 23/60 €
Formulier wordt toegestuurd
NAW-gegevens en datum invullen, ondertekenen Bewijsstukken overleggen
SKM Dossier WWB - 18 december 2006.xls
21.000
1
21.000 21.000
19.250 € 19.250
8.190 8.190
55/60
15/60
Invullen formulier
L21
50 50
25 13 4
€
119
30/60
50
€
25
3/60
50 50
€ €
3 50
1
30/60 15/60 5/60
50
€ € €
50 50 50
€ € €
25 13 4
€ €
€ € €
-
0,05 0,39 -
0 0
2 0 0
€ €
€ € €
€ € €
-
0,05 0,39 -
0
3 2 0
€ €
€ € €
1
-
0,10 -
0,93 € €
174.000
-
0,15 0,78 -
174.000
1
174.000
284.200 €
17.400
174.000
43.500 €
-
174.000 174.000 174.000
8.700 € 87.000 € 0 €
-
174.000
0 €
-
174.000
0 €
-
174.000 174.000 174.000
87.000 € 43.500 € 14.500 €
17.400 -
174.000
414.700 €
161.820
174.000
87.000 €
-
174.000 174.000
8.700 € 174.000 €
-
174.000
0 €
-
174.000
0 €
-
174.000
0 €
-
174.000
0 €
-
174.000
0 €
-
174.000
0 €
-
174.000
0 €
-
174.000
0 €
-
174.000 174.000 174.000
87.000 € 43.500 € 14.500 €
26.100 135.720 -
L22
Categoriale Bijzondere Bijstand [ABW]
Uitkeringsgerechtigden
NAW-gegevens en datum invullen, ondertekenen formulier
- Vooraf ingevuld, door gemeente toegestuurd - Circa 10% krijgt automatische toekenning voor bijv. school of sport
23/60 €
40.776
15.631 €
15.903
40.776
2.039 €
-
40.776 40.776
10.194 € 3.398 €
15.903 -
39.000
92.950 €
36.270
39.000
19.500 €
-
39.000 39.000
1.950 € 39.000 €
-
bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L22.04) Indien van toepassing: gegevens uitkering
39.000
0 €
-
bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L22.04) Indien van toepassing: gegevens over vermogen bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L22.04) Indien van toepassing: schuldbewijzen/bewijzen van aflossing bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L22.04) Indien van toepassing: rekeningen woonlasten bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L22.04) Indien van toepassing: verhuurcontract bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L22.04) Indien van toepassing: arbeidscontract bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L22.04) Indien van toepassing: alimentatiebewijs bewijsstukken overleggen (opgenomen onder L22.04) Indien van toepassing: bewijs ziektekostenverzekering/vergoeding kopieën maken via de post indienen formulier Archiveren van verworven documenten
39.000
0 €
-
39.000
0 €
-
39.000
0 €
-
via de post indienen formulier Archiveren van verworven documenten
L23
Verhaalprocedure [ABW] Invullen formulier
Burger algemeen
19
50
50
€
3
€
15/60 5/60
50 50
€ €
13 4
€ €
2 23/60 €
Formulier wordt toegestuurd
NAW-gegevens en datum invullen, ondertekenen Bewijsstukken overleggen
€
3/60
€
119
30/60
50
€
25
3/60
50 50
€ €
3 50
1
30/60 15/60 5/60
50
50 50 50
€ € €
25 13 4
0,39 -
0,39 -
0
€
1 0
€ €
€ € €
-
0,05 0,39 -
0
3 2 0
€ €
€ € €
1
0,39 -
0,93 € €
40.776
-
39.000
1
-
0,15 0,78 -
39.000
0 €
-
39.000
0 €
-
39.000
0 €
-
39.000
0 €
-
39.000 39.000 39.000
19.500 € 9.750 € 3.250 €
5.850 30.420 -
0
AL ABW
SKM Dossier WWB - 18 december 2006.xls
TxQ (uren) KxQ (€) 10.946.036 7.054.908
Wet Werk en Bijstand (WWB), peiljaar 2004 (gemiddelden van 12 gemeenten)
Groep
Verplichting
Volgnr.
Wets-artikel
Doelgroep Omschrijving
Administratieve lasten Eigen tijd Tijd (uren) Pi
E1
Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indien Burgers X
84
0,78
84
0,78
1 33/60 € 50 € € 1 33/60 50
78
0,88
78
0,88
1 31/60 € 50 € € 1 31/60 50
76
0,83
76
0,83
3 9/60 € 50 € € 3 9/60 50
158
3,16
158
3,16
39/60 € 50 € € 39/60 50
32
0,39
32
0,39
2 39/60 € 50 € € 2 39/60 50
132
2,56
132
2,56
5 5/60 € 50 € 255 ! € 255 5 5/60 50
7,30
Gemiddelde tijd per procedure
Ontheffing van aan de bijstand verbonden Burgers X
0
Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indien Burgers X
Bijzondere bijstand voor personen die bijs Burgers Y
Bijzondere bijstand voor personen die gee Burgers Y
Langdurigheidstoeslag voor personen metBurgers Y
Langdurigheidstoeslag voor personen zon Burgers Y Gemiddelde tijd per procedure
E8
E9
Bijstandsuitkering
Burgers X
Opgenomen onder E8
E10
Q2
1 41/60 € 50 € € 1 41/60 50
Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indien Burgers X
Gemiddelde tijd per procedure
E7
Px*Tx 0,83
Gemiddelde tijd per procedure
E6
Tx
76
Gemiddelde tijd per procedure
E5
Px
0,83
Gemiddelde tijd per procedure
E4
Pi*Ti
76
Gemiddelde tijd per procedure
E3
Ti
1 31/60 € 50 € € 1 31/60 50
Gemiddelde tijd per procedure
E2
Tarief
Externe kosten per handeling Aantal Freq. of handeling Tarief / Tijd / afschrijv. K (€) Totaal (€) en OOP Aantal
Wet inkomensvoorziening oudere en gede Burgers X Gemiddelde tijd per procedure
SKM Dossier WWB - 18 december 2006.xls
€
50
15.800
9.000
163.108
197.276
90.000
30.000
370.300
€
-
0,00
-
0,00
2 28/60 € 50 € € 2 28/60 50
123
2,52
123
2,52
0
13.500
TxQ (U)
FxQ1 of Q2
12
12
12
1
1
1
1
1
7,30
€
50
F
336.700
Q
1
1
KxQ (€)
PxQ
PxQ
4.040.400
6.144.152
3.372.144
4.040.400
6.144.152
3.372.144
189.600
317.752
147.048
189.600
317.752
147.048
108.000
167.400
95.040
108.000
167.400
95.040
163.108
247.380
135.379
163.108
247.380
135.379
197.276
621.439
623.756
197.276
621.439
623.756
90.000
58.334
35.100
90.000
58.334
35.100
30.000
79.385
76.800
30.000
79.385
76.800
370.300
1.885.215
2.702.427
370.300
1.885.215
2.702.427
0
0
0
0
0
0
13.500
33.204
34.044
13.500
33.204
34.044
E11
Registratieplicht Inkomensvoorziening oudBurgers X
0
€
€
-
0,00
€
-
0,00
2 35/60 € 50 € € 2 35/60 50
129
2,56
129
2,56
Opgenomen onder E10
E12
Herintreders, begeleiding
Burgers X
Gemiddelde tijd per procedure
E13
Opleiding werklozen, begeleiding
Burgers X
0
€
€
-
0,00
€
-
0,00
5 12/60 € 50 € € 5 12/60 50
260
3,49
260
3,49
Opgenomen onder E8
E14
Woonkostentoeslag
Bijstandsuitkering, heronderzoek
Burgers X
Burgers X
0
€
Opgenomen onder E8
E16
Uitstroombevordering werklozen
Bijstand, vakantiemelding
Burgers X
0
€
Opleiding werklozen, vergoeding
Burgers X
Burgers X
0
Uitstroombevordering specifieke doelgroe Burgers X
E20
Bijstandsuitkering, voorschot
Burgers X
Periodieke ABW-uitkering ouderen Gemiddelde tijd per procedure
Burgers X
0,00
-
0,00
-
0,00
-
0,00
46/60 € 50 € € 46/60 50
38
0,42
38
0,42
€
50
€
50
€
-
0,00
€
-
0,00
€
-
0,00
€
-
0,00
2 5/60 € 50 € € 2 5/60 50
104
2,49
104
2,49
55/60 € 50 € € 55/60 50
46
0,39
46
0,39
50
Gemiddelde tijd per procedure
E21
0
-
€
50
Opgenomen onder E8
€ €
€
Opgenomen onder E8
E19
50 50
Gemiddelde tijd per procedure
E18
50 50
Opgenomen onder E8
E17
50 50
Gemiddelde tijd per procedure
E15
50 50
0
326
0
2.231
0
0
35.000
0
0
224.751
24.600
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
1
AL WWB Discrepantie
SKM Dossier WWB - 18 december 2006.xls
0
0
0
0
0
0
326
841
834
326
841
834
0
0
0
0
0
0
2.231
11.615
7.794
2.231
11.615
7.794
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
35.000
26.651
14.609
35.000
26.651
14.609
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
224.751
469.123
559.211
224.751
469.123
559.211
24.600
22.550
9.594
24.600
22.550
9.594
TxQ (uren) KxQ (€) 10.085.041 7.813.781 -860.994
758.873
EX POST (op basis van uitvoering van de wet)
Groep
Verplichting
Volgnr.
Wets-artikel
Doelgroep Omschrijving
Administratieve lasten Eigen tijd Tijd (uren) Pi
E1
Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indien Burgers X Gemiddelde tijd per procedure
E2
Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indien Burgers X Gemiddelde tijd per procedure
E3
Rechtmatigheidsformulier (ROF-je), indien Burgers X Gemiddelde tijd per procedure
E4
Bijzondere bijstand voor personen die bijs Burgers Y Gemiddelde tijd per procedure
E5
Bijzondere bijstand voor personen die gee Burgers Y Gemiddelde tijd per procedure
E6
Langdurigheidstoeslag voor personen metBurgers Y Gemiddelde tijd per procedure
E7
Langdurigheidstoeslag voor personen zon Burgers Y Gemiddelde tijd per procedure
E8
Bijstandsuitkering
Burgers X
Gemiddelde tijd per procedure
E9
Ontheffing van aan de bijstand verbonden Burgers X Opgenomen onder E8
E10
Wet inkomensvoorziening oudere en gede Burgers X Gemiddelde tijd per procedure
E11
Registratieplicht Inkomensvoorziening oudBurgers X Opgenomen onder E10
E12
Herintreders, begeleiding
Burgers X
Gemiddelde tijd per procedure
E13
Opleiding werklozen, begeleiding Opgenomen onder E8
SKM Dossier WWB - 18 december 2006.xls
Burgers X
Tarief Ti
Externe kosten per handeling Aantal Freq. of handeling Tarief / Tijd / afschrijv. Totaal (€) K (€) en OOP Aantal Pi*Ti
Px
Tx
Px*Tx
Q2
1 23/60 € 50 € € 1 23/60 50
69
0,65
69
0,65
1 41/60 € 50 € € 1 41/60 50
84
0,59
84
0,59
1 33/60 € 50 € € 1 33/60 50
78
0,88
78
0,88
1 31/60 € 50 € € 1 31/60 50
76
0,83
76
0,83
3 9/60 € 50 € € 3 9/60 50
158
2,94
158
2,94
39/60 € 50 € € 39/60 50
32
0,39
32
0,39
2 39/60 € 50 € € 2 39/60 50
132
2,56
132
2,56
5 45/60 € 50 € 288 ! € 288 5 45/60 50
7,74
#DIV/0! #DIV/0!
€
50
#DIV/0!
#DIV/0!
#DIV/0!
2 28/60 € 50 € € 2 28/60 50 #DIV/0! #DIV/0!
€
50
€
50 50
2,52
123
2,52
#DIV/0!
#DIV/0!
#DIV/0!
2 35/60 € 50 € € 2 35/60 50 #DIV/0! #DIV/0!
123
#DIV/0!
50
191.874
108.000
169.361
209.229
93.496
31.684
358.693
129
2,56
129
2,56
#DIV/0!
#DIV/0!
#DIV/0!
#DIV/0!
0
9.916
0
326
0
TxQ (U)
FxQ1 of Q2
6
6
1
1
1
1
1
1
7,74
#DIV/0!
50
F
348.757
Q
1
1
1
1
1
KxQ (€)
PxQ
PxQ
2.092.541
2.883.536
1.370.142
348.757
480.589
228.357
1.151.244
1.929.376
673.864
191.874
321.563
112.311
108.000
167.400
95.040
108.000
167.400
95.040
169.361
256.864
140.570
169.361
256.864
140.570
209.229
659.091
614.338
209.229
659.091
614.338
93.496
60.600
36.463
93.496
60.600
36.463
31.684
83.842
81.112
31.684
83.842
81.112
358.693
2.062.843
2.777.237
358.693
2.062.843
2.777.237
0
0
0
#DIV/0!
0
0
9.916
24.389
25.006
9.916
24.389
25.006
0
0
0
#N/A
0
0
326
841
834
326
841
834
0
0
0
#DIV/0!
0
0
E14
Woonkostentoeslag
Burgers X
Gemiddelde tijd per procedure
E15
Bijstandsuitkering, heronderzoek
Burgers X
Opgenomen onder E8
E16
Uitstroombevordering werklozen
Burgers X
Opgenomen onder E8
E17
Bijstand, vakantiemelding
Burgers X
Gemiddelde tijd per procedure
E18
Opleiding werklozen, vergoeding
Burgers X
Opgenomen onder E8
E19
Uitstroombevordering specifieke doelgroe Burgers X Opgenomen onder E8
E20
Bijstandsuitkering, voorschot
Burgers X
Gemiddelde tijd per procedure
E21
Periodieke ABW-uitkering ouderen
Burgers X
Gemiddelde tijd per procedure
5 12/60 € 50 € € 5 12/60 50 #DIV/0! #DIV/0!
€
#DIV/0! #DIV/0!
€
50
#DIV/0! #DIV/0!
#DIV/0!
#DIV/0!
#DIV/0!
#DIV/0!
46/60 € 50 € € 46/60 50 €
#DIV/0! #DIV/0!
€
50
38
0,25
38
0,25
#DIV/0!
#DIV/0!
#DIV/0!
#DIV/0!
#DIV/0!
#DIV/0!
#DIV/0!
#DIV/0!
50
50
3,49
#DIV/0!
50
#DIV/0! #DIV/0!
3,49
260
#DIV/0!
50
50
260
50
2 5/60 € 50 € € 2 5/60 50
104
2,49
104
2,49
4 5/60 € 50 € € 55/60 50
204
0,00
1.496
0
0
35.000
0
0
225.982
0
1
1
1
1
1
1
1
1.496
7.786
5.225
1.496
7.786
5.225
0
0
0
#DIV/0!
0
0
0
0
0
#DIV/0!
0
0
35.000
26.651
8.688
35.000
26.651
8.688
0
0
0
#DIV/0!
0
0
0
0
0
#DIV/0!
0
0
225.982
471.691
562.273
225.982
471.691
562.273
0
0
0
0
1
46
#DIV/0!
TxQ (uren) KxQ (€) 8.634.911 6.390.791
AL Ex Post Discrepantie Ex Ante E21
Herbeoordeling WWB Gemiddelde tijd per procedure
SKM Dossier WWB - 18 december 2006.xls
Burgers X
1 35/60 € 50 € € 1 35/60 50
79
5,12
79
5,12
358.693
1
-1.450.130
-1.422.990
358.693
567.931
1.836.508
#DIV/0!
0
0
-14,4%
-18,2%