Inhoudsopgave
arbeids-
bladziide
repaÍatie
positie
.
koelluchtregeling
32
191519.. Thermostaatvankoelluchtregeling
32
19 15 15.
Thermostaat van afstellen
V.A.G
werkplaatsuitrusting
speciaalgereedschap
uit- en inbouwen 20 10 19.
.
Benzinetank uit" en
inbouwen
20 15 19 .
.
VlotteÍelement van uit- en inbouwen
benzinemeter 34
20 31 19 .
.
Benzinefilter uit- en
20 45'19
..
20 42 19 .
Benzinepomp uit- en
20 84 19
inbouwen
. Gaskabel/stangenstelsel u
20 83 19 .
inbouwen
.
..
34 20'12
34
37
VW 79713
gereedschap voor benzinepomp
39, 40
it- en inbouwen
Gaspedaalkabel Automatic uit'en inbouwen
3S
Gaskabel/stangenstelsel
40
Automatic uit- en inbouwen
220406
..
Stationair
toerentalcontroleren
VW 1367 of V.A.G 2000 VW 1 289 of VW 1387
45
en afstellen
22 28 19
..
Voorverwarmingsslang uit-
en
42
in-bouwen
22 40 19
..
Carburateur uit- en
224037..
inbouwen
Carburateur demonteren en
monteren
43
43
22 55 19
..
Starionaire a{slagktep
2259 19
..
Automatische choke uit- en inbouwên 43
226219..
O m
uit
loopaf s lagk lep uit- en
VW119
en inbouwen 43
inbouwen
43
26 30 19 .
.
Hoofddemper uit- en
26 33 19 .
.
Uitlaateindpijp uit- en inbouwen
50
28 20 19 .
.
Bobine uit- pn inbouwen
51
lV
VW 1367 of V.A.G 2000 VW 1289 of VW '1387
inbouwen
50
lnhoudsopgavevolgensaíbeidspositiesenoverzichtgereedschappen
VW 1367 oÍV.A.c 2000 VW 1 289 oÍ VW 1387
lnhoudsopgave
arbeids-
bladziide
repaÍatie
positie
.
13 59 19.
uit'en
13 67
i9. .
(vliegwielkant) B
Keerring van krukas
inbouwen
Lager in krukas uit- en
werkplaatsuitrusting
V.A.G speciaalgeÍeedschap
10'213 VW 191 VW 215c of VW 802" VW 387
inbouwen 17/'19 YW 2O7 c
binnentrekkeÍ, 14,5-18,5 mm
bijv. KUKKO 2112, tegensteun, bijv. KUKKO
137419
.. .
13 76 19. '13
78 19
.
Keerring van krukas (poeliekant) uit- en inbouwen
V-riempoelie uit-en
inbouwen
.
V-riem spannen
19.
.
Stoterstang uit- en
15 40 67 .
.
Stoterstang ontluchten
15 4420
..
inbouwen
.
Klepstelboutjes uit' en
19.
.
Cilinderkop uit- en
157O37.. 15 7O 41
..
klepstelsleutel
inbouwen 22
3052
klepstelsleutel
inbouwen
22
klepzittingÍrees, kleppeninslijper
22
vw
1224
vw
1342
Cilinderkopdeksel uit-en
uit'en
inbouwen inbouwen
17 03 0'1 .
.
Oliêdruk controleren
17 05 19 .
.
Oliedrukschakelaar uit- en
171519.
.
Olievulpijp ult- en
..
lepstelsleutel
Cilinderkop íeviseren
19..
17 40 19
k
22
1582
.
8
Cilinderkop demonteren en monteren
Klepqeleiders
..
22
3052
19..
17 40 01 .
32
inbouwen I
15 75
11 20 19
VW 185 VW 190
22
Stoterstanghulzen uit- en
15 56 20 . 15 70
2211
V-riem uit- en inbouwen
13 78 49 . 15 40
I
O,
2031 VW 387
8
29
inbouwen
inbouwen
29
29
Oliepomp uit- en inbouwen
29
VW 803
Oliekoeler controleren
29
VW 661/2
Oliekoeler uit- en inbouwen
29
*bij automatische
bak
lnhoudsopqave volqens arbeidsposities en overzicht
gereedschappen ll I
lnhoudsopgave INHOUDSOPGAVE VOLGENS ARBEIDSPOSITIES EN OVERZICHT GEBEEDSCHAPPEN
arbeids-
bladziide
repaÍatie
positie
.
10 01 05 .
V.A.c
werkplaatsuitrusting
speciaalgeÍeedschap
lvlotoÍ controleíen en afstellen
VW 1367 oÍ V.A.G 20OO VW 1 289 oÍ VW 1387 compressiedrukschrijver
10 01 19 .
.
Motor uit- en inbouwen
10 01 37 .
.
Motor demonteren en
1
monteren 4,8
VW 785/
garagekrik met steun
1
iO-213 VW 185 VW 190
universele
vw
micrometer t/m 100 mm, binnenm icrometer
zuigerveeÍk lemband, zu igerveertang,
191
VW 2O7 c VW 215c of VW VW 387
802"
klepstelsleutel, sleutel voor olieÍilter, gereedschap voor benzinepomp
3052
1019
02..
lMotor aan montagebok
bevesriqen 3
CompÍessie controleren
22
10 35 20 .
.
R
13 10 02 .
.
Zuiqer controleren
ubber,metaa llageÍ uit- en
inbouwen
binnentrekker, 14,4-18,5 mm A
VW 3O7a compressiedrukschrijver
12 13
zu igerveertang,
micrometer t/m 100 mm, b in n en m
icrometer
t/m 00 mm '1
, 131020..
Zuige(
uit-eninbouwen
13
VW207coÍ10-50g
universele zujgerveerk lemband
131919.
.
Zuigerveren uit-en
13 40 02 .
.
Drijfstangen: Iagerspeling
i3 48 15.
.
Krukas: Lagerspeling
inbouwen controleren
aÍstellen
13 1
zu igerveertang
9
12
10-213 VW 215 oí VW 802* VW 387
'13 48
55 .
.
Krukas vervangen
19
VW 16'1a VW VW VW VW VW
bijv. KUKKO 2'll2. tegenstêun, bijv. KUKKO 2211
471
801
*bij automatische
ll
binnentrekker, 14,5-18,5 mm A
c 428a 457 2O7
lnhoudsopgavevolgensarbeidspositiesenoverzichtgereedschappen
bak
@
A.G Service.
leiding
Tronsporter. 0 l-carburatiemotor itgave juni 1979
Íeparatiehandleiding bestaat uit meerdere Íes, die ook apart kunnen worden besteld zodoende op elke arbeidsplaats kunnen worden
brochure geldt vanaf productiebeqin van de ieuwe Volkswagen Transpofter (juni 1979) en ft alle belangrijke werkzaamheden waar, r speciale aanwijzingen vereist zijn. van de brochures
inhoudsopgave volgens de arbeidsposities en één pgave volgens trefwoorden vereenvoudigen opzoeken van de informaties. ln de opgave volgens is het benodigde speciaalqereedschap de werkplaatsuitrustinq vermeld. Hier vindt u vooÍ gereedschap zonodig als vervanging Audi-gereedkan worden gebruikt of omgekeerd. de technische gegevens komen de reparatiebe. Ze beginnen, waar het zinvol is, met een tekening. Hier staan alle belangrijke reparatieilzingen vermeld. Aanvullende íoto's waar verwezen wordt in de explosie-tekening - verlaren indien nodig. de inbouwstand van delen of het gebruik van speciaalgereedschap zien. Als bij
het demonteren en monteÍen en bepaalde volgorde moet worden aangehouden, staat achter de explosie, tekening een beschrilving van de betangrijkste stappen van de werkvolgorde. Afstelwerkzaamheden zijn eveneens in een werkvolgorde beschreven. Technische Mededelingen Wijzigingen woÍden met Technische Mededelingen bekendgemaakt, die achter in deze brochure moeten worden opgeborgen. Om er zeker van te zijn. dat u bij het doorbladeren van de handleiding aan de intussen verschenen lvlededelingen wordt herinnerd, kenmerkt u de op de Mededeling aangegeven bladzijden van deze brochure met het nummer van de
betreÍÍende lVlededeling. StoÍingen zoeken Algemene aanwijzingen voor het opsporen van . storingen zijn in de Íeparatiehandleiding verwerkt. Tevens is er het
,.Storinqsoverzicht automatische versnel ingsbak" I
verschenen.
Aanwijzingen voor het opheffen van actuele storingen staan in het,,Storingzoekboekie".
informaties horen beslist thuis in de handen van de werkplaatschefs en monteurs, omdat het zoÍgig en voortdurend opvolgen van deze informaties als eerste voorwaarde voor het behoud van de veÍkeerseid van de wagens moet woÍden genoemd. OnaÍhankelijk daarvan gelden vanzelfsprekend ook de bij algemeen gebruikelijk veiligheidsregels.
OTKSWAGEN\MERK ÀKTIENGESELLSCHAFT . WOTFSBURG
REPARATIEHAÀJDLE 1DING VOLKSWAGEN TBANSPORTEB BESTAAT UIT DE VOLGENDE BROCHU rep.groep
titel/inhoud
li3;r
ONDEBHOUD
titer/inhoud
4-VE RSNELLINGS.SCHAKE LBAK 091
lVotoroverzicht en informatiewegwijzer Technische gegevens/Voorgeschreven
waarden Aantrekmomenten/Voorgeschreven waarden Aflevering Service Plan Service
30 34 35 39
Drukqroep Schakelmechanisme,huis
Tandwlelen, assen Differentieel
Overzicht Plan Service Plan Service
1
AUTOMATISCHE BAK
PianService2-4-6enz. Plan Service 3 -5 -7 - enz. Arbeidsbeschrijvingen Plaatie met type-aa ndu id ing, chassis- en motornr.
Omhoog brengen van de wagen Slepen
32 37 38 39
40 42 44 46 47 48
Motor uit- en inbouwen Krukas, compleet
Cilinderkop,kleppen Shering Koeling
ndstoftoevoer lnlaat, carburateur. regeling Utlaat Ontsteking B ra
1
4 22
30
.
15
'17 19
20 25 26 2A
Sruuíinrichting
Deksels. kleppen
47 58
Voorportieren Achterportieren Schuifdak
60
Hu
63
Bumpers
70
l\4otor uit- en inbouwen Krukas, compleet
Bekled ing
VERWARMING, AI R CONDITIONING
80 99 85
Cilinderkop, klepbedieninq
Deze brochure hoort alleen in Zweden, Australië en in
KZAAMH
Zittingframes
Verwarming Extra verwarming, stationaire verwarming Ventilátie
ELEKTRISCHE INSTALLATIE
Smering
Koeling BrandstoÍtoevoer lnlaat, L-Jetronic U itlaat Ontsteking
R
iÍ
61
34 43 50
2,0 I.INSPUITMOTOR (L.JETRONIC)
l3
Ophangingvoorwielen Ophanging achterwielen, tussenassen Wielen, banden uitlijnen Remmen - mechanisch gedeelte Remmen - hydraulisch qedeelte
55
51
r 10
Tandwielen, assen D ifferentieel
CARROSSER I E.MONTAG EWE
2P I-CARBURATIEMOTOR btadziide
1Q Motor uit- en inbouwen 13 Krukas, compleet 15 Cilinderkop,kleppen 17. . Smering 19 Koeling 20- Bra ndstoftoevoer 22, .lnlaat, caÍbu(ateur, regeling
Koppelomvormer Schakelmechanisme,huis
ONDERSTEL
1,6 I-CARBURATIEMOTOR
10 13 l5 17 19 20 22 26 28
O9O
27 90 92 94 96 97
Startmotor,stroomvoorziening lnstrumenten, radio Ruitewissers en
-sproeiers
l
Bultenverlichting, lampjes. schakelaars B innenverlichting. lampjes, schakelaars Kabels
de speciale werkplaatsen voor het onderhoud van Zweedse
toeristenwagens bij de basis-uitvoering van de reparatiehandleiding. Naar behoefte apart bestellen. Deze brochure is ter beschikking in de Duitse, Engelse. Zweedse, Franse en ltaliaanse taal.
1,6 I-DIESELMOTOR
10 lvlotor uit- en inbouwen l3 Krukas, compleet 15 Cilinderkop,klepbediening 1'1 Smering 19 Koelinq 20 Brandstoftoevoer 23 lnlaat,inspqitsysteem ...i1 26 Uitlaat 28 Voo rg toe i- in!àlhti_e
STROOM LOOPSCHEMA'S
HooÍd- en aanvullende stroomloopschema,s
lnhoudsopgave
arbeids-
bladzijde
ÍepaÍatie
positie
28 29 05
..
O
ntstek ingstijd
st
ip
controleren
V A.
G
werkplaatsuitrusting
speciaalgereedschap
53
VW 1367 of V.A.G 2000
5'1
VW 1367 of V.A.G 2000 v. A.G 1368
en afstellen 28 30 01 .
.
Stroomverdeler contÍolêren
28 30 19 .
.
Stroomverdeler uit- en
inbouwen 5'l
3219
..
Stroomverdelerkap uit-en
28 4219
-.
Onderdrukdoos uit- en
28 5320
..
Ontstekingskabels uit- en
2A
28 58
19..
28 70 02
..
247020..
Bouqiestekers uit- en Bougies
inbouwen
inbouwen inbouwen
inbouwen
controleren
Bougies uit- en
inbouwen
3052
VW 1367 of V.A.G 2000
51 51
51
5l 51 51
lnhoudsopgavevolgensarbeidspositiesenoverzichtgereedschappen
V
lnhoudsopgave INHOUDSOPGAVE VOLGENS TREFWOORDEN bladziide Acceleratiepomp . Opbrengst afstellen
Automatische choke aÍstellen
43 43 43
Benzinefilter
34
o
Reviseren
u
it- en inbouwen
Benzinepomp u it' en inbouwen Benzinetank u it- en inbouwen
34
Bougies, type
52
37
Carburateur
. Automatische choke aÍstellen a Basisafstelling van gasklep uitvoeren a CO-waarde controleren en afstellen a Demonteren en monteren . Gasklepspleet afstellen o Gegevens . Gaskabel uit- en inbouwen . Slu itdemper aÍstellen a Stationair toerenta I aÍstellen Cilinder u it- en inbouwen Cilinderkop
a a
Demonteren en monteren Uit- en inbouwen Compressiedruk controleren CO-waarde aístellen Deksel van automatische choke vervangen Driifstanq uit- en inbouwen
43 43 43 43
uit' en inbouwen
43 43 13
22
a,22 22
Basisaístelling u itvoeren Spleet afstellen Gaspedaalkabel uit" en inbouwen Gask lepbedien ing uit'en inbouwen Gasklepspleet - basisafstelling uitvoeren
Uit'en
inbouwen
17
Lagerspeling van krukas controleren Lagerspeling van nokkenas controleren LuchtÍilter uit- en inbouwen MeeneemschijÍ van koppelomvormer u it- en inbouwen lvlotor aan montagebok bevestigen lMotor demonteren en monteren l\Íoloroverzicht en inÍormatlewegwijzer Motor uit'en inbouwen
19 11
42
8 3
4/8
v
l 1
Naaldlager u it- en inbouwen Nokkenas uit' en inbouwen
Oliedruk
controleren
19 17 31
.
Oliedrukschakelaar controleren Olief ilter ult- en inbouwen Oliekoeler uit' en inbouwen, controleren O ntstek ingstijdstip afstellen
29
IJ
43 19
Pakking van cilinderkopdeksel vervangen
40
Stationaire afslagklep vervangen Stationair toerental aÍstellen Stoterstanghuls u it- en inbouwen
Gask lep
I .
Krukas Keerring (poeliekant) uit- en inbouwen I Keerring {vliegwielkant) uit- en inbouwen I Naaldlager uit' en inbouwen 19
. . o .
44
Flens voor olieÍilter uit- en inbouwen Gaskabel
bladzilde
43 40 39 43
8
43
43
Stoterstang uit' en inbouwen Stroomverdeler a CentriÍugale verstelling controleren
51
. Gegevens o O nderdrukverstell;ng controleren a Uit- en inbouwen Stroomverde leraa ndÍ ijfasje uit- en
52 51 51
inbouwen
51
Keerrine van krukas lpoeliekant) vervangen
Keerring van krukas (vliegwielkant) vervangen
Klepbediening demonïeren en monteren Klepqeleider uit' en inbouwen Kleppen uit- en inbouwen K leptijden afstellen Klepveer uit- en inbouwen Klepzittingen nabewerken
VI
lnhoudsopgave volqens treíwoorden
I
Technische gegevens Thermostaat aÍstellen Tuimelaar uit' en inbouwen
VIII 4,32
8.
22
ta 22
t')
Uitlaateindpijp uit- en inbouwen Uitlaat uit- en inbouwen
50 50
Inhoudsopgave
bladziide Ventilatorhuis u it- en inbouwen Ventilator u it- en inbouwen V liegwiel
4,32
I
uit- en inbouwen
Vlotterelement van benzinemeter V-riem uit- en inbouwen Vu lhoeveelheid. motor
u
itbouwen
34 4 29
Zuiger uit- en inbouwen
13
Zuigerveren uit- en inbouwen
13
tnhoudsopsave votgens
ireÍwooÍden
Vl I
Motoroverzicht en informatiewegwijzer ln ondeÍstaand overzicht is uitgaande van de motorcodeletters een samenvatting gegeven van alle motoren, die in Volkswagen Transporters vanaÍ 6-'79 worden ingebouwd en de daarvoor uitgegeven informaties.
MotoÍcodeletters
cs
cz
CT
CU
6-',79
6-',79
6-'.79
6-'79
6-'79
t,o
t,o
2,O
2,O
2,O
t,rr
CV
kenmerken motor
productietijdvak
vanaf
t/m slagvo lume
I
vermogen
kW bij 1/m in
3614200
37 14000
5114200
51/4200
koppel
Nm bij 1/m in
't05/2800
103/2400
13713000
132l3000
boring
mm@
76,5
85,5
94
94
94
85,5
mm
86,4
69
71
71
71
69
23,O
1,4
7,4
7,4
7,4
6,6
s
laq
compressieverhoud ing
kleptijden bij I mm kleplichtinqen
inlaat opent vóór b,d. inlaat sluit na o.d. uitlaat opent vóór o.d. uitlaat sluit na b.d. uitlaat sluit vóór b.d.
vereist octaangetal
p.
5
p.
34"
34"
36'
p. p. 1
carburateur/inspuiting
JO
36"
cz d
45
iesel
91
91
34 PtCT
1-3-4-2 1,4-3
ontstekingsvolgorde
3414000
5o
p.
Res. F
5114200
'140/2600 'r00/2600
2
2
x34 PDSIT
91
L-Jetronic L-Jetronic
34 P|CT
1-4-3-2 1-4-3-2 1 4,3-2 1-4-3
De motoÍ is vooral aanqepast aanoeoast vool:
U.S.A. Canada
Zweden
2
landen
Australië met slechte benzine (laag oc-
taangetal) M 240
lnÍormaties
bestelnr.
Reparatiehandleiding:
o Onderhoud
000 538 001 32
l-carburatiemotor 2,0 l-carburatiemotor
000 538 01 'l 32
1,6
X
X
X
I'dieselmotor
X
X
000 538 021 32
X X
X
2,0 l-inspuitmotor (L,Jetronic)1) 000 538 031 32 1,6
X
X
000 538 041 32
X
000 530 451 32
X
X
Actuêle klachten:
Storinqzoekboekie
X
X
X
1) Deze brochure hoort alleen in Zweden, Australië en in de speciale werkplaatsen voor het onderhoud van Zweedse toeristenwagens bij de basisuitvoering van de reparatiehandleiding. Naar behoefte apart bestellen.
VIII
Motoroverzicht en informatiewegwiizer
X
Motor uit- en inbouwen
1O
MOTOR UIT. EN INBOUWEN Uitbouwen
-
lVassastrip van accu losnemen.
LuchtÍilter
u
itbouwen.
lvloeren van bovenste motorbevestigingsbouten
-9-
verwijderen.
AJl99!,P!i =!!9 ry91!t9!9-@k'
Balg van verwarmingsventilator
Kabel van dynamo Gaskabel
-3 -
-2
-1-
uitbouwen
losnemen.
losnemen.
Oliepeilstok pijl- uit carÍer trekken.
Doot de montageopening -pÍil- in het catter drie M g-bouten uit de koppelomvormer draaien en deze zodoende van de meeneemschiif scheiden. (Voor het veder draaien van de motor adapter 3052, kniestuk, verlenging en T-greep gebruiken).
AT F - pe i I sto k en
d oo
rvoer ru bber
va n
AT F'vu Ip iip
verwijderen. Stekers aan schakelapparaat van transistoront' steking 4- en stabilisatie van stationair draaien
lostrekken.
-5
Kabels van bobine 7
-
losnemen.
-6-
en oliedrukschakelaar
Slang van rembekrachtiger
-8 -
losnemen.
Motor uit- en inbouwen
1
1O
Motor uit- en inbouwen
-
Verwarm ingsk lepkast
-10-
wegnemen.
-
Versnellingsbak met kettingbrug VW 785/1 opvangen.
Aanwijzing: Kettingbrug zo aanbrengen. dat de afstand tussen brug en versnellingsbakhuis a = ca.80 mm is.
-
lvlotor met de garagekrik en steun 612/5 ondersteunen.
,'3 -7
-
Kabel van dynamo aan startmotor nemen.
-
Gaskabel met geleiding Benzineslang
-13-
-12
- l1-
los,
naaÍ voren trekken.
lostrekken,
ÍVloeren van onderste motorbevestigingsbouten
-14
verwijderen. Bevestigingsbouten van motorbalk -']5- verwijderen. lVotor en versnellingsbak iets laten zakken (tot de versnellingsbak op de kettingbrug VW 785/1 ligt). De motor van het versnellingsbakhuis trekken en naar beneden weqnemen.
-
B
-
evestig ingsbout van versnellingsbakophanging pij verwijderen.
l-
Motor uit- en inbouwen
Motor uit- en
inbouwen 1O
lnbouwen
MOTOR VERDEN DRAAIEN
Het inbouwen gebeurt in omgekeerde volgorde. Hierbij op het volgende lettenl
Voor het verder draaien van de motor adapter 3052.
-
kniestuk en verlenging gebÍuiken.
Druklager op slijtage controleren en zonodig vervangen.
-
Druklager en vertanding van prise.as dun met MoS2- vet smeren. (Geleidehuls van druklager niet smeren).
-
Voor het bevestigen van de motorbalk nieuwe
-
Gaskabel bij volgas aÍstellen
zelÍborgende moeren gebruiken.
-
bladzijde 39.
Alleen bij automatische bak: Gasklepbediening afstellen
-
bladzijde 40.
Aantrekmomenten: motor aan versnellingsbak motorbalk aan carrosserie
versnellingsbakophanging
30 Nm 20 Nm
30 Nm
koppelomvormer aan meeneemschijf 20 Nm
MOTOR AAN MONTAGEBOK BEVESTIGEN
De nok van de adapter moet in de uitsparing van ventilator pijl qrijpen.
de
MOTORNUMMER
Voor het uitvoeren van montagewerkzaamheden moet de motor met de houder VW 307a aan een montagebok worden bevesïigd.
Het mótornummer is aan rechterkant van de motor direct voor het ventilatorhuis inqeslagen.
Motor uit- en inbouwen lvlotor aan montagebok bevestigen Motor verder dÍaaien lMotornummer
13
Krukas compleet MOTOR DEMONTERÉN EN MONTEREN Aanwiizing: Pakkingen principieel vernieuwen. compleet uitbouwen - afb.2, regel_ kleppen afÍellen - aíb. 3
oà^'^ schaal voor onist€kingÉtijdstiP
luchtgeleideplaal
als onderdeel zonder ontstekingsliidstipmarkering qeleverd, bli het vernieuwen ontstekinqsti jdstip met rode
wordt
[]zottt.
samen met schaalvoor onrstekingsti jdstip inbouwen
spanning door duimdruk
convoleren, indrukken: 1O-15 mm, afstellen - aÍb.
1
compleet met eindPiiP
Motor demonteren en monteren
Uitlaat, ventilator, beplating uit- en inbouwen
22
lnlaat, carburateur, regeling Chokeklep openen en met het sperplaatje vastzetten. Gasklep bedienen,
tot benzine uit het opvang-
pijpje komt. l\4aatcilinder onder het opvangpiipje houden en qasklep vlot 5 maal bedienen.
BASISAFSTELLING VAN GASKLEP UITVOEREN De begrenzingsschroeÍ is op de fabriek aÍgesteld en mag niet worden versteld. Als de schroeí per ongeluk werd verdraaid, moet deze op de volgende wilze wor-
OpbÍengst door 5 delen en aldus berekende waarde mel de voorge5chreven wàdrde vergelijken.
den afgesteld.
temperatuur carburateurhu is
CarbuÍateur ingebouwd:
onder
+1 90 C
boven +24o
C
voorgeschreven
waarde 1,5
10,15 cmlslag
0,6 1 0,15 cm3/slag
Als de voorgeschreven waarde niet wordt bereikt de stelhuls draaien.
BegrenzingsschroeÍ bij gesloten gasklep voorzich
tig tot de aanslag indraaien. Vanuit dit punt 1 slag verder indraaien. Stationair toerental en CO waarde aÍstellen. Stelschroeven met blauwe doppen borgen. Opbrengst dcceieraïiepomp (-) = opbrengst kleiner (+) = opbrengst groter
a
lsïe lle n.
Carburateur uitgebouwd:
Na het afstellen de stelhuls met lak borqen.
Spuitrichting controleren: de straal uit het inspuitpijpje moet in de zich openende gasklepspeet zijn gericht, zonodig het inspuitpiipie richten.
frrridt De qasklep zo aÍstellen, dat deze, van de gesloten stand -a uitgaande. niet meer dan 0,'l mm
geopend is.
Stelschroeven met blauwe doppen borgen.
48
3::'":ï:.ïiffi i:L':'n"';;,ïï:i""",""
13
Krukas compleet
afb.
1
Spanninq V-riem aístellen
afb.
3
Reqelkleppen afstellen
Spanning controleren door krachtige druk met de duim in het midden van de V-riem.
De terugtrekveer moet met de gebogen einden tegen de nok (ventilatorhuis) en achter de kabelgeleider
lndrukken: 10-15 mm. Voor het afstellen de bevestigingsbouten
liggen (pijlen).
losdraalen en de dynamo zwenken.
afb.
2
-
1 en
2
Ventilatorhuis uitbouwen
BevestigingsmoeÍen verwijderen en ventilatorhuis compleet wegnemen.
Motor demonteren en monteren Spanning ventilatorriem afstellen Ventilatorhuis u it- en inbouwen
-
Regelkleppen dichtdrukken en kabel vastklemmen.
13
Krukas compteet MOTOR DEMONTEREN EN MONTEREN
met houder uitbouwen,
keerring loswrlkken, inbouwen
20 Nm
afb.8 oliefilter
uit en inbouwen - blz.29, op inbouwaanwiizinqen op
stroomverdelerrandri jÍasje uitbouwen aÍb. 4,
,.-a s
bjvreten van krukas-
10 Nm
20 Nm
met vloeibaíe pakk ns
en
drijfstang agers metêaldee tjês n het carter worden êangetrof, fen, beslist de ollekoeler ver
cilinder en zuigêí
!it
en inbouwen en
controleÍen blz. 13, kenmerken aÍb. 3
O-
30 Nm met vloeibare pakklng stoter van bênzinepomp met ÍMo9'vet aanbrengen
r0 201 5
aÍstandsrins
Nmt^\
naaÍ voor ventilatoí
onderstuk met unlverseelvet
uitbouwen afb.7
smer€n, slangaansluitingen
met slansklemmen boígen met houder uitbouwen
olievulpiip
8 Nm pijl moet in rijrichting wljren, bij het uitbouwen moet de motorbalk van de rubber me, taal êgers worden afgenomen, demonteíen en monteren
af6.12
* Eerst bevestig ingsbout van oliezuigpiip handvast met nieuwe pakkingring bevestigen. Vervolgens de l\,4 10 x 1 ,25-moeren aanbrengen en vastzetten Dan alle verdere M 8-moeren vastzetten.
8
Motor demonteren en monteren lMotorbalk, stroomverdeler, benzinepomp en oliekoeler uit- en inbouwen
siotentanghuls pakkinqringen bij het aanbrengen niet beschadigen hydraulische stoter inbouwen - I'lz 22
Krukas
compleet
Aanwijzingen:
Voor reparaties aan de drukgroep zie de brochure .;4 versnellings-schakelbak 091
"
Aanwijzing: Pakkingen en pakkingringen vernieuwen.
meeneemsch,iÍ
uit.en inbouwen ,rfb. I
.'t -
4!-
no
I
t'r-
inhorwstánd kenmerken
naaldlager
aleen bij schakelbak, uit en inbouwên - blz.21, met MoS2'vêt smeren
lnbouwen met 10 213 onderlegring vlieswiel
uit. en inbouwen afb. 10, axiale speling van krukas
contro eren en afÍelen b 2.12
rinsdikte door afstel
-
en
van axiaie spelinq bepalên blz 12
cilinderkop
fs-
so
I'ituimelaerér
,,/
- ,"^p *t *"g r^"^
aQ"-
t5 Nm pakkins van cilinderkopdeksel bii beschadlsins veÍnieuwen
kremveer
voor
.-'.-a/
stoterstanqhulzenlnbouwstand ëÍb.
2
trt53t
Motor demonteren en monteÍen Cilinderkop en viieqwiel uit- en inbouwen
1
3
1
3
Krukas compleet
lls-ot] aÍb.
1
Cilinderkop inbouwen
Cilinderkopmoeren met lichte voorspanning aan' trekken en vervolgens in de juistevolgorde met 30 Nm vastzetten.
aÍb.
4
Stroomverdeler-aandrijf asje uitbouwen
Universele binnentrekker
bijv. KUKKO
afb.
2
2'l
/2
14,5 18,5 mm
@,
gebru1ken.
KlemveeÍ voor stoterstanghulzen inbouwen
De uiteinden van de veer moeten in de lagerblokjes haken en de rondingen moeten op de stoterstanghulzen liqoen.
afb.
5
Stroomverdeler-aandriiÍasie
inbouwen
Krukas op b.d.p. van 1e cilinder zetten. De uit het midden liggende gleuf in de kop van het stroomverdeleraandrijfasje moet een hoek van ca. 12" met de lengte-as van de motor maken en naar de achterste bevestigingsschroeÍ van de luchtÍiltersteun wijzen, Het kleinere segment liqt aan de buitenkant.
aÍb.
3
Zuigers kenmerken
Pijl wijst naar vliegwiel. Kenmerken welke zuiger bij welke cilinder behoort.
MotoÍ demonteren en monteren
10
Cilinderkop en stroomverdeler-aandrijÍasje uit- en inbouwen Zuiger en cilinder kenmerken
Krukas
afb.6
aÍb.9
Stroomverdelerinbouwen
Krukas op b. d. p. van 1 e cilinder zetten. De rotor van de stroomverdeler zo draaien, dat de vinger naar het merkteken voor de 1e cilinder op de rand van het stroomverdelerhuis wijst.
afb.
7
compleet 1 3
Krukaskeerrins (vlieswielkant) inbouwen
Daartoe draadeind van het gereedschap in de krukas draaien en de keerring met de drukplaat. door middel van de moer, recht onderin de carterzitting drukken.
Naaf voor ventilator uitbouwen
afb. 10 Vlieqwiel uitbouwen
vwl90
l1: afb.
8
l3l
Krukaskeerring (poeliekant) inbouwen
aÍb. 11 Meeneemschiif uitbouwen
Motor demonteren en monteren Stroomverdeler en krukaskeerrinqen uit- en inbouwen
11
13
Krukas compteet
aÍb.
12 Motorbalk
fii-s3-l
demonteren en monteÍen
AXIALE SPELING VAN KRUKAS CONTROLEREN EN AFSTELLEN ControleÍen
Dikte van derde stelring berekenen: meetresu ltaat
-
0,'10 (gemiddelde axiale speling)
= 3e stelring.
Vliegwiel
u
itbouwen.
Oliekeerring, rubberring en viltring inbouwen. Vliegwiel met de dÍie stelringen inbouwen. Axiale speling nogmaals controleren. Aanwijzing: Ter herkenning is de diktemaat ingeëtst. De stelringdikte moel met een micrometer worden gecontroleerd. ln iedeÍ geval moeten altijd drie stelringen met gezamenlijk de verlangde dikte worden gemonteerd. speling bij het
slijtgrens
inboijwen = 0,07-0,13 = 0.15 mm
mm
Afstellen
-
Vliegwiel met twee stelringen echter zonder oliekeerring en rubberring - inbouwen,
-
Meetklokhouder met meetklok aan carterÍlens
-
Krukas axiaal heen en weer schuiven en axiale speling aflezen.
bevestigen.
MotoÍ demonteren en monteÍen
12
Motorbalk demonteíen en monteren Axiale speiing vaóikrukas controleren en afstellen
Krukas
compleet
13
ZUIGERS, CILINDERS DEMONTEREN ÊN MONTEREN Aanwijzing: Als bij het controleren van de zuiger en de bijbehorende cilinder wordt vastgesteld, dat de spelinq de waarde van 0,2 mm benadert, dan moeten zuiger en cilinder gezamenlijk door een set van dezelÍde grootteklasse (nominale maat. resp. overmaat) worden vervangen. Het gewichtsverschll tussen de zuigers in één motor mag maximum 10 g zijn. Als de bijbehorende cilinder van een beschadigde zuiger geen slijtagesporen vertoont, is het vaak voldoende een nieuwe zuiger van de overeenkomstige paringsgrootte in te bouwen. Aangezien bij het inbouwen van uitgedraaide cilinders de com press ieverhou d ing dezelÍde moet blijven, zijn de passende overmaat'zuigers lager (aÍmeting zu ige rbodem/zu igerpe noog ). voor de beslissing, of nieuwe zuigers en cilinders worden ingebouwd, is naast de slijtagecontrole ook het olieverbruik van de motor. Ligt het olieverbruik boven '1,4 liter/1000 km, dan moet in het algemeen de motor worden gerevjseerd. l\,4aatgevend
b j zwaaí bêwesen de zulger tot ca. 600 C verwêrrnen. Lh en inbouwen aíb 3
zurger
inbouwstand afb. vóór het uitbouwen kenmerken afb. l, inbouwen aíb. 4, spelins tussên cilinder en zuiser
contro
eÍen
êíb. 10 en 11,
aÍmetingen blz.
aÍb,
1
16, zuiser
Zuiger en cilindeÍ kenmeÍken
6,
otopeningen 120o verzetten, slotopening van ol eschraapveer moet bovenaên lggen, met zu gêr. veertang u t.en inbouwen afb. 5, slotopening aíb. I en hoogtespeling - afb. s controLeren s
afb.
2
maximum sewlchtverschil 10 9, spelins tussen cilinder en zuiger controLeren afb. 10 en 11, kenmerken aíb. 7, inboLrwstênd kenínerken aÍb. 1, afmetlngên b z. 16
-
-
lttBól
Zuigerpenveer uit- en inbouwen
Pijl wijst naar vliegwiel. Kenmerken welke zuiger bii welke cÍlinder behoort.
Zuigers, cilinders demonteren en monteren Zuiger en cilinder kenmerken Zuigerpenveer uit- en inbouwen
13
1
3
Krukas compteet
afb.
6
Zuigerveren
-
inbouwstand
De aanduiding ,,TOP" op de compressieveren moet 'naar de zuigerbodem wijzen.
a b c
aÍb.
4
Cilinder inbouwen afb.
14 r -'f
5
Zuigerveren uit- en inbouwen
Zuigers, cilinders demonteren en monteren Zuigerp€n, cilinder en Tuigerveren uit- en inbouwen
Kenmerken op zuigers
lngeslagen pijl. De pijl moet bij het inbouwen naar het vliegwiel wijzen.
BC-
Paringskleur door verfstjp (blauw, roze).
E 11'orsl
7
A
D
aÍb.
bovenste compressieveer onderstecompressieveer olieschraapveer
-
Zuigerdiameter in mm. Gegeven omtrent gewicht d,m.v. verfstip (bruin = *gewicht, grijs is +gewicht). -gewicht, bruin = 474-482 g + gewicht, grijs = 483-490 g Gègeven over gewichtsklasse (+ of
oÍ qestempeld.
-)
ingeslagen
Krukas compteet
13
Ê 11
afb,8
Zuigerveren
-
Slotopening controleren
Veer haaks in onderste cilinderopening, van de cilinderrand, plaatsen.
.^- _.slotopening in mm bovenste compressieveer o nd efste
0,40
compliiiuue"'.
0,40-0,65
olieschraapveer
0.25 0,40
0,65
ca.4-5 mm
9
Zuigerveren
meter, waarbij de nominale maat eerst in een micro-
slijtgrens
in mm
*iÍ
aÍb. 1'l ZuigeïA controlereÍi
ii-:.lt -
Hoogtespeling controleren
hoogtespe- .,,j,non, ling in bovenste compressieveer
mm
in mm
0,04-0,07
0,12
compressieveer
o,o4-o,o1
0,10
olieschraapveer
0,03
0,'10
onderste
meter is aÍgesteld. De meting vindt plaats onqeveer 10-15 mm onder de bovenkant van de cilinder.
0,90
.. aíb.
aÍb.'10 Cilinderboring contÍoleren De cilinder wordt uitgemeten met een binnenmicro
0,05
De nominale zuigerdiameter is in de zuigerbodem geslagen. De metinq wordt uitqevoerd 10-15 mmvan de onderkant, dwars op het zuigerpengat. speling bij het inbouwen nieuw: slijtgrens:
0,02-0,05 mm 0,2 mm
Zuigers, cilinders demonteren en monteren í Zuigerve'en, cilinde'borinq en ruiqe. controleren I
E r/
ï3
Krukas compleet De cilinders met bijbehorende zuigers worden volgens onderstaande tabel in drie verschillende maatklassen verdeeld, die elk weer in twee tolerantiegroepen zijn onderverdeeld.
maatklasse
kleur
bijbehorende zuiger mm@
cilinder
mmO
16
normaal nominale maat O 94,0 mm
blauw
93.992
roze
94,OO2
1e overmaat
blauw
nominale maat @ 94.5 mm
foze
2e overmaat
blauw
nominale maat @ 95,0 mm
roze
Zuigers, cilinders demonteÍen en monteren Maattabel
94 ,492 94,502 94,992 95,002 -
94,008 94,018
93,98
94
,508
qL t'7
94,518
94,48
95,008 95,018
94,97
94,98
Krukas
compleet 1 3
CARTER. KRUKAS, NOKKENAS DEMONTEREN EN MONTEREN
.1.
schoonmaken, oliekanalen met peÍslucht doorblazeni scheidingsvlakkên met vloeibare
,Èr*-
&
oliën, nokken vallen in uitsparingen van het carter sluitdekseltie van nokkenas met vloeibare pakking plaatsen
olién, boring voor Paspen wijst naar vlieqwiel
{
krukaslas€r 4 olien, síoef wijst naêr oiiekeerins
slag conÍoleren - afb- 1; axiale spelins controleren - afb. 2; op inbouwstand letten afb. 3
f13-s45-l
Carter. kÍukas, nokkenas demonteren en monteÍen
17
1
3
Krukas comPleet Aanwiizing: en kÍukastandwiel De Ílankspeling tussen nokkenasheert de nokkenastandwiel Het i:ó.óo'jó;ó5;t. nauweliiks merkbaar speling de i" iilià't""ï"g"", "ls het achteruit díaaien van de li ii"oï'"àtt,J""l rii krukas niet wordt gelicht
speling te verafstellen van de voorgeschreven in -tandwielen met ."J""à"iin"", tii" "r nokkenassenverschillende ondeÍonder *insen
Om
he1
;:;*hlll;;;;
"fu deelnummers verkriigbaar' gekeerde nê tan.lwielen ziin op de naar de nokken b v' i;;o"i g''"'r't met slagciiÍers' in arwiikins de Het-ciiÍer seeÍt constructieen tu'stn de Íabr icatiett
ÏlÏljïàï,'à" :|t"óïi;; t;;; f
li'óO
0. steekcirkel ""n
afb.
1
Nokkenas
-
Slag contÍoleren
max. 0,04 mm
Attentie! het op de andereHet ciifer 0 niet verwarr en met dient voor de ÏiidaÍ' dat o, ;i,j""lÏ;;;;; stelling.
"k"n
geen verschil en deze Bii de krukastandwielen is ziin ook niet gemerkt'
afb.
2
Nokkenas
-
Axiale speling controleren
max. 0,16 mm
Ê*' È-
F'
afb, 3 Nokkenas - lnbouwstand moet Het meíkteken van het nokkenastandwiel ligsen krukastandwiel het van ,n"tt,"i"ns li,ïJ"ïi
18
en monleÍen Carter. krukas, nokkenas demonteren inbouwstano conrroleren' spelins íïiilà;ïL;
"" "xiale
compleet
Krukas
13
KRUKAS DEMONTE REN EN MONTERËN
drijÍstanglagerhelít op inbouwstand letren, kenmerk€n bij welke cilindêr de drijfsrang
u uitbouwen
-
naaldlaqer all€en bij schatelbàk, met lMoS2 vet smerèn,
uiibouwen aÍb.9,
afb. 4,
inbouwen
inbouwen aÍb. 5, eeÍst
tot ca.80o
C
-
afb. 10
35 Nm aanligvlak olièn
schoonmaken, oiiekanalen met perslucht doorblazen, niet zonder coÍrosiebeschermins opbergen,
opspannen afb.
1
driiÍsrans alleen als s€t vervangênl
op inbouwstand letten afb.6, inbouwen aÍb. 7, axiale speling controleren aíb. 8, maximum gewichtsverschil 10 g, kenmerk€n bij welke cilinder de driifstanq behooÍt
afb.
1
Krukas opspannen
afb.
2
Borgring uitbouwen
KÍukas demonteren en monteten Krukas opspannen BorqÍing uitbouwen
19
13
Krukas compteet
llË orl '
aÍb.
6
3
Borgring inbouwen
aÍb,
4
Krukastandwiel met stroomverdelerrondsel uitbouwen
afb.
fftr fi Krukaíandwiel en stroomverdelerrondsel inbouwen
20
lnbouwstand
7
Krukas demonteren en monteren Borgring inbouwen Krukastandwiel en stroomverdelerrondsel uit- en inbouwen Driifstangen inbouwen
DrijÍstangen inbouwen
Kleine spanningen, die bij het vastzetten in de lagerschaalhelÍten kunnen optreden, moeten door lichte hameÍtikken op beide drijÍstanghelÍten worden opge' heven.
5
-
De kencijfers bii de deling van onder- en bovenstuk moeten bij elkaar ligqen.
afb.
afb.
Driifstangen
Krukas compleet
13
afb. 10 Naaldlager inbouwen De beschreven kant van het naaldlager moet in ingebouwde toestand leesbaar zijn.
afb.
8
Drilfstanq
-
Axiale speling controleren
max. 0,7 mm
afb.
I
A= B=
Naaldlager uitbouwen
binnentrekker O 14,5-18,5mm, bijv. KUKKO 21 /2 tegensteun, bijv. KUKKO 22ll
Krukas demonteren en monteren
DÍijfstang
-
Axiale speling controleren
Naaldlager uit- en inbouwen
21
15
citinderkop, ktepbediening CILINDERKOP UIT. EN INBOUWEN EN REVISEBEN Aanwijzing:
cilinderkoppen met scheurties tussen de krepzirtingen, íesp. tussen een krepzittingring Kunnen zonder gevaar voor verkorï;ng en de bouqiedraad van oà
brede haaÍscheurries saar, or ars ar"ei a"
t"veniaul.'u!ia"",
,or#;
g"or"irt,
ee.st"'g;n;;"";;;';; #;;:,ïlaad
hydraulische kt6pstoter kenmerken bij welke porins de stoter behoort, loodrecht wegzetten {stoterbodeín naar beneden), reparatieaanwrizin. - blz 26
ars her om max. 0.s mm sescheurd ziin.
voirgeschreven wáarde: 6_9.5 bar.
í4tqrens:5 bar, marrmum verschii
tursen ciljnders ond€rting: 3,0 bar. ontrte{,'ngskabet 4 met massa verbrnden
inlêáiklepp€n nabewerken _ afb. 7. rnertpen àfb. 5. klepmaten aÍb.6
-
klepgel6iders
controleren vervangen
-
-
btz.2S
btz. 25
cilinderkop
uit
en inbouwen
-afb. _ klepzitting nabew€rken btz. 24
9g-:3
ÏJËo,." 0,, n", zenen tetten _ afb. ",.., í
tussen twee centers op verbuigrng conirolÊren,
maxrmum
1) Attêntiè
stag
0,3 mm
!
Stotprstèngên bij het aanbrenoên zorgvutdig in de kosetkom va; dê krepstoter gêteiden (v,ngertesr). up de rand van de ktêpstoter geplàatsÈ sroterstang€n veÍkeeÍd rJste veÍkeeíd àfstethenn bitde bii de ""i.orr"t." basisafsrptrir r""i."r"i"iii"s
en beschaoigen van ae rteestoteiiii het doordràaien van de moroí
"-rt.-;S
qleuf wist naar bêneden, afgeschuinde kant naar buít€n
-
afb.2
l's:orll afb.
í
Cilinderkop uit- en inbouwen C-ilind-erkopmoeren met lichte voorspanning
aan_
en vervolgens in de afgebeelde volgárde met I-e-kr(en ner voorgeschreven monent vastzette .
22
Cilinderkop uit- en inbouwen en revisercn
afb.
2
1
Lagerblokies inbouwen
Cilinderkop,klepbediening
15
tÈ-02l
aÍb.6 aÍb.
afb.
3
4
Klemveer inbouwen
inlaatklep
a b c a
uitlaatklep
39,3
-
aÍb. Klepveren uit- en inbouwen
Klepmaten
mm@
7,95mm@
115,4 mm 29o 30'
7
33.0
mm
@
8,92 mm O
115,4 mm 45"
lnlaatkleppen nabewerken
Bij het nabewerken van de klep maq de aÍmeting d = 0,5 mm niet worden onderschreden.
Attentie
!
UiÍlaatkleppen mogen niet worden nabewerkt. Alleen het inslijpen is toeqestaan (zie aÍb.5).
aÍb-
5
Kleppen insliipen
Door oplichten en gelijkmatig verder draaien de klep inslijpen.
Attentie! Slijppasta na het inslijpen zorgvuldiq verwijderen.
Bij juist bewerkte klepzittingen en nieuwe kleppen is het niet beslist noodzakelijk de kleppen in te slijpen.
Cilinderkop uit- en inbouwen en revaseren Klemveer inbouwen - Klepveren uit'en inbouwen Kleppen nabewerken
23
15
Gilinderkop,klepbediening KLEPZITTINGEN NABEWERKEN Klepzittingen met slijtage en inbrandingssporen kunnen, mits de zittingbreedte wordt aangehouden, zover woÍden nabewerkt, tot de 15o'afschuining de buitenkant van de zitting bereikt. ln andere gevallen moet de cilinderkop worden vervangen. Het vernieuwen van klepzittingen is met de gebruikelijke werkplaatsu it rust ing niet mogelijk, daar de zittingen onder zeer lage vriestemperaturen werden gemonteerd.
]l,.E Uitlaatklepzitting, 45"-afschuining Írezen. Het Írezen moet worden gesiopt, zodra het gehele oppervlak wordt geraakt.
Voorgeschreven zittingbreedte : 1 ,8 ïlm 2,2 mm uitlaat: 2,0 t/m 2,5 mm
a = inlaat:
F*q -
75"'aíschuining ÍÍezen in-en uitlaatklep. De onderkant van de zittingring moet licht worden aÍgeschu ind.
-
lnlaatklepzitting, 30"-aíschuining Írezen. Het frezen moet worden gestopt. zodra het gehele oppervlak wordt geraakt.
lls
4-l
15"-afschuining frezen in- en uitlaatklep. De bovenkant van de zittingring zover afschuinen, tot de voorqeschreven z ittinqbreedte wordt bereikt.
24
ii'J;::,',ï"ï"1ï;;il::ouwen
en reviseren
Gilinderkop, klepbediening 1
5
KLEPGELEIDERS CONTROLEREN Bij de revisie van motoren met lekkende kleppen is het niet voldoende, de klepzittingen en kleppen na te bewerken. resp. te vervangen. Het is bovendien noodzakelijk. de klepgeleiders op slijtage te conrro, leren. Dit is zeer belangrijk bij motoren die lang hebben gedraaid.
-
Aanslag met reiniginqsru imer verwijderen. Nieuwe klep in de geleider steken. Het klepsteeleinde moet vlak met het einde van de klepgeleider aÍsluiten.
trs
-
104l
-
Cilinderkop met de verbra nd ingskam ers naar de plaat gericht vastzetten. Hiertoe de korte paspen in boring 3 bovenaan en de korte bevestigingsbout gebruiken.
-
Helling van spanplaat op 13o afstellen.
Kantelspeling bepalen.
slijtgrens: 1,2 mm
KLEPGELEIDERS VERVANGEN Uitgeslagen oÍ beschadigde klepgeleiders moeten met de universele reparatiemal voor cilinderkopipen VW 1224 worden vernieuwd.
Voor deze reparatie zijn overmaatk lepgeleid ers met kraag ter beschikking. Cilinderkop schoonmaken en controleren. Gescheurde cilinderkoppen en koppen, waarvan de k lepzittingen niet meer kunnen woÍden nabe werkt, komen voor het vernieuwen van klepqe leiders niet in aanmerking.
Klepqeleiders met tweetÍaps boor met 100/min 50 mm diep uitboren.
40
Cilinderkop uit- en inbouwen en reviseren Klepgeleiders controleren Klepgeleiders vervangen
25
15
Gilinderkop,klepbediening
Uitgeboorde geleider met slagpen uit de cilinder
kop slaan.
-
Klepgeleiders opruimen, hierbij beslist boorolie iken.
geb ru K
lepzittingen nabewerken.
EPARATIEAANWIJZING EN VOOR DE HYDRAULISCH E STOTER R
Algemeen De hydraulische bijstelling van de klepspeling
is
onderhoudsvrij. De aÍstelling mag niet worden gewijzigd. Een reparatie van de hydraulische stoter is niet
mogelijk. Korte tijde durende klepbijgeluiden na het starten na sterke motorbelasting bij hoge buitentemperaturen zijn niet van
of bij het aÍremmen op de motor betekènis.
Als bij beschadigingen door vreten, zoals bij beschadigingen aan krukas- en drijfstanglagers metalen deeltjes in het carter worden gevonden, de stoters na e kaar demonteren en schoonmaken. De afzonderliike delen hierbij niet onderling verwisselen. Demonteren en monteren, zie bijj ,,Stoter ontluch- bladzijde 27.
ten" Klepgeleider dun rnet rnotoro ie insmeren en met de pers in de cilinderkop persen.
Attentie! De inpersdruk moet tussen 1,0 en 2,0 ton ligqen.
Cilinderkop demonteren en monteren en reviseren
26
Klepgeleiders vervangen Reparatieaanwijzinqen voor de hydraulische stoter
Gilinderkop,klepbediening Basisafstelling
8-,
Na het uitbouwen van de tuimelaar-assen moet de volgende basisaÍstelling worden u itgevoerd.
-
15
Klepstelboutjes in de tuimelaars teruqdraaien, tot vlak met de tuimelaars aÍsluiten.
ze
Krukas op b.d.p. van 1ecilinderzettenrotor, vinger moet naar merkteken van 1e cjlinder op de rand van het stroomverdelerhuis wilzen). Klepstelboutjes van beide tuimelaaÍs licht tegen de klepstelen draaien (tuimelaars zonder speling).
-
Klepstelboutjes vanuit deze stand 2 slagen verder indraaien en contramoer vastzetten.
-
Bij het verdere monteren aan de 2e,3e en 4e cilinder de krukas linksom verder draaien. tot de rotorvinqer elke keer 90o verder staat.
Stoter ontluchten
Borgring -1- loswippen en stoterstangkom -2zuiger met klep 3,4.5,6 en zuigerveer -7uit de stoter nemen.
Stoter
-8-
Zuigerveer
lE
in het oliebakje plaatsen.
-7 -
in stoter plaatsen.
-3n]
Stoters met automatische bijstelling van de klepspelinq moeten vóór het inbouwen op opgesloten lucht in de drukkamer worden gecontroleerd. Hiervoor is de duimdrukcontrole voldoende. De zuiger mag bij een krachtige druk met de duim (in pijlrichting) niet meegeven. Anders moet de stoter op de volgende manier worden ontlucht.
Aanwijzing:
Voor het ontluchten zijn een oliebakje van
ca.
100 mm @ en 60 mm hoogte en een in het midden doorgezaagde stoterstang benod igd. Het oliebakje moet altijd zover met schone motorolie zijn gevuld, dat een rechtop staande stoter volkomen onderdompelt.
-
Zuiger riet klep in stoter piaatsen. Opdat de olie onder de klep kan ontwijken, de kogelklep,4met een krasnaald openen.
Cilinderkop uit- en inbouwen en reviseren Reparatieaanwijzingen voor de hvdraulische stoter
l\2 I I
15
Cilinderkop,klepbediening
-
Stoterstangkom -2- in stoter plaatsen en ondeÍ de pers met een afgezaagde stoterstang langzaam zover omlaag drukken, tot de borgring -'l - kan worden aangebracht.
tr'
tr at Zó
Cilinderkoo uit- en inbouwen en reviseren Reparatieaànwijzingen voor de hydraulische stoter
Smering DE
17
LEN VAN SMEERSYSTEEM UIT. EN INBOUWEN
Vulhoeveelheid oliecircuit: zonder vernieuwen olieÍilter mit vernieuwen olief ilter
-
3,0 liter,
3,5 liter.
O liesoort - afb.6. Oliedruk controleren bladzijde 3l
.
Pakkingen en keerringen moeten principiee worden
l0 op lekkage controleren - afb. 4, bij verontreiningingen in de motor. olie - veroorzaakt door vreten van krukas en nokkênaslasers - wêarbij metaêldêelties in het caneÍ worden
Nm
uit- en inbouwen afb. 5, controleren
oliepe;lstok inhoudsvemchil nr*en min. en max-: 0,6 liter
- blz 31
s
aangetrofÍen. oliekoeler bestist
W,,,,
bijvu len
f*ru5Nm
20 Nm lostrekken - áfb. 2, op slijtêqe contloteren olieoverdrukventiel 20 Nm
oliefilter
op sliitage controleren
met speciale steutet uh- en in-
op inbouwaanwijzinqen oo het oliefilter lÊtten
oo-ao
r.
olieaÍtapplug
oliepomphuis
25 Nm
uitboLrwen afb.
l,
op siijtage conrro eren
l!16-moer 13 Nm
afdichtvlak moer vlêk zijn
Delen van smeersystem uit- en
FTarl
inbouwen 29
17
30
Smerins
afb.
1
Oliepomphuis uitbouwen
afb.
2
O
afb-
3
Oliêfilter uit- en inbouwen
liepompdeksel loírekken
Delen van smeersysteem uit- en inbouwen Oliepomp, oliefilter en oliedrukschakelaar O liekoeler op lekkaqe controleren
afb.
4
Oliekoeler op lekkaqe controleren
aÍb.
5
Oliedrukschakelaar uit- en inbouwen
afb.
6
Motorolie-viscositeitsklassen
lvlotorolie-kwaliïeit : SE volgens de API'speciÍicatie.
uit
en inbouwen
Smerins
17
OLIEDRUK EN OLIEDRUKSCHAKELAAR CONTROLEREN
-
Oliedrukschakelaar uitbouwen en in de tester draa ien.
Tester op de plaats van dê oliedrukschakelaar in het carter draaien.
-
Kabel -1- (blauw) van de tester met de oliedrukschakelaar en de kabel van de oliedrukschakelaar verbinden. Kabel -2- (bruin) met de massa verbinden.
-
Ontsteking inschakelen. Het controlelampje voor
-
Motor starten, toerental verhogen
de oliedruk moet gaan branden (voorwaarde: lampje en kabel zijn in orde), anders de schakelaar
-
bij
0,1 5-0,45 bar overdruck moet het lampje uitgaan, anders de schakelaar ver-
-
Toerental verder verhogen. Bij 2000/min en 80" C olietemperatuur moet de olie-overdruk minstens 2,0 bar zijn.
Delen van smeersysteem uit- en inbouwen O liedruk en oliedÍukschakelaar cont.oleren
31
19
Koetins DELEN VAN KOELSYSTEEM UIT. EN INBOUWEN
t-
15 Nm
a houder van theÍmostaat
coniroleren
-
aÍb. 5
20
\-
$\d
regelkleppen
o
zo rtr.
)
draaistroomdynamo
afsiandsring
\.". verwarmingsvêírtilatorhuis
koelventilator met
uit
en inbouwen
àÍb.2
-20 Nm
spannins door duimdÍuk doordrukking: 10-15 mm, spanning afstellen aÍb. l schaal voor ontstekinsstiidsrip
wór.lt
als ónderdeêl zonder merkteken voor het ontstekingstiidstip qeleverd, bij ver' nieuwen ontstekingstijdstip met rodê verf
\,-a
Àirn
F
32
Delen van koelsysteem uit- en inbouwen
r-o%-l
Koelins
afb.
1
Spanning V-riem afstellen
Spanning controleren door krachtige duim in het midden van de V'riem.
aÍb.
dr!k met
lndrukken: 10 15 mm. Voor het afstellen de bevestigingsbouten
de
1 en
2-
4
19
Regelkleppen afstellen
De terugtrekveer moet met de gebogen einden tegen de nok (venti{aïorhuis) en achter de kabelgeleider liggen (pijlen).
Regelkleppen dichtdrukken en kabel vastklemmen.
losdraaien en de dynamo zwenken.
afb.
afb.
2
Koelventilator uit- en inbouwen
aÍb.
3
Koelventilatorhuis uit- en inbouwen
5
Thermostaat controleren
ln een waterbad met een temperatuur van 85-90" C moet de lengte van de drukdoos,,a" minstens 46 mm zijn.
Vóór het uitbouwen de koelluchtregelkabel losnemen.
Delen van koelsysteem uit- en
inbouwen 33
20
Brandstoftoevoer DELEN VAN BRANDSTOFTOEVOER UIT- EN INBOUWEN
r:5 -; : .=2ó
E
.9f
Aanwijzing: Het brandstofÍilter wordt op de geplande afstanden bij de Plan Service vernieuwd.
=
Een tussentijds vernieuwen vanwege ger inge
-3F:
vervuiling is niet gerechtvaard igd. Slangklemmen altijd vern ieuwen.
=9co:^ 9Èeg3 E
z
-\, ijt
H
>z
Ër
E
€N
n(È rNi
96 !:
r:'
\l .d"ti
"-l
È
r/ ?èt
l/ ft'*-o
>2
'l)
è \ * ,rrr.rt
Ës E
z
:
9u1 i
Z
6--
E F=
ta
lt
>cd
<ó ';ó ó!
E
!9r
ii
:i Ë b e
-1't/1/1 ttl-
/
34
Delen van brandstoftoevoer uit- en inbouwen
-'>
)
BrandstoftoevoeÍ
20
BRANDTANK UITBOUWEN
afb.
í
Brandstoffilter
-
-
l\4assastrip van accu losnemen.
-
hiertoe de slangklem -1- uitbouwen, losnemen en de ontluch' -2tingsleiding -3- eruit trekken.
-
Ontluchtingsleidingen rechts -3- uitbouwen.
Brandstoftank leegmaken.
inbouwstand
De piilwiist in de doorstroomrichting {naar de benzinepomp).
afb.
2
Vulpijp
om de vulknie
VlotteÍelement van brandstofmeter uitbouwen
Eerst de bÍandstoítank uitbouwen,
afb,
3
Vlotterelement
-
- 1-, -2-
en
inbouwstand
De elektrische aansluiting moet met de gestreepte
liin overeenkomen. De pijl wijst in de rijrichting.
Delen van brandstoftoevoer uit- en inbouwen Vlotterelement van brandstofmeter uitbouwen Benzinetank uitbouwen
35
20
Brandstoftoevoer
-
Ontluchtingsleidingen
links 4-
bouwen.
Zuigleiding zwarte pijl-
en
-5-
uit-
van brandstoÍtank
trekken.
-witte pijlen- van carrosserie losnemen en uit de houders nemen. Beschermails
Brandstoftank laten zakken en kabel van vlotterelement brandstoÍmeter lostrekken. BrandstoÍtank uit de wagen nemen.
36
B:l:ï,""",:iï:*ïïxïoer
uit. en inbouwen
BrandstoÍtoevoer
20
BRANDSTOFPOMP DEMONTEREN EN MONTE REN
terugslagmembraan
sruitschroef
f inbouwÍand
t. o. v.
onderstuk aantekenên, kleppen contro eren
""__,"$.!
*9,.'
Y:"::".4ï,
>
mêmbraan met veer bij het lnbouwen inbouwmal VW 73713 qebruiken - afb. 2
i:a as van
omkeerheÍboom
bij sliitage vernleuwen inbouwstand t. o. v. bov€nstuk aantekenen, met Lrniversee vet vullen,
brandÍoípomp
uit
€n in-
bij sljtêse vernieuwen
pakkingen
BÍandstoípomp demonteren en
monteren
37
20
BrandstoÍtoevoer
aÍb.
2
Membraan inbouwen
/3 (zelfbouw) met twee moeren vastzetten. Gerekend vanaf het deelvlak wordt de om keerheÍboom 5 mm ingedrukt, teneinde het mem' braan in de vereiste stand te brengen. Vervolgens de schroeven van het bovenstuk van de brandstoÍpomp vastzetten. N,4ontagemal VW 797
afb.
1
Brandstoípomp uit- en inbouwen
lnbusbouten met universeel gereedschap losdraaien en vastzetten. 15 Nm.
Attentie
!
Slangaanslu itingen altijd met slanqklemmen borge n.
38
Brandstofpomp demonteÍen en monteren Brandstoípomp uit- en inbouwen lvlembraan inbouwen
Brandstoftoevoer
20
GASKLEPBE DIEN ING REVISEREN
boÍgklemmen
op lengte lett€n, inbouwen en êfstellen
-
afb.
1
fr!-o8, afb.
1
Gaskabel afstellen
spelinga=
1
1.5mm
Bij de volgasstand van het gaspedaal moet tussen de gasklephefboom en de aanslag aan het carburateurhuis speling aanwezig zij n.
3::["f"ï""1:ili,:ï*"""*"
39
I
20
Brandstoftoevoer GASKLEPBEDIENING REVISEREN (alleen waqens met automàtische bak)
drukstans----v
-"--;d ,rJ -
-------;7& borskrem--R&.,1 1"''--?r\h./ lasereen
ll
gaspedaalhefboom
t--ï\
."" gaspedaalkabel
lagerpen moet in de bedieningshefboom insnappen bus van stang/gasklêpbediening
o@ stang van gasklepbedieninq
\r \*-
l \
","r,ruk
d (re
re
r
br7. Ál
-borqklem
40
casklepbedieninsreviseren
F7?15.]
BrandstoÍtoevoer STANGENSTELSEL EN GASKLEPBEDIENING
Gaspedaal loslaten.
AFSTELL.EN
De bedieningsheÍboom moet in de nulgasstand staan, zonodig de gaspedaalkabel aan de spanpen/ gaspedaal bijsïellen.
De gasklepbediening moet in de stationaire stand (motor bedrijÍswarm, gaskleppen gesloten, choke, kleppen geheel geopend) als volgt worden aÍgesteld.
20
Afstelling controleren Gaspedaal tot het volgasdrukpunt intrappen. De gasklephefbomen moeten tegen de aanslag
aanligqen (zonder kickdown).
-
Gaspedaal over het volgasdrukpunt heen intrappen. De drukveer moet ingeveerd zijn. De bedieningsheÍboom/transmissie moet in de kick-
down'stand
N/loer
-1-
Drukvéer
staa n.
losdraaien.
-2 - uitbouwen.
Stang van gask lepbed ien ing in pijlrichting trekken (nu lqasstand).
Eindstuk -3- door draaien met een schroeveóraaíer zo aÍstellen, dat het platte vlak van het eindstuk tegen de lagerpen aanligt.
Drukveer 2 inbouwen. lvlotor starten en controleren, of het stationair toerentalwordt bereikt. Zonodig door draaien van het eindstuk 3 bijregelen.
Eindstuk met moer
-1-
borgen.
Gaspedaal tot de aanslag intrappen. Bedieningsh eíboo m/tra nsm issie moet in de kickdownstand (pijl) staan (ca. 1-2 mm speling tussen heïboom en aanslag).
-4-
Gasklepbedienlng reviseren Stangenstelsel en gaspedaalkabel afstellen
41
22
lnlaat, carburateur, regeling LUCHTFILTER UIT. EN INBOUWEN
Íilierêlem€nt
-
TEMPERATUUR REGE LAAR VAN AANZUIGLUCHTVOORVE BWARMI NG CONTROLEREN
-
Bij stationair draaien de bruine slang aan de temperatuurregelaar -pijl - lostrekken. Bij juist functioneren klapt hierbij de regelklep hoorbaar dicht (de warmeluchtkant wordt gesloten)
.
Als de klep zich niet beweegt, ligt de oorzaak bij een defecte regelaar oÍ bij lekkage aan de slangverbindingen.
A a\ + I
Luchtfilter uit- en inbouwen Temperatuuregelaar van aanzuigluchtvoorverwarming
controleren
lnlaat, carburateur, regeling CARBURATEUR 34 PDSIT REVISEREN
Aanwijzingen: Alle draaipunten met l\4oS2-vet smeren. Pakkingen en pakkingrinqen vernieuwen. Carburateurgegevens bladzijde 44. Plaatsing van spÍoeiers - bladzijde 44.
o ,/Jborgdop
-]t
vêrniÊ,,wFn
22
í ,4
srationaire stêlschroeÍ stctionai. roe.enÈt atsre en _ brz. 45
Co-stehchroêf van centraal stationair systeem CO-waaÍde êfstêlten - btz. 45 omloopaÍslagklep spanning aansluiten, ktep t€gen massa houden, pen ca. 3-4 mm induwen, d€ kern moet nLr
carburateuFbovenstuk automatische chokc merktekens moeten in lijn liss€n
.a
\ vlotternaaldklep pakkinq op qatenpatroon letten
inspuitpiipje hoogte vanaf scheidingsvlak: 13 mm,
spuitrichting: gasklepspleet
remluchtsproeier
cárburateur€nderstuk bij beschadigingen carburateur vern euwen
pakking op gatenpatroon letten borgdop
verbindingsstang gasklepsple€t afsteÍten
dÉ--
begrenzingsschroeÍ basisafstell;ng van qasktep
.t"rr'ur, opbrengsi van accelerdtiepomp afstel,en - blz 47
borsdop-
av{
vprnierwen llr ' / co-stetschrceÍ
basisêfstelling van stationair
toerental uitvoeren -./
-
blz.46
gasklepgedeelte
_ btz. 49
-
btz. 4g
# @o stationairê luchtklep alleen bij automatische bak; geen reparatie, alleen vervanqing moqelijk
fn:6ó4
Carburateur 34 PDSIT reviseren
43
22
Inlaat, carburateur, regeling CAR BURATEU RG EG EVENS u
schakelbak
automatische bak
inqegaan
6'',79
6119
motornr,
cu 000 001
cu 000 002
itvoering
motor carburateu
r
34
type
IT.2
34 PDS IT- 3
34 PDS IT-2
34 PDSIT-3
rechts
links
rechts
links
61
wijzigingsnr. ventur
011 125
o11 129 021
onderdeelnr.
comb inatie:
PDS
i
mm
62
1
O2A
o71 129 021 A o71 129 024 A 64
1
26
26
@
x
hoofdsproeier
x
135
135
remluchtspÍoeier
140
140
stationaie benzinesproeier
50
50
140
140
stationaire luchtboringl)
45
extra benzinesproeierl)
45
extra luchtboringl)
o.1
1
o,7
I I
l I I
I
opbrenqst acceleratiepomp,
j:
O,2
,5 1: O,2
cm3/slag
1
boven +24o C
cm3/slaq
o,7 L o,15
afsïand inspuitpijpje tot scheidingsvlak huis
mm
13
13
mm O
1,2
1,2
vlotternaa
ld
zitting
,5
1
0,7
i
0,15
pakkingring onder
vlotternaaldzitting qask lepspleet
stationair testwaarde 12) aÍstelwaarde CO-waarde
toerenta
mm
1,0
1,0
mm
0.65
0.65
'l
1/m in
,l
50
i 0.6 í
50
50
900
850.L 50
850
900
/m in
.:L
0,6:t 0.3
vo lume_7o
1) Sproeier. resp. qecalibreerde borinq kan niet worden vervangen 2) Op afstelaa nw ijzingen letten - bladziide 45
Plaatsing van sproeiers
3 4-
-
onderstuk
1
hoofdsproeier
2
stationa ire benzinesproeier
stationaireluchtboring rem luchtsproeier
CaÍbuÍateur 34 PDSIT reviseren
?44
Carburateurgegevens Plaatsing van sproeiers
Plaatsing van spÍoeiers
5
6
-
-
bovenstuk
extra benzinesproeier extra luchtsproeier
0,3
-1
lnlaat, carburateur, regeling
22
STATIONAIR TOERENTAL CONTROLEREN
. r
l\4otorolietemperatuur minstens 600
C.
Chokekleppen geheel open.
Stationair toerental controleren en zonodig met
Dtórn
-
de stationaire stelschroef pijl- afstellen. Afstelwaarde: 850 t 50 min.
Tester volgens de gebruiksaanwijzing aansluiten. Stationa ir toerental controleren. TestwaaÍde: 900 1 50/min. (schakelapparaat voor stabilisatie stationair toeren-
Schakelapparaat voor stabilisatie van stationair toerental weer aansluiten. Het toerental moet nu tot de testwaarde = 900 150/min toenemen, zonodig het schakelapparaat vernieuwen.
talaangesloten).
CO-WAARDE CONTROLEREN EN AFSTELLEN
STATIONAIR TOERENTAL AFSTELLEN
. . -
. .
l\,4otorolietemperatuur minstens 60" C. Chokekleppen qeheel open.
l\lotorolietemperatuur minstens 600 C. Chokekleppen geheel open.
Tester volgens de gebruiksaanwijzing aansluiten. Slanq van carterontluchting
bij luchtfilter
los-
trekken.
-
ElektÍische verbruikers uitschakelen.
I t
o
Tester volgens de gebruiksaanwijzing aansluiten. Slang van carterontluchtinq
bii lUchtÍilter
los-
trekken. Èlektr ische verb.uiker s uitschèkelen. Stekers van schakelapparaat voor stabilisatie van stationair toerental lostrekken en met elkaar verbinden izie aÍb. 28-101 op deze btadzijde). Stekers van schakelapparaêt voor stabilisatie van stationair toerentaJ lostrekken en met elkaar ver binden - pijl
Ontstekingstijdstlp controleren en zonodig ste
Stationair toerental controleren en zonodig op de afstelwaarde = 850:t 50/min afstellen. Schakelapparaat voor stabilisatie van stationair toerental weer aansluiten.
af ,
{len.
3::i::"ii,'.'.:1":3ï'"t" tï-ï'"ïo
" "" ",ro
r
er
en e n aÍst
e
r
r
e
n 45
22
lnlaat, carburateur, regeling
rc CO-waarde controleren. zonodiq met de CO-stelschroeí van het centraal stationair systeem - pijlaÍstellen. Voorgeschreven waarde : 0,6 t 0,3 volume-%
,;.3
Na een correctie de CO-stelschroef van het centraal stationair systeem met een blauwe dop
I &
borgen.
Aanwiizing: Na het aÍstellen van de CO-waarde moet de slang van de carterontluchting weer aangesloten worden. Als nu de CO-waarde oploopt, ligt dar nieï aan een ver' keerde afstelling, maar aan een te vet mengsel veroorzaakt door de olieverdunning in het carter als gevolg van hoofdzakelijk stadsverkeer.
Tester volgens de gebru iksaa nwijzing aansluiten. Trekstang van gasklep'as bij rechter carburateur losha ken.
Tijdens een langere, vlotte rit op de grote weg verdampt de benzine u it de olie en de CO-waarde normaliseert zich weeÍ. Op korte termijn kan hetzelÍde effect ook worden verkregen met een ca. 30 minuten durende zeer vlotte rit of door een aan de beurt zijnde olieverversing.
BASISAFSTELLING VAN STATIONAIR TOERENTAL UITVOEREN Afstelvoorwaarden:
. a o o o
46
Ontsteking juist afgesteld. lvlotoro lietem peratu u r minstens 600 C. Chokek leppen geheel open.
Basisafstelling van gaskleppen in orde. Stekers van schakelapparaat voor stabilisatie van stationair toerental losgetrokken en met elkaar verbonden lzie aÍb. 28 I 01 op bladzijde 45).
3::|,Ïï:::iil:'":f
:,1ï,1ïï,'lï31,
"",u,
.,,".",""
Kabel van aÍslagklep bij centraal stationair systeem pil l- lostrekken.
-
lnlaat, carburateur,
Bij beide carburateurs de CO- ste lschroeven met gevoeltot de aanslag indraaien en vervolgens 2 1/2 slag uitdraaien.
Motor'!arten
en door gelijkmatig draaien van de Co-stelschroeven 500 r/m 700/min en 5% CO afstellen.
3
regeling
22
Trekstang van gasklep-as vasthaken.
HieÍbij mag zich de stand van de gasklep niet wijziqen, Zonodig de lengte van de rechter trek, stang
- pijl-
afstellen.
Kabel op aíslagklep van centraal stationair systeem aanslu iten.
Korte tijd gas geven en vervolgens stationair draaien met de stelschroeven van het centraal stionair systeem afstellen - bladzijde 45.
OPBRENGST VAN ACCELERATI EPOMP
AFSTELLEN
Motor even laten draaien, om er zeker van te zijn, daï in de caíburateu.
vo
ldoende benzine aanwezig is.
Eindstukken van het luchtÍilter uitbouwen. Trekstangen van de carburateurs loshaken.
l. Kabei van stationaire aÍslagklep -pijl- trekken. Verminderen van het toerental vaststellen. DezelÍde vermindering moet bij deze maatregel bij de andere carburateur voorkomen, andeís de COwaarde bijregelen.
Opvangpijpje over het inspuitpijpje van de carburateuÍ schuiven.
Carburateur 34 PDSIT reviseren BasisaÍstelling van stationair draaien uitvoeren Opbrengst van acceleraïiepomp afstellen
47
22
lnlaat, carburateur, regeling Chokek lep openen en met het sperplaatje vastzetten.
Gasklep bedienen,
tot benzine uit het
opvang
pijpje komt. Maatcilinder onder het opvangpijpje houden en gasklep vlot 5 maal bedienen. Opbrengst door 5 delen en aldus berekende waarde met de voorgeschreven waarde vergeliiken.
temperatuur carburateurhuis
voorgeschreven
onder
1.5 :t 0,15 cmqslag 0.6 :! 0,15 cm3/slaq
+ 19o C
boven +240
C
BASISAFSTELLING VAN GASKLEP UITVOEREN De begrenzingsschroeí is op de Íabriek afgesteld en mag niet worden versteld. Als de schroeÍ per ongeluk werd verdraaid. moet deze op de volqende wijze wor-
den afgesteld.
Carburateur ingebouwd:
waarde
Als de voorgeschreven waarde niet wordt bereikt de stelhuls draaien.
Begrenzingsschroef bii gesloten gasklep vooÍzich tig tot de aanslaq indraaien. Vanuit dit punt 1 slag verder indraaien.
Stationair toerental en CO-waarde afstellen. Stelschroeven met blauwe doppen borgen.
Opbrengsr acceleraïiepomp (-) = opbrenqst kleiner (+) = opbrengst groter
a
ístellen. Carburateur uitgebouwd:
Na het afstellen de stelhuls met lak borgen.
Spuitrichtinq controleren: de straal uit het inspuitpijpje moet in de zich openende gasklepspeet zijn gericht, zonodig het inspuitpijpje richten.
l;r^:6óo1 De gasklep zo afstellen, dat deze. van de gesloten uitgaande. niet meer dan 0,1 mm
stand a
geopend is. Stelschroeven met blauwe doppen borgen.
48
3::i.:i:$il:i:3.':'ni;lïï:ï""",
""
fnlaat, carburateur,
regeling
22
GASKLEPSPLEET AFSTELLEN Carburateur uitbouwen. Chokeklep sluiten. gasklep ongeveer halÍ openen en weer loslaten.
Gasklepspleet met spiraalboortje oÍ draadvoeler
controleren. Voorgeschreven waarde: 0,65 mm. Spleet zonodig met de stelmoer
-pijl-
aÍstellen.
Stelmoer met lak borqen. SLUITDEMPER AFSTELLEN
De sluitdemper zo aÍstellen, dat er tussen de meeneemhefboom en de geheel ingedrukte sioter een spleet van a = 'l mm ddnwezig is.
Carburateur 34 PDSIT Íeviseren Gask lepspleet aÍstellen Slu itdemper aÍstellen
49
26
uiuaat DELEN VAN UITLAATSYSTEEM UIT. EN INBOUWEN
verbindingsknie
aansluitpiip voor verwarmingsventilator
uitlaatpot op lekkage
en
beschadiginsen
116
50
Delen van uitlaatsysteem uit- en inbouwen
n,
I
26
uiuaat DELEN VAN UITLAATSYSTEEM UIT- EN INBOUWEN
verbindingsknie
aansluitpijp voor verwarmingsventilator
uiilaatpot op lekkage
en
beschadisinsen
t%:3o7l
50
Delen van uitlaatsysteem uit- en inbouwen
Ontsteking ONTSTEKING REVISEREN Veiligheidsmaatregelen aanhouden
-
28
Stroomverdelergegevens - bladziide 52 Ontstekingstijdstip afstellen - bladzijde 53 Centrifugale veistelling controleren - bladzijde b4
bladzijde b3
schakelapparaat
schakêlappaÍaat voor
Vóór het afstellen van
hlz.51
het stationair draáien en van het ontstekingÍ tijdstip de stekers lostrekken en met elkaar
op scheurtjes en sporen van kÍuipstromen letten, slijtage van contacten controleren, vóór hêt aanbrengen schoonmaken
koolrtif t met veeí op sliiràqe en vrii
----------+I
ontstekingskabel
'ewêserc'n"e'en..-s -,
controleren btz. 56
bougiesteker
contro eren
-
blz.56
bousie type en e ektroden afstand blz. 52 30 Nm
op lekkage controleren verstelling conÍoleren: ,,vroeq"
-
,,laat" -
-
blz. 55,
blz.54. blz. 56
stroomverd€ler-aandriif asje uit-en inbouwen - blz. 54
of(l'l-
aanlooprins met schroevedraêier aanbrenqen en richten
F&roól
i Ontsteking reviseren
51
28
ontsteking STROOMVE RDELERG EG EVENS rngegaan
vanaf
6-'.79
motornummer
vanaÍ
cu 000 001
onderdeelnummer
071 905 205
ontstekingstijdstip
5"
na b. d. p.
markering
-.-.-------.--.. Ps-onl
toeíental
1/min
onderdru kslangen
850
l
50
aangesloten
schakelapparaat voor stabilisatie van stationair toerental
stekers losgetrokken en met elkaar verbonden
niet aÍstelbaar
contacthoek centriÍugaalverstell ing
1/min
begin
einde
onderdrukverstelling -vroeg begin
einde
-
I
1/min
3400
graden
21-25
mbaÍ (mm Hg)
90
mbar
240 -2AO
einde
-1201
(180-210)
qraden
I -12
mbar
90
(mm Hq)
-r 60 17o-12O1
mba r
200
(mm Hs) graden
(150-210) 11-13
1/min
5400
overwegend onder +25o C
Bosch W 145Í 2, Beru 145/14/3,
280
I
bougies (aa
-1 60
t7 0
laat
beg in
toerentalbegrenzer u itschakêltoerentá
050 -1 300
1600 13
1/m in graden
(mm Hg) onderdrukverstelling
'I
ntrekmoment 30 Nm)
Champion N overwegend boven +25o C
Bosch
Beru
elekïrodenaÍsïand mm
52
resp. 14-8 C
7
175I2, 175/14/3,
W
resp. W 8 C
resp. W 7 C
Íesp.
14
7
C
o,6-0,7
(//t - z g,ï:ï"JJ:,'.'"ïfi""!ï"",
Ontsteking
28
VEILIGHEIDSMAATREGELEN BIJ TRANSISTOR-ONTSTEKING Om vernieling van de transistor-ontsteking te vermijden, dient op het volgende te worden gelet:
.
Kabels - ook meetkabels alleenbij uitgeschakelde ontsteking aansluiten en losnemen.
a
Als de motor met starttoerental moet draaien, zonder dat de motor aanslaat (bijv. bij de meting van de compressiedruk), de hoogspanningskabel u it de bobine trekken en met de massa verbinden.
o Bobine
onderdeelnr. 211 905
;r;1,::r
,r;
; -r.., .t ,\
115C-nietdoor
een andere bobine vervangen.
o
Op klem 1 mag qeen ontstoringscondensator worden aangesloten.
.
Hulp bij het starten met een snelLader mag niet langer dan 1 minuut duren.
ONTSTE
.
K
INGSTIJDSTIP AFSTELLEN
Olietêmperatuur minstens 30o
Stekers van het schakelapparaat voor stabilisatie van het stationair toerental lostrekken en rneï eikaar verbinden.
Stationair toerental zonodig aÍstel len. AÍstelwaarde: 850 1 50/min.
C.
Afstellen met b.d. p.-voeler: Het onïstekingstijdstip wordt direct op de tester aangegeven.
Voorgeschreven waarde: 50 na b d
r,
AÍstellen met stroboscooplamp:
ílr:6rt Tester volgens de gebru iksaanwijzing aansluiÍen.
De kerÍ op het vliegwiel moet tegenover de rode markering op de schaal staan, zonodig stroomver' deler losnemen en d ienovereenkomsi ig verdraaien.
ffll'
r
í m -L
Ontsteking reviseren Veiligheidsm aat rege len bij transistor'ontsteking O ntstek inqstijdstip afstellen
53
28
ontsteking STROOMVEFD
E
LE
R-AAND
R
IJFASJE
STROOMVERDELER INBOUWEN
UIT- EN INBOUWEN Krukas op b.d.p. van
le cilinder zetten.
Uitbouwen
-
Stroomverdeler-aandriifasje uitbouwen. Universele binnentrekker O 14,5 18,5 mm ge-
bruiken, bijv. KIKKO 21/2.
lnbouwen
De rotorvinger zover draaien, dat deze naar het merkteken op de rand van het stroomverdelerhuis
wijst. Stroomverdeler in het carter plaatsen. Stroomverdelerkap schoonmaken, op scheurtjes, sporen van kruipstromen en goedzitten letten. Ontstekingstijdstip aÍstellen. STROOMVERDELER CONTROLEREN a - CentriÍugale ontstekingstijdstipverstelling met b. d.
den
p.-voeler controleren (voorgeschreven waar, - bladzijde 52)
ltt6t5l Tester volgens de gebruiksaanwijzinq aansluiten. Onderdrukslangen van de onderdrukdoos lostrekken.
Krukas op
b. d.
p. van 1 e cilinder zetten.
Stroomverdeler aandrijfasje zo in het carter plaatsen, dat de u it het midden liggende gleuÍ in de kop van heï asje een hoek van ongeveer 12" met de lengteas van de motor maakt en ongeveer naar de achterste bevestigingsschroeÍ van de lucht
Íiltersteun wijst. Het kleinste segment liqt aan de buitenka nt. Afstandsveer aanbrengen.
Stekers van het 6chakelapparaat voor stabilisatle van het stationaire toerental lostrekken en met elkaar velbinden. l\,4
oto r starten.
l\,4otortoerentalop ca. 900/m in aÍstellen. Aanqeqeven verstelwaarde (= basiswaarde) aÍ' lezen en noteren.
l\,4otortoerental langzaam verhogen. Het begin van de verstelling wordt door een hoger aantal graden aangegeven. l\,4otortoerenta I op het vo lgende testtoerenta I afstellen.
Verstelwaarde op de tesrer aflezen.
Ontsteking reviseren
54
Stroomverdeler-aandrijfasje uit- en inbouwen Stroomverdeler inbouwen Stroomverdeler contro leren
Ontstekins -
CentriÍugale verstellinq berekenen:
-
aÍgelezen verstelwaarde basiswaarde
centrif uga le verstelwaarde
d - Onderdrukverstelling
-vroeg- controleren
(voorgeschreven waarden
-
28
-
bladzijde 52)
Ontstekingstester en toerenteller volgens de gebruiksaanwijzing aansluiten.
Deze controle bij de volqende testtoerentallen her, ha len.
Beide o nderd ru ksla ngen weer op de onderdruk, doos aansluiten en het stationaire toerental aÍstellen. Schakelapparaat voor stabilisatie van stationair toerental aánsluitenb - Centriíugale ontstekingstiidstipverstelling met de stroboscooplamp controleren (voorgeschreven waarden - bladziide 52)
-
Tester volgens de gebruiksaanwijzing aansluiten. Onderdrukslangen van de onderdrukdoos los-
trekken.
-
Stekers van het schakelapparaat voor stabilisatie van het stationaire toerental lostrekken en met elkaar verbinden.
-
l\4otor starten.
l\4otortoerental op ca. 900/min afstellen.
-
Stroboscooplamp op schaal richten en verstelwaarde (= basiswaarde) noteren.
Motortoerental langzaam verhogen. Het begin van de verstellinq wordt door het zich verplaatsen van de k erÍ aangegeven.
-
l\4otortoerental op het volgende testtoerenta I afstellen, de kerf met het stelwieltje van de stÍo, boscooplamp,.terughalen" en verstelwaarde aflezen. Centrifugale verstelwaarde berekenen: aÍgelezen veÍstelwaarde basiswaarde
centriÍuqa le verstelwaarde
Onderdruktester tussen carburateur en onderdrukdoos -vroeg aansluiten. Tester op door-
ga
ng schakelen.
Onderdrukslang van de onderdrukdoos -laatlostrekken. Stekers van het schakelapparaat voor stabiljsatie van het stationaire toerental lostrekken en met elkaar verbinden. lvlotor starten. l\,4otortoerentalop ca. 900/m in afsteilen. ContÍole met de b.d.p.-voeler: Aangegeven verstelwaarde (= basiswaarde) aÍlezen en noteren.
Controle met de stroboscooplamp: Stroboscooplamp op de schaal richten en verstelwaarde (= basiswaarde) noteren. l\,4otortoerentalverhogen tot de tester een hogere
-
Deze controle bij de volgende testtoerentallen
onderdruk aangeeft dan de waarde van het ver-
herhalen.
steleinde.
-
onderdrukdoos aansluiten en het stationaire toerental aÍstellen. Schakelapparaat voor stabilisatie van stationair toerentalaansluiten.
-
B
eide onderdrukslangen weer op de
c - Onderdrukdoos op lekkage controleren
-
Onderdruktester volgens de gebruiksaanwijzjng aanslu iten.
Bij draaiende motor (ca. 2500/min) controleren, of er onderdruk van de carburateuÍ naar de onderdrukdoos komt. Als er geen onderdruk wordt aangegeven, is de onderdrukaansluiting in de car-
-
bUrateur verStOpt. lvlotortoerental verhogen, tot een hogere onderdruk op de tester wordt aangegeven als de testwaarde van het veÍsteleinde. Onderdruktester zo schakelen. dat deonderdrukaan de kant van de onderdrukdoos wordt vastgehouden.
Onderdruktester zo schakelen. dat de druk aan de kant van de onderdrukdoos wordt vastqehouden. l\,4otortoerental op ca. 900/min afstellen. Bij de onderdruktester de onderdruk op de test-
waarde - versteleinde laten zakkerr. Verstelwaarde vaststellen
Onderdrukverstelling berekenen
:
verstelwaarde
-afgelezen basiswaarde
-
lrqg dr!!g!19llf9l9e
Beide onderdrukslangen aansluiten en stationair toerental aÍstellen Schakelapparaat voor stabilisatie van stationair toerentalaansluiten.
l\,4otor afzetten. De aangegeven onderdruk mag binnen 1 minuut maximum 10% zakken. Anders is de onderdrukdoos oÍ de slang lek.
Ontsteking
reviseren
Stroomverdelercontroleren
EE rrrJ
28
ontsteking e - O nderdru kverste
lling
controleren
-
laat
(voorgeschreven waarden
-
-
-
SPANNING EN WEERSTANDEN CONTROLERÊN
met b.d. p.-voeler
bladzijde 52),
Ontstekingstester en toerenteller volgens de gebru iksaanwijzing aansluiten. Stekers van het schakelapparaat voor de stabilisatie van het stationaire toerental lostrekken en met elkaaÍ verbinden.
Ontstekingstijdstip controleren en zonodig afste
llen.
Beide onderdrukslangen van de onderdrukdoos lostrekk en.
-
Ivlotor starten.
-
B
l\4otortoerental op ca. 900/min afstellen. Bij de aangegeven verstelwaarde 5" optellen. Deze waarde met de voorgeschreven waarde voor
het versteleinde vergelijken.
-
eide onderdru kslanqen ad.slLr iten en sta liona ir
Voor de spannings en weerstandscontrole tester V. A. G 1 31 5 A gebruiken. Tester volgens de qebruiks-
toerentalaÍstellen. Schakelapparaat voor stabilisatie van stationair toerentalaansluiten.
aanwijzing aansluiten. ONTSTE KINGSKABE LS ONTSTOR INGSWE ER.
Í " OnderdrukveÍstelling -laat- mit de stroboscoop' lamp controleren (voorgeschreven waarden
-
STANDEN) CONTROLEREN
bladzijde 52).
Ontstekingstester en toerenteller volgens de gebru iksaa nwijzing aansluiten. Stekers van het schakelapparaat voor stabilisatie van het stationaire toerental lostrekken en met elkaar verbinden.
-
l\,4otor starten. lvlet de stroboscooplamp het ontstekingstijdstip
controleren.
-
Onderdrukslanq van de onderdrukdoos
laat-
los-
trekken. l\,4otortoerentalop ca. 900/m in aÍstellen.
-
De kerf met het stelwieltje van de stroboscooplamp,,terughalen" en de aangegeven waarde met de voorgeschreven waarde voor het versteleinde verqelijken. voorgeschreven
Onderdrukslang aansluiten en stationair toeren-
in k Ohm
talaÍstellen.
-
Schakelapparaaï voor sïabilisdtie van sïaïionair
foerentalaansluiten.
kabel tussen stroomverdeler en bougie
(inclusief steker) zonder radio met radio
1!O,2
6!1,2
kabel tussen bobine en sïrogmverdeler
(inclusief steker) zonder radio meï radio
F CO^
Onlstekino reviseren onLsiek'niskab"rsio'^lstoring,weersrandenr conL,oleren
0
1!O,2
Ontstekins BOBINE CONTROLEREN
SCHAKE LAPPARAAT VAN TRANSISTOR-ONTSTE
-
28
KING CONTROLEREN
Alle kabels aan de bobine losnemen. Hoogspanningskabel tussen bobine en stroomverdeler uit de stroomverdeler trekken en met de massa verbinden.
-
Stekerverbinding tussen schakelapparaat en
stroomverdeler bij de stroomverdeler lostrekken. Ontsteking inschakelen.
-
Spanning op klem 1 van de bobine meten. Voorgeschreven waarde: minstens 12 volt.
Aanwijzing: Als de spanning op klem 1 duidelijk onder de voor, geschreven waarde ligt, dan direcÍ de ontsteking u
itschakelen.
Groen'witte kabel van de steker {middelste ltg:1o-tl Weerstand tussen k lem l en
l5 meten.
Voorgeschreven waarde: 0,65 Weerstand tussen k lem
1
I
0,1
Í)
en 4 meten.
aan-
sluiting) met de massa verbindenSpanning op klem 1 van de bobine meten. Voorgeschreven waarde: minstens 12 volt. l\,4assaverbinding losnemen, de spanning op klem 1 moet kortstondig tot ca. 6 volt terLrglopen.
Voorgeschreven waarde: 4,0 11,0 kO
HALL.VOELER CONTROLEREN De werking van de hall-voeler kan met werkplaatsgereedschap neit worden gecontroleerd. Ook een controle van de weerstand is niet toegestaan. Als een
defect wordt vermoed, moet als test de stroomverdeler worden vervangen. Vervolgens het ontstek ingstijdstip controleren en zonodig aístellen.
fftt-,
Ontsteking reviseren Bobine, schakelapparaat van transistorontsteking, Hall-voeler
F-, controleren C I
V.A.G SerYice.
V.A.G
Techrfsche Mededeling. Volkswqgen TronsPorter Opbergen in de brochure:
2,0
Te kenmerken bladzijde:
44v
I - c ar b
u
Nr.
r at i emot
o
r,
ui tgave
juni
4
1979
Carburateurgeqevens vanaf 9-'79
lJi
schake lbak
tvoêri n!
notor
I
cu 002
rnr. 34 P0Sll-2
carburateur typ. onde
'li
071
1E
61
gi ngsnr.
62-
1
e
lÏ-2
34
63
64-
1
26
\
132,' '140
r'enluchtspmei er
140
stat.
5t
55
140
140
benzi nesproeier
stat. luchtsproeier r) crtra benzinesproeier *) extra Iuchtsproeier r)
A
C
132,'
hoo{dsproei er
IT-3
011 129 o2'lÀ 0?1 129 028
O?8
I
PDs
rechts
26
vsnturi
sprosl eÈ conbi nati
jri
POS
links
011 129 028 Yi
34
rechts
011 129 021
rdeel nr.
c
cu 003 083
ó32
34 POSIT-3
nks
ti
9-119
9-r ?9
ngsgaan
no to
au torna
45
4'
0, ?
0,?
opbrenqst acc.ponp,
onder.19o
c
cÀly' s raq
boven +240
C
cml sl
ag
c'r//slaq
zonder thsrÍostaat
I 0, t5 ! o,15
s,7 s,7
s,7 10,15 s,7 I o,15
inspui$i jpje, hooqte boven naad
l]ln
14
vloiternaaldzi tting
a
1,2
pakki ngri
ng onder
vlotternaaldzi tti
ng
qasklepsp'leet
:ï:i:ïïïi. tgsttosrentar afsteitoerenial C0-vaarde
.) groeier of kalíbrcerstukjc r{)
14
Z'ie aÍstel aanrijzi ngen op
Printed in Germany
kunnen
blz.
1,0
1'0
0,6,
a,6,
900
900: n
1/min
lil 850 lfl
vol-É
0,6:
8t0: Í o,ó: o,l
i/sin
0,3
niot Yerïanqen mrdsn
45
0.00.571 .204.32
4À
@
V.A.G SerYice.
Technische Mededelin g. Vol ksrro g en Tro nsporter
Nr.
Opbergen in de brochure:
2rO l-carburatiemotor, uitgave
Te kenmerken bladzijde
34
:
juni
f979
3
van 4/82
Brandstofsvsteem op lekkage controleren
Na reparaties aan de brandstofta-ït<, Ípet het braÍldstofsysteen, nadat de braridstoftank is ingebouwd,
als volgt op lekkage gecontroleerd
worden:
- Drie ontluchtingsslangen tussen brands Loftank en beide exPansietankjes -A- dichtklom:nen. - Overblijvende ontluchtingssla.ng -B- op tester V.A.G l37I aansluiten. - Ventlel -c- sluiten en tester
met bandventiel -D- verbinden.
Printed in Germany
oa).57
L2 .o3
,32
- Ventiel -C- largzaam zo ver openen t tot de meter 40 mbar aardijst, vervofgens ventiel s luiten. . Het brandstofsysteein is dicht, als na 5 ÍÍLinuten nog nrinstens 35 mbar worden afgelezen of de druk onveranderd gebteven of gestegen is.
-
A1s het systeen 1ekt, roeten de in bovenstaa:rde afbeetding getoonde verbildingen en de met een + gekennerkte plaatsen nret zeepschui-rn gecontrofeerd en zonodig afgedicht worden.
V.A.G Service.
V.A.G
Technische Mededeling. Vol kswo gen Tronsporfer Opbergcn in de brochure:
2,C
Te kcnnrcrker.r bladz4de:
5i, s3, 57
+) vervangt
14ecledel
Ho_lt-!lg .5.Loror l'li eu\.{e
I-
r
ca
bu
r
Nr l.
at i erno t o r
,
r
"*Y'w,
in!
t-,-r.ek
onderzoekingen en
de
opgedane erv ar i nqen met transjstoronlsteking en rei -gwer ce lra(hL een wi j,,iq,nq
"e'
.
Inhoud
blz.
Voorzorcsnaatreqe I en bjj de ornqar"rg r et trans i storontstek i ng Nal
bl-2. Schakel apparaat tran s i
l
l-voeler
.B
r
J llt4li!
(Ll
I
L3
ll4!_L_\/!!!ql
letsel enlof
schade aan
de
schakelde ontstek i ng aansluiten en Iosnener. Als de motor met stationair toerental moet draa ien zonder aan te ngen (b. v. b ij co' prcs: i e, moet de hoogspanningskabel (k1ern 4) uit de strootrverdeler getrokken en teger (ic assa qes
or i
nreten )
houden ,,,rorden.
- Starthulp nret snellaricr js slechts Lol lri-uui ncr,.or.\5,5 V .
''
-OegêStddn.
-
De motor mag a1leen bi j uitgeschakelcie onts Lek i ng schoongespoten worden.
Printed in
Germany
en
stor-
0.00.571 .zor.3?
-)
,
2
'4 r5
or'1's1., "'
i
ontsteking te vermijden, ntoel bij urerkzaarheden aan wagens mel transjstorontstekinq op hel volgende vrorden gelet: - Kabels van het ontstekingssysteelt - ook hoogspanni ngskabel s en testkabels - uitslujtend bij uitge-
-
con r oler
llall-voeler contro Ieren." '' Stat. l;oerenstabi I isatoir
ne control eren Slroomverde I er control eren
!qq! rg{s!4{g_r!j,,1_F L q_i.rsTlujlq ltET_
.l-i'ng
onl
Bob i
Jeneinde
/BI
ing nr 1 van 3/80
diqitale stat. toerenstabjl i sati e verei sen o' in d-. tes t aanwi j z j nqel
met
van
urtqave.tunl 19l9
Zowel bij elekIrjsch als punt'I assen dienen beide accuklemnen 1os
geromen
te
vrorden -
rnet def ecLe ontstek i r'g, ook als al lcen het vernroeden bestaaL, rrcger a1 l een afges l eept worden, a1s cie riek ers van lret schakel apparaat 1o:getro.ken z ij' . 0p klem 2 ( - ) geen condensàtoltÍl aanslu'iten. Stroomverdelerrotor 1 k O (kenr erk : R 1) niet door andere rotor vervanqen, ook niet voor het ontstoren v.rn de radio. Voor het ontstoreit mogen op de i.Jagens
hoogspann i nqsk abe
' i {
stander neL I stekers van 1 worden.
I
s
al I een weer-
lO en bougietot 5 kO gebruikt
Vo1
Techn i
sche
lvle
ded
emo
to
r
T
/87
A.anw i
re weerstand
con
tro
I
er en
ROTOR STROOI'IVERDTTTR CONTROLIREN
F6 3oil
bij
-
Al le aansluitingen losnemen.
-
0hmmeter tussen klem
-
bobine
i (-
)
en 4 van bobine aansluiten. l,ieer s t and neten: voorgeschreven: 2,2 - 3,5 kO
Primai
re weerstand
: Voorgeschreven: kenmerk:
contro I eren
ca. 1 kO R1
SCHAKELAPPARAAT ONTSTEKI
NG
CONTROTERIN
o-,
ne
in
o
Bob i
-
Stekers van toerenslabi I i satcr trekken en met el kaar verbi nden
orde
l
3r-
{rl r2P-L5T.
Alle aansluitinqen bij
bobjne
losnemen. Ohmmeter
15 ( + )
-
tussen klem 1 ( - ) en van bobine aansluiten.
l,Jeerstand meten.
Voorqeschreven: 0,52
-
A,16
4
1
j zi ng: A1s de voorgeschreven vraarden berei ki worden en er desondanks geen hoogspann i ng op de bob i ne staat, moeten Hal l-voeler en schakelapparaat gecontro.leerd en de bobi ne zonodi g vervangen worden.
BOBlNE CONÏROLERTN
Sekundai
nr.
kswagen Transporter
2,0 1-carburati
I ing
e
(pijl).
Techni sche lvlededel ino
Volkswagen Transporter
2,0 1-carburati
emo
tor
nr. 1 I/gI
0ntstek i ng i nschakel en. Voorgeschreven: mj nsten s 2 volt, moet na ca.7 - 2 seconden tot 0 teruglopen. Anders schakelapparaat en bobi ne vervangen.
Kabel van Hall-voeler (middelste aansluiting) even tegen nassa tippen, de spann i nq moet even tot ca. 5 - 6 vo 1t oplopen, anders kabelonderbreking opsporen of schakel apparaat vervangen. 0ntstek i ng ui tschakel en.
Spann i ng tussen contact 4 en 2 van steker met voltmeter
meten.
0ntstek i ng i nschakel en, voorgeschreven: cd. accuspann j ng, anders onderbrek i ng vo'lgens schema opsporen en ophef f en.
0ntstek i ng u itschakel en.
Stekers weer op schakelapparaat ontsteking aanslu.iten.
tmeter op buitenste contacten van Hal l-steker (stroonrverdeler) ddnsluiLen. Vo I
Steker van Hal I -voel er (stroomverdeler) trekken.
0ntstek i ng inschakelen. Voorgeschreven: m instens 5 vol
t.
Aanwijzing.:
Als de voorgeschreven viaarden bereikt worden en er desondanks een storing bl ijft, ffoet het schakel apparaat vervangen, resp. een onderbreking tussen Hall-steker en schake'1 apparaat opgespoord en opgeheven worden.
tmeter tussen klem 1 ( en 15 ( + ) van bob i ne aanVol
sluiten.
)
Vo
Techn j
l kswagen
nr.
Transporter
2,0 l-carburatiemotor
sche l"lededel i ng
1/B
1
1
HALL-VOTtTR CONTRt]LTREN a Schakel aar in orde. I Bob i ne in orde. t Kabel tussen schakel apparaat en stroomverdel er in orde. Stekers en aansluitingen van
stroomverde I er, Hal en schakel apparaat
l-voeler
in
orde.
Stekers van toerenstabi I isatie getrckken en met elkaar verbonden.
Aanwijzing: Daar zolrel de (constructieve) inwendige l^reerstand van de steker a1s de omgevingsterfperatuur het meetresu I taat sterk beïnvloeden, dient tester Vl,l 1315 A gebruikt te l^rorden. Genoemde voorgeschreven f.odr rer gel den voor p6. 9. gev ingsterperot,ur vdn 0 Lot +40u C.
ilililu".nieting
van de delen te vermijden, elektri sche moet voor het aansluiten van de
testkabe ls eerst de toets ,,Vo1t' van de tester i ngedrukt worden.
Tester V.A.G 1315 A tussen contact 6 en 3 aansluiten. 0ntstek i ng inschakelen.
'rr.as ."1 Je h;nd 1,ngz,lar in urrroii i, 6 i"g ver Jer drrd.en crr neter hierbij gades 1aan. Aa.nl.riizing:
Door het verder draai en van de krukas veranderi in de s1-roomverdeler de stand van het masker t.o.v. de Ha I
4 uit trekker en via s Lroomveroe I er
Hoogspanningskabel klem
l-voeler.
Voorgeschreven: 0 tot 0,7 volt met masker bu i ten Hal I -voel er
hulpkabel met massa verbi nden.
1,8 volt tot
Beschermrubber van steker op schakel apparaat stropen, de steker bl ijft echter aangesloten
spann i
accu-
ng met mas k er bi nnen Hal I -voel er Anders is de Hall-voeler defect en moet de stroomverde ler vervangen vlorden.
Techn
ische
Vo'1 k
2,0
Ívledede 1 i ng
SCHAKELAPPARAAT TOERENSTAB ]
(DLS)
L
swagen Tr an s porter 1 - c arb u r at i emotor
nr. 1/81
ISATOR
CONTROLEREN
Aanwjjzing:
l^Ja g
en
s met automati.g
Bij
-
lvlotor starten en met testen wachten, tot de automat ische choke bu i ten werk i ng is.
Als hierdoor de storing opgeheven is,
-
Al le elektrische verbruikers i nschakel en, b. v, achterruit, groot I i cht, enz.
-
Voetrem i ntrappen.
startmoei l ijkheden of wegbl ijven vonk, stekers van toerenstabi I i sator trekken, met elkaar verbinden en motor starten. moeten de contactpennen en -hulzen in bei de stekers gecontrol eerd t,^torden, ze rtlogen niet beschad i gd of teruggedrukt zijn. Anders toerenstabilisator vervangen.
Tester V.A.G 1315
A
gebruiksaanwijzing
-
Handrem stev i
Atte n t
ie
volgens
wagen bev i nden.
met schake lbak
-
lvlotor starten en toerental even verhogen (gasstoot ) .
-
Voetrem i ntrappen. Ivlotor
statjonair laten draaien,
ontste@ nof eren
.
4e Versnelljng i nschakel en en koppel ing langzaam op Iaten komen.
r
-
lYet keuzehende 1 versnel l ingsberei k inschakelen. r Het ontstekingstijdstip moet bij terug I opend toeren t a I beneden 940/mi
!
0n veiligheiosrederen er op leLLen, daL er z ich qeen personen voor de
i,Jagens
statjonair laten draaien,
ortsie@ noteren.
aansluiten.
g aantrekken.
Nlotor
Het ontstekingstijdstip moet bij teruglopend toerental beneden 9{0/min in richting
Ïodg--
verscFuïven
toerenstabi
Ii
,
an
der s
sator vervangen.
n in richting
ïFoe g:-Ïéfs c-fu i v en , an der s toerenstabi I j sator vervangen,
1
V.A.G Service.
V.A.G
Technische Mededeling. Vol kswo gen Tronsporter Opbergen irr de brochurc:
2,0
I - c ar
Te kcnnterkerr bladzijde
52,
53
:
+) v-"rvangl Technische [iededeling
bu
r at i
emo
t
o
2
Nr. r
u
i
lqave
juni
x
van
19/9
1/81
nr
2, uitqave
5/30
]rciu-tlqryllflll_ry Nieul're^onderzoekirgen en de.opgedane ervaringen nret transist0rontsterifg en digitale slal-. t o e r e n s t a b j l i s a l i e verei sen nèt terugr,rerhencie kraclrt en','qilriging 'in de restaanr,rr j z i ngen . 0llTSTtl(IIIGSTIJDSTIP C0rlTlr.0LtREtt tt,t AFSTtLLili
, Dc orlstek I ng hoeft al leen te r'rorden I afgesl e 1o, a1s de les l!,/aarJÊf n i et o"' Lu']"11 f ol I 0l ieleritperatlur ninsl.r:ns 60o C
(tot
dusver 300 C)
0nlslek i f gsil jdsli voorgeschtever: 5
p
af sl-el l
er,
10 na b.,-l . p. (rot rlusvcr gcel +
Lol crarrlie)
4glwLj-z-IU. rils de lcst,rraai'de liet bereiltt l.;ordI moet de ontlerdrukverstcl li n,o I aat" ,l lo-4. , C'lrul l l, r'ó i Undci'drLrksl an! van,, latc"-doos op s lroo rverdc I er trck ker ef v-êr-
schuiving onlstekinqslrjdstip aflezen. De onderdrukvcrstei 1i ng ,, aat" is ir orde, als heL o !-r Lstel
het o n t s t e k i n g s t i j s t i p niet, verschuifl, rrroet cie oorzaal< in te ver geoperrde gasklcp(pen) a1s gevolg var een verkeercl afgeste lde ,'ek l,ncí^ ). ' .p. -e r- rzirr;.-
/',1s
cl
schroev (en ) .
Trekstang 22-455 op Stekers varr toerenstabi I i sator (DLS ) trekken en met elkaar verbir'-en. Stat. toerenta I control eren en zonodi q afstel len. Voorgeschreven: 850 + 50/mi n 0ntstekingsti jdstip control eren, \ ooi gesehr.ven: J - 60 '" b.cJ.p.
(lot d,sver 5" 'a
b.d.P.)
Printed ln Germany 0.00.571 .2A2.3?
af
stel len , zie afb.
b\z.
47.
Begrenzingsschroef af stel l en, zie afb. 22-056 op bl z. 48.