2011
Inhoud
Geschiedenis van de Stichting ................................... 4 Voorwoord .................................................................. 5 De Stichting ................................................................ 6 Medezeggenschap ..................................................... 7 Missie en visie ............................................................ 8 Beleidsontwikkelingen ................................................ 9 identiteit onderwijs kengetallen ............................................................... 10 personeel ................................................................. 11 overige ontwikkelingen ............................................. 11 Financiën en beleid .................................................. 14 Financiële kengetallen .............................................. 17 Balans ...................................................................... 18 Staat van baten en lasten ......................................... 19 Organisatiegegevens ............................................... 20 Verklarende woordenlijst .......................................... 21
3
Geschiedenis
De geschiedenis De Stichting PCOAZ is in haar structuur een relatief jonge organisatie. De huidige Stichting is ontstaan in 2003 uit een fusie van de Stichting voor PCO te Zwijndrecht en de Vereniging CNS te Alblasserdam. Beide organisaties hebben echter al een lange onderwijsgeschiedenis. In 2011 is de speciale school voor basisonderwijs De Burcht te Ridderkerk tot onze Stichting gaan behoren.
Alblasserdam Het voormalige CNS was al meer dan 125 jaar vertegenwoordigd in de gemeente Alblasserdam. De eerste school die deze Vereniging stichtte was de school met de Bijbel aan de Kerkstraat (De Schalm).
Zwijndrecht PCO is ontstaan in 1980 uit een fusie van de schoolverenigingen CVO, COCO en PCO, alle gevestigd in Zwijndrecht. De ontstaansgeschiedenis gaat terug tot 1885. Er was toen sprake van de stichting van een lagere school in de wijk Centrum (Kerkstraatschool) en een school in Groote Lindt. In 1922 kwam er een nieuwe school bij aan de Juliana van Stolbergstraat (Julianaschool). CNS: CVO: COCO: PCO:
Christelijk Nationaal Schoolonderwijs Vereniging voor Christelijk Volksonderwijs Vereniging voor Christelijk Onderwijs en Christelijke Opvoeding Protestants Christelijk Onderwijs
(1866 - 2003) (1860 - 1980) (1880 - 1980) (1980 - 2003)
Ridderkerk De Vereniging voor Christelijk Speciaal Onderwijs te IJsselmonde-Oost beheerde een speciale school voor basisonderwijs De Burcht. Deze is in 2001 ontstaan uit de voormalige school voor lom-onderwijs De Arend en de school voor mlk-onderwijs De Open Hof.
4
Voorwoord
Voorwoord In dit jaarverslag legt het bestuur van de Stichting PCOAZ verantwoording af over het gevoerde beleid in het jaar 2011. Werkwijze beleid en voortgang De Stichting ontwikkelt zich gestaag en bij ontwikkeling hoort beleid dat gepland en cyclisch van aard is. Planningen voor een jaar, maar passend binnen een meerjarenplanning. Plannen geeft rust en duidelijkheid aan de medewerkers van de Stichting; het houdt de Stichting op koers. Het geeft ook aan waar de keuzes zijn gemaakt. Daarmee beschermt de planning, zonder star te willen zijn, tegen allerlei ad hoc invloeden. Wij hanteren daarvoor een zelf ontworpen webbased beleidsontwikkelsysteem. Onze planning en voortgangsbewaking zijn aan dit systeem gekoppeld en geven daardoor inzicht aan iedereen die verbonden is aan de Stichting en aan de Inspectie van het Onderwijs. Daarnaast heeft het systeem een openbaar deel waar de beleidsuitgangspunten en de meerjarenplanning inzichtelijk worden gepresenteerd. Financiën en het beleid Het financiële klimaat in Nederland is zodanig dat de uitwerking daarvan merkbaar is in het onderwijs. De ontwikkelingen staan in de schaduw van de huidige en aankomende bezuinigingen, onder andere op Passend Onderwijs. Hoewel de bedoeling bij de lumpsuminvoering een vergroting van de beleidsvrijheid en -ontwikkeling was, moeten we constateren dat in deze jaren het beleid de financiering volgt. Binnen die beperktere mogelijkheden kiest de Stichting PCOAZ haar eigen weg. Het jaarverslag, een verantwoording Dit jaarverslag is bestemd voor iedere belangstellende. Dat zijn veelal groepen of individuen met wie de Stichting samenwerkt. Daarnaast voor de subsidieverlener, de overheid. Voor alle overige geïnteresseerden is een exemplaar beschikbaar via het beleidsdeel van onze website. Onder de ouders van onze scholen wordt een populair jaarverslag verspreid. Namens het bestuur,
Dr. Ir. Iekje Berg (voorzitter)
Ad Vos (secretaris)
5
Stichting Protestants Christelijk Onderwijs Alblasserdam-Zwijndrecht
De Stichting De Stichting beheert elf scholen voor basisonderwijs en een school voor speciaal basisonderwijs. Zij doet dat op de manier van ‘zelfstandig als vanzelfsprekend, maar gezamenlijk waar het kan of slimmer is’. Zo verzorgen de scholen basisonderwijs voor kinderen van 4 tot en met 12 jaar binnen en aansluitend op de omgeving waarin de school staat. De basisscholen maken hierbij deel uit van het samenwerkingsverband Zuid-Holland Zuid (40.01). De speciale school De Burcht maakt deel uit van het samenwerkingsverband Samen School Zijn (39.05) en ondersteunt de basisscholen in die regio. Zij doen dat vanuit de protestants christelijke levensovertuiging. In de school geven onze medewerkers vanuit die levensovertuiging invulling aan onze opdracht. Sfeer, omgang met elkaar, vieringen en professioneel handelen zijn daarbij uitingsvormen van de waarden en normen die wij hanteren. Ouders met jonge kinderen zijn op zoek naar een school voor hun kind. Naast levensbeschouwing wordt ook gekeken naar afstand, aanbod, activiteiten et cetera. Vanuit onze identiteit is er in beginsel geen belemmering voor welk kind dan ook om toegelaten te worden tot één van onze scholen. Op welke grond er ook door ouders zelf gekozen wordt, wij vinden het gesprek tussen de ouder en de school van groot belang. Centraal hierbij staan: onze christelijke levensbeschouwing, passen we bij elkaar en biedt onze school de beste ontwikkelkansen voor het kind? Elk van onze scholen werkt hard aan de kwaliteit van het onderwijs en doet dat op eigen wijze. Vaak is er sprake van enige vorm van specialisatie zoals sport, cultuur of techniek. Eén ding staat daarbij voorop: hoe het accent ook gelegd wordt, het kind staat centraal. De ontwikkelingen rond Passend Onderwijs sluiten naadloos aan op ons werken en onze ambities. Ouders kennen hun kind het beste. In het kader van educatief partnerschap hechten wij veel waarde aan een nauwe samenwerking. Die samenwerking stimuleert het kind om zich goed te voelen en nog beter te leren.
Het bestuur Het bestuur van de Stichting bestaat statutair uit zeven leden. De bestuursleden vergaderen structureel vijfmaal per jaar. Dit doen zij gezamenlijk met de algemene directie, waarbij de algemeen directeur als secretaris aan het bestuur is toegevoegd. De bestuursleden zijn aangezocht op basis van competenties en specifieke vakkennis.
taak uit in nauwe samenwerking met de directeur onderwijs&personeel.
Het bestuur stelt het beleidsplan en het jaarverslag van de Stichting vast. De uitvoering van het beleid en de totale aansturing van de Stichting heeft het bestuur gemandateerd aan de algemeen directeur. Hij voert deze
Het managementstatuut tussen bestuur en algemeen directeur, maar ook tussen algemeen directeur en directeuren geeft duidelijkheid over communicatie, verwachtingen en taakverdeling.
6
Op grond van dit beleidsplan en de managementrapportages houdt het bestuur toezicht op het uit te voeren beleid en de voortgang van de ontwikkelingen en ondersteunt het de algemeen directeur.
De Code Goed Bestuur (PO-Raad 2010) wordt integraal nageleefd door het bestuur. Afgesproken is dat gedurende het schooljaar 2011/2012 geoefend wordt volgens het Raad van Toezicht-model. In 2012 wordt besloten volgens welk model de scheiding tussen ‘besturen’ en ‘toezicht houden’ formeel wordt geregeld. Tevens zal dan de ‘Code’ worden geëvalueerd en vinden waar nodig aanpassingen aan de nieuwe situatie plaats. Hiervan zal verslag worden gedaan in het verslagjaar 2012.
Gemeenschappelijke Medezeggenschap
In 2011 kwam de GMR vijf keer bij elkaar. Per januari werd de waarnemende status van De Burcht omgezet in een reguliere vertegenwoordiging, omdat na de fusie De Burcht de twaalfde school binnen PCOAZ is geworden. Daarmee kwam de algemene zetel, om een evenwicht tussen het aantal ouders en personeelsleden tot stand te brengen, te vervallen. Henriët Gerritsen nam het voorzitterschap op zich en Femke van der Rhee het vicevoorzitterschap. Er is beraad geweest over het eigen functioneren dat tot een aantal verbeterpunten heeft geleid. Er zal onder andere een cursus op maat worden georganiseerd. Onderwerpen die aan de orde kwamen:
1. Schooltijden
2.
3.
4.
5.
De GMR heeft ingestemd met 8x940 uur lestijd gedurende de basisschooltijd. De gevolgen voor de leerlingen, de leerkrachten en de ouders worden besproken. Het proces van informatie, enquêtes en uitproberen wordt gevolgd. Financiën De inkomsten verminderen door lagere subsidies en een lichte terugloop van het aantal kinderen. Het personeelsbestand zal moeten inkrimpen. Ombuigingsvoorstellen worden besproken. Hierbij levert de vermindering van lesuren tot de vergoedingsnorm een flink bedrag op. Met het beleid ‘Interne groei en krimp’ wordt ingestemd. Zorgplan van het samenwerkingsverband Zuid-Holland Zuid (40.01) Het zorgplan van het samenwerkingsverband wordt goedgekeurd nadat duidelijk is geworden dat met kritische opmerkingen serieus rekening wordt gehouden. Functiemix Er worden extra inspanningen gedaan om leerkrachten te laten solliciteren naar een LB of LCfunctie. De landelijk overeengekomen percentages worden vooralsnog niet gehaald. Dit kan leiden tot vermindering van het daarvoor beschikbare budget. Medezeggenschapstatuut Dit wordt vastgesteld. Dit is een
tweejaarlijkse verplichting.
6. Identiteit Wat is de meerwaarde van het christelijk onderwijs van PCOAZ-scholen ten opzichte van de omringende scholen? Directies hebben daarover een studiedag gehad. Een gedragscode is in voorbereiding. 7. Fusie PCOAZ met De Burcht De fusie van De Burcht met PCOAZ per 1 januari 2011 is goed verlopen. Er is respect geuit voor de inspanningen van het team van De Burcht in de afgelopen periode. 8. Klachtenregeling Hiermee wordt ingestemd.
7
Missie en visie
Missie ‘Kwaliteit en professionaliteit’ vormen de missie en zijn herkenbaar in de organisatie. Wij doen dit uit ‘overtuiging, vertrouwen en optimisme'.
Visie 1. op onderwijs De maatschappij is pluriform, open en gericht op het individu in relatie tot de omgeving. Vanuit haar christelijke opdracht wil de Stichting onze leerlingen, samen met de ouders, voorbereiden op die maatschappij. Kernbegrippen daarbij zijn autonomie, competentie en relatie, waarbij bijzondere aandacht is voor de enigheid van het kind, de zorg voor elkaar en de samenwerking in een omgeving van saamhorigheid.
2. op personeel Onze leerkrachten zijn gericht op de ontwikkeling en mogelijkheden van kinderen, op het aansluiten bij hun ontwikkelingsbehoefte en op hun talenten. Daartoe bekwamen zij zich in doelgericht en adequaat handelen. Omdat niet iedereen hetzelfde ontwikkelingsniveau heeft, kunnen onze leraren stapsgewijs werken aan hun competenties die een onderdeel vormen van een carrièrelijn.
3. op bestuur en management 'Besturen en leidinggeven' is een samenspel dat gericht is op het bereiken van doelen. Het besturen heeft daarbij een belangrijke relatie met het toezicht op de organisatie. Leiderschap is cruciaal voor een doelgerichte beweging in de Stichting. Het wordt gegeven met lef, flexibiliteit en vasthoudendheid .
8
Beleidsontwikkelingen
Het bestuur heeft er in 2007 voor gekozen om beleid op drie onderdelen consequent en vasthoudend in te zetten. Het bestuur heeft daarmee doelen voor ogen en is vastbesloten deze doelen te bereiken. Deze drie beleidsonderdelen zijn: i Identiteit i Onderwijs: passend onderwijs i Personeel: personeelsontwikkeling Deze drie onderdelen worden hieronder beschreven.
IDENTITEIT In 2008 heeft het bestuur een eerste identiteitskader vastgesteld. Vanuit dit eerste kader is binnen de organisatie de discussie rond onze identiteit gestart. Het is belangrijk eenzelfde ‘taal’ te spreken zodat we van elkaar weten waar we het over hebben. Daarnaast is bezien hoe het personeel, de GMR en de MR-en aankijken tegen de eerste kaders. In 2011 is het vastgestelde beleid op de scholen in werking getreden. In 2012 e.v. zal de voortgang van dit beleid gemonitord worden. In 2015 is een Stichtingbrede evaluatie voorzien.
ONDERWIJS: PASSEND ONDERWIJS 1-ondersteuningsroute De scholen bereiden zich voor in het kader van de wet Passend Onderwijs om een goed onderwijsaanbod te kunnen geven op de (hulp)vragen die kinderen en hun ouders stellen. Dit wordt gestalte gegeven vanuit de visie handelingsgericht werken en denken (HGW). Deze visie gaat uit van het vroegtijdig ontdekken en wegnemen van belemmeringen in leren en ontwikkeling. De 1ondersteuningsroute is een structuur die in scholen wordt ingevoerd om vraag en aanbod goed op elkaar af te stemmen en te waarborgen. In 2011 hebben alle scholen het scholingstraject ‘handelingsgericht werken’ afgerond. De leerkrachten hebben zich het systeemdenken eigen gemaakt om kinderen adequaat te kunnen begeleiden. Hierdoor is de uitstroom naar het speciaal basisonderwijs zowel in Alblasserdam als in Zwijndrecht afgenomen. De scholen zijn in het kader van deze voorbereidingen gestart met het schrijven van hun ondersteuningsprofiel: ‘wat kunnen we, wat kunnen we niet en wat willen we leren’. Het instrument ‘InSchool’ helpt de teams om mogelijkheden en onmogelijkheden in kaart te brengen. Nog steeds zien we dat een toename van expertise en pedagogisch/didactisch handelen extra werkzaamheden voor directeur en leerkracht met zich meebrengt. Deze werkzaamheden bestaan vooral uit administratie, overleg, gesprekken en verslaglegging.
In 2012 e.v. staat verdere borging binnen het onderwijs op de scholen gepland. Bovendien zullen de ondersteuningsprofielen en daarmee het Stichtingsondersteuningsprofiel bekend worden. Op basis daarvan zal de ondersteuningstoewijzing vanuit het samenwerkingsverband 40.01 plaatsvinden.
VVE (voor- en vroegschoolse educatie) In de gemeenten Alblasserdam en Zwijndrecht werken de scholen samen met de peuterspeelzalen en de kinderopvang (voorschool). In de praktijk betekent dit dat in de proactieve aanpak die in 2010 is ingezet een aantal stappen gezet is op het gebied van de doorgaande lijn, ouderbetrokkenheid en nauwere samenwerking. Resultaat hiervan is dat op de Julianaschool, Impuls, Loopplank, Margrietschool en De Kim medewerkers van vooren vroegschool in teamverband optrekken. In september 2011 heeft de Inspectie een aantal schoolbezoeken ‘aansluiting VVE’ uitgevoerd en de kwaliteit van de samenwerking op de verschillende locaties als voldoende tot goed gekwalificeerd.
Rekenverbetertraject In 2011 is het rekenverbetertraject afgerond. In 2008 was subsidie aangevraagd bij de PO-Raad en verkregen. Voorlopige conclusies wijzen uit dat er verbetering is behaald. Naar aanleiding van de samenwerking is regulier overleg ontstaan tussen de rekenspecialisten op de scholen. Daarnaast is rekenen en wiskunde een vast onderdeel geworden in het nascholingsaanbod voor leerkrachten binnen de Stichting.
De Burcht en het samenwerkingsverband Samen School Zijn (39.05) [RiBa] Sinds 2011 valt sbao De Burcht onder het bevoegd gezag van de Stichting PCOAZ. De school heeft inmiddels een centrale rol in de ondersteuning van de leerlingenzorg op de scholen van het samenwerkingsverband RiBa. Bij de realisatie van de wet Passend Onderwijs zal de school bij de ondersteuningstoewijzing steeds meer een ondersteunende rol vervullen ten behoeve van het reguliere onderwijs. Door deze werkwijze wordt de mis-
9
Kengetallen
2008
2009
2010 2011
Totaal FTE
148
139
133
177
sie van het samenwerkingsverband, namelijk handelingsgericht en schoolnabij onderwijs, realiteit. Het is de bedoeling dat De Burcht in 2012 het expertisecentrum van het samenwerkingsverband wordt.
Totaal personen
227
229
228
256
Inspectie van het Onderwijs
Totaal mannen
34
37
30
41
Totaal vrouwen
193
192
198
215
Leerlingenaantal
2008
2009
2010 2011
Stitching PCOAZ
2487
2465
2410 2511
In 2011 zijn zes scholen bezocht in het kader van proportioneel toezicht. Daarnaast heeft op bestuursniveau het jaarlijks overleg plaatsgevonden. Met de Inspectie is in goed onderling overleg gewerkt om de kwaliteit van onze scholen op peil te houden en verder te ontwikkelen. Naar verwachting zullen alle scholen in 2012 onder het basistoezicht vallen.
Personeel in dienst
Eindopbrengsten
De eindopbrengsten geven een beeld van onze prestaties, maar dit is een momentopname. Resultaten op de langere termijn laten zien dat al onze scholen onder het basisarrangement van de Inspectie vallen. 540 538 536 534 532
schoolscore
530
landelijk
528 526
Ziekteverzuim personeel 9 8 7 6 5 4 3 2 1 0 jan
feb
mrt
Landelijk
10
apr
mei
jun
PCOAZ-2011
jul
aug
sep
PCOAZ 2010
okt
nov
dec
Ontwikkelingen
PERSONEEL: PERSONEELSONTWIKKELING De functiemix Om het loopbaanperspectief en de beroepskwaliteit van leraren te verbeteren is in de CAO 2009 de functiemix voor leraren vastgelegd. De Stichting heeft in 2006 al een aanzet gegeven om het carrièreperspectief voor leraren gestructureerd vorm te geven. In de jaren 2007 en 2008 zijn bekwaamheidsprofielen ontwikkeld en is er mee geëxperimenteerd op de scholen in de gesprekken tussen leerkracht en directeur. In 2011 is de CAO-percentagenorm bijna gehaald: 15,2%. In 2012 zijn activiteiten ontplooid om verder invulling te geven aan de invoering van de functiemix. Deze is met name gericht op scholing om personeelsleden in staat te stellen te voldoen aan de vereiste kwalificaties. De doelstelling om in 2014 de wettelijk gestelde norm te halen, willen wij met dit ingezette beleid realiseren.
De beheersing van uitkeringen na ontslag Zoals in elke organisatie is er binnen de Stichting een bepaalde mate van verloop. Dit verloop kan ontstaan door het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd, door een carrièrestap of door eigen ontwikkeling. Er is landelijk beleid ontwikkeld om leerkrachten in staat te stellen hun eigen beroepskwaliteit te verbeteren. Dit biedt echter geen garantie dat iedere leerkracht daar succesvol in is. Het beleid van de Stichting is erop gericht deze leerkrachten verder te helpen door scholing en ondersteuning. Wanneer dit niet leidt tot het gewenste resultaat, wordt de leerkracht in goed onderling overleg geholpen in het vinden van ander werk. In 2011 hebben geen personeelsleden de Stichting verlaten die aanspraak maakten op enige vorm van uitkering.
OVERIGE ONTWIKKELINGEN Binnen de drie grote beleidsgebieden vinden intensieve inhoudelijke trajecten plaats die in alle lagen van de Stichting worden ervaren. Hierdoor ontstaat een sterk gevoel van samenhang en integrale ontwikkeling. Dit
bevordert de samenwerking en het kwaliteitsdenken en scherpt iedereen in de opdracht van de Stichting, namelijk het verzorgen en realiseren van kwalitatief onderwijs dat aansluit bij de behoefte van kinderen. Naast deze drie grote beleidsgebieden hebben zich allerlei andere ontwikkelingen voorgedaan die deze en andere beleidsterreinen raken. Deze ontwikkelingen waren en zijn gericht op het verder professionaliseren en profileren van de Stichting.
De fusie De Vereniging Christelijk Speciaal Onderwijs te IJsselmonde-Oost heeft, na uitvoerig vooronderzoek, te kennen gegeven in de Stichting PCOAZ een kwalitatief goede fusiepartner te zien. De Vereniging beheert één speciale school voor basisonderwijs binnen het samenwerkingsverband 39.05. In 2011 is na een succesvol fusietraject de fusie een feit geworden. Dat betekent dat De Burcht te Ridderkerk vanaf 1 januari dit jaar ressorteert onder het bevoegd gezag van de Stichting.
De begroting en rapportages In 2010 heeft er een mindshift binnen de Stichting plaatsgevonden. De omschakeling van onderwijs (financieel) denken naar financieel (onderwijs) denken heeft impact gehad op alle lagen van de organisatie. De in 2010 aangepaste begrotingssystematiek, de verwerking in de organisatie en de financiële controle en de overstap naar ProManagement Onderwijssupport hebben succes gehad. Er is vooral op bestuurs- en directieniveau optimaal inzicht in de baten, lasten en begrotingsuitputting van de school en de Stichting. Het behaalde resultaat is conform de begroting. In 2011 is de begrotingsdiscipline gehandhaafd wat heeft geleid tot het behalen van het begrote exploitatieresultaat. Tevens is een nieuwe planning ontworpen voor het begrotings- en jaarrekeningtraject voor de komende jaren. In 2012 wordt niet afgeweken van de ingezette financiële koers.
11
Ontwikkelingen
De digitale facturenstroom en boekhouding Een betrouwbare en efficiënte financiële administratie kan gevoerd worden als de logistiek van de facturen tussen alle scholen en de financiële administratie optimaal verloopt. Dit kan met een webbased georganiseerde facturenstroom waarbij de facturen centraal binnenkomen en worden verwerkt. In 2011 is de digitale facturenstroom via internet gerealiseerd. De directeuren kunnen via internet realtime de boekhouding van hun school inzien.
Bestuurscentrum Voor de organisatie en het beheer van de Stichting heeft het bestuur in 2000 een bestuurscentrum ontwikkeld. Deze huisvest de algemene directie en ondersteuning van het bevoegd gezag. In de jaren die volgden zijn de activiteiten op bestuurlijk niveau toegenomen. Deels door externe factoren als intensievere samenwerking en participatie, deels door interne factoren, als reorganisatie en samenwerking met een administratiekantoor. In 2010 is uitgekeken naar een ander onderkomen. In 2011 is het bestuurscentrum, na vergelijkend onderzoek tussen twee locaties, verhuisd naar twee lokalen in de zojuist gerenoveerde Julianaschool. Deze plaats past ruim binnen de financiële mogelijkheden van de Stichting voor deze activiteiten.
Communicatie De directeuren hebben in 2011 een training klantgerichtheid gevolgd. Als gevolg daarvan is meer aandacht gegeven aan klantgerichtheid binnen de scholen.
Klachten Daar waar intensief wordt samengewerkt tussen leerkrachten, kinderen en ouders speelt communicatie een grote rol. Er wordt van alles gedaan om deze communicatie zo goed mogelijk te laten verlopen. Toch kan het weleens voorkomen dat dit niet lukt. Daarvoor heeft de Stichting een klachtenprocedure. De Stichting hecht er aan, in samenwerking met de vertrouwenspersonen, om klachten zo goed mogelijk op te lossen. Hierbij is ‘praten met elkaar’ (de dialoog) om te komen tot elkaar goed begrijpen een voorwaarde. In 2011 zijn geen klachten ingediend.
12
Financiën
13
Jaarrekening
Financiën en beleid Inleiding In 2011 is het financieel beleid zoals ingezet in 2010 voortgezet. Dat betekent dat de begroting in overleg met de directeuren kritisch en doelgericht is opgesteld. Daarnaast is gedurende het boekjaar frequent de uitputting besproken met alle individuele directeuren met oog op de forecast. Het bestuur is daarbij stelselmatig op de hoogte gesteld van de ontwikkelingen.
De lumpsumfinanciering De lumpsumfinanciering is een maatregel die mede bedoeld is om de beleidsvrijheid op het financiële terrein te vergroten, de bedrijfsvoering van de scholen te vereenvoudigen en de bestuurbaarheid van de sector te verbeteren. Door financiering vooraf is er een eind gekomen aan het declaratiestelsel (2006). Dat maakt het in de hand houden van de overheidsbegroting onderwijs mogelijk. Het vergroten van de beleidsvrijheid en de vereenvoudiging van de bedrijfsvoering waren en zijn een uitdaging. Wij hebben dit dan ook met verve ter hand genomen. Hoewel de wil er was en is, blijkt de uitdaging groter dan verwacht. Wat aan de voorkant is versoepeld (regelgeving) is aan de achterkant versterkt (verantwoording). De afgelopen jaren is het controleprotocol significant uitgebreid. Daarnaast blijkt dat door de achterblijvende vergoeding ten opzichte van de kostenontwikkeling, de mogelijkheid van beleidsruimte minder groot is dan aanvankelijk verwacht. Er zijn in 2010 en 2011 diverse efficiency-slagen gepleegd. Daarnaast is een versobering van beleid en beleidsuitvoering doorgevoerd om de kostenontwikkeling door de achterblijvende vergoeding te compenseren. Al in 2010 is geconstateerd dat we tegen de grenzen aan (gaan) lopen van wat we kunnen realiseren met de beschikbare financiële middelen en dat dit zijn weerslag heeft op het onderwijs en de werkdruk van leerkrachten en directeuren. Ook in 2011 moet helaas geconstateerd worden dat hierin geen verandering is opgetreden. Sterker nog, er mag verwacht worden dat het financieel klimaat in het land gevolgen heeft voor de onderwijsfinanciën en dus voor de uitvoering op schoolniveau. Toch zijn wij niet pessimistisch. Realiteitszin en ambitie kunnen hand in hand gaan. De opgave blijft om binnen de financiële mogelijkheden vorm en inhoud te geven aan onze (levensbeschouwelijke) opdracht van passend onderwijs. Dat betekent dat er keuzes gemaakt moeten worden. De Stichting zal er alles aan doen om door het
14
maken van deze keuzes het primaire proces en passend onderwijs naar vermogen prioriteit te geven. Binnen en buiten de Stichting zullen wij samenwerking zoeken en over de eventuele mogelijkheden en onmogelijkheden van deze opgave proactief en open communiceren.
De beleggingen en liquiditeit In 2011 is door het bestuur conform het financieel statuut gehandeld. Dit statuut regelt de liquiditeits- en beleggingsmogelijkheden van de Stichting. De dagelijkse uitvoering is in handen van de algemeen directeur. Er zijn geen wijzigingen opgetreden in de beleggingen op de lange termijn. De beleggingen bestaan uit risicovrije deposito’s.
Investeringsbeleid De Stichting voert een actief beleid op het actueel houden van huisvesting, materieel en lesmethoden. Hiervoor is een meerjarenbeleid ontwikkeld. Voor huisvesting en onderhoud is in 2011 nadrukkelijk gekeken naar het beleid en de vergoedingsnorm. In de regel investeert de Stichting niet in huisvesting. Dit is primair de verantwoordelijkheid van de lokale overheid die hiervoor ook de middelen ontvangt. Het ICT-investeringsbeleid is gebaseerd op een meerjarenvervangingscyclus. Deze cyclus betreft componenten die qua technische ontwikkeling aan snelle veranderingen onderhevig zijn.
De financiële analyse Rijksbijdragen In het jaar 2011 heeft het ministerie de personeelssubsidies tweemaal geïndexeerd. Dit heeft plaatsgevonden voor het schooljaar 2010-2011 en het schooljaar 20112012. Hierdoor ontstonden extra inkomsten waarmee in de begroting geen rekening is gehouden.
Overige baten De gemeentelijke en overige baten zijn in de begroting met de nodige voorzichtigheid opgenomen. In werkelijkheid zijn de inkomsten hoger uitgevallen. Er is meer ontvangen uit de beide samenwerkingsverbanden. Tevens zijn er meer overige baten ontvangen. Dit zijn onder andere vergoedingen vanuit Hogeschool Inholland en de Marnix Academie.
Personele lasten Door de in 2010 ingezette manier van monitoring, rapportage en uitputtingsoverleggen zijn ook in 2011 de
Financiën
personele lasten in overeenstemming gehouden met de begroting.
Huisvesting De kosten van het onderhoud zijn hoger uitgevallen. Dit betreffen vooral kleine reparaties. Ook de afronding van de nieuwbouw van de Julianaschool en De Burcht hebben bijgedragen aan hogere huisvestingslasten. Nadere analyse van de kostenverdeling en de processen, afgezet tegen de vergoedingsnorm heeft geresulteerd in een verbeterde kostenverdeling in de begroting van 2012. Tevens zijn de processen aangescherpt waardoor voor alle betrokkenen meer inzicht komt in de totstandkoming en uitputting van de huisvestingslasten. Vanaf 2012 zal het meerjarenonderhoudsplan volgens de nieuwe inzichten worden aangescherpt. De huisvestingsbijdrage die door de Stichting is gedaan in de ver-/nieuwbouw van de Julianaschool is in overeenstemming met al jaren lopende afspraken hierover met de gemeente Zwijndrecht. Aangezien de Stichting in de regel niet investeert in huisvesting zijn daarover vervolgafspraken gemaakt met de gemeente. In 2012 zullen deze verder worden uitgewerkt tot een uitkomst waarbij de bijgedragen middelen op termijn zullen terugvloeien naar de Stichting.
op rij het ingezette beleid betreffende identiteit, passend onderwijs en ontwikkeling van het personeel consequent en consistent voort te zetten. Op deze drie beleidsterreinen zijn dan ook activiteiten ontplooid die tot het behalen van de voorgenomen resultaten moeten leiden.
Constateringen Het geven van goed onderwijs, in relatie tot alle formele en informele verplichtingen die de school kent maar ook de toenemende diversiteit aan leerlingen (gedrag en ontwikkeling), vereist òf kleinere groepen òf adequate ondersteuning. De formele en informele verplichtingen komen voornamelijk voort uit de steeds toenemende maatschappelijke taak die de school uit te voeren krijgt. Daarbij kan gedacht worden aan passend onderwijs, opbrengstgericht werken, ontwikkelingen van de brede school, voor- en vroegschoolse educatie in relatie tot de kinderopvang, samenwerkingsverbanden en de relaties met zorg- en adviesteams, Centra voor Jeugd en Gezin en de toenemende netwerken om voorliggende zaken af te stemmen en te ontwikkelen. Maar ook aan daarmee gepaard gaande toenemende administratieve lasten, overleggen en gesprekken. We constateren dat dit het werk van de leerkrachten en directeuren significant complexer en intenser heeft gemaakt en maakt.
De gevolgen Overige instellingslasten De overige instellingslasten zijn hoger dan begroot door meer uitgaven op het gebied van culturele vorming, communicatie, bijzondere gelegenheden et cetera.
Financiële baten en lasten Doordat de rente in 2011 niet is gestegen vallen de rente -inkomsten wederom tegen. De verminderde liquiditeitspositie draagt hier ook aan bij. In de begroting van 2012 is rekening gehouden met lagere rentebaten.
De financiële positie De financiële positie van de Stichting is gezond te noemen. De financiële kengetallen laten resultaten zien die ruim boven de geldende normen liggen. In 2011 is het financieel bewustzijn van de Stichting verder uitgebouwd. Dit resulteert voor 2011 wederom in een positief resultaat. De komende jaren is het doel om de liquide positie en de buffer te versterken om risico’s op de langere termijn op te kunnen vangen.
De financiën en het ingezette beleid De Stichting heeft er voor gekozen om in het zesde jaar
De toenemende complexiteit en intensiteit van de werkzaamheden staan op gespannen voet met de achterblijvende vergoedingen van de overheid. Deze constatering noopt ons enerzijds tot roeien met de riemen die we hebben en anderzijds tot keuzes maken. De grenzen aan het werkvermogen van een school met zijn personeel worden bereikt. Dat betekent dat scholen steeds vaker voor dilemma’s komen te staan. Het maken van keuzes is daarbij onvermijdelijk. Scholing van personeel is echter een voorwaarde voor onderwijskwaliteit. Het is een landelijk speerpunt en wordt beleidsmatig voortgezet in de vorm van de lerarenbeurs en functiemix. Er is binnen de Stichting voor gekozen scholing alleen in te zetten op beleidgerelateerde onderwerpen. Daar waar ondanks scholing en ondersteuning sprake is van verloop door toeleiding naar ander werk of ontslag, is beleid gevoerd om uitkeringen na eventueel ontslag te voorkomen of te beheersen. Daarnaast is er doorlopende aandacht voor ombuigingen en besparingen om met de steeds beperktere middelen efficiënt te werken. De al gerealiseerde onderwijsbezuinigingen en de aan-
15
Financiën
gekondigde bezuinigingen op Passend Onderwijs (300 miljoen) zullen gevolgen hebben voor het primair onderwijs. De verwachte toename van het scholingsbudget zal positieve effecten hebben op de deskundigheid van leerkrachten. Dit geeft echter geen ruimte aan de toenemende complexiteit en intensiteit van de werkzaamheden voor leerkrachten en directeuren. Het geeft ook dan geen garanties voor een goede opvang van kinderen met een extra ondersteuningsbehoefte die het speciaal (basis)onderwijs niet meer kunnen bezoeken.
Tot slot Het bestuur blijft geloven in de eigen kracht en beïnvloeding van intern en extern beleid binnen de eigen invloedssfeer. Het heeft de laatste jaren veel in menskracht, kennis en vaardigheden geïnvesteerd om een breed gedragen professionele organisatie te realiseren. Een organisatie die werkt aan kwalitatief goed onderwijs
16
en de kinderen helpt hun talenten en mogelijkheden te ontwikkelen. Alle medewerkers van de Stichting zullen zich in blijven inzetten voor het kind. Hoewel de grenzen van de mogelijkheden zich steeds nadrukkelijker aandienen en in sommige gevallen al zijn bereikt, blijft de organisatie transparant communiceren met de ouders, partners en verantwoordelijke instanties over wat binnen de mogelijkheden haalbaar is. Daarin heeft en houdt het onderwijs aan de kinderen topprioriteit.
Kengetallen
Financiële kengetallen 2011
2010
2009
norm
Solvabiliteit 1
59%
50%
52%
50%
Solvabiliteit 2
71%
61%
65%
Liquiditeit
1,75
1,65
1,83
1,5
Kapitalisatiefactor
32,2%
38,2%
37,6%
Bovengrens 35%
weerstandsvermogen
19,8%
19,2%
18,5%
15%
Rentabiliteit
0,1%
-1,19%
0,5%
17
Balans
1
Activa Vaste activa 1.2 Gebouwen en terreinen 1.2.2 Inventaris en apparatuur 1.2.3 Leermiddelen Totaal vaste activa
1.5 1.5.2 1.5.5 1.5.6
1.7
2
Vlottende activa Vorderingen Debiteuren Kortlopende vorderingen op OCW Overige vorderingen
2011
2010
304.881 1.373.399 369.328
38.067 1.333.691 333.262 2.047.808
95.537 616.856 321.959
1.705.019
121.717 600.122 717.155 1.034.352
1.438.994
Liquide middelen
1.200.795
1.729.929
Totaal vlottende activa
2.235.147
3.168.923
Totaal activa
4.282.765
4.873.942
Passiva 2011
2.1 Eigen vermogen 2.1.2 Algemene reserve 2.1.3 Bestemmingsreserves totaal vermogen 2.4 Voorzieningen 2.4.1 Onderhoud 2.4.3 Overige voorzieningen
2010
547.128 1.904.692
495.799 1.948.489 2.451.820
492.055 65.105
2.444.288
427.313 81.736 557.160
2.6 2.6.3 2.6.4 2.6.6 2.6.9
Kortlopende schulden Crediteuren Belastingen en premies sociale verzekeringen Pensioenen Overige kortlopende schulden
Totaal passiva
18
82.082 405.577 136.495 649.621
509.049 515.051 490.697 159.067 755.790
1.273.775
1.920.605
4.282.755
4.873.942
Staat van baten en lasten
3
Baten 2011
3
Begroting 2010
2010
Baten
3.1 Rijksbijdragen 3.2 Overige overheidsbijdragen 3.5 Overige baten
11.662.455
10.093.856
11.945.161
68.173
56.675
87.505
607.280
389.926
636.211
Totaal baten
4
Lasten
4
Lasten
4.1 Personele lasten
10.540.457
12.337.908
12.668.877
10.505.641
8.914.636
10.746.159
4.2 Afschrijvingen
307.566
302.400
313.736
4.3 Huisvestingslasten
807.322
733.260
940.085
4.4 Overige instellingslasten
334.030
274.370
408.712
4.5 Leermiddelen en ICT (PO)
398.541
305.050
536.101
Totaal lasten
Saldo baten en lasten
5
12.353.100
10.529.716
12.944.793
-15.192
10.741
-275.916
Financiële baten en lasten
5.1 Financiële baten
24.491
Financiële lasten
-1.767
Saldo financiële baten en lasten
Saldo baten en lasten Saldo PCOAZ excl. De Burcht
37.600
41.446 -552
22.724
37.600
40.894
7.532
48.341
-235.022 -3.274
19
Gegevens
Stichting Protestants Christelijk Onderwijs Alblasserdam – Zwijndrecht Bestuursnummer: 80433 Hoedersekade 4 Postbus 325 3330 AH ZWIJNDRECHT T: 078 6124178 F: 078 6259455 E:
[email protected] I: www.pcoaz.nl I: www.transparantbeleid.nl TW: @pcoaz
Het bestuur
Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad
Voorzitter: vacature
voorzitter: Ineke Klootwijk (2010-2011) Henriët Gerritse (2011-2014) vice-voorzitter: Henriët Gerritsen (2010-2011) Femke van der Rhee (2011-2014) ambtelijk ondersteuner*: Jan Visser
Vice-voorzitter: Dr. Ir. Iekje Berg
(2006-2012)
Penningmeester: Drs. Frank van der Noll (plv.) Edwin van Wijngaarden
(2007-2011) (2011-2015)
Secretaris (statutair) Ad Vos
(2005-heden)
De scholen Het Accoord
15VH-01
Arie Klink
De Boeg
08UU
Martijn Beekhof
De Bron
15SZ-00
Ton Jille
De Brug
15NZ-00
Anneke Goedegebuur
De Burcht
00MN
Lisette Korporaal
Impuls
15EC
Alice van der Hoek
Julianaschool
15VH-00
Anneke van de Pol
De Kim
15SZ-01
Conny Valk
Algemene directie
De Loopplank
07IR
Ruthli Groot
Algemeen directeur Ad Vos Directeur onderwijs&personeel (plv alg. dir.) Max van de Pol
Margrietschool
15NZ-01
Martin Wervenbos
De Notenbalk
22LK
Heidi van Loon
De Schalm
04KC
Marleen de Gruijter
Leden: Mr. Hilde Cevaal Gerrit Doeser Peter van Gameren Anneke Guis Wim van Helden Nicolette de Keizer Drs. Frank van der Noll Anne-Mieke Reedijk
(2010-2014) (2010-2011) (2011-2016) (2011-2016) (2010-2011) (2011-2016) (2006-2011) (2007-2011)
Accountantsverklaring Voor de volledige jaarrekening, inclusief het bestuursverslag, die door het bestuur van de Stichting Protestants Christelijk Onderwijs Alblasserdam - Zwijndrecht over 2011 is opgesteld, heeft de accountant een goedkeurende verklaring afgegeven. De instellingsaccount is Van Ree Accountants te Alphen a/d Rijn
20
Woordenlijst
VERKLARENDE WOORDENLIJST Beleidsontwikkelsysteem (BOS®) In 2008 heeft de Stichting een webbased Beleidsontwikkelsysteem ontwikkeld. Dit systeem vervangt het wettelijk vereiste schoolplan op de school. Het systeem is te benaderen via de website www.pcoaz.nl of rechtstreeks via www.transparantbeleid.nl Website www.pcoaz.nl Educatief partnerschap is een model waarmee je als school samen met de ouders je onderlinge relatie kunt vormgeven en versterken. Het model gaat er vanuit dat school en ouders gelijkwaardige partners zijn in de educatie, de opvoeding en het onderwijs, zij het dat de eindverantwoordelijkheden van ouders en professionals verschillen. Het gaat om partners die inzien dat ze een gezamenlijk belang hebben, namelijk optimale voorwaarden creëren voor de ontwikkeling en het leren van kinderen, thuis en op school. Samen kunnen ze meer bereiken dan ieder voor zich afzonderlijk. (uit: educatief partnerschap: wat houdt dat in? (20-04-2007: Suzanne Beek, Arie van Rooijen & Cees de Wit) HGW is een opleidingstraject voor leerkrachten van drie jaren verzorgd door: NTO-effect, www.nto-effect.nl PO-Raad is de brancheorganisatie voor het primair onderwijs. De vereniging behartigt de gemeenschappelijke belangen van de besturen in het basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs. De PO-Raad richt zich op de drie grote domeinen: bekostiging, werkgeverschap en de hoofdlijnen van het onderwijsbeleid. SWV RiBa Samenwerkingsverband Samen School Zijn, Ridderkerk-Barendrecht 39.05. www.wsnsriba.nl Functiemix www.functiemix.minocw.nl Ambtelijk ondersteuner Om de GMR professioneel te ondersteunen in zijn taak is ten behoeve daarvan een ambtelijk ondersteuner (80 uur per jaar) aangesteld. Belangrijkste taken zijn: agendavoorbereiding, informatieverzameling en procesbewaking.
21
23
24