INHOUD
REDACTIONEEL
Bitter koud
CONSUMENTENNIEUWTJES
2
MOESTUIN
De moestuin in oktober en november
3
UIT DE PRAKTIJK
Composteren in 14 dagen Zelf paddestoelen kweken Ecologische buurtmoestuin in Aalst
8 12 14
17
VOEDING
Verhalen van duizend-en-een stamppot Appelsien, laat je schil zien
37 39 40 41 44
EN VERDER
SIERTUIN
Zonnige boorden, zomen of randen
Consumentennieuwtjes Grote enquête groenteabonnementen Biobabbelen Nanotechnologie De natuur haalt de ggo-sector in
Groenbeheer, een verhaal met toekomst Ecologische lessenreeksen in Limburg Cadeautips Lezers schrijven Word lesgever ecologisch kippenhouden Waarheen Solidariteitsagenda’s Zoekertjes De biologische zadenlijst
16 28 46 47 47 48 49 50 53
29 34
MIDDENIN
Plaatselijke activiteiten
Seizoenen oktober 2005/ 1
BITTER KOUD Je kon het ook heel grappig vinden maar tegelijk zat er een bitter trekje aan. Die Onheilsberichten over het Volgende Winterseizoen. Op de radio klonk het als volgt: volgende winter dreigt er een schaarste aan truien en broeken. Ineens hoorde ik weer de oorlogsverhalen van mijn oma. Hoe je textiel alleen ‘op de bon’ kon kopen, hoe je een versleten mantel keerde als opfrisbeurt en hoe er van herenoverjassen nog kindermantels konden worden gemaakt. Konden? Moèsten! Eindeloze en vaak vermoeiende creativiteit in het gevecht tegen de kou: dàt was schaarste. Vanwaar dat nieuwsbericht? Sinds 1 januari is de textielhandel tussen Europa en China vrij – een gevolg van de toetreding van China tot de Wereldhandelsorganisatie, de WTO. Maar de Europese Commissie legde invoerquota op om de Europese markten niet al te snel en te veel te overspoelen met concurrentiële waar. Die quota voor 2005 waren begin augustus al gehaald, waardoor extra Chinees textiel niet meer binnen mocht. Zelfs niet de betaalde bestellingen. Vandaar dus dat alarmerende schaarstebericht. Schaarste? Daar lach je toch eens mee. Wie heeft er in zijn kleerkast werkelijk geen trui of broek meer die de volgende winter nog meekan? Of zou er echt geen enkele vinden in de kringwinkel, bijvoorbeeld? De hele heisa heeft uiteraard alles te maken met de prijs: Chinees textiel – zeg maar Aziatisch textiel – is goedkoper en hoe dat komt, weet het kleinste kind. Daar hebben hier in Europa ook de importeurs en distributeurs alle belang bij, want ze kunnen er hogere winsten op maken. Het kind van de rekening zijn de Europese textielproducenten (tenminste al wie nog niet verhuisde naar een lageloonland). Maar vooral: hun werknemers. Die mensen die hun job kwijtraken en toch kleding moeten kunnen kopen. Vrijhandel is het toverwoord voor welvaart, de WTO is daartoe het instrument. In Noord-Zuid kringen, in de milieubeweging en bij ondernemers voor duurzame landbouw klinkt al lang, dat voedsel uit de WTO moet. Omdat het een basisrecht is. Omdat vrijhandel al te veel vrijheid of verschil toelaat in de inzet van mensen (lage lonen), van natuurlijke hulpbronnen (milieunormen!), van transport (energieverbruik). We zeggen vaak dat voedsel te goedkoop is, waardoor bio als te duur wordt ervaren. Maar er wordt nog meer dan voeding te goedkoop verkocht. Het is kil en koud, in de internationale handel. Relinde Baeten
2/ Seizoenen oktober 2005
DE MOESTUIN IN OKTOBER EN NOVEMBER DANIËL LAEVENS
Het moestuinseizoen loopt op zijn einde. De meeste groenten zijn geoogst en verwerkt. Alleen de wintergroenten staan er nog. Daniël Laevens overloopt de laatste activiteiten in de tuin voor de winter begint.
‘verdrijven’. Dat betekent: verplanten in voren waarbij wortels worden bedekt en loof dicht bij elkaar staat. Zolang het koud blijft, staat de prei hier goed. Wordt het weer warmer, dan gaan ze terug naar buiten, anders rot de prei. Langs de rijen waar nog moet worden
KLAAR VOOR DE WINTER
De tuin wordt onkruidvrij gemaakt, gekalkt met zeewierkalk en afgedekt voor de winter. Een bedekking met mest, rijk aan lang stro, trekt slakken aan. Daarom bedek ik de moestuin met half verteerde korte mest. Na de winter is bijna alles weg. Prei, warmoes, boerenkool en spruiten blijven buiten staan. Warmoes verdraagt temperaturen tot -10°C. Eerst worden ze ingedekt met mest. Als het kouder wordt, krijgen ze nog een extra laag stro. De enige tuinactiviteit is nu het oogsten van de wintergroenten: boerenkool, peterselie in de bak, spruiten en prei. Als er vorst op til is, wordt een deel van de prei naar de serre overgebracht om te
De lege rijen in de moestuin krijgen een winterbedekking. Seizoenen oktober 2005/ 3
PETERSELIE
Ik ben een van die mensen die steeds problemen hadden om peterselie op te kweken. De boosdoener is de peterselievlieg. Mijn oplossing? Een wegneembare bak met wat gaas erover. Een maand na het planten kan het gaas weg. Ik laat de bak wel staan. In de winter dek ik de planten af zodat ze niet met slijk besmeurd raken. De bak verhoog ik wat door er betonklinkers onder te zetten. Rond de bak leg ik wat bladeren tegen eventuele harde vorst.
geoogst, worden boven de bedekking loopplankjes gelegd naast spruitkolen, warmoes en prei. Zo kan ik vlot oogsten. Ik betreed nooit de teeltgrond – zelfs ‘s winters niet – tenzij op loopplakjes die ook als paadje dienen. In de combinatieteelt zijn er geen tussenruimten voor paadjes. DE SERRE
Elk jaar vernieuw ik de grond in de serre. Het kweekgedeelte is 1m x 3,5 groot. Een spade diep wordt er uitgehaald en verdeeld over een stuk van de tuin. Ik heb hiervoor een schema opgesteld dat ervoor zorgt dat om de drie jaar zo heel mijn tuin zijn humusrijke grondtoevoeging heeft gekregen. De put wordt met ongeveer 1000 l water gespoeld. Van zodra alle water is ingesijpeld, begin ik te vullen. Een eerste dikke laag bestaat uit verteerde paardenmest. Vervolgens ga ik de tuin rond met de kruiwagen en verwijder ik al het gekiemde onkruid dat toch door de mulchlaag groeide. Dit gekiemde kruid leg ik in de serre, bovenop de laag paardenmest. Een laag jonge compost vormt de bovenste laag. De helft van de kweekruimte dek ik toe met planken. Dit is de werkvloer voor het voorjaar. Ook de veel kleinere ruimte onder de kweekrekken krijgt plankjes.
Peterselie groeit veel beter in een bak die je kan bedekken met gaas. Foto’s Daniël Laevens. 4/ Seizoenen oktober 2005
Tijdens de herfst verhuis ik venkel en suikerbrood naar de serre, bij vorst ook wat prei. Zowel suikerbrood als venkel worden zonder problemen verplant met een blote wortel in een vochtig plantgat. Een kluit aarde aan de planten is niet nodig. Het suikerbrood groeit gewoon door na het verplanten. Na minder dan
een week kan je al weer heel fijne haarworteltjes zien. Elke droge dag wordt daar langdurig gelucht. ONDERHOUD VAN HET TUINMATERIAAL
Voor het tuinmateriaal heb ik een apart hok ingericht. Het hele jaar door wrijf ik na gebruik het materiaal schoon met een oliedoek. Dat onderhoud is voor mij dus geen typisch winterwerkje. Bovendien gebruik ik mijn gerei slechts sporadisch omdat ik mijn grond stelselmatig afdek. Alleen de grasmaaier krijgt een grondige beurt vooraleer hij onder zeil gaat tot de lente. Begin december is hij voor het laatst nuttig geweest bij het opruimen van de afgevallen bladeren. Als ik ze verzamel met de grasmaaier, worden ze tegelijkertijd versnipperd. DANK JE WEL, CAESAR
Voor mijn werkwijze haalde ik veel inspiratie bij Caesar Van Gheluwe uit Snellegem. Eén bezoekje aan zijn tuin was voor mij voldoende om over te schakelen naar combinatieteelt. Caesar heeft een gamma aan zelfgemaakt tuinmateriaal dat je moet zien om het te geloven en te begrijpen. Het hout voor de stelen hiervoor kweekt hij zelf. Zijn tuin ligt in de zandstreek maar enkele kilometers naar het noorden liggen de polders. Jaren aan een stuk heeft Caesar – op zijn fiets – zakjes poldergrond naar zijn eigen tuin gebracht. Het resultaat is verbluffend. Caesar is een spilfiguur voor de tuinclub van Jabbeke. Wat hij ons vooral probeert bij te brengen is een heilig respect voor
de grond en zijn wormenvolkje. Wat ik vooral van hem leerde, is dat je goede ideeën van anderen mag overnemen maar altijd op je eigen manier. Je moet durven experimenteren. In de tuin leerde hij me om de grond zo diep mogelijk los te houden en loopplankjes te gebruiken zodat de grond niet wordt aangetrapt. Caesar, voor je creatieve voorbeeld, dank je wel.
COMBINATIETEELT HEEFT VEEL VOORDELEN
• De opbrengst is groter, vooral bij erwten, boontjes, wortelen en prei. • Er is minder aantasting door insecten en vooral in het najaar minder schimmelziekten. • Wortelen in de combinatierijen zijn niet wormstekig, in de wisselteelt toch een beetje. • Dankzij de mulching wordt mijn tuin in het najaar niet meer overwoekerd door ongewenst groen. • Smeerwortelgier vervangt grotendeels de droge biologische meststoffen uit de handel. • Ik geniet veel meer van mijn moestuin doordat ik er meer aandacht aan kan geven en er minder werk aan heb. • De siertuin komt omwille van de plantenkeuzes bijna volledig in functie te staan van de moestuin. Het aanleggen van een bloeiende kruidenboord over de hele lengte van de moestuin betekende een keerpunt voor mijn groenteteelt. De planten trekken heel wat natuurlijke vijanden aan zodat ik sindsdien geen bladluizen meer heb. De volgende stap was dat ik alle kleine vrije ruimtes tussen en rond de groenten steeds weer opvulde met ergens aanbevolen soorten. Alyssum (sneeuwtapijt) is daar een voorbeeld van. Seizoenen oktober 2005/ 5
TUINGEDEELTE IN COMBINATIETEELT
1C Veldsla wordt verplant naar wisselteelt, de rij krijgt een winterbedekking. 2B De rij krijgt een winterbedekking. 3C Groenlof (suikerbrood) wordt verplant naar serre. Daarna krijgt de rij een winterbedekking. 4A Broccoli: eind september verwijder ik het gaas. Ik kan oogsten tot het vriest, daarna krijgt de rij een winterbedekking. 5C Veldsla verplant ik naar de wisselteelt en ik geef de rij een winterbedekking. 6B Spitskool, groene kool, rode kool: dit jaar werden de kolen in juni vernield door hagel. Ik verving ze door andere kolen. Zonder succes: ze groeiden niet goed en eind augustus gaf ik de kolen aan de kippen. Vervolgens zette ik winterbloemkool om te oogsten in maart. 7C Deze rij krijgt een winterbedekking tot tegen de prei. Bij het oogsten van de prei spreid ik de winterbedekking een beetje uit zodat alles wordt bedekt. 8A Warmoesplanten blijven staan en worden toegedekt met bladeren of paardenmest. Elke dag geef ik wat warmoes aan de kippen. Rode biet leg ik in een emmer met zand in de garage. 9C De prei in deze rij werd al geoogst en vervangen door een winterbedekking. 10B De groene selder is al geoogst. De grond krijgt een winterbedekking. 11C Deze rij krijgt een winterbedekking tot tegen de prei. Bij het oogsten van de prei spreid ik de winterbedekking een beetje uit zodat de grond helemaal wordt bedekt. 12A Venkel krijgt een winterbedekking. 13C Rode biet krijgt een winterbedekking. 14B Late prei voor voorjaar. Zie 11C. 15C Groenlof (suikerbrood) wordt verplant in de serre en wordt bedekt. 16A Spruitkool krijgt een winterbedekking tot tegen de kolen. TUINGEDEELTE IN WISSELTEELT
1 courgettes 2 kropsla (koude bak), boerenkolen, miniserre veldsalade 3 venkel 4 aardbeien, knolselder Vak 1 Van zodra er plaats vrijkomt op de ruimte van de courgettes, zet ik hier een verplaatsbare bak en verplant ik de veldsla vanuit de combinatieteelt. Ik laat een grote klomp aarde aan de wortels. In de miniserre overdek ik de veldslaplantjes met glas. Zo worden de blaadjes niet vuil door modderspatten en bovendien blijven ze zachter. Ik sluit de serre niet af, zelfs niet bij hevige vorst. Veldsla is min of meer vorstbestendig.
6/ Seizoenen juni 2005
Vak 2 Op 26 oktober 2004 zaaide ik in de miniserre nog veldsla. Ik haalde hiervoor zaad in het plaatselijk tuincentrum: te zaaien vanaf juli tot oktober en maar beperkt vorstbestendig. Deze soort heeft een rond middelgroot blad, donker van kleur. Ik zaaide dik omdat ik vreesde dat meer dan de helft niet zou kiemen omdat ik zo laat zaaide. Tegen mijn verwachtingen in kon ik drie maanden later hele wolken lekkere veldsla oogsten. Ik denk dus dat als je in oktober binnen zaait onder koud glas, je mag rekenen op een teelttijd van ongeveer drie maanden, in plaats van twee maanden als je in augustus of september zaait onder glas. Vak 3 De koude bak wordt na de oogst van de venkel – in november – teruggeplaatst. Hij wordt uitgegraven tot op een halve spade diepte. Ik breng een laag goed verteerde paardenmest aan en vul aan met grond en jonge compost als bovenste laag. De bak gaat tussen kerst en nieuwjaar dicht met de beglazing. De winterbedekking – vier lagen plastic folie waarvan één laag luchtbellenfolie – wordt klaargelegd en aan één kant zwaar belast met metalen palen. Bij vorstmelding wordt de folie over de bak getrokken en met een paar balken aan de voorkant en twee kleine balkjes aan de zijkant op zijn plaats gehouden. Met een goed zeil en enkele isolatieplaten red je het ook. Het komt er op aan alles zo te instaleren dat je vlug en doeltreffend kunt afdekken en wegnemen. Rond half januari plant ik 33 saladeplantjes die ik koop bij een kweker. Langs de zonnigste kant van de bak plant ik een rij sjalotjes helemaal tegen de wand. Gedurende elke vorstperiode dek ik ’s nachts af. Overdag wordt de bak ontbloot, zelfs als het vriest, al is het maar voor enkele uurtjes. Eind januari vul ik een bakje met kleinere sjalotjes en plaats die in de vorstvrije veranda en zelfs op een verwarmde plaats in huis. Zo heb ik tegen half maart pijpjes om samen met de eerste salade op tafel te brengen. Het is mogelijk dat de sjalotjes in de bak iets later oogstbaar zijn dan de sla.
Seizoenen juni 2005/ 7
COMPOSTEREN IN 14 DAGEN Kreeg jij ook al zo’n aantrekkelijke aanbieding in je brievenbus om een ComposTumbler uit te proberen? Volgens de folder zet deze grote trommel op staander het organische materiaal (keuken- en tuinafval) in 14 dagen tijd om in ‘gebruiksklare’ compost. Je fronst de wenkbrauwen? Dat deden wij en veel andere composteerders ook. Vlaco nam de proef op de som. DE 14-DAGEN-PROEF
Met een grote emmer was het eenvoudig om de trommel te vullen.
De gebruiksaanwijzing is een uitgebreid, opgesteld door iemand die wel degelijk iets kent van compost. In de meer dan 20 bladzijden tellende brochure gaat het over het belang van de buitentemperatuur, de vochtigheid en luchtigheid van het composterende materiaal, het belang van verkleinen en van voldoende volume. Het boekje geeft ook een overzicht van de composteerbare materialen
en hecht zeer veel belang aan het groene/ bruine karakter van ieder materiaal en de koolstof/stikstof(C/N)-verhouding. Ook beschrijft het boekje minutieus hoe je kan composteren binnen 14 dagen. Dit blijkt slechts te lukken als enkele strikte voorwaarden zijn voldaan: • Het vullen moet in één keer gebeuren. • De minimum buitentemperatuur (dag en nacht) moet minstens 16° C zijn. • De berekende C/N verhouding van het materiaal dient te liggen tussen 25 en 35. • Een dagelijkse controle van: - de temperatuur. Een temperatuurspiek van 60-70°C geeft een goede werking aan. - de vochtigheid: door middel van de vuisttest. - de geur. Tijdens de eerste dagen moet bij ammoniakgeur bruin materiaal worden toegevoegd. In de loop van de tweede week dient de geur te veranderen in die van bosgrond. - Met veel grasmaaisel bestaat het risico dat het zich in de trommel samenbalt tot kluiten. Binnenin die kluiten verteert het gras amper. Het is dus wenselijk om ze open te trekken. • Na de dagelijkse controle wordt de trommel gesloten en vijf keer gedraaid. • De deur wordt naar beneden gedraaid zodat overtollig vocht uit de trommel kan weglekken via de beluchtingsopeningen. DE PROEFOPZET
We doen twee maal de proef. We gaan van start op respectievelijk 1 en 21 juni 2005. De ComposTumbler wordt vooraf volledig leeggemaakt. Als ‘maat’ gebruiken we een grote em8/ Seizoenen oktober 2005
mer van 28 liter. Die is handig om de ComposTumbler te vullen. In totaal worden bij iedere proef 16 emmers toegevoegd. Dit is 448 liter of 70% van de volledige inhoud van de ComposTumbler (635 liter). De trommel is dus ruim voor tweederde gevuld. In de tabel vind je een overzicht van de materialen waarmee de ComposTumbler werd gevuld. Groene en bruine materialen worden afwisselend toegevoegd: per vier emmers groen materiaal één emmer bruin materiaal. Tijdens het vullen draaien we geregeld de trommel 5 keer rond voor een optimale vermenging en beluchting. Bij het toevoegen van de verschillende materialen wordt bijzonder gelet op de vochtigheid. De herfstbladeren en houtsnippers zetten we eerst een tijdje onder water. De globale C/N-verhouding, berekend aan de hand van de cijfers in de gebruiksaanwijzing, bedraagt respectievelijk 34,5 en 33,5, dus tussen de opgegeven 25 en 35. Na het vullen wordt de ComposTumbler gesloten en het luik naar beneden gedraaid. Extra stikstof onder de vorm van bloedmeel voegden we niet toe. Volgens de gebruiksaanwijzing is dat aangeraden als de temperatuur onvoldoende stijgt. HET PROEFVERLOOP
Dagelijks draaien we het luik naar voren, meten we de temperatuur en controleren we de inhoud op vochtigheid, geur en kluitvorming. Nadien wordt de trommel opnieuw gesloten, vijf maal gedraaid en met het luik naar beneden geplaatst.
Een blik op het gelijkmatig vermengde bruine en groene materiaal.
Proef 1 Proef 2 Groen materiaal Vers grasmaaisel Keukenafval Konijnenmest Gesnipperde brandnetel Gesnipperd haagscheersel Totaal groen Bruin materiaal Herfstbladeren Stro Houtsnippers Totaal bruin Totaal Berekende C/N-verhouding
6 2
4 12
2 2 4 16 34,5
5 2 1 2 2 12
1 2 1 4 16 33,5
Seizoenen oktober 2005/ 9
GRAS COMPOSTEREN MET HOUTSNIPPERS
In de vorige Seizoenen werd het al vermeld: gras kan je snel composteren met behulp van houtsnippers. Marc Smeyers, lesgever van Velt, toonde de Composthappening in Asse hoe je te werk gaat. Neem een grote hoeveelheid houtsnippers. Na iedere maaibeurt vermeng je het grasmaaisel met de houtsnippers. Tegen de volgende maaibeurt, een week later, is het gras voor een groot deel verdwenen en kan je dezelfde snippers opnieuw gebruiken. Marc doet het omzetten met de riek. Het is iets vermoeiender met dan met de ComposTumbler, maar wel stukken goedkoper. Door dagelijks de trommel vijf keer te draaien, verkrijg je een optimale verluchting en vermenging. Het is wel oppassen geblazen met de hendel. Als de inhoud bij het draaien nog niet volledig naar beneden is gevallen en je de hendel lost, trekt het materiaal de trommel een stuk terug en slaat de hendel achteruit. Wees dus voorzichtig en hou kinderen uit de buurt.
Enkele waarnemingen: • Enkel tijdens proef 2 – in de tweede helft juni – blijft de buitentemperatuur grotendeels boven 16°C. • De vochtigheid is de hele tijd goed. • Ammoniak of andere onaangename geuren stellen we niet vast, behalve binnen de kluiten. • Een aantal graskluiten wordt dagelijks open getrokken. • De eerste dagen stijgt de temperatuur tot tegen de 70°C. Na 4 dagen daalt hij telkens onder de 40°. • Er is duidelijk een bacteriële werking merkbaar. We nemen ook schimmels waar. • Tegen het einde van de proef zagen we massaal veel mijten in het materiaal. Ze kropen vermoedelijk via de staander en de beluchtingopeningen in de trommel. Andere kleine ongewervelden zagen we niet. Op het einde van de eerste proef oogsten we na drie weken vier emmers (112 liter) voorverteerde compost. Dit is een vierde van de oorspronkelijke hoeveelheid. Het eindproduct brengen we in een compostbak. Bij de tweede proef laten we het materiaal nog langer in de trommel. Na drie weken voegen we vijf liter halfrijpe compost toe met compostwormen, springstaarten, mijten... GEBRUIKSKLARE COMPOST?
Het materiaal dat we na twee en zelfs drie weken waarnemen, is donker van kleur en voldoende zacht zodat de wormen het definitief in compost kunnen omzetten. Vochtigheid en luchtigheid zijn goed. De aanwezigheid van voldoende bruin materiaal en het 10/ Seizoenen oktober 2005
regelmatig omzetten hebben de goede vertering van het groene materiaal in de hand gewerkt. Gebruiksklare compost is het zeker nog niet. De meeste partikels zijn nog herkenbaar: gras, houtsnippers, blaadjes… Overgebracht in een compostbak of -vat zal het wellicht (op enkele weken tijd?) verder verteren en uitrijpen tot kruimelige, gebruiksklare compost. De geur is neutraal tot aangenaam. Enkel binnenin de kluiten is de vertering minder gevorderd. Bij het openen ervan ontsnapt een onfris geurtje. Als mulchmateriaal is het geoogste product bruikbaar. De regenwormen in de bodem zullen het snel verwerken en er de grond mee verrijken. BESLUIT
• Het intense mengen, de aanvoer van een grote hoeveelheid organisch materiaal in een keer, de goede verhouding bruin/groen materiaal en C/N-verhouding zorgen voor een goed composteringsproces in de ComposTumbler. Het voorkomt geuren en de aanwezigheid van fruitvliegjes. • Spreken over gebruiksklare compost na twee tot drie weken is met onze normen voor compost niet realistisch. Binnen deze korte termijn is het niettemin opmerkelijk hoezeer het volume van het afval vermindert en de vertering snel vordert. • Er zijn ook andere manieren om bruin en groen materiaal duchtig te vermengen. Omzetten met de riek is de meest populaire. Maar het dient gezegd: draaien aan de hendel van de ComposTumbler is een stuk minder zwaar. • Of dit vlottere omzetten de prijs van het toestel rechtvaardigt, laten we aan
ieders appreciatie over. Het uitgeteste 635 liter model kost € 875,00 maar wordt meestal aangeboden met serieuze korting. • Een ander aandachtspunt is dat het hier een niet-continu systeem betreft. Na het vullen van de ComposTumbler moet je keuken- en tuinresten 14 dagen opsparen vooraleer je de trommel opnieuw kan vullen. De aanschaf van een tweede toestel is voor de meeste gebruikers wellicht geen optie. • Voor snel composteren ben je erg afhankelijk van de buitentemperatuur. De opgegeven continue buitentemperatuur van 16°C is in ons land maar zelden haalbaar.
Het deksel bevat twee verluchtingsopeningen. Door ze naar beneden te draaien, doen ze ook dienst als ontwateringskanalen. Foto’s Vlaco.
NAWOORD
In de reclame wordt sterk de indruk gewekt dat na veertien dagen volledig verteerde compost zou kunnen worden geoogst. Het maakt het ComposTumbler verhaal ongeloofwaardig. Jammer, want uit deze proef kunnen we besluiten dat het een toestel is met kwaliteiten. Gerrit Van Dale Vlaamse Compostorganisatie (Vlaco vzw) Seizoenen oktober 2005/ 11
ZELF PADDESTOELEN KWEKEN ANN VAN BELLE
Weinig organismen roepen zo sterk de sfeer van bos en herfst op als paddestoelen. Nochtans groeien er in elk seizoen, vooral in vochtige periodes. Een maaltijd verse paddestoelen bijeenzoeken kan je alleen als je bepaalde eetbare soorten met zekerheid van de andere weet te onderscheiden. Het is eenvoudiger om enkele soorten in je tuin te kweken. Twee houtbewonende soorten zijn hiervoor bijzonder geschikt: de inheemse ‘blauwe’ oesterzwam en de Aziatische eikenzwam of shii-take. Beide zijn krachtige groeiers, gemakkelijk herkenbaar en vooral… lekker. OP EIGEN HOUTJE
In de natuur leven ze saprofytair, dat wil zeggen: op vers afgestorven hout. Gezonde, levende bomen worden niet aangetast. Oesterzwammen kunnen op iedere loofhoutsoort, behalve eik en tamme kastanje. Hun voorkeur gaat uit naar stukken vers gekapte populier, HOEVEEL ENTPLUGS HEB JE NODIG?
Het enten zal pas lukken als je voldoende plugs gebruikt. Het juiste aantal bepaal je met een eenvoudig rekensommetje. Je hebt hiervoor de volgende gegevens nodig: de diameter van het hout, in centimeters de lengte van het stuk hout uitgedrukt in meters (correctielengte) De berekening gaat als volgt: diameter x 2 (factor) x correctielengte = aantal plugs. Bijvoorbeeld: voor een stuk met diameter 25 cm en lengte 1,10 m heb je 55 plugs nodig. 25 (diameter) x 2 (factor) x 1,10 (correctielengte)= 55 plugs 12/ Seizoenen oktober 2005
beuk, berk, het liefst met een diameter van meer dan 25 cm. Eikenzwammen groeien op eik, beuk en berk, het liefst op de verse, dunnere takken met een diameter van 7 tot 20 cm. Een gemakkelijke entmethode is deze met de entplugs. Dit zijn houten stokjes waarop zwamdraden of myceliumdraden zitten. De plugs worden ingebracht in het te enten hout. Het enten zal pas lukken als er voldoende plugs zijn (zie kader) en als je ze op de juiste manier inbrengt. Boor hiervoor gaatjes die je spiraalsgewijs over het hout verspreidt. Duw de plugs in de gaatjes. Enten doe je het best in de winter en het vroege voorjaar (december tot april). Daarna leg je de houtblokken op een beschaduwde plaats, afgeschermd van de wind. Bedekken met plastic of gaas mag. Zorg ervoor dat de temperatuur niet boven de 30°C komt en controleer de vochtigheid. Besproei de houtblokken indien nodig.
DAT SCHIET OP!
BESTEL BROED VIA VELT
Het verdere teeltverloop verschilt van hieraf voor beide soorten. • Het oesterzwammycelium groeit snel. Na vier tot vijf maanden is het hout doorgroeid. Eind augustus zet je de blokken rechtop, de dunnere stukken graaf je voor 1/3 in. Zoek hiervoor een beschaduwde plaats die beschut is tegen de wind. Van zodra de nachten kouder worden, verschijnen de eerste paddestoelenknopjes. Op enkele dagen tijd groeien ze uit tot dikke trossen oesterzwammen. Laat geen steelresten achter bij het plukken. Zolang het najaar zacht blijft, wordt er om de vier weken een nieuwe vlucht gevormd. Als de gemiddelde temperatuur daalt tot rond het vriespunt, stopt de productie. In praktijk betekent dit dat je soms vijf maal kan oogsten vóór nieuwjaar. Het volgende jaar herhaalt zich hetzelfde fenomeen. Op beuk kan je zo drie seizoenen plukken. • Het eikenzwammycelium heeft een tiental maanden nodig om zich te ontwikkelen. Dan pas is het rijp en kan het overgaan tot vruchtvorming. Het is een subtropische zwam: er worden weinig of geen vruchten gevormd onder de 15°C. De beste oogsten haal je dus in de zomer. Je kan de vruchtzetting stimuleren : als je een volgroeid mycelium 12 tot 16 uur in water legt, volgt een tiental dagen later de knopvorming. Enkele dagen later zijn de paddestoelen plukrijp. Het dompelen kan je om de zes weken herhalen, van mei tot oktober. Vanaf dan wordt de gemiddelde temperatuur te laag en gaat de zwam in rust. Vanaf half mei kan je opnieuw dompelen. Op die manier oogst je gedurende drie seizoenen. In de loop van het vierde seizoen
Dit jaar kan je voor het eerst broed bestellen via de zadencatalogus van Velt. Je kan kiezen voor plugs van oesterzwammen en shii-takes. Zie p. 69. MEER WETEN?
Sommige Velt-afdelingen organiseren voordrachten over de paddestoelenteelt. Kijk bij de Plaatselijke activiteiten. vermindert de productie en raakt het hout volledig uitgeput. DOE HET ZELF
Aan verse shii-takes worden geneeskrachtige eigenschappen toegeschreven. Enkele uren na het plukken begint de afbraak van deze waardevolle stoffen. Ook het aroma verdwijnt en tot nu toe kan geen enkele geavanceerde bewaartechniek dit tegenhouden. Als je de paddestoelen plukvers verwerkt, krijg je een lekkere en gezonde maaltijd. Bovendien ben je zeker dat je paddestoelen pesticidenvrij zijn.
Zelfgeteelde shii-takes: lekker vers! Foto’s Ann Van Belle.
Seizoenen oktober 2005/ 13
ECOLOGISCHE BUURTMOESTUIN IN AALST Een eigen moestuin, voor vele Velt-leden een dagelijks bezochte plek maar in een stedelijke omgeving of voor bewoners van een appartement is het niet altijd zo vanzelfsprekend. Gezamenlijke moestuinen bieden dan een goed alternatief. Dat ook ecologisch buurtmoestuinieren populair is, bewijzen de vele initiatieven waarin Velt-afdelingen vaak een heel actieve rol spelen. We gingen een kijkje nemen in het volkstuinencomplex Den Ajuin in Aalst.
plaats daarvan kreeg de wijk de broodnodige open ruimte: een groot grasperk met speelweide, voetbalveld, skateterrein, pergola’s met zitbanken. Op vraag van de buurtbewoners werd ook ruimte voorzien voor een gezamenlijk moestuinencomplex. Zo werden 24 volkstuintjes van telkens 50m2 geïntegreerd in de sociale ontmoetingsruimte.
Bij de herinrichting van de Aalsterse wijk Rechteroever en het aangrenzend park Sint-Elisabeth plande de stad aanvankelijk 320 sociale woningen. Buurtbewoners vreesden voor een sociaal getto. Na protest werden honderd woningen geschrapt en in
Voor de concrete realisatie werkten eind 2004, voorjaar 2005 verschillende partners samen: • een groep actieve buurtbewoners en compostmeesters die voordien al betrokken waren bij het compostparkje; • buurtwerking vzw Parol, verantwoordelijk voor de algemene coördinatie, werven van de huurders, zoeken naar extra fondsen, begeleiden van de moestuiniersgroep; • Stad Aalst: huurcontracten, aanleg en inrichting, indienen van subsidiedossiers, ondersteuning van de werking; • Velt-afdeling Land van Aalst voor de vorming en praktische ondersteuning bij het biologisch moestuinieren. Het project kon rekenen op financiële steun van het Electrabelfonds. Een bijkomende subsidie wordt aangevraagd bij de Koning Boudewijnstichting in het kader van Buitengewone Buurt.
Velt-lesgever Jos Van Hoecke over gewasbescherming in de ecologische moestuin. Velt-cursussen vinden meestal plaats in de Velt-demotuin waardoor theorie direct aan de praktijk kan worden getoetst.
PARTNERS
Op 2 april 2005 werd het moestuinencomplex samen met het Park Sint-Elisabeth feestelijk geopend. Midden april waren alle tuintjes verhuurd en konden de buurtbewoners aan de slag. Elk perceel heeft een tuinhuisje, een compostvat en regenwaterton. De tuintjes zijn afgebakend met een kastanje omheining. De huurders zorgen voor het onderhoud van de gezamenlijke delen. In hun eigen tuintje kunnen ze binnen bepaalde grenzen de inrichting zelf bepalen: het ene moestuintje heeft een kleine serre, het andere een paar fruitstruiken. 14/ Seizoenen oktober 2005
UITSLUITEND BIO
Van één principe mag men niet afwijken: biologisch tuinieren, met een absoluut verbod van het gebruik van chemische meststoffen en bestrijdingsmiddelen. De Velt-afdeling Land van Aalst is nauw betrokken bij de vormingsactiviteiten en de ondersteuning van de moestuiniers. Deze afdeling organiseert regelmatig praktijkgerichte vormingen over de ecologische moestuin en werkt actief mee aan de nieuwsbrief met artikels over opmaken van teeltplan, composteren, teeltzorg van courante groenten… Samen met de nieuwsbrief wordt de Velt-zaaikalender verspreid. Hilde Schollaert, Velt-vrijwilligster en ook professioneel actief in haar eigen tuinbouwbedrijf, bewerkt de demotuin en toont de huurders de principes van het ecologisch tuinieren. Tuiniers kunnen bij haar terecht voor praktisch advies. Ook Velt-voorzitter Frans Bequé en andere leden van de Velt-bestuursploeg zetten hun schouders onder het project. De Velt-afdeling kreeg er ook ineens 24 leden bij. Een deel van de middelen van de projectsubsidie van het Electrabelfonds werden voorbehouden voor de financiering van dit gratis Velt-lidmaatschap voor één jaar, ook worden vanuit dit fonds de Velt-cursussen gefinancierd. Het eerste teeltseizoen is achter de rug. Met wisselend succes, deels ook door de weergoden: stevige hagelvlagen, eerst te weinig en dan te veel neerslag... Toch zijn er veel redenen om te feesten: op 17 september werd het moestuinseizoen afgesloten met een barbecue met groenten uit de tuin. In het najaar volgt een grondige evaluatie met alle betrokkenen maar Hilde Schollaert vat het nu al mooi samen: “Het groeps- en het groeiproces in de tuin verloopt met vallen en opstaan. Je moet er vanuit gaan dat je nooit verlies hebt. Ook als je tomaten mislukken, kun je er altijd wat van leren.” Alice Maes
De moestuinen in volkstuinencomplex Den Ajuin in Aalst worden ecologisch beheerd. Foto’s Hilde Schollaert.
HEB JIJ ERVARING MET EEN BUURTMOESTUIN?
Velt-medewerker Luc Vanhoegaerden begeleidt de start en uitbouw van twee ecologische buurtmoestuinprojecten in Genk en SintTruiden. De overheid financiert dit project als voorbeeld van “duurzaam lokaal milieubeleid” (dulomi). Dankzij een Velt-cursus moestuin en via een demotuin in het tuinencomplex maken de tuiniers kennis met de principes van het ecologische tuinieren. Van dit project wordt een ervaringsverslag opgemaakt om andere geïnteresseerde Vlaamse gemeenten te laten kennismaken met het concept. Dit verslag willen we aanvullen met ervaringen van andere buurtmoestuincomplexen. Ben je als Velt-lid betrokken bij een gezamenlijk moestuincomplex en ben je bereid om een vragenlijst hierover in te vullen? Stuur een bericht naar
[email protected] of bel 03 287 80 93. Seizoenen oktober 2005/ 15
GROENBEHEER, EEN VERHAAL MET TOEKOMST Dankzij een samenwerking tussen de afdeling Bos&Groen, Velt en prof. Martin Hermy (hoogleraar aan de Universiteit Leuven, afdeling voor bos, natuur en landschap) rolde enige maanden geleden een boek van de pers. Het is geen gewoon boek voor de boekenplank, maar een soort bundeling van de versnipperde kennis van het groen, het gebruik ervan en vooral van het beheer. In een twaalftal hoofdstukken wordt, met tabellen, illustraties en referenties, een overzicht gegeven van actuele groenthema’s. Deze thema’s spelen zich allemaal af op het niveau van het stedelijk groenbeheer of het beheer van cultuurgroen. Door deze invalshoek te kiezen is er in Vlaanderen een ‘groene’ leegte opgevuld. In het hoofdstuk Groen, ruggengraat voor een hedendaagse maatschappij, schetsen de auteurs de relatie en de verschillen tussen natuur- en groenbeheer. Vooral op de plaatsen waar de mens en zijn bouwsels nauw in contact komen speelt het verhaal zich af. Daktuinen en groene gevels waren al gekend als
belangrijke kleine landschapselementen in steden, maar er zijn meerdere spontane en bewust geplande groenelementen in bebouwde omgevingen: van muurvegetaties, vegetaties op verhardingen tot stadstuinen en laanbomen. Het boek vertrekt vanuit een heel brede en historische kijk op cultuurgroen. Een groenproject, hoe groot of klein het is, start met een duurzaam groenontwerp. Enkele auteurs van Velt geven deze duurzaamheidsgedachte mee door dieper in te gaan op plant- en materiaalkeuze. De kijk op ons toekomstig Vlaams groenbeheer vertrekt ook vanuit een macroplanning. Gemeentelijke groenstructuurplannen, een bomenbeleidsplan... zijn goede instrumenten om van start te gaan. Maar ook de bevestigingstechniek van een gevelplant, de begeleidingssnoei van laanbomen en de techniek om een gras-kruid-groendak op te bouwen is beschreven in het boek. Het is beslist geen boek om in de groenbibliotheek tussen tal van andere – vooral groene foto – tuinboeken te staan. Het is eerder een werkboek, zowel voor de liefhebber, de groenplanner, de groenambtenaar, de student… maar ook hopelijk voor de eerder klassieke Vlaamse tuinaanlegger. Geert Bossaert De auteur is landschapsarchitect, stedenbouwkundige, part-time docent en medeoprichter van de vakgroep groenvoorziening (Biotechniek, KATHO) docent o.a. vakken materialenkennis, aanlegtechnieken en groenbeheer. Vanuit de praktijk groeide hij naar de planning van groen, omdat terugkoppeling van planning naar aanleg en beheer heel belangrijk is. De relatie mens - natuur, met alle tussenvormen van natuurontwikkeling tot gecultiveerd en georganiseerd stedelijk groen boeit hem al lange tijd. Groenbeheer, een verhaal met toekomst kan je bestellen bij Velt door storting van € 68 (+ € 8 verz.) op rek. 001-0990550-62 van Velt.
16/ Seizoenen oktober 2005
ZONNIGE BOORDEN,ZOMEN OF RANDEN GEERTJE COREMANS
In het vorige nummer werd de plantenkeuze en de aanleg van bloemenweiden besproken. De inspiratiebron hiervoor zijn (half-)natuurlijke graslanden.van hier en elders. Daarom werd ook de prairievegetatie onder de loep genomen. Maar graslandplanten kan je ook nog op andere manieren toepassen in je tuin want graslandplanten zijn kruidachtige doorlevende planten die van zon houden. Bij uitstek geschikt voor toepassing in de gekende en populaire zonneborders Zonneborders brengen kleur en leven in je tuin. Veel planten in de zonneborder zijn voedselplanten voor tal van insecten, maar ook waardplanten. Denk maar aan de koninginnenpage die haar eitjes bij voorkeur afzet op wilde peen. Uitgebloeide borders zijn in de winter belangrijk als voedselbron voor zaadetende en insectenetende vogels. Insecten vinden een schuilplaats in de lege zaaddozen.. BORDERS, WHAT’S IN A NAME?
Border betekent grens, rand of kant. In de tuin is een border een boord met een samenstelling van meestal doorlevende (vaste) planten. Borders worden sinds
1870 toegepast in de tuinarchitectuur. Zij werden geïntroduceerd door de Wild-gardeningbeweging als reactie op de formele parterres of perken uit de Franse tuinstijl. De Engelse borders waren geïnspireerd op de bloemrijke bermen: een boord met een combinatie van doorlevende planten gekozen op basis van kleur, bloeitijdstip en bloem- en bladvorm. Gertrud Jekyll, de moeder van de Engelse vaste plantenborder, was schilderes. Met aquarelverf kleurde ze haar borders in en ze zocht nadien de planten die aan de kleurcompositie voldeden. Dit konden zowel pasteltinten zijn als vlammende kleurcomposities. Soms in één en dezelfde kleur of gelijkaardige tinten maar ook met contrasterende effecten. Er werd ofwel gestreefd naar een hoogtepunt waarop bijna alle planten gelijktijdig bloeien of naar een gespreide bloei over heel het zomerseizoen. EIGENSCHAPPEN VAN DE ENGELSE BORDER
Voor wie van kleur houdt, is de Engelse border een fraaie, maar arbeidsintensieve Seizoenen oktober 2005/ 17
groenvorm. Vanuit het streven om het oorspronkelijk ‘schilderij’ zoveel mogelijk te benaderen werd er vaak voorbij gegaan aan de groei-eisen van de verschillende planten. Planten uit verschillende biotopen werden gecombineerd. Hierdoor was ook de onderlinge concurrentiekracht van de planten niet aangepast en moest elke plant vaak zorgvuldig worden verzorgd. Voor nietgeplante soorten was er geen genade. Bloemen van planten die enkel voor het blad waren gekozen waarvan de kleur niet harmonieerde met de rest van de beplanting werden eruit geknepen. De vele Engelse tuinen die je kan bezoeken en die pronken met hun bloemenborders kunnen dan ook een beroep doen op heel wat personeel dat de soms meters brede en lange borders heel het seizoen door wieden. Behoort een zonneborder voor mensen met een voltijdse baan en daarbij vaak nog een gezin dan niet tot de mogelijkheden? Ja, zeker wel maar de plantenkeuze en het beheer verschilt van de Engelse border.
BLOEMENBORDERS IN DE ECOLOGISCHE SIERTUIN
In de ecologische siertuin gebruiken we misschien beter de term zoom- of randbeplanting of berm: een overgangsbegroeiing tussen open en gesloten ruimte: aan de voet van een struikenmassief, een haag of een met klimplanten begroeide muur. In tegenstelling tot een berm is het geen gras met bloemen ertussen maar bloemen met eventueel grassen erbij. In de traditionele border worden ook grassen toegepast: uitheemse grassen die absoluut hun waarde hebben (zie Seizoenen van augustus). Maar ook heel wat soorten inheemse grassen – grassen die er vanzelf zijn gekomen – kunnen in harmonie groeien met de aangeplante doorlevende planten. Eigenlijk is gras in een zonneborder normaal en het oogt ook natuurlijker dan alleen maar doorlevende planten dicht tegen elkaar aangedrukt. Grassen weven op een luchtige wijze de planten aan elkaar en kunnen
PLANTEN KIEZEN: WAAR LET JE OP?
• Kies planten die geschikt zijn voor de standplaats. • Combineer zoveel mogelijk planten die uit gelijkaardige biotopen afkomstig zijn (associatie). Om een beplanting samen te stellen die een gezelschap vormt en deze te beheren, is het belangrijk te weten welke planten samen kunnen groeien. • Kies planten met een min of meer gelijkaardige groeikracht: geen woekeraars naast zwakke groeiers 18/ Seizoenen oktober 2005
de kleurexplosie verzachten. Grassen zijn echter dodelijk voor mediterrane halfheestertjes zoals lavendel, rozemarijn, echte gamander en echte salie. Deze planten geven de voorkeur aan stenige bodems waar grassen sowieso al veel minder kans maken. PLANTENKEUZE
Een zonneborder kan samengesteld zijn uit een mengeling van lage struikjes, kruidachtige planten, meestal doorlevende/vaste planten, vaak ‘borderplanten’ genoemd en bolgewassen. In dit artikel beperken we ons voor de plantenkeuze tot de kruidachtige planten. De houtige planten (struiken) laten we buiten beschouwing. Inspiratie kan je halen uit de kruidachtige zoombeplanting van de zuidelijke bosrand en de planten van graslanden en bermen. Ook planten uit uitheemse grazige situaties, onder meer prairieplanten, komen in aanmerking (zie Seizoenen van augustus). Het zijn meestal planten die beginnen te bloeien vanaf mei. En wil je een border met enkel laatbloeiende planten die tegen een stootje kunnen? Dan kan je nog een keuze maken uit een flink aantal fraaie inheemse ruigteplanten zoals gewone engelwortel (Angelica sylvestris), gewone wederik (Lysimachia vulgaris) en kattenstaart (Lythrium salicaria). Ruigteplanten zijn ook
doorlevende/vaste planten. Ze groeien in de natuur in ruige graslanden die maar om de drie jaar een keertje gemaaid worden. Ze zijn vrij hoog en hebben een sterk ontwikkeld wortelgestel. Daardoor kunnen ze gecombineerd worden met andere uitheemse sterke soorten – onder meer laatbloeiende prairieplanten – en ook met graslandplanten. Maar deze laatste zullen meestal moeten worden beschermd tegen de expansiedrang van de ruigteplanten. Meer ingrijpen zal dan nodig zijn. Om in een latere fase het tijdrovende afsteken van de randzone te vermijden kan je, als overgang van de border naar gazon, tuinpad of terras lage, uitstoelende planten zetten zoals vrouwenmantel (Alchemilla vulgaris/mollis), Perziche kruisjesplant (Phuopsis stylosa), lagere ooievaarsbekken (Geranium renardii, Geranium sanguineum), monnikskapranonkel (Ranunculus aconitifolius). Zo’n lagere randbeplanting oogt veel natuurlijker dan een afgestoken boord.
immers van heel veel planten cultivars waardoor er meer keuze is wat kleuren, hoogte en bloeitijd betreft. De keuze wordt wel veel makkelijker omdat het assortiment waaruit je kiest beperkt blijft tot die soorten die passen bij de bodem in je tuin. Er belet je ook niets om ook groenten en kruiden in de bloemenborder toe te passen. Wat structuur betreft halen weinig bladplanten het tegen een bloeiende rabarber. Wilde marjolein kan je perfect combineren met andere graslandplanten van schralere bodems terwijl venkel met zijn luchtig loof en ijle bloeiwijze de planten in je border als het ware aan elkaar rijgt. AANLEG VAN DE BLOEMENBORDER
Een bloemenborder plant je aan. Daarbij vertrek je altijd van naakte bodem, een bodem waarop geen begroeiing meer is en waaruit de wortels van eventuele houtgewassen en hardnekkige wortelonkruiden werden verwijderd.
In een voortuin, op stenige, gedraineerde bodem danst het perzikbladig klokje (Campanula persicifolia) doorheen fijne, spontaan gegroeide grassen. Duitse lis (Iris germanica) zorgt voor meer structuur, ook na de bloei, door de stevige, zwaardvormige bladeren. De fuchsia’vlekjes’ zijn afkomstig van de wilde gladiool (Gladiolus italicus), een bolgewas.
STANDPLAATS
Het spreekt dat een zonneborder op een zonnige plaats staat. Maar wat heet zonnig? Kijk eens na hoeveel uren zon je op de plek van je keuze hebt op dagen van 12 uur licht. Dat is rond 21 maart en 21 september. Je moet dan 6 uur zon hebben, dan zit je goed voor het aanleggen van een bloemenborder. Ook de bodem speelt uiteraard een belangrijke rol. Dat betekent niet dat je voor de soortenkeuze van een ecologische border de klassieke regels moet vergeten. Je kan na het kiezen van de planten aan de hand van de bodem evengoed combineren op kleur, bloem- en bladvorm. Er bestaan Seizoenen oktober 2005/ 19
DE MYTHE VAN DE ‘PROPERE’ GROND
Het is verbazingwekkend hoeveel mensen daarin nog geloven. Voor dat geloof worden bergen verzet! Tonnen grond worden afgeschraapt, weggevoerd en vervangen door andere grond: propere grond! Als het ware een maagdelijk terrein waarop zorgeloos kan getuinierd worden. Maar in elke vruchtbare bodem zitten miljoenen zaden die wachten op de beste omstandigheden om te kiemen. Vaak is juist verstoring een van die gunstige omstandigheden. Grond af- en aanvoeren betekent dus vaak veel poespas om niets. Bega nooit de fout van op een begroeide en/of verdichte bodem grond te laten storten. Het ziet er mooi uit maar het betekent nadien vaak pure miserie: stagnerend water door de verdichte onderlaag of zuurstoftekort in de bodem door het verteringsproces van de niet verwijderde vegetatie onderaan met als gevolg slechte groei van de aanplanting. Als om de een of andere reden grond aanvoeren noodzakelijk zou zijn dan moet de bestaande begroeiing eerst gemaaid worden en de bovenlaag grondig losgewerkt. Hoe diep is afhankelijk van de situatie. Hoe ga je te werk? We bespreken drie voorkomende situaties. In het eerste geval kan je snel beginnen met de aanleg van je border. In de andere twee situaties gaan we ervan uit dat de bloemenborder geen prioriteit is. • Vertreksituatie 1: je wil een bloemenborder op een plaats waar nu gazon is. Je hebt een bestaande tuin met een deel gazon en je wil een bloemenborder. Dan zit je goed. Het enige wat je dan moet 20/ Seizoenen oktober 2005
doen is de zoden afplaggen: vierkante stukken rondom rond afsteken tot op de diepte waarop je ‘de plag’ met wortel en al kunt oplichten en afvoeren. Je houdt dan naakte, quasi onverstoorde grond over. Hierin maak je – volgens je plan – de plantgaten en plaats je de planten erin. (volgens de soort 3 tot 5 planten/ m2).De plaggen kan je omgekeerd op elkaar stapelen als een muurtje. Zo worden ze tot prima compost omgezet. • Vertreksituatie 2: je tuin is een weide geweest. Als de bodem vrij vlak ligt, kan je een aantal jaren het gras kort afmaaien en het maaisel afvoeren. Zo verdwijnen de meest hardnekkige wortelonkruiden en krijg je een gazon. Nadien ga je te werk zoals in situatie 1. Is de bodem te zwaar beschadigd (te hobbelig, te veel verdicht door de dierenhoeven of zware voertuigen…) dan ga je te werk zoals in onderstaande situatie. • Vertreksituatie 3: de bodem in je tuin is (volledig) verstoord door bijvoorbeeld bouwwerkzaamheden. Eerst maai je de aanwezige vegetatie en voer je die af. Een kleine oppervlakte kan je omspitten. Voor een grotere oppervlakte is een bodembewerking met een tweewielige trekker waaraan je een kleine ploeg monteert, aangewezen. Nadien verwijder je wortels en wortelstokken van wortelonkruiden met een spitvork. Je kan dan nog een volledig jaar de bodem bedekken met oud karton. Kies hiervoor onbedrukt karton want in de meeste drukinkten zitten zware metalen die kunnen uitlogen in de bodem. Voor een optimale startsituatie van je border kan je na het bewerken en bedek-
ken van de bodem eerst nog een gewas telen zoals aardappelen, een groenbemester inzaaien zoals bladrammenas of pompoenen planten. Deze planten schermen door hun grote bladmassa de bodem af van het licht. Hierdoor kwijnen kiemplantjes van onkruidzaden die het nog wagen op te komen weg. BEHEER
De bedoeling van een border is dat hij mooi toegroeit, geen kale aarde tussen de doorlevende planten. Graslandplanten bedekken optimaal de bodem vermits vele onder hen een bladrozet maken en worteluitlopers waarmee ze zich vlot vermeerderen. Schoffel en hak kan je opbergen. Zij verstoren de bodem, waardoor ongewenste kruiden (eenjarigen) kans krijgen om te groeien. Bovendien is de kans op beschadiging van de wortels zeer groot en loop je het risico dat je zaailingen gewoon weghakt.
Een ruigte met slechts twee planten: wilgenroosje (Epilobium angustifolium) en gewone engelwortel (Angelica sylvestris). En toch kan je met deze twee plantensoorten vier verschillende combinaties maken! Wilgenroosje wordt ook in het wit aangeboden bij de plantenkweker en bij de gewone engelwortel zijn er bij die blozen!
• Korte termijn/aanvangsbeheer De ongewenste kruiden wied je. Dit kan met de hand of met behulp van een (brood)mes of speciale onkruidsteker voor de hardnekkige planten met een penwortel. De kunst van het wieden bestaat erin de gewenste zaailingen te laten staan en de ongewenste soorten te verwijderen. Om te beginnen leer je de zaailingen van de aangeplante soorten (her)kennen. De volgende stap kan eruit bestaan om ook planten die spontaan opkomen te leren kennen en gecontroleerd te laten gedijen tussen de aangeplante soorten. • Tijdelijke bodembedekking Als tijdelijke bodembedekking op kale Seizoenen oktober 2005/ 21
plekken tussen de pas aangeplante doorlevende planten kan gazonmaaisel een optie zijn. Laat het grasmaaisel eerst drogen en spreid het dun uit. Gebruik hiervoor geen bloeiend gras van hooilanden. • De bluts met de buil Houthaksel of boomschors is niet aangewezen als tijdelijke bodembedekking. Dit materiaal kan nuttig zijn in een jonge aanplant van houtgewassen om bij gebrek aan een natuurlijke strooisellaag tijdelijk de bodem te bedekken. Maar houthaksel en boomschors zijn als organisch materiaal vreemd aan graslandplanten. In een zonneborder zal je met houthaksel het kiemen en groeien van ongewenste planten wel gedeeltelijk beletten maar het gebruik van dit materiaal gaat vaak ten koste van de vitaliteit van de nieuwe planten. Het verteringsproces neemt zuurstof op uit de bodem ten koste van
de aanplanting. Bovendien vindt het gevallen zaad van de aangeplante soorten minder makkelijk een kiembed waardoor de border minder vlug dichtgroeit. • Lange termijn/duurzaam beheer Na drie jaar is je border dichtgegroeid. Maar dit betekent niet dat er geen werk meer aan is. In een zonneborder groeit er heel gemakkelijk gras tussen de planten. Moeilijk om uit te rukken met wortel en al. WIEDES
Er wordt steeds vanuit gegaan dat je in een bloemenborder de ongewenste planten met wortel en al moet verwijderen. Daardoor wordt het beheer van een border als zeer lastig en arbeidsintensief ervaren. Kan je dat dan niet op een andere manier oplossen? Eigenlijk wel. Vermits een zonneborder bestaat uit grasland-en/of ruigteplanten is het best mogelijk om je bloemenborder te maaien. Nogal wiedes! MAAIEN ALS BEHEERSMAATREGEL
Groot kaasjeskruid. 22/ Seizoenen oktober 2005
• Selectief Een eerste methode is selectief ‘grazen’: je trekt de grassen en andere ongewenste soorten met de hand af. Maaien doe je met een sikkel of handzeis, een eerste keer in de vroege lente (einde april) en zeker nog een keertje einde mei, begin juni. Op die manier krijgen de aangeplante en andere gewenste soorten voorrang op de grassen, valt er licht op de bodem en kunnen zaadplanten blijven ontkiemen. In de zomer volstaat dan af en toe een ‘plukbeurt’ want intussen staan de planten hoog en stevig’ op hun poten’.
• Volledig Je kan ook je border volledig afmaaien net zoals bij een bloemenweide of berm gebeurt. Daarmee kortwiek je het gras dat ertussen is opgeschoten maar tevens ook alle andere planten tot op een hoogte van niet lager dan 20 cm. Dit kan je doen met een gewone zeis of een motorzeis. Wanneer maai je alles? • Zomermaaibeurt (half juni tot einde juni) Bestaat je border uit graslandsoorten die hebben gebloeid voor einde juni dan bekom je een tweede bloei, afhankelijk van het weer (niet te droog), soms al na 4 weken omdat de plant zijn energie niet in het maken van zaad steekt. In oudere borders is rijp zaad vaak niet meer nodig omdat die toch al dichtgegroeid zijn. Zo belet je al te enthousiaste soorten om zich nog verder uitbundig te vermeerderen. Bij sommige planten kan je door deze beheermaatregel ook bepaalde aantastingen zoals meeldauw een halt toeroepen (Geraniumsoorten). Staan er meer laatbloeiende soorten in je border dan maai je op dat moment wel de reeds gevormde bloemknoppen weg. Je stelt daardoor de bloei enige weken uit en je krijgt daardoor lagere planten. Dit betekent minder uiteen vallen, omwaaien en plat regenen. Denk maar aan de ‘maaivormen’ van planten zoals boerenwormkruid en gewone berenklauw in de bermen.
zen van een flink aantal planten hebben ook nog sierwaarde: wilde peen (Daucus carota), gewone agrimonie (Agrimonia eupatoria) en rode zonnehoed (Echinacea purpurea). De restanten van stengels en bloeiwijzen pluk je af rond half tot einde maart. Nadien kan je de border gewoon maaien met de gewone grasmachine op de hoogste stand. De afgeplukte stengels kan je versnipperen en verspreiden tussen de beplanting of mee in het compostvat verwerken. MEER WETEN?
Voor de specifieke werkwijze ivm hardnekkige ongewenste kruiden verwijzen we naar de reeks over Lastige Gasten in Seizoenen 2002. Meer uitleg over omgaan met de bodem vind je in Handboek Ecologisch tuinieren (Velt). Meer uitleg over borders en plantenlijsten vind je in De Ecologische Siertuin. Rigaux J. & R. Van Cauteren (Velt). Germaanse lis.
• Wintermaaibeurt Je laat de afgestorven plantendelen beter staan tot na de winter. Dan is de plant beter tegen vorst beschermd. De zaaddoSeizoenen oktober 2005/ 23
GEZELSCHAPPEN IN DE ZOOM
Hieronder vind je lijstjes met gezelschappen van hoofdzakelijk graslandplanten, zowel inheems als uitheems. Een aantal inheemse ruigteplanten worden ook vermeld. Van de meeste soorten zijn er ook cultivars. Vooral interessant om de geschikte hoogte en de gewenste kleur te kiezen. Bij de samenstelling is ook gelet op bloemvormen. A. Voor een droge tot vochthoudende zanden zandleembodem, neutraal tot lichtzuur: • Gezelschap 1 duizendblad Achillea millefolium + cultivars aster Aster divaricatus Aster amellus knoopkruid Centaurea jacea wilde peen Daucus carota beemdkroon Knautia arvensis Knautia macedonica • Gezelschap 2 purpervlasbek korenbloem duifkruid glidkruid
Linaria purpurea + cultivars Centaurea dealbata + cultivars Scabiosa caucasia + cultivars Scutellaria incana
• Gezelschap 3 perzikbladig klokje Campanula persicifolia + cultivars wilde peen Daucus carota St. Janskruid Hypericum perforatum vlasbek Linaria vulgaris B. Voor een vochtige zand -en zandleembodem, neutraal tot lichtzuur: • Gezelschap 1 klokjesbloem Campanula lactiflora + cultivars rode zonnehoed Echinacea purpurea + cultivars wilde lupine Lupinus polyphyllus + cultivars Sidalcea candida 24/ Seizoenen oktober 2005
• Gezelschap 2 groot kaasjeskruid bergamotplant vlambloem zeepkruid
Malva sylvestris + cultivars Monarda didyma Phlox panicula + cultivars Saponaria officinalis
C. Voor een droge tot vochthoudende bodem, neutraal tot licht kalkrijk: gewone agrimonie Agrimonia eupatoria kluwenklokje Campanula glomerata + cultivars rode spoorbloem Centranthus ruber + cultivars bont kroonkruid Coronilla varia bloedooievaarsbek Geranium sanguineum + cultivars wilde marjolein Origanum vulgare + cultivars veldsalie Salvia pratensis + cultivars aarereprijs Veronica spicata + cultivars D. Voor een vochthoudende tot vochtige leembodem, neutraal tot lichtzuur: • Gezelschap 1 echte heemst Althaea officinalis klokjesbloem Campanula lactiflora + cultivars koninginnekruid Eupatorium cannabinum daglelie Hemerocallis flava + cultivars lampenpoetser Liatris spicata + cultivars bergamotplant Monarda didyma + cultivars • Gezelschap 2 rode zonnehoed Echinacea purpurea + cultivars vlambloem Phlox paniculata + cultivars Perzische kruisjesplant Phuopsis stylosa scharnierplant Physostegia virginiana + cultivars grote pimpernel Sanguisorba officinalis vaderplant Tradescantia virginiana + cultivars
E. Voor een vochthoudende tot vochtige leem-en kleibodem, neutraal tot lichtzuur • Gezelschap 1 beemdooievaarsbek Geranium pratense + cultivars Siberische lis Iris sibirica margriet Leucanthemum superbum + cultivars wilde margriet Leucanthemum vulgare knikkende wederik Lysimachia clethroides muskuskaasjeskruid Malva moschata + cultivars grote pimpernel Sanguisorba officinalis • Gezelschap 2 wilde bertram gewone wederik adderwortel monnikskapranonkel Europese kogelbloem echte valeriaan poelruit langbladige ereprijs
Achillea ptarmica Lysimachia vulgaris Persicaria bistorta Ranunculus aconitifolius Trollius europaeus Valeriana officinalis Thalictrum flavum Veronica longifolia Veronicatrum virginicum + cultivars
• Gezelschap 3 gewone engelwortel Angelica sylvestris gewoon wilgenroosje Epilobium angustifolium + cultivars koninginnekruid Eupatorium purpureum kattenstaart Lythrum salicaria + cultivars heelblaadjes Pulicaria dysenterica Canadese guldenroede Solidago canadensis • Gezelschap 4 diverse astersoorten vaste zonnebloem zonneogen puntwederik boerenwormkruid
Vaderplant of eendagsbloem.
Eendagslelie.
Aster novi-belgii + cultivars Aster novae angliae + cultivars Helianthus decapitalus Helenium-soorten Lysimachia punctata Tanacetum vulgare
Seizoenen oktober 2005/ 25
VOLLE ZOMER, EINDE JULI
Een flamboyante beplanting op vochtige zandleemgrond met planten die aan elkaar zijn gewaagd. Op de achtergrond Veronicastrum en koninginnekruid (Eupatorium purpureum) nog een beetje ’in knop’. Het zijn twee planten die vrij laat op het seizoen bloeien en oorspronkelijk afkomstig zijn uit de prairie. Ook vlambloemen (Phlox paniculata) in vol ornaat zijn van de partij.Links vooraan zie je de knikkende wederik (Lysimachia clethroides) en daarnaast een grote groep duizendknoop (Polygonum amplexicaule) . Als overgang naar terras en gazon is vrouwenmantel (Alchemilla mollis) toegepast. Deze border wordt eenmaal grondig gewied in het voorjaar. Nadien krijgen ongewenste kruiden nog nauwelijks kans. Foto Sofie Hoste. EINDE ZOMER, HALF SEPTEMBER
In deze border op leemgrond is gekozen voor contrasten : het felblauwe van Lobelia siphilitica en de warme kleuren van zonneogen (Helenium cultivar). De zachtpaarse, bijna witte straalbloempjes zijn geen asters, maar fijnstraal (Erigeron annua). Een eenjarige soort die moeilijk te verkrijgen is maar per ‘(on)geluk’ is meegekomen in het potje van een andere plant. De plant heeft zich vrijelijk kunnen uitzaaien omdat de kiemplantjes niet fanatiek zijn weg gewied maar men heeft afgewacht wat dat ongekende plantje wel zou kunnen zijn! Het resultaat is niet gepland, maar wel geslaagd. Ook deze border wordt gewied. 26/ Seizoenen oktober 2005
OP VOCHTHOUDENDE, SOMS DROGE ZANDLEEMBODEM: BERM OF BORDER?
Een aarzelend begin (mei) in blauw en wit: beemdkroon (Knautia arvensis) en wilde margrieten (Leucanthemum vulgare). Later, in juni kleurt de border nog meer blauw en paars met o.a. beemdooievaarsbek (Geranium pratense), langbladige ereprijs (Veronica longifolia) en knoopkruid (Cenaturea jacea). Bloeiende grassen zijn er ook. In juli wordt er overgeschakeld naar geel: gewone agrimonie (Agrimonia eupatoria), heelblaadjes (Pulicaria dysenterica), Jacobskruiskruid, boerenwormkruid (Tanacetum vulgare) en Canadese guldenroede (Soldago canadensis). Op het hekje achteraan heeft zich het bont kroonkruid (Coronilla varia) gedrapeerd. Niet alle planten in deze border horen van nature thuis op dezelfde bodemsoort. Sommigen staan hier op ‘hun limiet’. Dat betekent dat ze hier niet helemaal in hun schik zijn. Voor Canadese guldenroede en heelblaadjes is het soms een beetje te droog. Maar daardoor blijven ze binnen perken. Anders zouden ze de andere soorten overwoekeren. Nu loopt de concurrentiekracht quasi parallel. Het bont kroonkruid daarentegen doet het uitzonderlijk goed terwijl de langbladige ereprijs en zelfs het boerenwormkruid bij aanhoudend droog weer het moeilijk hebben. Maar alle zomers zijn verschillend en dus wisselt zowel het aantal als de plaats van sommige (bv. beemdkroon) plantensoorten elk jaar. In deze border wordt twee maal met de hand ‘gegraasd’ (in lente en zomer) en na de winter wordt alles kort gemaaid. (10 cm). Seizoenen oktober 2005/ 27
LESSENREEKS ECOLOGISCHE MOESTUIN
• BREE 28 maart en 4, 11 en 15 april 2006 Pensionaat (lokaal 23), Kloosterstraat 13, 3960 Bree LESSENREEKS ECOLOGISCHE SIERTUIN
• BERINGEN - HAM 8 november, 13 december 2005 en 10 januari, 14 februari, 14 maart en 17 juni 2006 Stedelijke Feestzaal COR, Pastorijstraat 1, 3582 Koersel • HASSELT 2, 9, 16 , 23 februari en 2, 11 maart 2006 Domein Kiewit (bioleslokaal), Kiewitdreef 7, 3500 Hasselt • BILZEN - RIEMST 6, 13, 20, 27 maart en 3,9 april 2006 CC De Kimpel, Eikenlaan 25, 3740 Bilzen • PEER 7, 14, 21, 28 februari en 7, 11 maart 2006 ‘T Poorthuis, Zuidervest 2a, 3990 Peer Elke les duurt van 19u30 tot 22u. Prijs: € 40 (lessenreeks + handboek). Inschrijven: door storting op rek. 001-0990550-62 van Velt. Mededeling: ‘lessenreeks moestuin’ OF ‘lessenreeks siertuin’ + ‘naam gemeente’ + ‘naam cursist’. Na inschrijving ontvang je een schriftelijke bevestiging. Meer info: • Provincie Limburg, Stijn Bouchet, 011 23 83 64,
[email protected] • Velt, 03 281 74 75,
[email protected].
28/ Seizoenen oktober 2005
VERHALEN VAN DUIZEND-EN-EEN STAMPPOT DIANA LAUWERS HET LEVEN OP HET LAND
Voorbije zomer zag ik hen weer. Zij in bloemetjesjurk en roze nylon schort, kuithoge rubberlaarzen en met een lila permanentje. Hij met blauwe kiel, pet en klompen. Actieve zestigplussers onderweg naar hun land. Ze verplaatsen zich daarvoor op een fiets met dwarslangs een riek – in mijn ogen een ietwat hachelijke onderneming. ‘s Avonds heeft de man, naast die riek, een jute zak met een slordige twintig kilo aardappelen over zijn stuur hangen. De oogst van die dag.
één gloeilampje. Stofnetten en spinrag van de ene wand naar de andere. Enkele muizen die gauw wegglipten en ook wel eens een rat. In dit geheimzinnige sfeertje stonden we tegenover elkaar: een donkere grillige aardappelreus twee keer zo hoog als wij kleine pagadders. We peuterden aan de onderste aardappelen zodat de bovenste uiteindelijk als een kleine lawine naar beneden donderden. We moesten de aardappelscheuten weghalen en de mand vullen. Een beetje griezelig was het, jazeker, maar ook spannend en bijzonder dat halfuurtje zo heel alleen in de aardappelondergrondse.”
AARDAPPELCORVEE
Er zijn nog mensen met aardappelverhalen. Zoals R. die opgroeide op een boerderij en met een warme glimlach terugblikt op een verleden van kinderarbeid. Ze vertelt graag en met verve over het boerenleven van zo’n vijftig jaar geleden. “Elke dag weer vloog één van de kinderen de kelder in. Met een grote mand togen wij naar de aardappelkelder. Een grote raamloze ruimte, onder de schuur, tot aan het plafond volgestouwd met aardappelen. Het schaarse licht van
BIOLOGISCHE LANDBOUW AVANT-LA-LETTRE
“Een bijdehandse knecht had op een keer de mand gevuld met aardappelen met de scheuten er nog aan, enkel bij de bovenste tien centimeter had hij de scheuten er af gehaald. De veertienjarige slimmerik bleef niet lang in dienst. Maar goed, die mand vol aardappelen was te zwaar voor ons, kinderen, ze werd later door vader of moeder opgehaald: het was de dagelijkse hoeveelheid nodig voor mens Seizoenen oktober 2005/ 29
en dier. Moeder bereidde de aardappelen voor het voetvolk op de Leuvense stoof. In het bakhuis in een grote ketel boven een haardvuur werden de aardappelen voor het vee gekookt. Voor de varkens ging er meel en lijnzaad bij en voor het paard in de zomer haver. Al het veevoeder werd trouwens op de boerderij zelf geteeld: klaver, rapen, bieten, rogge en haver. Van gif of kunstmest was er bij ons geen sprake. We hadden zo’n 40 runderen, twee varkens, wat kippen, een trekpaard en een waakhond. Die hond at de tafelrestjes maar was uitgesproken gek op frieten. Als mijn moeder op zondag frietjes bakte, kwispelstaartte hij dat het een lieve lust was.” VOORBEELD VAN GESLAAGDE INTEGRATIE
Maar eerst was er dit. Lang, lang geleden, toen de Spanjaarden nog de meest reislustigen der Europeanen heetten te zijn, gebeurde het dat de aardappel helemaal uit Zuid-Amerika naar onze streken emigreerde. Een Spaanse EENPANSGERECHT MET AARDAPPELEN
Het vertrekpunt: ‘Fruit een gesnipperd uitje en voeg geschilde en in kwartjes gesneden aardappelen toe samen met een bodempje water’. Tegelijk met de aardappelen – of enkele minuten later – kun je groenten en kruiden toevoegen. Bijvoorbeeld in plakjes gesneden wortelen, roosjes broccoli, blokjes zoete aardappel, pompoen etc. Je kunt groenten combineren of het bij aardappelen en één groente houden. Als alles gaar is en het vocht mooi verdampt, kan je, indien gewenst, het geheel nog wat pletten of prakken met een aardappelstamper. Dat gaat snel en geeft niet veel afwas. Zo heb je, in combinatie met vlees, vis of een andere eiwitleverancier, een gezond en snel maaltje. 30/ Seizoenen oktober 2005
globetrotter bracht als genoegdoening voor zijn lange afwezigheid een eetbaar souvenir mee voor zijn Juanita. Het was niet meteen een succes te noemen (ik geloof dat ze liever een mooier en groter bloempje had gekregen), de vreemdeling werd aanvankelijk op argwaan onthaald. Dat was in de zestiende eeuw. Wat moest men hier met deze botanische curiositeit met zijn onguur uiterlijk? Het was niet eens duidelijk wàt er nu precies diende gegeten te worden: de besjes, de bladeren, de ondergrondse knollen? Men geloofde lange tijd dat het eten van Solanum tuberosum oftewel aardappel allerlei kwaadaardige ziekten, zoals syfilis, tbc en zelfs lepra veroorzaakte. Anderen weigerden dan weer aardappelen te eten omdat die niet in de bijbel genoemd werden. Pas in de achttiende eeuw, na jaren van hongersnood door mislukte graanoogsten en na de nodige marketingscampagnes (onder anderen door ene Parmentier die in opdracht van het Franse hof menig geslaagd aardappelrecept verzon), overwon de donkerhuidige knol de xenofobie en raakte algemeen ingeburgerd in onze contreien. ‘Zullen we straks frietjes eten?’ RECEPTEN VOOR MENSEN MET EEN LICHTE STAMPPOTVERSLAVING.
Aardappelen lenen zich prima tot stamppot en eenpansgerechten. Vooral mensen die alleen leven, of mensen met weinig tijd zijn enthousiast over dit soort makkelijkheidskoken. Onderstaande recepten zijn eenvoudige stamppotten of aardappelgerechten maar geen strikte eenpansgerechten. De basisreceptuur voor het ‘echte’ aardappel-eenpansgerecht vind je in het kadertje.
DRIEKLEURENSTAMPPOT
Deze wint de eerste prijs voor fleurigheid: oranje-groene stamppot! ca. 800 g (bloemige) aardappels - 1 struik broccoli - 6 wortels 1 ui - 250 g kastanjechampignons - 2 eetl. olijfolie - 1 k.l. instant groentebouillon - 1 afgestreken k.l. Provençaalse kruiden - peper - kruidenzout Borstel de champignons schoon en snij ze in gehalveerde plakjes. Maak de overige groenten schoon, snij de worteltjes in blokjes en de geschilde aardappels in kwartjes. Verdeel de broccoli in roosjes, houd de broccolistelen apart, schil ze en snij ze in blokjes. Snipper de ui. Verwarm één eetlepel olie en fruit de ui zachtjes glazig samen met de Provençaalse kruiden. Voeg de worteltjes, de aardappels, broccolistelen en ongeveer 1⁄2 kopje water toe en breng aan de kook. Voeg de bouillon toe en laat het geheel vervolgens zachtjes gaarstoven. Voeg zonodig nog een weinig (!) water toe. Niet te veel want het vocht moet volledig opgenomen/ verdampt zijn zodat je een mooi droge stamppot krijgt. Roer af en toe. Voeg een zestal minuten voor het einde van de gaartijd de broccoliroosjes toe en laat alles samen verder gaar worden. Verwarm intussen een eetlepel olie en bak de champignons in enkele minuten goudbruin, breng ze op smaak met peper en kruidenzout. Ga met de aardappelstamper door
het geheel, roer de paddestoelen erbij, controleer de smaak en serveer. Menusuggestie: met vlees of vleesvervanger en een frisse bladsalade. GESTAMPTE AARDAPPELEN MET POSTELEIN
Winterpostelein smaakt zoals spinazie en laat zich simpel en snel verwerken. Deze plant met zijn ruitvormige blaadjes vind je ook in het wild; als je een duinenwandeling maakt, moet je maar eens opletten. In de lente dragen deze kleine plantjes witte bloempjes. ca. 800 g winterpostelein - 1 kg bloemige aardappelen - 1 middelgrote ui - 1-2 eetl. olijfolie - muskaatnoot - peper - kruidenzout Kook de aardappelen – al dan niet in de schil. Giet af, laat even afkoelen en schil de aardappels indien nodig. Stamp ze fijn of draai ze door de roerzeef. Snipper de ui. Verwarm olie en fruit de ui glazig en zacht. Verwijder intussen de stengels van de postelein en was en hak de blaadjes.Voeg de posteleinblaadjes met het aanhangende waswater bij de ui, plaats een deksel op de pan en laat de groente op een zacht vuurtje slinken (slechts enkele minuten). Roer de postelein en ui bij de aardappelen, breng verder op smaak en serveer. Menusuggestie: lekker in combinatie met gestoofd witlof en een
TIP
Gebruik nooit een mixer om aardappelen te pletten want dat geeft kleverige puree. En pureer – om dezelfde reden – ook zo snél mogelijk (laat de aardappelen dus niet eerst afkoelen ook als het gerecht niet voor onmiddellijke consumptie bedoeld is). vegeburger of lapje vlees. Variante: plet er gare worteltjes bij (goed om een restje kwijt te geraken bijvoorbeeld!) zodat je een kleurige en wat zoetiger puree krijgt. JANS HEERLIJKE AARDAPPELPUREE MET SPRUITJES EN SPEKJES
Hij noemt het luxe-puree en zeer gepaste kost voor na een stevige (Ardeense) wandeling met vrienden. Het gerecht is in dat geval voorbereid en moet bij thuiskomst enkel nog de oven in. 1 kg aardappelen - ca. 400 g spruitjes - 1 ui - 150 g gerookt spek - 1 eetl. olie - scheutje melk - 80 g gemalen gruyère - ca. 1 eetl. boter of plantaardige margarine muskaatnoot - peper - zout Kook de aardappelen in de schil, giet af, laat even afkoelen en schil ze. Prak de aardappelen zodanig dat je nog wat brokjes houdt. Snij het spek in kleine stukjes. Maak de groenten schoon en snipper Seizoenen oktober 2005/ 31
de ui. Verwarm de olie en braad het spek even aan. Haal het spek uit de pan en fruit de ui. Voeg zo nodig beetje extra olie toe. Voeg de gehalveerde spruitjes en een eetlepel water bij de ui en laat gaarstoven. Roer vervolgens spruitjes en spekjes door de aardappelpuree, voeg nog een weinig melk en boter of margarine toe en breng verder op smaak met muskaatnoot, peper en zout. Schep de aardappelpuree in een ingeoliede ovenschotel. Strooi de kaas erover, beleg met enkele vlokjes boter en laat gratineren in een voorverwarmde oven (180-200°). Menusuggestie: serveer met een gemengde bladsalade. Variante: voor vleesdervers: met blokjes gebakken rooktofu. STAMPPOT MET CHINESE KOOL EN KARWIJZAADJES
Ik voeg karwij bij dit recept omwille van de smaak, maar karwijzaad of kummel
Stamppot met Chinese kool en vegetarische worst. Foto Sofie Hoste. 32/ Seizoenen oktober 2005
heeft bovendien een spijsverteringsbevorderend effect en past ook goed in andere koolrecepten. 1.100 g aardappelen - 1 Chinese kool 1 ui - 2 k.l. karwijzaad - 2 eetl. olijfolie 1 laurierblad - peper - kruidenzout Kook de aardappelen en schil ze – naar wens voor of na het koken. Maak de groenten schoon, snipper de ui en snij de kool fijn. Verwarm de olie en laat de ui zachtjes fruiten samen met het karwijzaad. Voeg de kool, een eetlepel water en de laurier bij de ui, plaats een deksel op de pan en stoof de groenten beetgaar, breng ze op smaak met peper en kruidenzout. Pureer de aardappelen met roerzeef of aardappelstamper. Roer de groenten (verwijder het laurierblad) vervolgens bij de aardappelpuree en breng het geheel verder op smaak. Menusuggestie: met (al dan niet vegetarische) worst.
GROEN TORENTJE VAN AARDAPPELPUREE
1 kg aardappelen - 200 g verse spinazie - 350 g champignons - 1 ui - 1 eetl. olijfolie - muskaatnoot - peper - kruidenzout - voor de garnering: metalen ring (diameter 6-7 cm) Maak de groenten schoon en snipper de ui. Verwijder de harde stelen van de spinazie, was de blaadjes en snij de spinazie klein. Wrijf de paddestoelen schoon en snij ze grof. Verwarm de olie en fruit de ui tot hij goed zacht is. Voeg de spinazie met aanhangend water toe en laat met een deksel op de kookpan enkele minuten slinken op een zeer zacht vuurtje. Bak intussen de champignons op een vrij hoog vuur, breng ze op smaak met peper en zout. Pureer de aardappelen door de roerzeef of met de aardappelstamper en roer vervolgens spinazie en paddestoelen bij de puree. Breng het geheel verder op smaak en houd goed warm. Plaats nu de ringvorm op een bord, duw er met een vork aardappelpuree in en verwijder de vorm. Doe dit zo vier maal en serveer onmiddellijk. Menusuggestie: met gestoofd of gebakken witlof en een kaasburger of lapje vlees. AARDAPPELGRATIN MET VERSE ZALM EN PREI
1.200 g aardappelen - 350 g verse biologische zalmfilet - 8 dunne
(of 6 dikkere) preien - ca. 3 eetl. sojaroom - 1 eetl. maïzena - 1 k.l. mosterd - 1 bosje Chinese bieslook (of gewone bieslook) - paar takjes verse dragon of 1⁄2 k.l. gedroogde dragon - beetje dillegroen - muskaatnoot - peper - (kruiden)zout - ca. 2 eetl. paneermeel en 2 eetl. geraspte parmezaan - 1 eetl. olijfolie - 1 k.l. boter Kook de aardappelen en schil ze naar wens voor of na het koken. Maak de prei schoon, verwijder het donkergroene gedeelte, snipper de rest van de prei en stoom gaar. Stoom ook de zalm gaar. Maak een sausje door in een kommetje één eetlepel maïzena te mengen met de sojaroom. Breng ca. twee eetlepels preivocht aan de kook, roer het maïzenamengsel erbij en laat kort koken, breng op smaak met mosterd, peper en zout. Verdeel de gare zalm in kleinere stukjes, meng prei, zalm en saus (controleer de smaak) en schep dit mengsel in een ingeoliede ovenschotel. Prak de aardappelen fijn en roer er bieslook, dillegroen en dragon door. Breng de aardappelpuree verder op smaak met muskaatnoot, peper en zout. Dek de schotel af met een laag aardappelpuree, gelijkmatig uitgestreken. Bestrooi met een mengsel van paneermeel en parmezaan, leg hier en daar een klein vlokje boter en plaats ongeveer 15’ in een voorverwarmde oven (180-200°) tot de bovenkant mooi kleurt.
GROENTE-AARDAPPELGERECHT UIT DE OVEN
Als je een rest gare bloemkool hebt, kan je die hier mooi verwerken. De aardappelen worden in dit recept niet geplet. 1 bleekselder - 1 kleine (of 1⁄2) bloemkool) - 600 g aardappelen (geen stukkokers) - 1 ui - ca. 2 dl sojaroom of haverroom - 3 eetl. geraspte gruyère - 2 eetl. olie snuifje tijm - peper - kruidenzout Kook de aardappelen al dan niet in de schil. Maak de groenten schoon. Snij de bleekselder fijn. Snipper de ui. Verwarm een eetlepel olie en fruit de ui kort. Voeg vervolgens de bleekselder, de tijm en een bodempje water bij de ui en laat zachtjes gaar stoven. Breng op smaak met peper en kruidenzout. Verdeel intussen de bloemkool in roosjes en stoom die beetgaar. Schil – indien nog niet gebeurd – de gare aardappelen en snij ze in kwartjes. Roer in een ingeoliede ovenschotel groenten en aardappels door elkaar, overgiet met de room en breng verder op smaak met peper en kruidenzout. Bestrooi met de gruyère en laat het gerecht in een voorverwarmde oven (180-200°) zo’n 10-15’ gratineren. Variante: met stukjes gare kip.
Seizoenen oktober 2005/ 33
APPELSIEN, LAAT JE SCHIL ZIEN Met de komst van Sinterklaas is meteen ook het nieuwe sinaasappelseizoen ingezet. Sinaasappels, mandarijntjes, clementijntjes, in al hun variëteiten, ze vliegen ons weer om de oren. Mijn aandacht werd getrokken door de kratjes mandarijntjes die elk jaar weer te koop worden aangeboden. Mandarijnen zijn erg handig als gezond tussendoortje voor de kinderen op school, maar hoe zit het met hun schil? Als het ware met enige trots staat op dat kratje de vermelding ‘behandeld met thiabendazol’. Een kleine verkenningstocht in de supermarkt leverde me nog twee van die onheilsnamen op: ‘behandeld met imazalil en/of met orthophenilphenol’.
Ergens stond er ook een waarschuwing bij: ‘schil niet eetbaar’. Ik vond één reeks roze pompelmoezen die niet zijn behandeld na oogst en een stapel netjes met sinaasappelen van biologische teelt. Citrusvruchten zijn gezond: ze zijn rijk aan vitamine C en A, in mindere mate vitamine B en ze bevatten ook calcium. ORANJE BOVEN
Een netje sinaasappels met mooie oranje vruchten is aantrekkelijker dan eentje met vruchten met onregelmatige en eerder groene schil. De kleur van de schil garandeert niet dat de sinaasappel ook lekker is.. De kleur heeft enkel te maken met de temperatuur tijdens de rijping. Koude nachten bijvoorbeeld zorgen voor een eerder groene schil. Omdat sinaasappelen niet altijd zo mooi en eenvormig zijn bij oogst, krijgen ze een behandeling met ethyleengas. Ethyleen of etheen is een natuurlijk plantenhormoon dat onder meer meespeelt bij de rijping van vruchten. Kunstmatig ethyleen is een petroliumderivaat in gasvorm. Bij sinaasappelen zorgt ethyleen ervoor dat de groene kleur van de schil wordt omgezet in oranje. Nadeel is dat de vruchten door deze behandeling vatbaarder worden voor schimmels. Om dit tegen te gaan worden vaak fungiciden op de schil aangebracht. In de biosinaasappelteelt is behandeling met ethyleen niet toegestaan. SCHIMMELWERENDE MIDDELEN
Zowel thiabendazol, imazalil als orthophenylphenol zijn chemisch-synthetische 34/ Seizoenen oktober 2005
schimmelwerende middelen. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie en de Europese Unie behoren thiabendazol en orthophenylphenol tot de minder toxische bestrijdingsmiddelen. Maar in hoge dosis zou thiabendazol wel kankerverwekkend zijn. Imazalil is giftiger dan beide producten: het is kankerverwekkend en schadelijk voor vissen en vogels. In België zijn beide stoffen als bestrijdingsmiddel toegelaten voor enkele teelten. Imazalil kan je op binnenlandse producten terugvinden zoals op tomaat, augurk, appel, peer, aardappel, graan en komkommer. Thiabendazol krijgt voor landbouwgewassen enkel een erkenning bij aardappelen. ENKELE ONDERZOEKEN
Volgens een rapport van 2002 ging de Europese Unie na of er residu’s van gewasbeschermingsmiddelen op groenten en fruit te vinden waren in de Europese lidstaten. Als je alle stalen samen neemt, dan komen van alle gewasbeschermingsmiddelen imazalil en thiabendazol het meest voor! Op 60% van alle onderzochte mandarijnen en sinaasappelen werd imazalil teruggevonden. Voor thiabendazol is dat 36%. De gehaltes blijven daarbij wel ‘netjes’ onder de maximale toegelaten waarden. De onderzoeken die het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) uitvoerde in 2004, bevestigen de resultaten van het Europees onderzoek. Imazalil en thiabendazol behoren tot de meest aangetroffen bestrijdingsmiddelen in 2004 op fruit en ook een aantal groenten. Beide fungiciden zijn niet alleen op sinaasappelen teruggevonden, maar ook op bananen,
Gangbare sinaasappelen worden behandeld met schimmelwerende middelen zoals thiabendazol, orthophenylphenol en imazalil. Biologische sinaasappelen worden niet behandeld. citroenen en pompelmoezen. Thiabendazol zat ook op appelen. Het FAVV stelde in 2004 ook één overschrijding vast voor de maximaal toelaatbare grens – de zogenaamde MRLwaarde – van 5 mg/kg voor imazalil. Hoewel de schil niet altijd te eten is, verwachten we van groenten en fruit dat ze helemaal vrij zijn van pesticiden. Het is immers nog koffiedik kijken wat de gevolgen van het gebruik van pesticiden op onze gezondheid en op het milieu zijn op lange termijn. Het onderzoek staat daar nog niet ver genoeg in. Het is ook niet duidelijk wat het effect is als je een mix hebt van verschillende bestrijdingsmiddelen. Sinds 4 november 2000 is thiabendazol, ook bekend als E233, verboden als bewaarmiddel in verwerkte producten. Thiabendazol zou kankerverwekkende eigenschappen hebben bij gebruik in Seizoenen oktober 2005/ 35
hoge dosis. Maar er zijn biologische gifvrije sinaasappels. BIOLOGISCHE SINAASAPPELS ZIJN GIFVRIJ
Biologische sinaasappels zijn niet behandeld met thiabendazol, imazalil of orthophenylphenol. De wetgeving laat dat niet toe. Het enige wat de zuiderse bioboer voor zijn naoogstbehandeling mag gebuiken is carnaubawas, een plantaardige was. Volgens controleorganisatie Integra-Blik wordt carnaubawas zelfs niet gebruikt. We vroegen het Oliver Erkelbout van Biomarché, de grootste invoerder/ groothandel van biologische citrus in ons land: “Wij gebruiken geen schimmelwerende middelen voor onze citrusvruchten. Ook al laat de wetgeving één natuurlijk was toe, we hebben samen met onze klanten afgesproken dat alle citrus onbehandeld blijft. De consument wenst immers niet dat zijn biologische sinaasappelen worden behandeld.”
WWW.WEETWATJEEET.NL
De Nederlandse campagne ‘weet wat je eet’ ijvert voor een gifvrije voeding. Ze wordt georganiseerd door de organisaties Goede Waar, Stichting Natuur en Milieu en Milieudefensie. Weet Wat je Eet maakte een ranking op van de meest vervuilde groenten en fruit in Nederland over de periode 2000-2002. Bovenaan het lijstje prijkt de mandarijn. Ook citroenen en sinaasappelen scoren gifhoge pieken met een respectievelijk tweede en vijfde plaats. In deze ranking werden niet alleen de overschrijdingen van MRL-waarden bekeken, maar ook louter de aanwezigheid van pesticiden op de vruchten. 36/ Seizoenen oktober 2005
BIOSINAAS: WAAR EN WANNEER?
Je kan nagenoeg het hele jaar door sinaasappelen vinden. Er zijn verschillende variëteiten waardoor we in principe van oktober tot juli sinaasappels kunnen kopen die in Europa worden geteeld. De periode nadien wordt aangevuld door overzeese productie uit landen als Zuid-Afrika en Argentinië. Wil je ‘seizoensgebonden’ sinaasappels eten, dan beperk je je dus het best tot de periode oktober-juli. Je vindt ze nagenoeg in elke supermarkt en natuurvoedingswinkel. Je bewaart sinaasappelen het best op een koele plaats. Perssinaasappelen kan je langer bewaren dan eetsinaasappelen. CONCLUSIE
Dat het gebruik van producten als thiabendazol en imazalil op de verpakking vermeld staat, maakt het je als consument mogelijk een keuze te maken voor niet-behandelde citrusvruchten. Nog beter zou zijn dat we om het even welke sinaasappelschil kunnen verwerken in gerechten. Biologische sinaasappelen bewaren misschien wat minder lang dan behandelde, maar je eet dan wel gegarandeerd verse vruchten. Wij kiezen uiteraard voor biologische sinaasappelen en dan het liefst in de wintermaanden; dat is het hoogseizoen voor sinaasappelen en het levert je doorgaans betere vruchten. Je brengt je kinderen op die manier niet in contact met gifstoffen en je belast het milieu niet onnodig. Nadia Tahon
CONSUMENTENNIEUWTJES GROOTSTE DUITSE CATERINGBEDRIJF GAAT VOOR BIO
Eurest, het belangrijkste Duitse cateringbedrijf, heeft sinds kort het biolabel gekregen voor de maaltijden die ze aanbiedt bij enkele toonaangevende bedrijven zoals Braun in Kronberg en enkele banken in Frankfurt. De biomenu’s kosten evenveel of slechts een fractie meer en zullen naar verwacht snel 20% van de omzet van Eurest halen. TANDPASTA’S: OVERBODIG SCHUIM
Zijn de ‘natuurtandpasta’s’ zoals die van Weleda, Lavera of Logona die men in natuurvoedingswinkels kan kopen beter dan deze van de apotheker of de supermarkt? Ja en neen, volgens Öko-Test (ÖT). Van de 41 onderzochte tandpasta’s kregen zeven natuurtandpasta’s een ‘goed’ als kwotering omdat ze bijvoorbeeld geen overbodige schuimmiddelen zoals het detergent natriumlaurylsulfaat bevatten, en evenmin andere ongewenste cosmetische bestanddelen zoals emulgatoren (PEG’s) of organische halogeenverbindingen. Voor ÖT hoort tandpasta echter ook fluoride te bevatten om het tandglazuur te versterken en het te beschermen tegen de inwerking van zuren die ontstaan door de vertering van suikers in onze voeding. Natuurvoedingsadepten daarentegen voeren aan dat zij weinig of geen
toegevoegde suikers eten, en dat ze bovendien voldoende fluor opnemen uit drinkwater en thee, granen zoals gierst, of vis. Ook het eten van veel groene groenten zwakt het effect van zuren af. Het is in elk geval duidelijk dat de inname van fluor via voedsel en het effect ervan individueel sterk verschilt: de (half )jaarlijkse controle bij de tandarts kan hierover uitsluitsel geven. RUWVEZELBEHANGPAPIER: DUURZAME KWALITEIT
Ruwvezelbehangpapier is zeer geliefd bij jongeren om hun kamer mee te behangen omwille van de gunstige prijs en voor het gemak waarmee een oudere bepleistering wordt bedekt. En ook na enkele schilderbeurten blijft de ruwe structuur goed zichtbaar. ÖT liet 14 merken van dit populaire behanpapier onderzoeken en bevond ze alle zowel vrij van gifstoffen, als goed tot zeer goed om mee te werken. LUXUEUSE BODYLOTIONS: GEEN GOED GESCHENKIDEE
Dat er in de dure parfumeriezaken niet veel goede producten te vinden zijn, heeft de serie over cosmetica in Seizoenen al uitgebreid aangetoond. Ook ÖT kan het niet nalaten om voor de zoveelste keer een vergelijkend onderzoek te doen van een of ander cosmeticum waarvoor in de glittermagazines Seizoenen oktober 2005/ 37
zwoel wordt geadverteerd. Vooralsnog tonen de testresultaten geen verbeteringen in de recepturen. Bij de 20 geteste bodylotions die tot € 44 kosten voor amper 200 ml, treft ÖT opnieuw een chemisch allegaartje aan van synthetische muscusgeurtjes, PEG-emulgatoren, organische halogeenverbindingen en andere stoffen die allergieën kunnen veroorzaken. In deze categorie van cosmetica zijn er geen natuurlijke alternatieven beschikbaar. HOE FAIR TRADE IS FAIR & FREE TRADE?
De Antwerpse koffiehandelaar Efico lanceerde eind augustus een eigen eerlijke koffie onder het label Fair & Free Trade. Efico biedt daarvoor aan de koffieproducent een meerprijs bovenop de marktprijs, maar garandeert geen vaste minimumprijs die soms het dubbele kan zijn van de marktprijs. Dat is volgens de echte Fair Trade organisaties (Oxfam, Max Havelaar en Vredeseilanden) al een eerste grondig verschil met hun manier van werken. Daarnaast kunnen de klassieke fair tradeboeren zelf beslissen waarvoor de extra inkomsten moeten dienen, terwijl Efico de bonussen stort in een fonds dat door de Koning Boudewijnstichting wordt beheerd. Daar wordt dan bepaald welke geselecteerde projecten met de fondsen worden gesteund. Volgens Oxfam-Wereldwinkels kan je deze manier van werken beter omschrijven als liefdadigheid die wel een graantje meepikt van het groeiende succes van fair trade, maar zonder de verplichtingen ervan op zich te nemen. TEST DRINKYOGHURTS: VERVOLGVERHAAL AROMA’S
Kleurrijke flesjes, een fruitig imago en door het lage vetgehalte allicht goed voor de lijn, dat zijn blijkbaar de verklaringen voor het succes van drinkyoghurts, met groeicijfers van 20% per jaar. Her en der zijn er zelfs al biologische versies op de markt. Van de 18 soorten die Öko-Test (ÖT) liet onderzoeken, haalden de besten hooguit een matig 38/ Seizoenen oktober 2005
‘bevredigend’. Groot minpunt voor alle yoghurts is de zwaar overdreven aromatisering die eigenlijk verhult dat er weinig echt fruit in verwerkt is. In vorige Seizoenen hebben we al gezien dat de meeste zogenaamde ‘natuurlijke’ aroma’s niets met fruit te maken hebben. Öko-Test toont met een anekdote aan hoe deze aroma’s onze smaakzin misleiden en zelfs totaal vervormen: tijdens een smaakproef in een winkelwandelstraat van het Duitse Münster kon slechts een krappe meerderheid van 59 op 100 passanten een echte vruchtenyoghurt herkennen. Daarnaast zijn bijna alle drinkyoghurts te zoet en volgens ÖT ook veel te duur in verhouding tot de geboden kwaliteit. Gratis tip: mix zelf 3/4 bioyoghurt met 1/4 rijpe vruchten of zoet sap. Gezondheid! ECHTE ZUIGFLESSEN TERUG, GRAAG!
95% van de zuigflessen voor baby’s zijn tegenwoordig gemaakt van polycarbonaat, een vrij licht en bijna onbreekbaar plastic dat echter bij verhitting de scheikundige stof Bisphenol A afgeeft. De stof gedraagt zich als een hormoon en wordt ervan verdacht verantwoordelijk te zijn voor een verminderde productie van zaadcellen en mogelijk een aanleiding te zijn voor borst- en prostaatkankers. Uit tests is gebleken dat de hoeveelheden Bisphenol A die vrijkomen in de zuigflessen ver onder de waarden liggen die Europa heeft vastgesteld als ‘aanvaardbare dagelijkse dosis’, maar heel wat ouders wensen gewoon niet dat hun baby zelfs dat kleine risico loopt. De Ethical Consumer somt voor hen op welke mogelijke alternatieven er op de markt zijn: de klassieke warmtebestendige glazen fles, of andere plasticsoorten zoals polypropyleen of PES (polyethersulfone). Luk Naets Bronnen: Öko-Test, De Standaard
GROTE ENQUÊTE GROENTEABONNEMENTEN OPROEP AAN ONZE GROENTEABONNEES
Een groeiende groep consumenten ontdekt de voordelen en het gemak van de vers geleverde wekelijkse portie biologische groenten en fruit. In Nederland wordt het systeem van de groentepakketten voornamelijk georganiseerd vanuit de groothandel. In Vlaanderen zijn er een twintigtal initiatieven die hun basis hebben in een bioboerderij of bij een coöperatie van bioboeren. Het lijkt ons nuttig deze initiatieven nog eens extra in de schijnwerper te plaatsen door middel van een enquête waarin de sterke punten van een groenteabonnement tot uiting zouden moeten komen. Daarom doen we nu een oproep aan de Veltleden die een abonnement (zak, mand, pakket of doos) hebben lopen om deel te nemen aan deze enquête. Omdat we elk systeem objectief en gedetailleerd in kaart wensen te brengen, trachten we ieder abonnement door een vijftal consumenten te laten opvolgen. Dat betekent dat we ongeveer 100 vrijwilligers nodig hebben.
de supermarkt binnen om de prijzen te noteren van de groenten en fruit die in het abonnement zitten. De ingevulde formulieren worden verzameld op het Velt-secretariaat in Berchem. WIN EEN VERWENWEEKEND
Alle deelnemers aan deze enquête krijgen na afloop van het onderzoek een leuke attentie. Bovendien maak je kans op een verwenweekend voor twee personen in een biologisch pension. Kandidaten geven vóór 15 november hun gegevens, de naam van het groenteof fruitabonnement en het aantal maanden of jaren dat ze al abonnee zijn door via:
[email protected]. Telefonisch kan ook: 03 281 74 75. Nu al dank voor jullie medewerking! Nadia Tahon en Luk Naets
Doe mee aan onze enquête over groenteabonnementen en win een verwenweekend voor twee.
WEINIG WERK, BOEIENDE UITDAGING
Hoe gaan we hierbij te werk? Elke vrijwilliger krijgt gedurende één jaar vier enquêteformulieren: één per seizoen. Daarop wordt de inhoud van de mand of zak van die week genoteerd. De enquêteur loopt gedurende diezelfde week ook eens de plaatselijke natuurvoedingswinkel en de bioafdeling van Seizoenen oktober 2005/ 39
BIOBABBELEN Tussen maart en september veroverden 20 Velt-lesgevers – de zogenaamde biobabbelaars – Vlaanderen en Brussel met de Biobabbel. De Biobabbel is een avondje praten en proeven. Aan de hand van een powerpointpresentatie en een boodschappentas vol bioproducten houdt de lesgever na een inhoudelijke inleiding een babbel en knabbel met de deelnemers. Het is de bedoeling om vragen over bio een degelijk antwoord te geven en om mythen over bio uit de weg te ruimen. Met de Biobabbel wil Velt de deelnemers op een aangename, ontspannen manier laten proeven van bio zodat iedereen met een goed gevoel huiswaarts keert. SUCCESFORMULE
De formule sloeg aan. Maar liefst 70 Biobabbels werden georganiseerd in heel Vlaanderen. Vooral milieuraden en gemeentebesturen organiseerden een Biobabbel, al dan niet in samenwerking met verenigingen. Ook Velt-afdelingen zochten collega-verenigingen op en naast een cultureel centrum, hielden ook twee biobedrijven, één vakbond en de meest uitéénlopende vormen van verenigingen er Biobabbel in Gistel. Foto Jan Vandecastelen.
één. Meer dan 1000 mensen proefden van de biohapjes en -drankjes die de biobabbelaar voorschotelde. 40% van de deelnemers kocht voordien nooit of slechts af en toe bio. De meeste deelnemers zijn bereid om in de toekomst meer bio te kopen; als ze het niet doen, is dat vooral omwille van de hogere prijs. Maar uit de evaluatie bleek dat de boodschap duidelijk was want meer dan 60% vindt het belangrijk om bio te kopen omwille van gezondheids- en milieuredenen. De Biobabbel was niet mogelijk geweest zonder de inzet en het enthousiasme van de 20 biobabbelaars. De biobabbel brengt immers de meest uiteenlopende vragen met zich mee. Van vragen over prijsopbouw, tot de kwaliteit van het dinkwater of biobrandstoffen. Dankzij de steun van de Vlaamse Gemeenschap werden de lesgevers klaargestoomd en werkten we een uitgebreide handleiding uit die inhoudelijke en methodologische ondersteuning moest bieden. BIOBABBELEN WE VOORT?
En of, onze biobabbelaars staan te trappelen om meer biobabbels te houden en om nog meer mensen die niet vertrouwd zijn met bio te laten kennis maken met duurzame voeding. We werken dit najaar enkele variaties uit op de biobabbel zoals een receptieformule en een biobabbel op de markt, allemaal om deze grote groep van consumenten te bereiken. Nadia Tahon Reservatie Biobabbel:
[email protected], 03281 74 75. Info over het project:
[email protected], 03 281 74 75. De biobabbelkalender vind je op: www.velt.be.
40/ Seizoenen oktober 2005
NANOTECHNOLOGIE: ONZICHTBAAR GEKNUTSEL OP MICROSCHAAL Slechts 17% van de bevolking heeft al van nanotechnologie gehoord. De spellingscorrectior op mijn computer onderstreept het woord automatisch alsof hij wil zeggen: moet ik dat woord kennen? Intussen reed er in juni een Duitse truck door Brussel om een aantal sprekende toepassingen van nanotechnologie te laten zien. Hoezo toepassingen? En wij weten nog van niets! EVEN VOORSTELLEN
‘Nano’ staat voor de schaal waarop deze nieuwe technologie van toepassing is: de nanometer (nm), het miljoenste deel van een … millimeter. Het is de schaal van atomen en moleculen, of de breedte van DNA, en dus veel te klein om met een gewone microscoop te kunnen bekijken. Deeltjes van die grootte blijken bijzondere fysische eigenschappen te hebben omdat hun oppervlak relatief groot is in verhouding tot hun volume. Scheikundige stoffen kleiner dan 50 nm worden op deze schaal reactiever of gaan zich compleet anders gedragen dan verwacht. Een heel stabiel edelmetaal als goud, bijvoorbeeld, gaat plots hevig reageren en op een veel lagere temperatuur smelten, terwijl koper op dat niveau stopt met elektriciteit te geleiden. Koolstofatomen, samengebracht in balletjes van een zestigtal stuks – zogenaamde ‘buckyballs’ – gedragen zich niet meer als steenkool of diamant, maar hebben nu een bacteriedodende werking, eventueel handig voor in de wasmachine. Van de-
zelfde koolstofatomen vormt men ook ultradunne buisjes die als halfgeleiders dienst kunnen doen met als dubbel voordeel dat ze 100 keer sterker, maar zes keer lichter zijn dan staal. Nanotechnologie hoort dus thuis in het rijtje van de andere microscopische spitstechnologieën die op microschaal opereren, en die door de Canadese milieugroep ETC wordt aangeduid als ‘Little Bang’: ‘Kleine Knal’ als tegenhanger van de Oerknal (Big Bang). De ‘bang’ staat dan voor ‘bits’ (informatica), atomen (nanotechnologie), neuronen (geneeskunde, neurologie) en genen (biotechnologie). Voldoende berucht gezelschap voor de nodige argwaan … CHARMEOFFENSIEF
Nanowetenschappers en industrie zijn als de dood voor een afwijzing door de consumenten als deze – zoals bij de ggo’s – plots voor voldongen feiten zouden worden geplaatst vooraleer ze voldoende geïnformeerd zijn en hun mening hebben mogen geven. Dat merk je aan de positieve toepassingen van nanotechnologie die bijvoorbeeld in de Duitse nanotruck worden getoond: kleding waarop de regen geen vat heeft (ingebouwde nanodeeltjes in de vezels zorgen voor dit waterafstotend ‘lotuseffect’), nanopartikels in bankbiljetten lichten op onder een uv-lamp (bescherming tegen namaak) en ultrakleine stoffen in zonnecrèmes dienen om de schadelijke ultraviolette stralen van de zon tegen te houden. Vooral de mogelijke meSeizoenen oktober 2005/ 41
Een toepassing van de nanotechnologie: een waterafstotende stof.
dische toepassingen ogen spectaculair: via nanotechnologie is detailchirurgie mogelijk op moleculaire schaal, wat belangrijk kan zijn in de strijd tegen kanker, virussen en genetische afwijkingen. Op dit moment zouden tandverzorgers zelfs al gebruik kunnen maken van nanopartikels die tot in de wortel van een kies doordringen en deze behoeden voor gaatjes en ontstekingen. Je hebt het al gemerkt: wie de nanotruck heeft bezocht, zal ongetwijfeld positief staan tegenover deze techniek die ook ecologisch bijzonder waardevol lijkt , alleen al door de kleinere verspilling van energie en grondstoffen.
van nanotech op landbouw en voedsel zet de groep een aantal bedenkingen op een rijtje. ETC gaat ervan uit dat ontwikkelingen op nanoschaal in de volgende 20 jaar een grotere invloed gaan hebben op gebied van de voedselvoorziening dan de mechanisering van de landbouw of de Groene Revolutie. Er zijn trouwens nu al voedingsmiddelen op de markt met nano-additieven zonder dat dit op het etiket wordt vermeld, en bepaalde pesticiden die nano-deeltjes bevatten die pas actief worden als de omstandigheden het vragen. Over de mogelijke gevaren van het vrijlaten in het milieu van deze zeer reactieve substanties bestaan slechts een handvol toxicologische studies. De actiegroep ziet geen andere mogelijkheid dan het inroepen van het voorzorgsprincipe tot er een publiek debat is gevoerd en er een wettelijk kader is geschapen met de voorwaarden voor toelating van nanotoepassingen. OP DE VINGERS GETIKT
Intussen stelt toch al één autoriteit vraagtekens bij bepaalde nanotoepassingen. De firma L’Oréal heeft een antirimpelcrème ontwikkeld die gebruikt maakt van nanodeeltjes omdat die dieper in de huid kunnen dringen. Het Amerikaanse Voedselagentschap (FDA) heeft echter ernstige bezwaren geuit: als deze partikels dieper doordringen in de huid, is het niet uitgesloten dat deze techniek ook negatieve gevolgen heeft.
EN DAN IS ER ETC…
De actiegroep ETC (Erosie, Technologie en Concentratie) volgt de ontwikkelingen in de nanotech-sector met argusogen. In haar persbericht over de impact 42/ Seizoenen oktober 2005
NANODEELTJES, MEGARISICO’S
Bij het doornemen van de artikels over nanotech, springen al snel een aantal risico’s in het oog, en dan bedoelen we
niet de mogelijkheid dat de nanotruck tegen een geparkeerde auto knalt… Een bloemlezing: • Er is nog zo goed als niets bekend over de wijze van bescherming van de arbeiders die nanodeeltjes maken of ermee in contact komen. Nanopartikels die worden ingeademd, zouden in de longen schade kunnen aanrichten zoals asbestvezels of mijnstof. • Nanodeeltjes zink- of titaniumoxide die aan een zonnecrème worden toegevoegd, moeten speciaal worden gecoat (omhuld, verpakt) omdat de losse deeltjes het DNA van de huidcellen beschadigen. • Nanotechnologie is (opnieuw) in handen van de grote multinationals zoals GM, BASF, Degussa, L’Oréal) zodat de kloof tussen Noord en Zuid nog dieper dreigt te worden. • Het is bijzonder verontrustend dat vooral de wapenindustrie investeert in nanotoepassingen: super efficiënte chemische en biologische wapens, afluisteren spionageapparatuur op microschaal. • De al vermelde ‘buckyballs’ (koolstofballetjes) met hun bacteriedodende werking mogen dan al handig zijn voor de wasmachine, via het afvalwater zijn ze mogelijk funest voor bodem- en waterleven. • En tenslotte nog een horror-toemaatje: het is in principe mogelijk een soort ‘nanorobotjes’ te creëren die geprogrammeerd zijn om bepaalde opdrachten uit te voeren. Wat daarmee zou kunnen gebeuren als een en ander uit de hand loopt, kan u allicht binnenkort in de bioscoop gaan bekijken wanneer de film ‘Grey Goo’ (grijze blubber) uitkomt…
Bronnen: Ethical Consumer, Food Magazine, www.etcgroup.org, Milieudefensie, De Morgen
De Nanotruck moet de consument warm maken voor de nanotechnologie. Foto’s Flad & Flad Communication.
Luk Naets Seizoenen oktober 2005/ 43
DE NATUUR HAALT GGO-SECTOR IN De ggo-sector communiceert graag en dikwijls dat ze de landbouwsector meer milieuvriendelijk maakt. De bewering luidt dat bij het telen van ggo-gewassen boeren minder hoeven te spuiten, en met minder schadelijke pesticiden. Resultaten van recent onderzoek ontkrachten deze bewering echter helemaal. HERBICIDETOLERANTE GEWASSEN: TROEF VAN DE GGO-SECTOR?
De bewering is als volgt: “Onkruid is vervelend voor de boer. Kapotspuiten met herbiciden is wel doeltreffend, maar kan ook schadelijk zijn voor het milieu. En ze verdelgen niet alleen het onkruid, maar ook het gewas. De ggo-sector heeft een manier gevonden om het gewas tegen deze herbiciden te beschermen. Ze vonden de oplossing bij een bacterie die in staat is het herbicide buiten werking te stellen. Deze eigenschap werd uit de bacterie gehaald en ingebracht in gewassen als maïs, soja, katoen en koolzaad. Zo worden deze gewassen beschermd tegen het herbicide, ze worden herbicide-tolerant terwijl het onkruid vernietigd wordt. Bij zulke gewassen moet de boer zijn gewassen niet meer herhaaldelijk met verschillende, soms milieubelastende herbiciden bespuiten, maar volstaan nu enkele behandelingen met een milieuvriendelijker middel.” Het meest gekende voorbeeld van deze techniek is Roundup Ready (RR)-soja van de firma Monsanto. In de soja is een gen ingebouwd waardoor het wordt beschermd tegen het herbicide Roundup, met als actieve stof glyfosaat. 44/ Seizoenen oktober 2005
GGO-GEWASSEN VRAGEN MEER PESTICIDEN
Charles Benbrook, een onafhankelijk consultant uit de VS, heeft de effecten van negen jaar teelt van transgene gewassen in de VS geëvalueerd. Benbrook komt tot de conclusie dat na negen jaar de totale hoeveelheid chemische bestrijdingsmiddelen die wordt gebruikt in de teelt van gentech-gewassen is toegenomen in vergelijking met het bestrijdingsmiddelengebruik in de teelt van conventionele gewassen. Uitgesplitst naar de verschillende toepassingen, blijkt die toename geheel op het conto te schrijven van de herbicidetolerante (HT) gewassen soja, maïs en katoen. De toename bedraagt 5%, en heeft zich in de afgelopen zes jaar ontwikkeld. Gedurende de eerste drie jaar was er nog sprake van een afname van het middelengebruik. Na die drie jaar is het gebruik van chemische middelen flink toegenomen. Hiervoor zijn verschillende oorzaken: de verschuiving in onkruidpopulaties als gevolg van een eenzijdig spuitregime, de ontwikkeling van glyfosaat-tolerante onkruiden en marketingcampagnes van verschillende producenten van glyfosaatproducten (lage prijzen en korting bij grote afname). Tegelijkertijd is in de conventionele teelt de hoeveelheid herbiciden flink afgenomen. Dat is het gevolg van regulering (beperkingen aan het gebruik van atrazine) en de ontwikkeling van nieuwe producten. Benbrook verwacht dat het herbicidengebruik in de teelt van transgene, HT-gewassen nog verder zal toenemen.
SUPERONKRUID: HET KOMT ER AAN!
Een in juli 2005 gepubliceerd rapport in Groot-Brittannië toont aan dat herik (syn. wilde mosterd), een regelmatig voorkomend akkeronkruid, het ggogen van ggo-koolzaad overneemt. In de buurt en op een veld waar het jaar voordien ggo-koolzaad geteeld was, werden wilde planten getest op hun gevoeligheid voor het herbicide glufosinaat. Eén herikplant stierf niet af na deze herbicidebehandeling, en een blad werd onderzocht via PCR-analyses. Het gen dat codeert voor de herbicidetolerantie werd intact teruggevonden. Vroegere studies wezen reeds op de toenemende resistentie van onkruid tegen herbiciden. Dit onderzoek toont echter haarfijn dat het ggo-gen intact teruggevonden kan worden in wilde planten. Onderzoekers van Friends of the Earth zeggen:”Wij waren geschokt toen we dit rapport lazen. Dit is juist wat volgens
ggo-voorstanders nooit zou gebeuren. Dit bevestigt ons standpunt dat de EU niet anders mag dan een volledige ban op ggo’s instellen.” De studie zelf minimaliseert dit voorval. Het gen werd maar in één plant teruggevonden. Gerenomeerde genetici benadrukken echter het belang van deze ontdekking. Herbicide-tolerantie is een belangrijk selectief voordeel en zulke planten kunnen zich snel vermenigvuldigen. Bij een Franse proef werd één onkruidplant die resistent was tegen het herbicide atrazine – een vroeger veelgebruikt herbicide – geïntroduceerd in een maïsveld. Na 4 jaar waren er 103.000 nakomelingen met deze resistentie. Geert Gommers De referenties over dit thema kan je opvragen op het secretariaat van Velt, 03-281 74 75 of
[email protected].
FRIGGO-VRIJ VAN BOER TOT BORD
Deze resultaten weerleggen de stelling dat ggo’s leiden tot het gebruik van minder pesticiden. Daarom leggen we nogmaals de nadruk op de campagne Friggo-vrij van boer tot bord van Greenpeace, Velt en Bond Beter Leefmilieu. De petitie om de eis voor etikettering kracht bij te zetten (ingevoegd bij Seizoenen juni 2005) heeft in België al meer dan 10.000 handtekeningen opgeleverd. Bijkomende formulieren kan je nog steeds opvragen bij Velt. Ingevulde exemplaren kan je opsturen tot 28 februari 2006. En ga ook eens kijken op www.greenpeace.org/ggovrij. Daar vind je foto’s van ggo-vrije frigo’s. Seizoenen oktober 2005/ 45
GEEF EENS EEN VELT-BOEK CADEAU De feestperiode nadert. Misschien begin jij je ook al af te vragen waar je je moeder, oom, zus of goede vriend een plezier mee kan doen. Waarom geef je deze keer niet eens een Velt-boek cadeau? De boeken bevatten een schat aan ecologische informatie, ze zijn mooi en bovendien kan je er meteen mee aan de slag: in de moestuin, siertuin of de keuken! Hieronder stellen we onze toppers nog eens voor. Natuurlijk hebben we veel meer. Kijk maar eens bij Zo Besteld op de wikkel. De publicaties zijn verkrijgbaar door storting van het bedrag, verzendingskosten inbegrepen op rek. 001-0990550-62 van Velt-nationaal, Berchem. Voor Nederland: storten op giro 36 22 80, VeltNederland. Je krijgt de publicatie per post thuis bezorgd. Je kan ze ook afhalen bij je afdeling. Neem hiervoor contact op met het plaatselijk bestuur.
Ecologisch Tuinieren Dé moestuinbijbel voor de biologische amateurteelt van groenten in Vlaanderen en Nederland Met beschrijvingen van 90 groentesoorten. Herman Van Boxem e.a. 780 p. € 29,95 (+€ 6,00 verz.)
De Ecologische Siertuin Om te genieten van een sierlijke tuin mét unieke en praktische plantenlijst! Dé handleiding voor iedereen die een ecologische tuin willen aanleggen. J. Rigaux en R. Van Cauteren 248 p. € 24,95 (+ € 3,55 verz.)
Ecologische Voeding Uitgebreide voedingsinformatie en ruim 700 razend lekkere recepten! Diana Lauwers. 384 p. € 31,95 (+ € 3,55) 46/ Seizoenen juni 2005
Voor wie verzot is op het kweken van kippen en zelf ook potje kan kakelen: WORD LESGEVER ECOLOGISCH KIPPENHOUDEN
LEZERS SCHRIJVEN
BAKVORMEN IN SILICONEN
Men komt ze de laatste tijd steeds meer tegen: siliconen bakvormen, die alleen maar voordelen zouden hebben. Ook Tupperware verkoopt er een aantal. Ik heb zo mijn bedenkingen over de gezondheidsaspecten van deze bakvormen, sinds een presentatrice me vertelde dat er poriën in zijn die tijdens het gebruik verzadigd worden met vetstoffen. Dat kon ik ook zien op de bakvorm. Maar wat gebeurt er dan met die vetstoffen tijdens het bakken? Annie Dockx, Bioschakel, Essen N.v.d.r.: Vetstoffen die worden gebakken, daar is op zich niets mee mis, als ze dienen om verhit te worden (olijf- en arachideolie, palm- of kokosvet). Als er echter olie in poriën zou achterblijven nadat de bakvormen zijn afgewassen, dan krijg je oxidatie van deze vetstoffen met ook snel smaakafwijkingen en ranzigheid
als gevolg. Dat zou dan een heel ongewenst neveneffect van deze bakvormen zijn. In Les Quatre Saisons (de Seizoenen van Nature&Progrès in Frankrijk) van augustus wordt de grondstof zelf van de bakvormen op de korrel genomen. Zij hebben het over twee onderzoeken. Een is al gebeurd in 2004 door de Dienst Fraude van Frankrijk: 54% van de geteste bakvormen waren niet conform de wetgeving of kregen de vermelding ‘op te volgen’ mee wegens de uitstoot van vluchtige organische stoffen die vanuit de bakvorm in de bereide voedingsmiddelen terecht kunnen komen. Een tweede studie loopt nu in Zwitserland. Daar onderzoekt Volksgezondheid het gedrag van de vormen, niet op de gebruikelijke testtemperatuur van 175°, maar op bakovenwarmte (200220°C). Wordt allicht vervolgd.
Lesgeverscursus start op 19 november. De cursus vindt plaats op 4 hele zaterdagen: 19 en 26 november, 3 december en 14 januari (evaluatie). Onderwerpen: rassen, kippengedrag, inrichting ren en hok, voeding, gezondheid. Ook voorzien zijn twee lessen didactiek. Velt-leden betalen slechts € 45 voor de hele reeks. Inschrijvingen tot 10 november bij Marleen Vanbuel: 03 281 74 75 of per e-mail:
[email protected]
Seizoenen oktober 2005/ 47
YGGDRASIL
WAARHEEN ECOLOGISCHE VOEDING
Hoe kook je biologisch, ecologisch én bovendien lekker? Op maandagen 7, 14, 21 en 28 november en 5 en 12 september. Lesgever: Jo De Bruyne. Inlichtingen en inschrijvingen bij Vormingplus Gent-Eeklo 09 224 22 65. KORSTMOSSEN VOOR BEGINNERS
4 zaterdagochtenden vanaf 19 november in het lokaal van de Natuurgidsen in Schildehof, Schilde. Info: Karl Hellemans, Oudebaan 130, 2970 Schilde, tel: 03 383 26 58,
[email protected]. MILEU EN GEZONDHEID BUITENSHUIS
Over het milieu en de effecten op de gezondheid. Over gsm-masten, hoogspanningsleiding, bodemverontreiniging en zware metalen. Op maandag 19 december van 13u30 tot 16u. Prijs: € 2,5. Vrouwenwerking Vormingplus, Sint-Niklaas. Inschrijven: 03 777 97 00 of via carine.vanrem
[email protected]. 48/ Seizoenen oktober 2005
• Creatief verwerken van snoeihout: een stukje theorie en vooral praktijk over de techniek van het werken met levende bouwsels en het verwerken van snoeihout op diverse manieren. Vrijdag 11 november van 10 u tot 17 u. Vooraf inschrijven is noodzakelijk. • Pompoendag zondag 30 oktober Kijken, proeven, vragen stellen, boeken inkijken, pompoenen uithalen voor Halloween... Met proevertjes. Pompoenen, zaden en recepten te koop. Zondag 30 oktober van 10 tot 17 u. €1,00 per gezin. Info? users.pandora.be/yggdra, 016 82 45 37,
[email protected]. BIJSCHOLING VOOR IMKERS
Deze uitgebreide cursus bestaat uit 13 lessen. Enkele onderwerpen: bijenhygiëne, bijenwoningen, teelttechnieken, honing, overwintering, vermeerderen van bijenvolken, bijenziekten... De lessen starten op 8 november in Het Plattelandscentrum, Leemweg 24 , 9980 Sint-Laureins. Prijs: € 35. Info en inschrijving: Germain Van Deursen 050 71 36 04 of
[email protected]. Organisatie: Velt-Krekengebied i.s.m. de Vereniging voor Rasverbetering van Kleine Huisdieren en de Vereniging Bevordering Bijenteelt in Nederland, Afdeling Oostburg.
GEZOCHT: UITBATER MARKTWAGEN
Enkele biomelkveehouders en artisanale verwerkers van biozuivel hebben de handen in elkaar geslagen en willen hun producten verkopen op openbare markten. Zij zoeken een zelfstandig uitbater van hun marktwagen. Gevraagd: - een gedreven ‘marktkramer’ met een hart voor biologische producten - gemotiveerd zijn om artisanale Belgische bioproducten te verkopen - bereid zijn om te werken op zelfstandige basis - beschikken over een rijbewijs C of bereid zijn dit te behalen Aangeboden: - een zelfrijdende marktwagen met koelingsysteem - vorming over alle facetten van productie en verwerking van biologische zuivel - begeleiding in de opstartfase (administratie, promotie...) - mogelijkheid tot het verwerven van een degelijk inkomen in functie van eigen inzet. Interesse? Stuur je motivatiebrief en cv naar Belbior, T.a.v. Paul Verbeke, Uitbreidingstraat 470, 2600 Berchem,
[email protected]. Voor meer informatie mag je ook bellen: 03 286 92 68 of 0497 42 93 68.
DOE JEZELF EEN AGENDA CADEAU... EN STEUN VELT! ELKE DAG SOLIDAIR
Al meer dan 25 jaar geeft Solidariteitsfonds de Solidariteitsagenda uit. Ten voordele van Oxfam Solidariteit. Voor veel mensen is hij intussen onmisbaar. Voor alle Velt-leden is dit een unieke kans – maar tegelijk is dit voor nieuwe mensen een kans om eens kennis te maken. Extra pluspunten: • een adressenlijst met meer dan 1000 bewuste organisaties • kalender met wereldcultuurfestivals • religieuze feestdagen en allerlei andere ‘themadagen’. Dit is een agenda voor wie een brede kijk heeft op de wereld, voor wie een bijdrage wil leveren aan een betere maatschappij. Voor 2006 zijn er nieuwe, stijlvolle agenda’s.
www. solidariteitsfonds.be en ook op www.velt.be. Kijk ook eens naar de advertentie op p. 73. Je bestelt je agenda via Velt. Stuur een e-mail naar
[email protected] of bel naar 03 281 74 75 met vermelding van je adres en de agenda van je keuze. De agenda wordt je toegestuurd door Solidariteitsfonds met daarin een overschrijvingsformulier. De verzendkosten worden aangerekend. MAAK JEZELF ZICHTBAAR ALS VELT-LID
Wie de Ontdekker Plan bestelt, krijgt die met daarop een klever die aangeeft dat jij lid bent van Velt. Wie weet kan je zo je medeleden herkennen – wellicht onverwacht tijdens een vergadering. DRIE ‘VORMGEVINGEN’
STEUN VOOR VELT
Velt krijgt voor elke agenda die via ons wordt verkocht een bijdrage van het Solidariteitsfonds. Dat is een goede reden om jou of je vrienden een agenda cadeau te doen. De agenda’s zie je op
Luxe Square Square spiraal Plan Micro Micro spiraal Spiraal
De Denker is rood of zwart, stijlvol ingebonden in een linnen band. De Dromer is licht van kleur, wat vrouwelijker, zwierig versierd. De Ontdekker is een model met motief van bananenbladeren.
Dagagenda, 22 x 16,8 cm Week-Weekendagenda, 15 x 15 cm Week-Weekendagenda, 15 x 15 cm Weekagenda, 22 x 16,8 cm Weekagenda, 12 x 8,2 cm Weekagenda, 12 x 8,2 cm Dagagenda, 16,5 x 105 cm
Denker rood of zwart 17,95 13,95 x 16,95 x x x
Ontdekker x x 13,95 16,95 x 7,95 12,95
Dromer x 13,95 13,95 x 7,95 x 12,95
Seizoenen juni 2005/ 49
- eg om grond te bewerken Ze staan al een tiental jaar ongebruikt na het overlijden van mijn vader. Misschien voor iemand die start met biologische landbouw. 02 396 01 01.
ZOEKERTJES • Te koop: 7 bevolkte Dadamblatt bijenkasten, 02 582 12 64, G. Declercq, Ternat. • Gratis af te halen: fornuis in vuurvast beton met geëmailleerde binnenkuip van 100 l. Te gebruiken voor smelten van reuzel of steriliseren van groenten. 050 81 25 61, na 19 u. • Ik wil een massieve speksteenkachel bouwen. Waar kan ik info vinden? Wie heeft hier ervaring mee? Jan Beunen, 0495 50 18 15,
[email protected]. • Te koop: presenteerkast voor wijnen. De kast bestaat uit 3 vakken van 6x6 flessen waarvan er 1 voorop recht staat, + 1 vak voor folders en documentatie, + onderaan een vak om kartonnen op te slaan. Uit stevig vurenhout; 86 x 195 x 45 cm. € 275, geleverd. Te bezichtigen in Beeldhouwersstraat 46, Antwerpen. Ev. een maand op test. Marc Van Pelt (ex De Grote Beer), 0478-78 28 57. • Gratis: - stalmestverspreider (4 ton) - zaaimachine voor graan, klavers, groenbemesters enz. - aardappelrooier 50/ Seizoenen oktober 2005
• Te koop: tweedehands tegels voor tegelkachel, in zeer goede staat. Prijs o.t.k. 015 421596,
[email protected]. • Te koop: kleine pressen hooi (1e snee) en kleine gewikkelde pakken voordrooggras (±45 kg 51; 2e snee), thuislevering mogelijk. 03 772 71 60 (Sinaai) of
[email protected]. • Te koop: Deom houtkachels. Nr 1, € 170, nr 2: € 240.
[email protected] of 02 479 30 15. • Te koop: - weckpotten (verschillende maten, zonder afsluitrubbers): € 0,25 /st. - prachtige houten eettafel in gerecycleerde teak, sober design (120 cm lang/80 cm breed/ 72 cm hoog - € 500) 03 889 74 62 (Bornem). • Gratis: - 2 dame-jeannes van 15 l - paraboolantenne. Geef wat je wil : fles wijn, kg witloof... 016 65 51 42, luc.de.
[email protected]. • Te koop: pot voor melkzuurfermentatie 10 l, € 25. 02 253 84 38.
• Wie heeft onlangs met mij contat opgenomen in verband met een wind- of wanmolen? Er is nog een te koop. Adrienne Muylle, 0486 12 73 06. • Gratis: natuurstenen (bv. voor rotstuin). Zelf af te halen. 09 386 02 74 • Gratis: messen van Al-Ko Compost Star H1200 (hakselaar): stuknummer 500587 vervangen door 102650. Ook het centrale mes stuknummer 348 626 vervangen door 343359. Zelf afhalen, 050 35 36 22 of
[email protected]. • Te koop: - 1 metalen hooihark met 10 tanden (ongebruikt), zonder steel: € 2 - 1 sikkel: € 1 - 1 aardewerken (sier)pot (gebuikt, 43 cm hoog, geschikt voor buitenplant): € 2 - 1 buxus sempervirens (bolvorm ca. 50 cm diameter) in prachtige donkerblauwe geglazuurde sierpot: € 20 - 2 rieten oma-stoelen (niet helemaal identiek, in 3 kleuren, min. 100 jaar oud maar in prima staat): € 3 per stuk 0486 06 63 53 (Bornem). • Te koop: grasklaver en luzerne voor droogkuil in plastic gewikkeld en in grote rollen van 500 kg. Steven De Schepper, Eksaardebaan 75 in Lokeren, 09 349 16 19, 0497 84 42 49.
• Te koop: bioaardappelen (Junior, Nicola, Agria, Charlotte, Ditta, Santé) rechtstreeks bij bioboer (ook kleine hoeveelheden). Marc Vulsteke, Proven 057 30 05 96. • Gezocht: schapenwol om te spinnen kaardmachine om wol te ontwarren liefst niet te ver (50 km in de omgeving van Mechelen en Leuven) Maria Geysemans, tel. 016 60 30 69 te 3150 Haacht. • Te koop: hooikeerder, jute zakken, 2-delig hek 9 m breed, kleine bascuul. 054 56 63 07 na 20 u. • Te koop: - versnipperaar 6,5 pk Honda benzinemotor. Takken tot 6 cm doorsnede. In perfecte staat. - vlakke compostzeef (mono). Zijn te koop wegens verhuis, 056 72 50 42. • Gezocht: bamboestokken voor het opkweken van leibomen. Minimumlengte: 2,20 m.
[email protected] of 0498 88 33 09. • Te koop: gegriffelde (veredelde) okkernotenbomen. Verschillende rassen o.a. Broadview, Buccaneer etc. Diverse maten. Opgekweekt zonder kunstmest of bestrijdingsmiddelen. 0031 6 208 132 40 of
[email protected]. • Gratis af te halen: 15-jarige rode beukenhaag: +/- 50 m - hoogte: 1m80. Enige voorwaarde: helpen
de haag te rooien (november-december). 0497 42 54 36. • Te koop: poederverstuiver Pulvor 1000 g, 1 jaar oud. Nieuw: € 50; vraagprijs: € 35. Gratis: notelaar, 4-5 jaar oud, ong.. 2 meter hoog, zelf opgekweekt, weg wegens straks te groot voor onze tuin.
[email protected] of 0485 85 33 76; liefst na 17u of in het weekend. • Te koop: - konijnhok op pootjes, vrijstaand, volledig in watervaste plaat, met hellend dak in pvc. 2 niveaus, 4 hokken met afzonderlijke deuren, uitneembare tussenschotten. L 1,8 m, h 1,5 m, b 0,8 m. € 160. - Betonmolentje: € 80. Herman Vermeulen, Bierbeek, 016 46 18 38 of 0475 50 19 93. • Gezocht: recept van gerookte knoflook?
[email protected]. • Gezocht: een recept voor de bereiding van geiten- of schapenkaas met het kruid walstro als stremmiddel. Reacties naar:
[email protected] of per post naar Velt. • Gratis: paardenmest. Hoogweg 53 te 8750 Wingene. Geen vervoer? Wij brengen aan huis (kleine vergoeding). 0475 37 66 67. • Te koop: semi-raskuikens van New Hampshire met Izegemse koekoek en Wyandotten. Gebo-
ren 25 mei 2005. 050 39 17 48. • Te koop: - zeldzame kippen rassen: Eikeburger Kriel (sneeuwwit), Minorca’s (groot zwart, grote witte wangen), Appenzeller (uniek zeer sterke kip met muts zonder kam) - Wijnpers: +/- 80 cm - Gegalvaniseerde open kompostbak: zeer sterk - Druiven Muscat de Flandre: enige echte Vlaamse soort - Druiven Framboisier: zeer dik, voor serre of zuidmuur. - Amarilisbollen: rode kleur - Honingbokalen 0494 83 71 08 of
[email protected]. • Te koop: New Hampshirekippen, sierlijke goudbruine raskip met zeer goede leg en voldoende vleesproductie, sterke dieren. Gezond en ingeënt. Boel, 0485 76 25 71, Hamme, Oost-Vlaanderen. • Te koop: - stamboekrammen van Ardense voskop (ouders zijn gegenotypeerd); - hooi en stro in kleine pakken - onbespoten haver Marc Florus 0476 76 05 17.
[email protected] • Te koop: Jersey koe met jaarling vaarzenkalf. 09 362 12 95, na 20 u. • Gratis: 2 melkgeiten met hoorns, 2,5 j. oud. Niet voor slacht. 03 385 80 20 of
[email protected]. Seizoenen oktober 2005/ 51
• Te koop: houtlandlammetjes geboren in 2005. Houtlanders hebben weinig verzorging nodig, en lammeren zonder hulp. Hebben biologisch bijvoeding gekregen. 055 49 54 46 of katelijnvanhoutte@oorspronkeli jkelevenskunst.be. • Gezocht: Kombuchazwam en kefirkorrels. G. Huens 016 20 45 49 of 0473 66 65 76. • Kweeperen te koop: Polderstraat, 238, te Zwijndrecht. 03 252 71 53; 0494 77 39 90. • Verzamelmap Seizoenen: map om 12 Seizoenen (2 jaarg.) te bundelen. Geschikt voor Seizoenen vanaf 1995 (donkergroen met schuivertjes): € 3. Nog 2 stuks beschikbaar. 054 34 14 85. • Wij zijn een ger (een Mongoolse tent) aan het bouwen en we zijn op zoek naar een een geschikte waterdichte stof om de buitenkant mee te bekleden. Wie kan ons verder helpen of heeft ervaring met tenten of indiaanse tenten. We vinden nergens het geschikte afdekzeil. 02 396 01 01. • Gezocht: vrijwilliger(ster) om samen met mensen van beschut wonen hun tuin te bewerken, te onderhouden en de opbrengst te verdelen. De tuin is gelegen te Evergem-Doornzele en bestaat uit ongeveer 1000m2 groentetuin en 1000m2 halfstamboogaard met kippenhokken en bergruimten. Joris Vermeulen, 52/ Seizoenen oktober 2005
Beschut Wonen vzw Ithaka, Bij Sint Jozef 12, 9000 Gent of
[email protected]. • Gezocht : wie heeft een onkruidbrander, breedte 35 cm, en komt bij ons tegen vergoeding het onkruid op terras en paden regelmatig verwijderen? Jacobs, 015 52 96 65 of roel.
[email protected]. • Ik zoek iemand die graag zou tuinieren op mijn lapje biologisch grond. B. De Clerck tel 050 31 84 19 na 18 u of 050 44 95 62 (werk),
[email protected]. • Gezocht: Ik zou graag een moestuin houden in mijn buurt (Wilsele-Putkapel of Wijgmaal of Holsbeek-Plein). Landbouwers met een verloren hoekje veld, of mensen met een te grote tuin om te onderhouden, of ... Ik ben ook bereid in een bestaande moestuin te helpen, delend in de opbrengst. 016 38 92 90. • Te huur: wegens een 4maanden-reis naar Z-O-Europa verhuren wij onze ruime gezinswoning van april tot augustus 2006. Bemeubeld, grote tuin, gelegen in N-Limburg (B) (fietsparadijs). Prijs o.t.k. 011 66 42 82, Jos Vriens. • Te huur: huis in Geel, gelegen in bos, met een grote wilde tuin, 2 slpk. Ecologisch te onderhouden, 0485 64 74 49 (voormiddag). • Te
huur:
studentenkamer
(Kokzijde) - voor lange periode. Gemeenschappelijke badkamer & keuken. 2 km van strand. Gesloten bergruimte voor fiets. 058 52 35 14. • Te koop: 3-kamer-appartement in carré-boerderij (woongroep) in Heerlen (Z-Limburg). Vr. prijs: 115.000 euro. Gemeenschappelijke ecologische moestuin, boomgaard, kleinfruit, siertuinen, kippen en bijen. 00 31 045 541 45 28. • Eigenaar is op zoek naar een goede uitbating voor zijn landbouwgrond in Deinze. De grond staat sinds begin 2004 onder controle voor de biologische teelt. Het betreft 11,22 ha, allemaal aansluitend: 4,29 ha akkerland in 3 percelen en 6,93 ha permanent grasland. De boerderijgebouwen zijn momenteel niet beschikbaar, het gebruik van gebouwen in de buurt (250 m) is bespreekbaar. Interessant voor wie wil starten met een groente- of kleinfruitbedrijf. Meer info: Wim Vandenberghe, 0496 10 70 96. • Over te nemen: Gekende rendabele natuurvoedingswinkel, O.-Vlaanderen, zonder concurrentie, lage huur, met ruime woonst met tuin, parkeermogelijkheid. 0479 26 07 32. • Natuurwinkel over te nemen in O.-Vlaanderen. 0486 02 92 43.