Inhaalslag Verspreidingsonderzoek Mollusken van de Europese Habitatrichtlijn Resultaten van het inventarisatiejaar 2006
Nauwe korfslak Vertigo angustior
R.H. de Bruyne & A.W. Gmelig Meyling STICHTING ANEMOON 30 juni 2007
2
Documenttype:
Rapport
Titel:
Verspreidingsonderzoek. Mollusken van de Europese habitatrichtlijn. Nauwe korfslak (Vertigo angustior).
Subtitel:
Resultaten van het inventarisatiejaar 2006.
Trefwoorden:
Mollusken, weekdieren, wlakken, Europese Habitatrichtlijn, kwetsbare soorten, natuurbescherming, bedreigde natuurgebieden, verspreidingsonderzoek, Atlasproject Nederlandse Mollusken (ANM).
Samenstellers:
R.H. de Bruyne & A.W. Gmelig Meyling
Foto’s kaft:
Landschap Rottumerplaat: Sylvia van Leeuwen. Determinatiesetje: PICTAN-beeldarchief.
Datum:
30-06-2006
Anemoon rap.nr:
2007-2
Project:
HabSlak-2006
Opdrachtgever:
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Kader:
Amendement Van der Ham
Begeleiders:
R. Bink (LNV, Gegevensautoriteit Natuur i.o., Den Haag)
© 2007 Stichting ANEMOON. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Stichting ANEMOON en de opdrachtgever het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.
Stichting ANEMOON ANalyse Educatie Marien Oecologisch ONderzoek Postbus 29, 2120 AA Bennebroek Tel: 0252-531111 Kvk: 41226121 E-mail:
[email protected] Website (ANEMOON): www.anemoon.org Website HabSlak-project: www.anemoon.org/habslak
3
4
Inhoud 1. Inleiding ................................................................................................................................7 1.1. Europese Habitatrichtlijn................................................................................................7 1.2. Amendement Van der Ham ...........................................................................................7 1.3. Uitvoering van de Inhaalslag .........................................................................................7 1.4. Slakken van de Habitatrichtlijn.......................................................................................7 1.5. De HabSlak-projecten....................................................................................................7 1.6. Rapportage HabSlak-2006 ............................................................................................7 2. Doelstellingen en werkzaamheden ......................................................................................8 2.1. Onderhoud vrijwilligersnetwerk......................................................................................8 2.2. Veldwerk ........................................................................................................................8 2.3. Laboratorium- en kantoorwerk.......................................................................................8 3. Methode ...............................................................................................................................8 4. PR en vrijwilligersnetwerk ....................................................................................................9 4.1. Vrijwilligers.....................................................................................................................9 4.2. Excursies .....................................................................................................................11 4.3. Hulpmiddelen...............................................................................................................11 4.4. Terreinbeheerders .......................................................................................................11 4.5. Website........................................................................................................................11 5. Veldwerk.............................................................................................................................13 5.1. Inventarisatiedoelstellingen .........................................................................................13 5.2. Onderzoeksperiode .....................................................................................................13 5.3. Onderzochte km-hokken..............................................................................................13 5.4. Onderzochte locaties ...................................................................................................13 5.5. Nieuwe locaties............................................................................................................14 5.6. Niet gevonden..............................................................................................................14 6. Verspreidingsbeeld.............................................................................................................15 6.2. Verspreiding binnen Natura2000-gebieden .................................................................15 6.3. Verspreiding buiten Natura2000-gebieden ..................................................................15 6.4. Gevonden en teruggevonden vanaf 2000 ...................................................................16 7. Nieuwe ecologische bevindingen .......................................................................................16 9. Conclusies..........................................................................................................................17 10. Literatuur ..........................................................................................................................18 Bijlagen...................................................................................................................................19
5
Figuur 1. Deelnemers aan de excursie naar Rottumerplaat: van links naar rechts: Wim Kuyper, Sylvia van Leeuwen, David Baron en Menno van Soes. Foto: Bert Corté.
Figuur 2. Biotoop op Rottumerplaat waar de Nauwe korfslak is gevonden. Foto: Sylvia van Leeuwen.
Figuur 3. Onder deze balk werd de Nauwe korfslak aangetroffen. Foto: Sylvia van Leeuwen.
6
1. Inleiding 1.1. Europese Habitatrichtlijn De Europese Unie heeft richtlijnen opgesteld om bijzondere natuurgebieden (Natura2000gebieden) en zeldzame soorten te beschermen. Deze streng beschermde soorten staan vermeld in bijlagen II en IV van de Habitatrichtlijn. Voor bijlage II-soorten geldt dat daarvoor speciale beschermingszones zijn of moeten worden aangewezen. Voor bijlage IV-soorten geldt dat deze strikte bescherming genieten, dus ook buiten de aangewezen (natuur)gebieden. Het soortenbeleid zoals omschreven in de Europese Habitatrichtlijn is in Nederland van kracht middels de Flora en Fauna wet (Ff-wet).
1.2. Amendement Van der Ham Naar aanleiding van de Europese regelgeving is in 2003 het Amendement Van der Ham aangenomen. Dit Amendement vormde de aanzet om te komen tot een actuele, betrouwbare en toegankelijke database met verspreidingsgegevens over beschermde planten- en diersoorten. Om dit te bereiken is in 2004 een project gestart onder de naam Inhaalslag.
1.3. Uitvoering van de Inhaalslag De Inhaalslag wordt uitgevoerd door zogenaamde PGO's. Dit zijn organisaties die flora- en fauna-inventarisaties verrichten met behulp van vrijwilligers.
1.4. Slakken van de Habitatrichtlijn In bijlage II van de Europese Habitatrichtlijn worden ook twee soorten landslakken genoemd: de Nauwe korfslak (Vertigo angustior) en de Zeggekorfslak (Vertigo moulinsiana). Daarnaast is door de toetreding van nieuwe EU-landen, in 2004 ook een zoetwaterslak opgenomen in zowel bijlage II als IV: de Platte schijfhoren (Anisus vorticulus).
1.5. De HabSlak-projecten Aangezien het verspreidingsonderzoek naar weekdieren (waaronder slakken) wordt gecoördineerd door Stichting ANEMOON, heeft het Ministerie van LNV aan deze vrijwilligersorganisatie gevraagd de inventarisaties van de Nauwe korfslak, de Zeggekorfslak en de Platte schijfhoren uit te voeren. In 2004 is begonnen met de Inhaalslag voor de Nauwe korfslak en de Zeggekorfslak. Deze projecten worden uitgevoerd onder de naam HabSlak.
1.6. Rapportage HabSlak-2006 Voor u ligt de rapportage van het project HabSlak-2006, met betrekking tot het verspreidingsonderzoek naar de Nauwe korfslakslak. Deze rapportage moet worden beschouwd als een supplement op de rapportage van HabSlak-2005. Voor algemene informatie over de Nauwe korfslak en de inventarisatiemethode wordt derhalve verwezen naar Gmelig Meyling et al.(2006) en naar de informatie op www.anemoon.org/natura2000. De rapportages voor de Zeggekorfslak en de Platte schijfhoren worden behandeld in aparte documenten.
7
2. Doelstellingen en werkzaamheden 2.1. Onderhoud vrijwilligersnetwerk • •
Vrijwilligers voorzien van formulieren en de Inhaalslag-rapportage 2004-2005. Nieuwe vrijwilligers voorzien van handleidingen en hulpmiddelen. Acties ten behoeve van werving, behoud, enthousiasmering en opleiding van vrijwilligers, waaronder: het beleggen van bijeenkomsten voor het overbrengen van zoekstrategieën, het aanbieden van hulp bij het determineren, het schrijven van artikelen in o.a. de nieuwsbrief ‘De Voelspriet’, onderhoud van de HabSlak-website en aanvulling daarvan met nieuwspagina en informatie over opleidingsdagen.
2.2. Veldwerk Het onderzoeken van minimaal 26 km-hokken waar de Nauwe korfslak niet is (terug)gevonden in de periode 2000 tot 2006, waarbij naar de volgende verdeling dient te worden gestreefd: • 10 km-hokken die nog nooit grondig zijn onderzocht op het voorkomen van de Nauwe korfslak, maar waar de kans op voorkomen wel groot is én waarvoor geldt dat terreinbeheerders hebben aangegeven dat er in deze km-hokken op termijn werkzaamheden zullen worden uitgevoerd. Deze km-hokken liggen ondermeer in de Amsterdamse Waterleidingduinen, de Kennemerduinen en de duinen van Schouwen. • 14 km-hokken liggen verdeeld over gebieden waarvan we nog weinig of niets weten over het voorkomen van de Nauwe korfslak. Het gaat daarbij om het duingebied boven Petten en dat op de Waddeneilanden. • 2 km-hokken waar de Nauwe korfslak is waargenomen vóór 2000, maar welke daarna nog niet zijn onderzocht, krijgen de hoogste prioriteit tijdens de Inhaalslag van 2006.
2.3. Laboratorium- en kantoorwerk • •
Het drogen, zeven en uitzoeken van naar schatting 390 strooiselmonsters afkomstig uit 26 km-hokken. Invoeren en valideren van de verkregen gegevens.
3. Methode De Inhaalslag 2006 is methodisch op dezelfde wijze uitgevoerd als de Inhaalslag in 2004 en 2005 (Gmelig Meyling & De Bruyne, 2006; De Bruyne, 2005b). Dat wil zeggen dat per km-hok minimaal 15 locaties dienen te worden bemonsterd, waarna deze monsters worden onderzocht op het voorkomen van de Nauwe korfslak (zie figuur 4). Voor drie km-hokken is met toestemming afgeweken van het minimum van 15 locaties per km-hok. Dat gold wanneer het betreffende km-hok niet meer verder kon worden onderzocht (bijv. beperkte duur vergunning, of wegens persoonlijke omstandigheden vrijwilligers). Indien de inventarisatie van het km-hok niet in één dag mogelijk was, maar wanneer de soort in de tussenliggende tijd wel in een of meerdere monsters gevonden was, mocht in enkele gevallen eveneens van het minimum van 15 worden afgeweken.
8
Figuur 4. Per km-hok worden minimaal 15 locaties onderzocht. De ligging van iedere locatie wordt nauwkeurig ingemeten met een GPS. Op elke locatie wordt een strooiselmonster genomen en in een platic zakje gedaan. Daarna wordt een veld-formulier ingevuld. De monsters worden in het laboratorium onderzocht op het voorkomen van de Nauwe korfslak. Foto: Hanna Borren.
4. PR en vrijwilligersnetwerk 4.1. Vrijwilligers In het kader van HabSlak-2006 zijn ten behoeve van de inventarisaties naar de Nauwe korfslak 13 vrijwilligers zeer actief geweest. Ten opzichte van voorgaande jaren zijn er enkele waarnemers bijgekomen vanuit de Nederlands Malacologische Vereniging (NMV), maar er zijn ook enkele waarnemers met de inventarisaties naar de Nauwe korfslak gestopt. Daarvoor zijn twee redenen: 1. Onder de HabSlak-vrijwilligers is de Nauwe korfslak minder populair dan de Zeggekorfslak. Dit komt vooral doordat -in tegenstelling tot de Zeggekorfslak- pas na lange tijd bekend wordt of de Nauwe korfslak in de monsters is aangetroffen. 2. Een ander probleem is dat de vrijwilligers zich steeds bewuster worden van de zeer ernstige gevolgen die de ziekte van Lyme met zich mee kan brengen. Deze ziekte wordt overgedragen door teken die besmet zijn met de Borrelia bacterie. De teken bevinden zich vaak in struiken en hoge grassen en omdat vrijwilligers ook onderzoek doen tussen struikgewas en hoge grassen in gebieden met grote zoogdieren, worden er geregeld tekenbeten opgelopen. Natuurlijk geeft Stichting ANEMOON goede voorlichting en krijgen vrijwilligers een tekenpincet of de nieuwe ontwikkelde zeer handige en veilige tekenlepel mee, waarmee teken zo spoedig mogelijk verwijderd dienen te worden. Toch heerst de angst voor de ziekte van Lyme en hebben twee vrijwilligers voor de Nauwe korfslak bedankt en te kennen gegeven dat ze zich liever met de Zeggekorfslak of andere soorten bezighouden dan met de Nauwe korfslak. Eén waarnemer kon door de gevolgen de ziekte van Lyme geen inventarisaties meer uitvoeren. Om het project meer bekendheid te geven, om de deskundigheid van de vrijwilligers te vergroten en om hulp te bieden bij het determineren, is in februari 2007 een determinatiedag georganiseerd in samenwerking met de Nederlandse Malacologische Vereniging (NMV). Om een breder publiek te trekken kon men tijdens deze dag naast de Habslaksoorten ook andere soorten mollusken laten determineren door deskundigen. Tijdens de dag werd actief voorlichting gegeven over het Habslakproject. De dag was succesvol; er waren doorlopend meer dan 40 bezoekers (beginners en gevorderden) aanwezig en er was veel belangstelling voor het project. Nog steeds geven de meeste vrijwilligers aan het liefst met een expert het veld in te gaan en liever niet alleen en zelfstandig monsters te willen nemen en uit te zoeken. Het monsteren is veel interessanter wanneer er een expert bij is die zo nu en dan de Nauwe korfslak op het oog kan vinden of de beste plekken kan aanwijzen. Een expert kan dan veel over andere weekdieren en milieufactoren vertellen. De meeste vrijwilligers geven daarom de voorkeur aan een meer assisterende rol. Het merendeel van de waarnemers heeft aangegeven ook in 2007 met het inventariseren door te willen gaan. Opgemerkt moet worden dat de meeste van de waarnemers in de Randstad wonen. Het is nog niet gelukt om nieuwe waarnemers te werven in de gebieden buiten deze regio. De vrijwilligers moeten daarom veel reizen. Dankzij de reiskostenvergoedingen die Stichting ANEMOON uit de LNV-inkomsten verstrekt, vormt het reizen geen probleem maar zelfs een aanmoediging omdat vrijwilligers zo in gebieden komen waar ze anders niet gauw naar toe zouden gaan.
9
Figuur 5. Deelnemers aan de excursie naar Rottumeroog. Van links naar rechts: Tello Neckheim, Sylvia van Leeuwen, Bert Jansen en Herman Roode.
Figuur 6. Deel van Rottumeroog waar naar de Nauwe korfslak is gezocht. Foto: Sylvia van Leeuwen.
10
4.2. Excursies In 2006 is de samenwerking met de Nederlandse Malacologische Vereniging (NMV) verder geconcretiseerd. In NMV-verband zijn er op Terschelling, Schiermonnikoog, Rottumeroog en Rottumerplaat excursies voor leden geweest (figuur 5,6 en 1,2,3 en 14). Daarbij stond met name het zoeken naar de Nauwe korfslak centraal. Een verslag van deze excursies wordt gegeven in Van Leeuwen & Kuijper (2007, in prep.), Neckheim, C.M., S.J. van Leeuwen en E.A. Jansen (2007, in prep) en Sylvia van Leeuwen & Wim Kuijper (2006). Naast deze excursies zijn er bij zes andere inventarisaties, terreinbeheerders en enkele geïnteresseerde meegegaan.
4.3. Hulpmiddelen Om vrijwilligers te stimuleren en het determineren onder de knie te krijgen zijn meerdere referentiesetjes samengesteld. Iedere set bestaat uit een doos met een aantal buisjes met daarin de verschillende soorten korfslakken die in Nederland voorkomen. Bij iedere set is een beknopte toelichting gevoegd met de belangrijkste informatie over hoe deze soorten uit elkaar kunnen worden gehouden (figuur 7).
4.4. Terreinbeheerders Voor de inventarisaties in de Amsterdamse Waterleidingduinen, het Zwanenwater en de duinen van Texel, Terschelling, Schiermonnikoog, Rottumeroog en Rottumerplaat zijn vergunningen aangevraagd en werden contacten gelegd met de terreinbeheerders. De terreinbeheerders gaven steeds aan zeer geïnteresseerd te zijn in de onderzoeksresultaten. Toegezegd is dat de rapportages ook aan hen worden toegezonden. Terreinbeheerders vragen in toenemende mate aan Stichting ANEMOON hoe ze bij het beheer van hun gebieden rekening kunnen houden met de Nauwe korfslak (figuur 8).
Figuur 7. Referentieset, waarmee vrijwilligers kunnen leren de verschillende soorten korfslakken te determineren. Foto: Adriaan Gmelig Meyling
4.5. Website De ANEMOON-website is vernieuwd. Resultaten en bevindingen uit HabSlak-2006 zijn op deze website geplaatst en zijn zowel voor buitenstaanders en beheerders als voor vrijwilligers gemakkelijker te vinden.
11
Figuur 8. Beheerders van ondermeer Staatsbosbeheer (links Marion Bilius en in het midden Tim Fransen) willen in toenemende mate rekening houden met populaties van de Nauwe korfslak. Ten behoeve van voorgenomen veranderingen in het gebied wordt in overleg met één van de ‘angustior-experts’ van Stichting ANEMOON (rechts) nagegaan hoe populaties zoveel mogelijk kunnen worden ontzien bij de voorgenomen beheersmaatregelen in het gebied. Foto: A.W. Gmelig Meyling.
Figuur 9. Monstername in de Slufter op Texel. De Nauwe korfslak is op Texel (nog) niet waargenomen Foto: Marcel Straver.
12
5. Veldwerk 5.1. Inventarisatiedoelstellingen Ten doel was gesteld minimaal 26 km-hokken te onderzoeken op het voorkomen van de Nauwe korfslak. Gestreefd diende te worden naar 10 kansrijke km-hokken waarvoor terreinbeheerders speciale belangstelling hebben, bijvoorbeeld in verband met aankomende veranderingen in het gebied. Het betreft 14 km-hokken in het Waddengebied en in de Kop van Noord-Holland, alsmede 2 km-hokken waar de Nauwe korfslak was waargenomen vóór 2000, maar welke daarna nog niet waren onderzocht.
5.2. Onderzoeksperiode De periode van 1 juli 2006 t/m 30 september 2006 werd gebruikt om kilometerhokken te selecteren. Op 1 oktober 2006 is een bestand met de geselecteerde km-hokken gezonden aan LNV. Het veldwerk ging officieel van start op 10 oktober 2006. Diverse waarnemers waren echter al begonnen op 24-7-2006. De laatste inventarisaties naar de Nauwe korfslak ten behoeve van het project HabSlak-2006 werden gedaan op 14-3-2007.
5.3. Onderzochte km-hokken Bijlage 1 geeft de 28 km-hokken die in het kader van HabSlak-2006 volledig zijn onderzocht op het voorkomen van de Nauwe korfslak. De verdeling van de km-hokken over de verschillende gebieden wordt gegeven in tabel 5.1.
Tabel 5.1. Verdeling over de verschillende gebieden van de km-hokken waar naar de Nauwe korfslak is gezocht. Nauwe korfslak Gebied Aantal km-hokken Gevonden bij HabSlak2006 Rottumerplaat 1 Ja Rottumeroog 4 Ja Schiermonnikoog 3 Nee Terschelling 6 Nee Texel 2 Nee Zwanenwater, Pettemerduinen 5 Nee Kennemerland-zuid 3 Ja Kapittelduinen 3 Ja Manteling van Walcheren 1 Nee Totaal 28
5.4. Onderzochte locaties Ten behoeve van HabSlak-2006 zijn 542 monsters genomen en onderzocht. De monsterlocaties liggen verdeeld over 70 km-hokken. Ten behoeve van het volledig onderzocht zijn van km-hokken, zijn 363 monsters genomen. Op de overige 179 onderzochte locaties, zijn monsters genomen tijdens excursies in biotopen waar het voorkomen van de Nauwe korfslak niet uitgesloten was. De gegevens van deze locaties zijn opgenomen in de bestanden die aan LNV zijn gestuurd. Ze zijn verdeeld over 42 km-hokken waarin het minimum van 15 locaties per hok niet is gehaald. Deze kmhokken worden daarom niet in deze rapportage behandeld. Voor deze locaties geldt dat ze wel van belang zijn voor toekomstig verspreidingsonderzoek.
13
5.5. Nieuwe locaties Tabel 5.1. geeft een overzicht van de gebieden waar de Nauwe korfslak is waargenomen. In totaal is de Nauwe korfslak in 8 van de 28 km-hokken voor het eerst aangetroffen. 3 van de 8 km-hokken liggen in de Kapittelduinen, een gebied dat nog niet is aangewezen als Natura2000-gebied, maar waarvoor nu wel een aanvraagprocedure loopt. Op zowel Rottumeroog als Rottumerplaat is de Nauwe korfslak in 1 km-hok waargenomen. Bijzonder was het biotoop waarin de soort op Rottumeroog en Rottumerplaat werd aangetroffen, omdat dit afwijkt van het biotoop waarin deze soort in de Hollandse duinen gevonden wordt. Op beide eilanden werd de Nauwe korfslak gevonden op de kwelder nabij de hoogwatergrens van springtij/stormvloed, op de overgang van zoet naar zout. De slakjes leven er in de strooisellaag in een helmvegetatie, onder aangespoeld hout en tussen mos op de bodem. Beide eilanden kennen een grote natuurlijke dynamiek. De locaties werden tevens gekenmerkt door de aanwezigheid van veel kalk afkomstig van door vogels uitgebraakte schelpen. Wellicht doordat de eilanden rustgebied zijn voor vogels zijn deze schelpenhoopjes hier opvallend veel aanwezig. Mede daardoor kunnen relatief kalkarme duinen plaatselijk toch iets kalkrijker zijn. De vondsten op Rottumeroog en Rottumerplaat zijn bijzonder, omdat de soort, uitgezonderd een melding van Terschelling in 1936, niet eerder was gevonden op één van de Waddeneilanden. Overigens is de Nauwe korfslak ook gevonden op de Duitse Waddeneilanden Borkum en Baltrum, hier in rietvegetatie.
5.6. Niet gevonden Tijdens HabSlak-2006 zijn meerdere km-hokken op Texel (figuur 9), Terschelling (figuur 11) en Schiermonnikoog (figuur 12) onderzocht op het voorkomen van de Nauwe korfslak in geschikt biotoop. Ook in de kop van Noord-Holland bij het Zwanenwater (figuur 13) zijn meerdere km-hokken onderzocht. De Nauwe korfslak werd echter (nog) niet aangetroffen. Omdat op Rottumerplaat en Rottumeroog de Nauwe korfslak is waargenomen in kwelders, zal op de andere Waddeneilanden in eerste instantie verder dienen te worden gezocht in kwelders en de daaraan grenzende gebieden.
Figuur 11. Rechts: in 1933 is de Nauwe korfslak éénmaal op Terschelling gevonden. Ondanks gerichte zoekacties in 2006 is de soort niet teruggevonden. Foto: Hanna Borren. Figuur 12. Kwelder op Schiermonnikoog: Nauwe korfslak (nog) niet aangetroffen. Er zijn nog veel km-hokken onvoldoende onderzocht. Foto: Sylvia van Leeuwen.
Figuur 13. Links: Bijna alle km-hokken in het duingebied rond het Zwanenwater (kop van Noord-Holland) zijn onderzocht. De Nauwe korfslak is niet aangetroffen; de soort komt waarschijnlijk niet in het gebied voor. Foto: Adriaan Gmelig Meyling.
14
6. Verspreidingsbeeld Met de gegevens verzameld bij het HabSlak-2006 Project is de database van het Atlasproject Nederlandse Mollusken (ANM) geactualiseerd. Dit bestand bevat ruim een half miljoen records met verspreidingsgegevens van alle in Nederland voorkomende weekdieren (mollusken) afkomstig uit collecties van musea, particulieren en instituten en veel gegevens verkregen uit vrijwilligerswerk. Met behulp van dit bestand, zijn actuele verspreidingskaarten en tabellen voor de Nauwe korfslak samengesteld. Deze worden gepresenteerd in bijlagen. •
Bijlage 2 geeft een overzicht van het aantal km-hokken in Natura2000-gebied en daarbuiten waar de Nauwe korfslak ooit is waargenomen. Daarbij is per gebied een uitsplitsing gemaakt naar de volgende categorieën: Alleen waargenomen vanaf 2000. Gevonden vóór 2000 én teruggevonden in periode vanaf 2000 (o.a. bij HabSlak-2006). Vóór 2000 waargenomen, maar vanaf 2000 niet teruggevonden ondanks een volledige inventarisatie. Vóór 2000 waargenomen, vanaf 2000 niet teruggevonden, maar nog niet volledig geïnventariseerd.
•
Bijlage 4 geeft een verspreidingskaart met km-hokken waar de soort ooit is waargenomen, waarbij de rode km-hokken aangeven waar de soort nog níet is terug gevonden in de periode vanaf 2000 en de groene km-hokken aangeven waar de soort vanaf 2000 wél is (terug)gevonden. Bijlage 5 geeft een verspreidingskaart op een niveau van 5 x 5 km, waarbij de legenda overeenkomt met die van bijlage 4. Bijlage 6 geeft een verspreidingskaart op een niveau van 10 x 10 km, waarbij de legenda overeenkomt met die van bijlage 4.
• •
6.2. Verspreiding binnen Natura2000-gebieden Uit bijlage 2 blijkt dat de Nauwe korfslak tot op heden is waargenomen in 149 km-hokken. De soort is thans in 23 Natura2000-gebieden gevonden. Binnen deze gebieden is de soort uit 133 km-hokken bekend. Het voorkomen van Nauwe korfslak lijkt zich vooral te beperken tot Natura2000-gebieden. Hierbij moet worden opgemerkt dat vrijwel alle gerichte inventarisaties naar de Nauwe korfslak zich in Natura2000-gebieden hebben afgespeeld. Dit betekent dat over de afwezigheid buiten Natura2000-gebieden veel minder zekerheid bestaat. De Nauwe korfslak is vooral waargenomen in de volgende Natura2000-gebieden: Kennemerland-Zuid (33 km-hokken), Meijendel en Berkheide (25 km-hokken), NoordHollands Duinreservaat (10 km-hokken) en Voornes duin (21 km-hokken). Ook op Rottumeroog en Rottumerplaat bevonden zich vitale populaties (beiden in 1 km-hok). In de concept aanwijzingsbesluiten voor de Natura2000 gebieden zijn de meeste van deze gebieden ook aangewezen als speciale beschermingszone voor de Nauwe korfslak. Dit geldt echter nog niet voor het Solleveld en Kapittelduinen (gebied nr. 99 in de 1e tranche) en voor Rottumeroog en Rottumerplaat (gebieden nrs. 1 en 7 in de 2e tranche). Via de inspraakprocedure heeft Stichting ANEMOON in samenwerking met de Nederlandse Malacologische Vereniging verzocht deze gebieden alsnog aan te wijzen.
6.3. Verspreiding buiten Natura2000-gebieden Uit bijlage 2 blijkt dat de Nauwe korfslak buiten Natura2000-gebieden in 16 km-hokken is waargenomen. Drie kilometerhokken liggen in de Kapittelduinen, waar de soort in 2006 is waargenomen. Drie km-hokken liggen in het Staelduinse bos, waar de soort in 2004 in 1 kmhok is teruggevonden vanaf 2000. 1 km-hok bevindt zich in Maastricht op de Hoge Fronten,
15
waar de soort is teruggevonden in 2004. Verder gaat het om verstedelijkte en geïndustrialiseerde gebieden waar de soort vóór 2000 is waargenomen maar daarna niet meer. Voorbeelden zijn gebieden in de omgeving van de Hoogovens en de Maasvlakte (voorheen het duingebied de Kleine Beer).
6.4. Gevonden en teruggevonden vanaf 2000 Uit bijlage 2 blijkt dat er van de 149 km-hokken waar de Nauwe korfslak ooit is gevonden, 79 km-hokken zijn waar de soort al vóór 2000 was waargenomen. Voor 41 van deze km-hokken geldt dat de soort vanaf 2000 is teruggevonden, voor 31 km-hokken geldt dat de soort niet is teruggevonden. Voor 70 km-hokken geldt dat de soort er pas sinds de gerichte inventarisaties in het kader van het HabSlak-project is gevonden.
7. Nieuwe ecologische bevindingen Van het Oostvoornse meer en de Zwarte polder in Zeeland was al bekend dat de Nauwe korfslak ook in biotopen kan voorkomen die sterk onder invloed staan van de zee, zoals schorren en duinranden, tot vlak aan de springtijvloedlijn. Het gaat daar om relatief grote populaties, waarbij de kern van de populatie zich in de zoetere delen bevindt. Uit HabSlak2006 blijkt dat geïsoleerde populaties zich ook kunnen beperken tot gebieden die in zijn geheel sterk onder invloed staan van de zee en dat er niet persé een zoeter milieu in de omgeving hoeft te zijn om de populatie in stand te houden. De Nauwe korfslak is op Rottumeroog en Rottumerplaat waargenomen in buitendijks dynamisch gebied op de grens van zoet naar zout, o.a. in de nabijheid van locaties waar meeuwen veel braken. Onderzocht zou kunnen worden of uit het braaksel kalk vrijkomt en of in de nabijheid van dergelijke locaties de trefkansen op de Nauwe korfslak groter zijn dan op plaatsen waar dit braaksel niet voorkomt.
Figuur 14. De kwelders van Rottumerplaat. Foto: Sylvia van Leeuwen
8. Voortgang van het HabSlak-project Het verspreidingsonderzoek zal in 2007 worden voortgezet onder de projectnaam HabSlak2007. Bij dit project zal in eerste instantie gestreefd worden naar een verspreidingsbeeld op te bouwen op een schaal van 10x10 kilometer. Het plannen van dit onderzoek en het selecteren van deze 10x10-km-hokken valt buiten het bestek van deze rapportage. Indien mogelijk zal voorrang worden gegeven aan kansrijke km-hokken die al voor een deel zijn onderzocht, zodat deze km-hokken als ‘volledig onderzocht’ kunnen worden beschouwd.
16
9. Conclusies •
Er zijn 28 km-hokken onderzocht. De doelstelling van 26 km-hokken is daarmee gehaald. De soort is in 8 van de 28 km-hokken aangetroffen.
•
Verrassend zijn de waarnemingen van de Nauwe korfslak op Rottumeroog en Rottumerplaat.
•
Buiten Natura2000-gebied is de soort in 2006 aangetroffen in de Kapittelduinen bij Rotterdam.
•
De meeste vrijwilligers geven aan ook in 2007 door te willen gaan met het HabSlakproject. Intensieve begeleiding door experts en professionals is voor de meeste vrijwilligers van belang om gemotiveerd te blijven. Twee vrijwilligers hebben inmiddels aangegeven liever niet met de Nauwe korfslak door te gaan, maar over te stappen naar de Platte schijfhoren en/of de Zeggekorfslak. Dit in verband met de angst voor de ziekte van Lyme. Eén onderzoeker kan door de gevolgen van de ziekte van Lyme niet meer inventariseren.
10. Dankwoord Veel dank gaat uit naar alle excursieleiders en vrijwilligers die aan de inventarisaties van de Nauwe korfslak meededen: Arno Boesveld, Sylvia van Leeuwen, Tello Neckheim, Bert Jansen, Wim Kuijper, Marcel Straver, Herman Roode, Hanna Borren, Jeroen Willemsen, David Baron, Menno Soes, Bart van Tooren en Adriaan Gmelig Meyling. Herman Roode, Arno Boesveld en Rykel de Bruyne zijn we zeer dankbaar voor het verwerken van het grootste deel van de monsters. Ook de andere waarnemers die (delen van) de monsters hebben uitgezocht zijn we zeer erkentelijk. Anne en Nancy Elbersen zijn we zeer dankbaar voor de verwerking van de veldformulieren tot een digitaal bestand en de validatie van de gegevens. Dank gaat ook uit naar Sylvia van Leeuwen die ons waarnemingen doorgaf gedaan door leden van de Nederlandse Malacologische Vereniging en die aanvullingen en opmerkingen gaf op een eerdere versie van dit rapport en fotomateriaal beschikbaar stelde voor zowel voor dit rapport als voor de ANEMOON-website. De medewerkers van het Zoölogisch Museum Amsterdam en de specialisten van Naturalis en de Nederlandse Malacologische Vereniging zijn we zeer erkentelijk voor hun medewerking aan de determinatiedag. Dank gaat verder uit naar de instanties en hun medewerkers die ons de vergunningen verstrekten: de heer L.J.G. Tinga (Staatsbosbeheer, Zwanenwater) de heer B. Corté (Staatsbosbeheer, Rottum), de heer H. van Dijk (Staatsbosbeheer, Terschelling), de heer C. Bruin (Staatsbosbeheer, Texel), de heer O. Overdijk (Natuurmonumenten, Schiermonnikoog) en mevrouw A. Ehrenburg (Amsterdamse waterleiding duinen). Tim Fransen en Marion Bilius van danken we voor de wijze waarop Staatbosbeheer de Nauwe korfslak wil betrekken bij het beheer en de excursie die we met hen mochten hebben.
17
Tenslotte gaat dank uit naar het Zoölogisch Museum Amsterdam (ZMA) voor het
gebruik van werkplek en faciliteiten, alsmede de laboratoriumruimten om de strooiselmonsters te verwerken. In dit verband gaat dank uit naar Dr. S.A. Ulenberg (huidige directeur van het ZMA), drs. W. Los (vroegere directeur van het ZMA) en T. van der Put (gebouwbeheer) voor hun steun aan het Atlasproject Nederlandse Mollusken en het HabSlak-project.
10. Literatuur Bruyne, R.H. de, 2004. Inventarisatie-protocol. Nauwe korfslak Vertigo angustior tbv het HabSlak-project (inventarisatie van molluskenvan de Europese Habitatrichtlijn). Inventarisatiejaar 2004. Stichting ANEMOON. Heemstede. Bruyne, R.H. de, H. Wallbrink & A.W. Gmelig Meyling, 2003. Bedreigde en verdwenen landen zoetwatermollusken in Nederland (Mollusca). Basisrapport met voorstel voor de Rode Lijst. European Invertebrate Survey Nederland (EIS), Leiden en Stichting ANEMOON, Heemstede 88 pp. Bruyne, R.H. de & A.W. Gmelig Meyling, 2005. Veldwerk-handleiding ‘Project HabSlak’ (Mollusken van de Habitatrichtlijn). De Nauwe korfslak Vertigo angustior. Stichting ANEMOON. Heemstede. Gmelig Meyling, A.W., R.H. de Bruyne, A. van Strien & L. Soldaat, 2005. Plan voor monitoring van de Nauwe korfslak (Vertigo angustior). Stichting ANEMOON. Heemstede. Gmelig Meyling, A.W. en R.H. de Bruyne, 2006. “Inhaalslag Verspreidingsonderzoek mollusken van de Europese habitatrichtlijn” Inventarisatieperiode 2004-2005. Nauwe korfslak Vertigo angustior. Stichting ANEMOON, Heemstede. Lansu, N.R. 2005. Het leefgebied van de Nauwe korfslak. Met onderzoeksgebied de Amsterdamse waterleidingduinen. Amsterdams Waterleiding Bedrijf & Vrije Universiteit. Amsterdam. Leeuwen, S. van & W. Kuijper, 2007 (in prep). De mollusken van Rottumerplaat 2006; Verslag van een inventarisatie in het kader van het Project Habslak en het Atlasproject Nederlandse Mollusken. In: Spirula Neckheim, C.M., S.J. van Leeuwen en E.A. Jansen, 2007 (in prep). De malacofauna van Rottumeroog. Verslag van een inventarisatie in het kader van het Project Habslak en het Atlasproject Nederlandse Mollusken . In: Spirula.
18
Bijlagen Bijlage 1 Overzicht van de bij HabSlak-2006 onderzochte km-hokken. Bijlage 2 Overzicht met het aantal km-hokken in Natura2000-gebied en daarbuiten waar de Nauwe korfslak ooit is waargenomen. Bijlage 3. Geografisch overzicht van km-hokken tijdens HabSlak-2006 die zijn onderzocht op het voorkomen van de Nauwe korfslak. Waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen km-hokken waar de Nauwe korfslak wel en niet is (terug)gevonden. Bijlage 4 Geografisch overzicht van de atlashokken op een niveau van 1x1 km waar de Nauwe korfslak ooit is waargenomen, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen hokken waar de soort wel en niet is (terug)gevonden in de periode vanaf 2000. Bijlage 5 Geografisch overzicht van de atlashokken op een niveau van 5x5 km waar de Nauwe korfslak ooit is waargenomen, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen hokken waar de soort wel en niet is (terug)gevonden in de periode vanaf 2000. Bijlage 6 Geografisch overzicht van de atlashokken op een niveau van 10x10 km waar de Nauwe korfslak ooit is waargenomen, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen hokken waar de soort wel en niet is (terug)gevonden in de periode vanaf 2000.
19
Bijlage 1. Nauwe korfslak (Vertigo angustior) Overzicht van de onderzochte km-hokken (periode augustus 2006-maart 2007) Kolommen Natura2000 : Code voor het betreffende Natura2000 -gebied VR : 1 Alleen een Vogelrichtlijngebied Status :
Gepland :
1
Voor het eerst aangetroffen
5
Niet gevonden en vóór 2000 niet (met zekerheid) waargenomen, maar wel kansrijk
1
In eerste instantie gepland
2
Aangepaste planning Groen : Nauwe korfslak aangetroffen Nloc. Onderz : Aantal bemonsterde en onderzochte locaties Nloc. Gevonden : Aantal locaties waar de Nauwe korfslak is gevonden NLoc Ond.
Nloc Gev
Status
Gepland
Waddenzee, Rottumerplaat
8
2
1
1
Waddenzee, Rottumeroog
17
0
5
1
618
Noordzeekustzone, Rottumeroog
20
0
5
1
617
Waddenzee, Rottumeroog
29
1
1
1
235
617
Waddenzee, Rottumeroog
15
0
5
1
NL1000001
207
611
Duinen Schiermonnikoog
15
0
5
1
NL1000001
208
611
Duinen Schiermonnikoog
15
0
5
1
NL2003058
210
612
Duinen Schiermonnikoog
15
0
5
1
NL2003059
146
600
Duinen Terschelling
15
0
5
1
NL2003059
146
601
Duinen Terschelling
15
0
5
1
NL2003059
147
601
Duinen Terschelling
18
0
5
1
NL2003059
148
601
Duinen Terschelling
17
0
5
1
NL2003059
152
603
Duinen Terschelling
15
0
5
1
NL1000001*
158
602
Duinen Terschelling
23
0
5
1
NL2003060
114
570
Duinen Texel, Waal en Burg, Dijkmansh. en De Bol
15
0
5
1
NL2003060
116
571
Duinen Texel, Waal en Burg, Dijkmansh. en De Bol
16
0
5
1
NL3000016
107
535
Duinen Zwanenwater en Pettemerduinen
15
0
5
1
NL3000016
107
536
Duinen Zwanenwater en Pettemerduinen
15
0
5
1
NL3000016
108
535
Duinen Zwanenwater en Pettemerduinen
15
0
5
1
NL3000016
108
536
Duinen Zwanenwater en Pettemerduinen
19
0
5
1
NL3000016
108
537
Duinen Zwanenwater en Pettemerduinen
15
0
5
1
NL1000012
95
480
Kennemerland-Zuid
22
13
1
1
NL1000012
95
483
Kennemerland-Zuid
1
1
1
1
NL1000012
96
482
Kennemerland-Zuid
35
22
1
1
Mogelijke toewijzing
67
444
Kapittelduinen
12
9
1
2
Mogelijke toewijzing
67
445
Kapittelduinen
14
1
1
2
Mogelijke toewijzing
68
445
Kapittelduinen
6
1
1
2
NL4000017
32
401
Manteling van Walcheren
15
0
5
1
363
45
Natura2000
X
Y
NL1000001
228
617
NL1000001
233
617
NL1000001
233
NL1000001
234
NL1000001
Natura2000-gebied
VR
Totaal
20
Natura2000 NL1000001 NL1000012 NL1000013 NL1000015 NL1000017 NL1000020 NL1000030 NL2003016 NL2003059 NL3000027 NL4000017 NL4000017 NL4000017 NL4000017 NL4000017 NL9803077 NL4000021 NL9801021 NL9801024 NL9801041 NL9801079 NL9801080 NL9803061
Gebied Wadden, (Rottumeroog en Rottumerplaat) Kennemerland-Zuid Meijendel en Berkheide Haringvliet Kop Van Schouwen Manteling Van Walcheren Coepelduynen Geleenbeekdal Duinen Terschelling Zwin Duinen Goeree Haringvliet Kop Van Schouwen Manteling van Walcheren Voornes Duin Voornes Duin Grevelingen Dinkelland Gelderse Poort Geuldal Duinen Goeree Noord-Hollands Duinreservaat Westerschelde Totaal binnen Natura2000-gebieden Buiten Natura2000 Totaal
21
2 13 14 1 1
11 7
9 4
1 1 1 1 1 3 1 1 2 8 8
1 1 2 6 65 5 70
2 1
1 2 3
1 4 3 37 4 41
1
1 2 2 4 2 4 31 7 38
Totaal
Niet teruggevonden vanaf 2000
Teruggevonden vanaf 2000
Nieuw gevondn vanaf 2000
Bijlage 2. Aantal km-hokken per gebied waar de Nauwe korfslak ooit is gevonden.
2 33 25 1 1 1 1 1 1 3 4 1 1 4 10 11 1 2 2 5 4 10 9 133 16 149
Bijlage 3. Geografisch overzicht van km-hokken die tijdens HabSlak-2006 zijn onderzocht op het voorkomen van de Nauwe korfslak. Oranje: Blauw: Lichtblauw: Rood:
Volledig onderzocht km-hok, maar Nauwe korfslak niet gevonden. Nauwe korfslak gevonden binnen Natura2000-gebied. Nauwe korfslak gevonden buiten Natura2000-gebied. Nauwe korfslak niet teruggevonden.
22
Bijlage 4 Geografisch overzicht van de km-hokken waar de Nauwe korfslak ooit is gevonden. Rood: Groen:
Hokken waar de Nauwe korfslak niet is teruggevonden in de periode vanaf 2000. Hokken waar de soort is gevonden vanaf 2000.
23
Bijlage 5 Geografisch overzicht van de atlashokken op een niveau van 5 x 5 km waar de Nauwe korfslak ooit is gevonden. Rood: Groen:
Hokken waar de Nauwe korfslak niet is teruggevonden in de periode vanaf 2000. Hokken waar de soort is gevonden vanaf 2000.
24
Bijlage 6 Geografisch overzicht van de atlashokken op een niveau van 10 x 10 km waar de Nauwe korfslak ooit is gevonden. Rood: Groen:
Hokken waar de Nauwe korfslak niet is teruggevonden in de periode vanaf 2000. Hokken waar de soort is gevonden vanaf 2000.
25