Datum:
10 februari 2009
Informatienotitie over de aanbesteding van het leerlingenvervoer in de gemeenten Maasdriel en Zaltbommel 1. Aanleiding De uitkomst van de aanbestedingsprocedure voor het leerlingenvervoer in de gemeenten Maasdriel en Zaltbommel heeft aanleiding gegeven tot diverse vragen over de gevolgde procedure en over de gevolgen daarvan. Deze vragen komen van de direct betrokken bedrijven en chauffeurs, de ouders van de leerlingen en van leden van de gemeenteraad van Maasdriel. Deze notitie geeft een antwoord op deze vragen. 2. Waarom zijn er nieuwe contracten nodig? Per 1 augustus 2008 liepen de bestaande vervoerscontracten voor het leerlingenvervoer van de gemeenten Zaltbommel en Maasdriel af, zodat moest worden gewerkt aan nieuwe contracten. 3. Hoe komen deze nieuwe contracten tot stand? De colleges bereiden deze contracten voor en beslissen hierover. Zij worden hierbij ondersteund door het regionaal inkoopbureau en door de ambtelijke medewerkers die belast zijn met het onderwijsbeleid van beide gemeenten. 4. Kan het ook anders dan met vervoerscontracten? Er zijn in Nederland enkele voorbeelden bekend van gemeenten die werken met een PGB (persoonsgebonden budget). Daarbij krijgt de ouder van de gemeente een budget en regelt deze zelf het vervoer. Dit zijn echter nog experimenten waarvan de voor- en nadelen nog niet geheel duidelijk zijn. Voordeel is de keuzevrijheid van de ouders en de vrijheid voor de gemeente, nadeel is dat niet iedere ouder dit wil/kan en de gemeente in alle gevallen toch verantwoordelijk blijft voor het vervoer. Het merendeel van de gemeenten werkt daarom met vervoersovereenkomsten, die tot stand komen via een Europese aanbestedingsprocedure. 5. Waarom is een Europese aanbestedingsprocedure verplicht? De totale kosten van het leerlingenvervoer zijn hoger dan € 206.000,-- exclusief btw. Op grond van Europese regels zijn overheden dan verplicht om een Europese aanbestedingsprocedure te volgen. Daarnaast is dit ook zo opgenomen in het gemeentelijk aanbestedingsbeleid. De Europese regels schrijven voor dat overheden bij aanbestedingen: − transparant (helder en controleerbaar) − objectief (geen gebruik van gekleurde of "zachte" informatie) − niet-discriminerend (geen bevoordeling van - plaatselijke - ondernemers) dienen te handelen en daarbij ook geen onredelijke eisen mogen stellen. De gunning in het kader van Europese aanbestedingen is de verantwoordelijkheid van het college. Het college voert het aanbestedingsbeleid uit. 6. Wat gebeurt er als er toch niet Europees wordt aanbesteed? Als er niet Europees wordt aanbesteed, terwijl dit wel moest, lopen de gemeenten risico’s:
1/5
1.
2.
3.
Juridisch/financieel. Een ondernemer die niet de gelegenheid krijgt om in te schrijven, kan een juridische procedure aanspannen om de gemeente alsnog te dwingen om Europees aan te besteden of kan een schadevergoeding claimen. Geen goedkeurende accountantsverklaring. De opdrachtverlening, zonder Europese aanbesteding, is onrechtmatig. De accountant van de gemeente ziet er - in opdracht van de gemeenteraad - op toe dat er niet onrechtmatig wordt gehandeld. Als er desondanks onrechtmatig wordt gehandeld kan dit er toe leiden dat de gemeente op dit punt geen goedkeurende accountantsverklaring ontvangt. Dit hangt met name af van de hoogte van het bedrag van de onrechtmatige uitgaaf. Bij Europese aanbestedingen gaat het altijd om dermate hoge bedragen, dat deze drempel altijd zal worden overschreden. Imagoschade. Eén van de taken van de overheid is om toe te zien op de correcte naleving van wet- en regelgeving. Veel overheden voeren daarvoor een consequent handhavingsbeleid. Door zelf een loopje te nemen met de geldende regels en daardoor onrechtmatig handelen, doet afbreuk aan het imago van de overheid en bemoeilijkt het handhavingsbeleid.
Wat willen de gemeenten bereiken met de aanbesteding? Het uitgangspunt van de gemeenten is het zorgen voor kwalitatief goed én betaalbaar leerlingenvervoer, waarbij de kwaliteit voorop staat. De prijs is natuurlijk wel belangrijk maar niet doorslaggevend. Het minimale kwaliteitsniveau kan door prijsvoordeel niet beïnvloed worden.
7.
Wat ging er mis met de eerste aanbestedingsprocedure? Begin 2008 is de aanbesteding gehouden, om zodoende op tijd klaar te zijn voor het nieuwe schooljaar. De bestaande contracten liepen immers tot 1 augustus 2008. Deze aanbesteding resulteerde in mei 2008 in een voorlopige gunning van het vervoer aan drie vervoersbedrijven: DVG, Connexxion en Vijfstromenland (Juijn, Lion Cars en Van Haaften).
8.
Vijfstromenland heeft in een kort geding de rechter gevraagd de gunning van 8 percelen te verbieden. De overige 4 percelen werden voorlopig gegund aan Vijfstromenland. De rechter heeft in het kort geding besloten tegemoet te komen aan de eisen van Vijfstromenland, omdat de gemeenten bij de procedure onvoldoende transparant hebben gehandeld. De gemeenten hadden volgens de rechter vooraf niet duidelijk genoeg aangegeven hoe de gunning zou geschieden. De 4 voorlopig gegunde percelen werden omgezet in een definitieve gunning aan Vijfstromenland. 9. Wat moest er gebeuren per 1 augustus 2008? Omdat de bestaande contracten afliepen per 1 augustus 2008 en een nieuwe aanbestedingsprocedure niet voor die tijd kon worden afgerond is een tussenoplossing afgesproken. Met de vervoerders die het leerlingenvervoer in schooljaar 2007-2008 uitvoerden voor beide gemeenten, zijn afspraken gemaakt voor een tijdelijke contractsverlenging. Deze periode moest lang genoeg zijn om een nieuwe aanbestedingsprocedure te kunnen doorlopen, maar ook niet langer. De periode oprekken tot een heel schooljaar is juridisch niet mogelijk. Gekozen is voor een periode tot 1 maart 2009. 10. Hoe is de tweede procedure aangepakt? Er is een verbeterd Programma van Eisen opgesteld. Daarbij zijn dezelfde uitgangspunten gehanteerd als bij de eerste procedure (1. kwaliteit en 2. prijs). Daarnaast is goed rekening gehouden met de uitspraak van de rechter én is steeds deskundig juridisch advies ingewonnen bij een in aanbestedingsrecht gespecialiseerde advocaat. De opzet van het Programma van Eisen is, samengevat, als volgt: - er zijn minimum-kwaliteitseisen gesteld. Om voor gunning in aanmerking te komen moeten de bedrijven aangeven akkoord te gaan met deze eisen. - nadere beoordeling op de factor kwaliteit. De kwaliteit van het vervoersplan wordt daarbij gemeten in het aantal vervoersbewegingen per week. Weinig vervoersbewegingen betekent dat kinderen langer in de taxi zitten en dat betekent een lagere kwaliteit van het
2/2
-
vervoer. Meer routes en chauffeurs betekent immers kleinere vervoersmiddelen, kortere individuele reistijden voor de leerlingen. Kleinere vervoersmiddelen betekent ook meer rust in de taxi's. In plaats van de rust te moeten bewaren in bussen van 25 leerlingen kan dat nu in taxibussen met maximaal 8 leerlingen. beoordeling op de factor prijs.
11. Is er ook rekening gehouden met de kwaliteit van de chauffeurs? De kwaliteit van het leerlingenvervoer staat of valt wel voor een groot gedeelte met de kwaliteit van de chauffeur. Is hij/zij in staat zich in te leven in de doelgroep, voelt hij/zij zich verantwoordelijk voor het uitvoeren van het vervoer van de leerlingen op een zo goed mogelijke manier. Deze kwaliteit van chauffeurs is moeilijk objectiveerbaar. In een aanbestedingsprocedure is het nu juist van groot belang dat de criteria objectief vast te stellen zijn. Met de kwaliteitseisen die gesteld worden aan de chauffeurs is zeker rekening gehouden. Er zijn eisen gesteld aan het werken met vaste chauffeurs. Aan de chauffeurs zelf worden eisen gesteld ten aanzien van rijvaardigheid, goed gedrag, herkenbaarheid, bekwaamheid, persoonlijke vaardigheden en kwaliteiten, verantwoordelijkheden, taken, ontoelaatbaar gedrag/acties en aan spoedeisende hulp. Tevens dienen de vervoersbedrijven er zorg voor te dragen dat de chauffeurs die worden ingezet zijn goed op de hoogte zijn van de handicap(s) van de leerlingen die vervoerd worden. De gemeenten controleren dit ook. 12. Hoe wordt er rekening gehouden met de kwetsbaarheid van de doelgroep? De leerlingen hebben vaak in de loop der jaren een goede vertrouwde band opgebouwd met de (vaste) chauffeur. Als daar dan verandering in komt, is dat voor de meeste leerlingen en hun ouders een vervelende boodschap. De gemeenten streven er dan ook naar deze veranderingen zo veel mogelijk te beperken. Veranderingen in het vervoer voor ouders en kinderen worden zo veel mogelijk voorkomen door: - de vervoersovereenkomsten voor langere perioden (4 à 5 jaar) af te sluiten; - te eisen dat vervoersbedrijven zo veel mogelijk werken met vaste chauffeurs. Naast de wettelijke eisen zijn ook eisen gesteld aan de dienstverlening (o.a. de informatieplicht aan ouders, gemeente en scholen en ook de klachtenregeling), eisen aan de voertuigen, eisen aan de chauffeurs, eisen aan de communicatie en eisen aan de managementinformatie en de facturatie. Voorheen waren de eisen aan de vervoersbedrijven nog niet eerder zo scherp gesteld. De borging van kwaliteit is met deze aanbesteding dan ook veel duidelijker aanwezig. 13. Wat is de uitkomst van de tweede procedure? Op basis van de gekozen gunningscriteria zijn 3 percelen voorlopig gegund aan IJsselsteden, 6 aan "Juijn" (Combinatie Juijn, Van Haaften en Lion Cars en Vijfstromenland) en 1 aan DVG (Taxi Bouwman). Ten opzichte van de eerste procedure is "Juijn" er 2 percelen op vooruit gegaan (gaat van 4 naar 6 percelen). Deze gunning per perceel is gebaseerd op twee factoren: de kwaliteit van het vervoersplan (=aantal vervoersbewegingen per week) en de prijs. Deze twee factoren zijn volledig objectiveerbaar te halen uit de ingediende offertes. De vervoerders hebben dat vooraf kunnen lezen in het Programma van Eisen en na de voorlopige gunning zijn ze op de hoogte gebracht van de beoordeling van hun scores op beide factoren. De verschillen tussen de aanbieders zit op de factor kwaliteit en niet op de factor prijs. Qua prijs zitten er nauwelijks verschillen tussen de aanbieders. Het verschil wordt gemaakt in de scores op kwaliteit vervoersplan (aantal vervoersbewegingen per week). Vanwege de toename van het
3/3
aantal vervoersbewegingen betekent dat voor de leerlingen in het algemeen kortere individuele reistijden. Er worden meer taxi's en taxibussen ingezet, het vervoer wordt kleinschaliger en de rust in de vervoersmiddelen is gemakkelijker te handhaven. Er komen meer chauffeurs bij een min of meer gelijk aantal leerlingen. De kwaliteit is doorslaggevend geweest in de voorlopige gunning. IJsselsteden biedt in zijn offerte de meeste vervoersbewegingen en scoort daarop dus het beste. Dat houdt in dat IJsselsteden aanspraak maakt op gunning. Het is dus beslist niet zo dat de prijs de doorslag heeft gegeven. 14. Is er rekening gehouden met de – economische - gevolgen voor de huidige vervoerder(s) en haar chauffeurs? Omdat er meer routes zullen worden gereden zijn er meer chauffeurs nodig. Dit heeft een positief effect op de werkgelegenheid en dus geen negatief effect. IJsselsteden heeft niet alleen al aangeboden om personeel over te nemen dat ontslagen zal worden, ze zijn het ook verplicht (minimaal 75% van het ontslagen personeel) op grond van de regels die gelden voor de vervoersbranche (Sociaal Fonds Taxi). IJsselsteden heeft aangegeven er alles aan te zullen doen om het vervoer zo rimpelloos mogelijk over te laten gaan. Chauffeurs wordt de mogelijkheid geboden dezelfde routes te blijven rijden. 15. Wordt het leerlingenvervoer gecombineerd met ander vervoer? Het leerlingenvervoer wordt niet gecombineerd met zorgvervoer of met lijndiensten. Dit is uitdrukkelijk verboden. 16. Is er opnieuw een kort geding aangespannen? Gedurende de periode van voorlopige gunning bestaat de mogelijkheid tot een kort geding. In tegenstelling tot de vorige keer heeft geen van de partijen van deze mogelijkheid gebruik gemaakt. Het bevestigt ons in onze overtuiging dat hieruit blijkt dat de procedure juridisch correct is gevoerd. 17. Kan de definitieve gunning aan IJsselsteden nog worden voorkomen? Dat is slechts mogelijk als vóór de definitieve gunning duidelijk was dat dit bedrijf onwaarheden heeft opgenomen in zijn offerte of dat er andere redenen zijn om aan te nemen dat het bedrijf (financieel) ongeschikt is om de opdracht uit te voeren. Vanuit de gemeenteraad en ook door perspublicaties zijn vraagtekens gesteld bij de algehele soliditeit van het bedrijf IJsselsteden. Bij de aanbestedingsstukken wordt daar ook naar gevraagd. Vanzelfsprekend hebben de gemeenten de recente signalen serieus genomen en is IJsselsteden gevraagd om nadere stukken. Uit de overlegde bewijsstukken is ons niet gebleken dat IJsselsteden op de genoemde beschuldigingen tekort schiet of de wet overtreedt. Ook de overlegde financiële stukken van het bedrijf zijn voor de gemeenten geen aanleiding om niet over te gaan tot een definitieve gunning. Op vrijdag 6 februari 2009 hebben de gemeenten bestuurlijk overleg gevoerd met IJsselsteden en in dit overleg heeft het vervoersbedrijf de mogelijkheid gekregen zich te verweren tegen alle aantijgingen die naar buiten zijn gebracht. De gemeente heeft IJsselsteden ook bevraagd over een aantal openstaande onduidelijkheden. Ons is wel gebleken - en dat wordt ook bevestigd door FNV Taxi - dat er binnen de branche personenvervoer veel bedrijven zijn die de grenzen opzoeken. Aan FNV Taxi is gevraagd om haar beweringen over het bedrijf IJsselsteden nader met feiten te onderbouwen. Dit is niet
4/4
gebeurd. De FNV-bestuurder ontkent overigens met klem dat hij gezegd heeft dat hij chauffeurs afraadt te gaan werken voor IJsselsteden. Daarnaast zijn op bestuurlijk en ambtelijk niveau referenties opgevraagd én gecontroleerd bij drie verschillende gemeenten waar IJsselsteden het leerlingenvervoer verzorgt. Hieruit blijkt IJsselsteden omschreven wordt als een redelijk goed tot gewoon goed bedrijf met een goede prijs-kwaliteitverhouding. Tot slot mag niet onvermeld blijven dat IJsselsteden een bedrijf is dat beschikt over alle denkbare (kwaliteits)certificaten (zoals ISO-certificering en TX-keurmerk) die voor deze branche beschikbaar zijn. 18. Hoe wordt er omgegaan met opmerkingen van ouders over het vervoer? Eén van de minimumeisen aan de vervoersbedrijven is dat er een klachtenregeling moet zijn. In de praktijk houden de gemeenten de klachten en de opmerkingen over het leerlingenvervoer goed in de gaten. Uit de ingewonnen referenties blijkt dat IJsselsteden op dit punt goed werkt. Daarnaast is het instellen van een Klantenpanel Leerlingenvervoer (klankbordgroep) voor (ouders van) leerlingen een goede suggestie. Het geeft de gemeente de mogelijkheid om de uitvoering van het leerlingenvervoer te monitoren en indien nodig de vervoerder op aan te spreken. Ook kunnen ouders langs die weg meepraten over het beleid van het leerlingenvervoer. Het instellen van een Klantenpanel zal zo snel mogelijk worden opgepakt. In overleg zal bezien worden of ook cliëntenbelangenorganisaties erbij betrokken kunnen worden. Overigens kunnen ook na gunning de vervoerders -indien nodig- gewoon juridisch op naleving van het contract worden aangesproken. 19. Conclusie Met het aanbesteden van het leerlingenvervoer wil de gemeente voor meerdere jaren een contract afsluiten met één of meerdere vervoersbedrijven, die voldoen aan de gestelde eisen met betrekking tot kwaliteit en continuïteit van het vervoer en die daarnaast de meest voordelige aanbieding hebben gedaan. De afweging voor de uiteindelijke keuze in vervoersbedrijven is zeer zorgvuldig verlopen. Er zijn geen redenen om aan te nemen dat de gekozen vervoerders hun taak niet conform het Programma van Eisen kunnen uitvoeren, er werkeloosheid onder de chauffeurs zal ontstaan of dat ouders hoeven te vrezen voor de veiligheid en continuïteit van het vervoer van hun kind. De colleges van de gemeenten Zaltbommel en Maasdriel hebben dan ook op dinsdag 10 februari 2009 geconcludeerd dat er geen redenen zijn om niet tot definitieve gunning over te gaan. Deze Informatienotitie is vastgesteld door beide colleges op 10 februari 2009. Het Programma van Eisen is beschikbaar om op te vragen bij de gemeenten. Namens het college van Maasdriel, mr. ing. A.P.J.M. de Jong secretaris
mevr. A.H. Boerma - Van Doorne burgemeester
Namens het college van Zaltbommel
drs. L.H. Derksen secretaris
A. van den Bosch burgemeester
5/5