INFORMATIEBULLETIN 22 DECEMBER 2003
1. Van de voorzitter. De informatie naar onze leden heeft sinds april 2003 alleen op een bescheiden wijze via de website plaats gevonden. Sinds de website wordt beheerd door Hans Ulrich, vinden voortdurend verbeteringen plaats en proberen wij meer actualiteiten op het web te krijgen. Wij danken Rinus van de Ree voor het vele voorbereidende werk en het opstarten van de website. Na de jaarvergadering is de website goed bezocht geweest. Ook het verslag van de laatste jaarvergadering treft u daar aan alsmede de laatste ontwikkelingen op pensioengebied in Europa. Ons bestuurslid Jan Simons is via de NVOG daarbij rechtstreeks betrokken. Het bestuur heeft niet stil gezeten. Vele zaken zijn sinds april de revue gepasseerd. De brief van de Pensioen- en Verzekeringskamer (PVK) van september 2002 aan alle pensioenfondsen, de ontwikkelingen bij de NVOG, de ALM-studie van NPF, de pensioenontwikkelingen in Nederland, ons eigen pensioenfonds en het mogelijk schrappen van de verplichte herverzekering van ondernemingspensioenfondsen bij het wegvallen van de werkgever. Vanaf 1 januari 2003 participeren de gepensioneerden in het bestuur van het Nedlloyd Pensioenfonds, naast twee ervaren bestuursleden nu ook uw voorzitter. Deze belangrijke stap is nu in werking en daarmee is de medezeggenschap een flinke stap vooruit gegaan. De ervaringen opgedaan in het bestuur van het Pensioenfonds zijn zeer positief te noemen. Vooral het deelnemen aan de ALM-studie heeft de inzichten in het reilen en zeilen van het Pensioenfonds verdiept en verscherpt. De belangen van de gepensioneerden kunnen veel actiever in de gaten worden gehouden. Dit is een belangrijke en geruststellende gedachte. We zien dat een gedegen bestuur van het Pensioenfonds met zijn adviseurs het Nedlloyd Pensioenfonds door de moeilijke jaren heeft gesleept zonder al te veel schade op te lopen. Het Pensioenfonds heeft, weliswaar voorzichtig, de weg omhoog weer ingeslagen. Langzaam maar zeker neemt de dekkingsgraad toe en de “grens” van 130 is weer bereikt. Door de gang van zaken in de beleggingswereld en de aandelenmarkten zijn alle pensioenfondsen onder uitgebreider toezicht gesteld van de Pensioen- en Verzekeringskamer. Ook het Nedlloyd Pensioenfonds. Dat betekent dat al het handelen van het bestuur van het fonds nauwgezetter zal worden gevolgd. Verzoeken om bepaalde zaken aan te passen zullen er zeker kunnen komen. Gezien de huidige eisen en de positie van het pensioenfonds zijn die voor het Nedlloyd Pensioenfonds gering te noemen. Vanuit de PVK zijn er nu richtlijnen met betrekking tot de dekkingsgraden en reserves (buffers) die aangehouden moeten worden of binnen een bepaalde periode moeten zijn bereikt. Deze eisen kunnen premieverhogingen inhouden en/of beperkingen opleggen aan de indexaties van de pensioenen. Ons Pensioenfonds bevindt zich niet in de gevarenzone, maar er zal wel veel aandacht moeten worden besteed om deze positie te behouden en verder te verbeteren. In dit verband is onlangs in opdracht van het bestuur van het Fonds een ALM-studie uitgevoerd. De beleidswijzigingen als gevolg van deze studie kunnen kortweg als volgt worden geformuleerd: * Aanpassing van het indexatiebeleid waarbij de overrente-restrictie wordt geschrapt en het verstrekkingspercentage via een bepaalde formule tussen 105% en 130% wordt vastgesteld. Onder de 105% wordt niet meer geïndexeerd en boven de 130% 1
volledig. Tevens kunnen indexatie-achterstanden worden ingehaald met als voorwaarde dat bij inhaal van indexatie-achterstanden de dekkingsgraad niet onder de 130% mag dalen. * Aanpassing van het beleggingsbeleid om de solvabileitsrisico’s binnen de normen de normen te houden. In de Pensioenkrant van het Nedlloyd Pensioenfonds van januari 2004 komt een uitgebreid verslag. Zoals u ziet is pensioenland er niet eenvoudiger op geworden. De politiek en de journalistiek zijn partij geworden. Vele discussies zijn er gaande en niet alleen over medezeggenschap. Ook indexatie, premies, werkgeversbijdragen, de rol van de werkgever en de aanloop naar de nieuwe pensioenwet spelen daarbij een grote rol. Als bestuur van DNP volgen wij nauwgezet alle zaken en wij houden u op de hoogte zodra daar aanleiding toe is. De jaarvergadering nadert met rasse schreden en wij hopen u allen daar te mogen begroeten. Een uitgebreide voorlichting staat u te wachten. Het bestuur van DNP wenst u prettige feestdagen en een voorspoedig 2004 toe, voor u en voor allen die u dierbaar zijn. Huub van Gorp, voorzitter
2. Nederlandse Vereniging van Organisaties van Gepensioneerden (NVOG) In het nog steeds voortgaande proces van ontgroening en vergrijzing is in de afgelopen decennia een groot aantal verenigingen van gepensioneerden opgericht. Inleiding. In 1987 werd de behoefte gevoeld tot een overkoepelende organisatie te komen, die aanvankelijk tot naam koos “Overlegorgaan van Gepensioneerden van Ondernemingen” (OVGO). De OVGO had tot doelstelling “het behartigen van de collectieve belangen van gepensioneerden van ondernemingen en hun nagelaten betrekkingen”. Het OVGO heeft zich o.m. ingespannen om steun te verwerven voor de wet “Medezeggenschap bij Pensioenfondsen”, waarin de instelling van deelnemersraden werd geregeld. Al spoedig verdiepte de OVGO zich ook in de effecten van maatregelen die van invloed zijn op het nettoinkomen van gepensioneerden. Tegelijkertijd werd de vinger aan de pols gehouden t.a.v. de ontwikkeling van medezeggenschap voor gepensioneerden in besturen van pensioenfondsen, fiscale en sociale voorzieningen, gezondheidszorgaspecten en tenslotte ook het ouderenbeleid op Europees niveau. In een later stadium werd besloten ook andere organisaties op te nemen (zoals b.v. PGGM en weer later NBP, die aanvankelijk in de koepel CSPO waren verenigd) en zich niet alleen maar te richten op verenigingen die strikt gebonden zijn aan één onderneming. De naam veranderde in 1998 in Nederlandse Vereniging van Organisaties van Gepensioneerden (NVOG). Doelstelling. De doelstelling van de NVOG werd als volgt omschreven:” Het behartigen van de collectieve belangen van de gepensioneerden en hun nagelaten betrekkingen”. Op grond hiervan is de NVOG actief in: 1. Het regelmatig overleg met overheid en politieke partijen en het bevorderen van de positie van ouderen in de samenleving. Daartoe wordt samengewerkt met het 2
Coördinatieorgaan Samenwerkende Ouderenorganisaties (CSO). 2. Het bevorderen van meningsvorming in eigen kring door overleg en informatie. 3. Het bevorderen van de participatie in maatschappelijke organen, zowel in nationale als internationale advies- en overlegorganen. Medezeggenschap. In de afgelopen jaren heeft het NVOG een enigszins zwalkend beleid gevoerd in zake de mate van medezeggenschap die in het beleid van de pensioenfondsen wordt voorgestaan. Hierbij moet worden bedacht dat er momenteel nog steeds grote verschillen bestaan bij de diverse pensioenfondsen in hoeverre de deelnemersraden medezeggenschap kunnen en moeten uitoefenen. In dit verband moet ook worden gewezen op het initiatief wetsontwerp van D66, dat een vergaande vorm van medezeggenschap wil voorschrijven. Pensioenfondsbesturen, maar ook tal van deelnemersraden zijn hiervan niet gecharmeerd en wijzen op de gevaren die dit kan inhouden, zoals het eventueel overdragen van fondsenbeheer aan derden, zoals verzekeringsmaatschappijen. In november 2002 werd als uitgangspunt voor het Beleidsplan van de NVOG o.a. vastgesteld dat deelnemersraden tenminste instemmingsrecht moeten hebben t.a.v. 1. vaststelling en wijziging van de statuten en reglementen. 2. vaststelling van hoofdlijnen van het bestuursbeleid (met name t.a.v. zaken als indexering, premie-holidays of – kortingen en terugstortingen) en van het jaarverslag van het fonds. 3. Samengaan met andere fondsen, gehele of gedeeltelijke overdracht van het fonds aan een verzekeraar of liquidatie van het fonds. Bovendien werd vastgesteld dat een Deelnemersraad, of een gedeelte daarvan van tenminste 10% van het aantal leden, beroepsrecht dient te hebben bij de Pensioen- en Verzekeringskamer (PVK). Dit ging een aantal grote pensioenverenigingen te ver en die besloten vervolgens tot uittreden. Hierdoor raakte de NVOG ernstig verzwakt en dreigde deze door iedereen gewenste “koepel” te moeten liquideren. Een vergaande medezeggenschap van deelnemersraden, zoals door de NVOG aangenomen, zou een pensioenfondsbestuur als het ware onder curatele zetten. Hoewel in beginsel iedere pensioenvereniging vrij is in hoeverre deze aanbevelingen zouden moeten worden nagestreefd/toegepast, en wij (DNP) op grond hiervan èn de wens dat een nationale koepel voor pensioenverenigingen zeer wenselijk is, hiermede onder voorwaarden mee instemden, hebben wij in de afgelopen maanden duidelijk gemaakt dat ook wij het huidige Beleidsplan te ver vinden gaan en ons beraden of wij nog lid willen blijven van een zwakke en verdeelde koepelorganisatie. Rapport Prof. Dr. C.J. Rijnvos. Op initiatief van de verenigingen van gepensioneerden van de RABO en ABN-AMRO werd besloten een beroep te doen op een “mediator” om te onderzoeken of de NVOG nog te redden zou zijn, na het uittreden van een aantal grote en invloedrijke verenigingen èn nieuw leven in te blazen. In zijn rapport heeft prof. Rijnvos een aantal aanbevelingen gedaan die o.a. de onderlinge solidariteit benadrukt en i.p.v. polarisatie (die duidelijk had plaatsgevonden) weer opnieuw naar consensus te streven. Bovendien werd aanbevolen een nieuw bestuur te kiezen en tenslotte te pogen de uitgetreden leden weer te bewegen tot de NVOG terug te keren. Als DNP besloten wij hieraan onze medewerking te verlenen. Algemene Ledenvergadering van de NVOG d.d. 12 november 2003.
3
Voorafgaand aan de Algemene Ledenvergadering werd door het inmiddels demissionaire bestuur een aantal vooroverleg-vergaderingen gehouden om te toekomstige ontwikkeling van de NVOG onder ogen te zien en te peilen of de aangesloten verenigingen bereid zouden zijn lid te blijven en in 2004 een hogere contributie te betalen. Inmiddels was wel gebleken dat de uitgetreden verenigingen vooralsnog niet bereid waren tot de NVOG terug te keren. Tegelijkertijd wordt niet uitgesloten dat onder een nieuwe leiding deze terugkeer alsnog zal plaatsvinden. Onder deze omstandigheden hebben wij, evenals alle overige leden, besloten om de NVOG, onder een nieuw bestuur, een kans te geven het geschonden vertrouwen weer te herstellen. Het is in deze tijd van groot belang dat thans onderwerpen als indexatie van pensioenen, de AOW en de gezondheidszorg alle aandacht krijgen. Op basis van ingevoerde bezuinigingen, zonder de kwaliteit van de organisatie aan te tasten, zal de contributie in 2004 voor DNP € 2,23 per lid bedragen. Wij zullen echter eind 2004 onze positie t.o.v. de NVOG opnieuw bezien als blijkt dat de koepel, ondanks de nu ingeslagen weg, toch verdeeld en daardoor ineffectief blijft. Onzerzijds zullen we er aan blijven meewerken dat de NVOG echter snel uit te huidige impasse komt. .
Wilt u alvast noteren? De komende jaarvergadering van DNP zal plaatsvinden op woensdag 17 maart 2004 in een gloednieuwe Beatrix Zaal van de Jaarbeurs in Utrecht. Zoals bekend, is de Jaarbeurs goed bereikbaar met het openbaar vervoer. De uitnodigingen met programma en tijden zullen tijdig door ons verzonden worden.
3. Meer openheid bij het Nedlloyd Pensioenfonds gevraagd. Het ABP als grootste pensioenfonds in Nederland publiceert elk kwartaal aan de actieve en gepensioneerde deelnemers van het fonds de stand van zaken met betrekking tot de dekkingsgraad, het beleggingsbeleid, de beleggingen zelf en hun opbrengsten, de premiestelling en de indexatie. Een duidelijke openheid over de financiële zaken en de ontwikkelingen daarin van het ABP. Dit is een goede zaak omdat daarmede de actieve deelnemers en de gepensioneerden van het ABP goed op de hoogte blijven van de financiële ontwikkelingen bij hun fonds. Daardoor kunnen ook de schrikeffecten bij wat langer durende ongunstige ontwikkelingen ontwikkelingen zo goed mogelijk voorkomen worden. Het zou heel plezierig zijn als het bestuur van het Nedlloyd Pensioenfonds eveneens zou besluiten tot een stuk openheid over de ontwikkelingen omtrent dekkingsgraad, resultaten en 4
beleggingsbeleid gedurende het jaar naar de deelnemers als mede naar de gepensioneerden. Openheid over dit soort zaken naar alle bij het Nedlloyd Pensioenfonds betrokken personen zou mogelijk moeten zijn. Zeker in deze tijd waarbij snelle informatiestromen via elektronische “wegen”, ook voor het Nedlloyd Pensioenfonds, beschikbaar zijn.
4. Pensioenen in Europa. Over dit onderwerp is op de website van onze vereniging (zie Nieuwsbulletin week 46, 10-16 november 2003) een kort overzicht gepubliceerd. De bedoeling is om u met enige regelmaat op de hoogte te houden van ontwikkelingen op het gebied van pensioenen in het kader van de Europese Unie. Dat kan o.i. het beste d.m.v. het Infobulletin, dat door DNP enige malen per jaar wordt samengesteld en aan u wordt toegezonden. Voor diegenen, die het artikel in het bovengenoemde website bulletin niet hebben gelezen, volgt een korte samenvatting en een vooruitblik op mogelijke ontwikkelingen: Dat over zo’n belangrijk onderwerp als pensioenen ook op Europees niveau wordt nagedacht, gesproken en onderhandeld door de Europese Lidstaten, is voor de hand liggend. De behartiging van onze pensioenbelangen is in handen van onze vereniging, DNP. Via een getrapte vertegenwoordiging, n.l. de NVOG – de koepelorganisatie van Nederlandse pensioenverenigingen waarbij DNP is aangesloten – dringt onze stem ook door in Brussel. Om bij voorbaat een misverstand uit de weg te ruimen: in Brussel wordt niet over Nederlandse pensioenen beslist. De nationale pensioenstelsels zijn en blijven de verantwoordelijkheid van de individuele Europese Lidstaten. Voor Nederland dus onze eigen overheid en wel het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Wat wordt er dan in Brussel wèl gedaan? Er wordt in eerste instantie gekeken naar problemen die de Lidstaten op het gebied van pensioenen en de financiering daarvan gemeen hebben: - hogere levensverwachting/ontgroening (de mensen worden steeds ouder en er zijn minder jongeren) - vervroeging pensioneringsdatum (mensen willen liever niet tot hun 65ste doorwerken) - daling aantal actieven t.o.v. niet meer actieven. [Vooral dit laatste punt kan in Nederland problemen gaan opleveren bij de financiering van de AOW, die immers op het omslagstelsel is gebaseerd, d.w.z. de huidige werkenden betalen de AOW voor de niet meer werkenden. Bij steeds minder werkenden zou dit kunnen betekenen, dat de AOW-premie tot onaanvaardbare hoogte stijgt: de solidariteit komt in gedrang.] Zoals gezegd, tracht men in Brussel deze gemeenschappelijke problemen in kaart te brengen en er door een vergelijkingssysteem (de open coördinatie methode) achter te komen, hoe dit soort problemen door andere Lidstaten wordt aangepakt. De landen kunnen dus van elkaars methoden leren. Het bovenstaande zou je kunnen omschrijven als de “zachte” kant van de Brusselse inmenging. Maar er is ook nog een andere “hardere” kant zichtbaar. Die is de laatste weken aan de dag getreden, toen in Brussel werd onderhandeld over het Europese Stabilisatie en Groeipact. Het ging erom, of Frankrijk en Duitsland door de Europese Commissie tot de orde moesten worden geroepen voor de herhaalde overschrijding van hun begrotingstekort: 3 % is de afgesproken bovengrens en beide landen zitten al voor het derde jaar op een tekort van 3,5 5
– 4%. Is dat erg? Ja en nee. Nee, als beide landen er in slagen hun tekort in 2004 terug te brengen en tegelijk hun economische activiteit op te voeren en daarmee de werkloosheid te verminderen. Ja, wanneer dit niet lukt en de staatsschuld in Frankrijk en Duitsland de pan uit rijst. Dan is namelijk de kans groot, dat de waarde van de Euro wordt uitgehold, met toenemende inflatie als gevolg. En daar zitten wij als gepensioneerden nu echt niet op te wachten. We weten nu, dat de Europese Commissie de strijd voorlopig heeft verloren: Duitsland en Frankrijk worden niet beboet voor hun gedrag en we moeten het doen met hun belofte, dat zij beterschap beloven voor 2004 of 2005. Echter Duitsland laat intussen zijn staatsschuld in 2004 met 30 miljard Euro oplopen om te belofte van lastenverlichting in te lossen. En van versobering van de (staats)pensioenen in Duitsland en Frankrijk is onder politieke druk nog niet veel terecht gekomen! Zo bezien, verdient Brussel dus ons aller steun in zijn strijd om houdbare pensioenen in de toekomst. Het risico schuilt natuurlijk in het loslaten door de andere Europese Lidstaten van de afgesproken begrotingsdiscipline (“ als Duitsland en Frankrijk het niet zo nauw nemen met het Stabilisatiepact, dan mogen wij dat ook”). Ook de vakbonden in Nederland vinden al dat er wel wat minder kan worden bezuinigd. Als we bedenken, dat ook Nederland in 2003 boven de 3% grens dreigt uit te komen, dan zullen hier en in andere Europese Lidstaten nog harde noten moeten worden gekraakt. Wij houden u op de hoogte!
Een klein aantal leden heeft de contributie voor het jaar 2003 nog niet betaald. Wij verzoeken die leden alsnog het betreffende contributiebedrag van € 12,00 over te maken op een van de volgende rekeningen: • •
737 67 30 of 47 53 77 184
Beide rekeningen staan op naam van Vereniging Deelnemers Nedlloyd Pensioenfonds te Rotterdam.
Indien de eerder dit jaar toegezonden acceptgiro niet meer beschikbaar is, kan het gebruikelijke overschrijvingsformulier van de Postbank of van elke andere bank gebruikt worden.
5. Naheffing Inkomstenbelasting over 2003? Vanuit het Parlement zijn berichten gekomen dat gedacht wordt aan het wijzigen van het fiscale stelsel voor 65+-ers met een AOW-pensioen en een aanvullend pensioen tot een zeker bedrag. In die gevallen zou geen aangifte inkomstenbelasting meer behoeven te worden verzorgd. Bij de belastingdienst zou dit ook veel werk besparen. Als die plannen doorgaan, zou dit betekenen dat voor veel 65+-ers de aangifte inkomstenbelasting vervalt en dat zij ook achteraf geen aanslag hebben te verwachten. Indien er sprake is van bijzondere persoonlijke omstandigheden (hoge ziektekosten, hypotheekrente e.d.), dan zal wel een aangifte verzorgd moeten worden. Toch eerst maar even afwachten welke wijzigingen in het fiscale stelsel volgend jaar doorgevoerd zullen worden. Waar wij op dit moment mee te maken hebben is het huidige stelsel. Dit houdt in dat als men in 2003 een totaal belastbaar inkomen uit werk en inkomen (box 1) heeft dat meer bedraagt 6
dan € 15.883,-, dan legt de belastingsdienst mogelijk een naheffing op. Deze situatie doet zich bij voorbeeld voor als men naast het AOW-pensioen nog een aanvullend pensioen ontvangt. Zowel op het AOW-pensioen als op het aanvullend pensioen wordt een loonheffing volgens het tarief van de eerste loonbelastingschijf (= 15,00%) ingehouden. Dit geldt echter tot en met een inkomen van € 15.883,-. Als het AOW-pensioen met de pensioenuitkering meer bedragen dan € 15.883,-, dan wordt het meerdere volgens een hogere belastingschijf (= 20,50%) belast. Het gevolg is dat dan in 2004 een naheffing via een aangifte inkomstenbelasting volgt. Om te voorkomen dat men in bovengenoemde situatie in 2004 door een naheffing inkomstenbelasting in financiële problemen komt, is het zeker niet onverstandig om van de netto hogere inkomsten maandelijks een bedrag van rond de € 50,- te reserveren voor zo’n naheffing. Het bovenstaande in slechts een algemene en ruwe benadering. Persoonlijke situaties kunnen de uitkomsten in positieve of negatieve zin beïnvloeden. Deze informatie is dan ook als een waarschuwing bedoeld.
6.Website van DNP. Op de website geeft de vereniging een algemeen overzicht van de vereniging, het bestuur van de vereniging en van het ledenbestand. Tevens kan daar het lidmaatschap – aanmeldingsformulier – worden gevonden. Verder treft u daar nog een pagina aan over de Adviesraad van ons Pensioenfonds met foto’s. Op de laatste pagina vindt u tot slot de betaaldata van het Nedlloyd Pensioenfonds. De ontwikkelingen van de laatste maanden houden o.a. het volgende in: - in de rubriek ACTUEEL zal een regelmatige bijdrage van de bestuursleden worden geplaatst. - een index voor terugzoeken van onderwerpen is in ontwikkeling. Als bestuur beseffen wij terdege dat lang niet alle leden over een computer met internet beschikken, vandaar dat het bestuur zich ook per post met het Informatiebulletin tot de leden zal blijven richten. Onze website is te vinden op: http/www.vereniging-dnp.nl.
7. Schenkingen aan kinderen en kleinkinderen. Een groot aantal gepensioneerden heeft kinderen en ook kleinkinderen. En in veel gevallen zou men graag naar de toekomst toe iets financieels willen doen voor die kleinkinderen. Maar wel op een zo’n danige manier dat dit goed is geregeld en ook dat dit op de meest gunstige manier is geregeld ter voorkoming van extra belastingbetalingen. In zulke omstandigheden behoeft het niet altijd om grote bedragen te gaan. Maar het is van belang om te weten waar de juridische en fiscale mogelijkheden en grenzen liggen. In een Nederlands weekblad is onlangs over dit onderwerp een goed opgesteld artikel opgenomen waarin op een heel duidelijke manier is weergegeven, hoe je bovenstaande zaken het beste kunt regelen. Het artikel zelf is te groot (4 bladzijden) om in dit Infobulletin op te nemen. Geïnteresseerde leden kunnen daarom een copie van het betreffende artikel schriftelijk opvragen bij het secretariaat van DNP.
7