Informatie voor zwangeren
Ommelander Ziekenhuis Groep, locatie Delfzicht Afdeling kraam/gynaecologie: 0596 - 644 460 Polikliniek:
0596 - 644 523
Vrouwenartsen:
- Dr. J.A. Declercq - Dr. F. Koettnitz
2
Inhoudsopgave Inleiding
pag. 4
Zwanger zijn, bevallen en kramen De zwangerschap Leefwijze tijdens de zwangerschap Zwangerschap en werken Benodigdheden voor de baby Kraamhulp Borstvoeding of kunstvoeding Andere vragen of problemen
5 7 9 9 9 10 10
Begeleiding van de zwangerschap Zwangerschapscontrole in het ziekenhuis Extra onderzoeken Voorlichtingsactiviteiten tijdens de zwangerschap
11 13 15
Begeleiding rondom de bevalling Het begin van de bevalling Meenemen bij de opname Gang van zaken bij de bevalling Na de geboorte Het verblijf op de kraamafdeling Ontslag uit het ziekenhuis
16 16 16 17 18 19
Diversen Geboorte aangifte Verzekering en kosten
20 20
Bijlagen: Bezoekregeling Instanties en telefoonnummers Interessante websites
21 22 23
3
Inleiding U heeft een afspraak voor een zwangerschapscontrole op de polikliniek vrouwenartsen van de Ommelander Ziekenhuis Groep, locatie Delfzicht in Delfzijl. U zult zich afvragen wat u te wachten staat. In dit boekje beantwoorden wij een groot aantal vragen rondom de zwangerschap en over de bevalling op locatie Delfzicht. Het boekje is in een aantal hoofdstukken ingedeeld, die voor verschillende fasen van de zwangerschap van belang zijn. Wij proberen u zo goed mogelijk te informeren. Wanneer u vragen heeft, stelt u ze dan gerust aan de artsen of aan de assistentes en verpleegkundigen op de polikliniek. Er zijn veel aanvullende folders en brochures over zwangerschap en bevalling. U kunt ze verkrijgen bij de assistentes. Ook organiseert het ziekenhuis regelmatig voorlichtingsavonden voor aanstaande ouders (zie pagina 18). vrouwenartsen en team kinder/kraam/gynaecologie
4
Zwanger zijn, bevallen en kramen • de zwangerschap Zwanger zijn is een gebeurtenis die gepaard gaat met lichamelijke veranderingen. In het kort schetsen we hierna de lichamelijke veranderingen die bij u optreden. Daarnaast staan we stil bij de ontwikkeling van de baby tijdens de zwangerschap. - lichamelijke verandering Het uitblijven van de menstruatie (“overtijd zijn”) is het eerste teken dat in de richting van een zwangerschap wijst. De neiging in gewicht wat aan te komen is een ander teken. Sommige vrouwen merken in het begin van de zwangerschap ook andere veranderingen zoals steviger en gevoeliger borsten, ochtendmisselijkheid of soms voorkeur of juist afkeur voor bepaalde etenswaren. Bij de ene vrouw zijn deze veranderingen wat meer uitgesproken dan bij de andere vrouw. Al deze verschijnselen hebben te maken met de aanpassing van het lichaam aan de zwangerschap. Het bestaan van een zwangerschap kan in de 5e of 6e week gerekend vanaf de eerste dag van de laatste menstruatie, worden bevestigd met een zwangerschapstest. Na ongeveer 16 weken wordt de groeiende baarmoeder voelbaar in de onderbuik (tussen schaambeen en navel). Het kan nu ook zichtbaar worden dat u zwanger bent. Rond 18-22 weken begint u te voelen dat de baby beweegt. Aanvankelijk lijkt dit gevoel op lucht in de darmen en in de buik geeft dit een kriebelig gevoel. Na enige weken weet u dat dit gevoel het bewegen van de baby is. Na ongeveer 32 weken is het mogelijk dat u voor het eerst iets merkt van de zogenaamde oefenweeën van de baarmoeder. Af en toe wordt de baarmoeder hard. Dit verschijnsel wordt daarom ook wel „harde buiken” genoemd. Dit doet geen pijn en is vaak alleen te voelen met uw hand op de buik. Naarmate het einde van de zwangerschap dichterbij komt, treden deze oefenweeën vaker op. 5
In de laatste weken van de zwangerschap is de baarmoeder met de volgroeide baby zo groot dat de buik vaak wat ongemak veroorzaakt. De dikke buik eist aanpassing van uw houding bij liggen, lopen, zitten en staan. De baby trapt soms flink in de onderbuik. Als het hoofdje van de baby in het bekken is gedaald (dit gebeurt meestal in de laatste zes weken) wordt het bewegen en zitten vaak iets makkelijker. De urineblaas heeft dan wel wat minder ruimte: u moet dan ook vaker plassen, hetgeen wat pijnlijk kan zijn. Daarnaast kan sprake zijn van opkomend maagzuur en obstipatie (moeilijke stoelgang). Tenslotte kan de groei van de baarmoeder een trekkend gevoel geven vanuit de liezen, de rug en de bovenbenen (zogenaamde bandenpijn). - ontwikkeling van de baby Na 7 weken is de baby met een echoscopie (=geluidsfotografie) zichtbaar te maken. Vaak is dan op de monitor te zien dat het hartje klopt. De baby is dan ongeveer één centimeter. Na ongeveer 12 weken kunnen met een apparaatje de harttonen van de baby hoorbaar worden gemaakt (doppleronderzoek). De lengte van de baby is dan ± 5 cm. Alle organen zijn nu in aanleg aanwezig. Rond 18 - 22 weken is de baby ± 25 centimeter. Het weegt dan nog maar 300 à 400 gram. Na 24 weken reikt de baarmoeder tot ongeveer navelhoogte. De harttonen kunnen nu ook met de stethoscoop en soms zelfs met een toiletrolletje of keukenrol hoorbaar gemaakt worden. Na 28 weken zwangerschap is de baby levensvatbaar buiten de baarmoeder. De grootte is ongeveer 35 cm en het weegt rond de 1200 gram. Alle organen zijn aangelegd maar nog niet volgroeid: ze zijn vooral nog niet in staat om zonder zeer intensieve zorg het leven buiten de baarmoeder aan te kunnen. Wanneer van de zwangerschap 32 weken verstreken zijn, neemt de baby de definitieve ligging aan: meestal is dit met het hoofdje naar beneden. Het gewicht van de baby is dan circa 4 pond. 6
In de laatste zes weken daalt het hoofdje van de baby in het bekken. Bovenstaande geeft in grote lijnen de groei en ontwikkeling van de baby tijdens de zwangerschap aan, zoals die in veel gevallen verlopen. Het einde van de zwangerschap vormt de bevalling. Gemiddeld duurt een zwangerschap 40 weken, gerekend vanaf de eerste dag van de laatste menstruatie. In het algemeen vindt de bevalling plaats in de periode van twee weken vóór tot twee weken na de uitgerekende datum.
• leefwijze tijdens de zwangerschap Zwanger zijn stelt geen bijzondere eisen aan uw leefwijze. U hoeft deze daarom in het algemeen niet aan te passen. Wat gezond is voor u zelf, is ook gezond voor de baby: andersom geldt ook wat niet goed is voor uw gezondheid, is in het algemeen ook niet goed voor de gezondheid van de baby. Toch is er een aantal vragen die veel vrouwen tijdens een zwangerschap bezighouden. Hieronder gaan we kort op deze vragen in. - moet ik anders eten? Zoals aangegeven hoeft u niet anders te eten. Wel is het belangrijk dat u gevarieerd eet en zorgt dat u dagelijks producten nuttigt uit de voedingsschijf. Het is belangrijk dat u voldoende melk, karnemelk o.i.d. drinkt. Deze producten bevatten kalk en deze stof heeft de baby nodig voor de groei van met name de botten. Vragen over voeding of gewichtstoename kunt u stellen aan uw arts. Wanneer u een dieet moet volgen, houdt u zich dan aan de adviezen. - mag ik alcohol gebruiken?
7
Het advies is tijdens de zwangerschap zo weinig mogelijk alcohol te gebruiken. Overmatig alcoholgebruik kan ernstige gevolgen hebben voor de ontwikkeling van de baby. -
moet ik ophouden met roken? Als u rookt, krijgt u minder zuurstof in uw bloed. Op de groei en conditie van de baby kan dit een ongunstige invloed hebben. Het advies is te stoppen met roken of het roken zoveel mogelijk te beperken.
- mag ik sporten? Bewegen dus ook sporten is gezond voor iedereen. Er bestaat daarom in het algemeen geen bezwaar tegen sporten tijdens de zwangerschap. Wanneer u een sport beoefent waarbij sprake is of kan zijn van onverwacht ruw lichaamscontact met een ander, overlegt u dan met uw arts of u deze sport kunt blijven beoefenen. Sommige zwembaden organiseren cursussen voor zwangeren: in het zwembad worden dan onder andere ontspanningsoefeningen gedaan.
8
- heeft de zwangerschap invloed op mijn gebit? De kalk die de baby nodig heeft voor de groei, komt uit het voedsel dat u gebruikt en niet uit uw gebit. Het kan zijn dat tijdens de zwangerschap uw tandvlees na het tanden poetsen vaker bloedt. U hoeft zich hierover niet ongerust te maken. Het belangrijkste is dat u uw gebit ook tijdens de zwangerschap goed blijft verzorgen. Als u naar de tandarts gaat, zegt u dan dat u zwanger bent. Uw tandarts kan daarmee dan rekening houden als hij overweegt foto’s te maken in verband met de behandeling. - mag ik medicijnen gebruiken? Geneesmiddelen bevatten stoffen die ook de baby bereiken. Sommige van deze stoffen kunnen schadelijk zijn voor de baby. Gebruikt u daarom uitsluitend medicijnen die door een arts zijn voorgeschreven: vertelt u deze arts voordien dat u zwanger bent. Mocht u, voor dat u zwanger werd, al medicijnen gebruiken, overlegt u dan met uw arts of u deze (in de voorgeschreven dosering) kunt blijven gebruiken. Dit geldt ook voor medicijnen/middelen die moeten worden ingenomen en die zonder recept bij de drogist of apotheek te verkrijgen zijn. Overlegt u bij twijfel altijd eerst met uw huisarts of de arts die u tijdens uw zwangerschap begeleidt. - moet ik foliumzuurtabletten nemen? Onderzoek heeft aangetoond dat het gebruik van foliumzuurtabletten (0,5 mg) voor het begin van de zwangerschap en de eerste drie maanden van de zwangerschap de kans op een kind met spina bifida (”open ruggetje”) verkleint. - mag ik op bezoek bij zieke kinderen? Het krijgen van een kinderziekte (zoals rode hond) tijdens de zwangerschap kan gevolgen hebben voor de baby. Probeert u daarom het contact te vermijden met kinderen die een kinderziekte hebben die u zelf nog niet heeft gehad of waar u niet tegen ingeënt bent. Mocht u onverwacht toch in contact met een kinderziekte komen of zijn gekomen overlegt u dan zo snel mogelijk met uw arts.
9
- mag ik vrijen? In principe hoeft u op seksueel gebied niet anders te gaan leven dan voor u zwanger werd. Uw behoefte aan vrijen tijdens de zwangerschap kan veranderen. Heeft u vragen op dit gebied die ook verband houden met de zwangerschap stelt u die dan gerust aan de arts die u begeleidt. - mag ik met vakantie? Als u met vakantie wilt, is daar in het algemeen geen bezwaar tegen. Zorgt u er wel voor dat u voldoende verzekerd bent in geval van medische hulp: raadpleeg hiervoor uw ziektekostenverzekering. De meeste luchtvaartmaatschappijen staan vliegen toe tot 6 weken voor de uitgerekende bevallingsdatum; houdt u hiermee rekening bij het boeken van uw vliegreis. Wanneer een geplande controle bij uw arts in uw vakantie valt, overlegt u dan even met de arts of deze afspraak verschoven kan worden. Mocht u, als u op vakantie gaat, langer dan 34 weken zwanger zijn, zorgt u er dan voor dat u binnen twee à drie uur in het ziekenhuis kunt zijn. • zwangerschap en werken Als u een baan heeft, hoeft u hiermee niet te stoppen als u zwanger wordt. Zolang u zich goed voelt en ook bij de controles door de arts geen bijzonderheden naar voren komen, kunt u blijven werken. Informeert u bij uw werkgever of de bedrijfsvereniging waarbij uw werkgever is aangesloten, welke regelingen er zijn met betrekking tot het zwangerschaps- en bevallingsverlof. Wanneer u tijdens de zwangerschap ontslag neemt, bestaat onder bepaalde voorwaarden de mogelijkheid om voor een periode voor en na de bevalling in aanmerking te komen voor een uitkering. Uw bedrijfsvereniging kan u hierover nader informeren. Voor informatie over ouderschapsverlof kunt u zich het beste wenden tot uw werkgever.
10
• benodigdheden voor de baby In overleg met de Thuiszorg Groningen is een advieslijst samengesteld voor hetgeen u thuis minimaal voor de baby nodig heeft. Deze lijst kunt u bij de Thuiszorg opvragen. Wij raden u aan de benodigdheden ongeveer 8 weken voor de vermoedelijke datum van de bevalling in huis te hebben. • kraamhulp Wanneer u kraamhulp wenst kunt u dit aanvragen bij de Thuiszorg Groningen of bij een bureau voor particuliere kraamhulp. Deze aanvraag moet u liefst zo spoedig mogelijk maar in ieder geval vóór de 5e maand indienen. U krijgt informatie over de mogelijkheden van kraamhulp en de voorzieningen die thuis wenselijk zijn in verband met de kraamhulp. Ook zal men bij u informeren over de gezinssituatie en uw wensen met betrekking tot hulp tijdens de kraamperiode. Wij adviseren u vooraf contact op te nemen met uw ziektekostenverzekering over de vergoedingsregeling van kraamhulp. • borstvoeding of kunstvoeding Wij raden u aan al tijdens de zwangerschap na te denken over welke voeding u straks aan uw baby wilt gaan geven: borstvoeding of kunstvoeding. U kunt uw nurse practitioner gynaecologie bij het maken van uw keuze om advies vragen. De Ommelander Ziekenhuis Groep, locatie Delfzicht is een borstvoedingvriendelijk ziekenhuis en alle medewerkers die betrokken zijn bij het verlenen van kraamzorg zijn extra geschoold in het geven van begeleiding bij borstvoeding. Op locatie Delfzicht organiseert Kraamzorg 'Het Groene Kruis' in samenwerking met het ziekenhuis een aantal informatiebijeenkomsten over borstvoeding. De bijeenkomsten zijn bedoeld voor vrouwen die borstvoeding (overwegen te gaan) geven, maar ook andere belangstellenden zijn welkom. Meer informatie (waaronder de data) van de informatiebijeenkomsten vindt u op www.ozg.eu en
11
www.kraamzorghetgroenekruis.nl. • andere vragen of problemen Naast de hiervoor genoemde vragen en problemen kunnen zich nog tal van andere vragen voordoen over bijvoorbeeld het regelen van gezinsverzorging of kinderopvang, huisvesting of over problemen in de thuissituatie. Al naar gelang de aard van uw vraag of probleem kunt u hiermee terecht bij uw (huis)arts of het maatschappelijk werk in uw gemeente of regio. Zij zullen proberen uw vraag te beantwoorden of samen met u proberen het probleem op te lossen.
Begeleiding van de zwangerschap • zwangerschapscontrole in het ziekenhuis Een zwangerschap duurt gemiddeld 40 weken gerekend vanaf de eerste dag van de laatste menstruatie. Gedurende die periode vinden in uw lichaam allerlei veranderingen plaats in verband met de ontwikkeling van de baby. Al deze ontwikkelingen bij u en uw baby zijn op elkaar afgestemd. Om eventuele verstoringen in deze processen tijdig op het spoor te komen is er ‘prenatale zorg’. Deze zorg wordt door huisartsen, verloskundigen en vrouwenartsen geboden: zij bestaat uit een regelmatige controle van het ontwikkelingsproces bij moeder en baby. Hierna wordt ingegaan op de wijze waarop de prenatale zorg op locatie Delfzicht is georganiseerd: hoe vaak controlebezoeken plaatsvinden, door wie de controle gebeurt, wat er gebeurt en dergelijke. 12
- hoe vaak is er controle? In het algemeen komt u tijdens de zwangerschap 10 tot 12 keer naar de polikliniek van het ziekenhuis voor een controlebezoek. In het begin van de zwangerschap komt u elke 4 weken. Na verloop van tijd wordt dit elke 3 weken, vervolgens om de 2 weken en tenslotte is er wekelijks een controlebezoek. - wie doet de controle? Een controle zal meestal afwisselend worden verricht door de ene keer uw vrouwenarts en de andere keer de nurse practitioner. Het is echter mogelijk dat dit in verband met vakantie, dienstrooster of spoedopname niet elke keer lukt. Het kan dan voorkomen dat u door een andere vrouwenarts van het ziekenhuis wordt begeleid. We trachten dit echter zoveel mogelijk te voorkomen. - wat gebeurt er tijdens een controlebezoek? Bij het eerste controlebezoek vraagt uw vrouwenarts u naar uw algemene lichamelijke gezondheid, eventuele ziekte en/of operaties die u heeft gehad, het voorkomen van bepaalde ziektes/aandoeningen in uw familie of die van uw partner. Verder bepaalt de arts de duur van de zwangerschap door middel van een lichamelijk inwendig of uitwendig onderzoek en door middel van een echoscopie (=geluidsfoto). Daarnaast vinden er enkele algemene onderzoeken plaats, die bedoeld zijn om de aanwezigheid van bepaalde ziektes of aandoeningen uit te sluiten. Zo kan de arts besluiten nog een vaginakweek te doen als er klachten zijn, of er eerder een streptokokken infectie is geconstateerd. Bij dit eerste controle bezoek aan uw arts zal hij u vragen of u instemt met de volgende bloedonderzoeken: - bepaling van uw bloedgroep en van de aanwezigheid van bepaalde bloedgroep antistoffen; - bepaling Rhesusfactor; - vatbaarheid voor infectieziekten zoals rode hond; - bepaling van het ijzergehalte (bloedarmoede); - onderzoek naar eventuele aanwezigheid van het HIV – virus 13
- bepaling van aanwezigheid van lues (geslachtsziekte); - bepaling van aanwezigheid van geelzuchtvirus (Hepatitis B). Bij deze onderzoeken gaat het erom aandoeningen op te sporen die van invloed kunnen zijn op uw gezondheid en die van uw baby en op de gezondheid van de ziekenhuismedewerkers, die bij de bevalling aanwezig zijn. De arts zal u vragen na het controlebezoek naar het laboratorium te gaan om bloed te laten prikken. De uitslagen van deze bloedonderzoeken krijgt u bij het eerstvolgende bezoek aan de vrouwenarts. De mogelijkheden van onderzoek naar eventuele afwijkingen van de baby kunnen met de vrouwenarts worden besproken (zie verder ‘extra onderzoeken’ pagina 16). De volgende controles vinden eveneens bij dit eerste en elk volgende bezoek plaats: - bepalen van het lichaamsgewicht - onderzoek van de urine op suiker- en eiwitgehalte - meten van de bloeddruk - onderzoek naar de groei van de baarmoeder - onderzoek naar de harttonen van de baby. Verder spreekt uw arts bij elk bezoek met u over het verloop van de zwangerschap tot dan toe. Vragen of problemen kunt u dan naar voren brengen: het kan prettig zijn deze van tevoren even op te schrijven. - wat meenemen bij een controlebezoek? Bij elke controleafspraak die u heeft met uw arts neemt u een potje urine mee. Daarnaast is het prettig als u uw ponsplaatje en uw afsprakenkaart meeneemt. Het is mogelijk iemand mee te nemen bij de controlebezoeken. - wanneer zelf contact opnemen? Als zich tussen twee controleafspraken in problemen voordoen waarover u zich ongerust maakt kunt u zelf contact 14
opnemen met (de polikliniek vrouwenartsen van) het ziekenhuis, telefoon 0596 - 644 523. Ook kunt u zich in dit geval tot uw huisarts wenden. Indien sprake is van een van de volgende problemen vragen wij u direct, ook ’s avonds en ’s nachts, contact op te nemen; ook al heeft u voor dezelfde of de volgende dag een controleafspraak bij de arts: - bloedverlies uit de schede, waarbij het gaat om meer enkele druppels bloed; - vochtverlies uit de schede hetgeen zou kunnen duiden op verlies van vruchtwater; - regelmatige aanvallen van buikpijn, waarbij ook de buik hard’ wordt dan wel heftige buikpijn welke u niet eerder tijdens de zwangerschap had; - minder ‘leven’ voelen, dat wil zeggen dat u in de tweede helft van de zwangerschap gedurende een dag uw kind minder of niet meer voelt bewegen; - plotseling optreden van klachten zoals koorts, ernstige - hoofdpijn, plotseling dikker worden van de enkels, sterretjes zien/zwart worden voor de ogen. Als het bovenstaande zich voordoet, belt u dan met de Kraamafdeling, telefoon 0596 - 444 460. • extra onderzoeken Al vroeg in de zwangerschap, bij ongeveer 8 weken, zal de gynaecoloog of de Nurse Practitioner u informeren over de mogelijkheden van prenatale screening. Als zwangere heeft u de mogelijkheid om uw ongeboren kind te laten onderzoeken. Wanneer u hier geen behoefte aan heeft, kunt u dit natuurlijk ook aangeven. Zo kunt u laten onderzoeken hoe groot de kans is op een kind met Downsyndroom. Ook kunt u laten onderzoeken of uw kind een open ruggetje heeft, of een andere aangeboren lichamelijke aandoening. Deze onderzoeken worden prenatale screening genoemd. Naast een gesprek met de gynaecoloog en of de Nurse Practitioner krijgt u een brochure met informatie over de prenatale screening. Op de website van het Rijksinstituut voor
15
Volksgezondheid en Milieu (RIVM) vindt u digitaal folders over de prenatale screening. Het adres is www.rivm.nl. Op de pagina www.rivm.nl/zwangerschapsscreening vindt u uitgebreide informatie over de prenatale screening op Downsyndroom en lichamelijke afwijkingen. combinatietest Met deze test, die op locatie Delfzicht wordt uitgevoerd, wordt onderzocht of er een verhoogde kans is op een kindje met Downsyndroom. Vroeg in de zwangerschap wordt bloed afgenomen en in de 11e, 12e of 13e week wordt een echo van de nek van de baby gemaakt. De kosten zijn ongeveer 125 Euro. Deze test wordt niet vergoed door de verzekeraar wanneer u een blanco voorgeschiedenis heeft en u jonger bent dan 36 jaar. Wanneer u 36 jaar of ouder bent wordt deze test wel vergoed. Wanneer na de combinatietest de kans groter dan 0,5% wordt geacht dat uw kindje Downsyndroom heeft, krijgt u een vervolgonderzoek aangeboden. Dit vervolgonderzoek wordt dan vergoed. Bent u 36 jaar of ouder, dan kunt u ook direct kiezen voor een vlokkentest of vruchtwaterpunctie. Deze wordt dan ook vergoed door de zorgverzekeraar. vlokkentest / vruchtwaterpunctie Een vlokkentest is het wegnemen en onderzoeken van een stukje weefsel van de moederkoek. Een vruchtwaterpunctie is het wegnemen en onderzoeken van wat vruchtwater. Bij beide onderzoeken bestaat een kleine kans op een miskraam als gevolg van het onderzoek. Beide onderzoeken vinden plaats in het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). Structureel Echo Onderzoek (SEO) Elke zwangere in Nederland komt in aanmerking voor een SEO, ook wel de 20-weken echo genoemd. Er wordt dan onderzoek gedaan naar een open ruggetje en andere afwijkingen bij het ongeboren kind. Dit onderzoek vindt ook op locatie Delfzicht plaats.
16
Indien u een van bovenstaande onderzoeken zou wensen, laat u dit dan zo spoedig mogelijk aan uw huisarts, verloskundige of gynaecoloog weten. Bespreekt u de wenselijkheid en mogelijkheden voor dergelijk onderzoek liefst tijdens een van de eerste controlebezoeken. Degene die uw zwangerschap begeleidt, zal u dan meer informatie over deze onderzoeken geven. Daarna kunt u een en ander nog eens rustig overwegen alvorens een besluit te nemen omtrent het wel of niet laten verrichten van het onderzoek. ● voorlichtingsactiviteiten tijdens de zwangerschap Uw arts zal u tijdens de controlebezoeken veel vertellen over de zwangerschap en de bevalling. Daarnaast worden door het ziekenhuis nog de volgende voorlichtingsactiviteiten georganiseerd. - voorlichtingsavond Elk kwartaal is er een voorlichtingsavond voor zwangeren en hun partners. Deze voorlichting vindt plaats in het restaurant van het ziekenhuis. Het programma begint om 19.30 uur. Tijdens deze avond wordt aan de hand van een presentatie informatie gegeven over de onderwerpen zwangerschap, bevalling en kraamtijd. Er is alle gelegenheid om vragen te stellen. U kunt zich voor het bijwonen van deze avond telefonisch opgeven bij de receptie van het ziekenhuis (toegang is gratis). Meer informatie (waaronder de data) vindt u op www.ozg.eu - rondleiding over de kraamafdeling Als u overweegt in het ziekenhuis te bevallen of wel de bevalling op medische indicatie in het ziekenhuis moet plaatsvinden, kunt u (met uw partner) voordien alvast eens komen kijken op de kraamafdeling. Tijdens een rondleiding laat een van de verpleegkundigen u onder andere een verloskamer en de babykamer zien. Indien u graag een keer rondgeleid zou worden, kunt u telefonisch een afspraak maken met de kraamafdeling van het ziekenhuis. Bij de Thuiszorg Groningen in uw gemeente kunt u informatie verkrijgen over de mogelijkheden van het volgen van een 17
zwangerschapscursus. Het telefoonnummer van de Stichting vindt u in het telefoonboek bij “Thuiszorg”.
18
Begeleiding rondom de bevalling • het begin van de bevalling Het begin van de bevalling is niet bij iedereen hetzelfde. De bevalling kan zich aankondigen, doordat: - de buik om de 5 á 10 minuten hard en pijnlijk wordt, - uit de schede (= vagina) wat slijmerig bloed komt, - uit de schede vocht (= vruchtwater) afloopt. Wanneer één of meer van deze dingen gebeurt, belt u de polikliniek vrouwenartsen van het ziekenhuis (in kantooruren) of de kraamafdeling van het ziekenhuis (buiten kantooruren). In overleg met de vrouwenarts wordt afgesproken wanneer u naar het ziekenhuis komt. • meenemen bij opname Neemt u het volgende mee naar het ziekenhuis: - ponsplaatje van het ziekenhuis - papieren van uw ziektekostenverzekering - pyjama of nachthemd. Wanneer u borstvoeding gaat geven, is het prettig als uw pyjama of nachthemd een voorsluiting heeft. - ochtendjas of duster - pantoffels - toiletgerei - beha en een aantal onderbroeken (grote maat in verband met het inleggen van kraamverband) - gewone kleding - babykleertjes voor als uw baby naar huis gaat. Welke kleertjes uw baby direct na de geboorte aankrijgt, kunt u afspreken met de verpleegkundige, die bij de bevalling aanwezig is. Dit kunnen de kleertjes zijn die u van huis meenam, maar het ziekenhuis heeft zonodig ook tijdelijk kleertjes voor de baby. • gang van zaken bij de bevalling Nadat u in het ziekenhuis bent aangekomen, meldt u zich bij de hoofdreceptie. De receptionist zal de kraamafdeling op de hoogte brengen van uw komst en u en uw partner vervolgens
19
verzoeken naar de afdeling te gaan: eventueel kunt u daarbij in een rolstoel plaatsnemen. Een verpleegkundige van de kraamafdeling wacht u en uw partner op, en brengt u naar de verloskamer. Daar wordt u verzocht op een bed plaats te nemen. De verpleegkundige zal nagaan hoe de bevalling vordert. Ook zal zij een cardiotocogram (CTG) maken. U krijgt om uw buik twee banden, die op een monitor zijn aangesloten: ook kan sprake zijn van een inwendige aansluiting op de monitor (via het hoofdje van de baby). Via het CTG worden de sterkte van de weeën en de hartslagfrequentie van de baby geregistreerd. In het algemeen wordt het natuurlijk verloop van de bevalling afgewacht. Uw partner of een ander vertrouwd persoon kan tijdens de bevalling bij u blijven. - de ontsluiting Kiest u zelf de houding die u tijdens de ontsluitingsfase het prettigst vindt, zoals liggen, zitten, hurken of lopen. U kunt in deze periode in de verloskamer blijven: daar kunt u al naar gelang uw situatie ook een bad nemen of douchen. Maar u mag ook naar het dagverblijf van de kraamafdeling gaan. - het persen Ook tijdens het persen kiest u zelf de houding die u prettig vindt. Er is een baarkruk aanwezig. Wanneer er medische redenen zijn voor speciale maatregelen tijdens het persen, overlegt de vrouwenarts dit met u. Tijdens de fase van de bevalling is in principe een verpleegkundige aanwezig voor uw verzorging en ondersteuning en voor de eerste opvang van de baby. - bijzondere situaties Er kunnen omstandigheden zijn waarin de vrouwenarts met het oog op de gezondheid van u en uw baby besluit in te grijpen. Daarbij zijn de volgende situaties denkbaar: de baby wordt geboren via een tangverlossing, via een vacuumbevalling of via een keizersnede. De arts overlegt dan met u en uw partner over het verdere verloop van de
20
bevalling en geeft u informatie over wat er gaat gebeuren. Uw partner kan ook in deze situatie bij u blijven. • na de geboorte De baby wordt direct na de geboorte in een warme molton op uw buik gelegd. De vrouwenarts knipt vervolgens de navelstreng door of vraagt uw partner dit te doen. Na de geboorte van de baby volgt de nageboorte (= placenta). Om het loslaten van de placenta te bevorderen krijgt u direct nadat de baby geboren is een injectie. Als de placenta geboren is, krijgt u nog een injectie om het samentrekken van de baarmoeder te bevorderen. De arts kijkt de baby na en test de verschillende reflexen (vaststellen van de Apgarscore). Een verpleegkunde weegt en meet uw baby. Vervolgens wordt de baby getemperatuurd en aangekleed. Eventueel huidsmeer dat de baby na de geboorte nog op het lijfje heeft, blijft zitten: het vormt een soort beschermlaag voor de baby. U mag direct na de bevalling uw zoon of dochter aan de borst leggen. Na de geboorte krijgt de baby enkele druppels vitamine K. Wanneer u tijdens het persen bent ingeknipt of bent ingescheurd zal de arts de wond hechten. De hechtingen lossen na verloop van enige dagen vanzelf op. Sommige hechtingen moeten (afhankelijk van het hechtmateriaal) na enkele dagen wel verwijderd worden. Een verpleegkundige helpt u daarna met het wassen of douchen, afhankelijk van hoe u zich voelt. Nadat voor u een ander ziekenhuisbed is gehaald, brengt de verpleegkundige u en uw baby naar uw kamer. • het verblijf op de kraamafdeling Hoelang u op de afdeling blijft is afhankelijk van een aantal factoren: - of sprake is van een medische indicatie tijdens de zwangerschap of na de bevalling; 21
- uw gezondheid en die van de baby; - de afspraak die u heeft gemaakt met betrekking tot de begeleiding en verzorging van u en uw baby tijdens de kraamperiode. Dit betekent dat sprake kan zijn van een verblijf van een etmaal (24 uur), maar ook van enkele dagen. Tijdens uw verblijf op de kraamafdeling komt de behandelend vrouwenarts dagelijks met een verpleegkundige bij u. Vragen of problemen kunt u dan met hen bespreken. Ook kunt u een van de verpleegkundigen vragen voor u een afspraak met uw arts te maken: ook uw partner kan daarbij aanwezig zijn. Wij raden u aan tijdens uw verblijf op de kraamafdeling overdag een uurtje te rusten: tussen 13.30 en 14.30 uur zullen de verpleegkundigen u in elk geval zo min mogelijk storen. Uw partner is altijd welkom: ook broertjes en/of zusjes van de baby kunnen meekomen. Voor de bezoekregeling voor familie en vrienden wordt verwezen naar de bijlage op pagina 25. Tijdens uw verblijf op de kraamafdeling is uw baby zoveel mogelijk bij u op de kamer. ’s Nachts verblijft de baby echter op de babykamer van de kraamafdeling in verband met uw rust en die van uw eventuele kamergenoten. Zo gauw u zich daartoe in staat voelt, kunt u uw zoon of dochter zelf verzorgen. De verpleegkundigen zullen u hierover verder informeren. Ook kunt u hierover het een en ander lezen in de map met patiënteninformatie welke op uw kamer voor u ter inzage ligt. Er kunnen echter redenen zijn die de vrouwenarts in overleg met u en uw partner en de kinderarts doen besluiten uw baby tijdelijk over te brengen naar de kinderafdeling van het ziekenhuis. Ook dan blijft alles erop gericht om u zoveel mogelijk zelf uw baby te laten verzorgen: de verpleegkundigen van zowel de kraamafdeling als de kinderafdeling zullen u en uw partner daarbij alle informatie en hulp aanbieden.
22
Meer informatie de Ommelander Ziekenhuis Groep, locatie Delfzicht vindt u in het boekje „Informatie bij opname”, dat u ontvangt voorafgaand aan of op de dag van uw opname. • ontslag uit het ziekenhuis Uw behandelend arts zal met u bespreken wanneer u en uw baby naar huis kunnen. Dit kan elke dag van de week. In het algemeen is het vertrek tussen 09.00 en 10.00 uur. Mocht deze tijd degene die u komt ophalen niet schikken, dan kan in overleg met de verpleegkundige van de kraamafdeling een ander tijdstip worden afgesproken. Uw partner kan wanneer bekend is op welke dag u en uw baby naar huis mogen, contact opnemen met het kraamcentrum om nader te overleggen over (de mogelijkheden voor) kraamhulp thuis. Het ziekenhuis stelt uw huisarts en/of verloskundige op de hoogte van uw ontslag uit het ziekenhuis; zij zullen van het ziekenhuis de begeleiding voor u overnemen. Indien u uw volledige kraamperiode in het ziekenhuis heef doorgebracht, informeren wij de wijkverpleegkundige over het ontslag van u en uw baby. Eventuele extra kosten, zoals maaltijden voor partner/bezoek of fotorolletjes kunt u bij vertrek voldoen op de afdeling.
Diversen • geboorte aangifte De geboorte van uw kind(eren) moet wettelijk binnen drie dagen worden aangegeven op het gemeentehuis (afdeling Burgerzaken) van Delfzijl. De aangifte moet worden gedaan door iemand die bij de bevalling aanwezig is geweest, in het algemeen zal dit uw partner zijn.
23
Op de kraamafdeling ontvangt u nadere informatie met betrekking tot de aangifte: tijdstip waarop dit kan; de gegevens / papieren die daarbij nodig zijn. • verzekering en kosten Wij adviseren u in een vroeg stadium van de zwangerschap bij uw ziektekostenverzekering navraag te doen met betrekking tot de kosten, die tijdens de zwangerschap, de bevalling en de kraamperiode thuis en in het ziekenhuis worden vergoed. Ook raden wij u aan na te vragen bij uw ziektekostenverzekering in welke situatie sprake is van een eigen bijdrage in de kosten. Als u en uw partner niet bij dezelfde ziektekostenverzekering zijn verzekerd, gaat u dan ook na welke verzekering eventueel welke kosten betaalt. Voor een snelle administratieve verwerking van de kosten, bevelen wij aan ook bij uw ziektekostenverzekering waar u uw kind wilt meeverzekeren, zo spoedig mogelijk de geboorte van uw kind te melden. Ziekenhuiskosten zoals bijvoorbeeld de opname kosten van een gezonde zuigeling worden gedeclareerd bij de ziektekostenverzekering van het kind zelf.
24
Ruimte voor opmerkingen, vragen: ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………
25
Bijlagen • bezoekregeling Voor de kraamafdeling gelden de volgende bezoektijden: partner en kinderen
alle dagen
08.30 - 21.30 uur
overig bezoek
alle dagen 15.00 - 19.30 uur zondags ook 10.30 - 11.30 uur
Wanneer bovenstaande tijden uw bezoek niet mochten schikken dan is het mogelijk in overleg met de teamleider of dienstdoend verpleegkundige van de kraamafdeling een andere regeling te treffen.
26
• instanties en telefoonnummers Ommelander Ziekenhuis Groep, locatie Delfzicht Jachtlaan 50 9934 JD Delfzijl - receptie - kraamafdeling - polikliniek vrouwenartsen - polikliniek kinderartsen - maatschappelijk werk
0596 0596 0596 0596 0596 0596 0596
-
644 644 644 644 644 644 644
444 460 522 of 523 532 of 533 245
Artemis Verloskundigengroep
0596 - 615 994
Algemeen Maatschappelijk Werk
0596 - 631 000
Thuiszorg Groningen
0900 - 8615
Kraamburo Eemsmond (alleen voor particulier verzekerden)
0596 - 620 377
Samenzorg (Thuiszorg & Kraamzorg)
0900 - 899 8801
Stichting Kraamzorg ‘Het Groene Kruis’ 050 - 366 6422 - inlichtingen/ inschrijving kraamzorg - oproep kraamhulp Gemeente Delfzijl afd. Burgerzaken
0596 - 639 911
FIOM, buro voor alleenstaande ouders
050 - 314 2020
Vereniging Borstvoeding Natuurlijk
0343 - 576 626
Borstvoedingorganisatie LLL
0111 - 413 189
• interessante websites: www.borstvoeding.nl www.borstvoedingingroningenendrenthe.nl 27
Ommelander Ziekenhuis Groep, locatie Delfzicht Jachtlaan 50 - 9934 JD Delfzijl Postbus 30.000 - 9930 RA Delfzijl Telefoon 0596 - 644 444 E-mail:
[email protected] Web: www.ozg.eu
(11.08-089) © OZG, locatie Delfzicht 28