INFORMATIE VOOR OUDERS

COLLEGE DEN HULSTER 6 (T)VWO 2014-2015 INFORMATIE VOOR OUDERS

1. INLEIDING Het kiezen van een vervolgstudie blijkt voor veel leerlingen een groot probleem te zijn. Al vele jaren klagen vooral vervolgopleidingen over het hoge uitvalpercentage. Er zijn veel initiatieven genomen om dat percentage terug te dringen. Zo zijn de onderwijssystemen aangepast (Tweede Fase) en biedt het vervolgonderwijs steeds meer kennismakingsactiviteiten aan. Ook worden de toelatingseisen aangescherpt. Maar toch kiezen veel leerlingen de eerste keer nog steeds “verkeerd”. Een belangrijke oorzaak voor een verkeerde studiekeuze is onvoldoende kritische oriëntatie. Veel leerlingen zijn tevreden met het bezoeken van één enkele Open Dag. Ze realiseren zich dan niet voldoende dat dit slechts een momentopname is. Belangrijk is om opleidingen en studierichtingen met elkaar te vergelijken en de verschillen te ontdekken. En je kritisch af te vragen waarom een studie wel of niet geschikt voor je is. En dat kan alleen maar door veel Open Dagen te bezoeken maar ook door mee te doen met allerlei soorten Meeloopactiviteiten. Uiteraard kan dat niet allemaal op het laatste moment. Daarom is plannen ook op het gebied van studieoriëntatie erg belangrijk. En omdat plannen voor veel leerlingen erg moeilijk is, is het belangrijk dat niet alleen de school maar ook de ouders daarbij steun bieden. De informatie die tijdens deze ouderavond wordt gegeven, kan deze steun wellicht concreter maken. Maar omdat er veel informatie wordt gegeven op deze ouderavond, staan de belangrijkste zaken hieronder nog eens op een rij. Wanneer ouders en/of leerlingen vragen hebben over hun studiekeuze is een mailtje naar [email protected] voldoende. Jules Storken

ONDERWERPEN 1.

WAT MOET JE DIT JAAR DOEN?

2.

BELANGRIJKE DATA

3.

BEGELEIDING EN HULP

4.

WELKE MOGELIJKHEDEN?

5.

ALLE OPLEIDINGEN

6.

INSCHRIJVING- SELECTIE- LOTING

7.

STUDEREN IN HET BUITENLAND

8.

OP KAMERS

9.

KWALITEIT VAN EEN OPLEIDING

10. WERKGELEGENHEID 11. CONTROLELIJST 12. FINANCIËLE ZAKEN

3

1. WAT MOET EEN LEERLING MINIMAAL DOEN? 

VOORLICHTINGSAVONDEN HBO en WO BEZOEKEN



MINIMAAL 3 OPEN DAGEN BEZOEKEN



MINIMAAL 2 MEELOOPACTIVITEITEN REGELEN



INSCHRIJVEN (let op selectie en loting)



EVENTUEEL TEGEMOETKOMING SCHOLIEREN (18+) AANVRAGEN MET OVERBRUGGING



STUDIEFINANCIERING REGELEN

2. BELANGRIJKE DATA     

VOORLICHTINGSAVONDEN OPGAVE UITERLIJK VR 26 SEPTEMBER MA 3 NOV DEN HULSTER DI 4 NOV VALUAS DO 6 NOV BLARIACUM

      

OPEN DAGEN ZIE o.a. DE WEBSITE VAN DE SCHOOL CONTROLEER VIA WEBSITE VAN DE OPLEIDINGEN PLANNEN! VERLOF? VERLOF VRAGEN VIA SCHOOLDECAAN NIET IN TOETSWEKEN en niet op dagen met een aangekondigde toets

     

MEELOOPDAGEN ZELF REGELEN VIA DE OPLEIDING ABSOLUUT NOODZAKELIJK VOOR EEN GOEDE ORIËNTATIE VERLOF? VERLOF VRAGEN VIA SCHOOLDECAAN NIET IN TOETSWEKEN en niet op dagen met een aangekondigde toets



STUDIEBEURS EINDHOVEN 26 EN 27 SEPTEMBER

  

SELECTIE KIJK BIJ DE OPLEIDING! BV. TOT 15 JANUARI!

  

DECENTRALE SELECTIE KIJK BIJ DE OPLEIDING! BV. TOT 15 MAART!

4

  

LOTING TOT UITERLIJK 1 MEI VIA STUDIELINK

 

TEGEMOETKOMING SCHOLIEREN (en overbrugging) DRIE MAANDEN VOORDAT JE 18 WORDT

  

PRESTATIEBEURS (?) UITERLIJK IN MEI BIJ BIJZONDERE OMSTANDIGHEDEN ZES MAANDEN VÓÓR HET NIEUWE SCHOOLJAAR!

3. BEGELEIDING a.

VOORLICHTINGSLESSEN   

B.

VIJF LESSEN ALGEMENE ZAKEN (Wat moet je weten om te kunnen kiezen?) NIET: JOUW KEUZE!

VOORLICHTINGSAVONDEN

Zie voor alle informatie (ook het programma): www.denhulster.nl   

MA 3 NOV DEN HULSTER DI 4 NOV VALUAS DO 6 NOV BLARIACUM MAAK VERSLAGEN

C.

KIES ACTIEF (nuttig als je naar het hbo gaat)  IN EEN OLC OF HET COMPUTERLOKAAL MAKEN  WACHT OP INSTRUCTIE MET CODE!  ALLE ONDERDELEN INCLUSIEF FIT

5

D. GESPREK     

INDIVIDUEEL GESPREK ALLEEN MET TWEE MET JE OUDERS MAIL NAAR: [email protected]

 

PRAAT OVER JE KEUZE MET MENSEN DIE ERVARING HEBBEN VRIENDEN, BEKENDEN, KENNISSEN, FAMILIE, LERAREN, STUDENTEN ENZ.

E.

OPEN DAGEN    

OPEN DAGEN BEZOEKEN MEER DAN ÉÉN! PLANNEN VRIJ VRAGEN

Zie website van de school.

F.

MEELOOPACTIVITEITEN

Sommige instituten bieden deze dagen gestructureerd aan en je kunt je er dus gewoon voor opgeven. Maar er zijn ook veel instituten waaraan je het zelf moet vragen en waarbij je zelf ook nog vaak van alles moet regelen. Maar het is beslist de moeite waard, want op deze manier proef je pas echt de sfeer van een opleiding. Vrijvragen doe je ook hier weer bij de schooldecaan.     

G.

MEELOOPACTIVITEITEN REGELEN MOET JE ZELF DOEN ZEER NUTTIG PLANNEN VRIJ VRAGEN

STUDIEBEURS   

STUDIEBEURS EINDHOVEN 26 EN 27 SEPTEMBER WEL OF NIET ZINVOL?

6

H.

BROCHURES EN BOEKEN

Brochures van afzonderlijke studierichtingen krijg je tijdens allerlei voorlichtingsactiviteiten (Open Dagen, Meeloopactiviteiten, Voorlichtingsavonden). Maar je kunt ze ook probleemloos via de site van de opleiding aanvragen. Maar tegenwoordig wordt de meeste informatie digitaal aangeboden. Er zijn ook een paar naslagwerken die nuttige informatie geven: Toekomst-Gids; een overzicht van alle opleidingen. Te leen bij de schooldecaan Keuzegids Hoger Onderwijs: een vergelijking en beoordeling van vrijwel alle HBO- en WO-studierichtingen. In te zien via het netwerk van de school. Erg nuttig. Zie ook: Kwaliteit van een opleiding.

De Nieuwe Gids voor School en Beroep van Martens waarin alle vormen van onderwijs in Nederland staan beschreven Tijdschriften zoals TKMST (Toekomst)

7

I.

WEBSITE SCHOOLDECANEN

Op de website van de schooldecanen vind je veel informatie. Ook tref je daar een compleet overzicht met beschrijvingen aan van alle HBO-en WO-bachelors!

J.

INTERNET       

SITES VAN DE OPLEIDINGEN (ook voor interessetestjes!) ALGEMENE SITES: www.studiekeuze123 www.ib-groep.nl www.universitairebachelors.nl www.hbobachelors.nl www.schoolweb

LOOPBAAN ADVIES BUREAU

K.   

BEGIJENGANG VENLO PROFESSIONEEL ADVIES BUREAU LET OP DE KOSTEN!

Wanneer je echt geen idee hebt en je in overleg met je ouders bereid bent om een uitgebreid onderzoek te ondergaan op het gebied van studie-en beroepskeuze, kun je een professioneel bureau inschakelen zoals het LAB in Venlo.

8

L.

DIGITAAL PROEFSTUDEREN

Een aantal universiteiten bieden je de mogelijkheid om digitaal kennis te maken met een aantal studierichtingen. Kijk bv. eens bij de universiteiten van Leiden, Tilburg en Amsterdam. Erg nuttig!!!

9

VERLOF VOOR KB- ACTIVITEITEN Als een Open Dag of Meeloopdag (gedeeltelijk) in schooltijd valt, moet je hiervoor vrij vragen d.m.v. een verlofbrief, bevestigingsbrief en enveloppe (via www.denhulster.nl →decanen of in het rek in de gang op de derde etage of in OLC 3). Je kunt de formulieren met enveloppe bij de receptie havo/vwo inleveren. Zorg ervoor dat alles correct en volledig is ingevuld, anders wordt de aanvraag niet in behandeling genomen. Je vraagt verlof altijd vooraf aan. Je kunt géén verlof aanvragen in de toetsweken en op een dag dat er een aangekondigde toets plaatsvindt! Wanneer je niet meer in staat bent om nog op tijd de formulieren af te geven, stuur dan altijd vóór de verlofdag een mailtje naar de school. Direct na de oriëntatie- activiteit lever je alsnog de formulieren in. Doe je dat niet of niet direct, dan bezorg je de schoolorganisatie extra werk en hiervoor krijg je als sanctie twee uur nakomen in het nakomlokaal.       

NIET IN DE TOETSWEKEN en niet op dagen met een aangekondigde toets VERLOFBRIEF BEVESTIGINGSBRIEF ENVELOPPE OP TIJD ANDERS EEN MAILTJE EN DIRECT NA AFLOOP ALSNOG ALLES REGELEN (anders sanctie)

4. WELKE MOGELIJKHEDEN?     

WO HBO VAVO JE KEUZE UITSTELLEN EEN BAAN ZOEKEN

Ongeveer 75% van de vwo-leerlingen in Nederland gaat naar het WO. Ongeveer 20% van de vwo-leerlingen in Nederland gaat naar het HBO. En ongeveer 5% van de vwo-leerlingen in Nederland zoekt een baan.

10

A.

WO

  

13 (+1) UNIVERSITEITEN ALGEMEEN EN GESPECIALISEERD (OPEN UNIVERSITEIT)



3 TECHNISCHE UNIVERSITEITEN



NATUUR EN MILIEU:



ECONOMIE EN GEDRAG EN MAATSCHAPPIJ:



ALGEMEEN EN VEEL CULTUURSTUDIES:

11



ALGEMEEN EN VEEL ECONOMISCHE STUDIES:



ALGEMEEN:

 

BIJNA ALTIJD VOLTIJD DEELTIJD= TWEEDE KANS ONDERWIJS OP LATERE LEEFTIJD (vaak ‘s avonds)

  

BACHELOR DRIE JAAR MASTER EEN OF TWEE JAAR UITZONDERING: MEDISCHE STUDIES

        

7 SECTOREN: NATUUR ECONOMIE GEZONDHEIDSZORG TAAL EN CULTUUR GEDRAG EN MAATSCHAPPIJ TECHNIEK RECHTEN (CONTROLE)

   

TOELATING: VWO +PROFIEL of HBO-P of BACHELOR HBO VRIJE INSTROOM LOTING

12

     

ONDERWIJS: GROTE VERSCHILLEN! CONTACTUREN (lessen); veel-weinig THEORIE EN PRAKTIJK (stage) BEGELEIDING: veel-weinig ECTS

   

ECTS= EUROPEAN CREDIT TRANSFER SYSTEM 60 PUNTEN PER JAAR 180 PUNTEN BACHELOR

   

OVERGANG/BEVORDERING? BEPAALT JE OPLEIDING BV. 56 PUNTEN; NAAR HET 2E JAAR MAAR WEL HERKANSING OF 40 PUNTEN; JAAR OVER OF BINDEND STUDIEADVIES

 

BINDEND STUDIEADVIES (zie ook HBO) JE MOET STOPPEN MET JE OPLEIDING OMDAT JE TE WEINIG PUNTEN HEBT GEHAALD

   

BELANGRIJK: 1 FEBRUARI BEVALT JE KEUZE NIET STOP UITERLIJK 1 FEBRUARI GEEN STUDIESCHULD!

  

INSCHRIJVING: GA NAAR DE SITE VAN DE OPLEIDING INSCHRIJVING CENTRAAL VIA STUDIELINK

A.

HBO ONGEVEER 40 HBO-OPLEIDINGEN IN NEDERLAND    

ZEER GROOT HEEL KLEIN GROOT AANBOD VAN STUDIERICHTINGEN SOMS MAAR ÉÉN STUDIERICHTING

  

VOLTIJD= DUAAL= DEELTIJD=

 

VIER JAAR=BACHELOR TWEE JAAR=ASSOCIATE DEGREE (AD); tussen hbo en mbo; zeer beperkt mogelijk

LEREN + STAGE (90%) WERKEN + LEREN (5%) TWEEDE KANS ONDERWIJS OP LATERE LEEFTIJD (vaak ‘s avonds)

8 SECTOREN:  

AGRARISCH ECONOMIE

13

     

GEZONDHEIDSZORG KUNST ONDERWIJS GEDRAG EN MAATSCHAPPIJ TECHNIEK CONTROLE

TOELATING:    

HAVO OF VWO +PROFIEL of MBO VRIJE INSTROOM SELECTIE LOTING

ONDERWIJS:      

GROTE VERSCHILLEN! CONTACTUREN (lessen); veel- weinig THEORIE EN PRAKTIJK (stage) BEGELEIDING: veel- weinig COMPETENTIE- ONDERWIJS ECTS

COMPETENTIE- ONDERWIJS    

KENNIS EN VAARDIGHEDEN BV. ANALYSEREND VERMOGEN SAMENWERKEN PLANNEN EN ORGANISEREN

ECTS   

EUROPEAN CREDIT TRANSFER SYSTEM 60 PUNTEN PER JAAR 240 PUNTEN BACHELOR

OVERGANG/BEVORDERING   

BEPAALT JE OPLEIDING BV. 56 PUNTEN; NAAR HET 2E JAAR MAAR WEL HERKANSING OF 40 PUNTEN; JAAR OVER OF BINDEND STUDIEADVIES

14

BINDEND STUDIEADVIES 

JE MOET STOPPEN MET JE OPLEIDING OMDAT JE TE WEINIG PUNTEN HEBT GEHAALD

Instellingen voor HBO en WO hebben het recht om studenten bij onvoldoende resultaten weg te sturen. Dit wordt een bindend of negatief studieadvies genoemd. Wanneer je zo’n advies krijgt (meestal na het eerste jaar) moet je met de opleiding stoppen. Je kunt ergens anders wel weer verder studeren. BELANGRIJK: 1 FEBRUARI   

BEVALT JE KEUZE NIET STOP UITERLIJK 1 FEBRUARI GEEN STUDIESCHULD!

INSCHRIJVING  

GA NAAR DE SITE VAN DE OPLEIDING INSCHRIJVING CENTRAAL VIA STUDIELINK

Een aantal HBO- instituten:               

D.

FONTYS (Venlo, Eindhoven, Tilburg) HAN (Arnhem en Nijmegen) ZUYD (Heerlen, Sittard, Maastricht) AVANS (Tilburg, Breda, Den Bosch) DE KEMPEL (PABO Helmond) HOGESCHOOL INHOLLAND HOGESCHOOL ROTTERDAM HOGESCHOOL UTRECHT HOGESCHOOL DEN HAAG HOGESCHOOL VAN AMSTERDAMHOGESCHOOL VOOR DE KUNSTEN UTRECHT NHTV BREDA GERRIT RIETVELD ACADEMIE ARTEZ HOGESCHOOL VOOR DE KUNSTEN DESIGN ACADEMY EINDHOVEN HOGESCHOOL VAN HALL LARENSTEIN

VAVO   

VOORTGEZET ALGEMEEN VOLWASSEN ONDERWIJS (18) WANNEER JE NIET SLAAGT WANNEER JE ALLEEN DE ONVOLDOENDE VAKKEN OVER WILT DOEN

15

E.

UITSTEL VAN JE KEUZE   

WAAROM WIL JE JE KEUZE UITSTELLEN? WAT WIL JE ER MEE BEREIKEN? WAT GA JE DAN DOEN?



JE RECHT OP STUDIEFINANCIERING BLIJFT GEWOON BESTAAN!

       

MOGELIJKHEDEN: UITWISSELINGSPROGRAMMA’S VIA ORGANISATIES ZOALS: TRAVEL ACTIVE AFS EF FOUNDATION STS ASPECT YFU

      

PROGRAMMA’S: HIGH SCHOOL STAGE WERKEN VRIJWILLIGERSWERK AU PAIR TALENREIZEN

  

VAVO VWO WERKEN

 

NADELEN? WIL JE DAARNA NOG WEL GAAN STUDEREN?

F.

WERKEN   

VWO IS GEEN EINDONDERWIJS LEER EEN BEROEP! ZIE WERKGELEGENHEID

16

5.

ALLE OPLEIDINGEN

De opleidingen (bachelors) in het WO zijn verdeeld in de volgende sectoren:

1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.

Economie Gedrag en Maatschappij Taal en Cultuur Gezondheidszorg Natuur Recht Techniek

De opleidingen (bachelors) in het HBO zijn verdeeld in de volgende sectoren:

1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.

Economie Gedrag en Maatschappij (Sociaal Agogisch) Kunst Gezondheidszorg Agrarisch Onderwijs Techniek

Er zijn ook interne opleidingen in de sector controle (leger, politie). De sector Economie bevat nogal wat opleidingen die niet echt economisch zijn zoals bv. HBO- Rechten, Journalistiek, Communicatie, Vertaalacademie enz. Een volledige opsomming van alle bachelors is o.a. te vinden in de brochure “Keuzebegeleiding 6 (t)vwo voor leerlingen”. Een volledige beschrijving van de bachelors staat ook op www.denhulster.nl → decanen.

6. INSCHRIJVING-SELECTIE-LOTING A.

INSCHRIJVING    

MEESTAL CENTRAAL UITGEZONDERD: PARTICULIERE OPLEIDINGEN CONTOLE SECTOR

  

KIJK EERST BIJ DE OPLEIDNG ZELF VOLG DE AANWIJZINGEN OP! BV. OOK AANMELDEN VOOR DE SLECTIE BIJ DE OPLEIDING ZELF!

17

B.

LOTING

ZOWEL IN HET HBO ALS IN HET WO ZIJN ER OPLEIDINGEN WAARVOOR MEER BELANGSTELLING BESTAAT DAN ER BESCHIKBARE PLAATSEN ZIJN         

C.

LET OP: VOOR HET STUDIEJAAR 2014-15 KUNNEN ER STUDIES BIJKOMEN OF AFVALLEN SOMS BLIJKT DE LOTING NIET OF NAUWELIJKS NODIG TE ZIJN BIJ DE DUO- IB- GROEP KUN JE DIE CIJFERS BEKIJKEN

AFHANDELING VAN DE LOTINGSPROCEDURE IN MEI VERSCHIJNT ER OP DE WEBSITE VAN DE DUO- IBGROEP EEN SCHEMA WAARIN PRECIES IS AANGEGEVEN WANNEER JE DE VOORLOPIGE EN DEFINITIEVE CIJFERLIJSTEN MOET OPSTUREN

SELECTIE  

D.

ER KAN GELOOT WORDEN VOOR DE OPLEIDING (=geldt voor alle opleidingsplaatsen in Nederland) EN ER KAN GELOOT WORDEN VOOR EEN INSTELLING (=geldt dus niet voor alle instellingen met een bepaalde opleiding) IN NEDERLAND WERKEN WIJ MET HET SYSTEEM VAN EEN GEWOGEN LOTING LOTING MOET JE NIET VERWARREN MET “SELECTIE”!



BIJ SELECTIE WORDT GEKEKEN NAAR GESCHIKTHEID IN HET HBO BIJ ALLE KUNSTOPLEIDINGEN, HOTELSCHOLEN, LOGOPEDIE, VERLOSKUNDE EN ACADEMIES VOOR LICHAMELIJKE OPVOEDING MAAR OOK BIJ DE POLITIE EN HET LEGER

   

BEREID JE VOOR OP EEN SELECTIE VIA CURSUSSEN OEFEN MET EEN GESPREK OEFEN MET OPGAVEN DECENTRALE SELECTIE

18

Universiteiten en hogescholen kunnen voor opleidingen met een loting ook zelf studenten selecteren. Het gaat dan om een bepaald percentage van de beschikbare plaatsen. Dit wordt decentrale selectie genoemd. De onderwijsinstelling bepaalt welke kandidaten het best voldoen aan specifieke selectiecriteria. Deze selectiecriteria stelt de instelling zelf vast. Daarnaast is decentrale selectie ook nog aan een aantal algemene regels gebonden. E.

SELECTIE AAN DE POORT

Met ingang van het studiejaar 2005-2006 is een aantal instellingen gaan experimenteren met 'selectie aan de poort' voor een aantal opleidingen. Dit betekent dat de instelling zelf studenten selecteert op basis van door de instelling vastgestelde criteria. F.

TOELATINGS/ADVIES GESPREKKEN

Om de uitval in het Hoger Onderwijs te verminderen, beginnen een aantal opleidingen met studieadviesgesprekken met aankomende studenten.

7. STUDEREN IN HET BUITENLAND STUDEREN IN HET BUITENLAND Wanneer je erover nadenkt om in het buitenland te gaan studeren, moet je je van te voren zeker deze twee vragen stellen: 1. 2.

Wil ik mijn hele studie in het buitenland doen ? Wil ik een deel van mijn studie in het buitenland doen ?

Het is duidelijk dat je je erg goed moet voorbereiden wanneer je in het buitenland wilt gaan studeren. Er zijn veel regels en beperkingen. Je moet minstens een jaar voor je studie alles proberen te regelen. Zaken waar je over na moet gaan denken:  Taalkennis. Hoe staat het met jouw kennis van de taal van het land waar je wilt gaan studeren ? Moet je vooraf nog (taal)cursussen gaan volgen ? Een gebrekkige kennis van de taal van het land waar je gaat studeren, betekent veel tijdverlies en



 

beïnvloedt het succes van je studie nadelig. Toelatingseisen. Aan welke specifieke eisen moet je voldoen om tot een bepaalde opleiding te worden toegelaten ? Universiteiten kunnen naast de algemene voorwaarden nog eigen eisen stellen. Financiering. Denk erover na hoe je studie en verblijf betaald moeten worden en wat je aan beurs kunt krijgen. Ervaringen van anderen. Probeer in contact te komen met studenten die ervaring hebben met een studie in het buitenland. Ze kunnen je veel vertellen bv. over de cultuur van een land en de huisvesting

19

Op internet kun je bijna alle informatie vinden over studeren en stage lopen in het buitenland. Begin met de website van het Nuffic in Den Haag.

Andere adressen :

www.wilweg.nl www.beursopener.nl www.leonardodavinci.nl www.braintrack.com (buitenlandse universiteiten en hogescholen) www.ond.vlaanderen.be (onderwijs in Vlaanderen) www.daad.de (onderwijs in Duitsland) www.onisep.fr (onderwijs in Frankrijk) www.educationuk.org (onderwijs in Groot-Brittanië) www.canada.nl (onderwijs in Canada via de ambassade) www.fulbright.nl (onderwijs in de V.S.

Dus als je meer informatie wilt hebben over studeren in het buitenland: raadpleeg de genoemde bronnen!     

HELE STUDIE IN HET BUITENLAND DEEL VAN JE STUDIE IN HET BUITENLAND TALENKENNIS TOELATINGSEISEN KOSTEN EN FINANCIERING

     

INFORMATIE STUDIEBEURS UTRECHT ! STUDIE EN STAGE IN HET BUITENLAND NUFFIC GIDSEN www.nuffic.nl

8. OP KAMERS OP KAMERS     

DENK NA OVER DE GEVOLGEN (ZELFSTANDIGHEID, KOSTEN) BEKIJK DE ALTERNATIEVEN (ANDERE PLAATS OF TREIN) PROBEER HET UIT VRAAG HULP EN INFORMATIE! INFORMATIE VIA www.woonbond.nl

20

   

ZOEKEN WANNEER ?  LOTING? WAAR ?  STAD ZELF OF ER BUITEN? KOSTEN (€ 300-500)  STUDIEFINANCIERING EN/OF BIJVERDIENEN

        

HOE ? VIA VRIENDEN EN BEKENDEN (3/4 !) VIA (NIET) COMMERCIEEL KAMERBUREAU VIA EIGEN ADVERTENTIES (PRIKBORDEN) VIA ADVERTENTIES IN KRANTEN EN WEEKBLADEN VIA WONINGCORPORATIES VIA STICHTING STUDENTENHUISVESTING INSCHRIJVEN ALS WONINGZOEKENDE BIJ DE GEMEENTE KOPEN

     

LET OP: HUURCONTRACT WAARBORGSOM TIJDIG OPZEGGEN VAN DE HUUR ONDERHOUD PUNTENSYSTEEM EN HUURPRIJS

  

LET OP: BIJKOMENDE KOSTEN (GEMEENTELIJKE BELASTINGEN EN HEFFINGEN) VERZEKERINGEN (INBOEDEL, AANSPRAKELIJKHEID)

De Nederlandse Woonbond heeft op haar site heel veel informatie staan. Onderwerpen die besproken worden:  Op zoek naar een kamer  Huurcontract en huurbescherming  Onderhoud, wie doet dat?  Het puntensysteem  Betaal niet te veel  Bijkomende kosten  Uitkomen met je inkomen  Bijlagen met o.a. een huurcontract  Informatie over de 25 grootste studentensteden met adressen. Internetadressen:

www.kamernet.nl www.woningnet.nl www.studentenkamers.nl www.woonbond.nl

Het vinden van een kamer is in grotere studentensteden niet altijd even gemakkelijk. Voor studentenflats gelden vaak wachttijden van een jaar. Er zijn meestal wel kamerbemiddelingsbureaus. Maar de meeste studenten komen aan een kamer via vrienden, kennissen of familie. Of door advertenties te plaatsen of briefjes op te hangen in bv. supermarkten. Als je eenmaal een kamer gevonden hebt is het niet meer zo moeilijk om een "betere" kamer te vinden.

21

9.

KWALITEIT VAN EEN OPLEIDING

De laatste jaren wordt er steeds meer aandacht geschonken aan de kwaliteit van Hogescholen en studierichtingen. Het is niet meer vanzelfsprekend dat studenten kiezen voor een opleiding die “het dichtst in de buurt” ligt maar studenten willen vooraf ook weten of een Hogeschool en een bepaalde studierichting een goede naam heeft en hoe alles georganiseerd is.

De belangrijkste informatiebronnen zijn het weekblad Elsevier en de Keuzegids Hoger Onderwijs. Jaarlijks onderzoeken zij vrijwel alle opleidingen en dat wordt dan gepubliceerd. Je kunt het dus vergelijken met een soort consumentenonderzoek naar studierichtingen voor aanstaande studenten.

10.

WERKGELEGENHEID

Een van de zaken die bij de studie- en beroepskeuze een rol kan spelen, is de kans op werkgelegenheid na een bepaalde beroepsopleiding. Het is erg moeilijk om hierover voorspellingen te doen Toch zijn er wel een paar algemene opmerkingen te maken: De vooruitzichten in de -techniek, -natuurwetenschappen, -gezondheidszorg en het -onderwijs zijn gunstig. De perspectieven in de -communicatie, -toerisme en -kunst zijn minder goed. Kies nooit voor een opleiding alléén vanwege de goede vooruitzichten en zie ook nooit af van je ideaal omdat de vooruitzichten slecht zouden zijn.

22

Je eigen perspectief wordt veel meer beïnvloed door: -je capaciteiten (ben je ergens echt goed in ?); -je aanpassingsvermogen; -je bereidheid om (in het begin van je loopbaan) buiten je regio of provincie of land (!) een baan te zoeken; -je bereidheid om (in het begin van je loopbaan) een baan onder je opleidingsniveau te accepteren.

23

11. Controlelijst Studie-en Beroepenoriëntatie voor 5 havo en 6 vwo Deze lijst kunnen ouders en leerlingen gebruiken om te controleren of over alle zaken die met een studie- en beroepskeuze te maken hebben, is nagedacht. Ook geeft het snel inzicht in zaken die nog moeten worden afgehandeld. Oriëntatie □

1.Heb je de eigen voorlichtingsavonden bezocht? Hoeveel rondes? ………………………………………………………………………..

□

2.Heb je de Studiebeurs in Utrecht of Eindhoven bezocht? ………………………………………………………………………..

□

3.Heb je de websites van opleidingen wel eens bekeken? ………………………………………………………………………..

□

4.Heb je op internet wel eens testjes gemaakt? ………………………………………………………………………..

□

5.Heb je minimaal drie Open Dagen bezocht? ………………………………………………………………………..

□

6.Heb je Open Dagen bezocht van verschillende opleidingen? ………………………………………………………………………..

□

7.Hoe vaak heb je met meeloopactiviteiten (proefstuderen e.d.) meegedaan? ………………………………………………………………………..

□

8.Heb je gekeken of jouw opleiding aansluitingsmodules aanbiedt? ………………………………………………………………………..

□

9.Heb je met studenten van die opleidingen gesproken? ………………………………………………………………………..

□

10.Heb je met mensen gesproken die bepaalde beroepen uitoefenen? ………………………………………………………………………..

□

11.Heb je een gesprek met de schooldecaan aangevraagd? ………………………………………………………………………..

□

12.Zitten er ook negatieve aspecten aan je studiekeuze? Leg uit. ………………………………………………………………………

□

13.Waarom kies je voor een hbo- studie of wo- studie (status)? ………………………………………………………………………

24

□

14.Heb je erover nagedacht om je keuze een jaar uit te stellen? ………………………………………………………………………..

□

15.Als je je keuze uitstelt, wat ga je in dat jaar dan doen? ………………………………………………………………………

□

16.Heb je nagedacht over een jaar (studeren) in het buitenland? ………………………………………………………………………..

□

17.Ken je het bestaan van oriëntatiecursussen aan hbo- of wo- instituten? ………………………………………………………………………..

□

18.Ken je het bestaan van Loopbaan Advies Bureaus? ……………………………………………………………………….. Inhoud

□

1.Weet je welke profieleis voor jouw opleiding(en) geldt? ………………………………………………………………………..

□

2.Ben je ook toelaatbaar als je niet aan de profieleisen voldoet? ………………………………………………………………………..

□

3.Weet je welke vakken in je gekozen opleiding belangrijk zijn? ………………………………………………………………………..

□

4.Heb je dat vergeleken met je resultaten in die vakken in de Tweede Fase? ………………………………………………………………………..

□

5.Krijg je straks vakken die je nu niet hebt? ………………………………………………………………………..

□

6.Verwacht je vakinhoudelijk aansluitingsproblemen? ……………………………………………………………………….

□

7.Als je die verwacht, hoe ga je die dan oplossen (zijn er extra begeleidingsmogelijkheden)? ………………………………………………………………………..

□

8.Over welke specifieke vaardigheden moet je beschikken (geduld, nauwkeurigheid, communicatieve en/of sociale vaardigheden enz.)? ………………………………………………………………………..

□

9.Is er een Engelstalige variant voor jouw opleiding(en)? ………………………………………………………………………..

□

10.Is de opleiding erg theoretisch of juist erg praktisch? ………………………………………………………………………..

25

□

11.Bestaat er een duale variant voor jouw opleiding(en)? ………………………………………………………………………..

□

12.Is het een specifieke beroepsopleiding of is de opleiding juist erg “breed”? ………………………………………………………………………..

□

13.Sluit de opleiding aan bij jouw karakter? ………………………………………………………………………..

□

14.Ben je goed geïnformeerd over de inhoud van de studierichting? ………………………………………………………………………..

□

15.Ben je goed geïnformeerd over de zwaarte van de studierichting? ………………………………………………………………………..

□

16.Hoeveel uren per week moet je aan je studie besteden? ………………………………………………………………………..

□

17.Wanneer zijn er stagemomenten in je opleiding? ……………………………………………………………………….

□

18.Zijn er stagemogelijkheden in het buitenland? ………………………………………………………………………..

□

19.Hoe is de verhouding tussen colleges, werkcolleges, practica en zelfstudie? ………………………………………………………………………

□

20.Welk studiesysteem (bv. PGO) wordt er gehanteerd? ………………………………………………………………………

□

21.Wordt er op de opleiding gewerkt met competenties? Leg dat uit. ………………………………………………………………………..

□

22.Welke werkvormen worden op jouw opleiding gebruikt (samenwerken, individueel, klassikaal, hoorcolleges e.d.)? ………………………………………………………………………..

□

23.Hoeveel procent van de studenten haalt het eerste jaar in één jaar? …………………………………………………………………………

□

24.Hoeveel procent van de studenten haalt het eerste jaar in twee jaar? …………………………………………………………………………

□

25.Hoe lang doen studenten gemiddeld over jouw gekozen studierichting? …………………………………………………………………………

□

26.Hoeveel procent stopt met deze studie en waarom? …………………………………………………………………………

□

27.Is er een bindend studieadvies? …………………………………………………………………………

26

□

28.Is de major- minor structuur van toepassing op jouw opleiding? ………………………………………………………………………..

□

29.Bestaat er een studievereniging bij jouw opleiding? ………………………………………………………………………..

□

30.Hoe wordt de kwaliteit van jouw opleiding beoordeeld in de verschillende Jaarlijkse onderzoeken? ……………………………………………………………………….. Toekomstmogelijkheden

□

1.Heb je een duidelijk beroepsbeeld wat je na de opleiding kunt gaan doen? ………………………………………………………………………..

□

2.Trekken de beroepsmogelijkheden na je opleiding je aan? ………………………………………………………………………..

□

3.Zijn er overstapmogelijkheden naar andere opleidingen? ………………………………………………………………………..

□

4.Welke “masters” sluiten aan? ………………………………………………………………………..

□

5.Hoe zijn de werkgelegenheidsvooruitzichten? ………………………………………………………………………..

□

6.Als de werkgelegenheidsvooruitzichten niet zo goed zijn, hoe ga jij daar dan mee om? ……………………………………………………………………….

□

7.Zijn er mogelijkheden voor studie of werk in het buitenland? ………………………………………………………………………..

□

8.Hoe zijn de werkomstandigheden (buiten, binnen, op kantoor, reizen, contact met mensen enz.) in het beroep dat je later gaat uitoefenen ? ……………………………………………………………………….. Plaats

□

1.Kun je jouw gekozen studierichting ook in andere plaatsen volgen? ………………………………………………………………………..

□

2.Waarom kies je voor deze plaats (voordelen, nadelen)? ………………………………………………………………………..

□

3.Wil je een volledige studie gaan volgen in het buitenland en hoe zit dat met de Nederlandse studiefinanciering?

27

……………………………………………………………………….. □

4.Als je een volledige studie in het buitenland gaat volgen, heb je dat dan goed geregeld? ………………………………………………………………………..

□

5.Hoe staat de opleiding en studierichting aangeschreven (goede naam)? ………………………………………………………………………..

□

6.Is de opleiding erg grootschalig of juist heel klein? ………………………………………………………………………..

□

7.Ga je “op kamers”, of eerst “met de trein” of kun je thuisblijven? ………………………………………………………………………..

□

8.Wil je een kamer in een studentenhuis of particulier? ………………………………………………………………………..

□

9.Als je “op kamers” gaat, weet je dan hoe je dat allemaal moet regelen? ………………………………………………………………………..

□

10.Is het makkelijk om in de plaats waar je gaat studeren een kamer te vinden? ………………………………………………………………………..

□

11.Hoe is de bereikbaarheid van de plaats van je opleiding (trein, bus, fiets)? ………………………………………………………………………..

□

12.Hoeveel tijd ben je kwijt aan “reizen”? ………………………………………………………………………..

□

13.Zoek je naar een ander bijbaan in de plaats waar je gaat studeren? ……………………………………………………………………….. Praktisch

□

1.Heb je je aangemeld bij studielink? ………………………………………………………………………..

□

2.Is er een selectie? Heb je je daarvoor op tijd aangemeld? ………………………………………………………………………..

□

3.Is er een loting? Hoe groot is je inlotingskans? ………………………………………………………………………..

□

4.Is er een decentrale selectie? ………………………………………………………………………..

□

5.Doe je met een decentrale selectie mee? ………………………………………………………………………..

□

6.Waarom heb je gekozen voor één bepaalde opleiding voor de decentrale selectie? ………………………………………………………………………..

28

□

7.Heb je bij afwijzing of uitloting een sluitend alternatief? (sluitend= je kunt altijd met zo’n opleiding beginnen) ………………………………………………………………………..

□

8.Heb je van alle opgestuurde formulieren een kopie gemaakt? ………………………………………………………………………..

□

9.Als je op kamers gaat, heb je er dan aan gedacht om je in de nieuwe gemeente in te schrijven? ……………………………………………………………………….. Financieel (een aantal vragen is onder voorbehoud i.v.m. de onduidelijkheid over afschaffing van de prestatiebeurs en de invoering van het sociale leenstelsel)

□

1.Heb je je financiële zaken goed geregeld? ………………………………………………………………………..

□

2.Met ingang van wanneer krijg je de prestatiebeurs/sociaal leenstelsel? ………………………………………………………………………..

□

3.Heb je ook de aanvullende beurs aangevraagd? ………………………………………………………………………..

□

4.Heb je recht op de aanvullende beurs? ………………………………………………………………………..

□

5.Ben je dat nagegaan met je ouders en het rekenprogramma van de DUO- IB- groep? ………………………………………………………………………..

□

6.Van wiens inkomen is de aanvullende beurs afhankelijk? ………………………………………………………………………..

□

7.Als je gescheiden ouders hebt, levert dat dan voor de aanvullende beurs voor jou problemen op? ………………………………………………………………………..

□

8.Ga je direct aan het begin van je studie al geld lenen via de DUO- IB- groep? ………………………………………………………………………..

□

9.Welke OV-chipkaart ga je aanvragen? ………………………………………………………………………..

□

10.Heb je recht op de “overbrugging” en heb je dat al geregeld? ………………………………………………………………………..

□

11.Heb je dit schooljaar nog recht op de 18+ regeling? ………………………………………………………………………..

29

□

12.Vanaf wanneer? ………………………………………………………………………..

□

13.Alleen basisbeurs of ook de aanvullende beurs bij de 18+ regeling? ………………………………………………………………………..

□

14.Hoeveel mag je maximaal bijverdienen naast de prestatiebeurs/ sociaal leenstelsel? ………………………………………………………………………..

□

15.Heb je een goed beeld van de bedragen die je aan het begin van je studie moet betalen (collegegeld, boeken e.d.)? ………………………………………………………………………..

□

16.Kun je het collegegeld in termijnen betalen? ………………………………………………………………………..

□

17.Wat is collegeldkrediet en ga je dat aanvragen? ………………………………………………………………………..

□

18.Zijn er speciale kosten verbonden aan jouw opleiding? ………………………………………………………………………..

□

19.Weet je wat je van je ouders krijgt en wat je wellicht zelf moet bijverdienen? ………………………………………………………………………..

□

20.Als je op kamers gaat, wat zijn dan de kosten daarvan? ………………………………………………………………………..

□

21.Hoe zit het met je zorgverzekering en heb je dat al geregeld? ………………………………………………………………………..

□

22.Weet je hoe je de zorgtoeslag kunt aanvragen? ………………………………………………………………………..

30

12. FINANCIËLE ZAKEN A.

TEGEMOETKOMING SCHOLIEREN

Voor: leerlingen in het voortgezet onderwijs die ouder zijn dan 18 jaar. Aanvragen: door leerling zelf (bekende student krijgt formulieren automatisch) bij DUO-IB-groep.nl Wanneer: uiterlijk 3 maanden voor de ingangsdatum (is steeds een kwartaaldatum!). Bedragen per maand geldig van september 2014 t/m december 2014 Uitwonend

Thuiswonend

* Krijg je geen of minder aanvullende beurs? Dan mag je dat bedrag extra lenen. Basisbeurs

€ 279,14

€ 100,25

Aanvullende beurs

€ 260,19

€ 239,30

Lenen *

€ 293,89

€ 293,89

Collegegeldkrediet

€ 158,83

€ 158,83

Totaal

€ 992,05

€ 792,27

Aanvullende toelage in het Voortgezet onderwijs Voortgezet onderwijs Schoolkosten Bovenbouw

Bedrag € 83,99

De aanvullende toelage is afhankelijk van het inkomen van de verzorgende ouders. De inkomensgrens is € 35.764 . B. OVERBRUGGING Ook na je examen heb je recht op de Tegemoetkoming Scholieren als je 18 bent en verder studeert. Deze zogenaamde overbrugging moet je wel apart aanvragen!

31

C.

HERVORMING STUDIEFINACIERING/ STUDIEVOORSCHOT

https://www.startstuderen.nl/content/infographic-studievoorscho

32

D.

COLLEGEGELD

In het hoger onderwijs betaalt u collegegeld aan de hogeschool of universiteit die door de overheid gefinancierd wordt. Dit is voor het studiejaar: Bedrag collegegeld Studiejaar Bedrag 2013/2014 € 1.835 2013/2014 tussen de € 1.049 en 1.835 2014/2015 € 1.906 2014/2015 tussen de € 1.099 en 1.906

Voltijd / deeltijd / duaal Voltijd Deeltijd of duaal: de opleiding stelt het bedrag vast Voltijd Deeltijd of duaal: de opleiding stelt het bedrag vast

Opleidingen met het kenmerk kleinschalig en intensief onderwijs kunnen hoger collegegeld vragen. Dit hogere collegegeld bedraagt maximaal 5 keer het wettelijk collegegeld.

33