M a r k t l e i d e r
i n
o n d e r n e m e n d
T w e n t e .
| Twentevisie | Jaargang 17 | Nummer 8 | oktober 2005 |
Oud-staatssecretaris Gerrit Ybema:
“In Twente kunnen ze mijn advies wel gebruiken” | Twentevisie | Jaargang 17 | Nummer 8 | oktober 2005 |
colofon
| inhoud
4
Gerrit Ybema adviseert bij grote Twentse projecten
7
Texas Instruments krimpt, maar ontwikkelt goed
11
Marktplaats.nl is miljardenbusiness
12
Ra Bo Kaal
15
Bernard Wientjes is verknocht aan Overijssel
17
Column Financieel Accent
19
Nieuws en Feiten
20
Doekla Terpstra heeft in Kampen veel geleerd
23
Column Werving en Selectie
25
Peter Commandeur wil Nederland aan het (aard)gas
28
Het huishoudboekje van FC Twente
33
Column Personeel en Organisatie
35
Clemens Zwijnenberg: van voetballer tot uitgever
36
Beeldverslag Memphis
39
Column Online Strategie
41
Leo Brant innoveert verhuizen
43
Column Vastgoed
45
Onroerend Goed Transacties
62
Special reclame: Brouwers, Zeylmaker, Kroondijk en Seydel
65
IKTelgids
4
Gerrit Ybema, adviseur
Als voormalig staatssecretaris was hij veel in de weer met Twente. Met veel kennis van dit oostelijke landsdeel en gewapend met politieke ervaring en een groot netwerk staat Gerrit Ybema bedrijven en instanties bij met de onderlinge besluitvorming inzake grote projecten als Hart van Zuid.
12 Maarten Vonk, bankier
Heeft al wat van de wereld van bankieren gezien. Was interim-manager en dan zie je wel wat. Zit in een heftige concurrentieslag met de Abn-Amro. Heeft een blauwdruk in zijn bureau voor de Rabobank over pakweg vijf jaar in Twente.
28 FC Twente, het geld
Wie niet beter weet, zou FC Twente een hoge graad van economische hoogconjunctuur toedichten. Niets is echter minder waar. “Spelers kopen? Wij? No way! We moeten vooralsnog iedere euro omdraaien,” waakt directeur Johan Plageman voor een al te getroebleerd zicht op de werkelijkheid.
Colofon Twentevisie is een onafhankelijk economisch magazine dat maandelijks (m.u.v. juli/augustus) verschijnt voor ondernemers in Twente. In dit blad zijn onder meer verhalen opgenomen van inter views die hebben plaatsgehad in het economische programma ‘Memphis’ dat elke eerste zaterdag van de maand wordt uitgezonden via Radio Oost. De opnames vinden op dinsdag daaraan voorafgaand plaats in de TOS-ruimte van het Arke Stadion in Enschede. Daarnaast fungeert Twentevisie als officieel mededelingenorgaan voor deelnemers van de Industriële Kring Twente. Uitgever MediaSales Nederland bv., Anninksweg 50, Hengelo, Postbus 702, 7550 AS Hengelo, Telefoon 074 - 245 52 52, Fax 074 - 250 35 13, E-mail:
[email protected], Website: www.twentevisie.nl Directie André Odding Bladmanagers Anno Oude Engberink, Marion Kosterink Redactie Jan Medendorp (hoofdredacteur), Mar tin Steenbeeke, Eric Brinkhorst (fotografie), Jaap Baar t (fotografie columns) Redactie IKT Niko Wind, Saskia Rikhof-Slot, Jaap Baar t (fotografie) Secretariaat IKT Hengelosestraat 585, Postbus 5501, 7500 GM Enschede, Telefoon 053-48 49 980, Fax 053 - 48 49 985 E-mail:
[email protected], Website: www.ikt.nl Adver tentie-exploitatie MediaSales Nederland bv., Karin Welberg, Aleid Kluivers, Telefoon 074 - 245 52 52, Fax 074 - 250 35 13, E-mail:
[email protected] Adver tentiemateriaal aan MediaSales Nederland bv., Postbus 702, 7550 AS Hengelo Acquisitie IKTelgids Lidy Busscher Privé-abonnementen Kosten: € 35 per jaar (10 nummers). Opgave: alleen per fax 074 - 250 35 13 of E-mail:
[email protected] Basis lay-out & vormgeving TerZake. reclameadvies, Hengelo Druk Roelofs, Enschede Cover foto Eric Brinkhorst Oplage De oplage bedraagt ongeveer 6.500 exemplaren en wordt verspreid onder IKT-deelnemers, bedrijven met meer dan 5 werknemers, en zogenoemde ‘decision makers’. Ar tikelen uit deze uitgave mogen niet zonder toestemming van de uitgever worden overgenomen. Aan de inhoud van dit blad kunnen geen rechten worden ontleend. © MediaSales Nederland bv
2
Twentevisie 08/2005
commentaar | jan medendorp
Communicatie 74
Telematica Instituut
76
Beleggen blijft onvoorspelbaar
78
De sociale agenda 2006
80
Helios Kalenders
81
Veiligheid in Twente
83
Scope en IKT-nieuws
84
Twente Agenda
• Rijvaardigheidstrainingen 070 314 78 39 anwb.nl
74
Test- en Trainingscentrum
Telematica Instituut
Professor Chris Vissers neemt in april 2006 afscheid van het Telematica Instituut, dat hij - eerst onder de naam Telematica Research Center - vanaf 1992 heeft geleid. Hij heeft op ICT-gebied een brug geslagen tussen de wetenschap en het bedrijfsleven, maar hoopt dat ‘zijn’ instituut - mede door de verhuizing naar het oude hoofdkantoor van Grolsch - in de toekomst mee gaat samenwerken met het (regionale) MKB.
���������������������� ���������������������������� �������������������������� ������������������������������������������� ������������������������������������������
������������
Twentevisie 08/2005
Hoofdredacteur van De Roskam en zelf benoemd ‘opionleader’ in Twente Han Pape is weinig onder de indruk van Twentse kamerleden in het algemeen en Annie Schreijer in het bijzonder. Ik begrijp wat hij bedoelt, ik erken dat haar invloed op de beslissers in het Haagse marginaal is, maar ik zie ook haar tomeloze inzet, de toon die ze onlangs weer (na de Troonrede) dur ft aan te slaan tijdens debatten met topondernemers (‘jullie zeuren en eisen alleen maar, kom zelf eens met ideeën en als we jullie nodig hebben zijn jullie er niet’) die haar overigens zéér serieus nemen. En ik blijf onder de indruk van het feit dat ze op eigen kracht (voorkeurstemmen) de kamer is binnengekomen. Dat kunnen slechts weinig andere kamerleden haar nazeggen en daarom durven al die zogenaamd intellectuele en diepgravende collega’s van Annie haar nooit in het gezicht uit te lachen. In deze uitgave van Twentevisie gaat het natuurlijk over ondernemerschap, maar ook verhalen over reclame en communicatie. Ik kan u het interview met Erwin Seydel, hoogleraar strategische communicatie op de Universiteit Twente, in dat kader van har te aanbevelen. Hij hoopt dat in het belang van Twente meer Annie Schreijers opstaan. Ik heb pr en communicatie gestudeerd. Maar dat was echt héél kort, want ik leerde onder meer het verschil tussen hoekstands en zijstands op beurzen. Dat interesseert me ongeveer geen biet. Communicatie is een duur woord voor heen en weer praten: verbaal, op papier of elektronisch. Maar er zijn bureaus die met onzin over strategieën heel rijk worden. Ondernemers schijten al snel in hun broek als aan hen iets gevraagd wordt. Zeg dan: ‘sorr y, ik begrijp je vraag, maar ik kan er gelet op de omstandigheden niet op ingaan’. En dan ga je niet liegen, zoals Introweb deed. Dat bedrijf pretendeerde altijd op het gebied van internet zo’n beetje de goeroe te zijn. Dat bleek bijvoorbeeld ook wel uit de columns in dit blad. Ik ben een paar keer bij Introweb geweest, een mooi bedrijf, mooi pandje, en directeur Van Garderen deed in niets (ook fysiek) aan die snelle IT-jongens denken. Volgens hem was er niets aan de hand en was een bedrijf bezig met een lastercampagne. Vijf dagen later bleek Introweb failliet. Op het moment dat ik dit schrijf hoor ik iets over een doorstart; stel dat Van Garderen daar ook bij betrokken is, hoeveel waarde moet ik dan nog hechten aan zijn woorden, aan zijn zalvende teksten? Doe mij nog maar een Schreijer.
3
Een Fries verbonden aan Twente
Gerrit Ybema
Gerrit Ybema, een Fries die graag in Twente vertoeft, maar daar regelmatig schrikt van van het ondernemersklimaat: “Er zit hier te weinig dynamiek.”
(door Jan Medendorp) Hij kon na zijn studie kiezen tussen een baantje in het provinciehuis in Groningen (waar hij gestudeerd heeft) of het gemeentehuis in Enschede. Waarschijnlijk ook omdat Friezen en Groningers elkaar minder goed liggen, koos hij halverwege de jaren zeventig voor een baantje op de afdeling Financiën van de grootste stad van Twente. Ook nadat hij in 1989 de politiek in ging, bleef Gerrit Ybema zich bemoeien met Overijssel. Als staatssecretaris van Economische Zaken stond hij onder meer aan de basis van de fusie tussen de ontwikkelingsmaatschappijen voor Overijssel (Oom) en Gelderland (Gom). En na zijn politieke carrière richtte ‘the former Minister for Foreign Trade’ (zoals
4
op zijn visitekaartje staat) YES op: Ybema Economy Solutions. En met zijn bedrijf is hij alweer aan zijn derde project toe in Twente. Voor de jongere lezers onder ons: ja, er is een tijd geweest dat D66 bij de grotere partijen in dit land hoorde. In 1989 had de club die door Hans van Mierlo in 1966 (mede) is opgericht nog twaalf zetels. “We volgden in die tijd in de fractie per twee collega’s twee provincies en ik koos voor Friesland en Overijssel. Ik had in die tijd veel contact met Ko Wierenga en Wolter Lemstra, ik kwam hier vaak op werkbezoek.” Als staatssecretaris was hij bijkans kind aan huis in Twente omdat hij regionaal beleid en de ontwikkelingsmaatschappijen in zijn portefeuille had. Hij zorgde er persoonlijk voor dat de fusie
tussen Oom en Gom tot stand kwam. “De Oom was te klein en de Gom had niet een verleden om trots op te zijn.” Ybema bekent dat hij de fusie op het departement doordrukte. “Ik kan u verklappen dat mijn ambtelijke adviseurs er niet zo voor waren. Veel tijd en moeite voor iets waar je niet echt mee kunt scoren. Ik vond het mijn verantwoordelijkheid het wel te doen omdat het goed is voor de regionale ontwikkeling van het oosten.”
Vuurwerkramp Ybema was ook verantwoordelijk voor de afwikkeling van de ondernemerschade als gevolg van de vuurwerkramp in Enschede. Daar is het nodige over te zeggen en niet altijd even positief. Openhartig: “Ik heb in het Twentevisie 08/2005
interview | yes
laakt ondernemersklimaat kabinet een ruimhartige regeling weten los te peuteren. Vervolgens moet zo’n regeling worden uitgevoerd. En daar word je inderdaad niet vrolijk van. Ik heb voortdurend geprobeerd dat proces te versnellen, te zorgen dat mensen eerder geld kregen, maar je verzandt voortdurend in een soort bureaucratie van regelingen, van toezichthouders, controleurs. Het geld was er wel, maar het werd uiteindelijk nauwelijks besteed. Er ging verhoudingsgewijs heel veel geld naar die bedrijven die onderzoeken deden.”
allerlei projecten beschikbaar. Maar die projecten in den lande lopen niet even goed. In een poging verzande projecten weer op gang te helpen, heeft Thom de Graaf een faciliteit in het leven geroepen waarbij zogenaamde experts worden aangeboden. “Vreemde ogen dwingen, bovendien heb ik nog wat Haagse contacten.” Het aantrekkelijke voor de gemeenten is dat de rijksoverheid driekwart van de factuur van de externe adviseur (YES in dit geval) betaalt. “Een goedkopere adviseur krijgen ze nooit.”
‘Mijn ambtenaren waren niet zo voor de fusie tussen Oom en Gom, veel tijd en moeite voor iets waar je niet echt mee kunt scoren’
SPM
Verzuchtend: “Het heeft alles te maken met de manier waarop wij in Nederland de zaken georganiseerd hebben. We willen elk risico uitsluiten, we zetten op elke regeling een geweldig controleapparaat. Je durft bijna niet te bewegen want dan moet je weer zoveel formulieren invullen. Daar word ik knettergek van.” De politicus wordt ondernemer en klaagt dan dat er zoveel regelgeving bestaat. Ironisch? “Als politicus was ik minstens zo uitgesproken, die materie is heel weerbarstig. Op het departement hebben we eens een operatie opgezet om de administratieve lastendruk te verminderen. Dan beginnen andere partijen zich daar tegen te verzetten. Ik geef een voorbeeld. Vroeger stonden glazenwassers op heel hoge ladders ramen te lappen. De arbo-regels hebben dat onmogelijk gemaakt, er moeten nu allerlei hangconstructies zijn. We hebben geprobeerd die regels wat te versoepelen, maar de bedrijven die net hadden geïnvesteerd liggen dwars, wat op zich ook weer logisch is.”
YES Ybema is de afgelopen tijd betrokken (geweest) bij een drietal projecten in Twente die voortvloeien uit het grotestedenbeleid (van Thom de Graaf), waarbij op zijn minst de schijn wordt gewekt dat de D66-coryfeeën elkaar de bal toespelen. “Dat is niet waar. Ik zit in een soort poule met nog minstens twintig andere mensen die beschikbaar zijn voor advies- en consultancywerk bij gemeenten die onder het grote stedenbeleid vallen. En in die poule zitten mensen van alle politieke kleuren.” Voor grote steden is extra geld voor Twentevisie 08/2005
Zijn eerste project in Twente was een bemiddelingspoging met Stork Plastic Machinery (SPM) in het Hart van Zuid in Hengelo (een deel dat de gemeente helemaal op de schop wil gooien en wil herinrichten). SPM moet daarom van die plaats verhuizen. ‘Dat is goed, als de gemeente de verhuizing en de nieuwe opstallen betaalt’, was ongeveer de reactie van het bedrijf. “Iedereen had er belang bij dat het zou lukken, maar de hamvraag is in dit soort zaken natuurlijk ‘wie betaalt wat’? Iedereen heeft zijn ‘fair share’ betaald en niemand voelt zich genaaid.” Binnenkort verhuist het bedrijf naar het Hengelose bedrijventerrein WestermaatExpres-Zuid.
‘Het geld voor getroffen ondernemers was er wel, maar er ging heel veel geld naar de controleurs en toezichthouders’ Toen kwam Enschede met het verzoek om dat Kennispark waar gevoelsmatig al eeuwen over wordt gezwetst, een schop in de goede richting te geven. “Er is een formule ontwikkeld, een programma is opgesteld, er moeten allerlei projecten in geschoven worden en er moet financiering bijkomen. En ik ben er bijgehaald om daar ook een organisatie neer te zetten. Je moet van denken naar doen. Aan de slag. Ik ben daar zo’n negen maanden bij betrokken geweest. Ze zijn nu bezig op basis van mijn organisatievoorstel dat verder in te vullen.”
Puinbreker verhuist En toen belde Hengelo weer: ‘heb je nog een paar uurtjes over, want we zitten met het bedrijventerrein Twentekanaal in de maag’. Ook de ondernemers die daar gevestigd zijn, zijn het inmiddels meer dan zat en sommige
dreigen met vertrek wat leidt tot verdere verpaupering. “De ondernemers zeggen ‘het duurt ons te lang’. De gemeente wil meer tempo, de provincie is erbij betrokken, maar het is complex. Ze hebben mij gevraagd om in dat prachtige masterplan met die zeventien projecten een flinke stap vooruit te zetten. Het loopt redelijk, ik ben niet ontevreden.” Vooral de puinbreker is een doorn in het oog in het gebied waar grote jongens als Akzo en Thales vooral intern gericht zijn met hun inkrimpingplannen. “De puinbreker verhuist. Naar Enschede. Waar het bedrijf precies terecht komt, staat nog niet helemaal vast.” Overigens is (ook D66) collega Jan Terlouw eveneens voor bedrijventerrein Twentekanaal in de weer. “Die deed de duurzame kant.” Per 1 januari 2006 eindigt de voorziening waarbij de gemeenten mensen als Ybema kunnen inhuren.
Ondernemersklimaat Af en toe loopt Ybema in Twente hoofdschuddend rond. “Ik vind dat de ondernemers - het bedrijfsleven in Twente - te snel tevreden zijn met wat wordt bereikt. Ze zouden veel ambitieuzer moeten zijn. Het gaat mij om de houding, die mentaliteit. Ik zeg altijd tegen ondernemers ‘als het goed gaat, prima, maar het kan altijd beter’. Maar er zit hier te weinig dynamiek. Sommige ondernemers zijn het met mij eens, anderen zeggen ‘het is goed en ik laat het zo’. Ik ontmoet Twentse ondernemers die bijvoorbeeld hun producten zouden kunnen exporteren, maar dat niet doen. Ze hebben een heel aardige binnenlandse markt en daar zijn ze tevreden over. Ik probeer ze uit te leggen dat de concurrent binnenkort uit Tsjechië of uit Polen komt. De aanval is nog steeds de beste verdediging: ga nou zelf die wereld in en probeer je markt te vergroten.” “Een tweede ding wat mij opvalt, dat is niet typisch Twente, maar vooral erg Nederlands, is het gebrek aan samenwerking. Je kunt vaak door samenwerking met andere ondernemers veel meer realiseren dan wanneer je op eigen houtje bezig bent. Er is een aantal heel interessante projecten aan de gang. Daar zouden andere ondernemers ook van kunnen leren. Als ze maar willen en naar buiten komen. Samenwerking kan veel bijdragen aan het verder voortstuwen van de economie.” ■
5
Texas Instruments zet in Almelo alles op technologie
achtergrond | texas instruments
Eerste productielijn stopgezet omdat de marges door de toenemende concurrentie en de relatief hoge loonkosten in Nederland onder druk staan. In totaal kost de reorganisatie honderd werknemers en vijftig uitzendkrachten hun baan. “Toen ik dat besluit nam, heb ik heel wat slapeloze nachten gehad. Dit doe je niet zomaar. Maar je wordt ertoe gedwongen. Wat we eerder dit jaar zagen, een verlaging van de prijzen, wordt door recente cijfers weer eens bevestigd. Als je wilt overleven moet je ingrijpen,” zegt Braaksma.
Directeur Geert Braaksma van Texas Instruments vreest een paar slapeloze nachten. In de derde week van oktober wordt de eerste van drie productielijnen in Almelo stopgezet. “Mensen hebben jarenlang hun ziel en zaligheid in zo’n lijn gelegd.”
(door Martin Steenbeeke) Directeur Geert Braaksma van Texas Instruments vreest een paar slapeloze nachten. In de derde week van oktober wordt de eerste van drie productielijnen in Almelo stopgezet en dit zal, ook al is het aangekondigd, met emoties gepaard Twentevisie 08/2005
gaan. “Mensen hebben jarenlang hun ziel en zaligheid in zo’n lijn gelegd. Nu worden ze geconfronteerd met de keiharde realiteit.” De realiteit is dat Texas Instruments tussen nu en halverwege volgend jaar de productie verplaatst naar Hongarije en Mexico,
Volgens de vakbonden liep Texas Instruments bij de aankondiging van de reorganisatie, in februari van dit jaar, te hard van stapel, vooral omdat het concern financieel-economisch goede cijfers kan overleggen. Ook de Almelose vestiging is winstgevend. ‘Als we al gaan reorganiseren bij bedrijven die winst maken, belanden we op een hellend vlak’, luidde de reactie bij de vakbeweging. Uiteindelijk is er een akkoord bereikt over een sociaal plan en verloopt de reorganisatie volgens het door TI geplande schema. “We zijn er goed in geslaagd om de noodzaak van de reorganisatie uit te leggen,” zegt Braaksma. Alleen door de kosten omlaag te brengen, blijven de marges overeind en is er geld om in nieuwe producten te investeren. “We investeren vele miljoenen per jaar.” Om de productiemedewerkers die hun baan verliezen, meer kansen te geven op een nieuwe baan is er volgens Braaksma een “enorm pakket” aan maatregelen afgesproken, onder meer aangaande outplacement en ondersteuning bij het opstarten van een eigen bedrijf. Een tiental onderhoudsmonteurs is in dienst gekomen van een apart, door IMS, opgericht bedrijf (ESPS) dat voorlopig met Texas Instruments als belangrijkste klant “een vliegende start” kan maken. Braaksma betitelt de stemming onder het personeel als “heel constructief”. Opvallend, evenals het geringe aantal werknemers dat vrijwillig is vertrokken. Hij verklaart het door de grote loyaliteit aan en het goede imago van het bedrijf. “Mensen hebben bij ons relatief veel vrijheid. Waar Thales wel eens over heeft geklaagd, dat het zo moeilijk is om in deze regio goed personeel te vinden, daar hebben wij nooit last van gehad.”
Sensoren Texas Instruments zit een halve eeuw in Almelo. Midden jaren zeventig telde de vestiging
7
›
achtergrond | texas instruments
nog 1.200 medewerkers maar doordat Texas Instruments wereldwijd activiteiten afgestoten, verplaatst en gebundeld heeft, is de werkgelegenheid flink afgenomen. De Almelose vestiging, het Europese hoofdkantoor van de divisie ‘Sensors & Controls’, legt zich nu hoofdzakelijk toe op het maken van schakelaars (thermostaten) voor de beveiliging van huishoudelijke apparatuur en sensoren voor de automobielindustrie. ‘Maken’ is overigens een relatief begrip omdat de serieproductie de laatste acht jaar al grotendeels is overgeheveld naar lagelonenlanden. Zo’n tien procent van de sensoren die door ‘Almelo’ ontwikkeld en verkocht worden, wordt nog daadwerkelijk hier gemaakt. Tot halverwege volgend jaar dan. De tweehonderd werknemers die blijven, richten zich met name op marketing, technologie en productontwikkeling. Er is een speciale ‘launchafdeling’ opgericht die nieuw ontwikkelde producten en machines moet opstarten en, na het elimineren van mogelijke kinderziektes, verplaatsen naar één van de productievestigingen.
Baby Benz De kennis om via een chip een bepaalde druk om te zetten in een elektrisch signaal is kort door de bocht de reden van bestaan van de Almelose Texas Instruments-vestiging. TIAlmelo heeft de afgelopen jaren al een groot aantal druksensoren ontwikkeld, voor onder meer de airconditioning- en elektronische stabiliteitssystemen van auto’s. Nadat Mercedes negatief in de publiciteit kwam door het omvallen van de Mini-Benz zijn verschillende autofabrikanten uitgerust met elektronische stabiliteitssystemen, waar TI dan weer sensoren voor levert. Niet alleen de elektronica, maar ook de verpakking is belangrijk, zegt Braaksma. De sensor die hij tussen duim en wijsvinger houdt, is nauwelijks groter dan drie centimeter en langer dan vijf centimeter. “Tweeduizend bar druk is gigantisch qua kracht.
‘Waar Thales klaagt dat het zo moeilijk is om in deze regio goed personeel te vinden, daar hebben wij nooit last van gehad’ Toch zit hier alles in.” Recente ontwikkelingen zijn de integratie van cylinder-druksensoren in gloeipluggen voor dieselmotoren en er wordt gewerkt aan sensoren die onder meer de luchtkwaliteit in auto’s meet. Stinkende en/of giftige gassen kunnen buiten de auto gehouden worden met behulp van een sensor die in Almelo is ontwikkeld. Het is de bedoeling dat er een heel scala aan elektrochemische sensoren wordt ontwikkeld. Ook wordt er gewerkt aan de ontwikkeling van krachtsensoren op basis van de bestaande druk-sensortechnologie. “De toekomst is dat we naar volledig elektrische remmen gaan, in plaats van hydraulische systemen.” Daarnaast heeft Texas Instruments via de acquisitie van een productlijn Twentevisie 08/2005
van een Duits bedrijf zich een positie verworven op de markt voor sensoren die meten hoeveel lucht een verbrandingsmotor ingaat. Deze technologie is belangrijk om onder meer het brandstofverbruik te kunnen optimaliseren.
Bikkelharde markt Texas Instruments zet haar producten deels af op de industriële markt maar negentig procent van de sensoren gaat naar de automobielindustrie. Dit zal volgens Braaksma altijd de belangrijkste markt blijven, ondanks het feit dat de automobielfabrikanten er een handje van hebben om het aantal toeleveranciers te beperken en de productie in lagelonenlanden als Slowakije en Hongarije te concentreren. Braaksma wijst erop dat hoofdkantoren en ontwikkelcentra wel dicht bij de afzetmarkt blijven en dus niet meeverhuizen. “Maar het is zeker zo dat de automobielindustrie bikkelhard is.
‘Deze reorganisatie is geen stalorder uit Dallas; we hebben die stap zelf gezet, het stadium van pappen en nathouden ben ik liever voor’ Wij denken juist te profiteren van het verminderen van het aantal toeleveranciers. Als je een groot pakket kunt aanbieden, dan doe je mee.” Als Texas Instruments in Almelo erin slaagt om telkens nieuwe sensoren te ontwikkelen, zal het kunnen blijven bestaan, zegt Braaksma. De ontwikkeling om meer technologie in auto’s in te bouwen, is in zijn ogen nog lang niet ten einde. “Zeker in Europa wil men meer betalen voor een auto die goed scoort op het gebied van veiligheid en brandstofverbruik. De ontwikkeling van de olieprijs speelt ons in de kaart.”
Varkens De keuze om zich meer toe te leggen op techniek en ontwikkeling is niet vreemd, gezien de historie van de Almelose vestiging. Halverwege de jaren tachtig is in Almelo bijvoorbeeld de basis gelegd voor de RFID (radio frequency identification)-technologie waarmee goederen of dieren ‘herkend’ kunnen worden Het idee om varkens van een transponder te voorzien is niet van de grond gekomen, maar de technologie is wel verder ontwikkeld. De huidige sleutelhangers waar je met één druk op de knop de centrale vergrendeling van een auto kunt activeren is er bijvoorbeeld uit voortgekomen. En ook de championchip, die atleten voor een juiste tijdmeting door de schoenveter rijgen, en de gele oorlabels voor koeien borduren voort op dezelfde techniek. Texas Instruments voorziet met de toenemende veiligheidseisen op het gebied van bijvoorbeeld voeding een grote groei van deze activiteit. “Men wil van de wieg tot het graf een dier kunnen volgen en dat kan op een elektronische manier heel efficiënt.” Vanuit Almelo wordt deze technologie nu nog ondersteund.
De kennis om via een chip een bepaalde druk om te zetten in een elektrisch signaal is kort door de bocht de reden van bestaan van de Almelose Texas Instruments-vestiging.
Stipje De Almelose vestiging is relatief klein op de landkaart van Texas Instruments. TI heeft productievestigingen en verkoopkantoren in meer dan 25 landen en telt meer dan 35.000 werknemers. ‘Almelo’ is goed voor twee à drie procent van de totale omzet.“We zijn misschien een stipje, maar Texas Instruments is opgebouwd uit een heleboel stipjes. Binnen de groep Sensors & Controls zijn we goed voor een derde van de omzet,” verduidelijkt Braaksma. Ook vanuit Almelo is het volgens Braaksma mogelijk invloed uit te oefenen op het beleid van Texas Instruments en heeft men de vrijheid op eigen initiatief zaken te doen. “Die vrijheid is groter dan veel mensen denken.” De recente acquisitie van het Duitse product komt bijvoorbeeld uit de koker van Almelo. De suggestie van de vakbeweging dat de huidige reorganisatie een stalorder uit Dallas was, is volgens Braaksma niet correct. “Wij hebben die stap zelf gezet, maar als we het niet hadden gedaan, hadden ze vanuit het hoofdkantoor wel gezegd dat ik iets aan die lage marges moest doen. Het stadium van pappen en nathouden ben ik liever voor. Nu is er tijd om zo’n reorganisatie fatsoenlijk uit te werken en hebben mensen de tijd om een andere baan te vinden.” ■
9
Marktplaats.nl: 2 miljard omzet, 70.000 nieuwe advertenties per dag
interview | marktplaats.nl
De verborgen economie werd Diele directeur van het bedrijf. “Ik kan me geen leuker bedrijf bedenken dan Marktplaats. In 1999 had de site nog maar enkele nieuwe advertenites per dag, dat zijn er nu dagelijks 70.000.”
50 miljoen
Zwollenaar Oscar Diele proost op de 50-miljoenste advertentie die onlangs op Marktplaats.nl verscheen. “In 2004 is er op Marktplaats.nl voor 2 miljard euro verhandeld, dat is een complete verborgen economie.”
(door Hermina de Vries) Er is geen schaamte meer voor tweedehands. En daar heeft Marktplaats.nl een belangrijke rol in gespeeld. Nergens wordt zoveel verkocht en zoveel ervaring opgedaan met het kopen en verkopen van tweedehands spullen als op Marktplaats. Dat zegt Zwollenaar Oscar Diele, die sinds de overname door eBay directeur is van Marktplaats.nl. Sinds de overname van Marktplaats.nl door eBay in november vorig jaar is er bij het bedrijf Marktplaats weinig veranderd, zegt Oscar Diele (35). Er werken net als daarvoor zo’n 130 mensen, van wie 80 fulltimers. De mogelijkheden op de site zijn wel uitgebreid. Zo kan er voor elke advertentie een fotootje worden geplaatst en er is nu de mogelijkheid bijgekomen om in een bepaalde straal rondom de woonplaats te zoeken. Oscar Diele heeft het roer overgenomen van Frank Crébas. Dat is de man uit Emmeloord die in 1999 (namens het kringloopbedrijf Het Goed) voor 600.000 euro de domeinnaam van Twentevisie 08/2005
Marktplaats kocht. Vijf jaar later verkocht Het Goed Marktplaats.nl voor 225 miljoen euro. Na de overname bleef Crébas nog een tijdje aan als strategie- en communicatiemanager bij Marktplaats.nl, maar vertrok al snel.
Wehkamp Waren fricties met de nieuwe directeur Diele de oorzaak van zijn vertrek? Volgens Diele allerminst. “Frank en ik zijn goede vrienden geworden. Hij heeft Marktplaats.nl met hart en ziel opgebouwd maar heeft nu de financiële middelen om andere dingen te doen en zijn droom achterna te gaan.” Crébas legt zich nu onder meer toe op het produceren van kleding op basis van brandnetels. Oscar Diele is een ondernemer van deze tijd en heeft eigenlijk alleen maar ervaring met verkopen via internet. Na zijn studie kwam hij in 1995 bij het Zwolse bedrijf Wehkamp en zette daar de internetwinkel op. Anderhalf jaar geleden maakte hij de overstap naar het Amerikaanse internetveilinghuis eBay. Na een half jaar nam eBay Marktplaats.nl over en
Van concurrenten als Speurders.nl van de Telegraaf Holding en de Noordelijke Dagblad Combinatie zegt Diele nauwelijks last te hebben. “We zijn het afgelopen jaar alleen maar harder gegroeid. In 2004 was het percentage internetters dat Marktplaats.nl bezocht nog 41 en over 2005 is dit al 55 procent.” Onlangs vierde Marktplaats het verschijnen van de vijftig miljoenste advertentie. Om dat te vieren bood Marktplaats in dertig cafés in steden door het hele land met speciale bierviltjes het tweede biertje gratis aan. De enorme handel via Marktplaats.nl noemt Diele ‘de verborgen economie’. “Wij merken niks van een recessie. In 2004 is er voor 2 miljard euro verhandeld. Vergelijk dat maar eens met de totale omvang in Nederland. Toch zie je onze cijfers nergens terug in de traditionele cijfers van bijvoorbeeld het CBS.”
iDeal Verhalen over de belastingdienst die sites als Marktplaats.nl zou afromen op zoek naar ontdoken inkomstenbelasting hoort Diele alleen maar van journalisten. “We zijn over dit onderwerp nog nooit door de fiscus benaderd. Ik vind dat het ieders individuele verantwoordelijkheid is om alle inkomsten netjes bij de belastingdienst te melden. Wij melden dat ook in de gebruikersovereenkomst.”
‘Wij merken niks van een recessie. In 2004 is er voor 2 miljard euro verhandeld via Marktplaats.nl' Onlangs werd bekend dat vier grote banken een gezamenlijk betalingssysteem hebben ontwikkeld om zaken die op internet worden gekocht ook via de internetbankrekening te betalen. Diele ziet nog niets in het systeem met de naam iDeal. “We zijn er nog met de banken over in gesprek, maar wij vinden de kosten die de banken rekenen te hoog. Nu de banken iDeal al in oktober willen lanceren, wordt de kans steeds kleiner dat wij ermee in zee gaan.” ■
11
‘Als het bij bedrijven mis gaat, ligt het aan de leiding’
Maarten Vonk schudt voor legd en gezorgd voor alternatieven zoals een geldautomaat of een bus, of met sprekende chipknips. Bij de ABN AMRO gebeurt dat centraal, daar wordt het opgelegd.”
Ra Bo Kaal Vonk is inmiddels een jaar directeur van de Rabobank Midden-Twente (met een balanstotaal van 1,4 miljard). Hij geeft niet voor niets openlijk af op zijn vroegere werkgever. De Rabobank heeft zich in de afgelopen jaren ontpopt tot de grootste financier van het MKB. In Twente is dat marktaandeel zelfs 40%. Tot woede en spijt van ABN AMRO en ING. Eerstgenoemde is afgelopen zomer met de (interne) actie Ra Bo Kaal (lees Ra Bokaal of Rabo Kaal). Een geinige woordspeling om de eigen accountmanagers te stimuleren zoveel mogelijk klanten van de Rabo af te pikken. “Wij waren daarover ‘not amused’. Ik heb tegen mijn mensen gezegd ‘ik wil niet één klant zien overstappen’.” Even voor alle duidelijkheid: de strijd tussen de maatpakken van de Rabobank en ABN AMRO wordt net zo ordinair gevoerd als de supermarktoorlog. “De ABN AMRO duikt onder de tarieven, waardoor het inderdaad een prijzenoorlog is geworden.” En de ondernemers spinnen er garen bij… Maarten Vonk is inmiddels een jaar directeur van de Rabobank MiddenTwente (met een balanstotaal van 1,4 miljard behorend bij de top 15 van Rabobanken in Nederland).
(door Jan Medendorp) Eindelijk weer eens bankdirecteur die niet met meel in de mond praat. Maarten Vonk (51), sinds een jaar directeur van de op één na grootste Rabobank van Twente is luid en duidelijk. Over natuurlijk zijn eigen bedrijf, maar ook de ‘oorlog’ met concurrentie. Een bankfusie tussen Hengelo en Enschede ziet hij vooralsnog niet zitten. De roots van Vonk liggen bij de Amro. Maak niet de fout ABN AMRO te zeggen, want hij corrigeert direct. Want in zijn tijd beschouwden de AMRO-jongens zichzelf als de harde werkers, de ABN-jongens waren de kakkers. “Dat soort platitudes kan je wel hanteren.” Via de toen nog zelfstandige Nutsspaarbank (nu Fortis) in Den Haag kwam hij bij de Rabobank (13 jaar geleden) in een tijd dat de bank “nog
12
niet overtuigd was van zijn eigen kracht.” De grootste bank van Nederland, met 7 miljoen klanten wat volgens Vonk veel belangrijker is dan het beduidend hogere balanstotaal van de ABN AMRO, is al een paar jaar bezig de bescheidenheid (met de wielerploeg en de slogan ‘het is tijd voor de Rabobank’) van zich af te schudden. “De Rabo is een minder formele organisatie dan van de ABN AMRO.” Vonk erkent dat hij een glimlach niet kon onderdrukken toen de ABN AMRO in Enschede met een bankkantoor met koffiehoek (met Douwe Egberts) begon. “Na het sluiten van hun kantoren hebben ze blijkbaar geconcludeerd dat ze de band met hun klanten verliezen. Ja, wij hebben ook kantoren gesloten, maar de Rabo-groep heeft per saldo veel meer kantoren en wij hebben rekening gehouden met de plaatselijke gevoelens. We hebben het uitge-
In plaats van elkaar te beconcurreren op tienden van procenten, zouden de zelfingenomen maatpakken (van alle banken welteverstaan) misschien eens wat meer kunnen nadenken over kenniseconomie en ICT-bedrijven anno 2005. Want het is toch godgeklaagd hoe een bedrijf als PBF (zie vorige uitgave van Twentevisie) bijna om zeep is geholpen door de onkunde van banken die blijkbaar alleen iets weten van de modebranche, groentewinkels en machinefabrieken. Er volgt (door Vonk) vervolgens een uitleg over de werkwijze van de banken. Met het verhaal dat de internethype de banken veel geld heeft gekost en daarom nu huiverig zijn. “In een aantal gevallen missen we ook de kennis om het goed te kunnen beoordelen. Waarbij ik er direct aan toevoeg dat het onzinnig is te roepen ‘het is niet anders’, we deden een plas en het bleef zoals het was. We laten daar wellicht kansen liggen en daar moeten we over nadenken.”
Interim-management Vonk straalt uit met liefde te werken onder de warme deken die Rabobank heet. Maar hij weet als geen ander dat er ook kaf tussen het Twentevisie 08/2005
interview | ra bo kaal
Rabobank bescheidenheid af Vonk maakt ook meteen duidelijk geen heil te zien in de droom van zijn Enschede collega Grotenhuis: één grote Twentse Rabobank!
Rabo-koren zit. Hij maakte een aantal jaren deel van de harde kern (15-20 man) van het interimmanagement. Types als Vonk werden dan ingevlogen om desnoods ‘hardhandig’ in een paar maanden orde op zaken te stellen. Dat is slopend, bevestigt Vonk, die in die tijd vele tienduizenden kilometers reed en erg vaak de nacht doorbracht in hotels of vakantiebungalows. “Wat ik miste, was de echte binding met medewerkers en klanten.” Hij heeft nog een opmerkelijke les geleerd in die periode: “Als het bij bedrijven mis gaat, ligt het aan de leiding. Het ligt hoogstzelden aan de medewerkers. Kijk naar Laurus met dat Konmarideaal: met zijn allen met die rare T-shirtjes in de Arena zingen over de concurrentie die ze mores zullen leren. Een schoolvoorbeeld van mismanagement.”
Ook in de bankwereld geldt dat het mensenwerk betreft. Fusies lukken of mislukken omdat mensen elkaar wel of niet mogen. Zo simpel is het echt. Het is een publiek geheim dat de voorganger van Vonk en Grotenhuis elkaar niet goed lagen. zien. Vonk en Grotenhuis daarentegen lunchen met graagte en regelmatig samen.
Hengelo versus Enschede
Beurs
De Rabobank telde ooit duizend aangesloten zelfstandige banken. Dat zijn er inmiddels 150 en het moeten er nog minder worden. “We zoeken naar een schaal waarin wij aan de ene kant contact blijven houden met de markt, weten wat er leeft, en anderzijds stellen de klanten steeds hogere eisen aan ons en die kun je alleen maar leveren als je als bank een bepaalde omvang hebt, dan kun je kwaliteit ook aantrekken.” In Twente ligt een blauwdruk klaar (Rabobank 2005+) om op te schalen (van elf naar vijf banken). De vraag is alleen nog wanneer. Rabobank Midden-Twente (met Hengelo, Borne, Delden en bijbehorende kerkdorpen) wordt dan logischerwijs uitgebreid met de rest van de Hof van Twente. “Dat ligt inderdaad voor de hand, maar je praat over processen die bij de Rabobank niet van bovenaf worden opgelegd.” Dus de directie (het is lastig te beslissen over het eigen pluche) en het plaatselijke bestuur (veelal notabelen uit het dorp) hebben een belangrijke stem.
De economie in Nederland is nog prut, de beurs staat alweer boven de 400 punten. De Rabobank is nooit echt een grote beleggingsbank geweest. “Terwijl we wel de expertise in huis hebben. Op dat vlak is voor ons nog een markt te winnen.” Er loopt in dat kader ook een opvallend televisiespotje van de Rabobank. Meer dan alleen de hypotheekbank voor de consument en een kredietbank voor het MKB mikt de Rabobank ook op DGA’s (directeur-grootaandeelhouder) voor de financiële planning. “We hebben de kwaliteit in huis, we moeten niet dezelfde fout maken om te bescheiden te zijn: ‘be good and tell it’.” En daarom schaamt Vonk zich ook niet om nadrukkelijk het verantwoord ondernemen van de Rabobank te benadrukken. “De Hengelose wethouder Otten waarschuwde ooit een keer tijdens een IKT-bijeenkomst dat er teveel jonge mensen in de bijstand komen. Toen heb ik samen met de gemeente een project opgetuigd. Ik ben het adressenbestand van de bank gaan aanschrijven.
‘De ABN AMRO heeft de Ra-Bo-Kaal geïntroduceerd; ik heb tegen mijn mensen gezegd ‘ik wil niet één klant zien overstappen’
Aan duizend bedrijven heb ik gevraagd ‘willen jullie iemand uit de bijstand drie maanden onder jullie hoede nemen. Dat leverde uiteindelijk 35 positieve reacties op en ‘on the long run vijftien arbeidsplaatsen. Ja, dat vind ik een waanzinnig succes.” En recentelijk heeft Vonk de bank een dag dichtgegooid en is het grootste deel van de 240 medewerkers die dag gaan werken aan vrijwilligerprojecten. “Wat dat kost? Ik heb geen idee, ik heb het niet uitgerekend. Het interesseert me ook niet, ik hoef ‘Utrecht’ niet om toestemming te vragen. Ik vind het belangrijk om te zien wat zo’n dag aan energie in het eigen bedrijf losmaakt.” ■
De 400-puntengrens lijkt beslecht. Op dat moment begint een aantal aan- en verkooporders automatisch te lopen waardoor het blijft schommelen. “Voor wat betreft de vooruitzichten van Nederland zijn wij niet geheel tevreden over de uitkomsten van de Miljoenennota”, liet Wim Steenkamp, beleggingsadviseur van de Rabobank weten. “Vooral het MKB kan nog wel de nodige lastenverlichting gebruiken. De consument houdt voorlopig nog de hand op de knip, grote uitgaven worden uitgesteld en het spaar volume is dit jaar met 7 miljard toegenomen tot circa 200 miljard euro. Omdat de groei van de economie voor circa 60% wordt bepaald door consumentenbestedingen zien we voor 2005 uiteindelijk een groei van 0,75% en voor 2006 circa 2%, mede bepaald door een verwachte stijging van de investeringen door het bedrijfsleven.” De Oostelijke fondsen wisten opnieuw goed te presteren. Stork, Twentsche Kabel en Ten Cate noteerden zelfs de hoogste koersen sinds jaren. “Voor deze ondernemingen hebben we een zogenaamd ‘houden’ advies.”. Op 1 september stond de AEX op ruim 385 punten, een maand later op 399,97. En er waren weer mensen die dat (bijna) voorzien hadden. Zoals de heer Siers die niet voor het eerst de fles wijn mee naar huis nam (zijn voorspelling was 399,45). Voor de volgende keer moet voorspeld worden hoe de AEX eind oktober zal staan. Bezoekers hebben het formulier al ingevuld, maar u kunt (nog steeds) meespelen via internet (www.twentevisie.nl).
Twentevisie 08/2005
13
Topman VNO-NCW Wientjes heeft een missie:
achtergrond | bernard wientjes
Ondernemerschap terugbrengen de invoering van het stelstel aan werkgevers kost. Ondanks dat het kabinet had beloofd dat kostenneutraal te doen.’
VDL
Bernard Wientjes, VNO-NCWvoorman voor een lezing bij businessclub De Koperen Hoogte in Zwolle.
Wientjes (Amsterdam, 19 mei 1943) is verknocht aan Ommen, maar laat zich daar zelden zien op de golfbaan. Hij is sowieso geen man die feesten en partijen afloopt. Vaker zit hij in Den Haag waar hij op loopafstand van zijn werkplek in de Malietoren een appartement heeft. Zijn vader had een handelsonderneming in kunststof halffabrikaten. In 1961 werd het bedrijf verplaatst naar Roden. Onder leiding van Wientjes groeide het bedrijf uit tot een specialist in de toelevering van hoogwaardige kunststofdelen voor de auto-, vliegtuig- en medische industrie. Later werd het (dochter)bedrijf (Ucosan) vooral bekend dankzij de productie van kunststof badkuipen (overgenomen door het Duitse Villeroy & Boch). Het kunststoffenbedrijf (dat onder meer de rode brievenbus maakt en de kunststof schaatsen van Zandstra) is onlangs verkocht aan VDL. Als VNO-topman mag je geen belangen hebben in een bedrijf, de ‘gedwongen’ verkoop kwam Wientjes wellicht ook wel goed uit, want zijn zonen hadden geen van beiden interesse in een overname.
Vergunningen (door Jan Medendorp) Bij zijn aantreden werd hij direct bekend bij het grote publiek dankzij de opening van de Telegraaf. De nieuwe VNO-NCW-voorzitter pleitte daarin voor verhoging van de AOW tot 67 jaar. En werknemers zouden ‘zonder al te veel poespas’ moeten kunnen worden ontslagen. Toch is Bernard Wientjes uit Ommen niet die keiharde ondernemer zonder oog voor anderen. Hij is anders dan zijn voorgangers Hans Blankert, Cees van Lede en Alexander Rinnoy Kan. Hij heeft wel met zijn poten in het bluswater gestaan. En dat spreekt in die kringen aan. Zoals een vakbondsbestuurder bij zijn achterban op waardering kan rekenen als hij weet wat het is om met een pakje brood naar de fabriek te gaan. Bernard Wientjes (62) had volgens de profielschets (een vrouw, niet ouder dan 55 jaar) nooit voorzitter van VNO-NCW kunnen worden. Maar Twentevisie 08/2005
dat hij dat toch werd, lag toch eigenlijk wel in de lijn der verwachting. Want de werkgeversclub was na al die jaren toch aan iemand toe die spreekt zonder aardappel in de keel, die klip en klaar weet te zeggen waar het op staat, maar ook ervaring heeft aan de onderhandelingstafel. Van 1999 tot 2004 was hij voorzitter van de werkgeversorganisatie AWVN. Tijdens een lezing in Zwolle bij businessclub De Koperen Hoogte valt op dat hij spreekt zonder spiekbriefjes. Zijn speechschrijver Jan Klaver laat (bijna spijtig) weten dat hij over alle onderwerpen stukken tekst heeft aangeleverd, maar dat Wientjes altijd zijn eigen verhaal vertelt. En onderhoudend, realistisch. In interviews komt hij over als een geblokte man die desnoods door deuren gaat om het ondernemersbelang in Den haag te verdedigen. ‘Media trekken het niet uit zijn verband maar publiceren alleen wat hun opvalt, zoals die AOW, dat ontslagrecht en mijn boosheid over het miljard aan extra kosten dat
Twee dingen vallen op bij het bedrijf van Wientjes. Hij is nooit verhuisd naar het veel goedkopere vroegere Oostblok. En verder de sociale visie van het bedrijf. Al in 1995 werd de bedrijfstijd gekoppeld aan arbeidsduurverkorting: het leverde vier werkdagen van negen uur op. Verder is het sociaal fonds bekend waar werknemers een beroep op konden doen als medische kosten niet door de verzekering werden gedekt. Bernard Wientjes is de badkuipman (zoals FNV-voorman De Waal hem ooit begroette) met het hart op de tong. Of het nu over arbeidsproductiviteit gaat, ontslagrecht of over zaken die in zijn kringen gevoelig liggen zoals exorbitante salarissen, vertrekpremies en alle aandacht voor de aandeelhouders. Hij ziet als zijn missie de komende jaren om het ondernemerschap in Nederland terug te brengen. ‘Eén bezoekje aan de Kamer van Koophandel ontneemt je alle goede bedoelingen. Al die regels, vergunningen’. ■
15
Vrijblijvend persoonlijk advies? Kijk op www.twentevisie.nl
column | financieel accent
Financiering bedrijfsopvolging Voor u als ondernemer komt er een moment dat u uw onderneming zult overdragen aan een opvolger. Civielrechtelijk en fiscaalrechtelijk zullen de nodige zaken geregeld moeten gaan worden. Eén van de aspecten is de financiering van de overnameprijs door de overnemer. In de praktijk zal deze vaak (al dan niet voor een deel) schuldig worden gebleven. In dit artikel aandacht voor enkele fiscale aspecten van het schuldig blijven van de koopsom. Indien de overnemer de gehele overnameprijs niet direct kan betalen, kunnen overdrager en overnemer afspreken dat (een deel van) de prijs schuldig wordt gebleven (banken eisen vaak een achterstelling van deze lening). Bedacht moet worden dat de verkoper op deze wijze het risico loopt dat de vordering niet volledig wordt ontvangen. Een juiste juridische inkleding van de lening is dan ook van belang.
Durfkapitaal Omdat de continuïteit van een onderneming van groot belang is, stimuleert de wetgever de verstrekking van dergelijke beleggingen in zogenaamd durfkapitaal aan beginnende ondernemers (hieronder wordt zowel een natuurlijk persoon als een rechtspersoon verstaan). De volgende fiscale voordelen zijn in de wet op de inkomstenbelasting opgenomen: • een vrijstelling in box 3 van maximaal € 52.110 per persoon en € 104.220 voor partners; • een extra heffingskorting van 1,3% over het hierin belegde, vrijgestelde vermogen; • een aftrek op het belastbaar inkomen van maximaal € 46.984 indien de vordering op de overnemer helaas niet inbaar zou zijn.
Om de lening te laten kwalificeren als durfkapitaal moet aan de nodige contractuele voorwaarden worden voldaan. Eén van de voorwaarden die de wetgever ten aanzien van de lening stelt, is dat de lening moet dienen ter financiering van bestanddelen die behoren tot het verplichte ondernemingsvermogen. Als voorbeelden kunnen worden genoemd: het bedrijfspand, de inventaris en de voorraden. De staatssecretaris van Financiën heeft eind augustus 2005 bovendien goedgekeurd dat de lening ook aangewend mag worden voor Twentevisie 08/2005
lopende zakelijke uitgaven. De huur van een zakelijk pand kan dus voortaan ook uit deze lening worden voldaan.
Uitstel van betaling De (gedeeltelijke) overdracht betekent dat de overdrager zijn onderneming (deels) staakt. Op de stakingswinst zijn de gebruikelijke stakingsfaciliteiten van toepassing: de stakingsaftrek van € 3.630,- en de stakingslijfrente. Over de resterende stakingswinst moet worden afgerekend met de fiscus. Dit kan tot problemen leiden in de situatie dat de koopsom schuldig wordt gebleven. De overdrager beschikt dan immers niet over liquiditeiten om de belasting te voldoen. Met ingang van 1 januari 2005 kan echter gebruik worden gemaakt van een nieuwe betalingsregeling met de fiscus: een renteloos uitstel van betaling van maximaal 10 jaar over het gedeelte van de belasting dat evenredig is aan het schuldig gebleven gedeelte van de koopsom. Worden aflossingen gedaan op de lening dan zal voor dit deel het uitstel beëindigd worden. Worden geen afspraken gemaakt over de aflossingen of is de aflossingsduur langer dan 10 jaar, dan eindigt het uitstel na 10 jaar. Als wordt afgesproken dat de betaling door de overnemer over een periode van 10 jaar wordt uitgesmeerd, wordt het meest van de regeling geprofiteerd. De contante waarde van de belastingclaim kan op die manier namelijk fors worden verlaagd. Om voor de betalingsregeling in aanmerking te komen, moet de overnemer een natuurlijk persoon zijn en zal bij de fiscus, nadat de belastingaanslagen zijn opgelegd, een verzoek moeten worden ingediend. Voor de verschuldigde belasting zal door de overdrager zekerheid gegeven moeten worden. De regeling geldt niet voor zaken die naar het privé-vermogen van de overdrager gaan. Denk bijvoorbeeld aan een auto van de zaak die niet is begrepen in de overdracht. Verder geldt de regeling niet voor onder meer de oudedagsreserve. Ingeval de overnemer de onderneming staakt, zal de fiscus het uitstel beëindigen.
Zonder een fiscale tegemoetkoming zouden hierover door de overnemer schenkingsrechten verschuldigd zijn. Om echter de continuïteit van de onderneming niet in gevaar te brengen, bestaat er de zogenaamde bedrijfsopvolgingsregeling in de Successiewet. Deze regeling houdt kort gezegd in dat in 2005 60% van de waarde van de onderneming (éénmanszaak, vof- of maatschapsaandeel of aanmerkelijk belangaandelen in een B.V.) onder voorwaarden zonder schenkingsrechten kan worden kwijtgescholden door de overdrager. Dit percentage wordt in 2006 zelfs verhoogd tot 75.
Ten slotte Bij de overdracht van uw onderneming zult u een overnameprijs willen ontvangen waarmee u nu en in de toekomst kunt voorzien in uw levensonderhoud. Van belang is dus de koopsom en de vorm waarin deze wordt gegoten. De in dit schrijven opgenomen opties bieden u de mogelijkheid hiermee flexibel om te gaan. Zowel u als de overnemer kunnen hier baat bij hebben. In veel gevallen zal de onderneming worden voortgezet door een startende ondernemer. Mocht deze ondernemer geen succes hebben met de overname dan zult u wellicht (een deel van) uw vordering niet ontvangen. Door gebruik te maken van de durfkapitaalregeling kan de vordering in dat geval tot een bepaald maximum worden aftrokken van uw inkomen zodat de fiscus aan uw verlies meebetaalt. De overdracht van een onderneming is een proces waarmee u tijdig moet beginnen. De fiscale en juridische begeleiding is een stuk maatwerk. Overleg met uw belastingadviseur over uw (on)mogelijkheden en zorg dat u bent voorbereid! ■
Kwijtschelden vordering In familieverband komt het regelmatig voor dat een deel van de overnamesom schuldig wordt gebleven en vervolgens wordt kwijtgescholden.
M. Budding De auteur is als belastingadviseur verbonden aan Ten Kate & Huizinga te Haaksbergen
17
actueel | nieuws & feiten
Ondernemersnieuws Ondanks de sombere berichten over de Nederlandse economie ziet Ontwikkelingsmaatschappij Oost Nederland (Oost NV) dat het bedrijfsleven in Oost-Nederland blijft investeren. In de eerste helft van 2005 was Oost NV betrokken bij 38 gerealiseerde investeringsprojecten, waarvan 18 in Gelderland en 20 in Overijssel. Het betrof 26 nieuwe vestigingen, 6 uitbreidingen en 3 samenwerkingen. Drie bedrijven bleven voor het gebied behouden. Volgens de prognoses van de betrokken bedrijven leiden de activiteiten over twee à drie jaar tot een toename van de werkgelegenheid met 900 directe arbeidsplaatsen. In totaal wordt er door de bedrijven voor 57 miljoen euro geïnvesteerd. Theo Rietkerk, gedeputeerde van Provincie Overijssel, heeft op 23 september in Holten bekendgemaakt dat de restauratie van het voormalige postkantoor in Deventer de originaliteitsprijs in de wacht heeft gesleept in de verkiezing voor de beste leerlingbouwplaats in noordoost Nederland: de Ramiro Award 2005. Hiermee vielen aannemer Bramer Aannemingsbedrijf BV uit Vriezenveen, opdrachtgever Woonunie uit Deventer en architect Kristinsson Architecten- en ingenieursbureau BV uit Deventer in de prijzen. Ze ontvingen van de gedeputeerde een toepasselijk beeld dat symbool staat voor samenwerking. Uit een bureaucompetitie van vijf deelnemende reclamebureaus hebben de Enschedese zorginstellingen ‘Stichting Arienshuizen’ en ‘Stichting Zorgpalet’ gekozen voor Brummer & Van der Heijden, bureau voor corporate communicatie en reclame, voor de ontwikkeling van hun nieuwe huisstijl. Op 1 december van dit jaar zal het ontwikkelings- en implementatieproces zijn afgerond en wordt de huisstijl gepresenteerd.
Het nieuwe, door Brummer & Van der Heijden, ontwikkelde logo van Stichting Zorgpalet.
Op 22 september jl. tekende A. Remmers namens SLO in Enschede de internationale alliantie voor de Decade of Education for Sustainable Development (DESD), een verbintenis waarin duurzaamheid centraal staat. Vragen die daarbij gesteld worden zijn: welke keuzes maken we nu en welke consequenties heeft dit voor de toekomst? SLO moet hiervan de vertaalslag maken naar het onderwijs. Tijdens de VN-top over Duurzame Ontwikkeling in Johannesburg in 2002 is afgesproken om gedurende tien jaar (2005-2014) speciale aandacht te geven aan educatie voor duurzame ontwikkeling. Twentevisie 08/2005
Internationaal gezien is UNESCO de coördinator van het project. In Nederland vertaalt de uitvoering van DESD zich in het programma Leren voor Duurzame Ontwikkeling (LvDO). Sinds kort gaat trainingsbureau Search & Results Trainingen verder onder de naam VMR Training en Coaching. Doel hiervan is om meer eenheid te creëren binnen de VMR Partners groep, die naast VMR bestaat uit Sales 4C en Sales Agents. De afkoring VMR staat voor Verander Met Resultaat. Overheidsinstanties stellen onredelijke selectie-eisen aan bedrijven die in aanmerking willen komen voor overheidsopdrachten, vindt tweederde van de ondernemers. Door die eisen - en door de papieren rompslomp - hebben veel bedrijven de overheid als opdrachtgever vrijwel afgeschreven. Dit concludeert VNO-NCW uit een onderzoek onder 948 ondernemingen. Om een professionalisering van overheidsaanbestedingen te bereiken zal VNO-NCW Twente gemeenten binnenkort oproepen om de problematiek te bespreken en gezamenlijk concrete acties te benoemen. Kantoorinrichter Ahrend betrekt in Hengelo een nieuwe locatie aan de Pasmaatweg, die ingrijpend zal worden verbouwd volgens het nieuwe inrichtingsconcept. De nieuwe vestiging zal medio oktober 2005 operationeel zijn en begin 2006 officieel worden geopend. In 2007 is Ahrend 50 jaar in Hengelo gevestigd. De World Trade Center Association (WTCA) heeft op de jaarvergadering in Sjanghai (China) besloten Hengelo een licentie voor een WTC te verlenen. De maandenlange voorbereiding en lobby door het projectbureau Hart van Zuid, uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van wethouder Hans Kok, hebben hiertoe geleid. Hengelo heeft de aanvraag ingediend met steun van de Netwerkstad Twente, de Kamer van Koophandel, de Städtedreieck Münster-Osnabrück-Netwerkstad en de Euregio. Het Twentse WTC wordt het elfde in Nederland en zal zich voornamelijk richten op de thema’s kennis en technologie. In totaal bestaan er wereldwijd inmiddels meer dan driehonderd World Trade Centers, verspreid over grote steden in honderd landen. Meer dan 750.000 bedrijven zijn aangesloten bij het WTC-netwerk. Netwerkstad Twente, het samenwerkingsverband van de gemeenten Almelo, Borne, Hengelo en Enschede, heeft eind augustus een aanvraag ingediend voor het lidmaatschap van Eurocities. De Netwerkstad voldoet als stedelijk netwerk met een Europese dimensie aan de formele toetredingseisen voor een ‘full membership’. Eurocities is een netwerk van 120 grotere steden in 30 Europese landen. ‘Grotere steden’ wil zeggen met meer dan 250.000 inwoners. Het
De restauratie van het voormalige postkantoor in Deventer heeft de originaliteitsprijs in de wacht heeft gesleept in de verkiezing voor de beste leerlingbouwplaats in noordoost Nederland.
stedelijke gebied van Netwerkstad Twente telt zo’n 330.000 inwoners. De onafhankelijke zakelijke bancaire raadgever Credion in Enschede breidt haar activiteiten in Twente uit, omdat, volgens manager Edwin Arens, in Twente een sterke behoefte is aan advies en begeleiding in zakelijke financieringen. Per 1 september is Ruud Rosenberg toegetreden tot het management van Credion Twente en samen adviseren Arens en Rosenberg ondernemers bij zakelijke financieringsvraagstukken. Credion heeft een landelijk dekkend netwerk van 26 advieskantoren.
De directie van Credion, Edwin Arens en Ruud Rosenberg
Een greep uit de faillissementen in de periode 27 augustus tot en met 23 september die de Rechtbank aan de Kamer van Koophandel heeft doorgegeven. Let wel, tussen het verschijnen van deze uitgave en de uitspraak van de rechtbank kunnen er wijzigingen ontstaan. Voor de actuele situatie kan men terecht bij het handelsregister, tel. 0900-1234567. Denekamp: Metaalbedrijf Mewaho B.V., Agrinovi B.V., Bririch B.V.; Enschede: Agenturen- en Commissiehandel J.L. Zandt B.V., Handelsmaatschappij Wibex B.V., TGI Diepdruktechniek B.V.; Haaksbergen: Eurodis Electron Holding B.V.; Oldenzaal: Zero Vision B.V., MG Enterprising B.V. ■
Persberichten kunnen per e-mail worden toegestuurd aan
[email protected]. Tekst als word-bestand, eventuele foto’s of ander illustratiemateriaal als jpeg, 300 dpi. Eventueel per post: MediaSales Nederland B.V., Postbus 702, 7550 AH Henelo.
19
interview | doekle terpstra
omgeving van Calimero’ de uiteindelijk in de WAO. Witmarsum was 40 jaar geleden een bekrompen, gereformeerd dorp. “Ik denk op een mistroostige manier terug aan mijn jeugd. Ik heb wel gezien wat het met mensen doet als je hun het werk ontneemt. Mijn vader verloor zijn identiteit. Toen heb ik geleerd dat werk veel meer is dan geld verdienen. Daar lag ook de basismotivatie om het vakbondswerk te doen.” In Kampen ontplooide Terpstra zich. “Ik heb in Kampen, als het gaat om boekenkennis, niets geleerd. Maar anderzijds heb ik daar alles geleerd. Ik kwam in aanraking met relaties, met andere religieuze opvattingen.” Hij is nog lid van de PKN-kerk. “Maar daar kan ik helemaal niks mee, dat voel ik ook helemaal niet. Ik ben gereformeerd geboren en ik ga gereformeerd dood. Ik ben wel het exclusiviteitsdenken kwijtgeraakt. Vroeger vond ik dat wij gereformeerden het toch wel goed hadden getroffen.” Het was in de tijd dat hij nauwelijks Nederlands sprak. “Ik voelde mij allochtoon tussen de Amsterdammers en Rotterdammers. Ik was gewend om in het Fries te spreken, te denken en te communiceren.” Iedereen had een mening, Terpstra vond zichzelf in die tijd stil, onzeker en naïef. Medestudenten zoals CDAkamerlid Verburg herinneren zich dat anders: “Doekle was in die periode toch ook wel iemand die opvattingen had over zaken.” Het doet Terpstra goed. Lachend: “Of ze durft het nu niet meer te zeggen.”
Kroonlid
Geen concurrentie Terpstra was toe aan een nieuwe uitdaging, maar ook de HBO-Raad wilde na de bedaarde Leijnse wel een ‘breedbekkikker’ met contacten tot in de hoogste kringen, verstand van zaken maar ook een man die de publiciteit gemakkelijk kan vinden. Want waar ze bij het CNV (in de strijd met het FNV) last hebben van het Calimero-gevoel, hebben ze ook bij het HBO een minderwaardigheidsgevoel ten opzichte van de elitaire universitaire wereld. “Ik gedij erg goed in de omgeving van Calimero. De hogescholen met 30.000 werknemers zouden geweldig trots moeten zijn op wat ze doen. Er zit veel creativiteit, veel innovatie. Twentevisie 08/2005
Maar wij moeten niet belanden in een competitie met de universiteiten.” PvdA-fractievoorzitter Bos pleitte onlangs om de ‘schotten’ weg te halen. “Dat is weer zo’n verhaal om horendol van te worden. Hogescholen zijn geen onderwijsinstellingen meer, maar echte kennisinstituten. Dat stelt andere eisen aan docenten. Die worden coach, maar die moeten anderzijds zelfs acquisitie plegen om projecten binnen te halen. Bos heeft daar niets van begrepen.”
Kampen De vader van Doekle Terpstra was een boer zonder land, hij werkte in een fabriek en beland-
In zijn CNV-tijd is hij tot twee maal toe gevraagd voor de kamer (CDA). “Ik zit in een commissie van het CDA die nadenkt over het verkiezingsprogramma voor 2007.” Een ministerschap graag, staatssecretaris wellicht, maar de kamer in, nee. “Wat ik wel graag zou worden is onafhankelijk kroonlid van de SER. Toen ik bij het CNV wegging, moest ik die taak ook opzeggen en dat ging me wel aan het hart.” Van de HBO-Raad mag het. Sterker nog, ze stimuleren het zelfs. “Maar ik ben nog aan het nadenken over wat ik wel en niet doe. In mijn woonplaats Leerdam ben ik voorzitter van het Glasmuseum geworden.” En hij is voorzitter geworden van het ICCO, de grootste ontwikkelingsorganisatie in Nederland (groter dan de Novib). En hij wordt gemiddeld zo’n drie keer per week gebeld door headhunters met baantjes en commissariaten. “Dat vind ik nog steeds ongelooflijk.” ■
21
In Kampen ging de wereld open voor Doekle Terpstra
‘Ik gedij erg goed in de (door Jan Medendorp) Op de site van de HBORaad staan de zes uitdagingen voor Doekle Terpstra keurig opgesomd. Hij is uit de spotlights als CNV-voorzitter (“het is voor mijn persoonlijke ontwikkeling heel goed een pas op de plaats te maken”), maar deed zichzelf geen geweld aan toen naar buiten kwam dat óók voorzitters van colleges van bestuur van HBO-instellingen weinig maat kennen als ze zichzelf mogen salariëren. Hij vindt sommige salarissen ook erg hoog en pleitte voor een convenant waarin afspraken worden vastgelegd. Hij is in de wereld van het hoger onderwijs overigens geen onbekende, want hij was jarenlang bij hogeschool Windesheim (Zwolle) lid van de Raad van Toezicht. Hij is sowieso verknocht aan Overijssel. “In Kampen ging voor mij de wereld open.” Zijn ‘finest hour’ was zijn toespraak (op 2 oktober vorig jaar) op het Amsterdamse Museumplein tijdens de massale demonstraties tegen het kabinetsbeleid. Het volk lag aan zijn voeten. In die periode kwam zijn vriendschap met de bewindslieden Balkenende en De Geus onder zware druk te staan. En ook binnen het CNV was niet iedereen zijn vriend meer. Dat het CNV actie voerde, oké, maar recalcitrantie van de voorman werd niet door iedereen in die christelijke geledingen gepruimd. Ze waren de lawaaipapegaai Terpstra zat en waren blij dat hij naar de HBO-Raad ging. “Die indruk heb ik niet. Ik ben ervan overtuigd dat als ik nog een paar jaar had willen blijven bij het CNV, ik van harte welkom was geweest. En ik had het ook nog wel een paar jaar willen doen. Mijn verstand zei ‘het is verstandig om te stoppen’, maar mijn gevoel zei ‘doe dit nog maar een poosje, want het vakbondswerk is voor jou zo belangrijk’. Ik heb met veel spijt de voorzittershamer neergelegd.”
‘Ik heb in Kampen, als het gaat om boekenkennis, niets geleerd. Maar anderzijds heb ik daar alles geleerd’ Bij zijn afscheid op 21 april ‘droogde’ Balkenende Terpstra op een geweldige manier af. “De hele zaal lag helemaal blauw van het lachen. Het voelde als een persoonlijke verzoening. Dat heeft mij heel erg goed gedaan.”
20
Doekle Terpstra wordt tot op de dag van vandaag gebeld door headhunters. Hij wil niet de kamer in, wel zou hij graag onafhankelijk SER-lid worden.
Oubollig Het CNV was zijn jas. Het CNV was Terpstra en omgekeerd. De man die opgroeide op de boerderij in het Friese Witmarsum kwam op 49-jarige leeftijd in het circus van pruiken en petjes dat altijd bij de opening van het schooljaar wordt opgevoerd. “Ach, ik zit niet bij de universiteit, ik zit bij de hogeschool en daar is dat een stuk minder. Ik heb de overstap gemaakt omdat ik het leuk vind om mee te denken over hoe we het talent van mensen zo goed mogelijk kunnen aanboren.” Als introductie heeft Terpstra in de afgelopen maanden een rondje
gemaakt langs scholen, bestuurders en studenten. Geschrokken van de verzakelijking? De nieuwe generatie gaat niet meer de barricaden op. “Er is veel veranderd. Ik ben 29 jaar geleden begonnen op de toenmalige sociale academie van Kampen, de IJsselpoort. Ik heb daar de wereld ontdekt, maar het was me toch een oubolligheid in die tijd. In die zin is er wel heel veel veranderd. Het is geprofessionaliseerd, het is zakelijker geworden, maar er wordt goed nagedacht over hoe het jonge talent klaargestoomd kan worden voor de samenleving.” Twentevisie 08/2005
interview | doekle terpstra
omgeving van Calimero’ de uiteindelijk in de WAO. Witmarsum was 40 jaar geleden een bekrompen, gereformeerd dorp. “Ik denk op een mistroostige manier terug aan mijn jeugd. Ik heb wel gezien wat het met mensen doet als je hun het werk ontneemt. Mijn vader verloor zijn identiteit. Toen heb ik geleerd dat werk veel meer is dan geld verdienen. Daar lag ook de basismotivatie om het vakbondswerk te doen.” In Kampen ontplooide Terpstra zich. “Ik heb in Kampen, als het gaat om boekenkennis, niets geleerd. Maar anderzijds heb ik daar alles geleerd. Ik kwam in aanraking met relaties, met andere religieuze opvattingen.” Hij is nog lid van de PKN-kerk. “Maar daar kan ik helemaal niks mee, dat voel ik ook helemaal niet. Ik ben gereformeerd geboren en ik ga gereformeerd dood. Ik ben wel het exclusiviteitsdenken kwijtgeraakt. Vroeger vond ik dat wij gereformeerden het toch wel goed hadden getroffen.” Het was in de tijd dat hij nauwelijks Nederlands sprak. “Ik voelde mij allochtoon tussen de Amsterdammers en Rotterdammers. Ik was gewend om in het Fries te spreken, te denken en te communiceren.” Iedereen had een mening, Terpstra vond zichzelf in die tijd stil, onzeker en naïef. Medestudenten zoals CDAkamerlid Verburg herinneren zich dat anders: “Doekle was in die periode toch ook wel iemand die opvattingen had over zaken.” Het doet Terpstra goed. Lachend: “Of ze durft het nu niet meer te zeggen.”
Kroonlid
Geen concurrentie Terpstra was toe aan een nieuwe uitdaging, maar ook de HBO-Raad wilde na de bedaarde Leijnse wel een ‘breedbekkikker’ met contacten tot in de hoogste kringen, verstand van zaken maar ook een man die de publiciteit gemakkelijk kan vinden. Want waar ze bij het CNV (in de strijd met het FNV) last hebben van het Calimero-gevoel, hebben ze ook bij het HBO een minderwaardigheidsgevoel ten opzichte van de elitaire universitaire wereld. “Ik gedij erg goed in de omgeving van Calimero. De hogescholen met 30.000 werknemers zouden geweldig trots moeten zijn op wat ze doen. Er zit veel creativiteit, veel innovatie. Twentevisie 08/2005
Maar wij moeten niet belanden in een competitie met de universiteiten.” PvdA-fractievoorzitter Bos pleitte onlangs om de ‘schotten’ weg te halen. “Dat is weer zo’n verhaal om horendol van te worden. Hogescholen zijn geen onderwijsinstellingen meer, maar echte kennisinstituten. Dat stelt andere eisen aan docenten. Die worden coach, maar die moeten anderzijds zelfs acquisitie plegen om projecten binnen te halen. Bos heeft daar niets van begrepen.”
Kampen De vader van Doekle Terpstra was een boer zonder land, hij werkte in een fabriek en beland-
In zijn CNV-tijd is hij tot twee maal toe gevraagd voor de kamer (CDA). “Ik zit in een commissie van het CDA die nadenkt over het verkiezingsprogramma voor 2007.” Een ministerschap graag, staatssecretaris wellicht, maar de kamer in, nee. “Wat ik wel graag zou worden is onafhankelijk kroonlid van de SER. Toen ik bij het CNV wegging, moest ik die taak ook opzeggen en dat ging me wel aan het hart.” Van de HBO-Raad mag het. Sterker nog, ze stimuleren het zelfs. “Maar ik ben nog aan het nadenken over wat ik wel en niet doe. In mijn woonplaats Leerdam ben ik voorzitter van het Glasmuseum geworden.” En hij is voorzitter geworden van het ICCO, de grootste ontwikkelingsorganisatie in Nederland (groter dan de Novib). En hij wordt gemiddeld zo’n drie keer per week gebeld door headhunters met baantjes en commissariaten. “Dat vind ik nog steeds ongelooflijk.” ■
21
DutCH4 wil meer vaart achter rijden op aardgas
achtergrond | brandstof
’Twente is belangrijke markt’ (door Martin Steenbeeke) Het kabinet lijkt serieus werk te maken van aardgas als brandstof voor voertuigen. Staatssecretaris Van Geel wil dat alle stadsbussen, vuilniswagens, taxi’s en vrachtwagens in binnensteden op aardgas gaan rijden. Het is schoner, stiller en goedkoper dan de gangbare brandstoffen. De aardgasexploitant, met kantoren in Almelo en Nieuw Vennep, ziet Twente als een van de belangrijkste markten. “Hier heb je veel grensoverschrijdend verkeer en dit is ook de thuisbasis van veel aannemers die dagelijks op de weg zitten,” zegt commercieel manager Peter Commandeur van DutCH4. Uit het oogpunt van concurrentie zou het volgens hem goed zijn voor het oostelijke bedrijfsleven om aardgas in de tank te kunnen gooien, omdat Duitse bedrijven dit wel massaal doen. In Duitsland zijn honderden aardgaspompen. “Er is nu sprake van concurrentievervalsing.” Commandeur heeft zijn camper strategisch geparkeerd bij het Texaco-tankstation in Hengelo-Zuid. Vanuit de camper heeft hij goed zicht op het aantal “autobewegingen” en welke grote bedrijven hier regelmatig tanken. DutCH4 is voornemens op deze locatie een aardgaspomp te bouwen en te exploiteren. De exploitant van het tankstation is wel geïnteresseerd in een aardgaspomp maar wil zelf geen risico lopen. Wie legt het geld op tafel als blijkt dat de pomp onrendabel is? Het is het bekende kip-ei verhaal. Automobilisten willen wel op aardgas rijden maar zien dat er te weinig aardgaspompen zijn; de benzinepompexploitanten willen wel aardgas aanbieden, maar merken dat er weinig vraag naar is. Vandaar dat DutCH4 zelf de exploitatie ter hand neemt van nieuwe aardgaspompen. In Twente zijn zeven nieuwe aardgaspompen gepland terwijl het bedrijf ook in West- en Noord-Nederland forse expansieplannen heeft. Als alle plannen realiteit worden, betekent dit een forse uitbreiding van het openbare netwerk van aardgaspompen, dat tot dusver slechts drie vulpunten (Haarlem, Schiphol en Almelo) telt. De Almelose pomp is in handen van Cogas, maar plannen van dit energiebedrijf om meer aardgaspompen op te zetten, zijn niet gelukt. Het opzetten en exploiteren van nieuwe vulstations is eerder dit jaar door Cogas overgedragen aan DutCH4; Cogas blijft leverancier van het aardgas. › Twentevisie 08/2005
Het kabinet lijkt serieus werk te maken van aardgas als brandstof voor voertuigen. Het is schoner, stiller en goedkoper dan de gangbare brandstoffen. De Haagse animo is een forse steun in de rug voor DutCH4, aldus commercieel manager Peter Commandeur.
25
‘We hopen het stadion met korting in ons bezit te krijgen’
Het huishoudboekje (door Eddy van der Ley) De begroting van 14 miljoen euro is veruit de hoogste uit de clubgeschiedenis. De nieuwe hoofdsponsor Arke betaalt aanzienlijk meer dan voorganger Zwanenberg. En de uitbreidingsplannen van het Arke Stadion staan op het punt om geconcretiseerd te worden. Wie niet beter weet, zou FC Twente een hoge graad van economische hoogconjunctuur toedichten. Niets is echter minder waar. “Spelers kopen? Wij? No way! We moeten vooralsnog iedere euro omdraaien,” waakt directeur Johan Plageman voor een al te getroebleerd zicht op de werkelijkheid. Om de Twentse variant van het ‘Marshallplan’ nog maar eens te citeren: FC Twente staat (nog
steeds) in de steigers - en stevig ook. De zure regen van jarenlang financieel wanbeleid sijpelt nog dagelijks door tot in alle hoeken en spelonken van het Arke Stadion, de werkkamer van Johan Plageman inbegrepen. De directeur zal het niet toegeven, maar hij moet zich soms een gevangene voelen van de financiële beperkingen. Wil hij het contract van Jason Culina tussentijds openbreken en verlengen, wordt hij bijkans weggehoond door diens zaakwaarnemer Sören Lerby! Los nog van de ethische opvattingen over betalingen aan voetballers of de redelijkheid van prijs-kwaliteit-verhoudingen: leuk is het niet om zo’n speler, al dan niet gesouffleerd door zijn manager, in de pers te horen roepen ‘wel graag als een prof betaald te willen worden’. Verkeerd geciteerd? Kom op, zo lusten we er nog wel een paar. Culina wil betaald worden naar prestatie, punt uit. En het aanbod van FC Twente vond hij om te huilen. Van het lachen dan.
Winst Moraal van het verhaal: het financiële korset is extreem strak aangesnoerd. Het is geen kwestie van willen, maar van moeten. Wil FC Twente de gezondmakingsoperatie volgens de planning voltooien, dan is discipline vereist en mag er onderweg geen eurocent verloren gaan. Toch is de situatie op dit moment best stabiel. Wie sec naar de begroting kijkt, ziet dat FC Twente in het huidige boekjaar afstevent op een winst van zeven ton. Zoals ook in het voorbije seizoen een kleine winst (een ton) aan de strijkstok van de jaarrekening is blijven hangen. Het betreft de positieve effecten van het reddingsplan ‘FC Twente in de steigers’. Edoch, de spoken uit het verleden zijn verre van verjaagd. Tot op de dag van vandaag torst de club een negatief eigen vermogen van 4,2 miljoen euro en een totale schuldenlast van circa 12 miljoen euro met zich mee. “Ik heb de indruk,” zegt Plageman, “dat die situatie door de positieve ontwikkelingen van de afgelopen periode nog wel eens wordt onderschat. Maar werkelijk elke cent van de jaarwinst wordt besteed aan aflossingen. Het betalen van afkoopsommen voor nieuw aan te trekken spelers is daarom voorlopig niet aan de orde.”
Uitbouw noodzakelijk Johan Plageman: “We praten niet meer over salarissen en transfersommen. Dat heb ik vorig jaar in jullie blad wel gedaan en daar was niet iedereen blij mee.”
28
In weerwil van de financiële onmogelijkheden is de uitbouw van het Arke Stadion bittere noodzaak. Wil FC Twente de schuldenlast kunnen wegwerken, dan zullen er beduidend meer
inkomsten moeten worden gegenereerd. Hoewel de plannen voorzien in een stadion met een capaciteit van 26.000 toeschouwers, denkt FC Twente vooralsnog aan een verbouwing in fasen. Het eerste deelproject betreft de uitbouw van de lange zijde tegenover de hoofdtribune, goed voor 4.000 extra plaatsen en een reeks van commerciële faciliteiten. Het begin van de bouw staat gepland voor mei 2006, de afronding voor december 2006. “We hopen dat de gemeente Enschede ons binnenkort de vergunningen verstrekt,” zegt Plageman, in het volle besef dat er nog enkele beren op de weg (kunnen) opdoemen. “Het aanleggen van een nieuwe infrastructuur rondom het stadion én Go Planet is door de ligging niet eenvoudig We hopen echter dat de eerste uitbouw niet onder die problematiek hoeft te lijden.”
Teruggestort Hoe FC Twente deel 1 wil financieren? “Deels uit eigen middelen, deels door externe, aan FC Twente gelieerde financiers en we kijken toch ook naar de gemeente Enschede.” Oei, daar snijdt Plageman een heikel thema aan, gelet op de - eufemistisch gesteld - broze verhoudingen tussen club en gemeente. Nadat Enschede FC Twente met een lening van zes miljoen euro voor een val in de afgrond behoedde, ontstond er een conflict over de wijze van aflossen. FC Twente betaalde 1,3 miljoen euro terug, in de hoop vijf jaar lang van aflossingen gevrijwaard te blijven, maar de gemeente hield star vast aan de afgesproken deal, die voorziet in een jaarlijkse aflossing van 240.000 euro. Plageman: “We hebben die 1,3 miljoen teruggestort gekregen en achteraf gezien komt ons dat niet slecht uit, want het geld kunnen we nu aanwenden voor de uitbouw van het nieuwe stadion. Overigens is de verhouding met de gemeente Enschede inmiddels al een stuk beter dan in het verleden. Dat heeft alles te maken met de nieuwe burgemeester. Ik heb de indruk dat Den Oudsten meer open staat voor FC Twente dan zijn voorganger Mans.”
Eigen beheer Hoe dan ook, nog voordat de uitbouw begint, hoopt FC Twente het Arke Stadion in eigen beheer te krijgen. “Het is altijd handiger om te bouwen op iets dat van jezelf is. Dat maakt het allemaal een stuk overzichtelijker en makkelijker.” De club heeft de founders een voorstel tot overname gedaan. “We hopen het stadion met Twentevisie 08/2005
financieel | fc twente
van FC Twente korting in ons bezit te krijgen. En binnenkort krijgen we daarover uitsluitsel.” FC Twente, dat tot dusverre huurde, zal in dat geval de hypothecaire lening aan de ABN Bank van de founders overnemen. Het eigendomsrecht van het Arke Stadion is één van de ijkpunten uit het laatste fase van het driejarenplan ‘FC Twente in de steigers’. Een ander gewichtig thema: wat doet Twente Support? Blijft dit fonds van vijftig sponsors jaarlijks een half miljoen euro doneren om de kwaliteit van de selectie op peil te houden? “We zitten met Twente Support in het laatste jaar,” beseft Plageman, “maar ook de komende jaren zouden we hun financiële hulp erg goed kunnen gebruiken, dat is duidelijk. Aan ons de taak om de afspraken te continueren, maar ik heb er wel een goed gevoel over. Het zijn stuk voor stuk mensen met een hart voor FC Twente.”
N’Kufo Met het geld van Twente Support zou de club de komende jaren bijvoorbeeld een deel van het salaris van Blaise N’Kufo kunnen betalen. Tot veler verrassing verlengde de spits zijn contract met FC Twente onlangs tot 2009. “Dat was ook voor mij opmerkelijk. Nadat de voelhorens van beide kanten al een beetje uitgestoken waren, kwam Blaise op een donderdag naar me toe. Zonder zijn zaakwaarnemers te hebben ingeschakeld, zei hij: ben je bereid om het salaris dat je mij wilt betalen, op papier te zetten. Nou, dat heb ik gedaan. Ter vergelijking heeft Blaise zijn oude contract erbij gepakt - nota bene in de Nederlandse taal - en de volgende dag was de zaak gepiept en zette hij zijn handtekening. Heel prettig om zo zaken te doen met een voor FC Twente zeer belangrijke speler.” N’Kufo voelt zich happy in Twente, want hij heeft de gelimiteerde transfersom laten varen. “Mochten er nog clubs belangstelling hebben, dan kunnen wij de hoogte van de afkoopsom nu zelf naar redelijkheid bepalen,” zegt Plageman, die het salaris van de Afrikaanse Zwitser niet publiekelijk wil maken. Feit is dat N’Kufo - wiens komst is gefinancierd door de zakenlieden Lunter en Brandriet - niet meer is gaan verdienen dan de jaarwedde van 300.000 euro uit zijn oude contract. “Maar we praten niet meer over salarissen en transfersommen. Dat heb ik vorig jaar in jullie blad wel gedaan en daar was niet iedereen blij mee.” Twentevisie 08/2005
Ook inzake Jason Culina houdt Plageman de lippen (dus) stijf op elkaar. Eind augustus probeerde PSV de Australiër tussentijds over te nemen, maar de directeur deed het bod uit Eindhoven af als ‘veel te laag’. “Uit economische gronden zou je kunnen zeggen: we pakken nu het geld, omdat we het risico lopen dat Jason na dit jaar voor niets de deur uitloopt. Maar in dit geval hebben wij voor sportieve
overwegingen gekozen. Culina is simpelweg een te belangrijke speler voor ons. Gelukkig zijn we in de omstandigheid om zo’n keuze te kunnen maken.” En, nog even terugkomend op de mogelijke contractverlenging van de schaduwspits: “Ik zal binnenkort zeker nog even bij hem aankloppen. Wie weet is het verschil tussen vraag en aanbod intussen wat kleiner geworden.” ■
Huishoudboekje FC Twente Begroting
Inkomsten
Uitgaven
2003/2004
11,3 miljoen euro
12,1 miljoen euro
2004/2005
11,7 miljoen euro
11,7 miljoen euro
2005/2006
14,0 miljoen euro
13,3 miljoen euro
Baten
2003/2004
2004/2005
2005/2006
Sponsoring
64%
66%
59%
Recettes
17%
17%
15%
Tv-rechten
13%
13%
22%
Overige baten
6%
4%
4%
Lasten
2003/2004
2004/2005
2005/2006
Personeelskosten
67%
65%
66%
Wedstrijdkosten
5%
5%
5%
Kosten vervoer
1%
1%
1%
Huisvesting
9%
10%
10%
Algemene kosten
4%
5%
5%
Kapitaalkosten
12%
11%
10%
Commerciële activiteiten Capaciteit
Bezet
Business-seats
423
390
TOS-stoelen
854
612
Gouden Aktie-stoelen
402
341
Capaciteit
Verkocht
Gereserveerd tegenpartij
13.250
12.000
800
Seizoenclubkaarten
Hoofdsponsor: Stersponsors: Partner in business: Subsponsor: Kledingsponsor: Partner Eredivisie CV:
Arke Menzis Zorg en Inkomen, Zwanenberg Food Group, Grolsch, Asito, Versatel Ruesink Automobielbedrijven,Switch Automatisering ING Bank UMBRO Sponsor Loterij, Unit 4 Agresso, Center Parcs, Amstel Bier, Super Plus Supermarkten
29
Vrijblijvend persoonlijk advies? Kijk op www.twentevisie.nl
column | personeel en organisatie
De leidinggevende als alleskunner? Stimuleren, de visie van het bedrijf uitdragen én betrokken en adequaat inspelen op verzuim- en reïntegratieproblemen. De moderne leidinggevende weet al deze ballen hoog te houden. Of toch niet? Hoefden leidinggevenden vroeger slechts werk te verdelen en te zorgen dat alles binnen budget en planning bleef, tegenwoordig moeten ze bijkans omnipotent zijn en hun team tot grote hoogtes inspireren. Coachend leiderschap heet dat. De afgelopen twee jaar is er nog een rol bijgekomen: regisseur van het wel en wee op het gebied van verzuim en reïntegratie binnen het team. Veel organisaties schuiven hun leidinggevenden een centrale rol toe binnen het verzuimbeleid. Een logische ontwikkeling, want wie kan beter de vinger aan de pols houden binnen een team dan de manager? Toch gaan veel organisaties er iets te gemakkelijk van uit dat hun leidinggevenden deze nieuwe taak met glans zullen vervullen. Deze nieuwe rol vereist een manier van leidinggeven die veel leidinggevenden nu nog vreemd is. Circa eenderde van verzuim is terug te brengen op echte medische oorzaken, de rest komt door psychische problemen, veroorzaakt door de situatie thuis, op het werk of beide. Hier moet dus over gepraat worden en vaak zijn dat heel persoonlijke gesprekken. Veel managers schrikken daar van terug. Het is ook een reden waarom een mix van mannen en vrouwen in het management belangrijk is. Vrouwen hebben over het algemeen nu eenmaal meer gevoel voor de invloed van de persoonlijke situatie op het werk en kunnen er vaak beter op reageren.
Gebrek aan vertrouwen Met de medewerker praten over persoonlijke problemen en daarvoor gezamenlijk een oplossing zoeken vereist respect, betrokkenheid en bovenal vertrouwen. En daar ontbreekt het nogal eens aan in een team. In onderzoeken bij klanten zien we geregeld dat de relatie tussen leidinggevende en teamlid niet lekker loopt. Soms is het zelfs zo dat problemen tussen deze twee de oorzaak zijn van verzuim. Meestal gaat hieraan een geschiedenis vooraf waarin gebrek aan vertrouwen een hoofdrol speelt. Organisaties zullen deze problemen moeten oplossen als ze hun leidinggevenden een centrale rol willen geven in hun verzuimbeleid. Twentevisie 08/2005
Verder is de manier waarop de leidinggevende zijn rol als coachend manager vervult essentieel voor het respect en vertrouwen binnen een team. Een organisatie moet een leidinggevende de juiste tools meegeven, anders verliest hij zijn geloofwaardigheid als coach. En dat is funest, ook als het aankomt op zijn taken rond verzuimpreventie. Een goed voorbeeld is het uitdragen van de visie van het bedrijf. Veel organisaties verwachten dat hun managers dat met verve doen. Maar als je dan leest wat die visie allemaal behelst, lijkt het bijkans onmogelijk dat wie dan ook dat goed weet over te brengen. Hou het daarom simpel en geef aanwijzingen hoe leidinggevenden de visie kunnen vertalen naar doelstellingen voor hun eigen team. Steeds meer medewerkers vervreemden van de doelstellingen van hun werkgever. Hun rol in het grote geheel wordt voor henzelf steeds onduidelijker, onder andere door globalisering en ICT. Mensen voelen zich vervreemd, maar zouden wel heel graag meer invloed wíllen hebben op het proces en bij wíllen dragen aan de visie van het bedrijf. De meest effectieve managers weten uiteindelijk een vruchtbare match te creëren tussen de behoeften van de organisatie en die van de medewerkers.”
schien zit zijn grootste meerwaarde juist in het feit dat hij zo’n goede verkoper is. Het is voor een organisatie dan ook belangrijk om te bepalen aan welke competenties leidinggevenden in dat bedrijf moeten voldoen. Heb je dat eenmaal vastgesteld, dan kun je mensen daar ook eerlijk en open op beoordelen. ■
Geen automatische promoties Helaas zijn er ook managers waarvoor de lat een flink stuk buiten bereik ligt. De balans vinden tussen een resultaatgerichte en betrokken werkhouding is voor sommigen moeilijk te vinden. Goed management is ten dele te leren, en daarom is Arbo Unie ook actief op het gebied van managementtrainingen, mentoring en coaching. Maar we kunnen ook vaststellen dat in Nederland bij falend leiderschap meestal pas laat wordt ingegrepen. Als wij een organisatie begeleiden bij het betrekken van leidinggevenden in hun verzuimbeleid, blijkt vaak dat één of twee mensen dat niet aankunnen. Daar moet je als organisatie je conclusies uit durven trekken. En je moet je afvragen hoe je kunt voorkomen dat mensen die niet geschikt zijn voor leidinggevende functies, daar toch in terechtkomen. Via een trainee-traject kun je jonge managers geleidelijk aan hun nieuwe rol laten wennen en ingrijpen als het niet bij hen blijkt te passen. En laat medewerkers nooit zomaar promoveren. Een goede verkoper die een bepaald aantal jaren bij de zaak werkt, hoeft niet automatisch een goede manager te zijn. Integendeel, mis-
Gert Jan Beens Regiodirecteur bij Arbo Unie
33
Ex-profvoetballer van FC Twente trotseert de recessie in medialand
interview | sportblad
Nieuw voetbalblad (door Eddy van der Ley) Wie in de huidige tijd een (voetbal)blad in de markt zet, moet welhaast over kamikazeneigingen beschikken. Ex-profvoetballer Clemens Zwijnenberg en zijn compagnon Erwin Versteeg laten zich echter niet afschrikken door de recessie in medialand. Met onverholen trots presenteren zij Koploper Magazine, een blad dat zich richt op de bovenlaag van het regionale amateurvoetbal. Zoals hij ooit in letterlijke zin pleegde te scoren voor FC Twente, Feyenoord, NAC, Bristol City en Oostenrijkse Austria Lustenau, zo wil de zakenman Clemens Zwijnenberg dat nu in figuurlijke zin doen met Koploper Magazine. De 35-jarige Lossernaar, die zijn voetballoopbaan in 2000 door een onwillige knie vaarwel moest zeggen, denkt met het nieuwe, tweemaandelijkse periodiek een gat in de markt te hebben aangeboord. “Het binnenhalen van advertenties voor het eerste nummer was zo gepiept,” zegt hij. “Qua effectieve tijd hebben we daar misschien 15 uur voor nodig gehad. Veel mensen zijn razend enthousiast; zo heb ik nu al een boel advertenties binnen voor de komende vier nummers. Sommige bedrijven kloppen zelfs bij óns aan, omdat ze via via hebben gehoord dat er een interessant blad aan zit te komen. Dat soort reacties zie je tegenwoordig niet vaak meer. Toegegeven: dat het zo gemakkelijk zou gaan, hadden we zelf ook niet verwacht.”
Zaterdag- en zondagamateurs Volgens Zwijnenberg heeft de vooruitgesnelde populariteit alles te maken met het onderscheidende karakter van Koploper Magazine. Het blad richt zich op de bovenlaag van het zaterdag- en zondagamateurvoetbal, zijnde de hoofdklasse, eerste klasse en tweede klasse. “We brengen verhalen en interviews die je niet zo snel in de krant leest. Waarom is een voorzitter zo gek dertig uur per week in zijn club te steken, wat doet een speler in zijn vrije tijd, wat zijn de dromen van de amateur-trainer? In het eerste nummer vertelt topscorer Erwin Looms van Excelsior’31 bijvoorbeeld over zijn werk als begeleider van jeugdige criminelen en praat trainer Paul Krabbe van Sportclub Enschede over zijn verlangen om alsnog in het betaalde voetbal aan de slag te gaan. Dát zijn dingen waarin de volgers van het amateurvoetbal geïnteresseerd zijn, zo blijkt wel.” Twentevisie 08/2005
Ex-profvoetballer Clemens Zwijnenberg (rechts) en Erwin Versteeg presenteren Koploper Magazine, een blad dat zich richt op de bovenlaag van het regionale amateurvoetbal.
Eigen hand Koploper Magazine is een uitgave van de CommunicatieGroep Twente en wordt gedrukt door het Enschedese (grafische) bedrijf Set & Print. Hoewel het twee aparte rechtspersonen betreft, zijn beide bedrijven nauw aan elkaar gelieerd. Bij Set & Print is Versteeg directeur/ eigenaar en staat Zwijnenberg op de loonlijst als accountmanager annex vertegenwoordiger. Bij de CommunicatieGroep delen de twee mannen als compagnons de regie.
‘Mensen willen gewoon graag in ons blad staan, dat is de realiteit van het moment’ “In feite zijn we klant van onszelf. Dat heeft verschillende voordelen. De redactie is weliswaar in handen van Mediabureau Oost-Nederland, maar verder wordt het blad in zijn geheel gemaakt bij Set & Print. De opmaak, de druk, de productie, de verspreiding: we houden het allemaal in eigen hand, waardoor de financiële risico’s worden beperkt.”
Advertentievijver Door de grote mate van zelfwerkzaamheid kan de CommunicatieGroep relatief scherpe advertentietarieven hanteren. En dat is geen overbodige luxe, gelet op het feit dat ook de Twentsche Courant/
Tubantia en de weekbladen van Wegener met enig fanatisme hengelen in een steeds troebeler wordende advertentievijver. “Van een moordende concurrentie merken we vooralsnog niets,” zegt Versteeg. “Mensen willen gewoon graag in ons blad staan, dat is de realiteit van het moment. Ik denk ook niet dat we het van dezelfde doelgroep moeten hebben. Wij komen een keer in de twee maanden uit, dat is toch een wezenlijk verschil.” Toch denkt hij al voorzichtig aan de toekomst. “Als dit blad een succes wordt, willen we naar een hogere frequentie toe. Zoals we er ook aan denken om in andere regio’s te verschijnen.”
Voetbalkantines Koploper Magazine wordt gedrukt in een oplage van 4.000 stuks en komt vooralsnog te liggen in regionale voetbalkantines, bij FC Twente en Heracles Almelo, bij hotels, bij bedrijven die geadverteerd hebben en op andere publieke plaatsen. Ook wordt er een website aan het blad gekoppeld, voor actuele ontwikkelingen. Het magazine richt zich grof gezegd op Twente en wijde omgeving. De westelijke grens ligt bij Deventer, de noordelijke bij Ommen en Hardenberg en de zuidelijke bij Eibergen en Diepenheim. Zwijnenberg: “Maar uit de Achterhoek is er ook al veel belangstelling voor ons blad. Als het goed is, gaan we dus interessante en drukke tijden tegemoet.” ■
35
De hapjes en drankjes werden aangeboden door Twentse Catering Groep en Twentevisie
Memphis over gas, reclame, sensoren en advies
De gasten van Memphis (boven, v.l.n.r.): Peter Commandeur van DutCH4, Reclameman Peter Zeylmaker, Geert Braakman van Texas Instruments en Gerrit Ybema. Zij werden in een schaars verlichte TOS lounge gadegeslagen door vele belangstellenden.
36
impressie | memphis
Op 27 september zaten er bij de opnames van Memphis in het Arke Stadion vier gasten aan tafel bij Jan Medendorp en Martin Steenbeeke: Peter Commandeur van DutCH4 hield een pleidooi voor aardgas, Peter Zeylmaker maakte reclame voor reclame, Geert Braakman van Texas legde uit dat het goed gaat met Texas Instruments ondanks weer een reorganisatie en Oud-staatssecretaris Gerrit Ybema legde uit waarom Twentse gemeenten zijn advies bij grote projecten zo goed kunnen gebruiken.
De volgende opnames van Memphis vinden plaats op 1 november, 29 november, 3 januari, 31 januari, 28 februari, 28 maart, 2 mei en 30 mei om 17.00 uur in het Arke Stadion. Op 1 november zijn te gast oud-wereldkampioen schaatsen Hein Vergeer die zich na zijn carrière in de marketing heeft gestort, bestuursvoorzitter Peter de Ruijter van Staal Bankiers en Wim van den Heuvel van Binnenlands Container Terminals Nederland (over de ontwikkelingen bij de overslagterminal in Hengelo). Als u wilt worden geïnformeerd over de gasten en als u uitgenodigd wilt worden, kunt u zich voor de e-mailservice opgeven via www.twentevisie.nl.
De gasten van Memphis waren niet meteen cabaretiers, maar maakten sommige luisteraars toch het lachen 6006 LEUKER ADV TVaan 12-11-2004
11:46
Pagina 1
Nou, reken maar van yes.
”Leuker kunnen we het niet maken.”
Als fiscalist weten we alles, maar dan ook echt alles van de ingewikkelde en over en weer vliegende belastingwetgeving. En dat levert geheid hele leuke resultaten op.
M.H.Tromplaan 8, Enschede. Telefoon 053-4316161. www.bakxrombouts.nl
37
Vrijblijvend persoonlijk advies? Kijk op www.twentevisie.nl
column | online strategie
Softwareselectie Ondernemen is kiezen. Met het nodige fingerspitzen-gefühl en als het meezit een dosis geluk behaalt u uw bedrijfsdoelstellingen en kunt u aan het eind van de dag met een gerust gevoel de auto in en naar huis. De keuzes waar u als ondernemer voor staat zijn legio. Het kiezen van een ondernemingsvorm, uitbreiden of niet, selectie van personeel en vanzelfsprekend het kiezen van de juiste softwarematige ondersteuning van uw bedrijfsactiviteiten… Allemaal keuzes die bepalend kunnen zijn voor uw succes en waarvan de uitkomsten het succesgevoel niet altijd positief beïnvloeden. Voor al de keuzes gerelateerd aan automatisering heeft uw IT adviseur de expertise en ervaring in huis om u bij het maken ervan te ondersteunen. In dit artikel ga ik specifiek in op belangrijke stappen die u bij de selectie van softwarepakketten moet nemen.
Softwarepakketten In onze praktijk zien we duidelijk terug dat ondernemend Nederland weer durft te investeren in bedrijfssoftware. Voor een deel heeft dat te maken met optimisme naar de toekomst, maar dit is ook een logisch effect van de terughoudendheid op dat gebied in de afgelopen jaren. Wanneer u voor de keuze van een softwarepakket wordt gesteld, hebt u vaak een aantal keuzemogelijkheden. U kunt gaan voor een branchespecifiek pakket, maar ook voor een generiek pakket met de nodige finetuning en eventueel maatwerk om uw bedrijfsprocessen optimaal te ondersteunen. Mogelijk is een geïntegreerd pakket (ERP-oplossing) voor u de beste optie of juist een online applicatie als TKH Finance Online.
Vaststelling functionaliteit De basis van ieder selectietraject is gelegen in het formuleren van de eisen en wensen voor het pakket die binnen uw organisatie van toepassing zijn. Uw medewerkers stellen, eventueel met begeleiding van uw IT adviseur, een lijst op van variabelen die zij verwachten van het deel van de software dat zij gebruiken. Vervolgens wordt in projectverband vastgesteld in hoeverre sprake is van een harde eis dan wel een specifieke gebruikerswens. Houdt u er wel rekening Twentevisie 08/2005
mee, dat daarbij niet alleen de IT een rol speelt maar nadrukkelijk ook de organisatorische aspecten.
Leveranciersselectie Op basis van de vastgestelde eisen en wensen stelt u een lijst op met een selecte groep leveranciers die de beste aansluiting kunnen bieden op uw profiel. Bij het opstellen van deze lijst is ondersteuning van uw IT adviseur onontbeerlijk. Hij kent de markt en de eventuele branchespecifieke oplossingen. Mogelijk kan hij hierbij nog verrassende namen aanleveren. De leveranciers op deze zogenoemde longlist schrijft u aan met het verzoek aan te geven in welke mate zij met behulp van hun standaardapplicatie dan wel met aanvullend maatwerk kunnen voldoen aan de geformuleerde eisen en wensen. Vanzelfsprekend wordt hun gevraagd hierbij ook een indicatie te geven van het investeringsbedrag en de eisen die hun applicatie stelt aan de gehanteerde hardware.
Pakketselectie De geselecteerde leveranciers geven expliciet aan wat de in hun oplossing aanwezige standaard- en maatwerkfunctionaliteit zou zijn. Door hier een vergelijking tussen te maken kunt u een ‘shortlist’ samenstellen van pakketten waarmee u verder wilt in het selectietraject. Van de zijde van uw begeleidend adviseur kunt u hierbij de nodige achtergrondinformatie verwachten omtrent zaken als de verschillende dealers, de stabiliteit van deze organisaties zowel als de ontwikkelorganisatie en de flexibiliteit en schaalbaarheid van de applicatie.
U kunt op basis van deze informatie een onderbouwde keuze maken en samen met uw IT adviseur met vertrouwen de verdere onderhandelingen met de leverancier aangaan.
Kortom Het selecteren van software is een belangrijk traject. Uw organisatie zit er immer langere tijd aan vast en is voor het behalen van haar doelstellingen vaak in sterke mate afhankelijk van de kwaliteit van de keuze. Belangrijk bij dit traject is dat u goed wordt geadviseerd; een merkonafhankelijk en onpartijdige IT adviseur kan daarbij goede diensten bewijzen. Voor u betekent dit dat u minder tijd kwijt bent en dat de kans op een verkeerde beslissing wordt beperkt. U hoeft geen gebruik te maken van totale ondersteuning. Ook advies op deelgebieden kan voor u zeer waardevol blijken; in de aanloopfase, bij de selectie en natuurlijk ook bij de implementatie van de keuze waarmee u de toekomst in wilt gaan. Een organisatie die naast op het nodige ondernemersgeluk en fingerspitzen-gefühl kan steunen op goede beslissingen uit het verleden maken dat u als ondernemer met een goed gevoel de dagen aanvangt en afsluit. ■
Offerteaanvraag De leveranciers op de shortlist worden vervolgens in de gelegenheid een demonstratie te verzorgen die specifiek gericht is op uw procesgang. Hierbij moet nadrukkelijk aandacht worden besteed aan de mogelijk nog ontbrekende functionaliteit en de wijze waarop de applicatie binnen uw organisatie kan worden geïmplementeerd. Dit alles dus bij voorkeur op basis van een opgestelde casus uit de dagelijkse praktijk. Als resultaat van de demonstraties vraagt u vervolgens een offerte aan met daarin alle aspecten rondom de investering. Niet alleen de aankoopsom is van belang, ook zaken als eigendomsrechten, onderhoud van het pakket en verplichtingen over en weer komen daarbij aan de orde.
Jeroen Renard RE RA IT auditor bij Ten Kate & Huizinga te Enschede
39
Innoveren in verhuizen
achtergrond | verhuizen
De handyman van Grijpma
Directeur Leo Brant van UTS Grijpman: Elke verhuizing krijgt een projectmanager die er voor moet zorgen dat de overlast voor bedrijven tot een minimum wordt beperkt. Die projectmanager zorgt desgewenst zelfs voor de adreswijzigingen, het inpakken van de spullen en zelfs een selectie van de scholen voor de kinderen.”
(door Gerrit Strijbis) Nog niet zo lang geleden werd de inboedel van televisiester Paul de Leeuw verhuisd, momenteel zijn de verhuizers van Grijpma bezig de werkplek van 3.800 belastingwerknemers in Apeldoorn te verplaatsen. Van de economische recessie heeft hij minder last. Zoals makelaars het weinig interesseert of de klant grotere of kleinere werk/woonruimte zoekt, geldt dat ook voor de verhuizers. CMG vertrok niet uit luxe van Enschede naar Nieuwegein. Directeur Leo Brant: “Er verdwenen arbeidsplaatsen. Als verhuisbedrijf profiteren we van het vertrek.” Verhuizen is allang geen kwestie meer van een paar zware jongens inhuren. Ook in deze sector draait het om innovatie en kwaliteit. “Wij weten hoe je een met bladgoud bedekte schilderijlijst verhuist.” Twentevisie 08/2005
Grijpma telt dertig medewerkers en slechts acht wagens. “Vrachtauto’s zijn in een vloek en een zucht te huren, de opleiding van deskundig en gemotiveerde medewerkers vergt meer tijd.” Grijpma werkt samen met 35 (erkende) verhuisbedrijven onder de noemer UTS. “Landelijk opererende bedrijven kennen niet de verhuisbedrijven in het land, maar wel UTS. Bij de aanvraag van een verhuizing bepaalt de regio welk bedrijf de werkzaamheden uitvoert.”
Toegevoegde waarde De echte handel moet Grijpma hebben van bedrijfsverhuizingen (60% van de omzet). Want het gros van de verhuizende particulieren schakelen uit kostenoverwegingen familie en vrienden in. En bij de supermarkt wordt naar verhuisdozen gezocht. Toch is deze groep nog altijd goed voor 30% van de omzet. Grijpma is de afgelopen jaren steeds doorgegroeid. Dat is volgens Brant te
danken aan de uitbreiding van de activiteiten. “Zoals het af- en aankoppelen van ICT-apparatuur, de reiniging van vrijgekomen ruimtes, het maken van plattegronden en het onderhouden van contacten met de toeleveranciers. Elke verhuizing krijgt een projectmanager die er voor moet zorgen dat de overlast voor bedrijven tot een minimum wordt beperkt.” Die projectmanager zorgt desgewenst zelfs voor de adreswijzigingen, het inpakken van de spullen en zelfs een selectie van de scholen voor de kinderen.
‘Bij CMG verdwenen arbeidsplaatsen, maar als verhuisbedrijf profiteren we van het vertrek’ Grijpma introduceerde ook de handyman. “Veel bedrijven beschikken door hun geringe omvang niet over een klusjesman. Daarom doen we kleine reparaties bij kantoren.” ■
41
Vrijblijvend persoonlijk advies? Kijk op www.twentevisie.nl
column | vastgoed
Planschadeovereenkomst herleeft Gemeenten en bouwers kunnen voortaan weer afspraken maken over de vergoeding van uitgekeerde planschade. Op 22 juni jl. is het eerste deel van de spoedwet planschade in werking getreden en 1 september het tweede. In het tweede deel van de spoedwet zijn een termijn voor het indienen van een planschadevordering en een mogelijkheid voor gemeenten om rechten te heffen bij een aanvraag voor planschadevergoeding geregeld. Het eerste deel van de spoedwet planschade maakt het weer mogelijk dat gemeenten en initiatiefnemers van bouwplannen, zoals projectontwikkelaars, een planschadeovereenkomst met elkaar sluiten. Zo’n overeenkomst houdt in dat de bouwer de aan derden uitbetaalde planschade vergoedt aan de desbetreffende gemeente. De gemeente verleent in ruil daarvoor planologische medewerking aan het bouwproject, bijvoorbeeld in de vorm van een bestemmingsplanwijziging.
Vergoeding van uitgekeerde planschade Tot 2003 was de planschadeovereenkomst een gangbaar en geaccepteerd fenomeen in de vastgoedpraktijk. Gemeenten die medewerking verleenden aan bouwplannen vonden het vaak onterecht dat zij moesten opdraaien voor de planschade die burgers als gevolg van dat bouwproject leden. De oplossing die gemeenten vonden was dat zij aan bouwplannen meewerkten op voorwaarde dat de bouwer de door de gemeente uitgekeerde planschade zou vergoeden. Vaak hadden initiatiefnemers voor de bouwplannen geen andere keus dan hierop in te gaan. Het alternatief was immers dat gemeenten niet mee zouden werken aan hun plan waardoor het niet door zou kunnen gaan.
Ongelijkwaardigheid Deze ongelijkwaardigheid tussen de gemeente en de initiatiefnemer van het bouwplan en het feit dat de wet niet in het planschadeverhaal voorzag, waren twee van de redenen voor de Hoge Raad om op 2 mei 2003 te beslissen dat de planschadeovereenkomst niet was toegestaan. Twentevisie 08/2005
De Hoge Raad voegde aan zijn beslissing toe dat onder voorwaarden de planschadeovereenkomst juridisch wel toelaatbaar zou kunnen zijn. De belangrijkste voorwaarde hiervoor was een wettelijke regeling van het verhaal van planschade.
Grenzen bevoegdheid Hoewel een wettelijke regeling met de thans in werking getreden bepalingen een feit is, blijven voor de praktijk nog veel vragen onbeantwoord. Dat heeft ook te maken met de afhankelijkheid van de initiatiefnemers van de gemeente. De wet bepaalt immers dat de gemeente kan besluiten een planschadeovereenkomst aan te gaan en dat die betrekking heeft op geheel of gedeeltelijk verhaal van die kosten.
woording daarvan veelal verwezen naar de (rechts)praktijk. Volgens ons wordt die praktijk daarmee voorlopig met vele uitvoeringsproblemen belast en zal een en ander zeker ter beoordeling aan de rechter worden voorgelegd. Wordt vervolgd ...
■
De vraag rijst waar de grenzen van die bevoegdheid van de gemeente liggen. Zo is goed voorstelbaar dat er projecten zijn die zowel een privaat belang als een algemeen belang dienen. Denk aan infrastructurele voorzieningen bij een woonwijk die een bovenwijks karakter hebben of algemene voorzieningen gecombineerd met bedrijfsruimten en woningen. Mag dan de gehele planschade verhaald worden op de bouwer/ontwikkelaar?
Uitvoeringsproblemen En wat als de gemeente het bestemmingsplan wijzigt op verzoek van een bouwer met een grondpositie maar ook andere bouwers daardoor gebaat worden? De wet bepaalt dat een verhaalsovereenkomst alleen gesloten kan worden met diegene op wiens verzoek de bestemming word gewijzigd en dus niet met die andere bouwers die toevallig een positie in het gebied hebben. En wat moet een bouwer doen die wordt geconfronteerd met een gemeente die naar zijn oordeel te veel op hem wil verhalen en dat als voorwaarde stelt voor planologische medewerking? Het is de vraag of een dergelijke situatie op efficiënte wijze aan de bestuurs- of civiele rechter kan worden voorgelegd.
Ter beoordeling aan de rechter voorleggen Bij de parlementaire totstandkoming van de Spoedwet zijn vragen als de bovenstaande gesteld, maar de minister heeft voor de beant-
Edwin H. Mulder MRICS RT Directeur/partner DTZ Zadelhoff
43
vastgoed | transacties
Vastgoed transacties Almelo ◆ SBM Bouwmanagement heeft het bekende Huize Castello aan de Hofstraat met de achtergelegen laagbouw gekocht. Het verhuurbaar vloeroppervlak is circa 1.700 m². De koopsom is niet bekend gemaakt. Huisman Mönnink Makelaars uit Almelo bracht, collegiaal met DTZ Zadelhoff Enschede, de transactie tot stand namens de verkoper een particulier. ◆ Aan de Grotestraat 110 is circa 910 m²
winkelruimte verhuurd aan Netline Holland B.V. ten behoeve van kledingverkoop. De huurprijs bedraagt € 70.000,- per jaar. De verhuurder is een particuliere belegger. Snelder Zijlstra Bedrijfsmakelaars v.o.f. bracht deze transactie namens de onderverhuurder, Bristol Schoenen B.V., tot stand. ◆ DTZ Zadelhoff v.o.f. heeft namens een ont-
wikkelaar het kantoorpand gelegen aan de Poulinkstraat 13-15, ter groote van circa 566 m², verhuurd aan Global Workforce. Euverman Temmink en Partners trad op namens de huurder. De huurprijs is niet bekend gemaakt. Enschede ◆ Aan de Haaksbergerstraat 342 heeft Dumpstore Free-Valley circa 160 m² winkelruimte gehuurd voor € 19.200,- per jaar. Snelder Zijlstra Bedrijfmakelaars v.o.f. bracht deze transactie samen met Twente Makelaars tot stand. ◆ DTZ Zadelhoff v.o.f. heeft namens de eigenaar,
een particulier, een bedrijfsruimte van circa
220 m² aan de Spelbergweg 9 verhuurd aan Handelsonderneming Oude Munnink. De huurprijs bedraagt €12.000,-per jaar. ◆ DTZ Zadelhoff Winkels Oost trad op voor
de verkoper bij de verkoop van circa 128 m² winkelruimte Wesseler-Nering 5. De koper is een particuliere belegger.
Hengelo ◆ Per 1 juli huurt een financiële dienstverlener circa 184 m² kantoorruimte aan de Enschedesestraat 47 . Met deze transactie is een huurprijs gemoeid van circa € 28.500,-. De transactie is tot stand gekomen door bemiddeling van Euverman Temmink & Partners Bedrijfsmakelaars.
◆ Snelder Zijlstra Bedrijfsmakelaars v.o.f. heeft
namens de vertrekkende huurder, de gemeente Enschede, aan de Zuiderspoorstraat 1119 circa 105 m² kantoorruimte verhuurd aan een advocatenkantoor. De huurprijs bedraagt € 110,- per m² per jaar.
◆ Aan de Vosboerweg 7A verhuurde
◆ DTZ Zadelhoff Winkels Oost verhuurde
◆ Euverman Temmink & Partners Bedrijfs-
namens Uni-Vest.Enschede circa 919 m² winkelruimte aan het Schuttersveld 16. Polman Vastgoed trad op namens de huurder, Decokay Woerdman. Eveneens namens Uni-Vest verhuurde DTZ Zadelhoff Winkels Oost circa 500 m² winkelruimte aan het Schuttersveld 18. De tijdelijke huurder is Beter Bed B.V.
makelaars verkocht namens de eigenaar circa 92 m² winkelruimte aan de Industriestraat 70. Met deze transactie is een bedrag gemoeid van € 186.000,-.
◆ Snelder Zijlstra Bedrijfsmakelaars v.o.f. heeft
namens de eigenaar, een particuliere belegger, het pand aan de Mekkelholtsweg 7 met een oppervlakte van 97 m² verkocht. De koper zal de ruimte gebruiken als kantoorruimte. De koopsom is niet bekend gemaakt. Haaksbergen ◆ Aan de Spoorstraat 14 is circa 200 m² winkelruimte verhuurd aan Shoeby-Shop B.V. Euverman Temmink & Partners Bedrijfsmakelaars bracht namens de eigenaar de transactie tot stand. De huurprijs bedraagt naar verluidt € 40.000,-.
DTZ Zadelhoff Winkels Oost namens een particuliere belegger huurder circa 314 m² winkelruimte aan Happybad Nederland B.V.
Oldenzaal ◆ DTZ Zadelhoff v.o.f. trad op namens de verkoper, metaalbedrijf VMB, bij de verkoop van een perceel grond van circa 1.500 m² aan de Kelvinstraat 3. De koper is Burink Grondverzetbedrijf. ◆ Aan de Textielstraat 18 is circa 485 m²
bedrijfsruimte met kantoor verhuurd aan Motosoft B.V. Euverman Temmink & Partners Bedrijfsmakelaars bracht de transactie tot stand. De huurprijs bedraagt naar verluidt € 32.000,-. ◆ Namens de eigenaar, een particulier, heeft
DTZ Zadelhoff v.o.f. een bedrijfsruimte van circa 180 m² aan de Zutphenstraat verhuurd aan PC Platform v.o.f. De huurprijs bedraagt € 6.020,- per jaar. ■
Aan de Grotestraat 110 in Almelo is circa 910 m² winkelruimte verhuurd aan Netline Holland B.V
Twentevisie 08/2005
45
Reclamegoeroe Peter Zeylmaker:
“TV-reclame is niet langer heilig" Eef Brouwers gelooft niet in mannetjes maken Bert Kroondijk van De Firma zet de uitvaart in de markt Hoogleraar Erwin Seydel: Twentse ondernemers voorspelbaar en niet onderscheidend
Reclamespecial 2005 Twentevisie. Marktleider in ondernemend Twente.
special | reclame
Reclame is anticiperen op markt en techniek, zoals...
TV-programma (door Jan Medendorp) Waar de School voor de Journalistiek allemaal toe kan leiden. Peter Zeylmaker was sportjournalist, werd manager (van 1976 tot 1978) bij FC Utrecht, stapte over naar sportsmarketingbureau Inter Football (van Maarten de Vos) en dook vanaf 1981 in de reclamewereld. Schouderophalend: “Dat is toch ook communicatie.” Via NW Ayer in Wierden begon hij in 1987 zijn eigen reclameadviesbureau, dat volgens het vakblad Adformatie inmiddels bij de top 17 van Nederland staat. Zelf is Zeylmaker nog iets minder bescheiden. “Wij zijn het enige bureau dat een totaalpakket kan aanbieden, van reclameadvies tot het maken van bedrijfsfilms, personeelsbladen, websites en het verzorgen van beurzen.” En in de veranderde advertentiemarkt (digitale videorecorders ‘schrappen’ zelf de commercials) is hij met nieuwe concepten in de weer.
Reclameman Peter Zeylmaker heeft voor een klant van hem (een uitvaartbedrijf) een compleet televisieprogramma ontwikkeld: ‘Draaiboek voor de dood’.
48
Twentevisie 08/2005
special | peter zeylmaker
‘Draaiboek voor de dood’ Er bestaan ongeveer 7.000 reclamebureaus in Nederland. Er zit veel kaf tussen het koren en dat komt omdat het een vrij beroep is. Er zijn slechts 230 erkende bedrijven. Waar Amsterdam toch de bakermat is van alle grote reclamebureaus heeft Zeylmaker gekozen voor (een locatie langs de A1) Apeldoorn. De Wierdenaar heeft inmiddels een aardige aantal bedrijven onder de holding Commix Groep (samen met Jos Schefhout) samengebracht. Zeylmakers&Partners is met een bruto bureau-inkomen van zes miljoen euro verreweg de grootste (en oudste) loot aan de stam. De totale omzet van Commix wil Zeylmaker niet prijsgeven.
Talpa Een nieuw idee levert blijkbaar een nieuw bedrijf op. “Dat sluit aan bij de wijze waarop ons vak is ontwikkeld. Vroeger waren wij een verlengde van de krant of een tijdschrift; we maakten alleen maar advertenties. Vandaag de dag zitten we in een volstrekt ander medialandschap. Het kleinste land van Europa telt de meeste televisiezenders. Dat moet allemaal betaald worden, voor een belangrijk deel met televisiereclame en dat is door de enorme toevloed nu een irritatiefactor geworden.
‘Talpa presenteert productplacement als nieuw, dat werd al bij ‘Zeg ’ns Aa’ gedaan’ Daar moet je als reclamemaker op anticiperen.” Uit onderzoek blijkt dat 25 jaar geleden een commercial twaalf keer moest worden vertoond voordat iedereen de spot een keer gezien had. Dat aantal is opgelopen tot 135. Bovendien speelt de techniek (digitale videorecording) in op de wensen van de consument die doodziek is van al die commerciële onderbrekingen. “Het gaat nog verder. Je kunt ook de uitgebreide nabespreking van de wedstrijden bij Talpa er tussen uit halen. Of bij een samenvatting van 20 minuten kun je zelfs zeggen ‘doe mij alleen de hoogtepunten in maximaal zes minuten’. De techniek staat voor niets.”
Televisieformats Talpa (John de Mol) maakt daarom afspraken met bedrijven over producten die in programma’s aan de orde komen. Als die vervolgens in flinke aantallen worden verkocht, strijkt Talpa een extra deel van de winst op. “Dat heet productplacement, dat Twentevisie 08/2005
wordt nu als een nieuw concept gepresenteerd. Weet u dat dat al bij ‘Zeg ‘ns Aa’ werd gedaan.” Zeylmaker doet het anders om de boodschap van de adverteerder op televisie voor het voetlicht te krijgen, want daar gaat het natuurlijk uiteindelijk om. Geen spotjes meer van dertig seconden, maar totale televisieprogramma’s bedenken met de boodschap van de adverteerder, ‘advertising funding programming’, heet dat. En Zeylmaker heeft daarvoor het bedrijf Absolutely One in het leven geroepen. “Wij bedenken televisieformats samen met een gespecialiseerde coproducent. We hebben bijvoorbeeld een programma ontwikkeld over de dood. Dat programma heeft als werktitel ‘Draaiboek voor de dood’. Eén ding is zeker in het leven, namelijk dat we dood gaan. Maar het blijkt in de praktijk dat heel veel mensen moeite hebben daar over na te denken en te praten. De dood is een taboe.” In het programma gaat het over alles wat met de dood te maken heeft. Van het uitzoeken tot de kist tot de muziek. De NCRV en het Duitse ZDF zijn geïnteresseerd om het programma uit te zenden. Het zal (in dit kader) geen schok zijn te horen dat Zeylmaker het programma samen met een uitvaartbedrijf heeft bedacht. Andere programma’s uit de koker van Zeylmaker (voor de Amerikaanse, Roemeense, Belgische en Nederlandse markt) zijn Soul Mates, Circle of Life en Walking Down Memory Lane.
Printmedia Het aantal krantentitels neemt af, de oplage van de dagbladen daalt bijkans maandelijks, maar anderzijds liggen in de schappen in de winkels meer magazines en uitgaven dan ooit tevoren. “Het is moeilijk voor een dagblad om naast radio, televisie en internet actueel te zijn. Maar achtergronden in tijdschriften hebben de mensen wel behoefte aan. Maar we moeten natuurlijk ook niet doen alsof televisie een zaligmakend medium is. Ondanks alle technologische ontwikkelingen zal het altijd een vluchtig medium blijven.” Het beroemde verhaal volgt dat na de introductie van de computer het papierloze tijdperk zou aanbreken. “Er is sinds dat moment nooit zoveel papier geproduceerd.” Steeds meer bedrijven communiceren via intranet. “Dat is alleen tekst. Bedrijven hebben behoefte met hun stakeholders te communiceren op een professionele manier.” Dat doet het bedrijf SPPR van Zeylmaker desgewenst. “We maken inmiddels meer dan dertig titels voor bedrijven en organisaties. Het eerste
probleem is altijd: hoe krijg ik het volgende blad weer vol. In de tweede plaats roept iedereen dat hij een geweldig databestaand heeft, maar dat valt in de praktijk vaak vies tegen. En tot slot leg je bij het maken van een blad een behoorlijk beslag op de eigen organisatie.” Wat onverlet laat dat internet niet onderschat mag worden. “De internetsite is vrijwel altijd het eerste medium waar derden naar op zoek gaan als ze wat willen weten over het bedrijf over de producten. Daar kun je dus als bedrijf je goed profileren. “Een saaie homepage voor het laatst in mei 2004 bijgewerkt, werkt dus contraproductief.”
Sprekersplatform En wat ook altijd zal blijven, zijn de ouderwetse beurzen en tentoonstellingen. Het blijft (ondanks internet) een geëigende manier om relaties en/of klanten te bereiken. Zeylmaker (via Fair Format) vertegenwoordigt in de Benelux onder meer de Hamburger Messe, de Leipziger Messe en de Messe Schweiz. “We zijn ook met beurzen in Barcelona, Peking en Moskou in gesprek.”
‘Bedrijven weten niet hoe ze een bekende Nederlander moeten inhuren, wat dat kost en hoe ze een programma voor hun relaties organiseren, vandaar Sprekersplatform’ Via RTV Oost heeft Peter Zeylmaker zijn broer Henk Westbroek (zanger, politicus, DJ, horecaondernemer) een paar jaar geleden weer ontmoet. Met hem heeft Zeylmaker het bedrijf Sprekersplatform opgericht. “In Nederland worden er jaarlijks zo’n honderdduizend spreekbeurten gehouden. Daarvoor werd 1% door Speakers Academy geregeld. Ik hoorde van mijn klanten dat ze niet weten hoe ze een bekende Nederlander moeten inhuren, wat het kost en hoe ze een programma voor hun relaties kunnen organiseren. We zagen dus een gat in de markt. We hebben inmiddels zo’n 250 mensen onder contract, zoals ondernemers, politici, sporters. Onze toegevoegde waarde zit niet alleen in de telefoonnummers die we van die mensen hebben, maar we denken met de opdrachtgever mee over wie het beste past bij het bedrijf en bij het congres, seminar dat georganiseerd wordt.” ■
49
‘Ik houd niet van spin doctors, van mannetjes maken’
special | eef brouwers
Meer dan spreekbuis alleen Eef Brouwers houdt niet van weblogs van politici. “Ik zou de politici liever adviseren ‘doe het óf in de kamer hartstikke goed óf in de media óf in zaaltjes waar je optreedt en beperk je daar dan toe’.”
(door Jan Medendorp) Wellicht dat enkele oudere luisteraars hem nog herkennen: “Hier is de regionale omroep Noord en Oost, luisteraars goedenavond; ik geef u eerst het weerbericht voor Noord en OostNederland ons verstrekt door het KNMI in De Bilt en geldig van vanavond tot morgenavond.” Eef Brouwers kan die zin nog steeds feilloos opdreunen, herhalen. Brouwers (Zwolle, 1939) praat nog steeds goed plat, vindt de Troonrede dit jaar niet echt verbeterd en vindt het ook niet handig dat het koninklijk huis het weekblad Privé boycot. Er was nogal wat te doen over de kwaliteit van de taal van de Troonrede dit jaar. Ten opzichte van de jaren daarvoor heeft Brouwers echter weinig verschil gemerkt. “Het is ook bijna onmogelijk. Het gaat om zaken die via wetten moeten worden veranderd, het gaat over de zorg, buitenlandse betrekkingen, over economische ontwikkelingen. En in die sectoren zijn sommige termen gemeengoed. En als je het dan wilt versimpelen, moet je gaan uitleggen. En daar is de Troonrede niet voor.” Brouwers erkent dat teksten soms bewust verhullend worden opgeschreven: “Dan denken de schrijvers ‘laten we het maar zó zeggen, dan kunnen we nog een paar kanten op’.”
‘De Volkskrant en Telegraaf schreven badinerend over wat in de roddelpers over het koninklijk huis stond en het bleek ook in hun kringen veel gelezen te worden’ Eef Brouwers heeft een carrière gehad van om te dromen. Via de Rono, Avro, Studio Sport en het NOS-journaal werd hij hoofdredacteur van het Dagblad van het Noorden. In 1985 verliet hij de journalistiek om woordvoerder van Philips te worden en op een leeftijd (56) dat anderen aan hun pensioen denken, stapte hij over naar de RVD, de rijksvoorlichtingsdienst. Hij heeft daardoor een nogal terughoudende manier van praten gekregen. Misschien ook (nu hij per 1 april 2004 gepensioneerd is) omdat iedereen van alles over het koninklijk huis wil weten: hoe is Trix echt? En is prins Willem echt zo’n zuiplap? Twentevisie 08/2005
51
›
special | eef brouwers
Wellicht dat enkele oudere luisteraars hem nog herkennen: “Hier is de regionale omroep Noord en Oost; luisteraars goedenavond; ik geef u eerst het weerbericht voor Noord en Oost-Nederland ons verstrekt door het KNMI in De Bilt en geldig van vanavond tot morgenavond.”
Zap-cultuur Brouwers heeft de tijd meegemaakt dat iedereen om acht uur ’s avonds via Nederland 1 én 2 naar het NOS-journaal keek. Daarvoor in de plaats is een absolute zap-cultuur gekomen. “Mensen zijn niet meer gewend om 20 minuten aan één stuk te luisteren, ze weten bij God niet waar het over gaat en zappen door tot ze door iets geboeid worden. Of je moet allemaal plaatjes gaan vertonen, je moet om de paar minuten met iets ontspannends komen, een grapje, even lachen en dan kunnen ze er weer een paar minuten luisteren. Ja, ik vind dat er vrij veel bagger zichtbaar en hoorbaar is.” Voor RTL Boulevard heeft Brouwers nog wel respect (“goed gemaakt in zijn soort”) maar voor Talpa’s NSE heeft hij geen goed woord over: “Daar kan ik niet naar kijken.” Of ze bij het koninklijk huis en bij de ministers thuis naar deze programma’s kijken, wil Brouwers nog steeds niet zeggen. Directeur van de RVD is een unieke baan die in het buitenland niet bestaat. “Je zou het misschien met die van woordvoerder van de president in de Verenigde Staten kunnen vergelijken. In Duitsland noch België noch elders in Europa bestaat deze functie waarbij je onder verantwoordelijkheid valt van de minister-president.” Brouwers heeft in zijn tijd alle verlovingen en affaires (Maxima, Mabel, Margarita) meegemaakt. “Ik kan met de roddelpers redelijk door één deur, maar zij hadden andere belangen dan ik.” Hij is vooral verbaasd over de verandering van attitude Twentevisie 08/2005
bij de zogenaamd serieuze pers. “De serieuze pers schreef badinerend over wat er in de roddelpers over het koninklijk huis stond. De Volkskrant en Telegraaf deden dat altijd met verwijzing, maar het bleek ook in hun kringen wel gelezen te worden.”
Communicatie Er bestaan rijen boeken over communicatie, over zenden en ontvangen, over ruis. Maar voorlichters, woordvoerders worden toch altijd als officiële ‘leugenaars’ van overheid of bedrijf gezien. “Als het goed is, speel je als communicatieadviseur al een rol in de advisering, dan krijg je zaken te horen waar je argumenten voor en tegen kunt uiten, je kunt dan met alternatieven komen. Dat betekent niet dat ik altijd mijn zin kreeg, want andere adviseurs zoals juristen kunnen aangeven wat op hun terrein de gevolgen kunnen zijn van bepaalde openheid.” Wat Brouwers in elk geval al die jaren heeft getracht te voorkomen, is in opdracht liegen.
‘Ik heb nog nooit een persconferentie meegemaakt waar mensen met zo’n absolute verachting naar een hoofdpersoon aan tafel keken’ De huidige RTL-coryfee Frits Wester was jarenlang de spin doctor van CDA-voorman Brinkman. Wester bedacht in die tijd ook de zogenaamde shuffle waarbij Brinkman quasi ontspannen over het podium liep. “Ik houd
niet zo van spin doctors, maar ik weet dat het in de politiek en het bedrijfsleven steeds vaker voorkomt. Ik geloof niet in mannetjes maken, hooguit voor een bepaalde periode bij een bepaalde gebeurtenis.” Na zijn actieve periode werd Brouwers door de KNVB ingehuurd om tijdens het EK in Portugal op dat vlak te redden wat er te redden viel. Droog: “Het zou mooi zijn als dat gelukt was.” Robben werd gewisseld voor Bosvelt (in de cruciale wedstrijd tegen Tsjechië) terwijl Van Bronkhorst en Cocu persoonlijke fouten maakten, maar in de media ging het nadien alleen maar om De Wissel! “Ik kon geen potten breken bij een klein gedeelte van de pers. Ik heb nog nooit een persconferentie meegemaakt waar mensen met zo’n absolute verachting naar een hoofdpersoon aan tafel keken. Daar ben ik echt heel erg van geschrokken.” Het begon in de voetballerij, maar tegenwoordig hebben alle Bekende Nederlanders, inclusief veel politici, een weblog waarop ze hun verhaal toelichten of een mening geven. Soms ongezouten, soms in de vorm van een dagboek. “Ook daar ben ik geen liefhebber van. Natuurlijk kan het in een aantal gevallen prima zijn, ik zou de politici liever adviseren ‘doe het óf in de kamer hartstikke goed óf in de media óf in zaaltjes waar je optreedt en beperk je daar dan toe’. Ik vermoed dat in een later stadium de woordvoerder of de communicatiedeskundige de zware taak wacht om weer recht te breien wat eerder snel en enthousiast op de weblog is gepubliceerd.” ■
53
‘Creativiteit zit niet in de computer maar in je hoofd’
DeFirma zoekt het briljante in Directeur Bert Kroondijk van DeFirma: “Heel veel bureaus leunen zwaar op de accountafdeling, de creatievelingen krijgen te weinig inspraak en geen briefing maar een opdracht.”
DeFirma bestaat zes jaar en is opgericht door Bert Kroondijk (46), die ruim een kwart eeuw meeloopt in de oostelijke reclamewereld. In de jaren zeventig was hij jongste bediende bij PGB (waarvan ooit PLP nog een voortzetting was), en in de jaren tachtig werkte hij als freelancer voor onder meer de bekende bureaus Marketwinning en De Zuil. In 1987 begon hij in Enschede zijn eigen bureau Borderline. Borderline fuseerde in 1993 met Concreet uit Apeldoorn en vestigde zich onder de naam CBC in Deventer. In 1998 stapte Kroondijk eruit, vanwege onderlinge onenigheid tussen de directeuren/aandeelhouders. Toen hij korte tijd later met DeFirma weer voor zichzelf begon, bezwoer hij nooit meer zo groot te worden (“niet meer de hele dag dat gezeik aan mijn kop”) maar inmiddels telt zijn eigen zaak alweer tien medewerkers. “Ik weet het, het is meer dan gepland. Het doel was ons met een kleine kern volledig toe te leggen op concept en creatie maar omdat klanten erom vragen doen we nu deels ook de productie in plaats van het extern in te kopen.”
Marilyn Monroe
(door Martin Steenbeeke) De uitvaartbranche wordt eind november uitgebreid met een nieuw product. Welk product (of dienst) het precies is, is nog even geheim maar het bijzondere is dat het niet uit de koker komt van een uitvaartonderneming maar van een reclamebureau: DeFirma uit Enschede. “Het is hier bedacht en we zetten het samen met een aantal investeerders in de markt,” legt directeur Bert Kroondijk uit. Het toont aan hoe een reclamebureau zich in zijn ogen ook moet opstellen. Niet alleen uitvoeren, maar vooral meedenken. Want, zo zegt Kroondijk: “Tenslotte lopen we allemaal met oogkleppen op. We hebben mensen nodig die je wakker schudden.”
56
DeFirma werkt dus ‘full force’ maar ongeacht het product of klant moet de creativiteit voorop staan, zegt Kroondijk: “Heel veel bureaus leunen zwaar op de accountafdeling, de creatievelingen krijgen te weinig inspraak en geen briefing maar een opdracht.” Hij hekelt de reclamebureaus die opdrachtgevers naar de mond praten, enkel en alleen om klanten te behouden of de 15 procent commissie op te halen bij het medium waar een advertentie geplaatst wordt. “Een klant kan wel een bepaald idee hebben, maar wij vragen ons altijd af of het wel goed is voor een bedrijf en past bij het product.” Een serrebouwbedrijf dat dacht aan een brochure maakt op advies van DeFirma nu een aantrekkelijk magazine. Een reclamebureau moet in de ogen van Kroondijk zo serieus genomen worden dat het bij de klant aan tafel moet zitten om mee te praten over bijvoorbeeld de introductie van een nieuw product. “Marketing is ook productontwikkeling.” Kroondijk geeft het voorbeeld van Grolsch. De reclamecampagne met Marilyn Monroe rond Grolsch Blond “slaat de plank mis” omdat jongeren de blondine nauwelijks kennen maar Kroondijk betwijfelt of de Enschedese bierbrouwer in een krimTwentevisie 08/2005
special | defirma
eenvoud pende biermarkt überhaupt een dergelijk biertje op de markt had moeten brengen. “Daar zou samen met een goed reclamebureau over gebrainstormd moeten worden.” Ook de al een tijdje draaiende imagocampagne van de gemeente Enschede is een voorbeeld van hoe het niet moet, zegt Kroondijk. “Mooi die grote posters met Stad Enschede, maar wat willen ze ermee bereiken? Er zit geen boodschap in ‘Kleur de Stad’.” De campagne Enschede Leeft (bedacht door PLP) paste volgens Kroondijk beter bij de stad.
Bankbiljetten KISS is het motto van DeFirma en staat voor Keep It Stupid Simple. Teveel reclamecampagnes zijn te doordacht. “Men zoekt het tegenwoordig niet meer in het idee maar meer in de executie.” Als Kroondijk in een tv-commercial een zeilboot door een woestijn ziet varen, vraagt hij zich vertwijfeld af wat de achterliggende gedachte is, en nog erger: wie was nou die adverteerder? En de campagne van ING met de lopende bankbiljetten is een “toppunt van moeilijk doen.” “Als zakelijke bank word je zo toch niet serieus genomen,” smaalt Kroondijk. De campagne is vroegtijdig van de buis gehaald. “Hoe eenvoudiger het concept, hoe beter.”
‘KISS is het motto van DeFirma en staat voor Keep It Stupid Simple. Teveel reclamecampagnes zijn te doordacht’ De reclamecampagnes die iedereen zich kan herinneren waren eenvoudig én briljant, brengt hij in herinnering. Petje Pitamientje, Even Apeldoorn Bellen, de lachende Fiat Panda-rijder. “Daar zaten tenminste goede en doordachte ideeën achter.” Dat Delta Lloyd in de geest van Centraal Beheer ook heel grappige televisiereclame maakt, kan Kroondijk niet bekoren. Het lijkt allemaal teveel op elkaar, vindt hij. “Je moet zoeken naar je eigen smoel. Elk bedrijf of product heeft die en als die er niet is, moet je ’m positioneren.” Hij legt de oorzaak deels bij de jonge generatie reclamemakers, die het creatieve denken min of meer zijn verleerd. “Die denken dat creativiteit in je computer zit in plaats van in het hoofd. Vormgeving is slechts een hulpmiddel, het concept is bepalend.” ■ Twentevisie 08/2005
lezing
Branding ‘Branding’ is niets anders dan denken vanuit een merk. Maar is het wel noodzakelijk dat de organisatie en/of product/dienst wordt beschouwd als een merk. En dat gebeur t niet. Meestal wordt gedacht vanuit het eigen netwerk, mensen kennen en elkaar de handel gunnen. Ik zeg niet dat dat onbelangrijk is, maar het betekent wel heel veel moeite om nieuwe producten in de markt te zetten. En als mensen op cruciale plaatsen in de organisatie ver trekken, dan moeten de opvolgers opnieuw het netwerk opbouwen en beheren. Denken vanuit een merk maakt het allemaal een stuk overzichtelijker. Door te denken vanuit het merk wordt het succes verder ‘gebracht’. In het westen van Nederland is dit een normale gang van zaken. Daarom gaan grote organisaties daar naar toe. Waarom zouden we er niet voor kunnen zorgen dat de talenten in het oosten blijven en dat grote bedrijven ook in het oosten terecht kunnen voor strategische marketing en marketingconcepten? Zodra ‘branding’ een gemeengoed wordt in Twente kan deze discipline een enorme vlucht nemen. Het merk Het probleem met merken is dat ze vaak niet tastbaar zijn. Coca Cola is bijvoorbeeld één van de meest waardevolle merken ter wereld; waarde uitgedrukt in dollars. Een merk heeft namelijk intrinsieke waarde. En kan volledig los staan van de ondernemer en de medewerkers van de organisatie. Het heeft alles te maken met de wijze waarop het merk in de markt opereert. Hoe vaak de markt in aanraking komt met het merk, en op welke wijze. En wat het merk brengt of toevoegt aan de gebruiker*. De gebruiker ontleent hieraan een bepaald gevoel dat uiteindelijk in waarde is uit te drukken binnen het merk. Een merk kun je vergelijken met een boom. Om een boom groot te maken moeten de voorwaarden geschapen worden waarin de boom goed kan groeien. Maar ook bij het groeien van de boom kunt u helpen door regelmatig te snoeien en door goede voeding te geven. Met een merk werkt dit hetzelfde: bouwen en regelmatig onderhouden en bijsturen. T-Ford Om het denken vanuit een merk gestalte te geven moet samenwerking worden gezocht met een ‘branding specialist’ of brandmanager om het marketingconcept en het merkprofiel helder in kaar t te brengen. Merkwaarden bepalen het verschil tussen verschillende merken en zijn bepalend voor succes. Een mooi voorbeeld hier van is de T-Ford. Van de T-Ford zijn wereldwijd 30 miljoen exemplaren verkocht. Aan dat grote succes kwam een einde omdat Ford te arrogant was om te kijken naar de behoeften van de markt. Als belangrijkste merkwaarde had Ford betaalbare mobiliteit voor het volk. In een tijd waarin er weinig concurrentie was kon dat prima leiden tot succes. Als stelling had Ford: u kunt elke kleur kiezen zolang de kleur zwart is. Bovendien werd ook niet geïnvesteerd in de techniek van de auto, er was keuze uit 1 motortype. Met als gevolg dat General Motors voldoende ruimte kreeg voor het voeren van nieuwe modellen met nieuwe technieken. Belangrijke merkwaarde van GM: keuze, variatie en technologische ontwikkeling. En als goed voorbeeld van het feit dat juist de merkwaarde het verschil maakt is het voorbeeld van Toyota. Van de Japanners is bekend dat zij in het begin van hun automobielindustrie goed waren in kopiëren. Als Toyota de producten exact had gekopieerd van GM dan was Toyota waarschijnlijk nooit zo succesvol geworden. Toyota kopieerde, maar had als belangrijkste eigen merkwaarden: kwaliteit en technologische ontwikkeling. Met deze merkwaarden maakte TOYOTA auto’s die beter waren dan die van de Amerikanen. Reginald Kruger De auteur studeerde aan de Universiteit Twente technische bedrijfskunde met als bedrijfskundige specialisatie marketing en als technische specialisatie werktuigbouwkunde. Deze tekst is onderdeel van een lezing die hij daar gegeven heeft. *Ook de opdrachtgevers van producten of diensten binnen een business to business situatie worden gezien als ‘gebruiker’ van dat product of dienst. Net als consumenten gebruikers zijn van producten.
57
UT-prof Erwin Seydel laakt Twents bedrijfsleven
special | erwin seydel
‘Graag meer Annie Schreijers’ (door Mario van Santen) Hij vindt de Twentse ondernemers voorspelbaar, weinig onderscheidend en vooral leunend op het Old Boys netwerk. Erwin Seydel, hoogleraar strategische communicatie aan de Universiteit Twente, vindt het de hoogste tijd voor een jonge hond die opstaat en de wil, de capaciteiten en het lef heeft de Twentse matras te verlaten. “Alleen zo iemand kan de regio een impuls geven. Zolang die niet opstaat, blijft de rest van Nederland Twente zien als die achtergebleven regio aan de andere kant van de IJssel.” Omdat die Twentse matras kennelijk voor velen zo fijn ligt, klopt de specialist in veranderingsprocessen alvast de kussens op.
“Succesvolle bedrijven hebben een duidelijke visie. Ze weten waar ze naar toe willen en wat ze daar willen bereiken. Het is bekend hoe ze er uit willen zien, wat ze willen zeggen en hoe ze kunnen reageren op korte termijn ontwikkelingen. De wil van de aandeelhouders, het geroep van actiegroepen. Maar het belangrijkste wordt vaak vergeten: de binnenkant. Bedrijven moeten zichzelf de vraag stellen hoe ze het nou zelf georganiseerd hebben. Als je eigen organisatie niet staat, kun je er donder op zeggen dat het vroeg of laat misgaat. Dat anderen weglopen omdat het bij jou zo’n rommeltje is.” Heren en dames ondernemers, les 1 van Prof. Dr. Erwin Seydel PhD liegt er niet om. Maar hij komt dan ook over de hele wereld dezelfde fouten tegen.
VN Zelfs bij de Verenigde Naties gaat het fout. Daar is Seydel lid van een werkgroep die de onderlinge communicatie tussen landen bestudeert en daarover moet adviseren: “Ik raak soms gedreprimeerd als ik zie wat daar aan bureaucratie voorbij komt. In de kern komt het er op neer dat er duizenden mensen werken die allemaal bezig zijn rapporten op te stellen over de vele projecten die lopen. In die rapporten staan stuk voor stuk de meest mooie cijfers over de behaalde resultaten. Maar wat heb je daar nou aan? Mensen kijken niet naar cijfers, die kijken naar de betekenis ervan. Als je een leuke vrouw ontmoet, zeg je toch ook niet tegen een ander dat je een vrouw hebt ontmoet die schoenmaat 41 heeft… Het gaat om het totaalbeeld en het gevoel dat je daarbij hebt. Bij alles wat je doet. Dat is ook waar bedrijven op moeten mikken in hun communicatie naar buiten toe. Communicatie is het enige middel om de zaken goed te organiseren. Als je niet kunt communiceren, ben je geen goede manager. Want alleen met communicatie kun je betekenis verlenen aan dat wat je doet.”
Op 1
xx
Twentevisie 08/2005
Prof. Dr. Erwin Seydel: “Goede communicatie kan de omzet flink doen stijgen.”
Veel bedrijven, ook in Twente, zien volgens Seydel onvoldoende in hoe belangrijk communicatie voor een onderneming is. “Onderzoek toont aan hoezeer communicatie een omzetstijging van wel 29% in de marktwaarde kan genereren. En het gekke is dat, toen het goed ging in Nederland, communicatie binnen bedrijven op de 2e plaats van de prioriteitenlijst stond. Momenteel gaat het economisch minder en staat communicatie op 13. Terwijl ›
59
special | erwin seydel
Het gaat dus vaak mis, omdat de gemiddelde Twentenaar zijn eigenwaarde niet kent, veel te bescheiden is en de juiste lobbywegen niet kent. “Er wordt vaak een beetje schamper om haar gelachen, maar Annie Schreijer is zo iemand die het goede voorbeeld geeft,” zegt Seydel. “Zij doet het enorm goed voor de boeren in Den Haag. Ze is zeer bevlogen en praat met verve over de landbouw. Er zouden veel meer mensen moeten zijn die dat doen. Zij kunnen de ambassadeurs zijn die de bedrijven en de regio in zijn geheel nodig hebben. Zolang die zich niet melden, blijft Twente voor de politiek altijd dat achtergebleven gebied aan de andere kant van IJssel.”
Competentiestrijd
je juist nu communicatie op 1 zou moeten zetten. Maar directeuren en managers vragen zich altijd af wat het bijdraagt aan de omzet. Welnu, multinationals als 3M, General Electric en IBM hebben gekeken hoe de communicatie verliep en daar het gemiddelde koersverloop naast gezet.
‘Altijd als mensen moeten gaan samenwerken, ontstaat er competentiestrijd’ Het was in één oogopslag duidelijk. Deze bedrijven overtroffen het gemiddelde koersverloop over een periode van driekwart eeuw met een factor 12. Omdat het kerndoel onveranderd bleef en visie, strategie en werkwijze voortdurend werden aangepast aan de veranderende omgeving. Met name de interne communicatie is van wezenlijk belang. Want alles begint bij zelfkennis. Organisaties reageren steeds vaker op dezelfde manier als mensen. Daarom moet je weten wat je goede en slechte kanten zijn, wat de belangrijke waarden in je organisatie zijn en hoe de samenleving daar op reageert.” Seydel noemt TPG Post een geslaagd voorbeeld Twentevisie 08/2005
van interne communicatie. Daar gaat een cameraploeg de werkvloer op en mag elke willekeurige medewerker alles zeggen wat hij wil, zonder dat er sancties op staan. Die videoband wordt vervolgens bekeken tijdens een bijeenkomst van de Raad van Bestuur. Na een discussie over de gemaakte opmerkingen gaan de bestuurders actief op bezoek met die werknemer om met hem over zijn werk te praten en de eigenwaarde van het bedrijf te leren kennen.
Die hard Eigenwaarde is dus waar het bedrijfsleven in Twente aan moet werken. Mensen die het verhaal van hun bedrijf kunnen vertellen. “Loek de Vries van Ten Cate is zo iemand. Een heel aparte vent, een ‘die hard’, maar ook één met een goed verhaal. De Vries is dan ook erg gericht op de mensen in zijn bedrijf. Jacques Troch van Grolsch was ook zo iemand. Bevlogen in zijn werk en met een hart voor de mensen. Na de vuurwerkramp gingen Troch en zijn vrouw langs alle bewoners en medewerkers om ze steun te bieden. Dat is heel goed geweest.”
Op verschillende netwerkbijeenkomsten is Seydel al eens geweest. Telkens weer verbaast hij zich over het feit dat je overal dezelfde mensen tegenkomt. Op de jaarlijkse haringparty ziet hij telkens dezelfde gevierde jongens elkaar op de schouders slaan. Maar innovatief bezig zijn zit er niet meer in. Die gevierde jongens in het Old Boys netwerk zouden wat Seydel betreft juist gepasseerd moeten worden bij het promoten van het Twentse bedrijfsleven. “Want je ziet altijd dat als mensen moeten gaan samenwerken, er competentiestrijd ontstaat. Mensen die niet willen samenwerken, omdat ze vinden dat zij de baas zijn. Zo wordt het nooit wat. Je moet met elkaar willen optrekken. We doen in Twente best aardige dingen en zijn trots op de regio. Maar als we gezamenlijk moeten optrekken, zijn we opeens de grootste individualisten. Zowel in het bedrijfsleven als onder bestuurders. Wat kloppen we onszelf graag op de borst omdat we bijvoorbeeld het WTC hebben binnengehaald. Niemand die hardop durft te vragen of zo’n WTC misschien meer op zijn plaats was geweest bij de luchthaven dan in het hart van Hengelo.”
‘Mensen kijken niet naar cijfers, die kijken naar de betekenis ervan’ Het mag duidelijk zijn dat Seydel liever jonge ondernemers bij de promotie van Twente betrokken ziet. Niet altijd dezelfde mensen die al gevestigd zijn. “Die moet je gewoon hun toko laten runnen en verder met rust laten. Ze vertonen ook veel te vaak risicomijdend gedrag. Want ja, iets kan mislukken. Jonge ondernemers zijn daar niet zo bang voor. Ze hebben nog niet van die vastgeroeste ideeën en zijn nog ambitieus. Ik heb heel veel respect voor de gearriveerde ondernemers, maar geef liever jonge ondernemers een kans. Die ouderen hebben jarenlang de gelegenheid gehad, maar hebben hun kansen laten liggen. Van hen hoef je geen bijzondere dingen meer te verwachten. En het is een open deur, maar juist als het er op aan komt zijn het altijd weer die mensen die bij elkaar gaan zitten.” ■
61
IKT Visie op… Beloofd is beloofd
Telematica Instituut 74 Beleggen blijft onvoorspelbaar 76 De sociale agenda 2006 78 Helios Kalenders 80 Veiligheid in Twente 81
De Troonrede straalde eindelijk weer een positief beeld uit. Ook voor ondernemend Nederland. Voor 2006 wordt een economische groei voorspeld van 2,5% en er komt extra geld vrij voor innovatie. De ervaring heeft geleerd dat er een speling van 1,5% kan zitten in deze voorspellingen van het Centraal Planbureau. Dus maar afwachten wat het werkelijk wordt. Twee zinnetjes in de Troonrede zijn mij in het bijzonder opgevallen: ”De administratieve lasten voor bedrijven zullen eind volgend jaar aanzienlijk zijn verminderd. Het verkrijgen van vergunningen wordt eenvoudiger.” Waar hebben we dat meer gehoord? Was er niet bij het aantreden van dit kabinet de belofte dat het aantal regels in 2007 met 25% zou zijn teruggedrongen? Ik heb nog geen ondernemers gehoord die in de praktijk al iets van deze vermindering van de administratieve lastendruk hebben gemerkt. Men klaagt eerder over een verdere toename van het papierwerk en een overheid die vergunningenprocedures aanscherpt en steeds weer nieuwe slakken vindt om zout op te leggen. Had Charlie Aptroot ons niet met veel elan verteld dat minister Zalm er persoonlijk op lette dat deze doelstelling ook gehaald zou worden? In de Troonrede worden geen percentages genoemd. En het gaat ook niet alleen om regels, maar om het totaal van de administratieve lastendruk en het verlenen van vergunningen. Ik ben benieuwd of de regering het ambtenarencorps zo in de greep kan houden dat we als bedrijfsleven werkelijk meer tijd en ruimte krijgen om te ondernemen. Alleen dan kan die economische groei stijgen naar 2,5% en alleen dan kunnen de bedrijven meer ruimte krijgen om te innoveren.
Scope en IKT-nieuws 83 Twente Agenda 84
Geert de Raad Voorzitter IKT
Stichting Industriële Kring Twente - Postbus 5501, 7500 GM Enschede - Tel. 053 - 48 49 980 - Fax 053 - 48 49 985
www.ikt.nl
| Twentevisie | Jaargang 17 | Nummer 8 | Oktober 2005 |
Te l e matica Instituut wil meer met MKB
Chris Vissers kijkt 74
Chris Vissers zal zijn ‘kindje’ missen.
Op 1 oktober jl. heeft prof.dr.ir. Chris Vissers de leiding over het Telematica Instituut officieel overgedragen aan een tweemanschap: Mark de Jong van KPN Mobile en Hermen van de Lugt vanuit het eigen instituut. Hij blijft als adviseur nog tot april in de coulissen, maar daarna moet hij zijn troetelbaby volledig loslaten. Hij kwam in 1965 als jonge wetenschapper naar de pas gestarte TH Twente en bleef daar hangen omdat een aangeboden carrière in de Verenigde Staten hem mogelijk naar de jungle in Vietnam zou voeren. Achteraf mag Twente (en Nederland) blij zijn om zijn angst voor bloedzuigers en kogels van de Vietcong, want ‘zijn’ Telematica Instituut is uitgegroeid tot één van de meest waardevolle aanjagers van de zo noodzakelijke innovatie.
ven in regio – de kans om nieuwe dingen uit te testen.” Eén van de eerste Roombeek-projecten is ‘Droombeek’, een digitale weergave van de historie van de door de vuurwerkramp verwoeste wijk. Alles begon in 1991 met het winnen van een tender van EZ en OC&W, samen met IBM, Philips en KPN, voor het opzetten van het Telematica Research Center. Chris Vissers werd een jaar later de directeur. Vier jaar later vormde de logische upgrading tot Telematica Instituut (weer in een tender), waarin naast de UT, de TU Delft, het CWI en TNO, zeventien bedrijven gingen participeren. De hoofdlocatie werd Enschede en Chris werd – of liever gezegd – bleef directeur. Inmiddels is het aantal wetenschappelijke partners gegroeid tot dertien en het aantal bedrijven tot zesentwintig.
Toepassingen (door Niko W ind)
Hoewel het Telematica Instituut – ook internationaal gezien – wordt beschouwd als één van de meest geslaagde combinaties van wetenschap en commercie, is Chris Vissers nog lang niet tevreden. “We werken nog voornamelijk voor het grote bedrijfsleven, terwijl juist ook het MKB bij ons zou moeten aankloppen. Dat geldt ook voor de regio, al blijkt daar de traditionele drempel langzamerhand wat te verdwijnen. De verhuizing vanaf het UT-terrein naar het oude hoofdkantoor van Grolsch heeft daar zeker bij meegespeeld. We staan nu veel meer midden in de maatschappij en de ontwikkeling van Roombeek biedt ons – en al die kleine telematicabedrij-
Telematica zoals dat aan de Brouwerijstraat in Enschede wordt bedreven, heeft vooral te maken met het maken van toepassingen op het wereldwijde netwerk van verbindingen, bestaande uit internet, intranet en lokale netwerken. En veel van die toepassingen kennen we allemaal: bestellen via internet, telebankieren, teleconsult in de medische wereld, gemeenschappelijk gebruik van databanken en van dure apparaten. “Onze primaire missie is het ondersteunen van het bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties bij het ontwikkelen van hun concurrentie- en innovatievermogen. Wij ontwikkelen dus altijd samen met externe partijen. Dat kunnen multinationals zijn, maar ook lokale of regionale organisaties.” Een van de leukste voorbeelden van de laatste
Dynamisch netwerk van Twentse ondernemingen
terug en vooruit tijd is het project ‘Op avontuur in Twente’, waarbij men met een palmtop-computer, aangestuurd door een GPS-systeem de mooiste plekjes in Twente kan ontdekken en daarover informatie krijgt. “Maar we zorgen ook voor de ontwikkeling van digitale stadswandelingen."
Medisch Telecommunicatie speelt ook een cruciale rol in de noodzakelijke digitalisering van de informatiestromen binnen de gezondheidszorg. Het Telematica Instituut had op dat terrein al baanbrekende voorbeeldprojecten gerealiseerd en is nu één van de technische partners binnen het Twentse pilotproject IZIT. Eén van de meest sprekende voorbeelden was het consult op afstand, waarbij de huidarts via de camera van de wijkverpleegkundige aanwijzingen kan geven voor de behandeling van open wonden bij ouderen. Dit project veroverde een Europese prijs, maar verdween daarna – tijdelijk – in de koelkast omdat het niet paste in het bestaande vergoedingensysteem. “Binnen de regionale pilot kunnen we dat – en vele andere vormen van teleconsult – nu in de hele regio gaan invoeren.” Het Telematica Instituut moet zich, in zijn ogen, nog meer op de regio gaan richten. “Bij de regio gaat het niet alleen om het uitvoeren van projecten en het testen van nieuwe toepassingen in de glasvezelwijk Roombeek. We willen ook veel dichter tegen de kleine high-tech bedrijven aankruipen én stimuleren dat onze eigen medewerkers voor zichzelf gaan beginnen.” Over huisvesting hoeven deze spinoffs zich voorlopig geen zorgen te maken. Het kantoor van Grolsch is op de groei gekozen. De vrije ruimte wordt – door het BTC Twente – verhuurd, waarbij sterk wordt gekeken naar ‘links’ met het werk van het Telematica Instituut. “Dat laatste werkt ook bevruchtend omdat men elkaar in de kantine treft en zo veel eenvoudiger contacten legt. De andere huurders kunnen hierdoor veel gemakkelijker dan ‘buitenstaanders’ gebruikmaken van de kennisberg die in het Telematica Instituut aanwezig is. Maar we proberen ook via de Technologie Kring Twente de banden met de kleinere kennisintensieve bedrijven aan te halen.”
kijken, maar na die onwennige start enorm snel en doelgericht aan het werk gaan. Die snelheid onderscheidt het Telematica Instituut van de Universiteit Twente, waar Vissers overigens nog steeds hoogleraar is en promovendi begeleidt. “Van ons wordt verwacht dat we meehelpen oplossingen te realiseren van reële problemen van reële bedrijven of instellingen en we moeten dus – in tegenstelling tot een universiteit – altijd toepassingsgericht werken.”
Kennismanagement In tegenstelling tot andere, door de overheid ingestelde top-instituten is een fors deel van het onderzoek binnen het Telematica Instituut volledig openbaar en is het consortium van het instituut open. “In bijvoorbeeld Wageningen is het consortium gesloten waardoor het lijkt op contractonderzoek voor één bedrijf of een groep bedrijven. Bij ons komt dat ook voor, maar is beperkt tot eenderde.” Een belangrijk thema waar men zich in het instituut mee bezig houdt richt zich op kennismanagement in ‘slimme bedrijven’: het voorkomen dat met het pensioneren van medewerkers ook hun kennis uit het bedrijf of de organisatie verdwijnt. “De toekomst is aan de lerende organisatie, waarbij het uitwisselen, borgen, actualiseren en verspreiden van kennis centraal staat. Daar zijn wij momenteel mee bezig voor grote bedrijven als Shell en Thales. De resultaten kunnen ook door kleinere bedrijven prima worden gebruikt.” Een ander opvallend project wordt uitgevoerd in samenwerking met de Nederlandse procesindustrie. Al deze bedrijven hebben voor hun onderzoek behoefte aan extreem dure apparaten zoals een elektronenmicroscoop, maar ze hebben zo’n apparaat gemiddeld maar een uur per week nodig. Gemeenschappelijk gebruik zou ideaal zijn als het niet ging om sterk concurrentiegevoelige informatie. “En voor dat laatste zijn wij nu bezig een oplossing te vinden. Hét grote voordeel van dit gezamenlijke gebruik van dure apparatuur is dat ook kleinere bedrijven tijd kunnen huren en testen kunnen doen die – vanuit hun positie – anders nooit mogelijk zouden zijn geweest.”
MKB Techniek en psychologie Het Telematica Instituut telt alleen in Enschede al honderd medewerkers, van wie 75% academisch geschoold én gepromoveerd. Elders in het land zijn nog meer dan honderd collega’s aan het werk. En opvallend genoeg zijn die wetenschappers lang niet allemaal techneuten. “Wij weten dat nieuwe dingen altijd op weerstand en onbegrip stuiten. Men begrijpt het niet en is bang dat er wat mis gaat of dat de verantwoordelijkheid door de computer wordt overgenomen. Daarom is elk team multidisciplinair: techneuten, psychologen en andere sociale wetenschappers. Meestal een combinatie van onze ‘eigen’ mensen en die van de externe partner.” Voor Chris Vissers is het altijd weer een openbaring om te zien hoe de teamleden in het begin wat vreemd naar elkaar zitten te
www.ikt.nl
Het Telematica Instituut heeft momenteel 26 grote bedrijven als partner, maar wil (en moet) zich ook op het MKB richten. Dankzij de verhuizing is de psychologische drempel voor een kleinere onderneming wel wat geslecht, maar het is en blijft moeilijk om wat voor hen te doen. “Wij willen graag dat vragen geclusterd worden. Dan kan onze hulp waarschijnlijk verbreed worden en worden de kosten per bedrijf aanzienlijk lager. We hebben daarom samen met de HBO-raad, Syntens, TNO, MKB Nederland en VNO-NCW de Stichting Innovatie Alliantie opgericht.” De partijen die in dit SIA participeren hebben geld bijeen gebracht, waarmee branchegewijs ondersteuning kan worden gegeven. De Saxion Hogeschool Enschede speelt hierin een belangrijke rol en Syntens kan in principe voor input zorgen. ■
75
D i v e rsificatie reduceert het risico
Beleggen blijft 76
Guus Boender gaf college.
Alle methoden en theorieën ten spijt; niemand kan voorspellen wat de rente in de toekomst zal doen en wat het rendement van een belegging zal zijn. Of het nu gaat om aandelen of om alternatieve beleggingsvormen zoals in grondstoffen, nog niet genoteerde beleggingen of hedge funds. De IKT-ers die naar de lezing van prof. Guus Boender kwamen luisteren, kwamen wat dat betreft bedrogen uit. Hij bood zijn gehoor wél een goed inzicht in de wereld van beleggingen en rendementen. Zijn conclusie was echter meer dan duidelijk: “Het is een fabeltje dat iemand kan voorspellen wat de beurs doet, hoe de dollar over een jaar staat en wat dan de prijs is van ruwe olie. Het blijft gissen, maar het is wel mogelijk om door gebruik te maken van diversificatie-eigenschappen van beleggingscategorieën het risico van beleggingsportefeuilles te verlagen, of het rendement te verhogen” (door Niko W ind)
Guus Boender is directeur en medeaandeelhouder van ORTEC, een bedrijf met ca. 400 medewerkers, dat zich richt op het ontwikkelen van slimme systemen voor het optimaal inzetten van machines, mensen en geld. Daarnaast is hij - als volbloed Rotterdammer - hoogleraar Assest-Liability aan de VU in Amsterdam. Tijdens de IKT-bijeenkomst was hij vooral de man die veel pensioenfondsen en verzekeraars in binnen- en buitenland adviseert over hun strategisch beleggingsbeleid. Dat laatste is van essentieel belang voor deze fondsen omdat een rendementsdaling van 1% een premiestijging van 30% nodig maakt. En omgekeerd.
Aandelenrisicopremie Na het uiteenspatten van de internethype is het beleggen in aandelen ‘uit’. Traditioneel geeft beleggen in aandelen meer kans op verlies of winst dan het vastleggen van het geld in obligaties, maar de kans op winst lijkt sterk te zijn gedaald. De aandelenrisicopremie is, volgens veel internationale goeroes, dood. Dat betekent dat de ‘winst’ die
Dynamisch netwerk van Twentse ondernemingen
onvoorspelbaar te behalen is bij het beleggen in aandelen niet meer opweegt tegen het risico dat men loopt. Professor Boender startte met de basisregel: “Simpel gezegd is de waarde van een obligatie of aandeel gelijk aan de waarde van de toekomstige opbrengsten. Bij obligaties staat het rendement vast; voor aandelen geldt daarvoor de som van het dividend en de groeivoet.” Als echte wetenschapper schetste hij – zonder er een waardeoordeel over te geven – zowel de positieve als de negatieve redenering. “In Nederland gaan we uit van een gemiddeld dividend van 3,5% en een reële groei van 3% per jaar. Met een inflatie van 2% kom je dus op 8,5%. Trek daar de 10-jaars rente van 3,5% van af, dan kom je op een aandelenrisicopremie van 5%. In een wat voorzichtiger scenario van de VS-goeroe Siegel kom je uit op 3%.” Tegenover die positieve redeneringen staat de analyse van de goeroes Bernstein, Arnott en Ambachtsheer, die voor de VS rekenen met een dividendrendement van 1,5% en een reële groei van 1,1% en – ondanks de lagere rente – uitkomen op een aandelenrisicopremie van slechts 0,3%. ”Die lage reële groei in de VS komt volgens deze goeroes onder meer door de gigantische pensioentekorten, de optieprogramma’s en de ‘nieuwe’ ondernemingen die nog niet op de beurs zijn vertegenwoordigd.” Boender komt zelf tot een risicopremie van tussen de 2,5 en 3% en baseert dat onder meer op de sterke groei in India en China. “Je moet kijken naar de wereldeconomie en die zal er in de nabije toekomst heel anders uit gaan zien. Economisch gezien zijn in 2050 elk van deze landen groter dan Europa, de VS en Japan samen!”
Alternatieven Er zijn – zeker voor de grote pensioenfondsen – een aantal alternatieve vormen van beleggen: commodities, private equity en hedge funds. Sinds de theorie van Harry Markowitz (die daarvoor in 1990 de Nobelprijs ontving) zijn veel grote beleggers overgestapt op het systeem van diversificatie met een ongecorreleerde samenhang. Bijvoorbeeld, door een mix te kiezen van twee beleggingsvormen en producten die elk even risicovol zijn, maar geen directe invloed op elkaar hebben, wordt het risico teruggebracht tot 70%. “Men krijgt dus meer rendement per eenheid risico.” Ondanks deze risicoreductie wordt diversificatie, volgens prof. Boender, nog veel te weinig toegepast. Commodities (grondstoffen: van granen en goud tot varkensbuiken aan toe) doen het op dit moment erg goed, zeker als men heeft belegd in ruwe olie. De hoge olieprijs drukt de aandelenkoersen, waardoor beide bewegingen elkaar goeddeels compenseren. “Wist u dat de pensioenfondsen ABP en PGGM wereldwijd de grootste beleggers in commodities zijn? Zij profiteren dus nu maximaal van de hoge grondstofprijzen en hebben relatief weinig last van een stagnerende beurs.” Een andere mogelijkheid tot diversificatie heet in de vaktaal private equity; dat is beleggen in nog niet genoteerde
www.ikt.nl
fondsen. “Deze leveren meer rendement op door een liquiditeitspremie en hebben een lager risico door veel minder druk van regelgeving.” Prof. Boender schaarde ook de publiekprivate samenwerkingen onder het kopje private equity, met name als het gaat om de aanleg van infrastructuur.
Hedge funds voor de hele groten Er zijn veel typen hedge funds, die allen zorgen voor een reductie van het risico. Een daarvan is de portefeuille zo te kiezen dat bepaalde aandelen zwaarder in een portefeuille zitten en andere minder, maar dat de portefeuille als geheel overeenkomt met bijvoorbeeld de gewichtsverdeling binnen de AEX. Een andere vorm is het systematisch berekenen van de echte waarde van obligaties ten opzichte van de beurskoers. “Dit spelen met minimale bedragen is volledig computergestuurd. Nu dit door meerdere partijen wordt toegepast worden de marges klein. Daarbij gaat het er altijd om dat wat de ene wint, de ander verliest. Dus als kleine partij kunt u er alleen maar mee verliezen. De macht ligt bij de groten, die miljarden euro’s tot hun beschikking hebben. Zij zullen winnen, terwijl anderen verliezen.” Andere typen hedge funds werken met geleend geld, waardoor de kans op winst en verlies enorm toenemen. “De institutionele beleggers zijn langzamerhand kopschuw aan het worden omdat zij vrezen voor een hedge fund-bubble, die op een gegeven moment kan knappen.”
Risico of rendement Bij elke belegging op de beurs is er een strijd tussen rendement en risico. Prof. Boender toonde een illustratief staatje waaruit duidelijk werd dat 100% obligaties kan leiden tot een rendement van 5,4% en voor een mix met 60% aandelen een rendement van 7,3% wordt verwacht. De kans op verlies, vooral op fors verlies is echter vijf maal zo groot. “En er geldt een psychologische empirische wet dat een belegger een verlies van een bepaald bedrag twee maal zo erg vindt dan dat hij plezier beleeft van de winst van hetzelfde bedrag.” Personen of instellingen die gaan beleggen moeten tevoren een verhouding bepalen tussen rendement en risico. Dus bepaal uw economische uitgangspunten, bepaal uw doelstellingen en risiconormen (de kans dat het vermogen op de lange termijn in stand blijft en/of de kans dat er in enig jaar een bepaald percentage verlies wordt geleden). Aan de hand daarvan kan men een integraal investeer- en uitgeefbeleid bepalen. “Zo gaat het bij de grote pensioenfondsen die altijd uitgaan van de kans op onderdekking en/of een negatief rendement, en binnen die ruimte een maximaal rendement nastreven.” Prof Boender besloot zijn ‘college’ met drie praktische adviezen die hij had geleend van Jacobs, voormalig belegger en voorzitter van de ING en thans o.a. president commissaris van Shell: “Gebruik je gezond verstand, ga nooit in op zogenaamde insiders en beleg in kwaliteit!” ■
77
Ve r anderingen in het sociale landschap
Durf het reparatiescenario 78
Ronald de Leij: “Neem en geef de grotere verantwoordelijkheid die de overheid werkgevers en werknemers biedt.
2005 staat in het teken van de grote veranderingen in het sociale landschap. Maatregelen op het gebied van vut en prepensioen, de levensloopregeling, de ziektenkostenverzekering - met daaraan gekoppeld de zorgtoeslag - , de arbeidsongeschiktheid, de wetten Walvis en Wfsw én de Arbo-dienstverlening. De laatste wet is op 1 juli jl. van kracht geworden; de anderen worden op 1 januari 2006 van kracht. Volgens Ronald de Leij allemaal wijzigingen die noodzakelijk zijn, maar die door het kabinet slecht worden gebracht en die in de uitvoering ook al geen schoonheidsprijs verdienen. Zijn advies aan de werkgevers is om in alle gevallen de verantwoordelijkheid voor de onderneming in het oog te houden en niet mee te doen aan het repareren van veranderingen. “Geef de werknemer ook de verantwoordelijkheid die hem toekomt!” (door Niko W ind)
De Leij houdt als hoofd strategische beleidsontwikkeling van de algemene werkgeversvereniging AWVN meer lezingen voor ondernemersverenigingen als IKT. In alle gevallen start hij met de beschrijving van de huidige stand van zaken in Nederland in vergelijking tot de rest van de wereld. Zijn grafieken – en de rest van zijn Powerpoint-presentatie - zijn terug te vinden op www.ikt.nl onder het kopje werkgroepen, Personeel en Organisatie. “We hebben mondiaal gezien een hoog welvaartsniveau, maar dreigen deze voorsprong kwijt te raken. Nederland bleef na de aanslag op het World Trade Center in New York in 2001 achter bij de ontwikkeling in de wereld en onze economie toonde opvallend veel minder veerkracht dan die van de Verenigde Staten.” Hij had er weinig vertrouwen in dat de optimistische verwachtingen van het kabinet voor 2006 ook daadwerkelijk zullen uitkomen. “En als dat gebeurt, zal dat weer een negatieve invloed hebben op het vertrouwen in de eigen economie.”
Dynamisch netwerk van Twentse ondernemingen
te doorbreken Sociale lasten De Leij bestreed de stelling dat de hoge sociale lasten een remmend effect zouden hebben op de groei van onze economie. “In Zweden zijn de lasten hoger, maar is ook de economische groei groter. Wist u dat de netto uitgaven aan sociale bescherming bij ons niet hoger zijn dan in de Verenigde Staten? Inclusief de gezondheidszorg, de AOW, huursubsidie en kinderbijslag liggen onze lasten ook lager dan in België, Groot-Brittannië en Duitsland!” De kansen voor Nederland zijn in zijn ogen groot. “We hebben – Europees gezien – een jonge bevolking, een goed geschoolde beroepsbevolking, een lage staatsschuld (58% tegen bijvoorbeeld in België meer dan 100% van het bruto binnenlands product), een jaloersmakend aanvullend pensioentegoed en een relatief lage werkloosheid.” In zijn opsomming van positieve elementen noemde hij ook de relatief lage sociale lasten, de hoge arbeidsproductiviteit en de arbeidsrust, die wordt veroorzaakt door een vakbeweging die soms rechtser is dan de werkgevers. “Er is dus geen verklaring voor de huidige maatschappelijke ‘burn-out’. We weten wat er mis is, maar weten niet wat we er aan moeten doen.”
Ingrepen Volgens Ronald de Leij hebben we als ondernemers momenteel te maken met drie uitdagingen: de eerste is de ambitieuze Lissabon-agenda, die Europa wil omvormen tot de meest competitieve kenniseconomie in de wereld. “De start was in 2005, het streefjaar is 2010, maar halverwege zitten we verder van de doelstellingen af dan bij de start.” De tweede uitdaging is het reageren op de enorme ontwikkelingen in China. “Als we het bruto binnenlands product in 1996 op 100 stellen, dan zal Nederland in 2006 op 127 komen te staan en China op 245!” We moeten, volgens hem, echter niet bang zijn, maar investeringen in China toejuichen. “Hoe sneller zij groeien, hoe eerder er weer een evenwicht is!” En dan als derde al die binnenlandse hervormingen. Het onderwerp waar al die IKT-ers voor gekomen. De heer De Leij sneed ze een voor een aan. “Het is belangrijk om al die regelingen voor VUT of prepensioen voor 1 januari af te schaffen, want daarna krijgt u te maken met een enorme extra belastingaanslag.” Hij adviseerde de aanwezigen om de opgebouwde VUT- of prepensioenrechten te gebruiken als inleg voor de levensloopregeling – onder aftrek van wat elders binnen de organisatie nodig is voor ouderenbeleid. “Maar als men kan sparen voor extra vrije dagen, waarom moet een werknemer dan een dag vrij krijgen als hij 25jaar getrouwd is of als hij gaat verhuizen? We moeten al die regelingen voor bijzondere verlof opschonen en meer ruimte bieden voor onbetaald verlof!” Een tweede waarschuwing gold de regeling voor vermindering van de administratieve lastendruk, die de mooie
www.ikt.nl
naam Walvis heeft meegekregen. “Doet u het goed door elke maand aan de belastingdienst de salarisgegevens door te geven, dan kunt u veel tijd en geld besparen. Doet u dat niet, dan kunt u rekenen op forse boetes!”
Ziektenkostenverzekering Het nieuwe stelsel van ziektenkostenverzekeringen is, in de ogen van De Leij, vooral een zaak voor de individuele werknemer. Hij raadde af om een collectieve verzekering af te sluiten, maar adviseerde om de mensen zelf te laten kiezen. “Wel kunt u, of moet u eisen dat uw werknemers zich voor bepaalde aanvullende behandelingen bijverzekeren. Ik denk daarbij bijvoorbeeld aan fysiotherapie en behandelingen na een burn-out.” Uiteraard maakte hij even een zijstapje naar de wijze waarop de overheid de burger informeert over de noodzaak en de feitelijke invoering van dit nieuwe stelsel. “De mensen begrijpen niet waarom het nodig is én krijgen alleen maar te horen dat men zelf moet gaan kiezen en dat men – bij lagere inkomens – een gedeeltelijk al ingevuld formulier krijgt voor de zorgtoeslag.” Vooral bij dat laatste gaat er veel mis. Er zijn zelfs werknemers die van de belastingdienst te horen krijgen dat hun inkomsten nul zijn. “Je zult, of je dat nu wilt of niet, je medewerkers moeten helpen daar doorheen te komen. En passant kunt u dan ook nog vertellen dat deze wijziging nodig is om de gezondheidszorg betaalbaar te houden en om er voor te zorgen dat de lichamelijk zwakkeren – door de acceptatieplicht - geen hogere premie hoeven te betalen.” De nieuwe arbeidsongeschiktheidsregeling kan werkgevers in een moeilijk parket brengen. “Het breekpunt is bij 35% arbeidsgeschiktheid. Zit een werknemer daar onder dan valt hij netto veel minder terug dan als hij daar boven komt.” Hij vindt het begrijpelijk dat werkgevers daar een voorziening voor willen treffen maar adviseerde de keuze aan de werknemer te laten. De werkgevers moeten wel iets aanbieden, maar kunnen de mensen niet dwingen zich te verzekeren. “U kunt de preventie tot 100% opvoeren, maar de meeste ongevallen gebeuren in de vrije tijd: bij het klussen, op de weg of bij de sport. Wat u wél moet doen is de inzetbaarheid van uw mensen verbreden, zodat – als er iets gebeurt – de reïntegratie gemakkelijker verloopt.”
Denken aan China Nederland zit, volgens De Leij, in een cruciale fase:. “We zijn bezig met een enorme operatie om ons stelsel van sociale voorzieningen te moderniseren. Als we nu weer overgaan tot reparatie komen we niet verder. We moeten denken aan de bedreiging én de kansen die de expanderende economieën van China en India ons bieden. ■
79
I n E ibergen doen ze alles zelf
Helios piekt in de herfst Voor Henk Heinen betekent dit een continue aandacht voor kwaliteit, levertijd en leverbetrouwbaarheid. “We hebben als enige in onze kalenderbranche het ISO-9001 certificaat. Het papiertje zegt ons en onze klanten weinig; het resultaat van ons kwaliteitssysteem betekent des te meer.”
80
In eigen hand
Alles draait om kalenders.
Hoewel Henk Heinen soms wel denkt over terugtreden, is hij met hart en ziel aan zijn bedrijf verbonden. Zijn drukkerij is één van de grootsten in het land als het gaat om kalenders. Een trouwe markt voor een wel erg seizoensgebonden product: negen maanden voorfinancieren om in drie hectische maanden te oogsten. En die oogst is groot genoeg om zijn pand in Eibergen schitterend te verbouwen. Een eye-opener voor de toegestroomde IKT-ers. (door Niko W ind)
In de sfeer van relatiemarketing neemt de jaarlijkse kalender een bijzondere plaats in. Het is een kruising tussen relatiegeschenk en een reclame-uiting. “Wij doen niet anders dan de wens van bedrijven om te communiceren grafisch te vertalen. De relaties van onze klanten rekenen op de jaarlijkse kalender en zullen die op exact dezelfde plaats ophangen.” De opeenvolgende kalenders van Helios zijn daarom exact even groot. En die zijn iets groter dan die van de concurrenten. Dan zie je in ieder geval geen witte rand op de muur als een bedrijf op ons overstapt. “Het gaat in onze business immers vooral om jaarlijkse herhaling. Als een bedrijf eenmaal een bepaalde lijn heeft gekozen, houdt deze er vele jaren aan vast. Overstappen naar een andere leverancier gebeurt zelden, zeker als de drukker zich aan de afspraken houdt.”
Het bedrijf van Henk Heinen bestaat uit drie onafhankelijke, elkaar versterkende werkmaatschappijen: Hieke Reclame en Vormgeving, drukkerij Heinen en Helios Kalenders. “Onze vormgevers zorgen voor de ontwerpen van de kalenders, ze worden op voorraad gedrukt in de drukkerij en Helios zorgt voor de marketing en verkoop.” Het drukken gebeurt in twee stappen: vanaf januari tot september draaien de persen om de enorme voorraad op te bouwen. In de tweede stap, waarvan de piek in de herfst ligt, worden de bedrijfsspecifieke elementen toegevoegd. Vanwege het grote belang van het op tijd leveren, besteedt de groep in principe niets uit; ook niet – zoals bijna alle drukkerijen – het afwerken. Zelfs de koordjes worden in eigen beheer (door thuiswerkers) aan de kalenders gemaakt! De drukkerij is zelfs toeleverancier naar anderen. Vooral als het gaat om het bedrukken van dik papier of karton. “We gaan tot 400 grams!” Die enorme voorraad die in de loop van het jaar wordt opgebouwd, baart Henk amper zorgen. “Alleen als in één keer veel klanten afhaken of er plotseling een trendbreuk ontstaat, zitten wij in de problemen.” Die trendbreuk zal er volgens hem echter niet snel komen omdat de markt erg conservatief is en het afhaken weet hij te voorkomen door maximale zorg te besteden aan de levering. “Veel grote afnemers laten bij ons de zendingen voor de filialen klaarmaken. En dan kun je het niet hebben dat er iets mis gaat. Als de kalenders voor een thuiszorginstelling terecht komen bij een grote bank, is er veel mis en kun je in één keer twee klanten verliezen.” Hetzelfde geldt uiteraard als de bestelde kalenders te laat komen. Mede door deze zorg komt 86% van de klanten elk jaar terug. “De prijs is bijna nooit het probleem; het gaat om een correcte afhandeling van de order en een juiste levertijd.” Het voordeel van die vaste klanten is dat veel bedrijven al in het begin van het jaar bestellen, waardoor Helios in plaats van halffabrikaat ook gereed product in het magazijn heeft staan. De betaling volgt uiteraard veel later: in januari van het volgende jaar. “Daarom zijn die contacten ook zo belangrijk.”
Familiebedrijf Drukkerij Heinen en de nevenbedrijven ademen nog volledig de sfeer uit van een familiebedrijf: een minimaal verloop en amper ziekteverzuim in de piekmaanden. “Men heeft zoveel hart voor de zaak, dat – extreem gesteld – zelfs een gebroken been hen niet kan beletten om achter de machine te gaan staan.” Het bedrijf werkt het gehele jaar door in een twee-ploegensysteem. Tijdens de seizoenspiek in het najaar is het uiteraard niet toegestaan om vakantie op te nemen. Maar dat is dan ook iedereen bekend! ■
Dynamisch netwerk van Twentse ondernemingen
P o l i t i e Tw e n te werkt ook aan preventie
Veiligheid maak je samen Criminaliteit kost de Nederlandse samenleving elk jaar zo’n 1,3 miljard euro. Een flink deel daarvan komt op het bordje van de ondernemers. Reden voor IKT-Hengelo om zich - in het hypermoderne nieuwe politiebureau - eens goed te laten informeren wat de politie doet om dit te voorkomen. Het antwoord van Berend Bolt, districtschef Midden en Noord-Oost Twente, en zijn collega van Zuid Twente, Frederik Jansen, was simpel. “Wij zijn er om de boeven te vangen, maar om de criminaliteit echt terug te dringen zullen veel partijen moeten samenwerken. En dat zijn niet alleen de gemeenten, het OM en al die maatschappelijke organisaties. Ook voor het bedrijfsleven ligt er een belangrijke preventieve taak.”
81
( d oor Niko W ind)
Twente komt in allerlei onderzoeken als de veiligste regio van Nederland naar voren. Dit kan, volgens Bolt, best eens het gevolg zijn van het politiebeleid in de afgelopen jaren, waarbij is getracht om de problematiek integraal te benaderen. Het gaat daarbij vooral om de potentiële dader te beïnvloeden door het verbeteren van zijn positie in de maatschappij. Dus onder meer huisvesting, scholing en werk voor kansarme jongeren. “Samenwerking is hier essentieel. Het jeugd- en jongerenwerk kan veel doen om groepen hangjongeren uit de criminaliteit te houden.” Het Politiekeurmerk Veilig Wonen heeft het de boeven moeilijker gemaakt en ook aan de veiligheid op bedrijventerreinen en in winkelcentra wordt hard gewerkt. Preventie betekent ook het vergroten van de pakkans én van de kans dat de dader ook daadwerkelijk wordt gestraft. Het gaat om veiligheid én om veiligheidsgevoel. Het Bureau Slachtofferhulp vervult een belangrijke rol in de nazorg die aan slachtoffers wordt verleend. De Twentse politie gaat verder door soms ook de indirecte slachtoffers te benaderen. “Bijvoorbeeld in een grote zaak met veel impact in een wijk, doen wij niet alleen een buurtonderzoek, maar informeren we de buurt ook achteraf als de zaak is opgelost!” Bolt en Jansen staan niet te juichen bij de wens van de overheid dat de politie zich alleen maar mag richten op het vangen van boeven. “Dat kan alleen als de totale keten gesloten is en er dus een optimale samenwerking is met de regionale overheden, het OM en die wolk van maatschappelijke organisaties. En natuurlijk het bedrijfsleven.” De politie Twente heeft daarom als enige regio in het convenant met de rijksoverheid ook preventie opgenomen.
Regionaal platform Frederik Jansen kwam met fraaie cijfers over de halvering van het aantal woninginbraken in de laatste vijf jaar. “Maar er moet meer gebeuren. De overheid wil in 2008 ook de
www.ikt.nl
criminaliteit in het bedrijfsleven met 20% verminderen.” Dat de politie dat niet alleen kan, is duidelijk. Daarvoor is in Twente een Regionaal Platform Criminaliteitsbeheersing, (RPC), opgericht waarin de politie samenwerkt met de gemeenten, provincie, grote ondernemingen en ondernemersorganisaties: van winkeliersverenigingen tot en met IKT. Han Roordink is daarvan de projectleider. Dit platform (www.rpctwente. nl) richt zich met de veiligheidsplannen op winkelcentra, bedrijventerreinen, de transportsector, de zorgsector, het uitgaansleven en uiteraard de omgevingen van stations en stadions. Jansen gaf in de korte spreektijd die hem gegeven was een paar voorbeelden: samenwerking met de UT en het Telematica Instituut bij de ontwikkeling van intelligente bewakingscamera’s voor bedrijventerreinen, het beteugelen van diefstal uit en van vrachtauto’s, de aanpak van agressie bij huisartsen en in ziekenhuizen en goede afspraken met portiers in het uitgaansleven. “Allemaal zaken die we samen met anderen doen! En die in de ogen van de minister niet tot onze taken behoren...” Wat de politie doet met de boeven die ze vangen werd bij de rondleiding duidelijk. Met de commotie rond de Schiedamse parkmoord in het achterhoofd, mochten de IKT-ers ook een kijkje nemen in de verhoorkamer voor zware gevallen, waar de verhoren op video kunnen worden opgenomen en vanuit een regiekamer worden bijgestuurd. Twente loopt dus ook op dit punt voorop in de landelijke ontwikkelingen. ■
De commissarissen Berend Bolt (l) Frederik Jansen willen meer doen dan boeven vangen.
Scope Nieuwsrubriek over Twentse zaken en mensen. Wanneer u deelnemer bent van IKT kan uw nieuws onder Scope worden opgenomen. Persberichten bij voorkeur per e-mail aan te leveren.
Ons adres: IKT/Twentevisie T.a.v. Saskia Rikhof-Slot Postbus 5501 7500 GM ENSCHEDE Tel. 053 - 48 49 980 Fax. 053 - 48 49 985 e-mail:
[email protected]
Netwerkstad Twente, het samenwerkingsverband van de gemeente Almelo, Borne, Hengelo en Enschede, heeft eind augustus een aanvraag ingediend voor het lidmaatschap van Eurocities. De Netwerkstad voldoet als stedelijk netwerk met een Europese dimensie aan de formele toetredingseisen voor een “full membership”. Eurocities is een netwerk van 120 grote steden in 30 Europese landen. “Grote steden” wil zeggen meer dan 250.000 inwoners. Het stedelijk gebied van Netwerkstad Twente telt zo’n 330.000 inwoners. United Restart Enschede is een regionaal maar ook landelijk opererend reïntegratiebedrijf dat de IRO uitvoert. Deze Individuele Reïntegratie Overeenkomst biedt mensen met een WW- of WAO uitkering de mogelijkheid om zich te heroriënteren op de arbeidsmarkt. De werkzoekenden kunnen ook gebruik maken van het netwerk van United Restart. United Restart is een onderdeel de United Services Group waartoe ook Uitzendbureau Start, Uitzendbureau Unique, Technicum, Secretary Plus, Creyf’s, Content, Topstart, United Capacity, United Tecnical Solutions en Innotiv behoren. Nadere informatie: United Restart, Frans Kattenpoel, tel. 053-4814670.
Personalia Müller Transport uit Holten heeft per 1 oktober jl. alle distributie-activiteiten in Nederland over van Uniq Nederland uit Losser; de bekendste en grootste saladeproducent van Nederland (Johma Salades). Het betreft een forse uitbreiding van de reeds bestaande samenwerking tussen Uniq Nederland en Müller Transport; de comaking van Albert Heijn producten. Met deze samenwerking zetten de beide bedrijven een belangrijke stap in de verdere vergroting van efficiency en optimalisatie in de logistieke keten. ■
Nieuwe deelnemers IKT-Almelo Munsterhuis Autobedrijven Postbus 1245 7500 BE Enschede Contactpersoon: Dhr. T. Lageweg Ook deelnemer geworden van Enschede, Haaksbergen, Hengelo, Oldenzaal en West-Twente
Beekman Seniorcoaching
IKT-Hengelo
Koestraat 17 7447 CE Hellendoorn Contactpersoon: Dhr. H. Beekman
KTR Benelux B.V.
IKT-Enschede De Aanleiding Relatiemanagement Postbus 167 7550 AD Hengelo Contactpersoon: Mevr. J.H. van de Mast
ODV Beheer Postbus 466 7600 AL Almelo Contactpersoon: mevr. M.M.H. Geerdink
Claves Postbus 466, 7500 AL Enschede Contactpersoon: Dhr. F. Wille
Postbus 594, 7600 AN Almelo Contactpersoon: Dhr. J.J.H. Kotte
www.ikt.nl
IKT-Oldenzaal Rabobank Ootmarsum-Denekamp Postbus 8 7590 AA Denekamp Contactpersoon: Dhr. H.J. Muller
Capac Inhouse Services B.V.
IKT-Haaksbergen Levers Ter Braak Verzekeren / Hypotheken / Pensioenen
Postbus 87 7550 AB Hengelo Contactpersoon: Dhr. R.J.M. Peper
René Keemers werving & selectie Metaalstraat 2c 7483 PD Haaksbergen Contactpersoon: Dhr. R.J.H. Keemers
Narcissenstraat 1a 7572 AK Oldenzaal Contactpersoon: Dhr. R.A.J. Stolk
83