In het land van de angst Liturgie
Gezang 3: 1/2 LvdK Votum en groet
Onze hulp is in de naam van de Here, die hemel en aarde gemaakt heeft, die trouw is tot in eeuwigheid en het werk van zijn handen nooit loslaat. / Genade voor u en vrede, van God onze Vader, van Jezus Christus de Here, door de Heilige Geest.
Psalm 111:1/3 OB Gebod Psalm 111: 5/6 OB Schriftlezing
(Genesis 12:10-20)
Psalm 107: 1/2 NB Preek Psalm 107: 8/9 NB Gebed Psalm 146: 3/4 OB Zegen
Ga nu heen in vrede en ontvang de zegen van God: de genade van onze Heer Jezus Christus, de liefde van God, de gemeenschap van de heilige Geest, zij met u allen. Amen
Preek Gemeente van Christus,
Intro
In de eerste negen verzen van hoofdstuk twaalf is Abram neergezet als een toonbeeld van geloof. Hij hoorde een stem en hij is gegaan. Hij is geroepen en was alleen maar gehoorzaam.
Abram is op deze manier een model geworden voor dat wat geloven is. Hij wordt niet voor niets vader van alle gelovigen genoemd. Maar als dit nu alles zou zijn wat er over dit model te zeggen is, dan zou het model niet geloofwaardig zijn.
Als we enkel de eerste negen verzen van hoofdstuk twaalf zouden hebben, als we Abram alleen maar zouden kennen als een gehoorzaam mens, dan zou hij buiten de werkelijkheid staan die weerbarstig is.
Hij zou een model van plastic zijn en geen model van vlees en bloed. Daarom is het belangrijk dat er op het verhaal over de gehoorzaamheid een ander verhaal volgt. Een verhaal dat ons duidelijk maakt dat geloven een strijd is.
Een strijd waar niemand zonder schade en schande uitkomt.
Hongersnood
Voor Abram begint deze strijd met een hongersnood. Meestal begint een hongersnood hiermee dat het niet regent. Alles wat groeit droogt uit. Wat er overblijft zijn zwarte stoppels. Het water in de putten droogt op.
De uiers van schapen en geiten verdrogen. Alle kostbaarheden worden verkocht om aan eten te komen. Dorst doet de tong van baby’s aan het gehemelte kleven. Kinderen bedelen om een korstje brood, maar niemand kan het ze geven.
Door de honger ontbreekt het je aan kracht om ook nog maar iets te doen. Je zoekt de schaduw op en staart in het niets. De vrouwen worden niet meer zwanger. De bewegingen worden traag als in een droom.
In die nachtmerrie is Abram terecht gekomen. Geen wonder dat hij besluit dat er iets moet gebeuren. In Kanaän blijven staat gelijk aan sterven. Abram besluit met zijn gezin naar Egypte te trekken.
Naar Egypte omdat niet afhankelijk is van de regen voor het voedsel. Men is niet afhankelijk van de regen omdat de Nijl dwars door het land stroomt. Daarom besluit Abram met zijn gezin naar Egypte te trekken.
Nu is dat niet zonder risico want met dat je een vreemd land binnentrekt lever je jezelf uit aan de gunsten van vreemde overheden. Die kunnen vervolgens met je doen wat ze willen. Daar kunnen de asielzoekers vandaag de dag over meepraten.
Emigreren is jezelf uitleveren aan de gunsten van vreemde overheden. Dat was toen nog erger dan nu. Toen was je als vluchteling echt vogelvrij. Overgeleverd aan de willekeur van vreemde machthebbers.
Abram weet van deze risico’s, maar hij heeft geen alternatief, hij staat door de honger met de rug tegen de muur. Dat hij zich bewust is van de risico’s blijkt uit het gesprek dat hij heeft met zijn vrouw.
Sarai, ik weet heel goed dat jij een mooie vrouw bent. Als de Egyptenaren je zien, zullen ze denken dat je mijn vrouw bent. Dan zullen ze jou in leven laten, maar mij zullen ze doden. Zeg daarom dat je mijn zuster bent.
Dan kom ik er dankzij jou misschien goed vanaf en loopt mijn leven geen gevaar.
De leugen
Om te overleven maakt Abram gebruik van een leugen en als je jezelf inleeft in de situatie kan je hem dat moeilijk kwalijk nemen. De leugen is zijn enige wapen tegenover de vreemden met hem kunnen doen wat ze willen.
Het enige wapen dat zwakke mensen kunnen inzetten tegenover het geweld van de machtigen is de leugen. Sarai zal opvallen doordat zij een mooie vrouw is. De mannen van Egypte zullen haar op willen nemen in hun harem.
Abram is als echtgenoot een sta in de weg en zal uit de weg worden geruimd. Met het oog op dit gevaar stelt Abram voor dat zijn vrouw net zal doen alsof ze zijn zuster is. Dat is nog waar ook, want behalve zijn vrouw is Sarai ook echt een halfzus van Abram.
Maar het feit dat Sarai een halfzus is van Abram kan natuurlijk niet ongedaan maken dat ze ook met elkaar zijn getrouwd. Zeg dat je mijn zuster bent, dan kom ik er dankzij jou misschien goed vanaf, en loopt mijn leven geen gevaar.
Als je deze zin voor het eerst leest is het net alsof Abram zijn vrouw offert met het oog op zijn eigen welzijn. Maar zo simpel is het niet want Sarai zal ook in het harem van een Egyptenaar worden opgenomen als ze wel bekend staat als zijn vrouw.
Abram kan wel hard roepen dat hij haar man is maar dat heeft geen zin. Hij zal mensen die kwaad willen niet tegen kunnen houden, want hij heeft als vluchteling geen rechten. Dan kan je wel heldhaftig zijn maar wat heb je daaraan?
Abram kiest ervoor de schade zo veel mogelijk te beperken. Sarai zal sowieso worden opgenomen in een harem. Dat is al ellendig genoeg. Door zich voor te doen als haar broer voorkomt hij dat dit er ook nog eens bijkomt dat hij wordt vermoord.
Struggle for life
Door dit verhaal worden we geconfronteerd met wat men wel de struggle for life noemt. Het gaat hier over het gevecht om te leven. We vechten om te leven en als we alleen maar kunnen overleven door middel van een leugen is de keuze snel gemaakt.
Nu weten de meesten van ons niet wat het betekent om echt honger te hebben en op die manier met de rug tegen de muur te staan. Maar ook al herkennen de meesten van ons de honger niet, in het klein komt de struggle for life ook voor in ons leven.
We zijn allemaal verwikkeld in de strijd om het bestaan. We vechten om mee te tellen in de groep. We vechten om onze baan niet te verliezen. En in het bedrijfsleven is het eten of gegeten worden.
En in dat gevecht is het over het algemeen zo dat eerst ons eigen bestaan gewaarborgd moet zijn. Eerst moeten we er zeker van zijn dat we het gevecht overleven. Pas daarna kunnen we ons bekommeren over de plaats van de ander.
Discussies over normen en waarden zijn een vorm van luxe die je jezelf alleen kunt permitteren als er aan de eerste levensbehoeften is voldaan. De Duitsers hebben daar een uitdrukking voor: erst das Fressen und dann die Moral.
In dit verhaal speelt de struggle for life in Egypte. Dat is niet voor niets zo want Egypte zou je kunnen typeren als het land van de angst en op een bepaalde manier zou je kunnen zeggen dat we allemaal in dat land van de angst leven.
Als we vechten voor onze baan zijn we bang die te verliezen. Als we vechten voor onze plats in de groep zijn we bang voor gezichtsverlies. Wij mensen zijn bang voor elkaar en voelen ons door elkaar bedreigd.
En uiteindelijk gaat het allemaal hierom dat we bang zijn voor de dood. Als Abram het land van de angst binnentrekt neemt hij zich voor er een vreemdeling in te blijven. Hij neemt zich voor daar tijdelijk te gaan wonen.
In oude vertalingen staat het er zo dat hij afdaalt naar Egypte om daar als vreemdeling te verkeren. Maar nog voor hij er is aangekomen heeft dit land hem in zijn denken al gevangen genomen.
Zeg dat je mijn zuster bent, dan kom ik er dankzij jou misschien goed vanaf, en loopt mijn leven geen gevaar.
De farao
Uit het vervolg van het verhaal blijkt dat Abram een goede inschatting heeft gemaakt van de situatie. In Egypte blijkt men inderdaad oog te hebben voor vrouwelijk schoon. Zodra Abram in Egypte aankomt zien de Egyptenaren dat zijn vrouw bijzonder knap is.
In eerste instantie wordt zij gezien door de gewone man. Vervolgens krijgen de vorsten er lucht van. Uiteindelijk brengen zij het gerucht over deze buitenlandse schoonheid over aan de farao.
Sarai wordt opgenomen in zijn huis. In de natuur heeft de sterkste het voor het zeggen. Bij verschillende diersoorten is het zo dat de mannen vechten om het vrouwtje. Degene die het gevecht wint neemt haar mee naar huis.
Farao is in dit verhaal de sterkste. Hij kan iedere vrouw die hij wil toevoegen aan zijn harem. Hij hoeft er niet eens voor te vechten met Abram want Abram is alleen maar bang. De farao geeft hem schapen en geiten, runderen, ezels, slaven en slavinnen.
Omwille van Sarai is hij Abram goed gezind en dat laat hij hem merken door middel van geschenken. En op die manier lijkt het plan van Abram inderdaad te lukken. Zeg dat je mijn zuster bent, dan kom ik er dankzij jou misschien goed vanaf.
Abram komt er meer dan goed vanaf, het gaat hem voor de wind in Egypte. Hij wordt er een welvarend man met de farao als suikeroom.
De belofte
Aan het begin van de preek hebben we het gehad over Abram als vader van de gelovigen. Door de hongersnood zien we in een andere kant van zijn leven en wie zichzelf kent weet dat het zo gaat in het leven.
Als onze veiligheid in het gedrang komt blijft er weinig meer over van heldhaftigheid. Er zijn er meer in de bijbel die lijden aan geheugenverlies als ze onder druk komen te staan. Zoals Abram niet meer wist dat hij bij Sarai hoorde, wist Petrus niet meer dat hij bij Jezus hoorde.
We kunnen het hun niet kwalijk nemen omdat we inzien dat we het zelf niet anders zouden doen. Daarmee wordt duidelijk hoe vreemd het evangelie is want Jezus zegt mij dat degene die zijn leven wil behouden het zal verliezen.
Degene die zijn leven durft te verliezen, die zal het behouden. Inmiddels is het moment dat Abram de stem voor het laatst heeft gehoord al weer even geleden. Tot nu toe is de stem in dit gedeelte ook niet gehoord.
Misschien hoort dat er ook wel bij, bij de misère waar Abram in verzeild is geraakt. Hij staat niet alleen met zijn rug tegen de muur omdat hij geen eten meer heeft. Hij staat niet alleen met de rug tegen de muur omdat hij zich bedreigd voelt door vreemdelingen.
Hij staat ook met zijn rug tegen de muur in die zin dat hij de stem niet meer hoort. Ook dat kan je als gelovige in het leven overkomen. Al dan niet door eigen schuld. Wat moet je als je de stem niet meer hoort in je leven?
Abram probeert zichzelf te redden zo goed en zo kwaad als dat gaat. Hij is om zo te zeggen voor zichzelf begonnen. Een kleine zelfstandige. En we zien hem tot welstand komen. Zijn bezittingen groeien door de cadeautjes van de farao.
Hoe het Sarai in het harem van de farao vergaat vertelt het verhaal niet maar met Abram gaat het goed.
Keerpunt
Met Abram gaat het goed maar de farao krijgt het zwaar te verduren. Hij raakt in allerlei nare toestanden verzeild. De ene plaag na de andere komt over hem en over zijn huis. De farao wordt geslagen, omdat er iemand is die het opneemt voor de onderdrukten.
Maar de HERE, maar de HERE trof de farao en zijn huis met zware slagen vanwege Sarai de vrouw van Abram. God neemt het op voor de vrouw die nergens in dit verhaal stem heeft gekregen.
God neemt het op voor alle vrouwen die waar ook ter wereld het slachtoffer zijn van onderdrukking en geweld. Het keerpunt in dit verhaal is het handelen van God. Uiteindelijk gaat dit verhaal over de daden van de HERE.
Dat is maar goed ook want mensen van vlees en bloed lopen vast in Egypte. Wij mensen lopen vast in het land van de angst. Als hij er niet aan te pas komt zullen wij nooit aankomen in het land van de belofte.
Als hij er niet aan te pas komt zal het kind van de belofte nooit geboren worden. Als hij er niet aan te pas komt zal er nooit een volk zijn dat bij hem hoort want de moeder van dat volk is opgesloten in het huis van de farao.
Het keerpunt in dit verhaal is het handelen van God. Maar de HERE, maar de HERE trof de farao en zijn huis met zware slagen vanwege Sarai de vrouw van Abram. Dat laat dan ook gelijk zien dat de bijbel geen boek van de moraal is.
Als de bijbel een boek zou zijn dat ons moet leren netjes te leven dan zou het niet deugen. Dan zou Abram hier afgeschreven moeten worden omdat hij gelogen heeft, maar Abram wordt hier niet afgeschreven.
Hij krijgt zijn vrouw terug en gaat hier rijker vandaan dan hij er kwam. De goddeloze wordt hier gerechtvaardigd om niet.
Keerpunt
Dat betekent overigens niet dat Abram er helemaal zonder kleerscheuren van afkomt. Hij krijgt er wel degelijk van langs, want hij wordt door de farao ter verantwoording geroepen. Hoe hij het aan de weet is gekomen weten we niet.
Op de een of andere manier moet hij de boodschap van het onheil hebben begrepen. Wat hebt u mij aangedaan? Waarom hebt u me niet verteld dat ze uw vrouw is? Waarom hebt u gezegd dat ze uw zuster is?
Nu heb ik haar tot vrouw genomen. Hier is uw vrouw weer. Neem haar mee en verdwijn! De vragen die Abram op zichzelf krijgt afgevuurd zijn aan de ene kant zo hypocriet als het maar zijn kan. De farao als huilebalk: wat hebt u mij aangedaan?
Hij doet net alsof hij niet meer is dan een willekeurige medemens terwijl hij dat niet is want daar heeft hij veel te veel macht voor. De despoot beklaagt zich hierover dat er mensen zijn die bang voor hem zijn. En hoe zou dat nou komen…?
Vanuit het perspectief van de farao is de verontwaardiging dus misplaatst, maar daarmee zijn we nog niet van zijn woorden af want als we zijn machtspositie even tussen haakjes zetten ontmoeten we in de farao ontmoeten we de medemens die teleur is gesteld.
En de teleurstelling gaat hierover dat men niet benaderd is als een medemens maar als een bedreiging. Wij kunnen onze medemens ontzettend teleurstellen door altijd maar weer gevaar te vermoeden.
Terwijl het ook wel eens zo is dat er in die medemens hulp klaar staat. Iemand die niet alleen uit is op eigen belang. Misschien is het zelfs wel zo dat we in de medemens iemand ontmoeten die om ons geeft.
Afsluiting
Had het anders gekund? Is er een alternatief voor het handelen van Abram? Had hij ook in het beloofde land kunnen blijven? Had hij ook als een getrouwd man met zijn vrouw Egypte binnen kunnen trekken?
Of moeten we niet gewoon nuchter zijn en erkennen dat het nu eenmaal zo gaat in de wereld? Want is het niet zo dat we als het gaat om ons lijfsbehoud dingen doen die we normaal nooit zouden doen?
Dit verhaal vertelt ons dat God mogelijkheden heeft die wij mensen niet kunnen overzien. Geloof in hem opent de mogelijkheid niet te wijken voor de angst. Dat hebben we ultiem gezien in Jezus die niet bezweek onder de druk van de overheden.
Hij durfde zijn leven te verliezen vanwege de glorie die hem in het vooruitzicht was gesteld. In de praktijk van ons leven gebeurt dat maar zelden. Meestal gaan wij opzij. Net als Abram en net als Petrus.
We zijn geen mensen van plastic, maar mensen van vlees en bloed. Maar juist in die onmogelijke situatie verkondigt dit verhaal ons de daden van God. Hij slaat de farao als de verpersoonlijking van onze angst.
Hij moet Abram laten gaan, hij laat hem niet alleen gaan, onder begeleiding van een escorte laat hij Abram het angstland uitzetten. Abram wordt als een verdwaald kind bij de hand genomen en naar huis gebracht.
Want liefdevol en genadig is de HERE, hij blijft geduldig en groot is zijn trouw. Hij straft ons niet naar onze zonden en vergeldt ons niet naar onze schuld. Zo liefdevol als een vader is voor zijn kinderen, zo liefdevol is de HERE voor wie hem vrezen.
Want hij weet het veel beter dan wij, dat wij geen mensen van plastic zijn, maar mensen van vlees en bloed.
Amen