in fospectrum
o o g in dit nr.
I N S P E C T R U M R E L AT I E K R A N T
v o o r
12
k w a l i t e i t december 2 0 1 0 - nr .
Inspectie en inventarisatie van oeverbeschoeiingen
Daar bij de waterkant in Alkmaar Pagina
3
Woningcorporatie Wooncompagnie in Hoorn ‘Geen geheimen voor onze huurders’
Er is één strijd die ons land continu voert en de verwachting is niet dat daar verandering in komt: de strijd tegen het water. De waterschappen hebben er een dagtaak aan, maar ook gemeenten moeten op hun quivive blijven. Alkmaar vroeg Inspectrum de oeverbeschoeiingen in de gemeente te inspecteren en te inventariseren.
Pagina
10
Inspectrum ontwikkeld nieuw programma Nooit geen hoge kosten meer
En verder Inspectie en inventarisatie oeverbeschoeiingen 1/2 Column 2 Mogelijkheden met +Topo 4/5 Wegbeheer professionaliseren 6/7 Leven van een groenbeheerder 8 Onderhoudsstatus Doetinchemse panden 9 Kees van Staveren begint voor zichzelf 12
A
Als senior medewerker beleid & advies is Gerard Laan (mede)verantwoordelijk voor het beheersysteem waarin de gegevens van alle oeverbeschermingen in Alkmaar zijn opgenomen. Het belang daarvan mag volgens Gerard Laan niet worden onderschat. Als er iets is dat zijn loopbaan bij de gemeente hem heeft geleerd, dan is het dat de kracht van water nooit mag worden onderschat. Laan: “Water is altijd in beweging. Over het beheer en onderhoud van waterlopen moet je dus heel goed nadenken. Daarom ook zijn we hier in Alkmaar heel serieus met oever bescherming bezig.” In het verleden was het beheer van water en beschoeiingen in de NoordHollandse stad ondergebracht bij de toenmalige afdeling Natuur en Stedelijk Groen. Later werden de groenbeheerders van de afdeling Wijkbeheer verantwoordelijk voor de lichte beschoeiingen en gingen de zware, constructieve beschoeiingen naar de afdeling Kunstwerken.
Gerard Laan en Cindy Kruidenberg: “We hebben de actuele situatie weer in beeld.”
In 2004 volgde de eerste stap richting een beheerprogramma specifiek gericht op oeverbescherming. Met als resultaat het op maat geschreven Oeverbescherming Beheersysteem Alkmaar OBOS. Onderdeel van het systeem is een beoordelingsmatrix voor de kwaliteit van beschoeiingen, die op basis van de input de vervangingstermijn berekent. Gerard Laan: “Een prachtig systeem, maar om te kunnen beheren moet bekend zijn wat het te beheren areaal is. Daarom hebben we in 2005 een inventarisatie laten uitvoeren van alle oeverbeschermingstypen, compleet met naam en gegevens van de eigenaar, de verschillende beherende afdelingen binnen de gemeente. Uiteraard is toen ook de staat van de beschoeiingen bekeken. Het systeem is met die data gevuld en er is een koppeling gemaakt met een Lees verder op pag. 2 u
column
waterkant alkmaar
Slim opereren
u Vervolg van pag. 1
igitale grafische kaart van de gemeente. Daarmee d beschikken we over een krachtig instrument. We hebben het OBOS-systeem nu vijf jaar in gebruik en zijn er tevreden over.”
Klein maar dapper. Dat geldt voor Woningstichting Nieuwkoop (WSN). Een corporatie in het groene hart van de Randstad, die ongeveer 1.000 woningen en enkele zorgeenheden verhuurt. Ondanks die geringe omvang, liegen de ambities, bijvoorbeeld op het gebied van energiebesparing, er niet om. En de 14 medewerkers (10 fte) maken het nog waar ook. Om die reden vroegen wij Wim van de Lavoir van de Woningstichting Nieuwkoop deze column te vullen.
Hoe goed systemen ook zijn, ze moeten regelmatig worden gevuld met actuele data. In de startnotitie was al bepaald dat eenmaal per vijf jaar een herinventarisatie van de kwaliteit van de beschoeiingen moet plaatsvinden. Alleen dan is het mogelijk om een gefaseerd meerjarenbudget te reserveren, uitgaande van een afschrijvingstermijn van beschoeiingen van ongeveer veertig jaar.
Een column schrijven is voor mij geen dagelijkse bezigheid en de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat ik ook maar een ‘invaller’ ben. Onze manager vastgoed Corné van Eijk had toegezegd aan de invulling te zullen meewerken, maar hij maakte onlangs onverwacht bekend te vertrekken. Of ik de honneurs waar kan nemen en dat doe ik graag. Omdat we in Nieuwkoop trots zijn op waar we mee bezig zijn. Dat het bijzonder is wat we doen zou ik zelf niet durven beweren. We proberen gewoon met de beperkte middelen die we als kleine corporatie hebben, zoveel mogelijk te realiseren. De lat ligt hoog zogezegd. We willen iets betekenen voor onze omgeving en durven onze nek uit te steken. Als je dan positieve reacties krijgt van bewoners (en die krijgen we!), dan is dat leuk. Het geeft voldoening en het motiveert om door te gaan op de ingeslagen weg. WSN is dus een kleine corporatie. Ons woningbezit is redelijk oud. Veel woningen bijvoorbeeld uit de zestiger jaren. Veel eengezinswoningen ook en dat betekent dat je dicht bij het leefcomfort van mensen zit. Voor het in kaart brengen van ons bezit hebben we Inspectrum ingeschakeld. Ze hebben de energielabeling gedaan en ze doen bouwkundige inspecties gericht op onderhoud. Vervolgens krijgen we te maken met een budget dat tekortschiet. Dat is voor velen herkenbaar neem ik aan! Onze aanpak is gericht op slim opereren. Zo hebben we een sterke voorkeur voor projectmatig werken. Daarbij zetten we onderhoudswerkzaamheden (noodzakelijke en preventieve) en energiemaatregelen ‘tegen elkaar aan’. Ik heb daar een rekenmodel voor gemaakt, zodat we verantwoorde beslissingen kunnen nemen. De praktijk is dat we er stap voor stap in slagen de labels van complexen te verbeteren. Dat heeft consequenties voor de huur die mensen moeten betalen, maar ze krijgen er een lagere energierekening en meer wooncomfort voor terug. We zetten ook in op samenwerking, onder meer met de gemeente. Op een gezamenlijke inloopavond over een plan voor een bestaande buurt van 89 woningen was de belangstelling onlangs meer dan gemiddeld. Dat geeft aan dat het leeft. De bedoeling is dat wij het onderhoud aan de woningen afstemmen op de voorgenomen activiteiten van andere instanties, in dit geval de gemeente. De gemeente werkt mee, wij zien het zitten en de bewoners zijn enthousiast. Wat wil je nog meer? Zo proberen we voortdurend te verbeteren. En te verduurzamen, want ook de milieuproblematiek heeft onze aandacht. Alleen als een risico-inschatting zwaar negatief uitvalt, beginnen we ergens niet aan. Maar de benadering is altijd positief, vanuit wat we willen en kunnen. Als je ze wilt zien zijn er ook altijd wel meevallers. Nu weer de tijdelijke BTW-verlaging voor energieprojecten. Dat geeft wat financiële ruimte en daar maken we zeker gebruik van. Wim van de Lavoir Medewerker Bedrijfsbureau Woningstichting Nieuwkoop
Voor meer informatie: www.wst-nieuwkoop.nl.
2
inspectrum relatiekrant 12
december 2010
De noodzakelijke inventarisatie werd uitgevoerd door Inspectrum in de periode september 2009 tot en met mei 2010. Gezeten in een eenvoudig motorbootje voer de inspecteur langs de beschoeiingen om op basis van een programma van eisen de kwaliteit ervan te beoordelen. Hij maakte gebruik van een veldwerkmodule die behoort bij de OBOSbeheersoftware en een pentop met een tekenpakket. De opdracht omvatte ook het maken van foto’s van de objecten die in het systeem staan.
Updaten waterkaarten ANWB Ook voor de ANWB weet Inspectrum de weg op het water. Regelmatig wordt voor het updaten van waterkaarten de expertise van het Velpse bedrijf ingehuurd. Waterkaarten zijn voor watersporters als de Bijbel voor christenen. Voorwaarde voor ‘een behouden vaart’ is dat de kaarten die worden gebruikt up to date zijn. “Wij hechten veel waarde aan kwaliteit en de kracht van Inspectrum is dat ze informatie op de juiste waarde kunnen schatten. Daarom klikt het denk ik zo goed”, zegt Yvonne Mens, die bij de ANWB verantwoordelijk is voor de inhoudelijke kwaliteit van de waterkaarten In totaal zijn er vijftien waterkaarten. Elke twee jaar worden ze allemaal ge-update, waarbij de via gemeenten, waterschappen, Rijkswaterstaat en watersporters binnengekomen wijzigingen worden meegenomen. De taak van Inspectrum is de aangeleverde informatie per kaart te selecteren, te checken en te verwerken. Eens in de vier jaar voert Inspectrum ook verkenningen uit op het water om te kijken of de gegevens die zijn doorgegeven ook daadwerkelijk kloppen. Over de samenwerking met Inspectrum zegt Yvonne Mens: ’We spreken dezelfde taal en dat communiceert prettig. Bovendien laten ze ons nooit zitten. Dat is belangrijk omdat de productietijd van een waterkaart kort is. Je moet door kunnen.”
infospectrum Gerard Laan: “De strenge winter heeft tot vertraging geleid, maar dat valt Inspectrum niet aan te rekenen. De inspecteur heeft geweldig werk geleverd. Hij was erg pro-actief en loste veel probleempjes zelf op. Alleen als hij ergens echt niet meer uitkwam, zagen we hem hier op kantoor. Ook de samenwerking met het apparaat van Inspectrum achter hem was prima. Het heeft geleid tot een prachtig resultaat. We hebben de actuele situatie weer in beeld en daar kunnen we de komende jaren op een goede manier mee verder.” De beleidsmedewerkers Cindy Kruidenberg en Jessica Ramakers van de afdeling Wijkbeheer hebben inmiddels ook een begin gemaakt met het schrijven van een meerjarenplan voor het beheer van de beschoeiingen. Dit beleidsstuk loopt parallel aan het uitvoeringsprogramma van het waterplan dat in samenwerking met Hoogheemraadschap Noord-Hollands Noorderkwartier wordt opgepakt. Cindy Kruidenberg: “In het kader van dat plan worden baggerwerkzaamheden uitgevoerd en ingrepen gedaan aan oevers. Daarnaast is er een ecologisch rapport opgesteld waarin verbeteringsmaatregelen worden voorgesteld en zal er de komende jaren ergens geld gevonden moeten worden voor achterstallig onderhoud. Dat maakt het alles bij elkaar tot een behoorlijk complex, maar ook heel interessant en uitdagend verhaal.”
ambitieus energiebeleid Woningcorporatie Wooncompagnie in Hoorn communiceert open en transparant over energiebeleid
‘Geen geheimen voor onze huurders’ Inspectrum legde de afgelopen jaren voor het complete bezit van woningcorporatie Wooncompagnie in Hoorn (13.000 woningen) het energielabel vast. Op basis van die informatie heeft een werkgroep van de corporatie een ambitieus energiebeleid geformuleerd. In de periode 2009-2013 moet een duurzame besparing worden gerealiseerd van 8%. Opvallend is de manier waarop Wooncompagnie met haar huurders over de plannen communiceert.
H
Het mooiste compliment kwam indirect van de Nederlandse Woonbond, de landelijke belangenvereniging van huurders en woningzoekenden. Kort nadat de vakbondsmensen via de huurderskoepel van Wooncompagnie kennis hadden genomen van de
Peter Cornielje met de onlangs verschenen Energiespecial van Wooncompagnie.
Lees verder op pag. 4 december 2010
inspectrum relatiekrant 12
3
energiebeleid wooncompagnie u Vervolg van pag. 3
manier van communiceren van de Hoornse corporatie, kwam het verzoek of ze andere huurderskoepels hierover wilden vertellen. “Klopt, bij de Woonbond waren ze enthousiast over onze aanpak”, zegt Peter Cornielje, Specialist Strategisch Portefeuillebeheer bij de afdeling Vastgoed van Wooncompagnie. “Natuurlijk hebben we ons verhaal gedaan. Als andere corporaties of huurders er hun voordeel mee kunnen doen, is dat toch prachtig?” Wie Peter Cornielje aanhoort over de manier van communiceren, kan niet anders concluderen dan dat het niet eens zo apart is. De twee sleutelwoorden in zijn betoog zijn ‘open’ en ‘transparant’, en die kunnen voor niemand echt als een verrassing komen. Het bijzondere zit dan waarschijnlijk ook meer in de vertaalslag naar de praktijk. Wooncompagnie zégt niet alleen open en transparant te zijn, ze maken het in de praktijk ook waar.
waanzinnig mooi
Meer informatie maakt beheertaak gemakkelijker Steeds meer gemeenten maken gebruik van de toegevoegde waarde van +Topo. Onder +Topo worden verstaan allerlei uitbreidingen van de Grootschalige
Peter Cornielje: “De huurders zijn onze klanten. We beschouwen het als een gunst dat we aan hun woning mogen werken. Daarom betrekken we bewoners er zoveel mogelijk bij. Uiteraard zijn we ook lid van het KWH, een organisatie die klantgerichtheid bij corporaties vergroot. We voeren het KWH-Huurlabel en dat houdt in dat we aan de gestelde kwaliteitseisen voldoen. Eisen die zijn gebaseerd op algemeen gangbare normen en waarden.”
Basiskaart Nederland (GBKN),
Voor het energiebeleid in de periode 2009-2013 heeft Wooncompagnie vier jaar lang een bedrag beschikbaar van 2 miljoen euro (8 miljoen in totaal). Daarmee wordt geïnvesteerd in energiebesparende maatregelen en worden in zowel nieuwbouw als bestaande bouw innovatieve projecten gerealiseerd. Het beleid is vastgesteld in overleg met de huurderskoepel. De centrale gedachte is dat het aanbrengen van energetische maatregelen een energiebesparing oplevert die groter is dan de huurstijging. Daarmee verbetert het wooncomfort en dalen de woonlasten voor de huurder.
kundige apparatuur. Inspectrum
Peter Cornielje: “We hebben bewoners de toezegging gedaan dat de huurverhoging die we kunnen vragen omdat een huis door energetische maatregelen energiezuiniger is geworden, nooit meer is dan 60% van de theoretische besparing. Dus bij een gelijkblijvend gebruik van warm water en cv-ketel is een bewoner in de nieuwe situatie altijd 40% minder kwijt aan energielasten.” De communicatie richting huurders kenmerkt zich ook door structuur. In iedere uitgave van het bewonersblad Woonvenster is aandacht voor het energiebeleid en worden energiebesparende tips opgenomen. Daarnaast is er een informatieve, overzichtelijke website en wordt er jaarlijks een Energiekrant gemaakt. Ter aanvulling daarop is recent bij het bewonersblad een Energiespecial verschenen. Peter Cornielje: “We hebben geen geheimen voor onze huurders. Ze zijn ons allemaal even lief en we nemen ze serieus. Het effect daarvan is onder meer dat het steeds beter lukt bewoners ervan te overtuigen dat ze met energetische maatregelen in combinatie met een kleine huurverhoging, in alle opzichten beter af zijn.”
Energiespecial De onlangs verschenen Energiespecial van Wooncompagnie is een kleurrijk en toegankelijk blad. Er is een voorwoord van de directeur, waarna de tien meest milieuvriendelijke projecten van de corporatie worden benoemd, waaronder de realisatie van een zorgboerderij die wat energie betreft volledig selfsupporting is. Verderop in het blad zijn er interviews te lezen met bewoners en wordt uitgelegd wat groene energie precies is. Ook is er een artikel over ‘duurzaam ventileren’. De Energiespecial kan, evenals het bewonersblad Woonvenster, worden gedownload van de site van Wooncompagnie: www.wooncompagnie.nl
4
inspectrum relatiekrant 12
december 2010
bijvoorbeeld met lantaarnpalen, monumentale bomen, banken en ander straatmeubilair. Inmeten gebeurt met speciale, landmeet-
beschikt hierover en heeft inmiddels de nodige ervaring opgebouwd met het werken ermee. “Een waanzinnig mooi product”, vinden Kees de Visser en Egon Hendriks van Inspectrum.’
D
De meest recente ervaringen met +Topo deed Inspectrum op bij de gemeenten Alkmaar en Utrechtse Heuvelrug en met Fiber4All, een bedrijf dat glasvezelverbindingen realiseert. In alle gevallen werden met behulp van RTK/GPS (Real Time Kinematic/Global Positioning System) metingen uitgevoerd. De resultaten met dit systeem, waarbij een veelvoud aan punten wordt gemeten, zijn boven verwachting, óók van die van de opdrachtgevers. Kees de Visser: “Gemeenten zijn zelf verantwoordelijk voor hun GBKN en een gegeven is dat +Topo een kaart completer maakt. En hoe duidelijker alles is, hoe gemakkelijker de beheertaak wordt. Bovendien kan met een uitgebreide kaart ook sneller op storingen worden ingespeeld.” Egon Hendriks heeft inmiddels ruime ervaring met het inmeten met behulp van RTK/GPS. Hij prijst de compleetheid van het systeem. “Net als met alle apparatuur is het even wennen. Maar als je, zoals ik, die fase hebt gehad, kom je tot de ontdekking dat met de sets heel betrouwbare informatie is te
infospectrum
Ongekende mogelijkheden met
+Topo
verzamelen. RTK/GPS is een snelle, efficiënte en nauwkeurige manier om het meest uiteenlopende straatmeubilair in te meten en inzichtelijk te maken in een kaart. Onze opdrachtgevers reageren enthousiast op hetgeen ze aangeleverd krijgen.” Hendriks geeft aan dat de meetsets wel degelijk ook beperkingen kennen. Hoge bomen en gebouwen bijvoorbeeld in de directe omgeving, kunnen ervoor zorgen dat de maximale meetprecisie van rond 1 centimeter niet wordt gehaald. Inspectrum maakt hier vooraf duidelijke afspraken over met de opdrachtgever. Dat het inmeten van +Topo arbeidsintensief is en dus duur, ontkent Egon Hendriks. “Wat is duur? In vergelijking met landmeetkundige diensten zijn we in ieder geval goedkoper. Als je een beetje handig bent met de apparatuur gaat het opmeten vrij snel. Bovendien zijn we snel inzetbaar en sluiten het meten en het uitwerken van de verzamelde data bij ons naadloos op elkaar aan. Het mooie bij de implementatie is dat alles aan de GBKN kan worden gehangen. Die koppeling, dat is waar gemeenten meer en meer naar op zoek zijn. Gemeenten moeten denk ik de afweging maken of het beschikken over +Topo, waarmee gericht beheer en onderhoud mogelijk is, ze wat waard is.” Een ontwikkeling die het belang van +Topo mogelijk zal versnellen is de vervanging, vanaf 2012, van de GBKN door de Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT). Gemeenten zullen met naar schatting 95% van de gegevens de grootste bronhouders van de BGT worden, naast provincies, Rijkswaterstaat en Prorail. Een van de belangrijkste veranderingen in vergelijking met de GBKN is de uitbreiding met beheer en plustopografie.
Kees de Visser: “Op deze ontwikkeling spelen we al een tijdje in. Inmiddels hebben we al drie jaar ervaring met het inmeten en verwerken. Dat geeft ons een voorsprong op bedrijven die nu overwegen in te stappen.”
Afwijking maximaal enkele centimeters Voor het inmeten van +Topo beschikt Inspectrum over vier geavanceerde GPS-sets van het merk Leica. Professionele apparatuur waarmee nauwkeurig kan worden opgemeten. Ter vergelijking: bij GPS-navigatiesystemen zoals de TomTom, die ook contact maken met satellieten, is een afwijking mogelijk van 1,5 tot 3 meter. Uiteraard kan het ook nóg nauwkeuriger. Met professionele landmeetapparatuur is het mogelijk plaatsen tot op enkele millimeters nauwkeurig te bepalen. Egon Hendriks: “Voor het inmeten van +Topo is de Leica-apparatuur waarover wij beschikken ideaal. Een afwijking van enkele centimeters op de GBKN hoeft geen probleem te zijn als het gaat om beheer.”
december 2010
inspectrum relatiekrant 12
5
twee grootheden
Inspecties en advies gaan hand in hand
Wegbeheer
Weginspecties en advies in de vorm van een wegbeheerplan, zijn twee grootheden die niet los van elkaar kunnen worden gezien. Zonder inspectie geen advies en alléén een inspectie, zonder dat daar een onderhouds- en beheerplan aan wordt gekoppeld, is vergelijkbaar met een rapport dat ongezien in de la verdwijnt. De informatie is er wel, maar een vervolg wordt er niet aan gegeven. Inspectrum deed recent weginspecties voor onder meer Losser en Leusden. In beide gemeenten werd ook de adviestaak ter hand genomen. Verslag vanuit het veld.
Verdiepingsslag in Leusden
I
In Leusden rolt tegenwoordig met een druk op de knop de planning van het wegonderhoud uit de printer. Het gemak dient de mens. Maar blindvaren op wat het programma zegt, doen ze in de Utrechtse gemeente niet. “We gaan flexibel met de planningen om”, zegt medewerker werkvoorbereiding en beheer Erik den Hertog. “In veel gevallen kennen we de plekken buiten zelf ook en dat laat je meewegen. Maar de informatie die het systeem geeft is wel de leidraad.” Voor Erik den Hertog is het wegbeheer relatief nieuw. In zijn huidige functie zit hij pas een jaar. In het verleden hield hij zich wel bezig met verkeerszaken, maar wegbeheer is toch net weer wat anders. “Gelukkig heb ik met Esther Rip een ervaren collega en zijn we in de gelegenheid deskundigheid in te huren. We werken met het GBI-programma (Geïntegreerd Beheer Informatiesysteem) van Oranjewoud en sinds begin dit jaar schakelen we ook Inspectrum in voor werkzaamheden.” Inspectrum inspecteerde in het voorjaar in opdracht van Leusden alle verhardingen in de gemeente. In juni werd het resultaat tot tevredenheid opgeleverd, al was er wel sprake van enige vertraging. Erik den Hertog: “De communicatie tussen Inspectrum en Oranjewoud liet soms te wensen over. Inspectrum kon daar vrij weinig aan doen, maar daardoor heeft het ons wel meer tijd gekost dan we hadden verwacht. Van de andere kant: met het resultaat zijn we tevreden en dan vergeet je andere dingen ook snel.” Inspectrum actualiseerde niet alleen de data, ook werden wegvakken ontdekt die nog niet in het systeem waren opgenomen. Bovendien wordt de informatie verwerkt in meerjarenonderhoudsplanningen. Voor 2011 en 2012 zijn de plannen inmiddels bijna helemaal rond en tevens is er een doorkijkje naar 2013 en 2014. Erik den Hertog: “De informatie en de planningen die we nu hebben geven ons een volledig zicht op de situatie. Adviezen voor het wegonderhoud rollen automatisch uit het systeem en daarmee kunnen we de komende tijd een verdiepingsslag maken. De systeemplanningen gecombineerd met eigen inschattingen van situaties, maken het mogelijk geld zo efficiënt mogelijk in te zetten.
6
inspectrum relatiekrant 12
december 2010
Erik den Hertog
Soms bijvoorbeeld stellen we bepaald onderhoud een jaartje uit, om het wegdek het jaar daarop helemaal te vervangen. De inschatting om dat wel of niet te doen, blijft ook een stukje eigen interpretatie.” De Leusdense wegbeheerder verwacht dat het gewenste niveau van de wegen in de gemeente (‘basis’) de komende jaren kan worden gehandhaafd, ondanks de krappe budgetten. “Daar gaan we wel vanuit. Als gemeente ben je verantwoordelijk voor de veiligheid op straat. Die mag niet in het geding komen.”
infospectrum
professionaliseren Losser moet keuzes maken
H
Het verhaal in Losser is duidelijk. Een analyse van de door Inspectrum uitgevoerde weginspecties, gerelateerd aan het kwaliteitsniveau dat de gemeenteraad heeft bepaald, leert dat er sprake is van achterstallig onderhoud aan de gemeentelijke wegen. En dat terwijl het budget voor 2011 beperkt is. Robert Middelhuis, 1e medewerker van het infra- en beheerteam van Losser, heeft met zijn collega’s de volgende oplossing bedacht. Ondanks het feit dat ook in Losser bezuinigd moet worden, wordt de raad gevraagd structureel een extra bedrag voor het wegonderhoud vrij te maken. Het resterend achterstallig onderhoud zal gedicht moet worden door keuzes te maken en onderhoudswerkzaamheden door te schuiven. Door een structurele verhoging van het budget, in combinatie met andere investeringswerken, kan de achterstand geleidelijk worden ingelopen. Het College van B&W heeft inmiddels ingestemd met deze oplossing. Robert Middelhuis: “Inspectrum gaat ons adviseren welke werkzaamheden beslist moeten worden gedaan en welke we door kunnen schuiven naar 2012 of nog later. Geen eenvoudige klus. De staat van onderhoud van wegen raakt direct aan de veiligheid en die mag natuurlijk niet in gevaar komen.” Een handvat voor Inspectrum is het wegenbeleidsplan van de gemeente. Eind dit jaar echter verstrijkt het plan en een nieuwe lange termijnvisie is er nog niet. Deze zal in 2011 worden opgesteld. Robert Middelhuis: “Dat heeft te maken met een wat onrustige
periode hier in huis. De teams Infra en Beheer zijn recent in elkaar geschoven en op veertien fte hadden we tot voor kort vier vacatures. Een wegbeheerder bijvoorbeeld is pas begin oktober begonnen. Bovendien is het de bedoeling de openbare ruimte meer integraal te gaan beheren. Het wegbeheer is daar een onderdeel van. Nu we sinds kort weer op sterkte zijn, gaan we daar op volle kracht aan werken.” Opvallend in Losser is dat de ondergrond van veel openbare wegen in het buitengebied geen eigendom is van de gemeente, maar dat de plaatselijke overheid wel geldt als bevoegd gezag. De onderhoudsplicht ligt soms bij de gemeente en soms bij de eigenaar. Robert Middelhuis: “Dat is een overblijfsel uit het verleden. Het eigendom berust vaak bij de agrariërs die daar hun bedrijf hebben. Het databestand van ons wegbeheersysteem moet op deze specifieke situatie zijn afgestemd.” Een stevige basis in Losser wordt gevormd door up to date data van de toestand van de wegen. Iedere twee jaar brengt Inspectrum de situatie in kaart, de laatste keer afgelopen zomer. Steeds vaker wordt het bedrijf ook ingehuurd voor de advisering. Robert Middelhuis: “Wij hebben goede ervaringen met Inspectrum. Onze nieuwe wegbeheerder gaat nu bekijken in hoeverre we ze ook in het vervolgtraject kunnen inschakelen. In ieder geval is Inspectrum al wel gevraagd de nieuwe wegbeheerder op een aantal onderdelen in te werken.”
Sluipverkeer Rond deze tijd voert Inspectrum een aanvullende opdracht uit voor de gemeente Losser. Omdat de provinciale weg Oldenzaal-Denekamp wordt gerenoveerd, is voor een periode van vier tot zes weken een omleidingroute ingesteld. Deze route voert door de gemeente Losser en de gemeente vreest veel sluipverkeer door onder meer de kern Beuningen. Robert Middelhuis: “Om die reden hebben we de doorgaande Beuningerstraat voor enige tijd afgesloten voor vrachtverkeer. Hoeveel extra personenauto’s van de onlangs ‘Duurzaam Veilig’ ingerichte weg gebruik zullen gaan maken moeten metingen uitwijzen, maar we willen niet voor een fait accompli worden geplaatst. Daarom hebben we Inspectrum gevraagd een nulmeting te doen naar de toestand van de weg. Als de werkzaamheden aan de provinciale weg zijn voltooid, doen ze nog een meting. Mocht blijken dat de Beuningerstraat schade heeft opgelopen van het intensievere gebruik, dan gaan we zeker in gesprek met de provincie over herstel van de schade.” Robert Middelhuis (rechts) en Thomas Keizer
december 2010
inspectrum relatiekrant 12
7
zomerstorm Windhoos van juli brengt bomenbestand in Montferland flinke klap toe
Leven van een groenbeheerder na de storm Hartje zomer, op woensdag 14 juli, trok een windhoos over een deel van Oost-Nederland. Op een camping bij Vethuizen in de gemeente Montferland vielen twee dodelijke slachtoffers en raakten enkele mensen gewond. Ook het bomen-
O
Op een kaart van de gemeente wijst Peter van Ossenbruggen het gebied aan waar de windhoos overheen raasde. “Hij kwam vanuit Duitsland, ging schuin door ons stadspark en vervolgens tussen Stokkum en ’s Heerenberg door in noordelijke richting. Ik geloof dat een storm met deze kracht nooit eerder in Nederland is voorgekomen. Bomen braken af als lucifershoutjes en zelfs een aantal hoogspanningsmasten ging tegen de grond.” De schade is inmiddels opgeruimd en hersteld. In de weken en maanden na de ramp werd liefst 3.000 kuub hout weggezaagd. Toch zegt Peter van Ossenbruggen dat het ‘aangezicht’ van de gemeente Montferland niet is geschaad. “Op bepaalde plaatsen zijn mooie bomen weg, dat wel. Maar er blijft genoeg over om te kunnen spreken van een groene gemeente. Het is ook moeilijk om de schade in geld uit te drukken. In Stokkum is een eik van 180 jaar oud omgevallen. Doodzonde, maar wat is zo’n boom waard? Dat is niet te kapitaliseren.”
bezit van de gemeente liep aanzienlijke schade op. Het groen van Montferland is voor Inspectrum bekend terrein. Kort voor de storm kwam een opdracht binnen om 3.000 risicobomen te onderzoeken. Peter van Ossenbrugge (rechts) en groenbeheerder Miika Hijmans
Peter van Ossenbruggen is coördinator Beleid en Beheer bij de gemeente Montferland en is samen met de beleidsmedewerker groen verantwoordelijk voor het bomenbestand. Alle circa 22.000 gemeentelijke bomen ondergaan tweejaarlijks een VTA-inspectie en daarmee moet de veiligheid zijn gewaarborgd. Van Ossenbruggen: “We hebben het goed in kaart en aanvullend laten we regelmatig onderzoek doen naar risicobomen. Kort voor de storm had Inspectrum daar opdracht voor gekregen. Dat bomen tijdens een storm als in juli toch omvallen, kan de gemeente niet worden aangerekend. De kracht van de windhoos was buiten alle proporties. Ik wil ook graag benadrukken dat de vrouw die tijdens de storm is overleden, niet het slachtoffer is geworden van omvallende bomen of takken die naar beneden kwamen. Ze probeerde met al haar kracht stokken van de voortent vast te houden, maar werd door de enorme windkracht met voortent en al de lucht in geblazen.” Als gevolg van de windhoos gaat Montferland het bomenbeleid en het onderhoudsprogramma niet aanpassen. De met Inspectrum overeengekomen inspectie van 3.000 risicobomen werd in de periode september/oktober ook gewoon, volgens afspraak, uitgevoerd. Gekke dingen kwamen daar niet uit naar voren. Groenbeheerder Mika Heimans: “Die controle is goed gelopen. Zowel de inspectie zelf als de communicatie er rond omheen. De Inspectrum-controleurs zijn zeer terzake kundig. Dood hout ziet iedereen, maar zij weten precies waar ze op moeten letten. Bij iedere boomsoort kan dat ook weer anders zijn. De aanwezigheid van zwammen bijvoorbeeld, hoe schadelijk is dat? Meestal hangt het af van het soort zwam, maar dat moet je dan wel even weten.” Als verantwoordelijke man voor het bomenbestand in de gemeente Montferland vreest Peter van Ossenbruggen de aanstaande najaarsstormen niet. “Nee hoor, laat maar komen. We hebben de zaak op orde. Ons bomenbestand kan wel een stootje hebben. Mits de stormen binnen normale grenzen blijven natuurlijk. Een windhoos zou opnieuw flinke schade kunnen veroorzaken, maar dat geldt niet alleen voor Montferland.”
8
inspectrum relatiekrant 11
mei 2010
meerjarenonderhoudsplanning
infospectrum Eind goed al goed Ook directeur Rob de Jong van Inspectrum kijkt achteraf met een goed gevoel terug op de opdracht van de gemeente Doetinchem. Eind goed al goed, lijkt het. Rob de Jong: “Zo is het ook. Van beide kanten zijn er in het begin fouten gemaakt. Op een goed moment hebben Lambert Damen en ik gezegd: zo kan het niet langer. We zijn bij elkaar gaan zitten en met een paar goede gesprekken hebben we de zaak vlot getrokken. Ik denk dat beide partijen ervan hebben geleerd.”
Lambert Damen (links) en Henk Westerveld
‘We kunnen nu betere keuzes maken’Doetinchem heeft weer zicht op onderhoudsstatus gemeentelijke panden Voor de gemeente Doetinchem inspecteerde en inventariseerde Inspectrum alle panden die eigendom zijn van de gemeente. Aanvullend werd ook het onderhoudsbeleid vertaald naar meerjarenonderhoudsplanningen (MJOP’s). Over een opdracht die aanvankelijk ‘niet liep’, maar toch tot een goed einde werd gebracht.
O
Omdat het onderhoudsprogramma van de gemeentelijke gebouwen in de loop der tijd behoorlijk was ‘vervuild’, besloot het gemeentebestuur van Doetinchem enkele jaren geleden tot een evaluatie. De eerste stap was het inspecteren en inventariseren van de betreffende panden. Een opdracht die werd neergelegd bij Lambert Damen, teamleider accommodaties in Doetinchem. Damen: “Om te komen tot uniformiteit hebben we gekozen voor een NEN 2767-conditiemeting. De uitvoering daarvan en het opstellen van een modern onderhoudsbeleid hebben we in handen gelegd van Inspectrum. De prijs die ze neerlegden was prima en de aanpak sloot goed aan bij onze wensen en ideeën. Uitgangspunt was dat we alle gebouwen in één keer goed in beeld wilden hebben.” Al snel echter nadat Inspectrum een begin had gemaakt met de inspecties kwam er ‘ruis op de lijn’. Er bleek verschil van inzicht te bestaan over de wijze waarop de opdracht moest worden uitgevoerd. Dat leidde tot weerstand tussen mensen onderling en ondertussen schoten de werkzaamheden niet op.
mensen afwezig waren en daardoor kwam de afstemming in het gedrang. Omdat het een gezamenlijk belang was om de samenwerking te laten slagen hebben we ingegrepen. Eigenlijk hebben we toen de stappen gezet die in het voortraject genomen hadden moeten worden.” Het resultaat van de interventie was dat de werkzaamheden in een stroomversnelling kwamen en met slechts een geringe vertraging konden worden afgerond. Over het resultaat is Lambert Damen tevreden. “Nu we alle gebouwen weer inzichtelijk hebben kunnen we op basis van goede gegevens beter keuzes maken. Ook qua verantwoording achteraf werkt dat een stuk prettiger. Het onderhoudsgeld wordt zo optimaal mogelijk besteed.” De MJOP’s worden als richtlijn gebruikt, maar afwijkingen blijven mogelijk. Damen: “Je weet niet wat de toekomst brengt. Wellicht dat we nog creatiever met de middelen om moeten gaan. Maar we weten gelukkig allemaal dat goed onderhoud van belang is. Al is het maar om te voorkomen dat op termijn alleen vervanging nog mogelijk is. Dan ben je per saldo altijd duurder uit.” De samenwerking met Inspectrum heeft de gemeente Doetinchem meer opgeleverd dan alleen informatie over gebouwen en onderhoudsplanningen. Lambert Damen en directeur Rob de Jong van Inspectrum hebben ook veel gesprekken gevoerd over aansturingmethodieken en managementuitgangspunten. Dat werkte naar beide kanten verhelderend. “De mensen van mijn team zijn heel betrokken bij de panden waarvoor ze verantwoordelijk zijn. Als een ander daar iets over zegt, kan dat verkeerd vallen. Dat is van beide kanten iets waar je rekening mee moet houden. De gesprekken met Rob de Jong hebben daar best helderheid in verschaft. Dan blijken overheid en bedrijfsleven toch verschillende werelden, waarin andere machten en krachten spelen. Daar goed mee omgaan is een klus op zich.”
Lambert Damen: “Ik leg de schuld zeker niet alleen bij Inspectrum. Het was in een fase waarin hier veel december 2010
inspectrum relatiekrant 12
9
u vraagt... wij onderzoeken Inspectrum ontwikkelt nieuw programma voor onderzoeken
Nooit meer te hoge kosten Onderzoeksvragen goed onderbrengen in sofware was tot nu toe tijdrovend en duur. Als specialist was Inspectrum niet tevreden over de bestaande programma’s. Goede raad was duur, of toch ook eigenlijk weer niet. We doen het zelf, besloten de Inspectrum-directeuren Rob de Jong en Peter Rabou. Ze staken twee keer vijftien jaar onderzoekservaring in de ontwikkeling van een gloednieuwe tool.
P
Pragmatisme is Rob de Jong en Peter Rabou niet vreemd. Eenvoudig is in hun ogen niet genoeg. Het moet ook efficiënt en effectief zijn. Het klinkt wellicht wat pedant omdat het over een eigen ontwikkeling gaat, maar beiden zijn heel tevreden over de nieuwe programmatuur. “Laten we er vanuit gaan dat perfect niet bestaat”, zegt Peter Rabou, “maar deze tool is toch op z’n minst heel erg goed. Onze klanten kunnen nu eindelijk onderzoeken laten uitvoeren zonder te worden geconfronteerd met hoge softwarekosten of enorme kosten voor de ontwikkeling van een geautomatiseerde vragenlijst.”
Het geheim zit volgens de makers in de compleetheid en gebruiksvriendelijkheid. Bijzonder is ook dat het in principe een algemene onderzoekstool is en geen programma dat specifiek voor een bepaald soort onderzoek is gemaakt. Rob de Jong: “Een woningcorporatie zou er onderzoek naar huurpunten of bewonerstevredenheid mee kunnen doen, maar de NS ook prima een reizigersonderzoek. Het programma is geschikt voor alle vormen van professioneel veldonderzoek of telefonisch onderzoek. Grootschalig en kleinschalig. Met deze tool kunnen we onze klanten goedkope en gestructureerde maatwerkoplossingen bieden.” De eerste keer dat Rob de Jong en Peter Rabou plannen maakten voor het ontwikkelen van eigen programmatuur, was in 2007. Bij een opdracht van een van de ministeries moest worden samengewerkt met een gerenommeerd onderzoeksbureau, dat ook de module leverde waarmee in het veld werd gewerkt. Peter Rabou: “Daarmee liep je voortdurend tegen problemen aan. Dat ding was helemaal niet pragmatisch gebouwd. Er was geen enkele flexibiliteit en voor elke aanpassing moest je terug naar de programmeur. Rob en ik waren echt verbaasd. Het was niet het eerste het beste onderzoeksbureau en dan zo’n programma.” Rob de Jong geeft een voorbeeld. “Als je een veld niet invulde, kon je niet verder. Terwijl het soms gewoon
10
inspectrum relatiekrant 12
december 2010
infospectrum
zo is dat bepaalde gegevens ontbreken. Als je een antwoord invulde dat eigenlijk helemaal niet mogelijk was, werd het toch gewoon opgeslagen. Dat waren de eerste dingen die we bedachten: met een goede module moet je verder kunnen, ook als op een bepaald moment gegevens niet beschikbaar zijn. Vervolgens moet je daar later natuurlijk wel aan worden herinnerd.” “Daarnaast vinden wij dat een goede module direct een controle uitvoert op de juistheid of waarschijnlijkheid van het antwoord. Zo zijn er in ons programma meer handigheidjes ingebouwd. Is een vraag voor de gebruiker niet direct duidelijk, dan kan met een klik op de instructieknop meer informatie worden opgevraagd. Het programma biedt zelfs de mogelijkheid om foto’s en instructievideo’s toe te voegen. De gebruiker wordt als het ware bij de hand genomen en de module houdt hem voortdurend bij de les. Dat verhoogt de kwaliteit enorm.”
Gevraagd naar het ‘geheim’ achter het nieuwe programma, schudden Rob de Jong en Peter Rabou het hoofd. Dat is er niet. Rob de Jong: “We hebben niet meer gedaan dan logisch nadenken en onze ervaring er in stoppen. Dan blijkt dus dat je iets goeds kunt maken. Wij durven gerust te stellen dat deze software geen zwakke punten heeft. Belangrijk is wel dat een opdrachtgever eerst goed nadenkt over wát hij wil onderzoeken. Maar dat geldt altijd en ook daar helpen wij graag bij.” Peter Rabou: “Omdat invoerfouten er met allerlei checks uit worden gehaald, is de kans op ‘in één keer goed’ groter. Daardoor kunnen we niet alleen op de opzet van het onderzoek besparen, maar ook de uitvoering is veel efficiënter. De toepassingsmogelijkheden en de manier waarop de data kan worden teruggekoppeld zijn onbeperkt. Via internet of in de vorm van een Excel-bestand, alles kan. Zelfs een koppeling met GIS-systemen behoort tot de mogelijkheden.”
Praktijkproof Hoewel nog nieuw, heeft de inspectiemodule van Inspectrum zich reeds in de praktijk bewezen. Zo zijn er voor woningcorporatie Woonservice Meander in Werkendam de huurpunten van het woningbezit mee in kaart gebracht. Ook voor andere opdrachtgevers, zoals de gemeente De Wolden, is succesvol van de nieuwe software gebruik gemaakt. Rob de Jong en Peter Rabou zijn in het dagelijkse gebruik niet tegen ‘gekke dingen’ aan gelopen. “De praktijk heeft bevestigd dat het een heel complete en gebruiksvriendelijke module is. Als een verrassing kwam dat niet, omdat het pakket uitgebreid is getest. Zodanig dat zelfs de onvermijdelijke schoonheidsfoutjes er al uit zijn.”
december 2010
inspectrum relatiekrant 12
11
agenda
infospectrum
Vastgoedmanager Kees van Staveren (Vestia) begint voor zichzelf
‘Bruggen slaan tussen concepten en praktijk’ Mensen komen en mensen gaan. Bij Vestia in Rotterdam staat Kees van Staveren op het punt van vertrekken. Het hoofd van de afdeling Bouwzaken en Vastgoedbeleid begint per 1 januari 2011 voor zichzelf. Jammer voor Inspectrum, dat in de persoon van Kees van Staveren een warm pleitbezorger had bij een van de grootste woningcorporaties van Nederland. De kans is niettemin groot dat de contacten blijven staan. “Ik blijf in het wereldje.” Alle 86.000 woningen van Vestia inventariseerde Inspectrum de afgelopen jaren. Niet uit de losse pols, maar tot op detailniveau. Kees van Staveren: “Daarmee hebben we goede informatie van ons bezit. Informatie die zeer bruikbaar is voor bijvoorbeeld planmatig onderhoud en gebrekenmetingen. Het vertrouwen dat we Inspectrum hebben gegeven, hebben ze waargemaakt.” Is de afronding van de inventarisatie van invloed op uw besluit om te vertrekken? Kees van Staveren: “Zijdelings. Het markeert vooral een periode waarin de ingebruikname van een integraal onderhoudssysteem centraal heeft gestaan. Vestia komt nu in een fase waarin pas op de plaats gemaakt gaat worden en zaken die zijn uitgezet moeten worden verankerd. Dat ligt me iets minder. Ik ben meer een man van ideeën en nieuwe dingen. Maar aan zo’n ingrijpend besluit om ontslag te nemen, liggen altijd meerdere redenen ten grondslag. Een andere is dat het een oude wens van me is meer vrijheid te hebben. Ik ben net 53, nu kan het nog. Ik zit goed bij Vestia, maar ik heb mezelf als het ware uit de comfortzone geschopt. We zullen zien hoe dat uitpakt.” Wat gaat u doen? “Ik wil mijn kennis en ervaring beschik-
baar stellen voor andere corporaties en voor bedrijven in de zorg- en onderwijssector. De zorg en het onderwijs hebben een ander DNA, maar er spelen wel dezelfde vastgoeddiscussies als bij de corporaties. Ik zie veel worstelingen. Als het om verduurzamen gaat bijvoorbeeld, tegen de achtergrond van de altijd aanwezig financiële druk. Ik denk dat ik in staat ben dat soort processen te analyseren en te verbeteren. Ook door kruisbestuiving. Bruggen slaan tussen concepten en de operationele praktijk, daar komt het in het kort op neer.” Het echte adviesvak in? “Jawel, maar niet in de klassieke vorm dat je even wat roept en snel weer weg bent. Ik wil het liefst een tijd meedoen, mee ‘ademen’, met bedrijven. Denk ook aan veranderingstrajecten. Daarin zou ik met mijn achtergrond een zinvolle en relatief goedkope bijdrage kunnen leveren.” Hoe is de achtergrond eigenlijk? “Ik ben opgeleid in de werktuigbouw en heb een tijd in de industrie gewerkt. Bij een eerder bedrijf waar ik werkte, heb ik destijds ook ontslag genomen. Wat dat betreft is het niet de eerste keer dat ik in het diepe spring. Ik ben toen in Afrika gaan werken bij een ontwikkelingsproject. De laatste acht jaar was Vestia mijn werkgever. Een fijne club. De afdeling die ik tot het eind van het jaar leid, is eigenlijk een soort intern adviesbureau met daaraan gekoppeld een auditfunctie. De ervaring die ik hier heb opgedaan zal me goed van pas komen.” Zijn er al opdrachten? “Jazeker. Ik ben al een paar dagdelen in de week voor twee opdrachtgevers aan het werk. In goed overleg met Vestia. Ze hebben begrip voor mijn wens nog een keer iets anders te willen.” Succes! “Bedankt. Het is spannend en leuk tegelijk. Ik ben ook gewoon nieuwsgierig hoe het zal bevallen. Maar als ik er geen vertrouwen in had zou ik het natuurlijk niet hebben gedaan.”
Infra en Openbare Ruimte 14 – 16 november 2006 Infra Relatiedagen Gorinchem 2006 Web: www.evenementenhalgorinchem.nl 11 t/m 14 januari 2011 InfraTech 2011, Ahoy Rotterdaml 21 november 2006 Nationale VerkeersExpo 19 t/m 21 januari 2011 Beatrix Theater, Utrecht Vakbeurs Gebouwbeheer Web: www.verkeerskunde.nl De Branbanthallen Den Bosch 7 december 2006 8 en 10 februari 2011 Nederlands WegenCongres Infra Relatiedagen Hardenberg De Doelen, Rotterdam Evenementenhal Hardenberg Web: www.crow.nl/wegencongres 16 – 19 januari 2007 Infratech 2007 Vakbeurs voor Grond-, Water en Wegenbouw Ahoy, Rotterdam Web: www.infratechahoy.nl 6 – 8 februari 2007 Infra Relatiedagen Hardenberg 2007 Web: www.evenementenhalhardenberg.nl 31 januari 2007 Beheer en Onderhoud van Gebouwen Congreshotel De Werelt Lunteren Organisator: Euroforum Info:
[email protected] 5 –10 februari 2007 Internationale bouwbeurs 2007 Jaarbeurs Utrecht Web: www.bouwbeurs.nl
colofon inFOspectrum Eindredactie: Elles de Jong Teksten: Daan Appels (Appels Communicatie, Velp) Fotografie: Marc Pluim, Velp Cartoon: Erna Westrup, Westrup Wageningen Vormgeving/drukwerk: OBS Vormgeving en drukwerk INSPECTRUM BV Florijnweg 11c Postbus 11, 6880 AA Velp Telefoon: 026 38 40 560 Fax: 026 38 40 569 E-mail:
[email protected] www.inspectrum.nl
Vastgoed
Infrastructuur
Openbare ruimte
12
inspectrum relatiekrant 12
december 2010