r o o ën v
n e t h c a r k r e
Idee
le
1
In deze bundel Deze ideeënbundel is bedoeld als helpende hand bij het begeleiden van uw Junior Journalisten. U vindt er enkele ideeën en tips in om de jonge schrijvers in uw klas op weg te zetten naar een straf verhaal, een stoute reportage of een sterk interview. Deze ideeën zijn bedoeld als leidraad, jongeren blijven uiteraard vrij om hun eigen idee uit te werken.
U vindt in deze bundel:
• • • • • • • • •
2
Junior Journalist? 3 Thema: Junior Journalist gaat virtueel
4
Opgelegd genre: interview en opiniestuk
5
Ideeën voor Reeks 1 en 2
6
Reeks 3, met info over het interview
7
Reeks 4, met info over het opiniestuk
9
Lesideeën voor alle leeftijden
11
Boeken en websites
12
Verklarende woordenlijst
13
Junior Journalist? De grootste wedstrijd creatief schrijven in Vlaanderen De Junior Journalist-wedstrijd van het Davidsfonds is een schrijfwedstrijd met een lange traditie, speciaal bestemd voor jongeren. Na al die jaren is de wedstrijd uitgegroeid tot de grootste competitie voor creatief schrijven in Vlaanderen, waaraan elke keer opnieuw duizenden jongeren deelnemen. In 2011 waren dat er meer dan 35.000! Leerlingen uit de derde graad van het basisonderwijs en het hele secundair onderwijs kunnen via deze wedstrijd hun schrijftalenten met elkaar meten. De deelnemers worden opgedeeld in vier wedstrijdcategorieën:
• • •
Reeks 1:
3de graad basisonderwijs (5de en 6de leerjaar)
Reeks 2:
1ste graad secundair onderwijs (1ste en 2de jaar)
Reeks 3:
2de graad secundair onderwijs (3de en 4de jaar) Nieuwsblad-prijs voor het beste interview
•
3de graad secundair onderwijs (5de en 6de jaar) Knack-prijs voor het beste opiniestuk
Reeks 4:
De wedstrijd bestaat uit een plaatselijk en een nationaal luik. Op elke wedstrijdplaats kiest men uit alle inzendingen per reeks een lokale winnaar. De schrijvers en schrijfsters van die verhalen en teksten worden bekroond met een boekenprijs én een uitnodiging voor de nationale prijsuitreiking van de Junior Journalist-wedstrijd die zal plaatsvinden in het voorjaar van 2012, op zondag 29 april 2012 tijdens het festival Dranouter aan Zee in De Panne. Alle winnende teksten nemen het – samen met een beperkte selectie rechtstreekse inzendingen – tegen elkaar op in het nationale luik van de wedstrijd. Een jury van bekende auteurs en journalisten – Dirk Bracke, Stef Wauters, Goedele Wachters, Annelies Rutten om er maar enkele te noemen – beslist wie voor elke reeks de titel van Junior Journalist en het bijbehorende prijzenpakket krijgt. De lokale en nationale laureaten nemen prijzen ter waarde van meer dan 40.000 euro in totaal mee naar huis.
3
Thema: Junior Journalist gaat virtueel Kunnen we ons nog een leven voorstellen zonder computer? Zonder internet? U kunt dat vast en zeker nog wel, maar de huidige generatie jongeren heeft nooit anders gekend. Het internet is razend populair bij de jongeren en biedt hen oneindig veel mogelijkheden. Zij zijn bijna born on the web. Maar de virtuele wereld is ruimer dan het internet alleen. Figuren en personages uit computerspellen of gamesconsoles leven een virtueel leven. Het internet is niet meer uit ons leven weg te denken. We communiceren via e-mail en bouwen een vriendenkring uit op Facebook of Netlog. Onze mening posten we meteen en ongezouten op een discussieforum op internet of we maken het wereldkundig via Twitter. Een dagboek houden we niet meer bij in een schriftje, maar op een blog en een fotoalbum maak je tegenwoordig ook op je computer. Een woordenboek of encyclopedie hebben we niet meer nodig, want we vinden alles online. Telefoneren om iets af te spreken is niet langer nodig, want er is de chatroom en Skype. Als Google je niet vindt, besta je niet. Ontspannen doen we met een spelletje Tetris, ja zelfs met de kaarten spelen we tegenwoordig op het computerscherm. Of we gamen op het onlinegameplatform van onze spelconsole. En sporten doen we met de Wii met een mp3-speler in onze oren. De mogelijkheden van de virtuele wereld zijn onbegrensd. Jongeren weten dat ook, ze zijn thuis op het internet, in virtuele communities. Ze hebben een Facebookprofiel en Facebookvrienden. Natuurlijk heeft het internet ook gevaren. Zijn je Facebookvrienden wel je echte vrienden? Bestaan ze echt? Is het gevaarlijk om via internet nieuwe vrienden te vinden? Wat met je privacy? Wat zijn de gevolgen van de internetrevolutie? Over al deze aspecten gaat de Junior Journalist-wedstrijd 2012. De virtuele wereld heeft een heel eigen jargon. We zetten voor u een aantal termen op een rijtje. U vindt een verklarende woordenlijst achteraan deze bundel, vanaf p. 13.
Te veel inspiratie? Beperk het thema! Het gebeurt wel eens dat jonge schrijvers door de bomen het bos niet meer zien omdat het thema hen niet ligt of ze liever schrijven wanneer ze een vastomlijnde opdracht krijgen. In dat geval kan u overwegen om een bijkomend thema of een vaste titel op te leggen.
4
Opgelegd genre: interview en opiniestuk voor oudste deelnemers Er wordt dit jaar opnieuw een onderscheid gemaakt tussen de jongste en de oudere deelnemers, toch voor wat het genre van de inzendingen betreft. Wat ze schrijven, bepalen de jongeren in Reeks 1 en 2 zelf, zolang het maar fictie is. Alle schrijfvormen kunnen! Alleen poëzie (gedichten dus) niet, omdat dat een heel ander genre is. Natuurlijk kan de leraar of de afdeling ook een bepaald genre opleggen. Ook de titelkeuze is vrij, tenzij de leerkracht of de afdeling een titel oplegt. In de reeksen 3 en 4 is ook dit jaar een opgelegd genre. Voor Reeks 3 gaat het om een interview, voor Reeks 4 om een opiniestuk. Dat heeft alles te maken met de partners van de wedstrijd, Het Nieuwsblad en Knack. De Junior Journalist-wedstrijd heeft een mooie samenwerking met Het Nieuwsblad voor de inzendingen in Reeks 3: het beste interview wordt na afloop van de wedstrijd in die krant gepubliceerd. De opiniestukken die worden ingezonden in Reeks 4 maken kans op publicatie in Knack1. Verderop in deze bundel vindt u concrete tips m.b.t. beide genres.
Samengevat Bij de jongste deelnemers (reeksen 1 en 2) focussen we op fictie en heeft de schrijfvorm geen belang. Bij de twee oudste categorieën draait het om non-fictie. Bovendien is er een opgelegd genre in Reeks 3, het interview, en in Reeks 4, het opiniestuk.
Belangrijk! De meeste ideeën die u verderop in deze bundel vindt, kunnen als opdracht gegeven worden aan de hele klas. Maar teksten waaraan meerdere auteurs hebben samengewerkt, komen niet in aanmerking voor de Junior Journalistwedstrijd. Een inzending voor deze wedstrijd mag dus niet het resultaat van een groepswerk zijn. Deze ideeën zijn slechts voorstellen. Het staat de Junior Journalisten helemaal vrij om zelf een origineel idee uit te werken en daarmee deel te nemen aan de Junior Journalistwedstrijd.
1
Bij deze bundel vindt u meer informatie over Knack op school.
5
Ideeën voor Reeks 1 en 2 Schrijftips voor leerlingen uit het 5de-6de leerjaar en het 1ste-2de middelbaar
De nadruk voor deze jongeren ligt op fictie. Laat ze een verhaal verzinnen, een vertelling neerpennen, een mailbericht schrijven of een blogbericht tokkelen. De schrijfvorm maakt voor deze reeksen dus niet uit!
•
Prikkel de fantasie van uw leerlingen door hen een virtueel verhaal te laten vertellen vanuit een originele invalshoek. Ze kunnen bijvoorbeeld in de huid van een gsm-toestel kruipen, van een laptop of een rol spelen in hun favoriete game.
•
Hoe zou het internet eruitzien als ze het zelf zouden ontwerpen? Welke functies zou het toekomstige internet kunnen hebben? Laat hen nadenken en fantaseren.
•
In veel lagere en middelbare scholen worden gedurende het jaar een of meer themaweken georganiseerd. Een hele week in het thema van internet en veilig op het internet surfen stimuleert de leerlingen om hier over na te denken en prikkelt hen gegarandeerd 2.
•
Laat hen in een klasgesprek vertellen over wat zij zoal doen op internet: spelletjes spelen, chatten, mailen, informatie opzoeken? Misschien willen ze wel in de huid van hun favoriete spelpersonage kruipen? Of willen ze misschien figureren in hun favoriete game? Welke sites bezoeken ze zoal en waarom? Als ze zelf een website zouden ontwerpen, hoe zou die er dan moeten uitzien?
•
Vertel de leerlingen over het ontstaan van het internet. Hoe zou het internet eruitzien als zij het bedacht hadden? Heel wat info vindt u op : http://nl.wikipedia.org/wiki/Internet
2 6
Bij deze bundel vindt u een infofiche van Netlog over veilig surfen voor jongeren.
Ideeën voor Reeks 3 en 4 Schrijftips voor leerlingen uit het 3de-4de middelbaar en het 5de-6de middelbaar In Reeks 3 is er dus ook dit jaar een opgelegd genre, het interview. Bespreek vooraf met de leerlingen het genre interview en stel samen met hen een lijstje op van personen die ze kunnen interviewen. Dat kan heel breed gaan. U kan natuurlijk ook vertrekken vanuit het genre dat opgelegd wordt. Na de theoretische les over het interview worden de leerlingen op pad gestuurd om de theorie aan de praktijk te toetsen.
Enkele voorbeelden:
• • • • • • • • • •
Een koppel dat elkaar (en de liefde) leerde kennen via internet Een websitebouwer die dag na dag zijn ziel in websites legt Een personage uit hun favoriete game Er zijn steeds meer jongeren die met gamen veel geld verdienen: misschien zit er wel eentje bij u in de school? De buurjongen voor wie internet zijn leven is Het buurmeisje dat naar de andere kant van de wereld verhuisde en voor wie het internet onmisbaar is om contact te houden met het thuisfront? Wat zou je Pascal Vyncke, de man die de 50-plusser online zette, vragen? Misschien kennen de leerlingen een beruchte computerhacker? Een slachtoffer van computercrime? Of de politieman die werkt voor de Computer Crime Unit? The sky is the limit: waarom niet Mark Zuckerberg, de bedenker van Facebook, interviewen? Of Robert Cailliau, de Belg die mee aan de wieg van het moderne internet stond? Of Lorenz Bogaert en Toon Coppens, de oprichters van Netlog?
Natuurlijk draait het in de Junior Journalist-wedstrijd niet om wie de leerlingen interviewen, wel om het resultaat. Een spitse en creatieve tekst, met een originele invalshoek. Dat is waar het om draait.
7
Interview Bij een interview stelt de journalist vragen aan één of meer personen om meer te weten te komen over de geïnterviewde of over een onderwerp waar hij veel over weet. Nadien schrijft hij dat gesprek uit. De journalist heeft de vrijheid om wat letterlijk gezegd werd te bewerken tot een vlot leesbare tekst. Natuurlijk mag hij niets schrijven dat de geïnterviewde niet bedoeld heeft. Een interview kan op verschillende manieren uitgeschreven worden:
•
Vraag en antwoord: Afwisselend vragen en antwoorden voluit uitgeschreven. Zo krijgt de lezer het gevoel dat hij het gesprek bijwoont.
•
Volledige tekst: De hele tekst bestaat uit wat de geïnterviewde gezegd heeft in de directe rede. De vragen staan niet in de tekst. Op die manier staat de geïnterviewde centraal.
•
Indirect citeren: Niet letterlijk uitschrijven wat de geïnterviewde gezegd heeft, maar eerder een omschrijving van zijn antwoorden. Op die manier staat het onderwerp centraal. Bijvoorbeeld: “De eerste stap naar een geslaagd interview? Dat is vooral goede vragen bedenken,” zegt mevrouw De Aguirre.
•
Een laatste mogelijkheid is afwisselen tussen de verschillende mogelijkheden. Dat zorgt voor variatie in de tekst, waardoor die vlotter leest.
Enkele interviewtips:
• Een
goede voorbereiding! Niet alleen een lange lijst vragen, maar ook extra informatie over de persoon die geïnterviewd wordt en/of over het onderwerp waarover het interview gaat.
•
Locatie. Het interview wordt best afgenomen waar zowel de journalist als de geïnterviewde zich goed voelen. Zo is de sfeer beter en opener.
•
Een dictafoon (of iets dergelijks) om het gesprek op te nemen is een handig hulpmiddel. Zo hoeft de journalist tijdens het gesprek de antwoorden niet uit te schrijven en kan hij zich concentreren op wat gezegd wordt.
• Als er iets niet helemaal duidelijk is, herhaalt de journalist wel eens het antwoord. Zo is de geïnterviewde zeker dat de journalist de uitleg juist begrepen heeft.
•
8
Soms staat de geïnterviewde er op om de teksten achteraf nog eens na te lezen. Op die manier is de journalist zeker dat er geen fouten meer in de tekst staan.
In Reeks 4 is er ook voor het eerst een opgelegd genre, namelijk het opiniestuk. Een opiniestuk gaat doorgaans over een maatschappelijk onderwerp. De virtuele wereld, met zijn voor- en tegenstanders en de bijhorende vaak controversiële meningen, is hiervoor een uitgelezen onderwerp. Ook komt het virtuele geregeld in het nieuws. Zo kan u bijvoorbeeld de leerlingen naar aanleiding van een zeer actueel onderwerp een opiniestuk laten schrijven. Ze kunnen hiervoor informatie vinden in de kranten en nieuwsuitzendingen van het moment. U kan ook een (bekend of lokaal) bepleiter van de virtuele zaak uitnodigen in de klas om hem te laten vertellen over zijn overtuiging. Op basis van dat exposé kunnen de leerlingen dan aan de slag gaan. U kan natuurlijk ook vertrekken vanuit het genre dat opgelegd wordt. Na de theoretische les over het opiniestuk wagen de leerlingen zich aan het echte werk: een opiniestuk schrijven.
Enkele voorbeelden:
• • • • • • • • •
Maak jij je zorgen om je eigen privacy? Je leven online Facebookvrienden? Geef mij maar echte vrienden Twitter? Niets aan! Twitter? Mijn leven! Online ben ik niet ik Geen boeken, wel e-readers voor mij Wie heeft er nog een gsm? Een smartphone voor mij! Mijn gsm/smartphone is mijn leven
9
Opiniestuk In een opiniestuk heeft de journalist de vrijheid om zijn persoonlijke mening over een bepaalde aangelegenheid uit te drukken. Meestal gaat een opiniestuk over een maatschappelijk onderwerp, waarover veel tegenstrijdige meningen bestaan en dat steeds opnieuw aanleiding vormt tot discussie. De schrijver ervan hoeft zich dus niet te beperken tot de feiten. Integendeel, de manier waarop hij zelf over het onderwerp denkt, vormt juist het uitgangspunt van het opiniestuk. Voor een goed geschreven opiniestuk moeten de leerlingen wel een beetje durf hebben: ze moeten hun eigen standpunt zo krachtig mogelijk overbrengen en er ook de nodige argumenten voor aanhalen.
Enkele tips:
• De
basis voor een goed opiniestuk: een goed gekozen onderwerp en een goede voorbereiding. In een opiniestuk weet de journalist goed waarover hij schrijft.
10
•
Te veel willen zeggen is gevaarlijk. Baken het onderwerp in gedachten heel duidelijk af.
•
Vaak vormt een concreet feit of een gebeurtenis de aanleiding voor het opiniestuk. Dat kan iets heel groot zijn (een computerhacker gevat) of iets heel klein (iets/ iemand die een bepaalde website lanceert).
•
De journalist vertelt zijn eigen mening aan de hand van goede argumenten. Concrete voorbeelden en cijfermateriaal zijn onontbeerlijk. Ze helpen de journalist om zijn punt duidelijk te maken.
•
Een goed opiniestuk heeft ook een logische opbouw. Een duidelijke structuur met een inleiding, een corpus en een slot.
Lesideeën voor alle leeftijden •
Om de belangstelling voor verhalen schrijven, interviews afnemen of uitwerken van een opiniestuk aan te wakkeren, kan u in de klas of in de school een auteur of journalist uitnodigen. Zij kunnen de schrijvers in spe schrijftips geven, vertellen waar zij hun inspiratie halen en op welke manier zij onderzoek doen voor een verhaal of een artikel. Belangrijk is te kiezen voor een auteur wiens werk de leerlingen kennen. U kan ook een journalist uitnodigen en de leerlingen door zijn getuigenis laten kennismaken met de mediawereld.
•
De leerkracht Nederlands kan natuurlijk ook vertrekken vanuit het genre dat opgelegd wordt. Dat lijkt voor de handliggend voor de Reeksen 3 en 4, maar ook voor Reeks 1 en 2 kan de leraar zo te werk gaan en een genre opleggen aan de klas: een mailbericht, een blogbericht, een chatconversatie…
•
De actualiteit reikt ook invalshoeken aan voor schrijfopdrachten. Zo is er geregeld nieuws te rapen over online- en virtuele gebeurtenissen. Denk maar aan de Twitterblunders van premier Yves Leterme en de strapatsen van Lady Gaga op Twitter. Maar ook de paus zit ondertussen op Twitter, en de Nederlandse koningin Beatrix. Of de jongen in Essex (GB) die vanuit zijn slaapkamer grote netwerken wist te hacken. En wat te zeggen van het Israëlisch koppel dat hun pasgeboren dochter Like noemde, als eerbetoon aan Facebook en de rol die de netwerksite speelde in de Arabische Revolutie in 2011. Maak gebruik van dit soort nieuwtjes om de aandacht van de jongeren te trekken en hun creativiteit te prikkelen.
•
Een klasdiscussie. Meer en meer zijn computers en multimediatoepassingen een ‘hobby’ voor jongeren. Denken de leerlingen in uw klas er ook zo over? Hoeveel tijd spenderen ze online? Geregeld verschijnen er cijfers over het vrijetijdsgebruik van jongeren in de media naar aanleiding van bijvoorbeeld enquêtes. Recent nog bijvoorbeeld: http://www.standaard.be/artikel/detail.aspx?artikelid=DMF20110629 _054&word=vrijetijdsbesteding
11
Boeken en websites Op zoek naar meer achtergrondinformatie? Deze tips helpen u op weg!
Boeken
•
Clo Willaerts, Het Conversity Model. Winst maken met sociale media, Lannoo, 2011.
• • •
Klik. Aan de slag met het nieuwe internet, Davidsfonds Uitgeverij, 2011.
• •
Jos de Haan, Kids online, Sociaal en Cultureel Planbureau, 2011.
•
H. van Zwieten, B. van de Haterd en T. Scholte, Personal brand.nl. De kansen van je online identiteit, Spectrum, 2011.
•
Iris Boter, Online, Boekencentrum, 2006.
Soren Gordhamer, Altijd online, Spectrum, 2011. Maartje Heymans en Ruud de Korte, Veilig online. Laat je niet hacken, Consumentenbond, 2011.
Jeanet Bathoorn, Get social. Online netwerken voor beginners, Scriptum, 2011.
Websites
12
• •
Over de geschiedenis van het internet: http://nl.wikipedia.org/wiki/Internet
•
Over Mark Zuckerberg: de bedenker van Facebook: http://nl.wikipedia.org/ wiki/Mark_Zuckerberg en http://nl.wikipedia.org/wiki/Facebook
• •
Over Netlog: http://nl.wikipedia.org/wiki/Netlog
Over Robert Cailliau, de Belg die mee aan de wieg van het moderne internet stond: http://nl.wikipedia.org/wiki/Robert_Cailliau
En uiteraard: www.facebook.com, www.netlog.com, www.twitter.com
Verklarende woordenlijst Blog Internetdagboek waarin gebruikers hun dagelijkse beslommeringen vertellen of commentaar geven op al dan niet maatschappelijk relevante thema’s. Kan aangevuld worden met foto’s en filmpjes. Ook uitstekend communicatiemiddel voor bedrijven of politici. Internetspecialisten schatten het aantal blogs wereldwijd op honderd miljoen. Via Blogspot en Wordpress is het heel eenvoudig om zelf een blog te starten. www.blogspot.com www.wordpress.com Chatten Populaire vorm van internetcommunicatie, waarbij korte tekstboodschappen in real time worden verstuurd en gelezen in een private of open ‘chatroom’. In de sociale sector bieden organisaties als Tele-Onthaal of de Kinder- en Jongerentelefoon ook hun diensten aan via chat. Facebook Netwerksite met meer dan 700 miljoen gebruikers, onder wie dik vier miljoen Belgen. Gebruikers delen hun ‘status’ (wat ben je aan het doen?) met elkaar, ze tonen foto’s en video aan elkaar en nog zoveel meer. www.facebook.com De Facebookpagina van de Junior Journalist-wedstrijd is terug te vinden door ‘Junior Journalist’ in te vullen in de Facebook-zoekbalk.
13
Flickr Flickr is een website voor het delen van foto en video. De eigenaar van de foto’s kan aangeven wie en onder welke voorwaarden anderen de foto’s kunnen gebruiken. www.flickr.com Hyves Hyves is voornamelijk een Nederlands sociaal netwerk. Mensen met een Hyvesprofiel noemen zich Hyvers, ‘Hyven’ is een erkend Nederlands werkwoord geworden. Het is vergelijkbaar met Facebook. www.hyves.nl Mp3-speler Een mp3-speler is een apparaat dat digitale muziekbestanden bewaart, sorteert en kan afspelen. Veel mp3-spelers zijn draagbaar en ontwikkeld als een draagbare mediaspeler, een soort walkman voor het afspelen van muziek opgeslagen in mp3bestanden, maar de mp3-afspeelfunctie kan ook zijn geïntegreerd in een dvd-speler, autoradio of in een gsm. MySpace Myspace is een sociaalnetwerksite, met een groot aantal gebruikers die onder meer weblogs, profielen, groepen en dergelijke bijhouden. Een dergelijke website wordt ook wel een virtuele gemeenschap of community genoemd. www.myspace.com Netlog Netlog is, na Facebook, het tweede grootste sociaal netwerk in België. Vooral jongeren gebruiken Netlog om contact te houden met hun vrienden en om nieuwe vriendschappen aan te knopen. Je kunt er muziek, foto’s, film op kwijt en ook een blog beginnen. www.netlog.com Davidsfonds Uitgeverij maakte op Netlog profielen aan voor een aantal personages uit jeugdboeken: http://nl.netlog.com/tia_nachtraven http://nl.netlog.com/shu_nachtraven http://nl.netlog.com/vince_nachtraven http://nl.netlog.com/glenn_nachtraven http://nl.netlog.com/groups/nachtraven http://nl.netlog.com/dinavantsant PlayStation Videogameplatform van Sony, gelanceerd in 1994. Via het PlayStation Network kunnen gamers online tornooien houden, nieuwe game-episodes downloaden of met andere gamers communiceren. Skype Videochatprogramma waarmee gebruikers gratis kunnen telefoneren en chatten via het internet.
14
Smartphone Gsm, computer, gps-toestel én spelconsole in zakformaat. Het belangrijkste controlepaneel voor de vele multimediale toepassingen van de eenentwintigste eeuw. Blackberry en iPhone (van Apple) zijn de bekendste merken/modellen.
Socialenetwerksite Virtueel netwerk van familieleden, vrienden, collega’s en kennissen waarop gebruikers korte berichten, foto’s, filmpjes en links naar andere interessante berichten, foto’s en filmpjes met elkaar kunnen delen. Ze kunnen ook met elkaar chatten, e-mailen en games spelen. De grootste netwerksite is Facebook (700 miljoen gebruikers); andere bekende netwerken zijn LinkedIn (100 miljoen gebruikers), Twitter (175 miljoen gebruikers), MySpace (100 miljoen gebruikers) en het Chinese Qzone (480 miljoen gebruikers). Tabletcomputer Ultradunne draagbare computer die u bedient via een aanraakscherm en die u kunt gebruiken voor allerhande multimediatoepassingen: surfen op het internet, boeken en tijdschriften lezen, films bekijken. De grote doorbraak kwam er in januari 2010 met de iPad van Apple.
Twitter Twitter is een social medium en een microblog. Het maakt het voor zijn gebruikers mogelijk om een tekstboodschap – een tweet – van maximum 140 tekens te versturen naar andere gebruikers die verzocht hebben om geregeld updates te ontvangen van die gebruiker. Gebruikers kunnen berichtjes van anderen re-tweeten (afgekort RT) of herhalen. De hashtag (#) is een herkenningsteken dat veel op Twitter gebruikt wordt. Als mensen #Davidsfonds in hun bericht gebruiken, ziet elke Twitteraar die #Davidsfonds volgt dat bericht passeren. www.twitter.com De Twitterpagina van Davidsfonds: http://twitter.com/davidsfonds
15
Wii Gameconsole van Nintendo. Blikvanger is het draadloze bedieningspaneel, dat is uitgerust met bewegingssensoren. Wikipedia Online encyclopedie, die (gratis) door iedereen kan worden geraadpleegd, gecorrigeerd en aangevuld. Bestaat ook in het Nederlands. http://nl.wikipedia.org/wiki/Hoofdpagina Xbox Gameplatform van Microsoft, de directe concurrent van de PlayStation van Sony. YouTube YouTube is een website waar je video’s kunt opladen, delen en bekijken. De naam en het logo van YouTube verwijzen naar de beeldbuis van een tv-toestel. www.youtube.com
Deze ideeënbundel voor leerkrachten is een uitgave van het Davidsfonds, Blijde-Inkomststraat 79-81, 3000 Leuven - www.davidsfonds.be - tel. 016/310.600. De Junior Journalist-wedstrijd loopt in samenwerking met Knack, Het Nieuwsblad, Netlog, Ketnet, KBC, Vakantiepark Molenheide, Stamp Media, Dranouter Aan Zee en Yeti.
16
