IDEEËNWIJZER bij KITS, de krant waar nieuws in zit
24ste jaargang - Nr. 3 - 1 oktober 2013
Redactie: Inge Bergh, Sabrina De Pauw, Lize Helsen, Inge Misschaert, Liselotte Vertenten, Wim Vromant
Uitgewerkte lessuggesties 1. Week van het Bos * Niveau: * Sluit aan bij het artikel ‘Natuursupporter’ op pag. 1. * Motivatie Oktober is onlosmakelijk verbonden met de Week van het Bos. In bossen en natuurgebieden in Vlaanderen worden heel wat activiteiten georganiseerd om de mensen te overtuigen van het belang van biodiversiteit en het zorgen voor een gezonde habitat voor alle dieren. Ook de scholencampagne is gericht op deze natuurdoelen. Met de werkbladen laten we de leerlingen kennismaken met de website www.natuurenbos.be en met de campagne 2013 van de Week van het Bos. * Doelstellingen - De leerlingen raadplegen het internet als informatiebron. - De lln. kennen bos- en natuurgebieden in hun omgeving. - De lln. kennen de wettelijke afspraken bij bos- en natuurwandelingen. - De lln. kennen de twee grote lijnen van de natuurdoelen. - De lln. kennen de begrippen biodiversiteit en habitat. * Werkwijze - Start met het korte artikel in Kits (pag. 1) en houd een gesprek over de Week van het Bos. Daarbij peil je naar de voorkennis van de leerlingen. - Stel de website www.natuurenbos.be kort voor en laat de leerlingen snel zelf aan de slag gaan om de website te verkennen. In opdracht 1 staan oefeningen bij de websiterubriek ‘De natuur in!’. Laat de leerlingen achteraf zelf het nut en de doelen van deze rubriek verwoorden. (Wat willen de makers ermee bereiken?) - Daarna stellen we de campagne 2013 voor (kijk hiervoor bij ‘Activiteiten’ en dan ‘Campagnes’ en vervolgens ‘Educatief’). Hier kan je kiezen om klassikaal te werken (digibord) of in kleine groepjes aan een pc. Wil je met je leerlingen de game spelen, dan lees je op volgende link wat je daarvoor moet doen: www. natuurenbos.be/nl-BE/Activiteiten/Campagnes/Week%20 van%20het%20Bos%202013/In%20de%20klas/Game. aspx. Je kan de game online spelen of je kan het spel installeren op je pc. * Tip Op de site van Natuur en Bos lees je hoe je met de klas kan deelnemen aan de campagnewedstrijd (zelf uitstip-
pelen van een leerwandeling en die op RouteYou digitaliseren). Een handleiding om dit te doen vind je ook op de site.
2. Een beestig leuke dag * Niveau: * Sluit aan bij het artikel ‘Werelddierendag’ op pag. 3 van Kits. * Motivatie Op Werelddierendag zet men wereldwijd dieren in de kijker. De meeste kinderen vinden dieren erg fascinerend en zullen er dan ook graag enkele dingen over bijleren. Misschien kan dit artikel een aanloop zijn om (huis)dieren mee te nemen naar de klas? * Doelstellingen - De leerlingen informeren zich verder over Werelddierendag. - De lln. beantwoorden informatieve vragen over het artikel. - De lln. zoeken relevante informatie op het internet. * Werkwijze Peil naar de beginsituatie bij de leerlingen. Wie heeft er al gehoord over Werelddierendag? Misschien komen enkele antwoorden op vraag 1 spontaan aan bod. Laat de leerlingen eventueel vraag 1 als huistaak oplossen of neem dit op in contractwerk. Het is zelfs mogelijk om het hele werkblad binnen contractwerk te plaatsen, mits er een computer met internet- verbinding aanwezig is. Vraag 2 is een toepassingsvraag. De leerlingen surfen op het internet voor meer informatie over het wetsvoorstel en duiden de dieren aan die niet toegelaten zijn in het circus. Meer info is o.m. terug te vinden op: www.demorgen.be/dm/ nl/5381/Dieren/article/detail/1668177/2013/07/12/Geen-leeuwen-en-tijgers-meer-in-Belgische-circussen.dhtml Bij vraag 3 bekijken de leerlingen eerst het filmpje. Daarop zijn de drie bewegingen duidelijk te zien. Daarna vullen ze de vragen in. Leerlingen met weinig tot geen kennis over paarden, zullen misschien het internet nodig hebben als hulplijn. * Tips - Je kan de vlugge leerlingen de twee eerder onbekende dieren uit het artikel (de oostelijke wangzakeekhoorn en de zwartstaartprairiehond) laten opzoeken en informatie errond verzamelen. - Als klassikale afsluiter kunnen de verschillende bewegingen van het paard getokkeld worden op de bank. De leerkracht zegt de bewegingen door elkaar, de leerlingen voeren ze uit. - Er kunnen dierenfiches gemaakt worden rond bepaalde dieren die de leerlingen interessant vinden (groepswerk).
Aandacht Bij heel belangrijk nieuws verschijnt meteen een uitgebreid artikel op de website (pdf, A4-formaat, 1 of meerdere foto’s). Wil je via e-mail op de hoogte gehouden worden van deze artikels, stuur dan een mailtje naar
[email protected].
3. Terreur in Westgate
4. De droom van Giel
* Niveau: * Sluit aan bij het artikel ‘Bloedige gijzeling’ op pag. 1. * Motivatie Er gaat geen week voorbij zonder onheilspellende berichten uit landen ‘ver weg’. Marktpleinen, winkelcentra en andere plaatsen waar veel mensen samenkomen, zijn er niet veilig meer. Hoe komt dat? Wie of wat is hiervan de oorzaak? Hoe ‘ver’ ligt ‘ver weg’ eigenlijk? Moeten wij ook ongerust worden? Dit onderwerp kan in een les Actualiteit, Aardrijkskunde of Godsdienst/Zedenleer aan bod komen. * Doelstellingen - De leerlingen begrijpen de inhoud van veelgebruikte termen die verband houden met moslimterreur. - De lln. onderzoeken wat ze hebben onthouden uit de berichtgeving over terroristische aanslagen van de voorbije maanden/jaren. - De lln. zoeken gegevens zelfstandig op en gebruiken hiervoor het internet. - De lln. delen de opgesomde steden/landen in bij het correcte werelddeel. - Klasgesprek: de lln. bespreken op een rustige manier hoe ze nieuws i.v.m. terroristische aanslagen verwerken en hoe het hun veiligheidsgevoel bepaalt. * Werkwijze - Het artikel wordt individueel of klassikaal gelezen. Hierna beantwoorden de leerlingen individueel de eerste vraag van het werkblad. De voorbije maanden werden een heleboel terreurdaden gepleegd door (moslim)terroristen. Laat de leerlingen de tabel op het werkblad (vraag 2) in potlood aanvullen. Verbeter daarna klassikaal aan het bord. - Welke aanslagen bleven het meeste hangen in het geheugen? Hoe komt dat? Hoe verwerken de leerlingen de vele nieuwsberichten over aanslagen? Waarom plegen deze terreurbewegingen aanslagen? Wat denken de leerlingen dat men bereikt met een aanslag? Bespreek in een klasgesprek. De meeste terreuraanslagen gebeuren ‘ver weg’. Maar waar ligt ‘ver weg’? Laat de leerlingen zonder opzoeken de opgesomde landen en steden indelen per werelddeel. Verbeter daarna klassikaal. Wat valt op?
* Niveau: * Sluit aan bij het artikel ‘Tienermonnik mag niet weg’ op pag. 2. * Motivatie Als tiener begin je stilletjesaan te denken aan je toekomst. Waar wil je met je leven naartoe? Wat wil je worden? Hoe zie je je leven als volwassene? Je stippelt je pad beetje bij beetje uit en kiest een studierichting die bij je past. Maar wat als je omgeving niet akkoord is met je plannen? Als ze je te jong vinden om te weten wat je wil? Leg je je daar dan bij neer? Of kom je in opstand? Wanneer ben je volwassen genoeg om te beslissen over je eigen toekomst? Dit onderwerp kan in een les Actualiteit of Godsdienst/Zedenleer aan bod komen. * Doelstellingen - De leerlingen begrijpen wat boeddhisme inhoudt. - De lln. weten wat cassatie betekent. - De lln. zoeken gegevens zelfstandig op en gebruiken hiervoor het internet of een naslagwerk. - De leerlingen verdedigen hun eigen mening op een rustige manier. Ze brengen argumenten aan en luisteren naar eventuele tegenargumenten. * Werkwijze Het artikel wordt individueel of klassikaal gelezen. Hierna vraag je aan de leerlingen wat boeddhisme eigenlijk is. Wat komt er in hen op als ze het woord boeddhisme zien staan? Laat de leerlingen de woordspin op het werkblad aanvullen. Vergelijk de resultaten klassikaal. De advocaat van Giel tekende cassatieberoep aan. Laat de leerlingen deze term opzoeken op het internet. Is Giel oud genoeg om zijn eigen beslissingen te nemen of moet hij inderdaad worden tegengehouden? Laat de leerlingen hun mening kort noteren op het werkblad. Daarna kan je de leerlingen het opiniestuk ‘De monnik en de danser’ laten lezen op www.mo.be/opinie/de-monnik-en-de-danser. Je kan het stuk ook kort samenvatten voor de leerlingen. In dit opiniestuk worden twee uitzonderlijke vijftienjarigen met elkaar vergeleken. De ene jongen mag zijn droom najagen. De andere jongen wordt tegengehouden. Is dat eerlijk? Wat vinden de leerlingen hiervan? Heeft het opiniestuk hun mening over Giel beïnvloed? Bespreek in een klasgesprek.
Niveau:
= voor iedereen /
= iets moeilijker
Sleutel bij de werkbladen 1. Week van het Bos 1. 1. naargelang de woonplaats de straal in km vergroten 2. naargelang de woonplaats 3. vuur – dieren – planten of paddenstoelen – rust – leiband – afval – reclame 4. jongeren tot 25 jaar – van de paden afdwalen 5. vier – naargelang de woonplaats – 48 uur – tien personen 6. vrij rondlopen – aan de leiband – Oost-Vlaanderen 2.1. 1. naargelang de woonplaats 2. naargelang de datum 2. 1. zelfevaluatie 2. naargelang de woonplaats 3. vliegend hert – dat zoveel mogelijk verschillende dier- en plantensoorten blijven voortbestaan. – dat er gezonde habitats blijven bestaan voor deze dieren en planten.
2. Een beestig leuke dag 1. a. Het is dan de feestdag van Franciscus van Asissi. Deze heilige bekommerde zich onder meer om de dieren. b. Men wil de mensen laten weten dat ook dieren rechten hebben. c. Ilse Winter en Magaret Ford d. 4 oktober 1930 2. eend – olifant – lama – leeuw – buffel – kameel – panter – nijlpaard – fret mogen in het circus: eend, lama, buffel, kameel en fret 3. a. stap – draf – galop b. draf: tweetaktbeweging galop: drietaktbeweging stap: viertaktbeweging c. 1. muildier 2. muilezel 3. een herbivoor/ Een carnivoor eet vlees, een herbi- voor eet planten, een omnivoor eet beide. 4. een gecastreerde hengst 5. een paard van 1 jaar oud, andere naam = jaarling
3. Terreur in Westgate
1. 1. ‘de jeugd’ of ‘de jongeren’ 2. a. weblogs, fora en sociale netwerken als Hyves, Facebook, LinkedIn, Twitter en Google+ b. Met sociale media bereik je heel veel mensen in een korte tijdspanne. 3. Heilige Oorlog of strijd tegen ongelovigen 2. 1. in Gubya (Nigeria) Vier bomauto’s ontploft in Nairobi (Kenia) in kerk bij begrafenis in Karachi (Pakistan) in winkelcentrum in Londen (Groot-Brittannië) Dubbele bomaanslag in Boston (de VS) 2. Afrika: Nigeria, Nairobi, Oeganda Azië: Pakistan, Iran, Israël, Syrië, Turkije, Beiroet, Bagdad Europa: Ierland, Londen, Madrid Amerika: Boston, New York
4. De droom van Giel 1. eigen antwoord 2. Het boeddhisme is een levensbeschouwelijke en religieuze stroming die volgens de overlevering werd gesticht door Gautama Boeddha. Het doel van boeddhisten is om bevrijd te worden uit de kringloop van wedergeboortes, om zo nooit meer te hoeven lijden. (bron: Wikipedia) 3. Cassatie is afgeleid van het woord casser, wat het Frans voor ‘breken’ is. Cassatie betekent dat de hoge raad een vonnis van een ‘lagere rechter’ gaat onderzoeken op de toepassing van het recht. Nadat een lagere rechter een vonnis heeft uitgesproken, kan beroep worden aangetekend door een (cassatie)advocaat. 4. eigen antwoord
Week van het Bos (1) 1. www.natuurenbos.be: de natuur in! 1. Zoek een natuurdomein van het Agentschap voor Natuur en Bos in je buurt… a. waar je kan mountainbiken
: ..........................................................................................................................................................................
b. met een speelzone
: ..........................................................................................................................................................................
c. waar je kan vissen
: ..........................................................................................................................................................................
d. met een groene haltewandeling : .......................................................................................................................................................................... e. met ruiterpaden
: ..........................................................................................................................................................................
Wat kan je doen als er geen domein te vinden is dat beantwoordt aan de zoekopdracht? .... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .......................................................................................
2. Welke onthaalpoort ligt dicht bij jou in de buurt?
.............................................................................
3. Wettelijke afspraken: • Geen ..................................................... maken in het bos. • Plaats geen tenten of andere (tijdelijke) constructies zoals dranghekken en controleposten. • Verstoor geen ..................................................... en hun jongen, eieren, nesten of schuilplaatsen. • Pluk geen ..................................................... of ..................................................... . • Verstoor de ..................................................... niet. • Honden aan de ..................................................... . • Laat geen ..................................................... achter. • Geen ..................................................... in het bos of natuurgebied. 4. Een speelzone is een stuk bos of domein waar je kan spelen. Wie?
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................
Daarbij mag je
❍ van de paden afdwalen. ❍ niet van de paden afdwalen.
5. In hoeveel bossen/natuurgebieden in Vlaanderen mag je vrij kamperen? ........................... .......... Welke van deze ligt het dichtst bij jouw woonplaats? Maximale verblijfsduur:
................................................................... ..........
. . . . . . ...........................................................................................................................
Maximum aantal personen:
................................................................................................................. ..........
6. In een bos/natuurgebied met een hondenzone mogen honden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ................................................................................................................. ..........
(Normaal moeten honden . . . . ......................................................................................................................... .) In welke provincie vind je geen bossen/natuurgebieden met een hondenzone? … … … … … … … … … … … … … … … … ………….. ..................................................................................................... .........
Week van het Bos (2) 2. Week van het Bos 2013 (Zoek bij ‘Activiteiten’ en vervolgens ‘Campagnes’.) 1. Tijdens de Week van het Bos worden in Vlaanderen heel wat activiteiten georganiseerd. 1. Zoek in jouw buurt twee activiteiten. a) Wat? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................ Waar? . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................ Wanneer? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................ b) Wat? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................ Waar? . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................ Wanneer? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................ 2. Zoek een activiteit die volgend weekend plaatsvindt. Wat? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................ Waar? . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................ Wanneer? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................ 2. Meedoen met de klas. 1. Speel de educatieve game op de website. Ik leerde een aantal bedreigde diersoorten kennen.
❍ ja
❍ neen
Ik leerde verschillende soorten leefgebieden kennen.
❍ ja
❍ neen
Ik leerde wat belangrijk is voor dieren om te overleven.
❍ ja
❍ neen
2. Maak een groene wandeling in de buurt van de school. Som de groene plekken in de buurt van je school op. Verbind ze tot een aangename wandeling.
Groene plekken in de buurt van de school
Welke dieren leven er?
3. Lees de campagnekrant. Welk dier is het grootste natuur-talent in Animals’ got talent?
................................................................................................
Bij de natuurdoelen gaat het er vooral om dat we ervoor moeten zorgen... dat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ................................................................................................................. .......... en dat
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................
Een beestig leuke dag (1) 1. Werelddierendag: algemeen Je kan meer uitleg vinden op http://nl.wikipedia.org/wiki/Dierendag. a. Werelddierendag is steeds op 4 oktober. Waarom hebben de oprichters deze dag gekozen? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................
b. Wat wil men de mensen laten weten op deze dag? .............................................................................................................. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .................................................................................................................. ..........
c. Welke twee dames hebben de eerste Werelddierendag uitgeroepen?.................................................................... .......... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ...........................................................................................................................
d. Wanneer vond de eerste Werelddierendag plaats? ..................................................................................................... ..........
2. Dieren in het circus Schrijf de juiste naam bij elke foto. Kleur de driehoek van de dieren die nog steeds toegelaten zijn in het circus.
.... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
........................................
. . ......................................
........................................
............................ ............
.... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
........................................
. .......................................
........................................
........................................
3. Paardrijden is hip Dankzij series als Amika gaan veel jongeren paardrijden. Wat moet je weten voor je eraan begint? Bekijk eerst het volgende filmpje: www.youtube.com/watch?v=oxMdhLrVT68. a. Zet in de juiste volgorde van traag naar snel.
draf
galop
stap
b. Verbind de juiste begrippen. draf • galop •
stap •
• viertaktbeweging
• drietaktbeweging • tweetaktbeweging
© Studio 100
Een beestig leuke dag (2) Kan je het ritme ook slaan met je wijs- en middenvinger op je bank? Probeer maar. c. Wat is het? 1. Een kruising tussen een ezelhengst en een paardenmerrie noemen we een ���������������������������������������������������������������� 2. Een kruising tussen een ezelin en een paardenhengst noemen we een ������������������������������������������������������������������������� 3. Een paard is een omnivoor, carnivoor of herbivoor? ��������������������������������������������������������������������������������������������������������� Beschrijf het verschil tussen deze drie begrippen. ������������������������������������������������������������������������������������������������������������������
���������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������
4. Wat is een ruin? ��������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������� 5. Wat is een enter? �������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������
Terreur in Westgate (1) 1. Bij het artikel Lees het artikel ‘Bloedige gijzeling’ op pag. 1 van Kits en los daarna onderstaande vragen op. Gebruik het internet indien nodig. 1. De terroristen waren lid van de moslimterreurgroep Al-Shabab. Wat betekent de naam Al-Shabab? ������������������������������������������������������������������������������������������������������������ ������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������
2. a. In het artikel wordt de term ‘sociale media’ gebruikt. Wat bedoelt men hiermee?
���������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������
���������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������
b. Waarom gebruiken de terroristen sociale media?
���������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������
���������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������
3. Moslimterroristen gebruiken vaak de term ‘jihad’. Wat betekent dit? ������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������ ������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������������
2. Heel veel aanslagen 1. Er gaat geen week voorbij of er wordt ergens in de wereld wel een aanslag gepleegd. Welke aanslagen uit het voorbije jaar staan in jouw geheugen gegrift? Vul de tabel aan. Slapende studenten gedood
in ............................................................................... september 2013
....................................................................................
in Erbil (Irak)
Gijzeling in winkelcentrum
in ............................................................................... september 2013
september 2013
Bomaanslag ........................................................... in Peshawar (Pakistan)
september 2013
Bomaanslag ........................................................... in Bagdad (Irak)
september 2013
Bomaanslag op voetbalveld
in ............................................................................... augustus 2013
Bomaanslag ........................................................... in Beiroet (Libanon)
juli 2013
Aanval met machete
in ............................................................................... mei 2013
....................................................................................
in Reyhanli (Turkije)
mei 2013
Bomaanslag bij marathon
....................................................................................
april 2013
Terreur in Westgate (2) 2. Wij wonen in een veilig land. Terroristische aanslagen gebeuren meestal ver van ons bed. Maar waar ligt ver weg? Hieronder vind je enkele steden en landen waar de voorbije jaren aanslagen werden gepleegd. Sorteer ze volgens werelddeel. Landen: Pakistan, Nigeria, Iran, Israël, Syrië, Turkije, Ierland, Oeganda. Steden: Nairobi, Beiroet, Boston, Bagdad, Londen, New York, Madrid.
Afrika
Azië
Europa
Amerika
De droom van Giel Los onderstaande vragen op na het lezen van het artikel ‘Tienermonnik mag niet weg’ op pag. 2 van Kits. 1. Giel wil naar een boeddhistisch klooster. Waaraan denk je als je het woord ‘boeddhisme’ ziet? Vul de woordspin aan.
Boeddhisme
2. Wat is boeddhisme? Wat is het doel van boeddhisten? Zoek op het internet of in een naslagwerk. .... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................ .... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................ .... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................ .... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................
3. Het parket van Gent verbood Giel om naar India te vertrekken. De advocaat van Giel tekende ‘cassatieberoep’ aan tegen die beslissing. Waarvan is het woord cassatie afgeleid? Wat is cassatie? .... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................ .... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................ .... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................
4. Wat vind jij van de beslissing van de rechter? Vind je dat Giel volwassen genoeg is om zijn eigen keuzes te maken, of moet hij inderdaad worden tegengehouden? Waarom? Noteer hieronder. .... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................ .... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................ .... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................ .... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................ .... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ............................................................................................................................