IAB-Info Nummer 4 16–29 februari 2004
16e jaargang
Inhoud Beroep c
Bestuur en aandeelhouderschap van erkende professionele vennootschappen Deze bijdrage strekt ertoe een overzicht te bieden van zowel de wettelijke principes als de beslissingen van de Raad van het Instituut met betrekking tot de erkenningsvoorwaarden betreffende aandeelhouderschap en bestuur van burgerlijke professionele vennootschappen en van vennootschappen opgericht binnen een vennootschappengroep of een beroepsgroepering.Deze bijdrage strekt ertoe een overzicht te bieden van zowel de wettelijke principes als de beslissingen van de Raad van het Instituut met betrekking tot de erkenningsvoorwaarden betreffende aandeelhouderschap en bestuur van burgerlijke professionele vennootschappen en van vennootschappen opgericht binnen een vennootschappengroep of een beroepsgroepering.
Economie Aangekondigde wijzigingen voor zelfstandigen : wanneer, hoe en hoeveel ... De resultaten die de zelfstandigen uit de brand hebben gesleept tijdens de Ministerraad van 16 en 17 januari 2004, kunnen ten opzichte van het uit de jaren vijftig daterende socialezekerheidsstelsel als een ware revolutie worden beschouwd. De verbeteringen betreffen zowel de pensioenen als de gezondheidszorg en de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen en zijn het gevolg van de voorstellen uitgebracht op de door de Minister van Middenstand voorgezeten Ronde Tafel der Zelfstandigen : maatregelen die het statuut der zelfstandigen moeten opwaarderen en meer jongeren ertoe aanzetten om met minder vrees dan vroeger zelf voor het ondernemerschap te kiezen. Een kort overzicht gestoffeerd met enige cijfers...
Beroep Bestuur en aandeelhouderschap van erkende professionele vennootschappen L. DHAENE I.
Inleiding
Een accountant en/of een belastingconsulent kan zich, met het oog op een gezamenlijke uitoefening van professionele activiteiten, verenigen met andere personen, al dan niet lid van het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten1. Indien deze samenwerking gebeurt in het kader van een vennootschap, dan moeten de leden van het Instituut ervoor zorgen dat deze vennootschap door het Instituut erkend wordt2. Samengevat kan men stellen dat er drie soorten vennootschappen erkend kunnen worden door het Instituut : – de «professionele» vennootschap naar Belgisch recht3; – de vennootschap, opgericht binnen een vennootschappengroep of een beroepsgroepering4; – de vennootschap opgericht naar buitenlands recht5. Aan de erkenning van deze vennootschappen worden echter bepaalde voorwaarden gekoppeld, waaronder voorwaarden betreffende het aandeelhouderschap en bestuur6. Op 6 oktober 2003 heeft de Raad van het Instituut een beslissing genomen betreffende de hoedanigheid van de leden van het Instituut die bestuurder of zaakvoerder zijn in burgerlijke professionele vennootschappen en in vennootschappen, opgericht binnen een vennootschappengroep of een beroepsgroepering. Deze bijdrage strekt ertoe een overzicht te bieden van zowel de wettelijke principes als de beslissingen van de Raad van het Instituut met betrekking tot de erkenningsvoorwaarden betreffende aandeelhouderschap en bestuur van deze twee soorten erkende vennootschappen7. II. De professionele vennootschap A. Inleiding Met «professionele vennootschap» worden in deze bijdrage de volgende vennootschappen bedoeld : – de vennootschappen opgericht tussen leden van het Instituut die dezelfde hoedanigheid bezitten8; – de vennootschappen opgericht tussen leden van het Instituut met verschillende hoedanigheden9; – de vennootschappen opgericht tussen leden van het Instituut en buitenlandse confraters die een gelijkwaardige hoedanigheid bezitten10. B. Aandeelhouderschap 1. Algemeen
De vennoten van een professionele vennootschap dienen (1) lid te zijn van het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten of (2) in het buitenland een hoedanigheid te bezitten die als gelijkwaardig11 met die van accountant of belastingconsulent in België wordt erkend12. De meerderheid van de aandelen (en de meerderheid van de stemrechten) moet echter in handen zijn van personen die lid zijn van het Instituut13. Buitenlandse confraters die een gelijkwaardige hoedanigheid bezitten kunnen slechts een minderheid van de aandelen bezitten14. Zowel natuurlijke personen als rechtspersonen kunnen vennoot zijn van een professionele vennootschap15. 2. Vennootschappen die enkel een erkenning vragen als accountant Overeenkomstig de algemene regel moeten, ook in vennootschappen die enkel een erkenning vragen als accountant, alle vennoten lid van het Instituut zijn of in het buitenland een hoedanigheid bezitten die als gelijkwaardig wordt erkend in België16. Indien de vennootschap slechts een erkenning als accountant vraagt, moeten de vennoten – leden van het Instituut de hoedanigheid van accountant bezitten17. De meerderheid van de aandelen moet in handen zijn van leden van het Instituut18. Deze hebben, gelet op het voorgaande, de hoedanigheid van accountant19. Er is geen bezwaar tegen het feit dat de vennoten-accountants in persoonlijke naam tevens de hoedanigheid van belastingconsulent bezitten : in dit geval mogen zij in eigen naam tevens de titel van belastingconsulent voeren. De vennootschap zelf mag echter slechts de titel van belastingconsulent voeren indien zij als vennootschap tevens erkend is als belastingconsulent. Minstens één van de vennoten-accountants moet ingeschreven zijn op de deellijst van de externe accountants20. De andere vennoten-accountants mogen ingeschreven zijn op de lijst van de accountants21. Overeenkomstig de algemene regel kunnen buitenlandse confraters die een gelijkwaardige hoedanigheid bezitten een minderheid van de aandelen bezitten22. In vennootschappen die enkel een erkenning vragen als accountant, moeten deze vennoten-buitenlandse confraters, een hoedanigheid bezitten die als gelijkwaardig wordt erkend als accountant23. 3. Vennootschappen die slechts een erkenning vragen als belastingconsulent Overeenkomstig de algemene regel moeten, ook in vennootschappen die enkel een erkenning vragen als belastingconsulent, alle vennoten lid zijn van het Instituut of in het buitenland een hoedanigheid bezitten die als gelijkwaardig wordt erkend in België24. Indien de vennootschap slechts een erkenning als belastingconsulent vraagt, dienen de vennotenleden van het Instituut de hoedanigheid van belastingconsulent te bezitten25. De meerderheid van de aandelen dient in handen te zijn van leden van het Instituut26. Deze hebben, gelet op het voorgaande, de hoedanigheid van belastingconsulent27. Ook in dit geval is er geen bezwaar tegen het feit dat de vennoten-belastingconsulenten in persoonlijke naam ook de hoedanigheid van accountant bezitten : zij mogen in dit geval in eigen naam de titel van accountant voeren en, indien zij ingeschreven zijn op de deellijst van de externe accountants, tevens de activiteiten voorbehouden aan de externe accountants vervullen. De vennootschap zelf mag echter slechts de titel van accountant voeren en de activiteiten voorbehouden aan de externe accountant vervullen indien zij als vennootschap tevens werd erkend als accountant.
Minstens één van de vennoten moet ingeschreven zijn op de deellijst van de externe belastingconsulenten28. De andere vennoten-belastingconsulenten mogen ingeschreven zijn op de lijst van de belastingconsulenten29. Overeenkomstig de algemene regel kunnen buitenlandse confraters die een gelijkwaardige hoedanigheid bezitten een minderheid van de aandelen bezitten30. In vennootschappen die enkel een erkenning vragen als belastingconsulent, moeten deze vennoten-buitenlandse confraters een hoedanigheid bezitten die als gelijkwaardig wordt erkend als belastingconsulent31. 4. Vennootschappen die een erkenning vragen als accountant én belastingconsulent Ook in vennootschappen die een erkenning vragen als accountant én belastingconsulent moeten alle vennoten leden zijn van het Instituut of in het buitenland een hoedanigheid bezitten die in België als gelijkwaardig wordt erkend32. In dit geval is de hoedanigheid van de vennoten-leden van het Instituut (accountant of belastingconsulent) niet relevant. Bovendien kunnen beide hoedanigheden in hoofde van één enkele persoon vervuld worden : zo kan een éénpersoonsBVBA erkend worden als accountant én belastingconsulent. De meerderheid van de aandelen dient in handen te zijn van deze leden van het Instituut33. De vennootschap dient wel onder haar vennoten minstens één persoon te tellen die ingeschreven is op de deellijst van de externe accountants én minstens één persoon die ingeschreven is op de deellijst van de externe belastingconsulenten34. Ook hier kunnen beide hoedanigheden in hoofde van één persoon vervuld worden. 35 Overeenkomstig de algemene regel kunnen buitenlandse confraters die in België een gelijkwaardige hoedanigheid bezitten een minderheid van de aandelen bezitten36. Deze buitenlandse confraters moeten een hoedanigheid bezitten die in België als gelijkwaardig wordt erkend met de hoedanigheid van accountant en/of belastingconsulent37. C. Bestuur 1. Algemeen De zaakvoerders en bestuurders van professionele vennootschappen moeten natuurlijke personen zijn38. Vennootschappen kunnen, zelfs al werden zij erkend als lid van het Instituut, geen bestuurder zijn in andere professionele vennootschappen. De meerderheid van de bestuurders moet lid zijn van het Instituut39. Leden van het Instituut die bestuurder zijn van een professionele vennootschap dienen ingeschreven te zijn op de deellijst van de externe leden40. Volgens de Raad van het Instituut moet artikel 6, §1, 6° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten samen worden gelezen met artikel 6, §1, 5° van hetzelfde K.B. krachtens hetwelk de minderheid van de bestuurders of zaakvoerders in het buitenland enkel een hoedanigheid kan bezitten die als gelijkwaardig met die van accountant of belastingconsulent in België wordt erkend41. 2.
Vennootschappen die enkel een erkenning vragen als accountant
Overeenkomstig de algemene regel moet de meerderheid van de zaakvoerders en bestuurders van professionele vennootschappen lid zijn van het Instituut42. In een vennootschap die enkel een erkenning vraagt als accountant dienen deze bestuurders-leden van het Instituut de hoedanigheid van accountant te bezitten43. Er is vanzelfsprekend geen bezwaar tegen het feit dat de betreffende accountants tevens in persoonlijke naam de hoedanigheid van belastingconsulent zouden bezitten. Accountants die zaakvoerder of bestuurder zijn in een vennootschap die erkend werd als accountantsvennootschap dienen ingeschreven te zijn op de deellijst van de externe accountants44. Buitenlandse confraters die in België een gelijkwaardige hoedanigheid bezitten, mogen een minderheid van de bestuursmandaten waarnemen. Deze buitenlandse confraters dienen een hoedanigheid te bezitten die in België als gelijkwaardig wordt erkend met de hoedanigheid van accountant45. 3. Vennootschappen die enkel een erkenning vragen als belastingconsulent Overeenkomstig de algemene regel moet de meerderheid van de zaakvoerders en bestuurders van professionele vennootschappen lid zijn van het Instituut46. In een vennootschap die enkel een erkenning vraagt als belastingconsulent dienen deze bestuurders – leden van het Instituut de hoedanigheid van belastingconsulent te bezitten47. Er is vanzelfsprekend geen bezwaar tegen het feit dat de betreffende belastingconsulenten tevens in persoonlijke naam de hoedanigheid van accountant zouden bezitten. Belastingconsulenten die bestuurder zijn in een vennootschap die erkend werd als belastingconsulentenvennootschap dienen ingeschreven te zijn op de deellijst van de externe belastingconsulenten48. Buitenlandse confraters die een gelijkwaardige hoedanigheid bezitten als belastingconsulent mogen een minderheid aan bestuursmandaten waarnemen49. 4. Vennootschappen die een erkenning vragen als accountant én belastingconsulent Overeenkomstig de algemene regel moet, ook in een vennootschap die een erkenning vraagt als accountant én als belastingconsulent de meerderheid van de bestuurders of zaakvoerders lid zijn van het Instituut50. In dit geval is de hoedanigheid – accountant of belastingconsulent – niet relevant51. Bovendien kan het gaan om één persoon die de twee hoedanigheden in zich verenigt. Accountants en/of belastingconsulenten die bestuurder zijn in een vennootschap die erkend werd als vennootschap van accountants en belastingconsulenten moeten ingeschreven zijn op de deellijst van de externe accountants en/of belastingconsulenten52. Buitenlandse confraters die in België een gelijkwaardige hoedanigheid bezitten als accountant of belastingconsulent mogen een minderheid aan bestuursmandaten waarnemen. III. Vennootschap opgericht binnen een vennootschappengroep of een beroepsgroepering of door één of meer ondernemingen A. Algemeen Het Instituut kan de hoedanigheid van accountant en/of belastingconsulent verlenen aan een vennootschap die is opgericht binnen een vennootschappengroep of een beroepsgroepering of door één of meer ondernemingen53. Het maatschappelijk doel van dergelijke vennootschappen is afwijkend van dat van gewone professionele vennootschappen : een dergelijke vennootschap kan immers geen accountancy-
activiteiten54 verrichten voor derden, maar enkel voor de ondernemingen van de groep, voor de ondernemingen aangesloten bij de beroepsgroepering of voor haar vennoten. Het is daarentegen wel toegestaan dat een dergelijke vennootschap fiscale activiteiten55 verricht ten aanzien van derden56. Dergelijke vennootschappen zijn, naast voorwaarden qua aandeelhouderschap en bestuur, onder meer onderworpen aan voorwaarden betreffende de vorm van de vennootschap57 en de wijze waarop de werkzaamheden van de accountant en/of de belastingconsulent uitgeoefend dienen te worden58. In het kader van deze bijdrage worden enkel de voorwaarden qua aandeelhouderschap en bestuur behandeld59. B. Aandeelhouderschap De aandelen, alsook de meerderheid der stemrechten waarover de vennoten beschikken, dienen in het bezit te zijn van accountants en/of belastingconsulenten, leden van het Instituut of van vennootschappen van de groep of van een beroepsgroepering60. C. Bestuur Net zoals bij gewone professionele vennootschappen dienen de bestuurders of zaakvoerders van een dergelijke vennootschap natuurlijke personen te zijn61. De meerderheid onder hen moet lid zijn van het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten62. Deze meerderheid dient tevens ingeschreven te zijn op de deellijst van de externe accountants en/of de belastingconsulenten63. In tegenstelling tot bij de gewone professionele vennootschap kan ook de «interne» accountant en/of belastingconsulent een bestuursmandaat waarnemen in een dergelijke vennootschap64. De bestuurders of zaakvoerders die niet persoonlijk lid zijn van het Instituut of niet ingeschreven zijn op de deellijst van de externe accountants en/of belastingconsulenten mogen echter op geen enkele wijze interveniëren in de uitoefening van de functie van accountant of belastingconsulent65. IV. Besluit Overeenkomstig de artikelen 20, 1° en 21 van de wet van 22 april 1999 wordt de hoedanigheid van lid van het Instituut toegekend aan elke burgerlijke professionele vennootschap met rechtspersoonlijkheid die aan bepaalde voorwaarden voldoet66. Met het oog op de erkenning wordt vanzelfsprekend eveneens het aandeelhouderschap en het bestuur van de te erkennen vennootschap nagegaan. Een professionele vennootschap moet echter eveneens tijdens haar bestaan tegemoet komen aan de erkenningsvoorwaarden67, waaronder deze van aandeelhouderschap en bestuur. De intrekking van de hoedanigheid van de vennootschap van accountants en/of belastingconsulenten naar aanleiding van de schending van de erkenningsvoorwaarden68 is evenwel niet mogelijk. Wel kan de vennootschap (en eventueel haar bestuurders/zaakvoerders-leden van het Instituut) in voorkomend geval deontologisch worden beteugeld wegens de schending van de beginselen van waardigheid, rechtschapenheid en kiesheid die aan het beroep ten grondslag liggen69, 70.
Noten 1
2
3 4
5
6
7
8
9 10
11
12
13
14
15
16
17 18
19 20 21 22
23 24
25 26
Artikelen 41 en 42 van de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen. Artikel 20 van het K.B. van 1 maart 1998 tot vaststelling van het reglement van plichtenleer der accountants. Zie infra voor wat in deze bijdrage onder «professionele» vennootschap wordt verstaan. Artikelen 42 en 21 van de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen. Artikelen 20, 3° en 21, tweede lid van de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen. Voor een volledig overzicht van de erkenningsvoorwaarden : zie R. VAN BOVEN, «De bevoegdheden voor de oprichting van een professionele vennootschap» in De oprichting van vennootschappen en de opstartfase van ondernemingen, Brugge, Die Keure, 2003, 412 – 434. De vennootschappen, opgericht naar buitenlands recht, die in het buitenland een hoedanigheid hebben die als gelijkwaardig wordt erkend met die van accountant en/of belastingconsulent, en die al dan niet gevestigd zijn in België worden in het kader van deze bijdrage niet behandeld. Artikelen 41, §1, 2° en 20, 1° van de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen. Artikel 42 van de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen. Artikelen 41, §1, 2° en 20, 1° van de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen. Voor een definitie van een gelijkwaardige hoedanigheid : zie artikel 11 van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten. Artikel 6, §1, 4° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten. Artikel 6, §1, 5° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten. Artikel 6, §1, 5° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten. R. VAN BOVEN, «De bevoegdheden voor de oprichting van een professionele vennootschap” in l.c., 419, nr. 22. Artikel 6, §1, 4° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten. Beslissing van de Raad d.d. 13 maart 2000. Artikel 6, §1, 5° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten. Beslissing van de Raad d.d. 13 maart 2000. Beslissing van de Raad d.d. 13 maart 2000. Beslissing van de Raad d.d. 13 maart 2000. Artikel 6, §1, 5° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten. Beslissing van de Raad d.d. 13 maart 2000. Artikel 6, §1, 4° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten. Beslissing van de Raad d.d. 13 maart 2000. Artikel 6, §1, 5° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten.
27 28 29 30
31 32
33
34 35
36
37 38
39
40 41
42
43 44 45 46
47 48 49 50
51 52 53 54
55
56 57
58
Beslissing van de Raad d.d. 13 maart 2000. Beslissing van de Raad d.d. 13 maart 2000. Beslissing van de Raad d.d. 13 maart 2000. Artikel 6, §1, 5° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten. Beslissing van de Raad d.d. 13 maart 2000. Artikel 6, §1, 4° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten. Artikel 6, §1, 5° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten. Beslissing van de Raad d.d.13 maart 2000. R. VAN BOVEN, «De bevoegdheden voor de oprichting van een professionele vennootschap» in l.c., 419, nr. 24. Artikel 6, §1, 4° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten. Beslissing van de Raad van 13 maart 2000. Artikel 6, §1, 6° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten. Artikel 6, §1, 6° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten. Beslissing van de Raad d.d. 6 oktober 2003. R. VAN BOVEN, «De bevoegdheden voor de oprichting van een professionele vennootschap» in l.c., 423, nr. 33. Artikel 6, §1, 6° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten. Beslissing van de Raad d.d. 13 maart 2000. Beslissing van de Raad d.d. 6 oktober 2003. Beslissing van de Raad d.d. 13 maart 2000. Artikel 6, §1, 6° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten. Beslissing van de Raad d.d. 13 maart 2000. Beslissing van de Raad d.d. 6 oktober 2003. Beslissing van de Raad d.d. 13 maart 2000. Artikel 6, §1, 6° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten. Beslissing van de Raad d.d. 13 maart 2000. Beslissing van de Raad d.d. 6 oktober 2003. Artikel 21 van de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen. De activiteiten vermeld in het artikel 34 van de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen. De activiteiten vermeld in het artikel 38 van de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen. Artikel 21 van de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen. Artikel 7, §1, 2° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten : zij moet opgericht zijn in de vorm van een vennootschap naar Belgisch recht met afzonderlijke rechtspersoonlijkheid. Artikel 21 van de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beropeen en artikel 7, §1, 6° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten : de activiteiten dienen, zo zij in België plaatsvinden, uitgeoefend
59
60
61
62
63 64 65
66
67
68
69
te worden door of onder de effectieve leiding van een natuurlijk persoon/lid van het IAB. Deze is met betrekking tot deze activiteiten persoonlijk gebonden door de beroepstucht van het Instituut. Voor een overzicht van de erkenningsvoorwaarden van een dergelijke vennootschap : zie R. VAN BOVEN, «De bevoegdheden voor de oprichting van een professionele vennootschap» in l.c., 428 – 430, nrs. 49 – 52. Artikel 7, §1, 4° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten. Artikel 7, §1, 5° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten. Artikel 7, §1, 5° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten. Beslissing van de Raad van het I.A.B. d.d. 6 oktober 2003. Beslissing van de Raad van het I.A.B. d.d. 6 oktober 2003. Artikel 7, §1, 6° van het K.B. van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten; beslissing van de Raad van het I.A.B. d.d. 6 oktober 2003. Voor een overzicht van de erkenningsprocedures van beide soorten vennootschappen : zie R. VAN BOVEN, «De bevoegdheden voor de oprichting van een professionele vennootschap» in l.c., 415 – 417, nrs. 10 – 13 en 429, nr. 50. R. VAN BOVEN, «De bevoegdheden voor de oprichting van een professionele vennootschap» in l.c., 426, nr. 44. Artikel 22 van de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen voorziet deze mogelijkheid enkel ten aanzien van accountants en/of belastingconsulenten – natuurlijke personen. Artikel 4, 2° van de wet van 22 april 1999 betreffende de beroepstucht. 70 R. VAN BOVEN, «De bevoegdheden voor de oprichting van een professionele vennootschap» in l.c., 426, nr. 44.
Economie Aangekondigde wijzigingen voor zelfstandigen : wanneer, hoe en hoeveel ... De resultaten die de zelfstandigen uit de brand hebben gesleept tijdens de Ministerraad van 16 en 17 januari 2004, kunnen ten opzichte van het uit de jaren vijftig daterende socialezekerheidsstelsel als een ware revolutie worden beschouwd. De verbeteringen betreffen zowel de pensioenen als de gezondheidszorg en de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen en zijn het gevolg van de voorstellen uitgebracht op de door de Minister van Middenstand voorgezeten Ronde Tafel der Zelfstandigen : maatregelen die het statuut der zelfstandigen moeten opwaarderen en meer jongeren ertoe aanzetten om met minder vrees dan vroeger zelf voor het ondernemerschap te kiezen. Een kort overzicht gestoffeerd met enige cijfers... 1. Minimumpensioenen : verhogingen tegen 2007 De wijzigingen voor een alleenstaande gepensioneerde zelfstandige : Momenteel
Vanaf september 2004
In 2005*
In 2006*
In 2007*
H 629,76 per maand
H 659,70 per maand**
H 689,70 per maand**
H 719,76 per maand**
H 749,76 per maand**
De wijzigingen voor een gezin van gepensioneerde zelfstandigen : Momenteel
Vanaf september 2004
In 2005*
In 2006*
In 2007*
H 839,56 per maand
H 869,56 per maand**
H 899,56 per maand**
H 929,56 per maand**
H 959,56 per maand**
* bedragen voor sommige categorieën vanaf 2005 aangepast aan de welvaart ** gemiddelde bedragen
Verschil tussen de minimumpensioenen van zelfstandigen en de minimumpensioenen van loontrekkers tegen 2007
2. Globaal systeem van het verplicht pensioen Vanaf 1 juli 2006 zal voor alle zelfstandigen een verplicht individueel kapitalisatiestelsel worden ingevoerd waardoor iedere zelfstandige de kans krijgt een persoonlijk pensioen te vormen dat interessanter is dan het huidige stelsel. Iedere zelfstandige zal bijgevolg moeten bijdragen ten belope van 1 % van zijn beroepsinkomsten (het basisbedrag is datgene waarop de wettelijke bijdragen worden berekend). Bijkomend voordeel : deze bijdragen zullen fiscaal aftrekbaar zijn. In de praktijk zullen deze bijdragen, tezamen met de sociale bijdragen, door de sociale verzekeringskas van de zelfstandige worden geïnd en vervolgens aan een pensioeninstelling worden overgedragen. Op deze wijze zal de zelfstandige zich een kapitaal kunnen vormen dat op de wettelijke pensioenleeftijd in een (vervangende) rente zal worden omgezet. 3. Integratie van de «kleine risico’s» in de verplichte verzekering Momenteel verlenen de door de zelfstandigen in het kader van hun verplichte verzekering gestorte sociale bijdragen hun geen enkel recht op terugbetaling van de kleine risico’s. De zelfstandigen (en de gepensioneerde zelfstandigen) kunnen zich wel individueel verzekeren in het kader van de vrije verzekering voor «kleine risico’s» van de ziekenfondsen, wat 80 % van de zelfstandigen ook doet. Vanaf juli 2006 zullen de kleine risico’s (gedekt tegen 100 %) in de verplichte verzekering worden opgenomen. Het voorstel omvat eveneens de maximumfactuur (MAF) en het voorkeurtarief voor WIGW’s. 4. Arbeidsongeschiktheid/Invaliditeit Momenteel zijn de aan de zelfstandigen betaalde uitkeringen bij primaire ongeschiktheid of invaliditeit forfaitaire bedragen. Ze zijn veel lager dan de uitkeringen die de werknemers genieten (van 20 tot 96 %). Vanaf 1 januari 2006 zal de basisuitkering gelijk zijn aan de minimumuitkering waarop een werknemer recht heeft.
(501/NB I.A.B.)
© 2004 Alle rechten voorbehouden. Noch deze publicatie, noch gedeelten ervan mogen worden gereproduceerd of opgeslagen in een retrieval systeem, en evenmin worden overgedragen in welke vorm of op welke wijze dan ook, elektronisch, mechanisch of door middel van fotokopieën, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. De auteurs, de redactie en de uitgever streven naar betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie waarvoor ze echter niet aansprakelijk kunnen worden gesteld. Verantwoordelijke uitgever: J. De Leenheer, IAB, Livornostraat 41, 1050 Brussel (tel. (02) 543 74 90, e-mail:
[email protected]) IAB-publicatie, in samenwerking met Kluwer uitgevers, Ragheno Business Park, Motstraat 30, 2800 Mechelen.