Huwelijksvermogensrecht journaal Oktober 2015
Items • Vinger aan de pols: Voorstel van wet 33 987, Literatuur • Afwikkeling huwelijkse voorwaarden of afkoop? • Verdeling vorderen? • Beleggingsvisie en samenwoners? • Vinger aan de pols: Wet herziening partneralimentatie Literatuur
Voorstel van wet 33 987: Literatuur Gubbels, WPNR 2015/7078 Fiscale aspecten voorgestelde huwelijksvermogensrecht Zonnenberg, EB 2015/87 EB. Tijdschrift voor scheidingsrecht, Derde versie Wetsvoorstel beperking goederengemeenschap
Afwikkeling huwelijkse voorwaarden of afkoop? Gerechtshof ArnhemLeeuwarden, 28 juli 2015, ECLI:NL:GHARL:2015:5743 •
Ingevolge artikel 6.1, tweede lid, aanhef en onderdeel a, en artikel 6.3, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Wet Inkomstenbelasting 2001 zijn (aftrekbare) uitgaven voor onderhoudsverplichtingen onder meer periodieke uitkeringen of verstrekkingen op grond van een rechtstreeks uit het familierecht voortvloeiende verplichting en afkoopsommen van dergelijke uitkeringen of verstrekkingen die worden gedaan aan de gewezen echtgenoot. Onder een afkoopsom wordt mede begrepen een overbedeling die is verkregen tegenover het (deels) prijsgeven van een aanspraak op een alimentatie-uitkering (Hoge Raad 19 september 2003, nr. 38.315, ECLI:NL:HR:2003:AK8291).
Afwikkeling huwelijkse voorwaarden of afkoop? Gerechtshof ArnhemLeeuwarden, 28 juli 2015, ECLI:NL:GHARL:2015:5743 “Uit de stukken blijkt dat voorafgaand aan het sluiten van de overeenkomst belanghebbende en zijn exechtgenote op velerlei punten van mening verschilden. Belanghebbende betwistte onder meer de verschuldigdheid van partneralimentatie. Uiteindelijk is ter beëindiging van al deze geschillen deze overeenkomst gesloten. Onder deze omstandigheden kan naar het oordeel van het Hof niet worden gezegd dat – in afwijking van de tekst van de overeenkomst – (een gedeelte van) de betaling van € 80.000 moet worden aangemerkt als afkoopsom van alimentatie.”
Verdeling vorderen? Gerechtshof Den Haag, 23 september 2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:2564 •
22. Het hof overweegt als volgt. In beginsel behoeft niemand in een onverdeelde boedel te blijven. Slechts indien de door een onmiddellijke verdeling getroffen belangen van een of meer deelgenoten aanmerkelijk groter zijn dan de belangen die door de verdeling worden gediend, kan de rechter voor wie een vordering tot verdeling aanhangig is, op verlangen van een deelgenoot een of meermalen, telkens voor ten hoogste drie jaren een vordering tot verdeling uitsluiten. Het hof is van oordeel dat het door de man gestelde belang niet groter is dan het belang van de vrouw om over te gaan tot verdeling. Gelet op het aan de hypothecaire geldlening gekoppelde beleggingsdepot is het niet waarschijnlijk dat er sprake zal zijn van een restschuld na verkoop van de woning. Bovendien heeft de vrouw een zwaarwegend belang bij verkoop van de woning, omdat met de verzilvering van het beleggingsdepot de huwelijkse schulden geheel of gedeeltelijk kunnen worden afgelost. Het belang van de man, namelijk een mogelijk hogere waarde van de echtelijke woning in 2016 betreft een onzekere toekomstige omstandigheid, die, naar het oordeel van het hof, niet kan prevaleren boven het belang van de vrouw bij een verdeling. De grief van de man faalt
Beleggingsvisie en samenwoners? Rechtbank Rotterdam, 9 september 2015, ECLI:NL:RBROT:2015:6757
• 4.5.Ten aanzien van de hoogte van voornoemd vergoedingsrecht geldt zowel op grond van de nominaliteitsleer als op grond van de beleggingsleer, dat de feitelijke financiering nominaal dient te worden vergoed, tenzij op grond van een overeenkomst of uit de wet anders voortvloeit dan wel een uitzondering gebaseerd op de redelijkheid en billijkheid op zijn plaats is. Op grond van de beleggingsleer (voor gehuwden thans neergelegd in artikel 1:87 BW) kan daarnaast nog sprake zijn van een evenredige vergoeding, bijvoorbeeld in verband met overwaarde van een woning, maar dit is in het onderhavige geval niet aan de orde, nu [eiseres] alleen het door haar gefinancierde bedrag terugvordert.
Vinger aan de pols: Wet herziening partneralimentatie Literatuur • Heida, EB 2015/85 EB, Wetsvoorstel herziening partneralimentatie ingediend • Coolwijk, Moons EB 2015/86 EB, Reactie vFAS op wetsvoorstel herziening partneralimentatie
• De beleggingsvisie kan een rol spelen bij samenlevers. Ja • Art. 1:87 BW brengt met zich dat een beroep op het ontbreken van een vergoedingsrecht op basis van een natuurlijke verbintenis niet meer opgaat. Nee • Voor de fiscaliteit maakt het niet uit of sprake is van afkoop van alimentatie dan wel een vergoeding op basis van het huwelijksgoederenregime. Nee • Alimentatie bestaat op basis van de wet herziening partneralimentatie nooit langer dan 5 jaar. Nee • Het wetsvoorstel Wet herziening partneralimentatie voorziet ook in een afschaffing van art. 1:160 BW. Ja
Bedankt voor uw aandacht.