Huidige tekst (versie 2.1) Ontwerp-tekst (versie 2.2) Motivatie

Overzicht van voorgestelde wijzigingen protocol 7001 (versie 2.1  versie 2.2) Plaats in versie 2.1 1, 4e alinea 1e 2 zinnen

1, na 6e alinea

2.1 definities

Huidige tekst (versie 2.1)

Ontwerp-tekst (versie 2.2)

Motivatie

Het onderhavige protocol bevat eisen over de wijze waarop bodemsaneringen met in-situ methoden moeten worden uitgevoerd en maakt onderdeel uit van BRL SIKB 7000, „ Uitvoering van (water)bodemsaneringen‟. In de BRL staan de algemene eisen, waaraan de organisaties en de personen moeten voldoen, die onder het certificaat van BRL SIKB 7000 werken. -

Dit onderhavige protocol maakt onderdeel uit van BRL SIKB 7000, „Uitvoering van (water)bodemsaneringen en ingrepen in de waterbodem‟. In de BRL staan de algemene eisen, waaraan aannemers moeten voldoen, die onder het certificaat van BRL SIKB 7000 werken.

Tekstuele aanpassingen

Dit protocol maakt het voor de aannemer mogelijk mechanische boringen uit te voeren ten behoeve van de aanleg van in-situ systemen die door hem worden uitgevoerd en die vallen onder BRL SIKB 7000. In onderhavig protocol zijn daartoe de eisen opgenomen waaraan de aannemer moet voldoen indien hij zelf de mechanische boringen uitvoert. Indien de aannemer voldoet aan deze eisen mogen door hem mechanische boringen worden uitgevoerd in het kader van protocol 7002 zonder dat de aannemer zelf gecertificeerd is voor protocol 2101. Aannemer De natuurlijke- of rechtspersoon die de uitvoering van de (water)bodemsanering of ingreep in de waterbodem op zich neemt. Bodemsanering Tijdelijke uitplaatsing binnen een geval van bodemverontreiniging betreft, vanwege de verplichting van een BUS-melding, tevens een bodemsanering

Passage toegevoegd om mechanische boringen onder 7002 mogelijk te maken.

Afwijkingen-niet kritiek Afwijking van de eisen zoals gesteld in deze beoordelingsrichtlijn die in potentie geen invloed heeft op de uitvoering van de (water)bodemsanering of ingreep in de waterbodem. Afwijkingen-kritiek Er is sprake van een „kritieke afwijking‟ wanneer de afwijking:  onmiddellijk kritiek effect heeft op de resultaten van het proces van de (water)bodemsanering of ingreep in de waterbodem, zoals deze zijn vastgelegd in de kwaliteitseisen van het door het bevoegde gezag goedgekeurde saneringsplan, projectplan of locatieplan of in de eisen zoals die bij Ministeriële Regeling zijn vastgelegd. Kritiek wil zeggen dat de afwijking direct van invloed kan zijn op de

Toegevoegd vanwege introductie Waterwet

Aannemer De natuurlijke of rechtspersoon die de uitvoering van de sanering op zich neemt. Bodemsanering

Toevoeging vanwege introductie Waterwet

Toevoeging vanwege introductie Waterwet Toegevoegd om te verduidelijken

Toegevoegd vanwege introductie Waterwet Toegevoegde eis vanwege nieuwe eis in dienst hebben aangegeven medewerkers

Plaats in versie 2.1


-

-

Directievoerder Degene, namens de opdrachtgever, toezicht uitoefent op de uitvoering van het werk en op naleving van het contract met de aannemer.

Ontwerp-tekst (versie 2.2) vervolgfasen van de uitvoering van de (water)bodemsanering of ingreep of,  inhoudt dat één of meer elementen van deze beoordelingsrichtlijn niet zijn gedocumenteerd terwijl dit wel vereist is of,  bestaat uit het niet implementeren van één of meer eisen van deze beoordelingsrichtlijn of,  inhoudt dat medewerkers die niet over de passende ervaring of opleiding beschikken worden ingezet of,  inhoudt dat de aannemer geen werkvoorbereider of kwaliteitsverantwoordelijke persoon in dienst heeft of,  inhoudt dat medewerkers als geregistreerd medewerker, zonder dat ze gemeld zijn via het (bedrijfseigen) meldingensysteem, worden ingezet of,  inhoudt dat bij meerdere eisen van deze beoordelingsrichtlijn sprake is van vergelijkbare afwijkingen in documentatie en/of implementatie (een zogenaamde „trend‟). Afwijkingen t.o.v. plan of beschikking / melding Afwijkingen omvatten het volgende:  de aard van het geval wijkt af van het saneringsplan, projectplan, locatieplan of de voornoemde BUSmelding of het geval blijkt significant anders en dit kan van invloed zijn op de aanpak en het resultaat van de (water)bodemsanering of ingreep in de waterbodem;  de (water)bodemsanering of ingreep in de waterbodem duurt significant langer (of korter) dan is aangegeven in het plan of de melding;  de uitvoeringswijze wordt aangepast;  het eindresultaat is anders dan de doelen waarop het plan of de melding is geschreven. Bevoegd gezag Bevoegd gezag voor het betreffende kader waarin de ingreep of sanering wordt uitgevoerd. In de meeste gevallen de overheidsinstantie die de saneringsplannen beschikt, aan wie de melding in het kader van het BUS wordt gedaan en die de evaluatieverslagen beoordeelt voor gevallen van ernstige bodemverontreiniging, of de waterbeheerder als het een ingreep in de waterbodem betreft. Directievoering Namens de opdrachtgever toezicht uitoefenen op de uitvoering van het werk en op de naleving van het contract met de aannemer.

Motivatie

Toegevoegd vanwege introductie Waterwet Tekstuele aanpassing om te verduidelijken

Toegevoegd en overgenomen uit BRL SIKB 6000. Aangepast vanwege introductie Waterwet

Tekstuele aanpassing




De opdrachtgever kan deze taak ook zelf op zich nemen. -

De opdrachtgever kan deze taak ook zelf op zich nemen. Instandhoudingsfase Tijdens deze fase worden door de aannemer de onder- en bovengrondse saneringssystemen opgestart en in stand gehouden. De fase eindigt bij het behalen van het beoogde saneringsdoel.

Motivatie

Overbodige definitie  geen taak van de aannemer

Evaluatieverslag De rapportage die na beëindiging van de sanering onder verantwoordelijkheid van de milieukundige verificatie en in samenwerking met de milieukundige processturing wordt opgesteld en waarin de wijze waarop deze beide onderdelen zijn uitgevoerd wordt beschreven. Het evaluatieverslag heeft als doel het bevoegde gezag in staat te stellen te beoordelen of de saneringsdoelstelling is bereikt zoals die is vastgelegd in de beschikking op het saneringsplan (Wbb), afgegeven door het bevoegde gezag WBb, ófwel de verklaring van instemming met de melding in het kader van het Besluit Uniforme Saneringen (BUS), ofwel de aanwijzingen op een melding van een ongewoon voorval (art. 13 en 27 Wbb), ofwel een goedkeuringsverklaring op het saneringsplan (Wm), afgegeven door het bevoegde gezag Wm. In-situ reinigingstechnieken In-situ reinigingstechnieken zijn bodemsaneringstechnieken die verontreinigingen uit de bodem verwijderen zonder dat grondverzet noodzakelijk is. Kenmerken van een in-situ reinigingstechniek zijn:  door de beperkte verstoring van de bodem blijft de bodemopbouw en structuur behouden;  de bodem behandeld zoals deze van nature aanwezig is

Definitie komt terug als landbodemsanering met insitu methoden (conform titel protocol 7002)

Kritische en niet kritische werkzaamheden Kritische werkzaamheden zijn alle werkzaamheden in de (water)bodem die het resultaat van de (water)bodemsanering of ingreep in de waterbodem (kunnen) beïnvloeden. Dit omvat:  het vaststellen van de uit de bodem te verwijderen verontreinigingen in het veld (land- en waterbodem);  het aanbrengen van het saneringssysteem door de aannemer voor de sanering van grond en grondwater;  het scheiden van grond/baggerstromen, het in depot brengen en/of afvoeren van gescheiden deelstromen grond of bagger.

Nog ontbrekende definitie (van belang voor de aanwezigheid van de KVP‟er). Definitie overgenomen uit BRL 6000



Instandhoudingsfase Tijdens deze fase worden door de aannemer de onder- en bovengrondse saneringssystemen opgestart en in stand gehouden. De fase eindigt bij het behalen van het beoogde saneringsdoel. Kwaliteitsverantwoordelijke persoon van de aannemer

-

Milieukundige Verificatie Het vaststellen van het eindresultaat van de sanering teneinde te kunnen beoordelen of de saneringsdoelstelling is bereikt zoals die is vastgelegd in de beschikking op het

Ontwerp-tekst (versie 2.2) Niet-kritische werkzaamheden zijn alle werkzaamheden in de (water)bodem die niet het resultaat van de (water)bodemsanering of ingreep in de waterbodem (kunnen) beïnvloeden en alle werkzaamheden die niet van invloed (kunnen) zijn op de verwerking van te verwijderen grond/bagger en verontreinigingen. Voorbeelden van niet-kritische werkzaamheden zijn:  het inrichten van het werkterrein;  het aanbrengen van isolerende voorzieningen als bijvoorbeeld een leeflaag, verhardingslaag of scheidingslaag;  het aanvullen van de saneringsput nadat eindkeuring heeft plaats gevonden;  het ontgraven van een grond- of baggerdepot waarbij de kwaliteit en einddiepte op basis van inmeten van tevoren bekend zijn;  het ontgraven van grond uit een homogeen verontreinigde bodem waarbij de ontgravingscontour is bepaald door de in de bodem te realiseren functie zoals bijvoorbeeld een aan te leggen kelder of parkeergarage. -

Motivatie

Verwijderd omdat omschrijving ook bij milieukundige processturing staat

Kwaliteitsverantwoordelijke persoon van de aannemer De medewerker van de aannemer die op de plaats van uitvoering van de bodemsanering verantwoordelijk is voor de kwaliteit van de uitvoering van het werk.

Toegevoegd omschrijving verantwoordelijkheid

Voor de aannemer die de milieukundige processturing op zich neemt: In de situatie dat de aannemer ook de milieukundige processturing op zich neemt kan de kwaliteitsverantwoordelijke persoon tevens degene zijn die de rol van de projectleider op zich neemt. Landbodemsanering met in-situ methoden Sanering of beheersing van grond en/of grondwater met methoden waarbij geen sprake is van ontgraving of uitsluitend pump & treat. Milieukundige verificatie Het met visuele inspectie, monsterneming, analyses en rapportage vastleggen en beschrijven van het eindresultaat van de werkzaamheden / (water)bodemsanering of ingreep

Toegevoegd ter verduidelijking van de relatie KVP‟er (7002) en Projectleider (6002) Titel definitie aangepast vanwege consistentie met BRL 6000 en titel protocol Toegevoegd vanwege introductie Waterwet




saneringsplan (Wbb), de melding in het kader van het Besluit Uniforme Saneringen (BUS) of de goedkeuringsverklaring op het saneringsplan (Wm).

in de waterbodem waarop de BRL SIKB 6000 van toepassing is bereikt.

Milieukundige processturing Het aansturen van de bodemsanering in het veld tijdens de Aanleg- en de Instandhoudingsfase. Opdrachtgever De natuurlijke of rechtspersoon die de aannemer opdracht geeft voor de uitvoering van de sanering. Projectleider De persoon binnen de organisatie van de opdrachtnemer die verantwoordelijk is voor de inhoudelijke kwaliteit van het project. -

-

2.2 1e zin

2.2 2e alinea

3

Werkingsgebied, randvoorwaarden, principe De uitvoering van een in-situ bodemsanering dient om de activiteiten zoals die in het saneringsplan zijn beschreven, met daarin de saneringsdoelstelling en de hieruit voortvloeiende werkomschrijving, te realiseren. Het is de taak van de milieukundige processturing (van het adviesbureau of van de aannemer) afwijkingen op dat moment voldoende te communiceren met alle direct belanghebbenden, alsmede de als gevolg van de afwijking benodigde maatregelen afdoende met hen af te stemmen en vast te leggen. De twee belangrijkste betrokkenen zijn opdrachtgever (of de directie namens de opdrachtgever) en de aannemer. Voor meer informatie over communicatie wordt verwezen naar par. 2.7 van BRL SIKB 7000. 3 Plaats van het protocol in kwaliteitssysteem

De milieukundige verificatie heeft als doel het bevoegde gezag in staat te stellen te beoordelen of de (sanerings)doelstelling is. Milieukundige processturing Het sturen van de bodemsanering ter plaatse van de uitvoering tijdens de Aanleg- en de Instandhoudingsfase. Opdrachtgever De natuurlijke- of rechtspersoon, die opdracht geeft voor de uitvoering van de (water)bodemsanering en/of de ingreep in de waterbodem.

Werkomschrijving Door of namens de opdrachtgever opgesteld stuk met daarin een omschrijving van de door de aannemer uit te voeren werkzaamheden. Werkvoorbereider Medewerker van de aannemer die verantwoordelijk is voor de voorbereiding van het werk. Werkingsgebied en principe De uitvoering van een in-situ bodemsanering dient om de activiteiten zoals die in het saneringsplan, bestek of werkomschrijving/uitvoeringsplan zijn beschreven te realiseren. Het is de taak van de milieukundige begeleider afwijkingen te melden aan opdrachtgever/directievoerder en de aannemer (zie ook 2.5 van BRL SIKB 7000). Indien de aannemer afwijkingen initieert is hij verplicht deze te melden aan de milieukundige begeleider.

3 Plaats van het protocol in kwaliteitssysteem 3.1 Verwijzing naar andere protocollen en normen De toepasser van dit protocol (aannemer) beschikt over een functionerend en gedocumenteerd kwaliteitssysteem dat is opgezet volgens, en aantoonbaar voldoet aan, de

Motivatie

Tekstuele verbetering Toegevoegd vanwege introductie Waterwet Overbodige definitie  projectleider is geen functie waaraan eisen worden gesteld in BRL 7000 Nieuwe definitie vanwege introductie eisen aan voorbereiding van de uitvoering Nieuwe definitie vanwege introductie eisen aan voorbereiding van de uitvoering Tekstuele verbetering

Tekstuele verbetering

Toevoeging vanwege consistentie met andere protocollen.




Motivatie

eisen vermeld in BRL SIKB 7000. De organisatie toont dit aan door het overleggen van een geldig certificaat dat op basis van BRL SIKB 7000 is afgegeven door een certificatie-instelling die een overeenkomst met SIKB is aangegaan voor gebruik van het CCvD Bodembeheer voor het certificatieschema onder BRL SIKB 7000; Het is een aannemer die een werk onder certificaat van SIKB-protocol 7002 uitvoert, toegestaan tevens de milieukundige processturing uit te voeren. Daarbij gelden de eisen van BRL SIKB 6000 en protocol 6002 voor zover die betrekking hebben op processturing.

Toevoeging BRL omdat ook hierin relevante eisen staan.

Toelichting: Processturing bij in-situ saneringen kan op basis van zowel protocol 6002 als op basis van protocol 7002 worden uitgevoerd. De eisen zelf staan alleen in BRL SIKB 6000 en protocol 6002, protocol 7002 verwijst daarnaar. Indien de processturing door de aannemer wordt verricht dan dient deze en de persoon die de processturing verricht erkend te zijn voor het protocol 6002 processturing. Voor in-situ saneringen waarbij tevens sprake is van het uitvoeren van mechanische boringen voor de aanleg van systemen is protocol 2101 van toepassing. Indien de aannemer voldoet aan deze eisen mogen door hem mechanische boringen worden uitgevoerd in het kader van protocol 7002 zonder dat de aannemer zelf gecertificeerd is voor protocol 2101. BRL SIKB 7000 Beoordelingsrichtlijn uitvoering (water)bodemsanering regelt de kwaliteitsborging en de wijze waarop de eisen uit die BRL en dit protocol moeten zijn verankerd in het kwaliteitssysteem van de aannemer. Het is hierbij toegestaan om dit protocol integraal als werkdocument op te nemen in het kwaliteitssysteem. 4.1 1e zin

4.1 na 2e alinea

De aannemer is verantwoordelijk voor de technische installatie en uitvoering van de in-situ sanering conform de specificaties in het saneringsplan, bestek of werkomschrijving. -

3.2 Plaats binnen het kwaliteitssysteem De kwaliteitscontrole van de onder het regime van dit protocol uitgevoerde werkzaamheden is vastgelegd in BRL SIKB 7000. De plaats van dit protocol in het kwaliteitssysteem wordt verder ingevuld door de individuele certificaathouder. De aannemer is verantwoordelijk voor de technische installatie en uitvoering van de in-situ sanering conform de specificaties in het saneringsplan, bestek of werkomschrijving / uitvoeringsplan. Het staat de aannemer vrij taken en verantwoordelijkheden aan de genoemde functies toe te

Toevoeging om mechanisch boren onder protocol 7002 mogelijk te maken


Toegevoegd vanwege introductie Waterwet Toevoeging vanwege consistentie met andere

Plaats in versie 2.1 4.1 vóór 4e alinea


-


Motivatie

voegen, zolang deze niet in tegenspraak zijn met de eisen die de BRL SIKB 7000 en dit protocol stellen. Taken aannemer die de mechanische boringen op zich neemt: Wanneer de aannemer (het bedrijf) de mechanische boringen op zich neemt, geeft hij aan wie de taak van projectleider en boormeester op zich neemt. De taak van de projectleider kan gecombineerd worden met de taak van de werkvoorbereider en de taak van de boormeester kan gecombineerd worden met de taak van de kwaliteitsverantwoordelijke persoon.

protocollen.

Taken werkvoorbereider In het kader van dit protocol zijn de taken en verantwoordelijkheden van de werkvoorbereider:  Het samenstellen van het locatiedossier. De inhoud van dit locatiedossier voldoet aan de eisen zoals deze zijn gesteld in § 3.9.1 en 3.9.2 van BRL SIKB 7000;  Het opstellen van het uitvoeringsplan (zie § 2.2.2 van de BRL SIKB 7000 en hoofdstuk 6 van dit protocol (voor zover van toepassing voor de sanering met insitu methoden));  Het ter ondertekening aanbieden van het uitvoeringsplan aan de opdrachtgever en de milieukundige begeleider;  Zorg dragen voor de beschikbaarheid van voldoende vakbekwaam personeel en het juiste materieel en middelen om de in-situ sanering uit te voeren;  Zorg dragen voor een goede overdracht van het werk aan de kwaliteitsverantwoordelijke persoon;  Het opstellen van een Tussenevaluatie Aanlegfase;  Het periodiek opstellen van voortgangsrapportages;  Het aan de hand van het ingevulde logboek, werktekeningen en transportbonnen/ontvangstbewijzen opstellen van het opleveringsdossier. Taken kwaliteitsverantwoordelijke persoon De kwaliteitsverantwoordelijke persoon wordt aangestuurd door de werkvoorbereider en meldt afwijkingen op de het uitvoeringsplan aan hem/haar en handelt deze af op zijn/haar instructies. De kwaliteitsverantwoordelijke persoon heeft in het kader van dit protocol de volgende taken en


Inhoudelijke verbeteringen met introductie taken van de werkvoorbereider en de kwaliteitsverantwoordelijke persoon Toegevoegd beschrijving aanwezigheid KVP‟er.



4.1 vóór 4.2

-

4.2

4.2

Ontwerp-tekst (versie 2.2) verantwoordelijkheden:  Het controleren van de inhoud van het locatiedossier in het bijzonder de aanwezigheid van alle voor de sanering benodigde meldingen, vergunningen en ontheffingen;  Het controleren van de aanwezigheid en goede werking van het in te zetten materieel en middelen;  Het controleren en waar nodig het laten kalibreren van meet- en registratieapparatuur;  Het controleren van het in te zetten personeel op geschiktheid voor de door hun uit te voeren werkzaamheden, zoals medische keuring, vakbekwaamheid en opleidingscertificaten;  Het volgens het uitvoeringsplan uitvoeren van de insitu bodemsanering. Hierbij stuurt hij alle uitvoerend medewerkers van de aannemer op de sanering aan;  Het, voor zover van toepassing en niet vermeld in het uitvoeringsplan, voldoen aan de uitvoeringseisen zoals vermeld in hoofdstuk 6 van dit protocol;  Controle op de technisch juiste werking van de installaties;  Zorg dragen voor een goede samenwerking met de milieukundige begeleider;  Bijhouden van het logboek;  Controle dat alle verplichte meldingen aan bevoegd gezag (toezichthouders, vergunningverleners e.d.) zijn verricht;  Indien van toepassing zorgdragen voor correcte afhandeling en ondertekening van de transportdocumenten;  Zorgdragen voor de oplevering van de in-situ bodemsanering volgens het uitvoeringsplan;  Het overhandigen van het locatiedossier aan de werkvoorbereider. Voor de taken en verantwoordelijkheden van de werkzaamheden die vallen onder de BRL 6002 en BRL 2101 wordt verwezen naar de desbetreffende protocollen.

Vakbekwaamheid

De aan het personeel van de aannemer te stellen opleidingseisen staan in BRL SIKB 7000. Daar zijn de algemene eisen voor opleidingen vastgesteld. Voor SIKB-

4.2 Vakbekwaamheid De vakbekwaamheid van de verschillende functies behoren als volgt te zijn:

Motivatie

Toevoeging om processturing en mechanisch boren onder protocol 7002 mogelijk te maken Inhoudelijke verbeteringen met introductie opleidingsvereisten van de werkvoorbereider, de kwaliteitsverantwoordelijke




Motivatie

Protocol 7002 “Uitvoering landbodemsanering met in-situ methoden” geldt aanvullend:

Werkvoorbereider De werkvoorbereider behoort minimaal aan de volgende eisen te voldoen:  Minimaal functioneren op HBO werken denk niveau met als basis een opleiding civiele techniek, milieu- of cultuurtechniek;  Kennis van in-situ bodemsaneringstechnieken;  Aantoonbare praktijkervaring als projectleider i.o. insitu bodemsanering (minimaal 5 projecten);  Hij/zij heeft kennis van: a. (water)bodemonderzoeksnormen en de interpretatie van onderzoeksgegevens; b. de relevante onderdelen van de standaard 2005 (inclusief UAV en UAV GC); c. publicatie 132 van CROW; d. de arbeidsomstandigheden weten regelgeving; e. het eigen kwaliteitssysteem; f. de BRL SIKB 7000 en het protocol 7002; g. de BRL SIKB 6000 en het protocol 6002; h. basiskennis van de Wbb, BUS, Bbk, Rbk en het Activiteitenbesluit.

persoon, de kraanmachinist en de grondwerker.

Voor de kwaliteitsverantwoordelijke persoon:  Minimaal een MBO-opleiding voor Civiele Techniek, Milieu, of Cultuurtechniek of Procestechnologie, of een direct hieraan gelijkwaardige opleiding.  Aantoonbare praktijkervaring van minimaal 2 jaar (3 jaar als een bewijs van MBO-opleiding niet beschikbaar is) met als hoofdtaak uitvoering van insitu bodemsaneringen bij een aannemer. Voor de installateur van de saneringsinstallaties:  MBO-diploma werktuigbouw, electro- of installatietechniek Voor de aannemer die de milieukundige processturing op zich neemt: In de situatie dat de aannemer de milieukundige processturing van de in-situ sanering op zich neemt gelden dezelfde opleidings- en ervaringseisen zoals omschreven in VKB-protocol 6002. De kwaliteitsverantwoordelijke persoon van de aannemer kan de werkzaamheden van de projectleider milieukundige processturing op zich nemen mits hij/zij voldoet aan de opleidings- en ervaringseisen zoals deze voor de projectleider in VKB-protocol 6002 zijn gesteld. De monsterneming en het fysieke toezicht tijdens de sanering zal moeten worden uitgevoerd door iemand die voldoet aan de opleidings- en ervaringseisen zoals opgenomen in VKB-protocol 6002.

Iedere door het bedrijf aangestelde werkvoorbereider toont aan minimaal 25% van zijn werktijd aan in-situ bodemsaneringsprojecten te besteden. Kwaliteitsverantwoordelijke persoon De kwaliteitsverantwoordelijke persoon behoort minimaal aan de volgende eisen te voldoen:  Minimaal een MBO-opleiding civiele techniek, milieu-, cultuurtechniek of de opleiding uitvoerder grondwater en wegenbouw en aantoonbare praktijkervaring met als hoofdtaak de uitvoering van in-situ bodemsanering van minimaal 2 jaar; of  Opleiding civiele techniek, milieu-, cultuurtechniek of de opleiding uitvoerder grondwater en wegenbouw en aantoonbare praktijkervaring met als hoofdtaak de uitvoering van in-situ bodemsanering van minimaal 3 jaar;  Geldig diploma VCA-VOL;  Opleiding asbestherkenning;  Kennis van: a. de relevante onderdelen van de standaard 2005 (inclusies UAV en UAV GC);

Toegevoegd beschrijving aanwezigheid KVP‟er.



Ontwerp-tekst (versie 2.2) b. c. d. e. f.

het eigen kwaliteitssysteem; publicatie 132 van CROW; de relevante normen voor monsterneming; de BRL SIKB 7000 en het protocol 7002; de BRL SIKB 6000 en het protocol 6002.

Iedere kwaliteitsverantwoordelijke persoon is minimaal 25% van zijn werktijd betrokken geweest bij de uitvoering van een in-situ bodemsaneringsproject. Grondwerker De grondwerker dient minimaal in bezit te zijn van het diploma VCA basis. Voor de aannemer die de milieukundige processturing op zich neemt: In de situatie dat de aannemer de milieukundige processturing van de in-situ sanering op zich neemt gelden dezelfde opleidings- en ervaringseisen zoals omschreven in protocol 6002. De werkvoorbereider van de aannemer kan de werkzaamheden van de projectleider milieukundige processturing op zich nemen mits hij/zij voldoet aan de opleidings- en ervaringseisen zoals deze voor de projectleider in protocol 6002 zijn gesteld. De monsterneming en het fysieke toezicht tijdens de sanering zal moeten worden uitgevoerd door iemand die voldoet aan de opleidings- en ervaringseisen zoals opgenomen in protocol 6002.

5 1e alinea

Het algemene beheer van apparatuur en hulpmiddelen is geregeld via de eisen die zijn opgenomen in BRL SIKB 7000 Beoordelingsrichtlijn uitvoering (water)bodemsanering. Voor SIKB-Protocol 7002 Uitvoering van landbodemsanering insitu zijn geen apparaten of hulpmiddelen nader gespecificeerd. Het staat de aannemer derhalve vrij om hier naar eigen inzicht invulling aan te geven. De keuze voor de juiste apparaten en hulpmiddelen zal voortvloeien uit de activiteiten zoals deze omschreven zijn in het saneringsplan voor de betreffende locatie. Wel is het mogelijk dat hierin of andere specifiek voor de locatie opgestelde documenten

Voor de aannemer die zelf mechanische boringen uitvoert: In de situatie dat de aannemer zelf mechanische boringen uitvoert gelden dezelfde opleidings- en ervaringseisen zoals omschreven in protocol 2101. Het algemene beheer van apparatuur en hulpmiddelen is geregeld via de eisen die zijn opgenomen in BRL SIKB 7000 Beoordelingsrichtlijn uitvoering (water)bodemsanering en ingrepen in de waterbodem. Voor protocol 7002 Uitvoering van landbodemsanering insitu zijn geen apparaten of hulpmiddelen nader gespecificeerd. Het staat de aannemer vrij om hier naar eigen inzicht invulling aan te geven. De keuze voor de juiste apparaten en hulpmiddelen zal voortvloeien uit het saneringsplan of melding en wordt beschreven in het uitvoeringsplan.

Motivatie


5 na laatste alinea

Huidige tekst (versie 2.1) nadere eisen zijn geformuleerd. Als dat het geval is moet de aannemer zich hieraan houden. -

6.1 voor 1e alinea

-

6.3 1e alinea

Als uitgangspunt voor de eisen die worden gesteld aan de uitvoering van de werkzaamheden gelden de inhoudelijke eisen die zijn opgenomen in de Standaard 20051. Uit de Standaard 2005 zijn de volgende hoofdstukken van toepassing tenzij in het contract met de aannemer anders is afgesproken: -

Voor 6.4


Motivatie

Voor de aannemer die zelf mechanische boringen uitvoert: In de situatie dat de aannemer zelf mechanische boringen uitvoert is hij verplicht de apparatuur en hulpmiddelen toe te passen zoals beschreven in protocol 2101. Bij in-situ bodemsanering is de samenwerking tussen het milieukundig adviesbureau en aannemer bepalend voor de kwaliteit van de sanering. Om tot een goede samenwerking te komen is het van belang dat de taken en verantwoordelijkheden duidelijk van te voren worden vastgelegd. Het uitvoeringsplan zoals dit in de BRL SIKB 7000 wordt genoemd wordt voor dit protocol uitgebreid met de eisen die gesteld worden aan de in te zetten apparatuur en hulpmiddelen, wie verantwoordelijk is voor de goede werking, controle, ijking enz. (zie protocol 6002 hoofdstuk 5). De inhoudelijke eisen die zijn opgenomen in de Standaard RAW-bepalingen 2005 van CROW zijn voor de uitvoering van de werkzaamheden volledig van toepassing. Het betreft de volgende hoofdstukken, tenzij in het contract met de aannemer anders is afgesproken:


6.4 Terreininrichting Bij de werkvoorbereiding worden indien van toepassing de volgende aspecten bepaald en vastgelegd in het uitvoeringsplan:  afbakening van de locatiegrenzen;  de toegang tot saneringslocatie (schoon/vuil zone);  de plaats van de decontaminatie-unit;  de was- en borstelplaats;  de ontgravingsgrenzen naar milieukundige kwaliteit;  op terreinen waarop de KLIC-melding niet van toepassing is, de ligging en aard van ondergrondse obstakels en leidingen;  indien van toepassing de ligging van de bemaling en de plaats van lozing.

Inhoudelijke verbeteringen

Afhankelijk van de omvang en complexiteit van de sanering worden tijdens de uitvoering de volgende aspecten in het logboek bijgehouden:  Eventuele wijzigingen van de originele tekening;  De specifieke waarnemingen zoals de aangetroffen ondergrondse obstakels.

Toegevoegd om duidelijkheid te krijgen in rolverdeling.





Motivatie

6.5 Voorkomen contaminatie Om te voorkomen dat de verontreinigingen zich verspreiden dienen, indien noodzakelijk, voorzorgsmaatregelen getroffen te worden zoals:  Het aanleggen van een schoon/vuil zone;  Het aanbrengen van rijplaten;  Het aanleggen van een los- laadplaats;  Indien noodzakelijk, het inrichten van een wasborstelplaats;  Het gebruik van grond- en dekzeilen bij opslag van verontreinigd afval en grond.

6.7 logboek, voor laatste alinea 6.7

6.7 Milieukundige processturing door de aannemer

Tevens dient er een afvalcontainer geplaatst te worden voor klein verontreinigd afval zoals wegwerpsaneringsartikelen. De aannemer moet op aanvraag dan wel aan het eind van het werk een kopie van het logboek overhandigen aan de milieukundige begeleiding. 6.9 Milieukundige processturing door de aannemer Indien de aannemer de milieukundige processturing op zich neemt conform protocol 6002, is hij verplicht te voldoen aan de eisen voor het evaluatieverslag processturing zoals beschreven in paragraaf 8.1 van protocol 6002. 6.10 Uitvoeren mechanische boringen door de aannemer Indien de aannemer zelf mechanische boringen uitvoert conform protocol 2101, is hij verplicht de werkwijze te hanteren zoals beschreven in protocol 2101.

Toegevoegd omdat MKB‟er logboek nodig heeft voor evaluatieverslag Toegevoegd omdat anders verplichtingen onder 7002 niet hetzelfde zijn als bij 6002 en 2101

Huidige tekst (versie 2.1) Ontwerp-tekst (versie 2.2) Motivatie

Recommend Documents