Hoofdstuk 4 Wat leren de kinderen allemaal op de Rehoboth?

Rehobothschool, Hervormde school voor Basisonderwijs

Schoolgids 2010 - 2013

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave

Pagina 1

Een woord vooraf.

Pagina 2

Adresgegevens

Pagina 3

Schooltijden

Pagina 4

Het Schoolbestuur

Pagina 4

Hoofdstuk

1

Onze school

Pagina 5

Hoofdstuk

2

Wat wil de Rehoboth voor een school zijn?

Pagina 8

Hoofdstuk

3

De organisatie van het onderwijs

Pagina 11

Hoofdstuk

4

Wat leren de kinderen allemaal op de Rehoboth?

Pagina 14

Hoofdstuk

5

De zorg voor kinderen

Pagina 21

Hoofdstuk

6

Buitenschoolse activiteiten

Pagina 28

Hoofdstuk

7

De leerkrachten

Pagina 30

Hoofdstuk

8

De ouders

Pagina 31

Hoofdstuk

9

De ontwikkeling van het onderwijs in de school

Pagina 37

Hoofdstuk

10

De resultaten

Pagina 38

Hoofdstuk

11

Algemene zaken op alfabet

Pagina 39

1



Een woord vooraf

Geachte ouder(s) / verzorger(s),

Voor u ligt onze schoolgids. Een document waarin wij ons als school aan u presenteren. In deze schoolgids vertellen wij u over onze school, over onze identiteit, over onze visie op onderwijs, over ons pedagogisch en didactisch handelen. De Rehobothschool is een christelijke basisschool waar het Bijbelonderwijs een heel belangrijke plaats inneemt, in het lesrooster en in de omgang met elkaar. De Bijbel is ons ijkpunt. In een samenleving waarin kinderen op allerlei manieren kunnen worden beïnvloed, wil de Rehoboth een veilige haven zijn. Een plaats waar de kinderen in alle rust en veiligheid onderwijs mogen ontvangen. Een plaats waar kinderen zich in een kwetsbare fase van hun leven ontwikkelen van kleuter tot tiener. Een plaats ook waar zij mogen groeien in kennis en geloof. In het vertrouwen dat de Here God ons daarbij helpt, geven wij ons onderwijs. Wij geven onze leerlingen op een goede manier onderwijs en met goede methodes. Met enthousiasme en in een goede sfeer. Op die manier komt een kind tot zijn of haar recht. Zowel qua kennis als op het gebied van de sociaal - emotionele ontwikkeling. Rehoboth betekent “Ruimte”. Dat is wat wij zoeken voor onze leerlingen: Ruimte om te groeien en te ontwikkelen. Een schooljaar heeft meestal veertig weken. Veertig weken waarin u de zorg voor uw kind(eren) aan ons toevertrouwt. En dat meestal acht schooljaren aan één stuk. Dat vraagt om een goede omgang met elkaar als opvoeders. De grondslag voor die goede omgang wordt beschreven in deze schoolgids. Vanaf het schooljaar 2010 – 2011 wordt deze schoolgids in twee versies uitgegeven. Een uitgebreide versie die u mag bewaren tot 2013 en een bijlage die jaarlijks wordt vernieuwd. We hopen dat u onze schoolgids met veel plezier zult lezen. Vanzelfsprekend bent u altijd welkom voor een nadere toelichting. Namens het team van de Rehobothschool, B. van Kooten directeur

2


Adresgegevens: Hoofdgebouw: Koninginnelaan 46 3905 GJ Veenendaal telefoon: fax:

0318-511097 0318-502265

Postadres: Postbus 541 3900 AM Veenendaal e-mail : internet:

[email protected] http://www.shsveenendaal.nl/rehobothschool

Dependances: Pampagras 2 3902 SP Veenendaal 0318- 50 12 60 Pampagras 1 3902 SP Veenendaal 0318 – 50 61 52 Directeur: Adres: Postcode: Telefoon privé: Telefoon school: Email:

Dhr. B. van Kooten De Savornin Lohmanstraat 25 3904 AM Veenendaal 0318 - 551 559 0318 - 511097 [email protected]

Wnd. directeur: Adres: Postcode: Telefoon privé: Telefoon school: Email:

Dhr. J.F. de Gier P.H. van Rijnstraat 26 3904 HH Veenendaal 0318 – 52 44 98 0318 – 50 12 60 [email protected]

3




Schooltijden Groep 1 t/m 4: 08.30 - 11.45 uur (woensdag tot 12.15 uur) 13.15 - 15.30 uur (woensdag- en vrijdagmiddag vrij) Groep 5 t/m 8: 08.30 - 11.45 uur (woensdag tot 12.15 uur) 13.15 - 15.30 uur (woensdagmiddag vrij)

Het Schoolbestuur De Rehobothschool is één van de 4 basisscholen van de "Stichting tot oprichting en instandhouding van de Hervormde Scholen voor basisonderwijs" te Veenendaal. Secretaris van het schoolbestuur : Dhr. Mr. J.G.N. Schreuders Nachtpauwooglaan 22 3905 KM Veenendaal Bestuursleden van het Algemeen Bestuur namens de Rehobothschool: Dhr. Mr. J.G.N. Schreuders Nachtpauwooglaan 22 3905 KM Veenendaal 0318 – 52 66 86 Mevr. R. Struik – van den Bosch Noorderkroon 45 3902 VB Veenendaal 0318 – 50 67 63 Dhr. A.C.P. Thoutenhoofd Vuurvlinderronde 17 3905 KN Veenendaal 0318 – 50 62 00

4


Hoofdstuk 1. 1.1.


Onze school

Ontstaan en geschiedenis van de school

De geschiedenis van onze school begint in wijk " De Pol " op 1 april 1951. In 1955 verrees er een nieuwe school met 6 lokalen. De school bestond toen uit 2 afdelingen namelijk twee kleuterscholen "De Wielewaal" en "De Kwikstaart" en een lagere school “De Rehobothschool". Met de totstandkoming van de basisschool per 1 augustus 1985 gingen we samen verder onder de naam: "REHOBOTHSCHOOL". Door de geweldige groei kregen we al gauw te maken met ruimteproblemen. Op 23 februari 1978 is een geheel nieuw schoolgebouw in gebruik genomen. Sinds 1985 verblijven er binnen dit gebouw 15 groepen en op het schoolplein zijn drie groepen 2 in semipermanente gebouwen gehuisvest. Vanaf schooljaar 1996 – 1997 is de dependance aan het Pampagras in gebruik. Sinds december 2005 is ook gebouw De Halm naast de dependance in gebruik genomen. In de komende jaren hopen wij aan het Pampagras een nieuwe school te realiseren. Een gebouw dat duurzaam en toekomstbestendig is. De school telt in september 2010 ruim 600 leerlingen. Deze leerlingen zijn verdeeld over 24 groepen. 1.2.

Betekenis van de naam Rehoboth

De naam Rehoboth komt uit de Bijbel. In het eerste Bijbelboek Genesis lezen we dat Izak, de zoon van Abraham, bij Berseba een put graaft voor drinkwater. Maar elke keer als hij een put klaar heeft, wordt er door de Filistijnen ruzie over gemaakt. Na vele keren is er eindelijk na het graven van zo'n put geen geruzie over en dan roept Izak: "REHOBOTH" (Gen. 26 : 22). "De Heere heeft ruimte gemaakt, zodat ik wonen en leven kan.......” In onze school ziet u het verhaal in een houtsnijwerk en op een schilderij afgebeeld. Rehoboth betekent "ruimte". De Here God gaf Izak namelijk ruimte, een plaats om te leven en een toekomst op te bouwen. Onze school draagt de naam REHOBOTH. Wij zijn de Here God dankbaar voor de ruimte die we krijgen om Christelijk onderwijs te geven. Ook willen we onze leerlingen ruimte geven om zich te ontwikkelen. Het begrip "ruimte" hebben we ook enigszins in ons logo proberen uit te beelden door een wat ruimtelijk effect te creëren met de voetstappen. Tegelijkertijd beelden we daarmee uit dat kinderen als kleuters met kleine voetjes onze school binnenstappen en dat ze na jaren als tiener de school weer verlaten.

5



1.3. Onze Christelijke identiteit De Rehobothschool gaat uit van de "Stichting tot oprichting en instandhouding van Hervormde scholen voor basisonderwijs" (SHS). Nog drie hervormde basisscholen behoren tot deze stichting, namelijk:  Patrimoniumschool,  Engelenburgschool  Prinses Beatrixschool. De grondslag van de stichting, die onze scholen bestuurt, is de Bijbel als Gods Woord, zoals verwoord in de Drie Formulieren van Enigheid. Deze drie belijdenisgeschriften, die naast de Bijbel worden genoemd, nemen niet de plaats van de Bijbel in, maar willen de inhoud en de verbanden van het Woord van God onder woorden brengen. Als leerkrachten hebben we de taak de leerlingen vanuit deze grondslag te begeleiden. Tevens willen we wegwijzers voor hun leven zijn naar de normen van het Woord van God. In de praktijk van het dagelijks schoolleven betekent dit:  Op maandagmorgen vindt er met het team een weekopening plaats en op vrijdag een sluiting. Met de leerlingen vanaf groep 3 wordt op vrijdag ook een gezongen weeksluiting gehouden. De kleuters hebben een aantal maal per jaar een gezongen weeksluiting in de kleuterhal.  Elke schooltijd wordt begonnen en geëindigd met gebed. (Tijdens het bidden hebben alle kinderen hun handen gevouwen en ogen gesloten.)  Drie keer per week wordt er uit de Bijbel verteld. Op de andere dagen wordt een psalm/lied aangeleerd of een verwerking n.a.v. de Bijbelverhalen gemaakt. De kennis van de Bijbel, de Psalmen en de christelijke liederen horen tot de schoolopvoeding. We zingen de christelijke liederen uit de bundel “Op Toonhoogte” van de HGJB die beschikbaar is voor alle kinderen van de groepen 4 t/m 8. In de groepen 1 t/m 4 beschikken alle leerkrachten over deze bundel.  De christelijke feesten zoals Kerst, Pasen, Hemelvaart en Pinksteren nemen een belangrijke plaats in. De vieringen vinden in de groep of in de kerk plaats.  Alle vakken worden onderwezen in het licht van door de Bijbel aangereikte normen en waarden zoals: dienstbaarheid en verantwoordelijkheid tegenover God de Schepper, de medemens en de schepping.  Ten aanzien van alle binnen- en buitenschoolse activiteiten staan we een christelijke levensstijl voor. Dat wil zeggen dat we ons steeds afvragen of onze handel en wandel strookt met Gods Woord.

6


1.4


Samenstelling van het team

De Rehobothschool telt, in september 2010, 46 teamleden . Samen staan zij voor de uitdaging om vanuit de grondslag op een positief christelijke wijze inhoud te geven aan de doelstellingen van de school. Deze doelstelling worden iedere vier jaar opnieuw geformuleerd in ons Schoolplan. De school is verdeeld in vier bouwen met ieder twee jaargroepen: 1 / 2, 3 / 4, 5 / 6, 7 / 8. Per bouw is een bouwcoördinator aangesteld. Deze bouwcoördinator (BC) is verantwoordelijk voor de gang van zaken in zijn of haar bouw. De directeur is eindverantwoordelijk. Aan de leerlingenzorg wordt inhoud gegeven door een fulltime intern begeleider dhr. L van Vliet, een parttime intern begeleider mevr. D. Verwoerd, en de fulltime remedial teachers mevr. J. Verburg, en dhr. M.G. van der Geijs. Voor de vier hervormde scholen zijn er een aantal poolvervangers beschikbaar met een gedeeltelijke weektaak. Zij zullen in geval van ziekte of afwezigheid als eerste worden ingezet om de leerkrachten te vervangen. Ter ondersteuning is er een aantal morgens per week een administratief medewerkster voor de uitvoering van allerlei taken. Ook is er een conciërge werkzaam op onze school. De foto’s van het team met hun namen en e-mailadressen worden jaarlijks in een apart boekje uitgegeven.

Managementteam We werken met een managementteam (MT) . Dit MT bestaat uit 5 personen. Vier bouwcoördinatoren en de directeur. Zij vormen het management van de school. De dagelijkse leiding is in handen van de directeur. Binnen het MT worden alle beleidsmatige zaken met elkaar uitgewerkt en besproken. Het MT vergadert met regelmaat, doorgaans eens in de drie weken. Het managementteam bestaat, in september 2010, uit de volgende vijf personen:  Mevr. D. Verwoerd- de Pater Msc, BC en intern begeleider voor groep 1 en 2  Dhr. A.W. Hofland, BC groep 3 en 4.  Dhr. J.F. de Gier, BC groep 5 en 6 en waarnemend directeur  Mevr. C.J. Kok – Bovee, BC groep 7 en 8.  Dhr. B. van Kooten, directeur.

7



Hoofdstuk 2. Wat voor school is de Rehoboth? We zijn als team steeds bezig met onderwijskundige vernieuwingen. Als basis voor deze vernieuwingen hebben we in 2005 onze visie en missie vastgesteld. Deze visie en missie drukken we hieronder af. In oktober 2010 hopen we als team onze visie opnieuw te formuleren. Die zal in een volgend schooljaar in de bijlage worden opgenomen. Missie: “Rehobothschool, school waar kinderen ruimte krijgen!” Visie: “De Rehobothschool is een christelijke school met een duidelijke eigen identiteit. Vanuit het geloof in God de Vader, God de Zoon en God de Heilige Geest geven leerkrachten onderwijs aan de kinderen. Hierin staan Gods liefde en Zijn heilsplan met deze wereld centraal. Iedere morgen wordt de dag geopend met een christelijk lied en met gebed. Er wordt iedere week driemaal volgens een rooster verteld uit de Bijbel. In de omgang met elkaar wordt aan de Bijbelse normen en waarden concreet handen en voeten gegeven. Dit vanuit de woorden van de Here Jezus waarin Hij ons oproept om God te dienen met heel ons hart, heel ons verstand en met al onze kracht en onze naaste lief te hebben als onszelf. De leerkrachten creëren ook vanuit deze normen en waarden een veilig pedagogisch klimaat waarin kinderen alle ruimte krijgen om zich optimaal te ontwikkelen. We volgen de voetstappen in de komende jaren op onze school..... In 2010 is de Rehobothschool een grote school. We hebben meer dan 625 leerlingen. De kinderen zitten tot groep 5 in zo klein mogelijke groepen. Vanaf groep 5 worden de groepen groter. In de onderbouwgroepen wordt veel aandacht besteed aan de individuele behoeften van elk kind. Daar worden de kinderen die extra zorg nodig hebben, gesignaleerd en gediagnosticeerd, zodat een kind zo jong mogelijk de juiste hulp kan krijgen. De leerlingenzorg zet zich voort in de hogere groepen. In de groepen 1 en 2 zijn alle kinderen tijdens de speel - leermomenten in staat om hun eigen activiteiten te plannen. Dit is onder andere zichtbaar in de groepen door de aanwezigheid van een kiesbord. Naarmate de kinderen ouder worden, werken ze steeds meer momenten op een schooldag zelfstandig. Dit is onder andere zichtbaar door het gebruik van een teken voor uitgestelde aandacht in iedere groep. In de groepen 3 t/m 8 wordt er gewerkt met een takenkaart. De kinderen zijn gewend om samen te werken aan een opdracht. Bij verschillende vakken worden afwisselende werkvormen gebruikt om ieder kind zoveel mogelijk op zijn of haar eigen manier van leren aan te spreken. Kinderen kunnen worden ingedeeld naar o.a. interesse of niveau. Bij de instructie van een les houdt iedere leerkracht rekening met de verschillen die er zijn tussen de kinderen. Er wordt gebruik gemaakt van het model “effectieve instructie”. Elke leerkracht is in staat om via dit model les te geven. Hierdoor kan er gewerkt 8



worden met drie niveaus in één groep. Er zijn kinderen die weinig of geen instructie krijgen. Er zijn kinderen die een basisinstructie krijgen en er zijn kinderen die daarnaast nog een verlengde instructie krijgen. Daarvoor wordt in iedere groep gebruikt gemaakt van een kleine kring of een aparte instructieplaats. Er wordt, afwisselend en aanvullend op elkaar, auditieve, visuele en tactiele instructie gegeven (horen, zien en voelen). Ieder kind weet wat er op een dag op school gaat gebeuren. Dit is zichtbaar in de klas door dagritmekaarten en gebruik van een dagplanning op het schoolbord. Als kinderen zelfstandig werken, is er voldoende materiaal waarmee ze kunnen werken. Er zijn afwisselende “klaar-opdrachten” in iedere klas te vinden, waaronder zelfcorrigerende en zelfontdekkende materialen. In de gangen en lokalen is aandacht voor het werk van de kinderen. Er hangen en staan werkstukken die door de kinderen zijn gemaakt. In het lesrooster is elke week aandacht voor creatieve, muzikale en sociaal emotionele vorming. Deze vakken achten wij van groot belang voor de ontwikkeling van ieder kind. Kinderen die extra zorg nodig hebben, ontvangen die in de eerste plaats van hun eigen leerkracht. Als er daarnaast extra zorg nodig is, kan gebruik gemaakt worden van een remedial teacher. De verdeling van de RT tijd wordt geregeld in de aparte subgroepvergaderingen. Bij extra zorg voor kinderen ligt de nadruk op de zorg voor het jonge kind. We bezinnen ons op meerdere leerwegen voor kinderen.

9



2.1. Uitgangspunten  Een school waar de Bijbel een centrale plaats inneemt, als richtlijn voor ons geloof en ons leven.  Een school waar de Bijbel als uitgangspunt dient voor de liefde tot God, de medemens en de schepping.  Een school waar men respect voor elkaar heeft en waar iedereen gelijke kansen krijgt.  Een school waarin de kinderen en de ouders merken, dat leerkrachten hun geloof in de Here Jezus als hun persoonlijke Zaligmaker handen en voeten geven.  Een school die alle kinderen geborgenheid en veiligheid biedt door een goed pedagogisch klimaat. Een goede sfeer vinden we erg belangrijk.  Een school waarin de leerkrachten sterk kindgericht zijn om aan te sluiten bij de individuele mogelijkheden.  Een school die veel aandacht heeft voor leerlingen met sociaal-emotionele en/of cognitieve problemen.  Een school waar veel tijd beschikbaar is voor remedial teaching en interne begeleiding.  Een school waarin ruime aandacht is voor de creatieve ontwikkeling van de kinderen.  Een school die beschikt over moderne onderwijsmiddelen en eigentijdse materialen.  Een school waarin heldere afspraken zijn en leerkrachten hun verantwoordelijkheden kennen.  Een school waarin de leerkrachten steeds openstaan om te leren van elkaar en anderen.  Een school waarin de leerkrachten vorderingen van de leerlingen nauwkeurig bijhouden.  Een school die onderwijskundige doelen heeft die door alle leerkrachten worden onderschreven. 2.2.

Het klimaat van de school

Wij willen dat de kinderen veel leren en elke dag met plezier naar school gaan. Wij werken aan een fijne sfeer in de klassen en de leerkrachten stimuleren de kinderen in het ontwikkelen van hun kennis en vaardigheden. We zijn alert op discriminatie en pesten. We werken aan het voorkomen ervan. Als het dan toch soms de kop op steekt, grijpen we direct in, hiervoor is een pestprotocol ontwikkeld. Ook vertellen we de kinderen steeds weer dat er regels gelden op school. Orde en regelmaat zorgen ervoor, dat er ruimte en aandacht voor elk kind is. Natuurlijk wordt er wel eens een kind gestraft....., maar we steken veel meer energie in het belonen van goed gedrag. Voor een goed omgangsklimaat en een fijne werksfeer op school vinden wij de contacten met de ouders erg belangrijk. In hoofdstuk 8 “De ouders” leest u daar meer over.

10


Hoofdstuk 3. 3.1


De organisatie van het onderwijs

Schoolorganisatie

Scholen verschillen in werkwijzen, sfeer en resultaten. Kortom in kwaliteit. Op drie manieren werkt onze school aan verdere kwaliteitsverbetering: werken met goede methoden, gekwalificeerd personeel en het nauwgezet volgen van de resultaten van de leerlingen. In onze school wordt lesgegeven met behulp van moderne lesmethoden. Bij het kiezen van lesboeken en ander materiaal wordt gelet op de kwaliteit en aantrekkelijkheid van het materiaal en wordt bekeken of het past bij onze identiteit. Er zijn kinderen die extra moeilijk werk aankunnen, maar ook kinderen die extra oefenstof nodig hebben. Daarom letten we er bij de aanschaf van methoden ook op of er voor beide groepen kinderen voldoende leerstof in de methode zit. Het werken met goede, moderne methoden is één manier om kwaliteit na te streven. Nog belangrijker dan de methoden die een school gebruikt, zijn de mensen die er werken. Aan hen heeft u uw kind toevertrouwd. Zij moeten hart voor de kinderen hebben en vanuit hun overtuiging werken. Zij zorgen ervoor dat de materialen en de lesboeken zinvol gebruikt worden. De teamleden werken niet op eigen houtje, maar besteden veel tijd aan samenwerking en overleg. Jaarlijks wordt veel geld besteed aan nascholing. De maatschappij verandert voortdurend en dus ook het onderwijs. Nieuwe ontwikkelingen volgen we op de voet. Daarom zijn er elk schooljaar meerdere studiemomenten voor teamleden. Ook volgen leerkrachten individuele nascholingscursussen. Een derde manier om de kwaliteit van het onderwijs te bewaken en verder te verhogen is de leerlingen te volgen in hun ontwikkeling. Dit gebeurt o.a. door het afnemen van toetsen. In de groepen 1 en 2 worden bovendien 2 x per jaar door de peilkaarten van het G.O.V.K. (een observatiemethode) alle kleuters geobserveerd. Die geven ons inzicht in de vorderingen van de leerlingen zodat we, waar nodig, gericht kunnen helpen. Bovendien geven de uitslagen ons een totaalbeeld van de school. Elders in deze schoolgids leest u meer hierover.

11


3.2


De ontwikkeling van ieder kind

Wij streven naar onderwijs dat zodanig is ingericht dat leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen. En naar onderwijs dat is afgestemd op de voortgang van die ontwikkeling. Elk kind is uniek en ontwikkelt zich van nature binnen zijn/haar eigen mogelijkheden en beperkingen. Het kind is nieuwsgierig en wil steeds iets nieuws leren. Op school stimuleren we de kinderen en dagen we hen uit nieuwe dingen te ontdekken. Wanneer de ontwikkeling wat minder vanzelfsprekend verloopt, bieden we hulp. De school is klassikaal georganiseerd. De kinderen van eenzelfde leeftijd zitten meestal in dezelfde groep. Er wordt veel rekening gehouden met goede en zwakke leerlingen. Wie moeite heeft met een bepaald onderdeel krijgt extra hulp en/of extra oefenstof. Wie goed kan leren, krijgt extra uitdagende opdrachten. 3.3

Zelfstandig werken

In januari 2006 is het zelfstandig werken op onze school ingevoerd. We zijn na een aantal studiemiddagen gaan werken met een takenkaart in de groepen 3 t/m 8. Gedurende een aantal momenten in de week werken de kinderen zelfstandig aan tevoren uitgelegde opdrachten. In de tijd dat de kinderen zelfstandig werken hebben de leerkrachten de ruimte om kinderen die dit nodig hebben extra aandacht te geven. Het werken met de takenkaart maakt differentiatie in tempo en niveau nog beter mogelijk. In aanvulling op de takenkaart werken we met het verkeerslichtmodel als teken voor uitgestelde aandacht. Door middel van een verkeerslicht weten alle kinderen wanneer ze wel en niet iets aan elkaar of aan de leerkracht mogen / kunnen vragen. Dit verkeerslicht wordt gebruikt in alle groepen 3 t/m 8. Er wordt gebruik gemaakt van een rood, oranje en groen licht. De drie kleuren hebben hun eigen betekenis. Rood betekent dat alle kinderen stil hun eigen werk doen. Oranje betekent dat de kinderen een eventuele vraag aan elkaar kunnen stellen. Bij groen is ook de leerkracht beschikbaar. De leerlingen hebben daarnaast allemaal een houten blokje met een rood vlakje, een groen vlakje en een vraagteken. Daarmee kunnen zij aangeven of ze niet (rood) of wel (groen) beschikbaar zijn voor andere kinderen of dat zij een vraag hebben voor de leerkracht met het vraagteken. Hierdoor kan zonder woorden en zonder onnodig wachten worden aangegeven waar de leerling behoefte aan heeft. 3.4

Basisvaardigheden

De vakken taal, lezen en rekenen vormen de kern van ons onderwijs. Het zijn basisvaardigheden. Ze vormen de basis voor elke andere ontwikkeling. Daarom legt onze school nadruk op deze vakken.

12


Hoofdstuk 4. 4.1.


Wat leren de kinderen allemaal op de Rehoboth?

Groep 1 en 2

De aanpak in de groepen 1 en 2 verschilt van die in de andere groepen. Ook de inrichting van de lokalen en de manier van werken is anders. Het werken in groep 1 en 2 gebeurt vanuit de kring. De schooldag begint na het inloopmoment in de kring en hierin keren de kinderen ook steeds weer terug. Daarnaast wordt gespeeld en gewerkt aan tafels, in de hoeken, in het speellokaal en op het schoolplein. 4.1.1 Ontwikkelings- en vormingsgebieden Jongste en oudste kleuters zitten bij ons op school in verschillende groepen. In beide groepen werken we aan de hand van thema's, die aansluiten bij de belevingswereld van het kind, bijvoorbeeld: lente, wonen en de dokter. Bij deze thema's proberen we zo veel mogelijk de lessen aan te sluiten op de ontwikkelings- en vormingsgebieden. In groep 1 (jongste en middelste kleuters) worden alle beginselen van de ontwikkelings- en vormingsgebieden aangeleerd. We denken dan aan motorische, zintuiglijke, verstandelijke en taal- / denkontwikkeling. Belangrijk vinden we in deze groep vooral: het wennen aan school, het leren van regels, het rekening houden met elkaar, de ontwikkeling van het spelen, de ontwikkeling van het samenwerken enzovoort. Verder leren de kinderen hoe ze moeten knippen, plakken, vouwen, kleuren en nog veel meer. Ook worden allerlei begrippen aangeleerd zoals bijvoorbeeld: groot - klein, dik - dun, de hoofdkleuren, vormen en tellen. In groep 2 breiden we dit uit met nog meer begrippen zoals: breed - smal, hoog - laag, minder - meer, evenveel. 4.1.2 Sociale en taalontwikkeling Heel veel wordt gedaan aan de sociale ontwikkeling, samen binnen en buiten spelen, samen een spelletje doen, samen in de poppenhoek en bouwhoek. Daarom is er ook regelmatig een ”spelletjesmorgen” in deze groep. Veel aandacht wordt besteed aan de taalontwikkeling, zoals voorlezen, kringgesprekken, praatplaten, flanelplaten en prentenboeken. In groep 2 gaan we ook rijmen, begin- en eindklanken en letters herkennen. We besteden in groep 2 veel aandacht aan de analyse (d-a-k = dak) en synthese (dak = d -a- k) van woorden. Op die manier werken we met de leerlingen toe naar de leervoorwaarden van groep 3. Dat zijn de voorwaarden om de leerstof van groep 3 te leren beheersen. 4.1.3 Zelfstandig werken In groep 1 en 2 geven we ook de zelfstandigheid van de kinderen steeds meer handen en voeten. Door middel van een plan- en kiesbord in alle kleutergroepen bepalen kinderen meer hun eigen werken speelmomenten. Maakten de kleuters vroeger allemaal dezelfde werkjes op hetzelfde moment, nu werken en spelen de kinderen op hetzelfde moment in een lokaal. Op deze manier kan de juf de kinderen die werken beter begeleiden en op andere momenten de kinderen die spelen beter observeren in hun spel. De juf heeft nu ook tijd om kinderen in een zogenaamde “kleine kring” extra aandacht te geven.

13



4.1.4 Vak- en vormingsgebieden In de groepen 1 en 2 is geen sprake van vakken, maar van vormingsgebieden. Zintuiglijke en lichamelijke oefening (respectievelijk: ± 2½ uur en 7½ uur per week) Taal-/denkontwikkeling (± 3 uur per week) Muzikale vorming (± 2 uur per week) Beeldende vorming (± 5½ uur per week) Godsdienstonderwijs (± 2½ uur per week) Dit geeft een weektotaal van 23½ uur in de onderbouw. 4.1.5 Dyslexieprotocol Wij hanteren een dyslexieprotocol voor alle leerlingen van groep 1 t/m 4. Hierdoor is het taalonderwijs in de afgelopen jaren structureel veranderd. In een vroeg stadium is nu meer aandacht voor kinderen met taalachterstanden. Want juist hier geldt: hoe eerder je kenmerken van mogelijke dyslexie signaleert, hoe beter het is. Diverse kinderen zitten tweeënhalf tot drie jaar in een kleutergroep. Dat is afhankelijk van hun geboortedatum. Wij hanteren voor de kinderen die tussen oktober en december geboren zijn een aantal specifieke criteria. Dit houdt in dat wij ook deze kinderen volgen in hun cognitieve en sociaal emotionele ontwikkeling. Aan de hand van deze criteria bepalen wij of een kind een verlengde periode in groep 1 krijgt of vervroegd doorstroomt naar groep 2. Wanneer een kind doorstroomt naar groep 2 blijft ook hier verlenging mogelijk. 4.1.6. Overgang naar groep 3 In groep 2 worden activiteiten aangeboden die voorbereiden op het leren lezen, rekenen en schrijven in groep 3. Aan het einde van groep 2 wordt besproken of een kind toe is aan groep 3. Bij twijfel hanteren wij het zogenaamde “beslissingsformulier overgang groep 2 naar groep 3.” Het rijpingsproces om van kleuter door te groeien naar schoolkind verloopt voor ieder kind anders. In het leven van een kind is dit echter wel een heel belangrijke periode. Het succesvol doorlopen van groep 3 lukt pas als een kind hieraan toe is. Wij zien een kind liever een jaar langer in groep 1 of 2, dan dat wij een leerling zien die jarenlang "op de tenen" de school moet doorlopen. 4.1.7. Bewegingsonderwijs In de groepen 1 en 2 staat het bewegingsonderwijs dagelijks twee keer op het rooster. Bij mooi weer gaan we met de kleuters naar buiten met allerlei materiaal, zoals karren, klimrek, zandspullen. Ook worden er allerlei zang-, tik- en wedstrijdspelletjes in de klas gedaan. Twee keer per week wordt er in het kleutergymlokaal gegymd met klein materiaal zoals ballen, pittenzakken, hoepels en met groot materiaal zoals banken, zwiepplank, kast en matten.

14


4.2.


Groep 3 tot en met 8

In de onderstaande lessentabel wordt globaal weergegeven hoeveel uur er per week aan de verschillende vakken wordt besteed. Het gaat hier om gemiddelden die enigszins kunnen variëren per leerjaar en per periode.

Godsdienst Ned. Taal en lezen Rekenen Engels Wereldoriëntatie en / of I.C.T. Aardrijkskunde Geschiedenis Natuur Gymnastiek Handvaardigheid Tekenen Muziek Soc. Em. Ontw. 4.3.

3 2.30 9.30 3.30

4 2.30 8.30 3.45

5 2.30 7.00 4.00

6 2.30 6.00 4.15

0.45

1.30

1.30 1.00 1.00 1.00 0.30

1.30 0.45 1.00 1.00 0.30

0.45 0.45 0.45 0.45 0.45 1.00 0.45 1.00 0.30

1.00 1.15 1.15 1.00 1.30 1.00 1.00 1.00 0.30

7 2.30 5.00 3.30 0.45 1.00 1.45 1.30 1.00 1.30 1.00 1.00 1.00 0.30

8 2.30 5.00 5.00 0.45 1.00 1.00 1.15 1.00 1.30 1.00 1.00 1.00 0.30

Vak- en vormingsgebieden

Met de kerndoelen die de overheid ons oplegt, kunnen wij over het algemeen goed uit de voeten. De praktische invulling wordt voor een belangrijk deel bepaald door de methodes die wij gekozen hebben. Wij hebben ons bij onze methodekeuze laten leiden door onze identiteit en de uitgangspunten van het onderwijs die wij voorstaan. 4.3.1. Godsdienstige vorming Binnen de Rehobothschool neemt de godsdienstige vorming een grote plaats in. Dit is direct al merkbaar aan het begin van een schooldag, wanneer er wordt begonnen met gebed en zingen. Dagelijks is het nodig om de dag samen (er is dus ruimte voor de inbreng van het kind tijdens de gebeden) met de Here God te beginnen. Het gaat niet om formaliteiten, maar om iets wat ons doen en laten wezenlijk stempelt. Naast grote aandacht voor zingen en bidden aan het begin en einde van ieder dagdeel, zijn er ook de geschiedenissen uit de Bijbel. Deze verhalen worden verteld aan de hand van de methode Levend Water. Deze methode begint in groep 3 met de verhalen van “de Schepping”. In de bovenbouw komen ook de moeilijker Bijbelgedeelten aan de orde o.a. Iedere vrijdag is er gelegenheid om de stof van de voorgaande week in een verwerking terug te laten komen. Er wordt zeker ook aandacht besteed aan de kennis van de bijbel. Hiervoor biedt de methode veel handvatten. In repetities wordt deze kennis getoetst.

15



In groep 7 en 8 wordt aandacht aan kerkgeschiedenis gegeven. Hiervoor werken we met onderdelen uit de methode “Zijn trouw is schild en pantser.” Hierbij moet u denken aan onderwerpen als: Augustinus, Maarten Luther en Johannes Calvijn. Er wordt in de hoogste groepen ook met regelmaat gebruik gemaakt van de Parallelbijbel. We willen de kinderen op die manier helpen bij het leren lezen van Gods Woord. In de groepen 3 t/m 8 wordt wekelijks "de psalm van de week" geleerd, die op zondag in veel plaatselijke kerken gezongen wordt. Enkele eenvoudige psalmen worden al op de kleuterafdeling aangeleerd. Vanaf groep 5 wordt de psalm overhoord. Het psalmrooster vindt u in de bijlagen bij de schoolgids. 4.3.2. Rekenen en wiskunde We gebruiken in de hele school de methode “Pluspunt”. Dit is een realistische rekenmethode. Dit betekent, dat de methode uitgaat van het dagelijks leven en niet louter saaie rijtjes sommen aanbiedt. Oplossingsmethoden liggen niet vast, maar kunnen door elk kind zelf worden ontdekt. Er wordt gewerkt in blokken. Na zo'n blok volgt een toets. Zo worden de rekenresultaten op de voet gevolgd. Deze methode volgt in groep 3 enkele op zichzelf staande rekenmethodes op, die in de groepen 1 en 2 worden gebruikt. 4.3.3. Nederlandse taal Hiervoor gebruiken we de methode ”Taal Actief.” Het taalonderwijs is veelomvattend. De woordenschat wordt uitgebreid, er is aandacht voor het verwoorden van ideeën, voor de spelling en voor het luisteren naar anderen. Behalve schriftelijk taalwerk leren we kinderen ook vanaf groep 5 werkstukken maken en vanaf groep 6 spreekbeurten houden. In de hogere groepen komen daar het krantenverslag en de boekenbeurt bij. 4.4.4. Lezen In groep 3 wordt officieel een start gemaakt met leren lezen. Er wordt gewerkt met de nieuwste versie van de methode "Veilig Leren Lezen” In de hogere leerjaren komt de nadruk steeds meer op het begrijpend en later ook op het studerend lezen te liggen. Ook in de hogere groepen wordt het hardop lezen geoefend. Soms wordt er klassikaal uit hetzelfde boek gelezen, vanaf groep 3 in duogroepjes en soms in instructiegroepen op niveau. De resultaten van het lezen worden twee keer per jaar getoetst door het AVI-niveau (leesniveau) te bepalen. Voor begrijpend lezen nemen we in de groepen 3 t/m 8 jaarlijks een CITO-toets af. Voor dit vak wordt de methode "Nieuwsbegrip” gebruikt. We maken naast deze methode ook gebruik van andere materialen. Zoals boekjes van Ajodact, materiaal van de methode Leeszin en het hulpboek van CITO. We leren de kinderen niet alleen technisch en begrijpend lezen. We brengen hen ook liefde voor boeken bij. Daarom wordt er ook regelmatig voorgelezen. Met als hoogtepunt het jaarlijkse voorleesontbijt. Elk jaar brengen de groepen 4 en 7 een bezoek aan de bibliotheek.

16



Ook van het aanbod van leskisten van de bibliotheek wordt ieder jaar door verscheidene leerkrachten gebruik gemaakt. Leesbevordering Als school krijgen we richtlijnen voor de tijd die aan leesactiviteiten besteed wordt. Leesbevordering is niet een zaak van de school alleen. Voorbeelden van leesbevorderende activiteiten zijn: voorlezen door ouders, werken met prentenboeken, uitspelen van een boek, boekbesprekingen, voorleeswedstrijden, beoordelen van boeken. De belangrijkste doelstelling is het kinderen leren “genieten” van boeken. Ook ouders willen we van harte aanraden om hun kinderen veel voor te lezen en met hen naar de bibliotheek te gaan. 4.4.5. Engels In de groepen 7 en 8 wordt iedere week Engels gegeven. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de methode “Junior”. We werken met een “textbook” en een “workbook.” Ook leren de kinderen thuis woordjes voor hun vocabulaire. Deze methode helpt kinderen met het leren spreken, spellen, lezen en schrijven van de Engelse taal. Op die manier zijn de kinderen goed voorbereid voor het Engels in het Voortgezet Onderwijs. 4.4.6. Schrijven Onze leerlingen leren schrijven met de methode "Schrijven in de basisschool". Met deze methode leren de kinderen zich in een verbonden licht rechts- of linkshellend handschrift uit te drukken. Halverwege groep 3 gaan de kinderen met een vulpen schrijven. Als u uw kleuter wilt leren zelf zijn/haar naam te schrijven, dan adviseren we u met nadruk de letters te gebruiken, die we hiernaast afdrukken. 4.4.7. Wereldoriëntatie Wij leren kinderen zich te oriënteren op de wereld om hen heen. Hierbij gaan we zoveel mogelijk uit van de belevingswereld van het kind. We brengen de kinderen kennis bij over het heden en het verleden van de aarde. In de onderbouw komt dit aan de orde in bijvoorbeeld het programma “huisje, boompje, beestje” van de groepen 3 en 4. Vanaf groep 5 zijn er aparte vakken die aangeleerd worden met moderne methoden, maar ook d.m.v. klassengesprekken, spreekbeurten, schooltelevisie, het maken van werkstukken en diverse projecten. De volgende methoden zijn op onze school in gebruik:  Aardrijkskunde: "Geobas"  Geschiedenis: “Een zee van tijd”

17



 Natuurkunde/Biologie: In groep 7 en 8 werken we met de methode “Wijzer door de Natuur en Techniek.” In groep 5 en 6 wordt gebruik gemaakt van het t.v. programma ”Nieuws uit de natuur” en andere uitzendingen van schooltelevisie.  Verkeer: In groep 3 en 4 “Stap Vooruit” in de groepen 5 t/m 7 de verkeerskranten van Veilig Verkeer Nederland. De kennisgebieden maatschappelijke verhoudingen en geestelijke stromingen komen bij de vakken aardrijkskunde, geschiedenis en godsdienstige vorming geïntegreerd aan de orde. Voornamelijk bij deze kennisgebieden geschiedt de voorbereiding op de multiculturele samenleving o.a. door kennisname van andere godsdiensten en andere leefgewoonten. Hierbij blijft de christelijke godsdienst steeds ons uitgangspunt. Werkstukken maken de leerlingen met boeken uit de bibliotheek en met informatie vanaf het internet. 4.4.8. Expressievakken Deze vakken brengen evenwicht in het totale lesprogramma. Niet alleen het leren heeft de nadruk, ook de creatieve vorming. Er wordt aandacht besteed aan spel en beweging, muzikale vorming, handvaardigheid en tekenen. Vanaf het schooljaar 2010 – 2011 werken we met een doorgaande lijn in de expressievakken. Deze doorgaande lijn is ontwikkeld door een interne werkgroep. De methode “Uit de Kunst” wordt hiervoor als basis gebruikt. We zien deze vakken niet louter als ontspannend. Ook bij deze vorming streven we een zekere kwaliteit na. 4.4.9. Bewegingsonderwijs / Lichamelijke oefening In groep 3 t/m 8 worden de gymlessen in een gymzaal buiten de school gegeven. De meeste groepen hebben een blokuur gym in de week. Er zijn echter ook groepen die twee keer in de week gaan gymmen. Als een leerkracht niet bevoegd is om gym te geven, worden de gymlessen overgenomen door een collega die hiervoor is vrij geroosterd. 4.5

ICT / Computeronderwijs

In onze school staan er in alle lokalen ten minste twee computers. Ieder lokaal beschikt over een beveiligde internetverbinding. Deze verbinding is mogelijk door het draadloze netwerk. Op de server van het netwerk worden alle gegevens van de kinderen bewaard. Leerkrachten kunnen vanuit hun lokaal over de voor hen relevante gegevens beschikken. Vanaf groep 5 werken de kinderen met laptops. Deze laptops worden gebruikt voor computeronderwijs. Kinderen leren op de Rehobothschool via een methode o.a. werken met Word, Excel en PowerPoint. Daarnaast worden deze laptops ingezet voor informatieverwerking en wereldoriëntatie. En als een leerling moeite heeft met lezen, taal, rekenen of een ander vak wordt de computer ingezet om de leerling extra te laten oefenen. 4.6

Huiswerk

In de groepen 6, 7 en 8 wordt regelmatig huiswerk meegegeven. Het gaat erom dat de kinderen spelenderwijs een juiste studiemethode aanleren. Huiswerk dient dus niet als uitbreiding van het lesprogramma waarvoor op school geen tijd is. Het doel van het huiswerk op onze school is:

18


    


Het bevorderen van de zelfstandigheid en zelfdiscipline van de leerlingen. Het leren onderscheiden van hoofd- en bijzaken. Het leren indelen van het werk en het omgaan met een agenda. Het voorbereiden op het maken van huiswerk in het vervolgonderwijs. Het in eigen tempo leren onthouden en verwerken van reeds aangeboden leerstof.

De groepsleerkrachten begeleiden de leerlingen hierbij en controleren het huiswerk. Voor het behoud van de schoolboeken is een goede, stevige schooltas gewenst. De grootte van deze tas moet zodanig zijn, dat er een grote A4 multomap (23-rings) in past. Een plastic tas is niet de bedoeling! De leerlingen van groep 6, 7 en 8 krijgen vanaf dit schooljaar geen agenda meer van school. Bij de aanschaf van een eigen agenda vragen wij u goed te kijken naar de uitstraling van de agenda. Past die bij onze christelijke school? Het kan gebeuren dat leerkrachten het gebruik van een agenda die “niet past” niet zullen toestaan. Verder is het gewoonte dat leerlingen van groep 4 t/m 8 iedere week een blaadje of schrift met dicteewoorden mee naar huis nemen. In groep 3 beginnen we daarmee na de kerstvakantie. Naast het oefenen in de klas is het voor sommige leerlingen nuttig, dat er ook thuis nog aandacht aan de woordjes besteed wordt.

19


Hoofdstuk 5. 5.1


De zorg voor de kinderen

De plaatsing van een kind op school

Als u als ouder overweegt uw kind op onze school te plaatsen, is het mogelijk geheel vrijblijvend de school te leren kennen. Hiervoor is een aanmeldingsprocedure: 1.

 Van ouder(s) / verzorger(s) vragen wij de volgende informatie: Naam, adres, postcode en woonplaats, telefoonnummer, geboortedatum.

2.

 De administratie van de school stuurt u een aanmeldingsformulier toe. Dit formulier wordt door u ingevuld en teruggestuurd naar school.

3.

 We verwerken deze gegevens en nodigen u uit voor een kennismakingsgesprek waarin we (wanneer dat nodig zou zijn) bepaalde gegevens vanuit het aanmeldingsformulier zullen bespreken.  Het kennismakingsgesprek vindt ongeveer 7 maanden voor de 4e verjaardag van uw kind plaats.  Zijn er geen bijzonderheden die vragen oproepen, dan reserveren vanaf het moment dat wij de aanmeldingsformulieren hebben ontvangen, een plaatsje voor uw kind op onze school.

4.

 Wanneer het kennismakingsbezoek plaats heeft gevonden en er verder geen bijzonderheden zijn, wordt de aanmelding omgezet naar een inschrijving.

5.

 U krijgt van ons een bevestiging van de inschrijving.

6.

 U krijgt ongeveer een maand voordat uw kind geplaatst wordt, een brief met specifieke informatie over de groep, de juf(frouws) en het kennismakingsmoment met de juf(frouws) en de groep.

7.

 Net voordat uw kind geplaatst wordt, stuurt de juf een uitnodigingskaartje voor de 1 schooldag van uw kind.

e

Tijdens het kennismakingsgesprek kunt u alle gewenste informatie krijgen. Na afloop van dit gesprek krijgt u een rondleiding door de school. Er is dan gelegenheid om de school onder schooltijd door te lopen en even in verschillende groepen te kijken, zodat u de sfeer kunt proeven en een indruk kunt krijgen van onze school. In het gesprek zal ook de identiteit van de school naar voren komen. Om de christelijke identiteit van de school te waarborgen, mag per groep 10% van de leerlingen een andere geloofsachtergrond hebben. Als definitief is besloten een kind te plaatsen, wordt er een inschrijfformulier met een toelatingsformulier ingevuld. Leerlingen mogen wettelijk op de dag dat ze vier worden naar school. Voordat een leerling komt, krijgt hij of zij een uitnodiging om op een middag kennis te maken in de groep. Wij hanteren in principe na 1 mei een leerlingenstop. Dat betekent dat kinderen die tussen 1 mei en het einde van het cursusjaar vier jaar worden, zullen starten op de eerste schooldag na de zomervakantie. Kinderen die in de maand december vier jaar worden starten na de kerstvakantie.

20


5.2


Toelatingsbeleid kinderen met een fysieke of verstandelijke beperking

Wanneer een leerling met een lichamelijke of verstandelijke beperking wordt aangemeld, maken we gebruik van een speciaal hiervoor ontwikkeld stappenplan. Dit stappenplan is, voor iedereen die hierin geïnteresseerd is, beschikbaar. U kunt dit opvragen bij de directie. In dit stappenplan worden de stappen beschreven die we als school doorlopen voordat we een leerling met een fysieke of verstandelijke beperking toelaten of afwijzen. Ook staan hierin de afspraken die met de ouders / verzorgers van de betreffende leerling worden gemaakt en de evaluatieperiode die wordt gehanteerd. 5.3

Bespreking ontwikkeling van kinderen

De ontwikkeling van ieder kind wordt op de volgende wijze besproken worden:  1. De zorgleerlingen worden regelmatig door de leerkrachten besproken tijdens vergaderingen.  2. Ieder jaar bezoekt de intern begeleider elke groep. De zorgleerlingen en leerlingen met een speciale onderwijsbehoefte worden tijdens de nabespreking zorgvuldig besproken door de leerkracht en de IB.  3. Daarnaast worden volgens een vastgesteld rooster alle zorgleerlingen nog twee maal besproken met de Intern Begeleider.  4. In de groepen 3 tot en met 8 krijgen de leerlingen drie keer per jaar een rapport. In groep 3 is het eerste rapport een rapportboekje. Het tweede en derde rapport zijn letterrapporten. Vanaf groep 4 tot en met groep 8 krijgen de kinderen een cijferrapport. Voordat het rapport mee naar huis gaat, is er voor de ouders gelegenheid om op school over de vorderingen te spreken tijdens de contactavonden. Voor de groepen 3 tot en met 7 zijn er ieder jaar drie van deze avonden. In groep 1 en 2 zijn er twee spreekavonden per cursusjaar.  5. In groep 8 worden de contactavonden gekoppeld aan de verwijzing naar het voortgezet onderwijs. Daarom worden er in deze groep andere avonden georganiseerd.  6. Vanzelfsprekend bestaat er altijd de mogelijkheid om na schooltijd de school binnen te lopen om een leerkracht te spreken of om een afspraak te maken.  7. Ieder jaar bezoeken de leerkrachten de helft van de leerlingen thuis. Op die manier krijgt ieder gezin één keer per twee jaar een huisbezoek. Bij zorgleerlingen kan het gebeuren dat de leerkracht vaker op huisbezoek komt. 5.4

Interne Begeleiding

Sinds 1994 is er in het basisonderwijs sprake van een systematische aanpak van de zorg voor de leerlingen. Dit noemt men zorgverbreding. Op de Rehobothschool zijn dhr. L. van Vliet en mevr. D. Verwoerd als intern begeleider (IB) aangesteld. Een IB heeft als taak de leerlingenzorg te leiden en te coördineren. Een goede samenwerking met de groepsleerkracht en een of meerdere remedial teachers (RT) is daarbij onontbeerlijk. De werkzaamheden omvatten onder andere:  Het opstellen van een jaarlijkse toetskalender.

21



 De registratie van de vorderingen van de leerlingen door o.a. het opzetten en bijhouden van het leerlingvolgsysteem.  De controle van de handelingplanning. Voldoen deze aan de gestelde eisen?  Het bevorderen van de deskundigheid van de groepsleerkrachten.  Het onderhouden van externe contacten met hulpverlenende instanties, zoals SBD, RIAGG, CDM, psychologen, speciaal basisonderwijs, enzovoort.  Het leiden en voorbereiden van leerlingbesprekingen en zorgvergaderingen  Het optreden als contactpersoon bij vertrouwelijke kwesties  Het regelmatig overleggen met directie, MT en RT En zo zijn er nog tal van andere werkzaamheden, variërend van informatieve ondersteuning aan leerkrachten en ouders tot en met hulp aan zorgleerlingen. 5.5

Remedial teachers

Een remedial teacher is een leerkracht die extra hulp kan bieden bij de begeleiding van zorgleerlingen. Deze leerkrachten hebben door ervaring en/ of extra opleiding gerichte kennis van bepaalde leerproblemen. Kinderen komen soms met een leerachterstand op school. Andere kinderen lopen vanwege allerlei omstandigheden een leerachterstand op. Deze leerachterstanden worden geconstateerd d.m.v. de periodieke CITO toetsen en de toetsen van de diverse methodes. Soms is het hierbij nodig dat er extra individuele aandacht is voor een leerling. Hierbij kan de leerkracht een deel van het werk door de remedial teacher laten doen. Deze neemt meestal één leerling of enkele leerlingen bij zich en legt moeilijkheden (met behulp van extra hulpmateriaal) nog eens rustig uit. Het accent van remedial teaching ligt in de groepen 1 t/m 5. Dit betekent echter niet dat kinderen steeds buiten de klas individuele hulp krijgen. Extra hulp aan kinderen zal steeds vaker in de klas worden geboden aan de instructietafel of in de kleine kring door de eigen leerkracht met hulp van de remedial teacher. Ook zal er in de komende jaren steeds meer gekeken worden naar preventie van mogelijke leerproblemen. Leerlingen uit groep 6 t/m 8 komen wel in aanmerking voor extra hulp door de RT, maar het accent ligt hier op extra hulp in de klas door de leerkrachten. 5.6

De speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften

Als er door signalering / toetsen problemen worden geconstateerd, geeft de leerkracht in eerste instantie zelf extra hulp. Blijkt na evaluatie, dat het resultaat onvoldoende blijft, dan wordt door de leerkracht een plan van aanpak gemaakt. Dit plan wordt geëvalueerd in vergaderingen met collega’s. Is het gewenste resultaat onvoldoende dan kan de leerling worden aangemeld voor RT. De leerkracht maakt nu (nog) een handelingsplan (HP). Dat is een formulier waarop exact de problematiek van de leerling wordt beschreven. Daarbij wordt een nauwkeurige doelstelling

22



geformuleerd. De uitvoering van het handelingsplan kan zowel in de groep door de leerkracht als bij de remedial teaching plaatsvinden. De RT kan zijn / haar deskundigheid gebruiken om het handelingsplan nog aan te vullen. Dan gaan de leerkracht en de RT aan de slag met de leerling. De leerkracht licht nu ook de ouders in. Bij een handelingsplan wordt altijd een evaluatiedatum afgesproken. Is de begeleiding geslaagd, dan kan het kind weer (enigszins) op eigen niveau terug naar het groepsprogramma en krijgen de ouders weer een berichtje dat de extra hulp is beëindigd. In de verschillende vergaderingen worden regelmatig de "zorgkinderen" besproken. Ook (zeer) getalenteerde kinderen zijn soms “zorgleerling”. Zij hebben ook behoefte aan leerstof die beter aansluit bij hun specifieke leer – en persoonlijkheidseigenschappen. In groep 1 en 2 gebruiken we voor hen diverse ontwikkelingsmaterialen op het gebied van voorbereidend rekenen, voorbereidend taal / lezen en voor de sociaal emotionele ontwikkeling. In groep 3 t/m 8 gebruiken wij plusmaterialen op het gebied van rekenen en wiskunde. In het komende schooljaar willen we verder verdiepen op het gebied van taal en lezen. Het is belangrijk om ook hiervoor een goede doorgaande lijn op te zetten. Met een werkgroep onder leiding van de Intern Begeleiders zal hieraan in de komende jaren verder worden gewerkt. Zie ook paragraaf 5.9. 5.7 Begeleiding voor langdurig zieke leerlingen Het komt wel eens voor dat kinderen in een ziekenhuis of instelling moeten worden opgenomen. Als er sprake is van een langdurige opname krijgen de kinderen op locatie onderwijs. De Rehobothschool blijft echter verantwoordelijk voor die leerlingen. In bepaalde gevallen verzorgen wij onderwijs op afstand of voorzien wij de school locatie van lesstof en/ of informatie. De Intern Begeleiders kunnen u hierover meer vertellen. 5.8.1 Als onze reguliere leerlingenzorg onvoldoende blijkt Het kan voorkomen dat onze begeleiding en zorg niet het gewenste effect oplevert. Ieder jaar is er op school een aantal keer gelegenheid voor de leerkrachten om de SBD te consulteren. Leerkrachten en IB spreken tijdens die momenten samen met de Schoolbegeleider over specifieke leerlingen. De ouders van deze leerlingen worden hiervan altijd tevoren door de groepsleerkracht op de hoogte gesteld. De Schoolbegeleider kan overgaan tot het verrichten van een nader onderzoek. De leerling wordt dan getest en onderzocht. De resultaten hiervan worden in een rapport verwoord. Dit rapport en de aanbevelingen worden hierna besproken met de leerkracht, de IB en de ouders. In sommige gevallen zal de SBD aanbevelen om voor een leerling bijzondere maatregelen te treffen. In het kader van "Weer Samen Naar School" (WSNS) wordt er naar gestreefd om een kind zolang mogelijk op school te houden, eventueel met een specifiek eigen programma. Dit wordt tegenwoordig nog beter mogelijk gemaakt door de “Rugzak” die voor sommige kinderen beschikbaar is. Zie de volgende paragraaf.

23



Er zijn echter ook leerlingen voor wie een verwijzing naar een school voor speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs het beste is. We moeten in die gevallen altijd kijken naar het geluk van het kind. Op welke plaats komt dit kind het meest tot zijn recht? Zie hiervoor paragraaf 5.8.3 5.8.2 De Leerlinggebonden Financiering (LGF) of Rugzak. Op dit moment zijn er enkele leerlingen die in aanmerking zijn gekomen voor een Leerlinggebonden financiering (LGF). Het zogenaamde “Rugzakje”. Door middel van deze extra subsidie van de Rijksoverheid is het voor ons als basisschool mogelijk om een aantal leerlingen op school, die extra hulp te geven die zij normaal gesproken alleen in het Speciaal Onderwijs hadden kunnen krijgen. Deze LGF bestaat uit twee delen. Eén deel is een bedrag in geld dat de school beschikbaar krijgt om extra lesmaterialen aan te schaffen. Het andere deel is een aantal formatie-uren (menskracht) om een leerling extra hulp te kunnen geven door een leerkracht, RTof onderwijsassistent. Vanuit de scholen / het REC voor speciaal onderwijs wordt daarnaast ook aparte begeleiding verzorgd. Deze begeleiding wordt gegeven door Ambulant Begeleiders (AB). Dit zijn mensen die met hun specialistische kennis van het betreffende leerprobleem adviezen kunnen geven voor de begeleiding van het kind. Een leerling komt niet zomaar in aanmerking voor een LGF. Hiervoor is een speciale procedure noodzakelijk. Er moet een uitgebreid onderwijskundig rapport worden ingevuld voor een Commissie voor Indicatiestelling (C.v.I.) Deze commissie beoordeeld of de problematiek van de betreffende leerling dermate zwaar is, dat er een LGF gegeven mag worden. De ervaring leert ons dat een goede documentatie van de problematiek van enorm belang is. Hiervoor is een nauwe samenwerking van ouders en school vereist. Er zijn leerlinggebonden financieringen voor diverse leer- en gedragsproblemen. Deze zijn verdeeld in zogenaamde clusters. Voor ieder cluster is er een apart indicatieorgaan dat bepaalt of het betreffende kind in aanmerking komt voor een LGF. Er zijn clusters voor leerlingen met een verstandelijke beperking, voor leerlingen met gehoor- of gezichtsproblemen, voor leerlingen met een stoornis in het autistisch spectrum enz. Als een leerling eenmaal een LGF heeft gekregen betekent dit wij meer hulp kunnen bieden. Een LGF wordt in principe voor een bepaalde periode afgegeven. Na afloop van deze periode moet een herindicatie worden aangevraagd bij de C.v.I. Als een leerling na overleg via de school wordt onderzocht dan zijn hieraan geen kosten verbonden voor de ouders. Hiervoor ontvangen de school subsidie van het Rijk. Het onderzoek vindt dan altijd plaats via of door de SBD. Als ouders er echter toe besluiten om hun kind via een ander circuit (particulier) te laten testen of begeleiden, dan is daarvoor geen financiële tegemoetkoming beschikbaar via de school.

24



5.8.3. Verwijzing van leerlingen met specifieke behoeften Mocht na alle zorg en inspanning blijken, dat de school haar grenzen voor wat betreft de zorg heeft bereikt en het kind het meest gebaat is bij plaatsing binnen een Speciale School voor Basisonderwijs (SBO), dan wordt de volgende procedure gehanteerd: De aanmelding vindt plaats bij de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) door middel van een aanmeldingsformulier waarop de ouders hun visie op de zaak kunnen geven. De school verstrekt het bijhorend onderwijskundig rapport. Dit onderwijskundig rapport wordt eerst ter lezing en goedkeuring aan de ouders voorgelegd. De PCL beoordeelt op grond van de verstrekte informatie waar de leerling het meest op zijn plaats is en of de leerling toelaatbaar is tot de SBO. Het gaat dus uitsluitend om een verwijzing. De PCL geeft altijd een beschikking af, positief of negatief. De ouders dragen zorg voor aanmelding bij een SBO. In uitzonderlijke gevallen kan de PCL ook tot een ander advies komen, bijvoorbeeld plaatsing op een andere basisschool. De ouders ontvangen dan een negatieve beschikking aangevuld met een advies. Tegen de beslissing van de PCL kunnen de ouders bezwaar en beroep aantekenen. De Rehobothschool werkt met bijna alle basisscholen van Veenendaal en de speciale school voor basisonderwijs samen in WSNS-verband. Doel van deze samenwerking is de zorg te waarborgen voor leerlingen, die het reguliere basisonderwijs moeilijk kunnen volgen. Deze zorg wordt verwoord in het zorgplan. Dit zorgplan beschrijft alle mogelijke vormen van (extra) zorg voor leerlingen met problemen. Bent u hierin geïnteresseerd, dan ligt bij de IB dit plan ter inzage. 5.9 Doubleren / groep overslaan In overleg met de ouders komen we soms tot de conclusie dat het verstandig is om een leerling een groep te laten doubleren in plaats van verwijzing naar een school voor speciaal basisonderwijs. "Slimme kinderen” krijgen meer uitdagende leerstof aangeboden. Als blijkt dat dit niet voldoende is en er geen andere begeleidingsmogelijkheden meer zijn, kan vervroegde doorstroming naar een volgende groep een optie zijn. Uiteraard is het hierbij van groot belang om te letten op de sociaal emotionele ontwikkeling van de leerling. Doorstromen is echter niet de eerste en meest voor de hand liggende optie. Vaak kan een uitbreiding of verdieping van het lesprogramma al voldoende mogelijkheden bieden. 5.10

Cito-toets: overgang naar het voortgezet onderwijs

Aan het eind van groep 7 wordt bij de leerlingen een CITO entreetoets afgenomen. Hierdoor krijgen ouders en leerkrachten een indicatie van een leerling en kan een leerkracht in de volgende groep gericht gaan werken aan bepaalde zwakkere onderdelen. In groep 8 wordt een informatieavond georganiseerd over het vervolgonderwijs, waarna de leerkracht alle ouders op school uitnodigt. Hierna worden de ouders nogmaals op school uitgenodigd om samen met de leerkracht tot een definitieve schoolkeuze te komen. In februari volgt dan de CITO toets, waarna door de toelatingscommissie van de scholen voor Voortgezet Onderwijs beslist wordt of de aangemelde leerling wel of niet wordt toegelaten. Bij de toelating gaat het om 3 gegevens: a. Advies basisschool

25



b. Wens ouders/kind c. Uitslag CITO In januari en februari organiseren alle scholen voor voortgezet onderwijs open dagen waar de ouders en leerlingen naartoe kunnen gaan. Tijdens het laatste gesprek over de keuze voor het voortgezet onderwijs wordt aan de ouders een formulier meegegeven waarop een aantal gegevens moet worden ingevuld. De basisschool verzorgt verder de aanmelding bij het vervolgonderwijs. Bij de aanmelding van de leerlingen wordt door de leerkrachten van de groep een onderwijskundig rapport voor alle leerlingen gemaakt. In dit rapport worden beknopt de prestaties, het gedrag en de ontwikkeling van de leerling beschreven. Op die manier geven wij de scholen voor Voortgezet Onderwijs een zo goed mogelijk beeld van hun nieuwe leerlingen. Voordat deze rapporten worden verzonden, liggen zij ter inzage in de directiekamer. 5.12

Centrum voor Jeugd en Gezin

Op 29 september 2010 wordt in Veenendaal De Twyn geopend. Dat is het lokale en regionale centrum voor Jeugd en Gezin. In dit centrum worden verschillende organisaties, die zich bezighouden met kinderen en hun ontwikkeling, samengebracht. De doelstelling van De Twyn is om alle vragen die opkomen bij opvoeders en begeleiders te beantwoorden. Hiervoor hebben ze verschillende personen in dienst. Wij als school kunnen een beroep doen op een Zorg Advies Team met daarin veel verschillende organisaties. Bijvoorbeeld: De GGD, Vitras / CMD, verschillende REC’s, bureau Jeugdzorg, de politie, de leerplichtambtenaar enz. Ook u als ouder(s) / opvoeder(s) kunt alle vragen die er leven rondom de ontwikkeling van uw kind(eren) stellen bij dit Centrum voor Jeugd en Gezin. Adres: Website: 5.13

De Twyn, Verlaat 20 E, 3901 RG Veenendaal www.detwyn.nl

Jeugdgezondheidszorg

Elk kind maakt een grote lichamelijke en geestelijke ontwikkeling door. Tijdens dit groeiproces wil de afdeling Jeugdgezondheidszorg van de GGD graag samen met de leerkrachten de gezondheid, de groei en de ontwikkeling begeleiden. In groep 2 van de basisschool wordt u samen met uw kind uitgenodigd door de jeugdarts (schoolarts) en in groep 6 of 7 door de jeugdverpleegkundige. Tijdens het onderzoek bekijken zij de groei van uw kind, bespreken met u de psychosociale aspecten van de ontwikkeling en testen zo nodig het gezichtsvermogen en het gehoor. Alle kleuters van groep 2 worden daarnaast ook d.m.v. een screening onderzocht op spraak- en taalgebied door de logopedist van de GGD. (Zie ook Logopedie.) Ook als uw kind niet in groep 2 of groep 6 zit, kunt u contact opnemen met de GGD. Bijvoorbeeld als u vragen heeft over inentingen, de gezondheid of de ontwikkeling van uw kind. Kijkt u ook eens op de website: ggdmn.nl GGD Midden-Nederland Bezoekadres: De Rozenbottel Laan der Techniek 22

26



3903 AT Veenendaal 0318 - 514000 internet: www.ggdmn.nl email: [email protected] 5.14

Logopedie

Een paar keer per jaar komt er een logopedist van de GGD Midden-Nederland op school. Zij maakt, evenals de jeugdarts en -verpleegkundige, deel uit van het JGZ-team van de GGD. De logopedist ziet alle vijfjarigen voor een screening, mits ze hiervoor schriftelijke toestemming heeft gekregen van de ouders. In de overige groepen worden er controles uitgevoerd. Aandachtspunten zijn de spraak- / taalontwikkeling, het mondgedrag, de stem en het gehoor. De resultaten worden besproken met de leerkracht en de ouders krijgen hierover bericht. Als u vragen heeft, kunt u via de school contact opnemen met de logopedist of via de GGD, tel. 0318-514000 5.15 Dyslexie Allereerst de definitie van Dyslexie: "Dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door een hardnekkig probleem met het aanleren en / of vlot toepassen van het lezen en / of spellen op woordniveau." De vaststelling van dyslexie bij kinderen is geen eenvoudige zaak. Voor er door onze Schoolbegeleidingsdienst een dyslexieonderzoek wordt gedaan, moet eerst voldaan zijn aan twee voorwaarden: 1. De leerling moet eerst minimaal een half jaar intensieve lees en of spellingsbegeleiding gehad hebben waardoor wordt aangetoond dat de problematiek hardnekkig is. In de frequentie van 1 ½ uur per week waarvan ongeveer 2/3 deel buiten de groep, dus middels RT. 2. De school moet allerlei gegevens verzamelen en opnemen in een zogenaamd DyslexieVolgDocument . (DVD) Als naar aanleiding van stap 1 en 2 en na onderzoek door de SBD de diagnose dyslexie is gesteld, kan een dyslexieverklaring worden gegeven. Hieraan zijn voor de ouders geen kosten verbonden. Ook wordt hierna besproken hoe de leerling het beste begeleid kan worden. Met een dyslexieverklaring krijgt een leerling in het Voortgezet Onderwijs meer tijd bij toetsen en examens. Ook zijn er mogelijkheden voor ondersteuning zoals gesproken en vergrootte versies van toetsen en examens beschikbaar voor leerlingen met een dyslexieverklaring. Als ouders besluiten om hun kind buiten de school via een bureau of instelling te laten onderzoeken dan zijn de kosten hiervan voor rekening van de ouders. Alleen diagnostiek en behandeling van ernstig dyslectische kinderen kan in bepaalde gevallen vergoed worden door de zorgverzekeraar. De school kan deze kosten niet vergoeden.

27


Hoofdstuk 6. 6.1


Buitenschoolse activiteiten

Schoolreisje

Elk jaar gaan in mei / juni de groepen 3 t/m 7 op schoolreisje of is er een activiteiten - of bosdag. Groep 2 gaat in de laatste schoolweken ook een keer op reis. Deze groepen maken een uitstapje aangepast aan hun niveau. Groep 1 heeft in die periode een gezellig kleuterfeest met gezamenlijk eten op school. Groep 8 gaat eind van het cursusjaar 3 dagen met schoolkamp als een soort afsluiting van de basisschoolperiode. Zie voor data de jaarkalender. 6.2

Verkeersexamen

In groep 7 wordt een "Verkeersexamen" afgenomen. Dit bestaat uit een theoretisch en een praktisch deel beide in de maand april. Hierbij wordt altijd de hulp van ouders ingeschakeld. Het is verstandig om het praktisch verkeersexamen samen met uw kind(eren) voor te bereiden. Meer informatie ontvangt u van de groepsleerkrachten van groep 7. 6.3

Koninginnedag

Jaarlijks vieren we met de kinderen Koninginnedag. (Met de kleuters vieren we dit eerder in de speeltuin.) We gaan op Koninginnedag 's morgens met de kinderen van groep 3 t/m 7 naar de Markt om de aubade luister bij te zetten. Na de aubade krijgen de leerlingen vrij. Groep 8 heeft die morgen spelactiviteiten rond de school. Hiervoor wordt ook jaarlijks vooraf een brief met meer informatie meegegeven. 6.4

Sportactiviteiten

In de loop van het jaar doen we mee aan een aantal sportactiviteiten zoals • het scholenvoetbaltoernooi van Stichting Oranjedag • de jaarlijkse sportdag van de Sportstichting met daaraan verbonden de diverse demonstratiesporten zoals bijv. tennis en skaten • het korfbaltoernooi van SKF, mits voldoende animo • het schaaktoernooi van de V.S.V • de Avondvierdaagse voor groep 3 t/m 8 • de Ochtendvierdaagse voor groep 1 en 2 • het tafeltennistoernooi van de SKF

Bij sommige toernooien is er vooraf gelegenheid om te oefenen. U ontvangt altijd vooraf meer informatie. De data vindt u terug op de jaarkalender.

28


6.5


Excursies

Een aantal excursies komen jaarlijks terug, b.v. slootexcursie, bibliotheek en in groep 8 een bezoek aan de C.S.V. en het Ichthus. Ook vinden er soms excursies plaats naar o.a. een kasteel, een kerkorgel, de molen, een boerderij, de kinderboerderij, de markt, het bos of de schaapskooi. U wordt hier altijd tijdig van op de hoogte gesteld door de leerkrachten.

6.6

Project “Van Luchtkasteel tot Dassenburcht”

In 2008 is onze school een overeenkomst aangegaan met landgoed Prattenburg. Het landgoed ligt in de gemeente Rhenen, maar ligt qua afstand eigenlijk dichter bij Veenendaal. Vanwege de grootte van onze school, hebben we via de boswachter van het landgoed in overleg met de familie Asch van Wijk (de eigenaars van het landgoed) besloten dat de groepen 1, 3, 5 en 7 aan dit project meedoen. Dat betekent dat alle kinderen vier keer in hun schoolloopbaan een bezoek brengen aan het landgoed. De lessen vormen een onderdeel van het natuuronderwijs dat op onze school gegeven wordt. Daarnaast vormen de lessen ook een onderdeel van het vakgebied Wereldoriëntatie. De lessen vormen een doorlopende lijn door de basisschool heen en sluiten op elkaar aan. Een landgoed is voor veel kinderen iets onbekends. Door te laten zien wat er reilt en zeilt, wie er wonen en wat er allemaal groeit en leeft, stimuleren we respect en betrokkenheid. Dat heeft een positief effect op hoe kinderen met de natuur op het landgoed omgaan. Wij steunen dit project door jaarlijks een bedrag over te maken. Hiermee levert onze school een bijdrage aan de bekostiging van de landelijke programmaorganisatie.

29


Hoofdstuk 7. 7.1


De Leerkrachten

Vervanging van leerkrachten bij ziekte of afwezigheid

Bij ziekte van een leerkracht doen we veel moeite om een goede oplossing te vinden. Steeds is het streven om zoveel mogelijk continuïteit en structuur voor de kinderen te waarborgen. In de afgelopen schooljaren is het helaas een enkele keer voorgekomen dat een groep een dagdeel geen les kreeg. Hiervan wordt u altijd persoonlijk door de school op de hoogte gesteld. “Een klas naar huis sturen” is voor ons de laatste optie in een protocol vervanging zieke leerkrachten. Er wordt altijd eerst zorgvuldig gekeken naar ieder andere mogelijke oplossing. 7.2

Stagiaires PABO

Van de Chr. Hogeschool Ede en De Driestar in Gouda komen jaarlijks studenten stage lopen. Zij zijn dan enkele weken in een groep om het onderwijs te leren kennen en te leren geven. Studenten uit het 4e jaar moeten de zogenaamde Leraar In Opleidingstage (afgekort: LIO) op een school volbrengen. Zij hebben de opdracht zelfstandig een aantal maanden een groep te “draaien”. De eindverantwoording blijft bij de eigen leerkracht, maar de student geeft alle lessen. Bij een LIO-stage is er altijd sprake van een kennismakingsmoment met de ouders zodat u weet welke juf of meester uw kind een aantal dagen van de week gedurende enkele maanden onder zijn of haar hoede heeft. In de selectie van deze LIO-studenten zijn wij zeer kritisch. Vanzelfsprekend verwachten wij van deze “collega’s” dat ze zich volledig aanpassen aan de Rehobothschool. 7.3

Scholing van leerkrachten

Voor leerkrachten is scholing voortdurend nodig en daarom hebben we soms een studiedag of -middag, maar ook volgen leerkrachten na schooltijd of ’s avonds nascholing. Als team maken we gebruik van het aanbod van de organisatie van WSNS in Veenendaal. Er is een aantal collega’s dat jaarlijks een herhalingscursus bedrijfshulpverlening (BHV) volgt. Ook de komende jaren gaan we ons als team steeds verder verdiepen in zelfstandig werken. Hierbij gaat het vooral om het leren omgaan met verschillen tussen kinderen. Het onderwijs in de klas zal zich steeds meer moeten gaan richten op het verbeteren van de leerhouding van kinderen. Binnen de school zullen steeds meer eenduidige afspraken komen over het onderwijskundig handelen en de pedagogische benadering door de leerkrachten. Dit proces zal de komende jaren veel tijd en inspanning van ons vragen. U wordt hiervan op de hoogte gehouden.

30


Hoofdstuk 8. 8.1


De ouders

Betrokkenheid ouders

Een goed contact tussen school en thuis is heel belangrijk. Niet voor niets is het hebben van veel contact één van de uitgangspunten van onze school. Wij informeren u over alle belangrijke gebeurtenissen op school, over algemene schoolzaken, maar ook over het wel en wee van uw kind. We stellen het op prijs als u ons van belangrijke gebeurtenissen thuis op de hoogte houdt. Een goede samenwerking tussen school en thuis bevordert het welbevinden van uw kind. 8.2 Gebedskring van ouders Wij zijn erg blij met alle hulp van ouders in de school, maar het is ook bijzonder fijn om te merken, dat ouders voor onze school, ons bestuur, onze leerlingen en ons team bidden. Dat gebeurt naast de vele persoonlijke gebeden ook in gebedskringen, die voor iedereen toegankelijk zijn. Zie voor data en andere informatie de nieuwsbrieven of neem contact op met de directeur. 8.3

Informatievoorziening

Aan het begin van elk schooljaar is er een informatieavond voor alle ouders in de nieuwe groep van hun kind. De leerkrachten houden een korte inleiding over de gang van zaken in de groep, nemen de leergebieden door en u krijgt gelegenheid vragen te stellen. Deze avond mag u eigenlijk niet missen! In november en maart zijn er twee contactavonden waarop de ouders met de leerkracht van hun kind kunnen spreken. In juni is er voor de groepen 3 t/m 6 één contactavond. De groepen 7 hebben in juni twee contactavonden om de entreetoets met de ouders te bespreken. Als de uitslag van de Cito-toets bekend is volgen er afrondende spreekavonden over de definitieve schoolkeuze. Daarnaast is het altijd mogelijk even de school binnen te lopen en iets aan een leerkracht te vragen of een afspraak te maken. Daarnaast wordt u maandelijks d.m.v. een nieuwsbrief op de hoogte gesteld van belangrijke informatie. Maar kijkt u ook eens op onze website voor actuele informatie en foto’s van allerlei gebeurtenissen in en rond de school. Het adres: www.shsveenendaal/rehobothschool 8.4

Huisbezoek

Vanaf dit schooljaar gaan de leerkrachten een keer per twee jaar op huisbezoek. Iedere leerkracht bezoekt de helft van de klas en de leerlingen die zorg nodig hebben. Dit huisbezoek is bedoeld voor contact tussen leerkracht en ouders. Het is niet de bedoeling dat de kinderen er het hele gesprek bij aanwezig zijn. Het zou prettig zijn om bijvoorbeeld na 15 minuten met uw kind erbij het gesprek voort te zetten zonder kind(eren). De leerkracht kan dan gemakkelijker spreken of vragen stellen over uw kind.

31


8.5


Inspraak

Op school is een medezeggenschapsraad waarin personeel en ouders kunnen mee denken, mee praten en mee beslissen over de ontwikkelingen binnen de school. De MR bestaat uit 4 personeelsleden en 4 ouders. Van ouders die zich verkiesbaar willen stellen voor de MR wordt verwacht dat zij de grondslag en doelstelling van de school onderschrijven. Samen met directie en bestuur is de MR verantwoordelijk voor het werken aan goed onderwijs in een veilige omgeving. Het bestuur van de school is wettelijk verplicht om instemming en/of advies aan de MR te vragen over allerlei zaken die met de school te maken hebben. Enkele voorbeelden:  Adviesrecht: vakantierooster, meerjarig beleidsplan, vaststellen of wijzigen begroting, benoemingsbeleid.  Instemmingsrecht: anti-pestbeleid, vaststellen schoolgids, schoolreglement, zorgplan, inzet van ouders in de school, besteding ouderbijdrage, regels m.b.t. veiligheid en gezondheid. De MR kan ook zelf altijd ongevraagd advies geven aan het bestuur en de directie. Naast de MR is er ook een GMR (gemeenschappelijke medezeggenschapraad) voor de 4 Hervormde scholen. Hierin is de MR vertegenwoordigd met 1 personeelslid en 1 ouder. De GMR bespreekt vooral zaken die voor alle Hervormde scholen gelden. De MR zal u in de nieuwsbrief of schoolkrant regelmatig informeren over zaken die besproken zijn. Voor zaken die u bezighouden en waarvan u graag zou zien dat ze door de MR worden besproken, kunt u contact opnemen met één van de MR leden. De MR stelt uw inbreng en betrokkenheid zeer op prijs! De MR is via email bereikbaar. Op onze site staat onder de button “Nieuws” een link naar het emailadres van de MR. Namen en adressen van de leden van de MR vindt u in de jaarlijkse uitgave van de schoolgids. De directie is adviserend aanwezig bij (een deel van) de vergadering van de MR. 8.6

Ouderparticipatie / Ouderraad

Op school worden allerlei activiteiten georganiseerd waarbij ouders ons heel goed kunnen helpen. Deze activiteiten kunnen zelfs niet plaatsvinden zonder goede, gewaardeerde ouderhulp. Ouders kunnen helpen bij o.a.  sportactiviteiten  excursies  festiviteiten  groeps- en duolezen  hoofdluisbestrijding  projecten  brigadieren

32



Ieder schooljaar wordt door de ouderraad een brief verzonden waarin ouders voor allerlei activiteiten in het schooljaar worden gevraagd. In iedere groep is een klassenouder die fungeert als communicatiepersoon tussen de ouderraad en de ouders van de groep en tussen de leerkracht en de ouders van de groep. De ouderraad heeft taken en bevoegdheden die zijn vastgelegd in een reglement. Dit reglement en het toezicht erop ligt bij de MR. De ouderraad bestaat uit vier ouders. Alle vier vertegenwoordigen zij een bouw. De namen en adressen van de leden van de ouderraad staan in de jaarlijkse bijlage. 8.7

Tussenschoolse opvang: Overblijven op school

Voor de leerlingen die veraf wonen en voor leerlingen die tussen de schooltijden opvang nodig hebben, is er gelegenheid tussen de middag op school over te blijven. Bij goed weer gaan de leerlingen na het eten naar buiten. Zij moeten dan wel op het schoolplein blijven. Bij slecht weer mogen de kinderen binnen blijven. In de onderbouw wordt het overblijven verzorgd door enkele ouders. In de bovenbouw zijn enkele leerkrachten hiervoor verantwoordelijk. Zij vertellen de kinderen hoe en waar zij de tijd doorbrengen tot de school weer begint. Alle kleuters gaan om 13.00 uur naar hun eigen klas. Hier zijn de groepsleerkrachten dan aanwezig om hen op te vangen. De kosten voor het overblijven zijn:  Voor leerlingen die veraf wonen (globaal buiten de cirkel van de Rondweg) kost het overblijven € 1,00 per leerling per keer.  Voor alle andere kinderen kost het overblijven: €1,75 per leerling per keer.  Overblijfkaarten zijn te verkrijgen in de directiekamer.  Er is ook een abonnement om het overblijven voor een bepaalde periode te regelen (voor één of meerdere kinderen). U kunt hiervoor een formulier afhalen bij de administratie op het hoofdgebouw of bij meester De Gier. Een abonnement is makkelijker en geeft in sommige gevallen een korting. 8.8

Brigadieren

Twintig minuten voor en na schooltijd kunnen de kinderen veilig oversteken o.l.v. een ouder met 2 leerlingen uit groep 8 die de "Endliche Arm" bedienen. Dit gebeurt bij de oversteekplaats op de Prins Bernhardlaan. Verder zijn er voor de veiligheid van de leerlingen rond de school kindveilige looproutes uitgezet die aangegeven worden d.m.v. smile-tegels. Kinderen worden zo naar oversteekpunten geleid die het meest veilig en overzichtelijk zijn. 8.9

Klachtenprocedure

Als ouders klachten hebben is de eerst aangewezen persoon de leerkracht. Meestal is in een gesprek veel op te lossen. Lukt dit niet tot tevredenheid, dan kunnen ouders het

33



probleem met de bouwcoördinator bespreken. Als er dan nog geen bevredigende oplossing is gevonden, kunnen ouders contact opnemen met de directeur. Mocht zelfs dit niet tot een goede oplossing leiden dan kunt u zich wenden tot het schoolbestuur, in dit geval een van de schoolcommissieleden van de school. Zijn het klachten van sexuele aard, dan kan contact opgenomen worden met de contactpersoon van de Rehobothschool, met dhr. L. van Vliet, de intern begeleider. Deze zal na kennis genomen te hebben van de klacht, adviseren om eventueel met de vertrouwenspersoon van de vier Hervormde scholen te gaan praten. Deze vertrouwenspersoon is de schakel naar de in Veenendaal bestaande klachtencommissie voor alle protestants-christelijke scholen voor basis- en voortgezet onderwijs. De vertrouwenspersoon voor de vier hervormde scholen is:  Mevr. Drs. A. de Man-van Kooten (arts), Otterlaan 25, 3903 CW Veenendaal, tel. 515057. 8.10

Ouderbijdragen

Van ouders wordt een ouderbijdrage gevraagd voor extra activiteiten van de kinderen, bijvoorbeeld Sinterklaas- en Kerstfeest, extra handenarbeidmaterialen en sportactiviteiten. Door de overheid wordt de nadruk gelegd op het vrijwillige karakter van deze bijdrage. Met ieder nieuw gezin wordt op het kennismakingsgesprek over deze ouderbijdrage gesproken. Het bedrag dat gevraagd wordt, behoort tot de laagste ouderbijdragen in vergelijking met de meeste andere scholen in deze regio. Wij spreken daarom niet van een verplichting, maar van een morele verplichting….! De schoolleiding beheert en int deze bijdrage. Een keer per jaar wordt er verantwoording gegeven van de uitgaven. Deze verantwoording is ter inzage in de directiekamer. Bovendien wordt de besteding van het geld éénmaal per jaar gecontroleerd door twee ouders van de MR. Het door het bestuur vastgestelde bedrag bedraagt € 42,50 per kind per jaar. Hieruit worden alle kosten gedurende het cursusjaar betaald! Wel is het mogelijk dit bedrag in twee termijnen te betalen. U ontvangt hiervoor aan het begin van het schooljaar een machtigingsformulier. Als een leerling voor tussentijds de school verlaat is er de mogelijkheid om het betaalde schoolgeld teruggestort te krijgen. Neemt u hiervoor contact op met de directie. Het bestuur heeft, met instemming van de MR, besloten dat het niet toegestaan is om extra financiële middelen door middel van sponsoring te verkrijgen. Dit om belangenverstrengeling te voorkomen. 8.11

Schoolverzekering

Door het schoolbestuur is een collectieve ongevallenverzekering afgesloten. Deze geldt van 1 uur voor schooltijd tot 1 uur na schooltijd en tijdens schoolreisjes, kampen en excursies. Op school kunt u informeren welke kosten vergoed worden en hoe groot bepaalde uitkeringen zijn. Kosten zoals bijvoorbeeld gebroken brillen en kapotte fietsen worden niet door deze verzekering vergoed, tenzij per ongeluk veroorzaakt door teamleden van de school.

34


8.12


Voor- en naschoolse opvang

Deze tekst is aangeleverd door Kwink: "Sinds 1 augustus 2007 zijn basisscholen door de Wet Dagarrangementen verplicht om buitenschoolse opvang aan te bieden tussen 7.30 uur ’s ochtends en 18.30 uur ‘s avonds, zowel op reguliere schooldagen (voor- en naschoolse opvang), als op dagen dat de basisschool gesloten is, zoals dat het geval is bij verlofdagen en tijdens schoolvakanties. Het schoolbestuur van de SHS, waar de Rehobothschool deel van uitmaakt, heeft sinds 1 augustus 2007 jl. ervoor gekozen om deze opvang onder te brengen bij Kwink Kinderopvang BV. Daartoe zijn met Kwink duidelijke afspraken gemaakt, die onder andere betrekking hebben op :  De kwaliteit van de opvang  Het pedagogisch kader  De wettelijk gestelde eisen  Speelruimte voor de kinderen, zowel binnen als buiten  De veiligheid van de kinderen  De hygiëne op de opvanglocatie  Inspraakmogelijkheden voor ouders Al deze afspraken zijn schriftelijk vastgelegd en zullen regelmatig worden geëvalueerd. Daarnaast is de samenwerking uitgebreid met St. de Vaart, Vrijwilligers Netwerk Veenendaal en sportservice Veenendaal. Door deze samenwerking zijn we in staat een uitgebreid en gevarieerd aanbod aan te bieden voor de kinderen. Voor meer informatie zie nieuwsbrieven Kwink actief op www.kwink.nl. Wat betekent dit praktisch voor u als ouder?  u schrijft uw kind in bij Kwink via de website www.kwink.nl of via een inschrijfformulier dat u telefonisch kunt opvragen (0318-518036) U kunt kiezen voor opvang tijdens schoolweken, eventueel aangevuld met vakantieopvang, of voor alléén vakantieopvang.  vervolgens doet Kwink u uiterlijk drie maanden voor de gewenste startdatum een plaatsingsaanbod.  indien de gewenste dagen en/of locatie niet lukt, overlegt Kwink met u over alternatieven.  Kwink biedt u ter ondertekening een plaatsingsovereenkomst aan (u heeft na ondertekening een opzegtermijn van twee maanden)  de belastingdienst vergoedt in veel gevallen een aanzienlijk deel van de kosten via de kinderopvangtoeslag. Of u hiervoor in aanmerking komt en hoe hoog de bijdrage is, kunt u nalezen op www.toeslagen.nl. Voor meer informatie kunt u ook bellen met de afdeling Plaatsingen van Kwink. Uitgebreide informatie over de naschoolse opvang (én dagopvang cq. peuterspeelzalen voor jongere broertjes of zusjes tot 4 jaar) van Kwink kunt u nalezen op www.kwink.nl. U kunt ook telefonisch een informatiepakketje aanvragen. Wellicht gaat uw voorkeur uit naar gastouderopvang, ook daarvoor kunt u zich bij Kwink inschrijven

35



Wilt u eerst eens een indruk krijgen hoe het er bij de naschoolse opvang aan toe gaat? U bent van harte welkom om met uw kind een kijkje te nemen op de locaties van Kwink. Wij verzoeken u dan wel vooraf een afspraak te maken. Voor adressen en telefoonnummers van de locaties zie www.kwink.nl of bel 0318 – 518036 " Vanzelfsprekend bent u als ouders vrij om zelf een andere keuze te maken. Wij voldoen hiermee slechts aan de wettelijke verplichting om u de keuze voor NSO aan te bieden. Op het hoofdgebouw is een “taxihalte” gemaakt. Deze vindt u onder het afdak bij de uitgang van groep 2 aan de Koninginnelaan. Op deze plaats verzamelen alle kinderen voor het vervoer naar de NSO.

36


Hoofdstuk 9.


De ontwikkeling van het onderwijs in de school

Een school is steeds in ontwikkeling. Binnen de Rehobothschool streven we naar een "lerende organisatie" waarbinnen de leerlingen van de leerkrachten leren (soms ook andersom!) en leerkrachten ook van elkaar leren. Hierbij krijgen enkele onderdelen speciale aandacht. 9.1

Sfeer binnen de school

Alleen als er binnen de school een goede sfeer heerst waarbij leerlingen en leerkrachten zich thuis voelen, kunnen leerlingen en leerkrachten naar hun vermogen presteren. Voor een goede sfeer zijn schoolregels nodig en maken we afspraken met de kinderen. Regelmatig komen afspraken en schoolregels binnen het team ter sprake. Hierbij blijkt dat het steeds weer nodig is om op veranderingen in te spelen. Deze regels zijn gericht op het omgaan met elkaar. We werken ook met maandregels. Met deze regels willen wij de kinderen stimuleren gewenst gedrag te vertonen. De regels zijn met name gericht op het gedrag in en rond de school en de netheid binnen de school. Er zijn er vier: 1. 2. 3. 4.

Houd het veilig, loop met je fiets op het plein. Houd het netjes, ruim je spullen op. Houd de toiletten schoon en netjes. Loop rustig in de gang.

Iedere maand staat een andere regel centraal. Samen met de ouders kunnen we ervoor zorgen dat de regels worden nageleefd. 9.2 De kwaliteitsonderzoeken In februari 2010 is er een kwaliteitsonderzoek gedaan onder leerlingen, leerkrachten en ouders. Dit is gedaan door het afnemen van een enquête. De uitkomsten van dit onderzoek worden samengevat in een aantal rapporten. Deze rapporten worden door de schoolleiding in overleg met de MR en het schoolbestuur samengevat in een plan van aanpak. Dit plan van aanpak wordt besproken in het team, binnen de MR en binnen de bestuursvergaderingen. Als u geïnteresseerd bent in dit plan van aanpak kunt u contact opnemen met de directeur. De kwaliteitsonderzoeken worden op deze schaal iedere vier jaar gedaan.

37


Hoofdstuk 10. 10.1


De resultaten

Verwijzing Voortgezet Onderwijs

De overheid vraagt van de school om resultaten te publiceren in de schoolgids. Nu is het best moeilijk om resultaten van leerlingen in cijfers uit te drukken, omdat cijfers op zich nog niet zoveel zeggen. Het bestuur heeft ervoor gekozen om via de uitstroom van de leerlingen van groep 8 naar het voortgezet onderwijs ouders hierover te informeren. Hier volgt een overzicht in percentages van deze uitstroom van de laatste jaren: VMBO VMBO TL/ BL / KL TL HAVO 2000

31%

2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010

32% 23% 16% 23% 11% 16,5% 10,5% 20 % 14,% 5%

HAVO / VWO 3 kolommen samen 69% 20% 13% 35% 18% 26% 33% 20% 26% 38% 27% 20% 30% 21 % 28 % 40 % 10,5% 23% 50% 9,5% 26% 54% 18 % 21 % 41 % 20 % 34 % 32 % 25% 20% 50%

Deze gegevens worden jaarlijks besproken met de leerkrachten van de bovenbouw. Daarnaast worden de uitkomsten van de CITO eindtoets jaar na jaar vergeleken. Hiervan wordt ook een zogenaamde trendanalyse gemaakt. Aan de hand van de analyse van de CITO eindtoets kunnen we eventuele lacunes in de leerstof traceren en bijstellen. Alle leerlingen die worden verwezen naar het Voortgezet Onderwijs (V.O.) worden gedurende hun eerste jaar op het V.O. gevolgd. Hun ontwikkeling en resultaten worden besproken tijdens het jaarlijkse contactmoment van onze school met de docenten van de diverse scholen voor V.O. 10.2

Tussentijdse opbrengsten

Op verschillende momenten in een schooljaar worden toetsen afgenomen. Dit zijn toetsen van de methodes, maar ook zogenaamde LVS –toetsen. LVS staat voor Leerling Volg Systeem. Zoals het woord zegt een manier om de cognitieve ontwikkeling te volgen. Op het gebied van Technisch Lezen, Begrijpend Lezen, Spelling en Rekenen / Wiskunde worden twee keer in een schooljaar toetsen afgenomen. De resultaten van deze toetsen worden gebruikt om het onderwijs te verbeteren. Een leerling die uitvalt op een onderdeel krijgt daarvoor hulp. De uitslagen worden daarnaast ook besproken met IB en in bouwvergaderingen. Hierdoor kunnen we het onderwijs volgen en een analyse maken van de ontwikkeling ervan. Bijvoorbeeld door lesonderdelen voor alle kinderen te herhalen of in een volgend schooljaar op een andere manier aan te bieden. 38


Hoofdstuk 11. 11.1


Algemene zaken op alfabet

Dagelijks bestuur van de hervormde scholen

Het dagelijks bestuur van de Stichting tot oprichting en instandhouding van de Hervormde scholen voor basisonderwijs te Veenendaal bestaat uit vier personen. Namen en adressen vindt u in de jaarlijkse bijlage bij de schoolgids. (De namen van de schoolcommissieleden van de Rehobothschool staan ook vermeld op pagina 4.) 11.2

Drinken of "tussendoortje" op school.

De meeste ouders geven hun kind zelf wat te eten en te drinken mee voor in de pauze. Wilt u a.u.b. geen snoep, chips en andere ongezonde dingen meegeven? Een appel, een liga of iets dergelijks is veel gezonder. Wilt u bekers, tupperwarebakjes enzovoort duidelijk van de naam van uw kind voorzien? Er worden heel vaak bekers en bakjes gevonden zonder dat we de eigenaar kunnen traceren. 11.3

Op de fiets naar school?

Wij streven ernaar zo weinig mogelijk leerlingen op de fiets naar school te laten komen. De fietsenhokken en delen van het schoolplein raken snel overvol! Fietsen kunnen ook snel beschadigd raken door de verschillende maten van fietsen, mountainbikes en crossfietsen, die naast elkaar staan. School is hiervoor niet verzekerd en ook niet aansprakelijk. Schade is voor eigen rekening indien de "dader" onbekend is. Oproep aan de ouders: Wilt u zelf met uw kind(-eren) bekijken of het nodig is dat ze op de fiets naar school toe komen? In de eerste weken na de zomervakantie ontvangt u jaarlijks een brief met daarop de "fietsgrens". Kinderen die binnen deze grens wonen, komen lopend naar school. Op de schoolpleinen is het niet toegestaan om te fietsen. Wilt u de fietssleutel aan een sleutelhanger met naamvermelding bevestigen. Iedere dag is er wel een leerling die in tranen naar zijn of haar sleutel zoekt. Een duidelijke sleutelhanger voorkomt veel verdriet. U kunt altijd even informeren of de sleutels zijn gevonden. Meestal worden gevonden sleutels gebracht in de directiekamers van het HGB en de Dependance. Ook skates, stepjes, waveboards en skeelers zijn de laatste jaren steeds populairder geworden. Op het schoolplein levert dit speelgoed echter gevaar op. Rondslingerende skates, waveboards en stepjes zijn in de gang en in de klas vaak struikelobjecten. Vandaar dat het niet is toegestaan om met dit speelgoed naar school te komen.

39


11.4


Hoofdluis

De leerlingen van de Rehobothschool worden na iedere schoolvakantie gecontroleerd op de aanwezigheid van hoofdluis! Zie hiervoor ook de jaarplanning. Bij het aantreffen van hoofdluis wordt door de school contact met u opgenomen over de te nemen stappen. Om de bestrijding van de hoofdluis zo efficiënt mogelijk te organiseren is er een werkgroep “Hoofdluiscontrole” in het leven geroepen. Contactpersoon op school is dhr. A.W. Hofland. 11.5

Inspectie:

De Rehobothschool wordt regelmatig bezocht door de Inspectie voor het Onderwijs. De resultaten en uitkomsten van deze bezoeken worden gepubliceerd op de site van de onderwijsinspectie. Adresgegevens: Inspectie voor het Onderwijs Bezoekadres: Kantoor Utrecht Park Voorn 4 3544 AC Utrecht. Postadres: Postbus 2730 3500 GS Utrecht Telefoonnummer: 030 – 6690600 Internet: www.onderwijsinspectie.nl 11.6

Jarig: trakteren op school

Kinderen die jarig zijn mogen trakteren op school. De traktatie is bij voorkeur gezond, maar iets anders is wel toegestaan. De jarigen mogen ook rondgaan bij de leerkrachten van school. De leerlingen van de groepen 1 en 2 trakteren alleen bij de leerkrachten van groep 1 en 2. De leerlingen van de groepen 3 t/m 8 trakteren alleen bij leerkrachten van hun eigen bouw. Dit in verband met de verschillende pauzemomenten. 11.7

Kleding en gymkleding

Wilt u a.u.b. zoveel mogelijk de gymkleding, gymschoenen en laarzen van de naam van uw kind(eren) voorzien. De voorraad gevonden kledingstukken, gymspullen en dergelijke wordt steeds groter! Vooral op de kleuterafdeling geven kledingstukken in de wintertijd extra problemen. Daar komt bij dat veel kleuters niet weten wat hun eigendom is. Wilt u er voor zorgen dat wanten, mutsen en dassen herkenbaar zijn voor de kinderen en leerkrachten?  Het is niet toegestaan dat leerlingen binnen de school hoeden, petten, hoofddoekjes en/of mp3, mp4 etc. spelers o.i.d. dragen.

40



 Ook willen we een beroep doen op ouders om hun kinderen, juist wanneer het buiten warm is, fatsoenlijk gekleed naar school te laten komen. Let u zelf op de kleding van uw kind? 11.7.1 Gymkleding Op de kleuterafdeling willen we graag dat de kleuters met de gymlessen eenvoudige schoenen dragen. Balletschoenen zijn hiervoor heel erg geschikt. Deze gymschoenen met elastiek of klittenband kunnen de kinderen zelfstandig aan- en uittrekken. De schoenen mogen worden meegegeven in een tasje voorzien van naam. We bewaren deze spullen in de klas, zodat we ze altijd bij de hand hebben. Ook in groep 3 t/m 8 zijn er voorschriften voor de gymkleding. Wij stellen het op prijs als de jongens bij gymnastiek een korte broek dragen. Voor de meisjes is een kort broekje + Tshirtje of een gympak heel geschikt. Verder is het verplicht dat alle leerlingen gymschoenen dragen, dit ter voorkoming van voetwratten. De gymschoenen mogen vanzelfsprekend niet op straat gedragen worden. 11.8

Kleurplaten op de kleuterafdeling

Wanneer ouders / verzorgers jarig zijn of er is een bijzonder huwelijksjubileum te vieren, dan mogen de kleuters een kleurplaat maken. Let u op, deze afspraken kunnen per klas verschillend zijn. Vraagt u er gerust naar bij de groepsleerkrachten. 11.9

Plattegronden van de gebouwen van de Rehobothschool

In de jaarlijkse bijlage van de schoolgids treft u de plattegronden van het hoofdgebouw en de dependances aan. De nummers in de lokalen komen overeen met het groepsnummer van de klas van uw kind(-eren). 11.10 Pleinwacht Een kwartier voor schooltijd en tijdens de pauzes is er pleinwacht door een leerkracht. Op het hoofdgebouw zullen we de hekken ’s middags om 13.00 uur openen. Dit ook in verband met de veiligheid van de overblijfkinderen. 11.11 Schaken op school Voor leerlingen in de bovenbouw is er de mogelijkheid om op een aantal vrijdagmiddagen op school te schaken onder begeleiding van meester L. van Vliet. Schaken is een sportief spel. Het bevordert logisch en creatief denken, het maken van keuzes (wat is de beste zet?) en het bedenken en uitvoeren van een plan om de partij te winnen. Kinderen leren ook om te gaan met winst en verlies. Naast een stukje echte schaakles, waarbij telkens nieuwe aspecten aan de orde komen, is er natuurlijk ook gelegenheid om regelmatig onderlinge partijen te spelen in een competitie.

41



11.12 Schoolfotograaf Eén keer per jaar komt de schoolfotograaf op school. Het ene jaar wordt er een serie portretfoto's gemaakt met een klassenfoto. Het andere jaar wordt er alleen een klassenfoto gemaakt. U kunt de foto’s en eventuele nabestellingen betalen met de bij de foto’s gevoegde acceptgiro. 11.13 Schoolmelk Sinds enkele jaren is er op de Rehobothschool geen schoolmelk meer. Door teruglopende aantallen heeft Campina besloten dat het niet meer rendabel was om de schoolmelkvoorziening voor onze school in stand te houden. 11.14 Schoolpsalmen In de jaarlijkse bijlage van de schoolgids vindt u het rooster van de schoolpsalmen. Iedere week wordt er in de groepen 3 t / m 8 een psalm aangeleerd. De groepen 3, 4 en 5 leren de psalm van de onderbouw; de groepen 6, 7 en 8 leren de psalm voor de bovenbouw. Bij de groepen 5, 6, 7 en 8 wordt de psalm overhoord. De groepen 1 en 2 leren op school de psalmen die met een * zijn aangegeven. Na een vakantie is er een herhalingspsalm, die niet wordt overhoord. In de akkoordverklaring die u als ouders heeft ondertekend staat dat er wordt verwacht dat de kinderen deze psalm (thuis) leren. Wij rekenen dan ook op uw medewerking. 11.15 Schooltijden Vijf minuten voor aanvang van de schooltijd gaat de eerste bel. De kinderen mogen vanaf dat moment naar binnen. Om 08.30 uur gaat de tweede bel. Van iedereen wordt verwacht op dat moment op school te zijn. De schooltijden zijn:  's morgens van: 08.30-11.45 uur  's middags van: 13.15-15.30 uur  op woensdagmorgen tot 12.15 uur, op woensdagmiddag is er geen les.  op vrijdagmiddag zijn de groepen 1 t/m 4 vrij. kleuters beginnen ongeveer vijf minuten over half negen. De kleuters hebben dus een inlooptijd van 10 minuten. In groep 1 mogen de ouders met de kinderen mee naar binnen. In de groepen 2 wordt er na de herfstvakantie in de gang afscheid genomen. Ouders gaan dan niet meer mee de klas in. Bij alle overige groepen (3 t/m 8) geldt dat ouders normaal gesproken niet met de kinderen mee de school ingaan. Door de leerkrachten wordt het als bijzonder storend ervaren als ouders na het beginnen en voor het uitgaan van de school op het plein met elkaar praten of zelfs zwaaien naar de kinderen in de klas. Dit veroorzaakt bij sommige kinderen onnodig veel onrust. Wij verzoeken u dan ook om dat niet te doen. We verzoeken u met klem, met het oog op de veiligheid van uw kind(eren) om rekening te houden met de tijden waarop er pleinwacht is. ’s Morgens vanaf 08.15 uur en ’s middags vanaf 13.00 uur.

42



11.16 Sparen Zegels / bonnen: alle soorten zegels en bonnen zijn op school welkom! De Ouderraad zal de zegels uitzoeken en bij de desbetreffende winkels en benzinepompen enz. inleveren. De school en menig goed doel varen er wel bij. De kinderen kunnen de zegels op school bij de groepsleerkrachten inleveren. Postzegels zijn welkom voor de zending! Wij zorgen dat ze bij Woord en Daad terechtkomen, want daar zijn uw postzegels geld waard. Iedere keer opnieuw zijn de mensen van Woord en Daad sprakeloos als er zoveel postzegels worden afgeleverd van onze school. Hiermee wordt jaarlijks een groot bedrag aan geld ingezameld. Zie ook de site van Woord en Daad: www.woordendaad.nl. 11.17 Speelgoedmiddagen op de kleuterafdeling Kleuters vinden het leuk speelgoed mee naar school te nemen om aan de juf en de kinderen te laten zien en om mee te spelen. Iedere laatste donderdagmiddag van de maand mogen alle kleuters hun eigen speelgoed meenemen. Er mogen geen zwaarden / geweren enz. en geen skeelers meegenomen worden, maar ook geen speelgoed waar andere kinderen beslist niet aan mogen komen. Ook speelgoed dat ”agressie” oproept, zoals vuurspuwende draken, dagen de kinderen niet uit tot spelen maar tot vechten. Dit speelgoed is niet welkom! 11.18 Spreekuur De deuren van de school staan altijd voor u open. Als u ergens over wilt spreken is het wel verstandig om een van tevoren even een afspraak te maken. Dan kan er een rustig moment worden uitgezocht om samen te spreken. U begrijpt dat de leerkrachten, zodra de kinderen binnenkomen, al hun aandacht aan hen moeten kunnen besteden. Zijn er zorgen, vragen of problemen praat u dan eerst met de groepsleerkracht. Komt u er samen niet uit, dan kunt u een afspraak maken met de bouwcoördinator. Hij of zij stelt hiervan zonodig de directie op de hoogte. In voorkomende gevallen kan er een gesprek met de IB of directie volgen. Iedere laatste donderdag van de maand is er gelegenheid om met de directeur te spreken over zaken die niet dringend zijn, maar wel besproken moeten worden. Voor dit spreekuur kunt u zich, tot een dag van tevoren, opgeven. Dat kan mondeling, telefonisch of via een email. 11.19 T-shirt Voor de leerlingen van de Rehobothschool zijn donkerblauwe T-shirts met opdruk Rehobothschool en het logo te koop. Deze prachtige shirts zijn bij diverse schoolactiviteiten te dragen. Er is een voorraad in verschillende maten op school aanwezig. Normaal gesproken worden de T-shirts vlak voor de Avondvierdaagse verkocht door onze administratief medewerkster.

43



11.20 Het Vakantierooster Het vakantierooster vindt u in de jaarlijkse bijlage bij de schoolgids. Aangezien de onderbouw volgens de onderwijswet ruim 100 lesuren minder heeft dan de bovenbouw, heeft de onderbouw enkele dagen extra vakantie. De extra vrije dagen van de groepen 1 t/m 4 zijn meestal een halve of een hele dag voor of na een vakantie, maar ook andere dagen kunnen hiervoor worden uitgekozen. Let u daarom goed op het jaarrooster! 11.21 Woord en Daad Iedere vrijdagmorgen of laatste schooldag van de week wordt er geld opgehaald voor de stichting “Woord en Daad”. Via deze stichting hebben wij negen kinderen geadopteerd. Hun namen worden jaarlijks vermeld in de bijlage bij de schoolgids. U begrijpt dat de kosten van levensonderhoud een flink bedrag per jaar bedragen. In totaal (ongeveer € 2500,--). Wij hopen dat u voor deze negen kinderen iedere vrijdagmorgen geld wilt meegeven. Op die manier kunnen wij er samen voor zorgen dat deze kinderen naar school kunnen gaan en van goede kleding en voedsel worden voorzien. 11.22

Zending

Iedere maandagmorgen of eerste schooldag van de nieuwe week wordt er geld opgehaald voor de Zending. Wij willen deze goede gewoonte blijven voortzetten. Wij hopen echter dat u uw kind(eren) zendingsgeld wilt meegeven zodat we ook dit werk kunnen blijven ondersteunen. Met dit zendingsgeld steunen we mensen die zich inzetten voor onze naasten ver weg. Zij besteden hun leven in dienst van de Here God. Zij werken in ziekenhuizen, in scholen en in kerkelijke gemeenten in Azië, Afrika of Zuid Amerika. Vaak onder moeilijke omstandigheden in landen die geteisterd worden door armoede, oorlog en natuurgeweld. 11.23

Ziekte / Verlofverzoeken

Wilt u bij ziekte van uw kind uw kind ziekmelden op school? Dit kan telefonisch. De telefoonnummers staan op bladzijde 3 van deze schoolgids. Een ziekmelding kunt u doen tussen 08.00 uur en 08.30 uur. Wij stellen de leerkrachten daarvan op de hoogte. Als wij uw kind missen na 09.15 uur nemen wij contact met u op. Verlofverzoeken: Leerlingen vanaf 5 jaar zijn leerplichtig. Dat betekent, dat alleen bij hele bijzondere gelegenheden vrijaf gegeven mag worden! U kunt hiervoor een formulier afhalen in de directiekamer aan de Koninginnelaan of in de directiekamer van de dependance. Denkt u eraan dat u dit ruim (ongeveer 4 weken) van tevoren doet? Wij hebben enige tijd nodig om uw verlofverzoek intern te verwerken. Buiten de schoolvakantie met vakantie gaan is niet toegestaan. We spreken dan van ongeoorloofd schoolverzuim. Dit ongeoorloofd verzuim moet door de school worden gemeld aan de leerplichtambtenaar die een onderzoek zal instellen. Dit kan leiden tot een proces verbaal.

44



Er zijn enkele uitzonderingen waarvoor toch verlof is toegestaan. Denkt u hierbij aan een bruiloft waarvoor u bent uitgenodigd als daggast of een huwelijksjubileum in gezin of familie. Voor de exacte regels verwijzen we naar de bijlage bij de schoolgids. Hier vindt u de verloffolder van de gemeente Veenendaal en een verlofformulier. 11.24 Zwemmen De leerlingen van groep 5 gaan één keer in de week zwemmen in het "Valleibad" te Veenendaal. Voor de onkosten van de lessen en het vervoer per bus wordt door de gemeente Veenendaal aan de ouders een bijdrage in de kosten gevraagd per kind per cursusjaar. De gemeente stuurt hiervoor in de maand november een acceptgirokaart. De leerlingen zijn verplicht deze lessen te volgen. Wanneer een leerling niet kan of mag zwemmen, moet hij / zij altijd een briefje meenemen voor de groepsleerkracht.

45

Hoofdstuk 4 Wat leren de kinderen allemaal op de Rehoboth?

Recommend Documents