Stadsenquête Leiden 2009
Hoofdstuk 37. Cultuurparticipatie Samenvatting Culturele voorstellingen en voorzieningen Acht op de tien Leidenaren heeft in de afgelopen 12 maanden één of meerdere culturele voorstellingen of voorzieningen bezocht. De bioscoop is veruit het meest populair, bijna zes op de tien is in het afgelopen jaar naar de film geweest, op afstand gevolgd door toneelvoorstellingen, cabaret en kleinkunst, pop- en wereldmuziek, musicals, klassieke concerten en festivals. Voor het merendeel van de voorstellingen en voorzieningen geldt dat het bezoek vergelijkbaar of licht gestegen is ten opzichte van 2002 en 2005. Jongeren, hoger opgeleiden en de hoogste inkomensklasse bezoeken relatief vaker een culturele voorstelling. Jongeren gaan relatief vaker naar de film, musical of houseparty, terwijl 50-plussers vaker een opera of operette bezoeken. De gemiddelde Leidenaar gaat negen keer per jaar naar een culturele voorstelling, waarvan bijna zes keer in Leiden. De bioscoop kent niet alleen de grootste groep bezoekers maar wordt tevens het meest frequent bezocht. De bioscoop, uitvoeringen van een koor en literaire bijeenkomsten worden relatief vaak in Leiden bezocht, musicals, opera’s en concerten van klassieke muziek vaak buiten Leiden. Culturele plekken Ruim zes op de tien Leidenaren heeft het afgelopen jaar een museum bezocht, bijna vier op de tien bezocht bezienswaardige gebouwen/dorpen, een kwart een galerie of atelier en 5% een (gemeente-) archief. Tweederde van deze bezoeken vindt plaats in Leiden, eenderde erbuiten. Vergeleken met voorgaande jaren is te zien dat het bezoek aan bezienswaardige gebouwen, na een uitschieter in 2005, weer terug is op het niveau van 2002. Culturele instellingen. Voor twaalf culturele instellingen is ingegaan op de bekendheid en het bezoek in de afgelopen 12 maanden. De Leidse Schouwburg, de Lakenhal, het Molenmuseum, het LAK-Theater en de Pieterskerk (als locatie voor concerten) zijn het best bekend: ruim negen op de tien Leidenaren kent deze culturele instellingen. De Schouwburg wordt met 36% bezoekers het meest bezocht, gevolgd door de Lakenhal (33%) en de Pieterskerk (als locatie voor concerten) (29%). Hoger opgeleiden en Leidenaren uit de hogere inkomensklassen bezoeken relatief vaker één of meerdere van de culturele instellingen. Beoordeling aanbod concerten en voorstellingen Het aanbod aan concerten en voorstellingen is op een drietal aspecten beoordeeld. De kwaliteit van de concerten/voorstellingen en variatie van het aanbod scoort gemiddeld een 7,2 en de hoeveelheid zalen een 7,0. Circa een kwart van de Leidenaren geeft aan nog iets te missen in het aanbod aan concerten en voorstellingen. Zij noemen onder andere meer en grotere locaties/voorstellingen voor uitgaan/dansen, concerten, film, grotere podia en grotere evenementen/festivals. Nobel-locatie Eind 2008 heeft de gemeenteraad besloten dat er een nieuw muziekcentrum komt op de Nobel-locatie. Dit muziekcentrum wordt de opvolger van, onder andere, het LVC. Circa zeven op de tien Leidenaren is (na een korte toelichting) bekend met deze locatie en 18% van de
1
Stadsenquête Leiden 2009
Leidenaren weet van de plannen van de gemeente om hier een nieuw muziekcentrum te realiseren. Van alle Leidenaren is ruim de helft positief over de bouw van een nieuw muziekcentrum en 3% staat hier negatief tegenover. Het overige deel is neutraal. Als positieve punten van het nieuwe muziekcentrum worden genoemd dat het een groter, breder en nieuw aanbod aan muziek en cultuur mogelijk maakt, muziek en cultuur belangrijk zijn en dat meer muziek en cultuur gezellig en leuk is. De Leidenaren die negatief zijn denken veelal dat er al voldoende is of zijn het niet eens met de locatie. Festivals Van de twaalf onderscheiden Leidse festivals zijn de Leidse Jazzweek, Werfpop en het Rapenburgconcert het best bekend: ruim acht op de tien Leidenaren kent deze. Het Rapenburgconcert is het best bezocht, een kwart van de Leidenaren is hier het afgelopen jaar geweest, gevolgd door de Leidse Jazzweek waar 21% van Leidenaren is geweest. Lager opgeleiden en 65-plussers bezoeken relatief minder vaak een cultureel festival. De verschillende festivals kennen hun eigen doelgroep. Cultuur in de wijk Naast de grotere Leidse voorstellingen, tentoonstellingen en festivals worden er ook in de wijken zelf op kleinere schaal vergelijkbare activiteiten georganiseerd. Twee op de tien Leidenaren kan een of meerdere van deze wijkgerichte activiteiten noemen die ze in het afgelopen jaar zelf hebben bezocht. Zij noemen het vaakst wijk-/buurtfeesten (4%) en Koninginnedag (2%). Van de inwoners die een of meerdere wijkgerichte activiteiten hebben bezocht, geeft ruim de helft aan deze activiteiten ook te bezoeken als ze in het Centrum zouden worden georganiseerd. Culturele activiteit Vergelijkbaar met eerdere jaren, beoefent ruim vier op de tien Leidenaren zelf een culturele activiteit. Muziek maken (instrument bespelen of zingen), fotografie/film en teken/schilderen zijn het meest populair. Vergeleken met voorgaande jaren lijkt de interesse in fotografie/film wat toegenomen. Voor de overige activiteiten zijn de resultaten veelal vergelijkbaar of liggen ze iets lager. Jongeren tot 35 jaar en middelbaar/hoger opgeleiden beoefen relatief vaker zelf een culturele activiteit, 50-plussers en lager opgeleiden relatief het minst vaak. Van alle Leidenaren is 17% aangesloten bij een instelling of vereniging, meestal in Leiden. Culturele activiteiten die niet vaak in een instelling of bij een vereniging worden gedaan, zijn verhalen/ gedichten schrijven, fotograferen/film en website ontwerpen. Zingen, dans en toneel worden juist wel vaak georganiseerd gedaan.
2
Stadsenquête Leiden 2009
Vragenlijst Culturele voorzieningen 1. In de bijlage van uw brief staat een aantal soorten voorstellingen. Kunt u aangeven welke u in de afgelopen 12 maanden heeft bezocht en hoe vaak? Dit kan zowel binnen als buiten Leiden zijn. Het buitenland telt echter niet mee. Allereerst vraag ik u het totaal aantal bezoeken, vervolgens hoeveel van deze bezoeken in Leiden waren. Hoeveel Waarvan keer? in Leiden: …… …… Ja 1.toneelvoorstelling Nee …… …… Ja 2.cabaret of kleinkunst Nee …… …… Ja 3.concert klassieke muziek Nee …… …… Ja 4.opera of operette Nee …… …… Ja 5.uitvoering van een koor Nee …… …… Ja 6.concert harmonie, fanfare, brassband Nee …… …… Ja 7.concert pop-/ wereldmuziek Nee …… …… Ja 8.jazz-/bluesconcert Nee …… …… Ja 10.dance-/houseparty Nee …… …… Ja 11.musical Nee …… …… Ja 12.ballet-/dansvoorstelling Nee …… …… Ja 13.film in bioscoop of filmhuis Nee …… …… Ja 14.literaire bijeenkomst Nee …… …… Ja 15.lezing over kunst/ kunstgeschiedenis Nee …… …… Ja 16.festival (muziek, theater, kunst, poëzie Nee 20. Geen van deze
2.
Ik noem u nu verschillende culturele plekken. Bent u hier in de afgelopen 12 maanden geweest en zo ja, hoe vaak? Het gaat hier weer in eerste instantie om het totaal aantal keren in Nederland, en vervolgens hoe vaak daarvan in Leiden. Bezocht in afg. 12 mnd totaal wv in aantal keer Leiden a. museum (zowel bezoeken aan vaste collecties als ja …. …. nee aan speciale tentoonstellingen b. galerie of atelier ( een plaats waar men kunst ja …. …. nee voorwerpen kan bekijken en kopen) c. archief (bijvoorbeeld voor stamboomonderzoek of ja …. …. nee streekgeschiedenis) d. bezienswaardige gebouwen (zoals kastelen, ja …. …. kerken, monumenten), dorpen of stadsdelen nee
3
Stadsenquête Leiden 2009
3.
Nu volgt een aantal Leidse instellingen. Kunt u aangeven of u ze van naam kent en zo ja of u deze instelling in de afgelopen 12 maanden ook bezocht heeft? Onbekend Bekend en Bekend, bezocht niet bezocht a. Scheltemacomplex (als locatie voor tentoonstellin gen, voorstellingen en debatten)* b. LVC
c. Leidse Schouwburg
d. Molenmuseum “de Valk”
e. LAK-Theater
f. Stedelijk museum de Lakenhal
g. ‘De Pieterskerk’ als locatie voor concerten
h. Theater Imperium
i. De Q-bus (concertzaal van het Muziekhuis)
j. BplusC (Bibliotheek plus Centrum voor kunst en cultuur)**
k. ‘De Waag’ als locatie voor concerten
l. Kunstcentrum Haagweg 4
toelichtingen voor enquêteur: *bij Scheltemacomplex gaat het om cultuur, niet om bezoek restaurant, of voor feesten en partijen ** samenvoeging van de bibliotheek, muziekschool, het Leidse Volkshuis en de Volksuniversiteit K&O. 4.
Kunt u het aanbod aan concerten en voorstellingen beoordelen met een rapportcijfer op de volgende drie aspecten? a. De hoeveelheid zalen in Leiden voor concerten en voorstellingen __ b. De kwaliteit van de concerten en voorstellingen __ c. De variatie van het aanbod aan concerten en voorstellingen __ Allesoverziend, mist u hierbij nog iets in Leiden? _________________________________
Nobellocatie (n=600) 5. Eind 2008 heeft de gemeenteraad besloten dat er een nieuw muziekcentrum komt op de Nobel-locatie. Dit muziekcentrum wordt de opvolger van o.a. het LVC. Kent u de Nobel-locatie van naam? [enquêteur: e let op uitspraak: klemtoon op 1 lettergreep: Nobel] ja nee De Nobel-locatie is het voormalig pand van de dekenfabriek van de gebroeders de Nobel in de Marktsteeg. De Nobel-locatie ligt tussen het Scheltemacomplex en de Lakenhal, en tegenover de Leidse Schouwburg. Kent u het nu? ja nee vraag 7 6.
Wist u dat er plannen zijn om op deze locatie een nieuw muziekcentrum te realiseren? ja nee
7.
Staat u positief, neutraal of negatief tegenover dit plan van een nieuw muziekcentrum? positief } neutraal } Waarom? _______________________________________ negatief }
8.
Heeft u tips voor bijvoorbeeld de organisatie of programmering van dit muziekcentrum? __________________________________________________________________
4
Stadsenquête Leiden 2009
Culturele festivals 9.
Nu noemen we een aantal Leidse culturele festivals. Kunt u aangeven of u ze van naam kent? Heeft u deze in de afgelopen 12 maanden ook bezocht? Bekend en bezocht
Bekend, niet bezocht
Onbekend
a. Het Werfpop festival
b. Het Tam Tam festival
c. Kunst in de Wijk
d. Leids Filmfestival
e. Het Gouden Pet festival
f. Het Rapenburgconcert
g. De Openlucht Poeziemanifestatie
h. De Kunstroute
i. De Leidse Draaiorgeldag
j. Leidse Jazzweek
k. Grenzenloos festival
l. Popronde
Cultuur in de wijk 10. Naast de grotere Leidse voorstellingen, tentoonstellingen en festivals, worden er ook in de wijken zelf op kleinere schaal dit vergelijkbare activiteiten georganiseerd. Kunt u voorbeelden in uw woonomgeving noemen van wijkgerichte voorstellingen, tentoonstellingen of festivals die u in de afgelopen 12 maanden heeft bezocht? ja Welke? ______________, ______________, ___________________ Als deze activiteiten in het Centrum zouden worden georganiseerd, zou u dan ook komen?
ja nee
nee Kunstzinnige activiteiten 11. In de bijlage staat een aantal kunstzinnige activiteiten. Kunt u aangeven welke van deze activiteiten u in de afgelopen 12 maanden in uw vrije tijd heeft beoefend, hoe vaak en of dit in georganiseerd verband of op individuele basis is? a) tekenen, schilderen, grafisch werk b) beeldhouwen, boetseren, pottenbakken, sieraden maken c) werken met textiel (textiele werkvormen), wandkleden maken, weven d) zingen e) muziekinstrument bespelen f) toneelspelen g) dansen h) fotografie/film/video (geen vakantie- of familiekiekjes/ familie filmpjes) i) verhalen/ gedichten schrijven j) muziek maken op de computer k) websites ontwerpen l) overig, nl: __________ Activiteit: totaal aantal keer in afg. 12 georganiseerd of individueel maanden* nr1. ___ _____ georganiseerd/individueel/beide nr2. ___ _____ georganiseerd/individueel/beide * een cursus van 10 dagdelen geldt voor 10 keer als bij vraag 11 deelname aan georganiseerde activiteit: 12. Was u in de afgelopen 12 maanden voor één of meer van deze activiteiten ingeschreven bij een culturele instelling (muziekschool, centrum voor kunst en cultuur, e.d.), of lid van een vereniging of gezelschap? Was dit in Leiden of daarbuiten? ja, in ja, buiten nee Leiden Leiden a. bij instelling voor kunstzinnige vorming (muziekschool, balletschool, toneelschool, creativiteitscentrum, e.d. ) b. als lid van een vereniging, club, gezelschap c. geen van deze instellingen XXX XXX
5
Stadsenquête Leiden 2009
Uitkomsten In dit hoofdstuk wordt nader ingegaan op de bekendheid en het gebruik van de diverse culturele voorzieningen, instellingen, plekken en festivals. Daarnaast wordt gekeken naar de mate waarin de Leidenaren zelf culturele activiteiten ondernemen. De vraagstelling is hierbij grotendeels gebaseerd op de landelijke standaardvragenlijst Richtlijn Cultuur Onderzoek (RCO). Verder is dit jaar ook gekeken naar de bekendheid van de Nobel-locatie waar een nieuw muziekcentrum gebouwd zal worden en de houding van de Leidenaren ten opzichte van de bouw hiervan.
37.1 Culturele voorstellingen en voorzieningen Acht op de tien Leidenaren heeft in de afgelopen 12 maanden één of meer culturele voorstellingen of voorzieningen bezocht. De bioscoop is veruit het meest populair. Bijna zes op de tien is in het afgelopen jaar naar de film geweest. Voor het merendeel van de voorstellingen en voorzieningen geldt dat het bezoek vergelijkbaar of licht gestegen is ten opzichte van de uitkomsten uit de Stadsenquêtes van 2002 en 2005. Grafiek 37.1a: Bezoek culturele voorstellingen en voorzieningen (% bezocht in afgelopen 12 maanden) 77% 76% 79%
Totaal participatie 60% 54% 58%
Film in bioscoop of filmhuis 23% 26% 27%
Toneelvoorstelling Cabaret of kleinkunst Concert pop- /wereldmuziek Musical Concert klassieke muziek
18% 22% 24% 22% 21% 21% 17% 15% 21% 16% 18% 20%
Festival Uitvoering van een koor Ballet- /dansvoorstelling Jazz- /bluesconcert Opera of operette Lezing over kunst/ kunstgeschiedenis Dance- /houseparty Concert harmonie, fanfare, brassband Literaire bijeenkomst
19% 11% 9% 13% 9% 8% 9% 7% 6% 9% 5% 4% 6% 4% 3% 5% 5% 5% 4% 5% 4% 4% 3% 3% 4%
2002 2005 2009
6
Stadsenquête Leiden 2009
Bezoekfrequentie en verdeling aantal bezoeken binnen en buiten Leiden Acht op de tien Leidenaren heeft in de afgelopen 12 maanden in of buiten Leiden een culturele voorstelling bezocht. Gemiddeld bezoeken deze bezoekers van culturele voorstellingen 11,5 voorstellingen per jaar, dit betekent dat de gemiddelde Leidenaar het afgelopen jaar 9 keer een culturele voorstelling heeft bezocht. Daarnaast is in de tabel een verdeling gemaakt van het aandeel van alle bezoeken dat binnen en buiten Leiden plaatsvindt. Hiermee kan tevens het aantal bezoeken door Leidenaren in en buiten Leiden bepaald worden. De bioscoop kent hierbij niet alleen de grootste groep bezoekers maar wordt tevens het meest frequent bezocht. De bioscoop, uitvoeringen van een koor en literaire bijeenkomsten worden relatief vaak in Leiden bezocht, musicals, opera’s en concerten van klassieke muziek vaak buiten Leiden. Tabel 37.1b: Bezoek culturele voorstellingen, frequentie bezoek en verdeling bezoek binnen en buiten Leiden totaal bezoek (in en buiten Leiden) frequentie min. 1x cult bezoek frequentie voorstelling p.j. door bezoek per bezocht Leidenaar bezoekers (A) (A*B) (B)
verdeling aantal bezoeken in en buiten Leiden
in Leiden
buiten Leiden
totaal
Totaal
79%
11,5x
9x
63%
37%
100%
Film in bioscoop of filmhuis
58%
6x
3,2x
81%
19%
100%
Toneelvoorstelling
27%
4x
1,1x
64%
36%
100%
Cabaret of kleinkunst
24%
3x
0,7x
70%
30%
100%
Concert pop- /wereldmuziek
21%
4x
0,8x
45%
55%
100%
Musical
21%
2x
0,4x
18%
82%
100%
Concert klassieke muziek
20%
4x
0,9x
38%
62%
100%
Festival
19%
3x
0,5x
68%
32%
100%
Uitvoering van een koor
13%
2x
0,3x
77%
23%
100%
Ballet- /dansvoorstelling
9%
3x
0,3x
50%
50%
100%
Jazz- /bluesconcert
9%
3x
0,2x
59%
41%
100%
Opera of operette
6%
2x
0,1x
31%
69%
100%
Lezing over kunst/ kunstgeschiedenis
5%
6x
0,3x
67%
33%
100%
Dance- /houseparty
4%
6x
0,3x
68%
32%
100%
Concert harmonie, fanfare, brassband
4%
3x
0,1x
59%
41%
100%
Literaire bijeenkomst 4% 3x 0,1x 75% 25% 100% * voor de minder bezochte voorstellingen is het perc. bezoek in Leiden en de gemiddelde bezoekfrequentie, iets indicatiever # niet gevraagd
7
Stadsenquête Leiden 2009
Bezoek naar doelgroep Onderstaande tabel gaat nader in op het bezoek aan culturele voorstellingen per doelgroep. Te zien is dat jongeren, hoger opgeleiden en Leidenaren uit de hoogste inkomensklasse relatief vaker een culturele voorstelling bezochten. Daarnaast zijn er verschillen in voorkeur. Zo gingen jongeren bijvoorbeeld relatief vaker naar de film, musical of houseparty, terwijl 50+ plussers vaker een opera of operette bezochten.
Vrouw
Man
> 3.200
2.150- 3.200
1.450- 2.150
< 1.450
Hoger
Middel baar
Lager
65+
50-64
35-49
25-34
18-24
Totaal
Tabel 37.1c: Bezoek culturele voorstellingen naar leeftijd, opleiding, huishoudinkomen en sekse (* < 1%)
Totaal participatie (min. 1 voorstelling bezocht)
79% 96% 88% 84% 76% 56% 59% 80% 86% 65% 68% 80% 89% 78% 80%
Film in bioscoop of filmhuis Toneelvoorstelling Cabaret of kleinkunst Concert pop- /wereldmuziek Musical Concert klassieke muziek Festival Uitvoering van een koor Ballet- /dansvoorstelling Jazz- /bluesconcert Opera of operette Lezing over kunst/ kunstgeschiedenis Dance- /houseparty Concert harmonie, fanfare, brassband Literaire bijeenkomst
58% 27% 24% 21% 21% 20% 19% 13% 9% 9% 6% 5% 4% 4% 4%
81% 24% 19% 18% 41% 10% 17% 4% 7% 9% 2% 2% 27% 5% *
71% 27% 23% 28% 25% 19% 28% 12% 5% 8% 2% 2% 9% 1% 4%
68% 30% 29% 30% 18% 18% 24% 10% 9% 10% 4% 5% 3% 4% 3%
51% 29% 23% 17% 22% 26% 16% 19% 13% 11% 8% 6% 1% 4% 5%
27% 19% 15% 3% 15% 17% 6% 12% 6% 3% 12% 8% * 5% 7%
35% 16% 11% 15% 17% 9% 10% 7% 4% 6% 6% 3% 7% 2% 1%
53% 19% 24% 22% 26% 17% 19% 10% 7% 7% 3% 2% 7% 6% 3%
70% 36% 29% 24% 20% 26% 23% 17% 13% 11% 8% 7% 2% 4% 6%
50% 19% 13% 15% 15% 11% 15% 8% 5% 6% 3% 3% 8% 3% 2%
42% 18% 17% 16% 18% 12% 13% 6% 5% 8% 3% 3% 5% 7% 4%
53% 26% 21% 22% 26% 20% 19% 15% 9% 11% 5% 5% 4% 2% 5%
37.2 Cultureel erfgoed Ook voor vier culturele plekken is ingegaan op het bezoek: musea, bezienswaardige gebouwen/ stadsdelen, galerieën en archieven. Zeven op de tien Leidenaren heeft het afgelopen jaar één of meerdere van deze plekken bezocht. Musea worden het vaakst bezocht, archieven het minst vaak. Vergeleken met voorgaande jaren is te zien dat het bezoek aan bezienswaardige gebouwen, na de uitschieter in 2005, weer terug is op het niveau van 2002. Grafiek 37.2a: Bezoek cultureel erfgoed (% bezocht in afgelopen 12 maanden) 71% 73% 71%
Totaal participatie
62% 61% 63%
Museum
36%
Bezienswaardig gebouw/stadsdeel
46% 37% 24% 26% 25%
Galerie/atelier
Archief
2002 2005 2009
5% 5% 5%
8
72% 35% 33% 26% 20% 27% 24% 15% 12% 10% 7% 5% 3% 3% 5%
56% 24% 26% 23% 16% 19% 19% 12% 8% 11% 4% 5% 5% 4% 3%
60% 31% 22% 20% 26% 21% 20% 14% 11% 8% 8% 5% 4% 4% 5%
Stadsenquête Leiden 2009
Bezoekfrequentie en verdeling aantal bezoeken binnen en buiten Leiden Zeven op de tien Leidenaren heeft het afgelopen jaar in of buiten Leiden een culturele plek bezocht. Gemiddeld bezoeken deze bezoekers van cultureel erfgoed 10 keer per jaar zo’n culturele plek. Dit betekent dat de gemiddelde Leidenaar de afgelopen 12 maanden 7 keer een culturele plek heeft bezocht. Daarnaast is in de tabel een verdeling gemaakt van het aandeel van alle bezoeken dat binnen en buiten Leiden plaatsvindt. Hiermee kan tevens het aantal bezoeken door Leidenaren in en buiten Leiden bepaald worden. Van de onderscheiden vormen van cultureel erfgoed worden musea en bezienswaardige gebouwen/dorpen/stadsdelen frequenter bezocht dan galerieën en archieven. Tabel 37.2b: Bezoek cultureel erfgoed, bezoekfrequentie en verdeling bezoeken binnen en buiten Leiden verdeling aantal bezoeken in en buiten Leiden
totaal bezoek (in en buiten Leiden)
Totaal
min. 1x frequente frequentie culturele bezoek p.j. bezoek plek door per Leidebezocht bezoekers naar (A*B) (A) (B) 71% 10x 7x
buiten Leiden
in Leiden
totaal
68%
31%
100%
Museum
63%
5x
3x
69%
31%
100%
Bezienswaardige gebouwen, dorpen, stadsdelen
37%
6x
2,5x
67%
33%
100%
Galerie/atelier
25%
4x
1x
67%
33%
100%
Archief (voor stamboomonderzoek of streekgesch.)
5%
3x
0,15x
70%
30%
100%
Bezoek naar doelgroep Hoger opgeleiden, Leidenaren uit de hoogste inkomensklasse en 25-64 jarigen bezoeken relatief vaker één of meerdere van de onderzochte culturele plekken.
Vrouw
Man
> 3.200
2.150- 3.200
1.450- 2.150
< 1.450
Hoger
Middel baar
Lager
65+
50-64
35-49
25-34
18-24
Totaal
Tabel 37.2c: Bezoek cultureel erfgoed naar leeftijd, opleiding, huishoudinkomen en sekse
Totaal participatie (min. 1 culturele plek bezocht) Bezoek per culturele plek: Museum Bezienswaardige gebouwen, dorpen, stadsd.
71% 64% 73% 73% 74% 63% 45% 66% 85% 57% 59% 73% 83% 70% 73% 63% 49% 58% 68% 67% 53% 36% 57% 77% 42% 53% 63% 75% 59% 67% 37% 27% 41% 36% 40% 35% 21% 33% 46% 29% 31% 40% 42% 35% 40%
Galerie/atelier
25% 21% 19% 24% 31% 26% 13% 20% 33% 26% 13% 29% 29% 24% 27%
Archief
5%
4%
1%
9
4%
8%
7%
4%
5%
5%
5%
6%
6%
4%
6%
4%
Stadsenquête Leiden 2009
37.3 Culturele instellingen/plekken Leiden kent een grote diversiteit aan culturele instellingen. Van de voorgelegde instellingen zijn de Leidse Schouwburg, de Lakenhal, het Molenmuseum de Valk, het LAK-theater en de Pieterskerk het best bekend. De twee eerstgenoemde instellingen worden ook het meest bezocht. Vergeleken met voorgaande jaren lijkt het bezoek aan de Lakenhal, het LAK-theater en het Molenmuseum (wat) toegenomen. Het lagere bezoekpercentage voor de Pieterskerk hangt samen met de toevoeging ‘als locatie voor concerten’. In 2005 werd alleen naar de Pieterskerk gevraagd. Het relatief lage bezoekpercentage van BplusC hangt waarschijnlijk samen met het feit dat de naamsbekendheid nog moet groeien. Voor niet iedere respondent zal duidelijk geweest zijn dat hiermee bijvoorbeeld bibliotheek en muziekschool bedoeld worden. Tabel 37.3a: Bekendheid en bezoek twaalf culturele instellingen/plekken Bekendheid
Bezoek
2002
2005
2009
2002
2005
2009
Leidse Schouwburg
#
98%
97%
34%
39%
36%
Stedelijk museum de Lakenhal
#
92%
95%
24%
25%
33%
Molenmuseum de Valk
#
91%
94%
#
11%
15%
LAK-Theater
#
91%
93%
#
20%
26%
De Pieterskerk (als locatie voor concerten)*
#
97%
93%
#
46%
29%
De Waag (als locatie voor concerten)
#
#
78%
#
#
18%
LVC
#
81%
76%
11%
12%
11%
Scheltemacomplex
#
53%**
65%
#
23%**
24%
Kunstcentrum Haagweg 4
#
#
63%
#
#
13%
BplusC
#
#
56%
#
#
28%
Bibliotheek
#
98%
#
53%
47%
#
Theater Imperium
#
#
40%
#
#
3%
De Q-bus
#
37%
32%
#
7%
6%
* in 2005 alleen gevraagd naar de Pieterskerk; ** in 2008
Bezoek naar doelgroep Hoger opgeleiden en Leidenaren uit de hogere inkomensklassen bezoeken relatief vaker één of meerdere van de culturele instellingen, 65+plussers, lager opgeleiden en Leidenaren uit de lagere inkomensklassen minder vaak. Verder is in onderstaande tabel onder andere te zien dat Leidenaren tot 35 jaar vaker het LVC bezochten, 50-plussers gingen daarentegen vaker naar het stedelijk museum de Lakenhal en de Waag.
Totaal participatie (min. 1 cult. inst. bezocht)
Vrouw
Man
> 3.200
2.150- 3.200
1.450- 2.150
< 1.450
Hoger
Middel baar
Lager
65+
50-64
35-49
25-34
18-24
Totaal
Tabel 37.3b: Bezoek culturele instellingen/plekken naar leeftijd, opleiding, huishoudinkomen en sekse (* < 1%)
72% 77% 72% 74% 75% 59% 53% 72% 80% 57% 58% 77% 81% 69% 75%
Bezoekers per instelling Leidse Schouwburg
36% 36% 30% 36% 41% 27% 23% 37% 40% 24% 25% 37% 41% 33% 39%
Stedelijk museum de Lakenhal
33% 19% 16% 28% 44% 40% 25% 27% 39% 25% 26% 36% 33% 30% 35%
De Pieterskerk (als locatie voor concerten)
29% 17% 30% 21% 38% 33% 18% 29% 34% 23% 23% 26% 33% 27% 31%
BplusC
28% 18% 26% 36% 26% 15% 11% 23% 36% 17% 15% 31% 35% 23% 32%
LAK-Theater
26% 20% 20% 28% 29% 20% 11% 24% 32% 28% 12% 26% 32% 21% 30%
Scheltemacomplex
24% 10% 20% 26% 27% 19% 13% 17% 31% 14% 11% 32% 31% 23% 24%
De Waag (als locatie voor concerten)
18%
Molenmuseum de Valk
15% 13% 12% 16% 14% 18% 13% 14% 16% 15% 11% 18% 12% 12% 17%
Kunstcentrum Haagweg 4
13%
LVC
11% 27% 22% 13%
6%
*
10% 13% 11% 12% 11% 17%
8%
13% 10%
De Q-bus
6%
8%
9%
8%
4%
*
5%
5%
7%
7%
4%
7%
5%
6%
6%
Theater Imperium
3%
*
1%
5%
5%
*
*
1%
6%
2%
3%
2%
6%
2%
4%
9% 6%
12% 15% 22% 26% 17% 14% 21% 14% 20% 16% 18% 19% 17% 8%
10
13% 15% 15%
5%
12% 16%
9%
9%
17% 12% 11% 15%
Stadsenquête Leiden 2009
37.4 Beoordeling aanbod concerten en voorstellingen Het aanbod aan concerten en voorstellingen is op een drietal aspecten beoordeeld. Met een 7,0 wordt de hoeveelheid zalen wat lager beoordeeld dan de kwaliteit en de variatie in het aanbod. Grafiek 37.4a: Beoordeling aanbod concerten en voorstellingen op drie aspecten (excl. geen mening) Gemiddeld Kwaliteit concerten/ 4% 14% voorstellingen
40%
Variatie aanbod concerten/ 6% 15% voorstellingen
Hoeveelheid zalen 7%
38%
18%
0%
40%
3%
36%
5%
42%
25%
5 of lager
30%
50% 6
8
7,2
2%
75%
7
7,2
7,0
100% 9 of hoger
Jongeren tot 24 jaar zijn relatief minder positief over de hoeveelheid zalen, 65-plussers zijn relatief positiever over de kwaliteit en variatie van het aanbod aan concerten/voorstellingen. Mensen met een lager inkomen beoordelen alle drie de aspecten lager dan gemiddeld.
Totaal
18-24
25-34
35-49
50-64
65+
Lager
Middel baar
Hoger
< 1.450
1.450- 2.150
2.150- 3.200
> 3.200
Man
Vrouw
Tabel 37.3b: Beoordeling 3 aspecten v. aanbod concerten en voorstellingen naar leeftijd, opleiding, huishoudinkomen en sekse
Kwaliteit concerten/voorstellingen
7,2
7,1
7,2
7,2
7,3
7,4
7,3
7,2
7,3
7,0
7,3
7,0
7,3
7,1
7,3
Variatie aanbod concerten/voorstellingen
7,2
7,1
7,3
7,1
7,2
7,4
7,3
7,1
7,2
6,9
7,3
7,1
7,2
7,1
7,2
Hoeveelheid zalen
7,0
6,8
7,0
7,0
7,0
7,1
6,9
6,9
7,1
6,8
7,1
6,9
7,1
6,9
7,1
Circa een kwart van de Leidenaren geeft aan nog iets te missen in het aanbod aan concerten en voorstellingen. Hoewel de opmerkingen divers van aard zijn, hebben de meeste betrekking op het aantal en de grootte van de locaties. Tabel 37.4c: Wat wordt gemist in Leiden – Meer uitgaansgelegenheden/ dansgelegenheden/ discotheken voor diverse doelgroepen (34x) – Meer/ grotere/ betere concerten (met bekendere artiesten) (28x) – Meer/ grotere/ betere bioscopen/ filmhuizen (23x) – Grote zaal/ podium (18x) – Meer/ grotere evenementen en festivals (18x) – LAK theater moet blijven/ zal gemist worden (15x) – Meer voor kinderen/ jeugd (o.a. theater, concerten, evenementen) (15x) – Breder aanbod (algemeen) (13x) – Groter (goed) aanbod klassieke muziek (12x) – Groenoordhallen moeten blijven/ zullen gemist worden (10x) – Meer zalen/ ruimtes (9x) – Groter aanbod dans en ballet (9x) – Goede bereikbaarheid, parkeermogelijkheid concerten en evenementen (9x) – Grotere/ betere Schouwburg/ theater (8x) – Meer buitenactiviteiten (vb. buitentheater, straatfeest, openluchtconcert) (6x) – Meer (goede) musicals (5x) – Groter aanbod Jazz (4x) – Meer opera (4x) – Groter aanbod toneel (4x) – Groter aanbod voor 55+ (2x) – Groter aanbod moderne kunst (2x) – Stadsgehoorzaal terug (2x)
11
Stadsenquête Leiden 2009
37.5 Nobel-locatie Eind 2008 heeft de gemeenteraad besloten dat er een nieuw muziekcentrum komt op de Nobel-locatie. Dit muziekcentrum wordt de opvolger van, onder andere, het LVC. Circa zeven op de tien Leidenaren is bekend met deze locatie, al geldt voor de meerderheid dat dit pas na een korte toelichting is. Ouderen kennen de locatie relatief vaker. Grafiek 37.5a: Bekendheid met Nobel-locatie
18-34
13%
35-54
13%
55+
37%
50%
32%
55%
33%
54%
13% 0%
30%
48%
22%
Man
33%
53%
14%
Vrouw
29%
50%
21%
> 3.200
37%
44%
19%
< 1.750
30%
55%
15%
1.750-3.200
34%
45%
21%
Hoger
34%
47%
18%
Lager
27%
45%
27%
Middelbaar
31%
51%
17%
Totaal
25%
Bekend mee (spontaan)
50%
75%
Bekend mee (na toelichting)
100% Niet bekend mee
Een kwart van de Leidenaren die bekend zijn met de locatie geeft aan ook bekend te zijn met de plannen van de gemeente om hier een nieuw muziekcentrum te realiseren. Als ook aan de andere Leidenaren de plannen zijn uitgelegd, blijkt ruim de helft van de Leidenaren positief over de bouw van een nieuw muziekcentrum, een klein deel van de bevolking staat hier negatief tegenover. Het overige deel is neutraal. Tabel 37.5b: Beoordeling plan nieuw muziekcentrum (in % iedereen) Positief 57% Neutraal 39% Negatief 3% 100%
De Leidenaren die positief zijn noemen hiervoor als belangrijkste redenen dat het nieuwe muziekcentrum een groter, breder en nieuw aanbod aan muziek en cultuur mogelijk maakt (26%), dat muziek en cultuur belangrijk zijn (voor Leiden als stad) (20%) en dat meer muziek en cultuur gezellig en leuk is (15%). De Leidenaren die negatief zijn denken veelal dat er al voldoende is (voegt niks toe) of zijn het niet eens met de locatie (teveel in het centrum, geluidsoverlast). Als vervolgens gevraagd wordt naar verbetertips voor de organisatie of programmering van dit muziekcentrum, dan noemt men het vaakst het belang van een breed en divers aanbod. Meer specifiek noemen zij hierbij meer popconcerten/wereldmuziek en aandacht voor jongeren. Het tabellenboek geeft een uitgebreider overzicht.
12
Stadsenquête Leiden 2009
37.6 Culturele festivals Naast culturele instellingen en voorzieningen kent Leiden ook verschillende culturele festivals. Van de twaalf voorlegde festivals zijn de Leidse Jazzweek, het Rapenburgconcert en Werfpop het meest bekend. De twee eerstgenoemde festivals worden ook het best bezocht. Per saldo heeft ruim de helft van de Leidenaren in de afgelopen 12 maanden een of meerdere van de genoemde festivals bezocht. Dit is 13% hoger dan in 2005, waarvan 9% omdat dit jaar meer festivals zijn onderzocht en 4% vanwege een daadwerkelijke toename in bezoek. Vergeleken met voorgaande jaren is te zien dat de bekendheid en het bezoek van de Kunstroute, de Leidse Draaiorgeldag, Kunst in de wijk en het Rapenburgconcert lijken te zijn toegenomen. Tabel 37.6a: Bekendheid en bezoek twaalf culturele festivals Bekendheid
Bezoek
2002
2005
2009
2002
2005
2009
Totaal (min. 1 festival bekend resp. bezocht)
#
96%
98%
#
42%
55%
Totaal 8 vergelijkbare festivals Leidse Jazzweek
#
#
#
#
42%
46%
#
#
84%
#
#
21%
84%
84%
83%
20%
11%
13%
Rapenburgconcert
#
77%
82%
#
20%
24%
Leids Filmfestival
#
#
74%
#
#
10%
Kunstroute
#
41%
61%
#
10%
15%
Leidse Draaiorgeldag
#
38%
58%
#
5%
10%
Werfpop
Gouden Pet festival
46%
41%
44%
14%
11%
13%
Kunst in de Wijk
#
28%
38%
#
4%
8%
Tam Tam festival
16%
29%
29%
2%
2%
4%
Openlucht Poëziemanifestatie
#
27%
29%
#
4%
6%
Grenzenloos festival
#
#
13%
#
#
1%
Popronde
#
#
11%
#
#
1%
57%
60%
#
5%
5%
#
Leids festival van het Levenslied
Bezoek naar doelgroep Lager opgeleiden en 65-plussers bezoeken relatief minder vaak een cultureel festival, maar de verschillen zijn klein. Wel is er verschil naar soort festival dat men bezoekt. Jongeren bezoeken vaker Werfpop, 35-plussers het Gouden Pet festival en 65-plussers de Leidse Draaiorgeldag.
Vrouw
Man
> 3.200
2.150- 3.200
1.450- 2.150
< 1.450
Hoger
Middel baar
Lager
65+
50-64
35-49
25-34
18-24
Totaal
Tabel 37.6b: Bezoek twaalf culturele festivals naar leeftijd, opleiding, huishoudinkomen en sekse
Totaal participatie (min. 1 festival bezocht) 55% 59% 53% 57% 55% 47% 46% 55% 58% 53% 49% 58% 54% 51% 57% Bezoek per festival Rapenburgconcert
24% 27% 19% 21% 27% 24% 19% 26% 24% 24% 22% 20% 24% 21% 26%
Leidse Jazzweek
21% 24% 22% 22% 23% 10% 15% 22% 23% 22% 16% 24% 22% 21% 21%
Kunstroute
15% 11% 13% 14% 20% 12%
Gouden Pet festival
13%
Werfpop
13% 25% 17% 13% 11%
Leidse Draaiorgeldag
10%
Leids Filmfestival
10% 14% 16% 10% 10%
4%
5%
12% 11% 10% 12%
9%
12% 10% 10%
Kunst in de Wijk
8%
9%
5%
8%
8%
8%
5%
5%
10%
7%
8%
8%
8%
6%
9%
Openlucht Poëziemanifestatie
6%
2%
6%
5%
6%
5%
2%
5%
7%
3%
3%
7%
5%
5%
6%
Tam Tam festival
4%
5%
3%
4%
4%
2%
4%
4%
3%
4%
2%
7%
2%
3%
4%
Popronde
1%
4%
3%
2%
*
*
1%
2%
1%
1%
1%
1%
2%
1%
1%
Grenzenloos festival
1%
4%
*
1%
1%
1%
2%
*
1%
1%
1%
2%
1%
2%
*
2% 4%
1% 8%
6%
12% 21% 14%
8%
14% 19% 12% 18%
14% 17% 15% 12% 14% 12% 10% 14% 18% 11% 11% 14% 4%
9%
15% 13% 13%
10% 11% 17% 10% 10% 11%
* < 1%
13
8%
9%
13% 13% 14% 12%
13% 14%
8%
9%
11%
Stadsenquête Leiden 2009
37.7 Cultuur in de wijk Naast de grotere Leidse voorstellingen, tentoonstellingen en festivals worden er ook in de wijken zelf op kleinere schaal soms vergelijkbare activiteiten georganiseerd. Circa 7% van de Leidenaren kan één of meerdere wijkgerichte culturele activiteiten noemen die ze in het afgelopen jaar zelf hebben bezocht. Inwoners van Leiden Noord en het Roodenburgerdistrict noemen relatief vaker één of meerdere bezochte wijkgerichte activiteiten. Tabel 37.7: Noemt bezochte wijkgerichte culturele activiteiten (spontaan genoemd) Totaal participatie 7% Genoemde culturele activiteiten: Kunst in de wijk Concerten bij mensen thuis District Binnenstad Zuid 3% Concerten in de kerk/wijk/cafés Binnenstad Noord 4% Openlucht concert/open podium Leiden Noord 16% Theatergroepvoorstelling Roodenburgerdistrict 17% Tam Tam festival Bos- en Gasthuisdistrict 1% Morsdistrict 0% Merenwijkdistrict 5% Stevenshofdistrict 2%
1% 1% 1% 1% 1% 1%
Van de inwoners die aangeeft één of meerdere wijkgerichte activiteiten te hebben bezocht, geeft ruim de helft aan (54%) deze activiteit(en) ook te bezoeken indien ze in het Centrum zouden worden georganiseerd.
37.8 Culturele activiteiten Ruim vier op de tien Leidenaren (43%) beoefent zelf een culturele activiteit. Dit is vergelijkbaar met eerdere jaren. Muziek maken (instrument bespelen of zingen), fotografie/ film en tekenen/ schilderen zijn het meest populair. Vergeleken met voorgaande jaren lijkt de interesse in fotografie/ film wat toegenomen. Voor de overige activiteiten zijn de resultaten veelal vergelijkbaar of liggen ze iets lager. Grafiek 37.8a: Uitoefenen culturele activiteiten 43% 41% 43%
Totaal participatie
14% 13% 12%
Muziekinstrument bespelen Fotografie, film, video
8% 8%
Tekenen, schilderen Zingen Dansen Beeldhouwen, pottenbakken Websites ontwerpen Werken met textiel Verhalen en gedichten schrijven Toneelspelen Muziek maken op de computer
6% 5% 5% 5% 4% 5% 5% 3% 6% 4% 3% 4% 3% 3% 4% 3% 3% 2% 2% 2% 2% 3% 1%
12% 13% 11% 10% 9%
2002 2005 2009
`
14
Stadsenquête Leiden 2009
Sommige culturele activiteiten vinden veelal in georganiseerd verband plaats (zingen, dans en toneel), andere veelal individueel (verhalen schrijven, fotografie/ film en websites ontwerpen). Er is ook een zekere diversiteit in frequentie van uitoefening. Tabel 37.8b: Frequentie van beoefenen en plaats van uitoefenen Incidenteel (1-11x)
Onregelmatig (12-60x)
RegelIntensief matig (> 121 x) (61-120x)
Totaal
Alleen georganiseerd
Muziekinstrument bespelen
16%
49%
13%
Fotografie, film, video
24%
59%
4%
22%
100%
13%
100%
Tekenen, schilderen
34%
53%
7%
6%
Zingen
18%
64%
9%
9%
Dansen
24%
61%
10%
Beeldhouwen, pottenbakken
30%
37%
13%
Websites ontwerpen
46%
46%
4%
Werken met textiel
30%
46%
9%
Verhalen en gedichten schrijven
35%
46%
4%
15%
100%
8%
92%
*
100%
Toneelspelen
41%
47%
*
12%
100%
70%
18%
12%
100%
Muziek maken op de computer * < 1%
31%
31%
15%
23%
100%
15%
77%
8%
100%
Alleen individueel
Beide
Totaal
28%
55%
17%
100%
7%
87%
6%
100%
100%
23%
61%
15%
100%
100%
80%
11%
9%
100%
5%
100%
73%
17%
10%
100%
20%
100%
61%
26%
13%
100%
4%
100%
*
83%
17%
100%
15%
100%
33%
61%
6%
100%
Van alle beoefenaars van culturele activiteiten zegt vier op de tien ingeschreven te staan bij een instelling voor kunstzinnige vorming of een vereniging, meestal in Leiden. Omgerekend betekent dit dat circa 17% van alle Leidenaren aangesloten is bij een instelling of vereniging. Dit percentage is vergelijkbaar met 2002 en wat hoger dan in 2005. Tabel 37.8c: Waar worden culturele activiteiten uitgeoefend In % alle Leidenaren 2002 Bij instelling kunstzinnige vorming, vereniging of club in Leiden
17%
Bij instelling/vereniging/club, maar alleen buiten Leiden Alleen individueel
26%
2005 10%
2009 14%
In % alle beoefenaars culturele activiteiten 2005 2009 24% 33%
3%
3%
8%
7%
28%
26%
68%
60%
Doet geen culturele activiteit
57%
59%
57%
-
-
Totaal
100%
100%
100%
100%
100%
15
Stadsenquête Leiden 2009
Culturele activiteiten naar doelgroep Jongeren beoefenen relatief het vaakst zelf een culturele activiteit, lager opgeleiden het minst vaak. Verder is naar doelgroep onder andere te zien dat jongeren tot 25 jaar vaker aangeven een muziekinstrument te bespelen of te tekenen/ schilderen. Ook door de andere leeftijdsgroepen worden deze activiteiten verhoudingsgewijs vaak beoefend. Daarnaast lijken Leidenaren van 25-34 jaar wat meer geïnteresseerd in fotografie en film.
Vrouw
Man
> 3.200
2.150- 3.200
1.450- 2.150
< 1.450
Hoger
Middel baar
Lager
65+
50-64
35-49
25-34
18-24
Totaal
Tabel 37.8d: Uitoefenen culturele activiteiten naar leeftijd, opleiding, huishoudinkomen en sekse
Totaal participatie (beoefent min. 1 activiteit) 43% 60% 45% 42% 44% 32% 27% 45% 48% 38% 32% 47% 47% 41% 45% Beoefenaars per activiteit Muziekinstrument bespelen
12% 30% 10% 11% 13%
5%
5%
12% 14% 12%
9%
12% 15% 15%
Fotografie, film, video
12%
20% 10% 15%
8%
7%
12% 15% 10%
7%
11% 14% 14% 11%
Tekenen, schilderen
10% 16%
8%
10%
9%
11%
8%
10% 11%
8%
9%
11% 10%
7%
Zingen
5%
*
3%
4%
7%
6%
4%
4%
6%
6%
4%
5%
6%
4%
5%
Dans, ballet
4%
9%
5%
5%
3%
1%
2%
6%
4%
5%
5%
5%
3%
2%
6%
Beeldhouwen, pottenbakken
3%
*
1%
3%
3%
4%
2%
2%
4%
4%
3%
3%
3%
2%
4%
Websites ontwerpen
3%
8%
3%
3%
2%
*
3%
3%
2%
1%
2%
3%
3%
4%
1%
Werken met textiel
3%
*
2%
2%
4%
3%
3%
3%
3%
1%
3%
4%
2%
1%
5%
Verhalen en gedichten schrijven
3%
2%
5%
2%
2%
3%
1%
3%
3%
3%
2%
4%
2%
3%
2%
Toneel
2%
8%
2%
1%
2%
*
*
3%
2%
1%
1%
1%
2%
2%
2%
Muziek maken op de computer
1%
5%
1%
2%
*
*
1%
2%
1%
*
1%
2%
1%
1%
1%
7%
* < 1%
16
9% 13%