Stadsenquête Leiden 2003
Hoofdstuk 17. Financiële dienstverlening Samenvatting
In dit hoofdstuk wordt allereerst gekeken naar de bekendheid en het gebruik van vijf inkomensondersteunende regelingen, te weten: Kwijtschelding gemeentelijke belastingen, Bijzondere bijstand, Declaratieregeling, Collectieve aanvullende ziektekostenverzekering en de Woonlastenregeling voor minima. Tot slot wordt ingegaan op de bekendheid en het gebruik van de Stadsbank.
17.1 Bekendheid regelingen Alle respondenten met een netto huishoudinkomen van 1350 Euro of minder, die zelf hun financiële zaken regelen zijn vijf inkomensondersteunende maatregelen voorgelegd. Van de onderscheiden regelingen is de Kwijtschelding gemeentelijke belastingen het best bekend, gevolgd door de Bijzondere bijstand. In onderstaande tabel wordt de bekendheid van de regelingen naar inkomen weergegeven. Tabel 17.1a: Percentage bekend met regeling (in % hh inkomen ≤ 1350 Euro en regelt financiële zaken zelf) ≤ 800 801-1130 1131-1350 Totaal Kwijtschelding gemeentelijke belastingen Bijzondere bijstand Coll. aanv. ziektekostenverzekering Declaratieregeling Woonlastenregeling minima
63% 55% 41% 39% 36%
53% 49% 33% 31% 27%
71% 61% 47% 49% 41%
64% 53% 44% 35% 41%
Aantal regelingen bekend Van de respondenten is 23% met geen van de vijf regelingen bekend, drie op de tien kent er één of twee en de helft kent er drie of meer. Respondenten uit de laagste inkomensgroep lijken minder vaak bekend met de verschillende regelingen. Tabel 17.1b: Aantal regelingen bekend (in % hh inkomen ≤ 1350 Euro en regelt financiële zaken zelf) Totaal ≤ 800 801-1130 1131-1350 Geen enkele 23% 32% 18% 20% Eén regeling 14% 16% 10% 17% Twee regelingen 15% 16% 15% 14% Drie regelingen 16% 12% 18% 17% Vier regelingen 19% 9% 24% 24% Vijf regelingen 14% 15% 16% 10% Totaal 100% 100% 100% 100%
17.2 Gebruik regelingen Van de vijf onderscheiden regelingen worden de Collectieve aanvullende ziektekostenverzekering en de Kwijtschelding gemeentelijke belastingen het meest gebruikt. Voor alle onderscheiden regelingen geldt dat ze relatief vaker worden gebruikt door mensen met een netto huishoudinkomen van 1130 Euro of minder. Tabel 17.2a: Percentage gebruik van regeling (in % hh inkomen ≤ 1350 Euro en regelt financiële zaken zelf) Totaal ≤ 800 801-1130 1131-1350 Coll. aanv. ziektekostenverzekering 23% 24% 29% 13% Kwijtschelding gemeentelijke belastingen 19% 24% 23% 9% Declaratieregeling 12% 15% 13% 8% Woonlastenregeling minima 10% 13% 9% 9% Bijzondere bijstand 8% 10% 11% 4%
1
Stadsenquête Leiden 2003
Gebruik aantal regelingen Ruim zes op de tien respondenten maakt van geen van de regelingen gebruik, een kwart gebruikt er één of twee en één op de tien maakt gebruik van drie of meer regelingen. Respondenten uit de hoogste inkomensklasse maken relatief minder vaak gebruik van één of meerdere regelingen. Tabel 17.2b: Gebruik aantal regelingen (in % hh inkomen ≤ 1350 Euro en regelt financiële zaken zelf) Totaal ≤ 800 801-1130 1131-1350 Geen enkele 63% 60% 54% 74% Één regeling 19% 20% 23% 14% Twee regelingen 8% 6% 12% 6% Drie regelingen 5% 6% 6% 4% Vier regelingen 3% 7% 2% 1% Vijf regelingen 1% 2% 2% 0% Totaal 100% 100% 100% 100%
Redenen geen gebruik regeling Per regeling is aan de niet-gebruikers gevraagd waarom ze geen gebruik maken van deze regeling. Voor alle vijf de regelingen geldt dat de meeste niet-gebruikers denken niet voor de regeling in aanmerking te komen. Tabel 17.2c: Redenen geen gebruik maatregel (in % geen gebruik regeling) Coll. aanv. Kwijtziektekosten schelding verz. Kom er niet voor in aanmerking 59% 69% Teveel moeite om aan te vragen 10% 7% Weet niet hoe aan te vragen 9% 7% Wil dit niet aanvragen 9% 7% Moet nog aanvragen 6% 6% Niet nodig 7% 1% Anders 0% 3% Totaal 100% 100%
Declaratie regeling
Woonlasten regeling
Bijzondere bijstand
54% 6% 4% 16% 7% 8% 5% 100%
78% 5% 5% 4% 5% 3% 1% 100%
67% 4% 8% 10% 3% 4% 3% 100%
Potentiële extra interesse in regelingen door toelichting tijdens enquête De verschillende regelingen zijn kort toegelicht. Vervolgens is gevraagd of men nieuwe informatie heeft gehoord waardoor men zich mogelijk gaat informeren bij de gemeente over één of meerdere regelingen. 13% van de respondenten antwoordt hierop bevestigend. Voor de laagste inkomensklasse ligt dit percentage wat hoger (17%), dan voor de hoogste inkomensgroep (10%).
17.3 Bekendheid en gebruik Stadsbank Inwoners van Leiden kunnen bij de Stadsbank terecht voor financieel advies, leningen en voor hulp bij het oplossen van schulden en budgetbeheer. 56% van de Leidenaren kent de Stadsbank van naam en 5% heeft er ook wel eens gebruik van gemaakt. In onderstaande tabel is te zien dat 25-minners het minst bekend zijn met de Stadsbank en er ook nauwelijks gebruik van maken. Lager opgeleiden en de lagere inkomensgroepen hebben relatief het vaakst wel eens van de Stadsbank gebruik gemaakt.
Tabel 17.3a: Bekendheid en gebruik Stadsbank
2
Stadsenquête Leiden 2003
Totaal Sekse Man Vrouw
% Bekend 56% 59% 54%
% Gebruikt 5% 4% 6%
Leeftijd 18-24 jaar 25-34 jaar 35-49 jaar 50-64 jaar 65+
36% 53% 61% 64% 52%
0% 4% 6% 7% 6%
Opleiding Lager Middelbaar Hoger
59% 60% 53%
11% 5% 2%
% Bekend
% Gebruikt
Werken (≥12 uur per week) Ja Nee
57% 57%
5% 5%
Netto Huishoudinkomen ≤ 1350 1351-2000 2001-3000 >3000
62% 58% 60% 56%
10% 9% 5% 3%
Huishoudsamenstelling Alleenstaand 2 personen Gezin met kinderen
56% 53% 60%
4% 6% 6%
Etniciteit Autochtoon Allochtoon
57% 53%
6% 4%
Van de Leidenaren die wel eens gebruik hebben gemaakt van de Stadsbank is 92% tevreden over de dienstverlening. De respondenten die ontevreden zijn geven met name aan dat ze niet (goed) geholpen zijn. Bekendheid met diensten Stadsbank Tweederde van de Leidenaren die de Stadsbank van naam kennen, geeft aan ook te weten waarvoor ze bij de Stadsbank terecht kunnen. Het lenen van geld en schuldbemiddeling worden hierbij het vaakst genoemd. Opvallend is dat de respondenten uit de laagste inkomensgroepen het minst goed bekend zijn met de mogelijkheden van de Stadsbank. Ook jongeren, allochtonen en alleenstaanden zijn hier relatief vaker onbekend mee. Tabel 17.3b: Bekendheid met diensten Stadsbank (in % bekend met Stadsbank) Geld lenen, doorlopend krediet 46% Schuldbemiddeling 34% Goedkoper/flexibeler dan andere banken 3% Voor lagere inkomens 3% Anders 1% Onbekend met diensten
34%
Toekomstig gebruik Van de Leidenaren die nog nooit gebruik hebben gemaakt van de Stadsbank denkt 13% er in de toekomst misschien gebruik van te gaan maken. Een grote meerderheid denkt daarentegen van niet, veelal omdat ze geen schulden hebben en dus geen geld hoeven te lenen. Jongeren en allochtonen geven relatief vaker aan in de toekomst misschien gebruik te gaan maken van de Stadsbank, 65-plussers minder vaak. Tabel 17.3c: Denkt in toekomst van Stadsbank gebruik te maken (in % Stadsbank nooit gebruikt) Ja, zeker 1% Ja, misschien 12% Nee, niet nodig, geen schulden 62% Nee, hopelijk niet 9% Nee, hou niet van lenen 5% Nee, leen dan op andere manier 2% Nee, noemt geen reden 9% 100%
Vragenlijst
De volgende vragen gaan over de financiële positie van de burgers van Leiden. De resultaten hiervan zijn van belang voor de gemeeente om de juiste beleidsbeslissingen te kunnen
3
Stadsenquête Leiden 2003
nemen en daarmee de burgers die dat nodig hebben financieel te kunnen ondersteunen. We wijzen u er nogmaals op dat de door u gegeven antwoorden anoniem zijn. 1. We willen graag weten hoe moeilijk of gemakkelijk uw huishouden kan rondkomen met het totale huishoudinkomen? zeer moeilijk moeilijk komt net rond gemakkelijk zeer gemakkelijk 2. Het komt vaak voor dat mensen geld lenen voor bepaalde uitgaven. Ik noem hierna een aantal vormen van geld lenen. Wilt u aangeven of u daar in de afgelopen 12 maanden gebruik van heeft gemaakt? (meerdere antwoorden mogelijk) op afbetaling gekocht bij postorderbedrijf of winkels rood staan bij bank of giro persoonlijke lening of doorlopend krediet lening bij vrienden of familie lening in het kader van de studiefinanciering andere lening (geen hypotheek voor huis) 3. Is bij de betaling van de aflossing van één of meer van deze schulden OF bij de betaling van uw vaste lasten in de laatste 12 maanden een achterstand ontstaan? ja nee ga verder bij vraag 7 4. Zo ja: om welke schulden ging het (meerdere antwoorden mogelijk) op afbetaling gekocht bij postorderbedrijf of winkels rood staan bij bank of giro persoonlijke lening of doorlopend krediet lening bij vrienden of familie lening in het kader van de studiefinanciering andere lening (geen hypotheek voor huis) … of om welke vaste lasten ging het (meerdere antwoorden mogelijk) huur hypotheek energie en waterbedrijf belastingen verzekeringen andere betalingsachterstanden 5. Wanneer heeft uw huishouden voor het eerst te maken gekregen met deze betalingsachterstanden? in de afgelopen 6 maanden 6-12 maanden geleden 1-2 jaar geleden 2-5 jaar geleden >=5 jaar geleden
4
Stadsenquête Leiden 2003
Heeft uw huishouden in verband met een betalingsachterstand hulp gezocht bij hulpverlenende instanties? (bijvoorbeeld de Sociale Dienst, het Maatschappelijk Werk, of de Kredietbank) ja namelijk bij ______________________________(naam organisatie) Bent u daar geholpen met uw financiële problemen? ja, goed ja, matig/gaat wel nee nee 6. Heeft uw huishouden OP DIT MOMENT te maken met betalingsachterstanden? ja Denkt u dat uw huishouden zonder hulp van andere personen of instellingen deze betalingsachterstand(en) kan oplossen? ja, binnen 3 maanden ja, dat duurt 3 tot 6 maanden ja, dat duurt 6 tot 12 maanden ja, dat duurt meer dan een jaar nee, mijn huishouden kan dat niet zonder hulp oplossen weet niet nee
De volgende vragen gaan over de Stadsbank Leiden, gevestigd aan de Breestraat. 7. Kent u de Stadsbank van naam? ja Weet u waarvoor u bij de Stadsbank terecht kunt? (doorvragen, meerdere antwoorden mogelijk) schuldbemiddeling/schuldsanering/budgetbeheer geld lenen/doorlopend krediet goedkoper/flexibeler dan andere banken voor lagere inkomens anders, nl: ____________________________ nee, weet het niet Heeft u er wel eens gebruik van gemaakt? ja Was u tevreden met de dienstverlening? nee ja nee nee, omdat: ______________________________ Mensen die nog nooit gebruik hebben gemaakt van de Stadsbank: 8. Bij de Stadsbank kunt u terecht voor financieel advies, leningen en voor hulp bij het oplossen van schulden en budgetbeheer. Nu u dit weet, denkt u hier in de toekomst gebruik van te gaan maken? ja, zeker ja, misschien nee Waarom niet? ____________________________________________
[Aan alle 2 deelenquêtes] De gemeente Leiden voert diverse inkomensondersteunende maatregelen uit die bedoeld zijn voor huishoudens met een lager inkomen. 9. In welke klasse valt het gezamenlijk netto (= schoon) inkomen van uw huishouden? Uitkeringen, pensioengelden, alimentatie en dergelijke zijn ook inkomen. Niet meegerekend worden: vakantiegeld, kinderbijslag en huursubsidie. ≤ Euro 800 801-1130 Euro 1.131-1.350 Euro
5
Stadsenquête Leiden 2003
1.351- 1.600 Euro 1.601- 2.000 Euro 2.001- 2.500 Euro (fl. 4.401 – 5.400) 2.501- 3.000 Euro (fl. 5.401 – 6.400) ≥ 3001 Euro (>fl. 6.401 en meer per maand) Geen antwoord
volgend blok volgend blok volgend blok volgend blok
de inkomensvraag wordt hier gesteld zodat we alleen aan de potentiele doelgroep de inkomensondersteunende regelingen voorleggen, tenslotte: iemand met een hoog inkomen heeft hier toch niets mee te maken!
10. Bent u degene die de financiële zaken regelt in uw huishouden? ja nee 11. Kunt u aangeven of u de volgende inkomensondersteunende regelingen kent en hier het afgelopen jaar een beroep op heeft gedaan? Zo nee: Waarom maakt u hier geen gebruik van? Regeling
Kent u de Gebruikt Redenen geen gebruik regeling? in afgel. (1 antwoord kiezen) 12 mnd?
Kwijtschelding Gemeentelijke Belastingen Huishoudens met een lager inkomen en weinig vermogen kunnen kwijtschelding aanvragen van gemeentelijke belastingen, zoals de onroerend zaakbelasting en de afvalstofheffing
ja –> nee
ja nee –>
Bijzondere Bijstand ja Regeling voor mensen met een wat nee lager inkomen, om extra noodzakelijke uitgaven te bekostigen die niet van het maandelijkse inkomen kunnen worden betaald (NB: dit is niet gelijk aan de gewone bijstandsuitkering!!!)
ja nee –>
ja nee
ja nee
De Declaratieregeling Is bedoeld voor minima, en geeft een gedeeltelijke of volledige vergoeding voor sport/cultuur/bibliotheek/NS, e.d.. Voor sommige groepen is het ook mogelijk te kiezen voor een eenmalige bijdrage. Collectieve Aanvullende Ziektekostenverzekering (AVSpeciaal) Uitgebreid pakket vergoedingen van ziektekosten die niet door het basispakket ziekenfonds worden vergoed (bv. bril, lenzen, tandarts)
Waarom niet? ik kom hier niet voor in aanmerking ik weet niet hoe ik dit moet aanvragen te veel moeite om aan te vragen ik wil dit niet aanvragen anders, nl: _____________________________
Waarom niet? ik kom hier niet voor in aanmerking ik weet niet hoe ik dit moet aanvragen te veel moeite om aan te vragen ik wil dit niet aanvragen anders, nl: ___________________________
Waarom niet? ik kom hier niet voor in aanmerking ik weet niet hoe ik dit moet aanvragen te veel moeite om aan te vragen ik wil dit niet aanvragen anders, nl: ____________________________ ja nee
ja nee Waarom niet? ik kom hier niet voor in aanmerking ik weet niet hoe ik dit moet aanvragen te veel moeite om aan te vragen ik wil dit niet aanvragen anders, nl: ___________________________
6
Stadsenquête Leiden 2003
ja De Woonlastenregeling Minima nee Tegemoetkoming in woonlasten bovenop huursubsidie voor minima die meer dan 20% van hun inkomen aan woonlasten moeten uitgeven
ja nee Waarom niet? ik kom hier niet voor in aanmerking ik weet niet hoe ik dit moet aanvragen te veel moeite om aan te vragen ik wil dit niet aanvragen anders, nl: ____________________________
12. Heeft u zojuist informatie gehoord over bovenstaande regelingen, waardoor u mogelijk bij de gemeente informatie gaat inwinnen over deze inkomensondersteunende regelingen? ja namelijk: ____________________________ nee Eventuele extra toelichting: ___________________________________________
Uitkomsten
In dit hoofdstuk wordt allereerst gekeken naar de bekendheid en het gebruik van vijf inkomensondersteunende regelingen, te weten: Kwijtschelding gemeentelijke belastingen, Bijzondere bijstand, Declaratieregeling, Collectieve aanvullende ziektekostenverzekering en de Woonlastenregeling voor minima. Tot slot wordt ingegaan op de bekendheid en het gebruik van de Stadsbank.
17.1 Bekendheid regelingen Alle respondenten met een netto huishoudinkomen van 1350 Euro of minder, die zelf hun financiële zaken regelen zijn vijf inkomensondersteunende maatregelen voorgelegd. Van de onderscheiden regelingen is de Kwijtschelding gemeentelijke belastingen het best bekend, gevolgd door de Bijzondere bijstand. In onderstaande tabel wordt de bekendheid van de regelingen naar inkomen weergegeven. Tabel 17.1a: Percentage bekend met regeling (in % hh inkomen ≤ 1350 Euro en regelt financiële zaken zelf) ≤ 800 801-1130 1131-1350 Totaal Kwijtschelding gemeentelijke belastingen Bijzondere bijstand Coll. aanv. ziektekostenverzekering Declaratieregeling Woonlastenregeling minima
63% 55% 41% 39% 36%
53% 49% 33% 31% 27%
71% 61% 47% 49% 41%
64% 53% 44% 35% 41%
Aantal regelingen bekend Van de respondenten is 23% met geen van de vijf regelingen bekend, drie op de tien kent er één of twee en de helft kent er drie of meer. Respondenten uit de laagste inkomensgroep lijken minder vaak bekend met de verschillende regelingen. Tabel 17.1b: Aantal regelingen bekend (in % hh inkomen ≤ 1350 Euro en regelt financiële zaken zelf) Totaal ≤ 800 801-1130 1131-1350 Geen enkele 23% 32% 18% 20% Eén regeling 14% 16% 10% 17% Twee regelingen 15% 16% 15% 14% Drie regelingen 16% 12% 18% 17% Vier regelingen 19% 9% 24% 24% Vijf regelingen 14% 15% 16% 10% Totaal 100% 100% 100% 100%
7
Stadsenquête Leiden 2003
17.2 Gebruik regelingen Van de vijf onderscheiden regelingen worden de Collectieve aanvullende ziektekostenverzekering en de Kwijtschelding gemeentelijke belastingen het meest gebruikt. Voor alle onderscheiden regelingen geldt dat ze relatief vaker worden gebruikt door mensen met een netto huishoudinkomen van 1130 Euro of minder. Tabel 17.2a: Percentage gebruik van regeling (in % hh inkomen ≤ 1350 Euro en regelt financiële zaken zelf) Totaal ≤ 800 801-1130 1131-1350 Coll. aanv. ziektekostenverzekering 23% 24% 29% 13% Kwijtschelding gemeentelijke belastingen 19% 24% 23% 9% Declaratieregeling 12% 15% 13% 8% Woonlastenregeling minima 10% 13% 9% 9% Bijzondere bijstand 8% 10% 11% 4%
Gebruik aantal regelingen Ruim zes op de tien respondenten maakt van geen van de regelingen gebruik, een kwart gebruikt er één of twee en één op de tien maakt gebruik van drie of meer regelingen. Respondenten uit de hoogste inkomensklasse maken relatief minder vaak gebruik van één of meerdere regelingen. Tabel 17.2b: Gebruik aantal regelingen (in % hh inkomen ≤ 1350 Euro en regelt financiële zaken zelf) Totaal ≤ 800 801-1130 1131-1350 Geen enkele 63% 60% 54% 74% Één regeling 19% 20% 23% 14% Twee regelingen 8% 6% 12% 6% Drie regelingen 5% 6% 6% 4% Vier regelingen 3% 7% 2% 1% Vijf regelingen 1% 2% 2% 0% Totaal 100% 100% 100% 100%
Redenen geen gebruik regeling Per regeling is aan de niet-gebruikers gevraagd waarom ze geen gebruik maken van deze regeling. Voor alle vijf de regelingen geldt dat de meeste niet-gebruikers denken niet voor de regeling in aanmerking te komen. Tabel 17.2c: Redenen geen gebruik maatregel (in % geen gebruik regeling) Coll. aanv. Kwijtziektekosten schelding verz. Kom er niet voor in aanmerking 59% 69% Teveel moeite om aan te vragen 10% 7% Weet niet hoe aan te vragen 9% 7% Wil dit niet aanvragen 9% 7% Moet nog aanvragen 6% 6% Niet nodig 7% 1% Anders 0% 3% Totaal 100% 100%
Declaratie regeling
Woonlasten regeling
Bijzondere bijstand
54% 6% 4% 16% 7% 8% 5% 100%
78% 5% 5% 4% 5% 3% 1% 100%
67% 4% 8% 10% 3% 4% 3% 100%
Potentiële extra interesse in regelingen door toelichting tijdens enquête De verschillende regelingen zijn kort toegelicht. Vervolgens is gevraagd of men nieuwe informatie heeft gehoord waardoor men zich mogelijk gaat informeren bij de gemeente over één of meerdere regelingen. 13% van de respondenten antwoordt hierop bevestigend. Voor de laagste inkomensklasse ligt dit percentage wat hoger (17%), dan voor de hoogste inkomensgroep (10%).
17.3 Bekendheid en gebruik Stadsbank Inwoners van Leiden kunnen bij de Stadsbank terecht voor financieel advies, leningen en voor hulp bij het oplossen van schulden en budgetbeheer. 56% van de Leidenaren kent de
8
Stadsenquête Leiden 2003
Stadsbank van naam en 5% heeft er ook wel eens gebruik van gemaakt. In onderstaande tabel is te zien dat 25-minners het minst bekend zijn met de Stadsbank en er ook nauwelijks gebruik van maken. Lager opgeleiden en de lagere inkomensgroepen hebben relatief het vaakst wel eens van de Stadsbank gebruik gemaakt. Tabel 17.3a: Bekendheid en gebruik Stadsbank % Bekend 56% Totaal Sekse Man Vrouw
59% 54%
% Gebruikt 5% 4% 6%
Leeftijd 18-24 jaar 25-34 jaar 35-49 jaar 50-64 jaar 65+
36% 53% 61% 64% 52%
0% 4% 6% 7% 6%
Opleiding Lager Middelbaar Hoger
59% 60% 53%
11% 5% 2%
% Bekend
% Gebruikt
Werken (≥12 uur per week) Ja Nee
57% 57%
5% 5%
Netto Huishoudinkomen ≤ 1350 1351-2000 2001-3000 >3000
62% 58% 60% 56%
10% 9% 5% 3%
Huishoudsamenstelling Alleenstaand 2 personen Gezin met kinderen
56% 53% 60%
4% 6% 6%
Etniciteit Autochtoon Allochtoon
57% 53%
6% 4%
Van de Leidenaren die wel eens gebruik hebben gemaakt van de Stadsbank is 92% tevreden over de dienstverlening. De respondenten die ontevreden zijn geven met name aan dat ze niet (goed) geholpen zijn. Bekendheid met diensten Stadsbank Tweederde van de Leidenaren die de Stadsbank van naam kennen, geeft aan ook te weten waarvoor ze bij de Stadsbank terecht kunnen. Het lenen van geld en schuldbemiddeling worden hierbij het vaakst genoemd. Opvallend is dat de respondenten uit de laagste inkomensgroepen het minst goed bekend zijn met de mogelijkheden van de Stadsbank. Ook jongeren, allochtonen en alleenstaanden zijn hier relatief vaker onbekend mee. Tabel 17.3b: Bekendheid met diensten Stadsbank (in % bekend met Stadsbank) Geld lenen, doorlopend krediet 46% Schuldbemiddeling 34% Goedkoper/flexibeler dan andere banken 3% Voor lagere inkomens 3% Anders 1% Onbekend met diensten
34%
Toekomstig gebruik Van de Leidenaren die nog nooit gebruik hebben gemaakt van de Stadsbank denkt 13% er in de toekomst misschien gebruik van te gaan maken. Een grote meerderheid denkt daarentegen van niet, veelal omdat ze geen schulden hebben en dus geen geld hoeven te lenen. Jongeren en allochtonen geven relatief vaker aan in de toekomst misschien gebruik te gaan maken van de Stadsbank, 65-plussers minder vaak. Tabel 17.3c: Denkt in toekomst van Stadsbank gebruik te maken (in % Stadsbank nooit gebruikt) Ja, zeker 1% Ja, misschien 12% Nee, niet nodig, geen schulden 62% Nee, hopelijk niet 9% Nee, hou niet van lenen 5% Nee, leen dan op andere manier 2% Nee, noemt geen reden 9% 100%
9