HONDENTAAL IS LICHAAMSTAAL
Begrippen: Relaxed/ neutraal Algehele ontspanning (fysiek/ psychisch) Zelfvertrouwen / zeker Beleving een situatie i/d hand te hebben/zonder probleem aan te kunnen. Terughoudend/verlegen Niet op willen vallen (“let maar niet op mij”) Dominant Hoge(re) lichaamshouding tijdens interactie met andere honden. Deemoedig Lage(re) lichaamshouding tijdens interactie. Actieve dominantie Rechtstreeks aankijken + imponeren door een hoge lichaamshouding (superieure positie innemen) Passieve dominantie Wegkijken, negeren van de ondergeschikte soortgenoot. Actieve onderwerping Contact maken met een lage lichaamshouding en likbewegingen in de richting van de mond(hoek) van een andere hond. Passieve onderwerping bij sterke dreiging nek aanbieden of op de rug gaan liggen (hals en buik aanbieden) en hierdoor agressie van een superieure soortgenoot af te remmen of te voorkomen.
Honden zijn meesters in het bewaren van de lieve vrede (conflict vermijdend) Hiervoor gebruiken ze kalmerende signalen voor zichzelf en/of de soorgenoot. Honden zijn roedeldieren. Het belang van de groep waarborgt het belang van het individu. Grote verscheidenheid tussen honden van tegenwoordig kan de communicatie tussen elkaar verstoren. Sociale status tussen honden kan per omstandigheid verschillen. Volgende eigenschappen zijn van belang voor de sociale status. Rustig, stabiel en zelfverzekerd Natuurlijke dominantie Communicatie Alles wat plaats vindt aan lichaamstaal tussen honden wanneer zij zich bewust zijn van de andere hond en wat het gedrag van die andere hond beïnvloed. Angst Intern gevoel van onbehagen Aanmaak van adrenaline + HF omhoog Agressie Doelgerichte energie om te verjagen/ te doden Beschermen van noodzakelijke levensbronnen (eten, territorium, voortplanting) In roedel vervangen door begroetingsmanieren, vrede bewarend gedrag en status Ambivalent Uiterlijk dat duidt op een innerlijk conflict. Gelijktijdige lichaamshoudingen en/of gezichtsuitdrukkingen (mimiek) met een tegengestelde betekenis. Agonistisch gedrag Dreighoudingen met zowel vlucht als aanvalshandelingen. Vooral bij geweldadige ontmoetingen.
1
Regelneven/teven Onduidelijke rangorde in de roedel. Te onzeker/ instabiel karakter (niet geschikt als leider) Bemoeien zich overal mee. Zorgen voor onrust in de roedel. Dictator gedrag NB: Hond met natuurlijke dominantie wordt vaak door de roedel zelf in deze positie geplaatst. Hoe sociaalvaardiger een hond is, hoe gemakkelijker hij bij andere honden kan functioneren. De sociaalvaardige hond herkent de zwakke punten bij de andere hond en probeert daarop zijn eigen gedrag aan te passen (geen misbruik van maken) Deze honden hebben een sterke bijtrem bij conflicten. Verwondingen of juist niet ontstaan bewust door interne remmingen. Naast aanleg speelt socialisatie een grote rol bij het sociaalvaardig zijn van de hond. Onvoldoende socialisatie Bang , wantrouwend Onhandig reageren op een situatie. Honden komen sneller in de problemen Beheersen hun eigen hondentaal niet!! Kan leiden tot grote problemen tussen honden Bijv. vechthonden!! Angst Hond zal contact vermijden, houding/ gedrag roept vaak irritatie/ agressie op. Reactie op ander hond/ stadia van gedrag. 1: Actieve onderwerping 2: Passieve onderwerping Lukt dit niet dan verstijven/vluchten of angstagressie (ambivalent) Agressie Mimiek, hoge stand van oren en open/ronde ogen en rimpelen van hoofdhuid (fronzen) Hoge lichaamshouding. Borstel in de nek/ vacht/ staart. Komt voor bij zowel dominante als deemoedige honden (noodweer, angstagressie, zelfverdediging) Ambivalent Gelijktijdige, elkaar tegensprekende houdingen t.a.v. stemming/ bedoeling van de hond (angst Agressie/ deemoedig dominant) Hond is in conflict met zich zelf. Onzeker gedrag.
2
Agonistisch Alle vormen van agressief of vredestichtend gedrag. Wisselende stemmingen/bedoelingen tijdens (pseudo) gevecht. Wisseling in motivatie goed te zien in lichaamstaal/ mimiek van de hond.
Stress Toestand waarin de hond op een inwendige of uitwendige (over) belasting reageert en daarbij krachten concentreert om de situatie onder controle te krijgen. Verhoogde cortisol spiegel Leidt tot een optimale prestatieverhouding. Chronisch vermindering van het weerstandsvermogen Maag/darm klachten Hoge bloeddruk Hartproblemen Nervositeit Rusteloosheid Chronische diaree Hyperseksualiteit Overdreven lichamelijk verzorging (met zelfverwonding tot gevolg) Vernielen Voortdurend blaffen, janken en piepen Van de straat eten Slechte adem Onaangename lichaamsgeur Gespannen spieren Vacht problemen Stresssignalen Waarneembare gedragsuitingen om spanning weg te laten vloeien om op een adequate manier te kunnen omgaan met de situatie. Duidelijke indicatie van het welbevinden van de hond. Helpen hond om emoties onder controle te houden. Helpen om andere honden gerust te stellen door aangeven van eigen goede bedoelingen. Helpen om verontrustend contact met ander hond te vermijden. Vaak heeft stress gerelateerd gedrag een element van lichaam verzorging in zich (intern/extern) wat niet passend is bij de situatie op dat moment = overspronggedrag. Signalen Gapen Uitschudden Hijgen Tong uitsteken Poot optillen Plasje doen Snuffelen In/over grond krabben Zichzelf krabben 3
Niezen Kwijlen Trillen Afdrukken van zweetvoetjes Borstelen Bibberen Verharen Niet meer bewegen Wanneer is stress ernstig??? Vaak stress signalen laten zien. Of 3 verschillende tegelijk laten zien. Constante stress Chronisch hond heeft langdurig geen controle over eigen leven.
Probleem gedrag Zelfverminking Te weinig/ te veel eten Dwangmatige bewegingen Hyperactiviteit of passiviteit Nervositeit, rusteloosheid
Overbelasting door te hoge prestatieverwachtingen, maar ook verveling kunnen leiden tot chronische stress!
Kalmeringssignalen Signalen ter voorkomen van conflicten en/of stress. Kalmeren van omgeving, hond zelf of beide. Signalen Wegkijken/ voorkomen van oogcontact. Ogen zacht maken/smaller maken Rug toekeren. Lijf afdraaien/ zijkant toedraaien/in een bocht aankomen lopen. Langzaam bewegen (hond heeft zichzelf onder controle) Niet meer bewegen. Tong naar buiten steken, neus aflikken (vaak in combinatie met iets toesluiten van de ogen/ knipperen met de ogen) Poot optillen (verzoenend gebaar) Gapen. Snuffelen. Gaan zitten. Gaan liggen. Opsplitsen van ruziemakers door roedelleider (tussen beide komen / dominant gedrag) Kwispelen (lage kwispel duid op spanning t.o.v. andere hond) Speelhouding (spelbuiging in combinatie met wegkijken)
4
Belangrijk om persoonlijke zone van de hond te respecteren. Schuin benaderen. Hoofd wegdraaien + ogen. Zachte/ smalle ogen. Oren wat naar achteren. Agressie Uit verdediging van iets waardevols (persoonlijke/ roedelbelangen) Uit angst Frustratie Onduidelijke situatie in rangverhoudingen Overmoedigheid van ondergeschikte Uit pijn Als kalmerings/ deemoedgebaren niet helpen. Vast aan de lijn veroorzaakt vaker agressief gedrag dan loslopen. Opwinding en spanning is dan groter. Communicatie tussen honden onderling wordt hierdoor moeilijker frustratie/ spanning Lijn los houden beter dan strakke lijn Hond is met begeleider bezig i.p.v. met omgeving Bij stress lijn losmaken + laten communiceren Probleem tegenwoordig dat hondensoorten erg divers zijn (lastig voor communicatie) en dat honden niet meer opgevoed worden door soortgenoten of juist niet of verkeerd worden opgevoed. Meestal gaat het gelukkig nog goed. Sociaalvaardige honden zijn beleefde honden!!!!! Vormen van agressie Spel agressie Angst agressie Territorium agressie Prooi agressie Spelagressie Schijngevecht
Bek wijd open/kiezen zichtbaar. Oren in de nek. Felheid door deemoed gebaren indammen. Beetje verwilderde uitdrukking. Alleen mogelijk bij sociaal vaardige honden.
Honden die gespannen zijn bij een kennismaking kunnen het beste alleen omgaan met zelfverzekerde , stabiele honden. voelen zich niet zo snel uitgedaagd + reageren met meer begrip op het onhandige gedrag van de geremde hond = goed voor socialisatie Tijdens een stoeispelletje (‘pak me dan”) wordt er regelmatig een rustpauze genomen en wordt er in de rol van jager gewisseld (superieure hond geeft wisseling aan) Spelen gaat om krachtsverhoudingen en niet om macht!!! Indien dit niet gebeurt gaat het spel vaak om macht en kan het spel uit de hand lopen. Dominantie als honden tijdens het spelen over elkaar heen hangen. 5
Spelbuiging Uitnodigen tot spelen Kalmeringsignaal Angst agressie Onderwerpinggebaren en/ of kalmeringssignalen werken niet Geen vluchtweg mogelijk. Territorium agressie Verdedigen van eigen huis en grond Socialisatie en ras ook bepalend Reuen vaak feller Blaffen schrikt af en werkt daardoor vaak succesbelevend voor de hond Waaksheid en hond totaal negeren werkt kalmerend Prooi agressie Normaal gedrag (wie eten heeft mag het houden) Stijve houding, ogen open, gefixeerd Oren naar achteren Staart kwispelt laag en druk Huid op kop staat strak Is geen dominant agressief gedrag Agressie lokt agressie uit Agressieve honden dus niet straffen Professionele hulp inschakelen
Observatie van interactie tussen honden. Hoe is de lichaamshouding? Hoe is de mimiek? Hoe benaderen de honden elkaar? Respect voor elkaars persoonlijke zone? Maken ze ontwijkende bewegingen? Zijn er deemoed gebaren of dominante gebaren? Zijn er kalmeringssignalen? Is er angst? Is er dreiging? Is er stress? Is er oversprong gedrag (element van lichaamsverzorging, niet passend bij situatie)? Is er uitnodigend spelgedrag?
6
Vervolg? Een bedriegende of ontspannen situatie? Een spelsituatie? Komt er een confrontatie? Zal er gespeeld gaan worden? Gaan honden gewoon hun eigen weg?
7