Hoge bloeddruk en thuisbloeddrukmeting
Inleiding
Uw arts heeft bij u een hoge bloeddruk vastgesteld. In deze folder vindt u informatie over hoge bloeddruk en hoe u thuis de bloeddruk kan meten.
Wat is bloeddruk?
Het hart is een orgaan, dat het bloed door de slagaders en aders pompt. Het bloed vervoert zuurstof en voedingsstoffen naar alle delen van het lichaam en verwijdert afvalstoffen. Op het moment dat het hart samentrekt, perst het veel bloed door de slagaders en wordt de druk in de bloedvaten hoger. Dit is de bovendruk of systolische druk. De druk is op dat moment het hoogst. Vervolgens ontspant het hart zich, waardoor de druk in de bloedvaten afneemt. Dit is de onderdruk of diastolische druk. De druk is op dat moment het laagst. De hoogte van de bloeddruk is afhankelijk van de weerstand die het bloed ondervindt als het in het lichaam wordt rondgepompt. De bloeddruk wisselt gedurende dag en nacht, dat is normaal. Overdag is de bloeddruk hoger, ’s nachts lager. Bij een bloeddrukmeting wordt eerst de bovendruk gemeten en dan de onderdruk Een bloeddruk rond de 120/80 mmHg wordt als normaal beschouwd. De waarde van bloeddruk wordt weergegeven in millimeters kwik, afgekort mmHg.
Wat is hoge bloeddruk?
We spreken van hoge bloeddruk (hypertensie), als is gebleken na diverse bloeddrukmetingen dat uw bloeddruk te hoog is. Van hoge bloeddruk is sprake als de bovendruk hoger of gelijk is aan 140 mmHg en/of de onderdruk hoger of gelijk is aan 90 mmHg, gemeten door een arts in de spreekkamer. Deze waarden gelden voor volwassenen tot 80 jaar. Bij volwassenen boven de 80 jaar oud mag de bovenbloeddruk wat hoger zijn, tussen 150-160 mmHg. Bij hoge bloeddruk zijn meestal de bovendruk en onderdruk verhoogd, soms kan ook alleen de bovendruk verhoogd zijn. Hoge bloeddruk is geen ziekte, maar het vergroot de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten.
Behandeling van hoge bloeddruk
De behandeling bestaat altijd uit het leefstijladviezen. Dit betekent dat u advies krijgt om uw leven aan te passen, bijvoorbeeld: stoppen met roken, afvallen, gezond eten en het verminderen van zoutinname, voldoende bewegen, beperkt
1
alcoholgebruik en het voorkomen van stress. Naast leefstijladviezen kan het zijn dat u medicijnen nodig heeft voor de hoge bloeddruk. Als er nog andere risicofactoren zijn bijvoorbeeld suikerziekte of een verhoogd cholesterol, dan wordt dit ook met medicijnen behandeld. Het is belangrijk dat u de adviezen goed opvolgt om hart- en vaatziekten te voorkomen. Als u dit moeilijk vindt bespreek dit dan met uw arts. De arts kan met u afspreken om thuisbloeddrukmetingen te verrichten, zodat het effect van de behandeling gezien kan worden.
Thuis uw bloeddruk meten
De arts vraagt dit aan u, omdat uit onderzoek is gebleken dat een thuisbloeddrukmeting een goede voorspeller is voor het risico op hart- en vaatziekten. En thuisbloeddrukmeting geeft vaak een lagere bloeddruk dan de bloeddruk die uw arts in de spreekkamer heeft gemeten. Als u thuis meet, geldt daarom dat uw bloeddruk te hoog is bij een bovendruk hoger dan 135 mmHg en onderdruk hoger dan 85 mmHg. Het is belangrijk dat u een gevalideerde bloeddrukmeter aanschaft. Gevalideerd wil zeggen: dat de bloedrukmeter juist meet en betrouwbaar is. U kunt zien welke bloeddrukmeters gevalideerd zijn op de website van de Hartstichting (www. hartstichting.nl/risicofactoren/thuis-de-bloeddruk-meten), ook kan de (Radboud) apotheek of de thuiszorgwinkel u hier informatie over geven. Daarnaast is het van belang dat u de juiste manchetmaat heeft. De manchet is de bloeddrukband die om uw bovenarm gaat. Controleer voor de aanschaf van uw bloeddrukmeter de manchetmaat, meet de omtrek van uw bovenarm eventueel op in het midden van uw bovenarm. Op de bloeddrukband staat vaak in centimeters de omtrek aangeven. Wij adviseren u geen pols- of vingerbloeddrukmeter aan te schaffen, omdat deze niet voldoende betrouwbaar zijn.
Uitleg bloeddruk meten
1. Zorg ervoor dat u goed weet hoe uw bloeddrukmeter werkt. 2. Meet zeven dagen achter elkaar. 3. Doe elke dag drie metingen in het eerste half uur na het opstaan, voor u de medicijnen inneemt en voor het ontbijt. Doe elke dag drie metingen ’s avonds in het half uur voor het naar bed gaan.
2
4. Vermijd, tenminste een halfuur voor de meting, zoveel mogelijk factoren die de bloeddruk beïnvloeden, zoals alcohol, roken/tabak, koffie, fysieke inspanningen. 5. Ga zitten op een stoel met de rug tegen de rugleuning, met niet gekruiste benen, voeten plat op de grond en in een rustige omgeving. Meet op ontblote bovenarm en zorg dat kleding niet knelt. 6. Doe de manchet (bloeddrukband) om, controleer of de onderrand van de manchet zich 2-3 centimeter van de plooi tussen uw onderarmen en bovenarm bevindt. De slang waarmee de manchet met het apparaat verbonden is moet aan de binnenkant van de arm worden gelegd. 7. Laat uw arm rusten, zo hoog (eventueel op kussen of stapeltje boeken) zodat het midden van de manchet ter hoogte van het midden van het borstbeen is (‘harthoogte’). Neem steeds dezelfde arm om te meten, zoals afgesproken met uw arts. 8. Wacht vijf minuten in deze houding voor u gaat meten. 9. Vermijd spreken en bewegen tijdens het meten (ook bij opblazen en ontluchten). 10. Wacht tussen de metingen steeds 60 seconden, doe drie metingen. 11. De meeste meters geven per meting drie waarden: een hogere waarde, meestal meer dan 110 (bovendruk: systole) een lagere waarde (onderdruk: diastole) de pols (meestal tussen 60 en 100). 12. De eerste van de drie metingen die u elke keer doet telt niet mee. Van de andere twee metingen berekent u het gemiddelde van de bovendrukken, van de onderdrukken en van de pols. Deze twee getallen schrijft u op en vermeldt de datum en het tijdstip van meten. Als u gebruikt maakt van mijnRadboud voert u, na 7 dagen achter elkaar gemeten te hebben hier uw bloeddrukwaarden in. (Zie folder mijnRadboud). Maakt u geen gebruik van mijnRadboud dan levert u uw bloeddrukken aan zoals afgesproken met uw behandelend arts, via de mail of tijdens het poli- bezoek.
• • •
3
13. Bij twijfel over uw bloeddrukmetingen, vraag dan verpleegkundig specialist Anke Hendriks of verpleegkundig specialist in opleiding Ingeborg Booij Liewes om advies.
4
12-2014-7466
Adres: Polikliniek Inwendige Specialismen Geert Grooteplein-Zuid 8 (rechts van de hoofdingang), route 433, post blauw 6525 GA Nijmegen Contact 024 - 361 65 04
Radboud universitair medisch centrum