INSPIREREND BETROUWBAAR PRAKTISCH
Hoe ‘Asscherproof’ bent u?
ONDERZOEK
TOEKOMST
BORGEN
Kansen zoeken in krappe tijden
Kies nu voor kinderen doorgerekend
Effecten training levend houden
WWW.KINDEROPVANGTOTAAL.NL
OKTOBER 2013
11
Asscher-proof
Inhoud
4
Verschillende kinderopvangorganisaties, peuterspeelzalen en scholen in het land lopen in hun samenwerking al vooruit op de plannen van minister Asscher.
Onderzoek
8
Adviesbureau Linkin Business hield de thermometer weer eens in de kinderopvangsector. Ondanks de crisis en vraaguitval springt het creatieve ondernemerschap eruit.
Kies nu voor kinderen
16
SEO rekende het aangepaste Kies nu voor kinderen door. Wat blijkt: de plannen leveren geld op. Op lange termijn, dat wel.
04 08
Borgen
Wat zijn acties van uw organisatie geweest om de omzet te verhogen?
16
38
Investeren in een training of workshops heeft pas zin als het geleerde geborgd wordt in de organisatie. Succesvol borgen is een kwestie van doen en herhalen.
Samenwerking/fusie met andere kinderopvang organisaties
Cao Kinderopvang
Samenwerking met een of meer (brede) scholen
42
De nieuwe cao is verbindend verklaard. Wat is er veranderd en waar moet u op letten?
We hebben geen specifieke acties ondernomen Anders
En verder
CAO KINDEROPVANG
2012 2014
voor Kindercentra en Gastouderbureaus
38 2
MANAGEMENT
xx 42
Column Marjet Winsemius Knellende zaken Uit de media Boeken/Gesignaleerd Katern Kinderopvang Live Covermodel Berichten van BOinK Mannen in de kinderopvang Ruimte OK Korte berichten Vraag & antwoord Column Marijke Dekker Agenda Ivoren toren Column Rob Vergeer
10 11 13 14 21 41 45 46 48 50 50 51 53 54 55
DE BODEM VAN DE PUT Afgelopen zaterdag was de uitzending van Kassa. Anonieme pm’ers deden hun beklag over het gesjoemel met de beroepskracht-kindratio en groepsgrootte. Volgens een enquête van de ABVAKABO geen uitzondering. Mij bekruipen verschillende gedachten. Een nieuwe klap voor het imago van de kinderopvang. En: waarom verziekt een – hopelijk klein - deel van de kinderopvangondernemers het voor de organisaties die niet tornen aan hun kwaliteit? Maar ook: het water staat veel ondernemers tot aan de lippen, het is dit of de tent opdoeken. Hoe dan ook, het is weer een gevoelige slag voor een sector die zich zo graag profileert met ‘kinderopvang is goed voor kinderen’. Vandaag mailde mij een oudercommissielid van de Bso van het Jaar 2013 (Boegbeeld in Groningen van SKSG). Ook daar is krimp en moeten er mensen uit. En tot groot verdriet van de kinderen en ouders van die bso, moet pm’er Martijn van den Brakel er uit. Martijn, die kinderen de tijd van hun leven geeft met zijn geweldige natuurkundige experimentjes. Martijn die een boomhut met de kinderen bouwt. Martijn die een vuurtje stookt met de kinderen en de enige vaste mannelijke pm’er in het team is. De ouders zijn boos, hebben geprotesteerd, maar door de regelgeving rondom ontslag lijkt er niet aan te ontkomen. Martijn staat symbool voor alle toppers die er op dit moment uitvliegen. Pedagogen en pedagogisch medewerkers. We raken ze kwijt en zie ze straks maar weer terug te krijgen, wanneer de sector weer gaat groeien. Ik ben er van overtuigd dat we nu op de bodem van de put zitten en we vanaf hier weer omhoog kunnen klimmen. Met het plan van Asscher (schiet nou eens op, Lodewijk!!) en een gedeeltelijke terugdraaiing van de bezuinigingen op de kinderopvangtoeslag (hoewel dit vooral een sigaar uit eigen doos is), ziet de toekomst er weer iets zonniger uit. Op ons Kinderopvang Live Event op 23 november kijken we met een positieve blik naar de toekomst. Er is licht aan het eind van de tunnel. Maar eerst doet het nog even flink pijn.
Marike Vroom, hoofdredacteur Management Kinderopvang M
[email protected] Twitter: @marikevroom Ma
Colofon Management Kinderopvang is een uitgave van Reed Business Media. MK informeert over beleidsrelevante ontwikkelingen inzake de kinderopvang. MK verschijnt tienmaal per jaar. Negentiende jaargang, nummer 11, november 2013 Coverfoto Corine Zijerveld Uitgever Ben Konings Redactie-adres Postbus 152, 1000 AD Amsterdam. Telefoon (020) 515 9743 Email: managementkinderopvang@ reedbusiness.nl Hoofdredacteur Marike Vroom Eindredactie Harriët Teijen, Berber Bast Redactieraad Annegreet van Dijk (SKA), Geert de Wit (Kinderstad),
Laurent Lentz, Maria Jongsma (bureau Vyvoj), Yvette Vervoort (bureau 8020), Erik Verlinden (Kinderopvang Academie), Monique Bolder (Kanteel kinderopvang), Walter Hardenberg (Speelwerk) Ruben Fukkink (UvA), Daniëlle Heesbeen, Sas van Zitteren, SKA. Marketing Sejla Dmitrovic, telefoon (020) 515 9787 e-mail:
[email protected] Druk DeltaHage, Den Haag Advertenties Cross Advertising Telefoon (010) 742 10 23
[email protected] Klantenservice Postbus 808, 7000 AV Doetinchem Telefoon: (0314) 35 83 58 (op werkdagen tussen 8.30 en 17.00 uur). fax: (0314) 34 90 48, e-mail:
[email protected] Abonnementen Reed Business Media, Klantenservice, Postbus 4,
7000 BA Doetinchem, telefoon: (0314) 35 83 58, fax: (0314) 34 90 48, e-mail:
[email protected] Opzeggingen Abonnementen lopen automatisch door tenzij uiterlijk 30 dagen voor vervaldatum bij onze klantenservice wordt opgezegd via tel. 0314 358 358. De opzegging wordt schriftelijk bevestigd. Prijzen Jaarabonnement particulieren € 167,74 / Studentenabonnement € 83,28. Alle prijzen zijn incl. btw en verzendkosten. Prijswijzigingen voorbehouden. Voor informatie: afd. Klantenservice (0314) 35 83 58.
worden gebruikt voor het toezenden van informatie en/of speciale aanbiedingen door Reed Business Media en speciaal geselecteerde bedrijven. Indien u hiertegen bezwaar heeft, stuurt u dan een brief naar Reed Business Media., t.a.v. Adresregistratie, Postbus 808, 7000 AV Doetinchem. © Management Kinderopvang 2013 issn 1382-4406 auteursrecht voorbehouden. Behoudens de door de wet gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor het betalen per acceptgiro wordt € 2,50 (incl BTW) aan administratiekosten in rekening gebracht. Wet bescherming persoonsgegevens: uw opgegeven gegevens kunnen
MANAGEMENT
3
Land en minister werken aan integrale voorziening
Wie is er ‘Asscher-proof’? Eén integrale voorziening voor opvang, ontwikkeling en onderwijs, voor alle kinderen, minimaal vier dagdelen per week, met een hoog bereik. Dat is de gezamenlijk ambitie van Branchevereniging Kinderopvang, MOgroep, PO-Raad en VNG. En van de minister. Sommige gemeenten zijn al helemaal of gedeeltelijk Asscher-proof. Tekst Astrid van de Weijenberg
‘O
p vele plaatsen in Nederland werken voorschoolse voorzieningen en basisscholen samen aan kwaliteit en doorlopende ontwikkellijnen van kinderen.’ Zo begint de zogenoemde Peuterbrief die de vier voorvrouwen van de Branchevereniging Kinderopvang (Mariëlle Rompa), de MOgroep (Marijke Vos), de PO-Raad (Rinda den Besten) en de VNG (Jantine Kriens) stuurden naar minister Asscher. Een opmerkelijk eensgezinde stap van partijen die elkaar ook regelmatig als concurrenten zien. Toen Asscher als wethouder in Amsterdam met de voorschool begon bijvoorbeeld, en daarbij de kinderopvang leek te vergeten. Of toen hetzelfde gebeurde met de 0-groepen in Rotterdam. ‘When you can’t beat them join them’ lijkt de kinderopvang nu te denken. Asscher liet dan ook weten dat hij verheugd is dat de partijen elkaar hebben gevonden. Hij denkt dat een gesprek een bijdrage kan leveren aan ‘het uitwerken van de kabinetsplannen om onderwijs en kinderopvang te harmoniseren’. Het duurde een tijdje maar nu lijkt Asscher serieuze stappen te willen zetten op weg naar een integrale voorziening. Zo zei hij begin oktober tijdens een congres over de inspectie kinderopvang (van GGD-Nederland) dat het stelsel nu te versnipperd is. ‘Voor peuterspeelzalen, kinderopvang en voorschoolse educatie gelden nu verschillende kwaliteitskaders en financieringsstructuren. Dat werkt segregerend, marktverstorend en is verwarrend voor ouders.’ Dat onderstreepte hij nog eens tijdens het algemeen overleg op 2 oktober en daarbij riep hij iedereen op belemmerende regelgeving bij hem te melden.
Alle kinderen De voorschoolse voorzieningen moeten toegankelijk zijn voor alle kinderen van 2,5 tot 4 jaar, pedagogische kwaliteit leveren en zorgen voor een doorgaande ontwikkellijn. In het
4
MANAGEMENT
veld is iedereen het erover eens: de gemeente moet samen met de partners als peuterspeelzalen, kinderopvang en onderwijs komen tot goede ontwikkelingsarrangementen. De betrokken partijen geven in hun Peuterbrief aan dit te zien als een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Ze hebben als samenwerkende partijen daarom mogelijke scenario’s verkend en vinden dat het regeerakkoord goede aanknopingspunten bevat om stappen te zetten in de juiste richting. Maar ze zijn bang voor onomkeerbare stappen van de minister bij de uitwerking van het regeerakkoord. Daarom willen ze graag nauw betrokken worden bij die uitwerking. GroenLinks gaf in het debat tijdens het algemeen overleg aan dat snelheid geboden is. Nu al zorgen bezuinigingen op peuterspeelzaalwerk in gemeenten voor groeiende wachtlijsten. Dat vindt ook de PO-Raad. Om een goede basisvoorziening te kunnen opzetten voor ieder kind vanaf 2,5 jaar, is het belangrijk dat de huidige voorzieningen nu niet verdwijnen door toedoen van het Rijk of gemeenten. In het debat spraken de diverse partijen zich verder vooral uit over het zware weer in de kinderopvangsector. Ze vinden dat de meevallers, die het gevolg zijn van de afname in het gebruik van kinderopvang, behouden moet blijven voor de kinderopvangsector.
Tact en tijd Een van die plaatsen waar voorschoolse voorzieningen samenwerken met onderwijs is Harlingen. Een voortvarende wethouder heeft er in no time de voorschool op de kaart gezet. Tineke Geertsma, directeur van de Sint Michaelschool, is daar blij mee. Tijdsdruk is soms goed, vindt ze. Wethouder Glasbeek kwam uit Leiderdorp naar Harlingen en was verbaasd dat er in deze Friese gemeente geen brede school was. Dat was een principiële keuze van het vorige college. Vervolgens kwam de GGD met een alarmerend
Foto: Nationale Beeldbank
rapport over grote achterstanden in Harlingen op taal- en spraakgebied, op motorisch gebied en een groot aantal kinderen met overgewicht. De verschillende partijen hebben de koppen bij elkaar gestoken en vanaf dit schooljaar betaalt de gemeente voor ieder kind drie dagdelen voorschool op een VVE-gecertificeerde instelling. Dat geld komt voornamelijk uit de doelgroepmiddelen en wordt over alle kinderen verdeeld. Iedere basisschool krijgt sinds dit schooljaar een voorschool. Dat klinkt simpeler dan het is. Veel moet nog groeien, vertelt Geertsma. Ze heeft bijvoorbeeld niet gewacht tot de uitbreiding van het schoolgebouw klaar is. In afwachting daarvan zitten de kleuterklassen en groep 3 samen met de Sint Michaelvoorschool in een bijgebouw een paar straten verderop. Wie door dat bijna nostalgische gebouwtje loopt, ziet amper verschil tussen de groepen met voorschoolse kinderen en met basisschoolleerlingen. Alleen in leeftijd. Voor de invulling van de voorschool heeft Geertsma contact gezocht met de Stichting Peuterspeelzalen Harlingen. Daarnaast werkt ze intensief samen met Stichting Kinderopvang Friesland, die in het hoofdgebouw zowel dagopvang verzorgt als voor- opvang, tussen- en naschoolse opvang. Op termijn is het de bedoeling dat alle opvangvormen van nul tot vier jaar in elkaar geschoven worden. Sowieso is het een kwestie van en tact en tijd, zegt Geertsma. ‘Ieder heeft zijn eigen kwaliteiten en we kunnen veel van elkaar leren. Ik kijk altijd met bewondering naar alle creatieve aspecten van de kinderopvang en de peuterspeel-
zalen, maar niet alleen naar wat ze doen, ook naar de manier waarop ze het doen. Met de kinderopvang werken we al vier jaar samen. Daarmee hebben we heel goede contacten. Onze pedagogische visies zijn op elkaar afgestemd. Veel hangt natuurlijk af van de mensen die er werken. Kinderopvang Friesland heeft bij ons passende mensen gevonden, die bovendien heel goed worden aangestuurd.’
Warme overdracht Datzelfde geldt voor de voorschool. Geertsma heeft een voorkeur mogen uitspreken voor welke medewerkers in haar voorschool werken. ‘Dat zijn mensen geworden met wie onze kleuterleerkrachten een klik hebben. We hebben al twee jaar een warme overdracht, dus ze kenden elkaar al. Peuterspeelzaal en school liggen bovendien al dichter bij elkaar dan destijds de kleuterschool en de lagere school.’ Op termijn zal Geertsma als schooldirecteur de integrale leider worden. Haar grote zorg is hoe dezelfde kwaliteit voor school en voorschool te waarborgen. ‘We hebben om te beginnen een interne begeleider die als contactpersoon met de voorschool samenwerkt. Het grote voordeel van de voorschool moet zijn dat achterstanden eerder gesignaleerd worden. Nu komen nog te veel kinderen onterecht in het speciaal onderwijs. In deze eerste weken dat we bezig zijn, heb ik al vier kinderen zien binnenkomen op de voorschool die anders niet naar een voorschoolse voorziening waren gegaan, onder wie een Chinees jongetje. Die was dus met > een taalachterstand de school binnengekomen.’ MANAGEMENT
5
Foto: ANP
Segregatie voorkomen De grote stad heeft te kampen met een grote groep kinderen die thuis geen Nederlands spreekt, het Friese platteland heeft haar eigen problemen. De urgentie om vroegtijdig achterstanden aan te pakken is ook hier groot. Daarom komt ook het tweede voorbeeld uit Friesland. Stichting Kinderopvang Leeuwarden (SKL) werkt al sinds 2008 aan harmonisatie van peuterspeelzaal en kinderopvang, samen met de gemeente, Sinne Peuterspeelzalen en Opvoedingsondersteuning. Directeur Marianne van Hall vertelt dat het voor alle partijen steeds duidelijker werd dat er meer overeenkomsten dan verschillen waren. Daarom zijn in 2012 alle peuterspeelzalen speelleergroepen geworden en vallen ze onder de Wet kinderopvang. Ouders die werken, krijgen een tegemoetkoming via de Belastingdienst. Voor de overige ouders komt het geld van de gemeente, volgens dezelfde inkomenstabel. De gemeente houdt in de nieuwe situatie zo’n 500.000 euro over. Dat gaat naar de VVE-opleiding voor alle medewerkers. Alle speelleergroepen werken of moeten gaan werken met Uk & Puk. De paar zelfstandige speelzalen die er nog waren, moeten of professionaliseren of zich aansluiten bij een andere organisatie. Van Hall vindt dit een belangrijke ontwikkeling. ‘Een programma dat goed is voor achterstandskinderen is goed voor alle kinderen. Het voorkomt bovendien segregatie.’ Inmiddels gaat 84 procent van de Leeuwarder kinderen naar een speelleergroep of naar de kinderopvang (waar ook gewerkt wordt met Uk & Puk). Van de doelgroepkinderen gaat 75 procent naar een voorschoolse voorziening. De samenwerking gaat in de toekomst nog verder vorm krijgen. Peuterspeelzaalorganisatie Sinne, met achttien peuterspeelzalen, en SKL voeren op dit moment fusiebesprekingen. Op 1 januari 2014 wordt de slag gemaakt om de cao’s Wel-
zijn en Kinderopvang te integreren. Sommige locatiehoofden van de kinderopvang sturen nu al peuterspeelzaalmedewerkers aan.
Over de schutting Van Hall kiest nadrukkelijk voor een beweging los van het onderwijs. ‘Landelijk zie je natuurlijk dat scholen denken dat ze er wel een 0-groep bij kunnen gaan doen. Vooral ingegeven door financiële overwegingen: meer kinderen, dus dan gaat de wet van de grote getallen spelen. Dat is natuurlijk het slechtst mogelijke argument. En ik weet zeker dat voor de samenleving een uur onderwijs veel duurder is dan een uur kinderopvang of peuterspeelzaal.’ De directeur van SKL is bovendien bang dat scholen overvraagd worden. ‘Elk maatschappelijk probleem gooien we over de schutting van de school. Wij hebben de kennis over de leeftijd nul tot vier. Maak gebruik van wat er al is. Waarom zou je nu een aparte categorie gaan maken van twee- en driejarigen? Dan mis je weer de aansluiting met de leeftijd daarvoor. Ga je dan de schoolleeftijd nog verder vervroegen? Overigens ben ik een groot voorstander van een knip bij zes jaar. Een pedagogische opleiding voor de groep 0-6, een Pabo-opleiding voor 6-12 jaar. Onze mensen zijn experts in taal bij jonge kinderen. Maar hoewel taal natuurlijk heel belangrijk is, is het niet het enige. Zonder een goede sociaalemotionele en motorische ontwikkeling komt een kind er niet. Ook niet op taalgebied.’ Ten slotte wil Van Hall nog wel even kwijt: ‘Als je tegen scholen zegt “wij hebben de 0-groep al”, dan is dat voor heel veel directeuren een eye-opener. Ook de politiek zou eens meer aan ons moeten denken. We zijn goed voor kinderen, voor ouders én voor de samenleving. Maar we kunnen het tot nu toe maar niet verzilveren.’ < MANAGEMENT
7
Adviesbureau Linkin Business hield de thermometer weer eens in de kinderopvangsector. Ondanks crisis en vraaguitval springt het creatieve ondernemerschap eruit. De kat in het nauw, maakt in de kinderopvang niet zulke rare sprongen. Natuurlijk zijn er ontslagen en sluiting, maar er is ook meer samenwerking en flexibiliteit en een grote behoefte aan een sterke profilering. Tekst Marianne Velsink
Onderzoek Linkin Business onder ondernemers
Kansen zien in krappe tijden
H
et is een lastige tijd voor de kinderopvang, maar ook een periode die om lef en creativiteit vraagt. Adviesbureau Linkin Business vroeg 76 kinderopvangmanagers wat zij doen om hun resultaten te verbeteren. Veel van de ondervraagden zijn lid van het Kinderopvangpanel van Linkin Business. Twee keer per jaar wordt landelijk onderzoek verricht naar actuele thema’s in de kinderopvang. Niet voor iedere ondernemer gaat ‘die lastige tijd’ op. Van de ondervraagden voor dit onderzoek van Linkin Business bleek 21,1 procent nog steeds te maken te hebben met groei. Maar de meeste
8
MANAGEMENT
Het blijkt dat niemand meer om integrale kindcentra heen kan managers (52,6 procent) kregen het afgelopen jaar toch echt te maken met een dalende bezetting. In het ergste geval nam de bezetting met 25 procent af. Gemiddeld bedroeg de afname 15,7 procent. Dit onderzoek van Linkin Business ‘Elke donkere periode biedt kansen’ is alweer het derde onderzoek naar de reactie van ondernemers op ontwikkelingen in de kinderopvangbranche. Eigenaar van Linkin Business, Reinoud Bliek
wil met de resultaten de cijfers een gezicht geven. Dat de kinderopvang het moeilijk heeft, is wel bekend. Maar hoe reageren de professionals in de sector hierop. Is het een tijd van bezuinigen of investeren? Behouden of innoveren? De onderzoeken van Linkin Business geven hiervan een goede indruk.
Onderhandelen De veel genoemde maatregelen om kosten te reduceren zijn onder te brengen in drie categorieën: medewerkers ontslaan, locaties sluiten en investeringen uitstellen. Een vierde, minder genoemde maatregel is beknibbelen op marketing. Uit de categorie ‘overig’ blijkt dat managers het afgelopen jaar niet stil hebben gezeten. Zij gingen onderhandelen over de huurprijs bijvoorbeeld. Of er werd kritischer gekeken naar het inkoopbeleid, de overheadkosten en energie-uitgaven. Een van de ondervraagden zegt: ‘Het aantal managers is afgenomen bij ons. We gaan meer over naar zelfsturende teams.’ De bezetting op de groepen werd nog eens kritisch onder de loep gehouden. ‘We
kijken elke maand met het MT naar de zekere bezetting over twee maanden en passen de formatie aan.’ En ‘We voegen groepen aan het begin en einde van de dag samen, zodat we personeel efficiënter kunnen inroosteren.’ Nog creatiever en diverser worden de oplossingen als kinderopvangmanagers vertellen wat ze hebben gedaan om de omzet te verhogen. Dan blijkt dat niemand meer om integrale kindcentra heen kan. De moeilijke periode in de kinderopvang zet managers in de branche ertoe aan om meer samenwerking te zoeken. Het onderwijs is de meest genoemde partij om mee samen te werken. Eén op de vier organisaties is dat het afgelopen jaar meer gaan doen (23,1 procent). ‘Wij zijn ervan overtuigd dat in samenwerking met het onderwijs de toekomst ligt. We zijn dan ook bezig met drie nieuwe locaties die in of pal naast een school gerealiseerd worden,’ aldus een deelnemer aan het onderzoek. Maar de samenwerking breidt zich verder uit. Van de ondervraagden is 11 procent meer gaan samenwerken met andere kinderopvangorganisaties, soms door een fusie. Eén ondernemer heeft geïnvesteerd in de samenwerking met lokale ondernemers om zo het activiteitenaanbod uit te breiden met sport-, muziek- en theaterlessen.
Omzet verhogen ‘Laten zien wie we zijn’, is een veelgenoemde actie om de omzet te verhogen. Dat betekent niet beknibbelen op marketing, maar er juist ‘substantieel
in investeren’. Managers die al iets doen met communicatie, besluiten hun activiteiten te vergroten. Mond-totmondreclame en gevonden worden op internet en social media, zijn belangrijker dan ooit. Maar dan moet je wel een verhaal hebben. Dus zeggen opvallend veel ondernemers dat ze meer dan ooit de behoefte voelen om zich te onderscheiden van de concurrent. Hiervoor willen ze hun profiel aanscherpen: wij zijn Christelijk, groen, horizontaal, Pikler, creatief enzovoort. Daar staat een enigszins tegenstrijdige trend tegenover, want kinderopvangmanagers willen de klant tegelijkertijd steeds meer bieden. Het aanbod moet flexibeler. Kinderen worden bijvoorbeeld gratis gehaald en gebracht naar sportclubjes, ouders krijgen de eerste twee maanden gratis opvang of ze worden met gratis opvangdagen gecompenseerd als ze door ziekte een keer geen
Over het onderzoek Adviesbureau Linkin Business ondervroeg 76 kinderopvangprofessionals over hoe zij inspelen op de veranderende marktomstandigheden. Wachtlijsten zijn verdwenen, ouders krijgen minder vergoeding en kiezen vaker voor opvang in het informele circuit. Kinderopvangorganisaties moeten meer oog hebben voor de wensen van ouders. Maar dat mag niet ten koste gaan van een gezonde bedrijfsvoering. Centraal stond daarom de vraag: ‘Wat doen kinderopvangorganisaties om hun resultaten te verbeteren in een branche die het moeilijk heeft?’ Na een online enquête is een deel van de ondervraagden nagebeld en geïnterviewd.
gebruik maken van de kinderopvang. ’Ik ben begonnen met meer soorten opvang (flex-, maatwerk, urenafstemming) om ouders die anders weg zouden gaan, toch te behouden’, zegt een deelnemer. Eén ondernemer wil alle opvangvormen kunnen bieden aan zijn klant: ‘Ik heb een peuterspeelzaal opgestart en volgend jaar ga ik van start met gastouderopvang. Dan hebben we alle vormen van opvang in huis en zijn de kosten het laagst. Meer kan ik niet doen.’ Al die creativiteit en flexibiliteit komt vooral uit het hoofd en de handen van ondernemers zelf. Een ruime meerderheid wordt bij het bedenken en vormgeven van nieuwe plannen niet ondersteund door een externe professional.
Vertrouwen Hoe nu verder? Toen Linkin Business de vragen voorlegde aan ondernemers was de extra investering in de kinderopvang voor 2014 nog niet bekend. Maar toch keken de meeste ondernemers met redelijk veel vertrouwen naar de toekomst. Een grote meerderheid van 57,9 procent verwachtte min of meer hetzelfde resultaat te behalen als vorig jaar. Ruim een kwart heeft meer verwachtingen en denkt te groeien. Slechts 15,8 procent denkt dat de vooruitzichten slechter zullen zijn. < Wilt u meer informatie of lid worden van het Kinderopvangpanel? Ga dan naar www.linkinbusiness.nl
MANAGEMENT
9
COLUMN
Cruciaal kruispunt ‘Ondragelijk was de hitte, onuitstaanbaar de benaauwde lucht, oorverdoovend het geschreeuw en gehuil dat die kleinen maakten. Ik bezocht een wiegeninrigting voor behoeftige standen waar kinderen van ’s morgens zeven tot ’s avonds zeven in bewaring werden gegeven. Al dien tijd zijn ze aan de ondragelijkste verveling overgegeven en wendt men niets aan, om ze in geestelijken en ligchamelijken zin op te voeden.’ Precies 150 jaar geleden geschreven door Samuel Coronel en aangehaald door minister Asscher bij het congres van GGD Nederland en de VNG om te duiden hoe ver we nu
al zijn. ‘Nu wordt het tijd voor verdere stappen. Er is bij betrokken partijen behoefte aan toezicht dat minder rigide is en meer ruimte biedt voor houder, toezichthouder en handhaver. Met een nieuwe manier van toezicht, die we kort en krachtig Het Nieuwe Toezicht noemen.’ ‘Als een locatie niet voldoet aan één of meerdere voorschriften, krijgt die locatie een onvoldoende of zwak. Het eindoordeel wordt, wat mij betreft, voor iedereen zichtbaar opgenomen in het LRKP. Dat is makkelijk voor ouders.’ ‘Daar blijft het niet bij. Dit najaar verwacht ik ook te komen met een plan om kinderopvang, voorschoolse educatie en basisonderwijs beter op elkaar af te stemmen. Geen kinderbewaarplaatsen, maar plezierige plekken waar kinderen zich goed en gezond kunnen ontwikkelen en met elkaar leren omgaan. Veilige kinderopvang waar ouders hun kinderen met een gerust gevoel achter kunnen laten. Erop vertrouwend dat hun kinderen in goede handen zijn. Erop vertrouwend dat u een oogje in het zeil houdt,’ zo sluit minister Asscher zijn betoog af. Kinderopvang staat op een cruciaal kruispunt. De vraag is: zijn jullie er klaar voor? Kunnen jullie opstaan na de verwoestende brand? Is jullie ondernemersgeest sterk genoeg? Want wij rekenen op jullie! Marjet Winsemius is initiatiefnemer van Voor Werkende Ouders en voert een politieke lobby om de balans tussen werk en gezin te verbeteren.
Advertentie
SEPA klaar is Kees en Ralph Directeur, Payroll Resources en Frank Hoofd Incasso-administratie, Nijzoon en René Controller, Kupers Reisinfo En jij? Regel het vandaag nog op SEPAklaar.nl
10
MANAGEMENT
Knellende zaken In deze rubriek neemt Reinoud Kroese (Pulito Advies) knellende zaken onder er de loep op o het gebied van wet- en regelgeving, toezicht, handhaving, personeel, bedrijfsvoering fsvoering en n accommodaties in de kinderopvang. Meer actuele informatie over de door hem behan behandelde delde onderwerpen vindt u in zijn weblog op www.kinderopvangtotaal.nl
WAT, WAAROM EN HOE De ‘100 miljoen’ is een goed ogend koekje van eigen deeg. Het smaakt niet. Je geeft iets en tegelijkertijd gaan allerlei kindgerelateerde regelingen op de schop. Het is ronduit cynisch dat door de bezuinigingen van de honderden miljoenen op kinderopvang veel pedagogisch medewerkers op straat komen te staan en dat dat geld nu moet worden gebruikt om daarmee WW-uitkeringen te kunnen betalen. Rondpompen heet dat.
voor die pedagogische kwaliteit. Het Netwerk Kennisdragers Kinderopvang heeft een inventarisatie gemaakt van 35 pedagogische beleidsplannen. Daaruit blijkt kort gezegd dat er over het algemeen slechts wordt voldaan aan de minimale wettelijke eisen. De toetsing van de praktijk door Ondertussen hoor ik op schoolpleinen verontrustende signa- de GGD is zeer summier. Een enkeling heeft een duidelijke len over alternatieven voor bso-kinderen waarbij ongekwali- visie die verder gaat dan vage teksten zoals ‘ieder kind is ficeerde types ergens tegen een geringe zwarte vergoeding uniek’ en ‘we stimuleren de ontwikkeling’. Over het algetien of meer bso-kinderen ‘opvangen’. Hetzelfde geldt voor meen ontbreken de concretisering, onderbouwing en de toenemende naschoolse activiteiten van basisscholen, VVE-programma’s zijn niet verankerd in de visie en de waarbij er geen kwaliteitsborging is en geen regels gelden. doelstellingen. Een uitgebreid artikel over dit onderwerp Marktwerking?? Je kan er op wachten dat daar een keer iets is onlangs verschenen in het blad BBMP. mis gaat. Raar dat we dat allemaal maar laten gebeuren. Hier ligt de uitgelezen kans voor de sector om nu samen Begin oktober kwam er meer duidelijkheid over de langere met pedagogen en wetenschappers een enorme slag te termijn. De minister heeft aangegeven later dit najaar voor- maken. Een aantal kinderopvangorganisaties heeft al grote stellen naar de Tweede Kamer te sturen over het Nieuwe stappen gezet. Pedagogisch actief van Tinteltuin is een prachToezicht en de oplossing voor de huidige versnippering tig voorbeeld hoe je die pedagogische kwaliteit handjes en van het huidige stelsel. In zijn toespraak op het Congres voetjes geeft en goed kan borgen. Andere kindercentra en Toezicht en Handhaving Kinderopvang gaf Asscher duidelijk wetenschappers in binnen- en buitenland hebben meetaan dat een betere borging van de kwaliteit en een gedeelte- instrumenten voor de emotionele stabiliteit, spelen, hechlijke verschuiving van middel- naar doelvoorschriften de ting en welbevinden ontwikkeld. Een sectorbreed gedragen speerpunten zullen zijn bij de nieuwe regelgeving. Dat is en verplicht curriculum waarmee je intrinsieke kwaliteit goed. Maar hoe bepaal je dan die pedagogische kwaliteit? van de kinderopvang bepaalt en borgt is hard nodig. Dat Allereerst door structurele randvoorwaarden zoals groepswerkt alleen als je concreet bent, eenduidigheid realiseert grootte, beroepskracht-kindratio, vaste gezichten, opleien dit vervolgens meet. Ontwikkel een accreditatiesysteem, dingseisen en groepsstabiliteit intact te laten. Maar dan ben waarbij een onafhankelijke instantie toetst of daaraan volje er nog lang niet. Want wat is dan die pedagogische kwali- daan wordt. Als dat niet het geval is, dan volgt een herstelteit? Welke smaken zijn er? Hoe borg je dan dat die kwalitraject. Niet omdat het moet, maar omdat je je daar als teit in de praktijk ook daadwerkelijk wordt gerealiseerd? branche aan gecommitteerd hebt. Het mooie is dat de kinderopvang dan echt haar toegevoegde waarde zichtbaar kan Er is in Nederland geen kennis over de effectiviteit en de maken. Dat is waar Asscher volgens mij naar toe wil. Kindevoorspellende waarde van pedagogische beleidsplannen ren overigens ook! <
MANAGEMENT
11
Iets meegeven voor de ontwikkeling. Voor nu en later. In de eerste drie levensjaren maakt een kind een belangrijke groei door. In deze fase wordt de basis gelegd voor een gezonde ontwikkeling van onder meer de hersenen en het immuunsysteem, voor nu en later. Een op het kind afgestemde voeding is nu belangrijk. Uit de Eet Compleet Test¹ bij kinderen van 1-3 jaar blijkt dat: • 70% minder groenten eet dan de ADH van 75 g/dag • 68% minder ijzer binnenkrijgt dan ADH van 7 mg/dag • kinderen gemiddeld 11 mg DHA (omega-3 vetzuur) binnenkrijgen. ADH is 100 mg/dag PronutraTMis ons commitment om samen met jou, vanuit onze ervaring, de ontwikkeling van jonge kinderen te stimuleren, op het gebied van hersenen en het immuunsysteem. Dit doen wij met onderzoek (o.a. Eet Compleet Test), educatie en met onze vernieuwde Groeimelk met PronutraTM. Benieuwd naar de voedingsinname op jouw kinderdagverblijf? Meld je aan op www.nutriciavoorkinderdagverblijven.nl voor de gratis Eet Compleet Test.
Ondersteunt een gezonde Hersenontwikkeling hersenontwikkeling
Met de Groei juiste bouwstenen voor je kindje
Ondersteunt een gezond Immuunsysteem immuunsysteem
Wat maakt Nutrilon met PronutraTM uniek? • IJzer en de DHA ondersteunen een normale hersenontwikkeling • Gepatenteerde mix van prebiotische vezels GOS:lcFOS en de vitamines A, C en D ondersteunen het immuunsysteem
1. Eet Compleet Test (2012) Intern rapport Nutricia
Zijn toekomst begint vandaag
Voor school
VOORLEZEN ALS VRIJWILLIGERSWERK De Volkskrant, 6 oktober Kleuterjuf reageert op het idee om mensen (voorlees)vrijwilliger te laten worden in ruil voor zorg. ‘Uit alle verzamelde expertise blijkt dat taalachterstand niet wordt ingehaald door er slecht geschoolde mensen, laat staan leken aan te zetten, in ruil voor brood. Zet hooggeschoold personeel in voor kinderen in die leeftijdsfase met een taalachterstand. Alleen zo verbeter je hun toekomst.’
AFGEPAKT NRC, 28 september Voorzitter Waarborgfonds Kinderopvang en oud-Kamervoorzitter Gerdi Verbeet: ‘Ieder keer wordt er weer wat geprobeerd, dan is de kinderopvang weer bijna gratis, dan weer niet. Ik merk aan de jonge mensen in mijn omgeving dat ze het gevoel hebben: je krijgt wat en de volgende keer wordt het weer afgepakt. Dat voedt hun wantrouwen richting de overheid.’
HARMONISATIE IN ASSEN Rtvdrenthe.nl, 26 september ‘Speelwerk trok zich vrijdag terug omdat het aantal aanmeldingen van peuters tegenviel. Dat stelde de gemeente voor problemen omdat de huidige opvang per 1 oktober stopt. Met de zogenoemde harmonisatie van de kinderopvang wil Meppel twee ton besparen. De opvang door de andere commerciële partner Allio gaat wel gewoon door, maar bezorgde ouders die het hele proces met argusogen hebben gevolgd hebben daar weinig vertrouwen in. In hun ogen zijn de peuters het beste af met een opvang geregeld en verzorgd door de samenwerkende openbare en christelijke basisscholen.’
IDEALE PLEK De Volkskrant, 14 september Eyeopener voor Elly Singer: ‘De rijkdom van communicatie tussen jonge kinderen. Peuters die nog amper kunnen praten, spelen al relatief gecompliceerde spelletjes met elkaar, maken onderling grappen, hebben vriendjes. Volwassenen zijn cruciaal voor de taalontwikkeling van het kind en de emotionele veiligheid. Maar peuters leren ook van elkaar en met elkaar. De crèche kan daarvoor een ideale plek zijn.’
De Tegenlicht-documentaire over de Superschool van Eric van ’t Zelfde in Rotterdam deed veel stof opwaaien bij basisscholen en voortgezet onderwijs. Van ’t Zelfde wil van zijn Hugo de Groot-school een Superschool maken voor leerlingen van 2 tot 18 jaar. Hij wil zelf invloed kunnen uitoefenen op wat er op de basisschool gebeurt. ‘De taal- en andere achterstanden zijn zo groot dat mijn school daar de dupe van is’, zegt hij in de Volkskrant (1 oktober) naar aanleiding van de documentaire. Basisschooldirecteuren natuurlijk in de gordijnen. De kinderopvang heb ik in het debat echter niet gehoord. Terwijl Van ’t Zelfde ook plannen heeft met de twee- en driejarigen, want hij heeft het niet over 4 tot 18, maar over 2 tot 18. Citaat uit hetzelfde Volkskrant-artikel: ‘Tussen 0 en 5 jaar leert een kind het meest wat hij ooit zal leren: praten, wat liefde is, en zijn geweten en taalgevoel worden gevormd. Het onderwijssysteem werkt niet in Rotterdam-Zuid, de Haagse Schilderswijk of het Utrechtse Kanaleneiland.’ Niet alleen de basisscholen azen dus op jonge kinderen, ook het voortgezet onderwijs wordt een concurrent van de kinderopvang. ‘Laat crème de la crème het onderwijs verzorgen’, kopt een opinieartikel van Van ’t Zelfde een dag eerder in dezelfde krant (30 september). Wie is de crème de la crème voor de voorschoolse periode? Althans wie zou dat moeten zijn? Precies. Gelukkig weten de verschillende partijen die zich met opvoeding en onderwijs bezighouden elkaar steeds beter te vinden. Zie de gezamenlijke Peuterbrief die zij uitstuurden naar minister Asscher (zie artikel elders in dit nummer). Gelukkig zien basisscholen steeds beter de waarde van de kinderopvang. Nog meer nieuws over peuters. In een Brandpunt-reportage (29 september) op tv werden de peuter- en kleutertoetsen aan de kaak gesteld. Te veel een momentopname, te zeer gedomineerd door een commercieel toetsbedrijf. Lees ook het onthullende artikel in Didactief (september 2013) over vermenging van de publieke en private poot van het Cito. Ook in de peutertoetsdiscussie mis je de expertise van de kinderopvang. Wie kan de ontwikkeling van kinderen stimuleren zonder in een schools systeem te vervallen? Althans wie zou dat moeten kunnen? Precies. De voorschoolse periode wordt in de maatschappelijke discussie steeds belangrijker. De kinderopvang moet een belangrijke speler zijn in die discussie. Maar dat is niet alleen een kwestie van imago en zichtbaarheid. De kinderopvang moet ook bij zichzelf te rade gaan of ze die rol ook echt kan vervullen. Dat is niet helemaal een vanzelfsprekendheid. Voor veel kinderopvangorganisaties is er dus werk aan de winkel. Juist nu. <
MANAGEMENT
13
BOEKEN Betsy van de Grift
Hoe coach ik met behulp van een boek? Kun je een team coachen met behulp van een boek? Dat is de grote vraag die blijft hangen als je het gelezen hebt. Veel tekst (408 pagina’s !), maar wat kun je er mee? Voldoet het boek aan de ambities die de schrijver er mee heeft? En sluit het goed aan bij de kinderopvang?
Het boek gaat over de complexiteit van het werken in teamverband en wat je kunt doen om het team effectiever, succesvoller te maken. En dat doe je niet allemaal zelf. Je creëert als teamleider een omgeving waarin het team zichzelf kan verbeteren. Volgens het mantra in dit boek moet het team daarvoor zelfaccepterend, zelflerend, zelfsturend en zelfoplossend zijn. Het boek behandelt in 29 hoofdstukken, HOE’s genaamd, allerlei aspecten om de complexiteit waarin jij en je team zich bevinden, te duiden en aan te pakken. Nadrukkelijk met een focus op verbeterdoelstellingen, want met uitzondering van enkele voorbeelden uit de praktijk wordt er in dit boek niet over problemen gesproken. Het boek maakt drie dingen heel duidelijk: 1. Een succesvol team is een effectief team waar je ook in crisissituaties en op de lange termijn veel resultaat van kunt verwachten. En het is een bron van energie. 2. Als je een team zo goed wilt laten worden, dan moet het team daar zelf heel hard voor willen werken en als teamcoach moet jij dat bewerkstelligen. Noch jij, noch de teamleden krijgen het succes cadeau. 3. In veel situaties kun je echter best met minder af of moet je, door omstandigheden, met minder genoegen nemen. Bespaar je dan de enorme hoeveelheid energie en moeite om het team te verbeteren.
Ambitie van de schrijver
Hoe coach ik mijn team? Auteur Joost Crasborn Uitgave Thema Prijs € 34,95
14
MANAGEMENT
In de inleiding legt de schrijver uit dat hij zelf vroeger in teams heeft gewerkt en dat dit niet altijd positieve ervaringen waren. Daarom is hij 18 jaar geleden teams gaan coachen en daarom schreef hij dit boek. Joost Crasborn is inmiddels een zeer ervaren trainer en coach.
Volgens hem is de ‘kernambitie’ van dit boek: ‘het helpt je om vanuit een eigen visie op je rol als coach stap voor stap jezelf en je team te versterken. Je krijgt handvatten om te werken aan je eigen ontwikkeling en die van je teamleden op de manier die bij jullie past en die voor jullie werkt. Gebruik het boek als inspiratiebron en naslagwerk en doe het vooral op je eigen manier. Dit boek helpt je om de focus niet primair te richten op problemen en directe probleemoplossing. Het stimuleert je om vooral vanuit jullie ambities te werken aan jullie ontwikkeling en samenwerking. Een insteek die veel energie en kracht genereert.’ Het boek bevat veel herhaling: op de 408 pagina’s vind je op elke bladzijde dezelfde boodschap, maar dan in andere zinnen, herhaald. Je moet, met je team, zelf je gezamenlijke ambitie formuleren. Je moet je eigen vertrekpunten zoeken en er positief mee omgaan. Je moet, nee, wacht, je moet niks. Je doet wat je zelf het beste vindt. De schrijver is een relatieve buitenstaander die je handreikingen doet. Wil je aan de slag met de teamrollen van Belbin? Of spreekt het model van de leerstijlen van Kolb je meer aan? Je krijgt het allemaal uitgelegd in de HOE- hoofdstukken. Voel je de noodzaak om in het team te praten over gevoelens? Let op de ‘onderstroom-bovenstroom’ kenmerken! Het hele boek is opgezet zoals het kort en bondig staat geformuleerd op pagina 23, onderaan: ‘De tips en handreikingen in dit boek helpen je je deze succesfactoren (van jouzelf als teamcoach, BvdG) eigen te maken. De lijst is lang en sommige punten zijn voor jou misschien een open deur, maar zo heb je wel veel keuze. Kijk wat je er uit kunt gebruiken. Als het werkt is het zinvol’.
Vernieuwde Risicomonitor Door FCB en VeiligheidNL Informatie www.risico-monitor.nl Prijs €100,- ex BTW per organisatie De online tool waarmee opvangorganisaties zelf een risico-inventarisatie kunnen doen, is doorontwikkeld en efficiënter gemaakt.
MyChapp
THE NANNY
Door Muldata bv Informatie www.mychapp.nl Prijs op aanvraag MyChapp is een applicatie voor de smartphone waarmee kinderopvangorganisaties direct met ouders kunnen communiceren. Zo kan de kinderopvangorganisatie direct nieuws melden en beschikbaarheid, ruildagen, ziekte en vakantie regelen. Ook blijven de persoonsgegevens up-to-date en kunnen de gebeurtenissen in het ‘schriftje’ meteen via de app met de ouders gedeeld worden.
Oudercommunicatie
Gesignaleerd Geboeid Er zullen lezers zijn die zich voelen aangesproken door de positieve en open manier van formuleren. Het leidt geen twijfel dat veel leidinggevenden zichzelf en hun team heel graag willen verbeteren en de samenwerking willen beleven als een bron van energie. En daar zijn zonder twijfel nuttige handreikingen voor gegeven, zoals het nut om ineffectieve patronen in de samenwerking te benoemen. En het is goed dat deze schrijver er op wijst dat je je bewust moet zijn van de complexiteit van teams. Dat er geen makkelijke scores zijn en dat ieders medewerking een voorwaarde is. Het boek is geschreven zoals de visie op coaching van de schrijver in optima forma is: niet sturend maar volgend. Het geeft je verschillende invalshoeken en predikt geen absolute waarheid. Jij moet je rol pakken en zelf aan de slag.
Naslagwerk Waarschijnlijk zal je het boek bij een eerste kennismaking eerst doorbladeren om ‘grip’ te krijgen op de inhoud. Het vaste
Door The Nanny en Konnect Informatie www.the-nanny.nl en www.konnect.nl Prijs voor ouder gratis, voor organisaties op aanvraag. Door de samenwerking tussen The Nanny en Konnect is de oudercommunicatie van Konnect gekoppeld aan de software van The Nanny. Konnect verbindt de groep met de ouder. Ouders ontvangen foto’s, heen-en-weer-schriftjes en nieuws via computer, smartphone of tablet. Op een zelfgekozen moment kunnen ouders genieten van de belevenissen van hun kind op het kindercentrum.
format van de HOE-hoofdstukken en de indeling daarbinnen, is dan behulpzaam. Maar dan. Zit er een lijn in? Wat staat waar? Waarom staat bijvoorbeeld pas in HOE 11 uitgelegd dat het om resultaten gaat: ‘uiteindelijk bepalen de resultaten van het team ... de meerwaarde van het team’.
hij duidt en hij geeft positieve en nietprobleemgestuurde aanwijzingen. Maar een boek schrijven is iets anders dan een coachinggesprek voeren. Misschien wil de lezer wel gewoon geholpen worden met de problemen die hij of zij in de praktijk ervaart en die de dure aanschaf van dit boek rechtvaardigen.
Als recensent heb ik het hele boek achter elkaar doorgenomen en dat is niet wat de schrijver wil. Hij heeft geen leesboek maar een naslagwerk geschreven. Wellicht daardoor schoot ik zelf in een allergie bij grote hoeveelheden teksten als ‘verbinding met je eigen kracht en koers blijft altijd de basis om goed in verbinding te blijven met je team’. Kan een kwestie van persoonlijke stijl zijn. Maar ook op meer objectieve gronden ben ik niet erg enthousiast over dit boek. Het grootste kritiekpunt lijkt mij het ‘teveel’. De breedsprakigheid en de herhalingen, het houdt maar niet op. Je krijgt de indruk dat de schrijver het heeft opgeschreven zoals hij het ook in de coachingspraktijk zelf zegt. Hij neemt waar,
Teams in de kinderopvang Leidinggevenden in de kinderopvang kunnen met dit boek geholpen worden doordat het ze wijst op de enige manier waarmee je teams zelfstandiger kunt krijgen; dat is door ze meer zelf te laten doen. En onze teams kunnen die prikkel wel gebruiken, blijkt uit de verhalen die ik vaak hoor. De leidinggevende wordt vaker dan haar lief is ingeschakeld om teamproblemen op te lossen. Niet doen: dat wil Crasborn ons bovenal meegeven. Je moet je team zelf verantwoordelijk maken voor de te behalen resultaten. En de enige manier om dat te bereiken, is, door teamleden ‘positief op te voeden’. Maar dat weten jullie allemaal al. Al lang. < MANAGEMENT
15
Kies nu voor Kinderen legt inefficiëntie kinderopvangstelsel opnieuw bloot
Een toekomstvisie doorgerekend ‘Kies nu voor Kinderen’ is de boodschap van het Kinderopvangfonds en de Bernard van Leer Foundation aan de politiek. Deel I van het plan kreeg ruim een jaar geleden lof en kritiek. Maar uit het regeerakkoord blijkt dat wel degelijk ook naar dit plan is geluisterd. Gooit de crisis roet in het eten of wordt het papieren plan werkelijkheid? Een interview met ‘de drie achter het plan’ (zie kader). Tekst Marianne Velsink
Een utopie, zo zou ik cynisch kunnen concluderen als ik het plan Kies nu voor Kinderen lees. In deze tijd een investering in kwaliteit én een uitbreiding van het ouderschapsverlof... Waarom is jullie toekomstvisie voor de kinderopvang toch realistisch? Jeanet van de Korput: ‘Omdat delen van het plan op een aantal plekken in het land al zijn uitgevoerd. In de gemeente Leeuwarden werken kinderopvang, peuterspeelzalen, bso en onderwijs al samen. De gemeente heeft VVE-coaches in dienst die de kwaliteit stimuleren en alle peuters kunnen, ongeacht of hun ouders werken of niet, gebruikmaken van deze voorzieningen. Eindhoven is nog zo’n voorbeeld.’
Hoe kan het dat het die gemeenten wel lukt? Patrick Banis: ‘De verschillen tussen gemeenten hebben soms ook met demografie te maken. Het noorden, oosten en zuiden hebben in sommige regio’s te maken met krimp. Willen ze daar voorzieningen behouden voor inwoners, dan moeten ze wel samenwerken.’ Hoe is er op Kies nu voor Kinderen, deel I gereageerd? Van de Korput: ‘Onze gesprekken met politici over een nieuw kinderopvangstelsel zijn doorgegaan. Dat we in het regeerakkoord een aantal van onze aanbevelingen letterlijk terugzagen, deed goed. Het belang van het kind moet voor-
Kies nu voor Kinderen in het kort Wat? Kies nu voor Kinderen is een visie op het kinderopvangstelsel van de toekomst. Wie? De initiatiefnemers zijn Het Kinderopvangfonds en de Bernard van Leer Foundation. De geïnterviewden zijn Jeanet van de Korput (Bernard van Leer Foundation), Patrick Banis (Kinderopvangfonds) en Serv Vinders (Adviseur kinderopvang). Na Kies nu voor Kinderen I, heeft SEO Economisch Onderzoek de kosten en baten van het plan Kies nu voor Kinderen II geanalyseerd. Hieruit blijkt dat de kortetermijninvestering van 296 miljoen euro in ouderschapsverlof, 20 miljoen structurele kosten voor coaching van pedagogisch medewerkers
16
MANAGEMENT
en 44 miljoen voor de stijging van overheidsuitgaven aan kinderopvangtoeslag niet opwegen tegen de baten op langere termijn. De investering in de kwaliteit van de kinderopvang levert de maatschappij 179 miljoen euro op, vooral omdat kinderen in achterstandsituaties beter terecht komen dan hun ouders. Inclusief de ouderschapsverlofregeling komen de langetermijnbaten neer op 5 miljoen euro per jaar. Verander je alleen het kinderopvangstelsel, dan krijgt de maatschappij een totale meevaller van 274 miljoen euro. Het volledige rapport is te lezen op http://www.bernardvanleer.org/kiesnuvoorkinderen
Maar toen kwam de crisis en raakten deze mooie plannen op de achtergrond. In 2013 ging het alleen nog maar slechter. De timing lijkt ongelukkig. Banis: ‘De focus ligt voor de korte termijn op geld. Maar dat geld is er al. Er zijn honderden miljoenen euro’s op de plank blijven liggen. Maar minister Asscher moet tegenvallers in zijn eigen ministerie oplossen. Door de toename van WW-uitkeringen, zijn er nogal wat tekorten.’ Serv Vinders: ‘Toch is dit het moment voor veranderingen. Nederland is een eiland in West-Europa waar Engeland, Scandinavië, Duitsland en België al investeren in jonge kinderen. Daar zijn ook liberale partijen verantwoordelijk voor. Wij hebben blijkbaar meer tijd nodig om die slag te maken.’ Kies nu voor Kinderen deel II heeft een ander kosten- en batenplaatje dan deel I. Daarin werd de investering in kinderopvang vooral gecompenseerd door de ratio in de bso te verlagen naar 1 medewerker op 15 kinderen. Deze maatregel levert direct geld op. Waarom is dit in deel II weggelaten? Vinders: ‘Omdat we er kritiek op kregen. Hoe kun je investeren in de kwaliteit verenigen met een lagere ratio? Die kritiek hebben we serieus genomen. Overigens denken we nog steeds dat er geen rampen gebeuren als deze maatregel bij de oudere kinderen op de bso wordt ingevoerd.’ Maar maken de langetermijnbaten de financiële onderbouwing van het plan niet zwak? Banis: ‘Als je het hebt over baten die door kinderen worden opgebracht, dan is het toch logisch dat het lange termijnbaten zijn. Investeren in kinderen, is het begin van de kenniseconomie waar we allemaal zo hoog van opgeven. Iedereen weet dat als je een euro investeert in een kind, dat het vier, vijf keer rendeert. Je weet ook dat je beter nu en hierin kunt investeren dan over een paar jaar in de universiteit.’ Zes miljard euro bezuinigen, dat is waar de politiek nu mee bezig is. Banis: ‘We moeten ervoor uitkijken dat we niet alles plat naar geld en zes miljard gaan vertalen. Morgen is dat geld niet meer nodig, maar zitten wij wel opgescheept met een versnipperd stelsel.’ Vinders: ‘We claimen geen miljarden euro’s. Als je het ouderschapsverlof eruit haalt, gaat het om een vraag van tientallen miljoenen euro’s op een begroting waar honderden miljoenen euro’s overblijven.’
‘Iedereen weet dat als je een euro investeert in een kind, dat het vier, vijf keer rendeert’
Foto: Nationale Beeldbank
op, kwaliteitsverbetering, integratie peuterspeelzaalwerk en kinderopvang. Het staat er letterlijk.’
De kinderopvang moet een kwaliteitsslag maken, maar is en wordt daar niet juist enorm in geïnvesteerd? Denk aan de BKK-gelden, aan de pedagogische kaders en aan taal- en interactietrainingen voor pedagogische medewerkers. Van de Korput: ‘De BKK-gelden waren ingezet op korte trainingen met een keuze uit vierhonderd cursussen. Wat gebeurt er: de pedagogisch medewerker komt enthousiast terug van de training, maar het systeem is niet veranderd. Door medewerkers te coachen on the job beklijft een training beter. Dat is overigens ook de nieuwe lijn van BKK.’ Vinders: ‘Dit is wetenschappelijk aangetoond in het COREonderzoek waarin is gekeken naar een efficiënte professionalisering van de sector. De conclusie is helder: één training helpt niet, één medewerker trainen ook niet. Je moet medewerkers blijvend input geven en coaching on the job is dan het meest efficiënt. Een andere aanbeveling is om verschillende niveaus in een team te verzamelen, mbo’ers en hbo’ers.’ Wie is verantwoordelijk voor de financiering van deze trainingen en wie organiseert het? Van de Korput: ‘De investering kost structureel 20 miljoen euro. Op de totale kinderopvangbegroting is dat echt niet veel geld. Het geld komt terecht bij gemeenten die dat op hun eigen manier invullen. In Leeuwarden zijn er bijvoorbeeld VVE-coaches aangenomen, maar het kan ook worden ingezet voor hbo’ers op de groep die deze kar gaan trekken.’ Het ouderschapsverlof is de grootste kostenpost van het plan. Zien jullie daar op korte termijn ruimte voor? Vinders: ‘We realiseren ons dat een uitbreiding van het ouderschapsverlof de meeste politieke weerstand oproept. Maar we vinden het wel belangrijk en het mocht wat ons betreft daarom niet ontbreken in dit plan. Natuurlijk, als we het ouderschapsplan eruit hadden gehaald, hadden we minder kritiek gekregen. Maar we zijn geen belangenorganisa- > MANAGEMENT
17
‘Waarom kiezen we er niet voor om kinderopvang open te stellen voor kinderen die het ’t hardst nodig hebben? tie. Wij willen dat er nu echt eindelijk voor kinderen wordt gekozen.’ Welke vorm van ouderschapsverlof achten jullie het meest kansrijk? Banis: ‘Drie maanden extra ouderschapsverlof voor man en vrouw op basis van 70 procent van het minimumloon.’ Het plan is nu vooral een praktische uitwerking. Maar wat vinden jullie: is kinderopvang een arbeidsmarktinstrument of heeft het vooral een pedagogische waarde? Banis: ‘Nu is kinderopvang alleen een arbeidsmarktinstrument. Het zit niet voor niets bij het ministerie van Sociale Zaken. Maar wat ons betreft zou je naar 50/50 moeten.’ Vinders: ‘We moeten realistisch blijven. Nederland is geen België. We hebben ons eigen dna. Maar waarom kiezen we er niet voor om kinderopvang open te stellen voor kinderen die het het hardst nodig hebben?’
Gastouderopvang wordt in deel II van het plan niet meer expliciet genoemd. Welke rol speelt gastouderopvang in jullie plan? Van de Korput: ‘We hebben het eruit gelaten omdat het geen verdere invloed had op het kosten- en batenverhaal. We blijven pleiten voor het behoud van gastouderopvang, maar dan wel met een betere vorm van toezicht en meer samenwerking met kinderopvangorganisaties. Wanneer wordt het plan werkelijkheid, kunnen jullie daar een uitspraak over doen? Vinders: ‘We hebben er geloof in dat de plannen die in het regeerakkoord staan, daadwerkelijk worden uitgevoerd. Dan bedoelen we de integratie van peuterspeelzaalwerk en meer samenwerking met school. Het wordt spannend of er kinderopvangtoeslag komt voor niet-werkende ouders. Als dat deel van ons plan, dus zonder ouderschapsverlof, er komt, is er al veel winst. Uiteindelijk gaan we het buitenland achterna, maar we doen er iets langer over.’ <
Advertentie
Wij verzorgen o.a.; ✔ ✔ ✔ ✔
uw financiële administratie, de salarisverwerking, de facturatie, bedrijfsadvisering op maat.
•
Admi-Lux is al jaren actief in de kinderopvang, heeft professionele managementsrapportages ontwikkeld en kan u maandelijks van de juiste informatie voor zien, rechtstreeks afkomstig uit de boekhouding.
•
Indien u dit wenst, kunt u ook zelf online inloggen en uw gegevens raadplegen. Dit scheelt u tijd en geld!
•
Door een strak uitgevoerd debiteurenbeleid loopt u lagere financiële risico’s. Door samenwerking met een eigen incassobureau en het laten verzorgen van de aanvragen voor de kinderopvangtoeslag naar de belastingdienst bent u in controle over uw debiteuren saldo. Wilt u weten of u goed op weg bent? Bent u bezig met een overname waar mogelijk financiële risico’s aan zitten? Of lukt het u niet om een optimaal rendement te realiseren. Dat kan Admi-Lux voor u verzorgen. Wij duiken in de cijfers en brengen u en eventueel andere bestuurders een uitgebreid verslag uit. Belt u gerust eens voor een afspraak.
Admi-Lux • Nieuwe Steen 41a ● 1625 HV Hoorn T 0229 - 299 723 ● F 0229 - 298 942 E
[email protected] ● I
[email protected]
Financiële administratie & Salarisverwerking 18
MANAGEMENT
… is de pedagogisch medewerker Met Kinderopvang TV zijn de pedagogisch medewerkers zelf aan het woord: met talloze korte video’s en oefeningen verdiepen zij zich in het beroep en bekwamen zich in het pedagogisch gesprek. Individueel en in teamverband. En met het eigen Pedagogisch JournaalǀĞƌďŝŶĚĞŶnjŝũŚĞƚƉĞĚĂŐŽŐŝƐĐŚďĞůĞŝĚŵĞƚĚĞĚĂŐĞůŝũŬƐĞƉƌĂŬƟũŬ͘ Meer info of scherpe aanbieding?
[email protected] of (030) 233 1330
Management Kinderopvang
trakteert
u als trouwe
abonnee
MAAK KANS OP EEN
MEUBEL CHEQUE VAN GOOSSENS
WONEN & SLAPEN T.W.V.
450 EURO!
Ga naar www.zorgvakblad.nl/meubelcheque
Hele dag voor maar
€ 35,-
Hét kinderopvang-evenement van het jaar Zaterdag 23 november 2013, Ede
Praat mee in het Kinderopvang Café
EXTRA
Doen! Gratis fotoshoot
congresprogramma voor managers en voor stagebegeleiders
Ontspannend:
stoelmassage Inschrijven kan nog!
www.kinderopvangtotaal.nl/kinderopvanglive
en ies- t v d da na s ee bureau catieve i s e s u Sard erzoek de ed el stelt ond m is in ten do sen n kzaa n zich ingska ren te r e e w kel or nge sect ontwik en jo n. ren de nde rgrote i k ve van
Een kleine greep uit onze trainingen:
De Kleine Kapitein Goed ontwikkelde zelfsturing – ook wel Executieve Functies genoemd - vormt een ideale bodem voor de sociaal-emotionele en cognitieve ontwikkeling van het kind. De Kleine Kapitein is een training die pedagogisch medewerkers en onderbouwleerkrachten leert om de ontwikkeling van zelfsturing bij jonge kinderen te stimuleren.
FF Taal leren Het taalniveau van pedagogisch medewerkers moet omhoog om jonge kinderen een goede start te geven op de basisschool. FF Taal Leren is een innovatieve taaltraining waarmee pedagogisch medewerkers taalniveau 3F kunnen bereiken.
Digidreumessen Bij deze training duiken we in de digitale wereld van het jonge kind. Pedagogisch medewerkers worden geïnformeerd en geïnspireerd om zelf media in te zetten in het werken met jonge kinderen.
Opbrengstgericht werken met jonge kinderen Zes bijeenkomsten voor pedagogisch medewerkers en leerkrachten over opbrengstgericht werken aan taal en rekenen en de borging en implementatie hiervan.
Speel Goed De trainingen zijn voor pedagogisch medewerkers, leerkrachten én voor ouders gezamenlijk. Het is een interactieve training vol handreikingen en spelsuggesties om de taalontwikkeling en technische ontwikkeling van kinderen te stimuleren.
Ga voor meer informatie over de trainingen en wat wij nog meer doen naar: www.sardes.nl.
: atie m r 1 Info es t 37 a a r Sard e Viest cht e g Lan BK Utr 0 s.nl 1 351 232620 sarde @ 030 tariaat e secr
Inhoud Op de beursvloer Het Kinderopvang Café Workshops Managerscongres Sprekers aan het woord Minisymposium ‘Rondom de stagiaire’ Stands op de beursvloer
Advertorial
THE NANNY www.the-nanny.nl
Samen versterken we uw oudercommunicatie Bezoek ons op Kinderopvang Live!
planning geboortedatum kind gegevens ouders
nieuws voorstellen medewerkers digitaal schriftje fotoboek ouder app
www.konnect.nl
Ben jij klaar om je passie te volgen?
mbo-opleidingen Zorg en Welzijn www.capabel.nl
Start nog in november 2013 of januari 2014 met een opleiding bij Capabel! nd 1-jarige opleidingen onze sta Bezoek ns het uin tijde t r e t Start 7 keer per jaar in in de W vent ng Live E a v p o r e 1 dag per week les Kind Erkend CREBO diploma Diverse locaties in Nederland
088 - 270 1 270 •
[email protected] • www.capabel.nl
Leuk en leerzaam!
Staat zaterdag 23 november al in je agenda? Dan is in Ede het bruisende evenement Kinderopvang Live. Hét event voor pedagogisch medewerkers, gastouders, stagebegeleiders, coördinatoren, ROC-docenten, directies en managers in de kinderopvang. Het wordt een dag vol leuke en leerzame activiteiten: van workshops tot stoelmassage, van vakbeurs tot fotoshoot. Voor managers en voor stagebegeleiders zijn er aparte congresprogramma’s.
Kinderopvang Live wordt georganiseerd door de vakbladen Kinderopvang en Management Kinderopvang. Het thema: op volle kracht vooruit! Want wij vinden dat het tijd is voor positiviteit, tijd om met een roze bril naar de toekomst van onze prachtige sector te kijken. Minister Lodewijk Asscher maakt plannen voor gratis dagdelen voor alle peuters. Als het aan ons ligt, klimt de kinderopvangsector binnenkort weer uit het dal.
Hele dag voor 35 euro Voor slechts € 35,- kun je de hele dag meemaken: workshops volgen, meedoen aan alle activiteiten én de vakbeurs bezoeken. De lunch is inbegrepen en je kunt gratis parkeren.
Managers kunnen zich inschrijven voor een eigen congresprogramma met daarin aandacht voor de nieuwe plannen van minister Asscher. Het Managementcongres Kinderopvang (€ 249,-) biedt extra workshops en spreekuren gericht op het nieuwe stelsel dat er aankomt. Een nuttige ondersteuning in de bedrijfsvoering in deze roerige tijden. Voor ROC-docenten en stagebegeleiders is er het minisymposium Rondom de stagiaire (€ 125,-). Want ook in crisistijd zijn stagiaires onmisbaar!
Deelnemers aan het Managementcongres of het minisymposium kunnen ook gebruikmaken van alle andere faciliteiten van het event. In deze bijlage krijg je alvast een sfeerimpressie en lees je wat er allemaal te doen is. Kortom, mis het niet!
Inschrijven kan op www.kinderopvangtotaal.nl/ kinderopvanglive
Op de beursvloer I het Kinderopvang Café op de beursvloer serveren wij… kennis! Je ontmoet er Steven In P Pont, ontwikkelingspsycholoog bij de Kinderopvang Academie. Je kent hem misschien o ook van zijn vaste bijdragen in het Parool, de MAMA, Wij Jonge Ouders en van zijn P Psychologieposter in het vakblad Kinderopvang. Over het Kinderopvang Café zegt hij: ‘ ‘Van een professional wordt geregeld een mening gevraagd, ook van een pedagogisch medewerkster. Zoals: “Klopt dit gedrag van mijn kind gezien zijn leeftijd?” Om dan een gefundeerde mening te geven heb je kennis nodig, want een mening zonder kennis is als een dak zonder n de slag huis. Daarom gaan we in het Kinderopvang Café actief met jouw vakkennis aan ngen via een spel en een quiz. En je gaat met elkaar in gesprek over uitdagende stellingen rondom je vak en jouw relatie tot de kinderen, ouders en collega’s.’
‘Een mening zonder kennis is als een dak zonder huis’ Let op: Er is beperkt plaats in het Kinderopvang Café. Daarom is het nodig je van tevoren in te schrijven. Dat kan via www.kinderopvangtotaal.nl/kinderopvanglive
RELAXT: STOELMASSAGE
iStock
Altijd leuk: op de foto. Alleen of gezellig samen met je collega’s. Onze fotograaf staat voor je klaar! iStock
Even een relaxmomentje tussendoor? Kom langs voor een ontspannende stoelmassage.
FOTOSHOOT OT
LIVE MUZIEK
iStock iStock
LEKKER: LUNCH
STANDS
ANP
ANP
PRAAT MEE IN HET KINDEROPVANG CAFÉ P
Bij de prijs inbegrepen: een lekkere en gezonde lunch.
Workshops
Bekijk de complete en uitgebreide beschrijving van de workshops op de website.
Aan de slag met je loopbaan! Het FCB Loopbaanplein helpt kinderopvangmedewerkers bij het ontwikkelen van hun loopbaan. Of dat nu bij de huidige werkgever is, in de huidige branche of daarbuiten. Tijdens deze workshop geven we een ‘rondleiding’ op het Loopbaanplein en gaan we aan de slag. Interessant voor pedagogisch medewerkers, maar ook nuttig voor leidinggevenden. Kristiaan Hillen, adviseur Instroom & Mobiliteit, FCB Karen Hofstede, werkveldadviseur Kinderopvang, FCB Tineke Walstra, adviseur Leren & Ontwikkelen, FCB
Speel Digiwijs! Over media en het jonge kind • Welke media zijn geschikt voor jonge kinderen? • Welke mogelijkheden zijn er om media in te zetten in het werken met jonge kinderen en hun ontwikkeling? • Welke kansen liggen er voor de kinderopvang als we denken aan media en het betrekken van ouders? • Hoe belangrijk is mediaopvoeding? Denise Bontje, taalkundige, theatermaker, procesbegeleider en trainer, Sardes
Aan de slag met afval
iStock
Werken met afval als kosteloos materiaal stimuleert het beeldend en creatieve denkvermogen van kinderen. In deze workshop hoor je hoe je kinderen de gelegenheid voor zelfontplooiing geeft. Monique Eilertsen, docent, Scrap Xl
‘Begrijpen met je handen!’ Tijdens de dag kun je verschillende workshops volgen. Je hoeft je niet van tevoren in te schrijven. Hier vast een overzicht van de onderwerpen die zeker aan bod komen.
Speelgoed kiezen met visie Workshop over de functie van speelgoed. Wat past bij welke leeftijd en welk ontwikkelingsgebied en waar moet je op letten als het om veiligheid gaat? Marianne de Valck, directeur adviesbureau spelen en speelgoed
Begeleiden van de seksuele ontwikkeling Kinderen verkennen vanaf jonge leeftijd lichamelijkheid en seksualiteit. Wat is ‘normaal’ seksueel gedrag en hoe reageer je hierop? Wat vertel je als kinderen seksueel getinte vragen stellen? De workshop biedt hiervoor handvatten en tips. Channah Zwiep, docent pedagogische wetenschappen Uva en eigenaar Kind&Zo
Deze workshop gaat over sporen maken en zelfontdekkend leren, wat is dat en hoe doe je dat? Na een korte inleiding ga je zelf aan de slag met materialen. Als je zelf hebt ondervonden hoe het voor jou werkt bespreken we hoe je kinderen inspireert, hoe je sfeer en veiligheid biedt, welke materiaalkeuzes je kunt maken, hoe je zonder oordeel werkt en waarom je documenteert. Annet Weterings, auteur/pedagoog/ trainer, Cartouche
Altijd al eens een vakblad willen proberen? Neem nu een introductieabonnement* op je favoriete vakblad en profiteer van de korting.
* Hierna loopt het abonnement verder als een jaarabonnement met 25% korting. Wenst u niet te continueren dan kunt u voor ontvangst van het laatste nummer opzeggen.
www.winteractie.reedbusiness.nl
Profiteer nu van ons warme aanbod!
3
nummers voor slechts
€10,-
KINDEROPVANG Kinderopvang stimuleert jou als pedagogisch medewerker het beste uit jezelf te halen! Kinderopvang is inspirerend, betrouwbaar en praktisch.
Bel 0314-358 358 of bestel online via www.winteractie.reedbusiness.nl
MANAGEMENT KINDEROPVANG Management Kinderopvang is uw brug tussen beleid & uitvoering! Het blad bericht over de ontwikkelingen in de branche, bedrijfsvoering en maakt hierbij ook de vertaalslag naar de dagelijkse praktijk in de kindercentra.
Met SterkLeerklimaat haalt u het maximale uit uw team SterkLeerklimaat verbetert het leerklimaat in uw team. Samen met leidinggevenden en medewerkers brengen wij het leerklimaat in beeld. U ziet hoe het er op de werkplek voor staat, waar een team goed in is en waar verbeterkansen liggen. Zo gaan wij samen aan de slag om het leren op de werkplek beter vorm te geven.
Leren met elkaar. Van elkaar. Elke dag!
Resultaat: U Gemotiveerde medewerkers die beter samenwerken, kennis delen en flexibel kunnen reageren op veranderingen. U U bent een aantrekkelijke werkgever. U Hogere kwaliteit van zorg- en dienstverlening. U Meer tevreden klanten. Heeft u interesse in SterkLeerklimaat? Ga dan naar www.calibris.nl/sterkleerklimaat of neem contact op met Calibris via T 030-750 7888 of
[email protected].
Managementcongres Kinderopvang Voor directies en managers in de kinderopvang, peuterspeelzalen en brede scholen is er tijdens Kinderopvang Live een eigen programma. We gaan in op de plannen van minister Asscher over de toekomst van de kinderopvang. Het Managementcongres Kinderopvang werpt licht op de plannen, verkent de reacties uit het werkveld en biedt in de praktische workshops en spreekuren ondersteuning in de bedrijfsvoering.
De verwachting is dat de minister naar een nieuw kinderopvangstelsel wil waarbij het onderscheid tussen kinderopvang en peuterspeelzalen gaat verdwijnen en de samenwerking met scholen steeds belangrijker wordt. Wat betekent dit voor de sector? Hoe kunnen kinderopvangondernemers zich voorbereiden op dat nieuwe stelsel? En hoe houden ze tot die tijd het hoofd boven water?
Tijdens het middagprogramma kunt u twee workshops volgen. Er is keuze uit verschillende onderwerpen:
Verschillende invloedrijke sprekers uit het veld delen hun visie met u. Onder hen Martin Flier (directeur Kinderopvang bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid), Gjalt Jellesma (voorzitter BoinK), Ton Biesta (voorzitter Landelijk Platform Peuterspeelzalen), Job van Velsen (projectleider Landelijk steunpunt Brede scholen) en Lex Staal (directeur Brancheorganisatie Kinderopvang).
2. Zelfroosterende teams Kansen, valkuilen en voorbeelden uit de praktijk. Peter van Zijl, oprichter Pelosa
Ed Buitenhek, directeur van Buitenhek Management & Consult geeft ons inzicht in het financiële kader. Hij beantwoordt vragen als: Hoe gaan de geldstromen in het nieuwe stelsel lopen? Hoe kunnen ondernemers en gemeenten ‘voorsorteren’? Wat zijn de kansen, bedreigingen en risico’s voor ondernemers en klanten? Wat kunnen we opsteken van de ervaring van early innovators? Natuurlijk verliezen we ook de pedagogische kant niet uit het oog. Elly Singer, voormalig hoofddocent aan de universiteiten van Utrecht en Amsterdam, neemt ons mee langs 40 jaar ontwikkeling van pedagogische kwaliteit. Ook blikt ze vooruit op het nieuwe kinderopvangstelsel en andere recente ontwikkelingen in de kinderopvang.
1. Knellende regels en succesvolle strategieën Over bedrijfskundige en juridische vraagstukken. Reinoud Kroese, bedrijfsjurist, Pulito advies
3. Maak jij het verschil? Over de functie van de ‘Manager van Alles’: locatiemanagers in de kinderopvang. Betsy van de Grift, manager kinderopvang, adviseur en publicist. 4. Deeltijdontslag, hoe pak je dit aan? Irene Dijkmans, advocaat LexSigma Extra workshop! Slim ondernemen in de kinderopvang! Wat kan ik leren van anderen? Hoe maak ik het verschil? En welke rol kan een goed voedingsbeleid hierin spelen? Krijg antwoord op deze en andere vragen en hoor voorbeelden vanuit de praktijk! Deelnemers ontvangen het gesigneerde boek ‘Code 959, lijn in je werk, lijn in je leven’ van Pieter de Vries. Door Berdien van Wezel, diëtist en directeur Berdien van Wezel diëtisten en Pieter de Vries, life- en businesscoach
5. Blijven professionaliseren in voor- en vroegschoolse educatie in de kinderopvang! Frank Studulski, senior adviseur en procesbegeleider, Sardes Marianne van Teunenbroek, adviseur en trainer, Sardes 6. Juridische tools om een onderneming door de crisis te leiden Quirina Henselijn, advocaat en partner Hens & Prins Advocaten 7. ‘Begrijpen met je handen’ Over inspireren, creativiteit aanwakkeren en vrijheid geven. Aan leidsters én kinderen. Annet Weterings, auteur/pedagoog/ trainer Cartouche 8. Bepaal je eigen route: Ga toch fietsen! Nieuwe tijden vragen een nieuwe aanpak: leer informeel leren. Jos Baggen & Jaap Tulp, oprichters Plinkt! Rudie Peeters, eindverantwoordelijke Hoera Kindercentra 9. Kansen grijpen en kansen creëren, met opbrengst! Wies Putman & Liesbeth Kreuk, Innovatie- en organisatieadviseurs CED-Groep Deelname aan het Managerscongres Kinderopvang kost € 249,- Deelnemers kunnen ook gebruikmaken van alle andere faciliteiten van het event. Inschrijven kan via www.kinderopvangtotaal.nl/ kinderopvanglive
Minisymposium Rondom de stagiaire Voor stagebegeleiders, coördinatoren en ROC-docenten is er tijdens Kinderopvang Live een apart programma te bezoeken. Op dit minisysposium Rondom de stagiaire richten we ons specifiek op het landschap van de stages in de kinderopvang. Dat is in korte tijd snel veranderd. Met dit minisymposium bent u binnen een paar uur weer helemaal up to date. 1. Werken aan interactievaardigheden Door de bezuinigingen in de kinOver het herkennen en versterken deropvang is het aantal stageplaatsen van interactieve vaardigheden. dramatisch afgenomen. Wat betekent Ook: de inzet van eigen filmbeelden dit voor de toekomt van de sector? En in de opleiding. welke hoopvolle en nieuwe ontwikkelinJacqueline Schoemaker en gen tekenen zich af? Hoe gaat het met Anneke Strik, docenten PW3 en de samenwerking tussen opleidingen PW4 aan het ROC van Amsterdam en het werkveld? Welke rol speelt het en betrokken bij het UvA-ROCvAtaalonderwijs aan (beginnend) pedagoonderzoek ‘Groei in Beeld’. gisch medewerkers de komende tijd?
3. Van competentie naar concreet gedrag Oefenen met beoordelen van stagiaires binnen praktijksituaties. Welke lijsten gebruik je en hoe gebruik je deze? Wat zijn de eventuele valkuilen? Gabriëlle Zeevenhooven, docent pedagogisch werk ROC Rijn IJssel
We besluiten de middag met een interactief debat over de recente De sprekers op deze dag praten u bij 2. Hoe vertaal je het kwalificatiedossier naar leren in de praktijk? ontwikkelingen op gebied van stage over de stand van zaken en actuele Hoor hoe je met ‘Competent’ kunt en opleidingen. ontwikkelingen en bieden een blik op werken. ‘Competent’ is een online de toekomst. Zo zal Erik Verlinden begeleidingsinstrument dat praktijk/ Deelname aan het Minisymposium (directeur Kinderopvang Academie) werkbegeleiders en docenten helpt Rondom de stagiaire kost vertellen over online aspecten van bij het begeleiden van studenten € 125,- Deelnemers kunnen ook het nieuwe leren, zoals E-learning en tijdens de beroepspraktijkvorming. gebruikmaken van alle andere social media. Calibris faciliteiten van het event. Verder zijn er twee workshoprondes, waarbij u kunt kiezen uit deze drie Inschrijven kan via www.kinderopvangtotaal.nl/kinderopvanglive onderwerpen:
Traint ook uw personeel in de kinderopvang! CurZus&Zo heeft de expertise en ervaring op het gebied van trainingen in de kinderopvang. Wij zijn gespecialiseerd in het verhogen van het Nederlandse taalniveau naar 3F met de methode ‘Allemaal Taal’ speciaal voor pedagogisch medewerkers. Voor iedereen die met kinderen werkt organiseren wij ook BHV-K en EHBO-K trainingen. Zorg dat u het verschil maakt! Door een training van CurZus&Zo. Trainingen BHV-K en EHBO-K worden verzorgd in samenwerking met BHV Huisman.
Calibris Competent: u en uw student halen het maximale uit de stage Competent geeft inzicht in wat uw student moet leren in de praktijk en helpt om de voortgang te monitoren en doelgericht bij te sturen. Competent: U Biedt u handvatten voor coaching, begeleiding en sturing. U Spreekt één taal, die alle partijen verbindt. U Objectiveert en uniformeert de begeleiding van studenten. U Stimuleert kwaliteitsverbetering. U Bespaart u tijd.
Plannen. Meten. Coachen!
Competent is beschikbaar voor de pedagogisch werker Kinderdagverblijf Peuterspeelzaal/Buitenschoolse Opvang niveau 3 en 4. Heeft u interesse in Competent? Kijk dan voor aanmelding en informatie op www.calibriscompetent.nl. Voor een presentatie of vragen kunt u ook contact opnemen met Calibris via 030 750 7888.
Actiepakket kinderopvang Drie unieke producten nu voor slechts € 65,• Samen spelen met baby's Een boek boordevol leuke activiteiten om met baby’s te ondernemen.
• Knuffels (incl. DVD) Een boek vol met activiteiten voor kinderen tot 3 jaar aan de hand van seizoenen en vieringen.
• Van Klein naar Groot Sla een brug van de voorschoolse educatie naar het basisonderwijs.
www.cedgroep.nl/webwinkel
het tij keert’ ‘Het wordt tijd dat
og sycholoog en pedago reekt ontwikkelingsp sp ng met va els rop idd de inm Kin is s ongre ht en Amsterdam rec Ut n va Op het Managementc ten tei rsi Ze dagogiek. docent aan de unive op het gebied van pe Elly Singer. De hoofd aring als onderzoeker erv en en ia ler nn n, ce ele de r sp ar vie nde onderzoek na pensioen en heeft we eu rni ve ar ha e eg nd vanw is internationaal beke . kinderen in kindcentra ge jon bij ap vriendsch of n hun bedrijf omvallen tegenslag. Mensen zie iële nc s na fi on t t he me t pt ing dw kam ijk is, ‘De kinderopvang hen persoonlijk vresel Behalve dat dat voor g in Nederland. van rop de kin de raken hun baan kwijt. t me hoe we verder willen er ov en nk chieten. Ik heb veel de ins te et na ook om kwaliteit er bij mo de t da t nie d ft tre be j mi t , maar tegelijkertijd vin Maar dat betekent wa nheid van het werkveld kke tro r be rke en g we de din wij me ch respect voor de toe Geen enkele pedagogis gelijk wordt gemaakt. lig en stimulerend vei ht ec n ee g ik ook dat het ze onmo llin ste vaak wisselt van samen kan in een groep die zo klimaat krijgen.’ ar rtig jaar onderzoek na kunnen putten uit vee We rt. n ontstaan er kee hie tij t ssc he t Mi . da zijn ‘Het wordt tijd tot meer in staat we n ete mo ee dagen opvang arm da iek, ders maar één of twee ou Als . kinderopvangpedagog en orm gv van atief. Ik denk dat het dcentra nieuwe op g een interessant altern van naast professionele kin op e erd ise an org ge sisvoorziening worden, n door ouders vang ooit weer een ba nodig hebben, lijkt ee rop de kin ven. Dat de t ch Mo is. varieerd keuzemogelijkheden blij goed is als het palet ge vang moet, maar dat er rop de kin DE ar na d kin dan hoop ik dat niet elk miek gaande.’ ar houdt ook de dyna ma rs, de ou or vo ed go is
‘Doe het samen!’ Peter van Zijl, directeu r van softwareontwikk elaar Pelosa, deed de op met zelfroosteren afgelopen jaren veel de teams, samen me ervaring t Raymond van Hens Zijl geeft er een inspir bergen van Bluefield erende workshop ov HR M. Van er tijd ens het Managements ‘Pm’ers beseffen: he congres Kinderopva t is niet alleen crisis ng. voor de manager.’ Managers in kinderop vang hebben te maken met een roerige markt onzekerheden. Velen met grote worstelen met vraaguit val en de vraag wat ze aan werknemers dat da moeten met het tevee ardoor ontstaat. Aanst l uren op kleinere contr verloop stimuleren, of acten, het natuurlijk toch mensen ontslaan ? Zelfroosteren blijkt da hulpmiddel voor de bro arbij een goed odnodige cultuurverand ering.
‘Je vergroot op een en
orme manier de betro
kkenheid’
Van Zijl: ‘Bij zelfrooster en gaat het om slim roo steren, maar nog veel spreken van het denkver meer om aanmogen op de werkvloe r. Het team wordt nadru bij het invullen van de kkelijk betrokken diensten. In de praktijk blijkt dat bij veel peda daardoor het besef gro gogisch medewerkers eit dat ze zelf onderde el zijn van de crisis, nie zien dat pm’ers op ee t alleen hun manager. n heel andere manier na We ar het bedrijf gaan kijk 2-3 jaar bleek tot wel en. Bij projecten in de 10% van de deelnemers afgelopen be reid om minder te gaan dat het bedrijf daardoo werken als dat beteken r overeind kon blijven. de Zij leverden liever vrijwil contract in, dan dat er lig een paar uurtjes van collega’s uit hun team hun ontslagen moesten wo een enorme manier de rden. Je ziet dat zelfro betrokkenheid van me osteren op dewerkers vergroot. He t brengt werelden naar elkaar toe.’
Standhoudersoverzicht vakbeurs Albert Heijn Bereslim Boekstart Bureau RIS Calibris Capabel Onderwijsgroep CED Groep CurZus&Zo De Kleine Troubadour
Jobmassage Kidsadmin Kinderopvangacademie Koninklijke van Gorcum Konnect / The Nanny Kwest online Kwintessens MyChapp NioKids
Partners
NTR Nutricia Pampers Quebble ROSA software Sardes Van der Tol VerbeterMeter Vyvoj
Sponsoren
THE NANNY
De fabriek voor al uw interieurideeën voor KDV, Halve dagopvang, PSZ en BSO
sactie! a a l k r e t Sin ok en win op Facebo
Fraaie houten boom met hocker. Leuk in iedere ruimte. Voor het presenteren van thema’s en knutselwerkjes.
leuk Ga naar Vindt ons r met print. 2kick e k c o h e v een ga /meubels book.com www.face
Vakkundig advies en 3D ontwerp Gespecialiseerd in de inrichting van multifunctionele ruimtes: PSZ/Halve dagopvang gecombineerd met BSO Duaal gebruik klaslokaal of aula door kinderopvang en basisonderwijs Functionele meubels voor het creëren van leuke (VVE) hoeken
2kick.nu
Online planning en beheer van kinderopvang kinderlijk eenvoudig! Compleet en gebruiksvriendelijk “In the cloud”: geen investeringen, lage kosten, bereikbaar op elke werkplek WůĂĂƚƐĞŶ͕ƌŽŽƐƚĞƌĞŶ͕ƌĞůĂƟĞͲĞŶĐŽŶƚƌĂĐƚďĞŚĞĞƌ͕ ĨĂĐƚƵƌĂƟĞ͕ďĂŶŬŝŶĐĂƐƐŽĞŶĚĞďŝƚĞƵƌĞŶďĞŚĞĞƌ ookidoo berekent de personeelsnorm bij het inroosteren van beschikbare medewerkers; je kunt ook medewerkers inroosteren van een ǀĞƐƟŐŝŶŐŽĨŝŶƐƚĞůůŝŶŐǁĂĂƌŵĞĞũĞƐĂŵĞŶǁĞƌŬƚ NU
R AA
BESCHI LINE KB ON
€55,-
ON
AA
NU
R
per maand* LIN E
BESC
ůůĞŝŶĨŽƌŵĂƟĞŽǀĞƌĚĞĚĂŐĞůŝũŬƐĞŐĂŶŐǀĂŶ zaken, zoals de wachtlijst, het verloop van je ďĞnjĞƫŶŐŝŶĚĞƚŽĞŬŽŵƐƚ͕ŚĞƚƵƌĞŶƐĂůĚŽǀĂŶũĞ medewerkers en de nog te ontvangen bedragen Overstapservice
B HIK
*Prijs is ex BTW, tot 200 kinderen Daarboven prijs op aanvraag
sŽŽƌŵĞĞƌŝŶĨŽƌŵĂƟĞ͗www.ookidoo.nl of bel 06-14677087
Hoe houdt u het effect van een training levend in uw organisatie? Door te borgen! U wilt namelijk dat uw werknemers daadwerkelijk met het geleerde aan de slag gaan op de werkvloer. Succesvol borgen is vooral een kwestie van doen en herhalen. Jaar in, jaar uit. Net als tuinieren! Tekst Eileen Kalkman, Confriends
Maximaal rendement uit een training
Borgen! S
Foto: Istockphoto
tel u heeft een leuke en leerzame training over communicatievaardigheden georganiseerd voor uw pedagogisch medewerkers. Zo’n training waar iedereen enthousiast en blij van terug komt. U kunt de dagen na de trainingen merken dat de training leeft op de werkvloer want u hoort uitspraken van uw medewerkers, zoals ‘praat vanuit de ik-vorm’, ‘gebruik plustaal in plaats van mintaal’ of ‘benoem feiten en geen interpretaties’ et cetera. Of het team heeft net een training over gezond en ergonomisch werken gevolgd en u ziet dat het trappetje van de commode meer gebruikt wordt en men elkaar aanspreekt op goed buk- en tilgedrag. Na een aantal weken merkt u dat het onderwerp steeds minder leeft in het team. Het
38
MANAGEMENT
lijkt wel of de meesten weer terugvallen in hun oude gedrag en gewoontes. Zonde van uw investering!
Waarom borgen? Borgen is te vergelijken met het onderhouden van uw tuin; een terugkerend proces. Eén keer de tuin flink aanpakken met snoeien, mesten en onkruidvrij maken is niet voldoende. Opmerkingen richting pm-ers als ‘dat zouden ze moeten weten of kunnen want ze hebben hier een training over gehad’ zijn meestal onterecht. Om nieuw gedrag op de werkvloer te kunnen implementeren is meer nodig dan alleen een training. Ga daarom met borging aan de slag en u zult merken dat stap voor stap de opgedane kennis en vaardigheden in uw team blijven
leven. Help uw team bij het implementeren van nieuw gedrag. Een ander voordeel van borgen is dat uw medewerkers ervaren dat u en/of de organisatie de training serieus neemt. Als u laat zien dat u de training waardevol en belangrijk vindt voor de medewerkers en de organisatie zal dit meer draagkracht in het team opleveren. Zorg dat alle neuzen binnen uw team dezelfde kant op staan. En u achter het team staat.
Hoe? Vooraf Borging begint eigenlijk voorafgaand aan de training. Het is raadzaam om vooraf te bedenken: wat moet er geborgd worden? Wat gaat het opleveren? Hoe wil ik borgen? In welke frequentie? Stem met de betrokken medewerkers en de trainer af hoe jullie dit gaan aanpakken. Afstemmen met de trainer Zorg dat er een intake met de trainer is. Samen met de trainer bespreekt u uw leerdoelen en geeft u aan wanneer de training voor u een succes is. Wat wilt u bereikt hebben na afloop van deze training? Vraag naar de inhoud en durf eisen te stellen. Informeer hoe de training aansluit bij de praktijk, hoeveel er praktisch geoefend wordt en hoe het beleid van uw organisatie wordt meegenomen in de inhoud. Wordt er gewerkt met een vooropdracht en tussentijdse opdrachten?
Interactieve werkvormen Kies één werkvorm per werkoverleg. Besteed niet langer dan 10 à 15 minuten per keer aan het onderwerp. Herhaal een aantal keer per jaar.
- Hoe uitdagend is jouw groepsruimte voor kinderen om te bewegen? - Gebruik jij bewust het trappetje bij de commode?
Dansen met kaartjes Zet prikkelende vragen over het trainingsonderwerp op een kaartje van ongeveer wenskaartformaat. Maak ruimte en verspreid de kaartjes, met de vragen naar beneden gericht, op de grond door de ruimte. Zet vrolijke dansmuziek aan, bijvoorbeeld salsa of disco en ga met de groep dansen. Doe zelf enthousiast mee. Zodra de muziek stopt gaan twee personen bij een kaartje staan en bespreken met elkaar de vraag die op het kaartje staat. Herhaal dit een aantal keer.
Speed-daten met collega’s Zet op een papier een aantal vragen over het trainingsonderwerp en kopieer dit voor iedereen. Laat de deelnemers 3 - 5 minuten met een collega daten over het trainingsonderwerp. Herhaal dit drie keer, steeds met een andere collega.
Voorbeelden: - Wat doe je bij ouders die jou negeren bij het ophalen, stap jij dan actief op ze af? - Kun jij de feedbackstappen benoemen? - Hoe handel je bij een klacht van ouders? - Hoe wordt er omgegaan met het traktatiebeleid bij jou op de groep? - Laat jij de kinderen bewust zelf opruimen omdat dit goed voor hun motoriek is?
Afstemmen met de medewerkers Motiveer van tevoren waarom u voor deze training heeft gekozen, hoe deze past in het beleid en wat het zal opleveren voor het team. Zorg dat de leidinggevende betrokken is bij de training. Tijdens de training Zorg voor een prettige trainingsruimte waar de training ongestoord plaats kan vinden. Denk ook aan kleine dingen:
Bijvoorbeeld over buiten spelen: - Hoe uitdagend is onze buitenruimte voor kinderen om te spelen? - Ga je iedere dag naar buiten met de kinderen? - Hoe vaak doe je een geleid spel buiten? - Welk beweegmateriaal zetten jullie buiten in? - Welke beweegspelen doen jullie buiten? - Heb je een tip voor verbeterpunten? Ren je rot met stellingen Lees stellingen voor die passen bij het trainingsonderwerp. Geef aan waar ze naar toe moeten rennen als ze vinden dat de genoemde stelling waar of niet waar is. Bijvoorbeeld ren naar de ene
kant van de ruimte voor ‘waar’ en de andere kant van de ruimte voor ‘niet waar’. Het gaat er niet om wie gelijk heeft, wel dat er bewustwording ontstaat. Voorkom lange discussies. Stellingen kunnen zijn: - Het gebruik van wippertjes en Maxi Cosi beperkt de motorische ontwikkeling van de baby. - Ouders zijn klanten en de klant is koning. - Kinderen zelf laten opruimen is ook een beweegactiviteit. - Bewegen bevordert de taalontwikkeling van kinderen. Speel met het team een spel Over diverse trainingsonderwerpen zijn leuke spellen te koop zoals het Kwaliteitsspel, Feedbackspel, Waardenspel, Teamspel etc. Sneeuwballengevecht Geef iedereen een blanco A4. Laat ze daarop twee tips of afspraken schrijven die ze uit de training hebben meegenomen. Frommel het papier tot een sneeuwbal en doe gedurende een minuut een sneeuwballengevecht met elkaar. Daarna pakt iedereen een sneeuwbal en leest de tips voor. Bespreek vervolgens met elkaar welke afspraken jullie met elkaar kunnen maken om deze tips door te voeren.
prettige ruimte, kopje koffie/thee koek- - Evalueer de training met de trainer en je erbij. Maak er een feestje van. Stem de deelnemers. Verzamel de verbetermet de trainer af dat de deelnemers bij punten en adviezen die zorgen voor aanvang hun persoonlijke trainingsdoeeen verbeterslag op de werkvloer. len stellen. Uiteraard is de leidinggeVerwerk gemaakte afspraken naar vende aanwezig. Evalueer tussentijds aanleiding van de training eventueel zowel met trainer als met deelnemers. in het beleid van de organisatie. - Laat de onderwerpen regelmatig teNa afloop rugkeren in het teamoverleg. Herhaal Nu komen de essentiële vervolgstappen eventueel een oefening uit de training met elkaar. Zie kader voor leuke intervoor borging. Hoe haalt u het maximale actieve werkvormen. rendement uit een training? Tips: - Laat de deelnemers na afloop van de training een verslag schrijven waar ze aan gewerkt hebben en met welk > resultaat.
‘Zorg dat de opgedane kennis in uw team blijft leven’
MANAGEMENT
39
R sA S OFT WAR E VOOR DE KI NDEROP VANG
ROSA software voor KDV BSO PSZ GOB • Modulair pakket met oa. planning, facturatie, incasso, personeel, ouderlogin enz. • Bestel alleen wat u nodig heeft! • Nieuw: door de combinatie met MyChapp worden app aanvragen van ouders direct in uw ROSA administratie of planning verwerkt
Kijk op onze vernieuwde website! www.muldata.nl
NIEUW MyChapp dé app voor de kinderopvang
• Ouders worden via pushberichten direct op de hoogte gehouden over hun kind, nieuwtjes en mededelingen • Ouders kunnen zelf wijzigingen of flexdagen doorgeven via de app • MyChapp kan ook in uw huisstijl gemaakt worden! • App is separaat te gebruiken of te combineren met adminstratiepakket ROSA •
40
www.mychapp.nl
MANAGEMENT
‘Maak er een feestje van’ - Neem de persoonlijke leerdoelen van de deelnemers mee in hun POP-gesprek. Hebben ze hun doel bereikt? Hoe is dat te merken op de werkvloer? - Steun uw pm’ers in hun leer- en veranderproces. Toon regelmatig interesse en geef complimenten. Spreek ze zo nodig aan op verbeterpunten. - Laat pm’ers elkaar steunen. Bijvoorbeeld door elkaar een top en een tip van de dag of week te geven. - Geef zelf het goede voorbeeld. Bijvoorbeeld als u wilt dat uw pm’ers op de juiste manier feedback aan elkaar geven, geef dan zelf ook op de juiste manier feedback. - Betrek ouders en laat zien dat u werkt aan kwaliteit. Schrijf bijvoorbeeld in de nieuwsbrief, website of op het prikbord wat voor een training de pm’ers hebben gevolgd. Vermeld welke kennis er is opgedaan, hoe dat te merken is op de werkvloer en wat het positieve effect is voor de kinderen. Ook de dagelijkse overdracht is hiervoor een mooi moment. Of organiseer een ouderavond over een trainingsonderwerp dat aansluit bij ouders. - Stel coaches aan, denk aan voedings-, beweeg-, ergocoaches en dergelijke. Dit zijn medewerkers die een extra taak op zich nemen. Meestal één of twee coaches per locatie. Zij zijn het aanspreekpunt en adviseren hun collega’s over een onderwerp waar ze veel kennis van hebben. Meestal volgen zij hiervoor extra scholing. - Zorg voor jaarlijkse follow-up training. - Bedenk hoe je nieuwe medewerkers over het onderwerp informeert. < Eileen Kalkman is trainer en ontwikkelaar bij Confriends. Confriends verzorgt trainingen op de werkvloer op het gebied van communicatievaardigheden, arbo en gezond werken, Spelenderwijs Bewegen en beweegkriebels.
Tien vrije vragen aan: Ruben van der Made Een kennismaking met covermodel van deze maand: Ruben van der Made (37), regiomanager Skon Kinderopvang Midden-Nederland. Tekst Carla Overduin 4. Wat doet Skon goed en wat niet?
‘Skon is een creatieve organisatie. We steken veel geld in een bijzonder activiteitenaanbod. Zo werken we samen met Staatsbosbeheer en met het Mediapark in Hilversum en is er structureel aandacht voor voorlezen, muziek en beweging. Daarnaast maakt onze organisatie een grote slag als het gaat om het aanbieden van flexibele producten. Wat we beter kunnen doen is: van elkaar leren.’ 1. Waarom koos je voor de kinderopvang?
‘Mijn marketing- en communicatiebedrijf stopte na tien jaar. Als communicatieadviseur had ik ook ideeën over de kinderopvang. Ik zag dit als werk waarin ik bedrijfsmatig met een prachtig onderwerp bezig kon zijn: de ontwikkeling van kinderen.’ 2. Spijt van die keuze, gezien de huidige problemen?
5. Je hebt een marketing-/communicatie achtergrond. Hoe moeilijk is het om marketing en communicatie goed te doen in deze tijd?
‘Marketing biedt juist nu kansen. Wie zich nu goed weet te profileren heeft daar voordeel bij. Skon pakt dit professioneel aan en gaat voor de lange termijn met kwaliteit en continuïteit als uitgangspunten.’
7. De teruggang in kinderopvang gaat nauwelijks ten koste van de arbeidsparticipatie. Oftewel, ouders zoeken alternatieven, zoals opa/oma-opvang. Wat vind je daarvan?
‘Geen goede zaak. Alternatieven zijn op de lange termijn bijna nooit structureel. Vroeg of laat moet je kunnen terugvallen op een professionele organisatie.’ 8. Ouders moeten meer invloed krijgen op de kwaliteit van kinderopvang, vindt minister Asscher. Hij denkt aan een geschilleninstantie die ouders meer klachtenmogelijkheden geeft. Goed idee?
‘Nee, volgens mij kent de branche al genoeg regels. Die zouden voldoende moeten zijn om kwaliteit te waarborgen. Een goede samenwerking met een oudercommissie is overigens essentieel.’ 9. Hoe zie je de rol van mannen in de kinderopvang?
‘Zeker niet. Het is leuk om deze zachte dienstverlening, waarin kinderen centraal staan, zo goed en aantrekkelijk mogelijk te organiseren. Als ik dit goed doe, kunnen we blijven investeren en zo de kinderopvang naar een steeds hoger peil brengen. De problemen van nu zie ik als een kans voor onze organisatie.’
‘Kinderen zien meestal meer vrouwen 6. De boodschap van de overheid is verandan mannen tijdens het opgroeien, derlijk. ‘Het beleid zwabbert,’ wordt gezegd. terwijl ze ook mannelijke rolmodellen Wat is je communicatieadvies aan minister nodig hebben; die spelen immers net zo goed een belangrijke rol bij de opvoeAsscher? ‘Strategisch beleid is heel wenselijk. Het ding. Ik ben daarom erg voor het inzetoverheidsbeleid rondom de ontwikketen van mannen in de kinderopvang. ling van kinderen zou veel breder moeDat we alert blijven spreekt voor zich. ten worden aangepakt. Wat willen we Zowel richting mannelijke als vrouwe3. In sommige delen van het land wordt kinderen aanbieden, tot welke leeftijd lijke medewerkers.’ en hoe maken we het betaalbaar? gesproken over ‘herstel van de markt’. 10. Wat doe je over vijf jaar, heb je dan nog Kinderen zijn onze toekomst. Daarom Geldt dit ook voor Skon? ‘Skon is onderdeel van Kinderopvang kan het niet zo zijn dat je de ontwikke- een baan? Nederland waarbij we landelijk opere‘Sinds ik in deze branche werk, is het lingsmogelijkheden beperkt van kinderen. Begin 2014 krijgen onze labels Skon, ren met ouders die minder financieel nog nooit rustig geweest. Er is altijd iets Partou en Allio één naam. Ondanks de bedeeld zijn. Mijn advies: maak secwaarop je moet anticiperen. Ik denk dat verschillende omstandigheden in het toroverstijgend beleid. Zorg voor meer we over vijf jaar verder zijn met het inland verwachten we een voorzichtige eenheid tussen scholen en opvangorga- tegreren van opvang en scholen. En onstabilisatie. Het blijft echter spannend dertussen ontstaan er nieuwe ideeën. nisaties en laat andere (hulp) organiin de huidige economische tijd.’ Daaraan lever ik graag mijn bijdrage.’ < saties constructief helpen waar nodig.’ MANAGEMENT
41
CAO Kinderopvang 2012-2014
Meer flexibiliteit in arbeidsduur Op 1 oktober jl. is de CAO Kinderopvang 2012-2014 voor kindercentra en gastouderbureaus algemeen verbindend verklaard. Dit houdt in dat de nieuwe cao vanaf nu door alle werkgevers in de kinderopvangbranche moet worden nageleefd. Marjolijn Kruijs-Olthof, arbeidsrechtadvocaat, legt uit wat er anders en nieuw is. Tekst Marjolein Kruijs-Olthof, advocaat arbeidsrecht
D
e looptijd van de cao is van 1 januari 2012 tot en met 31 december 2014. De afspraken die daarin zijn opgenomen gelden dan ook met terugwerkende kracht, tenzij op dat punt in de cao expliciet is afgeweken. Hieronder volgt een korte toelichting op de cao-wijzigingen die voor uw organisatie van belang kunnen zijn.
Jaarurensystematiek Tot voor kort beperkte de cao iedere flexibiliteit in het vaststellen van de arbeidsduur van vaste medewerkers. Nadat de arbeidsduur per week contractueel was vastgesteld kon hiervan maar minimaal worden afgeweken. Hierdoor bleek het voor veel kinderopvangorganisaties niet eenvoudig om tot sluitende roosters te komen, met name bij ziekte of vakantietijd. In de huidige cao hebben de vakorganisaties geprobeerd gehoor te geven aan de vraag van werkgevers om vaste medewerkers flexibeler te kunnen inzetten. Met de invoering van een zogenaamde ‘jaarurensystematiek’ is het voortaan mogelijkheid om de werktijden per maand flexibel in te delen. Na invoering van de jaarurensystematiek bedraagt de arbeidsduur voor de werknemer met een volledig dienstverband gemiddeld 156 uur per maand. Die kan worden uitgebreid tot 173,33 uur per maand. De systematiek laat ruimte voor een variabele arbeidsduur. Per maand mogen de werktijden van een werknemer dan maximaal 20 procent naar boven of naar beneden afwijken van de overeengekomen gemiddelde arbeidsduur per maand (dit laatste geldt
Wat betekent de jaarurensystematiek voor uw organisatie? 42
MANAGEMENT
overigens niet voor leerlingen). Over de indeling per week wordt in de cao verder niets gesteld. Dit maakt het dan ook mogelijk om een werknemer de ene week niet of voor een paar uur in te delen en de andere week juist vol in te zetten (binnen de grenzen van de Arbeidstijdenwet). De werknemer moet dan wel tijdig van het rooster op de hoogte worden gebracht. Hiervoor is een periode van minimaal 10 werkdagen vastgesteld. Het invoeren van een jaarurensystematiek wordt in de nieuwe cao vrij eenvoudig gemaakt. Instemming van de OR, PVT (personeelsvertegenwoordiging) of personeelsvergadering met het invoeren van een jaarurensystematiek is niet vereist. Wel moet een werkgever de manier van invoering in overleg met de OR of PVT (of bij het ontbreken hiervan het personeel) vaststellen.
Min/max-overeenkomsten Met de jaarurensystematiek biedt de cao ook meer ruimte voor min/max-overeenkomsten. In zulke arbeidsovereenkomsten is een minimum en maximum aantal te werken uren opgenomen. Onder de oude cao mocht het verschil tussen het overeengekomen minimum en maximum aantal te werken uren niet meer dan 10 uur per week bedragen. Nu mag het verschil tussen het minimum en maximum niet meer dan 60 uur per maand zijn, mits daarbij niet meer dan 20 procent wordt afgeweken van de gemiddelde arbeidsduur per maand.
Beloning Met ingang van 1 januari 2014 komt de eindejaarsuitkering te vervallen. Wel kent de cao aan iedere werknemer die op 1 maart 2014 in dienst is, een eenmalige uitkering toe van € 200,- bruto naar rato van het dienstverband.
De werknemer die op 1 september 2014 (nog steeds) in dienst is heeft aanspraak op een eenmalige uitkering van € 150,- bruto naar rato van het dienstverband. Daarnaast worden bedragen van de salarisschalen verhoogd, per 1 februari 2014 met 1% en per 1 december 2014 met 2%. Verder wordt het levensloopbudget, wegens het vervallen van de levensloopregeling, omgezet in een vitaliteitsbudget. Dit budget is 0,4% van het maandsalaris en moet daarmee gelijktijdig worden voldaan. Hoewel dit niet met zoveel woorden in de cao is aangegeven, is het de bedoeling van de cao-partijen geweest om deze regeling per 1 januari 2013 in te laten gaan.
CAO KINDEROPVANG
2012 2014
Vakantieregeling Sinds 1 januari 2012 zijn de wettelijke bepalingen rond opbouw en verjaring van vakantiedagen gewijzigd. Deze wijzigingen zijn overgenomen in de cao. Hierdoor bouwt een werknemer ook bij (gedeeltelijke) arbeidsongeschiktheid zowel wettelijk als bovenwettelijk verlof op. De wettelijke vakantiedagen moeten in de regel in hetzelfde kalenderjaar worden opgenomen waarin ze zijn opgebouwd. Op grond van de wet vervallen ze ook daadwerkelijk een half jaar na het betreffende kalenderjaar. Een uitzondering betreft de verlofbudget uren, deze verjaren niet.
voor Kindercentra en Gastouderbureaus
Pensioen Met ingang van 1 januari 2013 wordt het werknemersdeel voor de ouderdoms- en partnerpensioenregeling geacht te zijn verhoogd naar 10,82% van het salaris minus de AOWfranchise. Daarnaast gaat een werknemer niet meer automatisch uit dienst bij het bereiken van de 65-jarige leeftijd. In lijn met de nieuwe Algemene Ouderdomswet eindigt de arbeidsovereenkomst van rechtswege op de dag dat de AOW-gerechtigde leeftijd wordt bereikt, tenzij in de arbeidsovereenkomst anders is overeengekomen. Omdat is bepaald dat de AOW-leeftijd met de jaren zal stijgen, zullen dienstverbanden dus langer moeten worden voortgezet.
van de student. Daarbij geldt wel dat de student nooit alleen op de groep mag staan, een mbo-student niet mag worden ingezet tijdens het eerste leerjaar en een mbo-student uitsluitend mag worden ingezet op de eigen stagelocatie. Voor de stage van een BOL-leerling geldt gedurende de schooljaren 2013-2014 en 2014-2015 geen verplichte stagevergoeding meer. Cao-partijen hebben deze keuze opengelaten aan de werkgever. Vanaf het schooljaar 2015-2016 zal de stagevergoeding (vooralsnog) weer verplicht worden gesteld.
Continue screening
BOL- leerlingen
Met het nieuwe jaar in zicht is het goed om er bij stil te staan in hoeverre uw organisatie moet inspelen op de nieuwe ontwikkelingen uit deze cao. Zijn uw werknemers voldoende geïnformeerd over de wijzigingen die voor hen gelden? Wat kan de jaarurensystematiek betekenen voor uw organisatie? Wanneer is het tijd om met de OR hierover in overleg te treden? Wellicht is 1 januari 2014 voor uw organisatie bijvoorbeeld een goed moment om over te stappen op de jaarurensystematiek. Bij al dit soort vragen doet u er verstandig aan om u over de consequenties, invoering en vastlegging van nieuwe afspraken te laten adviseren door een advocaat arbeidsrecht die bekend is met de regelgeving in uw branche. <
De cao kent nu een duidelijke regeling voor de incidentele inzet van BOL’ers en andere studenten die een gekwalificeerde opleiding volgen. Zij mogen worden ingezet bij ziekte van een pedagogisch medewerker of tijdens de schoolvakanties
De volledige tekst van de CAO is te raadplegen op www.caokinderopvang.fcb.nl. Over de auteur: Mr. Marjolein Kruijs is als advocaat bij Pellicaan Advocaten specialist in het arbeidsrecht. E-mail:
[email protected]
Sinds 1 maart 2013 geldt er een continue screening voor alle medewerkers in de kinderopvang. Als uit deze screening blijkt dat een medewerker een strafbaar feit heeft begaan en volgens Justitie een bedreiging vormt voor een veilige omgeving voor de kinderen, zal de werkgever hiervan op de hoogte worden gebracht. Vervolgens zal de betreffende werknemer op grond van de cao per direct op non-actief moeten worden gesteld. Deze non-actiefstelling duurt totdat er een beslissing is genomen op een nieuwe VOG-aanvraag. Mocht er geen nieuwe VOG worden afgegeven, dan moet worden overgegaan tot beëindiging van het dienstverband.
MANAGEMENT
43
Alles over het kind op één veilige plek Quebble is eenvoudig, veilig en gratis. Schrijf je nu in op Quebble.com!
Confriends Trainingen & Workshops Op de werkvloer, prikkelend, enthousiast, praktisch en altijd op maat.
• • • • • •
Spelenderwijs bewegen en beweegkriebels Effectief communiceren met ouders Effectief communiceren en samenwerken Fit blijven met Kids Ergocoach in de Kinderopvang Plezier in werk en stress-preventie Vraag vrijblijvend informatie aan voor een training, workshop of invulling van uw studiedag via telefoon: 020 - 48 22 600 of email:
[email protected] Wij werken met trainers door heel Nederland.
www.confriends.nl
Themabijeenkomsten en cursussen Interactieve vaardigheden voor spelen
Berichten van TIEN SECONDEN Vanaf het moment dat minister Kamp duidelijk maakte dat hij een miljard ging bezuinigen op de kinderopvang, hebben de bonden, kinderopvangondernemers en BOinK er voortdurend op gewezen dat dit gevolgen heeft voor de arbeidsparticipatie. BOinK weliswaar met enige terughoudendheid omdat er al een paar jaar rapporten verschijnen van het Centraal Planbureau, Stichting Economisch Onderzoek en tal van economen die erop wijzen dat er in Nederland veel minder verband bestaat tussen kinderopvang en arbeidsparticipatie dan algemeen werd aangenomen. Het dilemma is dat de achterban van BOinK – en ongetwijfeld ook die van de Brancheorganisatie Kinderopvang – in de media graag verhalen ziet over de zeer ongewenste effecten van de bezuinigen. Tijdens het laatste Algemeen Overleg in de Tweede Kamer werd er aan de minister gevraagd om te reageren op het onderzoek van de FNV en de Stichting voor Werkende Ouders die ook weer zou aantonen dat de arbeidsparticipatie afnam. Meer dan tien seconden had minister Asscher niet nodig om de uitkomsten van het onderzoek naar de prullenbak te verwijzen. Hij wees op cijfers van het CPB en het CBS die op geen enkele wijze laten zien dat de bezuinigen een negatieve invloed van de bezuinigingen op de arbeidsparticipatie. Vervolgens kwam geen enkele partij meer terug op het antwoord van de minister want alle partijen baseren hun beleid op de cijfers van dezelfde instituten. BOinK heeft op 2 januari van dit jaar in samenwerking met ‘Debat op 2’ een paar duizend ouders gevraagd naar hun reactie op de bezuinigingen die in 2013 van kracht werden. Ze overwogen minder te gaan werken, was een veelgegeven antwoord. Ongetwijfeld hebben ze dat gedaan. Maar uit de honderden gesprekken die wij met ouders één op één over dit onderwerp voeren, blijken er ook andere overwegingen te zijn. Er is een carrière, de hypotheek moet betaald worden, de auto kan niet gemist worden, je baan staat misschien op de tocht en dan laat je het wel uit je hoofd om minder te gaan werken. Voor een grote kostenpost als kinderopvang zien ouders echter wel een alternatief. Dat dat alternatief wankel is, vaak op de lange termijn niet houdbaar en daarom ongetwijfeld stressverhogend, zijn kennelijk minder belangrijke afwegingen. De afname van arbeidsparticipatie aanvoeren als argument tegen de bezuinigen – het heeft weinig zin. Het iedere keer weer afspelen van de grijs gedraaide plaat van de afnemende arbeidsparticipatie werkt contraproductief: het sterkt de politiek in de overtuiging dat je risicoloos kunt bezuinigen op kinderopvang. De cijfers laten het immers zien. Pas als de economie aantrekt en het arbeidsmarkttekort oploopt, zullen we op dit punt weer gehoor vinden. Voorlopig moeten we vooral ons mond houden over het afnemen van arbeidsparticipatie. Er is maar één lange, moeilijke weg: blijven hameren en vooral waarmaken dat goede kinderopvang ieder jaar weer miljarden oplevert. Omdat goede opvang aan ieder kind nou eenmaal de beste garantie biedt op een optimale (school) carrière. Gjalt Jellesma
MANAGEMENT
45
Het imago van mannen in de kinderopvang staat regelmatig ter discussie. Hebben de mannen hiervan zelf eigenlijk last? En hoe gaan zij om met het onvermijdelijke lichamelijke contact met kinderen? Onderzoek naar hun visie door Aletta Schotanus, student aan de Universiteit van Amsterdam, biedt een verrassend beeld: ondanks hun kwetsbare positie, blijven zij positief en professioneel. Ook in de begeleiding van de seksuele ontwikkeling. Tekst Channah Zwiep en Aletta Schotanus
Seksuele opvoeding en mannelijke medewerkers
Bewust van hun kwetsbare positie M
annen en kinderopvang; het is een gevoelige combinatie sinds de zedenzaak bij het Hofnarretje. Het heeft onder andere geleid tot maatregelen om seksueel misbruik in de toekomst te voorkomen. Eén onderwerp dat hierbij regelmatig op de agenda staat is begeleiding van de seksuele ontwikkeling. Lichamelijkheid en intimiteit maken immers deel uit van de dagelijkse omgang met kinderen. Best nuttig als je daarover afspraken maakt die bijvoorbeeld de weerbaarheid van kinderen stimuleren. Voor mannelijke medewerkers lijkt seksuele opvoeding echter een extra uitdaging. Want, hoe geef je hieraan vorm als alle ogen op je zijn gericht? Het Nederlands Jeugdinstituut (NJi) gaf
opdracht tot het onderzoek waarbij 37 mannelijke medewerkers in de kinderopvang gevraagd werden naar hun visie op seksuele opvoeding.
Seksuele ontwikkeling Volgens de ondervraagde mannen betekent de seksuele ontwikkeling van kinderen dat zij hun lichaam verkennen, zich bewust worden van allerlei gevoelens en sekseverschillen opmerken. Zo leren de kinderen volgens hen stapsgewijs omgaan met lichamelijkheid. Net als vrouwelijke medewerkers heeft ook een groot deel van de mannen regelmatig te maken met seksueel getint gedrag en vragen van kinderen over seksualiteit. Een medewerker van een kinderdagverblijf vertelt: ‘als alle
‘Kinderen vragen mij of ik zoen met mijn vriendin en of we dan ook seks hebben’ 46
MANAGEMENT
peuters naar de wc gaan, benoemen ze bij elkaar het verschil tussen jongens en meisjes, bijvoorbeeld: jij hebt een piemel en ik niet’. De mannen merken vaak op dat kinderen lichamelijke interesse tonen in leeftijdgenootjes van de andere sekse, verliefd zijn, zich graag verkleden in kleren van de andere sekse en zich gaan schamen voor alles wat te maken heeft met seksualiteit. Vragen van kinderen over seksualiteit gaan volgens de mannen het vaakst over zwangerschap en geboorte, verliefdheid en relaties, sekseverschillen en over knuffelen en vrijen. Een medewerker van de bso: ‘kinderen vragen mij of ik zoen met mijn vriendin en of we dan ook seks hebben. Daar doen ze heel giechelig over, dat hoort echt bij hun leeftijd.’
Seksuele opvoeding De helft van de mannen in het onderzoek vindt dat begeleiding van de seksuele ontwikkeling van kinderen
Foto: Nationale Beeldbank
Ik zet kinderen ook nooit midden op schoot, maar altijd op één been. Puur uit zelfbescherming.’ Ondanks gevoelens van kwetsbaarheid, stellen de mannen zich professioneel op. Zo bieden zij kinderen positieve ondersteuning bij de seksuele ontwikkeling en reageren op vragen van kinderen over seksualiteit. Daarmee komen zij in grote lijnen tegemoet aan de behoefte van kinderen om kennis en vaardigheden op te doen tijdens hun seksuele ontwikkeling.
gewoon bij zijn taken hoort als medewerker. Met het oog op die seksuele ontwikkeling vinden de meeste mannen dat kinderen – binnen redelijke grenzen – de ruimte moeten krijgen om te experimenteren met seksualiteit, omdat dit erbij hoort en kinderen hiervan kunnen leren. Tegelijkertijd vinden mannen het ook belangrijk dat kinderen hierbij algemene normen en waarden leren. Dit kan volgens hen door op een positieve manier te reageren op en grenzen te stellen aan seksueel getint gedrag van kinderen. Een medewerker van een kinderdagverblijf legt uit: ‘als kinderen een hand in hun broek hebben, benoem ik dat. Zo van: “dat voelt fijn hè?”. Dan zeg ik daarna dat het iets heel prettigs is, maar op de groep niet gepast.’ Vragen van kinderen over seksualiteit moet je open en eerlijk beantwoorden, vinden de meeste mannen. Toch zijn zij hierin wel terughoudend, omdat zij vinden dat seksuele voorlichting vooral een taak van ouders is. Een medewerker van de bso: ‘Begeleiding van de seksuele ontwikkeling is tot op zekere hoogte mijn taak, omdat ik soms vragen krijg van kinderen. Maar je moet ouders daarin niet overrulen. Niet alle ouders willen dat hun kind geïnformeerd wordt. Ik houd mijn antwoord dus heel algemeen.’ Interessant is dat de meeste mannen positief zijn over hun bijdrage als man aan de seksuele ontwikkeling en
Pedagogisch beleid
opvoeding. Zo denken zij bijvoorbeeld iets anders te bieden dan vrouwen, door fysiek en ook actief te zijn met de kinderen. De mannen stoeien, voetballen en ravotten met de kinderen. Ook zeggen vrijwel alle mannen minder beschermend te zijn dan vrouwelijke collega’s. Zo zien zij minder snel gevaar en bieden kinderen ruimte om grenzen op te zoeken. De mannen denken een positieve rol te hebben in de ontwikkeling van zowel meisjes als van jongens.
Wantrouwen Opvallend is dat het merendeel van de mannen zich niet door ouders gewantrouwd voelt sinds de zedenzaak. Dit belemmert hen dan ook niet in hun dagelijkse werk. Een enkele keer is een nieuwe ouder wat wantrouwend, maar dit is vaak weg als de mannen het openlijk bespreken met hen. De meeste mannen vinden dat zij zelf bijdragen aan het vertrouwen van ouders door hun openheid en door zich te houden aan de algemene regels. Een groot deel van de mannen is zich dus wel bewust van zijn kwetsbare positie, maar laat zich in de praktijk van alledag zo min mogelijk door angst leiden. Wel vermijden zij situaties die - als kinderen dit thuis nietsvermoedend zouden meedelen - een vreemd beeld kunnen oproepen. Een medewerker legt uit: ‘Ik stoei wel met kinderen, maar zorg dat ik op ooghoogte zit als kinderen knuffelen, zodat ze niet tegen mijn broek staan.
In de begeleiding lopen de mannen wel tegen enkele knelpunten aan. Allereerst hebben veel mannen behoefte aan een helder kader om kinderen op eenzelfde manier als collega’s te begeleiden. Dit kan bijvoorbeeld als seksuele opvoeding een verplicht onderdeel van het pedagogische beleid zou zijn. De helft van de mannen zegt dat zulk beleid nu ontbreekt in hun organisatie. Daarnaast mist een grote groep mannen kennis over de seksuele ontwikkeling; ze weten niet goed welk gedrag bij welke leeftijd hoort. Ook hebben de mannen behoefte aan (meer) vaardigheden voor begeleiding daarvan. Dit is goed op te lossen door seksualiteit in het teamoverleg te bespreken of door training. Overleg met ouders kan ook zinvol zijn, om te horen hoe zij denken over seksuele opvoeding. Het is lastig kinderen te begeleiden zonder dat je weet hoe ouders dit doen, vinden veel mannen. Tot slot is een positieve, open sfeer binnen de gehele organisatie essentieel om ook seksualiteit bespreekbaar te maken. < Meer lezen? Schotanus, A. (2013). Mannen in de kinderopvang. Een positieve kijk op de begeleiding van en omgang met lichamelijkheid, intimiteit en seksualiteit. Scriptie. Universiteit van Amsterdam. (Download: Nieuwsbrief Jeugd van het NJi, nummer 33 2013.) Zwiep, C. S. (2012). Seksuele ontwikkeling. Methodiek voor pedagogische begeleiding in de kinderopvang en in het basisonderwijs. Amsterdam: SWP. Over de auteurs: Channah Zwiep is docent aan de UvA en verzorgt vanuit Bureau Kind&Zo trainingen en ouderavonden over seksuele opvoeding. Aletta Schotanus studeerde opvoedingsondersteuning aan de UvA.
MANAGEMENT
47
Ruimte-OK : verbinding tussen kinderopvang, onderwijs en gemeente
Hulp bij hobbels op de weg Kinderopvangondernemers weten de weg naar het Waarborgfonds Kinderopvang al jaren te vinden. Het in januari opgerichte kenniscentrum Ruimte voor Onderwijs en Kinderopvang is bij minder kinderopvangprofessionals bekend. Zonde eigenlijk, want huisvesting is de tweede kostenpost voor de kinderopvang en leidt in sommige gevallen tot veel financiële problemen bij ondernemers. Tekst Marianne Velsink
‘H
et Waarborgfonds Kinderopvang moest terug naar de kern,’ vertelt bestuurssecretaris Judith de Jonge Baas. Het Waarborgfonds verstrekt borgstellingen en garanties voor ondernemers in de kinderopvang. In de loop der jaren groeide het ook uit tot een kennis- en adviescentrum. ‘Mensen konden het Waarborgfonds soms niet goed plaatsen. Maar er was wel behoefte aan ondersteuning,’ zegt De Jonge Baas. Op de weg naar de oprichting van een kenniscentrum over huisvesting vonden het Waarborgfonds, de VO-Raad, de PO-Raad, de VNG en Brancheorganisatie Kinderopvang elkaar. Zo ontstond het onafhankelijk loket Ruimte-OK waar medewerkers en ondernemers uit de drie branches kinderopvang, onderwijs en gemeenten terecht kunnen voor advies. Niet toevallig in deze samenstellingen natuurlijk. Het onderwijs en gemeenten zijn belangrijke partners voor de kinderopvang.
Noodzaak Huisvesting staat niet altijd hoog op de agenda van de kinderopvangondernemer, weet De Jonge Baas. Maar het onderwerp is het afgelopen jaar bij veel kinderopvangorganisaties uit noodzaak boven komen drijven. ‘Huisvesting is de tweede kostenpost na personeel. Waar je personeelskosten kunt flexibiliseren, zijn huisvestingskosten star. Je hebt er mee te dealen, ook als er vraaguitval is’. Veel vragen die
vanuit de kinderopvang binnenkomen bij Ruimte-OK gaan dan ook hierover. ‘Mijn groepen lopen leeg, maar ik kom niet van mijn pand af, hoe nu verder?’, ‘Kan ik mijn pand verkopen en weer terughuren?’ en ‘Wat kan de gemeente hierin voor mij betekenen?’. Antwoorden op die vragen zijn te vinden in een online kennisbank waarin ook veel informatie is opgenomen over de samenwerking tussen onderwijs en kinderopvang. Er zijn voorbeelden van samenwerkingsverbanden en –contracten. ‘Wat komt er bij kijken als je onderdeel uit gaat maken van een brede school?’ ‘Is het in ons geval handig om ook samen te werken op bestuurlijk/financieel/personeel vlak?’ Er is ook algemene informatie voor kinderopvangorganisaties over wet- en regelgeving over brandveiligheid, de ruimte het bouwbesluit en meer. Voor specifieke vragen is er een online helpdesk beschikbaar waar iemand van Ruimte-OK vragen beantwoordt. Maar Ruimte-OK is geen belangenbehartiger, benadrukt De Jonge Baas. ‘Stel, je hebt een conflict. We kunnen partijen bij elkaar brengen, maar daarna gaan de belangen van alle partijen ons aan. Kom je er niet uit met elkaar, dan bemiddelen we onafhankelijk of brengen je in contact met partijen die wel jouw specifieke belangen behartigen. Dat kan een marktpartij zijn of de Brancheorganisatie Kinderopvang. Met hen staan we in nauw contact.’
‘Waar je personeelskosten kunt flexibiliseren, zijn huisvestingskosten star’ 48
MANAGEMENT
Regie pakken Hoewel regels en wetgeving voor gebruik van gebouwen landelijk zijn, geeft de ene gemeente er op een andere manier invulling aan dan een andere. Er zijn gemeenten die actief zijn en de regie pakken in het vormen van brede scholen. ‘Ze initiëren de eerste stappen naar samenwerking tussen onderwijs en kinderopvang, denken mee over huisvesting en de soms tegenstrijdige regelgeving. Maar er zijn ook nog steeds genoeg gemeenten die kinderopvang zien als markt die het zelf moeten regelen,’ zegt De Jonge Baas. Toch wil ze af van het beeld dat een intensieve samenwerking tussen onderwijs en kinderopvang een onbegaanbaar pad is. ‘Die gedachte heerst. En natuurlijk zijn er genoeg hobbels op de weg, maar er zijn ook voorbeelden dat het wel kan. Dat hoeft trouwens niet perse in hetzelfde gebouw te zijn, maar bijvoorbeeld op bestuurlijk niveau. Die goede voorbeelden delen we heel graag met het veld.’
Wat worden de huisvestingstrends? De Jonge Baas: ‘Ruimtes gaan meer en meer gezamenlijk gebruikt worden. Dat komt ook door de krimp. Scholen krijgen minder leerlingen en houden lokalen over waar bso’s weer gebruik van gaan maken.’ Een andere trend is verduurzaming. ‘Iedereen is het erover eens dat we onze hierin verantwoordelijkheid moeten nemen. Ouders vragen er bovendien om, maar ondernemers hebben zelf ook de behoefte om, vanuit maatschappelijk oogpunt, duurzame keuzes te maken. Dit is echt iets van de laatste tijd.’ De derde verwachting kan een reddingsboei betekenen voor kinderopvangorganisaties die in hun maag zitten met kooppanden. De Jonge Baas verwacht namelijk dat het niet lang meer duurt voordat pensioenfondsen gaan beleggen in maatschappelijk vastgoed van kinderopvangorganisaties en brede scholen. ‘Dit is de kans om je liquide positie te verbeteren.’
Foto: Waarborgfonds
Trends
Judith Jonge Baas
Het virtueel kinderdagverblijf Het virtueel kinderdagverblijf kent u misschien nog van het Waarborgfonds. Deze is overgenomen door Ruimte-OK, aangevuld en in de kennisbank gezet. Het virtueel kinderdagverblijf is een website op zich. Als bezoeker kunt u er doorheen wandelen en per vertrek de wet- en regelgeving lezen op het gebied van inrichting en huisvesting. U komt door de groepsruimte, de slaapkamers en kantoren en kunt de relevante informatie lezen over bijvoorbeeld. arbo, de warenwet, inrichting en milieubeheer.
Het zijn nu nog vooral de gemeenten die Ruimte-OK weten te vinden. Maar ook steeds meer kinderopvangorganisaties zoeken contact. ‘En dat is een zeer diverse afspiegeling van de sector,’ vertelt De Jonge Baas. ‘Gastouderbureaus, éénpitters en grote landelijk opererende organisaties stellen hun vragen. Maar eerlijk is eerlijk, we hebben meer ambitie en zoeken nog meer bereik.’ Behalve alle aanwezige kennis, wil Ruimte-OK vooral verbindend zijn tussen opvang, onderwijs en overheid. ‘Kennisoverdracht, maar ook de positie van de kinderopvang is hierin voor ons belangrijk,’ zegt De Jonge Baas. ‘Het onderwijs kan op het gebied van huisvesting bijvoorbeeld nog veel van de “markt” kinderopvang leren.’ <
Ondernemers krijgen voor € 60,- per jaar onbeperkt toegang tot de Kennisbank.
MANAGEMENT
49
Vraag en antwoord Wat zijn de kabinetsplannen rond toezicht en handhaving? Minister Asscher van SZW heeft begin oktober een tip van de sluier opgelicht over de kabinetsplannen voor vernieuwing van het toezicht in de kinderopvang. Eerder dit jaar heeft de minister al aangekondigd dat het systeem van toezicht aan vernieuwing toe is. Op het congres van VNG en GGD Nederland over toezicht en handhaving in de kinderopvang van 1 oktober heeft de minister aangegeven dat het toezicht minder het karakter moet krijgen van ‘afvinken’ en dat er meer ruimte moet komen voor maatwerk en differentiatie. Dit zou moeten door een beperkt aantal harde criteria op te stellen en een aantal criteria waarbij niet de overheid maar betrokken partijen de grenzen bepalen. Bij harde criteria denkt de minister bijvoorbeeld aan opleidingseisen voor medewerkers en beroepskrachtkind-ratio. Bij de criteria die meer in de praktijk ingevuld zouden kunnen worden denkt de minister onder andere aan het aantal vierkante meters per kind. Later dit jaar zal de minister de eerste uitwerking presen-
teren aan de Tweede Kamer. Daarna gaat hij het formele gesprek aan met alle betrokken partijen, waaronder ook de brancheorganisatie. De minister wil de vernieuwing van het toezicht nog deze kabinetsperiode doorvoeren. Brancheorganisatie Kinderopvang is op zich blij met de hoofdrichting die de minister lijkt in te slaan. Deze richting is in lijn met de wensen van kinderopvangorganisaties die wij eerder dit jaar hebben meegekregen van de leden in het kader van onze eigen Integrale Kwaliteitsagenda Kinderopvang. Daaruit blijkt een duidelijke wens te komen tot een beperkte set van harde eisen voor kinderopvang, met daarnaast een set van criteria met veel meer aandacht voor de pedagogische kwaliteit van kinderopvang. Dat moet ook meer ruimte voor maatwerk en innovatie opleveren. Ieder nummer geeft de Brancheorganisatie Kinderopvang antwoord op een vraag over ondernemen in de kinderopvang. Stuur uw vraag naar
[email protected]
UWV keurt ontslagen IJsterk af De Amsterdamse kinderopvangorganisatie IJsterk mag haar plan om 65 mensen te ontslaan niet uitvoeren van het UWV. De uitkeringsinstantie is het niet eens met de keuze van de ontslagen medewerkers. IJsterk was van plan om de medewerkers van de zes gesloten vestigingen te ontslaan omdat het op de overige locaties graag vaste gezichten op de groep wilde houden. Maar het UWV ziet het anders. Zij vinden dat de zes locaties, die per 1 oktober gesloten zijn, onderdeel uitmaken van het grote bedrijf en niet op zichzelf staan. Ontslagen moeten over de hele organisatie worden verdeeld, volgens het principe ‘last in, first out’. Dat betekent dat medewerkers die zich veilig waanden, zich alsnog zorgen moeten maken om hun baan. Directeur van IJsterk Ronald van Rooden benadrukt in Het Parool dat de bedrijfseconomische noodzaak om medewerkers te ontslaan niet ter discussie staat bij het UWV. ‘Het is een afwijzing op technische gronden.’ Wel wil van Rooden een structurele oplossing zoeken in plaats van nu ‘paniekvoetbal te gaan spelen’.
50
MANAGEMENT
Tijdelijk subsidie op EVC-procedure Er is tijdelijk subsidie beschikbaar voor een EVC-procedure (Erkenning van Verworven Competenties) van pedagogisch medewerkers in de kinderopvang en het peuterspeelzaalwerk. 60 procent van de kosten van de EVC-procedure worden hiermee vergoed. Aanvragen kunnen worden ingediend bij het FCB. De vergoeding is beschikbaar voor 250 medewerkers. De aanvragen worden op volgorde van binnenkomst behandeld. Aanmelden kan tot 31 december 2013. Deze subsidie is alleen beschikbaar voor medewerkers met een arbeidsovereenkomst en uitsluitend voor de opleidingen Pedagogisch werk niveau 3, Gespecialiseerd Pedagogisch werk niveau 4 en Sport en Bewegen niveau 3 en 4.
KORTE BERICHTEN
COLUMN
Het Nieuwe Toezicht
Hoera, 100 miljoen erbij!
De overheid stelt de doelen vast, de kinderopvangbranche bepaalt hoe die doelen worden bereikt. Met die gedachte werkt minister van Sociale Zaken Lodewijk Asscher aan een nieuwe vorm van toezicht op de kinderopvang. Het Nieuwe Toezicht moet kinderopvanghouders meer ruimte geven voor maatwerk. Naast de grote regeldruk, klagen veel kinderopvangondernemers over de administratieve rompslomp die bij een inspectie komen kijken. Ook Asscher wil af van de afvinklijstjes op papier. Tijdens het Congres Toezicht en Handhaving Kinderopvang van GGD Nederland en de GGD pleitte hij voor een ‘verschuiving van middeltoezicht naar doeltoezicht.’ ‘Wat mij betreft wordt de vuistregel: doelvoorschrift waar het kan, middelvoorschrift waar het moet.’ Met doelvoorschriften bedoelt hij dat het accent van de wet- en regelgeving meer komt te liggen op het aangeven van doelen en minder op de manier waarop die kunnen worden bereikt (middelvoorschrift). De wet schrijft wel voor aan welke veiligheidseisen kinderdagverblijven, bso’s en de gastouderopvang moeten voldoen, maar niet hoe ze dat moeten doen. ‘Het is niet mogelijk om alle middelvoorschriften af te schaffen’, aldus Asscher. Ze zijn vaak onmisbaar. Het gaat immers over de veiligheid van jonge kinderen.’
Eindelijk een steuntje in de rug. Hoogopgeleide ouders met een midden- en hoog inkomen zullen klant blijven of (weer) uw klant worden! Een groep potentiële klanten dient zich voor u aan. Wat een opsteker, ik hoop dat u hiervan voldoende gaat merken in de praktijk.
Advertentie
Joke Locatiebeheer Kinderopvang, uw partner voor: • het op orde brengen en overnemen van uw administratie; • het invoeren van Spelend Leren; • het voeren van uw debiteurenbeheer; • het opstellen van Risico Inventarisatie Veiligheid en Gezondheid; • het opzetten van een nieuwe locatie.
Maar hoe gaat u deze kritische potentiële klant binnenhalen? Die in deze tijd volop keuzemogelijkheden heeft? Wellicht verkeert uw organisatie (nog) steeds in zwaar weer en kunt u een aantal klanten erbij goed gebruiken. Maak een actieplan, val op, wees creatief en betrouwbaar. Sinterklaas en de feestdagen komen eraan, uitstekende maanden om u te profileren en te communiceren wat u allemaal doet om het zo leuk mogelijk te maken op het kinderdagverblijf. Vanaf januari 2014 is de toeslag voor een grote groep ouders beschikbaar, bereid u hierop voor. Mijn ervaring is dat momenteel veel kinderopvangorganisaties intern gericht zijn: logisch en noodzakelijk, want u moet zich bezighouden met de dagelijkse gang van zaken op uw afdeling of op de vestigingen. Richt u zich vanaf nu op uw potentiële klanten. Kijk vanuit buiten naar binnen; welke indruk geeft de kinderopvangorganisatie? Hoe is het met uw populariteit op Twitter en Facebook gesteld? Daar bedoel ik mee: hoe is uw reputatie online? Speel in op deze positieve ontwikkelingen. Stuur een briefje naar al uw klanten waarin u ze bedankt voor de steun en het vertrouwen in 2013. Geef aan dat er nog ruimte is voor ‘nieuwe kinderen’ op de groep. Communiceer dat u plekken vrij heeft, zorg dat u een inhoudelijk sterk verkoopverhaal heeft, zorg ervoor dat het verkoopverhaal echt en authentiek is en voorkom dat de boodschap te veel sales-geënt is. Tip: houd het bij één kernboodschap.
U bent bij Joke verzekerd van expertise, ervaring en betrokkenheid bij uw organisatie
Ga voor meer informatie naar de website
www.jokelocatiebeheer.nl
Marijke Dekker
Of neem contact op via telefoon: 06-50602621 of e-mail:
[email protected]
Iedere maand schrijft Marijke Dekker, marketing- & communicatieprofessional en oprichter van VergelijkDeKinderopvang.nl, over marketing, PR en klantcontacten in de kinderopvang. MANAGEMENT
51
KORTE BERICHTEN In memoriam – Guus Permentier Guus Permentier was 36 jaar lang directeur van de Haagse kinderopvangorganisatie DAK. Op 24 juni jl. overleed hij in het Jacobshospice aan de Koningin Emmakade 160 in Den Haag. Via de rubriek “Het laatste woord” uit het NRC ben ik met hem in contact gekomen. Bij Guus kwamen mijn beide portefeuilles bij elkaar: medische ethiek (in dit geval de kunst van leven met de dood) en kinderopvang. In de maanden voor zijn dood heb ik een aantal keer met Guus mogen spreken over de toekomst van de kinderopvang. Dat de kinderopvangsector het momenteel zwaar heeft, zal u niet ontgaan zijn. Daar waar het jarenlang niet op kon en de wachtrijen eindeloos waren, krimpt de branche nu fiks. Maar – en dat zeg ik zonder de huidige crisis in de branche te relativeren – ik ben er ook van overtuigd dat het soms eerst slecht moet gaan om te weten welke kant het uit moet. Guus was het daarmee eens en zag in de nood een mogelijke deugd. Waarbij hij over drie zaken heel uitgesproken was. Meer werk maken van samenwerking tussen de kinderopvang en het basisonderwijs (doorlopende leerlijnen en geen gezeul met kinderen) waarbij de sector kinderop-
Piek in het aantal sluitingen Sluitingen van kinderopvanglocaties zijn aan de orde van de dag. Maar zo snel als het aantal gesloten locaties in het derde kwartaal van 2013 steeg, steeg het nog niet eerder. In totaal sloten 413 opvanglocaties (ook peuterspeelzalen) hun deuren. Dat is twee keer meer dan in het derde kwartaal van 2012 en zeven keer meer dan in het derde kwartaal van 2009. De cijfers van de Kamer van Koophandel tonen aan dat de voorspellingen die eerder dit jaar gedaan zijn waarheid zijn geworden. Toen zei onder andere Gjalt Jellesma (BoinK) dat de grote klap na de zomer zou komen. ‘Als er na de zomer geen nieuwe aanwas is, houdt het voor veel kinderopvanglocaties op.’ In heel 2013 worden er op dit gebied records gebroken. In het eerste kwartaal van 2013 sloten 326 locaties hun deuren en in het tweede kwartaal waren dit er 282. Dat betekent dat er alleen al in 2013 meer dan duizend locaties hun deuren moesten sluiten.
52
MANAGEMENT
vang toch vooral een markt moest blijven ‘want die ondernemers kunnen die leraren een beetje bij de les houden’. Zorgen dat alle peuters (ook van niet-werkende ouders) vanaf 2,5 jaar recht zouden krijgen op een aantal dagdelen opvang per week en het opnieuw invoeren van de oude kleuterschool (introductie van groep 1, 2 en 3 als onderbouw) waarbij de nadruk weer meer moest liggen op spelen dan op leren. Guus en ik waren het niet over al deze punten eens. Vooral over de basisvoorziening waren we het fundamenteel oneens. Maar dat neemt niet weg dat ik het oprecht jammer vind dat ik de discussie over de toekomst van de Nederlandse kinderopvang niet verder met hem kon voeren. Groot respect heb ik voor hem als grondlegger van de Haagse kinderopvang en ik ben blij dat ik hem in zijn laatste levensfase nog mocht leren kennen. Ik ben Guus Permentier dankbaar voor de gesprekken die we hebben gehad en voor de energie en het enthousiasme waarmee hij zich een groot deel van zijn leven voor de kinderopvang heeft ingezet. Door: Ockje Tellegen, VVD-Tweede Kamerlid
Rotterdam krijgt ‘superschool’ voor 2-18 jaar Rotterdam krijgt als eerste stad een ‘superschool’: één school voor peuter-, basis- en voortgezet onderwijs voor kinderen van 2 tot 18 jaar. De vergunning voor de school is nog niet rond. Maar initiatiefnemer Eric van ‘t Zelfde verwacht op 1 januari van start te kunnen gaan op de Rotterdamse scholengemeenschap Hugo de Groot. In Engelstalige landen bestaan superscholen al langer. De ervaringen zijn positief. De superschool richt zich vooral op achterstandswijken. Daar wordt ingezet op de preventie van taalachterstand, al vanaf tweejarige leeftijd. De initiatiefnemers zijn ontevreden over de huidige manier waarop kinderen in achterstandsposities onderwijs krijgen. Cito-scores blijven achter vergeleken met het landelijke gemiddelde en het aantal vroegtijdige schoolverlaters is hoger dan elders in het land. In Nederland bestaat een samenwerking tussen peuter-, kleuter-, basis- en voortgezet onderwijs nog nergens, maar volgens Van ‘t Zelfde bestaat er geen regelgeving waaruit blijkt dat samenvoegen niet kan. Wie precies verantwoordelijk is voor het peuteronderwijs, komt niet duidelijk naar voren in de plannen van Van ‘t Zelfde. Wel wil hij alleen werken met bevlogen docenten die bij voorkeur universitair geschoold zijn.
Agenda Manager van het Jaar 2014
9 november
KindStart Beurs Kinderopvang Amsterdam 11 november
Training Ruimten Maken Utrecht 23 november
Kinderopvang Live 26 november
Congres Toezicht en Bestuur in ondernemerschap Putten 27 november
Kennisdag Grip op Kwaliteit Almere 5 december
Najaarsbijeenkomst Bouwstenen 2013 Bussum Lees meer over kosten, locatie en aanmeldingsmogelijkheden op www.kinderopvangtotaal.nl/agenda.
Tijdens het bdKO-congres op 7 november heeft Corona Koek de Managementprijs Kinderopvang 2014 ontvangen. Corona Koek is directeur/eigenaar van Zo Kinderopvang & Bso en daarnaast bestuurslid van de Brancheorganisatie Kinderopvang. Meer informatie over de prijsuitreiking en het juryrapport is te vinden op www.kinderopvangtotaal.nl
Genomineerd Het Waarborgfonds Kinderopvang heeft bekendgemaakt welke zes organisaties dit jaar kans maken op de Prijs Beste Jaarverslag. In totaal stuurden 94 organisaties hun jaarverslag over 2012 in. In de categorie tot 3 miljoen omzet zijn genomineerd: Stichting Kindcentrum Elburg en Stichting Kinderopvang Schoonhoven. in de categorie van 3 miljoen omzet zijn genomineerd: Kinderopvang Vlaardingen B.V., Stichting Kinderopvang Amersfoort, Stichting Kinderopvang Enschede en SKL Kinderopvang BV.
Deze maand in Kinderopvang: • • • • •
Nieuwe serie over interactievaardigheden Doe-tips voor baby’s Kijkje over de grens: Peru De marketing van Villa Petit Paradis Wat leren we van het NCKO-onderzoek? MANAGEMENT
53
Uit de ivoren toren Onderzoek uit binnen- en buitenland
GOUD IN HANDEN? Over het onderzoek Bianca Bijlsma-Smoorenburg promoveert binnenkort op een proefschrift met de titel Zie je ze GROEIen!? ‘GROEI’ is de naam van een speciaal observatiesysteem, dat in het buitenland bekend is onder de naam GOLDTM. Het systeem omvat een portfolioboekje voor kinderen van 0 tot 6 jaar oud, een gebruikersgids, groepsoverzicht, zorgformulier en daarnaast praktische instructies. Bijlsma-Smoorenburg volgde het kindvolgsysteem in een kleinschalige onderzoeksopzet met drie kindercentra uit Friesland. Zeventien pedagogisch medewerkers, van wie er veertien waren getraind, hebben gedurende een jaar de ontwikkeling van 76 kinderen in kaart gebracht. Zeven domeinen stonden centraal: sociaal-emotionele ontwikkeling, motoriek, taal en communicatie, cognitie, geletterdheid, gecijferdheid en meertaligheid. De onderzoekssteekproef werd helaas kleiner en uiteindelijk bleven 51 volledige dossiers over voor de analyses. De verschillende vragen binnen elk ontwikkelingsdomein blijken onderling samen te hangen. Niet geheel duidelijk is of verschillende pedagogisch medewerkers die met GOLDTM werken, ongeveer hetzelfde zien bij een kind en dat ook zo invoeren in het volgsysteem. Wel valt te lezen dat de overeenstemming tussen gebruikers verbeterde, overigens met uitzondering van het sociaal-emotionele domein. De meertaligheid van de kinderen en de ontwikkeling van de ontluikende geletterdheid en gecijferdheid zijn helaas minder consequent in kaart gebracht. Opvallend is dat uit het instrument met zeven domeinen in een verkennende analyse uiteindelijk één dimensie naar voren komt die de scores van zeven domeinen – in zijn eentje – ook samenvat. Verschillende mensen zijn ten slotte nog bevraagd over hoe zij tegenover GOLDTM staan. De meeste personen bleken redelijk positief te staan tegenover het observatiesysteem. Minder enthousiast was men als men PW3 had gevolgd en al langer in de kinderopvang werkte.
Wat kunnen we hiermee? Wanneer kun je echt wat met een kindvolgsysteem? Het instrument moet allereerst bruikbaar zijn in de praktijk, uiteraard. Daarnaast moet het voldoen aan basale voorwaarden die we moeten stellen aan elk deugdelijk meetinstrument. Maar het uiteindelijke doel is toch wel dat een kindvolgsysteem handvatten oplevert voor het handelen op de groep. Leidt het werken hiermee tot betere pedagogische kwaliteit op de groep? Of bij de overdracht naar de basisschool? Ontwikkelen alle of in ieder geval sommige kinderen zich beter door te werken met een volgsysteem? Dit onderzoek, dat een bescheiden onderzoeksopzet kent, kan nog geen definitieve antwoorden geven op al deze brandende vragen. Het onderzoek levert enige evidentie op voor de bruikbaarheid van GOLDTM. Het lijkt mogelijk om met het systeem kinderen te observeren en volgen in de natuurlijke setting van de kinderopvang, al is de steekproef wel erg klein. Het uitgevoerde onderzoek laat bovendien – en dat is niet ongebruikelijk – sterkere en zwakkere punten zien van het nieuwe instrument. Zo lijken de pedagogisch medewerkers op mbo-niveau 3 niet alle ontwikkelingsdomeinen in kaart te brengen. Het cognitieve domein lijkt, ook met een kindvolgsysteem dat dit expliciet meeneemt, toch het stiefkindje te blijven in de kinderopvang. Maar we weten vooral nog te weinig over wat er na de implementatie verandert op de groep en met de gevolgde kinderen. We weten nog niet welk kindvolgsysteem pedagogisch medewerkers effectief ondersteunt bij hun groepsplanning, het werken op de groep verbetert en zorgt voor betere begeleiding van kinderen. We moeten eerst nog meer kindvolgsystemen zelf volgen; we hebben als het ware een kindvolgsysteem-volgsysteem nodig, als u mij nog kunt volgen.
Ruben Fukkink is bijzonder hoogleraar kinderopvang aan de Universiteit van Amsterdam en lid van het Nederlands Consortium Kinderopvang Onderzoek. Hij bespreekt in ieder nummer recent onderzoek voor en over de kinderopvang.
54
MANAGEMENT
COLUMN
Tripartiete ALARM! Citaat overheid: ‘Uitgangspunt van de Wet kinderopvang is tripartiete financiering door ouders, werkgevers en de overheid. In 2007 was er nog sprake van een evenredige bijdrage van de werkgevers. Als gevolg van een hoger gebruik van kinderopvangtoeslag door werknemers kan er thans niet meer gesproken worden over een evenredige bijdrage van de werkgevers (21% van de kosten). Om aan het uitgangspunt van evenredige tripartiete financiering tegemoet te komen, heeft het kabinet besloten om de premieopslag die werkgevers betalen met betrekking tot de kinderopvang te verhogen en de toeslagtabel aan te passen. Met de verhoging van de premieopslag betalen werkgevers met ingang van 2012 1/3 van de kosten en na de maatregelen in de toeslagtabel per 2013 betalen ouders ook gemiddeld 1/3 van de kosten. Vanaf dat moment is sprake van een gelijke verdeling tussen ouders, werkgevers en de overheid’. Citaat overheid: ‘Met de invoering van de Wet kinderopvang is een tripartiete financiering ontstaan. Gezien de gedeelde belangen van ouders, werkgevers en overheid is dat gerechtvaardigd. De overheid betaalt op dit moment echter meer dan proportioneel mee aan de kosten van kinderopvang. Het collectief gefinancierde deel bedroeg in 2010 78% van de kosten van kinderopvang, terwijl ouders gemiddeld slechts 22% van de kosten voor hun rekening namen. Een correctie hierop is nodig. Met de maatregelen in 2012 en 2013 wordt de collectieve bijdrage in de kosten van kinderopvang teruggebracht van 78% in 2010 tot circa 66% in 2015. De bijdrage van ouders stijgt van gemiddeld 22% naar circa 34%. Na deze bezuiniging worden de kosten van kinderopvang gelijkmatiger verdeeld over de belanghebbende partijen.’ Waarlijk een uitstekend voornemen van onze overheid. Drie partijen zijn betrokken bij de financiering van kinderopvang en die drie moeten de bijdrage dan ook maar eerlijk verdelen, klinkt alleszins redelijk toch? Helaas staat de ontstane rauwe werkelijkheid van 2013 haaks op dat principe van evenredige financiering. In de huidige begroting van het ministerie van SZW stijgt het door ouders te betalen aandeel van 33% in 2012 naar maar liefst 39% in 2013 en verder. En er is nog meer. Op dit moment zijn zo’n 30.000 kinderen van ouders met hoge inkomens, die alles zelf betalen, uit de toeslagadministratie gevallen. De bijdrage van deze ouders wordt dus niet meer meegeteld in de procentuele berekening. In werkelijkheid betaalt de totale groep ouders die gebruik maakt van kinderopvang ruim meer dan 40% van de totale kosten kinderopvang! Werkgevers zijn in 2013 goed voor 39% van de kosten en de overheid lijkt spekkoper te worden met een aandeel in de kosten dat daalt en daalt naar zo’n 20% of nog minder. Tsja, het is inderdaad tripartiete financiering, maar de door de
Rob Vergeer, voorheen algemeen directeur van Triodus in Den Haag, is vaste columnist van Management Kinderopvang
overheid benadrukte evenredige verdeling is in die cijfers absoluut niet meer terug te vinden. Met een waarlijk groots gebaar wordt er in 2014 100 miljoen euro toegevoegd aan het budget voor kinderopvang. Daar staat echter tegenover dat er een pijnlijke 400 miljoen meer is bezuinigd dan gepland. Het werkelijke achterliggende vraagstuk zit ’m dan ook in het principe van de niet-evenredige tripartiete financiering. Ouders en werkgevers krijgen van de overheid een rekening op het bordje geschoven die voor diezelfde overheid is bedoeld en da’s niet eerlijk, oh nee. Het wordt hoog tijd voor een bondje tussen ouders en werkgevers om de overheid evenredig mee te laten betalen aan kinderopvang, voordat het te laat is! MANAGEMENT
55