Schoolgids 2015-2016
Gabriëlschool Hoofdlocatie: Michiel ten Hovestraat 9 2613 VX Delft Tel: 015-2134615 Gabriëlschool Harnaschpolder: Kristalweg 107 2614 SH Delft Tel: 015-2135880 E-mail
[email protected] Website: www.gabrielschool.nl 1
Hier schittert Hier schiiert ieder kind ieder kind!
2
Inhoudsopgave 1.0 1.1. 1.2. 1.3. 1.4. 1.5.
Inleiding De Gabriëlschool De Hoofdlocatie Locatie Harnaschpolder Katholiciteit Laurentius Stichting
2.0 Het onderwijs 2.1. Algemeen 2.2. Bewegingsonderwijs 2.3. Zwemmen 2.4. Culturele vorming 2.5. De zaakvakken 2.6. Rekenen, taal, lezen en schrijven 2.7. Engels 2.8. Sociaal-emotionele ontwikkeling 2.9. Methoden 2.10. ICT 2.11. Huiswerk 2.12. Voortgezet onderwijs/eindtoetsen/uitstroom 2.13. Documentatiecentrum en bibliotheek 2.14. Schoolbenodigdheden 2.15. Schoolplan 2.16. Schoolgids 2.17. DigiDuif 2.18. De nieuwsbrief 3.0. Kwaliteitsbewaking 3.1 Ondersteuning 3.2. Gedragsspecialist 3.3. Het ondersteuningsoverleg 3.4. Passend Onderwijs 3.5. Enquêtes en vragenlijsten 3.6 Inspectie 3.7 Aanmelden nieuwe leerlingen 3.8 Vervolgtraject na aanmelden kleuter 3.9 Rapportage 4.0. 4.1 4.2. 4.3. 4.4.
Ouders en school Ouderparticipatie Oudercontact en website Oudervereniging Medezeggenschapsraad
5.0 En verder…… 5.1. Vieringen 5.2. Musical 5.3. Themavoorstellingen 5.4. Schoolreis en werkweek 5.5. Jarig 5.6. Speelgoed 5.7. Mobiele telefoons 5.8. Snoepen 5.9. Schoolmelk 5.10. Jeugdtijdschriften 5.11. Hoofdluiscontrole 5.12 Jeugdgezondheidszorg 6.0 6.1. 6.1.1 6.1.2 6.1.3 6.1.4 6.1.5 6.1.6 6.2. 6.3. 6.4. 6.5. 6.6. 6.7. 7.0 7.1. 7.2 7.3 7.4.
Rechten en plichten Leerplicht en verlof 4-jarige kinderen 5-jarigen en ouder Kort verlof Vakantieverlof Hoe vraagt u verlof? Verzuim Uw kind halen en brengen Overblijfgelegenheid en naschoolse opvang Nablijven Verzekering Klachtenprocedure/geschillencommissie Regels toelating, verwijdering/schorsing
School en instanties Jeugdgezondheidszorg Parochie Holland kinderopvang Smallsteps kinderopvang
8.0 Wat wil de school zijn? 8.1 NAR 8.2 Zó zijn onze manieren 9.0 Roosters en planningen 9.1. Groepsbezetting 9.2. Schooltijden 9.3. Zwemmen 9.4. Gymrooster 9.5. Vakanties, vrije dagen en belangrijke data 10.0 Adressen
3
1.0. INLEIDING Met deze schoolgids willen wij u informatie geven over de Gabriëlschool. Wij beschrijven hierin ons onderwijs en de dagelijkse gang van zaken op onze school. 1.1. De Gabriëlschool De Gabriëlschool heeft twee vestigingen in Delft: 1. De Hoofdlocatie ligt aan de Michiel ten Hovestraat 9 (zijstraat van het Westplantsoen). 2. Gabriëlschool Harnaschpolder ligt aan de Kristalweg 107 en is gehuisvest in het gebouw van de brede school Het Kristal. De Gabriëlschool heeft één directie, één team, één medezeggenschapsraad en één ouderraad. 1.2.
De Hoofdlocatie Deze locatie beschikt over een gebouw dat in het schooljaar 2009-2010 ingrijpend is verbouwd tot een zeer licht en modern gebouw. Uitgangspunten bij de verbouwing van deze locatie waren: transparantie, licht, flexibiliteit en een gezond binnenklimaat.
Op de begane grond bevindt zich de onderbouw (groepen 1 t/m 3). Ten behoeve van de allerkleinsten beschikken we over een ruime speelzaal die tevens dienst kan doen als toneelzaal of poppentheater. De speelzaal is door middel van grote openslaande deuren direct verbonden met het speelterrein zodat we binnen- en buitenactiviteiten met elkaar kunnen combineren. Ook de personeelskamer en kantoorruimten bevinden zich op de begane grond. Op de eerste verdieping bevinden zich de lokalen voor de groepen 4 tot en met 8 en een grote open studieruimte die door alle bovenbouwgroepen kan worden gebruikt. Hier zijn met regelmaat kleine groepen kinderen aan het werk aan de hand van gerichte opdrachten. Vanuit de groepslokalen hebben de leerkrachten rechtstreeks zicht op de centrale ruimte. Grenzend aan de centrale ruimte bevinden zich de schoolbibliotheek en het documentatiecentrum. Hier kunnen de kinderen terecht voor informatie over een grote hoeveelheid onderwerpen. Alle groepen beschikken over digitale schoolborden en in alle groepen wordt gebruik gemaakt van tablets. Eveneens op de verdieping treft u de BSO-ruimte van kinderopvangorganisatie Holland. Deze organisatie verzorgt op de Gabriëlschool de tussenschoolse opvang en de buitenschoolse opvang. Elders in deze gids kunt u meer lezen over de opvangmogelijkheden.
4
De Michiel ten Hovestraat is ter hoogte van het schoolgedeelte voor autoverkeer afgesloten. Wij verzoeken ouders om gedurende de in- en uitlooptijden de straat niet in te rijden maar de auto te parkeren op Het Westplantsoen, aan het Westeinde of op de parkeerplaats aan de Pieter Steynstraat. Op het Westeinde is een kiss-and-ride zone aangelegd. U kunt hier de kinderen op een veilige manier uit de auto laten stappen. 1.3. Locatie Harnaschpolder Deze nieuwbouwlocatie is gehuisvest in “Het Kristal”. Dit prachtige gebouw is in mei 2011 opgeleverd. Opmerkelijk aan dit gebouw zijn de ronde vorm, de aanwezigheid van een sportzaal en het feit dat kinderen van buitenaf rechtstreeks hun lokalen binnenkomen. Het gebouw beschikt over twee grote speelzalen die geschakeld kunnen worden tot een theaterzaal. In deze brede school is sprake van een intensieve samenwerking tussen katholiek onderwijs, openbaar onderwijs, kinderopvang, Peuterzaal het Pareltje en het gemeentelijk sportbedrijf. Alle groepen beschikken over digitale schoolborden en in alle groepen wordt gebruik gemaakt van tablets. 1.4. Katholiciteit De Gabriëlschool is een katholieke school. De katholieke identiteit van onze school blijkt op verschillende manieren: De sfeer en mentaliteit op school wordt bepaald vanuit christelijke waarden: zorg voor elkaar, voor het welzijn van leerlingen, vriendelijke omgang, leerlingen als volwaardige mensen behandelen, ruimte voor vieringen e.d. Er wordt aandacht geschonken aan de diverse kerkelijke feesten in de loop van het jaar, zoals Kerstmis en Pasen. Ouders en kinderen worden geïnformeerd over vieringen in de parochiekerk. De eerste H. Communie (groep 4), die georganiseerd wordt door de parochiekerk en ouders, krijgt ook in de desbetreffende groep aandacht. Er is geregeld contact met de pastor van de Sint Ursulaparochie. In de catechese (geloofsopvoeding) wordt vooral uitgegaan van de dagelijkse ervaringen van de kinderen en van concrete voorbeelden, zoals vrede, omgaan met elkaar, ouderdom, overlijden, vriendschap, vertrouwen, geluk, blijdschap, verdriet, samenwerken, eenzaamheid e.d. en is er aandacht voor de wijze waarop anderen hun geloof vorm geven, zoals in de Islam en het Hindoeïsme. Tijdens deze lessen kunnen ook bijbelverhalen aan de orde komen. In de lessen scheppen we alle mogelijke ruimte voor eigen kinderlijke ervaringen. Vanuit die ervaringen willen we de kinderen helpen volwassen te worden in de wereld van vandaag, willen we ze laten ontdekken wat leven is, wat leven doet en hoe je er mee om kunt gaan. In de geloofsopvoeding wordt het team ondersteund door de identiteitsbegeleider van de Laurentiusstichting.
5
1.5. Laurentius Stichting voor katholiek primair onderwijs De stichting waar onze school toe behoort, is de Laurentius Stichting voor Katholiek Primair Onderwijs. De heilige Laurentius van Rome was een diaken, die in het jaar 258 de marteldood is gestorven. Hij is de patroon van het bisdom Rotterdam. Als diaken had hij de taak de heilige boeken in bewaring te houden. Daardoor is hij onder andere patroon geworden van mensen met een beroep dat met boeken te maken heeft: bibliothecarissen, archivarissen, rechtsgeleerden, boekhouders, maar ook leraren, scholieren en studenten. Gezien vanuit haar maatschappelijke betrokkenheid stelt de Laurentius Stichting zich ten doel vanuit de katholieke grondslag in haar scholen aan in haar werkgebied woonachtige leerplichtige leerlingen kwalitatief goed onderwijs aan te bieden en te geven. De Laurentius Stichting acht het van groot belang dat verweven met haar maatschappelijke taak een blijvende oriëntatie plaatsvindt op de waarden, die gevonden worden in de katholieke traditie en in de gemeenschap van de katholieke kerk. Op de scholen zelf zijn in dit opzicht het vak godsdienst/levensbeschouwing alsmede de plaatsing van een aantal religieuze rituelen op de weeken jaarprogramma’s belangrijke elementen. De Laurentius Stichting streeft er naar om bij de beleidskeuzes de aspecten van gemeenschapsvorming en onderlinge solidariteit bewust te betrekken. Door middel van dit streven wil de Laurentius Stichting een bijdrage leveren aan een aangename, onderling veilige en opbouwende leef- en werkomgeving voor zowel haar doelgroep als haar medewerkers. Vanuit de vijf kernwaarden vrijheid/verantwoordelijkheid, groei, samen, openheid en eigenheid wordt gewerkt aan de pedagogische opdracht de leerlingen een uitdagende leeromgeving te bieden, waarin ze zelfstandig kritisch leren denken en keuzes maken. Zo draagt ons onderwijs bij aan de menselijke ontwikkeling van leerlingen, medewerkers en ouders in de lokale en brede maatschappelijke context waar de scholen zich in bevinden. De dagelijkse bestuursverantwoordelijkheid van de stichting is in handen van het College van Bestuur, bestaande uit twee leden waarvan de voorzitter, mw. drs. J.M. Reijman eindverantwoordelijk is. Ondersteuning vindt plaats door stafmedewerkers op het gebied van identiteit, personeel, huisvesting, ICT, facilitair en onderwijs. De Raad van Toezicht, bestaande uit vijf leden, oefent het toezicht uit op de organisatie.
2.0.
HET ONDERWIJS
2.1. Algemeen De Gabriëlschool is in oorsprong georganiseerd op basis van een jaarklassensysteem. Locatie Harnaschpolder echter, participeert sinds 2010 in het zogenaamde “SLIM FIT-project”. Dit houdt in dat we een ontwikkeling zijn aangegaan waarbij de groepen zijn verdeeld over drie “Units” t.w.: Unit A (onderbouw), Unit B (middenbouw) en Unit C (bovenbouw). De binnen een Unit werkzame leerkrachten dragen een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor alle kinderen uit de betreffende Unit. Hierdoor is er sprake van een intensieve samenwerking en een optimale kennisdeling tussen de leerkrachten onderling. Bovendien hebben we de groepen 6 t/m 8 zodanig ingedeeld dat de kinderen uit deze groepen gedurende de ochtend als aparte en kleine instructiegroep worden gegroepeerd (13 tot 18 leerlingen) en de lessen voornamelijk bestaan uit taal, rekenen en leesactiviteiten. Gedurende de middag worden de leerlingen gegroepeerd in een 6/7 en 7/8 combinatie. Het aanbod bestaat dan uit de vakken wereldoriëntatie, bewegingsonderwijs en cultuur. In de midden- en bovenbouwgroepen wordt de inhoud van het onderwijs voor een belangrijk deel bepaald door de leermethoden welke gebruikt worden in de school. Vanuit de klassikale instructies proberen wij te komen tot het aanbieden van “onderwijs op maat”, waarbij individualisering en zelfstandig werken nadrukkelijk een rol spelen. De instructies worden afgestemd op de mogelijkheden van de kinderen 6
waardoor maatwerk geleverd kan worden. Naast de instructies en verwerking krijgen de kinderen dagelijks de mogelijkheid om tijdens het zelfstandig werken aan opdrachten te werken die naar aanleiding van de instructies zijn gegeven. Ook krijgen de kinderen zgn. extra opdrachten. Deze opdrachten worden in een persoonlijk postvak gelegd en de kinderen kunnen zelf bepalen met welke opdracht ze beginnen. Dankzij deze werkwijze worden onderlinge tempoverschillen opgevangen en kan de leerkracht verschillende kinderen ook op maat gesneden taken en opdrachten geven. Tijdens het zelfstandig werken geeft de leerkracht geen gerichte instructie aan de groep in haar geheel, maar kan hij/zij individuele instructies geven aan die leerlingen die dit nodig hebben: verdieping en verrijking voor wie dat aankan en extra begeleiding en remediëring voor wie dat nodig heeft. Onze onderwijskundige ontwikkeling wordt in hoge mate bepaald door de zoektocht naar mogelijkheden en werkwijzen, waarbij we de leerstof in samenhang integreren met de leefwereld van kinderen en kunnen afstemmen op de specifieke behoefte van ieder kind. In de groepen 1 en 2 wordt gewerkt vanuit thema’s waarbij de kinderen een belangrijke inbreng hebben in de keuze van het thema. Vele activiteiten die in de themaperiode worden uitgevoerd, hebben direct of indirect te maken met het thema. De leerkrachten combineren waar mogelijk de themaonderwerpen met de gegeven onderwijsdoelen die in die periode bereikt moeten worden. De ontwikkelingslijnen en onderwijstrajecten worden dus heel nauwgezet gevolgd en geïntegreerd binnen het lopende thema. De afgelopen jaren heeft de school fors geïnvesteerd in het integreren van cultuur binnen ons onderwijsaanbod. Naast taal, lezen, rekenen en het vergaren van kennis vormen cultuuruitingen ook gereedschappen waarmee kinderen zich de wereld eigen maken en zich kunnen uiten. Leren doe je immers niet alleen met je verstand, maar met ál je zintuigen, dus ook door te voelen, te ruiken, te beleven en te zien. Een goed systeem om de ontwikkeling van ieder kind afzonderlijk goed in de gaten te houden is onontbeerlijk. Een leerlingvolgsysteem stelt ons in staat iedere leerling nauwlettend te volgen en zicht te houden op het rendement van ons onderwijs. Behalve de zeer gemotiveerde groepsleerkrachten, beschikt de school tevens over een zogenaamd “ondersteuningsteam”. Dit team bestaat uit “intern begeleiders” en een “gedragsspecialist” die speciaal zijn aangesteld om, waar nodig, extra begeleiding te kunnen geven aan de leerlingen. Het team stelt zich d.m.v. cursussen en literatuurstudie voortdurend op de hoogte van nieuwe ontwikkelingen en inzichten op het gebied van onderwijs en opvoeding. 2.2 Bewegingsonderwijs Bij de ontwikkeling van de totale persoonlijkheid (in motorisch, sociaal, emotioneel, creatief en intellectueel opzicht) speelt het bewegen een uitermate belangrijke rol. Dit geldt zeker voor kinderen van 4 tot 8 jaar. Onderzoek heeft aangetoond dat kinderen van 4 tot 8 jaar pas goed tot begrip- en taalvorming komen, wanneer ze eerst voldoende bewegingservaring hebben opgedaan. Belangrijk daarbij is dat “zelfontdekkend bezig zijn” centraal staat. Het plezier in het (leren) bewegen staat, naast het met elkaar bezig zijn, centraal. De kleuters krijgen dagelijks bewegingsonderwijs van hun eigen leerkracht. Het bewegingsonderwijs voor de groepen 3 t/m 8 vindt plaats onder leiding van de vakleerkracht. Soms kan het echter voorkomen dat een leerkracht van een bepaalde groep zelf een les bewegingsonderwijs voor zijn/haar rekening neemt.
7
Vanuit overtuiging dat de school ook aandacht moet besteden aan een “gezonde leefstijl” wordt er naast het standaardaanbod ook gelegenheid geboden om aan naschoolse sportactiviteiten deel te nemen zoals diverse toernooien (korfbal/voetbal/zwemmen/hockey). Exclusief voor de Gabriëlschool organiseert onze docent bewegings-onderwijs met regelmaat naschoolse sportactiviteiten zoals branding surfen, zwemmen, hardlopen en kleutergym. Deze typische Gabriël-activiteiten vinden doorgaans plaats op de woensdagmiddag ofwel op de zaterdag. 2.3 Zwemmen Ten gevolge van gemeentelijke bezuinigingen is het schoolzwemmen voor het basisonderwijs met ingang van vorig schooljaar, komen te vervallen. Er zijn binnen Delft echter een paar uitzonderingen gemaakt voor scholen waarvan de noodzaak tot het handhaven van het schoolzwemmen is aangetoond. Eén van deze scholen is de Gabriëlschool locatie Harnaschpolder. Vanaf februari 2016 kunnen de kinderen uit groep 3 en 4 van de Harnaschpolder nog gebruik maken van het schoolzwemmen.
2.4. Culturele vorming In de wet op het primair onderwijs wordt ook de culturele vorming genoemd als een gebied waarbinnen een ononderbroken ontwikkeling moet worden bewerkstelligd. Culturele vorming omvat: beeldende kunst, muziek, handvaardigheid, drama/dans. Om ervoor te zorgen dat het aanbod aan activiteiten zo breed mogelijk is, maken we voor deze gebieden gebruik van moderne methodes die heel veel ruimte bieden voor de fantasie en creativiteit van de kinderen. Behalve de activiteiten die binnen het programma van de groep vallen, kennen we momenten waarbij kinderen optredens verzorgen voor de andere groepen. Naast al deze activiteiten schrijft de school zich jaarlijks in op “Kunstklik”. Dit is een aanbod dat ten dele wordt gesubsidieerd door de gemeente Delft en is bedoeld om de kinderen in aanraking te laten komen met veelsoortige cultuuruitingen zoals theater, dans, beeldende kunst, zang en muziek. In de afgelopen schooljaren heeft het team zich nadrukkelijk gericht op verdiepen en inbedden van het cultureel aanbod op een zodanige wijze dat de culturele vorming in samenhang met alle andere vakken kan worden gerealiseerd. Bovendien zijn we er in geslaagd om in samenwerking met diverse culturele instellingen, de gemeente en de kinderopvangorganisaties onder en na schooltijd diverse verschillende culturele activiteiten aan te bieden. 2.5.
De zaakvakken
Hieronder vallen aardrijkskunde, geschiedenis, natuuronderwijs, verkeer en techniek. Voor deze afzonderlijke vakken beschikken wij over moderne methodes die beantwoorden aan de kerndoelen die door de overheid zijn vastgesteld. Waar mogelijk proberen we onderdelen uit de diverse methodes in samenhang aan bod te laten komen binnen thema’s. Hierbij is het van belang dat kinderen efficiënt gebruik leren maken van moderne informatiebronnen zoals internet, documentatiecentra en bibliotheek. Daarnaast zijn er eveneens vakoverschrijdende activiteiten zoals het maken van werkstukken, het voorbereiden en houden van presentaties, werken aan de hand van thema’s en lessen over maatschappelijke verhoudingen en geestelijke stromingen. Waar mogelijk wordt gebruik gemaakt van het digitale aanbod vanuit de diverse educatieve uitgeverijen (School TV/Nieuwsbegrip/Nieuws uit de natuur etc.).
8
2.6. Rekenen, taal, lezen en schrijven Het onderwijs is constant in ontwikkeling. Didactische inzichten wijzigen en kinderen leren op allerlei manieren. Dit betekent dat wij ons steeds oriënteren op nieuwe methodieken en inzichten en regelmatig onze methoden vernieuwen. Dit heeft 2 jaar geleden o.m. geleid tot de invoering van een nieuwe rekenmethode en een nieuwe aardrijkskundemethode. Eerder hebben we methodes voor de vakken begrijpend lezen, verkeer, geschiedenis en muziek vervangen. Sinds schooljaar 2011 hanteren we de nieuwe leesmethode ‘Strategisch Lezen’. In het komend schooljaar wordt gestart met een splinternieuwe taalmethode, (Taal op Maat). Voor de hoofdlocatie is dit jaar ook een nieuwe methode voor natuur en techniek geïntroduceerd. De intentie is dat de Harnaschpolder op korte termijn zal overgaan naar een nieuwe methodiek voor de wereldoriënterende vakken. 2.7. Engels Vanaf vorig schooljaar hebben wij Engels als vak opgenomen in alle groepen van de school. Dit betekent dus dat alle kinderen (ook de 4-jarigen) Engels in hun lesprogramma hebben. We maken hiervoor gebruik van de methode “Groove Me”. “Groove me” is een revolutionaire digitale lesmethode Engels voor groep 1 t/m 8. Het is de eerste complete lesmethode Engels waarbij muziek de basis is van alle lessen. De muziek die gebruikt wordt, is ‘echte’ muziek: bekende popsongs en eigentijdse hits. In de lessen wordt het thema van het liedje gebruikt om leerlingen Engels te leren, daarbij komen alle vaardigheden aan bod. De lessen beperken zich niet tot alleen de woorden uit het liedje, maar worden uitgebreid met woorden passend bij het thema. 2.8. Sociaal-emotionele ontwikkeling Voorwaarde om tot een optimale ontwikkeling te komen is het feit dat een kind “goed in haar/zijn vel zit”. Het bezitten van veel kennis en vaardigheden is niet voldoende om een compleet mens te zijn. Om er zeker van te zijn dat dit belangrijke aspect van de ontwikkeling nadrukkelijk aandacht krijgt, maken we gebruik van een aantal methodes en programma’s en een apart volgsysteem, waarmee we de sociaal- emotionele ontwikkeling van de kinderen in kaart kunnen brengen. Aan de basis van dit ontwikkelingsgebied staat is het zelf-ontwikkelde programma “NAR”. Met behulp van dit programma worden handvatten geboden aan kinderen om zichzelf een aantal belangrijke sociale vaardigheden eigen te maken met betrekking tot het omgaan met elkaar, de omgang met volwassenen en de omgang met de omgeving. Al deze vaardigheden zijn terug te voeren op drie kernwaarden Netjes, Aardig en Rustig (NAR). Naast het bovenbeschreven programma maken we gebruik van de methode Trefwoord. Door middel van open gesprekken, rollenspel en verhalen komen kinderen in aanraking met hun eigen gevoelens en vooral de gevoelens van anderen. Het zal duidelijk zijn dat sociaal-emotionele vorming verweven zit door het gehele onderwijs en zich niet beperkt tot de momenten waarop met bovenvermelde programma’s wordt gewerkt.
9
2.9.
Methoden
VAK
METHODE
aanvankelijk lezen* technisch lezen begrijpend lezen taal
Strategisch lezen diverse aanvullende leesvormen maatjeslezen/bieblezen Tekstverwerken/Nieuwsbegrip Taal op maat (nwe versie)
schrijven
Zwart op wit
rekenen
Wereld in getallen
Engels aardrijkskunde geschiedenis natuuronderwijs verkeer techniek
Groove me Argus Clou Bij de tijd Wijzer door natuur en techniek (nw) Op voeten en fietsen/Jeugdverkeerskrant van VVN Techniekkasteel
tekenen handvaardigheid muziek dans catechese SE ontwikkeling
Tekenvaardig Handvaardig/Textielvaardig/Techniekvaardig Muziek moet je doen Dansspetters Trefwoord NAR/Kijk/Trefwoord
2.10. ICT Al een aantal jaren zijn computers niet meer weg te denken uit de basisschool. Ook bij ons op school hoort het werken op computers er helemaal bij. Bij de meeste methoden die we gebruiken zijn speciale programma’s ontwikkeld, waarmee de instructies worden ondersteund en oefenstof wordt aangeboden. Voor de kleuters zijn er programma’s voor ruimtelijke oriëntatie, visuele discriminatie, geheugentraining, etc. In de hogere groepen wordt gebruik gemaakt van ondersteunende of aanvullende programma’s op het gebied van rekenen, spelling, tekstverwerken en topografie. Bovendien is de computer (internet) een belangrijke hulpbron bij het verzamelen van informatie. In januari 2014 zijn alle leerlingcomputers vervangen door de beter hanteerbare tablets. De groepen 3 t/m 8 beschikken over digitale schoolborden waarmee we de lessen en werkbladen ook digitaal kunnen weergeven. Daarnaast worden de lessen via dit bord ondersteund met actueel beeldmateriaal. De kleutergroepen hebben de beschikking over zogenaamde “touchscreens”. Dit zijn digitale borden die kinderen rechtstreeks via het scherm kunnen bedienen.
10
2.11. Huiswerk Het komt in de lagere groepen voor dat kinderen de opdracht krijgen thuis foto’s en ander materiaal te verzamelen t.b.v. het werken aan een project. Ook zullen de kinderen van de groepen 4 regelmatig de opdracht krijgen thuis de rekentafels te oefenen. Incidenteel kan een kind wat extra oefenstof meekrijgen wanneer dit net een zetje in de goede richting betekent. Dit is bijvoorbeeld het geval bij (dreigende) leerachterstanden. Vanaf groep 5 wordt regelmatig huiswerk meegegeven. Dit huiswerk kan bestaan uit: het voorbereiden van een toets voor de zaakvakken, het voorbereiden van een presentatie of een boekbespreking, het oefenen van het woordpakket of rekensommen. Natuurlijk overladen wij de kinderen niet met huiswerk. Tijd voor spel is bijzonder belangrijk. In de achtste groep is de hoeveelheid opgelopen tot ca. een uur per week. Het idee achter het geven van huiswerk is dat de kinderen geleidelijk wennen aan het hebben van huiswerktaken. Bovendien willen we hen leren hoe om te gaan met een agenda en hoe het huiswerk gepland zou kunnen worden in een week. In groep 7 en 8 ontvangen de kinderen dan ook een schoolagenda, waarmee we de kinderen willen leren om een dergelijk hulpmiddel te hanteren bij het plannen van huiswerk. Het is niet toegestaan om een andere schoolagenda te gebruiken. Huiswerk is op de eerste plaats een zaak tussen de leerkracht en de leerling, waarbij de school er van uitgaat dat het kind de opdracht ook inderdaad uitvoert. De ouders hebben bij het huiswerk vooral een stimulerende en helpende taak. 2.12. Voortgezet onderwijs Tijdens het laatste schooljaar van de basisschool staan de ouders voor een belangrijke beslissing, namelijk: naar welke school gaat mijn kind na de basisschool? Deze keuze zal, naast het advies van de groepsleerkracht, ook afhangen van de wensen van het kind en de ouders. Ter voorbereiding van deze keuze vinden diverse activiteiten plaats. Deze zijn er op gericht om alle betrokkenen van voldoende informatie te kunnen voorzien en samen met ouders en kind tot een goed advies te komen. In de maand november ontvangen de ouders een voorlopig advies van de school. In februari wordt dit voorlopig advies omgezet naar een definitief advies en hebben de ouders en kinderen de mogelijkheid om zich aan te melden bij een van de VO-scholen. In april maken de kinderen uit groep 8 de Eindtoets Basisonderwijs. De eindtoets is verplicht als een onafhankelijk en objectief meetinstrument om te kijken in welke mate de leerlingen van groep 8 taal en rekenen beheersen. De resultaten van de eindtoets worden ook gebruikt door de Inspectie van het Onderwijs om te zien of de opbrengsten van de school volgens verwachting zijn. De scholen voor voortgezet onderwijs in Delft geven uitgebreide informatie, te weten: informatie in de vorm van schoolgidsen, brochures, advertenties in dagbladen, informatieavonden voor ouders en open dagen. Natuurlijk wordt ook in groep 8 zelf ruim aandacht besteed aan de schoolkeuze. De verschillende vormen van onderwijs komen aan de orde. Dit gebeurt middels een beknopte studie- en beroepenoriëntatie en schoolbezoeken.
11
Eindtoetsresultaten vanaf 2007: Schooljaar 2007/2008 536,4 gemiddeld Schooljaar 2008/2009 536,6 gemiddeld Schooljaar 2009/2010 hoofdlocatie 538,1 / locatie HP 537 Schooljaar 2010-2011 hoofdlocatie 535,7 / locatie HP 538,4 Schooljaar 2011-2012 hoofdlocatie 535,7 / locatie HP 535,4 Schooljaar 2012-2013 hoofdlocatie 534,5 / locatie HP 536 Schooljaar 2013-2014 hoofdlocatie 533,6 / locatie HP 534,8 Schooljaar 2014-2015 hoofdlocatie 533,7/ locatie HP 535,6 (landelijk gemiddelde 534,9)
Uitstroomgegevens: ADVIES SCHOOLTYPE LWOO-VMBO VMBO BB VMBO B/K VMBO kader VMBO TL HAVO TL HAVO HAVO-VWO VWO Praktijkonderwijs
12/13 3,5% 14% 14% 16% 21% 30% 1,5%
13/14
14/15
7,7% 0% 3% 15,4% 23% 12,3% 10,8% 7,7% 16,9% 3%
6,48% 6,02% 10,4 % 8,3 % 18,75 % 2,08 % 18,75 % 6,25 % 20,89 % 2,08 %
De gegeven eindscores zijn niet per definitie bepalend voor de kwaliteit. Per leerjaar kunnen deze scores sterk wisselen omdat de score heel erg afhangt van de groep. Het ene jaar kan een groep immers bestaan uit kinderen die gemiddeld genomen over iets meer of minder capaciteiten beschikken dan een voorgaand jaar. De kwaliteit van de school wordt bepaald door de mate waarin de school er in slaagt een optimale ontwikkeling tot stand te brengen, rekening houdend met de mogelijkheden van ieder kind afzonderlijk. 2.13. Documentatiecentrum en bibliotheek Het klinkt geweldig en dat is het ook. Kinderen weten al heel snel hun weg te vinden langs de vele meters boeken en kaarten. Het is heerlijk om zo maar eens in de informatieve boeken te kunnen snuffelen. En dat mag ook best af en toe, maar meestal is de informatieverzameling gericht op het houden van een presentatie of op het maken van een werkstuk. Behalve informatieve boeken beschikken we tevens over een uitgebreide, kwalitatief hoogwaardige bibliotheek. Een keer per week is er de mogelijkheid voor de kinderen om boeken te ruilen. De boeken worden uitsluitend binnen de school gebruikt en mogen niet mee naar huis. Lidmaatschap van de openbare bibliotheek is dan ook zeer aan te bevelen.
12
2.14. Schoolbenodigdheden Voor de gymlessen dienen de kinderen gymschoenen en gymkleding te hebben. Bij de kleuters blijven deze op school. Vanaf groep 5, als de kinderen huiswerk meekrijgen, is een schooltas gewenst. Al het andere materiaal wordt door de school verstrekt (voor een deel uit de ouderbijdrage bekostigd): -schriften, multomapvullingen, stabilovullingen, potloden -viltstiften, gum en kleurpotloden (jaarlijks) -Stabilo-pen -liniaal -agenda (groep 7 en 8) *Indien bovenstaande materialen opzettelijk worden vernield, dienen deze materialen op kosten van de betreffende ouders te worden vervangen. 2.15. Schoolplan Alles wat in de basisschool gebeurt, staat beschreven in het schoolplan. Allereerst staat er in wat de school aan de kinderen leert, hoe dat gebeurt en waarom juist zó. De maatschappij stelt steeds weer nieuwe eisen aan het onderwijs. Om nieuwe eisen en verwachtingen te kunnen vertalen naar ons onderwijs wordt een keer per vier jaar een nieuw schoolplan vastgesteld waarin op basis van wettelijke eisen en visie op onderwijs en opvoeding, de beleidsvoornemens voor een periode van vier jaar worden vastgesteld. De veranderende visie op school en maatschappij krijgt op deze wijze gestalte binnen de muren van het schoolgebouw. Jaarlijks maakt de school op basis van het schoolplan een zogenaamd jaarplan waarin concreet staat beschreven welke beleidsonderdelen uit het schoolplan in het betreffende jaar aan bod zullen komen. Het jaarplan wordt vervolgens vertaald naar een activiteitenplan waarin de vergaderingen met vergaderonderwerpen en de studiedagen staan ingepland. Aan het einde van het schooljaar wordt er een jaarverslag gemaakt waarin het jaarplan wordt geëvalueerd. 2.16. De schoolgids Naast het schoolplan geeft iedere school ook een schoolgids uit. Behalve algemene informatie over de school worden de ouders met behulp van de schoolgids geïnformeerd over het onderwijs, de activiteiten en vieringen en de wijze waarop ouders betrokken worden bij het onderwijs. De schoolgids wordt vastgesteld met instemming van de medezeggenschapsraad van de school. 2.17. digiDuif Enige jaren terug is digiDuif ingevoerd. Alle ouders hebben een verzoek ontvangen om zich te registreren bij digiDuif met een door de school aangeleverde activeringscode. Ouders konden (en kunnen) zich door middel van deze code aanmelden voor het digitaal kunnen ontvangen van brieven, mededelingen, oproepen of anderszins. Deze informatie kan vervolgens via e-mail of smartphones van de ouders worden ontvangen. Het grote voordeel van digiDuif is dat alle informatie ouders werkelijk bereikt. Bij verspreiding van schriftelijke informatie komt het nogal eens voor dat brieven of belangrijke andere informatie in tassen of jassen van de kinderen achterblijft. Ongeveer 92% van de ouders heeft zich inmiddels aangemeld bij digiDuif. Wij hopen van harte dat wij dit jaar alle ouders als gebruikers van digiDuif kunnen registreren. Wilt u gebruik maken van deze service? Neemt u dan even contact op met de directie. U ontvangt dan z.s.m. een activeringscode.
13
2.18. De Nieuwsbrief Iedere twee maanden verschijnt de nieuwsbrief. Hierin staan de belangrijkste gebeurtenissen van de afgelopen tijd en de zaken die in de komende periode op de planning staan. De nieuwsbrief wordt via digiDuif verspreid. Leest u deze brief alstublieft goed! Soms staan er gewijzigde data in, die voor u erg belangrijk kunnen zijn.
3.0. KWALITEITSBEWAKING 3.1. Ondersteuning Op de basisschool presteren de kinderen niet allemaal op hetzelfde niveau. Het ene kind zal zonder veel problemen de ontwikkeling doormaken die past bij de betreffende leeftijd; het andere kind daarentegen kan daar (tijdelijk) moeite mee hebben. Ook heeft de basisschool te maken met kinderen die op een of meerdere aspecten van hun ontwikkeling verder zijn dan het “gemiddelde” kind. Om hier adequaat mee om te gaan werken we binnen de groepen met zgn. groepshandelingsplannen waarin we op voorhand bepalen welke stof en welke onderdelen we op welke wijze aan welke kinderen gaan aanbieden. Op deze manier kunnen we ervoor zorgen dat ieder kind datgene geboden krijgt waar het behoefte aan heeft. Het is zaak dat de school de leerling tijdens de acht jaren basisonderwijs goed “volgt” en de ontwikkeling en de vorderingen van de kinderen in het oog houdt en op tijd signaleert als er iets aan de hand is. Deze activiteiten worden in de moderne school samengevat onder de term “leerlingvolgsysteem”. In de praktijk vinden op gezette tijden toetsen plaats aan de hand waarvan de leerkracht, naast de dagelijkse observatie en het schriftelijk werk van het kind, kan controleren of de individuele ontwikkeling naar wens verloopt. Mochten zich ontwikkelingsproblemen voordoen, dan zullen maatregelen genomen worden om eventuele stagnaties op te lossen. Deze aandacht voor het individuele kind en de eventueel daaruit voortvloeiende individuele hulp wordt in het onderwijs aangeduid met de term “ondersteuningsaanbod” en kan o.m. bestaan uit: -meer/aangepaste aandacht in de groep door de leerkracht -verlengde instructie -aanpassingen in het leerstofaanbod -apart individueel (huis)werk in overleg met de ouders -hulp van buitenaf, bijv. door de onderwijsadviesdienst, jeugdgezondheidszorg, logopediste In een enkel geval kan blijken dat de basisschool een kind niet die hulp kan bieden die het nodig heeft. Onderzoek zal dan uitwijzen of een speciale lesplaats of speciaal basisonderwijs beter is voor het kind of mogelijk de keuze voor een andere basisschool (zie hoofdstuk 3.2). Ook de “meerbegaafde” leerling verdient extra zorg. Om ook deze kinderen aan hun trekken te laten komen wordt verdiepingsstof, verrijkingsstof aangeboden. Alle activiteiten die betrekking hebben op leerlingvolgsysteem, zorgbreedte, remedial teaching, onderzoek worden gecoördineerd door de zgn. “intern begeleider”. De intern begeleider voert tweemaal per jaar met de leerkrachten een groeps- en leerling-bespreking waarin de resultaten van de groep in het algemeen en van de leerlingen individueel besproken worden. Tevens worden tijdens deze besprekingen eventuele verbeterplannen besproken. 3.2 Gedragsspecialist Sinds vorig schooljaar heeft de school een gedragsspecialist aangetrokken in de persoon van de heer George de Schepper. George was voorgaande jaren werkzaam binnen het samenwerkingsverband waar hij werd ingezet ten behoeve van ondersteuning van leerkrachten die een specifieke hulpvraag hadden aangaande gedragsproblematieken binnen de groep. Met het verdwijnen van de oude 14
samenwerkingsverbanden, hield deze functie op te bestaan en kwam George de Schepper “vrij” op de arbeidsmarkt. Wij hebben als school direct gebruik gemaakt van de mogelijkheid om George aan onze school te verbinden met de bedoeling om ons, als school, meer mogelijkheden te bieden ons verder te bekwamen in het effectief omgaan met kinderen die in hun gedrag speciale aandacht behoeven. 3.3. Het ondersteuningsoverleg Eén keer per 6 weken vindt het zogenaamde ondersteuningsoverleg plaats. In dit overleg wordt gezocht naar mogelijkheden om kinderen en ouders te ondersteunen in het oplossen van complexe problemen op sociaal/emotioneel gebied. Bij dit overleg kunnen, behalve ons eigen ondersteuningsteam bestaande uit de intern begeleiders Marian Chfar en Cocky Verleg en onze gedragsspecialist George de Schepper, diverse externen vertegenwoordigd zijn. Hierbij kan gedacht worden aan een orthopedagoog, de schoolmaatschappelijk werker, een gedragstherapeut of anderszins. Zonder toestemming van de ouders worden er geen kinderen ter bespreking ingebracht in dit overleg. 3.4. Passend Onderwijs. Op 1 augustus 2014 is de nieuwe wetgeving met betrekking tot passend onderwijs van kracht geworden. De afgelopen twee jaren is er gewerkt aan de op- en inrichting van het nieuwe samenwerkingsverband PPO Delflanden. Onze school maakt met 80 andere scholen deel uit van dit nieuwe samenwerkingsverband. Deze scholen zijn gehuisvest in vier gemeenten: Delft, Lansingerland, Midden-Delfland en Pijnacker-Nootdorp. In totaal bestaat het nieuwe samenwerkingsverband uit meer dan 20.000 leerlingen. Naast de reguliere basisscholen bestaat het samenwerkingsverband uit drie scholen voor speciaal basisonderwijs en vier scholen voor speciaal onderwijs. De missie van het samenwerkingsverband is om voor ieder kind een passende onderwijsplek aan te kunnen bieden. In de praktijk zal dit voor de meeste kinderen het reguliere onderwijs zijn, maar waar nodig kan dit ook een speciale lesplaats zijn. De wijze waarop wij gezamenlijk aan de slag gaan is in de volgende uitgangspunten beschreven: - Het denken in mogelijkheden voor een kind. Niet alleen de vraag ‘wat is er aan de hand met een kind (beperkingen)’, maar meer ‘wat heeft het kind nodig om te komen tot een optimale ontwikkeling’. - Goede, constructieve samenwerking met ouders, scholen en samenwerkingsverband. Om voor een kind tot de juiste invulling te kunnen komen, hebben we elkaar nodig. - Handelingsgericht werken. In passend onderwijs komen een aantal onderwijswerkniveaus voor: - Basisondersteuning. De scholen hebben met elkaar afspraken gemaakt over wat iedere basisschool moet kunnen bieden. In het schoolondersteuningsprofiel van de school zijn deze afspraken terug te vinden. Dit is een nieuwe manier van samenwerken en betekent dat we de komende jaren gezamenlijk deze basisondersteuning verder gaan uitwerken. - Soms zal een kind meer nodig hebben dan de basisondersteuning, die de school biedt. Het samenwerkingsverband zal bij die kinderen worden betrokken om na te gaan wat deze kinderen nodig hebben. We spreken hier dan van een arrangement. - Bij een aantal kinderen zal blijken dat basisondersteuning niet toereikend is. Van het arrangement is vastgesteld dat dit niet op de basisschool aangeboden kan worden en dat een speciale lesplaats dan van toepassing is. In die situaties gaan we samen met ouders en scholen aan de slag om te komen tot de juiste onderwijsplek. 15
Voor een arrangement of een speciale lesplaats zijn routes beschreven, die gevolgd kunnen worden vanuit het samenwerkingsverband
3.5.
Enquêtes en vragenlijsten
Met regelmaat worden er vragenlijsten en enquêtes uitgezet onder de leerlingen, ouders en leerkrachten met als doel goed zicht te houden op de kwaliteit van de school en waar mogelijk verbeteringen in gang te zetten. Medewerking van de ouders is hierbij van vitaal belang. 3.6.
Inspectie
Zoals wellicht bekend staan alle scholen onder toezicht van de inspectie. Minimaal één keer in de vier jaar voert de inspectie op de scholen een onderzoek uit om te bepalen of een school voldoet aan een groot aantal kwaliteitseisen. Voorafgaand aan zo’n inspectieonderzoek voert de inspectie een uitgebreide documentenstudie uit waarbij het schoolplan, jaarplan, jaarverslagen, beleidsplannen, groepsplannen en schoolgids zeer kritisch worden bestudeerd. De inspectie beoordeelt tijdens zo’n onderzoek de schoolresultaten, de kwaliteit van de lessen en de mate waarin tegemoet wordt gekomen aan het bieden van passend onderwijs. Ook wordt er gekeken naar ouderbetrokkenheid, de wijze waarop vorm wordt gegeven aan de communicatie met ouders, de organisatie van de school en het pedagogisch klimaat. Indien een school voldoet aan de door de inspectie gestelde kwaliteitseisen krijgt de school een zogenaamd basisarrangement. Dit houdt in dat de inspectie vertrouwen heeft in de kwaliteit van de school en geen aanleiding ziet om de school intensiever te gaan volgen. In 2014 en 2015 hebben er inspectieonderzoeken plaatsgevonden op zowel de Hoofdlocatie als op de Harnaschpolder. In beide gevallen heeft de school het basisarrangement toegewezen gekregen. 3.7. Aanmelden nieuwe leerlingen In de loop van een schooljaar kunnen leerlingen worden aangemeld. In principe is ieder kind van harte welkom. Er zijn echter situaties waarin wij als school leerlingen moeten weigeren. Dit kan voorkomen in die gevallen waarbij het, gezien het aantal leerlingen in een groep of de beschikbare zorgcapaciteit niet verantwoord is om de betreffende leerling op te nemen. De verwachting is dat er in de loop van het schooljaar op de hoofdlocatie gewerkt zal gaan worden met een wachtlijst ten behoeve van de groepen 1 en 2. Om er voor te zorgen dat de aan te melden kinderen een passende onderwijsplek te kunnen krijgen, dient bij aanmelding voor de school alle relevante informatie beschikbaar te komen. Bij een aanmelding zal de school de betreffende ouders uitnodigen voor een oriëntatiegesprek. De ouders zijn op dat moment de belangrijkste bron voor de school om informatie te krijgen over het aan te melden kind. Dit is van groot belang om het kind optimale ontwikkelingskansen te kunnen bieden. Bovendien zal aan ouders gevraagd worden of er informatie bij een kinderdagverblijf of peuterspeelzaal beschikbaar is. Indien het een zogenaamde tussentijdse aanmelding betreft van een kind dat op dat moment een andere basisschool bezoekt, zal er contact worden gezocht met de leverende school met het verzoek relevante informatie te zenden op grond waarvan de wij kunnen beoordelen of wij in staat zijn de benodigde zorg te leveren. In uitzonderlijke gevallen kan het voorkomen dat de school twijfels heeft aangaande de mogelijkheden die zij kan bieden om het betreffende kind optimaal te kunnen begeleiden. In die gevallen zal de school eerst intern overleg plegen met het ondersteuningsteam alvorens een 16
definitief besluit te nemen. Dit besluit wordt in ieder geval binnen een termijn van maximaal zes weken genomen. Mocht dit besluit binnen zes weken niet genomen kunnen worden, dan kan de school de termijn om een besluit te nemen met vier weken verlengen. Mocht de school moeten besluiten dat de noodzakelijke ondersteuning niet op deze school geboden kan worden, zorgt de school dat het kind op een andere school geplaatst kan worden. In dat traject werken ouders en school intensief samen om te komen tot een goede plaatsing. Het samenwerkingsverband wordt betrokken bij dit traject als blijkt dat extra ondersteuning (arrangement of speciale lesplaats) nodig is. Het bestuur van de school heeft dan zorgplicht. 3.8. Vervolgtraject na aanmelden kleuter Gaat het om een plaatsing in een kleutergroep, dan neemt de leerkracht, bij wie het kind is ingedeeld, circa zes weken voor de datum van toelating telefonisch contact op met de ouders. Daarin wordt met hen een afspraak gemaakt voor een kennismakingsgesprek na schooltijd, waarin kind en ouders wegwijs worden gemaakt in de school en het lokaal. Tijdens dit kennismakingsgesprek worden tevens afspraken gemaakt voor de zogenaamde wenochtenden of -middagen (maximaal 4), waarop het kind kan komen “proefdraaien” in de kleuterklas. 3.9. Rapportage De rapportage door de school aan de ouders vindt op veel manieren plaats. De leerkrachten van de kleutergroepen houden per kind een persoonlijk ontwikkelingsboekje bij, waarin de werkjes van het kind worden opgenomen. Op de rapportenavonden kunnen ouders de plakboeken inzien. Aan het eind van de kleuterperiode mag het plakboek mee naar huis. De onderbouwgroepen hanteren het observatie instrument “KIJK”. Hiermee wordt de ontwikkeling van ieder kind zeer nauwgezet gevolgd en geregistreerd. Tijdens de tafeltjesavond (rapportenavond) worden deze middelen gebruikt om de ouders te informeren over de voortgang in de ontwikkeling De groepsleerkracht houdt een observatieformulier van de kinderen bij. Aan de hand van deze observaties zal de leerkracht de ouders op de hoogte brengen van de ontwikkeling van het kind d.m.v. een persoonlijk gesprek in de loop van het jaar. Meestal zal dit gebeuren gedurende een 10-minuten gesprek op de tafeltjesavonden, maar natuurlijk kan men ook tussentijds informeren bij de desbetreffende leerkracht. Voor de groepen 3 t/m 8 geldt het volgende: Aan het begin van het jaar houden alle leerkrachten zogenaamde individuele oriëntatie gesprekken met de ouders. Door middel van deze gesprekken proberen de leerkrachten, mede op grond van wat de ouders kunnen vertellen over hun kind, een goed beeld te krijgen van hun (nieuwe) leerling waardoor zij beter in staat zijn datgene te bieden wat het kind nodig heeft. Vanaf groep 3 krijgen de kinderen twee maal per jaar een rapport (nov/juli). In deze rapporten, die aan het kind worden uitgereikt, geven wij een beoordeling over het functioneren van het kind, over de werkhouding en de geleverde prestaties. Na uitreiking van het rapport kunnen ouders of de school aangeven of zij het van belang vinden om een nadere toelichting te krijgen op dit rapport. In februari vinden wederom individuele gesprekken plaats met de ouders. Tijdens deze voortgangsgesprekken worden de Cito-uitslagen als uitgangspunt gebruikt om de ontwikkelingsgroei van de kinderen met de ouders te bespreken. In het kader van de advisering naar het VO geldt voor de groepen 8 een wat afwijkende rapportage. De ouders van de betreffende groep worden daar apart over geïnformeerd.
17
4.0. OUDERS EN SCHOOL Ouderbetrokkenheid Ouders doen hun kinderen een enorm plezier wanneer zij hun betrokkenheid tonen bij de school. Bovendien kunnen wij u verzekeren dat een grote betrokkenheid van ouders bij het wel en wee van hun kinderen in de schoolsituatie een enorm positieve invloed heeft op de prestaties en de motivatie van de kinderen. Maar dat geldt niet alleen voor de kinderen, ook wij als team hechten er enorm aan om samen met de ouders, als partners te kunnen bouwen aan de ontwikkeling van het kind. Een van de manieren om deze betrokkenheid vorm te geven is de ouderparticipatie: 4.1
Ouderparticipatie
Ouderparticipatie betekent dat de ouders actief betrokken zijn bij het totale schoolgebeuren. Het is een vorm van samenwerken tussen ouders en school, zowel thuis als op school. Er zijn diverse vormen van ouderparticipatie: A. Het ondersteunen en/of voorbereiden van schoolse activiteiten, zoals: Belangstelling tonen voor wat uw kind op school doet en meemaakt en er met het kind over praten Nadrukkelijk kennisnemen van de inhoud van nieuwsbrief, info, brieven van school Bepaalde schoolse activiteiten thuis (laten) doen, zoals tekenen, spelletjes, lezen, tafels oefenen e.d. Materiaal helpen opzoeken voor onderwerpen voor werkstukken, projecten, spreekbeurten e.d. Een sfeer scheppen waarin het kind rustig kan leren en huiswerk maken B. Het bijwonen van ouderavonden (jaarvergadering oudervereniging en medezeggenschapsraad, informatieavonden, rapportenavonden e.d.) C. Het verlenen van hand- en spandiensten aan de school, die niet direct met het onderwijsproces te maken hebben, zoals: Begeleiding bij schoolreisjes en excursies Hulp bij festiviteiten, sport- en speldag, sportevenementen Verrichten van klusjes, schoonmaken van materiaal Wassen van sportkleding D. Het uitvoeren van activiteiten op school ter directe ondersteuning van het onderwijs, zoals: Verzorgen / vervaardigen van leer- en hulpmiddelen Onderhouden van het documentatiecentrum en bibliotheek Het verzorgen van de uitleen van de bibliotheek E. Het assisteren in het onderwijsleerproces in de groepen: Speel/leerspelletjes in groep 3 Assisteren bij speciale leesbegeleiding, assisteren bij het werken met de computer, assisteren in de groepen, bijvoorbeeld bij de handvaardigheidlessen of techniek F. Meebeslissen over opzet en organisatie van het onderwijs door zitting te nemen in de medezeggenschapsraad of in het bestuur van de oudervereniging. 18
4.2. Oudercontact en website Een goed contact tussen ouders en school vinden wij heel belangrijk. Hebben ouders iets te vragen of te melden, dan kan men altijd na schooltijd bij de leerkrachten of de bouwcoördinatoren terecht. Mocht u een gesprek willen hebben met de directie, kunt u in principe altijd even binnenlopen maar het kan voorkomen dat de directie niet aanwezig is i.v.m. extern overleg. In dit soort situaties kunt u het best even een afspraak maken. Verder worden de ouders op de volgende wijze op de hoogte gehouden: * Sinds het schooljaar 2013-2014 maakt de school gebruik van het programma “digiDuif”. Dit programma maakt het mogelijk om alle schriftelijke informatie digitaal aan ouders te verzenden. * Regelmatig verschijnt de nieuwsbrief met de benodigde informatie voor de volgende maanden en allerlei algemene informatie. * Twee keer per jaar wordt een tafeltjesavond gepland, waarop ouders de vorderingen van hun kind met de leerkracht kunnen bespreken. * Minimaal één keer per jaar organiseert de school i.s.m. de oudercommissie een algemene ouderavond voor ALLE ouders van de school. * Tussendoor verschijnen er bij dringende zaken brieven, zodat men altijd op de hoogte wordt gehouden van de meest actuele en/of urgente zaken. Deze brieven of mededelingen worden via digiDuif verspreid. * De Gabriëlschool beschikt over een website waarin allerlei belangrijke en relevante informatie is opgenomen. Actuele ontwikkelingen of op handen zijnde gebeurtenissen die voor u als ouder van belang zijn, worden in principe zoveel mogelijk opgenomen. Daarnaast beschikken de groepen over pagina’s waarop de leerlingen kunnen aangeven wat er op een bepaald moment in de groep speelt. U vindt onze site op www.gabrielschool.nl. 4.3. Oudervereniging Alle ouders van kinderen op de Gabriëlschool zijn lid van de oudervereniging. Het bestuur van deze oudervereniging is de gemeenschappelijke oudercommissie (GOC). De GOC van de Gabriëlschool streeft ernaar de belangen van de school (leerlingen, ouders en onderwijsteam) op alle mogelijke manieren te steunen en te behartigen, in nauwe samenwerking met het onderwijsteam en de medezeggenschapsraad. De GOC bestaat en werkt niet voor zichzelf, maar heeft tot taak zoveel mogelijk ouders bij de school te betrekken. De vergaderingen van de GOC zijn openbaar en de berichtgeving vanuit de GOC vindt plaats via de nieuwsbrief/site. De leden van de GOC worden gekozen voor een periode van drie jaar. Vanuit het onderwijsteam en de oudervereniging zijn werkgroepen gevormd, die zich bezig houden met het organiseren van festiviteiten (Sinterklaas, Kerstmis, carnaval en Pasen), de sportdag, het schoolreisje, etc. Regelmatig doen leden van de werkgroepen een beroep op ouders om hen bij de uitvoering van deze activiteiten te helpen. Alle activiteiten vanuit de GOC worden financieel mogelijk gemaakt door middel van de ouderbijdrage. Dit bedrag wordt tijdens de jaarlijkse algemene ledenvergadering vastgesteld. Een gedeelte van deze ouderbijdrage komt ten goede aan schoolse hulpmiddelen, die voor de kinderen van groot belang zijn. Ouderbijdrage De GOC mag een vrijwillige ouderbijdrage vragen voor extra activiteiten en zaken die niet tot het standaardaanbod van een school behoren. Hierbij moet u denken aan de eerder beschreven vieringen, excursies, diverse projecten en themaweken, sportdagen, cultuur/bewegingsmiddagen etc. Juist deze activiteiten geven de school dat stukje extra, waardoor we in staat zijn een evenwichtig aanbod aan activiteiten te bieden.
19
Welke kosten kunt u in de loop van het schooljaar verwachten? Ouderbijdrage +/- € 36,- per kind Schoolreis +/- € 20,- per kind Dit betreft de groepen 1 t/m 7 Werkweek +/- € 130,- per kind Dit betreft de groepen 8 4.4. Medezeggenschapsraad Aan onze school is op grond van de Wet Medezeggenschap Scholen een medezeggenschapsraad verbonden. Deze raad bestaat uit 8 leden, waarvan de helft bestaat uit ouders en de andere helft uit personeel, rechtstreeks gekozen uit de ouders en het personeel volgens het MR-reglement voor een zittingsduur van drie jaar. De MR heeft als geheel op een aantal punten instemmingsrecht en adviesrecht als het gaat om schoolorganisatorische zaken, die gevolgen hebben voor leerlingen en leerkrachten. Ook de beide geledingen hebben soms apart instemming of advies te verlenen. Het gaat dan o.a. over de schoolbegroting, het schoolplan, het jaarverslag, de schoolgids, het veiligheidsplan, beleidswijzigingen, aanstelling of ontslag schoolleiding, verbouwingen, schooltijden en de hoogte van de ouderbijdrage. De directeur, die geen deel uitmaakt van de medezeggenschapsraad, is de door het bestuur gemandateerde gesprekspartner van de medezeggenschapsraad. Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR). Elke school is tevens vertegenwoordigd in de GMR met een lid (oudergeleding of personeelsgeleding), dat stemgerechtigd is. Een lid heeft zitting voor drie jaar. Ook in de GMR bestaat instemmingsrecht en adviesrecht voor de gehele raad en in sommige gevallen voor de geledingen apart. In de GMR worden zaken besproken die voor alle scholen van de stichting van belang en dus schooloverstijgend van toepassing zijn, o.a. meerjarenbestuursformatieplan, begroting en jaarrekening van de stichting, klachtenregeling, toelating en verwijdering van leerlingen, vakantieregeling. Het College van Bestuur is de gesprekspartner van de GMR. Het secretariaat van de GMR is bereikbaar op
[email protected]
5.0. EN VERDER.... 5.1.
Vieringen Vieringen zijn voor veel kinderen vaak de hoogtepunten in het schooljaar. Er wordt dan ook veel tijd en aandacht aan besteed door team en ouders om er echt hoogtepunten van te maken. Het schooljaar wordt gestart met een gezamenlijke viering in de parochiekerk of in de school zelf. Deze viering staat jaarlijks in het teken van een bepaald thema, zoals “Samen” of “Je steentje bijdragen”. De viering van het Sinterklaasfeest vergt veel voorbereidingen, waarbij ook hulp van de ouders wordt ingeschakeld.
In de adventtijd wordt uiteraard veel aandacht gegeven aan de betekenis van het kerstfeest. In de laatste schoolweek vóór de kerstvakantie wordt er een gezamenlijke kerstviering georganiseerd. ‘s Avonds sluiten we het kerstfeest af met een gezamenlijk kerstdiner.
20
5.2. Musical De traditionele afsluiting van het jaar is de musical. De kinderen van groep 8, leerkrachten en ouders zijn maandenlang enthousiast bezig met de voorbereidingen van dit spektakelstuk. Op deze wijze neemt groep 8 op een onvergetelijke wijze afscheid van de basisschooltijd. 5 3. Themavoorstellingen Regelmatig worden er themavoorstellingen gehouden. Deze gezellige bijeenkomsten vormen ofwel de afronding van een thema ofwel er wordt tijdens de voorstelling een presentatie verzorgd door leerlingen voor leerlingen. 5.4. Schoolreis en werkweek Met meerdere groepen tegelijk genieten van een uitstapje; dat is het doel van een schoolreisje. Ieder jaar wordt er een schoolreis georganiseerd naar een attractie ergens in het land. Een voorbereidingscommissie bestaande uit leerkrachten en ouders probeert jaarlijks invulling te geven aan deze dag. De schoolreis is een grootschalig gebeuren waarvoor we ouders uitnodigen als hulpouders. De werkweek voor groep 8 vindt dit jaar plaats in april. Gedurende 4 tot 5 dagen zijn de kinderen dag en nacht samen. De activiteiten tijdens de werkweek hangen uiteraard nauw samen met de mogelijkheden die de omgeving biedt. Het is echter niet zo dat de werkweek een nadrukkelijk educatief karakter moet hebben. De kosten van zowel de schoolreis als de werkweek staan los van de ouderbijdrage en worden apart geïnd. (kosten werkweek +/- € 130,-) 5.5. Jarig De jarige mag op school trakteren. Snoep is niet verboden, maar er zijn vele andere mogelijkheden, zoals bijvoorbeeld fruit, kaas, worst of een doosje rozijntjes. Het komt steeds meer voor, dat kinderen last hebben van de kleur-, geur- en smaakstoffen in snoepgoed. Wij verzoeken u vriendelijk hiermee rekening te houden bij de aanschaf van het snoepgoed: er zijn genoeg lekkernijen te koop zonder chemische toevoegingen. Wilt u alstublieft geen kauwgum laten trakteren (meubilair, vloeren)! 5.6. Speelgoed Geeft u s.v.p. geen speelgoed mee naar school. Er zijn twee uitzonderingen op deze regel: na het Sinterklaasfeest en na de eigen verjaardag mogen kinderen hun nieuwe speelgoed laten zien. Zakmessen beschouwen wij niet als speelgoed en zijn op school ten strengste verboden. 5.7. Mobiele telefoons Steeds meer kinderen blijken in het bezit te zijn van mobiele telefoons en in sommige gevallen kan dit ook heel nuttig zijn. Als school stellen wij echter wel grenzen aan het gebruik van deze telefoons. Bij aanvang van de lessen worden deze telefoons ingeleverd bij de leerkracht. Na afloop van de lessen kunnen de kinderen hun telefoon weer ophalen bij hun juf of meester. Indien de kinderen toch gebruik maken van de telefoon tijdens de aanwezigheid op school (dus ook tijdens de pauze), zal de telefoon worden ingenomen en kan deze door een van de ouders worden opgehaald bij de leerkracht. Schade door diefstal of verlies is voor rekening van de ouders.
21
5.8. Snoepen Snoepen is om allerlei redenen niet gezond en om die reden is het niet gewenst om uw kinderen snoep mee te geven. Voor de tussendoortjes, na het sporten of in de pauze, zijn er vele lekkere en tevens gezonde alternatieven te bedenken. Men kan de kinderen fruit of een gezonde koek meegeven (a.u.b. geen complete maaltijden!). 5.9. Schoolmelk Er bestaat op school de mogelijkheid een abonnement te nemen op schoolmelk (halfvolle melk). Aanmeldingsformulieren hiervoor zijn op school verkrijgbaar. Wil een kind meer variatie dan alleen melk, dan zijn er natuurlijk allerlei verantwoorde alternatieven die in pakjes of goed sluitende bekers kunnen worden meegegeven. 5.10. Jeugdtijdschriften Via school kan men de kinderen abonneren op de jeugdtijdschriften Bobo, Okki, Taptoe, Hello You, Jippo, Flo en National Geographic junior. Het is belangrijk dat de kinderen in deze periode boekjes op hun niveau kunnen vinden en het lezen als iets prettigs ervaren. Deze tijdschriften voldoen hieraan. Behalve de bovengenoemde tijdschriften worden er nog vele andere jeugdtijdschriften op de markt gebracht. De diverse uitgeverijen trachten deze tijdschriften ook via de scholen te verspreiden maar in verband met de behoorlijke administratie die hiermee gepaard gaat, beperken wij ons tot bovenvermelde tijdschriften. 5.11. Hoofdluiscontrole Iedere eerste maandagochtend na de vakanties worden alle kinderen gecontroleerd op hoofdluis. Er wordt met name gekeken naar de aanwezigheid van neten (haargrens voorhoofd, nek, kruin en achter de oren). Na ieder kind dat gecontroleerd is reinigt degene die de controle uitvoert haar handen met desinfectans. Na gebruik van de luizenkam wordt deze na ieder kind gereinigd met heet water en daarna met alcohol. Indien een kind neten heeft wordt het haar gekamd met een luizenkam om te kijken of er ook hoofdluis aanwezig is. Bij aanwezigheid van ‘verse’ neten worden de ouders/verzorgers gebeld met het verzoek het kind te behandelen. Neten op zich zijn (nog) geen infectiebron, het kind kan gewoon terug naar de klas. Bij aanwezigheid van ‘oude’ neten (1-1½ cm. vanaf de hoofdhuid) is er geen actie nodig. Dit zijn lege neten en worden dus geen infectiebron. Indien een kind hoofdluis heeft worden de ouders/verzorgers gebeld met het verzoek het kind op te halen om te behandelen tegen hoofdluis. Als er hoofdluis of ‘verse’ neten in een klas geconstateerd zijn, krijgen de kinderen een informatiebrief mee naar huis. 5.12.
Jeugdgezondheidszorg
Uit de brochure van de JGZ: Opgroeien van baby naar tiener, daar komt heel wat bij kijken. JGZ geeft advies over de verzorging, gezondheid en opvoeding van kinderen en jongeren. En we geven op de juiste momenten vaccinaties die beschermen tegen ziekten. U kunt altijd met uw kind bij ons terecht, of het nu om alledaagse
22
vragen gaat of om grote zorgen. De diensten van JGZ zijn gratis, met uitzondering van sommige cursussen en themabijeenkomsten. Voor kleine en grote kinderen Tot de leeftijd van vier jaar komen ouders regelmatig met hun kind naar het consultatiebureau. Als een kind op de basisschool zit neemt het aantal bezoeken af, maar we blijven de groei en ontwikkeling van uw kind volgen. Dat doen we om tijdig eventuele gezondheidsproblemen op te sporen, zodat kinderen geholpen kunnen worden voordat een probleem verergert. Gezondheidsonderzoek groep 2 Net als bij de vorige bezoeken wordt uw kind eerst gemeten en gewogen. Er wordt een ogentest en een gehooronderzoek gedaan. Daarna voert de jeugdarts een lichamelijk onderzoek uit, waarbij specifiek gekeken wordt naar de houding en de motoriek. De jeugdarts gaat met u in gesprek over de gezondheid en de opvoeding. Heeft u specifieke vragen of zorgen, aarzel dan niet om het te vertellen. Dan bekijken we samen met u wat nodig is om tot een oplossing te komen. Spraak-taalonderzoek 5-jarigen Een kleuter maakt al goede, eenvoudige zinnen. Rond vijf jaar maakt hij langere zinnen met ‘want’ of ‘maar’. Een goed moment om te kijken hoe het met de taalontwikkeling gaat. Onze logopedisten onderzoeken kinderen op het gebied van spraak- en taalontwikkeling onder schooltijd in groep 1 of 2. U wordt hierover vooraf geïnformeerd. Preventie via vaccinatie Als uw kind 4 én 9 jaar is, krijgt hij of zij een vaccinatie. Het is een herhaling van eerdere vaccinaties en belangrijk omdat uw kind pas helemaal is beschermd tegen bepaalde infectieziekten als het alle prikken heeft gehad. U krijgt hiervoor een uitnodiging thuisgestuurd. Meisjes van 12 jaar krijgen een oproep voor de HPV-vaccinatie tegen baarmoederhalskanker. Gezondheidsonderzoek groep 7 In groep 7 geeft een verpleegkundige van de JGZ een gezondheidsles in de klas. De les gaat onder meer over voeding, puberteit en pesten. De jeugdverpleegkundige voert daarna met uw kind een gesprek over dingen die uw kind bezighouden. Zit uw kind in groep 7, dan ontvangt u in de loop van het schooljaar een brief over dit onderzoek. Opvoedinformatie Kinderen worden niet met een gebruiksaanwijzing geboren. Het is dus logisch dat ouders op zoek gaan naar bruikbare informatie of advies bij de problemen die ze tegenkomen. Kijk eens op onze website www.jgzzhw.nl. Onderzoek op verzoek Heeft u vragen of zorgen over de gezondheid of de ontwikkeling van uw kind? Neem dan contact op met: JGZ Zuid-Holland West Contactbureau: 088 - 054 99 99 E-mail:
[email protected] Website: www.jgzzhw.nl
23
6.0. RECHTEN EN PLICHTEN 6.1.
Leerplicht en verlof
6.1.1. 4-jarige kinderen Als uw kind 4 jaar is, mag het naar de basisschool, verplicht is het dan nog niet. Dat houdt vanzelf in, dat u dan ook niet verplicht bent uw kind elke dag naar school te sturen. Wilt u voor uw kind een vrije dag, dan kunt u die altijd krijgen. Het is begrijpelijk dat u dat van tevoren wel even met de groepsleerkracht bespreekt. Wij adviseren u uw kind niet te veel thuis te houden. 6.1.2 5-jarigen en ouder Als uw kind 5 jaar wordt, moet het naar de basisschool vanaf de eerste schooldag van de volgende maand. Vanaf 5 jaar is uw kind leerplichtig (5-jarigen voor 4 dagen per week). Als ouder mag u uw kind dus niet meer thuis houden wanneer u dat wilt. Nu kan het gebeuren dat een normale schoolweek voor een 5-jarige vermoeiend is. Er kan dan gebruik worden gemaakt van een speciale verlofregeling. Vanaf de dag dat uw kind 6 jaar is geworden, is het geheel leerplichtig; dus ook als uw kind nog niet in groep 3 zit. U mag uw kind dan uitsluitend thuis houden als het ziek is of huisarts, tandarts, specialist o.i.d. moet bezoeken; in zo’n geval dient u dit aan school te melden. Rond verlof en het aanvragen daarvan bestaat bij diverse ouders onduidelijkheid. Het is daarom goed hier wat uitgebreider op in te gaan. Onderstaande richtlijnen zijn opgesteld door de afdeling leerplicht van de gemeente Delft. Nadere informatie kunt u krijgen bij de schoolleiding. 6.1.3 Kort verlof
Kort verlof kan gegeven worden in de volgende gevallen:
verhuizing huwelijk van familieleden, ernstige ziekte van ouders, ambts-/huwelijksjubilea van ouders en grootouders overlijden van familieleden, feest-/gedenkdagen bij migranten
De duur van het verlof wordt in overleg met de schoolleiding bepaald. Er wordt GEEN kort verlof gegeven voor: bezoeken van en deelnemen aan sportevenementen, concerten, tentoonstellingen, pretparken en soortgelijke evenementen buiten schoolverband. Verzoeken om een of meer dagen eerder met vakantie te gaan of later terug te komen e.d. worden niet gehonoreerd. Van vakantieverlof is sprake wanneer het gaat om een periode van 1 week of langer.
Alleen in de volgende gevallen wordt verlof verleend: Een ouder/verzorger kan als werknemer of zelfstandige in verband met zijn/haar werk niet tijdens de schoolvakanties op vakantie (een werkgeversverklaring moet dan overlegd worden). Een ouder/verzorger kan in verband met werkomstandigheden tenminste 1 jaar niet thuis komen; het kind kan die ouder slechts buiten de vakanties bezoeken. Op grond van medische of sociale redenen is een vakantie buiten de schoolvakanties noodzakelijk (in dit geval moet een verklaring van arts of maatschappelijk werker overlegd worden).
Er wordt GEEN toestemming geven voor: een tweede vakantie of wintersportvakantie, een goedkopere vakantie buiten het hoogseizoen, een door anderen aangeboden vakantie. 24
6.1.4 Vakantieverlof Dit mag niet langer duren dan 15 schooldagen; is het verlof langer dan 10 schooldagen, dan is eerst toestemming nodig van de leerplichtambtenaar. Dit kan slechts eenmaal per schooljaar worden verleend en wordt in principe alleen toegestaan indien de verlofperiode NIET aan een reguliere vakantie is gekoppeld. Wij verzoeken u met klem eerst bij de school vakantieverlof aan te vragen, VOORDAT u uw vakantie definitief bij de reisorganisatie vastlegt. U doet er verstandig aan eerst goed notie te nemen van het vakantierooster. U vindt dit op de schoolkalender. Wanneer kinderen zonder toestemming van de schooldirectie de school niet bezoeken, dan wordt dit aangemerkt als ongeoorloofd verzuim. Indien dit veelvuldig voorkomt, meldt de schoolleiding dit aan de leerplichtambtenaar van de gemeente Delft. Deze kan contact opnemen met de ouders en zo nodig proces-verbaal opmaken. 6.1.5. Hoe vraagt u verlof aan? Alle verlofaanvragen dient u SCHRIFTELIJK te richten aan de directie van de school. Daartoe zijn formulieren op school verkrijgbaar. De directie beoordeelt de aanvragen volgens bovengenoemde richtlijnen. Alle aanvragen worden vertrouwelijk behandeld. In sommige gevallen is de schooldirectie verplicht contact op te nemen met de leerplichtambtenaar. 6.1.6. Verzuim Laat de leerkracht steeds weten waar uw kind is. Is het ziek en niet in staat naar school te gaan, of moet het naar de dokter, tandarts o.i.d., belt u dan ‘s morgens tussen 8.00 uur en 8.20 uur of ‘s middags tussen 12.30 uur en 12.50 uur even naar school. U kunt ook een briefje meegeven aan broertje/zusje of vriendje of vriendinnetje. Moet uw kind in de loop van de dag naar de dokter of iets dergelijks, laat u dat de leerkracht dan van tevoren even weten. Dan kan deze uw kind op tijd naar huis sturen. Wilt u dergelijke mededelingen liever niet mondeling via een kind doen; de praktijk leert dat kinderen nogal eens vergeten deze boodschappen door te geven. Probeer bezoek aan (tand)arts zoveel mogelijk buiten schooltijd te laten plaatsvinden. 6.2. Uw kind brengen en halen De lessen beginnen ‘s morgens om 8.30 uur en eindigen ’s morgens om 11.45 uur. Op de woensdagochtend gelden andere tijden t.w.: 8.30 uur tot 12.00 uur. De middagtijden zijn voor alle groepen gelijk: van 13.00 uur tot 15.15 uur. Woensdagmiddag zijn alle groepen vrij. De 4-jarigen zijn tevens vrij op de vrijdagmiddag. Halen en brengen m.b.t. gym of zwemmen: In sommige gevallen is het de bedoeling dat de ouders de kinderen naar de gymzaal brengen of ze daar afhalen. Dit hangt af van het rooster. Indien de gymlessen van de leerlingen van de groepen 7 en 8 tijdens de ochtend of middag plaatsvinden, zullen deze leerlingen per fiets naar - en van de gymzaal gaan onder begeleiding van de leerkracht. Met de auto de Michiel ten Hovestraat inrijden is NOT DONE! Breng of haal uw kind(eren) zo mogelijk niet met de auto. Komt u wel met de auto, parkeert u dan niet in de onmiddellijke omgeving van de school. Voor de hoofdlocatie geldt: parkeer op het Westplantsoen of het Westeinde. Stop niet op of vlakbij de oversteekplaats, maar houd tenminste 10 meter afstand.
25
Zelf naar en van school Leer de kinderen op een veilige wijze naar school te lopen. Laat de kinderen niet té vroeg naar school gaan. Bij slecht weer mogen de kinderen niet eerder dan een kwartier voor aanvang van de school naar binnen. De hoeveelheid fietsenrekken is beperkt. In de afgelopen jaren hebben wij gemerkt dat er nogal wat kinderen (onnodig) met de fiets naar school komen waardoor er rond de speelplaatsen erg veel ruimte in beslag wordt genomen door alle tweewielers. Wij verzoeken u dan ook om alleen in geval van noodzaak uw kind met de fiets naar school te laten komen. Fietsen op de speelplaats is absoluut verboden. De school kan niet aansprakelijk gesteld worden voor diefstal of vernieling van fietsen. 6.3. Overblijfgelegenheid Locatie Harnaschpolder: Op deze locatie worden voor- , tussen- en naschoolse opvang georganiseerd door Kinderopvangorganisatie Smallsteps/De Zeeparel. De tussenschoolse opvang vindt plaats in de flexruimtes van de lokalen. Tijdens het overblijven wordt drinken verstrekt. In de overblijfruimten zijn spelletjes, puzzels, boeken enz. aanwezig, zodat de kinderen zich na de maaltijd niet behoeven te vervelen; bij mooi weer wordt er onder toezicht buiten gespeeld. Tijdens de voor- en naschoolse opvang verblijven de kinderen in eigen ruimten die als een soort huiskamers zijn ingericht. Daarnaast biedt Smallsteps tijdens de naschoolse opvang een ruime hoeveelheid activiteiten zoals sport, spel, techniek, of creatieve activiteiten. Indien u uw kind wilt aanmelden voor het overblijven of de naschoolse opvang, kunt u contact opnemen met Mw. Babette Marree. Tel nr.: 06-15827806 Hoofdlocatie: Op de hoofdlocatie wordt opvang verzorgd door Holland Kinderopvang. Deze opvangorganisatie verzorgt tussenschoolse opvang, naschoolse opvang en vakantieopvang (inclusief studiedagen). Uit de brochure van Holland Kinderopvang het volgende: Holland Kinderopvang is een kleinschalig familiebedrijf dat flexibel is en waar mogelijk mee denkt met de klant. Naast onze pedagogisch medewerkers hebben wij verschillende vakkrachten in dienst die zorg dragen voor specifieke activiteiten. Denk hierbij aan Sport en Beweging, Beeldende Kunst en Zang en Dans. Bij Holland Kinderopvang staat uw kind centraal en vinden we kinderparticipatie belangrijk. De vrije tijd van uw kind willen we zo veel mogelijk een uitdagende invulling geven, waarbij vertrouwen voorop staat. Voor de tussenschoolse opvang betalen de ouders een kleine vergoeding en verzorgen zelf een (gezonde) lunch voor hun schoolgaande kinderen. Holland Kinderopvang draagt zorg voor professionele begeleiding in de vorm van pedagogisch medewerkers met aanvullend stagiaires die een kind-/zorggerichte opleiding volgen. De tussenschoolse opvang bestaat naast lunchbegeleiding ook uit het aanbieden van 3 verschillende activiteiten door onze pedagogisch medewerkers. De kinderen kunnen kiezen uit een sport- en beweegactiviteit, een tekenactiviteit of een activiteit in onze eigen BSO-ruimte. Uiteraard is er ook de mogelijkheid om onder begeleiding vrij buiten te spelen. Centraal in de opvang staat de behoefte van kinderen én ouders. In de uitvoering wordt zoveel mogelijk aangesloten bij het pedagogisch concept van de school. De kinderen kunnen op vaste dagen overblijven, of strippenkaarten kopen voor incidentele overblijf een keer tussendoor. Holland Kinderopvang streeft naar een gevarieerd activiteitenaanbod voor de kinderen die gebruik maken van de naschoolse opvang. Er kan gekozen worden voor bijvoorbeeld voetbal, hockey, tennis,
26
gitaarles, tekenen, schilderen en techniek. Voor al deze activiteiten maakt Holland Kinderopvang gebruik van speciaal opgeleide vakkrachten. In het samenstellen van het naschools aanbod wordt nadrukkelijk samengewerkt met de school. Indien u uw kind wilt aanmelden voor de tussenschoolse en/of naschoolse opvang kunt contact opnemen met de coördinator: tel: 015-2138085 Nadere informatie kunt u vinden op de website: www.hollandkinderopvang.nl. Bij het incidenteel aanmelden van uw kind voor de opvang geldt de volgende afspraak. Indien u op enig moment gebruik wilt maken van de tussen schoolse opvangmogelijkheden van Holland kinderopvang, dient u dit uiterlijk de woensdag voorafgaand aan de week waarin de opvang moet plaatsvinden, te melden bij de administratie van Holland Kinderopvang.
[email protected] 6.4. Nablijven Soms is het nodig dat uw kind werk na schooltijd afmaakt. Nablijven duurt meestal niet langer dan een kwartier tot een half uur. Mocht u daardoor in de problemen komen, neem dan contact op met de leerkracht. De leerkracht neemt contact met u op als het nablijven langer dan een kwartier gaat duren. 6.5. Verzekering De school heeft een collectieve scholierenongevallenverzekering bij de firma Marsh afgesloten. De kinderen zijn hiermee onder schooltijd verzekerd tegen kosten als gevolg van ongevallen. 6.6. Klachtenprocedure/geschillencommissie Veruit de meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school zullen in onderling overleg tussen ouders, leerlingen, personeel en schoolleiding op een juiste wijze worden afgehandeld. Indien de afhandeling van een klacht niet leidt tot een oplossing is de vertrouwenspersoon het eerste aanspreekpunt bij klachten en verwijst de klager naar de juiste persoon of instantie. De vertrouwenspersoon gaat na of een oplossing kan worden bereikt en gaat na of de gebeurtenis aanleiding geeft tot het indienen van een klacht bij het bestuur of de Landelijke Klachtencommissie en begeleidt de klager zo nodig in deze procedure. Ook kan de vertrouwenspersoon indien nodig verwijzen naar andere instanties. Contact- en vertrouwenspersoon hebben geheimhoudingsplicht. De onderstaande mogelijkheden zijn alleen van toepassing als een klacht niet naar tevredenheid wordt behandeld. Het bestuur van onze school, de Laurentius Stichting, beschikt over een klachtenregeling waarvan ouders gebruik kunnen maken in geval de afhandeling van een klacht niet op schoolniveau kan worden uitgevoerd. Door de klachtenregeling ontvangen het bevoegd gezag en de school op eenvoudige wijze signalen, die hen kunnen ondersteunen bij het verbeteren van het onderwijs en de goede gang van zaken op school. Indien dat echter, gelet op de aard van de klacht, niet mogelijk is of indien de afhandeling niet naar tevredenheid heeft plaatsgevonden, kan men een beroep doen op de Stichting Geschillen Commissie Bijzonder Onderwijs (GCOB)klachtenregeling Deze commissie beschikt over veel expertise en behandelt honderden geschillen per jaar. Via de website www.gcbo.nl kunt u verdere informatie vinden over de te volgen procedure, regelgeving en jurisprudentie. 27
De namen van de aan de school verbonden contact- en vertrouwenspersonen treft u achter in deze schoolgids. Een exemplaar van de klachtenregeling is te vinden op de website van de stichting (www.laurentiusstichting.nl). De Landelijke Klachtencommissie hanteert een eigen reglement. Dit is te vinden op www.gcbo.nl 6.7. Regels toelating, verwijdering en schorsing van leerlingen Om voor toelating in aanmerking te komen dienen ouders/verzorgers een aanmeldingsformulier volledig in te vullen. Het inleveren ervan betekent niet dat het kind automatisch is geplaatst. Soms zijn er meer aanmeldingen dan plaatsen. Soms kan er sprake zijn van een voorwaardelijke toelating. Dit kan te maken hebben met het opvragen van het onderwijskundig rapport van de voorgaande school of de gegevens van de peuterspeelzaal. Aanmelding geschiedt ten minste 10 weken voor de datum van toelating. Als ouders met een leerling voor toelating bij de school komen als gevolg van onvrede met hun huidige school wordt er in alle gevallen contact gelegd met die school en navraag gedaan over de situatie. Zit de leerling op onze school dan gelden de school- en huisregels, waar de leerling zich aan moet houden. Indien er sprake is van forse overschrijding van de geldende regels en extreem gedrag, gaat het zogenaamde gedragsprotocol in werking waarbij de directie de betreffende leerling een formele waarschuwing kan geven in de vorm van een gele kaart. Indien het bedoelde gedrag zich, ondanks de formele waarschuwing herhaalt, wordt een 2e waarschuwing gegeven, wederom in de vorm van een gele kaart. Een derde waarschuwing resulteert in een rode kaart wat impliceert dat de school, na overleg met het College van Bestuur, kan overgaan tot schorsing en/of verwijdering. In die gevallen is er voorafgaand aan dit voornemen contact geweest met de ouders va de betreffende leerling. Dit kan alleen na overleg met de ouders en de leerkracht van betrokken leerling. Het College van Bestuur neemt op voordracht van de directie een besluit de leerling voor een bepaalde tijd (ten hoogste een week) te schorsen. De school blijft gedurende de schorsingsperiode verantwoordelijk voor het onderwijs aan de leerling. Na de periode van schorsing wordt de leerling weer toegelaten in de groep en worden duidelijke afspraken ter verbetering tussen school, ouders en leerling gemaakt. Het gedragsprotocol (tevens anti-pest protocol) is te vinden op de web-site van de school. In die gevallen waarin sprake is van absoluut ontoelaatbaar gedrag waar direct op gereageerd moet worden en de procedure zoals hiervoor is beschreven, niet in verhouding staat tot het ongewenste gedrag (ernstig fysiek geweld, wegloopgedrag) gaat een ander traject in werking waarbij maatregelen in de zin van interne schorsing, inschakelen van hulpverlening en onmiddellijk contact met de ouders voorop staan. Dit traject is beschreven in het aanvullende protocol: ”Maatregelen bij zeer ernstige gedragsovertredingen”. Situaties als een vertrouwensbreuk tussen ouders en school kunnen eveneens aanleiding zijn voor de directie van de school het bestuur te adviseren tot verwijdering van de leerling. Verwijdering is gebonden aan wettelijke voorschriften: ouders moeten zijn gehoord, door de school moet aantoonbaar gezocht worden naar een andere school en ouders kunnen bezwaar aantekenen tegen het besluit van het College van bestuur. Een exemplaar van het gedragsprotocol is te vinden op de website van de school (www.gabrielschool.nl).
28
7.0. SCHOOL EN INSTANTIES 7.1. Jeugdgezondheidszorg Zuid-Holland West Contactbureau: 088 - 054 99 99 (ma t/m vrij van 08.30 tot 17.00 uur, lokaal tarief) E-mail:
[email protected] Website: www.jgzzhw.nl 7.2. Parochie Er is regelmatig contact met vertegenwoordigers van de parochie waar we mee verbonden zijn: de Sint Ursulaparochie. Met de leden van de werkgroep ouder-kind-viering van de Clara en Fransiscuskerk is regelmatig contact over de ouder-kind-vieringen. Voor de data van deze vieringen: zie de nieuwsbrieven. 7.3. Holland kinderopvang (hoofdlocatie) Voor de tussenschoolse opvang betalen de ouders een kleine vergoeding en verzorgen zelf een (gezonde) lunch voor hun schoolgaande kinderen. Holland Kinderopvang draagt zorg voor professionele begeleiding in de vorm van pedagogisch medewerkers met aanvullend stagiaires die een kind-/zorggerichte opleiding volgen. Voor meer informatie en/of aanmelden voor de tussenschoolse opvang kunt u contact opnemen met onze administratie via
[email protected] of telefonisch via 06-41903616 7.4. Smallsteps kinderopvang (De Zeeparel /Harnaschpolder) Op deze locatie worden voor-, tussen- en naschoolse opvang georganiseerd door Kinderopvangorganisatie Smallsteps/De Zeeparel. De tussenschoolse opvang vindt plaats in de flexruimtes van de lokalen. Tijdens het overblijven wordt drinken verstrekt. In de overblijfruimten zijn spelletjes, puzzels, boeken enz. aanwezig, zodat de kinderen zich na de maaltijd niet behoeven te vervelen; bij mooi weer wordt er onder toezicht buiten gespeeld. Coördinatie: Mw. Babette Marree 06-15827806 Tel: 015-2158225 Hoofdkantoor: 015-2195500
29
8.0 WAT WIL DE SCHOOL ZIJN: 8.1. NAR : NETJES, AARDIG en RUSTIG De Gabriëlschool wil een school zijn............: * waar kinderen en volwassenen zich prettig voelen, * waar goed onderwijs gegeven wordt, * waar uitgegaan wordt van christelijke grondbeginselen, * waar zoveel mogelijk rekening gehouden wordt met persoonlijke verschillen tussen de kinderen, * waar het niet alleen gaat om de intellectuele kant van het kind, maar waar ook de sociale, emotionele, culturele, motorische en creatieve vorming een grote mate van aandacht krijgen, * waar een goed samenspel met ouders wordt nagestreefd, * waar moderne audiovisuele hulpmiddelen (radio, televisie, video, computer en smartboard) gebruikt worden als steun, verrijking en aanvulling op het leerproces, * waar voor elk kind een continue ontwikkeling nagestreefd wordt. 8.2. Zo zijn onze manieren:
30
Bij binnenkomst of vertrek elkaar begroeten Bij het elkaar begroeten of aanspreken zorgen voor oogcontact Indien er aanleiding toe is, bedanken van een ander Kloppen bij binnenkomst in ander lokaal, kantoor of anderszins Elkaar op juiste wijze aanspreken (met 2 woorden aanspreken) Actief luisteren naar elkaar Iemand laten uitspreken Benoemen als iemand iets aardigs doet, complimenteren Iedereen mag meedoen en hoort erbij
Jassen en tassen aan de kapstok (tassen mogen ook onder de jassen staan) Wanten, mutsen, dassen etc., in de mouwen Tussendoortje in de daarvoor bestemde bak Lunch blijft in de tas Voeten vergen bij binnenkomst Stoelen aanschuiven als je opstaat of weggaat Tafels leeg aan het einde van de dag Alleen schoolspullen gebruiken (geen speelgoed of vreemde voorwerpen op tafel) Netjes en zuinig omgaan met materialen Materialen gebruiken waarvoor ze bedoeld zijn Materialen na gebruik netjes opruimen Houd toiletten netjes, gebruik papier waar het voor bedoeld is, was de handen (pictogram)
9.0 9.1.
ROOSTERS EN PLANNINGEN Groepsbezetting en personeel: Directeur: Johan van Halderen Locatieleider Michiel ten Hovestraat: Marian Chfar Intern begeleider : Cocky Verleg Intern begeleider : Marian Chfar Gymleerkracht: Paul Koperdraat Conciërge: Peter Flier Administratief medewerker: Bianca Hofstede Gedragsdeskundige: George de Schepper Bouw/Unit coördinatoren: HP: Sandy Dukker (bovenbouw) Elles den Held (middenbouw) MTH: Ineke van Dijk (midden/bovenbouw) Jessica de Wijer (onderbouw) Specialismen: Taal: Cultuur: Gedrag: Meerbegaafden:
Lilian v.d. Ende Mieke van Schie Mariska Bruggeling Esther van Gils George de Schepper Annemiek Boer
Groepsbezetting Locatie Michiel ten Hovestraat: Groep Ka: Lineke v.d. Ende Joyce Remeeus Groep Kb: Nancy Soares Natasja Soeters Groep Kc: Snjezana Anic Annemiek Boer Groep 3a: Ineke van Dijk Lilian v.d. Ende Groep 3b: Jessica de Wijer Ingrid Snelders Groep 4a: Carmelina Dukker Mariska Verbeij Groep 4b: Malou Kortram Groep 5: Desiree Zuiderwijk Joyce Remeeus Groep 6b: Mieke van Schie Annemiek Boer Groep 7: Cory van Klaarbergen Annemiek Boer Groep 8: Willem Neeleman Annemiek Boer Groepsbezetting Locatie Harnaschpolder: Groep 1/2: Carla Schoof Mariska Bruggeling Petra Wessels Groep 3: Esther van Gils Groep 4/5: Elles den Held Aafke Hupkes Groep 6/7: Loyce Damen Groep 7/8: Sandy Dukker Gertrud Akkermans Instructiegroep 6 ochtend: Loyce Damen Instructiegroep 7 ochtend: Bianca Jongerius Instructiegroep 8 ochtend: Sandy Dukker/Gertrud Akkermans
31
9.2. Schooltijden Maandag: Dinsdag: Woensdag: Donderdag: Vrijdag:
8.30 – 11.45 uur 8.30 – 11.45 uur 8.30 – 12.00 uur 8.30 – 11.45 uur 8.30 – 11.45 uur
13.00 – 15.15 uur 13.00 – 15.15 uur 13.00 – 15.15 uur 13.00 – 15.15 uur (4-jarigen vrijdagmiddag vrij)
9.3. Zwemmen Groep 3/4 van locatie Harnaschpolder krijgt een half jaar lang wekelijks een zwemles van een uur in het Sportfondsenbad. Dit zal starten in februari 2015. De zwemlessen zijn op de maandag van 14.00 – 15.00 uur. 9.4 Gymrooster De eerste groep van de maandag en woensdag begint bij de gymzaal. (De kinderen moeten dus bij de gymzaal worden gebracht. De gymleerkracht is om 8.20 uur aanwezig). De laatste groep van maandag en woensdag gaat vanaf de gymzaal direct naar huis. Maandag: Locatie Van Tienhovenstraat 8.30 uur groep MTH 3a (kinderen starten bij de gymzaal) 9.10 uur groep MTH 3b 9.50 uur groep MTH 4a 10.30 uur groep MTH 4b 11.05 uur groep MTH 5 (kinderen gaan na de gym met de gymleerkracht terug naar school) 13.00 uur 13.50 uur 14.30 uur
groep MTH 6 (kinderen starten op school) groep MTH 7 groep MTH 8 (kinderen gaan na de gym naar huis)
Dinsdag: Locatie Het Kristal 10.30 uur groep HP 3 11.05 uur groep MTH 8 (kinderen gaan na de gym naar huis) 13.00 uur 13.45 uur 14.30 uur
groep HP 4/5 groep HP 6/7 groep HP 7/8
Woensdag: Locatie Van Tienhovenstraat 8.30 uur groep MTH 3a + 3b (kinderen starten bij de gymzaal, eigen leerkracht is ook bij de les aanwezig) 9.10 uur groep MTH 4a + 4b (eigen leerkracht is ook bij de les aanwezig) 9.50 uur groep MTH 5 10.30 uur groep MTH 6 11.10 uur groep MTH 7 (kinderen gaan na de gym naar huis) Donderdag: Locatie Het Kristal 8.30 uur groep HP 3 9.10 uur groep HP 4/5 9.50 uur groep HP 6 10.30 uur groep HP 7 11.05 uur groep HP 8
32
9.5 Vakanties, vrije dagen en andere belangrijke data Vakanties in het schooljaar 2015-2016 Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Goede Vrijdag Tweede Paasdag Koningsdag Meivakantie Zomervakantie
17 oktober 2015 tm 26 oktober 2015 18 december 2015 tm 3 januari 2016 19 februari 2016 tm 28 februari 2016 25 maart 2016 28 maart 2016 27 april 2016 30 april 2016 tm 16 mei 2016 8 juli 2016 tm 21 augustus 2016
Let op: De maandag na de herfstvakantie, de vrijdag vóór de kerstvakantie, de vrijdag voor de voorjaarsvakantie en de vrijdag vóór de zomervakantie zijn de kinderen vrij. Studiedagen in het schooljaar 2015-2016 (alle leerlingen vrij) Donderdag 17 september 2015 Maandag 28 september 2015 Dinsdag 3 november 2015 Woensdag 9 maart 2016 Andere belangrijke dagen
33
Schoolfotograaf:
4 september 2015 (groep + portret) 11 september 2015 (broers/zussen)
Centrale eindtoets groep 8:
19, 20 en 21 april 2016
Kampweek groep 8:
29 maart t/m 1 april 2016
10.0 ADRESSEN Gabriëlschool Hoofd Michiel ten Hovestraat 9 2613 VX Delft Tel: 015-2134615
Harnaschpolder Kristalweg 107 2614 SH Delft Tel: 015-2135880
Algemeen directeur Dhr. J. van Halderen Tel: 015-2135880 Email:
[email protected]
Locatieleider Hoofdlocatie Mw. M. Chfar Email:
[email protected]
Leerling-zorg Mevr. M. Chfar (intern begeleider midden- en bovenbouw) Mevr. C. Verleg (intern begeleider onderbouw) Secretariaat medezeggenschapsraad: Mw. A. Boer p/a. Michiel ten Hovestraat 9 2613 VX Delft Mail:
[email protected] Bankrekening Gabriëlschool:
NL62RABO0358287936
BESTUUR Laurentius Stichting Drs. J. Reijman (voorzitter college van bestuur) Dhr. K. vd. Kraan Postbus 649 2600 AP Delft Tel: 015-2511440 INSPECTIE RIK Zoetermeer Bao-1 Postbus 501 2700 AM Zoetermeer Tel: 079-3533515
Meldingen klachtencommissie: Mw. E. Cools Postbus 649 2600 AP Delft Tel: 015-2511441
PASTORIE Clara en Franciscuskerk Raamstraat 78 2613 SE Delft Tel: 015-2129163 Kinderopvangorganisatie Holland (hoofdlocatie) Tel: 015-2138085 E-mail:
[email protected] Hoofdkantoor: v Slingelandtstraat 06-41903616 Kinderopvangorganisatie Smallsteps/De Zeeparel (locatie Harnaschpolder) Tel: 015-2158225 E-mail:
[email protected] Hoofdkantoor: Van Bleyswijckstraat 015-2195500
34
Vertrouwenspers. Voor hoofdlocatie: Mw. C. Verleg Voor locatie HP: Mw. M. Bruggeling