VB_1606_P01 30-08-2006 08:45 Pagina 1
Onafhankelijk verzekeringsmagazine sinds 1910
WWW.VBNET.NL
Nieuw provisiesysteem niet uit te leggen De financiële consument en de Wfd Verbond stopt met brandmodellen 96e jaargang 31 augustus 2006 nr. Het Verzekeringsblad verschijnt elke veertien dagen op donderdag
Ron van Kesteren (directeur Quality Care FinanciëleBranche):
... Wfd maakt massa een stuk grijzer VB-Special feiten en cijfers 2005
16
VB_1606_pAdvert 29-08-2006 16:17 Pagina 2
Ê / Ê
-/ ,< / iÌÊÌiÀiÌÊLi`ÌÊÕÊ>ÃÊÌÕÃÃi«iÀÃÊâiiÀÊÛiiÊ
Ê «Ê ÌiÀiÌÊ Ü>>ÀiiÊ iÊ ÃÕÌiÊ }ÊÊ
>Ãi°Ê >ÌÊ ÃÊ }iiÊ iÕÜÃ°Ê >>ÀÊ
iÊ iÃÌÊ
>iiÀÊÜÀ`Ì°Ê iÌÊÕÊLiiÕÜ`Ê>>ÀÊ`iÊ
ÕÊ `iÊ }i
i`iÊ `iÊ LÊ ÕÜÊ Li`ÀvÊ «>ÃÃi¶Ê
>ÃiÊ `iÊ ÌiÀiÌÊ ÕÊ Li`Ì¶Ê iiÊ `>Ê
,Ê `iÀÃÌiÕÌÊ ÕÊ `>>ÀL°Ê 7Ê
iLLiÊÊ
VÌ>VÌÊ«ÊiÌÊ,]Ê>v`i}Ê>ÀiÌ}ÊEÊÊ
`ÛiÀÃiÊÌÃÊÊ
ÕÃÊÜ>>À`ÀÊÕÊ«Ì>>ÊÛ>Ê
iÌÊÊ
ÕV>Ìi]Ê «Ê äÎÎ{ÎÊ {ÓÊ xÎÓ°Ê "vÊ ÃÕÀvÊ >>ÀÊ
ÌiÀiÌÊ}iLÀÕ>>Ì°Ê<ÊÌÀ`ÕViiÀ`iÊÜiÊ
iÌÊ
ÜÜÜ°>À>}°ÉÌiÀi`>À°
-/ ÊÓ]ÊÎnÎÎÊ Ê 1- ]Ê*"-/ 1-ÊÓÎä]ÊÎnÎäÊ Ê 1- °Ê
VB_1606_P03 30-08-2006 08:46 Pagina 3
hoofdredactioneel
colofon
■ hoofdredactie
Jan Aikens Andriessen, Alex Klein, Wouter van Kooten (eindred.), Elly Gravendeel (red.ass.) ■ redactie Postbus 23, 7400 GA Deventer, tel. 0570-647730, fax 0570-647815, e-mail
[email protected], internet www.vbnet.nl ■ vragen van abonnees worden gratis beantwoord ■ uitgave van Kluwer, Postbus 23, 7400 GA Deventer, tel. 0570-648999 ■ uitgever Elieg Akkermans ■ marketing Claudia Simoons (adverteerders), Marjolein Spronk (abonnees) ■ abonnementen en verzending Kluwer Afdeling Klantcontacten, Postbus 878, 7400 AW Deventer, tel. 0570-673444, automatische bestellijn tel. 0570-673511, fax 0570-691555 e-mail
[email protected] ■ abonnementsprijs 2006 € 91,50 incl. btw. Collectieve abonnementen meer dan 20 exemplaren 10% reductie. Annulering abonnement is mogelijk tot 3 maanden voor het begin nieuwe abonnementsperiode ■ losse nummers Losse nummers € 5,90 excl. btw; VB-interactief Gidsen € 11,25 excl. btw. ■ advertenties Kluwer, Postbus 23, 7400 GA Deventer. Advertentie acquisitie: Erik Meester, Marieke van der Veer, tel. 0570-648912, fax 0570-619179, e-mail
[email protected] Media order: Toos Schurink, tel. 0570-648685, fax 0570-649819, sluitingsdatum: dinsdag 9 dagen voor het verschijnen. Zet- en lithokosten worden doorberekend ■ ontwerp Finedesign concept en ontwerpbureau Bno, Deventer vormgeving Mediabuilders, Zutphen druk Plantijn Casparie Den Haag ■ ISSN 0165-7909 ■ redacteuren Rienk
Kluwer BV legt uw gegevens vast voor de uitvoering van de (abonnements-) overeenkomst. De gegevens kunnen door Kluwer, of zorgvuldig geselecteerde derden, worden gebruikt om u te informeren over relevante producten en diensten. Indien u hier bezwaar tegen heeft, kunt u contact met ons opnemen.
Volop in beweging Als we zouden moeten onderzoeken welk cliché het meest gehanteerd wordt, dan maakt de kreet ‘de markt is volop in beweging’ een goede kans. Veel ondernemingen, verenigingen en andere organisaties die hun diensten of producten aanbieden, gebruiken dit graag als argument om nieuwe klanten te winnen. Deze one-liner wordt zo vaak gebruikt, dat iedereen het elkaar nazegt en er ook nog in gaat geloven. Maar is de markt inderdaad volop in beweging? We zijn geneigd daar een vraagteken achter te plaatsen inclusief een kritische kanttekening. Natuurlijk is er sprake van een enorme dynamiek. Door een stortvloed van nieuwe regelgeving, het succes van nieuwe verkoop- en distributiekanalen, de revolutionaire ontwikkeling van de technologie en ga zo maar door, verandert de positie van de financiële dienstverleners in een dramatisch hoog tempo. Maar dan hebben we het over externe factoren die hun invloed doen gelden op de bedrijfstak. Ja, daar is volop beweging te bespeuren, maar de hamvraag is natuurlijk of ‘de markt’ net zo dynamisch en effectief op die bewegingen inspeelt. En dat lijkt niet over de hele linie het geval. Laten we het zo zeggen: als er sprake is van een bewegingswedstrijd tussen elementen buiten de branche en de spelers binnen de bedrijfstak, dan staan de elementen nog op ruime voorsprong. Bij zo’n stand kan het niet anders, dan dat de ‘traditionele’ marktpartijen uiteindelijk marktaandeel zullen verliezen. Dit probleem is niet nieuw. Wie van de VB-lezers kent nog de naam Jaap Peters? Hij was als voorganger van Kees Storm president van AEGON. Peters riep ruim vijfentwintig jaar geleden: “Als nu de ketenintegratie niet voluit van de grond komt, dan verliest de intermediaire bedrijfskolom een aanzienlijk percentage van zijn marktaandeel.” Je hoorde de meeste marktspelers toen mompelen, dat het zo’n vaart niet zou lopen. Een uitdrukking die daarna nog dikwijls zou terugkeren. Nieuwe toetreders op de markt? Het rechtstreeks verzekeringen en hypotheken afsluiten via internet? Alternatieve verkoopkanalen als Hema en Kruidvat? Ach, het zal zo’n vaart niet lopen. Het VB gaf zeven jaar geleden tijdens haar congres aandacht aan de toezichtswetgeving in het Verenigd Koninkrijk. Reactie uit de zaal: dat komt echt de Noordzee niet over; bij ons zal dat zo’n vaart niet lopen. Het is nu 2006. De contouren van veel bewegingen tekenen zich steeds duidelijker af: Niet alleen de Wfd en de komende Pensioenwet veranderen de relatie tussen aanbieders en adviseurs, maar misschien meer nog de eisen die politiek en consumenten stellen aan de bedrijfstak als geheel. Die zullen leiden tot een nieuw productenassortiment, krappere marges, kortere lijnen tussen vraag en aanbod en het real time kunnen inspelen op de behoefte van impulsaankopen. Deze ontwikkelingen spelen zich in een tempo af dat geen tijd laat voor de reactieketen waar onze branche zich gewoonlijk aan over geeft (rustig de tijd nemen om bewust te worden van wat er aan de hand is – naar elkaar kijken wie het voortouw gaat nemen – vanuit de bestaande structuren een vernieuwingsslag maken). Om de nieuwe ontwikkelingen die voor een deel al in gang gezet zijn, het hoofd te kunnen bieden, is het de hoogste tijd dat daadwerkelijk ‘de markt volop in beweging’ komt. Dat daarvan nu geen sprake is, blijkt onder meer ook uit het feit dat zowel het Telematica Instituut als Attentiv nog niet overstroomd zijn met een golf van inzendingen naar aanleiding van hun innovatiecompetities. Nog een cliché: ‘Het is vijf voor twaalf’. Soms geven clichés de werkelijkheid uitstekend weer.
Jan Aikens
[email protected]
nummer 16 - 31 augustus 2006
3
VB_1606_pAdvert 29-08-2006 16:17 Pagina 4
De Goudse gaat voor minder.
VerzuimVizier. Voor ondernemers die minder verzuim willen.
Bijna 5% van alle beschikbare arbeidsuren wordt verzuimd in Nederland. Volgens De Goudse moet dat minder kunnen. Minder ziekmeldingen, minder verzuim, minder productieverlies. VerzuimVizier biedt uw zakelijke klanten daarom alles wat nodig is voor het voorkomen en beheersen van verzuim. Inclusief ‘poortwachterproof’ verzuimbegeleiding en, desgewenst, een Arbodienst-aansluiting. Plus snelle interventies voor preventie en reïntegratie, Click & Claim service (ziekmelding en declaratie inéén via internet), verzuimbeleidscan en een verzekering tegen de financiële risico’s van verzuim... Meer weten? Bel (0182) 544 891.
U kunt weer verder.
VB_1606_P05 30-08-2006 08:46 Pagina 1
inhoud
10
Arno Dolders over de provisiesystematiek
Rubrieken
De nieuwe provisiesystematiek staat wat drs Arno Dolders betreft in geen enkele verhouding tot de werkzaamheden die de adviseur/bemiddelaar vóór en na het moment van het tot stand komen van de overeenkomst moet verrichten. “De wetgever zal ervaren dat hij met de nieuwe regelgeving het omgekeerde bereikt van wat hij beoogde. Deze nieuwe regeling zal juist druk leggen op het doorlopende deel en niet op de afsluitprovisie.”
Hoofdredactioneel
3
Nieuws
6
Onder meer: - ISI Innovatieprijs - NBVA stopt met brandmodellen
Intermediair
16
VB Jurisprudentie In de Wfd wordt niet omschreven wat het begrip ‘de financiële consument’ inhoudt en ook niet wat daarvan mag worden verwacht. Dit betekent echter niet dat de wetgever hier geen gedachten over heeft. In de toelichting bij de Wfd wordt namelijk wel ingegaan op de vraag wat van een financiële consument mag worden verwacht en de eigen verantwoordelijkheid van de consument daarbij.
18
10
Onder meer: - Algemene voorwaarden en de Wfd
VB-gesprek met Ron van Kesteren De Stichting Keurmerk Hypotheek Bemiddeling heeft een gedaantewisseling ondergaan. De naam is gewijzigd in Keurmerk Financiële Dienstverlening, als nieuwe dienstverlening gaan de beoordelaars ook kantoren bezoeken die Wfd-compliant willen worden en blijven, en NVB-secretaris Ron van Kesteren heeft de directiezetel van John Pennink ingenomen.
32-62
VB-Special feiten en cijfers 2005
Jurisprudentie
16
mr Sjoerd Meijer -De financiële consument
Met name(n)
21
MV&D!
22
Ludo Voorn: - Minder stress door goed advies
Producten
25
Preventie
26
Ing Albert J. Boes: - Brandverzekeraars en preventie
Verzekerend buitenland
27
Dat is ook waar
28
Nieuws
28
Barbier
31
Het premievolume van de verzekeringsbranche is het afgelopen jaar stabiel gebleven ten opzichte van 2004. Leven en schade kenden geen groei van het premievolume, terwijl zorg een groei van 3% noteerde. Het resultaat is branchebreed gestegen en uitgekomen op 12% van de bruto verdiende premie. Deze resultaatsverbetering kan worden toegeschreven aan verbeterde beleggingsopbrengsten, minder grote schaden, aandacht voor preventie en een vrijval op de schadevoorzieningen voor WAO-gat- en Pembaverzekeringen. 36 – 57 59 – 59 60 – 61 62
Bespreking jaarverslagen maatschappijen in alfabetische volgorde Overzicht Levensverzekeraars Overzicht Schadeverzekeraars Overzicht Natura-uitvaartverzekeraars
Volledige Branche-informatie = Het VB + vbnet.nl + VB-interactief + VB-Barometer (kijk iedere dag even op www.vbnet.nl) nummer 16 - 31 augustus 2006
5
VB_1606_P06 30-08-2006 08:46 Pagina 6
nieuws
Verzekeraars krijgen hulp bij ladingdiefstal
NIBE-SVV garandeert ‘100% Wfd’
Transportbedrijven en -verzekeraars krijgen vanaf half oktober hulp van een speciaal rechercheteam om ladingdiefstallen tegen te gaan. “Hiermee gaat een lang gekoesterde wens in vervulling”, reageert het Verbond. “We zijn blij met de toezegging van de Bovenregionale Recherche Zuid Nederland, onder wiens verantwoordelijkheid het team komt te vallen, dat zij een hechte samenwerking met ons wil aangaan.” Ladingdiefstallen zijn aan de orde van de dag en chauffeurs voelen zich lang niet altijd veilig. In 2005 bedroeg de totale waarde van ladingdiefstallen ruim dertien miljoen euro. Het terugdringen van transportcriminaliteit staat dan ook hoog op de agenda bij verzekeraars. Zo zal het Voertuigbureau Verzekeringscriminaliteit dit najaar starten met een centrale registratie van ladingdiefstallen.
NIBE-SVV komt met een gevarieerd aanbod om (medewerkers van) financiële dienstverleners Wfd-deskundig te maken en te houden. Het aanbod bestaat uit informatie, advies, opleidingen, examens, vakuitgaven en permanente educatie. De Wfd-opleidingen zijn gebaseerd op een nieuwe manier van opleiden, waardoor, zo meldt het opleidingsinstituut, “cursisten competentiegericht, efficiënt en flexibel kunnen studeren”. Het nieuwe didactische model neemt het competentieprofiel van de cursist als uitgangspunt. “Die kiest,” zo legt NIBE-SVV uit, “vervolgens zijn eigen leerpad door verschillende leermiddelen te combineren. Zo leert de cursist niets teveel en wordt zo efficiënt mogelijk naar het eindresultaat toe gewerkt. Het nieuwe model deelt kennis op in kleinere delen.”
Hulp Verzekeraars kunnen transportcriminaliteit echter niet alleen aanpakken. Transportverzekeraar TVM heeft de afgelopen maanden daarom samen met Transport en Logistiek Nederland (TLN) en de Tweede Kamerfractie van het CDA actief gepleit voor structurele hulp vanuit de politiek. Ook het Verbond heeft het onderwerp regelmatig op de agenda gezet. Het Verbond is dan ook blij dat de hulp nu officieel bij een projectteam is neergelegd. “Om criminaliteit de kop in te drukken, is een goede publiek-private samenwerking van groot belang,” aldus beleidsmedewerker Kristien Lehouck. “We zullen er dan ook alles aan doen om de samenwerking en informatie-uitwisseling met het rechercheteam optimaal te laten verlopen.”
NVA wil verschuiving opzegtermijn eigen risico WGA De NVA heeft aan directeur-generaal mevr. Hilgersom van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid verzocht om de opzegtermijn voor het eigenrisicodragerschap uit de WGA-regeling met minimaal een maand te verschuiven. In het kader van de WGA-regeling (Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten) kunnen álle werkgevers ervoor kiezen eigenrisicodrager te worden. De keuze is: ofwel het risico van gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid van een werknemer voor eigen rekening te nemen en dit (deels) te verzekeren bij een private verzekeraar ofwel verzekerd te blijven bij het UWV. Wegens het uitblijven van relevante informatie van het Ministerie van Sociale Zaken (die per 15 augustus werd verwacht) kan het UWV zijn minimum- en maximumpremie niet vaststellen. Als gevolg van het door de politiek beoogde level playing field wachten verzekeraars op hun beurt met het vaststellen van hun premies tot de UWV-premie bekend is. De termijn van advisering voor het intermediair raakt hierdoor ernstig in de verdrukking. Dit heeft ingrijpende gevolgen omdat de opzegging voor 1 oktober 2006 moet plaatsvinden om per 1 januari 2007 eigenrisicodrager te worden. Vóór 1 oktober 2006 dient de werkgever een aanbieding te hebben met een verklaring van de verzekeraar om op te kunnen zeggen bij het UWV/Belastingdienst. De NVA vindt dat met de voor het intermediair resterende tijd van nog geen maand geen recht wordt gedaan aan het MKB als belangrijke adviesmarkt. Daarom heeft de NVA mevrouw Hilgersom dan ook met klem verzocht de opzegdatum minimaal één maand te verschuiven en de benodigde informatie alsnog spoedig te verstrekken.
6
NBVA biedt leden extra module klantprofielen De NBVA heeft de module klantprofielen, die deel uitmaakt van de NBVA Kwaliteitswijzer, bij haar leden geïntroduceerd. De extra module moet het klantadviestraject overzichtelijk maken en de leden houvast geven bij de invulling van de open norm voor klantprofielen. Daarmee kunnen ze ervan verzekerd zijn in de lage risicogroep te vallen bij de Autoriteit Financiële Markten. De Kwaliteitswijzer begeleidt de leden bij de implementatie van weten regelgeving en bevat de procedures die financieel dienstverleners nodig hebben om te voldoen aan de kwalitatieve normen van de Wfd. Tijdens de Wfd zomerronde heeft de NBVA haar leden voorgelicht hoe zelf te komen tot een kwalitatief goed klantprofiel. Met de extra module krijgen de kantoren nieuwe instrumenten in handen, die het klantadvies overzichtelijk en makkelijk hanteerbaar maken. De module bestaat onder meer uit de volgende nieuwe formulieren: - Checklist impactvolle producten: een overzicht van de producten waarbij een klantprofiel verplicht is; - Procedure adviestraject: een model waarin de aandachtspunten, zoals het verstrekken van de dienstenwijzer en het administreren van klantprofielen, zijn samengevat; - Checklist klantprofiel: een lijst met vragen waarbij de antwoorden automatisch leiden tot een kort en overzichtelijk klantprofiel.
DSB neemt kredietportefeuille Dutchlife over Dutchlife (voorheen Kapitaalvisie) heeft haar lopende kredietportefeuille overgedragen aan DSB Bank. Dutchlife blijft actief als intermediair waar het gaat om verzekeringsovereenkomsten, financieringsovereenkomsten en hypothecaire geldleningen. DSB Bank sprak bij de ondertekening van het contract – evenals in het interview in het vorige VB - haar voornemen uit om in de toekomst meerdere portefeuilles en ondernemingen op de financiële markt over te nemen en daarmee haar marktaandeel op bemiddelingsgebied verder te vergroten.
VB_1606_P07 30-08-2006 08:46 Pagina 7
nieuws
Is uw innovatie goed voor 5000 euro? Meld u nu aan voor de ISI Innovatieprijs! Als intermediair kunt u meedoen aan de ISI Innovatieprijs door u aan te melden. U maakt daarmee kans op een prijs van 5000 euro. Bovendien krijgt u met de ISI Innovatieprijs veel aandacht in de branche en gratis publiciteit voor uw bedrijf. De ISI Innovatieprijs wordt uitgereikt op 23 november tijdens de VerzekeringsBranchedag 2006.
Het intermediair heeft voortdurend te maken met vernieuwingen, bijvoorbeeld nieuwe diensten, nieuwe werkwijzen, automatisering, enzovoorts. Niet alle vernieuwingen zijn bijzonder. De ISI Innovatieprijs zoekt naar bijzondere vernieuwingen die het advies/bemiddelingskantoor al of niet samen met anderen tot stand heeft gebracht. U kunt daarbij bijvoorbeeld denken aan de inzet van nieuwe media in het klantcontact, bijvoorbeeld het gebruik van internet als bedieningskanaal voor klanten; nieuwe technieken voor het beter benutten van de portefeuille; nieuwe technieken voor het benaderen van doelgroepen; nieuwe informatie- en communicatietechnologie voor een efficiëntere bedrijfsvoering; nieuwe vormen van samenwerking in de intermediaire verzekeringsketen. Alleen gerealiseerde innovaties komen voor de ISI Innovatieprijs in aanmerking. Daarnaast is er een Aanmoedigingsprijs van 1000 euro beschikbaar voor het kantoor dat een goed idee heeft ontwikkeld, dat nog gerealiseerd moet worden of waarvan de realisatie nog niet voltooid is.
Spelregels U kunt meedoen aan de ISI Innovatieprijs door vóór 7 september 2006 een volledig ingevuld deelnameformulier namens uw bedrijf in te sturen. De verkiezing verloopt in twee ronden. In de eerste ronde worden de inzendingen beoordeeld door een selectiecommissie. Deze selectiecommissie bestaat uit vertegenwoordigers van de bij het ISIproject aangesloten partijen, zoals brancheorganisaties en verzekeraars. De selectiecommissie nomineert vier intermediairbedrijven voor de ISI Innovatieprijs. Ook zullen er vier intermediairbedrijven genomineerd worden voor de Aanmoedigingsprijs. In de tweede ronde worden de genomineerden beoordeeld door de jury, die als volgt is samengesteld: mr. A.R. (Rob) Groenemeijer voorzitter NBVA B. (Bob) Veldhuis voorzitter NVA B. (Bas) de Voogd voorzitter NVGA mr. R.H.A. (Roeland) van Vledder lid Hoofddirectie Fortis Verzekeringen Nederland F. (Freek) Wansink algemeen directeur GENERALI verzekeringsgroep N.J. (Nico) Jongerius lid Hoofddirectie REAAL Verzekeringen B.B. (Bas) Bodzinga directeur Marketing Avéro Achmea
dr. M.W. (Mark) de Jong (juryvoorzitter)
algemeen directeur Telematica Instituut CEO Kluwer directeur Marketing & Sales NationaleNederlanden directievoorzitter ARAG
P. (Patrick) Morley, M.Sc. F.J. (Frits) van Bruggen
M.A.A. (Marc) van Erven
Deelname aan de ISI Innovatieprijs staat open voor verzekeringsintermediairs. Aanmelding voor de ISI Innovatieprijs is alleen mogelijk door een volledig ingevuld deelnameformulier per e-mail naar het secretariaat van de ISI Innovatieprijs te sturen. Het deelnameformulier kunt u downloaden vanaf de website van het ISI-project: http://isi.telin.nl. Daar vindt u ook de volledige spelregels. Prijswinnaars worden bekendgemaakt tijdens de VerzekeringsBranchedag 2006.
HEMA breidt verzekeringsaanbod uit Sinds kort heeft HEMA Verzekeringen een motor- en uitvaartverzekering aan haar assortiment toegevoegd. Het was al enkele jaren mogelijk bij het bedrijf auto-, reis-, woon- en rechtsbijstandverzekeringen af te sluiten. HEMA verkoopt deze verzekeringen via internet, telefonisch of via brochures die verkrijgbaar zijn bij de kassa’s en klantenservice in de winkels. Aon houdt zich als makelaar in assurantiën bezig met de inkoop van deze verzekeringen, de productontwikkeling en de onderhandelingen met verzekeraars. Het aantal afgesloten verzekeringen groeit gestaag. Van alle autoverzekeringspolissen wordt 85% via het internet verkocht, op een website waar ook gebak, foto’s, online cursussen en speelgoed besteld kunnen worden. Om het succes ervan te vieren houdt HEMA Verzekeringen deze maand een actie voor klanten. Bij het afsluiten van een autoverzekering geeft het bedrijf een GPS-navigatiesysteem van 299 euro cadeau. Klanten die een WA-verzekering met beperkt casco of volledig casco afsluiten krijgen zo’n systeem thuisgestuurd, zolang de voorraad strekt.
Movir verhoogt keuringsgrens Movir heeft de grens voor medische keuringen verhoogd. De ondergrens lag op een verzekerd dagbedrag van 75 euro. Deze is nu opgetrokken tot een verzekerd dagbedrag van 145 euro. De verdubbeling van het dagbedrag maakt het mogelijk dat een grote groep kandidaat-verzekerden eenvoudiger en sneller een Movir AOV-polis kan sluiten. Omgerekend houdt de verhoging in dat een vrijeberoepsbeoefenaar met een inkomen tot 65.156 euro geen medische keuring hoeft te ondergaan.
nummer 16 - 31 augustus 2006
(ingezonden mededeling)
/>À>`i Ê
VÃÕÌ>VÞo >>ÌÜiÀÊÛÀ ÛiÀâiiÀ>>ÀÃÊiÊ L>i\ ÜÜÜ°Ì`ð
7
VB_1606_pAdvert 29-08-2006 16:17 Pagina 8
2UST
(OUDåBELEGGINGSDOELENåINåZICHTå METåDEå&ORTISå!32å2ISICOMANAGER (EBBENåUWåKLANTENåWEINIGåERVARINGåMETåBELEGGENå/FåGEENå TIJDåOMåZICHåERINåTEåVERDIEPENå$ANåISåDEå&ORTISå!32å2ISICO MANAGERåDEåIDEALEåOPLOSSINGå)NåDEåEERSTEåPLAATSåOMDATåDITå SYSTEEMåVOORåELKEåBELEGGERåEENåPASSENDEåBELEGGINGSå SAMENåSTELLINGåKENT åMAARåOOKåOMDATåHETåREKENINGåHOUDTå METåDEåRESTERENDEåLOOPTIJDåVANåDEå"ELEGGINGSVERZEKERINGåOFå "ELEGGINGSHYPOTHEEKå:OåWORDENåDEåGEVOLGENåVANåEVENTUELEå KOERSSCHOMMELINGENåBEPERKTå$Eå2ISICOMANAGERåISå GEBASEERDåOPåHETåBELEGGINGSPROlåELåVANåUWåKLANTENå+ORTOM å METåDEå&ORTISå!32å2ISICOMANAGERåKUNTåUåUWåKLANTENåOPTIMAALå BEDIENENå+IJKåVOORåMEERåINFORMATIEåOPå&ORTISå!32å#OCKPITå OFåNEEMåCONTACTåOPåMETåUWå&ORTISå!32åACCOUNTMANAGERå
VB_1606_P09 30-08-2006 08:46 Pagina 9
nieuws
Verbond stopt met brandrisicobeoordelingsmodellen In de tweede helft van de jaren tachtig van de vorige eeuw introduceerde de Vereniging van Brandassuradeuren – later opgegaan in het Verbond van Verzekeraars – brandrisicobeoordelingsmodellen voor winkels, opslag en industrie. In de circulaire van 14 juli 2006 kondigde het Verbond aan dat deze modellen incluis de handleidingen zijn ingetrokken en dat deze modellen niet meer beschikbaar zijn. De brandrisicomodellen werden ontwikkeld nadat enige jaren eerder het Industrieel Brandtarief en het Tariferingsbureau waren opgeheven. Centraal werden voor brandverzekeraars die in Nederland werkzaam waren, de brandpremies vastgesteld aan de hand van technische informatie over de desbetreffende objecten volgens vrij gecompliceerde methodieken. Buitenlandse verzekeraars die eigen premiebepalingen hanteerden en de antikartelwetgeving waren de oorzaak van de opheffing van dit Brandtarief. De risicobeoordelingsmodellen die vervolgens werden ontwikkeld met als doel: de berekening van gemiddelde kosten van brandverzekeringen voor verschillende bedrijven, hadden een niet-bindend karakter. Het Verbond geeft aan dat besloten is de brandrisicobeoordelings-modellen in te trekken omdat het Centrum voor Verzekeringsstatistiek (CVS) niet meer beschikt over recent en representatief materiaal om deze modellen te actualiseren.
Weinig consequenties Verwacht kan worden dat de intrekking van brandrisicobeoordelingsmodellen voor de brandverzekeringssector weinig consequenties zal hebben. Reeds bij de introductie van die modellen is veel kritiek geuit op de kwaliteit en de bruikbaarheid van die modellen. Zo meldde bijvoorbeeld VVP van 4 december 1991 onder de kop ‘Model te mager voor reële afweging risico’s’ en de subkop ‘Beoordeling wijkt af van werkelijkheid’ dat acceptanten en verzekeringstechnici weinig enthousiasme hiervoor toonden. En dat aan de hand van een minienquête, waaruit bleek dat brandacceptanten zich bij het accepteren van brandrisico’s weinig tot niets gelegen lieten liggen aan het risicobeoordelingsmodel. Aangevoerd werd dat een integrale koppeling van ‘adviespremies’ en risicobeoordelingen een utopie was. Een nog groter bezwaar was dat het beoordelingsmodel voor industriële objecten het risico zodanig simplificeerde dat daardoor onjuiste conclusies konden worden getrokken. In het VVP-artikel werden daarvan verschillende voorbeelden gegeven. Ondanks die ‘simplificaties’ in de modellen werd de hanteerbaarheid ervan veelal als te complex beschouwd. VVP concludeerde dan ook dat ondanks de behoefte aan risicobeoordelingsmodellen, de methodiek die was gevolgd om deze samen te stellen, weinig kans maakte om toegepast te worden.
Uitgekomen voorspelling In de afgelopen vijftien jaar is gebleken dat de voorspelling juist was. Slechts een beperkt aantal verzekeraars, zoals ING, maakte nog wel eens gebruik van deze modellen om de kostprijs van brandverzekeringen ‘na te calculeren’. Andere verzekeraars die zich sterker richten op de acceptatie van brandverzekeringen in de bedrijvensector, zoals Allianz en Achmea, ontwikkelden eigen risicobeoordelingsmodellen, gebaseerd op hun eigen schade-ervaringen en statistieken voor verschillende bedrijvensectoren. In de brandverzekeringssector is bekend dat resultaten die ontleend worden aan die verfijndere en
realistischere beoordelingsmethodieken sterk afwijken van de door het Verbond nog lange tijd ‘in leven’ gehouden brandrisicobeoordelingsmodellen. Uit concurrentieoverwegingen houden deze verzekeraars hun kennis over die modellen zoveel mogelijk binnenshuis. Bij modellen die door verschillende brandverzekeraars in de bedrijvensector worden gehanteerd staat voorop om te bepalen of een voor verzekering aangeboden bedrijf als beter of slechter dan het gemiddelde van een specifieke sector scoort, waarvoor statistische gegevens worden bijgehouden. Dit is dan medebepalend voor de hoogte van brandpremie die hiervoor wordt afgegeven (waarbij onder andere commerciële overwegingen ook een belangrijke rol spelen). En tevens: of de verzekeraar überhaupt bereid is om een verzekering te accepteren voor het brandrisico en daarmee verwante risico’s, zoals bijvoorbeeld inbraak. Het nemen van preventiemaatregelen kan een dergelijke beslissing beïnvloeden.
CED Preventie: nieuwe naam in schadepreventie CertoPlan en Q-Risk werken vanaf 1 september samen onder de naam CED Preventie. CertoPlan richt zich in het kader van kennisoverdracht inzake schadepreventie sterk op de verzekeringsbranche, van oudsher de thuismarkt van moederbedrijf CED. De kennis van CertoPlan sluit goed aan bij het werkveld van een andere CED-dochter, namelijk QRisk. Dit bedrijf levert diensten op het gebied van risicoanalyses, inspecties en audits. CED Preventie besteedt met name aandacht aan risicoanalyses, risiso-inspecties, audits en kennisoverdracht (in de vorm van trainingen, workshops en publicaties) op de vakgebieden brand, inbraak en fraude. De naam CertoPlan blijft wel gehandhaafd, maar dan alleen als onafhankelijk examenbureau inzake (brand)veiligheid.
Zesde onderzoek naar prestaties verzekeraars Het Platform Kwaliteitsonderzoek Verzekeraars, opgericht door DAK, NBVA en NVA, organiseert dit najaar voor de zesde maal de ‘prestatiemeting verzekeraars’, in samenwerking met TNS NIPO. Op woensdag 8 november worden in kasteel De Hooge Vuursche in Baarn de resultaten gepresenteerd. Het platform constateert dat er binnen haar achterbannen nog steeds behoefte is aan verbetering van de prestaties van de verzekeraars waarmee wordt samengewerkt. De ervaring van de afgelopen prestatiemetingen heeft geleerd dat het onderzoek een positieve stimulans geeft aan veel interne verbetertrajecten bij verzekeraars. Begin september ontvangen alle leden van DAK, NBVA en NVA het vragenformulier. In het onderzoek, dat sinds 2001 jaarlijks wordt uitgevoerd door TNS NIPO, worden maatschappijen die opereren op het gebied van schade, leven, zorg of collectief leven onderzocht op tien aspecten van dienstverlening. Daarnaast geven alle deelnemers ook een algemene beoordeling over de maatschappij, waarmee ze samenwerken, De uitkomsten van het onderzoek resulteren in een ranglijst per onderzochte branche, waarin ook te zien is hoe een maatschappij presteert in vergelijking met vorig jaar.
nummer 16 - 31 augustus 2006
9
VB_1606_P10 30-08-2006 08:47 Pagina 10
intermediair
Arno Dolders: ‘Nieuwe provisiesystematiek valt de klant niet uit te leggen’
Politiek bereikt het tegendeel van wat het beoogt “Bij slechts een beperkt aantal producten is de verdeling 50% afsluitprovisie en 50% doorlopend reëel. Die staat in geen enkele verhouding tot de werkzaamheden die de adviseur/bemiddelaar vóór en na het moment van het tot stand komen van de overeenkomst moet verrichten. Deze door de politiek opgelegde regeling is in strijd met de praktijk en dat leidt tot allerlei ongewenste gevolgen. Uiteraard heeft het zeer nadelige consequenties voor de onderneming van het intermediair, maar de wetgever zal ervaren dat hij met de nieuwe regelgeving het omgekeerde bereikt van wat hij beoogde. Uitgangspunt was immers om de veronderstelde financiële prikkels die het advies zouden beïnvloeden weg te nemen. Wel, deze nieuwe regeling zal juist druk leggen op het doorlopende deel en niet op de afsluitprovisie.” De kritiek komt niet van een direct belanghebbende intermediairorganisatie, maar van drs Arno Dolders, algemeen directeur van Legal & General. De afgelopen jaren heeft hij zich weten te onderscheiden door de wijze waarop hij invulling geeft aan het begrip intermediairverzekeraar. Voor hem betekent dit niet slechts het ‘gebruikmaken’ van het distributiekanaal om zijn producten af te zetten bij de eindklant, maar ook waar mogelijk zijn partners in business te ondersteunen in hun ondernemerschap. Via lezingen in het land en ook door middel van het distribueren van verhelderende cd-rom’s, de laatste gevuld met model klantprofielen.
Wetgever dwingt adviseur om klant uit te leggen dat regelgeving onjuist is “Het intermediair krijgt door de nieuwe belonings- en transparantieregels geheid problemen met de relaties,” voorspelt hij. “Iedereen begrijpt zonder meer dat een adviseur een belangrijke hoeveelheid werk heeft verricht vóórdat een overeenkomst tot stand komt en dat daar dus verdiensten tegenover zullen staan. Bij een belangrijke productgroep als hypotheken zijn de werkzaamheden in de vervolgfase vrij beperkt. Dat weet de klant natuurlijk ook en die zal niet begrijpen dat zijn intermediair nog gedurende een groot aantal jaren een relevant bedrag blijft ontvangen. Hij zal daarvoor om uitleg vragen. De adviseur kan dan op twee manieren antwoord geven. Hij kan eerlijk zeggen dat ook hij dat onzin vindt, maar dat de wetgever hem nu eenmaal dwingt om bij het tot stand komen van de overeenkomst genoegen te nemen met een ondermaatse honorering, die later gecompenseerd wordt. Of hij vertelt dat die doorlopende provisie bedoeld is voor het periodieke onderhoud van de post. Het eerste antwoord maakt duidelijk dat de wetgever de adviseur er in feite toe dwingt om uit te leggen dat de regelgeving onjuist is. Dat is natuurlijk een curieuze boodschap die niet op veel begrip zal kunnen rekenen. Het tweede antwoord geeft alle ruimte tot een vervelende discussie. De klant zal snel geneigd zijn om te zeggen dat hij niet op zo’n intensief onderhoud van de post zit te wachten en dat hij daarom 50% doorlopend een veel te hoge honorering vindt. Zodoende bereikt de wetgever het tegengestelde van wat hij beoogde. De druk komt immers niet te liggen op de afsluitprovisie, waar volgens de politiek de ‘perverse prikkels’ zitten, maar op het doorlopende gedeelte.”
10
Willekeurig, dus onjuist “De verdeling 50/50 is volstrekt willekeurig en daarom naar de praktijk vertaald ook onjuist en ook zo onredelijk, dat het gaat leiden tot liquiditeitsproblemen bij het intermediair.” Hoewel de eerste aanpassing van de beloningsregels al voor de deur staat – 1 januari 2007 – lijkt het alsof veel adviseurs nog geen maatregelen nemen. “Dat is ook mijn ervaring,” beaamt Dolders. “Misschien vertrouwen zij erop dat dit probleem opgelost gaat worden door de aanbieders en ik zie dat ook wel gebeuren. Ik denk, dat met name de grotere aanbieders ertoe zullen overgaan om bedrijfsfinancieringen te verstrekken. En dat is dan een bewijs te meer, dat de politiek bezig is een situatie te scheppen die op gespannen voet staat met wat zij wilde bereiken. De gemeenschappelijke wens die in ons land leeft is immers dat financiële producten volstrekt onafhankelijk geadviseerd worden. En wat doet politiek Den Haag? Die dwingt de bemiddelaar juist in een afhankelijker positie van de aanbieder. Ook de wetgever moet toch weten dat banken over het algemeen niet bereid zijn dergelijke bedrijfsfinancieringen te verstrekken met de portefeuille als zekerheid?” Voor de goede orde voegt Dolders hieraan toe dat Legal & General niet overweegt om als financier te gaan optreden. “Overigens is er geen enkele regel die dat de aanbieders verbiedt. Portefeuillefinanciering is niet toegestaan, maar een algemene bedrijfsfinanciering wel.”
Een redelijk alternatief Uit zijn woorden blijkt, dat Dolders van mening is dat de wetgever lijdt aan een te grote mate van regelzucht: “De politiek moet een kader scheppen dat de transparantie en de keuzemogelijkheid van de klant waarborgt en niet met een gedetailleerde regelgeving komen, waarvan men zelf de consequenties kennelijk niet kan overzien.” “Pak het kernprobleem aan,” zo luidt zijn oproep, “en dat is de verwachting van de consument dat het advies gratis of bijna gratis is en dat hij vervolgens moet betalen voor zijn buurman, die wel advies kwam halen, maar niet kocht. Daarom lijkt die afsluitprovisie zo hoog. Als je de consument de keuze biedt tussen provisie of uurtarief en hem ook laat betalen voor gemaakte uren, dan los je dit fundamentele probleem op. Als de klant kiest voor provisie en alsnog niet koopt, dan krijgt hij de rekening op basis van het gemelde uurtarief. Maar dit moet je wel wettelijk regelen anders zal het intermediair dit niet kunnen invoeren. Er zal immers altijd wel een concurrent opstaan die roept dat bij hem het advies gratis is. De afsluitprovisie wordt op deze wijze onderhandelbaar en die kan ook omlaag, omdat er geen nietbetalende klanten meer bestaan. Op deze wijze leert de consument ook de waarde van het financieel advies kennen.”
Portefeuillebescherming in het gedrang Als een ander mogelijk gevaar noemt Arno Dolders de formulering met betrekking tot de terugverdientermijn in de Nota van Toelichting. Als overgangsmaatregel is in het besluit een termijn van vijf jaar vastgelegd, maar de nota laat de mogelijkheid open die terug te brengen naar drie jaar. “Dat kan inhouden dat oversluiten gaat lonen en iedereen weet dat dat meestal niet in het belang van de consument
VB_1606_P11 30-08-2006 08:47 Pagina 11
intermediair
niet nodig dat iemand nog na tien jaar naar de post omkijkt. Terwijl de klant juist aan het eind van de looptijd een goed advies heel hard nodig heeft. Ook daaruit blijkt dat de wetgever geen recht doet aan de realiteit.” En zeker niet aan de praktijk zoals die binnen Legal & General gegroeid is. Dolders: “Ongeveer 85% van het met ons samenwerkend intermediair heeft voor premiebetalende posten een provisieregeling die verder gaat dan de regeling zoals de overheid die wil. Wij betalen de afsluitprovisie over vijf jaar uit. Dat betekent dus dat we in het eerste jaar minder dan 20% van de totale provisie uitkeren. Volgens het Ministerie van Financiën worden aanbieders verplicht om vanaf het tweede jaar de provisie gelijkmatig te verdelen over tenminste tien jaar. Hoe je dat moet invullen bij de levensloopregeling is me een raadsel. Levensloop kent immers doorgaans geen afsluit- en doorlopende provisie, maar een beheersvergoeding op het depot. Omdat het depot groeit, zal ook de provisie elk jaar hoger worden, maar dat is dan in strijd met de evenredigheidseis. Een oplossing biedt de wetgever niet voor dit vraagstuk. Maar terugkerend naar de bestaande Legal & General-regeling betekent de evenredigheidseis, dat we de afsluitprovisie in het eerste jaar moeten gaan verhogen ten laste van de doorlopende. En daar komt nog iets bij: wij kiezen voor een provisiebetaling gedurende de looptijd van een contract (met een keuzemogelijkheid voor een kortere termijn). Feitelijk wil de wetgever ons nu opleggen dat we de financiële betrokkenheid van de adviseur gaan verkorten.” Dolders licht dit toe met een voorbeeld:
Arno Dolders: “Het is de hoogste tijd dat intermediairs zeer serieus kijken naar hun onderneming en dat geldt in extra mate voor bedrijven die 30% of meer van hun omzet genereren uit afsluitprovisie.”
is. De overheid moet dat oversluiten dan ook niet in de hand gaan werken. Persoonlijk ben ik blij met de genoemde termijn van vijf jaar, omdat dat voor het intermediair betekent dat zijn portefeuille gedurende die periode beschermd is. Want laten we wel zijn, de problematiek rond de portefeuillebescherming is nog niet uitgekristalliseerd. Stel dat inderdaad 50% van de provisie als afsluit wordt betaald en de andere helft doorlopend. Wat gebeurt er dan wanneer na drie of zes jaar sprake is van intermediairwijziging? Op welk bedrag houdt de ‘oude’ bemiddelaar recht en welk deel gaat naar de ‘nieuwe’? Legal & General biedt nu gedurende vijf jaar bescherming aan het ‘oude’ intermediair, als deze kiest voor meer doorlopende provisie en ik denk dat we dit handhaven in de nieuwe situatie. Ik hoop van harte dat ook de wetgever dit standpunt zal overnemen en er dus voor kiest om de post te beschermen en niet voor het creëren van een oversluitmarkt. In dat verband zou het misschien zinvoller zijn,” filosofeert Dolders hardop, “om de betaling van de afsluitprovisie over een langere termijn uit te smeren en de honorering niet te splitsen in een deel afsluit en een deel doorlopend. Zo’n oplossing ondervangt de administratieve problemen die het nieuwe systeem met zich meebrengt en beschermt de portefeuille van de adviseur die meegewerkt heeft aan de totstandkoming van de overeenkomst.” En ook de consumentenbescherming krijgt bepaald geen impuls door de nieuwe regels. “Integendeel,” vindt Dolders, “want als je je verplaatst in de logica van de wetgever – het beperken van de doorlopende provisie tot (tenminste) tien jaar - dan vindt die het kennelijk
We gaan uit van een post met een jaarpremie van € 1.000, duur 20 jaar. Totaal beschikbaar aan afsluitprovisie: € 1.000 Totaal beschikbaar voor doorlopend: € 400. In de huidige regeling van Legal & General ontvangt het intermediair aan honorarium: In jaar 1 tot en met 5: per jaar € 220. Vanaf jaar 6 tot en met 20: per jaar € 20. In de nieuwe regeling zou het intermediair bijvoorbeeld € 860 in jaar 1 ontvangen en vervolgens gedurende 9 jaar € 540. Dus: meer upfront provisie.
Einde van de arrangementen Inmiddels mag duidelijk zijn hoe zwaar de beloningsregels ingrijpen in de binnen de branche gegroeide structuren, maar we zijn er nog niet. Arno Dolders roert nog een heel ander punt aan: “De nieuwe provisieregeling heeft betrekking op complexe producten, dus ook op de samengestelde producten, zoals de arrangementen in de hypothekenbranche. Hierdoor zou de lening onder de nieuwe regels vallen, met natuurlijk alle provisieconsequenties van dien. Mij lijkt duidelijk dat adviseurs die pakketten niet meer van de aanbieders gaan overnemen. Zij zullen in de toekomst zelf naast de lening de voor de klant relevante verzekeringsproducten zoeken. In dat geval vallen hooguit sommige van die producten onder de honoreringsregels, maar de lening blijft daar dan buiten. Ik ga ervan uit dat dit het einde van de door aanbieders samengestelde arrangementen zal betekenen.” Tegen zo’n trend kan Dolders als Legal & General-directeur toch nauwelijks bezwaar hebben? “Nee, je kan me er inderdaad niet van beschuldigen dat ik voor eigen parochie preek. Maar ik vind het principieel onjuist dat de wetgever
nummer 16 - 31 augustus 2006
11
VB_1606_pAdvert 29-08-2006 16:18 Pagina 12
Beroeps aansprakelijkheid Vermogens bescherming Speciale
Crisis Management Zaak schade
Bestuurders- en Commissarissenaansprakelijkheid (BCA Polis)
Recall Kidnap and Ransom
Brand- en bedrijfsschade Juweliers Blockpolis
Kostbaarhedenpolis Kunstgraspolis
Technische verzekeringen
Kunstvoorwerpenpolis
CAR Machinebreuk Computer en Elektronica
Westblaak 220 Postbus 65 3000 AB Rotterdam T (010) 414 14 00 F (010) 414 83 42
[email protected] www.nassau-int.nl
Your risk is our concern 384000240 Corp.adv. A4fc.indd 1
Nassau verzekeringen maakt deel uit van de Bloemers Nassau Groep
06-03-2006 12:31:08
VB_1606_P13 30-08-2006 08:47 Pagina 13
intermediair
voor extra vertroebeling zorgt, want dat is het natuurlijk. Zodra immers de aanbieder een aantal producten binnen één arrangement aanbiedt, is sprake van een complex product en wordt de adviseur onderworpen aan de nieuwe beloningsstructuur. Gaart diezelfde adviseur dezelfde producten bij elkaar als losse elementen, dan blijft in elk geval de provisie op de lening buiten het nieuwe regime. Dat kan toch niemand uitleggen?” In feite maakt Arno Dolders met dit verhaal nog iets duidelijk, namelijk dat de regeling inbreuk maakt op het gelijke speelveld binnen de bedrijfstak. Deze problematiek speelt immers alleen binnen de intermediaire bedrijfskolom. Het provisievraagstuk deert de direct writers helemaal niet en de meeste banken maar in geringe mate. “Dat is helemaal correct. Die partijen kunnen de arrangementen blijven aanbieden met alle daarbij behorende marketingmogelijkheden, zonder dat ze daar financieel nadeel door ondervinden. Hier is dus geen sprake van een level playing field.”
Praktische tips Als ooit het gezegde ‘beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald’ van toepassing is, dan wel op de nieuwe regels die Den Haag de branche nu wil opleggen. Voorlopig echter mogen marktpartijen niet het risico nemen om onvoorbereid dit nieuwe tijdperk binnen te treden. “Het is de hoogste tijd,” waarschuwt Dolders niet voor de eerste keer, “dat intermediairs zeer serieus kijken naar hun onderneming en dat geldt in extra mate voor bedrijven die 30% of meer van hun omzet genereren uit afsluitprovisie. Zij zullen moeten nagaan hoe zij de cash flow op orde kunnen houden. Daarnaast zullen sommige kantoren de arbeidsrechtelijke contracten met hun buitendienstmedewerkers moeten herzien. Beloning op provisiebasis is immers onder het nieuwe regime niet meer mogelijk. En er zal een gesprek met de verzekeraar moeten plaatsvinden over de wijze en de hoogte van de honorering. Ikzelf vind dat de operatie budgettair neutraal moet verlopen. De adviseur moet er niet op vooruit-, maar ook niet op achteruitgaan. Ook dat vergt het nodige rekenwerk, dat tijdig gestart moet worden.” Jan Aikens
Algemene voorwaarden en de Wfd Voor de zomer heeft Jan Oosterbroek van O&O Legal en Business Support laten onderzoeken hoe het intermediair aankijkt tegen de algemene voorwaarden in het kader van de Wfd. Het onderzoek is uitgevoerd door TDM.
zetten in algemene voorwaarden, aangepast aan de Wfd. Bijna driekwart heeft behoefte aan een modelbemiddelingsovereenkomst die voldoet aan de Wfd.
Rechtsvorm en advies Het intermediair is gevraagd of zij een schriftelijke overeenkomst sluit met klanten. Een kwart doet dit soms, 10% altijd. 34% doet dit überhaupt nooit maar 26% zegt dit wel te gaan doen met oog op de Wfd. Het zijn vooral (76%) de kleinere kantoren tot maximaal vijf werknemers die geen overeenkomst opstellen. 82% van de kantoren hanteert ook geen algemene voorwaarden, het overgrote deel (71%) hiervan is klein, tot vijf medewerkers. Van de kantoren die deze wel hebben, heeft slechts 13% deze gedeponeerd bij rechtbank of KvK. Bijna 60% van de ondernemers weet niet dat zij hun aansprakelijkheid kunnen beperken door een clausule in de algemene voorwaarden op te nemen. Ook hier zijn het weer hoofdzakelijk de kleine kantoren (tot vijf man). De grote kantoren zijn beter op de hoogte.
Advieswijzer Ook is gevraagd of de (toekomstige) klant een GIDI-advieswijzer krijgt. 18% doet dit nooit, 23% soms, 37% bij de aanvraag van een verzekering en 18% bij het ondertekenen van de bemiddelingsovereenkomst. Van de 34% die geen schriftelijke overeenkomst aangaan met de klant, verstrekt een groot deel ook geen advieswijzer. Deze groep loopt een aanzienlijk aansprakelijkheidsrisico. In 34% van de gevallen wordt de advieswijzer persoonlijk uitgereikt en toegelicht, 18% voegt hem toe bij de overeenkomst en 33% verwijst naar de website. Gaat het intermediair de inhoud van de advieswijzer aanpassen onder de Wfd? Nee, 61% zegt dat niet te doen. 31% zegt dit toch wel te gaan doen, maar heeft grotendeels nog geen idee hoe dan wel. Toch geeft 27% aan eraan gedacht te hebben om de advieswijzer om te
Bijna de helft (48%) van de respondenten heeft een onderneming met de BV als rechtsvorm, 24% is een eenmanszaak en nog eens 24% een VOF. Bijna negen op de tien gaat deze structuur de komende twee jaar niet aanpassen, 10% doet dit dus wel en denkt daarbij hoofdzakelijk aan de BV. Bijna de helft is niet op de hoogte van het feit dat de wettelijke regels voor een maatschap, VOF of CV binnenkort veranderen. Slechts 15% is volledig op de hoogte. Op de vraag wie hen adviseert over deze materie zegt 25% dat er geen adviseur is. In 56% van de gevallen is het de accountant die hen adviseert, soms de belastingadviseur (5%) of de notaris (2%). Vooral de eenmanszaken ontberen een adviseur (46%) en de accountant is het vaakst genoemd bij de VOF (69%) als adviseur gevolgd door de BV met 57%. Opvallend is dat ook de grote kantoren (+20) vaak zonder enig advies werken (36%).
Helpdesk Een eerstelijns juridische helpdesk is een vorm van juridische ondersteuning die twee probleemgevallen kan invullen: De klant weet vaak niet wie hij nodig heeft en waar hij iemand kan vinden als hij met een juridisch probleem wordt geconfronteerd en daarnaast bieden de rechtsbijstandverzekeraars lang niet alles. Het intermediair is gevraagd of zij tegen een redelijke prijs zo’n abonnement aan hun klanten zouden willen aanbieden. 20% toonde daarvoor interesse, 42% weet het niet en 28% ziet er geen heil in. Vooral de grote kantoren hebben meer interesse voor een dergelijke service.
nummer 16 - 31 augustus 2006
13
VB_1606_P14 30-08-2006 08:47 Pagina 14
intermediair
Intermediair en kantoor Eerst is in kaart gebracht hoe de kantoren eruit zien die aan het onderzoek hebben meegewerkt. 32% bestaat uit eenpitters, 35% heeft twee tot vijf medewerkers, bij 12% werken tussen de vijf en tien medewerkers, 7% van de kantoren is ‘groot’ met elf tot twintig medewerkers en bij liefst 13% werken meer dan twintig medewerkers. Daarmee is deze spreiding niet geheel representatief. Ook is gevraagd naar het type bemiddelaar. Verbonden en gebonden bemiddelaars zaten er niet bij, 40% is ongebonden maar selectief in het aantal aanbieders, 60% is ongebonden en werkt met een groot aantal aanbieders. Vooral de grote kantoren werken met heel veel aanbieders. Bij 70% van de intermediairs komt maximaal 30% van de omzet van het MKB. Het overgrote deel is dus afkomstig uit de particuliere markt. Dit geldt ook voor de grote kantoren met meer dan twintig medewerkers.
Het onderzoek is uitgevoerd door Teuwen Direct Marketing, in opdracht van O&O Legal en Business Support. Het onderzoek is in februari van dit jaar gehouden onder duizend intermediairs. Van hen hebben er 149 gereageerd, wat 109 compleet ingevulde vragenlijsten heeft opgeleverd. Dit komt overeen met een normale respons van 11%. De betrouwbaarheid van het onderzoek is iets meer dan 90%. De respondenten komen uit het hele land, ruim een derde (36%) uit de Randstad.
Wij vroegen Jan Oosterbroek om een reactie naar aanleiding van het onderzoek. Daarnaast gaat hij in op de wijze waarop het intermediair aankijkt tegen Algemene Voorwaarden in het kader van de Wfd Wordt er volgens u nog aan productieafspraken gedaan? “Geen van de geënquêteerde tussenpersonen ziet zichzelf niet als ‘gebonden bemiddelaar’, met andere woorden, hij heeft geen contractuele verplichting, waar onder productieverplichtingen, om uitsluitend voor een of meer aanbieders te bemiddelen. Er bestaan in Nederland kennelijk geen tussenpersonen die productieverplichtingen aan aanbieders hebben, maar alleen ongebonden bemiddelaars, al dan niet adviserend op basis van een objectieve analyse.” Bepaalt de consumentenmarkt nog steeds de omzet van assurantieintermediair? “Ja zeker. Bij de helft van de bemiddelaars, groot en klein, ligt de omzet uit de zakelijke markt tussen 5% en 30%. Ook bij intermediairbedrijven met meer dan twintig werknemers heeft maar 70% van de bemiddelaars een dergelijk aandeel in de zakelijke markt.Voor alle assurantiekantoren maakt de particuliere markt dus nog steeds een wezenlijk deel uit van de omzet. Bij 70% van de intermediairbedrijven is zelfs 70% tot 100% van de omzet afkomstig uit de consumentenmarkt.” Sluit het intermediair een schriftelijke overeenkomsten met zijn klanten? “Driekwart van de kleinere bedrijven, tot vijf werknemers, leggen hun afspraken met de klant niet vast. Slechts 26% ziet de noodzaak in om dat in de toekomst wel te doen, mede door recente ontwikkelingen zoals de Wfd. Overigens heeft 74% van de respondenten wel behoefte aan een model ‘Bemiddelingsovereenkomst’. Slecht in drie gevallen wordt in dit verband verwezen naar hun beroepsorganisatie of een verzekeraar.”
14
Met de komst van de Wfd vervalt de GIDI Advieswijzer. Hebben intermediairs de consequenties hiervan in de gaten? “Bijna 20% verstrekt nooit de GIDI Advieswijzer. En 23% doet dat slechts af en toe bij het ondertekenen van de bemiddelings- of de verzekeringsovereenkomst. Bij 50% van degenen die de Advieswijzer niet of slechts soms uitreiken staat de advieswijzer wel op hun Website. Ook na invoering van de Wfd blijft ruim 60% de Advieswijzer ongewijzigd gebruiken.” Is het intermediair welvoldoende alert op valkuilen voor aansprakelijkheid? “Bijna 60% van de intermediairs weet niet dat zij hun aansprakelijkheid, die niet gedekt wordt door hun beroepsaansprakelijkheidsverzekering, kunnen beperken. Dat betreft vooral de kleinere kantoren van 0 tot 5 werknemers. Grotere kantoren blijken beter geïnformeerd. Algemene voorwaarden, naast of in plaats van de Gidi Advieswijzer, worden nauwelijks gehanteerd. Ook het omzetten van de Advieswijzer in Algemene Voorwaarden wordt in 65% van de gevallen niet overwogen, terwijl dit de aansprakelijkheid toch aanzienlijk kan beperken.” Is een advocaat wel aan het assurantie-intermediair besteed? “Niet echt. De accountant is dé adviseur van het assurantie-intermediair, ook in juridische zaken Daarnaast is dit in enkele gevallen de fiscaal adviseur en de notaris. In 25% van de gevallen regelt de ondernemer de juridische zaken zelf. Van de eenmanszaken heeft 46% geen juridisch adviseur, bij vennootschappen onder firma beloopt dat percentage 23% en bij de B.V.’s heeft 15% geen juridisch adviseur. Geen der respondenten consulteert een advocaat.”
VB_1606_pAdvert 29-08-2006 16:20 Pagina 15
Regio Bank is de grootste aanbieder van Sparen in het intermediaire kanaal. Dit succes delen wij ook graag met nieuwe intermediairs. Wilt u met ons meegroeien? Bel dan (020) 591 97 02.
VB_1606_P16 30-08-2006 08:47 Pagina 16
jurisprudentie
JURISPRUDENTIE Wat mag verwacht worden van de
financiële consument?
verzorgd door mr S.Y.Th. Meijer
De zorgplicht van de financiële dienstverlener staat in het brandpunt van de belangstelling. In de Wet financiële dienstverlening is de zorgplicht één van de centrale onderwerpen. Tegenover de financiële dienstverlener staat echter de consument: de financiële consument. In de Wfd wordt niet omschreven wat dit begrip inhoudt en ook niet wat van de financiële consument mag worden verwacht. Het feit dat er in de Wfd niets over wordt gezegd, betekent niet dat de wetgever hier geen gedachten over heeft. In de toelichting bij de Wfd wordt wel ingegaan op de vraag wat van een financiële consument mag worden verwacht. In het kort behandel ik de vraag wat mag worden verwacht van een financiële consument. Daarnaast besteed ik ook aandacht aan het onderwerp: wat is de invloed van de opmerkingen in de toelichting van de Wfd als het gaat om de vraag of de financiële dienstverlener aansprakelijk is omdat hij niet aan zijn zorgplicht heeft voldaan.
Op de financiële dienstverlener rust de algemene verplichting om informatie te verstrekken die feitelijk juist, voor de consument begrijpelijk is én niet misleidend is. Met name met betrekking tot de verplichting om begrijpelijke informatie te verstrekken, rijst natuurlijk de vraag wanneer je er als dienstverlener van uit mag gaan dat informatie begrijpelijk is. Wat mag je als financiële dienstverlener verwachten van een consument? Wat voor de ene consument begrijpelijk is, is voor de andere consument onbegrijpelijk. In de regel mag je verwachten dat een econoom meer begrijpt van financiële producten dan de huisarts. In de toelichting op de Wfd is expliciet bepaald dat wat de begrijpelijkheid van de informatie betreft de financiële dienstverlener de gemiddelde consument als uitgangspunt mag nemen. Als algemene richtlijn geldt hierbij dat naarmate het financiële product complexer en of risicovoller is, minder kennis en inzicht van de consument mag worden verwacht en dat de informatie daarop moet worden toegesneden.
Wat is een gemiddelde consument? Een vervolgvraag is natuurlijk wat een gemiddelde consument is. De wetgever gaat ervan uit dat een gemiddelde consument bereid is om zich in de aangeboden informatie te verdiepen. De gemiddelde consument is dus bereid om na te gaan wat de kenmerken en de risico’s van een financieel product zijn en is bereid om te achterhalen of het product wel of niet voor hem geschikt is. Daarnaast geldt dat de dienstverlener ervan mag uitgaan dat de consument in staat is om zijn eigen financiële positie in kaart te brengen. Wanneer de consument dat niet is, mag verwacht worden dat de consument beseft dat hij niet in staat is om zijn eigen positie te beoordelen. Het ligt vervolgens dus op de weg van de consument om zelf hulp te zoeken. De consument heeft dan de keuze om of bij familie of kennissen het oor te luisteren te leggen óf om naar een adviseur te gaan.
sument tot uitgangspunt wordt genomen dit leidt tot een systeem waarbij de dienstverlener een afweging maakt of een bepaald product voor een consument moet worden aangeschaft. Dit is niet de bedoeling.
De eigen verantwoordelijkheid van de consument Behalve dat in de Wfd dus eisen worden gesteld aan de informatie, wordt er ook aandacht besteed aan de eigen verantwoordelijkheid van de consument. Het uitgangspunt is dat de beslissing om een financieel product te kopen, de eigen verantwoordelijkheid van de consument is. Adequate informatieverstrekking is echter een voorwaarde waaronder de consument zijn eigen verantwoordelijkheid kan invullen. Wanneer er geen sprake is van feitelijk juiste, voor de consument begrijpelijke en niet misleidende informatie, dan kan de consument zich ook geen goed oordeel vormen omtrent het product en dus ook geen invulling geven aan zijn eigen verantwoordelijkheid. De financiële dienstverlener mag zich bij het verstrekken van informatie richten op de gemiddelde consument. Hij mag ervan uitgaan dat de consument bereid is om de informatie door te nemen en zelf te beoordelen of hij het product voor hem geschikt is of niet. Dit behoort ook tot de eigen verantwoordelijkheid van de consument. Daarnaast mag de financiële dienstverlener ook verwachten dat de consument in staat is om zijn eigen positie te beoordelen. Als hij dat niet is, is het de eigen verantwoordelijkheid van de consument om hulp te zoeken. Geen rekening behoeft te worden gehouden met goedgelovige consumenten, die zich niet willen verdiepen in ter beschikking gestelde informatie en met consumenten die geen hulp zoeken terwijl zij weten dat hulp noodzakelijk is omdat zij niet in staat zijn het financiële plaatje scherp te stellen.
Advies De gemiddelde consument wordt afgezet tegen de goedgelovige consument. De goedgelovige consument is iemand die zich niet verdiept in wat hij koopt en dus eenvoudig is te misleiden. Dit is ook logisch omdat de verplichting om informatie te verstrekken onuitvoerbaar en zonder betekenis wordt. Immers, de informatie zal niet worden bestudeerd en de waarschuwingen zullen niet worden gelezen. In de toelichting wordt nog opgemerkt dat wanneer de goedgelovige con-
16
Wanneer de financiële dienstverlener adviseert brengt dit met zich mee dat hij in de informatieverstrekking niet meer mag uitgaan van de gemiddelde consument. In het kader van advisering is de financiële dienstverlener gehouden om zijn informatie af te stemmen op de individuele kenmerken van de consument. Dit kan ook omdat de dienstverlener een cliëntprofiel heeft opgesteld, zodat hij precies weet wie hij voor zich heeft.
VB_1606_P16_Juris 30-08-2006 10:04 Pagina 17
jurisprudentie
Daarnaast heeft advisering ook invloed op de eigen verantwoordelijkheid van de consument. Wanneer een advies wordt gegeven, neemt de eigen verantwoordelijkheid van de consument af. Dit volgt uit het feit dat de adviseur een specifiek product aan de consument aanbeveelt. De eigen verantwoordelijkheid verdwijnt echter niet helemaal. Ook wanneer een consument geadviseerd wordt, is de beslissing om dit advies op te volgen uiteindelijk zijn eigen verantwoordelijkheid. Het is dus niet de bedoeling dat de consument het advies klakkeloos mag volgen. Verwacht mag worden van de consument dat hij het advies én de daaraan ten grondslag liggende argumenten beoordeelt.
Eigen verantwoordelijkheid en eigen schuld De regels uit de Wfd omtrent informatieverstrekking en advies zijn helder. Informatie moet feitelijk juist, voor de consument begrijpelijk en niet misleidend zijn. Daarnaast geldt dat wanneer er sprake is van advisering, maatwerk moet worden afgeleverd. Aan de andere kant wordt in de toelichting van de Wfd duidelijk dat de uiteindelijke beslissing van de consument om het product aan te schaffen, zijn eigen verantwoordelijkheid is en blijft. De vraag naar de eigen verantwoordelijkheid van de consument komt met regelmaat aan de orde wanneer een dienstverlener aansprakelijk wordt gesteld omdat hij niet aan zijn zorgplicht heeft voldaan. Vaak is dan het verweer van de dienstverlener dat er ook sprake is van eigen schuld van de consument omdat die zijn eigen verantwoordelijkheid niet of slechts gedeeltelijk is nagekomen. De documentatie is bijvoorbeeld niet gelezen of ondanks dat men niet goed begreep waarover het ging, is er geen advies gevraagd. Het is interessant om te kijken of de uitgangspunten zoals die in de Wfd gelden ook gelden als het gaat om de aansprakelijkheid van de consument. Voorop gesteld moet worden dat de Wfd een publiekrechtelijke wet is die gedragsregels voorschrijft. Wanneer er getwist wordt over aansprakelijkheid en eigen schuld, is niet de Wfd maar het privaatrecht – het Burgerlijk Wetboek - beslissend. Daarbij geldt echter dat bij het invullen van de privaatrechtelijke zorgplicht en de eigen schuld wel van belang is wat dan verwacht mag worden van een dienstverlener en een consument. Bij de beoordeling van de zorgplicht is het vaak zo dat het overtreden van een Wfd-voorschrift een belangrijke rol speelt bij de uiteindelijke vaststelling dat niet aan de privaatrechtelijke zorgplicht is voldaan. De vraag is of dit andersom geldt. Betekent het feit dat de consument niet zijn verantwoordelijkheid heeft genomen ook dat er sprake is van eigen schuld? Eigen schuld in het Burgerlijk Wetboek houdt in dat de schade die betaald moet worden omdat er sprake is van aansprakelijkheid, kan worden verminderd door de rechter omdat de schade ook het gevolg is van het handelen van de persoon die schade heeft geleden. Of dit zo is moet worden beoordeeld op grond van alle omstandigheden van het geval. Als deze vraag met ja wordt beantwoord kan de schade geheel of voor een deel voor rekening van de benadeelde persoon blijven. Een voorbeeld ontleen ik aan een vonnis van de Rechtbank Utrecht met betrekking tot de aankoop van een aandelenbeleggingsproduct (5 april 2006, NJF 2006, 389). Ook in dit geval stelt de consument dat de dienstverlener niet aan zijn zorgplicht heeft voldaan. Hij wijst er onder andere op dat de informatie misleidend was dan wel niet begrijpelijk. Wat zijn hiervan de privaatrechtelijke consequenties? De rechtbank stelt vast dat de informatie omtrent het rendement van het product en het feit dat mogelijk een restschuld overblijft niet duide-
lijk en niet volledig wordt gepresenteerd. De overige productinformatie is wel duidelijk. Nu de informatie omtrent rendement en de restschuld niet duidelijk was, had de dienstverlener moeten nagaan of de consument de nodige berekeningen en denkstappen had gemaakt om erachter te komen of het product aansloot bij zijn behoeften. Nu hij dit niet heeft gedaan wordt de financiële dienstverlener aansprakelijk gehouden. De dienstverlener brengt tegen in dat er ook sprake is van eigen schuld. Immers, het had op de weg van de consument gelegen om nu de informatie hem niet duidelijk was, nadere informatie in te winnen en niet klakkeloos de overeenkomst te tekenen. In dit geval komt dat de consument duur te staan omdat de rechtbank oordeelt dat in deze omstandigheden 75% van de schade voor zijn rekening dient te blijven.
Tot slot De opmerkingen over de eigen verantwoordelijkheid van de consument zoals gemaakt bij de Wfd spelen een belangrijke rol bij de beoordeling van de vraag of er ook sprake is van privaatrechtelijke eigen schuld. Dit kan ertoe leiden dat een consument ondanks dat de financiële dienstverlener zijn zorgplicht heeft geschonden, een deel van zijn schade zelf moet dragen. Dit betekent echter niet dat de regels van de Wfd bepalend zijn voor de vraag of er eigen schuld is of niet. Het feit dat de consument vanuit de optiek van de Wfd voldaan heeft aan zijn verantwoordelijkheid, kan eroe leiden dat er toch sprake is van eigen schuld. Ook de omgekeerde situatie kan zich voordoen. Het oordeel of er sprake is van eigen schuld in de zin van het BW is een afweging die gemaakt moet worden op grond van alle omstandigheden van het geval. Eigen schuld betekent ook niet dat dan de gehele schade automatisch niet meer behoeft te worden betaald. Het is een genuanceerd systeem waarbij wordt geprobeerd recht te doen aan de wederzijdse verantwoordelijkheden van de consument en de financiële dienstverlener. Sjoerd Meijer
[email protected]
OndernemersOplossingen De wijziging van de beloningsstructuur, de provisietransparantie en de nieuwe producten en concepten met krappere marges hebben gevolgen voor rentabiliteit, solvabiliteit en de cash flow - kortom voor de continuïteit - van het bemiddelingskantoor. Het Verzekeringsblad en Dutch Insurance Network werken samen om de financiële dienstverleners/ondernemers oplossingen aan te reiken waarmee zij deze ontwikkelingen succesvol het hoofd kunnen bieden. De eerste stap naar een rendabele toekomst is het bijwonen van één van de vijf DIN-salesmeetings die gespreid over het land plaatsvinden op de volgende data: 12-09 Apeldoorn, Van der Valk 14-09 Hoogeveen, De Tamboer 19-09 Vlaardingen, Delta Hotel 21-09 Eindhoven, Van der Valk 26-09 Schiphol, Van der Valk De toegang is gratis. Lezers van Het VB kunnen zich aanmelden via www.vbnet.nl, doorklikken op de banner ‘OndernemersOplossingen’.
nummer 16 - 31 augustus 2006
17
VB_1606_P18 30-08-2006 08:48 Pagina 18
interview
W fd m a a k t m a s s a e e n stuk grijzer De Stichting Keurmerk Hypotheek Bemiddeling heeft een gedaantewisseling ondergaan. De naam is gewijzigd in Keurmerk Financiële Dienstverlening, als nieuwe dienstverlening gaan de beoordelaars ook kantoren bezoeken die Wfd-compliant willen worden en blijven, en NVB-secretaris Ron van Kesteren neemt het stokje over van John Pennink.
“De overstap van de Nederlandse Vereniging van Banken naar de Stichting Keurmerk Financiële Dienstverlening lijkt groter dan die in werkelijkheid is,” stelt Ron van Kesteren terecht. Hij was immers ook directeur van SEH, een organisatie die zich toelegt op de kwaliteitsbewaking van de hypotheekadviseur. “En ook had ik namens de NVB zitting in het Platform Financiële Dienstverlening dat invulling gaf aan de Wfd-eisen.” Van Kesteren werkte dus ook in zijn vorige functies mee aan het verbeteren van de kwaliteit van de branche. “Dankzij de overstap naar het Keurmerk, kan ik nu zelf de verantwoording dragen voor een organisatie. Het als eindverantwoordelijke kunnen bijdragen aan het op een hoger niveau brengen van het klantadvies trekt me erg aan. De financiële dienstverlener opereert op het snijvlak van commercie en consumentenbelang. Dat maakt het zo belangrijk dat hij maatschappelijk verantwoord opereert. Het is uitermate belangrijk dat hij fatsoenlijk omgaat met de klanten en hen producten adviseert die echt bij hun behoeften passen. Daaraan wil ik graag meewerken.”
Uitbreiding dienstenpakket
door Jan Aikens foto’s: Ton Oosterhout
18
Ron van Kesteren heeft de leiding overgenomen van John Pennink (die directeur is geworden van de Stichting Financiële Dienstverlening) op het moment dat de organisatie invulling gaat geven aan het besluit om haar werkterrein te verruimen. “Niet alleen heeft de stichting besloten haar werkterrein niet meer te beperken tot een kwaliteitskeurmerk voor de hypotheekbemiddeling, maar voor alle vormen van financiële dienstverlening. Maar ook hebben wij daarnaast een dienstenpakket waarmee wij bemiddelaars ondersteunen om blijvend te voldoen aan de eisen van de Wfd.” Er zit toch een wezenlijk verschil tussen de Wfd-normen – zeg maar de minimale spelregels die financiële dienstverleners moeten naleven – en de voorwaarden om voor een keurmerk in aanmerking te komen? “Daarom hebben we die twee taken ook duidelijk
Drs Ron van Kesteren (39 jaar, gehuwd, twee zoons) startte zijn carrière na de studie Bestuurskunde bij het ministerie van VROM, waar hij betrokken was bij de verzelfstandiging van de gemeentegarantie. Vervolgens werkte hij zes jaar bij het Waarborgfonds Eigen Woningen, waarna hij zijn loopbaan vervolgde bij KPMG Management Consultancy. De afgelopen vijf jaar was Ron werkzaam bij de Nederlandse Vereniging van Banken, eerst als secretaris Hypthecair Krediet, later als secretaris van het Bestuur. Ook was hij secretaris van het Contactorgaan Hypotheek Financiers en directeur van de Stichting Erkenningsregeling Hypotheekadviseurs (SEH). In zijn vrije tijd gaat Ron van Kesteren graag golfen of leuke dingen doen met zijn gezin. Ron kan met een gerust hart in zijn geliefde Noordwijk blijven wonen: waarschijnlijk nog dit jaar verhuist zijn organisatie van Naarden naar Zoetermeer. gescheiden,” legt Van Kesteren uit. “Kort gezegd komt het hierop neer: Ik ben directeur van Quality Care Financiële Branche. Dat is een commercieel bedrijf, dochter van Management Care in Zoetermeer. Quality Care houdt zich bezig met de Wfd-compliance dienstverlening voor bemiddelaars die geen behoefte hebben aan een keurmerk, maar er wel zeker van willen zijn dat zij de Wfd op een juiste manier naleven. De beslissing over het verlenen van een keurmerk, het formuleren van de voorwaarden en de controle blijft voorbehouden aan het bestuur van de Stichting Keurmerk Financiële Dienstverlening (SKFD). Quality Care doet in dit verband niet méér dan het uitvoeren van de operationele activiteiten. Met het keurmerkbeleid zal het bedrijf zich op geen enkele wijze inlaten,” zegt Van Kesteren met nadruk. “Dat is in de overeenkomst uiteraard goed vastgelegd. Doordat de stichting de uitvoeringshandelingen uitbe-
VB_1606_P19 30-08-2006 08:48 Pagina 19
interview
“Ja, en dat actief behulpzaam zijn, zal in een continue behoefte blijven voorzien. De regelgeving zal immers zeker de komende tijden steeds opnieuw aangepast worden.” Ron van Kesteren wijst in dit verband op de Wft, waarin de Wfd zal opgaan en die ook belangrijke gevolgen zal hebben voor de inhoud van het Besluit financiële dienstverlening. “Een kantoor kan het zich niet permitteren te veel tijd te besteden aan al die regelgeving. Het moet alle energie steken in de kerntaak. Wij halen met onze dienstverlening een heel stuk werk uit handen.”
Standaard profiel Het intermediair zal best geïnteresseerd zijn in de kosten. Van Kesteren heeft daar een heel concreet antwoord op: “Voor de Wfd-compliance dienstverlening rekenen wij 800 euro per jaar. Dat bedrag is inclusief beoordeling, handboeken, protocollen, sjablonen en ondersteuning afgestemd op het individuele kantoor.” Moeten we onder ‘sjablonen’ ook standaardprofielen verstaan? Van Kesteren knikt bevestigend. “Maar ik wil daar wel aan toevoegen dat een intermediair vooral verstandig met standaardprofielen moet omgaan. Ik weet dat er een groot aantal binnen de markt circuleert. Dergelijke profielen zijn niet meer dan een hulpmiddel waar met gezond verstand naar gekeken moet worden. Het aanpassen van het profiel aan de individuele wensen, behoeften en omstandigheden van de klant vraagt om professioneel inzicht. Juist daar zal de adviseur zijn toegevoegde waarde kunnen en moeten bewijzen.” steedt, kan de dienstverlening aan de keurmerkhouders verbeterd worden.”
Vormvrijheid geeft onzekerheid Je zou kunnen zeggen dat de organisatie van Van Kesteren in het gat springt van de vormvrijheid. “Dat is waar. De Wfd stelt de nodige eisen, maar laat het over het algemeen aan de dienstverlener over op welke wijze hij die naleeft. Dat heeft binnen de bedrijfstak voor de nodige onzekerheid gezorgd. Wij beschouwen het als onze taak om die onzekerheid weg te nemen. Dat doen wij door het intermediair te ondersteunen met handboeken, sjablonen en protocollen. Door het hele land zijn onze beoordelaars actief. Zij lopen met de ondernemer alle processen door en stellen vervolgens een rapport samen, dat uitmondt in de nodige aanbevelingen. Onze ondersteuning bestaat dus niet uit alleen een checklist, waarop allerlei vinkjes geplaatst kunnen worden, maar uit begeleiding ter plekke en een gedegen rapport dat volledig is toegesneden op de werkwijze van het individuele kantoor.” Waarbij Van Kesteren meteen een mogelijk misverstand wil wegnemen: “Het is daarbij niet aan ons om een kantoor het stempel ‘Wfd-compliant’ te verlenen. Dat is voorbehouden aan de AFM. Maar we streven er wel naar dat de toezichthouder er rekening mee gaat houden dat wij het bedrijf al aan een controle hebben onderworpen.” Datzelfde zal de Stichting Financiële Dienstverlening (StFD) ook zeggen. “Het grote verschil is, dat de Stichting zich beperkt tot het afnemen van een self assessment en geen actieve hulp biedt.” Dezelfde uitspraak deed Stichtingsdirecteur John Pennink inderdaad in Het VB van 11 mei (pag. 21). “We vertellen het ‘wat’. Het ‘hoe’ laten we over aan andere organisaties. Wij zullen nooit aangeven op welke concrete wijze een dienstverlener een open norm kan invullen”, meldde Pennink in dat VBinterview. Je zou dus kunnen zeggen dat Quality Care verder gaat waar de StFD ophoudt.
De Wfd stelt de nodige eisen, maar laat het over het algemeen aan de dienstverlener over op welke wijze hij die naleeft. Dat heeft binnen de bedrijfstak voor de nodige onzekerheid gezorgd. Wij beschouwen het als onze taak om die onzekerheid weg te nemen.
Massa stuk grijzer door Wfd “De Wfd zorgt ervoor dat de kwaliteit van de financiële dienstverlening weliswaar wordt opgetild, maar wel dat die voor het merendeel van de kantoren op een gelijk niveau komt te liggen. Anders gezegd: de wet maakt de massa een stuk grijzer dan voorheen. Iedereen heeft een Wfd-vergunning en haalt daarmee een voldoende, maar de consument verdient een ‘goed’.” Met deze woorden schetst de kersverse ‘KFD-directeur’ het belang van het keurmerk. Hij heeft daarmee natuurlijk het gelijk aan zijn zijde, maar hoe verkoop je dat gelijk aan de consumenten? “Dat is niet eenvoudig, alleen al omdat wij uiteraard niet over grote marketingbudgetten beschikken. Daarbij komt dat de aangesloten kantoren de consument niet wekelijks tegenkomen. Iedereen sluit immers hooguit een paar keer in zijn leven een hypotheek af. Ik denk dan ook dat niet alleen wij, maar vooral de aangesloten kantoren het belang van het keurmerk kunnen uitdragen. Wij hebben als het ware 650 ambassadeurs die niet alleen het keurmerk voeren, maar zich daarmee ook daadwerkelijk onderscheiden.” Als voorbeeld noemt Van Kesteren het Garantiecertificaat Keurmerk dat de klant ontvangt. Daarmee krijgt de klant vier zekerheden in handen: er is sprake van voor hem verantwoorde financiële lasten; de adviseur is ongebonden en dus vrij in de keuze van aanbieders en producten, en de klant heeft recht op een onafhankelijke klachtenbehandeling. De vierde garantie betreft de nazorg. De klant wordt niet aan zijn lot overgelaten wanneer bijvoorbeeld de rentevastperiode is verstreken. De keurmerkadviseur legt schriftelijk vast welke afspraken hij maakt voor regelmatige toekomstige updates. Vooral die nazorg leidt tot mond-tot-mondreclame. Want veel andere klanten krijgen hooguit een waarschuwingsbriefje wanneer de rentevastperiode eindigt. Als zij op zo’n moment alleen staan, terwijl de buurman alle nodige begeleiding krijgt van zijn keurmerkkantoor, dan komt dat onderscheid echt tijdens verjaardagen uitgebreid aan de orde.”
nummer 16 - 31 augustus 2006
19
VB_1606_pAdvert 29-08-2006 16:20 Pagina 20
92% KANS DAT U SLAGVAARDIGER WILT OPEREREN IN DE PENSIOENMARKT.
PENSIOENSUPPORT VAN REAAL. REALIST IN VERZEKEREN. Als er één markt aan verandering onderhevig is, is het wel de pensioenmarkt. Nieuwe regels, trends, voorwaarden, wetten: de ontwikkelingen volgen elkaar in hoog tempo op. Zeker in de zakelijke markt. Logisch dat 92% van de tussenpersonen aangeeft wel wat hulp te kunnen gebruiken op pensioengebied. Daarom introduceert REAAL nu Pensioensupport: een uitgebreid pakket van praktijkgerichte kennis- en marketingtools. Met Pensioensupport staan wij met raad en daad voor u klaar bij het bewerken van de zakelijke markt. Professionele ondersteuning in de vorm van trainingen, nieuwsbrieven, marketingacties, analysetools, masterclasses en nog veel meer. Zo bent u altijd op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. En krijgt u alle hulp bij het vertalen van deze ontwikkelingen in gerichte pensioenadviezen. Wilt u ook Pensioensupport? Geef u dan op via www.reaal.nl/pensioensupport Onze accountmanager neemt dan heel slagvaardig zo snel mogelijk contact met u op.
KESSEL5385_TOOLKIT_210X297 1
8/21/06 12:48:54 PM
VB_1606_P21 30-08-2006 08:48 Pagina 21
met name(n)
Remko van Dam vertrekt bij Bouwfonds Hypotheken
Allianz Inkomensverzekeringen breidt weer uit
Remko van Dam - heeft besloten zijn functie als directeur Bouwfonds Hypotheken per 1 oktober neer te leggen. Van Dam gaat eerst een wereldreis maken met zijn gezin om daarna, in een nog nader te bepalen rol, terug te keren bij ABN AMRO Hypotheken. Zijn taken en verantwoordelijkheden worden tot er een opvolger is aangesteld waargenomen door
Maarten Heesakker - is benoemd tot senior accountmanager bij Allianz Inkomensverzekeringen. Heesakker was hiervoor werkzaam als accountmanager bij Fundum en de Amersfoortse.
Frank van der Heijden -.
Siwart Mackintosh verlaat Hiscox Siwart Mackintosh - neemt afscheid als algemeen directeur van Hiscox. Mackintosh bezint zich op een nieuwe professionele uitdaging nu de pioniersfase van Hiscox in Nederland achter de rug is. Op dit moment worden zijn taken waargenomen door Marc van der Veer -, Managing Director Hiscox Contintental Europe, tot een opvolger is benoemd.
Larry van der Schoor verlaat AXA Larry van der Schoor - verlaat per 1 oktober AXA Nederland. Van der Schoor is statutair directeur van AXA Verzekeringen en AXA Nederland. Binnen het management committee van AXA is hij verantwoordelijk voor marketing, distributie en verkoop van AXA. Van der Schoor treedt in dienst als CBDO binnen de Raad van Bestuur van Welten. De taken en verantwoordelijkheden van van der Schoor zullen tijdelijk worden waargenomen door Frits Boss -.
Marcel van Kooten benoemd bij Pensioendesk Marcel van Kooten - is aangesteld als het nieuwe Hoofd Fiscaal Juridische Zaken bij Pensioendesk. Van Kooten heeft ruime ervaring op het gebied van pensioenen en financiële planning. Hij heeft bij diverse bureaus gewerkt als adviseur en fiscalist en laatstelijk bij Elsevier Baard.
Arend-Jan Koorn commercieel manager bij Arenda Arend-Jan Koorn - is als commercieel manager in dienst getreden bij de financieringsmaatschappij Arenda. Koorn zal zich in deze functie voornamelijk bezighouden met het uitbouwen van de divisies Assurantie Tussenpersonen en Professionele Kredietbemiddelaars. Koorn was hiervoor werkzaam als accountmanager bij Allianz verzekeringen.
Toplis Hettema benoemt nieuwe medewerkers Frido Leendertse - is in dienst getreden bij Toplis Hettema, een onderdeel van de Bartok Groep. Leendertse zal zich gaan bezighouden met het regelen van Bedrijfs- en Beroepsaansprakelijkheidsschaden. Leendertse is werkzaam geweest bij Crawford & Company. Rudolf van der Werff is eveneens in dienst getreden bij Toplis Hettema en zal zich, net als Leendertse gaan richten op het regelen van schaden en het verder uitbouwen van de co-assurantie & internationale portefeuille van Toplis Hettema.
Marco Simmers verruilt Interpolis voor Achmea Marco Simmers - vertrekt bij Interpolis als woordvoerder. Simmers is benoemd tot woordvoerder/senior communicatieadviseur bij de moedermaatschappij Achmea.
Directiewisseling bij Xtensive Franchising
Johan Baars
Vincent Laan
Johan Baars - verlaat na ruim 10 jaar Xtensive Franchising om aan een nieuwe uitdaging te beginnen. Baars wordt opgevolgd door Vincent Laan -. Laan was hiervoor werkzaam bij SNS Bank als manager intermediair. De directie van Xtensive Franchising bestaat daardoor nu uit: Lars Spaan -, Willem van der Ploeg - en Vincent Laan -.
Talent & Pro benoemt nieuwe Manager Sales Imre Kienjet - is als de nieuwe Manager Sales bij Talent & Pro aan de slag gegaan. Kienjet zal voornamelijk de algemene leiding van het salesteam voor zijn rekening nemen. Kienjet was eerder al werkzaam als accountmanager bij Talent & Pro.
Nieuwe consultants bij YER Auke Walsma - is aangesteld als consultant bij YER Finance, Banking & Insurance. Walsma was hiervoor werkzaam bij Delta Lloyd Groep als Consolidation & Reporting Specialist. Jacob Schut -, eveneens benoemd als consultant bij Finance, Banking & Insurance, is afkomstig van DAS Rechtsbijstand waar hij Regiomanager Sales was. Beide consultants gaan zich op de verzekeringsbranche richten.
nummer 16 - 31 augustus 2006
21
VB_1606_P22 30-08-2006 08:48 Pagina 22
MV&D!
Minder stress door goed
MV&D!
advies
Marketing, Verkoop & Distributie!
Hebt u eigenlijk wel tijd om deze column te lezen? Dit is namelijk slechts één van de ca. drieduizend communicatie-uitingen die dagelijks op u afkomen. Gelukkig neemt u het grootste gedeelte van deze uitingen niet bewust waar, uw hersenen zouden het niet kunnen verwerken. Uiteraard onderschat ik uw intellect niet, maar als u dit probeert waarschuw ik u vast voor lichamelijke klachten als slapeloosheid, spierpijn en verhoogde bloeddruk. Daar bovenop komen dan psychische klachten als machteloosheid, gejaagdheid en misschien zelfs depressiviteit. Dit zijn de symptomen van een verschijnsel waar we allemaal wel eens mee te maken krijgen, namelijk stress. Wat stress met marketing, verzekeringen en uiteindelijk met uw advies te maken heeft leg ik graag uit in dit artikel.
door Ludo Voorn Afdelingshoofd Marketingcommunicatie REAAL Verzekeringen
- Onbewuste meerwaarde - Concurrentie uit onverwachte hoek - Wat wilt u uitstralen? - Inzicht in aankoopproces - Succes door bewuste stressreductie
22
Iedereen heeft wel eens last van stress. U niet? Ook geen vakantiestress? De media staan de laatste maand vol met deze term, voordat je op je vakantiebestemming bent moet je alles op kantoor regelen, de auto inpakken, de route plannen of uren in de rij staan op Schiphol met nog 165.000 andere reizigers. O, u bent al terug ? Wat doet u dan met uw schoolgaande kinderen? Die hebben nog drie weken vakantie en u waarschijnlijk niet. Dus gaan ze naar opa & oma, dagopvang etc. etc. Door al dit geregel verspilt u kostbare tijd waarin u eigenlijk die drieduizend communicatie-uitingen tot u had willen nemen. Volgens Ad Vingerhoets, hoogleraar gezondheidspsychologie, krijgt meer dan 3% van de Nederlandse bevolking te maken met vakantiestress. In de vakantie overlijden volgens hem iets meer mensen, maar de exacte hoeveelheid en oorzaak zijn niet bekend. Het aantal sterfgevallen tijdens vakantie stijgt licht doordat er meer mensen een hartaanval krijgen. Een schrale troost is dat deze mensen vroeg of laat toch een hartaanval zouden hebben gekregen, de vakantie vervroegt slechts dit moment. Mannen van middelbare leeftijd die met een caravan op vakantie zijn, moeten goed uitkijken, zij hebben meer kans op een hartinfarct. Maar ook de hoger opgeleide medewerkers in het MKB hebben last van vakantiestress, doordat van hen verwacht wordt dat zij tijdens de vakantie bereikbaar zijn. Dit blijkt uit de zogenaamde ICT Monitor. Bij één vijfde leidt dit tot stress, maar 27% krijgt juist stress als ze niet bereikbaar zijn! De meeste mensen (ruim 60%) willen een vakantie waarin ze niet gestoord worden, maar toch controleert 70% twee keer per week zijn/haar e-mail. Het bewijst weer eens dat woorden en daden soms ver uit elkaar liggen.
Stress en de relatie tot verzekeringen Stress en verzekeringen hebben op het eerste oog niet veel met elkaar te maken. Toch is het verband redelijk voor de hand liggend. Veel mensen krijgen het namelijk benauwd als ze ongewild risico’s lopen, die ze niet of slechts gedeeltelijk kunnen beïnvloeden. Zeker als de gevolgen zo groot zijn dat deze niet individueel gedragen kunnen worden. Verzekeraars berekenen sinds jaar en dag het risico dat u loopt. En in ruil voor de premies van verzekeringnemers dragen zij de gevolgen als het een keer misgaat. Dit is in essentie de rol van een
VB_1606_P23 30-08-2006 09:17 Pagina 23
MV&D!
verzekeraar en als u deze gedachtegang doortrekt voorkomen verzekeringen net als medicijnen de symptomen van stress. Als u er zo naar kijkt is het dus helemaal niet zo raar dat drogisterijen ook verzekeringen aanbieden. Als de concurrent een ander soort product aanbiedt, maar zich wel richt op dezelfde generieke behoefte van uw doelgroep, noemt men dit in de marketingliteratuur indirecte concurrentie. Laat u niet misleiden door de term indirect, het is wel degelijk concurrentie. Iedereen kent het verhaal over de bierfabrikanten die zo met elkaar bezig waren dat ze ongemerkt marktaandeel verloren aan Martinibreezer en roséwijn.
Keuzestress Afgelopen voorjaar verdiepten miljoenen Nederlanders zich in de nieuwe zorgverzekering. Termen als eigen risico, no-claim, naturaen/of restitutiepolis werden massaal op internet opgezocht. Toch werd de overvloedige informatie de meeste mensen te veel, 90% van de verzekerden kon niet kiezen en bleef zitten waar ze al zaten. Volgens deskundigen is de keuzestress de afgelopen jaren flink toegenomen, niet in de laatste plaats door het groeiende aantal aanbieders en productvarianten. Ook bij producten die vroeger slechts door één partij werden aangeboden heb je ineens keuze. Zet ik mijn stroomtarief voor twee jaar vast of houd ik vast aan mijn ‘oude’ contract? Als de prijs dan weer eens stijgt, krijg ik toch het gevoel dat ik eerder had moeten handelen en nu een voordeeltje misloop. In het laatste boek van Susanne Piët stelt ze dat moderne consumenten zich moeten trainen in productvergelijkingen, willen ze niet gek worden van alle keuzemogelijkheden. Voor de jongere generatie geldt dit minder, zij scannen heel snel of iets voor hen is of niet. Vaak gebeurt een snelle vergelijking niet op prijs of kwaliteit maar op gevoel. Staat u wel eens stil bij de vraag welk gevoel u als intermediair wilt uitstralen? Vertrouwen en/of deskundigheid? Is blauw dan de kleur van uw interieur? Of gaat u voor rood/oranje en wilt u warmte/betrokkenheid uitstralen? Ook in verfkleuren is keus genoeg.
Gedurende de laatste fase, de zogenaamde aftersalesfase, is de consument erg gevoelig voor informatie die zijn keuze bevestigt. Informatie die de keuze niet onderschrijft wordt gebagatelliseerd en zelfs vermeden. De negatieve informatie blijft echter wel hangen en dit leidt soms weer tot, u raadt het al, stress.
Stressreductie – één van uw onbewuste talenten? Veel adviseurs beperken nu vaak onbewust in de vergelijkings- & adviesfase de spanning die een consument ervaart. U bent echter de spreekwoordelijke rots in de branding door het totale aanbod overzichtelijk te maken en hem/haar te helpen met de uiteindelijke keuze. U verlost uw klant ongemerkt van een stuk keuzestress. Als u bewust omgaat met dit gegeven en ook in de andere fasen van het aankoopproces stuurt op stressreductie zult u niet alleen succesvoller opereren, maar zitten uw klanten er ook een stuk relaxter bij. Nu is het wachten op de eerste intermediair die de indirecte concurrentie aangaat met een relaxtherapeut. Vragen of reacties?:
[email protected] P.S. U gaat nog op vakantie en u wilt de vakantiestress te lijf door een goed boek te lezen? Aanrader: The paradox of choice – Barry Schwartz of De Emocode – Susanne Piët
:DWYRRULQQRYDWLHVYHUZDFKW XDOVLQWHUPHGLDLUYDQHHQ WD[DWLHEXUHDXRSKHWJHELHGYDQ FRXUWDJHHQSURYLVLH"
Stress tijdens het aankoopproces Binnen elke fase van het aankoopproces (zie onder) ervaart een consument een ander soort spanning. Oriëntatiefase → Vergelijkings-& adviesfase → Transactiefase → Aftersalesfase Voor de oriëntatiefase ervaart een consument een bepaalde behoefte of wordt hierop geattendeerd. Tijdens de oriëntatiefase gaat de consument op zoek naar oplossingen en leveranciers die deze behoefte kunnen invullen. Hij of zij is relatief onwetend en heeft angst dat hij of zij informatie mist. Meer dan 84% raadpleegt internet in deze fase.
,QWHJHQVWHOOLQJWRWDQGHUHWD[DWLH EXUHDXVKDQWHUHQZLMHHQSURYLVLH V\VWHHPZDDUELMXZ¹OSURYLVLH NULMJWRYHUGHODJHUHFRXUWDJHV
'HEHVWHUHODWLHYRRUKHWLQWHUPHGLDLU
De oriëntatiefase gaat over in de vergelijkings- & adviesfase en hierin ervaart de gemiddelde consument de inmiddels bekende keuzestress. In deze fase spelen ervaringen van familie en vrienden een rol en worden bijvoorbeeld vergelijkingssites en de site van de consumentenbond bezocht. Natuurlijk laat men zich in deze fase graag bijstaan door een adviseur. In de transactiefase vraagt men zich af of het juiste product is gekozen en als het een financieel grote aankoop betreft zorgt dit voor nog meer spanning. De meeste mensen willen in deze fase graag geholpen worden door een mens van vlees en bloed.
7DO YDQ WXVVHQSHUVRQHQ EHVFKRXZHQ SXQW LQPLGGHOVDOVKXQCEHVWHUHODWLHYRRUHHQWD[DWLH 9DQZHJH RQV IOH[LEHOH SURYLVLH HQ FRXUWDJH V\VWHHP 0DDU RRN YDQZHJH GH FRQVWDQWH XLW EUHLGLQJYDQRQVGLHQVWHQSDNNHW=REHJRQQHQ ZHYRULJMDDUPHWDDQHQYHUNRRSEHPLGGHOLQJ (QLQGHORRSYDQGLWMDDUODQFHUHQZHZHHUHHQ DDQWDOQLHXZHGLHQVWHQ]RDOVERGHPRQGHU]RHN GHERXZNXQGLJHELMODJHHQHHQQRWDULVQHWZHUN,QIRUPHHUELM XZDFFRXQWPDQDJHUQDDUXZSURYLVLHPRJHOLMNKHGHQYRRU
3817'(%(67(5(/$7,(9225((17$;$7,( 0 ((5 : (7 (1 " : : : 38 1 7 1 /
nummer 16 - 31 augustus 2006
23
VB_1606_pAdvert 29-08-2006 16:21 Pagina 24
Sinds
1872
Conservatrix
l e v e n s v e r z e k e r i n g e n
Uitvaar t k o s tenverzeke ring Met een uitvaartkostenverzekering kunt u, als assurantieadviseur, de kosten voor de toekomstige uitvaart van uw cliënt afdoende verzekeren. De uitvaartkostenverzekering van Conservatrix gaat verder. Die kent een aantal aantrekkelijke bijzonderheden. Zo kan de verzekerde die in een terminale levensfase is gekomen een voorschot op het verzekerde kapitaal verkrijgen. En kunnen kinderen gratis worden meeverzekerd. Er bestaat zelfs een regeling voor de vergoeding van de kosten van bewaking van de woning van de verzekerde tijdens diens uitvaart. Voor de brochures van de uitvaartkostenverzekering van Conservatrix kunt u terecht op www.conservatrix.nl. Even bellen met de afdeling Marketing & Verkoop kan ook (035) 548 08 72. In de consumentgerichte brochure zit trouwens een meter waarmee de kosten voor een uitvaart eenvoudig kunnen worden berekend.
Beter geregeld dan je van plan was.
VB_1606_P25 30-08-2006 08:48 Pagina 25
producten
Nieuwe ziekengeldverzekering van Nationale-Nederlanden Vier uur: tijd voor Instant Verkoop Ziekengeld! Voor de introductie van haar nieuwe ziekengeldverzekering, specifiek bedoeld voor de MKB-ondernemer, heeft Nationale-Nederlanden de inspiratie gezocht bij de soepfabrikanten. Lekker makkelijk, klaar terwijl u klikt, instant ziekengeld, zijn kreten die passen in de Cup-aSoup formule. Een formule die volgens Nationale-Nederlanden zeker ook geldt voor haar - medio augustus gelanceerde - nieuwe ziekengeldverzekering ‘volgens een sterk verbeterd recept’. Het recept is het afdekken van de financiële risico’s van zieke werknemers. Volgens directeur drs. D.E. Knibbe is deze verzekering ‘heel veel soeps’. Om dit product onder de aandacht te brengen lijken kosten nog moeite gespaard. De ziekengeldverzekering wordt gepresenteerd in een soepzak, compleet met roerstaafje en soepmok. De (hoe kan het ook anders) oranje mok voert de uitdagende kreet Instant Verkoop Kracht
staan. Blijkbaar heeft men zich sterk verdiept in het succes van de instant-soep formule en deze vervolgens toegepast op een verzekering. Allereerst werd er een wit roerstaafje ter redactie bezorgd. De intrigerende tekst daarbij was: ‘Binnenkort gaan we het u lekker makkelijk maken’. Vervolgens werd er een paar dagen later een soepzak bezorgd. Een buitenproportionele versie van een zakje met instant-soep. In die zak troffen we de informatie over de ziekengeldverzekering aan. Daarnaast bevatte de zak een grote oranje soepmok met het opschrift ‘Instant Verkoop Kracht’ en – uiteraard – een zakje soep. Het begeleidende schrijven van directeur drs. D.E. Knibbe was helemaal in soepstijl. Een paar opvallende voorbeelden uit de brief: ‘Instant Verkoop Ziekengeld, klaar terwijl u wacht’ ‘Nieuwe formule, u voegt de klanten en expertise toe, even ‘roeren’ ... en klaar!’ ‘De verzekering is in vele smaken verkrijgbaar’ en tot slot ‘De verzekering staat binnen een paar minuten op tafel, via Mijn.NN.nl’
De zich op de MKB-ondernemer richtende verzekering heeft een modulaire opbouw met de mogelijkheid van een uitgebreid aanbod aan Arbo- en reïntegratiedienstverlening. De service van het reïntegratiebedrijf Keerpunt wordt zelf gratis aangeboden, terwijl de premie volgens NN desondanks zeer concurrerend is. De aanvraag en verwerking van de verzekering loopt volledig via Mijn.NN.nl. Dit extranet van Nationale-Nederlanden zorgt voor de mogelijkheid direct een premie, offerte of polis af te geven. NN pretendeert dat deze aanpak voor een vorm van ketenintegratie en straight through processing zorgt, die het verwerkingsproces zowel snel, efficiënt als foutloos doet verlopen. Omdat hierdoor het intermediair tijd kan besparen en zo een optimalere dienstverlening aan de klant kan bieden is het mogelijk deze ziekengeldverzekering tegen een scherpe premie neer te zetten, aldus Nationale-Nederlanden.
Financiële risico van ziekte af te dekken Omdat een werkgever wettelijk verplicht is zeventig procent van het loon van een zieke werknemer door te betalen zijn onderwerpen als ziekte, arbeidsongeschiktheid en zorg erg belangrijk geworden voor werkgevers. Nationale-Nederlanden denkt met deze nieuwe ziektegeldverzekering daar adequaat op in te springen door werkgevers de kans te bieden dit financiële risico af te dekken. Naar wens kunnen MKB-ers ervoor kiezen de verzekering te combineren met verschillende Arbopakketten van ArboDuo, ArboNed en Maetis. Ook is het mogelijk om als alternatief voor Arbo-dienstverlening te kiezen voor verzuimpakketten van Hudson. De pakketten gaan samen met kosteloze extra dekkingen voor verhaalsrechtbijstand en een uitkering ter compensatie voor reïntegratiekosten. Daarnaast bestaat de mogelijkheid voor de ziekengeldrelaties van NN om gratis gebruik te maken van het reïntegratiebedrijf Keerpunt voor hulp bij reïntegratievraagstukken. Volgens NN is uit onderzoek gebleken dat arbeidsongeschikte werknemers gemiddeld veertig procent sneller reïntegreren als gebruik wordt gemaakt van de met Nationale-Nederlanden samenwerkende reïntegratiebedrijven. In geld uitgedrukt zou het gaan om gemiddeld vijfduizend euro per werknemer die langer dan vier weken ziek is.
Opmerkelijke presentatie De manier waarop Nationale-Nederlanden deze verzekering presenteert is een opmerkelijke. Zo opmerkelijk dat we er even bij stil willen
OOM biedt verzekeringen aan sportclubs OOM Verzekeringen grijpt het nieuwe sportseizoen aan om clubs en verenigingen via mailing van een ‘newscard’ te wijzen op zijn verzekeringen tegen brand, storm, inbraak en vandalisme. Verenigingsgebouwen en sportkantines liggen vaak op afgelegen terreinen. Dat is ideaal voor het sporten, maar ook aanlokkelijk voor inbrekers. Die kunnen daar ongestoord hun werk doen, waardoor de schade flink kan oplopen. Daartegen biedt OOM verzekeringen aan met dekking die geldt voor zowel opstallen als voor de inventaris en goederen. Vaak zijn inventaris en goederen op sportterreinen in een container opgeslagen, waarbij niet wordt beseft dat de container met inhoud niet standaard is meeverzekerd bij de opstallen en inventaris/goederen. OOM heeft daar een mogelijkheid voor. Soms lopen de emoties na een wedstrijd zo hoog op dat een vechtpartij ontstaat waardoor schade wordt veroorzaakt aan de eigendommen van de vereniging. Daartegen biedt OOM een vandalismeverzekering, die opzettelijke vernielingen dekt.
nummer 16 - 31 augustus 2006
25
VB_1606_P26 30-08-2006 08:49 Pagina 26
preventie
Rockwoolseminar over brandveiligheid
Rol van brandverzekeraars bij preventie beperkt Het seminar dat Rockwool Brandveilige Isolatie onlangs organiseerde over brandveiligheid, theorie en praktijk, leverde de Brandwondenstichting een financiële bijdrage op van 150 euro. Voor dit seminar bij RISC (Rotterdam International Safety Center) bleek een zeer grote belangstelling te bestaan. Daardoor moesten tientallen belangstellenden worden teleurgesteld omdat maximaal plaats was voor 130 deelnemers. Na de inleiding van de heer G. van den Berg van TNO Centrum voor Brandveiligheid over de nieuwe Europese regelgeving op het gebied van brandproeven, ging de heer H.H. van Zeeland van het Bouw Adviescentrum in op de huidige praktijk van de brandveiligheidsregelgeving. De heer J. Gros van Allianz Global Risks Nederland benaderde deze materie vanuit het oogpunt van de brandverzekeraar. Daarbij benadrukte hij dat bij verzekeraars centraal staat: het inschatten van de verwachte omvang van een (brand)schade onder normale én onder de meest extreme omstandigheden, alsmede de kans dat die schade zich voordoet. Dit brengt een geheel andere benadering met zich mee dan door de eerdere sprekers naar voren gebracht. Bij hen staan in feite de persoonlijke veiligheidsrisico’s bij brand centraal.
Concurrentie in brandverzekeringen Uit de inleiding van Gros kan worden geconcludeerd dat hij, evenals de vorige sprekers, preventie noodzakelijk vindt om de kans van het ontstaan van brand te beperken, en ter beperking van de omvang van de schade bij een eenmaal ontstane brand. Menselijk (on)juist handelen speelt daarbij een cruciale rol, naast uiteraard ook brandpreventieve voorzieningen en maatregelen. De rol die brandverzekeraars daarbij spelen, is beperkt. De verzekeringsmarkt wordt gekenmerkt door een cyclisch karakter. Na enige jaren waarbij verzekeraars veel aandacht hebben besteed aan schadepreventie en waarbij de brandverzekeringspremies flink zijn gestegen, is een tendens merkbaar dat de concurrentie onder verzekeraars toeneemt. Dat komt niet alleen tot uiting in lagere premies maar ook dat sommige verzekeraars geneigd zijn brandverzekeringen te accepteren zonder brandpreventieve voorzieningen die andere verzekeraars noodzakelijk achten. Benadrukt wordt door Gros dat verzekeraars in een open markt opereren waarin geen premieafspraken mogen worden gemaakt in relatie met de zwaarte van de geaccepteerde brandrisico’s. Als speciale aandachtspunten gaf Gros aan dat voor een aantal verzekeraars (zoals Allianz) preventie belangrijk blijft, maar dat ontwikkelingen in de verzekeringsmarkt tot minder homogeniteit leiden ten aanzien van preventie. Verder is een tendens merkbaar dat het omgaan met (brand)veiligheid een steeds internationaler karakter krijgt. Gepleit wordt in dat verband voor het belang om het onderwerp brandveiligheid meer integraal te benaderen met de juiste waardering voor samengestelde eigenschappen van constructies; de interactie met technieken en de rol van het menselijke handelen. En dat op basis van grootschalige wetenschappelijke testen en onderzoeken.
26
ing. Cees de Raadt die het Rockwool-brandseminar leidde (links) en ing. Jörgen Gros.
Quiz Als laatste spreker had de heer H. Stolker van Stolker Fire Safety Consultants een ludieke aanpak gekozen voor het thema ‘Brandveiligheid in de praktijk en ervaringen ermee’. Dat sloot goed aan bij de toestand waarin de deelnemers van het seminar verkeerden na de lawine van informatie die eerder over hen heen was gestort. In een ‘quiz’-aanpak legde de heer Stolker, tussen zijn inleiding door, een aantal vragen met vier keuzemogelijkheden voor aan de deelnemers. Per ‘goed beantwoorde vraag’, bleek de heer C. de Raadt van Rockwool die het seminar leidde, bereid te zijn om 10 euro te doneren aan de Brandwondenstichting. Zoals: wie de brandveiligheid bepaalt (niet de brandweer, de verzekeraar, of het Bouwbesluit, maar de eigenaar). Het merendeel van de deelnemers kwam tot de conclusie dat 35 % van de branden door bewust menselijk handelen wordt aangestoken en niet 10, 20, of 25 %. Ook de vraag welke moeilijk brandbare producten onder de classering EN 13501-1 vallen, werd goed beantwoord: B.s1.d0. Men had goed geluisterd die morgen! Bij elkaar werden op die wijze 15 juiste antwoorden gegeven. Tijdens het middagprogramma konden de deelnemers kennisnemen van de wijze waarop met name brandbare isolatiematerialen en sandwichconstructies worden getest volgens de daarvoor geldende regels, zoals: de kleine vlamtest volgens NEN-EN-ISO 11925-2, de SBI-test volgens NEN-EN 13823 en de ‘Roomcornertest’ volgens ISO 9705. Zeker de laatste twee leverden een spectaculair vlammenspel op met soms een explosief karakter, gepaard gaand met enorme hoeveelheden rook. De waarschuwing in de uitnodiging om de kleding aan te passen aan de rookgeur tijdens de brandproeven was volledig op zijn plaats.
Ing. Albert J. Boes rr
VB_1606_P27 30-08-2006 08:49 Pagina 27
verzekerend buitenland
VERENIGD KONINKRIJK Externe opslag inboedelgegevens Een opmerkelijk initiatief kan onderverzekering van inboedels of te lage uitkering bij schade voorkomen. Dat claimt althans ThecontentsSafe, een pas opgericht bedrijf. Het biedt een pakket dat klanten in staat stelt om alles wat zij bezitten in een database op te nemen. De software is zo ingericht dat het erg gemakkelijk is om nieuw verworven bezittingen toe te voegen, desverlangd met foto’s en aankoopnota’s. Ook kan informatie over erfgenamen of begunstigden worden toegevoegd. De database wordt opgeslagen op een veilige offline server. Doet zich een evenement voor, dan krijgt de klant binnen 48 uur een volledige documentatie van zijn bezittingen. ThecontentsSafe denkt in een grote behoefte te voorzien. Het aantal diefstallen is erg groot en jaarlijks zijn er in het Verenigd Koninkrijk zo’n 63.000 branden waarbij een huis met complete inhoud verloren gaat. (Post Magazine) Lagere kosten door riskmanagement Onderzoek door Marsh toont aan dat Britse ziekenhuizen jaarlijks miljoenen Britse ponden kunnen besparen als zij riskmanagementtechnieken zouden toepassen. Volgens Marsh zorgen riskmanagementoplossingen niet alleen voor verbetering van de veiligheid van patiënten, maar ook voor de financiën van ziekenhuizen zijn zij van groot belang. In elk geval zullen de verzekeringskosten daardoor dalen. (Post Magazine) Schadelijke gevolgen klimaatverandering Wetenschappers van de universiteit van Bristol beweren dat de opwarming van de aarde en de daardoor hoger wordende temperaturen de komende tweehonderd jaar een verhoogd risico opleveren voor bosbranden, droogte en overstromingen. Zelfs als de uitstoot van gassen wordt gestaakt lopen de wouden in Eurazië, Oost-China, Canada, Centraal-Amerika en het Amazonegebied een groot risico. Bij een stijging van de temperatuur met 2 graden is de kans dat zij verloren gaan 30 procent en dit loopt op naar een kans van 60 procent als het meer dan 3 graden warmer wordt. Tegelijkertijd wordt het risico van bosbranden in andere gebieden veel groter. WestAfrika, Centraal-Amerika, Zuid-Europa en het oosten van de Verenigde Staten krijgen een watertekort en de droogte zal er intenser worden. Op andere plaatsen zal, o.m. als gevolg van de ontbossing, het risico van overstromingen fors toenemen. (Insurance Journal)
DUITSLAND Winstverdubbeling door schrappen banen Rechtsbijstandverzekeraar Arag heeft in zijn thuisland te kampen met een krimpend marktaandeel. Bovendien wordt de grootste nog in familiebezit zijnde verzekeringsgroep geplaagd door de steeds hoger wordende tarieven die advocaten in rekening brengen. Om kosten te besparen verdwijnen er volgend jaar 300 banen, waarvan 150 op het hoofdkantoor in Düsseldorf. Deze ontslagronde staat niet op zichzelf: de voorbije jaren verdwenen al 840 banen. Dat deze rigoureuze maatregelen effectief waren, bewijzen de bedrijfsuitkomsten: vorig jaar wist Arag het resultaat voor belastingen te verdubbelen. Voor dit jaar wordt op een vergelijkbaar resultaat gerekend. (Handelsblatt)
van een polis via het internet mogelijk moeten maken. (Versicherungswirtschaft) Verzekeren via de boekenclub In Duitsland heeft AXA een overeenkomst gesloten met uitgeverij Bertelsmann. De 3,3 miljoen leden van Club Bertelsmann kunnen een uitgebreide inboedelverzekering sluiten met 15 procent korting. Het gaat hier overigens niet om een nieuwe verkoopstrategie. Eerder probeerde deze Duitse dochter van de Franse assugigant al verzekeringen te slijten in de winkels van koffieketen Tchibo. (L’Argus de l’Assurance)
OOSTENRIJK
Verzekeraars verwachten groei Voor de Duitse verzekeringsindustrie is het einde van het kostenbesparingstijdperk in zicht. Dat is de uitkomst van een door Steria Mummert Consulting gehouden onderzoek. Het potentieel voor kostenbesparingen lijkt te zijn uitgeput. Dat bij grote verzekeringsgroepen als Allianz, Talanx, Ergo en AMB Generali in totaal nog tienduizend banen verdwijnen is daarmee niet in tegenspraak. Dit betreft de afwikkeling van eerder genomen besluiten. Alle ogen zijn nu gericht op groei. Met name levensverzekeraars zijn optimistisch. In het eerste halfjaar wisten zij 882.000 zogenaamde Riester-polissen te slijten – dat is 256 procent meer dan vorig jaar. Voor levensverzekeraars speelt distributie via banken een steeds belangrijker rol. Schadeverzekeraars, daarentegen, gaan zich richten op direct writing en verkoop via het internet. (Handelsblatt)
Digitale risicolandkaart Sinds 1 juni kunnen Oostenrijkers op het internet zien of zij blootstaan aan overstromings- of aardbevingsgevaar. Op www.hochwasserrisiko.at kunnen zij inzoomen op een digitale kaart en zo vaststellen of hun huis of land risico loopt. Dat dit kan is te danken aan een samenwerking tussen de overheid en het Oostenrijkse Verbond van Verzekeraars in het HORA-project. De digitale landkaart bevat 25.000 kilometer aan rivier- en andere wateren in bewoonde gebieden. Voor iedere plek kan worden vastgesteld of zich eens per tweehonderd jaar, eens per honderd jaar of eens per dertig jaar een overstroming kan voordoen. En voor 29 regio’s is het aardbevingsrisico vastgelegd. Doordat de risico’s nu berekend kunnen worden, zijn zij ook verzekerbaar. Daarvoor wordt nu een systeem ontwikkeld. In Zwitserland bestaat zo’n systeem al heel wat jaren. Daar wordt voor de dekking van schade door natuurgeweld aan gebouwen een premieopslag in rekening gebracht van 0,45 promille. (Die Versicherungsrundschau)
Nieuw: Bericht uit Amsterdam De Nederlander Roel Veldwijk (60) gaat voor het gerenommeerde Duitse vaktijdschrift Versicherungswirtschaft onder de titel “Bericht aus Amsterdam” een nieuwe rubriek verzorgen. Een eervolle taak voor Veldwijk, die als verzekeringsjournalist zijn sporen heeft verdiend. Aanvankelijk als adjunct-hoofdredacteur van Het Verzekeringsblad en later als hoofdredacteur van VVP heeft hij de Nederlandse verzekeringswereld als geen ander leren kennen. Sinds 1998 is hij actief als zelfstandig gevestigd verzekeringsjournalist. Veldwijk is van 1994 tot 2004 vice-president respectievelijk president geweest van de internationale vereniging van de verzekeringspers. In zijn eerste artikel gaat hij o.m. in op de recente voorstellen die het aanvragen én afgeven
Oost-Europa in trek bij verzekeraars De Italiaanse assugigant Generali is de laatste tijd erg actief in oost-Europa. Onlangs wist hij 51 procent van de aandelen in de Bulgaarse verzekeraar Orel-G te verwerven. Daarvóór sloeg hij zijn slag in Oekraïne, Kroatië en Servië. Generali is naast o.m. Allianz, AXA en Eureko in de slag voor het overnemen van DDOR Novi Sad, die met een premie-inkomen van 96,1 miljoen euro de op één na grootste verzekeraar van Servië is. Waar Generali altijd het standpunt huldigde in Oost-Europa niet door overnames maar door het starten van een eigen bedrijf voeten aan de grond te krijgen, is dat nu anders. De aansturing van de Generali-bedrijven in Oost-Europa gebeurd vanuit Wenen. (Versicherungswirtschaft)
EUROPA
nummer 16 - 31 augustus 2006
27
VB_1606_P28 30-08-2006 08:49 Pagina 28
dat is ook waar
Wordt de derde maandag in september nu een pakjesavond of niet?
Straks zijn er geen klanten meer, alleen profielen.
Het is net als met aandelen, in de premie van de reisverzekering is de fraude al verwerkt.
nieuws
Volmacht Monuta voor H. van der Poel
ELQ helpt
Verzekeringen
tussenpersonen bij
Monuta heeft een volmacht verleend aan H. van der Poel Verzekeringen uit Zoeterwoude. Dit van oorsprong familiebedrijf is vorig jaar overgenomen door de huidige directeur Zwartkruis en is voor 30% in handen van Delta Lloyd. H. van der Poel Verzekeringen bestaat al bijna een eeuw en levert maatwerk op het gebied van verzekeringen en andere financiële diensten. Met dertig medewerkers, zo’n zevenduizend particuliere en duizend zakelijke relaties in de regio Randstad heeft het kantoor volmachten van Aegon, Allianz, AXA, Delta Lloyd, Nationale-Nederlanden, Fortis ASR, Europeesche en DAS. Door de volmacht van Monuta is uitvaart aan het Van der Poel Privé Pakket Toegevoegd.
advertenties
Je ziet het dieet al aankomen na de vette jaren van schadeverzekeraars.
Het wordt allemaal minder in Nederland. Straks hebben we ook al geen staatsschuld meer.
Zo’n elektronische handtekening blijft een kruis.
Moeten die Zeeuwen in Borssele maar gaan verhuizen als ze straks de premie voor het atoomrisico niet kunnen betalen?
Voor assurantieportefeuilles al op marktplaats.nl gekeken?
Op de maatschappelijke ladder is al lang geen sprake meer van terugvalbescherming.
Het is tegenwoordig maar een kleine stap van vakantie naar Zorg.
dat is waar ook 28
V.l.n.r.: de heer Baake en mevr. van Bergeijk-Gruys van Monuta en mevr. de Jonge-Weijers en de heer Zwartkruis van H. Van der Poel Verzekeringen.
Generali weer terug op de radio De komende vier weken zal Generali weer regelmatig op de radio te horen zijn met radiocommercials. In het begin van het jaar werden vier commercials uitgezonden met de slogan ‘Wij beloven niet. Wij verzekeren’. Daarmee werd het assortiment pensioen- en inkomensverzekeringen van Generali ondersteund. De verzekeraar kreeg bij die gelegenheid veel positieve reacties van het met haar samenwerkende intermediair. Deze goede ervaringen brachten Generali ertoe om de radio weer te gebruiken om haar positionering als inkomens- en pensioenverzekeraar onder de aandacht te brengen. De radiocommercials kunnen ook via www.generali.nl beluisterd worden.
Reclamecampagne Bank of Scotland Bank of Scotland start eind augustus een reclameoffensief waarbij verschillende media worden ingezet om de consument ervan te overtuigen dat eenvoudige ‘fair value’ hypotheken wel degelijk bestaan. Gedurende zes weken worden meer dan 1200 billboard ingezet, 350 radiocommercials uitgezonden, direct mails gestuurd naar ruim een miljoen Nederlanders en megaboards langs de snelwegen geplaatst. Tegelijkertijd wordt de website www.bosintermediair.nl gelanceerd, waarop het intermediair informatie vindt om zaken te kunnen doen met Bank of Scotland. Ook kan daar de volledige reclamecampagne bekeken worden.
ELQ Hypotheken heeft een op tussenpersonen gerichte mailingcampagne gelanceerd. Met het thema ‘sleutel naar succesvolle verkoop’ is een map verzonden met professioneel opgemaakte verkoopadvertenties. Door een passend thema en formaat te kiezen kunnen tussenpersonen daarmee eenvoudig een advertentiecampagne op eigen bedrijfsnaam samenstellen.Om te testen of de advertenties werkelijk resultaat opleveren heeft een intermediaire relatie van ELQ deze zomer advertenties in het blad Metro geplaatst. Die leverden vrijwel direct leads, concrete afspraken en een stijging van het aantal websitebezoekers op. Bert van Daalen, Marketingmanager bij ELQ: “Bestellingen plaatsen voor de advertenties gaat heel eenvoudig. Men hoeft alleen maar in de mailing aan te kruisen welke advertentie men wil plaatsen, in zwart/wit of kleur, het bedrijfslogo op te sturen en het formulier te faxen. Wij regelen dan de opmaak. Op dezelfde manier willen we tussenpersonen binnenkort ook andere vormen van marketingondersteuning aanbieden.”
VB_1606_P29 30-08-2006 08:49 Pagina 29
nieuws
Accountmanagers REAAL lopen voor Simavi
Caravanschade Calculatie Model succesvol
Dertig accountmanagers en andere medewerkers van de verkooporganisatie van REAAL Verzekeringen hebben meegedaan aan de Midzomerloop in Bergen. De door REAAL opgezette loop over 5 of 10 kilometer was onderdeel van de Egmond Challenge, een serie van hardloopwedstrijden, die doorgaat tot en met de Halve Marathon van Egmond in januari 2007. Als voorbereiding hierop wordt er ook meegedaan aan de Dam tot Damloop tussen Amsterdam en Zaandam en de Zevenheuvelenloop in Nijmegen. Ongeveer 130 REAAL-medewerkers werken aan hun conditie. Een deel van de deelnemende accountmanagers wordt hiervoor gesponsord door REAAL-intermediairs. Het bedrag zal worden aangevuld met een bijdrage door REAAL. De volledige opbrengst gaat naar Simavi, een stichting die financiële steun geeft aan projecten in Azië en Afrika ter verbetering van de gezondheid van de allerarmsten.
Vorig jaar hebben de zes grootste caravanverzekeraars, Europeesche Verzekeringen, Achmea, Interpolis, London Verzekeringen, Unigarant en Univé samen met FOCWA, BOVAG en KCI een nieuw calculatiemodel voor caravanschades (CCM) geïntroduceerd. Met behulp van dit niet-bindende calculatiemodel wordt de hoogte van een caravanschade bepaald. De met het model gemaakte calculaties komen automatisch terecht in een historische schadedatabase die partijen kunnen raadplegen. Daarmee wordt het schadeverleden vastgelegd. De database wordt inhoudelijk beheerd door de Stichting CIS. Op dit moment werkt meer dan 75% van alle reparateurs met het Caravanschade Calculatie Model. Het calculatiemodel is voor alle partijen beschikbaar.
Sparck met relaties bij City Racing Rotterdam
REAAL-medewerkers tijdens de Midzomerloop in Bergen.
Prijswinnaars WK-actie N-N krijgen auto In het KNVB sportcentrum in Zeist hebben de twee winnaars van de WK-actie rond de autoverzekering van Nationale-Nederland hun prijs ontvangen. Aan Seth de Koning uit Groningen en Julio Dos Reis Minteiro uit Rotterdam werden de sleutels van een nieuwe Mini Cooper overhandigd door Frits van Bruggen, directeur Marketing en Sales en Adriaan Frijters, directeur Schade en Inkomensverzekeringen van Nationale-Nederlanden. Tijdens het WK ontvingen klanten bij het afsluiten van een autoverzekering een oranje minishirt en maakten door het afmaken van een slagzin kans op zo’n Mini Cooper. De verzekeringsadviseurs die de autoverzekeringen van de winnaars gesloten hebben, Daniel Nijhof van de Velten Groep uit Rijssen en Roger van de Groot van Maesstad uit Rotterdam, ontvingen een miniatuuruitgave van een Mini Cooper.
V.l.n.r.: Frits van Bruggen, Roger van de Groot, Seth de Koning, Adriaan Frijters, Julio Dos Reis Monteiro, Aat van Zijl en Daniel Nijhof.
Nieuwkomer Sparck Hypotheken was een van de sponsors van de Bavaria City Racing in Rotterdam op 20 augustus jl. Dat evenement kwam vooral in het nieuws door een drijfnatte minister-president Balkenende, vergezeld door een VIPS rijden rond in een stortbui even natte burgemeester Opstelten in een open Bentley uit een historisch jaar. Sparck-directeur Jeroen Looman verwelkomde in totaal 135 tussenpersonen in zijn stand. Zij konden er op informele wijze kennismaken met de gezichten achter Sparck en bijpraten met collega’s. Met de VIP-kaarten die Sparck ter beschikking stelde had men toegang tot het hele circuit, inclusief het VIP-dorp en de VIP-tribune op de Willemsbrug, het gedeeltre waar men het beste uitzicht had op de races en demonstraties. Ook had men toegang tot de paddock, waar alle bolides, teams en coureurs (waaronder Christijan Alberts, Jos Verstappen, Nico Rosberg en de gebroeders Coronel) zich voorbereidden op het stratencircuit van Rotterdam.
De stand van Sparck voor de races
nummer 16 - 31 augustus 2006
29
VB_1606_pAdvert 29-08-2006 16:36 Pagina 30
Heb je belangstelling voor één van onderstaande functies? Bel ons dan vandaag nog of mail je C.V. naar
[email protected]
Jurist Rechtsbijstand Preventie Adviseur Accountmanagers Pensioenen Relatiemanagers Leven/Inkomen Schadebehandelaars Private Bankers (FFP/MFP) Assurantie Adviseurs Bedrijven Specialisten Aansprakelijkheid Acceptanten Accountmanagers Schade Consultant W&S
Nova Dia zoekt: ● acceptanten / relatiebeheerders zakelijke schadeverzekeringen ● verzekeringsspecialisten met Rabobank-ervaring ● schadebehandelaars verkeer ● commercieel administratief medewerkers met kennis van ANVA, DIAS e/o CCS Mail je c.v. naar
[email protected]
ibs/Astrea Aalsterweg 3A 5615 CA Eindhoven tel.:(040) 215 52 80 Printerweg 45 3821 AP Amersfoort tel.:(033) 455 07 97
e-mail:
[email protected]
web: www.ibs-astrea.nl
ibs/Astrea is onderdeel van de Astrea groep
Havendijk 18, 4201 XA Gorinchem
1606_Nova.indd
Cassidy Davis Europe B.V. (CDE) is opgericht als Europese marketing en service unit van Cassidy Davis London, aanbieder van speciale ‘personal lines’ verzekeringen door middel van twee Lloyd’s syndicaten. Wij zijn per direct op zoek naar een
1
Telefoon 0183-681160
www.novadia.nl
04-08-2006
Alleen wij mogen ons adviseur noemen.
Manager Bedrijfsvoering Wij vragen: - HBO/WO denk- en werkniveau - Minimaal assurantie B-diploma - Gevorderde kennis van managementprincipes en bedrijfskunde - Tenminste vijf jaar ervaring in een vergelijkbare, leidinggevende functie bij een internationale organisatie De functie: Je bent verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken binnen CDE en bewaakt het budget. Daarnaast ben je als lid van het Management Team medeverantwoordelijk voor het definiëren van de doelstellingen en de strategie. Je rapporteert aan de Algemeen Directeur. Wij verwachten een pro-actieve houding ten aanzien van de bewaking van bedrijfsprocessen en signalering van verbeteringspunten. Daarnaast zijn uitstekende contactuele en communicatieve vaardigheden in zowel Engels als Nederlands een absolute must.
Een gouden tip. Wanneer u écht onafhankelijke verzekeringsadviseurs wilt bereiken doet u dat het beste via Het Verzekeringsblad. Per saldo het grootste onafhankelijke vakblad voor assurantietussenpersonen. Bel voor meer informatie over adverteren (0570) 64 89 12.
Wij bieden een prettige en informele werksfeer en alle ruimte om jezelf te ontplooien. Salaris, inclusief bonus en secundaire arbeidsvoorwaarden zijn marktconform. Geïnteresseerd? Stuur je motivatiebrief en CV naar: Cassidy Davis Europe B.V. t.a.v. mevrouw D. Faber Nachtwachtlaan 20 1058 EA Amsterdam e-mail:
[email protected]
Het Verzekeringsblad bereikt direct de intermediair
12:09:59
VB_1606_P31 30-08-2006 08:49 Pagina 31
satire
Keren indien mogelijk
Mijn dochter heeft met haar weekendwerkzaamheden in de kapsalon al een aardig kapitaal van mij weten los te knabbelen. Het spaarsaldo werd afgelopen zaterdag aangesproken voor de aanschaf van een blits uitgevoerde automobiel. Voor de verzekering stuurde ik haar naar Arend Advies, mijn assurantieadviseur die kantoor houdt hier aan de overkant van de Dorpsstraat. Blijkbaar dacht mijn dochter daar anders over, nog geen vijf minuten later was ze alweer terug in de zaak. Arend had volgens mijn dochter beter De Gier kunnen heten, hij vroeg namelijk geld voor de autoverzekering! Dat je voor een dergelijk product geld betaalt in de vorm van maandelijkse premie lijkt mij logisch. Enigszins verbaasd moest ik dan ook toegeven dat ik haar niet helemaal begreep. Een paginagrote advertentie in de krant van wakker Nederland bleek de uitleg te zijn van haar uitgebreide betoog. De HEMA, in de plaatselijke Dwarsstraat, palmt mijn dochter in met een gratis navigatiesysteem. Dat apparaatje interesseert haar blijkbaar meer dan de dekking- en servicevoorwaarden die aan de polis kleven. Ze had op internet namelijk al uitgerekend dat ze meer dan honderd euro toe kreeg van de worstmaker, simpel door het afsluiten van een autopolis. “Waar moet ik tekenen?” Je hoeft geen doorgewinterde ondernemer te zijn om te snappen dat bij een jaarpremie van een slordige 150 euro geen navigatiesysteem past die volgens de uitgebreide internetspeurtocht van dochterlief bij bol.com 299 euro kost, in de aanbieding welteverstaan.
“Waar maak jij je druk om, ik incasseer dat apparaatje en volgend jaar laat ik die Arend van jou de polis misschien wel overnemen,” raaskalt dochterlief verder. Ik beende naar de overkant en vroeg Arend om uitleg. Die kon tot mijn verbazing alleen maar begrip hebben voor het besluit van mijn dochter om voor de navigatieaanbieding te gaan. “Barbier,” zei hij, “ze komt er vanzelf achter dat ze beter mijn cadeau had kunnen kiezen, ook al kan ze die nu niet in waarde uitdrukken. Zoals wij ‘ouderen’ weten gaat het om de inhoud en niet om de verpakking.” “Maar Arend, geef jij ook al cadeaus weg?” En weer deed ik mijn relaas over de baten en kosten. “Barbier!” zo brak Arend in, “mijn cadeau bestaat uit een uitgebreid advies over een op het eerste gezicht eenvoudig ogend product als de autoverzekering. Van dit advies kan jouw dochter altijd gebruik blijven maken, dus ook als ze onverhoopt een schade heeft. Dan neem ik haar alle rompslomp uit handen. Dat noemen wij in ons vak de toegevoegde waarde, een ander noemt het een betaald cadeau. Maar Barbier, als ondernemer kan ik je vertellen dat de winstmarge bij ons echt niet veel meer is dan die van de HEMA hier om de hoek. Alleen heeft de klant bij ons langer plezier van zijn cadeau. Mijn advies aan jouw dochter: keren indien mogelijk!”
Barbier
nummer 16 - 31 augustus 2006
31
VB_1606_P32 30-08-2006 08:50 Pagina 32
VB-Special feiten en cijfers
De markt in 2005 Leven: Schade: Zorg:
Daling premievolume 1% tot 24,8 miljard Resultaat stijgt tot 10% van brutopremie Resultaat Zorg zet stijgende lijn door
Het premievolume van de verzekeringsbranche is het afgelopen jaar stabiel gebleven ten opzichte van 2004. Bij levens- en schadeverzekeringen was geen sprake van een toename van het premievolume, terwijl bij zorgverzekeringen een groei van 3% viel te noteren. Het resultaat in de verzekeringsbranche is branchebreed gestegen en uitgekomen op 12% van de bruto verdiende premie. Deze resultaatsverbetering kan worden toegeschreven aan verbeterde beleggingsopbrengsten, minder grote schaden, aandacht voor preventie en een vrijval op de schadevoorzieningen voor WAO-gat- en Pembaverzekeringen. Zo blijkt uit het Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 2005 van het Verbond van Verzekeraars.
Collectief De collectieve levensverzekeringen hebben voor het grootste gedeelte betrekking op de oudedagsvoorzieningen. Verzekeraars zijn goed voor ongeveer 20 à 25% van de omvangrijke markt voor oudedagsvoorzieningen. De andere spelers in deze markt zijn de ondernemings-, bedrijfstak- en de beroepspensioenfondsen. Het bruto premievolume van de collectieve levenportefeuille is gecorrigeerd voor inflatie gegroeid met ruim 5% naar 9,2 miljard euro. Deze stijging deed zich volledig voor bij collectieve verzekeringen in beleggingseenheden. Bij collectieve verzekeringen in geld was sprake van een daling van het premievolume. De redenen hiervoor zijn dat bij contractverlengingen vaak een omzetting plaatsvindt naar verzekeringen in beleggingseenheden en doordat steeds meer pensioenregelingen worden omgezet van defined benefit in defined contribution regelingen. De belangrijkste oorzaak voor de toename van het premievolume van de collectieve levensverzekeringen is dat veel kleine pensioenfondsen worden herverzekerd of ondergebracht bij verzekeraars. De katalysator van dit proces is de geplande invoering van het Financieel Toetsingskader (FTK) per 1 januari 2007 voor de pensioenfondsen. Het FTK is vooral voor de kleinere pensioenfondsen kostbaar en administratief complex, waardoor in toenemende mate kleinere pensioenfondsen zich wenden tot verzekeraars en pensioenuitvoerders om de uitvoering over te nemen. Een andere oorzaak is dat de collectieve levenmarkt bestaat uit veel grote contracten, waarbij enkele verschuivingen al snel een groot effect kunnen hebben op het totale premievolume.
Leven Het bruto premievolume van de levensverzekeringssector in Nederland is het afgelopen jaar met 1% gedaald van 25,0 naar 24,8 miljard euro. Dit bedrag omvat zowel vervolgpremies van de bestaande portefeuille als de periodieke premies en koopsommen van nieuwe productie. Deze daling komt geheel voor rekening van de individuele levensverzekeringen, terwijl het premievolume van de collectieve levensverzekeringen is gestegen. Het premievolume van verzekeringen in geld is afgelopen jaar gedaald van 14,3 naar 13,2 miljard euro. Daarentegen zijn verzekeringen in beleggingseenheden juist licht gestegen van 10,7 naar 11,6 miljard euro. Per saldo schommelt het totale premievolume al een aantal jaren rond de 25 miljard euro. Het technisch resultaat na rente en na herverzekering van de Nederlandse levensverzekeraars is in 2005 uitgekomen op 12% van de bruto verdiende premie. In 2004 bedroeg het technisch resultaat na rente en na herverzekering 8%. De stijging van het resultaat is vooral te danken aan verbeterde beleggingsopbrengsten op aandelen. Net als vorig jaar zorgen de individuele en collectieve levensverzekeringen in geld, samen goed voor 55% van het totale premievolume, voor 90% van het technisch resultaat van de levensverzekeraars. Collectieve beleggingsverzekeringen draagt bij aan de resterende 10% van het technisch resultaat. Het technisch resultaat op individuele beleggingsverzekeringen is voor de levensverzekeraars nihil, terwijl deze productcategorie goed is voor bijna 25% van het premievolume.
32
Individueel Het bruto premievolume van individuele levensverzekeringen is, gecorrigeerd voor inflatie, met 6,5% gedaald. De daling wordt mogelijk veroorzaakt door de expiratie van kapitaalverzekeringen die zijn afgesloten voor de Brede Herwaardering. Het premievolume van de nieuwe productie individuele levensverzekeringen is in 2005 met 11% toegenomen tot 7,5 miljard euro. In 2004 viel al een stijging van ruim 6% te melden. Echter het merendeel van deze stijging komt voort uit de productie van direct ingaande lijfrenten (DIL) die afkomstig is uit expirerende lijfrentekapitalen. In wezen is dit voor de verzekeringsbranche geen echte nieuwe productie, maar louter een verschuiving van kapitalen of het rondpompen van geld. DIL-productie die voortkomt uit gouden handdrukken, erfenissen en stakingswinst van zelfstandigen, is overigens wel werkelijk nieuwe productie. Uit een in het voorjaar van 2005 door het Centrum voor erzekeringsstatistiek gehouden enquête onder levensverzekeraars blijkt dat ruwweg 65% van de DIL-productie expirerende levensverzekeringen is of het zogenaamde rondpompen van geld betrof.
VB_1606_P32_FenC 30-08-2006 10:33 Pagina 33
de markt in 2005
De toename van de nieuwe individuele productie komt vooral uit de toename van de koopsomproductie, waarvan het grootste gedeelte DIL betreft. Inmiddels is 48% van de nieuwe individuele productie DIL. In 1997 bedroeg het aandeel van koopsommen in de totale nieuwe levenproductie nog 65%, in 2005 is dit percentage toegenomen tot 79%. In 2005 steeg het premievolume van periodiek premiebetalende polissen weer licht. Deze stijging is volledig toe te rekenen aan verzekeringen in geld. Het totaal volume van unit-linked verzekeringen is echter met 3% gestegen, maar doordat het totale volume van verzekeringen in geld harder is gestegen, is per saldo het aandeel van unitlinked verzekeringen afgenomen. Het aandeel van beleggingsverzekeringen in de nieuwe individuele productie bedraagt inmiddels 22%, ongeveer de helft van het aandeel in 1999. Het totaal aantal nieuwe individuele polissen vertoont voor het eerst sinds 1999 weer een stijging. Op het hoogtepunt in 1999 werden bijna 1,8 miljoen polissen verkocht. Daarna is het aantal polissen sterk teruggelopen tot een niveau van 1,1 miljoen polissen in 2004. In 2005 werden bijna 1,3 miljoen polissen verkocht. De inleg per polis is in de afgelopen jaren sterk toegenomen, hetgeen samenvalt met de sterke toename van het aandeel van koopsommen in de nieuwe individuele productie. In 2005 zien we voor het eerst weer een lichte afname, wat wordt verklaard door de stijging van het aantal polissen tegen periodieke premie die doorgaans een lagere inleg per polis kennen dan koopsommen.
Schade Het premievolume bij schadeverzekeringen exclusief alle zorgverzekeringen is in het afgelopen jaar niet gegroeid. De redenen hiervoor zijn het positieve resultaat op schadeverzekeringen in de afgelopen twee jaren, de stevige (prijs)concurrentie in vaak verzadigde markten en het selectieve acceptatiebeleid.Tussen de grote schadebranches onderling bestaan verschillen, maar echt spectaculaire groeipercentages vielen niet te noteren, zoals te zien is in de tabel ‘Premievolume’. Het resultaat na rente en na herverzekering van de schadebranche vertoont sinds 2003 een sterk opgaande lijn en is gestegen naar 10% van de verdiende premie in 2005. Dit resultaat is nog altijd fors lager dan de 18% die door de consument als acceptabel wordt genoemd. De stijging van het resultaat heeft allereerst te maken met de sinds 2003 door verzekeraars ingezette lijn van verbeterde risico-identificatie, meer aandacht voor preventie en een aanscherping van het acceptatiebeleid door verzekeraars. Ten tweede was 2005 net als 2004 wederom een ‘goed’ schadejaar met minder grote (brand)schaden, minder diefstal, een daling van het aantal dodelijke verkeersslachtoffers en een geringe afname van het aantal niet-dodelijke verkeersslachtoffers. Ten derde hebben verzekeraars minder risico herverzekerd en meer in eigen behoud gehouden. Dit pakt goed uit in jaren (zoals 2005) waarin een lage schadelast valt te noteren. Dat 2005 een goed schadejaar is blijkt uit de netto combined ratio die is gedaald naar 93. Dit wil zeggen dat de premie-inkomsten volstaan om de uitgaven te dekken, zonder dat daarbij sprake is van compenserende beleggingsopbrengsten. De combined ratio bedroeg vorig jaar 97.
Levensloopregeling is een markt met potentie In december 2005, een maand voor invoering van de eerste levensloopregelingen, gaf 29% van de werkende Nederlanders aan te kiezen voor een levensloopregeling, terwijl 59% bij de spaarloonregeling wil blijven en 12% zegt zijn keuze nog niet te hebben gemaakt. De personen die aangaven te kiezen voor een levensloopregeling willen in principe per jaar een halve maand salaris inleveren voor het sparen van verlof, terwijl maximaal 12% van het jaarsalaris mag worden gespaard (1,5 maandsalaris per jaar). Uitgaande van bovenstaande cijfers kan een snel rekensommetje worden gemaakt om de omvang van de omzet in levensloopregelingen te schatten. Het gemiddelde jaarinkomen van werknemers bedraagt immers ongeveer 28.000 euro en in Nederland zijn ongeveer 6,4 miljoen werknemers actief. Gegeven dat 29% deel wil nemen aan de levensloopregeling en hier jaarlijks een half maandsalaris (bijna 4% van het jaarsalaris inclusief vakantiegeld) voor opzij wil leggen, lijkt de levensloopregeling een potentieel marktvolume van bijna 2,0 miljard euro te hebben. Als iedereen die zegt mee te gaan doen aan de levensloop, zijn woorden nakomt is dit geen onbelangrijk product voor verzekeraars en banken.Overigens is de levensloopregeling momenteel voornamelijk een bancair product. Een enquête van het CVS, gehouden eind februari 2006, wees uit dat van de toen geopende levensloopregelingen slechts circa 10% in de categorie verzekeringen was thuis te brengen en de rest levenslooprekeningen betrof. Dit terwijl op de vraag wie de aanbieders van levensloopregelingen zijn 59% verzekeraars noemt en 32% de banken. Bron: CVS Consumentenmonitor 2006, Centrum voor Verzekeringsstatistiek, maart 2006.
Herverzekeraars hadden in 2005 duurste schadejaar Terwijl 2005 voor de Nederlandse schadeverzekeraars een ‘goed’ schadejaar was, spraken herverzekeraars juist van een bijzonder ‘slecht’ schadejaar. Volgens eerste schattingen van Swiss Re zijn in 2005 meer dan 112.000 mensen omgekomen door rampen veroorzaakt door natuurgeweld en menselijk handelen. Met name de orkanen Katrina, Rita en Wilma veroorzaakten in Noord- en MiddenAmerika grote financiële schade. De aardbeving in Pakistan en delen van India van 8 oktober zorgde met ongeveer 87.000 doden voor het grootste verlies aan mensenlevens. Alle rampen in het afgelopen jaar leidden tot een totaal geschatte schadelast van ruwweg 180 miljard euro. Hiervan was 35% of wel 65 miljard euro verzekerd. Hiermee is 2005 voor herverzekeraars het duurste schadejaar ooit geworden.
Motorrijtuigen Het premievolume van de branche Motorrijtuigen is in 2005 met 1% gedaald ten opzichte van 2004. Dit ondanks een inflatie van 1,7% en een groei van het wagenpark van ruim 2% in 2005. De daling van het premievolume Motor wordt veroorzaakt door de teruglopende schadefrequentie en het onder druk van de stevige concurrentie niet verhogen, of soms zelfs het verlagen van de premies in combinatie met een stijging op de bonus-malusladder. De goede vergelijkbaarheid van de prijzen van de verschillende motorrijtuigverzekeringen op internet speelt hierbij tevens een rol. Daarnaast is volgens het CBS sprake van een kleine afname van het wagenpark van zware voertuigen als autobussen en vrachtauto’s. Het resultaat van de branche Motorrijtuigen is in 2005 zowel bij casco als bij WA verbeterd ten opzichte van 2005. Het resultaat na rente en
nummer 16 - 31 augustus 2006
33
VB_1606_P34 30-08-2006 08:50 Pagina 34
VB-Special feiten en cijfers
na herverzekering is gestegen van 6% naar ruim 8% dankzij een sterke daling van de schadelast. Allereerst is het aantal dodelijke ongevallen met ruim 7% afgenomen, van 881 in 2004 naar 817 in 2005, terwijl het aantal geregistreerde ziekenhuisgewonden veroorzaakt door verkeersongevallen met bijna 1% is gedaald naar 9.407. Ten tweede is het aantal schademeldingen gedaald. Verder blijkt dat de diefstal van motorvoertuigen in het afgelopen jaar met 14% is teruggelopen. In het bijzonder is de diefstal van personenauto’s en bedrijfsauto’s sterk teruggelopen. In vergelijking met 1995 werden er in 2005 40% minder voertuigen gestolen, een daling die zich bijna volledig voordoet bij personenvoertuigen. In 2005 is het resultaat bij Personenauto’s WA onveranderd gebleven, terwijl het resultaat bij Personenauto’s casco is gestegen ten opzichte van 2004. Het resultaat van Vrachtauto’s is het afgelopen jaar sterk gestegen, vooral bij WA, vanwege een vrijval van de voorzieningen.
verzekeringen voor vervoerde goederen. De andere helft betreft qua omvang de kleinere verzekeringen voor aanbouw, binnenvaartcasco, landmateriaal, vervoerdersaansprakelijkheid, pleziervaartuigen en zeecasco. Het betreft subbranches met een premievolume variërend van 30 tot 100 miljoen euro. Het resultaat na rente en na herverzekering van de branche Transport laat een stijging zien van 11% naar bijna 16% van de bruto verdiende premie in 2005. De belangrijkste oorzaken zijn het uitblijven van grote (brand)schaden en de verbetering van de herverzekeringsmarge. De daling van de schadelast wordt veroorzaakt door meer aandacht voor preventie en veiligheid, selectievere acceptatie en intensievere inspecties in havens. Daarnaast worden er hogere eisen gesteld aan het materiaal en de werkomstandigheden.
Aansprakelijkheid Brand Het premievolume bij brandverzekeringen is in 2005 met 1% afgenomen. Terwijl in het particuliere segment nog sprake was van een groei van het premievolume met bijna 4%, die vooral is toe te schrijven aan bestandsindexering, is het premievolume bij bedrijven met ruim 4% afgenomen. Dit laatste lijkt samen te hangen met premieverlagingen vanwege de positieve resultaten in voorgaande jaren en met de genomen preventiemaatregelen. In de periode 2002 t/m 2004 lag het groeipercentage bij de zakelijke brandverzekeringen nog rond de 10%. Het resultaat na rente en na herverzekering is gestegen van 11 naar 12% van de verdiende premie in 2005. De resultaatsverbetering van de brandverzekeringen komt door het betere resultaat van de technische verzekeringen en de lagere herverzekeringsmarge. Zowel bij brand particulier als bedrijven viel een lichte daling van het resultaat na rente en voor herverzekering te noteren. Na een opeenvolging van afwisselend goede en slechte jaren is 2005 het derde goede jaar op rij. Ook de herverzekeringsmarge is afgenomen,nadat vorig jaar een sterke stijging optrad. Dit komt omdat brandverzekeraars minder risico hebben herverzekerd en meer in eigen behoud hebben gehouden. Het resultaat na rente en voor herverzekering van de particuliere brandverzekeringen (opstal- en inboedelverzekeringen) is licht afgenomen ten opzichte van vorig jaar. Evenals in 2004 viel er in 2005 geen grote storm van enige betekenis te melden. De laatste grote storm dateert inmiddels al weer van januari 2004. Het resultaat van de bedrijventekening is het afgelopen jaar licht afgenomen, ondanks de halvering van de schadelast door grote branden (branden met een schade van meer dan 1 miljoen euro) tot 251 miljoen euro in 2005. De sterke toename aan de reserves was hieraan debet. Ongeveer 225 miljoen euro van het premievolume voor brandverzekeringen gaat om in de zogenoemde Technische verzekeringen. Dit zijn verzekeringen voor elektronica, machinebreuk en construction all risk. Het resultaat van Techniek is in de afgelopen jaren positief geweest en dat zet zich voort in 2005. Dit kan worden toegeschreven aan een fors lagere schadelast.
Transport Het premievolume bij transportverzekeringen is in 2005 gegroeid met 7% tot 630 miljoen euro en ligt hiermee licht hoger dan in de voorgaande jaren. De hoge groei van de wereldeconomie speelt hierbij een rol. Bijna de helft van het premievolume heeft betrekking op
34
Het premievolume bij aansprakelijkheidsverzekeringen is afgelopen jaar met 3% gegroeid. De groei van het premievolume van particuliere aansprakelijkheidsverzekeringen kwam uit op 7%, terwijl het veel grotere premievolume in de bedrijventekening met 2% is gegroeid. De lage groei van het premievolume hangt samen met aanpassingen van het acceptatiebeleid en premieverlagingen. Tot de branche Aansprakelijkheid behoren ook aansprakelijkheidsverzekeringen voor garagehouders en landbouwers. Het resultaat voor herverzekering van de branche Aansprakelijkheid is afgelopen jaar gestegen van 0 naar 16% van de bruto verdiende premie in 2005. Exacte cijfers over herverzekering zijn niet bekend, maar schattingen wijzen uit dat de herverzekeringsmarge binnen Aansprakelijkheid ongeveer 12% bedraagt. De stijging van het resultaat komt voor het grootste gedeelte door de stijging van het resultaat bij bedrijfsaansprakelijkheid (AVB). Deze resultaatsverbetering bij AVB kan geheel worden toegeschreven aan de sterke afname van de toevoegingen aan de schadevoorzieningen. Bij enkele grote partijen in de markt zijn door de jaren heen forse mutaties te zien, wat de forse fluctuaties in het resultaat verklaart. Voor AVB-verzekeringen zijn in de afgelopen jaren de voorzieningen voor longtail-schaden (vooral beroepsziekten zoals RSI en mesothelioom ten gevolge van asbest) al diverse keren fors verhoogd om zo de reserves voor schaden over oude jaren op peil te brengen. Het resultaat op de particuliere aansprakelijkheidsverzekeringen (AVP) is het afgelopen jaar sterk verbeterd, maar nog steeds negatief. Terwijl aan de ene kant de betaalde schade sterk is toegenomen, daalde de mutatie schadevoorziening nog sterker. Een verklaring hiervoor is de versnelling van het afwikkelen van oude letselschaden. Hier is mogelijk in 2004 al op geanticipeerd door de voorzieningen voor AVP te verhogen.
Rechtsbijstand De groei van het premievolume in de branche Rechtsbijstand is met 11% in 2005 in lijn met de voorgaande jaren. Het premievolume kwam in 2005 uit op ongeveer 500 miljoen euro. Het resultaat na rente is gestegen van 5% in 2004 naar 13% in 2005. De verbetering was zichtbaar bij alle vormen van rechtsbijstand. Opvallend is dat het resultaat bij gezinsrechtsbijstand voor het eerst positief is. De fors lagere schadelast dankzij een daling van de betaalde schade en lagere toevoegingen aan de schadevoorzieningen is hiervoor de verklaring. Er vindt een verschuiving plaats van verkeerszaken naar juridische
VB_1606_P32_FenC 30-08-2006 10:33 Pagina 35
de markt in 2005
zaken. Daarnaast zijn er marktpartijen die een eigen risico hebben ingevoerd of verhoogd.
Reis Het premievolume in de branche Reis schommelt rond de 400 miljoen euro en vertoont al jaren weinig tekenen van groei. In 2005 bleef het premievolume stabiel ten opzichte van 2004, waarbij overigens grote verschillen te zien zijn tussen de verschillende marktpartijen. De daling van het premievolume wordt allereerst veroorzaakt door de verschuiving van aflopende naar de verhoudingsgewijs goedkopere doorlopende reisannuleringsverzekeringen. Daarnaast lijkt de reislust van de Nederlander wat terug te lopen onder invloed van onzekere economische ontwikkelingen en de angst voor terrorisme en epidemieën zoals de vogelgriep. Daarnaast speelt een rol dat annuleringsverzekeringen doorgaans een bepaald percentage van de reissom bedragen. De afgelopen jaren wordt er in de reisbranche behoorlijk gestunt, wat z’n weerslag heeft op de hieraan gekoppelde premievolumes van reisverzekeringen. Het resultaat na rente van de totale reisbranche is in 2005 gelijk gebleven op 12% van de bruto verdiende premie.
Winkeldiefstal is erger dan verzekeringsfraude De Nederlandse consument vindt vreemdgaan, winkeldiefstal en zwartrijden in het openbaar vervoer erger dan het plegen van verzekeringsfraude. Het summum van ‘slecht gedrag’ is met te veel drank op achter het stuur gaan zitten. Het minst erg is liegen over het nieuwe kapsel van je partner. Naar aanleiding van de opmerkelijke uitkomsten uit de Consumentenmonitor 2005 dat 12% van de consumenten zonder schaamte toegaf ooit wel eens verzekeringsfraude te hebben gepleegd, heeft het CVS in de onsumentenmonitor 2006 de moraal van de consument aan de kaak gesteld. Hierbij is verzekeringsfraude vergeleken met andere vormen van ongewenst sociaal gedrag. Op een schaal van 0 tot 10 kon de respondent een aantal ‘slechte’ gedragingen beoordelen, waaronder wildplassen, het roken in openbare ruimten, het overdrijven van een schadeclaim of het liegen over rookgedrag bij een aanvraag van een levensverzekering. Ondanks dat verzekeringsfraude niet de meest ernstige vorm van ‘slecht gedrag’ wordt gevonden, vindt maar liefst 92% van de ondervraagden dat dit hard moet worden aangepakt. Als daar privacygevoelige informatie voor moet worden verstrekt, vindt driekwart van de consumenten dit geen enkel probleem.
Het resultaat van Zorg is vooral gestegen dankzij de vrijval op de schadevoorzieningen voor WAO-gat- en Pembaverzekeringen. Het UWV is immers belast met de herkeuring van WAO’ers. In 2005 zijn bijna 90.000 WAO’ers herkeurd, waarvan ruim 30% is goedgekeurd. De herverzekeringsmarge is verbeterd. Herverzekering speelt voornamelijk bij de inkomensverzekeringen en nauwelijks bij Ziektekosten. De verbetering is voornamelijk het gevolg van een daling van de betaalde herverzekeringspremie door inkomensverzekeraars. Dit is het gevolg van het verhogen van het eigen behoud. Verzekeraars zijn dus zelf meer risico gaan nemen. Sinds 2002 is het premiepercentage van herverzekering afgenomen van ruim 17,5% tot 10,5% van de bruto verdiende premie in 2005.
Ziektekosten Voor ziektekostenverzekeraars stond 2005 in het teken van de implementatie van de per 1 januari 2006 ingevoerde basisverzekering. Diverse verzekeraars hebben extra kosten gemaakt voor additionele marketing, IT-aanpassingen en tijdelijk personeel om de invoering van de basisverzekering zo soepel mogelijk te laten verlopen. Als gevolg van de invoering van de Zorgverzekeringswet zijn ook de Actuariële Voorziening Ziektekostenverzekeringen (AVZ), de C-reserve en de Voorziening Veroudering Ziektekostenverzekeringen (VVZ) per 31 december 2005 vrijgevallen en ten gunste van de winst- en verliesrekeningen gekomen. Ondanks het vrijvallen van deze voorzieningen is de totale schadevoorziening wel toegenomen. Reden hiervoor is de invoering per 1 januari 2005 van het nieuwe financieringssysteem van de ziekenhuizen. Het betreft hier de zogenaamde DBC’s (Diagnose Behandel Combinatie). Een DBC omvat alle activiteiten en verrichtingen die ziekenhuizen en medisch specialisten moeten uitvoeren naar aanleiding van de zorgvraag van de patiënt. In voorafgaande jaren werden alle activiteiten van ziekenhuizen en medisch specialisten afzonderlijk gedeclareerd. Met de introductie van de DBC’s is dit veranderd. Op de DBC-declaraties, die verzonden worden aan de zorgverzekeraar en de patiënten, worden vanaf 1 januari 2005 niet langer alle aparte onderdelen en verrichtingen vermeld, maar worden DBC-codes gebruikt. De introductie van het DBC-systeem vertraagde de declaratiestroom van de ziekenhuizen naar de zorgverzekeraars in 2005 flink. Deze vertraging werd versterkt door de procedure van afrekening bij het afsluiten van de DBC. De achterstanden leidden tot grotere onzekerheid over de betalingen en reserveringen voor ziekenhuiskosten.
Bron CVS Consumentenmonitor 2006.
Zorg De premieomzet van de zorgverzekeringen kwam in 2005 uit op 11,3 miljard euro, een stijging van bijna 3% ten opzichte van 2004. Normaliter groeit het premievolume bij Zorg met ongeveer 10%. De premiegroei bij ziektekostenverzekeraars was dit jaar verhoudingsgewijs beperkt. Verder is door de afschaffing van de WAO en de invoering van de WIA door de inkomensverzekeraars circa 650 miljoen euro aan premie teruggeboekt. De in de jaren 2004 en (deels) 2005 betaalde WAO-gaten Pembapremies zijn, soms onder aftrek van kosten, terugbetaald aan de verzekerden. Bij inkomensverzekeringen is het premievolume daardoor met ruim 5% afgenomen tot 3,5 miljard euro. Overigens zijn er ook verzekeraars die de WAO-gat- en Pembapremies hebben gebruikt om bestaande klanten een WGA of WIA aanvullingsverzekering aan te bieden in 2006.
Het premievolume van de particuliere ziektekostenverzekeringen is in 2005 met een kleine 7% gestegen van 7,3 tot 7,7 miljard euro. Deze stijging werd hoofdzakelijk veroorzaakt door de verhoging van de premies en niet door extra afgesloten polissen. De premieverhoging was relatief beperkt in vergelijking met andere jaren. Reden hiervoor is dat de premie in 2004 kostendekkend is geworden. Het resultaat van de ziektekostenverzekeraars is voor het eerst in vier jaar gedaald. Het resultaat daalde van 4,2% naar 3,5% van de verdiende premie. De belangrijkste reden is dat de groei van het premievolume kleiner was dan de toename van de geleden schade.
nummer 16 - 31 augustus 2006
35
VB_1606_P36 30-08-2006 08:50 Pagina 36
VB-Special feiten en cijfers
ABP Strategiewijziging leidt tot stabielere premies Dankzij de stijging van de beurskoersen voldoet ABP weer aan de solvabiliteitseisen van De Nederlandsche Bank. Daarmee is nog niet gezegd dat het grootste pensioenfonds van Nederland de uitkeringen weer kan indexeren. Daarvoor is een verdere stijging van de dekkingsgraad nodig. Die bedroeg aan het einde van het boekjaar 119,7%, op zichzelf een teleurstellend resultaat. Voor een volledige indexatie is namelijk een dekkingsgraad van zo’n 140% noodzakelijk en daar zit ABP, ondanks de gunstige beursontwikkeling, nog een eind van af. Waarnemend voorzitter van de Directieraad Dick Sluimer wijt dit aan de door DNB voorgeschreven verzwaring van de verplichtingen met ongeveer 2,2% in verband met de langleventrend. Het jaarverslag ademt een meer realistische kijk op de eigen financiële positie uit dan in voorgaande jaren. Gedurende veel te lange tijd meende het bestuur lichtpunten aan de hemel te ontdekken, hoewel die in werkelijkheid slechts een steeds dikker wordend wolkendek te zien gaf. Men dichtte zich – zoals Het VB keer op keer moest melden – de eigenschap toe om met beleggingswonderen in de toekomst de gaten te kunnen dichten. Inmiddels hebben de deelnemers noodgedwongen die taak op zich moeten nemen in de vorm van een versobering van hun aanspraken. Nu geeft ABP toe dat het renterisico dominant is geworden en dat haar financiële positie sterk afhankelijk is van de rente. Al wordt in dit verband nog niet de hand geheel in eigen boezem gestoken, maar wijst men naar de nieuwe toezichtsregels. Hoe dan ook, ABP heeft het strategische roer omgegooid door in het vervolg uit te gaan van een verwacht reëel rendement van 3%, waardoor de pensioenpremies minder zullen fluctueren dan in het verleden. ABP haalde in 2005 een rendement van 12,8%, het hoogste percentage sinds tien jaar.
Aegon Tevredenheid over nettowinst Aegons nettowinst steeg vorig jaar met 21% tot ruim 2,7 miljard euro. Ook het operationele resultaat (voor belasting) steeg met 21% en kwam daarmee uit op 2,1 mld. De totaalomzet steeg iets minder maar toch nog met 19% tot 45,4 mld. Het eigen vermogen noteerde een stijging van 30% tot 19,3 mld (+ 4,4). De verkoop van nieuwe levensverzekeringen, de belangrijkste tak van sport, liet een stijging zien van 9% tot 2,5 mld. In eigen land daalde de verkoop van individuele levensverzekeringen echter, een daling die door een groei van leven collectief werd opgevangen. Alles bij elkaar is Aegon tevreden over haar drie belangrijkste markten: Nederland, het Verenigd Koninkrijk en de VS. Het operationeel resultaat van de Nederlandse verzekeringsbedrijven groeide met 64% tot 322 miljoen euro, door betere renteresultaten, vrijgevallen voorzieningen en betere technische resultaten in schade en leven. De inkomsten voor belasting stegen met 17% tot 1.286 mln, na belasting bleef 1.014 mln over, 10% meer dan in 2004. Het premie-inkomen uit leven steeg met 1% tot 3.021 mln, dat uit schade daalde met een procent tot 442 mln, dat uit ziekte en ongevallen steeg weer met 2% tot 191 mln. Het totaal van de omzet in Nederland steeg met 35% tot ruim 9,2 miljard. Deze omzet is inclu-
36
sief beheer en beleggingen. Met name de beleggingsresultaten zorgen voor deze fors hogere omzet. De productie van nieuwe levensverzekeringen steeg met 2% tot 231 mln euro. Deze groei is vooral te danken aan een sterke groei van het pensioenbedrijf. Volgens Aegon is er sprake van een leidende positie in deze markt, waarvan goed gebruik werd gemaakt. Zo werden met 775 werkgevers levensloopcontracten gesloten en nog eens 2250 arbeidsongeschiktheidscontracten. De winst en het resultaat van Meeùs was lager dan in 2004, door investeringen die zijn gedaan om de organisatie te verbeteren. De inkomsten uit bancaire resultaten daalden van 24 tot 15 mln.
Agis Beheersing van de schadelasten Het vasthouden aan een kostendekkende premie heeft Agis dit jaar veel verzekerden gekost. Uitgangspunt van de directie is echter een gezond financieel beleid te voeren. Dit leidde het afgelopen jaar tot een lager positief resultaat. Wel plukte de verzekeraar de vruchten van een adequate beheersing van de schadelasten en meevallende resultaten uit de in 2004 gevormde voorzieningen. Bij de schadelastvaststelling speelde de nieuw ingevoerde Diagnose Behandel Combinaties een onzekere factor. Het groepsresultaat nam het afgelopen boekjaar met vier miljoen af tot 92,67 mln. De afname is terug te leiden naar het publiek bedrijf ZFW/AWBZ, daar zag men het resultaat teruglopen van 39 mln naar 18 mln. Het particulier bedrijf behaalde met 69 mln een vrijwel gelijk resultaat als het jaar daarvoor. Het geconsolideerde technisch resultaat bedroeg 84,66 mln tegenover 87,89 mln in 2004. Aan premies en bijdragen kwam 3,49 mld (2004: 3,06 mld) binnen en er werd 2,70 mld (2004: 2,75 mld) aan schade uitbetaald. De netto-opbrengsten uit beleggingen namen toe van 19,53 mln tot 27,11 mln. De kosten namen met 10 mln af tot 184 mln. Hiervan is 16 mln (2004: 35 mln) als incidenteel aan te merken. De kosten voor de invoering van de Zorgverzekeringswet bedroegen voor geheel Agis 11,1 mln. Daarnaast had de aanpassing van de verslaggevingrichtlijnen met betrekking tot de toekomstige VUT- en jubileumuitkeringen een negatieve inslag op de organisatiekosten. Agis stelt dat zonder laatstgenoemde aanpassing het resultaat 9,3 mln hoger uitgevallen zou zijn. Bij een wettelijke solvabiliteitseis van 203 mln bedroeg het aanwezige garantievermogen van Stichting Agis 354,8 mln. In percentage stijgt de solvabiliteit met 43% tot 175%. De post technische voorzieningen werd flink gespekt en stijgt van 520,46 mln naar 1.155,83 mln. Het aantal verzekerden bedroeg ultimo boekjaar 1.649.000 (1.678.000). Het aantal FTE’s liep terug van 1.801 naar 1.696.
Algemeene Zeeuwse Bevredigende productie nieuwe verzekeringen Algemene Zeeuwse, dochtermaatschappij van De Goudse, zag in het afgelopen boekjaar de bruto premieomzet met 1,2% (0,2 mln) stijgen tot 17,42 miljoen euro. De productie aan nieuwe verzekeringen was volgens de directie ‘zeer bevredigend’ en komt voor 90% uit het intermediaire kanaal. Ook qua schade was het jaar 2005 Algemene Zeeuwse gunstig gestemd. De nettoschaderatio kwam uit op 43,1%
VB_1606_P37 30-08-2006 08:50 Pagina 37
Anker
(2004: 46,8%) terwijl ook de schadefrequentie een daling liet zien. De opbrengsten uit beleggingen namen af van 1,06 mln tot 0,81 mln. Ondanks de magere omzetstijging steeg het technisch resultaat na rente en herverzekering tot 2,32 mln (2004: 1,63). Uiteindelijk boekt de maatschappij een nettowinst van 1,8 mln (2004: 1,33 mln). Het eigen vermogen komt uit op 7,98 mln. De solvabiliteitsmarge bedroeg ultimo boekjaar drie maal het wettelijk vereiste. In de branchegroep Ongevallen en Ziekte steeg het bruto premieinkomen van 3,37 mln tot 3,41 mln. Het technisch resultaat verbeterde van 0,71 mln tot 0,89 mln. In de branchegroep Motorrijtuigenverzekering daalde het bruto premie-inkomen van 5,31 mln naar 5,25 mln. Het technisch resultaat verbeterde echter van 0,68 mln tot 0,84 mln. In de branchegroep Brand en andere schade aan zaken steeg het bruto premie-inkomen van 7,29 mln tot 7,42 mln. Het technisch resultaat nam af van 0,24 mln tot 0,21 mln. De overige branches verbeterden het technisch resultaat, door een vrijval van de schadevoorziening oude jaren, aanzienlijk van – één duizend naar 0,38 mln. Onderlinge Zeeuwse Waarborgmaatschappij U.A. is een agrarische verzekeraar, voortgekomen uit de Zeeuwsche Brandwaarborgmaatschappij van 1824 en de Onderlinge Brandwaarborgmaatschappij voor de Provincie Zeeland van 1829. De activiteiten van Onderlinge Zeeuwse zijn samengevoegd met die van Algemene Zeeuwse. De bruto premieomzet van de onderlinge bedroeg het afgelopen boekjaar 2,23 mln. De nettowinst bedroeg 14.000 euro. De onderlinge heeft een eigen vermogen van 0,9 mln en een solvabiliteitsmarge die 1,9 maal de wettelijk vereiste marge is.
gensbeheer namen met 8% toe tot 33 mln euro. Alle divisies hebben aan dit resultaat bijgedragen, schade het meest. De hogere winst binnen schade is te danken aan een lagere schadelast in alle branches. Grote stormen bleven uit en het aantal grote branden bedrijfsschades bleef onder het gemiddelde van de laatste jaren. Ook het aantal schades in motorvoertuigen en het aantal letselschade liep terug. Het operationele resultaat uit schade steeg met 27% tot 140 mln. Het premie-inkomen daalde echter met 5% tot 930 mln, nagenoeg alle branches, aansprakelijkheid uitgezonderd, daalden. Het premie-inkomen van Motor, de grootste branche, bleef gelijk. Het rendement uit Leven steeg licht: goede resultaten op sterfte en beleggingen werden echter negatief beïnvloed door hogere pensioenkosten ten gevolge van IFRS-regels. Het operationele resultaat bleef daardoor gelijk op 43 mln euro. De nieuwe productie kon het niveau van expirerende polissen en afkopen bij premiebetalende levensverzekeringen niet compenseren, waardoor de premieomzet met bijna 1% afnam. Ook de productie van koopsommen was beduidend lager, na de hoge productie in 2004. Het totale premie-inkomen daalde alles bij elkaar met 16% tot 357 mln (2004: 423 mln). Bij dochter Holland Beleggingsgroep groeide het beheerde vermogen door de ontwikkelingen op de financiële markten. De omzet groeide met 8 % tot 33 mln (2004: 30 mln). Het operationele resultaat nam met 15 % toe tot 9 mln (2004: 8 mln). De solvabiliteitsmarge van de schadebedrijven steeg licht tot 351% (344%) en voor de levenbedrijven 240% (210%). De solvabiliteitsmarge van de groep bedraagt 249% (208%).
Anker Succes Eigen Juristpolis zet door
Allianz Alle divisies dragen bij aan recordwinst Allianz Nederland boekte een recordwinst over 2005. De nettowinst steeg met 49% tot 155 miljoen euro. Het operationele resultaat steeg met 29% tot 199 mln euro. Het premie-inkomen (exclusief buitenland) daalde echter met 8% tot 1.287 mln. De inkomsten uit vermo-
SPREKENDE CIJFERS ALLIANZ (in miljoenen euro‘s)
Gestort kapitaal Reserves Technische voorzieningen Beleggingen Brutopremie waarvan buitenland Opbrengst beleggingen Totale omzet Premie e/r leven Premie e/r schade Kosten waarvan provisie Nettowinst
2005
(2004)
59,8 591,8 4946,8 5946,7 1311,0 24,6 172,8 1506,5 368,2 822,8 357,3 216,8 155,4
59,8 428,3 4499,4 5330,9 1480,9 77,3 157,8 1669,6 480,5 834,5 388,3 221,0 102,7
Anker Rechtsbijstand heeft in 2005 het bruto premie-inkomen met bijna 15% zien groeien tot 2,09 miljoen euro. De nieuwe productie Eigen Juristpolissen steeg met 14% terwijl de productie van schepenpolissen nagenoeg gelijk gebleven is. Dit jaar is aan het assortiment de jachthavenpolis toegevoegd. Het aantal in behandeling genomen zaken is, voornamelijk door het toegenomen aantal arbeidszaken, licht gestegen. De gemiddelde doorlooptijd van de dossiers is echter korter geworden. De kosten nemen vooral in de schepensector toe. Dat heeft te maken met het veelal internationale karakter en de grote financiële belangen van de zaken. Hierdoor worden deze dossiers uitbesteed aan derden. Dat ligt anders bij de Eigen Juristpolis. Hier is Anker steeds beter in staat om de zaken volledig met eigen juristen af te handelen. Het aantal intermediaire relaties dat zaken doet met Anker is in 2005 wederom toegenomen. Deze toename zorgde mede voor de stijgende bedrijfskosten (+138.000) als gevolg van hogere provisiebeloningen. Het bruto premie-inkomen nam afgelopen jaar toe van 1,83 mln tot 2,09 mln. De bruto schadelast bedroeg 708.436 (2004: 794.969). Door een stijging van het belegde vermogen en het gunstige beleggingsklimaat namen de opbrengsten uit beleggingen toe van 122.000 naar 219.000 euro. Het technisch resultaat verbeterde fors van een negatief saldo ad 52.305 in 2004 tot 135.697 positief in het afgelopen boekjaar. Netto blijft er een winst over van 98.102 (2004: -44.015). Anker Rechtsbijstand zag het eigen vermogen ultimo verslagjaar toenemen van 525.031 tot 623.133 mln. Met het afsluiten van dit boekjaar komt er ook een einde aan de naam Anker Rechtsbijstandverzekeringen NV. Na een samenvoeging met de activiteiten van Anker Reders-verzekeringen (voluit: Het Anker, Onderlinge Redersverzekeringen Bemanningsaansprakelijkheid) gaan beide groepsmaatschappijen in 2006 verder onder de naam Anker Verzekeringen NV.
nummer 16 - 31 augustus 2006
37
VB_1606_P38 30-08-2006 08:50 Pagina 38
VB-Special feiten en cijfers
ARAG Premiegroei bereikt recordstatus Rechtsbijstandverzekeraar ARAG zag het afgelopen jaar het bruto premie-inkomen met 10,6% toenemen van 79,78 miljoen euro tot 88,22 mln. Volgens de maatschappij is deze toename in absolute bedragen de hoogste premiegroei die zij ooit heeft behaald. Tegenover de premiegroei staat een bruto schadelast die toeneemt van 37,8 mln tot 38,04 mln. De bedrijfskosten komen uit op 35,98 mln (2004: 31,59 mln). Het technisch resultaat komt uit de rode cijfers en bedroeg 6,48 mln (2004: -87.000). De totale opbrengsten uit beleggingen nemen toe van 5,24 mln tot 5,99 mln. ARAG behaalt over het boekjaar 2005 een bruto winstcijfer van 7,03 mln (2004: 0,51 mln). De nettowinst bedroeg 4,9 mln (2004: 0,4 mln). De directie wijt het voor haar hoge winstcijfer onder andere aan een strak management, zowel op interne als op externe kosten, en het gunstige klimaat op de aandelenmarkten. ARAG verhoogde de schadevoorziening van 71,7% van de geboekte premie tot 76,4%. Het eigen vermogen nam ultimo boekjaar af van 13,81 mln tot 12,58 mln. Reden hiervoor was een voorziening van 6,13 mln inzake een pensioenvoorziening volgens Richtlijn 271 van de Raad voor de Jaarverslaggeving. Het aantal schriftelijke aangemelde schades groeide met 4,4% tot ruim 47.000. De gemiddelde doorlooptijd van de schades werd korter waardoor het aantal openstaande zaken per saldo ook daalde met 4,4%. Er kwamen ongeveer 83.000 telefonische vragen bij het Service Center van ARAG binnen. Ook in 2005 constateerde de verzekeraar een voortzetting van de trend dat het aantal verkeerszaken (licht) daalt, terwijl het aantal niet-verkeerszaken verhoudingsgewijs meer stijgt. Door het beleid van interne schadebehandeling is het aantal zaken dat is uitbesteed aan externe advocaten wederom afgenomen. Ook het aantal zaken dat aan het ARAG-advocatennetwerk ter behandeling wordt doorgestuurd is in het afgelopen boekjaar verminderd.
AXA Omzet daalt door verkoop zorg De verkoop van de schadeportefeuille aan Achmea deed het premie-inkomen uit schade met 200 miljoen euro dalen tot 280 mln. Vijf jaar geleden was dit nog 550 mln. Ook in leven is een daling van het premie-inkomen te zien, maar een zeer beperkte van 555 mln tot 543 mln. Ook hier lag vijf jaar geleden de lat aanzienlijk hoger met 638 mln. Het totale bruto premie-inkomen komt hiermee onder het miljard: 823 mln euro. De opbrengsten uit beleggingen daalden van 424 mln tot 356 mln. De totale omzet daalde als gevolg van deze ontwikkelingen van 1,46 miljard tot 1,18 miljard euro. Het resultaat voor belastingen daalde met dertig miljoen van 143,9 tot 113 mln euro. Het leeuwendeel van het resultaat werd ingebracht door het levenbedrijf dat 78 mln aan positief resultaat noteerde. In 2004 was dit nog 96,6 mln. Het schadebedrijf was goed voor een positief resultaat van 32 mln euro, bijna 8 mln minder dan in 2004. Maar het bedrijf blijft in ieder geval een positief resultaat noteren na jaren van zware verliezen in schade. Uit de overige activiteiten werd 2,8 mln aan resultaat geboekt (7,2). Na aftrek van belastingen (29 mln) bleef een netto resultaat over van 83,7 mln euro (95,8), waarmee AXA ruim boven het voortschrijdende gemiddelde blijft over de afgelopen vijf jaar. Het eigen vermogen nam toe van 578 mln tot 629 mln vorig jaar. De netto technische voorzieningen stegen van 6,9 miljard tot 7,3 miljard euro. Het aantal medewerkers blijft dalen van 939 in 2001 tot inmiddels 483.
Bovemij Forse toename premie-inkomen motorrijtuigen
Atradius Meer omzet in Nederland Kredietverzekeraar Atradius zag de nettowinst het afgelopen jaar verdubbelen van 50,6 miljoen euro in 2004 naar 100,3 mln. Procentueel was de stijging 98%. Onderdeel van de winstgroei was de in het boekjaar gemaakte winst op de verkoop van niet-kernactiviteiten. Zonder deze toevoeging stijgt de nettowinst van de overgebleven kernactiviteiten kredietverzekering en incasso met 68,1% naar 82,3 mln (2004: 49,0 mln). De totale omzet na herverzekering steeg met 13,1% naar 730,2 mln (2004: 645,8 mln). De bruto claims ratio verbeterde van 44,8% in 2004 naar 41,6% in 2005. Netto steeg de claims ratio van 46,0% in 2004 naar 43,0% in 2005. Het beleggingsresultaat valt 29,4% lager uit op 45,9 mln (2004: 65,0 mln). Reden hiervoor is een aanzienlijke vermindering van de gerealiseerde winsten op beleggingen. Het kredietverzekeringsbedrijf van Atradius is bezig met een geleidelijke afstoting van de garantieactiviteiten in Nederland, Duitsland en België. De Nederlandse activiteiten van Atradius boekten in 2005 een omzetgroei van 2,2%.
38
Bovag-dochter Bovemij Verzekeringen zag het afgelopen jaar haar bruto premie-inkomen toenemen van 152,88 miljoen euro naar 160,21 mln. Daartegenover stond een bruto schadelast van 82,44 mln (2004: 77,84 mln). Het schadepercentage liep terug van 67,2% naar 61,5%. Onderverdeeld in branchegroepen nam het premie-inkomen bij Ongevallen en ziekte af van 21,4 mln naar 19,59 mln. Bij Motorrijtuigen steeg het echter fors van 89,98 mln tot 98,45 mln en bij de groep Brand en andere schade aan goederen was dat van 9,22 mln naar 9,6 mln. De branchegroep Overige zag het premie-inkomen licht toenemen van 32,28 mln tot 32,56 mln. In 2005 werden 3.500 Dealergarant Autoverzekeringen gesloten met een gezamenlijke premieomzet van 2,1 mln. Aan bedrijfskosten werd een bedrag van 38,19 mln (2004: 37,98 mln) in de boeken opgenomen. Het technisch verzekeringsresultaat nam daarmee toe van 10,87 mln tot 18 mln. Onderverdeeld in branchegroepen nam het technisch resultaat bij Ongevallen en ziekte toe van 2,2 mln naar 2,54 mln. Bij Motorrijtuigen steeg het technisch resultaat fors van 6,35 mln tot 10,66 mln en bij de groep Brand en andere schade aan goederen was dat van 0,53 mln naar 1,97 mln. De branchegroep Overige zag het technisch resultaat toenemen van 1,78 mln tot 2,83 mln. De opbrengsten uit beleggingen profiteerden van het gunstige beursklimaat en laten een stijging zien van 7,66 mln naar 14,28 mln. Bij
VB_1606_P39 30-08-2006 08:50 Pagina 39
CZ
een brutoresultaat van 22,56 mln (2004: 13,14 mln) sluit Bovemij het boekjaar 2005 af met een nettowinst die stijgt van 8,64 mln naar 16,18 mln. Het eigen vermogen van de maatschappij neemt ultimo boekjaar toe van 31,63 mln tot 45,5 mln.
Cardif Alleen premiegroei bij levensverzekeringen Cardif Nederland Holding, 100% dochter van BNP Paribas Assurance in Frankrijk en daarmee onderdeel van het groepsconglomeraat BNP Paribas, maakt de cijfers bekend van zowel haar NV schade als haar NV leven. In Nederland zijn Cardif Schadeverzekeringen en Cardif Levensverzekeringen voornamelijk actief in de markt van de ‘betalingsbeschermingsverzekeringen’. De producten worden gecommercialiseerd in de markt van zowel consumptief als hypothecair krediet. Het schadebedrijf boekte een bruto premie-inkomen van 206,41 miljoen euro, een afname ten opzichte van de 213,06 mln in 2004. De bruto schadelast bedroeg 4,86 mln (2004: 3,57 mln). De bedrijfskosten nemen af van 111,56 mln naar 108,13 mln. Aan beleggingsopbrengsten wordt een bedrag van 21,89 mln (2004: 17,84 mln) in de boeken opgenomen. De technische rekening wordt afgesloten met een positief resultaat dat met vijf miljoen euro toeneemt tot een totaal van 25,01 mln. Het eigen vermogen werd versterkt van 60,32 mln tot 79,51 mln. De aanwezige solvabiliteit bedroeg ultimo boekjaar 98,9 mln en is daarmee 252% van de vereiste solvabiliteit (39,21 mln). Na belastingen resteert een nettowinst van 19,19 mln (+31,6%). Verzekeringsmaatschappij Cardif Levensverzekeringen boekte een bruto premie-inkomen van 72,93 miljoen euro, een toename ten opzichte van de 60,9 mln in 2004. De bruto-uitkeringen voor eigen rekening bedroegen 3,84 mln (2004: 2,76 mln). De bedrijfskosten nemen toe van 32,10 mln naar 40,37 mln. Aan beleggingsopbrengsten wordt een bedrag van 7,71 mln (2004: 5,59 mln) in de boeken opgenomen. De technische rekening wordt afgesloten met een positief resultaat dat, evenals het schadebedrijf, met vijf miljoen euro toeneemt tot een totaal van 10,53 mln. De technische voorziening Levensverzekering is toegenomen van 96,67 mln naar 111,03 mln. Het eigen vermogen werd versterkt van 18,19 mln tot 26,1 mln. De aanwezige solvabiliteit bedroeg ultimo boekjaar 25,6 mln en is daarmee 168% van de vereiste solvabiliteit (15,2 mln). Na belastingen resteert een nettowinst van 7,91 mln (+91,8%).
Conservatrix groep Aanzienlijke groei in leven en uitvaart De Conservatrix Groep boekte vorig jaar zowel in leven als in uitvaart aanzienlijke groei. Het bruto premie-inkomen steeg met 24,3% tot 29,7 miljoen (23,9). Ruim een kwart (26%) van het premie-inkomen is afkomstig van traditionele levensverzekeringen, 37% van unit-linked verzekeringen en nog eens 37% van natura-uitvaartverzekeringen. De Groep bestaat uit Conservatrix Leven, HUVA Leven, een naturauitvaartverzekeraar waarvan de resultaten in Conservatrix Leven zijn opgenomen en NUVEMA Natura-uitvaart (zie elders in deze uitgave). Het beleggingsresultaat van de groep daalde met 5,5% tot bijna 6 mln euro. Het eigen vermogen steeg met 12,1% tot 28,6 mln en de bruto omzet steeg met 24,6% tot 38,7 mln euro. Het resultaat van de
groep was echter 1,18 mln negatief (+ 798 duizend) hoofdzakelijk als gevolg van een herverzekeringscontract van uitvaartdochter Nuvema en een herverzekeraar. Het bruto premie-inkomen van Conservatrix Leven steeg met 31,2% tot bijna 18,6 mln euro. Deze groei is voor een groot deel te danken aan de koopsommenproductie die met 68,8% groeide van 3,5 mln tot ruim 6 mln. Het premie-inkomen uit periodieke premies liet met 1,4% een meer bescheiden groei zien en steeg daarmee tot 12,5 mln. Door aanzienlijke productie van nieuwe verzekeringen werd ook in 2005 een fors bedrag aan provisie betaald: 4,41 mln tegen 4,34 in 2004, een jaar waarin ook een aanzienlijke groei werd gerealiseerd. Het eigen vermogen steeg van 16,6 mln naar 21,3 mln en vormt daarmee 27% van de technische voorzieningen. De opbrengst uit beleggingen voor polishouders steeg van 789 duizend tot 2,9 mln. Het resultaat van Conservatrix leven was met 698 duizend aanzienlijk beter dan het negatieve resultaat van 2004: - 64 duizend. De verbetering is te danken aan de hogere premie-inkomsten en aan kostenbeheersing.
CZ Positief resultaat door beleggingsopbrengsten Het CZ-concern brengt financieel verslag uit van OWM CZ groep Zorgverzekeraar (voorheen: CZ groep Ziekenfonds en CZ groep Ziektekosten) en OWM CZ groep Aanvullende Verzekering Zorgverzekeraar. Het particuliere ziektekostenbedrijf zag het bruto premie-inkomen afnemen van 610,63 miljoen euro tot 581,46 mln. Het brutobedrag aan uitkeringen bedroeg 550,47 mln en is daarmee fors lager dan de 643,28 mln over 2004. De beleggingsopbrengsten droegen dankzij het gunstige beursklimaat weer fors bij aan het resultaat. De post steeg in 2005 van negatief 27,04 mln tot een positief saldo van 59,41 mln. De voorziening uitkeringen ziektekosten werd met 79,2 mln (2004: 3,02 mln) flink gespekt en steeg van 156,42 mln naar 207,02 mln. Aan beheerskosten werd een bedrag van 62,87 mln (2004:
SPREKENDE CIJFERS CZ ZORGVERZEKERINGEN (in miljoenen euro‘s) 2005 (2004) Gestort kapitaal --Reserves 1165 957 Technische voorzieningen 949 518 Beleggingen 1243 1170 Brutopremie 3040 2942 Premie e.r. 2926 2817 Schade 3142 2804 Schade e.r. 2763 2588 Schadepercentage e.r. 94.4% 92,3% Kosten van beheer 155 141 Provisie 17,0 13,0 Nettowinst incl beleggingsresultaat 165 58
nummer 16 - 31 augustus 2006
39
VB_1606_P40 30-08-2006 08:50 Pagina 40
VB-Special feiten en cijfers
55,91 mln) geboekt. Het uiteindelijke resultaat verbetert van een negatief saldo ad 12,94 mln naar een positief saldo van 115,1 mln. Het eigen vermogen stijgt ultimo boekjaar van 410,7 mln naar 554,35 mln. Het aanvullende ziektekostenbedrijf zag het bruto premie-inkomen toenemen van 200 miljoen euro tot 206,42 mln. Het brutobedrag aan uitkeringen bedroeg 180,93 mln en is daarmee hoger dan de 162,96 mln over 2004. De beleggingsopbrengsten droegen dankzij het gunstige beursklimaat weer fors bij aan het resultaat. De post steeg in 2005 van negatief 5,13 mln tot een positief saldo van 32,72 mln. Aan de voorziening uitkeringen ziektekosten werd een bedrag van 4,6 mln ontrokken (2004: + 9,43 mln). De voorziening neemt daarmee af van 25,74 mln naar 20,55 mln. Aan beheerskosten werd een bedrag van 22,1 mln (2004: 20,73 mln) geboekt. Er vond een vrijval voorziening recidive plaats ten bedrage van 0,29 mln. Het uiteindelijke resultaat verbetert fors van 1,89 mln naar 22,41 mln. Het eigen vermogen stijgt ultimo boekjaar van 281,31 mln naar 316,99 mln. Het voormalige ziekenfonds ontving aan premies en bijdragen een bedrag van 2.252,85 mln (2004: 2.131,46 mln). Aan verstrekkingen werd bruto een bedrag van 2.166,04 mln (2004: 1.989,74 mln) uitbetaalt. De opbrengsten uit beleggingen namen in 2005 fors toe van 0,8 mln tot 11,37 mln. Dit kon echter niet verhinderen dat het uiteindelijke resultaat terugviel van 68,83 mln naar 27,52 mln.
richting van de juridische dossiers. Er werden in het afgelopen jaar in totaal 82.000 zaken behandeld tegenover 85.000 in 2004. De kosten voor rechtshulp namen af van 76,79 mln tot 74,34 mln. De bedrijfskosten stegen echter, door hogere provisiekosten, van 50,91 mln naar 55,04 mln. Dit bij elkaar genomen zorgde in 2005 voor een verbetering van het technisch verzekeringsresultaat van 8,37 mln tot 21,65 mln. Het eigen vermogen neemt toe van 28,81 mln tot 34,92 mln. Nadat in 2004 de verzekeringsadministratie geheel was vernieuwd, is het afgelopen jaar hard gewerkt aan de integratie van het DAS-systeem met dat van de samenwerkende intermediaire relaties. Eind 2005 kon de eerste fase van deze ketenintegratie worden gerealiseerd met de ingebruikneming van een toepassing voor digitale aanvragen van verzekeringen. Een webtool die inmiddels bij verschillende relaties in gebruik is genomen. Naast de ontwikkelingen op ICT-gebied introduceerde de verzekeraar in 2005 ook twee nieuwe productconcepten voor particulieren: DAS Bewust en DASxtra. Laatstgenoemde is een pakket van aanvullende juridische diensten voor de particuliere verzekerde, deels gratis en deels tegen betaling. De gratis diensten zijn uitbreidingen op de verzekering die met name op het gebied van juridisch advies liggen.
DBV Omzetrecord en groei medewerkersbestand
DAS Toename nettowinst door premiegroei en beleggingen Rechtsbijstandverzekeraar DAS zag de nettowinst over 2005 fors toenemen van 6,06 miljoen euro naar 14,98 mln. De groei van het bruto premie-inkomen van 133,78 mln naar 143,51 mln en de geboekte beleggingopbrengsten van 10,54 mln (2004: 6,35 mln) lagen in belangrijke mate aan deze winststijging ten grondslag. Het aantal meldingen is tegenover de premiestijging in relatieve zin gedaald. Het eerder ingevoerde eigen risico bij een gedekte melding heeft daaraan volgens DAS wederom positief bijgedragen. De verhouding tussen verkeerszaken en juridische zaken verschoof bij DAS licht in de
Het jaar 2005 wordt door DBV als een van de meest turbulente jaren uit de geschiedenis van DBV omschreven. De redenen: een omzetrecord en een forse groei van het medewerkersbestand. Ook werd in de groei veel gewijzigd om de groei van het bedrijf in goede banen te leiden. De premieomzet noteerde een groei van 42% en kwam daarmee uit op 472 miljoen euro. De groei van de premieomzet werd vooral in koopsommen bereikt. Deze productie steeg van 228 mln naar 347 mln. Ook in periodieke premies werd een groei gerealiseerd, zij het meer bescheiden. Deze productie steeg van 105 mln naar 125 mln. De winst halveerde echter en daalde van bijna 14 mln tot bijna 7 mln. Het schadebedrijf had slechts een marginale rol in de groei van de
SPREKENDE CIJFERS DBV (in miljoenen euro‘s) SREKENDE CIJFERS DAS (in miljoenen euro‘s) 2005 Gestort kapitaal Reserves Technische voorzieningen Beleggingen Brutopremie Premie e.r. Schade Schade e.r. Schadepercentage e.r. Kosten Provisie Nettowinst
40
5,0 29,9 163,4 191,4 143,5 143,5 74,3 74,3 52,6% 20,9 34,1 15,0
2005
(2004)
4,5 79,2 1486,2 1702,7
4,5 56,1 1086,6 1245,5
7138,0 2270,4 1695,5 467,4 47,4 22,0 6,8 20,8
5442,5 1470,2 813,7 329,1 35,0 17,3 13,7 21,6
(2004) 5,0 23,8 150,6 150,6 133,8 133,8 76,8 76,8 58,8% 20,6 30,3 7,0
Gestort kapitaal Reserves Technische voorzieningen Beleggingen Premiereserve e/r Beleggingen Verzekerd bedrag 31-12 Brutoproductie Nettovooruitgang Premie plus koops.e/r Kosten waarvan provisie Nettowinst Winst aan verzekerden
VB_1606_P41 30-08-2006 08:51 Pagina 41
Donatus
premieomzet. De bijdrage bleef beperkt tot minder dan 3 mln euro. De voor DBV belangrijke hypotheekproductie liet een fraaie groei zien: + 131% waarmee de productie op 2,8 miljard uitkwam. Ook het aandeel van door DBV zelf gefinancierde hypotheken steeg. Dit aandeel groeide met 56% van 800 mln tot 1.243 mln euro. De beleggingsopbrengsten van de verzekeringsbedrijven stegen met 69 mln van 55 tot 107 mln euro. Door een toename van de zelf gefinancierde portefeuilles namen de rente-inkomsten van de financieringsactiviteiten toe. Deze stegen van 54 tot 74 mln. Naast de inkomsten stegen ook de kosten. Deze namen met 12 mln toe tot 47 mln. Ook de acquisitiekosten groeiden van bijna 5 tot 22 mln. Deze groei werd veroorzaakt door de koopsommenproductie en hypotheken voor eigen rekening. De beheerkosten stegen nog harder (+49%) van 15 tot bijna 23 mln euro. Deze kostenstijging is structureel en hangt samen met de groei van het bedrijf. De solvabiliteit van DBV verbeterde in 2005 door de winst en door een achtergestelde lening van de moeder.
DELA Winst compenseert verliezen door ‘beurskrach’ In 2005 heeft DELA een zeer forse resultaatstijging gerealiseerd. De nettowinst bedroeg 79 miljoen euro, een stijging van 66% ten opzichte van 2004. De gunstige winstontwikkeling betekent volgens de verzekeraar dat de forse verliezen van 2001 en 2002, die door de dalingen op de financiële beurzen ontstonden, zijn weggewerkt. Ironisch genoeg is het juist de beurs die het afgelopen jaar de aanjager is geweest achter de winstgroei bij DELA. De opbrengsten uit beleggingen namen toe van 115,69 mln tot 190,2 mln. De overgenomen Sophia Group, een uitvaartketen in België, heeft operationeel positief bijgedragen. Door een prudente afschrijving van 5 mln aan goodwill, heeft deze overname in 2005 echter nog een drukkend effect op het resultaat. De nettoaanwas in het aantal verzekerden bedroeg 76.531. Per ultimo boekjaar bedroeg het totale aantal Nederlandse verzekerden 2.563.922. In België verliep de verkoop van uitvaartverzekeringen minder rooskleurig. De nettoaanwas in polissen kwam uit op een magere 913 en door extra royementen is het verzekerdenbestand uiteindelijk met 62 afgenomen tot 219.530. DELA zag het premie-inkomen stijgen met ruim 8% tot 164,71 mln. De toename komt overwegend voort uit autonome groei door toename van het aantal verzekerden, extra dekkingen en de nieuwe uitvaartgerelateerde koopsompolis. De directe kosten voor uitvaartverzorging en uitkeringen namen toe van 67,21 mln tot 82,17 mln. Aan winstdeling is een bedrag van 157.000 euro (2004: 54.000) uitgekeerd. De bedrijfskosten stegen fors van 39,79 mln naar 64,52 mln. Dit is zonder de acquisitiekosten. Deze post bedroeg 24,48 mln (2004: 22,65 mln). De toegerekende opbrengst uit het intermediaire bedrijf bedroeg 0,4 mln (2004: 0,34 mln). Bij het uitvaartverzorgingsbedrijf bedroeg dit 123,91 mln (2004: 84,75 mln). Het eigen vermogen ligt ultimo boekjaar met 636 mln (2004: 463 mln) op een niveau dat hoger is dan eind 2000, het vorige hoogste peil van DELA.
Delta Lloyd Topjaar op alle fronten De financiële markten bezorgden de Delta Lloyd Groep vorig jaar een recordwinst van 568 miljoen voor belasting. Maar ook op
andere fronten werden goede resultaten geboekt. Zo steeg het bruto premie-inkomen autonoom met 6% tot 5,7 miljard. Hiervan werd 2,6 miljard door Delta Lloyd geboekt, ruim een miljard door OHRA en ruim een miljard door ABN-AMRO Verzekeringen. De netto-omzet steeg tot 9,2 mld (+15%). Het eigen vermogen steeg van 2,8 tot 3,8 mld euro, een stijging van liefst 36%! De solvabiliteit van de groep steeg hierdoor tot 264%, die van de Nederlandse verzekeringstak tot 322%. De rentabiliteit op het eigen vermogen kwam uit op 13%, de nettowinst steeg van 340 tot 443 mln euro (+30%). De gerealiseerde opbrengsten uit beleggingen namen door de opleving van de beurs met 34% toe tot 3,2 miljard. Schade boekte vorig jaar een record. Ondanks een gelijkblijvend bruto premie-inkomen (1,1 mld) steeg het brutoresultaat tot 218 mln (+55%). Deze stijging is te danken aan de combined ratio, die tot 91% daalde. Een langlopende kostenbesparing, goed claimmanagement, minder claims en een lagere WAO-instroom waren de oorzaak. Het bruto premie-inkomen uit leven groeide tot bijna 3,8 mld (+10%). Het merendeel daarvan komt uit eigen land (ook +10%) dat goed was voor 2,7 mld. Hiervan komt 1,5 mld van Delta Lloyd. OHRA en ABN-AMRO noteerden vooral groei in koopsommen, Delta Lloyd vooral doorlopende premie. Het resultaat voor belasting daalde tot 252 mln (-12%). Zorg liet een kleine daling zien van het bruto premie-inkomen, van 834 tot 811 mln. Bij Delta Lloyd was de daling 6%, bij OHRA 1%. Het resultaat groeide van 17 tot 41 mln euro. De hypotheekportefeuille liet een groei zien van 15% en kwam daarmee iets boven de 11 mld euro. In Nederland groeide de portefeuille tot bijna 8,7 mld (+11%). De nieuwe productie was bijna 3,1 mld (+15%). In Nederland was de nieuwe productie 2,1 mld (+6%). Het totale vermogen in beheer steeg tot 55,2 mld euro (+12%). De nieuwe instroom bedroeg 1,5 mld.
Donatus Hoogste resultaat uit rijke geschiedenis Een gunstig schadebeeld heeft het 154ste boekjaar van kerkenverzekeraar Donatus doen eindigen met een nettowinst van 11,56 miljoen (+33,5%), het hoogste resultaat in de rijke geschiedenis van de maatschappij. De opbrengsten uit beleggingen deden met een stijging van 2,85 mln tot 5,84 mln ook een aardige duit in het resultatenzakje. De bruto premie-inkomsten in de brandsector namen met 4,2% toe van 17,36 mln tot 18,08 mln. Het aantal gemelde schadegevallen was met 1.861 15,3% lager dan in 2004. De brutoschadelast nam af van 8,81 mln naar 4,42 mln. Dat is inclusief een zevental grote schaden met een gezamenlijke schadelast van 2,06 mln. In 2004 betrof het zes forse meldingen met een schadelast van 4,44 mln. Na herverzekering blijft er een nettoschadelast over van 2,82 mln (2004: 4,07 mln). Het aantal stormschaden liep terug van 305 naar 96. De brandsector kan ook dit jaar wegens goede resultaten rekenen op een premierestitutie van 50%. Hiervoor wordt een bedrag van 8,36 mln onttrokken aan de netto winst. Donatus zag de bedrijfskosten toenemen van 3,46 mln naar 4,22 mln. Hierin speelde uitbreiding van het personeelsbestand een grote rol. Het technisch verzekeringsresultaat is toegenomen van 7 mln tot 11,37 mln. Het resultaat uit assurantiebemiddeling nam met 9,3% toe tot 0,93 mln. Het productenpakket werd eind 2005 uitgebreid met bemiddeling in ziektekostenverzekeringen, ondergebracht bij CZ. Deze activi-
nummer 16 - 31 augustus 2006
41
VB_1606_P42 30-08-2006 08:51 Pagina 42
VB-Special feiten en cijfers
SPREKENDE CIJFERS DONATUS (in miljoenen euro‘s)
Gestort kapitaal Reserves Technische voorzieningen Beleggingen Brutopremie Premie e.r. Schade Schade e.r. Schadepercentage e.r. Kosten Provisie Nettowinst
2005
(2004)
--41,6 2,7 51,8 18,1 11,4 4,4 2,8 24,8 4,2 0,9 11,6
--38,5 3,0 45,3 17,4 10,8 8,8 4,1 37,7 3,5 0,9 8,7
teiten kunnen dit jaar eventueel bijdragen aan het resultaat. Dona Re, de in Zwitserland gevestigde herverzekeringsactiviteit van Donatus, kon het boekjaar afsluiten met nagenoeg eenzelfde resultaat (1,78 mln) als over 2004 (1,76 mln). Donatus versterkte het eigen vermogen van 38,54 mln tot 41,56 mln. De algemene reserve bedraagt ultimo boekjaar 31,42 mln. De in de balans opgenomen voorziening pensioenvoorziening volgens Richtlijn 271 van de Raad voor de Jaarverslaggeving bedroeg 3,77 mln.
Erasmus Winst bij minder premie De Erasmus Groep zag het afgelopen jaar de premie-inkomsten met 8,3% afnemen tot 227,63 miljoen euro. Ondanks dat gegeven wist de maatschappij het jaar af te sluiten met een nettowinst van 6,28 mln, fors hoger dan de 4,34 mln over 2004. De opbrengsten uit beleggingen van zowel het schade- als ook het levenbedrijf waren met 8,4 mln respectievelijk 39,0 mln nagenoeg op het niveau van 2004. De solvabiliteitsratio schadeverzekering nam toe van 154% naar 235%. Bij leven ging de ratio met 2% omhoog naar 151%. Het groepsvermogen bedraagt ultimo boekjaar 44,32 mln (2004: 37,26 mln). Erasmus Leven mocht maar even genieten van haar 100 miljoen euro premiegrensdoorbraak in 2004. Ondanks dat was er toch sprake van een goed jaar. De groei in productie van premiebetalende verzekeringen kon in belangrijke mate worden gerealiseerd dankzij een sterke toename van hypotheekgerelateerde verzekeringen. Er werd in 2005 een volume van ruim 320 mln aan hypothecaire leningen afgezet (2004: 200 mln). Gemeten in eerstejaarspremie, steeg de productie met 38% naar 4,6 mln. De productie van kapitaalverzekeringen en lijfrentes tegen eenmalige premiebetaling is met 14% gedaald naar 79,0 mln. Per saldo nam de premieomzet van het levensverzekeringsbedrijf hierdoor met 9% af van 109,1 mln naar 99,7 mln. Zowel de ten laste van het resultaat gebrachte acquisitie- en overige eerste kosten als de beheerskosten namen toe van 7,3 mln naar 10,9 mln. Daarnaast is in 2005 de afschrijvingstermijn voor de geactiveer-
42
SPREKENDE CIJFERS ERASMUS (in miljoenen euro‘s)
Gestort kapitaal Reserves Technische voorzieningen Beleggingen Brutopremie Premie e.r. Schade Schade e.r. Schadepercentage e.r. Kosten Provisie Nettowinst
2005
(2004)
17,1 26,6 867,3 916,1 227,6 214,2 193,6 199,0 94,7% 23,6 32,1 6,3
20,1 17,2 832,8 865,1 248,4 212,1 207,8 203,1 95,9% 23,6 25,5 4,3
de acquisitie- en eerste kosten teruggebracht van tien naar vijf jaar. De geactiveerde acquisitiekosten voor spaarhypotheekverzekeringen zijn ten laste van het resultaat gebracht. Het resultaat voor belasting liep hierdoor in het afgesloten boekjaar terug van 2,2 mln naar 1,7 mln. Zonder de eenmalige lasten zou een winstcijfer resteren. Het schadebedrijf zag de bruto premie-inkomsten met 8% afnemen van 139,28 mln naar 127,93 mln. Erasmus wijt dit aan de doorgevoerde herstructurering en de toenemende concurrentie. “Helaas verdwijnt het in 2002 en 2003 duidelijk aanwezige marktbrede besef, dat het schadeverzekeringsbedrijf het moet hebben van gezonde technische resultaten. Wij zien dan ook wederom de dreiging van een neerwaartse spiraal ontstaan betreffende premieniveau en acceptatiecondities, vooral op het gebied van brandverzekeringen”, aldus het directieverslag. Ondanks de dalende premieomzet wist de verzekeraar het verzekeringstechnisch resultaat van het schadebedrijf te verdubbelen van 3,87 mln naar 7,45 mln. De premie-inkomsten in de branche motorrijtuigen namen met 7% af van 49,16 mln naar 45,81 mln. Het technisch resultaat van deze branche is met een bedrag 5,03 mln (2004: - 2,33 mln) wederom negatief uitgevallen. De omzet van de branche brand daalde met 7% tot 53,25 mln (2004: 57,38 mln). Het resultaat van de brandtekening bedraagt 7,39 mln tegenover 3,22 mln in 2004. De geboekte premie in de branche transport daalde door de restrictieve acceptatierichtlijnen met 19% van 8,18 mln naar 6,63 mln. Het resultaat van deze branche steeg van 1,62 mln naar 3,3 mln. Hiermee rechtvaardigt de maatschappij de handhaving van haar strakke acceptatiebeleid. In de branche aansprakelijkheid nam de omzet met 6% af naar 13,04 mln. Het resultaat bedroeg 0,48 mln (2004: 1,02 mln). De omzet van de overige branches daalde met 14% naar 9,21 mln. Dit als gevolg van het beëindigen van garantieverzekeringen. Het resultaat bedraagt hier 1,3 mln (2004: 0,34 mln).
Eureko 2005 meer dan uitstekend Het jaar 2005 wordt door Eureko niet alleen als een uitstekend jaar
VB_1606_P43 30-08-2006 08:51 Pagina 43
De Goudse
getypeerd, het is ook het jaar van de fusie van Achmea en Interpolis. Eureko spreekt van een succesvolle integratie. En hoewel de – goede resultaten van Interpolis slechts over de laatste twee maanden zijn geconsolideerd in de cijfers van Eureko, legt de fusie het concern geen windeieren. Neem bijvoorbeeld de stijging van de brutowinst met 114% tot 826 miljoen euro. Of de stijging van het bruto premieinkomen dat met 19% groeide tot 6,58 miljard. Ook het eigen vermogen groeide fors: plus 162% tot 8,53 miljard. Het bruto premie-inkomen uit Schade steeg met 15% tot 1.699 mln euro, met name de Nederlandse markt zorgde hiervoor. Net als voor de groei van de brutowinst (+30%) door het relatief lage aantal grote schaden. De gestegen kosten zijn veroorzaakt door provisiekosten in het bancaire distributiekanaal van Interpolis. Zonder dit effect zouden de kosten met 24,7% zijn gedaald. Het bruto premie-inkomen uit Leven steeg met een nog groter percentage (21,4%) tot 2.817 mln euro. Dit is met inbegrip van 438 mln premie van Interpolis. De winst uit Leven steeg van 185 mln tot 202 mln euro. Extra voorzieningen bij het Griekse Interamerican deden het technisch resultaat dalen met 86 mln tot 30 mln euro. De zorgmarkt stond in het teken van oversluitingen en collectieve contracten. Ook Achmea roerde zich in deze markt en investeerde 175 mln euro in premiekortingen. Met een groei van het aantal verzekerden tot 3,3 mln als gevolg (+400.000). Deze investering is deels ten laste van het resultaat over 2005 gegaan. De brutopremie uit zorg steeg met 19% tot 2.072 mln euro. Het belangrijkste deel hiervan (98%, 2.012 mln) komt uit de Benelux. De overname van de zorgportefeuille van AXA (2004) leverde vorig jaar een extra premie-inkomen op van 162 mln euro (+8%). De WIA zorgde voor een premiedaling door de terugbetaling van 78 mln euro aan WAO-premie.
Fortis Bankbedrijf zorgt voor winst De nettowinst van Fortis steeg vorig jaar met 45% tot 2.410 miljoen euro. Dit is nog exclusief het resultaat op verkochte beleggingen. Het grootste deel van deze winst komt van het bankbedrijf, dat zijn winst zag groeien met 53%. Bij het verzekeringsbedrijf was de winststijging met 9% aanzienlijk lager. De stijging van de winst van 1.126 naar 1.225 mln dankt het verzekeringsbedrijf aan een winstgevende omzetgroei, kostenbeheer en een gunstige ontwikkeling in schade. De bruto geboekte premie uit schade steeg met 3% tot 4.775 mln. Het combined ratio verbeterde flink en daalde van 99% naar 96%. Het resultaat verbeterde fors en steeg met 40% tot 475 mln euro. Deze stijging kan voor een zeer groot deel op het conto van ‘Fortis Insurance Netherlands’ worden bijgeschreven, dat volgens Fortis profiteerde van een uitstekend technisch resultaat en hogere gerealiseerde waardeverschillen op de beleggingsportefeuille. De omzet uit leven steeg met 41% tot 11.481 mln euro. Het resultaat uit deze portefeuille steeg met 5% tot 7.348 mln.
Nederland Fortis ASR en de merken De Amersfoortse, De Europeesche en Falcon vormen samen wat Fortis omschrijft als ‘Fortis Insurance Netherlands’. Deze groep verzekeraars zag de gezamenlijke nettowinst met 19% stijgen tot 553 mln euro. Met name leven droeg flink bij aan deze stijging. Het bruto premie-inkomen uit leven bleef nagenoeg gelijk op 4.604 mln. De enige branche die een daling van de
omzet noteerde was Ongevallen en Ziekte, van 1.064 naar 993 mln euro. Als oorzaken noemt Fortis de Wia waardoor WAO-gat en Pembaproducten zijn achterhaald. De totale operationele marge verbeterde met 22% (11% bij Leven en 43% bij Schade). De kosten stegen tot 556 mln (+8%), de stijging van de kosten dicht het BelgischNederlandse concern toe aan de integratie- en marketingkosten waaronder de introductie van het nieuwe merk Fortis ASR.
De Friesland Particulier bedrijf draagt resultaat De Friesland Groep heeft 2005 afgesloten met een resultaat dat afneemt van 32,08 mln naar 27,87 mln. Aan deze terugval liggen de financiële cijfers van de ziekenfondsactiviteiten ten grondslag. Het particuliere bedrijf droeg het afgelopen boekjaar wederom goed bij aan de resultaatontwikkeling. De Friesland Groep overschreed in de zomer van 2005 voor het eerst in zijn geschiedenis de grens van 400.000 verzekerden. Binnen ‘De Friesland-groep’ zijn twee rechtspersonen actief op het gebied van ziektekostenverzekeringen: O.W.M. De Friesland Zorgverzekeraar en O.W.M. De Friesland Particuliere Ziektekostenverzekeringen. Hierna de cijfers zoals weergegeven in het beknopte kerncijfersdocument van de maatschappij. Het particuliere bedrijf boekte een technisch verzekeringsresultaat dat fors stijgt van 10,47 mln naar 18,41 mln. Het bruto premie-inkomen bedroeg 54,26 mln (2004: 51,88 mln). De schadelast steeg van 47,03 mln naar 48,12 mln. Het particuliere bedrijf zag de kosten oplopen van 4,74 mln naar 4,97 mln. De Friesland Aanvullende verzekering boekte een premie-inkomen van 60,17 mln (2004: 55,59 mln). Het bedrag aan verstrekkingen steeg van 40,63 mln naar 46,1 mln. Bij dit onderdeel namen de bedrijfskosten toe van 5,75 mln tot 8,57 mln. De Friesland Ziekenfonds zag het technisch resultaat verslechteren van 17,49 mln naar een negatief saldo van 4,79 mln. Aan premies en bijdragen kwam er 665,26 mln binnen (2004: 565,81 mln). Aan verstrekkingen werd een bedrag van 644,76 mln opgenomen (2004: 530,41 mln). De bedrijfskosten namen hier toe van 19,87 mln naar 24,72 mln. De Friesland Reisverzekering boekte een verzekeringstechnische winst van 0,26 mln (2004: 0,19 mln). De premie-inkomsten bedroegen 1,73 mln (2004: 1,45 mln). Er werden in totaal 53.590 (2004: 51.111) reis- en annuleringspolissen verkocht.
De Goudse Minder omzet, meer winst De Goudse maatschappij typeert het jaar 2005 als een historisch jaar. Na meer dan tachtig jaar als zorgverzekeraar actief te zijn geweest, heeft De Goudse vorig jaar besloten de zorgportefeuille te verkopen aan VGZ-IZA/Trias. De Goudse blijft echter onder eigen label wel zorgverzekeringen aanbieden. Daarnaast was de winst historisch hoog. De nettowinst bedroeg 39,3 mln, 27% meer dan het jaar ervoor. Met dank aan vooral de Nederlandse verzekeringsactiviteiten, de verkoop van de zorgportefeuille en het staken van verliesgevende buitenlandse volmachten. Ondanks de gestegen winst waren alle andere kerncijfer in mineur. Het premie-inkomen uit Schade daalde van 476 miljoen tot 391,8
nummer 16 - 31 augustus 2006
43
VB_1606_P44 30-08-2006 08:51 Pagina 44
VB-Special feiten en cijfers
mln euro. Dat uit Zorg daalde van 96 tot 73,6 mln. En ook Leven leverde premie in, daar een daling van 373,6 naar 316,3 mln. De opbrengsten voor belasting waren ook minder: 95,1 mln (103,5 mln). En de overige inkomsten daalden van 23,7 tot 6,7 mln. De totale omzet lag daarmee onder het miljard: 883,5 mln (1.072 mln). Het operationeel resultaat voor belasting daalde van 47,5 tot 45,6 mln. De enorme verbetering van het technisch resultaat uit schade, een stijging van 6,8 mln naar 21,8 mln, werd grotendeels teniet gedaan door een daling van dit resultaat bij Leven. Hier daalde het resultaat van 39 mln tot 19,8 mln. Het resultaat uit Zorg steeg van 213 duizend tot bijna 3 mln positief. Het resultaat uit de gewone bedrijfsvoering, voor belasting, steeg van 46,1 tot 53,9 mln euro. Hogere baten van 5,5 mln (141 duizend) en lagere lasten: 11,8 mln tegen 14,5 mln in 2004 en hogere toegekende opbrengsten waren de oorzaak van dit betere resultaat. Bij nagenoeg gelijkblijvende belastingen steeg derhalve de nettowinst tot de historisch hoge 39,3 mln. De solvabiliteit van de groep ligt op 199%, voor Leven op 208% en voor Schade op 280%.
Onderlinge ‘s-Gravenhage
Neerlandia De solvabiliteit van schadedochter Neerlandia overtrof deze norm nog ruimer, de aanwezige solvabiliteit van ruim 15 mln is twaalf maal de vereiste. Bij Neerlandia daalde het premie-inkomen heel licht met 3,8% tot 7,32 mln. Daar stond een schadelast van 3,08 mln tegenover, 16,4% minder dan in 2004. De verbetering van de schaderesultaten dankt Neerlandia aan een afname van het aantal claims en lagere schadebedragen per schade, vooral in motorrijtuigen. Als gevolg van dit alles steeg de winst met 22% van 924 duizend tot 1,13 mln.
De Hoop
Trouw aan traditionele levensverzekeringen
Eeuwfeest en productiemijlpaal
Ook in 2005 wist levensverzekeraar OLG wederom een groei te realiseren, zowel in omzet als in nieuwe productie. De in 2001 gekozen strategie om traditionele levensverzekeringen trouw te blijven werpt nu haar vruchten af. Dat was het jaar van de kelderende beurskoersen, en de afgelopen jaren was het niet veel beter met de koersen gesteld. De klant keerde de unit linked-verzekering de rug toe en OLG spon er garen bij. De omzet nam toe met 12,2%, het brutopremieinkomen steeg met 17% tot 118,6 miljoen, dit was 101,3. Een keerzijde van de sterke groei in leven was wel de hogere acquisitiekosten, deze stegen van 11,1 tot 15,9 mln euro. De acquisitiekosten bestaan nagenoeg geheel uit betaalde provisie. De beheers- en personeelskosten stegen met 8,6% van 17,2 tot 18,7 mln. Deze stijging is voor een groot deel toe te schrijven aan hogere pensioenlasten en aan afname van de doorberekende kosten aan dochter Neerlandia. Als gevolg van de hogere kosten daalde winst van 16 tot 14,4 mln.
De honderdjarige levensverzekeringsmaatschappij De Hoop heeft naast de viering van het eeuwfeest ook een productiemijlpaal bereikt. De brutoproductie van nieuwe polissen steeg met 26% naar 100,02 miljoen euro. Het aandeel hierin van moeilijk verzekerbare risico’s nam ook het afgelopen jaar weer toe. Netto nam de omvang van de verzekeringsportefeuille in 2005 met 16,2% (2004: 9,7%) toe van 394,8 mln tot 458,65 mln. De bruto premie-inkomsten stegen met 12,6% van 5,81 mln naar 6,54 mln. Er werd bruto 5,2 mln uitgekeerd, dat is een stijging van 10,2% ten opzichte van de 4,72 mln in 2004. De bedrijfskosten stegen met 9,3% tot 1,74 mln. De opbrengsten uit beleggingen stijgen bij een gunstig beursklimaat niet echt spectaculair en komen uit op 5,38 mln (2004: 5,28 mln). De totale winstdeling bedroeg in 2005 1,09 mln (2004: 0,79 mln). Het technisch verzekeringsresultaat verslechterde uiteindelijk van 0,67 mln naar 0,52 mln. Het jubileum werd afgesloten met een gestegen nettowinst van 2,52 mln (2004: 2,44 mln). Het eigen vermogen van De Hoop is toegenomen van 48,28 mln tot 56,16 mln. De vereiste solvabiliteitsmarge bedraagt 2,7 mln, wat de honderdjarige wederom het predikaat ‘zeer solide’ oplevert.
SPREKENDE CIJFERS ONDERLINGE ’s-GRAVENHAGE (in miljoenen euro‘s) 2005 (2004) Gestort kapitaal 0,00009076 0,00009076 Reserves 176,3 160,5 Premiereserve e/r 918,5 847,4 Beleggingen 1143,5 1042,0 Verzekerd bedrag 31-12 3410,9 3165,8 Brutoproductie 496,7 368,7 Nettovooruitgang 245,2 133,0 Premie plus koops.e/r 117,6 100,5 Kosten 34,3 27,9 waarvan provisie 15,9 11,1 Nettowinst 14,4 16,0 Winst aan verzekerden 12,8 15,9
44
Bijna 13 mln hiervan is voor de polishouders en wordt gedeeld, in 2004 was dit nog 15,9 mln. De waarde van de beleggingsportefeuille steeg met 9,7% tot ruim 1,14 miljard, het gemiddeld rendement op de portefeuille daalde iets van 5,27% tot 5,06%. De inkomsten uit beleggingen stegen met 3,3% tot 55,3 mln (53,6). Het eigen vermogen van OLG steeg van 160,5 tot 176,3 mln. De solvabiliteit is met 416% ruim vier maal zo groot als de wettelijke eisen.
ING / Nationale-Nederlanden Minder premie, meer winst bij NN Ook voor ING was 2005 een goed jaar. De nettowinst steeg van 5,75 miljard tot 7,21 miljard euro (+25,3%). De verzekeringsactiviteiten profiteerden van de groei in pensioenen en levensverzekeringen in de opkomende markten, hogere beleggingsresultaten en lagere schadelasten. De winst uit het verzekeringsbedrijf kon daardoor stijgen met 11,5% tot 3,98 miljard euro. Het totale premie-inkomen steeg met 4,9% tot 45,8 miljard euro. De winst uit de bancaire activiteiten steeg met 27,2% tot 4,53 miljard euro, de totale baten stegen met 9,2% tot 13,8 miljard.
Nationale-Nederlanden Het premie-inkomen uit Leven daalde met 8% van 4.931 miljoen tot 4.515 mln. De grootste daling was te vinden in de koopsommenpro-
VB_1606_P45 30-08-2006 08:51 Pagina 45
Klaverblad
ductie, deze daalde met 12% van 2.789 tot 2.456 mln. Ook het inkomen uit periodieke premies daalde, zij het met slechts 4%, van 2.142 tot 2.059 mln euro. De daling van de koopsommenproductie was voorzien. NN heeft de tarieven aangepast om de winstgevendheid te verbeteren. Bij Leven stond alles in het kader van verbetering van de performance. Uit het verslag van NN valt op te maken dat de klanttevredenheid inmiddels met 8% gegroeid is. In Schade had NN een goed jaar, de resultaten verbeterden vanwege een sterk gedaalde schadelast. Het technisch resultaat verbeterde daardoor van 126,2 mln tot 210,7 mln euro. Vooral de branches brand, motor en overige droegen bij aan het goede resultaat. Het resultaat van de branche motorrijtuigen steeg van 19,9 mln negatief naar 5 mln positief. Het resultaat uit brand steeg van 1,5 mln tot 23 mln euro. Het resultaat uit ongevallen en ziekte daalde van 149,5 tot 142,2 mln. Het premie-inkomen uit schade daalde met 5% tot 1.133 mln euro. Ongevallen en ziekte, de grootste branche van NN, liet een daling zien van 12% tot 432 mln. Het premie-inkomen uit motorrijtuigen daalde met 2% tot 257 mln en dat uit transport met 3% tot 23 mln. Brand, de op een na grootste branche, boekte meer premie: 313 mln (+2%). De overige branches groeiden tot 107 mln (+1%).
Interpolis Laatste jaar zelfstandig Met ingang eind 2005 wordt Interpolis geconsolideerd in de cijfers van Achmea opgenomen, en daarom is dit de laatste maal dat wij Interpolis als zelfstandige verzekeraar beschrijven. Kijkend naar de cijfers van Achmea wordt duidelijk dat Interpolis een succesvol 2005 achter de rug heeft. Hoewel Interpolis maar voor slechts twee maanden in de cijfers van Achmea is betrokken, maakten winst en omzet direct een sprong voorwaarts. Kijken we naar de onderliggende cijfers van Interpolis, dan wordt meteen duidelijk waarom. Interpolis zag vorig jaar zijn winst voor belastingen (en beëindigde bedrijfsactiviteiten) stijgen met 31% van 307 miljoen tot 401 mln euro. De nettowinst steeg met 36% tot 297 mln (218 mln), ondanks eenmalige posten die een negatief effect hadden van 44 mln. De omzet bleef weer ruim boven de 5 miljard. De bruto geboekte premie bleef stabiel met 3,9 miljard euro. De brutopremie uit schade steeg met 3% tot 1.188 mln. Het aantal verkochte ‘Alles in één Polissen’ ligt inmiddels op 1,3 mln, aan het MKB zijn per eind 2005 221.000 Bedrijven Compact Polissen verkocht. De brutowinst uit schade verdubbelde tot 176 mln euro. Het bruto premie-inkomen uit leven steeg met 2% tot 2.466 mln euro. Het inkomen uit particuliere levensverzekeringen nam af van 2.025 tot 1.859 mln. Het inkomen uit collectieve verzekeringen steeg van 231 tot 305 mln (+30%).De brutowinst uit leven daalde met 1% tot 195 mln euro. De bruto geboekte premies arbeidsongeschiktheidsverzekeringen daalden met 15% tot 309 mln euro. Als reden voert Interpolis de introductie van de WIA aan. De winst uit zorg verbeterde met 35% tot 46 mln euro. Het verlies uit overige activiteiten daalde nog verder van 11 mln tot 16 mln euro.De omzet uit de Zorgdienstverlening is als gevolg van wetswijzigingen en lager verzuim gedaald naar 93 mln.
Klaverblad Negatief technisch resultaat uit schade
een minder goed jaar voor de maatschappij dan 2004. Het technisch resultaat uit schade was over de hele linie negatief. Dat de winst er toch beter uitziet komt omdat voor het eerst ook de verandering van de waarde van de beleggingen is meegenomen in het resultaat (zowel gerealiseerde als niet-gerealiseerde resultaten). De gestegen aandelenkoersen pepten zo het resultaat behoorlijk op. Al met al kwam de winst voor belasting uit op 42,6 miljoen euro, ruim meer dan de 36,4 in 2004. Het schadebedrijf droeg in negatieve zin bij, - 3,7 mln, medische verzekeringen en leven droegen respectievelijk 16,6 en 5,1 bij aan het resultaat. De winst na belasting was met 28,3 miljoen iets hoger dan het jaar ervoor (25,6). De bruto geboekte premie steeg met 7,2% (2004 12,2%) van 164 mln tot bijna 176 mln euro. Hierin is ook het premie-inkomen uit het medewerkerspensioencontract meegenomen. Zonder dit contract zou de stijging 8,5% bedragen tegen 12,7% in 2004. De bruto geboekte premie uit schade, medisch en leven (ex. eigen pensioencontract) bedroeg respectievelijk: 93,8 mln (+0,4%), 40,4 mln (+19,4%) en 41,7 (+19,5%) mln. Deze groei ligt onder het niveau van 2004. Het technisch resultaat (na kosten en opbrengsten) kwam met ruim 17,9 mln behoorlijk slechter uit dan in 2004, toen er nog ruim 25,7 mln werd gerealiseerd. Vooral schade deed het resultaat dalen: - 3,7 mln terwijl in 2004 nog 7,9 mln positief resultaat werd geboekt. In schade werd met 52,7 mln minder premie uit motorrijtuigen geboekt (-3,4%). De geleden schade was 41,4 mln waardoor het technisch resultaat op 13 mln negatief uitkwam. De oorzaak was meer schade in WA en hogere voorzieningen voor letselschaden. De premie uit brand steeg met 3,9% tot 32,4 mln, maar ook hier een negatief technisch resultaat: 1,4 mln (+3,1 mln). Uit de overige branches werd met 10,5 mln 9,7% meer aan premie verdiend. Maar ook hier een negatief technisch resultaat: - 2,3 mln (+ 0,7 mln). Het premie-inkomen uit medische verzekeringen liet een fraaie stijging zien van 12,6 mln naar 16,5 mln. Ook het resultaat verbeterde van 11,1 mln positief tot 16,6 mln. In leven werd 41,8 mln geboekt (36,8) bij een technisch resultaat van 5,1 mln (6,7). De grootste investering in 2005 was die in het nieuwe kantoorgebouw, dat inclusief inrichting 5 mln kostte. Dit werd geheel uit de cash flow gefinancierd. Het eigen vermogen steeg na toevoeging van de winst van 201,8 mln tot 223,5 mln. Het eigen vermogen overtreft de solvabiliteitseis daarmee ruim vijf maal.
SPREKENDE CIJFERS KLAVERBLAD (in miljoenen euro‘s) Gestort kapitaal Reserves Technische voorzieningen Beleggingen Brutopremie waarvan buitenland Opbrengst beleggingen Totale omzet Premie e/r leven Premie e/r schade Kosten waarvan provisie Nettowinst Winst aan verzekerden
2005 5 224 213 446 176 0 17 193 42 133 69 46 28 0
(2004) 5 202 199 376 164 0 15 179 37 126 55 37 26 0
Hoewel de winst bij Klaverblad in 2005 met 10% steeg, was het toch
nummer 16 - 31 augustus 2006
45
VB_1606_pAdvert 29-08-2006 16:38 Pagina 46
Gaat u met de opbouw van hun oudedagsvoorziening ook zo kort door de bocht?
Begrijp ons niet verkeerd, wij van de Onderlinge
Onderlinge ’s-Gravenhage speciale producten ont-
’s-Gravenhage vinden dat uw cliënt net zo veel
wikkeld waarmee uw cliënt ook op latere leeftijd
van het leven moet genieten als hij zelf wil. Laat
nog steeds van het leven kan genieten. Het gaat om
hij vooral zijn grenzen verkennen, met alle spanning
producten die daadwerkelijk zekerheid bieden.
die daarbij hoort.
Daarbij komt nog het voordeel van een unieke vorm
Maar er is één onderdeel waarop wij elk risico beslist
van winstdeling: de Onderlinge ’s-Gravenhage keert
tot een minimum willen beperken. En dat is een
maar liefst 95% van de te verdelen winst uit aan de
goede oudedagsvoorziening. Daar hangt eenvoudig
deelnemers (polishouders). Met als resultaat een
weg te veel van af. Op dat gebied zijn risicovolle
prima oudedagsvoorziening met minimale risico’s.
stunts absoluut niet welkom. Daarom heeft de
En dat noemen wij “verzekerde groeikracht”.
Onderlinge Levensverzekering-Maatschappij „’s-Gravenhage” U.A. - Postbus 629 - 2501 CP ’s-Gravenhage
VB_1606_P47 30-08-2006 08:51 Pagina 47
London
Leeuwarder Onderlinge
London
Grote brandschaden in bedrijvensector
Sterke winststijging ondanks concurrentie en prijsdruk
In tegenstelling tot de landelijke trend werd de Leeuwarder Onderlinge in het afgelopen jaar geconfronteerd met een relatief hoog aantal grote brandschaden in de bedrijvensector. Mede door deze schaden steeg de schaderatio in de branchegroep Brand van 32% naar 74%. Het totale schadebedrag als gevolg van brand bedroeg 3,66 mln. In 2004 was het schadebedrag in deze branche nog 1,61 mln. Het vastgestelde schadebedrag in de branche Aansprakelijkheid steeg naar 0,12 mln. De schaderatio kwam uit op 46%. De branche Ongevallen bleef schadevrij terwijl bij de overige branches het vastgestelde schadebedrag in de branche auto 64.000 euro bedroeg en in de branche transport 14.000 euro. De schaderatio bedroeg hier respectievelijk 51% en 47%. Leeuwarder Onderlinge zag het totale bruto premie-inkomen in 2005 toenemen van 5,28 mln tot 5,4 mln. De post schaden eigen rekening steeg van 0,73 mln naar 1,23 mln terwijl ook de bedrijfskosten fors toenamen, van 1,23 mln tot 1,46 mln. De maatschappij moest uiteindelijk een technisch verlies optekenen van 0,5 mln (2004: +0,17 mln). Grootste boosdoener was een aanvullende pensioenlast waarvoor een bedrag van 0,62 mln in het resultaat verwerkt zit. De bedrijfskosten daalden met 0,21 mln naar 1,46 mln. De opbrengst uit beleggingen bedroeg 0,64 mln waarmee er uiteindelijk een netto winst blijft staan van 0,21 mln (2004: 2,01 mln, inclusief een forse éénmalige bate van 2,05 mln). De aanwezige solvabiliteit bedroeg per 31 december boekjaar 14,09 mln (+0,15 mln) bij een wettelijk vereiste solvabiliteit van 0,66 mln.
London Verzekeringen realiseerde vorig jaar het beste resultaat ooit in haar geschiedenis. Ondanks een beleggingsopbrengst over de technische voorzieningen die lager was dan voorzien, zorgde met name een lagere schadelast voor dit positieve resultaat. Een gedaalde schadefrequentie zorgde voor de lagere schadelast. Het resultaat voor belastingen steeg naar 30,8 miljoen euro, een stijging van 10,3%. In 2004 was het resultaat voor belasting nog 27,9 mln. De omvang van de bruto geboekte premies groeide met 4,2% tot 326,3 mln euro (313,2 mln), ondanks een toenemende concurrentie en prijsdruk. De netto verdiende premies stegen van 303,9 mln tot 320,3 mln, een stijging van 5,4%. De opbrengsten uit beleggingen daalden van 25,6 mln tot 22 mln, een daling van 14%. Per saldo steeg de bruto-omzet met 10 mln tot 348 mln euro, een stijging van 2,8%. Het eigen vermogen steeg van 106,7 mln tot 134,8 mln (+26,3%). De waarde van de beleggingen steeg met meer dan 50 mln euro tot bijna 464 mln (+12,3%). De aanwezige solvabiliteit van bijna 142 mln is 2,7 maal zo groot als wettelijk vereist (52,5 mln). London zeer te spreken over de bedrijfsprocessen, die de afgelopen jaren verder zijn geoptimaliseerd. Mede door het gebruik van ‘LondonNet’ voor de automatische verwerking van aanvragen en mutaties. Voor dit jaar verwacht de maatschappij dat de verdere ontwikkeling van LondonNet opnieuw zal bijdragen aan de verbetering van de bedrijfsprocessen in samenhang met geautomatiseerde systemen. London verwacht daardoor een verdere reductie van de beheers- en personeelskosten. Van de aanvragen die via ‘LondonNet’ gaan, ligt de polis doorgaans binnen drie dagen bij de verzekerde of het intermediair op de mat. Met alle grote systeemhuizen is de GIM-koppeling gerealiseerd voor nieuwe aanvragen en mutaties van alle producten. London vindt het daarom opvallend hoe weinig aanvragen via GIM binnenkomen.
Legal & General Toename toekomstige winstgevendheid Als onderdeel van een beursgenoteerd concern publiceert L&G haar verslag over 2005 voor het eerst onder IFRS-regels. Met als consequentie dat het operationeel resultaat met 36% daalde ten opzichte van 2004. Wat belangrijker is volgens L&G, is om te kijken naar de toekomstige winstgevendheid van de portefeuille, de zogenoemde embedded value. En die is goed. Na aftrek van kosten en belasting bedroeg deze eind 2005 280 miljoen euro, 17% meer dan ultimo 2004. Dat ook de nieuwe productie winstgevend is, blijkt uit het feit dat de added value, de toevoeging aan de embedded value, 16 mln euro groot was. Ondanks de scherpe premiestelling. Al met al kan de gespecialiseerde levensverzekeraar tevreden terugkijken op 2005. Niet alleen dichtte het intermediair haar wederom de beste performance toe, ook productie liet een flinke spurt zien: +36%. De productie van premiebetalende posten steeg met 4,3% tot 19,2 mln, die van koopsommen met bijna 40% tot bijna 231 mln euro. De totale productie bedroeg daardoor meer dan 250 mln (+36%). De totale omzet, 346 mln aan verdiende premies en 49 mln aan beleggingsopbrengsten steeg met 31% tot iets meer dan 395 mln euro. Door alle groei konden hogere kosten niet uitblijven. Zo steeg de provisie aan het intermediair met 20,6% tot 29,1 mln. Ook de overige bedrijfskosten stegen: van 14,1 mln tot bijna 17 mln euro. Het totaal aan kosten steeg met 31% tot 41,6 mln euro. Het aantal medewerkers steeg met 7 tot 135 op fulltime basis. De solvabiliteit voldoet met 151,7 mln ruim drie maal aan de wettelijke norm. Het enige minpuntje is het resultaat na belasting, dat met bijna 29% daalde tot 29,9 mln euro. Vooral de hogere bedrijfskosten waren debet aan deze daling.
SPREKENDE CIJFERS LONDON (in miljoenen euro‘s)
Gestort kapitaal Reserves Technische voorzieningen Beleggingen Brutopremie Premie e.r. Schade Schade e.r. Schadepercentage e.r. Kosten Provisie Nettowinst
nummer 16 - 31 augustus 2006
2005
(2004)
4,54 130,26 356,67 463,93 326,25 320,31 197,25 21,23 65,6% 11,29 89,89 20,89
4,54 102,23 341,33 413,19 313,21 303,92 198,85 204,35 67,2% 11,85 85,08 19,12
47
VB_1606_P48 30-08-2006 08:51 Pagina 48
VB-Special feiten en cijfers
Menzis Cijferz moeilijk te doorgronden Hoe groter het concern, hoe moeilijker het is om de resultaten van de groepsmaatschappijen te doorgronden. Zo ook bij zorgverzekeraar Menzis die er weer lustig op los consolideerde. In 2005 kwam er aan brutopremies en bijdragen een bedrag van 3.992,64 miljoen euro binnen. In 2004 was dat 3.322,92 mln. De uitbetalingen namen fors toe van 3.053,48 mln tot 3.720,71 mln. Ook de bedrijfskosten laten een stijging zien, van 241,97 mln naar 290,15 mln. Het technisch resultaat schadeverzekering kelderde fors van 95,21 mln naar 4,17 mln. De opbrengsten uit beleggingen maakten nog iets goed. Deze post steeg van 36,2 mln naar 62,76 mln. Uiteindelijk resteert er een nettowinst van 59,24 mln. Derhalve nog steeds fors lager dan de nettowinst van 116,87 mln over het boekjaar 2004. Het eigen vermogen is toegenomen tot 571,7 mln. De nettowinst wordt als volgt over de bedrijfsactiviteiten uitgesplitst: het Ziekenfonds (inclusief Zorgkantoren) zag het nettoresultaat in 2005 teruglopen van 49,54 mln naar een negatief saldo van 0,18 mln. Bij het bedrijfsonderdeel Particulier en aanvullend verslechterde het winstcijfer van 66,77 mln naar 56,76 mln terwijl het bij Inkomens- en schadeverzekering juist verbeterde van 0,13 mln naar 1,44 mln. Assurantie & bemiddeling bleef met 0,47 mln in de rode cijfers, zij het fors minder dan het verlies van 1,12 mln over 2004. De overige bedrijven, waaronder Arbo- en reïntegratie, zagen het winstcijfer toenemen van 1,55 mln tot 1,69 mln.
Monuta
SREKENDE CIJFERS MONUTA (in miljoenen euro‘s)
Gestort kapitaal Reserves Premiereserve e/r Beleggingen Verzekerd bedrag 31-12 Brutoproductie Nettovooruitgang Premie plus koops.e/r Kosten waarvan provisie Nettowinst
2005
(2004)
5 51 345 363 2766 445 316 68 36 18 16
5 35 308 299 2451 390 300 60 31 18 10
nettoresultaat daalde echter van 3,29 mln naar 2,31 mln omdat in 2004 aan positieve incidentele posten een bedrag van 1,21 mln is opgevoerd. Het positieve resultaat is volgens Monuta te danken aan haar ‘zeer’ strakke sturing op het kostenniveau en een hogere omzet per uitvaart. Het werkelijke aantal sterftegevallen kwam met 6% onder het geprognosticeerde aantal van het CBS uit. Deze miscalculatie is volgens Monuta eerder een trend dan uitzondering te noemen.
Verzekeringsbedrijf resultaatverbeteraar Het verzekeringsbedrijf van Monuta uitvaartzorg en -verzekeringen was het afgelopen boek jaar leading als het om de resultaten gaat. Het bedrijfsonderdeel droeg, mede dankzij het gunstige beleggingsklimaat, met 15,85 miljoen (2004: 9,9 mln) fors bij aan het nettoresultaat dat steeg met 10,5% van 13,19 miljoen euro naar 18,17 mln. Bedoelde posten zijn gerelateerd aan de effecten van RJ271 (de verslaggevingsrichtlijn voor personeelsbeloningen), het koersresultaat op aandelen en het incidentele resultaat op latente belastingen (dit als gevolg van de daling van het tarief voor de vennootschapsbelasting van 31,5% naar 29,6%). Zonder incidentele posten nam de winst toe van 7,56 mln tot 8,36 mln. Het verzekeringsbedrijf zag de omvang van de verzekeringsportefeuille met 12,9% toenemen tot 2.766 mln en het premie-inkomen steeg met 12,6% van 59,35 mln tot 66,8 mln. Het aantal verzekerden komt ultimo boekjaar uit op 813.000 (+7%). De opbrengsten uit beleggingen stegen van 20,05 mln naar 29,96 mln. Hiervan is 11,03 mln (3,48 mln) door een positief koersresultaat als indirect rendement aan te merken. De intermediaire distributiekolom en het volmachtbedrijf groeiden het afgelopen jaar wederom en waren gezamenlijk verantwoordelijk voor 70% van de aangebrachte productie. De overige 30% kwam voor rekening van de eigen loondienst. Via de intermediaire internetmodule Monuta Insite werden in 2005 ruim 5.000 polissen gesloten. In de uitvaartwereld werkt het cijfermatig eigenlijk vrij simpel. Gaat het resultaat van het verzekeringsbedrijf omhoog, dan komt het bij het uitvaartverzorgingsbedrijf onder druk te staan. Zo ‘profiteerde’ het verzekeringsbedrijf van Monuta het afgelopen jaar van een lager uitgevallen sterftecijfer, maar rinkelde daardoor de kassa van het uitvaartbedrijf ook minder vaak. Toch was hier sprake van een operationele winststijging, van 2,08 mln naar 2,31 mln. Het
48
Nassau Boekjaar 2005 werd ‘freak year’ Het boekjaar 2005 zal voor Nassau verzekeringen de geschiedenis ingaan als een ‘freak year’. Niet alleen bleef de combined ratio voor het tweede achtereenvolgende jaar op het – historisch gezien - niet eerder behaalde lage niveau van minder dan 80%. Ook de waardestijging van de beleggingen en de beleggingsinkomsten zelf overtroffen alle eerdere in een jaar geboekte resultaten. De solvabiliteit nam sterk toe van 370% in 2004 tot 549% in 2005. In 2005 steeg bij Nassau de verdiende brutopremie eigen rekening van 78,3 mln euro naar 79,5 mln. Daarentegen daalden de uitgaande herverzekeringspremies van 38,9 mln naar 37,2 mln. De brutopremies zijn grotendeels afkomstig uit algemene aansprakelijkheid (bijna 56 mln), brand en andere schade aan goederen (14 mln) en uit overige branches (9,4 mln). De schade voor eigen rekening daalde dit jaar scherp van 26,2 mln euro naar 18,9 mln, waar vorig jaar nog sprake was van een stijging van 7%. Het aandeel van herverzekeraars hierin daalde eveneens van 11,8 mln naar 8,4 mln. Stegen vorig jaar de toegerekende opbrengsten uit beleggingen met ‘maar’ 23%, dit jaar tovert Nassau maar liefst een stijging van meer dan 440% te voorschijn. Namelijk van 547 mln euro in 2004 naar 2424 mln in 2005. De acquisitiekosten bleven bijna gelijk aan vorig jaar (24,8 mln in 2004 en 24,9 mln in 2005). De beheerskosten stegen wel meer in lijn door, dit jaar kwam dat uit op 2,8 mln, in 2004 was dat nog 2,5 mln. Het resultaat uit de gewone bedrijfsvoering verdubbelde dit jaar niet zoals afgelopen jaar, maar liet deze keer een stijging van toch meer dan 50% zien. In 2005 kwam het totaal bedrag
VB_1606_P49 30-08-2006 08:51 Pagina 49
Neerlandia
uit op 14,6 mln tegen 9,7 mln het jaar ervoor. Het resultaat na belasting steeg eveneens sterk door, van 6,6 mln naar 10 mln in 2005. Steeg de solvabiliteit van 2003 op 2004 van 240% naar 370%, in 2005 werd daar nog een grote stap verder in gezet. In 2005 kwam de solvabiliteit uit op 549%. Bij Nassau verzekeringen werkten in 2005 15 mensen, twee meer dan een jaar daarvoor.
SPREKENDE CIJFERS NEDERLANDSCHE GLASVERZEKERING MAATSCHAPPIJ (in miljoenen euro‘s)
Nationale Borg Uitstekend jaar met prima vooruitzichten Volgens de directie van de Nationale Borg, onderdeel van de ING Groep, was 2005 in alle opzichten een meer dan uitstekend jaar, bovendien zijn er prima vooruitzichten. Het premie-inkomen liet een gematigde groei zien en het resultaat was uitstekend. De bruto premiegroei was in 2005 volgens de verwachtingen, aldus de directie van de Nationale Borg. De premiebijdrage is meer dan verdubbeld tot 1,5 miljoen euro, waarbij geldt dat dit type garantie niet is herverzekerd. Bij de verdiende premies en provisie eigen rekening valt op dat de brutopremies en provisie zijn toegenomen van 55 mln tot ruim 60 mln. Het resultaat van de nettopremies en provisie steeg van 38,7 mln tot 42,1 mln. De totaal verdiende premies en provisie eigen rekening liep daarentegen terug van 42,9 mln naar 39,7 mln in 2005. De toegerekende opbrengst uit beleggingen blijkt in 2005 nauwelijks gegroeid ten opzichte van het jaar ervoor. Was het 3,48 mln in 2004, in 2005 steeg dat minimaal tot 3,49 mln. Bij Schaden eigen rekening steeg de post brutoschaden sterk, van 15,4 mln naar 19,2 mln, maar omdat het aandeel van de herverzekeraars bijna verdubbelde liep de netto schade wat minder op (13,3 mln in 2004 en 15,2 mln in 2005). De netto gevallen schaden zijn in 2005 gedaald naar 18,4 mln (was 21 mln). Het resultaat technische rekening schadeverzekering bleef ten opzicht van 2004 gelijk op 12,1 mln. Het beleid om een evenwichtige verdeling tussen primaire en herverzekeringsactiviteiten te handhaven werd dit jaar, evenals in 2004, gerealiseerd . De balans in de herverzekeringsportefeuille - zowel tussen kredietverzekering en garanties, als geografisch - bleef daarbij in stand. In Geld en Fraude verzekeringen bleef de Nationale Borg vasthouden aan het voorzichtige acceptatiebeleid en liet men zich niet tot prijsconcurrentie verleiden. Ondanks de concurrentie die in de markt merkbaar is, is premiegroei gerealiseerd. Naast de groei van het premie-inkomen is het goede resultaat vooral ook een gevolg van de lage risico kosten. Dit wordt enerzijds veroorzaakt door het acceptatiebeleid dat de Borg altijd gevoerd heeft. Anderzijds wordt dit ook grotendeels veroorzaakt door de economische situatie, waarbij de gehele financiële sector minder last van debiteurenverliezen heeft. Bij de kosten bleven de stijgingen beperkt, waardoor het resultaat per saldo een meer dan normale groei vertoonde. Bij de Nationale Borg werken 64 mensen, verdeeld over drie commerciële en vier ondersteunende afdelingen. In het buitenland zijn er vestigingen in België (Antwerpen) en op Curaçao (Willemstad). De Nationale Borg is onderdeel van de ING Groep en maakt binnen ING Nederland organisatorisch deel uit van de divisie Wholesale.
Nederlandsche Glasverzekering Afname premie-inkomsten en daling schadepercentage Het niet verlengen van een groot maar verliesgevend woningbouwverenigingscontract heeft de premie-inkomsten van Nederlandsche
Gestort kapitaal Reserves Technische voorzieningen Beleggingen Brutopremie Premie e.r. Schade Schade e.r. Schadepercentage e.r. Kosten Provisie Nettowinst
2005
(2004)
0,47 9,17 1,50 13,06 3,56 3,54 1,31 1,31 37% 0,87 0,84 1,03
0,47 8,50 1,56 11,62 4,07 4,01 1,93 1,92 47,9% 0,73 0,85 0,51
Glasverzekering Maatschappij De Oudste Anno 1861 (NGM) met 12% doen afnemen van 4,07 miljoen euro tot 3,56 mln. Voordeel hiervan is dat het ook een forse daling van het schadepercentage teweegbracht, van 48% naar 37%. Die daling werd overigens voor een deel ook veroorzaakt door een vermindering van de schadelast in de winkeltekening. In bedragen nam de brutoschadelast af van 1,94 mln naar 1,33 mln. De bedrijfskosten namen toe van 0,73 mln tot 0,87 mln, terwijl aan provisies een bedrag van 0,84 werd uitgekeerd (2004: 0,85 mln). NGM boekte een technisch verzekeringsresultaat dat stijgt van 0,49 mln tot 0,59 mln. De nettoverdiensten komen uit op 1,03 mln (2004: 0,51 mln). Deze toename wordt bereikt door een forse toename van de opbrengsten uit beleggingen. Deze post steeg van 0,29 mln naar 0,92 mln. Het eigen vermogen groeide van 9,05 mln tot 10,25 mln.
Neerlandia Beter resultaat uit motorrijtuigen De winst na belasting bij de schadedochter van Onderlinge ’sGravenhage liet als gevolg van een aanzienlijk beter resultaat uit motorrijtuigen een stijging zien van 202 duizend euro. De winst overschrijdt daarmee het miljoen: 1.126 duizend. In deze winst is echter ook het resultaat van beleggingen in onroerend goed en aandelen meegenomen, die in 2004 nog in het eigen vermogen werden betrokken. De stijging is daarom gebaseerd op aangepaste cijfer over 2004. De omzet was met bijna 9,1 miljoen euro 716.000 lager dan het jaar ervoor. Lagere bruto premies (400 duizend minder) en het feit dat er geen gerealiseerde winst op beleggingen werd geboekt waren de oorzaak. De verdiende premies voor eigen rekening daalden van 7,69 mln tot 7,32 mln euro. Het aantal polissen daalde met 4.385 tot 56.734. Hier was de oorzaak de bromfietspolis, waarvan er 1.283 minder werden gesloten en het feit dat de ongevallenverzekering (1.946) niet langer afzonderlijk, maar als één polis binnen de portefeuille motorrijtuigen wordt geboekt. De totale bedrijfskosten namen
nummer 16 - 31 augustus 2006
49
VB_1606_pAdvert 29-08-2006 16:40 Pagina 50
er r ee b rv em se pt Re 8 se 2 ór vó
Om dienstverlening op het hoogste niveau te bieden laat het intermediair zich graag adviseren. 12 oktober: VB Samenwerkingsgids
VB Samenwerkingsgids 2006 is het naslagwerk met alle relevante dienstverlening speciaal voor assurantietussenpersonen. En dat is goed, want om de eigen zaken goed op orde te kunnen hebben, hoeft het intermediair dus nooit ver te zoeken voor de benodigde support. Alle belangrijke adressen op het gebied van partnerships, consultancy, ICT en internetdiensten, kennismanagement, personeelszaken en preventie zijn te vinden in de VB Samenwerkingsgids. Adverteerders die daar de meerwaarde van inzien, zorgen dat ze deze bewaargids niet missen. Reserveren kan tot donderdag 28 september. Bel voor meer informatie over de bijzondere advertentiemogelijkheden Marieke van der Veer (0570 64 89 13,
[email protected]) of Laura Lustig (0570 64 89 12,
[email protected]).
Het Verzekeringsblad bereikt direct de intermediair klu06039-VBadvSWG_rd.indd 1
07-08-2006 17:07:09
VB_1606_P51 30-08-2006 08:52 Pagina 51
Onderlinge Bossen
met 468 duizend toe tot bijna 3,8 mln. Door een afname van het aantal claims en een daling van het schadebedrag per melding nam de schade voor eigen rekening met 603 duizend af tot bijna 3,1 mln euro. Als gevolg van lagere personeelskosten daalden de personeelsen beheerskosten van 2,47 mln tot 2,18 mln. De beleggingsopbrengsten kwamen uit op 1,11 mln, de omvang van de portefeuille steeg van bij 23 mln tot 25,7 mln. De aanwezige solvabiliteit was met 15 mln ruim twaalf maal de wettelijk vereiste solvabiliteit.
tengevolge van de resultaten en de aantrekkende beurskoersen, toe tot 110,9 mln (93,1 mln). De solvabiliteit is het afgelopen jaar opnieuw toegenomen. De solvabiliteit bedraagt 101,0 mln (89,5 mln) terwijl 9,9 mln wettelijk vereist is. Ook dit is een vrij ongebruikelijk hoog ratio.
Nuvema Afname eigen vermogen door negatief resultaat
Noordhollandsche Zeldzaam lage combined ratio Haar 189ste boekjaar bestempelt de Noordhollandsche als uitermate bevredigend. Alle prognoses werden overtroffen en het resultaat was hoger dan ooit. Het technisch resultaat van 11 miljoen euro, een stijging van 34%, wordt omschreven als “all time high”. Hoewel alle branches aan het resultaat hebben bijgedragen, was het vooral de branche motorrijtuigen die een grote bijdrage leverde. Vorig jaar sloot de Noordhollandsche ruim 55% meer nieuwe verzekeringen (van 45.000 naar 70.000), waardoor de brutopremie toenam van 57,2 mln tot 61,4 mln. De omzet groeide van 64,3 mln naar 69,0 mln. De scherpe concurrentie zorgde echter voor een gemiddelde lagere premie per polis. Vanwege het relatief gunstige weer in 2005 en het uitblijven van grote schaden, daalde de schade voor eigen rekening naar 26,5 mln (26,9 mln). De beheerskosten daalden licht tot 7,0 mln (7,1 mln) en vormen nu 11,3% van de brutopremie (12,4%). De combined ratio bij schade (na herverzekering) verbeterde zich van het toch al goede 0,90 tot 0,86. Menig verzekeraar zal met jaloerse blikken naar deze ratio kijken, die in de markt als vrij zeldzaam mag gelden. De beleggingsopbrengsten stegen beperkt van 7,1 mln naar 7,6 mln. Alles bij elkaar zorgden de ontwikkelingen voor een stevige groei van de winst voor belastingen. Deze steeg van 12,4 mln naar 15,6 mln euro. Na reservering voor belasting werd de winst toegevoegd aan de overige reserves. Het totaal aan beleggingen nam met 23 mln fors toe tot 166,5 mln. Het afgelopen jaar nam het eigen vermogen,
SPREKENDE CIJFERS DE NOORDHOLLANDSCHE VAN 1816 (in miljoenen euro‘s)
Gestort kapitaal Reserves Technische voorzieningen Beleggingen Brutopremie Premie e.r. Schade Schade e.r. Schadepercentage e.r. Kosten Provisie Nettowinst
2005 0.4 110.4 48.9 163.8 61.4 55.5 24.2 26.5 47.7% 7.0 14.0 10.8
(2004) 0.4 92.6 45.6 140.8 57.2 52.3 26.1 26.9 51.4% 7.1 13.0 8.8
Bij Nuvema Natura-Uitvaartverzekeringen steeg in 2005 het bruto premie-inkomen met 14,3% van 9,77 mln naar 11,17 mln. Het bruto premie-inkomen uit periodieke premies nam met 17,6% toe van 7,54 mln tot 8,87 mln. Het bruto premie-inkomen uit koopsommen bedroeg 2,3 mln, in 2004 was dat 2,23 mln. Als gevolg van het herverzekeren van nieuw tot stand gekomen verzekeringen en de verhogingen op bestaande polissen nam het uiteindelijke resultaat van Nuvema af van 0,86 mln in 2004 tot een verlies van 1,72 mln in het afgelopen boekjaar. Mede hierdoor nam ook het eigen vermogen af van 9,71 mln naar 9,37 mln. De verzekeringsportefeuille liet een groei zien. Het verzekerd kapitaal steeg van 260,62 mln naar 292,58 mln en de jaarlijkse premie nam mede hierdoor toe van 8,35 mln naar 9,58 mln. Het volledige jaarverslag was nog niet beschikbaar.
Onderlinge Bossen Rode cijfers door één rampdag Als er één maatschappij aan de weergoden overgeleverd is dan is dat wel Onderlinge Bossen Verzekering. Was het weer de maatschappij in 2004 gunstig gezind, het afgelopen jaar was één rampdag voldoende om de resultaten diep in de rode cijfers te laten glijden. Op vrijdag 25 november 2005 ontstond er door storm en overmatige sneeuwval grote schade aan bomen en bossen. De maatschappij ontving 61 stormschademeldingen en 44 ijzel-/sneeuwdrukschademeldingen. Tot en met eind december 2005 kwamen er nog nieuwe schademeldingen binnen. De totale schadelast die OBV het afgelopen boekjaar aan haar leden moest uitkeren bedroeg 292.526 euro. Hierdoor werd het jaar afgesloten met een nettoverlies van 96.671 euro (2004: +138.000), het laagste resultaat van OVB in de afgelopen dertig jaar. Tot de catastrofale novemberdag was de totale schade beperkt gebleven tot enkele brand- en stormschademeldingen met een gering schadebedrag. OBV ontving uiteindelijk slechts twee kleine brandschademeldingen met een geringe oppervlakte van 0,06 ha. De totaal uitgekeerde brandschadevergoeding bedroeg nog geen duizend euro. Gedurende het boekjaar stegen de premie-inkomsten met 5% naar 494.924 euro (2004: 471.148). De premie stormverzekering nam met 12,8% toe tot 167.000 en de premie brandverzekering steeg met 0,9% naar 319.000. De premie voor de ijzelverzekering nam met 28% toe maar droeg met 8.900 nog maar beperkt bij aan de totale premieinkomsten. Door de hoge schadelast resteerde een negatief technisch resultaat van 151.000. Dat is 305.000 lager dan over het boekjaar 2004. De tegen brand verzekerde oppervlakte bleef nagenoeg gelijk ten opzichte van vorig jaar, en bedroeg aan het einde van het verslagjaar 55.980 ha (+ 0,3%). De tegen storm verzekerde oppervlakte nam sterk toe ten opzichte van 2004, en bedroeg aan het einde van het verslagjaar 22.081 ha (+ 6,5%). Een daling als gevolg van enkele opzeggingen werd geheel gecompenseerd door nieuw verzekerd are-
nummer 16 - 31 augustus 2006
51
VB_1606_P52 30-08-2006 08:52 Pagina 52
VB-Special feiten en cijfers
aal. Het aantal polissen nam met 3% af tot 2.061, voornamelijk door beëindiging na verkoop van kleinere bezittingen. Het waarborgkapitaal van OBV bestaat uit het eigen vermogen en de ledenrekening. Door de forse schadelast daalde het waarborgkapitaal ten opzichte van vorig verslagjaar met 74.000 tot een bedrag van 2,6 miljoen. Het voldoet hiermee echter nog steeds ruimschoots aan de vereiste solvabiliteitsmarge van twee miljoen. Met ingang van 1 oktober 2005 is het herverzekeringscontract hernieuwd, waarbij de dekking voor OBV fors is uitgebreid van 1,5 miljoen naar 3,3 miljoen.
ONVZ Financieel labelen stuwt premie-inkomen Zorgverzekeraar ONVZ heeft in 2005 alle labels die onder het particuliere bedrijf vallen op financieel niveau geïntegreerd. Daarmee is het afgelopen boekjaar het eerste waarin de resultaten van de labelpartners Nationale-Nederlanden, AEGON, VVAA en Allianz volledig zijn geconsolideerd in de resultaten. De cijfers over 2004 zijn niet allemaal vergelijkend gemaakt. Op groepsniveau steeg het resultaat met 0,37 miljoen euro tot 10,85 mln. Het technisch resultaat schadeverzekering steeg met circa een half miljoen euro tot 6 mln. Het particuliere bedrijf verbeterde het resultaat met 13% van 8,3 mln naar 9,38 mln. Het bruto premie-inkomen nam toe met 82% (alle labels opgeteld) tot 436,66 mln. De totale schadelast, inclusief AWBZ en WTZ, nam met 97% toe van 224,34 mln tot 442,05 mln. Het aandeel ONVZ bedroeg daarin 328,53 mln (2004: 166,49 mln). De opbrengsten uit beleggingen stijgen met 13% van 10,72 mln tot 12,17 mln. Aan provisie is een bedrag opgenomen van 27,75 mln (+83%). De brutobedrijfskosten nemen met 69% fors toe tot 51,57 mln. Deze werden sterk beïnvloed door forse investeringen in reclamebudgetten en de aanloopkosten van de nieuwe basisverzekering per 1 januari van dit jaar. Aan incidentele baten werd een bedrag van 62 mln meegenomen. Aan incidentele lasten werd 60 mln in de jaarrekening opgetekend. Het ONVZ Ziekenfonds boekte in het laatste jaar van zijn bestaan een fors lager resultaat dat met 43% afneemt van 1,86 mln tot 1,06 mln. Dat dit positief is dankt het bedrijfsonderdeel aan de lagere kostendoorbelasting als gevolg van efficiencyverbetering door het ziektekostenbedrijf. Het resultaat is opgebouwd uit een positief resultaat op het verstrekkingenbudget van 1,6 mln, een positief resultaat op de premie van 3,2 mln en een negatief resultaat op de beheerskosten van 3,7 mln. De no-claim uitkering bedroeg 4,85 mln.
19,8 mln tot 22,37 mln. OOM Schadeverzekering komt in beeld daar waar de reguliere brandverzekeraars geen adequate oplossing kunnen bieden en is zodoende complementair aan reguliere brandverzekeraars. De OOM brandpolis is dan ook bij uitstek geschikt voor elders moeilijk te verzekeren risico’s. De maatschappij boekte een totaal bruto premie-inkomen van 15,06 miljoen euro (2004: 14,33 mln). Uitgesplitst in branches laat alleen ‘Groot molest’ het afweten. Daar daalde het premie-inkomen van 148.000 naar 29.000. Bij Ziektekosten was een stijging te zien van 8,27 mln naar 8,66 mln, terwijl Brand/vandalisme/overig het inkomen zag stijgen van 5,91 mln naar 6,37 mln. Door toenemende concurrentie verwacht OOM in 2006 op de brandmarkt geen verdere omzetgroei bij een hogere schadelast. Mede door het beëindigen van de deelname in de Ziektekostenpool en het vervallen van de doorlopende bedragenverzekeringen in Nederland wordt ook voor de branchegroep Ziektekosten een lagere omzet en resultaat verwacht. Als gevolg daarvan zal OOM dit jaar over de gehele linie een lager resultaat boeken dan in 2005.
OZ Zorgverzekeringen Resultaat fors teruggelopen In het jaarverslag van OZ Zorgverzekeringen is zoals altijd veel ruimte voor aanverwante zaken en is het laatste vel vrijgehouden voor de commentaarloze verkorte geconsolideerde balans en een dito winsten verliesrekening van het particuliere- en ziekenfondsbedrijf. Aan premies en bijdragen werd een bedrag van 1.208,95 miljoen euro (2004: 1.088,42 mln) in de boeken bijgeschreven. De brutoschadelast bedroeg 1.183,32 mln (2004: 1.014,62 mln). Uitgedrukt in een percentage van de premies en bijdragen is dit 97,9% tegenover 93,2% in 2004. De bedrijfskosten stegen van 32,53 mln naar 41,8 mln. Per verzekerde betekent dat een stijging met 16 euro tot 71 euro. De nettobeleggingsopbrengsten stegen van 8,1 mln tot 9,9 mln terwijl het verzekeringstechnisch resultaat sterk is afgenomen van 72,18 mln tot 32,44 mln. De uiteindelijk behaalde nettowinst keldert van 76,13 mln naar 38,59 mln. Het eigen vermogen van OZ groeide van 236,57 mln naar 277,69 mln. De post technische voorzieningen ging fors omhoog van 146,28 mln naar 295,54 mln.
Robein Aandeel intermediairs lager dan doelstelling
OOM Toenemende concurrentie op de brandmarkt Het jubilerende OOM Verzekeringen sloot haar 65ste boekjaar af met een nettowinst die afneemt van 4,81 miljoen euro naar 4,24 mln. Hoewel de maatschappij alleen een verkort cijferverslag afgeeft, kunnen we toch het volgende beeld schetsen. Het technisch verzekeringsresultaat bedroeg 4,05 mln (2004: 4,26). Bij de branchegroep Ziektekosten werd het boekjaar afgesloten met een lager technisch resultaat; van 2,01 mln naar 1,74 mln. Brand/vandalisme/overig deed het een stuk beter. Daar steeg het resultaat van 2,12 mln naar 3,44 mln. Groot molest zag het resultaat afnemen van 121.000 naar 24.000. Het eigen vermogen van OOM nam ultimo boekjaar toe van
52
Omdat in 2005 het aandeel van verzekeringsadviseurs in het premieinkomen van Robein Leven met circa 4% opnieuw licht achterbleef bij de beoogde doelstelling van 5%, heeft de maatschappij besloten zich weer sterker als direct writer te manifesteren in de markt. Op zich een opmerkelijke conclusie van een bedrijf waar weinig tot geen bemiddelingsprovisie wordt uitgekeerd. Dan de cijfers, waarbij vastgesteld dat in Robein Leven ook de resultaten van Robein Bank zijn geconsolideerd. Aan periodieke premies ontving de maatschappij het afgelopen boekjaar 9,59 miljoen euro, dat is 9% meer dan in 2004. Aan koopsommen kwam een bedrag van 72,49 mln in de boeken (2004: 63,26 mln). Dat maakt bij elkaar een totaal premie-inkomen dat met 14% steeg van 72,07 mln naar 82,08 mln. Ondanks een lichte daling van het aantal polissen ultimo 2005 (-2%), namen de verzekeringstechnische voorzieningen met ruim 1% toe, wat betekent dat de gemiddelde waarde per
VB_1606_P53 30-08-2006 08:52 Pagina 53
Unigarant/UVM
polis fors gestegen is. Daarbij kwam de kostenratio (in procenten van de omzet) uit op een zeer gunstige 4%. De opbrengsten uit beleggingen namen met 14% toe van 29,49 mln tot 33,5 mln. De opbrengst uit bankactiviteiten liep met 6% terug van 2,9 mln tot 2,73 mln. Het totaal verzekerd bedrag van Robein steeg met 7% tot 953,6 mln. Bedroeg het resultaat technische rekening over 2004 nog 3,9 mln, in 2005 was er een stijging van het technisch resultaat met circa 75% tot ruim 6,8 mln. Het concern wist de netto winst met 71% te verbeteren van 3,36 mln naar 5,73 mln. Het eigen vermogen nam met 3% toe tot 25,32 mln.
Salland Ongunstige kaarten qua resultaat Zoals Salland Verzekeringen het zelf al in een begeleidend schrijven aangeeft, brengt de maatschappij het afgelopen boekjaar kort en bondig in kaart. Het geconsolideerd in kaart brengen van de gegevens is in dit geval letterlijk bedoeld, het verslag bestaat uit een set van negen beschreven speelkaarten. Qua resultaat lagen de kaarten in 2005 voor Salland echter iets minder gunstig. De netto verdiensten liepen terug van 7,02 mln tot 2,28 mln. Het verzekeringstechnisch resultaat werd flink door elkaar geschud en daalt fors van 5,79 mln naar 0,79 mln. Met name de bedrijfslasten brachten de Joker in het spel, deze namen toe van 147,58 mln tot 184,57 mln. De beheerskosten namen toe van 11,85 mln tot 14,03 mln. De totale bedrijfsopbrengsten namen toe van 165,23 mln tot 199,38 mln. Het eigen vermogen groeide van 29,55 mln naar 31,83 mln. De technische voorzieningen werden aangevuld tot 61,57 mln (2004: 20,97 mln).
SNS REAAL Juiste formule te pakken Voor SNS REAAL was vorig jaar een goed jaar: de nettowinst steeg met 12,2% tot 323 miljoen euro, de totale baten stegen met 10,9% tot bijna 3,5 miljard. De winst van het verzekeringsbedrijf steeg met 9% tot 140 mln, die van het bankbedrijf steeg met 53 mln tot 204 mln euro (+35%). Het operationeel resultaat steeg met 24,4% tot eveneens 323 mln. Bij REAAL verzekeringen groeide de nettowinst met 12 mln tot 140 mln euro, een groei van 9,4%. Het schadebedrijf liet een daling van de nettowinst zien van 7 mln, waardoor deze uitkwam op 27 mln (20,6%). Bij het levenbedrijf werd juist een flinke stijging gerealiseerd. Hier steeg de nettowinst met 19 mln tot 113 mln (+20,2%). In de nettowinst is het resultaat van 3,4 mln van de in september 2005 overgenomen Nieuwe Hollandse Lloyd volledig betrokken. Het netto premie-inkomen uit periodieke levensverzekeringen was 838 mln (+10,1%), dat uit koopsommen 584 mln (-1,5%) Het premie-inkomen uit schade was 323 mln euro, 9,1% meer dan in 2004. De combined ratio van het schadebedrijf verslechterde van een knappe 93,6% tot 98,1%.
Hypotheken en beleggingen De hypotheekportefeuille groeide met 3,6 miljard tot 43,5 miljard euro, het marktaandeel in nieuwe hypotheken kwam daarmee uit op 8,3% tegen 9,1% in 2004. De beleggingen stegen met 1,6 mld tot 12,6 mld euro. Van deze stijging komt 1 mld voor rekening van SNS REAAL en 628 mln voor rekening van de polishouders. Het totale groepsvermogen steeg met 648 mln tot 2,5 mld euro. De
solvabiliteitsratio in het levenbedrijf steeg van 192% tot 233%. Bij schade was deze groei 14%, waardoor de ratio op 275% uitkwam. SNS Reaal is zeer te spreken over het resultaat en is ervan overtuigd op de goede weg te zijn. Het jaar 2005 sterkt het concern in het vertrouwen dat SNS REAAL de juiste formule te pakken heeft. Ook brengt dit het bedrijf dichter bij zijn doel om de favoriete financiële dienstverlener te worden voor particuliere klanten en kleine tot middelgrote bedrijven in Nederland.
Unigarant/UVM Klimmen in stagnerende markt Voor Unigarant Verzekeringen en haar risicodrager UVM Verzekeringsmaatschappij stond 2005 in het teken van het vinden van groeikansen in een concurrerende markt. Dit heeft onder meer geresulteerd in het afsluiten van contracten met automerken, het Nationale Fiets Project (bedrijfsfietsen) en met Tomos en Peugeot. Bij Unigarant, de schadedochter van ANWB, steeg de premieomzet met 5% van 266 miljoen euro tot 280 mln. De netto omzet (ontvangen provisies) nam toe van 97,78 mln tot 102,76 mln. De provisie voor eigen behoud was 44,2 mln, tegen 41,7 in 2004. Er werd 58,6 (56,1) mln aan provisies uitgekeerd. De kosten waren met 31,8 mln iets hoger dan de 29,6 mln van 2004. Per saldo viel het bedrijfsresultaat iets hoger uit op 12,4 mln (12,1 mln). Tellen we daar de rente baten en lasten bij op dan zien we een resultaat uit bedrijfsvoering van 13,2 mln. Na aftrek van belasting resteert een nettoresultaat van ruim 8,7 mln. In 2004 was dit nog 8,5 mln. Bij UVM groeide de omzet met 5% tot 161,6 mln euro, het resultaat nam toe van 13 mln tot 15,3 mln euro. Het netto resultaat was uiteindelijk 10,5 mln, 2 mln meer dan het jaar ervoor. Volgens de verzekeraar een historisch resultaat, dat is toe te schrijven aan goede schaderendementen en aan kostenbeheersing. De brutoschadelast nam toe van 74,2 mln tot 78,4 mln. Na aftrek van het aandeel voor herverzekeraars bleef 47,9 mln aan schade voor eigen rekening over (44,8
SPREKENDE CIJFERS UNIGARANT / UVM (in miljoenen euro‘s)
Gestort kapitaal Reserves Technische voorzieningen Beleggingen Brutopremie Premie e.r. Schade Schade e.r. Schadepercentage e.r. Kosten - waarvan Provisie Nettowinst
nummer 16 - 31 augustus 2006
2005 1,8 68,2 48,3 127,0 161,5 97,9 78,4 47,9 50,6% 60,6 59,5 10,5
(2004) 1,8 56,3 45,7 110,9 153,2 89,7 74,1 44,8 52,4% 58,6 57,9 8,5
53
VB_1606_P54 30-08-2006 08:52 Pagina 54
VB-Special feiten en cijfers
mln). Aan bedrijfskosten werd 36,9 mln betaald, 4,4 mln meer dan het jaar ervoor. Het technische resultaat komt daarmee uit op 12,45 mln (10,9 mln). De toegerekende opbrengsten uit beleggingen op de winst en verliesrekening bedragen 2,06 mln tegenover 1,83 mln in 2004. Het technisch resultaat uit Ongevallen en Ziekte nam af van 3,1 mln tot 2,35 mln, dat uit Motor nam toe van 1,75 mln tot 2,3 mln. Transport was weer positief met 137 mln (- 114 mln), Brand en Overig verbeterde van 5,17 naar 6,04 mln.
Univé Resultaat stijgt in 2005 met 30% Univé Verzekeringen heeft, onder andere door een paar bijzondere baten, het jaar 2005 goed afgesloten. Het resultaat voor belastingen steeg met 30% tot 212 mln euro. In 2004 was dat nog 164 mln. In dit bedrag is het resultaat van de Onderlingen, 46 mln in 2005 (2004: 38 mln), opgenomen. Het bruto premie-inkomen nam toe met ruim 11% van 1,54 mld tot 1,72 mld euro. De hierin opgenomen bijdrage van de Onderlingen steeg van 114 mln naar 120 mln. De verwachtingen voor 2006 zijn minder florissant. Univé Verzekeringen denkt dat door een scherper premiebeleid in 2006 een belangrijk lager netto resultaat zal worden behaald. Een belangrijk deel van dit resultaat van Univé Verzekeringen betreft de bijzondere baten. In de jaarcijfers van 2005 zijn deze verwerkt als een ongerealiseerde koerswinst van 55 mln euro (herberekening over de periode 2001-2005) en een eenmalige bate van zes mln uit de voorzieningenpot als gevolg van de invoering van het zorgstelsel. De opbrengsten uit beleggingen zijn toegenomen van 55,3 mln tot 96,3 mln. Het totaal aan uitkeringen bij Univé Verzekeringen steeg van 1,19 mld naar 1,32 mld, een stijging van 11%. Het schadebedrijf zag het brutoresultaat toenemen van 54 mln in 2004 tot 69 mln in 2005. Univé Zorg zag het resultaat door het vrijvallen van een voorziening voor ‘schade oude jaren’ fors toenemen van 13 mln naar 48 mln. Univé Zorgverzekeraar boekte een behoorlijk lager, maar nog steeds positief resultaat van 7 mln, in 2004 sloten de boeken op 34 mln. De herverzekeringsactiviteiten (excl. Stormher) behaalden een aanzienlijk beter resultaat van 9 mln tegenover 2 mln in 2004. Het bruto premie-inkomen nam hier met 12% af tot 13 mln. Univé Stormher zag de bruto premie met 12% toenemen tot 9 mln en het resultaat verbeterde van 3 mln naar 4 mln. De Stichting Univé Rechtshulp (SUR) zag het aantal verzoeken om rechtsbijstand het afgelopen jaar stijgen met 10% tot bijna 25 000 zaken. Waar in de afgelopen jaren 8 tot 10% van de zaken werd uitbesteed, was dat in 2005 nog maar 4,7%. Door enkele eenmalige voorzieningen daalde het resultaat met 0,3 mln euro tot 0,6 mln.
VAN Bijzondere risico’s samengevoegd Het verslag van de Verenigde Assurantiebedrijven Nederland (VAN) is het eerste gezamenlijke verslagjaar van de fusiepartners Rialto Verzekeringen en de Vereenigde Assurantiebedrijven ‘Nederland’. Beide partijen gingen in 2005 samen verder, waarbij aangetekend dat het merk Rialto is voortgezet als label voor particuliere schadeverzekeringen met een bijzonder karakter. In het jaarverslag zijn de cijfers over 2004 vergelijkend gemaakt. De nettowinst steeg in het verslag-
54
jaar met 153% van 1,3 miljoen euro naar 3,2 mln. De omzet die onder het label Rialto wordt geboekt bestaat vooral uit premie-inkomen uit motorrijtuigverzekeringen. VAN constateert hier een verruiming van het acceptatiebeleid in de markt, waardoor de druk op de ontwikkeling van het premie-inkomen toeneemt. Het bedrijf zag de totale premie-inkomsten in 2005 met 31,08 mln vrijwel gelijk blijven aan dat in 2004. Er was wel sprake van een verschuiving binnen de branches. De verminderde omzet in de brandtekening werd veroorzaakt door het staken van de acceptatie van zware bedrijfsmatige risico’s. De stijging van het premie-inkomen in de overige branches werd zowel veroorzaakt door groei in de particuliere aansprakelijkheidsverzekeringen als in de branche van beroepsaansprakelijkheidsverzekeringen. De daling in de branche motorrijtuigen is eerder al genoemd. De brutoschadelast daalde met ruim 12% tot 10,5 mln, de nettoschadelast steeg met ruim 25% fors tot 4,7 mln. De vermindering van de brutoschadelast is waarneembaar in alle branches. De daling van de nettoschadelast komt vooral voor rekening van de motorrijtuigentekening. De bedrijfskosten namen met 12,5% af tot 5,4 mln en de totale opbrengst uit beleggingen steeg met 55% naar 2,8 mln. Het eigen vermogen van de VAN steeg van 12,89 mln naar 15,33 mln. De aan de Nederlandse Milieupool gecedeerde netto bestandspremie bedroeg het afgelopen jaar 5,6 mln (2004: 5,2 mln), een stijging van bijna 8%. De ambitie van de NMP ligt echter op een hoger groeicijfer.
VGZ-IZA Winstgroei particulier bedrijf VGZ-IZA heeft in 2005 een fusie met Zorgverzekeraar Trias in gang gezet die in juridische zin in 2006 is afgerond. De uitvoering van de verzekeringen en de IZA-regeling gebeurde afgelopen boekjaar door de Coöperatie VGZ-IZA UA (uitvoeringscoöperatie). De leden van de uitvoeringscoöperatie zijn: NV VGZ Zorgverzekeraar en Coöperatie VGZ-IZA Groep UA (topcoöperatie); Stichting Ziekenfonds VGZ; en tot slot de Publiekrechtelijke regeling IZA Nederland. VGZ Particuliere Verzekering zag het resultaat in 2005 fors toenemen van 21,1 miljoen tot 114,6 mln euro. Ook de totale beleggingsopbrengsten stegen fors, van 55,6 mln naar 140,7 mln. Aan premies en bijdragen kwam in totaal 1.346,2 mln binnen (2004: 1.205,7 mln). De schadelast nam toe van 1.112,9 mln tot 1.158,5 mln. De bedrijfskosten namen toe van 104,2 mln naar 148,4 mln. Het solvabiliteitspercentage van dit bedrijfsonderdeel steeg ultimo 2005 van 237% tot 268%. Ziekenfonds VGZ bracht het positieve resultaat van 55,6 mln over 2004 terug naar een verlies van 22,5 mln. De beleggingsopbrengsten namen hier licht toe van 16,5 mln tot 17,8 mln. Aan premies en bijdragen kwam in totaal 2.588,7 mln binnen (2004: 2.286,6 mln). Daar stond een schadelast tegenover van 2.506,5 mln (2004: 2.152,8 mln). De bedrijfskosten bedroegen 107,8 mln (2004: 86,5 mln). Het solvabiliteitspercentage van dit bedrijfsonderdeel nam ultimo 2005 af van 175% tot 141%. IZA Nederland boekte een resultaat van 56,4 mln, dat is fors lager dan de 105,7 mln in 2004. De totale opbrengst uit beleggingen bedroeg hier 18 mln (2004: 11,6 mln). Aan premies en bijdragen kwam in totaal 1.340,7 mln binnen (2004: 1.073,1 mln). De schadelast steeg van 927,8 mln naar 1.272,7 mln. De bedrijfskosten namen toe van 46,7 mln tot 54,8 mln. Het solvabiliteitspercentage van deze juridische entiteit nam ultimo 2005 af van 155% naar 115%. IZA kent overigens geen wettelijke eisen voor solvabiliteit maar hanteert een interne solvabiliteitseis.
VB_1606_P55 30-08-2006 08:52 Pagina 55
Yarden
VVAA Koopsom vervangt premiebetalende post VVAA groep is financiële dienstverlener voor professionals en organisaties in de gezondheidszorg. Enig aandeelhouder is de Vereniging VVAA. De circa 86000 leden van de vereniging zijn werkzaam als arts, huisarts, medisch specialist, tandarts, mondhygiënist, dierenarts, verloskundige, apotheker, fysiotherapeut of in een ander paramedisch beroep, als verpleegkundige of studerend voor een van deze beroepen. Het geconsolideerde groepsresultaat voor belastingen daalde met 3% naar 26,52 miljoen euro. De nettowinst steeg echter door een toevoeging van belangen van derden met bijna 2% tot 18,76 mln. Het eigen vermogen groeide van 117,04 mln tot 126,44 mln. Het bruto premie-inkomen van de verzekeringsactiviteiten groeide met 11% tot 173,1 mln. Het premie-inkomen uit levensverzekeringen steeg met 21% naar 87 mln. Werd in 2004 nog een substantieel deel van de lijfrenteproductie in premiebetalende verzekeringen gesloten, in 2005 is de lijfrenteproductie bijna volledig in koopsomverzekeringen ondergebracht. Het totaal uitstaand verzekerd bedrag levensverzekering nam af van 3.344 mln tot 3.259 mln. Het premie-inkomen schadeverzekeringen steeg met 3% naar 86,1 mln. De beleggingsopbrengsten namen met 5 mln af tot 62 mln.
Waarborgfonds Minder verzoeken om schadevergoeding Het Waarborgfonds Motorverkeer kreeg voor het eerst in veertig jaar minder verzoeken om schadevergoeding binnen. De daling bedroeg 8% waarmee het aantal verzoeken uitkomt op 59.000. Het fonds vergoedt, onder voorwaarden, de schade die is veroorzaakt door automobilisten die onverzekerd of doorgereden zijn. Het aantal dossiers met personenschade lag in 2005 op hetzelfde niveau als in 2004: 1.670. Het leeuwendeel van de claims (55.000 stuks) komt als ‘gewoonlijk’ voor rekening van onbekend gebleven bestuurders, ook wel de doorrijders. Daarnaast was er 3.000 maal sprake van een onverzekerde auto, motor of bromfiets. Ruim 500 maal bleek het veroorzakende voertuig gestolen. In totaal keerde het Waarborgfonds vorig jaar 63,8 miljoen euro uit, tegen 77,9 mln in 2004, een daling van 18%. In 2005 verhaalde het Waarborgfonds een bedrag van 2 mln (2004: 2,1 mln). Het fonds nam het afgelopen jaar in 61.200 dossiers een beslissing over toe- of afwijzen. In 46.500 dossiers viel de beslissing geheel of gedeeltelijk gunstig uit voor de benadeelde; dat komt overeen met 76,0 %. In 2004 lag dat percentage op 80,5. Een belangrijk aandeel in dit lagere toewijzingspercentage leverden de wegmeubilairclaims waaraan het fonds meer en kritischer aandacht heeft besteedt. Er werden ook weer meer fraudepogingen aan het licht gebracht. Het daarbij geclaimde bedrag steeg tot 0,65 mln, een groei met 30%.
Winterhur
SPREKENDE CIJFERS WINTERTHUR (in miljoenen euro‘s)
Gestort kapitaal Reserves Technische voorzieningen Beleggingen Brutopremie waarvan buitenland Opbrengst beleggingen Totale omzet Premie e/r leven Premie e/r schade Kosten waarvan provisie Nettowinst voor belasting Nettowinst na belasting Winst aan verzekerden
2005
(2004)
268,775 1191,009 1370,813 253,890
262,943 1129,722 1276,581 240,08
115,90 369,796 158,556 90,723 65,832
95,90 335,987 143,514 92,380 64,573
34,463 22,436 14,306
39,236 28,194 13,683
Schade Het bruto premie-inkomen uit schade liet een lichte daling zien van 1,4%, en kwam daarmee uit op 93,7 miljoen euro. Winterthur verbeterde haar toch al goede combined ratio van 92,4% tot 92,2%. De totale kosten uitgedrukt in een percentage van het bruto premie-inkomen daalden tot 29,6% (30,0%). De totale kosten exclusief provisie daalden ook heel licht tot 10,% (10,2%). Het resultaat voor belasting duikelde met ruim 22% naar beneden tot 15,3 mln. Het belegd vermogen beliep 212,2 mln (+4,5%). Toch vindt Winterthur dat er sprake is van een gunstig resultaat ten gevolge van een goede kostenratio. De maatschappij vindt het teleurstellend dat haar groei zich niet heeft weten te onttrekken aan de landelijke tendens.
Leven Het bruto premie-inkomen uit leven was met 160 mln ruim 10% hoger dan in 2004 (145 mln). De totale kosten als percentage van het bruto premie-inkomen daalden met 1% tot 23,8%. De totale kosten exclusief provisie daalden met 8,1% tot 99,2%. Het resultaat voor belasting daalde met 2,2 mln tot 19.2 mln. Het belegd vermogen steeg met 11,6% tot 1.295 mln. Het levenbedrijf kon de groeicijfers vasthouden, met name in premiebetalend, als gevolg van een goede concurrentiepositie op traditionele en belegginggebonden verzekeringsvormen. Ook de samenwerking met de hypotheekadvieswereld verliep goed. Winterthur gaat meer nadruk leggen op de uitbouw van het pensioenbedrijf.
Yarden
Resultaten boven verwachting
Toenemende productie
Zowel het leven- als het schadebedrijf van Winterthur Verzekeringen boekte vorig jaar goede resultaten. En ondanks het feit dat de gerealiseerde koersresultaten tot een lager resultaat vóór belasting dan in 2004 leidden, werden de verwachtingen overtroffen door de resultaten over 2005.
Yarden Uitvaartverzekering & -verzorging boekt over 2005 een netto bedrijfsresultaat dat stijgt van 3,69 miljoen euro naar 30,68 mln. De forse winststijging is echter het gevolg van incidentele baten. Zo is in de cijfers een positief saldo van 1,5 mln verwerkt als gevolg van richtlijn 271 (inzake toegezegde-pensioenregelingen). Een aanpassing van de
nummer 16 - 31 augustus 2006
55
VB_1606_P56 30-08-2006 09:18 Pagina 56
VB-Special feiten en cijfers
NATIONALE WAARBORG
SPREKENDE CIJFERS YARDEN (in miljoenen euro‘s)
Gestort kapitaal Reserves Technische voorziening incl acq.kosten Beleggingen Verzekerd bedrag 31-12 Brutoproductie Nettovooruitgang Premie plus koops.e/r Kosten waarvan provisie Nettowinst Winst aan verzekerden
2005
(2004)
0,45 115,96
0,45 76,90
539,19 682,36 2210,27 144,98 65,58 48,29 24,10 2,41 35,02
510,36 594,43 2144,69 143,49 117,37 44,37 21,64 2,53 7,99
De vrije tijd van Jim Smith,
hypotheekadviseur
zakelijke waarden had een positief effect op de winst van 29 mln. Zonder deze baten is er cijfermatig gezien dus sprake van een achteruitgang. Het verzekeringsbedrijf profiteerde van het gunstige beursklimaat. Er kon een bruto resultaat opgetekend worden van 51,43 mln (10,77 mln) omdat de beleggingsopbrengsten toenamen van 29,66 mln tot 77,73 mln. Aan premies en koopsommen kwam een bedrag van 48,29 mln binnen (2004: 44,37 mln). Het verzekerd bedrag is toegenomen van 2.144,69 mln naar 2.210,27 mln, de productie was voor het grootste deel afkomstig van de eigen verkoopadviseurs. De totale kosten van het verzekeringsbedrijf namen toe van 63,26 mln tot 74,61 mln. De solvabiliteit bedraagt ultimo boekjaar 112,28 mln en groeide van 273% tot 399% van de vereiste solvabiliteit. Het aantal kostprijsleden, verzekerden en deposanten bedroeg ultimo boekjaar 868.663 en is daarmee minimaal toegenomen (2004: 868.123). Uitgesplitst nam het aantal verzekerden toe tot 768.644 (2004: 762.062). De divisie Uitvaartverzorging boekte een brutoresultaat van 3,35 mln (2004: 2,56 mln). De opbrengsten namen toe van 65,01 mln tot 67,58 mln. Ook de bedrijfskosten namen toe, van 39,98 mln tot 41,07 mln. Het zorgbedrijf voerde 8.876 (+151) uitvaarten uit. Het Facilitair bedrijf voerde 711 (+23) uitvaarten uit en 19.427 (+153) crematies.
Jim Smith blaast. Eén avond per week, op de muziekschool, probeert hij de hoge fis onder de knie te krijgen. Thuis, op zolder, speelt hij puur voor zijn plezier. Hard, vaak onzuiver, maar altijd gepassioneerd.
Tegen Zeegevaar Meer winst bij minder premie Verzekeringsmaatschappij Tegen Zeegevaar is een 100% dochter van Sunderland Marine Mutual Insurance Company Ltd. in Sunderland en verzekert voornamelijk vissersschepen. De maatschappij boekt het afgelopen jaar een nettowinst van 0,49 mln. Dat is 4% meer dan in 2004. Het bruto premie-inkomen daalde met 3% van 8,4 miljoen euro tot 8,1 mln. De premie voor eigen behoud nam met 5% af van 2,6 mln tot 2,5 mln. Nieuwe ontwikkelingen in een 20 jaar oude zaak beïnvloedden de schadelast positief. De brutoschadelast liet een daling zien, met 12% tot 4,2 mln. De nettoschadelast voor het eigen behoud nam met 30% af tot 1,4 mln. Zonder de extra bate zou de
Jim regelt zijn bankgaranties via Nationale Waarborg
NATIONALE WAARBORG
676.044 Adv VB halve pag (DEF).i1 1
56
www.nationalewaarborg.nl 030 - 22 05 546 De snelste weg naar een bankgarantie
23-08-2006 09:05:29
VB_1606_P57 30-08-2006 08:52 Pagina 57
Zwitserleven
schadelast 2% hoger uitgevallen zijn. Het resultaat van de technische rekening steeg van 0,45 mln tot 0,75 mln. Tegen Zeegevaar profiteerde niet van het gunstige beursklimaat. De opbrengst uit beleggingen nam met 51% zelfs fors af tot 74.000 euro.
Zevenwouden Gunstige schadecijfers De Algemene Friese Onderlinge Schadeverzekeringsmaatschappij ‘Zevenwouden’ verbeterde haar brutoresultaat in 2005 met 13,4%, van 1,52 mln naar 1,72 mln. Dit resultaat wordt bereikt na een bijdrage aan de catastrofereserve van 0,1 mln. Tevens zijn de gerealiseerde koersresultaten op aandelen voor een bedrag van 0,34 mln meegenomen in het het resultaat. De premie-omzet over 2005 steeg met 5,3% naar 9,38 mln. De bruto schadelast is afgenomen van 2,79 mln naar 2,59 mln. Aan provisie en acquisitiekosten werd een bedrag van 2,85 mln opgenomen (2004: 2,64 mln). De beheer en personeelskosten nemen met 0,01 mln toe tot 1,64 mln. Het technisch verzekeringsresultaat verbeterde uiteindelijk van 2,35 mln naar 2,56 mln. De opbrengst uit beleggingen is afgenomen van 0,51 mln naar 0,45 mln. Het eigen vermogen maakte een forse sprong en steeg met 21% van 7,32 mln tot 8,83 mln. De solvabiliteitsmarge neemt toe van 523,4% naar 537,5%. Zevenwouden sloot het jaar af met een nettowinst van 1,19 mln (2004: 1,01 mln).
ZLM verzekeringen
tot 1 miljard. Deze daling verklaart Zwitserleven met de overname van de collectieve pensioenportefeuille van De Goudse Verzekeringen in 2004 (300 mln euro). Het beleggingsresultaat is in 2005 met ruim 20% gedaald tot 434 mln euro. Dit effect werd voornamelijk veroorzaakt door de verkoop van de hypotheekportefeuille in 2004, een transactie die een eenmalige bate van negentig mln betekende. De beleggingsportefeuille voor eigen rekening van Zwitserleven bestond eind 2005 voor 92,8% uit obligaties, voor 2,8% uit aandelen en voor 4,4% uit overige beleggingen. De totale bedrijfskosten zijn in 2005 met 6% gestegen tot 127 mln euro. Deze stijging werd voornamelijk veroorzaakt door hogere acquisitiekosten als gevolg van de sterk gestegen nieuwe productie. De beheers- en personeelskosten inclusief afschrijvingen zijn in 2005 met meer dan 7% gedaald tot 54 mln euro. De solvabiliteit van Zwitserleven is in 2005 verder versterkt. Ultimo 2005 was de solvabiliteitspositie 2725, tegenover 246% ultimo 2004. Hiermee was de aanwezige solvabiliteit bijna drie keer zo groot als wettelijk is vereist. Algemeen directeur Marco Keim over het behaalde resultaat: “We hebben in 2005 het fundament gelegd voor verdere groei. Dat blijkt allereerst uit het behaalde resultaat. Daarnaast hebben we ons als onderneming verder ontwikkeld door het aantal distributiekanalen uit te breiden. Door de klant heel nadrukkelijk centraal te stellen in al onze activiteiten, verwacht ik dat we in 2006 verdere groei kunnen laten zien.” Zwitserleven heeft in Nederland ongeveer 750 medewerkers in dienst. Zwitserleven is de Nederlandse vestiging van de internationale pensioenverzekeraar Swiss Life Concern.
Gunstig boekjaar Het Zeeuwse ZLM kijkt terug op een productief jaar. De bruto premieinkomsten stegen van 75,58 miljoen naar 81,4 mln. Ook in de schadelast zat een stijgende lijn, deze nam toe van 61,95 mln naar 66,46 mln. De opbrengst uit beleggingen is met 11,7 mln vrijwel hetzelfde gebleven als het jaar daarvoor. Aan bedrijfskosten werd het afgelopen jaar 13,56 mln uitgegeven tegenover 49,34 mln in 2004. De technische rekening schadeverzekering verbeterde van 17,37 mln tot 18,08 mln. De netto winst van ZLM bedroeg 16,86 mln (2004: 16,07 mln). Het eigen vermogen nam toe van 119,04 mln tot 149,3 mln. De branchegroep Ongevallen en ziekte verbeterde het technisch resultaat van 2,23 mln naar 2,49 mln. Bij de branchegroep Motorrijtuigen WA bleef dit met 7,81 mln vrijwel gelijk aan de 7,87 mln over boekjaar 2004. De branchegroep Motorrijtuigen Casco zag het technisch verzekeringsresultaat toenemen van 2,86 mln tot 4,28 mln. Bij Brand nam het resultaat af van 2,95 mln tot 2,43 mln. Ook de Overige branches laten een resultaatsvermindering zien, van 92.000 naar 55.000 euro.
Om de intermediair wil je niet heen. Wanneer u een directe dialoog met het intermediair wilt, doet u dat het beste via Het Verzekeringblad. Per saldo het grootste onafhankelijke vakblad voor assurantietussenpersonen. Bel voor meer informatie over adverteren (0570) 64 89 12.
Zwitserleven ‘Fundament gelegd voor verdere groei’ Zwitserleven realiseerde in 2005 een autonome groei van het premieinkomen met vijf procent. Daarmee kwam de verzekeraar voor 2005 uit op 1028 miljoen euro (in 2004 was het premie-inkomen 982 mln). Aan nieuwe productie werd in 2005 een recordbedrag van 397 mln gerealiseerd. De nettowinst na belasting en voor eenmalige posten is gestegen van 41 mln in 2004 naar 47 mln in 2005, een stijging van 14%. Het totale premie-inkomen is in 2005 gedaald van 1,3 miljard
Het Verzekeringsblad bereikt direct de intermediair
nummer 16 - 31 augustus 2006
57
58
2808,22 2460,20
2635,10
2582,70
Fortis-ASR Verzekeringsgroep
1927,51
1829,93
1442,62
1027,00
747,26
600,89
543,12
Reaal Verzekeringen
Zwitserleven
ABN AMRO
Loyalis Leven
AXA Leven
508,13
469,45
380,02
355,00
316,13
RVS
DBV
Postbank
Legal & General
Goudse De
371,65
268,90
335,27
330,41
488,45
555,48
333,00
645,88
1282,00
1371,07
2238,86
2115,14
7
Interpolis
Achmea Pensioen en Leven6
5
Aegon Levensverzekering
5178,02 2434,75
4748,34
2681,13
Delta Lloyd Leven Bedrijven4
bruto premieinkomen ‘04
Nationale-Nederlanden
bruto premieinkomen
Naam maatschappij
139,12
230,90
252,65
122,94
424,89
370,27
34,31
377,76
526,00
858,28
1096,42
1034,19
1556,20
1686,46
1298,39
2269,13
waarvan periodiek
177,01
124,10
127,37
346,51
83,24
172,85
566,58
369,49
501,00
584,34
636,58
1080,96
1026,50
948,63
1382,74
2479,21
waarvan koopsom
7,00
0,20
5,92
9,99
50,50
32,22
7,15
0,03
202,00
81,85
570,31
139,64
142,50
209,34
86,17
1910,01
winst aan verz.1)
27,23
40,40
43,39
13,15
101,76
100,98
-4,28
16,66
69,00
177,62
267,42
174,44
845,40
303,46
1113,39
winst vóór bel.
124,47
150,00
315,38
60,16
765,81
349,73
67,37
93,80
415,00
1168,49
1645,50
1106,01
3927,40
2985,29
2935,10
7863,17
eigen vermogen 2)
63,17
48,70
67,82
54,76
205,13
204,64
60,50
111,81
382,00
488,62
850,50
618,61
1283,30
1085,13
928,85
2108,12
131,27
151,70
315,38
88,66
765,81
416,92
101,40
147,71
1040,00
1077,94
1619,98
1106,01
3508,20
3988,80
2950,67
6601,22
solvabiliteitsmarge vereist aanwezig
9221,08
8657,92
16342,40
23679,25
1505,38
26004,42
38500,00
60519,84
69390,08
72991,50
95896,10
111874,76
92186,04
166484,38
totaal verzekerd bedrag 3)
8103,76
8845,18
15794,10
24124,73
1011,56
25270,54
37400,00
56147,06
69040,36
71119,85
96973,60
109972,51
87324,25
170210,99
totaal verzekerd bedrag ‘04
medische varia. De bedragen genoemd onder ‘ziektekosten’ zijn exclusief ziekenfondsomzet en -resultaat. Natuurlijk is ook van belang dat de solvabiliteitsmarge van de maatschappijen is vermeld. Naast elkaar vindt u de marge zoals die wettelijk vereist is en de daadwerkelijk aanwezige marge. Alleen daarom al is het aan te bevelen deze special te bewaren, zodat u over een reeks van meerdere jaren een steeds beter inzicht in de solvabiliteitsontwikkeling krijgt.
Overzicht levensverzekeraars (in miljoenen euro’s) 2005
De cijfers die in de overzichten op deze pagina’s zijn opgenomen, zijn gebaseerd op opgaven van de maatschappijen. In de enquête, die de verzekeraars daarvoor aan ons retourneerden, werd gevraagd om die cijfers in te vullen die betrekking hebben op hun activiteiten in de Nederlandse markt. U vindt hier de binnengekomen gegevens, gesplitst in die van levensverzekeraars, schadeverzekeraars en natura-uitvaartverzekeraars. Wat schade betreft is weer een splitsing aangebracht in ziektekostenpremie en overige
VB_1606_P58_Levens 30-08-2006 10:04 Pagina 58
VB-Special feiten en cijfers
84,83
VVAA
36,80 39,30
43,85
34,90
Klaverblad
10,95
6,540
Cordares
Hoop De 1,00
5,810
10,43
14,14
35,43
60,90
1,00
6,20
8,53
12,49
16,42
34,50
41,86
65,69
17,91
9,73
32,98
89,90
75,05
22,96
56,50
124,27
133,01
130,55
267,10
2,00
0,34
2,42
6,06
18,26
0,40
1,99
2,69
55,02
72,49
51,85
0,30
16,13
76,74
62,10
0,13
27,22
61,31
2,20
1,09
0,07
25,17
0,18
0,56
3,86
11,32
0,46
12,50
12,17
14,31
22,16
-1,00
3,61
-3,04
1,03
11,48
0,20
5,67
22,48
11,54
8,40
5,86
44,50
32,84
1,67
14,80
13,31
19,16
43,87
10,90
2,00
56,16
8,84
21,25
40,90
23,60
30,95
56,11
26,10
25,31
50,19
112,10
1293,27
41,56
176,30
87,30
155,12
258,00
266,20
1,00
2,70
2,27
3,23
21,55
6,50
20,51
20,35
15,19
17,41
27,36
23,50
117,47
27,47
41,90
35,56
62,42
69,37
77,60
2,00
56,16
8,82
21,25
47,71
22,90
40,95
72,63
28,60
27,87
50,19
111,50
1293,27
41,56
174,20
97,30
155,12
302,66
266,20
254,00
950,44
535,41
5432,20
797,40
6229,01
2766,00
953,60
8038,74
2346,90
3855,00
2896,83
3410,90
17796,00
8373,01
7077,76
13200,30
149,00
623,40
474,14
3533,27
886,00
5531,78
2450,72
889,42
7551,74
2491,30
3924,87
2691,49
3165,80
17852,67
7639,33
6899,89
14815,70
1) Afschrijving rentestandskortingen + contractuele resultatendeling + winst bestemd voor polishouders 2) Buitenlandse verzekeraars: vermogensoverschot Nederlandse vestiging (met uitzondering van Winterthur; deze maatschappij publiceert vanaf 2004 het eigen vermogen van de Nederlandse NV) 3) Kapitaal + 10x rente 4) Delta Lloyd Levenbedrijven: het betreft de cijfers van het binnenlands bedrijf, bestaande uit Delta Lloyd Levensverzekering NV; Delta Lloyd Levensherverzekering NV; OHRA Levensverzekeringen NV; NV Nationaal Spaarfonds en ABN AMRO Levensverzekering N.V. 5) Vergelijkende cijfers aangepast op IFRS 6) Het pensioen- en levenbedrijf van Achmea omvat: Achmea Pensioen- en Levensverzekeringen N.V.; Levensverzekeringsmaatschappij Twenteleven N.V. Levob Levensverzekeringen N.V. is per 1 januari 2005 gefuseerd met Achmea. In de cijfers 2004 was zij als 100%-dochter reeds meegeconsolideerd. De cijfers 2004 zijn aangepast op IFRS. 7) Interpolis publiceert de geconsolideerde cijfers van NV Interpolis BTL en RoZeker N.V.2)
3,00
18,55
Conservatrix
Leidsche Verzekeringen
34,67
Careon
Axent/Aegon Sparen
5
68,38
Monuta
72,23
Cardif Nederland Holding
60,90
82,22
72,93
Robein
70,14
97,59 93,70
91,18
90,20
Aegon Spaarkas5
109,13
101,80
127,64
145,10
154,52
303,70
OPTAS
99,70
118,60
Onderlinge ‘’s-Gravenhage’
Erasmus
160,23
124,40
Alg.Levensherverz.Mij
191,86
GENERALI
Winterthur
269,30
Spaarbeleg Kas5
VB_1606_P59 30-08-2006 08:53 Pagina 59
leven
nummer 16 - 31 augustus 2006
59
60
1346,23
1132,62
VGZ
Nationale-Nederlanden
629,30
603,60
436,66
401,48
375,05
AEGON )
Allianz Nederland Schade
ONVZ
Univé
Goudse de
143,51
134,15
DAS Rechtsbijstand
Klaverblad )
95,34
93,66
88,22
86,14
Erasmus Schade
Winterthur8)
ARAG
VVAA
7
161,58
151,16
176,99
GENERALI
Movir
195,51
RVS
Unigarant/UVM
209,69
AXA
206,41
279,92
ABN AMRO
Cardif
282,50
London6)
HDI Verzekeringen
347,11
326,25
Reaal verzekeringen
5
787,88
CZ particulier aanvullend
83,60
79,78
94,98
104,49
127,24
133,78
148,75
153,29
194,35
195,94
213,06
206,14
479,79
295,44
313,21
316,89
548,36
384,15
239,37
668,13
634,40
810,63
1191,06
1205,66
1522,71
1499,57
Interpolis )
4
2087,59 1871,83
1957,00
1877,57
3285,27
Delta Lloyd Schade & Zorg4
3585,97
Achmea2)
25,83
5,75
436,66
787,88
1346,23
766,55
258,28
1954,12
totaal waarvan: geboekte ziektepremie ‘04 kosten
Fortis-ASR Verzekeringsgroep
totaal geboekte premie
Naam maatschappij
2,68
14,68
1,51
40,40
151,16
22,40
17,61
37,32
168,38
8,30
75,19
36,55
6,56
19,32
136,81
39,07
13,09
186,10
431,80
390,38
142,31
731,02
385,94
overig medisch
27,90
51,95
41,41
50,89
45,40
66,86
57,25
35,13
108,87
72,76
284,05
163,65
33,85
308,95
311,29
186,90
257,44
486,72
365,48
433,59
702,25
motorrijtuigen
1,05
6,62
0,29
10,51
15,87
40,99
10,26
12,01
2,37
7,31
0,71
1,21
13,27
37,80
23,47
7,66
73,74
21,38
52,48
7,80
19,66
35,66
32,38
50,14
55,64
63,50
100,98
63,67
93,23
21,78
97,68
54,30
0,68
212,02
161,80
312,84
434,94
381,31
314,12
343,21
transport (zee- en luchtvaart) brand
21,93
88,22
6,33
10,14
10,19
143,51
33,13
15,26
37,44
38,03
24,29
21,98
67,95
11,49
59,15
149,38
51,57
53,93
56,70
107,07
179,87
148,18
198,88
147,97
overige
82,21
86,13
90,72
90,24
132,84
141,37
140,72
95,84
139,87
194,94
133,74
68,09
268,46
243,75
320,31
326,65
351,99
382,61
533,97
502,47
616,20
674,84
1095,88
1346,23
1368,23
1818,93
1740,00
3453,97
totaal premie
48,30
48,25
57,10
52,52
85,99
74,34
121,47
48,58
87,23
85,59
4,86
45,17
175,71
121,13
210,23
167,36
186,71
226,48
453,47
294,38
340,10
593,47
486,85
1158,47
874,71
1273,16
1073,96
2670,71
schade e/r
16,37
7,00
15,31
8,47
36,96
22,29
39,55
15,26
15,16
46,97
28,01
14,60
32,16
50,67
30,82
39,70
30,09
69,32
9,38
113,48
75,20
137,51
249,34
111,07
221,41
214,28
385,12
40,92
12,58
122,81
37,36
192,55
34,92
276,66
70,04
55,11
182,22
79,51
40,14
78,18
148,81
134,80
170,34
165,12
139,58
108,72
422,93
431,90
871,35
935,76
498,47
717,09
930,55
980,02
1437,55
13,20
14,44
16,45
15,58
22,12
23,29
26,67
15,71
23,63
31,61
39,21
16,94
47,64
44,29
52,50
67,22
56,11
63,89
64,42
100,06
101,80
141,14
179,95
194,87
267,29
307,17
269,57
552,03
40,92
21,55
122,81
36,61
192,55
40,10
276,66
72,34
64,20
183,88
98,90
47,52
93,37
128,81
141,61
177,09
165,12
96,50
123,69
440,63
366,50
871,35
843,66
498,47
770,23
940,87
1026,99
1350,84
winst voor eigen solvabilteitsmarge bel vermogen1 vereist aanwezig
Overzicht schadeverzekeraars (in miljoenen euro’s) 2005
VB_1606_P60_Schadev 30-08-2006 10:05 Pagina 60
VB-Special feiten en cijfers
61,41
52,91
34,58
33,70
32,58
31,08
18,08
17,41
14,03
Noordhollandsche van 1816
Cordares Verzekeringen
Unilever Insurances
AO Artsen Verzekeringen
NOWM
VAN
Donatus
Algemene Zeeuwse
OOM
nummer 16 - 31 augustus 2006
1,83 0,47
5,40
4,54
4,37
4,17
3,56
2,72
2,29
Leeuwarder Onderlinge
ANSVAR
Interborg/Euler Hermes
Agriver
Ned.Glasverz.1861 (Oudste)
DBV
Anker Redersverzekeringen
Anker Het Rechtsbijstandverzekering 2,09
Arcadis
2,87
4,07
4,34
3,21
4,24
5,30
8,36
7,69
0,05
0,01
0,17
0,42
0,08
3,41
33,70
52,91
2,06
52,84
0,02
7,37
81,99
2,14
0,13
3,45
5,25
11,65
0,62
31,73
63,18
0,01
0,03
8,10
0,02
0,10
0,49
2,48
3,56
4,17
2,24
4,98
3,49
8,21
8,60
8,44
5,32
7,42
18,08
5,94
17,59
25,11
20,15
10,80
14,14
9,45
2,09
2,29
0,24
4,37
0,10
0,25
0,85
0,65
0,94
1,33
13,49
14,99
8,77
7,37
2,43
65,39
1,49
1,83
2,09
1,31
1,91
3,54
3,08
0,63
3,68
2,08
7,32
2,49
8,21
8,38
7,78
19,32
15,35
11,37
11,47
21,87
38,47
14,27
52,47
55,49
62,22
42,22
76,57
76,02
5,62
0,29
0,90
0,89
0,81
1,31
1,29
0,01
2,30
1,23
3,08
1,40
5,53
5,59
2,49
3,90
6,62
2,82
4,70
13,83
23,18
14,05
18,08
23,29
34,81
16,86
52,90
-0,14
0,14
0,10
0,57
1,44
0,70
1,15
0,45
0,16
1,59
0,71
1,41
1,03
1,72
5,26
2,63
12,31
4,63
1,36
16,72
-2,57
16,09
15,58
20,01
14,61
24,01
51,52
40,62
0,96
0,62
0,95
3,99
10,25
3,89
7,55
1,43
14,09
15,02
3,20
3,28
2,62
8,83
7,98
41,56
15,33
8,73
90,69
13,05
43,20
110,88
57,32
40,21
149,30
2,00
1,00
0,66
0,66
0,64
0,48
6,57
0,70
0,66
1,22
3,00
1,48
1,55
1,64
2,80
1,21
4,24
3,99
77,54
2,93
8,71
9,90
10,68
7,57
11,75
11,54
53,33
2,59
1,19
1,32
2,35
10,25
3,89
6,83
1,43
14,09
15,02
3,20
3,28
3,12
8,83
8.32
41,56
15,33
8,73
90,69
14,41
43,20
101,00
57,32
41,54
149,30
1) Het eigen vermogen van buitenlandse verzekeraars betreft het vermogensoverschot van de Nederlandse vestiging 2) De cijfers van Achmea hebben betrekking op Achmea Schadeverzekeringen N.V., Avéro Schadeverzekeringen Benelux N.V. en Achmea Zorgverzekeringen N.V. Levob Inkomensverzekeringen en Levob Schadeverzekering zijn per 1 januari 2005 gefuseerd met Achmea Schadeverzekeringen. In de cijfers 2004 waren zij als 100% dochters reeds meegeconsolideerd. 3) Het binnenlands bedrijf van Delta Lloyd Schade- & Zorgbedrijven bestaat uit: Delta Lloyd Schadeverzekering NV; Delta Lloyd Zorgverzekering NV; OHRA Schadeverzekeringen NV; OHRA Ziektekostenverzekeringen NV en ABN AMRO Schadeverzekering N.V. 4) De cijfers van Interpolis hebben betrekking op de geconsolideerde cijfers van N.V. Interpolis Schade, N.V. Interpolis Dierverzekeringen, N.V. Hagelunie en N.V. Interpolis Kredietverzekeringen 5) AEGON heeft de vergelijkende cijfers aangepast op IFRS 6) De cijfers van London Verzekeringen zijn niet aangepast aan de stelselwijziging 7) Klaverblad publiceert de geconsolideerde cijfers van Klaverblad Onderlinge Verzekeringsmaatschappij en Klaverblad Schadeverzekeringsmaatschappij N.V. 8) Vanaf 2004 publiceert Winterthur het Nederlandse NV eigen vermogen 9) Tegen Zeegevaar heeft de solvabiliteitscijfers aangepast aan de nieuwe regels
0,49
2,34
7,96
Neerlandia van 1880
7,82 8,35
8,21
8,10
Tegen Zeegevaar9)
8,07
9,03
14,91
17,21
17,36
31,28
34,79
35,07
39,38
59,59
57,28
61,29
78,30
75,58
79,13
Samenwerking Glasverzekering
8,60
66,07
Postbank
Midglas
79,55
Nassau
9,51
81,40
ZLM
Zevenwouden
83,82
Loyalis
VB_1606_P61 30-08-2006 08:53 Pagina 61
schade
61
62
2,72
1,92
Facultatieve Verzekeringen
Algemeen Belang
1,65
2,04
3,27
5,33
9,89
36,27
44,37
63,50
159,44
premieinkomen ‘04
1,60
1,43
3,22
5,40
8,86
34,13
39,86
56,60
146,57
waarvan periodiek
0,32
1,29
0,20
0,20
2,30
8,53
8,40
8,80
41,00
waarvan koopsom
1,60
3,42
5,60
0,75
42,66
48,29
65,30
187,57
premies e. r.
1,05
1,32
0,94
1,49
-2,73
51,16
15,60
123,91
winst voor bel.
1) De vergelijkende cijfers zijn aangepast op IFRS 2) De winst en het eigen vermogen van Ardanta zijn geconsolideerd in de cijfers van Fortis Verzekeringen Nederland
3,42
11,16
NUVEMA
Twenthe Uitvaartverzekering
42,66
Ardanta2)
5,60
48,29
Yarden
Sint Barbara
65,40
187,57
DELA
AEGON Nabestaandenzorg1)
premieinkomen
Naam maatschappij
0,74
0,86
0,59
1,10
-1,72
35,02
11,10
87,68
winst (netto)
17,55
31,34
18,26
55,50
55,03
234,80
582,18
687,70
1.511,90
techn. voorz.
3,33
2,35
3,49
8,22
9,37
115,96
165,80
623,30
eigen vermogen
77,19
66,06
135,73
389,33
292,58
1.391,55
2.210,27
2.947,50
8.287,00
totaal verz. kapitaal
Overzicht natura-uitvaartverzekeraars (in miljoenen euro’s) 2005
70,40
68,64
130,83
379,96
260,62
1.284,21
2.144,69
2.839,00
8.453,15
tot. verz. kapitaal ‘04
VB_1606_P62_Natura 30-08-2006 10:05 Pagina 62
VB-Special feiten en cijfers
VB_1606_pAdvert 29-08-2006 16:49 Pagina 63
? ‘Met een paar klikken is het geregeld, dankzij Monuta InSite.’ R 24 UU N TE N BIN E UIT VAAERN ONLINZEKERING? VER RKOPEN VE 30 BEL
539 055 -
11
‘Zonder kosten of toestanden uitvaartverzekeringen op m’n website, kan dat?’
!
Internet wordt een steeds belangrijker wapen in de strijd om de klant. Mensen vinden hier op ieder moment van de dag informatie. Ook online kopen wordt
steeds gewoner. Dus zou ‘t prachtig zijn als u ook uitvaartverzekeringen op uw website kon aanbieden. Maar ja, dan moet die hele website op de schop. Of toch niet? Voor uw gemak en dat van uw klanten ontwikkelden wij Monuta InSite. Met een paar handelingen integreert u een compleet instrument voor de verkoop van uitvaartverzekeringen in uw eigen website!
MEER WETEN? KIJK OP WWW.MONUTA.NL OF BEL (055) 539 11 30
Monuta maakt ’t u makkelijk 0627011 - adv Insite AssMagazine1 1
07-04-2006 10:25:47
VB_1606_pAdvert 29-08-2006 16:50 Pagina 64
1ÜÊ«ÀviÃÃiiÊ>`ÛiÃ] >Ê 67ÌiÀÌ
ÕÀÊÀÕ«ÊV«>Þ
âiÊÛiÀâiiÀ}ëÃÃ}it
6Ê6iÀâiiÀ}i ->iÊ
iÌÊLiÃÌiÊÛÀÊÕÜÊVlÌ 1ÜÊ«ÀviÊ
ÃÊ«ÀviÃÃiiÊ`iÃÌÛiÀiiÀÊÜÌÊÕÊ>iiÊ
iÌÊLiÃÌiÊÛÀÊÕÜÊVlÌ°Ê >>ÀÊ ÜiÀÌÊÕÊÕÌÃÕÌi`ÊiÌÊÛ>LiÜ>iÊi`iÜiÀiÀÃ]Ê
iLÌÊÕÊÕÜÊLi`ÀvÃÛiÀ}Ê ÛiÊÌÀ>ë>À>ÌÊ}iÀV
ÌÊiÊ>`ÛÃiiÀÌÊÕÊÜ>Ì>ÌivÊ
}Ü>>À`}i
Ê
«À`ÕVÌi°Ê
1ÜÊ>`ÛiÃÊ
iÌÊ`iÊÛiÀâiiÀ}ëÃÃ}iÊÛ>Ê 6ÊLi`ÌÊÕÊÕÜÊVlÌÊw>VliÊâiiÀ
i`]Ê iÝÌÀ>ÊÀi`iiÌ]Ê`Û`ÕiiÊÛiÀ}iÃLi
iiÀÊvÊiiÊ«>ÃÃi`iÊ
Þ«Ì
ii°Ê1Ê Li`ÌÊLÛi`iÊiiÊyiÝLiiÊÛÀâi}Ê`iÊ«>ÃÌÊLÊ
iÌÊ«ÀwiÊÛ>ÊÕÜÊVlÌÊ iÊ`iÊiiLiÜii}ÌÊiÌÊ`iÊÛiÀ>`iÀ}iÊÊ
iÌÊiÛi°Ê
1ÜÊÛiÀâiiÀ>>ÀÊ
"Ê 6ÊÜÊ
iÌÊLiÃÌiÊÛÀÊÕÜÊVlÌ°Ê >>ÀÊÜiÀiÊÜÊÕÌÃÕÌi`ÊÃ>iÊ iÌÊ«ÀviÃÃiiÊÌiÀi`>ÀÃ°Ê Ê`>>ÀÊiÛiÀiÊÜÊyiÝLiiÊÛiÀâiiÀ}à «ÃÃ}iÊ`iÊLÊi`iÀÊ«ÀwiÊ«>ÃÃi°Ê7>>ÀLÊâiÊÃiiÊiÊ>VVÕÀ>ÌiÊÃiÀÛViÊ Û>âivëÀii`Êð
"ÃÊ`iÛiÃÊ
7ÌÊÕÊ>iiÊ
iÌÊLiÃÌiÊÛÀÊÕÜÊVlÌ¶Ê iiÊ`>Ê`iÊÛiÀâiiÀ}ëÃÃ}iÊ jÊÃiÀÛViÊÛ>Ê 6Ê6iÀâiiÀ}iÊ«ÊÊÕÜÊ>>L`°Ê iÊÛ>`>>}Ê}
Ê
6ÊiÛiÃÛiÀâiiÀ}Ã>>ÌÃV
>««Ê °6°
äÎä®ÊÈÎÊΣÊÈÈÊÛÀÊiiÊ«ÀiÌÌ}iÊiÊ«ÀwÌiiÊÃ>iÜiÀ}°Ê
1ÌÀiV
ÌÃiÜi}ÊÇxÊ *ÃÌLÕÃÊxÓ£Ê ÎÇääÊÊ
/Ê
³Î£Êä®ÎäÊÈÎÊΣÊÈÈÊ vJ`LÛ° 7 Ê ÜÜÜ°`LÛ°
Ê