2
Abruzzo, de groene regio van Europa
4
Het Parco Nazionale d’Abruzzo Lazio e Molise
14
Het Parco Nazionale del Gran Sasso e Monti della Laga
26
Het Parco Nazionale della Majella
38
Het Parco Naturale Regionale del Sirente Velino
ABRUZZO, Van alle Italiaanse regio’s heeft Abruzzo de meeste Natuurparken: hiermee staat Abruzzo nummer één op de lijst van naturalistische gebieden in Europa, een ware “anthologie van het Euro-mediterrane landschap”, waardoor de regio absolute koploper is op het gebied van het “groen toerisme” en één derde ervan onder natuurbeschermd gebied valt. Dit is te danken aan de veelal bergachtige omgeving van de regio (ondanks het feit dat hij grenst aan de Adriatische Zee, met maar liefst 130 kilometer kust), met landschappen en ecosystemen die – afhankelijk van de hoogte – variëren van een typisch mediterrane omgeving tot een waar alpien landschap. Abruzzo heeft het meest uitgestrekte en hoogste bergmassief van de Apennijnen, met toppen die bijna tot drieduizend meter reiken en twee derde van de volledige regio boven de 750 meter. Dit indrukwekkende bergmassief strekt zich uit tot op enkele tientallen kilometers van de kust, waarop de hoogste toppen uitkijken als waren ze een adembenemend balkon; de rest van het gebied bestaat uit heuvelachtige uitlopers, die geleidelijk aan aflopen naar zee. De smalle kuststrook met de dalen van de in zee uitmondende
de groene regio van Europa rivieren is het enige laaggelegen gebied van de regio. In zo’n zwaar beproefd gebied, met een krachtige natuur waaraan men zich moet onderschikken om te overleven, hebben enorm veel dier- en plantensoorten, ieder in hun eigen leefmilieu, kunnen blijven voortbestaan; vroeger bevolkten ze het volledige Apennijnengebergte, vandaag de dag is Abruzzo hun laatste, natuurlijke toevluchtsoord, waardoor ze van uitsterven gered zijn. Enkele kenmerkende soorten en het symbool van de regio zijn de gems, de wolf, de bruine Marsicano-beer, dieren die hun overleving uitsluitend aan onze bergen te danken hebben. Verder zijn er de adelaar, de lynx, de otter, de vale gier en dieren die normaliter op de noordelijke toendra’s leven zoals de sneeuwmuis (een klein knaagdier), de morinelplevier (een grappig vogeltje) of de pinus mugo, door de biologen beschouwd als “glaciale overblijfselen”, resten van de mediterrane flora en fauna uit de IJstijd, die het hooggebergte in Abruzzo tot op heden heeft kunnen behoeden. Nevenstaande pag., linksboven: bloeiende anemoon, koningsadelaar, Apennijnse wolf en bloeiende saxifraga porophylla; onderstaand: bergwandelaars in Monte Morrone en Parco Nazionale della Majella. Op deze pag.: boven, de bebouwde kom van Opi in het Parco Nazionale d’Abruzzo, Lazio e Molise; onder, luchtfoto van Rocca Calascio in het Parco Nazionale del Gran Sasso e Monti della Laga.
ABRUZZO ITALIA 3
De functie die de Natuurparken van Abruzzo op nationaal en internationaal niveau vervullen bij het behoud van milieu en biodiversiteit valt moeilijk te onderschatten wanneer men bedenkt dat deze regio ongeveer 75% van alle Europese dier- en plantensoorten herbergt!
Het Parco Nazionale
d’Abruzzo,
ABRUZZO ITALIA 5
Lazio e Molise Het is opgericht in 1922 en is het oudste en belangrijkste van Italië. Het omvat bijna alle onderscheidende kenmerken van het centrale gedeelte van de Apennijnen, inclusief flora- en fauna-elementen die uniek zijn op de wereld of reeds uit de rest der keten verdwenen zijn. Het park trekt jaarlijks meer dan een miljoen bezoekers, gecharmeerd door de natuurlijke omgeving van zeldzame schoonheid. Het Parco Nazionale d’Abruzzo, Lazio e Molise strekt zich uit over 50.683 hectare en bevat 24 gemeentes in de drie verschillende regio’s: 12 in Abruzzo (die drie kwart van de volledige oppervlakte uitmaken), allemaal in de provincie l’Aquila, 5 in Molise en 7 in Lazio. De bergen van het Park hebben een ruig aanzicht en worden gekenmerkt door kloven, karstvelden, hoogvlaktes en verschillende meren, nl. dat van Scanno, Barrea, Castel San Vincenzo en het kleine Lago Vivo. Geomorfologisch gezien bevinden we ons hier in het hart van het grote kalkgebied van de centrale en zuidelijke Apennijnen, dat van de Sibillini-bergen in Le Marche met vele onderbrekingen uitloopt in het Pollino-massief. Het Park biedt enorme variëteit en afwisseling; grote, ronde bergtoppen, weidse dalen, steile bergwanden en onherbergzame kloven zoals die van de Foce di Barrea, betoverende waaiers van rotsen zoals het “amfitheater”
van La Camosciara, grasvlaktes omringd door boswanden zoals die van Le Forme-Campitelli, uitgestrekte, ongebaande en geluidmakende puinhellingen, lichtgekleurde, gelaagde rotsen waar indrukwekkende zwarte pijnbomen zich geworteld hebben. Een groot aantal ontspringende riviertjes en beekjes, meestal een zeldzaamheid in droge kalkgebieden, baant zich een weg tussen de lichte rotsmassa’s en statige beukenbossen. Het meer van Barrea, een groot stuwmeer dat inmiddels volledig in het landschap is geïntegreerd, vormt in oostelijke richting een afsluiting van de Nevenstaande pagina, van boven naar beneden: Apennijnse wolf, excursie op sneeuwschoenen in La Cicerana, excursie in Val Fondillo, het bezoekerscentrum van Pescasseroli, handgemaakt goudsmeedwerk, de oude dorpskern van Opi. Bovenstaand: bloeiend venusschoentje en bruine Marsicano-beer. Onderstaand: de bebouwde kom van Barrea met het gelijknamige meer.
6 PARCO NAZIONALE D’ABRUZZO, LAZIO E MOLISE
verschillende leefmilieus en -gebieden van het Park. Van dit decor maakt ook de begroeiing deel uit, die strooksgewijs varieert van valleikommen tot bergtoppen. De biodiversiteit van het Parco Nazionale d’Abruzzo, Lazio e Molise is groot en afwisselend, zowel qua flora als fauna. De bijna 6000 soorten insecten die het gebied bevolken houden een record in voor de entomologische fauna van Italië; hiertoe behoren prachtige kevers en torren zoals de Rosalia alpina en de Chrysochola sipari, die zeer zeldzaam en goed gelokaliseerd zijn. Tot de zoogdieren die het Park bekendheid hebben gegeven behoren niet alleen de beer, het symbool van het oudste Nationale Park van Italië, maar ook de Apennijnse wolf, de Abruzzese gems, het everzwijn, het hert, de reebok, de lynx, de vos, de das, de steenmarter, de wezel en de rode eekhoorn. Van de vogels is niet alleen de adelaar noemenswaardig, maar dienen tevens de buizerd vermeld te worden, de torenvalk, de slechtvalk, de koningsuil, de steenuil, de vale gier en de zeldzame witrugspecht, een echte woudvogel. In de bergweiden laat de steenpatrijs zich zien en de alpenkraai, nabij de meren verblijven de blauwe reiger, de satijnduiker, de kraanvogel en verschillende eendachtigen; van de amfibieën dienen de vuursalamander vermeld te worden, de brilsalamander en de geelbuikvuurpad, beschouwd als de meest kenmerkende en zeldzame amfibieën van de Apennijnen. Het hart van het Park is Pescasseroli, met optimale logiescapaciteit, waar tevens de Parkstichting gevestigd is; geheel omringd door bergtoppen die tot 2000 meter reiken, weiden, valleien, riviertjes en beekjes, de Italische dodensteden Barrea en Amplero, de Samnitische acropolis van Alfedena en gastvrije dorpjes zoals Bisegna, San Sebastiano, Gioia Vecchio, Opi, Villetta Barrea en Barrea met zijn meer, Civitella Alfedena, het afgelegen Scontrone, het schitterende Scanno met zijn betoverend, oud centrum en zijn tradities van handgemaakt goud-, kant- en borduurwerk. Aangezien het hier gaat om een gebied dat al bijna een eeuw beschermd
ABRUZZO ITALIA 7
wordt, zijn toeristenaccommodatie en bezoekstructuren stevig verankerd en goed georganiseerd. Er zijn meer dan 150 wandelroutes en een tiental natuurpaden, met oneindig veel mogelijkheden voor trekking en excursies te voet, te paard en met de mountainbike. Het is de moeite waard te verwijzen naar oorden die inmiddels deel uitmaken van het toeristenjargon; la Camosciara of de Val Fondillo, het Lago Vivo en Forca Resuni, de Passo del Diavolo, waar de rivier Sangro ontspringt en het meer van de Montagna Spaccata om maar enkele van de bekendste te noemen. Het meer van Barrea is uiterst geschikt voor kanosport en windsurf en is evenals de kleinere meren de ideale plek voor birdwatching. De ruime verbindingswegen bieden een goede gelegenheid voor ontspannen fietstoerisme. Van Villetta Barrea stijgt men via de haarspeldbochten van de Passo Godi, waar men kan uitrusten in de bergherberg en een mooie wandeling kan maken over de hoogvlakte, om vervolgens aan gene zijde te beginnen met de afdaling tot in Scanno, het belangrijkste plaatsje van een klein, maar interessant berggebied. Het dorpje is wereldberoemd om zijn prachtige oude kern en werd vereeuwigd door bekende, internationale fotografen zoals Cartier Bresson en Giacomelli; het staat bekend om de traditionele klederdracht van de vrouwen en om zijn meer, dat de grens vormt tussen de bergen van het Parco Nazionale d’Abruzzo, Lazio e Molise en het ruige massief van de Monte Genzana. Het beschikt over uitstekende accommodatie en interessante horecagelegenheden, met streekgerechten zoals polenta en de wilde lentespinazie “orapi”, gebruikt om de zelfgemaakte pasta op smaak te brengen. Het meer van Scanno is ideaal voor kanosport en windsurf en de omliggende weg is uiterst geschikt voor aangename fietstochten. Nevenstaande pag.: de Valle Iannanghera. Onderstaand op beide pagina’s: het heiligdom van de Monte Tranquillo. Op deze pag.: boven, de Vallelonga; links, alpineskiën in Serra delle Gravare.
8 PARCO NAZIONALE D’ABRUZZO, LAZIO E MOLISE: wat u niet mag missen
ABRUZZO ITALIA 9
LA CAMOSCIARA Voor veel bezoekers klopt het hart van het Parco Nazionale d’Abruzzo in Pescasseroli, de kleine “hoofdstad” van het beschermde gebied; voor anderen is het hoogtepunt van hun bezoek de aankomst in Passo Cavuto, de bergpas die men bereikt via een steil pad vanuit Civitella Alfedena en in de buurt waarvan de belangrijkste groep gemzen van het Park leeft.Vanuit parkhistorisch oogpunt gezien is het hart van het eerste beschermde gebied zonder meer La Camosciara, het ongerepte dal waar de beer, de gems, de wolf, de lynx en het hert leven. Zij hebben vooral kunnen overleven dankzij de onherbergzame natuur, de dichte bebossing en steile hellingen afgewisseld door rotsblokken, die het dal omsluiten, waardoor ontbossing voor het creëren van weilanden niet mogelijk was. La Camosciara is te bereiken vanuit Opi of Villetta Barrea via de Strada Statale 83 Marsicana tot bij het Casone Antonucci, een oud, stenen gebouw dat momenteel gebruikt wordt door de educatieve dienst als uitvalsbasis voor het vrijwilligersproject van het Park. Hier begint de geasfalteerde weg van La Camosciara, die na ongeveer een kilometer met een slagboom versperd is. Nadat de auto geparkeerd is loopt of fietst men verder over de geasfalteerde weg die eerst iets daalt en daarna weer stijgt tot het gelijknamige terrein op een hoogte van 1100 meter, omringd door schitterende beukenbossen.Vanaf dit punt loopt een kort natuurpad via een brug over het beekje en komt men na een wandeling van enkele minuten aan bij de waterval La Cascata delle Ninfe.Via een steiler pad door het bos kan men de waterval van boven bewonderen en na nog een uur bergopwaarts bereikt men de berghut Belvedere della Liscia op 1440 meter. Heen en terug van de slagboom tot het terrein loopt men in ongeveer een uur, per fiets is het natuurlijk veel korter. Links: bloeiende rode lelie.
VAL FONDILLO EN ZIJN GEMZEN De meest bezochte bestemming in het park, de Val Fondillo, biedt zeer schilderachtige wandel-, langlauf- en mountainbikeroutes. De route door de valleikom is voor iedereen toegankelijk (ook met kinderwagens), terwijl de moeilijkere paden leiden naar de Passaggio dell’Orso en de toppen van de Monte Amaro di Opi. De onverharde weg wordt na een kilometer breder bij Grotta Fondillo, waar men via een kleine, houten brug de bergstroom Scerto oversteekt en prachtige bergweiden betreedt met picknickvoorzieningen; hier begint tevens het pad naar de Monte Amaro di Opi. Na een paar honderd meter en een weinig bergafwaarts op het punt waar de routeaanduidingen naar de top beginnen te stijgen, komt men bij een beekje met schilderachtige watervalletjes. De onverharde weg door de valleikom loopt deels vlak, deels iets bergopwaarts en komt uit in het dal Cacciagrande, waar hij stijgt tot bij de scheidingslijn tussen Val Fondillo en la Camsciara en dwars door een naaldbomenbos loopt tot bij een open plek op 1201 meter met een kleine, in het verleden gebruikte herdershut. Rechts naast de herdershut begint een pad dat door een prachtig beukenbos loopt naar de Serra della Gravare op 1960 meter. Iets verder gaat de onverharde weg door de valleikom over in een steil bergpad vol stenen door een naaldbomenbos; het loopt verder door een dicht beukenbos tot op 1672 meter hoogte bij de Passaggio dell’Orso, de volledig beboste bergpas, waarna men kan afdalen naar de Val Canneto en Settefrati in het parkgedeelte dat
tot de regio Latium behoort. Naast de oversteek richting Canneto en Settefrati, waarvoor een voertuig nodig is om naar de basis terug te keren, verdient een andere oversteek de aandacht, nl. richting Tre Confini, Forca Resuni,Valle di Rose en Civitella Alfedena. Het gaat hier om een lange en fascinerende wandeling, die drie van de mooiste dalen van het beschermde gebied omvat en waar grazende gemzen te zien zijn nabij de Passo Cavuto en de bergkom van het hoge gedeelte van de Valdirose. Meer gemzen staan de bezoekers van de Val Fondillo te wachten op de open bergrug van de Monte Amaro di Opi, de sierlijke berg met zijn toppen van 1862 meter, vanwaar men niet alleen een schitterend uitzicht heeft over de Val Fondillo, La Camosciara, de Valle del Sangro en de bergkom met de dorpjes Pescasseroli en Opi, maar ook op het merendeel van de hoogste toppen van het park, beginnend bij de Monte Marsicano en de Monte Petroso. De Apennijnse gems, de “heerser der toppen” van de parken in Abruzzo, verdween eind XIXe eeuw uit het hele Apennijnengebied, met uitzondering van het Parco d’Abruzzo, zijn laatste toevluchtsoord. Momenteel neemt het aantal toe, hij werd al lang geleden weer uitgezet in de overige parken in Abruzzo. In het zomerseizoen wordt hij vaker waargenomen, omdat de kuddes met de in de late lente geboren jongen naar hoger gelegen gebieden trekken; hier kan men ze, zeer behoedzaam en met een beetje geluk, zelfs van vrij nabij bekijken terwijl ze grazen in de hooggelegen weiden of uitrusten op richels in de rotswand. Nevenstaande pag.,Val Fondillo; links, gemzen.
10 PARCO NAZIONALE D’ABRUZZO, LAZIO E MOLISE: wat u niet mag missen
OP ZOEK NAAR DE BRUINE MARSICANO-BEER Een beer ontmoeten in het Parco Nazionale d’Abruzzo, Lazio e Molise was nooit eenvoudig. Op sommige plekken en in bepaalde jaargetijden wordt deze mogelijkheid toch iets concreter dankzij de “bearwatching” excursies. Een zeer panoramische en doelgerichte excursie is die van Pescasseroli naar de berghut Jorio. Dit pad kan tot augustus zonder begeleiding bewandeld worden.Van augustus tot begin oktober regelt het Park de toeristenstroom in dit leefgebied van de beren; er mogen per dag maximaal 20 personen onder begeleiding van een gids aan de excursie deelnemen. De wandelaars bereiken het hoogst gelegen gedeelte van het beschermde gebied op een tijdstip waarop bergwandelaars over het algemeen terugkeren naar het dal. Na het passeren van de onlangs gerestaureerde berghut loopt de groep in absoluut stilzwijgen verder. Degenen die niet in het bezit zijn van een verrekijker krijgen er een te leen van de gids. Telkens wanneer het pad buigt, stopt de op kop lopende gids, richt zijn verrekijker op de open plekken aan de voet van de bergkam en de omliggende beukenbossen en verkent het terrein zeer zorgvuldig, stukje bij beetje. Na een half uur lopen vanaf de berghut, neemt de groep plaats op een steile bergweide, waar een precisieverrekijker op een drievoet wordt gezet.Voorwerp van al deze aandacht is de beer, symbool van het park en van alle beschermde gebieden van Abruzzo; hij vertoont zich in ongeveer de helft van alle gevallen. Afgezien van de beer verschijnen bijna altijd herten of reebokken. Bij het vallen van de avond klinkt soms het gehuil van wolven door de dalen en wouden van het park. Zelfs wanneer er weinig dieren te zien zijn hebben het observatieritueel en de afdaling naar Pescasseroli in volledige duisternis bij het licht van hoofdlampen iets heel speciaals.
SCANNO EN ZIJN MEER Scanno, een prachtig dorp met middeleeuws verleden, is een van de bekendste bestemmingen van de Abruzzo-bezoeker. De aanblik van de oude dorpskern heeft grote impact, dankzij de harmonie van verschillende stijlsoorten, Middeleeuwen, Renaissance en uiteindelijk Barok. De ideale bezoekroute kan beginnen bij de kerk van Santa Maria in Valle, waar alle drie de stijlen verenigd zijn, maar de volledige oude dorpskern is een zorgvuldig bezoek waard, met zijn prachtige kerken, de aan elkaar vastgebouwde huizen, de herenhuizen, de trappen.Vaak zijn oude inwoonsters van het dorp te zien in de straten en onder de bogen, doorgaans in traditionele klederdracht, vermoedelijk van Montenegrijnse oorsprong; ze zijn het doelwit van fotografen op zoek naar suggestieve kiekjes. Tot het lokale handwerk behoren gekloste kant en goudwerk: sierkleedjes, sjaals en tafelkleden zijn verkrijgbaar bij de vele ambachtswinkels in het dorp, evenals hangertjes, ringen en halssnoeren van fijn filigraan. Aan de voet van Scanno, langs de weg afkomstig van de kloven van de Sagittario-rivier, ligt het gelijknamige meer. Dit spectaculaire waterbekken met zijn aangenaam klimaat is een prima bestemming voor toeristen op zoek naar afkoeling, vissers, birdwatchers en kanovaarders. Een enorme aardverschuiving op de Monte Genzana heeft in het verre verleden het dal van de Sagittario versperd, waardoor het meer is ontstaan en een uitgestrekte kom op 922 meter hoogte met water werd gevuld. De afgelopen decennia hebben zich bij de traditionele vissers langs de oevers of op het water (het meer is rijk aan kostbare vissoorten) badgasten gevoegd, toeristen die een waterfiets huren en overige watersportbeoefenaars zoals windsurfers en kanovaarders. Links, accommodatie voor badgasten.
ABRUZZO ITALIA 11
E OUDE DORPSKERN VAN PESCASSEROLI Pescasseroli, “hoofdstad” en startpunt voor een bezoek aan het Park, beschikt over prima skipistes en biedt de toerist een stijlvol historisch centrum en prachtige monumenten: de resten van een oud kasteel uit de tijd van de Longobarden op de “pesco” heuvel (het hooggelegen verdedigingspunt waaruit veel hoogmiddeleeuwse centra ontstonden), de barokkerk del Carmelo, het grote Palazzo Sipari (de familie die de geboorte gaf aan de filosoof Benedetto Croce en de bekende milieukenner Erminio Sipari, de oprichter van het Park in 1922) en vooral de parochiekerk van de heilige Petrus en Paulus, van middeleeuwse oorsprong, maar smeltkroes van verschillende stijlen: romaans, gotisch, renaissance, barok. Het interieur is sober, maar evenwichtig en bestaat uit drie schepen; de zuilen vertonen de thema’s van de bouwstijl der cisterciënzers; de voorgevel heeft een horizontale kroonlijst en de toren kreeg zijn huidige vorm in de XVIe eeuw. Het meest vereerde kunstwerk van de kerk is het beeld van de Madonna Nera, plaatselijk bekend als L’Incoronata (evenals het gelijknamige beeld uit Foggia, hetgeen getuigt van de nauwe band tussen beide gebieden vanwege de Seizoenstrek van het Vee). De renovatie van het oudste deel van het dorp kreeg de afgelopen jaren een stevige impuls door de uitbreiding van de toeristenaccommodatie, restaurants en winkels met het traditionele handwerk. Aan het begin van de bebouwde kom langs de weg afkomstig uit Avezzano bevindt zich een fontein met een in de rots uitgehouwen opschrift ter herinnering aan de opening van het Park op 9 September 1922. Links, het dorpscentrum van Pescasseroli; rechts, de ruïnes van het kasteel.
HET LAGO VIVO De sierlijkste bergketen van het Park dient als achtergrond voor het enige, natuurlijk ontstane meer van het beschermde gebied; dit meer is tevens een gewaardeerde trekpleister voor excursionisten. Het meer is klein en grotendeels moerassig en wordt zomers bezocht door in het wild levende runderen en paarden. Het Lago Vivo beslaat de bodem van een uitgestrekt karstdal op 1591 meter hoogte en heeft aan de zuidelijke oever (links voor degenen die het meer bereiken via het pad afkomstig van Barrea) een kleine, onuitputtelijke bron. Achter het meer verheft zich de bergketen die de Monte Tartaro en La Meta verbindt met de rotstorens van de Monte Altare en met de top van de Monte Petroso, de hoogste top in dit gedeelte van het beschermde gebied. Dit schouwspel is des te indrukwekkender wanneer de laatste lentesneeuw fel afsteekt tegen de jonge, groene beukenbladeren. Het makkelijk begaanbare pad naar het Lago Vivo behoort tot de interessantste en drukst bezochte paden van het park; het is bij voorkeur bereikbaar vanuit Barrea voor een aangename wandeling (anderhalf uur bergopwaarts en hoogstens een uur bergafwaarts) in een beukenbos vol met hoogstambomen, vanwaar men plots uitkijkt op de kom met het meer. In mei en juni staat alles uitbundig in bloei; volop zomer worden de warmste uren van de dag verlicht door de frisse lucht van water en beukenbos; in de herfst krijgt het bos tal van warme kleuren; ook ’s winters kan men hier rustig gaan wandelen (met of zonder sneeuwschoenen), want dankzij de dichte bebossing bestaat er geen gevaar voor lawines. Links, winterexcursie; rechts, zomeraanzicht van het Lago Vivo.
12 PARCO NAZIONALE D’ABRUZZO, LAZIO E MOLISE: wat u niet mag missen
IN DE SPOREN VAN DE SAMNIETEN TUSSEN ALFEDENA EN BARREA Alfedena en Barrea zijn ontstaan op de plaats van belangrijke Samnitische nederzettingen, aan de voet van het massief la Meta en de Monte Greco. Ze dienen als vertrekpunt voor excursies in het Parco Nazionale d’Abruzzo en dienen tevens gewaardeerd te worden vanwege hun talrijke archeologische getuigenissen en vondsten. In Abruzzo zijn er maar weinig plekken zo rijk aan dodensteden, vestingen en resten van tempels en woningen. Mooi is de route bergopwaarts van Alfedena naar de Monte Curino, waar zich de resten bevinden van een heiligdom en overblijfselen van megalithische muren. In Alfedena, op een hoogte van 893 meter, zijn de resten van het kasteel en de kerk van de Heilige Petrus en Paulus uit de XIIIe eeuw een bezoek waard. Het Museo Civico herbergt slechts een klein gedeelte van de Samnitische verzameling: de antieke vondsten uit Abruzzo zijn tegenwoordig te bezichtigen in het Museo Archeologico van Chieti, terwijl de tijdens de Tweede Wereldoorlog door de Wehrmacht ontvreemde schatten weer terug zijn in Alfedena, na een grondige restauratie bij de universiteit van Tübingen. Via Piazza Umberto I bereikt men de bebouwde kom van Fonticella, vanwaar een pad bergopwaarts voert. Bij de eerste splitsing slaat men rechtsaf via een steil pad, dat door een klein dal slingert en uitkomt op de grasvlakte van de Monte Curino op 1020 meter. Een oude omheining wijst op de resten van een “temenos”, een heilig domein met een breedte van elf meter.Verder omhoog naar links, door dicht struikgewas komt men bij de overblijfselen van de megalithische muren ter verdediging van de bewoners. Langs dezelfde weg loopt men terug naar Alfedena. Heen en terug duurt de wandeling minder dan een uur. Links: bronzen Samnitisch schild-pantser uit het Museo Archeologico van Alfedena.
VALLELONGA EN DE FORESTA VAN VALLE CERVARA Villavallelonga is de oostelijke toegangspoort van het park en beslaat het bergachtigste deel van de Vallelonga, een gebied afgebakend door lange, onherbergzame, ontoegankelijke bergketens. Hier werd het oudste beukenbos van Europa ontdekt, de Valle Cervara met zijn beuken die wel 600 jaar oud zijn, vandaag de dag nog steeds de natuurlijke habitat van de Marsicano-beer. Van de 11 beschikbare routes met verschillende moeilijkheidsgraad doorkruist de meest suggestieve de Valle Cervara tot bij de berg van de Valle Caprara. Vanaf de parkeerplaats in Prati d’Angro bereikt men via een onverharde weg de toegang tot het dal, waar een pad begint langs de oevers van een droogliggende bergstroom. Men kan hier stoppen om de grote beuken te bewonderen en de omvang van een boom met de armen te meten om vervolgens te ontdekken dat er minstens drie personen hiervoor nodig zijn. Daarna bereikt men de fontein van de Valle Cervara en begint het parcours bergopwaarts tot aan de vlakke kam van de Monte Caprara. Spectaculair uitzicht is hier gegarandeerd: de kom van de Serrone, in het zuiden alle bergen van het Park, de Amaro di Opi, Marsicano, Gravare en San Nicola, de hellingen van de Petroso en Meta, verder nog de Velino, Sirente en Corno Grande met ertegenover de Montagna Grande. Wil men een moeilijke wandeling liever vermijden, dan kan men kiezen voor het “natuurpad van de beer”, dat start bij het Bezoekerscentrum van Villavallelonga en leidt naar het faunagebied, waar men twee exemplaren van de Marsicano-beer kan bekijken. De moeite waard zijn ook de dorpjes Bisegna, San Sebastiano en Ortona, kleine, middeleeuwse centra van de Valle del Giovenco, waar men een bezoek kan brengen aan het Centro Capriolo van Bisegna en het Centro Verde in Ortona en zich tevens enkele, suggestieve wandelpaden bevinden. Een bezoek aan het aquaduct La Ferriera in Bisegna mag men ook beslist niet missen.
ABRUZZO ITALIA 13
PARCO NAZIONALE D’ABRUZZO, LAZIO E MOLISE Viale Santa Lucia, 67032 Pescasseroli (Aq) tel. +39 0863 91131 – fax +39 0863 912132
[email protected] – www.parcoabruzzo.it Nuttige adressen PESCASSEROLI (Aq) • Centro Visita, Museo Naturalistico, Ufficio Informazioni, Parco Faunistico, Giardino Appenninico tel. +39 0863 9113221 CIVITELLA ALFEDENA (Aq) • Centro Visita, Museo del Lupo appenninico, Ufficio Informazioni, Sentieri Natura, Aree Faunistiche del Lupo appenninico e della Lince tel. +39 0864 890141 BISEGNA (Aq) • Centro Visita, Museo del Capriolo, Ufficio Informazioni, Area Faunistica del Capriolo, Sentiero Natura – Associazione “Montagna Grande” tel. +39 333 1948465 VILLAVALLELONGA (Aq) • Centro Visita dell’Orso, Museo Naturalistico, Ufficio Informazioni, Area Faunistica dell’Orso, Sentiero Natura – Cooperativa “Sherpa” tel. +39 0863 1940278 • Ufficio Territoriale del Parco +39 0863 949221-9492617 VILLETTA BARREA (Aq) • Centro Servizio Educazione tel. +39 0864 89102 • Museo della Transumanza – Associazione “Borgo Fattoria Didattica” tel. +39 340 3174515 LECCE NEI MARSI (Aq) • Area Faunistica del Cervo SCANNO (Aq) • Punto informativo tel. +39 348 0548804 • Area Faunistica del Cervo OPI (Aq) • Centro Visita, Museo e Area Faunistica Camoscio appenninico – Coop. SO.R.T. tel. +39 333 4228260 CAMPOLI APPENNINO (Fr) • Centro Visita, Museo e Area Faunistica dell’Orso – Cooperativa “VerdeBlu” tel. +39 335 6846414 ALVITO (Fr) • Centro Visita – Cooperativa “VerdeBlu” +39 335 6846414 • Ufficio Territoriale del Parco tel. +39 0776 513032 SAN DONATO VAL DI COMINO (Fr) • Punto Informativo di Forca d’Acero – Cooperativa “VerdeBlu” tel. +39 335 6846414 Bovenstaand: de monumentale esdoorn van Monte Tranquillo.
De activiteiten in het Park De talrijke activiteiten die de Parkstichting in haar eigen gebied promoot en organiseert, zowel voor volwassenen als jongeren en kinderen in schoolgaande leeftijd, worden gedetailleerd beschreven en verspreid via de volgende websites www.parcoabruzzo.it en parks.it/parco.nazionale.abruzzo, met een voortdurend bijgewerkte agenda boordevol initiatieven (programma’s voor milieu-educatie, naturalistische excursies, culturele evenementen).
CASTEL SAN VINCENZO (Is) • Centro Visita e Museo dell’Avifauna tel. +39 0865 951354 PIZZONE (Is) • Centro Visita dell’Orso Marsicano tel. +39 0865 951435 Toeristeninformatie IAT Pescasseroli (Aq) tel. +39 0863 910461 IAT Scanno (Aq) tel. +39 0864 74317 Pro Loco di Opi (Aq) tel. +39 0863 910622 Pro Loco di Villetta Barrea (Aq) tel. +39 0864 89333
Het Parco Nazionale
del Gran Sasso
ABRUZZO ITALIA 15
e Monti della Laga Het Park vertoont zeer uiteenlopende natuurlijke milieus en bestaat uit twee verschillende geologische entiteiten, het Gran Sasso-massief (kalk, karst, dor en overwegend rotsachtig) en het massief van de Monti della Laga (zandsteenmergel, dicht bebost, rijk aan oppervlaktewater). Dientengevolge ook verschillend in flora en fauna; beide massieven liggen letterlijk tussen elkaar ingeklemd in de noordelijke Val Vomano en vormen een perfecte, ecologische continuïteit. Een zeer bijzondere geografische en natuurlijke omgeving, onlosmakelijk verbonden met de duizendjarige aanwezigheid van de mens, waarvan de uitgestrekte grasweiden, het hooggelegen bouwland, de middeleeuwse dorpjes, kerken en kastelen getuigen. Op nevenstaande pagina, van boven naar beneden: koningsuil, bloeiende pioenrozen, Abruzzese herdershonden tussen de kudde, kaasproducten, de abdij van S. Bartolomeo in Carpineto della Nora, het dorpje S. Stefano di Sessanio. Bovenstaand: Abruzzese gems en excursie naar de Corno Grande. Onderstaand: het Pietranzoni meertje in Campo Imperatore.
Het Park heeft een oppervlakte van 148.935 hectare en strekt zich, zij het marginaal, ook uit tot de regio Latium en Le Marche. Het Abruzzese gedeelte, nl. negen tiende van de totale oppervlakte, betreft de provincies Teramo, L’Aquila en Pescara met veertig Gemeenten, voor de regio Le Marche gaat het uitsluitend om de provincie Ascoli Piceno met twee gemeenten en in de regio Latium om de provincie Rieti, tevens met twee gemeenten. Het Gran Sasso-massief is het belangrijkste bergcomplex van de Apennijnen, met zijn majestueuze toppen van dolomietrots, de
16 PARCO NAZIONALE DEL GRAN SASSO E MONTI DELLA LAGA
hoogste van de volledige bergketen, die hun hoogtepunt bereiken met de Corno Grande (2912 m), de Corno Piccolo, de Pizzo d’Intermesoli en de Monte Camicia. Het massief herbergt de Calderone-gletsjer, de enige in de Apennijnen en de zuidelijkste van Europa en grenst in het zuiden aan de hoogvlakte Campo Imperatore, een grenzeloos, hooggelegen karstgebied (van 1600 tot meer dan 2000 meter b.z.s.), van adembenemende schoonheid, het meest Tibet-achtige landschap van Europa. De morfologie wordt gekenmerkt door verticale wanden, morenes, karen, dalen, karstvelden, ravijnen en talrijke meren, tevens van karstoorsprong; in het noordwesten gaat het massief over in de Monti della Laga, geologisch verschillend vanwege hun mergel- en zandsteensamenstelling, die het noordelijk deel van het Park vormen, op de overgang van drie regio’s (Abruzzo, Latium en Le Marche). Het gebruik dat de mens van deze bergen heeft gemaakt is af te leiden uit het verschil in bebossing, nl. de continue en dichtbeboste hellingen van de Gran Sasso en Monti della Laga richting Teramo, een overwicht aan berg- en grasweiden van de Gran Sasso richting L’Aquila en van de
Monti della Laga in het Latium-gedeelte, m.a.w. in het zuiden gras- en weideland, in het noorden en oosten bossen en wouden. De begroeiing omvat de beukenbossen van de Monti della Laga (met de zeldzame zilverspar, een overblijfsel uit de ijstijd in deze luchtstreken) en de hellingen van de Gran Sasso richting Teramo, grasland in Campo Imperatore en op de Voltigno en schitterend bloeiende bergplanten en -bloemen. Het zijn niet alleen de naturalistische aspecten die dit Park aantrekkelijk maken; sterker nog, het Park wordt gekenmerkt door een onlosmakelijk vlechtwerk van landschappen, met de natuur en de aanwezigheid van de mens als gemeenschappelijke deler. Getuigenis hiervan zijn de talrijke oude dorpjes en kastelen, verspreid over de hellingen en de tussenliggende bergkommen overheersend; Op deze pag.: via ferrata-beklimming naar de bivakhut Basile; onderstaand, het meer van Campotosto bij zonsondergang. Nevenstaande pag.: boven, sneeuwschoentocht in het beukenbos van Prati di Tivo en excursie in de Valle delle Cento Fonti; beneden, de “open velden” van S. Stefano di Sessanio.
ABRUZZO ITALIA 17
richting Teramo allereerst de kleine, middeleeuwse dorpjes, verlaten tussen de bossen van de Monti della Laga en de kluizenaarskloosters van de Montagna dei Fiori, het prachtige Renaissance-centrum van Campli, Civitella del Tronto met zijn indrukwekkende vesting, de spectaculaire ruïnes van Castel Manfrino met uitzicht op de kloven van de Salinello, de middeleeuwse kastelen van Castel di Luco en Piano di Roseto, Castelli en zijn winkels met het bekende, kostbare porseleinwerk en het oratorium San Donato (ook wel de “Sixtijnse kapel van de majolica” genoemd), de betoverende oude dorpskern van Isola del Gran Sasso, Cortino,Valle Castellana,Tossicia, Pietracamela; richting L’Aquila, Campotosto met zijn grote meer, de historische dorpjes van de Gran Sasso, met hun ongerepte, middeleeuwse sfeer: Assergi, Barisciano, Santo Stefano di Sessanio, Calascio met zijn schitterende Rocca, Castelvecchio Calvisio en Carapelle Calvisio, Castel del Monte, Ofena, Bussi sul Tirino; richting Pescara, steil aflopend naar de heuvels en kuststrook, Farindola, met zijn bekende schapenkaas.
18 PARCO NAZIONALE DEL GRAN SASSO E MONTI DELLA LAGA: wat u niet mag missen CIVITELLA DEL TRONTO EN ZIJN VESTING Ze is gelegen boven op een heuvel die uitkijkt over de rivier Tronto, eeuwenlang de grens tussen het Koninkrijk Napels en de Kerkelijke Staat en vandaag de dag tussen de regio’s Abruzzo en Le Marche. De huidige structuur is die van de 16e-17e eeuw, maar de bloederige geschiedenis van de vesting begint veel eerder, tijdens de Middeleeuwen, en eindigt met de Eenwording van Italië, met de belegering van 1860-61, die resulteert in de capitulatie van het garnizoen van de Bourbons.Via de stadspoort uit de XIIIe eeuw komt men in het historisch centrum (met zijn smalle straatjes en opmerkelijke monumenten een bezoekje waard); vandaar loopt men omhoog naar de vesting voor een bezoek aan de ruime Piazza d’Armi, het Bastione di San Giacomo en het Palazzo del Governatore. In de antieke Bourbonse kazernes bevindt zich een klein, maar interessant museum gewijd aan de geschiedenis van de vesting en de grote belegering van 1860-61. Links, luchtfoto van het oude centrum; rechts, de Bourbonse kazernes van de vesting.
CASTEL MANFRINO, DE KLOVEN EN DE KLUIZENAARSOORDEN VAN DE SALINELLO Een van de meest spectaculaire canyons van de Apennijnen is ontstaan in het uitgesleten dal van de Salinello tussen de Montagna dei Fiori en de Montagna di Campli. De eerste natuurschat die hier verscholen ligt is de Grotta Sant’Angelo in Ripe di Civitella del Tronto, een grot die al meer dan 10.000 jaar gewijd is.Verder is er op de plateaus van het hoge gedeelte van het dal een reeks indrukwekkend gelegen kluizenaarskloosters: Santa Maria Maddalena, Santa Maria Scalena, San Francesco alle Scalelle en het meest spectaculaire Sant’Angelo in Volturino (de naam is afkomstig van het Latijnse “vultur”, d.w.z. gier). De ruïnes van het Castel Manfrino, het in 1258 in opdracht van koning Manfred van Hohenstaufen gebouwde landgoed, overheersen de zeer smalle kloven waar het wildwater van de Salinello zich een weg baant. Links, kijkje in de Grotta Sant’Angelo; rechts, de kloven van de Salinello.
CAMPLI EN DE DODENSTAD CAMPOVALANO.VAN MIDDELEEUWSE DORPJE TOT HET ARCHEOLOGISCH RIJKSTE GEBIED VAN ABRUZZO De laagvlakte van Campovalano, gelegen aan de voet van de Monti della Laga was eeuwenlang – XIIIe-IVe eeuw v. C. – een omvangrijke en unieke “begraafplaats zonder stad”; hier lag de aristocratie van een groot gebied begraven, d.w.z. duizenden graven, die prachtige en perfect geconserveerde vondsten van onschatbare waarde aan het licht brachten. Het Museum waar ze worden tentoongesteld ligt in het oude centrum van Campli, een betoverend, middeleeuws dorpje met een prachtig plein, oude gebouwen en de kerk van San Francesco (begin XIIIe eeuw) en Santa Maria in Platea (eind XIVe eeuw). Ook de kerk van San Pietro uit het begin van de XIIIe eeuw, aan de rand van de laagvlakte van Campovalano nabij de ruïnes van een benediktijnerklooster is de moeite van een bezoek waard. Links, de kerk van S. Pietro in Campovalano; rechts, een ivoren plaquette uit het Museo Archeologico Nazionale van Campli.
ABRUZZO ITALIA 19 HET BOSCO MARTESE EN LA MORRICANA Het grootste bos van de Monti della Laga strekt zich uit aan de oostelijke zijde van het massief tussen de dalen van La Cavata en la Morricana, met afwisselend de typische Apennijnse beuken en grote sparren met regelmatige stam. De bergpas Il Ceppo is het beste toegangspunt voor een bezoek; hier begint een vlakke, onverharde weg van bijna zes kilometer, die dwars door het meest suggestieve deel van het woud loopt. Via een steiler pad komt men van Il Ceppo bij de Jacci di Verre, tegenover de hoogste toppen van de Monti della Laga en kan men verder lopen tot bij de “scheve beuken”, de waterval La Cavata of de Pizzo di Moscio. Vanaf het punt voor wateronttrekking van het energiebedrijf ENEL, waar de onverharde weg eindigt, loopt een ander pad naar de wildwatervallen La Morricana, een waar juweeltje aan deze zijde van het massief. Links, luchtfoto van Bosco Martese; rechts, de waterval La Morricana.
DE VALLE DELLE CENTO FONTI IN CESACASTINA DI CROGNALETO In tegenstelling tot de bijna absolute dorheid en droogte (kalk, dus karstgebied) van de overige bergmassieven in Abruzzo hebben de Monti della Laga een geologische mergel-zandsteensamenstelling, hetgeen waterdoorstroming aan de oppervlakte mogelijk maakt, waardoor water hier alom aanwezig is. De meest spectaculaire waterstroom bevindt zich nabij Cesacastina, waar de Acero met een adembenemend schouwspel naar het dal stroomt. Deze plek, gelegen aan de voet van de Monte Gorzano en de Cime della Laghetta, biedt een schitterend uitzicht over de volledige bergketen van de Gran Sasso, van Monte San Franco tot Monte Camicia. Ook het interessante dorpje Cesacastina, waar het pad begint, is een bezoek waard en vanaf het panoramische punt heeft men een prachtig uitzicht op de Gran Sasso. Links, het kerkje van de Heilige Pietro en Paolo in Cesacastina; rechts, een der watervallen in het dal.
AAN DE OEVERS VAN HET MEER VAN CAMPOTOSTO Het kunstmatige meer van Campotosto is het grootste van Abruzzo. In het zomerseizoen vormt het een trekpleister voor de liefhebbers van kanosport, windsurf en picknickpartijen, terwijl het bevroren meer in de winter een onovertrefbaar schouwspel biedt. Dankzij de hoogte van 1313 meter boven de zeespiegel is het hier ook hartje zomer heerlijk fris. Prachtig zijn de routes naar Monte Cardito, Monte di Mezzo en Cime della Laghetta, terwijl de weg rondom het meer zeer geschikt is voor fietstochten en ’s winters korte, maar interessante langlaufpistes biedt. Behalve vanwege het meer staat Campotosto ook bekend om zijn vleeswaren, waaronder de Mortadella di Campotosto (plaatselijk ook wel “coglioni di mulo” oftewel “muilezelballen” genoemd), een Slow Food presidium, en om zijn kaas en vlees van plaatselijke fokkerijen. Links, zicht op het meer; rechts, Mortadella’s uit Campotosto.
20 PARCO NAZIONALE DEL GRAN SASSO E MONTI DELLA LAGA: wat u niet mag missen
GRAN SASSO, ZIJN HISTORISCHE BERGHUTTEN EN DE CALDERONE-GLETSJER De Gran Sasso is, alpinistisch gezien, de belangrijkste bergtop van de Apennijnen, de berg waar historisch gezien het alpinisme van de excursies is ontstaan (met de gedocumenteerde beklimming door Capitano Antonio De Marchi in 1573); de historische berghutten (“Garibaldi” uit 1886 en “Duca degli Abruzzi” uit 1908), tot op heden druk bezocht en prima gerestaureerd, hebben onderdak geboden aan vele generaties excursionisten en alpinisten. De “Paretone” (Grote Wand), de hoge muur van zestienhonderd meter waarmee de Corno Grande uitkijk op de heuvels van Isola del Gran Sasso en Castelli is hét symbool voor beklimmingen geworden. Deze ronduit alpenachtige omgeving, verticaal met blote rotsen, bevat tevens de zuidelijkste van alle Europese gletsjers, de Calderone. Links, de oostelijke top van de Corno Grande en de Calderone; rechts, de berghut Garibaldi.
CASTELLI, DE “HOOFDSTAD” VAN DE ABRUZZESE MAJOLICA MET ZIJN GROTE TRADITIE Castelli, gelegen aan de voet van de indrukwekkende noordwand van de Monte Camicia, is een van de meest suggestieve dorpjes van Abruzzo, sedert de Middeleeuwen de geboorteplaats van een van de belangrijkste Europese tradities voor het vervaardigen van fijn, eerste kwaliteit majolicawerk. De keramiek van Castelli beleefde zijn bloeiperiode in de XVe-XVIe eeuw en was aanwezig in elk Europees hof (momenteel in de belangrijkste musea wereldwijd). Aan de school van Grue, Fuina, Gentili en Cappelletti hebben we schitterende voorwerpen te danken, hetgeen duidelijk wordt toegelicht in het plaatselijke Museo della Ceramica. Het kerkje van San Donato, de “Sixtijnse kapel van de Abruzzese majolica” genoemd, laat met zijn betegeld plafond zien welk uitzonderlijk niveau ook de volksproductie van Castelli destijds bereikt heeft. Links, majolicavaas uit het Museo della Ceramica; rechts, de bebouwde kom van Castelli.
CAMPO IMPERATORE, HET “KLEINE TIBET” “Campo Imperatore is oneindig, een zee van grasweiden gestreeld door de nevel, meegevoerd door de wind. Je waant je hier in Tibet”: zo werd dit wonder van Abruzzo in 1937 beschreven door de grote Florentijnse alpinist en oriëntalist Fosco Maraini. Het was al eeuwenlang het toneel van de Abruzzese veefokkerij (er liepen honderdduizenden runderen te grazen) toen in de XVIe eeuw ook de familie De’ Medici uit Florence, internationale handelaren in wol, kastelen en grasweiden kocht aan de voet van de Gran Sasso. Zowel toen als vandaag de dag biedt het eindeloze en onwezenlijke perspectieven, terwijl het al tientallen jaren een geweldige filmlocatie is. Het ligt op een hoogte van 1600-2200 meter, is 25 kilometer lang en 8 kilometer breed, met op de top het historische hotel waar de Duitse parachutisten in 1943 Mussolini hebben bevrijd. Links: Campo Imperatore; rechts, gele gentiaan in bloei.
ABRUZZO ITALIA 21
HET KASTEEL ROCCA CALASCIO, HET OPZIENBARENDSTE DER KASTELEN IN ABRUZZO Als een adelaarsnest gelegen op 1460 meter hoogte, is Rocca di Calascio het meest spectaculaire van de vele kastelen die controle uitoefenden op de “wolroutes” van en naar de hoogvlakte van Campo Imperatore. Het overheerst een enorm groot gebied en heeft een adembenemend panorama. Het werd gebouwd rond het jaar duizend en had aanvankelijk slechts één vierkante toren, die naderhand werd uitgerust met een extern vestingwerk met vier indrukwekkende, ronde torens, waaraan het onmiddellijk herkenbaar en reeds van verre zichtbaar is. Door de eeuwen heen behoorde het toe aan de Benediktijnen van San Vincenzo al Volturno, aan de familie Acclozemora en Piccolomini. Vanaf 1579 maakte het, evenals het nabijgelegen Santo Stefano di Sessanio, deel uit van de bezittingen van de familie De’ Medici, wiens rijkdom berustte op de handel in wol. Rechts, de kerk van S. Maria della Pietà.
SANTO STEFANO DI SESSANIO. HET OUDE MIDDELEEUWSE DORPJE DAT HET DOMEIN WAS VAN DE FAMILIE DE’ MEDICI Van alle dorpjes aan de zuidzijde van de Gran Sasso is Santo Stefano di Sessanio ongetwijfeld een van de interessantste, gelegen op een hoogte van 1251 meter langs een van de belangrijkste toegangswegen tot de rijke weilanden van Campo Imperatore. Daarom was het ’t domein van de Florentijnse familie De’ Medici, die hier enorme belangen hadden in de productie van wol. De oude, geheel middeleeuwse dorpskern is intact en volledig gerenoveerd (zeer origineel opgewaardeerd en herschapen in een “verspreid hotel”); tijdens de aardbeving van 2009 werd alleen de grote, hoogtronende toren van de De’ Medici beschadigd, die binnenkort gerestaureerd wordt. Zeer interessant zijn ook de omliggende karstdalen en hun oude, agrarische landschap met “open velden”, waar de gerenommeerde linzen worden verbouwd, een Slow Food presidium. Links, linzen; rechts, een straatje van de oude binnenstad.
CASTEL DEL MONTE, HET MUSEUMSTADJE VAN HERDERS EN TRANSHUMANTIE De “hoofdstad” van de herders van de Gran Sasso heet ook vandaag de dag nog zijn bezoekers welkom die van de vlakte van Navelli richting Campo Imperatore reizen, het “kleine Tibet” van de bergen in Abruzzo; al sinds de Oudheid is de economie van dit dorpje gebaseerd op de transhumantie-gerelateerde veeteelt en afgeleide producten.Van de hieruit voortvloeiende rijkdom getuigen de talrijke, rijkelijk versierde, fraaie gebouwen, herenhuizen en kerken. Ricetto is het gefortificeerde hart van het stadje; het heeft steile straatjes met trappen (de zgn. “rue”), bogen en prachtige stenen huizen en in de talrijke locaties van het originele “Museo diffuso” (“verspreid museum”) worden het leven en de culturele tradities van de herders gedetailleerd toegelicht. In dit dorp worden enkele van de beste schapenkazen van Abruzzo geproduceerd, waaronder de bekende mandjeskaas van Castel del Monte, een Slow Food presidium. Links, de oude dorpskern van Castel del Magno; rechts, een van de Centri espositivi di Cultura materiale.
22 PARCO NAZIONALE DEL GRAN SASSO E MONTI DELLA LAGA: wat u niet mag missen
SAN PIETRO AD ORATORIUM De kerk ligt afgelegen aan de voet van Capestrano, verscholen in een klein wilgen- en populierenbos, langs de rivier Tirino. De achterkant van de kerk is zeer eenvoudig, met drie halfronde apsissen van blote steen. De omgekeerde bouwsteen aan de voorgevel vermeldt het raadselachtige vierkant “sator arepo tenet opera rotas”, terwijl de inscriptie op de architraaf van het portaal de kerk dateert: ”a rege desiderio fundata anno milleno centeno renovata” oftewel: “opgericht door koning Desiderio, gerenoveerd in het jaar 1100”. Ze is gebouwd in Romaanse stijl en heeft een zeer suggestief interieur met enorme zuilen en drie schepen, een schitterend altaarbaldakijn uit de XIIIe eeuw en interessante, okerrode fresco’s uit de XIIe eeuw in de middenapsis. Links, het interieur van de kerk; rechts, het portaal.
AMITERNUM. SPELEN EN VERMAAK VAN DE ANTIEKE SABIJNEN Ten noorden van L’Aquila, in het groene dal van de rivier Aterno, verheffen zich majestueus de ruïnes van twee grote bouwwerken uit de Oudheid, een theater en een amfitheater uit de Romeinse tijd. Het zijn de overblijfselen van het oude Amiternum, geboorteplaats van de geschiedschrijver Sallustius. De grote, machtige stad was van Sabijnse oorsprong. De naam is ontleend aan de rivier Aterno, die langs de stad stroomde of destijds wellicht de stad doorkruiste.Van de oude pracht van vroeger zijn tot op heden niet alleen de twee voor amusement bestemde bouwwerken bewaard gebleven, maar ook de thermen. Op korte afstand ligt het middeleeuwse dorpje San Vittorino met de prachtige kerk van San Michele uit de XIIe eeuw, gekenmerkt door interessante catacomben die in verband staan met de verering van de plaatselijke martelaar San Vittorino. Links, luchtfoto van het theater; rechts, luchtfoto van het amfitheater.
DE ABDIJ VAN SAN CLEMENTE A CASAURIA In het dal van de rivier Pescara kan op korte afstand van de snelwegbetaalpost Torre de’ Passeri een bezoek worden gebracht aan de indrukwekkende abdij van San Clemente a Casuaria. Ze behoort ongetwijfeld tot de belangrijkste monumenten van het artistieke en architectonische erfgoed van de regio Abruzzo. De oorspronkelijke kerk werd gebouwd in de IXe eeuw, zoals blijkt uit het bas-reliëf van het middenportaal, maar werd vaak verwoest en weer opgebouwd. In de XIIe eeuw nam ze de huidige vorm aan, waaraan later nauwelijks iets werd toegevoegd. De schitterende voorgevel met zuilengalerij, drie prachtig versierde portalen en indrukwekkende, bronzen deuren wordt aangevuld met een zeldzaam mooi interieur met drie kostbare stukken kerkgeraad: de preekstoel, de Paaskaars en het altaarbaldakijn, alle van fijn bewerkte steen. Links, de voorgevel; rechts, detail van portaallunet.
ABRUZZO ITALIA 23 OFENA EN DE “PAGLIARE” Het middeleeuwse centrum Ofena, het antieke Aufinum, is gelegen aan het vertrekpunt van een belangrijke route van de seizoenstrek van het vee, richting Castel del Monte en Campo Imperatore; het oude dorpscentrum is intact en heeft enkele zeer interessante kerken. Aangename wandelingen voeren bergopwaarts naar de dorpjes Garrufo (zeer pittoresk en met middeleeuws stempel) en Villa Santa Lucia en bergafwaarts naar een laagvlakte (hier wordt onder andere een van de beste rode wijnen van de regio geproduceerd), waar zich het complex met de “pagliare” bevindt, d.w.z. een antiek gehucht bestaande uit seizoenswoningen, die gebruikt werden voor de agrarische exploitatie van de vlakte. De tocht (te voet of op de fiets) naar het verlaten, suggestieve plaatsje met de “pagliare” begint bij de mooie, bergafwaarts gelegen kerk van San Pietro ad Cryptis. Links, de “pagliare”; rechts, de bebouwde kom van Ofena.
DE BOCHTEN VAN DE RIVIER TIRINO De Tirino, een van de helderste rivieren van Italië, ontspringt uit de spectaculaire bronnen van Capo d’Acqua en Presciano, tussen Capestrano en Ofena, aan de zuidoostelijke zijde van de Gran Sasso. De rivier is een paradijs voor sportvissers (afkomstig uit heel Italië), kanovaarders en birdwatchers (dankzij vaste vogelkolonies met ijsvogels, waterrallen, waterhoentjes en seizoensgebonden vogels zoals meerkoeten, doodaarzen, reigers, wilde eenden); het rivierdal biedt prachtige tochten, te voet, te paard of met de mountainbike, terwijl ook een kanotocht over het kristalheldere water buitengewoon mooi is.Vanwege het vlakke landschap zijn de routes voor iedereen toegankelijk, ook met een kinderwagen. In de naaste omgeving zijn de oude dorpjes Capestrano en Ofena een bezoek waard. Links, een kanowedstrijd op de rivier Tirino.
FARINDOLA, DE VALLONE D’ANGRI EN LA PIANA DEL VOLTIGNO Het karakteristieke dorpje Farindola (bekend om zijn heerlijke Pecorino-kaas, Slow Food presidium) is de toegangspoort tot de Vallone d’Angri, die een diepe kloof maakt aan de zuidoostelijke zijde van de rotsachtige en wilde Gran Sasso. Het gaat om een inspannende excursie, die van de mooie bergkom van Mortaio d’Angri (op 695 meter) bergopwaarts voert in een schitterende omgeving tot bij Campo Imperatore. Alternatieve en veel eenvoudigere excursies (ook mogelijk per auto) voeren naar de hoogvlakte van Voltigno, een uitgestrekte karstvlakte, schitterend gelegen tussen de iets zuidelijkere reliëfs (’s winters geschikt voor prachtige langlauftochten) of bieden, richting Montebello di Bertona, uitzicht op de “Merletti”, de gekanteelde kalkstenen toppen van Villa Celiera. Links, sneeuwschoentocht in het beukenbos; rechts, de schapenkaas uit Farindola.
24 PARCO NAZIONALE DEL GRAN SASSO E MONTI DELLA LAGA: wat u niet mag missen
NAVELLI EN ZIJN SAFFRAAN Navelli is een mooi, middeleeuws dorpje, verschanst op een reliëf dat de gelijknamige hoogvlakte overheerst en al eeuwenlang bekend om zijn uitstekende saffraanproductie. De hoogvlakte, omgeven door prachtige amandelboomgaarden tussen het Sirente- en Gran Sasso-massief, is namelijk het hart van een van de interessantste traditionele producties in Abruzzo. Al sinds de XIIIe eeuw wordt de saffraan hier nog steeds op dezelfde antieke wijze gekweekt, dit mede dankzij de kwaliteit en beschouwd als waar “rood goud”: hij vormt de hoofdingrediënt van bepaalde gerechten uit de verfijnde Italiaanse keuken zoals de beroemde “risotto alla milanese”. Sedert 2005 heeft het product de Beschermde Oorsprongsbenaming en wordt het gepromoot door een Consortium genaamd “Zafferano dell’Aquila DOP”. Links, saffraanoogst in Navelli; rechts, bloemen van de Crocus sativus.
LE LOCCE EN SANTA MARIA CARBONI, EEN TIJDLOZE ROUTE Het Gran Sasso-massief dat aan zeezijde een rechtlijnige en compacte rotswand opricht, bestaat aan gene zijde uit een zeer complex systeem van hoogvlaktes, plooiingen en tussenliggende bekkens: een landschap met uitgestrekte weilanden en schitterende karstdalen, ieder met zijn eigen middeleeuws dorpje, een kasteel, plattelandskerken. Zo ook het dal Le Locce, een uitgestrekte, grasbegroeide kom op ongeveer 1250 meter, diep ingesloten tussen de reliëfs nabij Campo Imperatore, iets ten noorden van de bebouwde kom van Santo Stefano di Sessanio. Aan de noordzijde bevindt zich de oude plattelandskapel van Santa Maria Carboni. Geheel rondom zijn de hellingen van de bergkom bezaaid met de “locce”, d.w.z. onderaardse stalletjes, waar ’s nachts het vee werd ondergebracht. Links, een van de talrijke stalletjes; rechts, het kerkje van S. Maria dei Carboni.
DE IPPOVIA VAN DE GRAN SASSO, EEN LUS VAN 300 KILOMETER Deze route loopt volledig om het massief heen,doet de meest karakteristieke centra aan en de natuurlijke en historisch-culturele monumenten; het volledige potentieel van het gebied staat op het web: landschap, natuur, tradities, gastronomie, toeristenaccommodatie. De hoofdroute met vertakkingen beslaat ongeveer 300 km en leidt over oude muilezel- , wagen- en bergpaden door ongerepte, schitterende landschappen, over bergweiden en door bossen, langs dorpjes en kastelen. De duidelijk gemarkeerde routes zijn uitgerust met drinkplaatsen (de drinkbakken en fonteinen langs het parcours werden opgeknapt), vuurplaatsen, hutjes, plaatsen voor een tussenstop of overnachting en stallen voor de paarden. Deze uitzonderlijke, goed geoutilleerde lus kan natuurlijk niet alleen te paard, maar ook te voet of per mountainbike afgelegd worden. Links, paardentoerisme in het park; rechts, mountainbiketocht met zicht op het Meer van Campotosto.
ABRUZZO ITALIA 25
Bovenstaand: de Corno Piccolo en de berghut Franchetti.
PARCO NAZIONALE DEL GRAN SASSO E MONTI DELLA LAGA Via del Convento 1, 67010 Assergi L’Aquila tel. +39 0862 60521 / 606675
[email protected] – www.gransassolagapark.it
ARSITA (Te) • Museo del Lupo tel. +39 0861 998016
Nuttige adressen
RIPE DI CIVITELLA DEL TRONTO (Te) • Centro Visite di Ripe di Civitella, Museo della Grotta Sant’Angelo, Centro visite di Macchia da Sole, Antiquarium di Castel Manfrino – Associazione “Verdelaga” tel. +39 328 6118276 / 336 660510
ASSERGI (Aq) • Polo Amministrativo del Parco, Punto Informativo, Antiquarium del Parco, Punto Informativo Estivo con Showroom dei prodotti tipici a Fonte Cerreto tel. +39 0862 60521 BARISCIANO (Aq) • Orto Botanico, Museo del Fiore, Centro Ricerche Floristiche dell’Appennino – San Colombo tel. +39 0862 899025 ARISCHIA (Aq) • Punto Informativo, Museo del Legno – Associazione “Abruzzo 1573” tel. +39 340 3345990 CALASCIO (Aq) • Museo delle Fortificazioni tel. +39 0862 60521 SANTO STEFANO DI SESSANIO (Aq) • Punto Informativo Estivo, Museo Terre della Baronia tel. +39 0862 60521 / 899117 BUSSI SUL TIRINO (PE) • Centro Visite Fiume Tirino, Punto Informativo, Laboratorio Didattico, Biblio-Mediateca – Cooperativa “Il Bosso” tel. +39 085 9808009 FARINDOLA (Pe) • Polo Scientifico del Parco, Centro Visite, Museo interattivo e Area Faunistica del Camoscio appenninico, Aula Didattica tel. +39 085 823100 VALLE CASTELLANA (Te) • Ecomuseo Terre del Castellano tel. +39 0861 93130 / 345 4314796 SAN PIETRO DI ISOLA DEL GRAN SASSO (Te) • Centro per le Acque, Ecomuseo, Sentiero Natura, Laboratorio Formativo – C.E.A. “Scuola Verde” tel. +39 335 1048318 ISOLA DEL GRAN SASSO (Te) • Polo Patrimonio Culturale del Parco e Area Faunistica del Cervo tel. +39 0861 97301 CORTINO (Te) • Area Faunistica del Cervo
PRATI DI TIVO DI PIETRACAMELA (Te) • Museo dell’Alpinismo tel. +39 0861 959619
ARQUATA DEL TRONTO (Ap) • Centro dei due Parchi (Country House, Casa del Parco, Punto Informativo e Centro di Educazione Permanente) – Cooperativa “Forestalp” tel. +39 0736 803915 AMATRICE (Ri) • Polo per il Patrimonio Agroalimentare del Parco tel. +39 0746 824519 MONTORIO AL VOMANO (Te) • Mediateca Ce.D.A.P., Centro di Documentazione sulle Aree Protette tel. +39 0861 501049 • Percorso ad anello attrezzato (Guazzano di Campli – Macchia da Sole – Castel Manfrino – Ripe di Civitella) con aree di sosta, punti fuoco, capanni di osservazione, leggii esplicativi • Ippovia del Gran Sasso d’Italia (320 km attraverso il territorio delle province di L’Aquila, Pescara e Teramo) con aree di sosta attrezzate, rifugi, capanni per la sosta e il ricovero dei cavalli, abbeveratoi e fonti d’acqua (partenze da Assergi, Bussi sul Tirino, Prati di Tivo, Rigopiano, Capestrano, Campotosto) Toeristeninformatie IAT L’AQUILA tel. +39 0862 410340 IAT TERAMO tel. +39 0861 244222 IAT BARISCIANO tel. +39 0862 89735 UFFICIO TURISTICO DI CASTEL DEL MONTE tel. +39 0862 938404 De activiteiten in het Park De talrijke activiteiten die de Parkstichting in haar eigen gebied promoot en organiseert, zowel voor volwassenen als jongeren en kinderen in schoolgaande leeftijd, worden gedetailleerd beschreven en verspreid via de volgende websites www.gransassolaga.it en www.parks.it/parco.nazionale.gran.sasso, met een voortdurend bijgewerkte agenda boordevol initiatieven (programma’s voor milieueducatie, naturalistische excursies, culturele evenementen).
Parco Nazionale
ABRUZZO ITALIA 27
della Majella De Majella is een ruige, imponerende berg die in het midden van Abruzzo oprijst en de identiteit van de hele regio heeft bepaald. Het grote park dat ook de Bastionata del Morrone en de Monti Pizi omvat, evenals het grote complex van de tussenliggende Altopiani Maggiori, is één van de meest belangrijke gebieden voor biodiversiteit van Italië en van Europa. Prehistorische vondsten die teruggaan tot het Paleolithicum getuigen van de onafgebroken aanwezigheid van de mens op de hellingen van dit massief, wat de specifieke identiteit van het park heeft bepaald, die onlosmakelijk aan de natuur en aan de mens verbonden is. Paleolithische overblijfselen, grotten en neolithische dorpen, nederzettingen uit het metaaltijdperk, Italische en Romeinse steden en bedevaartplaatsen, kluizenaarsoorden en rotsige vereringsplaatsen, grotten en opschriften van herders en struikrovers, thalos-hutten die overal verspreid liggen tussen landbouwvelden en bergweiden, getuigen van de voortdurende aanwezigheid van de mens op de glooiende en bosrijke hellingen, hooggelegen weiden en diepe dalen van dit gebied: sinds mensenheugenis is het een schuilplaats en levensbron geweest voor jagers en landbouwers, herders en kluizenaars, soldaten en struikrovers, kolenbranders en mijnwerkers, dorpelingen en zwervers.
Op de pagina hiernaast, van boven naar onder: bloeiende apennijnse edelweiss, hert, de Monte Amaro, de collegiale kerk van S. Maria del Colle in Pescocostanzo, de ‘sise di monaca’ typisch gebak van Guardiagrele, een tholos-hut. Boven: apennijnse wolf, Eremo di S. Bartolomeo en de "bijzondere" toegang tot de Eremo di S. Giovanni all’Orfento. Onder: uitzicht over de Majella vanaf de Blockhaus-top.
28 PARCO NAZIONALE DELLA MAJELLA
Wat zo fascinerend is aan de Majella, waarvan het oerkarakter zelfs in de naam besloten ligt, die verwijst naar “Maja”, de door de eerste landbouwers aanbeden Moeder Aarde, is het feit dat het voor de bewoners ervan altijd een heilige berg, een moederschoot is geweest. Het Park heeft een oppervlakte van 74.095 hectaren en omvat 39 gemeenten in de provincies Aquila, Chieti en Pescara. Uit geomorfologisch oogpunt is de Majella een kalksteenmassief met ronde vormen doorsneden door diepe kloven, met als hoogste punt de Monte Amaro van 2793 meter. De geografische ligging in het mediterrane gebied, de hoogteligging (met ten minste 30 toppen van boven de 2000 meter), de woelige gebergtevorming en het strenge en wisselende klimaat maken dit massief uniek in zijn soort, met een biodiversiteit die tot de belangrijkste van Europa behoort en rijk is aan mediterrane, alpine, balkanische, pontische, illirische, pyrenese en arctische elementen van zeer grote biogeografische Op deze pagina: links, in vogelvlucht de Badia Morronese in de buurt van Sulmona; boven, winters beeld van de Majella; onder, de Valle dell’Orfento. Op de pagina hiernaast: boven, apennijnse gemzen; rechts, skitocht in het Bosco di S. Antonio; onder, hooggebergte van het Majella-massief.
ABRUZZO ITALIA 29
waarde, met vele zeldzame en waardevolle soorten. In het berggebied van de Majella leven wolven, beren, gemzen, otters, reeën en herten. Er zijn wel 130 vogelsoorten te vinden, waaronder de steenarend, de slechtvalk, de oehoe, de lannervalk, de havik en de morinelplevier. Beukenbossen bedekken de hellingen tussen de 1000 en 1800 meter, terwijl hogerop de bergden, een glaciaal relict, kenmerkend is voor de strook met gekromde struiken. De vegetatie omvat meer dan 1700 soorten, waarvan er talrijke endemisch zijn. De flora van het Park telt ruim 2100 soorten, waarvan er vele endemisch, relict of zeldzaam zijn en/of bescherming verdienen. De huidige plantengemeenschappen van Majella zijn niet alleen het resultaat van de meest uiteenlopende klimatologische en geomorfologische omstandigheden maar ook van de eeuwenoude aanwezigheid van de mens en zijn gevarieerde bosbouwactiviteiten, waarvan talrijke rotsschilderingen in neolithische heilige plaatsen getuigen. In het Park kan men kleine centra van groot historisch belang bezoeken, zoals het antieke Pacentro, Caramanico met zijn thermen, Guardiagrele met zijn rijke kunstnijverheid, en het schitterende Pescocostanzo, met zijn trotse historische centrum uit de renaissance en de barok. Ook bijzonder interessant zijn bedevaart- en
cultusplaatsen zoals de abdij van San Liberatore a Majella, de celestijnse kluizenaarskerken van Morrone (Sant’Onofrio en San Pietro) en van Majella (San Bartolomeo di Legio, Santo Spirito a Majella, San Giovanni all’Orfento, Sant’Onofrio di Serramonacesca, Madonna dell’Altare), het Santuario di Ercole Curino en de kerk van San Tommaso in Caramanico.
30 PARCO NAZIONALE DELLA MAJELLA: wat u niet mag missen SULMONA EN DE SANTISSIMA ANNUNZIATA Sulmona, in het hart van Abruzzo, is de geboorteplaats van de Latijnse dichter Ovidius, maar heeft zijn grootste glorie gekend in de middeleeuwen, periode waaruit de belangrijkste monumenten stammen zoals het in 1256 voltooide elegante aquaduct dat over Piazza Garibaldi loopt (op dit plein vindt op Paasmorgen de ceremonie “Madonna che scappa” plaats), de imponerende kathedraal van San Panfilo, de kerk van San Francesco della Scarpa, de kerk van Santa Maria della Tomba, de naburige Porta Napoli, en het complex van de Annunziata, bestaande uit een paleis en gelijknamige kerk. Dit complex werd in 1320 gesticht op Romeinse funderingen, heeft een prachtige façade uit de renaissance, een barok en 18e eeuws interieur, en biedt plaats aan het Museo Civico, waar Italische en Romeinse antiquiteiten, middeleeuwse beelden en schilderijen en kostbare heilige voorwerpen worden bewaard. Links, de façade van het complex van de Annunziata; rechts,detail van het portaal.
EREMO DI SANT’ONOFRIO EN SANTUARIO DI ERCOLE CURINO De kluizenaarskerk van Sant’Onofrio al Morrone, die als een adelaarsnest op de Conca Peligna gelegen is, is gebonden aan de figuur en het leven van Pietro da Morrone, die nadat hij als Paus Celestino V was gekozen, schandaal maakte met zijn “grote afwijzing” van het pausdom, waarna hij naar zijn berg en zijn kluizenaarsbestaan terugkeerde. Aan de voet van de enorme rotswand waar het klooster op staat, bevindt zich het grote ItalischRomeinse sanctuarium van Ercole Curino, primaire godheid van de Italische Olympus, terwijl in een holte halverwege de wand prehistorische rotsschilderingen te vinden zijn, met afbeeldingen in rood oker van biddende mensenfiguren. Een “concentratie” van cultusplaatsen die duizenden jaren overspant, ter getuigenis van de onheuglijke heiligheid van dit gebied van het Park. Links, detail van de Eremo di S. Onofrio; rechts het Santuario di Ercole Curino.
SAN TOMMASO, DE VALLE DEI LUCHI EN DE MARMITTE DELL’ORTA Tussen Caramanico en Salle, in de buurt van de middeleeuwse kerk van San Tommaso, bevinden zich de “luchi” (van lucus – heilig bos van de goden). Hier heeft de rivier de Orta, die in een diepe canyon van de Majella naar beneden stroomt, door erosie bijzondere landschapsvormen gecreëerd: op de dalbedding verheffen zich indrukwekkende rotstorens die een ongelooflijk landschap vormen, en wat lager - ter hoogte van de huidige rivierstroom - zijn de "marmitte" te vinden, een serie holtes en doorgangen die de rivier in de rotsen heeft uitgeslepen. Naast deze twee natuurwonderen zijn er nog resten van een antieke Romeinse brug en van het kasteel van Luco te vinden, en de prachtige kerk van San Tommaso, die aan het begin van de 13e eeuw werd gebouwd op de plek van een eerdere heidense tempel, en die drie mooie portalen heeft, rijk versierd met beelden en reliëfs. Links, de “marmitte”; rechts, detail van het reliëf waarmee de architraaf van het middenportaal van de kerk van S. Tommaso is gedecoreerd.
ABRUZZO ITALIA 31 DE KLUIZENAARSKERKEN VAN SAN BARTOLOMEO EN SANTO SPIRITO De Majella, de “kluizenaarsberg”, herbergt de schitterende complexen van San Bartolomeo in Legio en Santo Spirito a Majella, die gecamoufleerd aan de rotsen vastgehecht zitten. De Eremo di San Bartolomeo verheft zich op een hoogte van 600 meter halverwege de helling onder een brede erosierand. Het gebouw dateert van voor het jaar duizend en werd in de 13e eeuw weer opgebouwd op initiatief van Fra’ Pietro Angeleri, de toekomstige paus Celestino V, die zich hier vestigde tussen 1274 en 1276. De Eremo di Santo Spirito, iets boven de 1000 meter gelegen, is omringd door dichte beukenbossen. De twee kluizenaarsplaatsen zijn gemakkelijk in een halve dag te bezoeken. San Bartolomeo geeft gelegenheid voor een aangename wandeling, Santo Spirito is bereikbaar vanaf een geasfalteerde weg tussen bos en rotsen; beide liggen langs de route Sentiero dello Spirito, één van de langste wandeltochten van het Park. Links, de Eremo di S. Spirito; rechts, het fresco op de façade van het kerkje van de Eremo di S. Bartolomeo in Legio.
HET RIJK DER STENEN. HET ONTZAGLIJKE WERK VAN ONZE VOOROUDERS Terrassen, hutten van gestapelde stenen, immense ontsteningen, cultusplaatsen, antieke bronnen, grotten en pastorale rotsgraveringen: aan de noordoostzijde van de Majella hebben duizenden jaren van samenleving tussen natuur en menselijke activiteiten belangrijke getuigenissen achtergelaten van ontginningen waarmee velden en weiden werden onttrokken aan dit “rijk der stenen”, zodat een enorm openluchtmuseum is ontstaan. Langs de lokale weg die van Passolanciano naar Lettomanoppello loopt is een opeenvolging van landschappen te zien die bezaaid liggen met deze getuigenissen, vooral de “tholos”, hutten met valse koepel die lijken op de trulli in Puglia en vele andere overeenkomstige primitieve constructies die typisch zijn voor het mediterrane gebied. Links, de ingang van een tholos-hut; rechts, het complex La Valletta in Passolanciano.
DE VALLE DELL’ORFENTO De vallei van Orfento, die vanaf de Majella naar Caramanico Terme omlaag loopt, is één van de wildste dalen van de Abruzzo. Dit terrein dat geen enkel spoor van permanente menselijke aanwezigheid vertoont, daalt in enkele kilometers af van 2676 meter bij Focalone tot 556 meter bij Caramanico, het stadje dat bekend is om zijn middeleeuwse kerken en zijn thermen, en dat een uitstekend uitgangspunt biedt voor een bezoek aan dit natuurlijk monument. Langs de paden van het lage gedeelte van deze vallei kan men spectaculaire rotslandschappen ontdekken, en de ruïnes van de Eremo di Sant’Onofrio en de middeleeuwse brug van San Cataldo bezoeken. Om de Orfento te voet binnen te gaan is het verplicht een gratis vergunning af te halen bij het Centro Visite van Caramanico. Links, de Valle dell’Orfento; rechts, het wandelpad.
32 PARCO NAZIONALE DELLA MAJELLA: wat u niet mag missen
VAN BLOCKHAUS NAAR TAVOLA DEI BRIGANTI Bij de weiden van de Majelletta, voorbij de col van Blockhaus, begint één van de mooiste wandelingen van de Abruzzo, waar men kan genieten van adembenemende uitzichten over de wilde dalen van Selvaromana, Tre Grotte en Orfento. De niet al te zware en goed aangegeven route loopt door een dicht bergdennenbos en leidt tot aan de voet van de Monte Focalone, waar op rotsplaten tussen de struiken graveringen te zien zijn die daar door herders en struikrovers uit het verleden zijn aangebracht, waaronder een zeer beroemde, die Vittorio Emanuele II verwijt dat hij wat eens het “rijk der bloemen” was heeft veranderd in het “rijk van misère”. Links, enkele graveringen van de Tavola dei Briganti met op de achtergrond de Monte Focalone, rechts, één van de pastorale opschriften.
BOSCO DI SANT’ANTONIO, EEN MONUMENTAAL BEUKENBOS VLAKBIJ PESCOCOSTANZO De weg die van Pescocostanzo afdaalt naar Cansano loopt door het bos van Sant’Antonio, één van de mooiste beukenbossen van Abruzzo. Door dit bos, dat door de eeuwen heen ongerept is gebleven dankzij een kapverbod (omdat het van oudsher als heilig beschouwd werd), loopt de Via Minucia romana, die Corfinio met Isernia verbond. Het is sinds 1985 beschermd als natuurreservaat, en strekt zich uit over 550 hectaren tussen de 1290 en 1420 meter hoogte. Naast beukenbomen waarvan er talrijke eeuwenoud zijn, treft men hier esdoorns, wilde perenbomen, taxusbomen, moseiken en kersenbomen aan. Het bos is in alle seizoenen een bezoek waard. ‘s Winters is hier tussen de beukenbomen en de lager liggende vlakte één van de mooiste skipistes van Abruzzo te vinden.
DE GROT VAN SANT’ANGELO DI PALOMBARO Eén van de verbazingwekkendste kluizenaarsoorden van heel Abruzzo ligt op de wilde oostelijke helling van de Majella, in de gemeente Palombaro, in een enorme grot waar de antieke Italiërs Bona, godin van de vruchtbaarheid vereerden. Aan de rand van de grot getuigen een aantal in de rotsen uitgehakte bassins van de aanwezigheid van een antieke watercultus, terwijl erbinnen een verrassende, piepkleine maar magnifieke middeleeuwse absiskapel in zuivere romaanse stijl te vinden is. Deze kapel dateert waarschijnlijk uit de 11e eeuw, en de stijl en decoraties doen vermoeden dat hij door dezelfde werklieden is gebouwd als de nabij gelegen abdij van San Liberatore a Majella. Links, de resten van het kerkje in de grot van S. Angelo, rechts, wandelpad dat naar de grot voert.
ABRUZZO ITALIA 33 FARA SAN MARTINO EN VALLONE DI SANTO SPIRITO Het imponerende massief van Majella rijst op boven Fara San Martino, het antieke Longobardische dorp waar tegenwoordig de beroemdste pastafabrieken van Abruzzo gevestigd zijn. Op korte afstand van deze plaats wordt het kalksteenbastion van de berg doorsneden door twee kloven, de Valle di Santo Spirito en de la Valle Serviera. De laatste is niet van onderaf toegankelijk en is alleen gereserveerd voor ervaren alpinisten en speleologen, maar de kloof van Santo Spirito is voor iedereen toegankelijk en wordt veelvuldig bezocht vanwege zijn schoonheid en de nabijheid van het dorp. Het eerste meest bezochte gedeelte heeft spectaculaire, zeer smalle en hoge wanden; verderop biedt het pad de geoefende wandelaar het grootste hoogteverschil van het Abruzzo-gebergte, en komt meer dan 2300 hoger op de Monte Amaro uit. Recentelijk werd iets voorbij het begin van de kloof het antieke klooster van San Martino in Valle (9e-15e eeuw) opgegraven. Links, Fara S. Martino en de kloven, rechts, de ingang van de kloven.
OP DE BERGPASSEN VAN JUVANUM Uitziend op een spectaculair oostelijk panorama van de Majella, ligt het archeologisch gebied van Juvanum, een antieke Italisch-Romeinse stad, in de buurt van Montenerodomo. De opgravingen, die zich over glooiende weiden rond de heuvel van de akropolis uitstrekken, omvatten twee tweelingtempels (waarvan er ten minste één aan Hercules gewijd was) verbonden door een mooie bestrate weg met het forum en in het midden een plein. Hier stond een basiliek die gewijd was aan de keizerverheerlijking. Rondom de tempels zijn resten van de indrukwekkende akropolismuren overgebleven. Op korte afstand van het heilige gebied ligt tevens de cavea van het theater, met uitzicht over een weids panorama. Het gebied is uiterst geschikt voor fietstochten, mountainbiken of paardrijden.
DE VALLE GIUMENTINA. ANTIEK MEER VAN DE EERSTE MENSEN IN ABRUZZO Voordat men Roccamorice bereikt, voert een afsplitsing rechts omhoog tot aan een prachtige bergkom, de Valle Giumentina, die een half miljoen jaar geleden een groot meer was dat gevoed werd door het water van dezelfde rivier die nu veel lager in de smalle kloof van Orfento stroomt. Aan de oevers van dat meer vestigden zich de eerste prehistorische mensengroepen die in Abruzzo kwamen, en vonden hier zoet water, dieren om op te jagen en rijke kiezellagen in de omgeving waarmee zij hun wapens konden maken. Tegenwoordig zijn hier ook enkele mooie tholos-hutten en stenen putten te vinden, getuigenissen van een “recentere” bewoning door herders en boeren. Links, het complex van tholos-hutten in Valle Giumentina; rechts, het interieur van een hut.
34 PARCO NAZIONALE DELLA MAJELLA: wat u niet mag missen
SANT’ONOFRIO IN SERRAMONACESCA. GESCHIEDENIS VAN HEILIGEN EN HEREMIETEN IN DE KERK ONDER DE BERG Serramonacesca, aan de voet van de oostelijke helling van de Majella, is bekend om de prachtige romaanse abdij van San Liberatore, maar velen weten niet dat op dit grondgebied nog een interessante bezienswaardigheid ligt: de Eremo di Sant’Onofrio, een eenzaam kerkje dat in de ongerepte natuur van het gelijknamige dal verborgen ligt, onder een imponerende rotswand. Het geheel geeft een betoverende indruk en is zeker een bezoek waard. Het kerkje heeft een zeer bijzonder interieur, met een tegen de blote rots gebouwd altaar en de “Culla di Sant’Onofrio”, een klein rotsplateau, waar zich nog steeds pelgrims uitstrekken om koorts en buikpijn te genezen. Het pad ernaartoe is goed aangegeven en begint boven het dorp Contrada Brecciarola di Serramonacesca. Links, de Eremo, rechts, de picknickplaats in de buurt van het kerkje.
SANTA MARIA MAGGIORE DI GUARDIAGRELE Guardiagrele is een schitterend historisch centrum aan de oostzijde van de Majella, met kerken, paleizen, poorten en mooie muren. Zijn juweel is de kerk van Santa Maria Maggiore, gebouwd op de overblijfselen van een heidense tempel en in meerdere fasen gedurende de middeleeuwen voltooid. De façade heeft een ongebruikelijke centrale torenstructuur, die tevens als klokkentoren dient, met een prachtig gotisch portaal en een sierlijke monofora erboven. Aan de zijkanten van de kerk bevinden zich twee ruime onderling verschillende portieken; en onder het rechter portiek een enorm fresco van Sint Cristoforus, het enige gesigneerde kunstwerk van de belangrijkste schilder van de vijftiende eeuw in Abruzzo, Andrea Delitio. In de crypte is het Museo Diocesano ingericht, met de Kerkschat die rijk is aan prachtige voorwerpen. Links, het fresco waarop St. Cristoforus is afgebeeld; rechts, de façade van de kerk.
DE VOLTO SANTO DI MANOPPELLO, DE RELIKWIE DIE HET WARE GELAAT VAN JEZUS TOONT Iets buiten het historisch centrum van Manoppello bevindt zich de kapucijnerkerk van de Volto Santo, die sinds eeuwen één van de bekendste en belangrijkste relikwieën van de christelijke wereld bewaart: Het Heilige gelaat, een doorzichtige doek waarop de afbeelding van een mannengezicht met geopende ogen en halfopen mond is te zien, wordt door velen beschouwd als de authentieke doek waarmee Veronica het gezicht van Jezus bedekte. Volgens de studies van professor Heinrich Pfeiffer moet deze relikwie (die op het hoofdaltaar is tentoongesteld) als de echte afbeelding van Christus worden beschouwd, en zou deze, samen met de Lijkwade van Turijn, het enige bekende “acheropita”, oftewel niet door mensenhand geschilderde, exemplaar zijn. Links, het sanctuarium van Manoppello; rechts, de Velo del Volto Santo.
ABRUZZO ITALIA 35
SANTA MARIA ARABONA DI MANOPPELLO Van de vijf grote middeleeuwse Cisterciënzer kerken in Abruzzo is de abdij van Santa Maria Arabona het meest significante voorbeeld voor de architectuur van deze Orde, die een revolutie betekende voor de geschiedenis, de cultuur en de economie van de regio. De in de 12e eeuw op de plaats van een eerdere heidense tempel gebouwde en onvoltooid gebleven kerk heeft zuivere gotische vormen, met schitterende inrichting en decoraties (vooral het tabernakel en de monumentale kandelaar) en talrijke fresco’s, waaronder een Kruisiging en vooral de prachtige Madonna met Kind, beide van Antonio da Atri (1373), een laat 14e eeuwse meester uit Abruzzo. Links, de abdij met op de achtergrond de Gran Sasso; rechts de tuin van de abdij.
PESCOCOSTANZO, HET RIJKSTE KUNSTDORP VAN ABRUZZO Bij het beschrijven van het historisch-artistiek en monumentaal patrimonium van Pescocostanzo is het zeer moeilijk prioriteiten aan te geven, omdat alles aandacht verdient. Deze plaats in renaissance- en barokstijl is namelijk uniek wat rijkdom, coherentie en goed bewaarde staat betreft. Deze weelde was te danken aan een groot aantal zeer bekwame kunstenaars en ambachtslieden (goudsmeden, ijzersmeden, houtsnijders, marmerhouwers) en de vele grote families van dierenfokkers ter plekke, eigenaars van enorme kuddes die tussen Abruzzo en Puglie graasden. Wat u niet mag missen is een wandeling door het hele historische centrum, met zijn paleizen en typische huizenrijen met “vignale”, de collegiale kerk van Santa Maria del Colle (authentiek museum), de kerk van Gesù e Maria (juweel van Cosimo Fanzago, de grote architect van de barok, die ook het klooster van Santa Scolastica, op het Piazza Municipio ontwierp). Links, detail van een paneeldecoratie in de collegiale kerk; rechts, Piazza Municipio.
PACENTRO Het is net een plaatje dat doet denken aan het Toscaanse stadje San Gimignano, zoals de torens van het kasteel van Pacentro fier aan de flank van de Morrone uitrijzen boven de Valle Peligna. De drie hoge torens van Pacentro, die samen met de Rocca di Calascio als één van de middeleeuwse symbolen van Abruzzo worden gezien, bieden de bezoeker een betrouwbare voorstelling van wat in de middeleeuwen en ook daarna, tot en met de 15e eeuw, het berglandschap van Abruzzo moet zijn geweest: een afwisseling van heuvels, kerken, dorpen en forten zoals de schilder Andrea Delitio die op de achtergronden van zijn schitterende fresco’s heeft afgebeeld. Links, het stadje Pacentro; rechts, het potaal van de kerk van S. Maria Maggiore.
36 PARCO NAZIONALE DELLA MAJELLA: wat u niet mag missen
SAN LIBERATORE A MAJELLA VAN SERRAMONACESCA Verzonken in de bosrijke hellingen van de Majella ligt één van de juwelen van de heilige architectuur van middeleeuws Abruzzo: de abdij van San Liberatore a Majella. Deze uit de 8e eeuw daterende kerk kreeg zijn huidige vormen in de 11e eeuw, in zuiver Lombardisch romaanse stijl. Eeuwenlang stond er een groot klooster naast, dat echter geheel is vernietigd door grondverschuivingen veroorzaakt door erosie van de Alento, de bergstroom die onderlangs loopt. Deze grote, majestueuze kerk met drie portalen, een imponerende klokkentoren en een perfect, sober interieur, bewaart magnifieke meesterwerken zoals de ambo, een mooie 13e eeuwse frescocyclus en vooral de opus sectile mozaïekvloer uit 1275, bestaande uit duizenden stukjes polychroom marmer. Aan de voet van de kerk stroomt de daar ontspringende Alento in een betoverende uitgeslepen bedding, waarboven een vroegchristelijke necropolis te vinden is. Links, interieur; rechts, de klokkentoren en de façade van de abdij van S. Liberatore a Majella.
DE GROTTA DEL CAVALLONE In de Majella bevinden zich meer dan honderd grotten, die vrijwel geheel verkend zijn, met zeer verschillende structuur en afmetingen, maar de mooiste is die van Cavallone. Hoewel hij hooggelegen is in het steile dal van Taranta Peligna, aan de zuidzijde van de berg, is de grot voor toerisme ingericht en kan dus vrij gemakkelijk worden bezocht. Men komt er met een handige kabelbaan die vanaf de weg even buiten Taranta Peligna vertrekt. De bezoekersroute is ongeveer een kilometer lang en voert door fascinerende ruimten die alle goed zijn verlicht zodat de fantasmagorie van stalactieten en stalagmieten en vaak enorme holtes goed tot zijn recht komt.
DE HOOGVLAKTE VAN CINQUE MIGLIA Deze vlakte op een hoogte van ca. 1200 meter in het bergachtige binnenland in het zuiden van de regio, tussen Rocca Pia en Roccaraso, dankt zijn naam aan het feit dat hij zich van noordwest naar zuidoost uitstrekt over een afstand van 9 kilometer, wat overeenkomt met 5 antieke mijlen. Tegenwoordig rijdt men er met de auto in enkele minuten door, maar eens, en eeuwenlang, werd deze vlakte als onherbergzaam en angstaanjagend ervaren, vanwege de verschrikkelijke rampen die de vorst er ‘s winters aanrichtte, en waardoor soms hele legers werden verzwolgen.Vandaag de dag biedt deze mooie, weidse omgeving gelegenheid tot prachtige wandelingen of excursies met de mountainbike, te paard of op skiën of sneeuwschoenen. De mooiste tocht is die in de richting van de Montagna Spaccata. Aan de uiteinden liggen een mooie middeleeuwse kerk, de Madonna del Casale (in het noorden), en de Eremo della Madonna della Portella (in het zuiden). Links, luchtfoto van de hoogvlakte; rechts, het middeleeuwse kerkje van de Madonna del Casale.
ABRUZZO ITALIA 37
PARCO NAZIONALE DELLA MAJELLA Sede Operativa: Badia Morronese, via Badia 28, 67039 Sulmona (Aq) tel. +39 0864 25701 / 2570450
[email protected] – www.parcomajella.it Nuttige adressen ATELETA (Aq) • Area Faunistica del Cervo tel. +39 0872 946022 / 340 9775462 • Ostello della Stazione tel. +39 085 922343 BOLOGNANO (Pe) • Centro Informazioni del Parco tel. +39 085 8880114 / 922343 CANSANO (Aq) • Centro Informazioni del Parco tel. +39 347 1344793 CARAMANICO TERME (Pe) • Centro Informazioni del Parco, Centro di Visita del Parco, Museo Naturalistico e Archeologico, Museo della Fauna Italiana ed Europea, Area Faunistica della Lontra, Foresteria del Parco “Casa del Lupo” tel. +39 085 922343 FARA SAN MARTINO (Ch) • Centro di Visita del Parco, Museo Naturalistico, Ostello “Macchia del Fresco” tel. +39 0872 980970 / 339 2615405 LAMA DEI PELIGNI (Ch) • Centro di Visita del Parco, Giardino Botanico “Michele Tenore”, Sentiero Natura, Area Faunistica del Camoscio Appenninico, Biblioteca tel. +39 0872 916010 PACENTRO (Aq) • Centro Informazioni del Parco e Area Faunistica del Camoscio Appenninico tel. +39 0864 41304 / 349 8474470 PALENA (Ch) MOM Museo dell’Orso Marsicano tel. +39 339 8629165 / 0872 918951 / 918898 / 919009 • Ostello del Parco “Ostello dei Quarti” tel. +39 085 922343 PESCOCOSTANZO (Aq) • Centro Informazioni del Parco tel. +39 0864 641311 / 339 8629165 Sopra: fioriture di genziana primaticcia sul Monte Morrone con sullo sfondo la Majella.
PRETORO (Ch) • Area Faunistica del Lupo Appenninico tel. +39 0871 898143 / 335 5995995 ROCCAMORICE (Pe) • Ostello La Poiana tel. +39 085 8572514 SANT’EUFEMIA A MAIELLA (Pe) • Centro di Visita, Giardino Botanico “Daniela Brescia”, Erbario del Parco tel. +39 085 920013 SAN VALENTINO IN ABRUZZO CITERIORE (Pe) • Centro Informazioni del Parco tel. +39 085 922343 SERRAMONACESCA (Pe) • Area Faunistica del Capriolo tel. +39 085 922343
Activiteiten in het Park Het Parco Nazionale della Majella promoot en organiseert vanuit verschillende centra op zijn grondgebied excursies te voet en met sneeuwschoenen, met de mountainbike en te paard, cursussen en educatieve milieuprogramma’s voor volwassenen en kinderen. Bijzonder interessant zijn de drie grote wandeltochten van meerdere dagen de routes Sentiero dello Spirito, Sentiero del Parco en Sentiero della Libertà. Alle gedetailleerde programma’s zijn beschikbaar op de internetsite www.parcomajella.it en www.parks.it/parco.nazionale.majella.
Toeristeninformatie IAT IAT IAT IAT IAT IAT
CARAMANICO TERME tel. +39 085 922202 ROCCAMORICE tel. +39 085 8572614 PESCOCOSTANZO tel. +39 0864 641440 RIVISONDOLI tel. +39 0864 69351 ROCCARASO tel. +39 0864 62210 SULMONA tel. +39 0864 53276
Het Parco Naturale Regionale
ABRUZZO ITALIA 39
del Sirente Velino De bergmassieven Velino en Sirente liggen op iets meer dan een uur van Rome vandaan en zijn vanuit heel Abruzzo gemakkelijk te bereiken. Ze zijn minder hoog dan de Majella en de Gran Sasso, maar bieden bezoekers niet minder belangrijke bezienswaardigheden dan de grotere gebergtes. Het cultureel-historisch en artistiek erfgoed dat door het Park en de antieke bewoonde centra wordt bewaard is van grote waarde, en dit centrale berggedeelte van Abruzzo levert een aanzienlijke bijdrage aan de geschiedenis en identiteitsvorming van de regio. Het regionale natuurpark van Sirente Velino strekt zich uit over 50.288 hectaren in de provincie L’Aquila, als scharnierpunt tussen de Conca Aquilana en de Marsica, is gevestigd in Rocca di Mezzo en beslaat 22 gemeenten. De rotswanden beschermen de hoogste toppen, de puinhellingen zijn rijk aan zeldzame botanische soorten. Deze bergen, die bekend zijn bij skiërs vanwege de pistes van Ovindoli en Campo Felice, worden ook door wandelaars zeer gewaardeerd. Uit geomorfologisch oogpunt worden de twee kalkmassieven waartussen zich de
Op de pagina hiernaast, van boven naar onder: vale gier in vlucht, excursie op de Monte Velino, picknickplaats, detail van de fresco’s van de kerk van S. Francesco in Castelvecchio Subequo, het plaatsje Secinaro, het kasteel van Celano. Boven: wespendief in vlucht. Onder: de bergketen van Sirente.
40 PARCO NATURALE REGIONALE DEL SIRENTE VELINO
hoogvlakten van Rocche, Pezza en Prati del Sirente openen, gekenmerkt door karstvelden en rotswanden, door de Gole di Celano en San Venanzio en de Grotte di Stiffe. De mooiste beukenbossen zijn die van Sirente, Valle Cerchiata en Cerasolo. In het Park leven apennijnse wolven, marsicaanse bruine beren, gemzen, herten, stekelvarkens, vossen, wilde katten en wilde zwijnen. Tot de vogels behoren de steenarend, de buizerd, de zwarte wouw, de sperwer, de torenvalk, de raaf, de vale gier, de slechtvalk, de lannervalk, de oehoe en de groene specht. Er komen ook talrijke amfibieën voor, waaronder de vuursalamander en de kamsalamander, en reptielen zoals de hagedis en diverse soorten adders. Om een historisch-geografisch profiel van het Park te schetsen, kan men het territorium – dat overigens vanaf de verste oudheid voortdurend bewoond is geweest – in drie gebieden onderverdelen: het gebied van de Velino, dat uitkijkt op het bekken van Fucino en aan de geschiedenis hiervan gebonden is, het
ABRUZZO ITALIA 41
middendal van Subequana, dat rond de Conca Aquilana ligt, en het tussenliggende Altopiano delle Rocche, dat gebonden is aan weidebedrijf en pas sinds de middeleeuwen permanent bevolkt is. De geschiedenis en de bevolking van het grondgebied en de bewoonde centra van het gebied van Velino zijn voornamelijk bepaald door het feit dat ze bij het Fucino-gebied horen, dat zowel in de prehistorie (met belangrijke archeologische vindplaatsen langs de hele omtrek van het vroegere Fucino-meer) als in het ItalischRomeinse tijdperk een aanzienlijke rol speelde, wat te zien is aan één van de belangrijkste steden van het antieke Abruzzo, Alba Fucens bij Massa d’Albe. De Valle Subequana is natuurlijk en historisch gebonden aan de Conca Aquilana, zowel in de fase van antieke bevolking in het Italische tijdperk (waarvan de uitzonderlijke necropolis van Fossa getuigt), als in de middeleeuwen. Dit gedeelte van het Park kan zelfs, vanwege de schoonheid en goed bewaarde staat van zijn kastelen, kloosters, abdijen, bewoonde centra en het landschap zelf, tot de meest representatieve voorbeelden van het middeleeuwse Abruzzo worden gerekend. Op de hoogvlakte van de Rocche werd het weidebedrijf reeds in prehistorische tijden uitgeoefend, zoals overigens in alle bergstreken van Abruzzo. De bewoonde centra zijn echter van middeleeuwse oorsprong, uit de tijd dat de hoogvlakte eerst van militair belang was, als scharnier tussen de Fucino en de Conca Aquilana (hiervan getuigen het kasteel van Rovere, dat theater was van vele veldslagen, en zijn interessante museum), en vervolgens van economisch belang, met zijn hooggelegen weiden en bergculturen (de agrarische seizoendorpen, de Pagliare van Tione, Fontecchio, en Fagnano aan de oostelijke rand van de hoogvlakte, zijn absoluut een bezoek waard; deze eigenaardige plaatsen zijn gebonden aan de integratie van berglandbouw en verticaal nomadisme). Op de pagina hiernaast: boven, de Monte Sirente en stel apennijnse gemzen; onder, het archeologische gebied van Alba Fucens met op de achtergrond de Monte Velino. Op deze pagina: boven, bloeiende narcis op de Altopiano delle Rocche; rechts, de Piani di Pezza; onder, luchtfoto van de beukenbossen van Sirente.
42 PARCO NATURALE REGIONALE DEL SIRENTE VELINO: wat u niet mag missen
DE GROTTE DI STIFFE De meest bezochte grot van de Abruzzo bevindt zich op de grens van het regionaal park Sirente Velino, waarvan het een groot deel van het grondwater opvangt. In de grotten van Stiffe komt namelijk het in de karstbodem van de Altopiano delle Rocche weggezonken water terecht, na een onderaards parcours van ongeveer 3 km met een hoogteverschil van bijna 600 meter. Het bezoekerspad dat over een afstand van 650 meter door de grot voert, biedt toegang tot een aantal betoverende ruimten met schitterende stalactietenformaties, waar het onstuimige water van de ondergrondse rivier doorheen stroomt en ook een grote waterval vormt. Voor informatie: Grotte di Stiffe tel. 0862.86142 Links, de waterval; rechts, doorschijnende, zeilvormige concretie.
DE “PAGLIARE” VAN TIONE, FONTECCHIO EN FAGNANO Dit zijn drie zeer originele en pittoreske, kleine agro-pastorale seizoendorpjes, bestaande uit kalkstenen huisjes waar de gezinnen van lager gelegen plaatsen in de zomer kwamen wonen om het omliggende land te bewerken. De meest bekende en gefotografeerde Pagliare van Tione zijn op een rotsige uitloper gebouwd die uitzicht biedt over een weideplateau en op de indrukwekkende bergwand van de Sirente. Het kleine dorpje heeft ook een grote ronde put. Iets verderop zijn de Pagliare van Fontecchio en Fagnano te vinden, die minder bezocht worden maar even interessant zijn. Het gebied is ideaal voor wandelmountainbike- en paardrijtochten en, ‘s winters, voor originele langlauf- of sneeuwschoenexcursies.. Links, het kerkje bij de Pagliare van Fontecchio; rechts, de grote put voor het verzamelen van regenwater bij de Pagliare van Tione.
ALBA FUCENS EN SAN PIETRO D’ALBE De bekendste antieke stad van Abruzzo ligt op een bergpas die uitkijkt over de Fucino. Dit centrum van het volk de Marsi uit de 4e-3e eeuw v. Chr., Alba Fucens, ligt op een hoogte van bijna 1000 meter. Hier zijn de resten bewaard van de antieke wegen, het Forum, het Amfitheater, de poorten Massima, Fellonica en di Massa, en de prachtige, bijna drie meter dikke muren, die een lengte hebben van ongeveer 3 km. De Via Tiburtina Valeria die Rome met de Adriatische kust verbond liep hierdoorheen. Ook in de middeleeuwen bleef de stad belangrijk, wat te zien is aan de romaanse kerk van San Pietro, in de 12e eeuw door de Benedictijnen gebouwd op een vroegere aan Apollo gewijde tempel. Het interieur is zeer indrukwekkend dankzij de drie beuken, gescheiden door klassieke klommen die de monniken uit een Romeins paleis van het nabije Alba Fucens hadden gehaald. De verfijnde inrichting van de kerk wordt gevormd door twee zeer kostbare elementen: de ambo en de iconostase. Aan de voet van de kerk werd in 1268 de slag van Tagliacozzo geleverd, waarbij de Angioini Corradino di Svevia versloegen. De belangrijkste vondsten van Alba Fucens zijn momenteel tentoongesteld in het Museo Archeologico Nazionale van Chieti. Links, luchtfoto van het amfitheater en de kerk van S. Pietro d’Albe.
ABRUZZO ITALIA 43
DE GOLE DI CELANO De Gole di Celano, bovenaan de Fucino, zijn de meest spectaculaire en gemakkelijkste van de grote canyons in Abruzzo. Deze kloven, met hun tot 100 meter hoge wanden die in het smalste gedeelte op enkele meters afstand van elkaar staan, maken het massief van Serra di Celano los van dat van Sirente. Ze zijn gemakkelijk toegankelijk, maar ‘s winters en bij dooi lastig en gevaarlijk, wanneer er een woelige rivier door stroomt, en in het centrale deel van de zomer is het er erg heet door de betrekkelijk lage ligging. De beste periode is dus de overgang tussen zomer en herfst. Men kan ook in mei-juni gaan maar dan kan het zijn dat men op enkele punten van de tocht met de voeten in het water loopt. Links, de Gole di Celano; rechts, een steenpatrijs.
DE PIANI DI PEZZA De karsthoogvlakte van de Piani di Pezza is het meest intact gebleven massief van de Velino. Hij strekt zich van west naar oost over meer dan 5 km uit, omringd door de toppen van de Magnola, de Costone della Cerasa en de Cimata di Pezza, en is in het mooie seizoen gemakkelijk per auto bereikbaar. De open plekken aan de rand van het bos van Valle Cerchiata, aan het uiteinde van de hoogvlakte, zijn ideaal voor een picknick, terwijl de paden die in het beukenbos voeren uitnodigen tot wandelingen in een betoverende omgeving. Een mooi wandelpad loopt omhoog naar de berghut Sebastiani en de 2271 meter hoge top van de Costone, met een bijzonder mooi uitzicht op het dal van Teve en de verre Gran Sasso. ‘s Winters is het één van de meest bezochte langlaufpistes van de Apennijnen in Abruzzo. Men kan er met de ski’s komen vanaf Ovindoli, vanaf Rovere of vanaf Rocca di Mezzo. Links, excursie naar de Costone; rechts, de Piani di Pezza.
HET KASTEEL VAN BEFFI Dit bevindt zich in het hart van het Subequana-dal, in de gemeente Acciano. Tussen de ruines aan de voet van het gehucht Beffi staat een goed bewaarde vierkante toren, die de “puntone” was, d.w.z. het hoofdverdedigingselement vanwaar een brede ringmuur liep: dit was een “muurkasteel” dat gebruik maakte van de natuurlijke helling aan de zijkant van de berg; het is aannemelijk dat de versterkte ringmuur niet alleen door garnizoenen maar ook door leenmannen bewoond was. Ertegenover, aan de andere kant van het dal, staat een slanke, hoge ronde toren, die boven het bos onder Goriano Valli uitsteekt; men kan zien dat de twee versterkingen deel uitmaakten van hetzelfde verdedigingssysteem. Niet ver van daar bevindt zich het andere muurkasteel van Roccapreturo. Links, het kasteel van Beffi; rechts, de cilindertoren van Goriano Valli.
44 PARCO NATURALE REGIONALE DEL SIRENTE VELINO: wat u niet mag missen
DE MONTE SIRENTE Het grootste en meest complexe rotsmassief in de Abruzzo, één van de meest spectaculaire van al zijn berggebieden, strekt zich uit over een tiental kilometers aan de noordzijde van de Sirente. Het is een tiental kilometers breed en wordt doorsneden door diepe kloven met puin, gescheiden door torens, wanden en uitstekende rotsen die 600 meter hoog kunnen zijn. Het hoogteverschil vanaf de Prati del Sirente (met het ronde meertje waarvan men dacht dat het door een meteoor is ontstaan, maar het is een karstput van herders) tot de top van de berg (2358 m) is bijna twaalfhonderd meter. De bergpaden naar de top zijn lang, vermoeiend en onbetrouwbaar door de slechte kwaliteit van de rots, die bijna overal brokkelig en onveilig is, terwijl het bos en de weiden voor alle wandelaars toegankelijk zijn. Maar ‘s winters wanneer sneeuw en ijs de bergwand bedekken, klimmen honderden alpineskiërs omhoog om af te dalen via de magnifieke Maiori-geul, de breedste kloof van de wand, die de bergkam iets links van de top bereikt. Links, de Prati del Sirente met het karstmeertje.
FONTECCHIO EN DE MIDDELEEUWSE FONTEIN Bijna alle stadjes van de Valle Subequana, die aan de voet van de Sirente ligt, hebben hun middeleeuwse charme volledig bewaard. Hiervan is Fontecchio een juweeltje, dat plotseling uit een ver verleden lijkt te zijn opgedoken, vooral dankzij de prachtige gotische fontein, die nog perfect in de oorspronkelijke structuur van het stadje is opgenomen. Het is een typisch versterkt heuvelstadje, beschermd door twee concentrische ringmuren. In het historisch centrum van Fontecchio kan men behalve muren en poorten ook versterkte paleizen en verschillende voorbeelden van middeleeuwse werkplaatsen bewonderen, met de typische “manke” ingangen zoals in Pompeii. In het hogere gedeelte van het stadje bevinden zich de resten van de kerk della Vittoria, vroeger di San Pietro genoemd, die werd gebouwd op een antieke heidense tempel gewijd aan Quirino. Links, de Porta dei Santi; rechts, de middeleeuwse fontein.
GAGLIANO ATERNO EN ZIJN ELEGANTE KASTEEL Het hoge dal van Aterno is één van de minst bekende en minst door de toeristische routes aangedane gebieden van de regio, maar daarom juist rijker aan aangename verrassingen. In een weelderige natuur, een open landschap omheind door glooiende bergprofielen, bezaaid met bossen en kleine beekjes, kan men schilderachtige en goed geconserveerde plaatsjes bewonderen zoals Gagliano Aterno, een klein dorp met een rijkdom aan kerken, paleizen en kunstwerken, aan de voet van een betoverend kasteel. Het verschil met de klassieke, strenge middeleeuwse versterkingen valt meteen op: dit is namelijk een zeldzaam voorbeeld van een woonkasteel, dat er bevallig en voornaam uitziet dankzij de mooie loggia met twee vensterrijen die uitkijkt op het dorp, een ruime binnenplaats verrijkt met een mooie stenen put, en een sfeervolle trap die naar de eerste etage voert. Links, luchtfoto van het kasteel; rechts, een fontein met masker.
ABRUZZO ITALIA 45
SANTA MARIA IN VALLE PORCLANETA In de buurt van Rosciolo, een klein stadje boven het dal dat in de vlakte van Fucino overgaat, bevindt zich een pronkstuk van de romaanse architectuur in Abruzzo. Santa Maria in Valle Porclaneta dateert uit het begin van de 11e eeuw als onderdeel van de bezittingen van de benedictijnse abdij van Montecassino, en is rijk aan decoratieve elementen en sculpturen van grote waarde: allereerst de cancelli met verfijnde plutei en een absoluut unieke iconostase omdat hij van hout is (ongelooflijk goed bewaard gedurende bijna duizend jaar!) die de kerk in twee helften deelt en de ruimte aan de ingangzijde, voor de gelovigen, scheidt van die aan de altaarzijde voor de religieuzen, en dan nog het ciborium en de ambo, twee schitterende werken van voor 1150 gemaakt door de meesters Nicodemo en Roberto. Links, de façade van de abdij; rechts, detail van een bewerkt kapiteel.
ROCCA DI CAMBIO, DE HOOGST GELEGEN GEMEENTE VAN DE APENNIJNEN Rocca di Cambio is met zijn 1433 meter de hoogst gelegen plaats van Abruzzo. Dit is de ideale plek voor zomerexcursies, uitstekend vertrekpunt voor de beklimming van de toppen van Monte Cagno, Monte Ocre en Monte Rotondo van de bergketen van Sirente; en het is ook een levendig wintersportcentrum. Maar zijn grootste kunstschat ligt iets buiten het stadje: de kleine romaanse kerk van Santa Lucia. Het welvarende leven dat deze plaats in de 13e eeuw kende is te zien aan de prachtige frescocyclus in het interieur, met afbeeldingen van de Passie, de Wederopstanding en de MariaHemelvaart, evenals een bijzonder mooi Laatste Avondmaal dat een hele wand in beslag neemt.Vervolgens zijn er episodes uit het leven van Santa Lucia en diverse heiligenfiguren uit de 14e eeuw afgebeeld, waarmee ook de crypte is gedecoreerd. Links, detail van de fresco’s van de kerk van S. Lucia; rechts, Altopiano delle Rocche met op de achtergrond Rocca di Cambio.
SANTA MARIA DELLE GRAZIE VAN COLLARMELE Het wonder van dit kleine marsicaanse stadje is het bijzondere sanctuarium van Santa Maria delle Grazie, even buiten het plaatsje, langs de antieke weg van Regio Tratturo. De bovenste helft van de 16e eeuwse façade van de kerk is namelijk geheel bedekt met glanzende, gekleurde majolicategeltjes. Als de zon volop schijnt, schittert deze façade als een spiegel en licht op uit het groene landschap. Deze unieke eigenschap levert ons het bewijs dat de productie van keramiek in Abruzzo in de renaissance al belangrijk was. De ongeveer 4000 tegeltjes van Collarmele, die door majolicameesters uit het nabij gelegen Anversa degli Abruzzi werden gemaakt, hebben diverse vormen: vierkant, rechthoekig en driehoekig. De rijke decoratie valt niet meteen op bij een vluchtige blik, omdat het oog door het geheel verblind wordt. Het is echter de moeite waard om de afzonderlijke tegeltjes aandachtig te bekijken, eventueel met behulp van een kleine verrekijker. Links, de façade van de kerk; rechts, detail van de majolicategeltjes.
46 PARCO NATURALE REGIONALE DEL SIRENTE VELINO: wat u niet mag missen
LKERK EN KLOOSTER VAN SAN FRANCESCO IN CASTELVECCHIO SUBEQUO Dit zeer antieke stadje van Italisch-Romeinse oorsprong, hoog op een uitstekende rots gelegen, verbergt tussen zijn huizen een klooster en een kerk waar, naar verluidt, San Francesco d’Assisi ooit verbleef. Wat de aan deze heilige gewijde kerk zo fascinerend maakt, is een prachtige serie fresco’s van de school van Giotto, een unicum in het toch zo rijke panorama van de middeleeuwse schilderkunst in Abruzzo. De fresco’s, geschilderd tussen 1375 en 1393, beelden episodes van het leven van de Heilige Franciscus en Verhalen over Christus en Maria uit. Het prachtige monumentale hoofdaltaar, bestaande uit een enorm houten tabernakel van drie verdiepingen met meesterlijk inlegwerk, dateert uit de 17e eeuw. In het klooster naast de kerk is het kleine Museo d’Arte Sacra ingericht waarvan het ware meesterwerk de kostbare en beroemde “Pasquarella” is, een klein beeld van zilver en goud dat een staande Madonna met Kind uitbeeldt, met twee engelen ernaast, een prachtig voorbeeld van de goudsmeedkunst van Sulmona uit 1412, een creatie van Nicola Piczulo. Links, de façade van de kerk van S. Francesco.
DE VALLE DI TEVE Het tolstation van Valle del Salto, het historisch centrum van Corvaro en het minuscule stadje Cartore, bijna een enclave van Rieti in het hart van de Marsica, zijn het vertrekpunt van het wandelpad dat naar de Valle di Teve voert, een van de meest imponerende kloven die het grote gebergte van de Abruzzo doorsnijden.Vanaf Cartore op 940 m voert een ongeasfalteerde weg, te voet of met de mountainbike af te leggen, naar de ingang van de Valle di Teve, en verder door velden en bossen omhoog naar de 1221 meter van de Passo le Forche, vanwaar men uitkijkt over Rosciolo en de Fucino. Een langere maar bijzonder interessante route voert aan het eind van het dal van Teve omhoog naar de bergkom van Capo di Teve, omringd door de Monte Velino, de Monte Cafornia, de Punta Trento, de Costone en nog enkele van de mooiste en hoogste bergtoppen van dit gebied.
MONTE ETRA EN MONTE SAVINA Tussen de Gole di Celano en de Sirente biedt de lange bergkam met de Monte Savina en de Monte Etra gelegenheid voor een gemakkelijke en weinig bekende excursie, tegenover het fantastische panorama van de kloven, de Fucino en de nabije massieven. Om deze twee mooie toppen te bereiken, of alleen de graslanden van Bocchetta Prato del Popolo voor een aangename picknick aan de voet van de zuidhelling van de Sirente, neemt men eerst de geasfalteerde weg die na Ovindoli door de bochtige Valle d’Arano loopt, en gaat men te voet verder, met een steeds weidser uitzicht op het Arano-dal, de kloven en de Serra di Celano. De Bocchetta Prato del Popolo bereikt men na een uur lopen. Links, de Gole di Celano; rechts, de top van de Monte Etra.
ABRUZZO ITALIA 47 TUSSEN DE ROTSEN VAN DE MONTE VELINO NAAR DE EREMO DI SAN BENEDETTO De Velino, met zijn 2486 m de derde berg van de Apennijnen en van Abruzzo, fascineert vanwege zijn contrasten. Aan de kant van de Altopiano delle Rocche is het massief zachtglooiend en bedekt met bossen, terwijl het in de richting van de Fucino heel abrupt afloopt met steile gras- en puinhellingen, onderbroken door torens en rotswanden. Maar indien men vanuit Forme vertrekt, kan men via een gemakkelijk weggetje en vervolgens een pad halverwege de helling zonder te veel inspanning de bergrug van Colle Pelato en de bergkom aan de voet van de Canalino del Velino bereiken, twee van de meest indrukwekkende en wilde plekken van de berg.Verdergaand over steiler terrein komt men bij de Grotta di San Benedetto, een natuurlijke holte die als kluizenaarsplaats werd gebruikt, op een hoogte van 1610 meter. Waar men zijn blik ook laat rusten, overal kijkt men uit over de ontgonnen vlakte van de Fucino en de Simbruini-bergen. Links, de steile hellingen van de Velino; rechts, de Eremo di S. Benedetto.
VAN AIELLI NAAR MONTE SECINO De plaats Aielli die uitkijkt over de Fucino, heeft nog overblijfselen van het middeleeuwse centrum, een bizarre kerk in fascistische stijl en een middeleeuwse toren. Op de Monte Secino, die alleen te voet bereikbaar is, bevinden zich resten van indrukwekkende Italische vestingen. De slechte conditie van de weg maken het beklimmen van de Monte Secino ingewikkeld. Deze 1506 meter hoge berg kijkt uit over de Gole di Celano en biedt een prachtig zicht op de canyon, op de Serra di Celano, op de Fucino, op de Simbruini en op de bergen van het Parco Nazionale d’Abruzzo, Lazio en Molise. Hier stond eens een Italische vesting waarvan nog duidelijk taluds en ringmuren te zien zijn. Links, de middeleeuwse toren van Aielli; rechts, duidelijke sporen van de Italische vesting van Monte Secino met op de achtergrond de Serra di Celano.
SANTA LUCIA IN MAGLIANO DE’ MARSI Eén van de meest indrukwekkende kerken van de Marsica bevindt zich voor de steile gras- en rotshellingen van de Monte Velino en zijn kroon van bergtoppen. De façade in de stijl van L’Aquila, de door Franse beeldhouwers bewerkte portalen en het strenge interieur met talrijke kunstwerken maken het een boeiende bezienswaardigheid. De kerk werd in de 13e eeuw volgens Bourgondische inspiratie gebouwd, en in latere eeuwen voltooid met elementen zoals het gotische roosvenster, dat uit het midden van de vijftiende eeuw dateert, of het grote venster uit de late renaissance, dat in de zeventiende eeuw is toegevoegd. Het interieur van de kerk heeft drie beuken, waarvan de middelste hoger is, met spitsbogen die op verschillend gedecoreerde kapitelen rusten. Het bassin van de doopvont dateert uit de 15e eeuw. Links, het interieur van de kerk; rechts, het portaal met het roosvenster erboven.
48 PARCO NATURALE REGIONALE DEL SIRENTE VELINO
PARCO REGIONALE DEL SIRENTE VELINO Viale XXIV Maggio, 67048 Rocca di Mezzo (Aq) tel. +39 0862 9166 / 916018
[email protected] – www.parcosirentevelino.it Nuttige adressen ROCCA DI MEZZO (Aq) • Centro Visita e Area Faunistica del Camoscio – Cooperativa “Lo Stramonio” tel. +39 333 2900632 FONTECCHIO (Aq) • Centro Visita del Capriolo tel. +39 328 7174225 SECINARO (Aq) • Centro di Educazione Ambientale del Parco, Laboratorio naturalistico, Biblioteca, Mediateca, Aula didattica attrezzata, Area Museale su arti e mestieri antichi – Cooperativa “Sherpa” tel. +39 0864 790107 CASTELVECCHIO SUBEQUO (Aq) • Punto informazioni del Parco – Gruppo Archeologico Superequano tel. +39 0864 790246 CELANO (Aq) • Punto informazioni del Parco – Associazione “Castellum” tel. +39 0863 792184
Boven: het historisch centrum van Gagliano Aterno met op de achtergrond het massief van de Sirente.
MASSA D’ALBE (Aq) • Punto informazioni del Parco – Cooperativa “Alba Fucens” tel. +39 0863 449642 ROCCA DI CAMBIO (Aq) • Punto informazioni del Parco – Pro Loco Rocca di Cambio tel. +39 0862 918100 ROCCA DI MEZZO (Aq) • Punto informazioni del Parco – Pro Loco Rocca di Mezzo tel. +39 0862 916125 TIONE DEGLI ABRUZZI (Aq) • Punto informazioni del Parco – Associazione “Santa Maria del Ponte” tel. +39 348 0839772 Toeristeninformatie IAT OVINDOLI tel. +39 0863 706079
De activiteiten in het Park De talrijke activiteiten die de Parkstichting in haar eigen gebied promoot en organiseert, zowel voor volwassenen als jongeren en kinderen in schoolgaande leeftijd, worden gedetailleerd beschreven en verspreid via de volgende websites www.parcosirentevelino.it en www.parks.it/parco.sirente.velino, met een voortdurend bijgewerkte agenda boordevol initiatieven (programma’s voor milieu-educatie, naturalistische excursies, culturele evenementen).