1
Het Octopusplan: samen werken aan veilige en kindvriendelijke schoolroutes
DAVID BUYLE Voetgangersbeweging vzw
Correspondentieadres: Voetgangersbeweging vzw Kasteelstraat 26 c 2570 Duffel - 015/30 80 40
[email protected] www.voetgangersbeweging.be
2
Samenvatting
In navolging van de Octopus sensibilisatiecampagne van 2005 stelde de Voetgangersbeweging in mei 2006 het Octopusplan voor. Het Octopusplan is een totaalaanpak die scholen en gemeentebesturen ertoe wilt aanzetten samen werk te maken van kindvriendelijke en verkeersveilige routes naar school. De kinderen zelf, de ouders, de buurtbewoners en andere weggebruikers worden hierbij betrokken. Binnen de aanpak staat een website centraal die verschillende hulpmiddelen biedt, waaronder een GIStoepassing en verschillende mogelijkheden tot communicatie tussen de belanghebbenden. Het Octopusplan heeft ook een sterke beleidscomponent. Informatie die scholen ingebracht hebben, bijvoorbeeld verkeersgerelateerde problemen en knelpuntlocaties, kunnen door de gemeentelijke overheid worden opgevraagd via een speciaal ontwikkelde gemeentetool. Ondertussen zijn meer dan 680 scholen gestart met hun Octopusplan.
Après la campagne de communication Octopus en 2005, le Mouvement pour les piétons présentait le Plan Octopus. Le plan Octopus est une approche intégrale dans laquelle les écoles et les gouvernements locaux sont encouragés à travailler ensemble pour créer des routes d’école plus sûres et mieux adaptées aux enfants. Les enfants mêmes, leurs parents et les riverains sont invités à participer. Une plate-forme web interactive offre de nombreux outils comme une application GIS et plusieurs possibilités de communication entre les différents acteurs. Le Plan Octopus offre aussi un outil politique fort. L’information sur la mobilité, les routes d’écoles ou les points névralgiques, apportée par les écoles peut être visualisée par le gouvernement local via un système GIS. Entre-temps, plus de 680 écoles se sont inscrites dans le plan Octopus.
3
1
Context
Meer dan de helft van de kinderen uit het basisonderwijs laat zich met de auto naar school brengen (Auwerx, 2003). Dit terwijl velen van hen binnen een straal van 1 km rond de school wonen. De risico’s van het verkeer betekenen voor veel kinderen een hinderpaal om te voet of met de fiets naar school te gaan en hun ouders achten de situatie op straat hiervoor vaak te onveilig. Het toenemend aantal auto’s maakt de situatie rond de school alleen maar erger, waardoor een neerwaartse spiraal ontstaat. Het idee dat voor vele ouders de veiligheid van de routes een belangrijke rol spelen bij de keuze van de vervoerswijze voor hun kind, werd bevestigd door een online bevraging via de Octopus-website. Maar liefst 92% van de ouders zou zijn kinderen vaker te voet naar school laten gaan als de infrastructuur veiliger zou worden.
2 2.1
Methode Algemeen
Het Octopusplan is een methode waarbij (lagere) scholen op zelfstandige wijze kunnen werken aan alle facetten van verkeersveiligheid, en dit met behulp van een webtoepassing, te vinden op: www.octopusplan.be. De aanpak is gebaseerd op een duidelijk 8-stappenplan. Schoolroutes kunnen via een GIS-toepassing (Geografisch Informatie Systeem) worden ingetekend op een kaart van de schoolomgeving en knelpunten worden op een eenvoudige manier in beeld gebracht. Elke school die zich inschrijft beschikt over haar eigen Octopuswebpagina en GIS-kaart. Een 8-stappenplan begeleidt de school van begin tot einde. Alle benodigde handleidingen en tools worden online voorzien. De samenwerking tussen scholen en gemeenten staat in het Octopusplan centraal. Daarom wordt ook voor gemeenten die het Octopusplan steunen een communicatieluik voorzien op de website. Een optionele gemeentemodule reikt ook aan gemeenten een heel gamma van online GIS-toepassingen aan, gaande van het samenvoegen van routegegevens van de verschillende Octopus-scholen op hun grondgebied, tot het zelf toevoegen van relevante infrastructurele- of verkeersinformatie.
2.2
Toepassing voor scholen
In de eerste plaats is het Octopusplan bedoeld als instrument voor scholen om een analyse te maken van de verkeers- en mobiliteitsgerelateerde kenmerken van de schoolomgeving en de schoolroutes. Dit instrument moet hen in staat stellen op basis van concrete gegevens in communicatie te treden met de lokale overheid over het oplossen van de gevonden probleemsituaties. Het 8-stappenplan voorziet in de nodige instructies over hoe dit kan worden aangepakt en biedt hiervoor een structureel werkkader. Gegevens worden ingebracht en bewaard op een speciaal ontwikkelde website (www.octopusplan.be), waardoor ze meteen ter beschikking staan van de lokale overheid, maar ook van ouders.
4 De toepassing fungeert daarmee automatisch ook als communicatieluik, belangrijk voor draagvlakvorming en het genereren van betrokkenheid uit de omgeving. Het stappenplan doorloopt grosso modo de volgende fasen: engagement, draagvlakvorming, onderzoek, evaluatie en afspraken. De stappen kunnen door de scholen naar wens worden herhaald of bijgewerkt, waardoor ze een cyclisch karakter krijgen. Informatie wordt verzameld en bewerkt, en blijft ook op langere termijn beschikbaar.
draagvlak-
Onderzoek
vorming
(3)
(2)
Engagement
Evaluatie
(1)
(4, 5, 6)
Afspraken (7, 8)
Figuur 1: Octopusplan-cyclus en corresponderende stappen In stap 3 wordt achtereenvolgens een analyse uitgevoerd van de herkomst- en vervoerswijze van de leerlingen (modal split), de meest gebruikte schoolroutes en de mogelijke knelpunten op de schoolroutes en in de onmiddellijke nabijheid van de school. Aangezien de doelgroep bestaat uit leerlingen van het lager onderwijs, is de actieradius beperkt tot ongeveer 2,5 km rondom de school. Om de verkeerskundige analyse te vergemakkelijken en om het verzamelen van data op een uniforme wijze te laten plaatsvinden, werd een online tool ontwikkeld, gebaseerd op een GIS (Geografisch Informatie Systeem). Elke school beschikt over een eigen digitale kaart waaraan zij gegevens kan toevoegen. Bij de ontwikkeling werd veel zorg besteed aan gebruiksvriendelijkheid en toegankelijkheid. Het onderzoek naar de modal split vindt plaats door een Excel-tabel te uploaden met adressen en vervoerswijzegegevens van de leerlingen. De toepassing herkent vervolgens automatisch de adressen, berekent de afstand tot de school, maakt statistieken aan en toont de
5 verschillende locaties op de digitale kaart. Via een printtool kan de kaart worden afgedrukt en gebruikt voor het lokaliseren van de meest gebruikte schoolroutes. Met behulp van gekleurde draadjes duiden leerlingen hun weg naar school aan. Het resultaat wordt nadien op de digitale kaart geplaatst. Elke vervoerswijze heeft een eigen kleur en de dikte van de lijn geeft aan hoe intensief het traject wordt gebruikt. Een laatste onderdeel van stap drie bestaat uit het inventariseren en het in kaart brengen van knelpunten. Knelpunten kan men via de digitale kaart op de juiste plaats pin-pointen, waarna een formulier verschijnt om de situatie gedetailleerd te beschrijven. Tijdens de vervolgstappen wordt nagedacht over passende oplossingen voor de gevonden knelpunten. De website genereert op basis van de knelpuntbeschrijvingen een aantal suggesties, welke door de werkgroep kunnen worden besproken. Na de laatste twee stappen is er een concreet actieplan. In het actieplan is niet alleen aandacht voor infrastructurele oplossingen die de gemeente voor haar rekening moet nemen. Er wordt ook steeds rekening gehouden met wat scholen zelf kunnen doen (bvb. sensibilisatie en educatie). Ook het aspect handhaving wordt niet uit het oog verloren.
Figuur 2: Voorbeeld van het online GIS voor scholen, met de resultaten van een schoolrouteonderzoek.
6 Naast het stappenplan herbergt de website ook nog andere nuttige hulpmiddelen. Via een submenu ‘vervoersorganisatie’ heeft de school een systeem ter beschikking om voet- fietsof carpools op te zetten, met een minimum aan organisatorische inspanningen. Ouders kunnen zich aanmelden via de website en zich aansluiten bij een bestaand initiatief, dan wel een nieuwe initiatief opstarten. De GIS-toepassing heeft ook de mogelijkheid schoolroutekaarten (of schoolbereikbaarheidskaarten) samen te stellen. Op een schooroutekaart worden de veiligste trajecten naar school aangeduid, samen met aanvullende informatie zoals verzamelplaatsen voor pools, herkenningspunten en aandachtspunten. De digitale versie van deze kaart kan vervolgens worden vertaald naar een professioneel gelayout en afgedrukt exemplaar.
2.3
Octopus als beleidsinstrument
Steeds meer gemeenten nemen zelf het initiatief en nodigen hun scholen uit in het Octopusplan te stappen. In de eerste plaats zijn de verkeerskundige gegevens die met behulp van deze methodiek worden verzameld buitengewoon interessant voor het beleid. Het engagement dat gemeenten nemen om de schoolresultaten ernstig te behandelen, motiveert de scholen om gegevens over het verplaatsingsgedrag te verzamelen en aan te leveren. Gemeenten kunnen zo vlot beschikken over informatie die doorgaans moeizaam te verkrijgen is. Gemeenten (of politiezones) kunnen via een aparte kaarttoepassing de data van meerdere scholen op elkaar stapelen om tot een globaal overzicht te komen van de verkeersbewegingen van de leerlingen en de knelpunten die zich voordoen. De Octopusplan methodiek vereist een regelmatig contact tussen het gemeentebestuur en de scholen. In de stappen waar overleg nodig is, krijgen scholen tips aangereikt over hoe dit kan worden georganiseerd. Tijdens de laatste twee stappen worden afspraken gemaakt over hoe knelpunten worden aangepakt en welke rol de scholen dan wel de gemeente daarin zal spelen. Dit resulteert in een eindverslag waarin alle relevante data die werden verzameld automatisch worden ingevoegd. De school kan dit document met één druk op de knop genereren in stap acht.
7
Figuur 3: Voorbeeld van GIS-module voor gemeenten met cumulatie van routegegevens verschillende scholen.
2.4
Het Octopusplan als vorm van e-participatie
Het Octopusplan heeft als doel het verhogen van de verkeersveiligheid van kinderen uit het lager onderwijs en het vergroten van hun mobiliteitskansen met het oog op hun verdere ontwikkeling en veiligheid op langere termijn. Om deze doelstelling te bereiken is het project opgezet vanuit een overlegmodel, met het verbeteren van de communicatie tussen burger en overheid als subdoelstelling. Hieraan wordt dan ook ruim aandacht besteed in het 8stappenplan. Met name tijdens de eerste twee stappen moeten scholen op zoek naar draagvlak binnen en buiten de school, en polsen zij naar de bereidwilligheid van de lokale overheid. In een latere fase wordt ook overlegd over de aanpak van probleempunten.
8 De Octopus-aanpak beantwoordt aan enkele theoretische criteria inzake inspraak en burgerparticipatie. De criteria werden op inzichtelijke wijze samengevat in een basisschema door Depuydt (2008). Kort samengevat gaat het om de volgende elementen:
Achtergrondinformatie
Actie
-
duidelijke doelstelling
-
Uitwerking definitief maatregelenpakket
-
duidelijke aanpak (8-stappenplan) informatieve website en
-
Opstellen taakverdeling Ondertekening definitief
presentatiemateriaal - interactieve digitale kaart Promotie -
incentives, tussentijdse beloningen voor scholen
-
straatmeubilair (Octopus-palen, …) affichecampagnes, educatieve
materialen - fluorescerende kledij en materiaal Feedback
maatregelenpakket - Diverse actiematerialen beschikbaar Top down & Bottom up -
Initiatief kan komen vanuit zowel overheid als school Multichannel -
Zowel internet als analoog (bvb GIS en
-
klasoefening met analoge kaart) Werkgroepvergaderingen en communicatie via de website
-
voortgang zichtbaar via eigen schoolpagina op website
-
-
overlegmomenten onderwijsgemeenten
-
- octopus-avonden Kloof dichten -
-
Wederzijdse communicatie wordt aangemoedigd Informatieverwerving -
Vervoerswijzeonderzoek
-
Schoolrouteonderzoek
- Knelpuntenonderzoek Discussie -
Lesmethode Octopus Verkeersland biedt theoretische basis Alle stakeholders -
Nauwe samenwerking met gemeente leidt tot definitief, gezamenlijk bekrachtigd Octopusplan.
Actiemateriaal voor concrete acties op straat
Alle actoren zijn vertegenwoordigd (leerkrachten, ouders, directies, kinderen,
gemeente, …) Usability -
Webplatform is eenvoudig in gebruik Duidelijke spreektaal wordt gehanteerd in
-
het informatieaanbod Heldere en complete handleidingen zijn beschikbaar per stap
-
Helpdesk staat ter beschikking in geval van vragen of problemen
Werkgroep komt geregeld samen Mogelijkheid tot inspraak van iedereen tijdens Octopus-avonden
Tabel 1: basisschema van Depuydt (2008) toegepast op het Octopusplan.
2.5
Infrastructurele toepassingen
Naast de methode ‘Octopusplan’, die de kern vormt van de Octopus-aanpak, is ook een reeks infrastructurele toepassingen ontwikkeld. Dit gebeurde in nauwe samenwerking met
9 enkele private partners. De toepassingen kennen tot op heden drie hoofdvormen: straatmeubilair, bewegwijzering en beweegtoestellen. De achterliggende filosofie gaat telkens uit van het herkenbaar (voor alle weggebruikers) en aantrekkelijk (voor kinderen) maken van de schoolroutes en de schoolomgeving. Het Octopus-straatmeubilair is de oudste van de drie toepassingen. Bekend zijn onder meer de Octopus-accentpalen en bijhorende trotoirpaaltjes en hekken. Het straatmeubilair werd in een latere fase uitgebreid met afvalbakken en zitbanken. De felle paars-gele kleuren vallen erg op in het straatbeeld en herinneren de weggebruiker eraan dat hij zich in een school- of kinderrijke omgeving bevindt. De meer dan 500 Octopus straatinrichtingen die momenteel zijn gerealiseerd zorgen ervoor dat chauffeurs, eenmaal bekend met de vormentaal, ook op onbekend terrein onmiddellijk een schoolomgeving herkennen.
Figuren 4 en 5: voorbeelden van Octopus-straatmeubilair Octopus-bewegwijzering wijst kinderen de veiligste route naar school. Aangewezen oversteekplaatsen kunnen aangeduid worden en voorzien van een informatiebord met educatieve meerwaarde. Ook verzamelpunten voor voet- en fietspools kunnen worden uitgerust met een daartoe ontworpen bord. De borden kunnen aangevuld worden met thermoplasten die op het voetpad worden aangebracht. Eenvoudige beweegtoestellen (type Play Point®) zorgen voor een aanzuigeffect naar de meest veilige woon-schooltrajecten. Door schoolroutes te voorzien van speelse intermezzo’s wordt het voor de leerlingen een stuk aantrekkelijker om te voet of met de fiets naar school te gaan. Daarenboven worden zij aangemoedigd gebruik te maken van de aangewezen trajecten. De beweegtoestellen zorgen voor een minimale afleiding; kinderen zullen er slechts heel kort gebruik van maken en vervolgens hun weg vervolgen.
10
Figuur 6: Octopus Play Point®
3 3.1
Figuur 7: Octopus wegwijzer
Evaluatie Participatiegraad
Sinds de lancering van het Octopusplan neemt het aantal deelnemende scholen gestaag toe. Het aantal inschrijvingen bedraagt aan het begin van 2009 683. Factoren die hierbij een grote rol spelen zijn de laagdrempeligheid van de inschrijving, de kindvriendelijke uitstraling van het project en uitgebreide aandacht voor promotie en randcommunicatie. Het Octopusplan wordt voortdurend uitgebreid op verschillende vlakken, waaronder: educatief (lesmethode en kruisverwijzingen vanuit het overige materiaal), infrastructureel (weguitrusting) en het voorzien van kant- en klare actiematerialen die scholen kunnen gebruiken om rond een bepaalde problematiek te werken. 115 gemeente gaven reeds te kennen Octopus-initiatieven op hun grondgebied te willen ondersteunen. Zij ondertekenden daartoe een charter en maakten hun engagement kenbaar via de website.
3.2
Effect op de verplaatsingswijze
Sinds september 2008 werd de webtoepassing voor scholen uitgebreid met de mogelijkheid tot het bijhouden van een historiek per schooljaar. Scholen die jaarlijks opnieuw gegevens invoeren, kunnen zo de evolutie in de modal split opvolgen. Het maakt het ook mogelijk op grotere schaal cijfermateriaal te verzamelen over de evolutie van de verplaatsingswijzen op lange termijn. Een eerste vergelijking van de resultaten en effectrapportage zal mogelijk zijn vanaf het schooljaar 2009-2010.
4
Bronnen
Auwerx, P. (2003). Geraadpleegd op 13 januari, 2009, op: http://www.mobielvlaanderen.be/convenants/artikel.php?nav=0&id=208 Depuydt, S. (2008). Het Octopusplan: e-democratie op haar best. TerZake, februari 2008, p. 25.