06
Jaargang 5 • 2 april 2009
N i e u w s , a c h t e r g ro n d e n e n o p i n i e s u i t b o u w & i n f r a
2
Annemarie Jorritsma, VNG: ‘Niet praten over, maar mét gemeenten’
4
Peter Noordanus, voorzitter Neprom: ‘Kabinet laat woningbouw in de steek’
7
Kijk ook op www.bouwendnederland.nl/web/podium
Chris Bruijnes, Meer Met Minder: ‘Budget energiebesparing schiet tekort’
Bouwend Nederland: blij met crisispakket, zorgen over woningbouw
‘Het komt allemaal aan op vertrouwen’ De bouw en infra zijn met het crisispakket van het kabinet niet slecht bediend. “Bouwend Nederland heeft er veel energie in gestoken en dat heeft resultaat opgeleverd”, aldus voorzitter Elco Brinkman. Zorgenkindje blijft de woningbouw. “Burgers moeten weer vertrouwen krijgen in de woningmarkt. En juist daarin schiet dit pakket tekort.”
Na weken van overleg kwam het kabinet vorige week met het langverwachte maatregelenpakket om de economische recessie te bestrijden. De bouw en infra krijgen volop de aandacht. Alles bij elkaar opgeteld wordt voor circa twee miljard extra of versneld in projecten geïnvesteerd. Deze investeringsimpuls komt bovenop de al eerder door provincies en gemeenten aangekondigde maatregelen, die samen goed zijn voor circa drie miljard euro. Bij elkaar opgeteld is er dus vijf miljard euro
Brinkman: Vertrouwen terugbrengen in woningmarkt
beschikbaar. “We mogen niet mopperen”, aldus Brinkman. “In vergelijking met andere sectoren steken de bouw en infra er goed bij af. Het is de erkenning voor het feit dat de sector economisch van groot belang is voor Nederland. Daar hebben we als Bouwend Nederland ook al sinds het uitbreken van de crisis de nadruk op gelegd. Die boodschap is kennelijk overgekomen.”
Woningbouw Toch is er ook kritiek. “Bij een crisis moet je terug naar de oorzaak. De crisis is begonnen in de financiële wereld en overgeslagen naar de vastgoedsector. Vooral in de woningbouw zijn de effecten merkbaar. De discussie zou er dus over moeten gaan hoe we het vertrouwen weer terug in de markt brengen. Hoe krijgen we de kopers weer uit hun huizen, letterlijk en figuurlijk? Daarvoor zijn in het crisispakket van het kabinet geen maatregelen voor getroffen. Terwijl daar toch wel degelijk een aantal voorstellen voor is gedaan. We hebben bijvoorbeeld gepleit voor een verhoging van de bovengrens van de Nationale Hypotheek Garantie (NHG). Maar het besluit daarover is gestrand in discussies over de systematiek van de begroting. Want volgens bepaalde partijen moet het daarmee gemoeide risico voor 100 procent op de begroting staan. Terwijl iedereen weet dat het bij een garantieregeling nooit 100 procent fout gaat. De partijen die voor de NHG garant staan gaan
C o m m e n ta a r Guichelheil De bloemen van het rode en blauwe guichelheil gaan alleen open als de zon schijnt. Het kleine plantje heeft het moeilijk in Nederland. Het staat dan ook op de zogeheten rode lijst van beschermde plant- en diersoorten. De Natuurbeschermingswet en de Flora- en faunawet zorgen dat in principe niet gebouwd mag worden op plaatsen waar soorten van de rode lijst voorkomen. Maar bouwers willen graag bouwen. Terecht, want het is hun bestaan. Het zal niet de eerste keer zijn dat een bouwproject wordt stilgelegd of afgeblazen omdat het bouwterrein op dezelfde plek lag als de beschermde soort. Maar Nederland zit relatief krap in de ruimte. Die ruimte moet gedeeld worden. Met 16,5 miljoen mensen, maar ook met ruim 300 beschermde soorten. Dat het kan, bewijst de leefgebiedenbenadering van het ministerie van LNV. Als het guichelheil haar kopje op een bouwplaats opsteekt, hoeft dat niet langer te leiden tot stilleggen van de bouw. Mits elders een plek is waar soortgenoten het in een beschermde omgeving wel kunnen doen. Daarmee behoort de gekte van de overbescherming van soorten tot het verleden, zonder dat bijzondere soorten ten dode zijn opgeschreven. Guichelheil betekent niet voor niets letterlijk “genezing van gekheid”.
echt niet voor miljarden het schip in. Ook het voorstel om de BTW voor nieuwbouw en onderhoud van woningen (tijdelijk) naar zes procent te verlagen heeft het niet gehaald. Terwijl ook dat de particulieren het vertrouwen zou hebben gegeven om in beweging te komen en te besluiten tot aankoop of verbouwing. Het komt uiteindelijk allemaal aan op dat laatste puzzelstukje van vertrouwen. Maar kennelijk is dat besef onvoldoende aanwezig.”
Gevoel van urgentie Nu alle overheidslagen hun crisismaatregelen bekend hebben gemaakt, komt het erop aan de slag te maken naar de uitvoering. Daar is Bouwend Nederland volgens Brinkman al enige tijd druk mee bezig. “Terwijl we op de ene tafel met het kabinet in gesprek waren, hebben we via onze regio’s en afdelingen op andere tafels intensief gesproken met provincies en
gemeenten over bouwprojecten. We kunnen dus aan de slag. Het helpt dat aan beide zijden een groot gevoel van urgentie leeft. Er staat op lokaal niveau ook enorme druk op de werkloosheid. Er zijn heel wat bedrijven die mensen op straat hebben moeten zetten of hebben aangekondigd dat ze dat moeten doen. Dat helpt wel om benen te maken, procedures te versnellen en te verkorten en op korte termijn tot concrete uitvoering te komen. We merken overal dat de overheid bereid is vaart te maken.” Er zit natuurlijk heel veel psychologie in dit hele gebeuren. Het feit dat er nu een maatregelenpakket ligt, werkt op zichzelf al heel erg positief. We hebben daarnaast steeds gezegd dat de terugval voor de bouw na de zomer pas echt merkbaar wordt. Hoe eerder we dus de schop de grond in zien gaan, hoe meer effect het zal hebben op de economie.”
Overzicht crisispakket • Voor ruim een miljard euro worden investeringen in geplande projecten naar voren gehaald en versneld uitgevoerd. Het gaat vooral om investeringen in de aanleg en onderhoud van wegen, bruggen, vaarwegen, de herstructurering van bedrijventerreinen en bouw en onderhoud van scholen, zorginstellingen en dergelijke. • Het kabinet investeert 130 miljoen euro in de uitvoering van het Deltaprogramma, waaronder zandsuppletie voor de kust. Vanaf 2020 wordt jaarlijks tenminste 1 miljard euro in het Deltafonds gestort (uit het naar 2028 door te trekken Infrafonds) om de uitvoering van het programma op langere termijn te borgen. • Een bedrag van 320 miljoen euro wordt gereserveerd voor het stimuleren van energiebesparende maatregelen voor bestaande woningen. • Het kabinet maakt 400 miljoen euro vrij voor versnelde investeringen in de stedelijke vernieuwing, het grote stedenbeleid en de wijkenaapak via het ISV-budget en BLS-subsidie.
Verburg keurt Gedragscode biodiversiteit goed Minister Verburg van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) keurt nog voor mei dit jaar de gedragscode biodiversiteit goed. De code is opgesteld door Neprom en Bouwend Nederland en laat volgens de minister goed zien, dat de bouw de natuur respecteert. De Gedragscode maakt het verzamelen van informatie duidelijker en overzichtelijker. Daarom heeft deze code in de ogen van de minister ook meer waarde dan de adviezen van de commissie Elverding over het concentreren van besluitvorming rond infrastructuur.
Verburg: bouw neemt natuur serieus
Lees meer op pagina 8.
Bouwend Nederland Podium | 6 | 2 april
1
Provincies en gemeenten beducht voor financiering crisisplan kabinet Niet gerust op een goede afloop. Zo kan de reactie van het Interprovinciaal Overleg (IPO) en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) worden getypeerd op het pakket crisismaatregelen van het kabinet. Zorgen zijn er vooral over de mogelijke financiële consequenties voor de provincies en gemeenten.
Het was een kort statement waarmee het IPO reageerde op de bekendmaking van het crisispakket van Balkende IV. “Het IPO is blij dat het kabinet de rol van provincies om de regionale economie een flinke impuls te geven, onderkent. Provincies investeren ook fors in de regionale economie. Zij zijn graag bereid om volgende week met het kabinet over de synergie van de investeringsmaatregelen te spreken. Hoe meer we elkaar versterken hoe beter het is. Wat de financiële gevolgen betreft, wil het IPO een beter beeld hebben dan nu is geschetst. Het kabinet biedt die duidelijkheid pas bij de Voorjaarsnota. Tot die tijd kunnen wij daarop dus niet reageren.” “We zijn op onze hoede”, erkent woordvoerder Carla van Lomwel desgevraagd. “Zowel het gemeente- als het provinciefonds zijn op de nullijn gezet. En dat is al behoorlijk pittig. De vraag is of er nog meer financiële consequenties mee gemoeid zijn, en wat de effecten daarvan zijn voor de eigen plannen van de provincies om de economie aan te jagen. Het kabinet heeft heel veel openstaande rekeningen en een aantal ongedekte cheques op tafel gelegd. En een deel daarvan zou zomaar onze kant uit kunnen komen. Dus het is even afwachten hoe dat uitpakt.” Het weerhoudt de provincies er niet van
om gewoon door te gaan op de ingeslagen weg. Van Lomwel: “We zijn zelfverzekerd en gaan uit van onze eigen kracht.” De provincies trekken gezamenlijk circa 900 miljoen euro extra uit om projecten te versnellen en zo de economie aan de praat te houden. Daarnaast staan zij voor een bedrag van 400 miljoen euro garant om het tempo erin te houden.
Onduidelijk Evenals het IPO is ook de Vereniging van Nederlandse Gemeenten bezorgd over de financiële gevolgen van de kabinetsplannen voor de gemeentelijke begrotingen. Veel is onduidelijker, zo stelde voorzitter Annemarie Jorritsma begin deze week vast tijdens een VNG-flitscongres. Verbazing was er ook over het feit dat het kabinet de inzet van de gemeenten zonder enige vorm van overleg had ingeboekt in het eigen pakket crisismaatregelen. De lijst van projecten diegemeenten versneld willen gaan uitvoeren wordt steeds langer. Wie de inventarisatielijst op de website van de VNG doorploegt, komt uit op een totaalbedrag van inmiddels meer dan twee miljard euro. “En nu moeten we uit de kranten vernemen dat dit overzicht kennelijk zonder meer is ingeboekt. Zonder rekening te houden met de vraag of iedere
Werkbezoek Femke Halsema Op vrijdag 20 maart jl. heeft Femke Halsema, fractievoorzitter van Groen Links in de Tweede Kamer, een werkbezoek gebracht aan Aannemingsbedrijf De Leeuw in Schagen. Halsema bezocht samen met wethouder Jan Bouwes van de gemeente Schagen, regiomanager Jan Overtoom van Bouwend Nederland en Klaas de Leeuw enkele bouwplaatsen. Tevens sprak zij met medewerkers van De Leeuw om te horen hoe zij de crisis ervaren. Halsema ziet de bouw als motor van de economie. Door extra te investeren in duurzaamheid, zoals het isoleren van woningen en het bouwen van windmolens, kunnen de gevolgen van de crisis in de bouw volgens Groen Links worden beperkt.
D e b o u w i nn o v e e r t
gemeente dat zonder enige steun kan.” Jorritsma verweet het kabinet daarom ‘oud gedrag’. “Alsof de gemeente slechts plaats mag nemen op de bagagedrager van het kabinet. Dat past niet meer in deze tijd. Zaken worden gedaan in de regio, met de gemeenten als een serieuze partner. Er moet niet over gemeenten worden gesproken, maar met gemeenten.” Als om de eigen kracht te onderstrepen werd tijdens het congres een vijfpunten plan gepresenteerd als basis voor de verdere besprekingen met het kabinet. Geen extra beslag op het Gemeentefonds, de extra middelen uit het Investeringsfonds Stedelijke vernieuwing ook daadwerkelijk in 2009 en 2010 tot besteding laten komen, per september beginnen met twee pilots voor regelvrije gebieden in Utrecht en de Achterhoek, aanpak van de regeldruk, en de ontwikkeling van een nationaal arrangement voor de arbeidsmarkt. “We willen de komende weken voortgang maken”, aldus Jorritsma.
Bouwhuisdebat over duurzaam bouwen op 19 mei Op dinsdag 19 mei houdt Bouwend Nederland de 6e editie van het Bouwhuisdebat, een reeks gespreksbijeenkomsten waarbij deskundigen en beslissers (politiek en bedrijfsleven) discussiëren over relevante maatschappelijke onderwerpen. Doel van de debatten is om met de kennis en kunde in de bouwsector, een bijdrage te leveren aan het oplossen van maatschappelijke vraagstukken. Het thema van het komende Bouwhuisdebat is gelijk aan het thema van de Dag van de Bouw 2009 ‘Duurzaam bouwen’, waarbij de klimaatopgave voor de Nederlandse bouw wordt bediscussieerd. Hoofdvraag is of het tempo waarin de Nederlandse bouw duurzamer wordt, wel hoog genoeg is. Het betreft hier duurzaamheid in brede zin: verantwoord omgaan met energie, leven met de wateropgave, het verlengen van de levensduur van gebouwen,
het gebruik van recyclebare materialen. Andere vragen die aan de orde komen zijn: Welke duurzame initiatieven kunnen overheid en bedrijfsleven nemen? Hoe kan op een duurzame manier worden omgegaan met de wateropgave? Hoe kan voldoende schaalgrootte worden gerealiseerd om efficiënt te verduurzamen? Hoe zit het met de financiering? Sprekers zijn in ieder geval Anke van Hal, hoogleraar Sustainable Building Neyenrode, zakenvrouw van het Jaar en algemeen directeur Priva Meiny Prins, Bart Jan Krouwel, directeur Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen van de Rabobank en Hans van der Vlist, Secretaris-Generaal bij VROM. Het Bouwhuisdebat vindt plaats op 19 mei van 15.00 – 18.00 uur. Aanmelden of voor het aanvragen van meer informatie:
[email protected].
Limburg en bouwsector gaan projecten vlottrekken Bouwend Nederland Regio Zuid en de provincie Limburg gaan samen met andere
Aan ideeën en innovaties in de bouw geen gebrek. In de rubriek
sleutelpartijen in de provincie vastgelopen bouwprojecten weer vlottrekken.
‘De Bouw Innoveert’ laat Bouwend Nederland Podium innovatieve
Als eerste wordt nu bij alle Limburgse gemeenten geïnventariseerd om welke
processen en producten zien.
projecten het precies gaat.
Energieproducerende woning in Leusden
Afbeelding: De Telegraaf
Minister Cramer opende eind maart het zogenaamde powerhouse in Leusden. Het powerhouse is een fraaie nieuwbouwwoning, opgetrokken in jaren ’30 stijl, dat zelf zoveel energie produceert dat het geen energie van een externe leverancier nodig heeft. Sterker nog, het produceert zoveel energie, dat een elektrische auto van het restant energie jaarlijks 5000 kilometer gratis kan rijden. De woning maakt daarvoor gebruik van meerdere technieken, waaronder warmte- en koudeopslag in de bodem, zonnecollectoren en een windmolen op het dak, driedubbele beglazing en LED-verlichting. Het huis wordt bewoond door de initiatiefnemer van het ‘powerhouse’, Johannes Out van InnoConstruct. Out: “Hoe zuiniger we zijn met energie, hoe meer gratis kilometers we met onze elektrische auto kunnen rijden. Het wordt een sport om zuinig te doen.”
Op initiatief van Bouwend Nederland vond medio maart onder leiding van gedeputeerde Noël Lebens (CDA) een gesprek plaats met een aantal Limburgse partijen over gezamenlijke maatregelen waarmee de gevolgen van de huidige economische malaise op woning- en vastgoedgebied zouden kunnen worden verzacht. In dat kader werd afgesproken dat er drie werkgroepen aan de slag gaan. Een eerste werkgroep richt zich op de vorming van een ‘revolving fund’, dat via gerichte garantstelling en subsidies vastgelopen projecten en marktprocessen weer vlot kan trekken. Een mogelijkheid is bijvoorbeeld de inrichting van een opkoopfonds, waar particulieren die een nieuwbouwwoning aan willen schaffen hun oude woningen in zouden kunnen onderbrengen. Andere opties zijn een garantstellingsfonds voor woningbouwprojecten, een sloopfonds of het opzetten van erfpachtconstructies waarmee de transitie van koop- naar huurwoningen kan worden ondersteund.
Inventarisatie De tweede werkgroep inventariseert de komende tijd bouwprojecten die voor hulp in aanmerking
2
Jorritsma: Niet praten over, maar mét gemeenten
Bouwend Nederland Podium | 6 | 2 april
komen en formuleert criteria ter beoordeling van deze projecten. In een brief heeft gedeputeerde Lebens deze week alle Limburgse gemeenten verzocht maximaal drie vertraagde bouwprojecten aan te dragen : twee projecten die op korte termijn gereactiveerd zouden kunnen worden, en één project voor de middellange termijn. Het doel van deze inventarisatie is tweeledig, aldus Lebens. “Inzicht krijgen in de oorzaken en mogelijke oplossingen (in de zin van financiën, versnelling van procedures, uitwisseling van kennis, etc.)” om vervolgens “met behulp van een op korte termijn in te stellen team van deskundigen (versnellingsteam) de projecten die zich daarvoor lenen zo snel mogelijk vlot te trekken.” Een derde werkgroep gaat zich richten op behoud en instroom van (nieuwe) medewerkers in de bouwsector. In dat kader wordt nadrukkelijk gekeken naar de inzet van leerlingen en nieuwe instromers bij de projecten die alsnog kunnen worden vlot getrokken. Ook is het idee om een extra provinciale stimuleringsregeling in het leven te roepen, om de inspanningen van de bouwsector zelf om instroom en behoud van bestaande medewerkers nog eens extra te ondersteunen.
Feiten & Cijfers GWW doet stapje terug in 2007 Jaarlijks verricht het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid (EIB) onderzoek naar de bedrijfseconomische positie van b&u- en gww-bedrijven (hoofdaannemers) in Nederland. Recent heeft het EIB de uitkomsten over het boekjaar 2007 gepubliceerd. De cijfers bevestigen ook dit jaar, dat stijgende omzetten niet automatisch ook hogere winstmarges (netto resultaat voor belastingen) betekenen.
Winstmakers in de bouw Percentage
Bron EIB
100 2006
95
2007
90 85 80 75 70 65 60 55 50
65
74
kleinbedrijf b&u
75
85
middenbedrijf b&u
84
88
86
grootbedrijf b&u
82
kleinbedrijf gww
90
80
middenbedrijf gww
92
79
De omzet van de b&u-bedrijven steeg naar 30 miljard euro (8 procent). Zowel het midden- en kleinbedrijf als het grootbedrijf wisten omzetgroei te realiseren. Het grootbedrijf wist de winstmarge met een procent te verbeteren tot 4,5 procent. Daar stond echter tegenover, dat het middenbedrijf de winstmarge zag slinken van 3,4 tot 3,0 procent. In het kleinbedrijf bleef de winstmarge vrijwel onveranderd (van 3,7 naar 3,9 procent). Het gemiddelde winstpercentage van de b&u-bedrijven steeg per saldo een fractie van 3,5 tot 3,8 procent. In 2007 slaagden meer bedrijven erin om zwarte cijfers te schrijven. Van iedere 100 bedrijven maakten er 77 winst (was 68). Ook in het middenbedrijf groeide het aantal bedrijven dat winst wist te realiseren.
grootbedrijf gww
Jan van Tuinen
Woningperikelen
Afgelopen maanden hebben wij op tal van dossiers en plekken onze inbreng geleverd om de gevolgen van de kredietcrisis zo beperkt mogelijk te houden. Recent nog met onze uitgebreide reactie op het pakket van maatregelen van het kabinet. In deze column wil ik inzoomen op een uiterst belangrijke maatregel die niet terug te vinden is in het genoemde pakket en een op het eerste oog weinig opzienbarende maatregel die wel in het pakket is opgenomen. Ik doel op de eerdaags te maken
Voor de gww-bedrijven was het beeld in 2007 minder positief. De omzet van de gww-bedrijven nam toe tot ruim 7,7 miljard euro (5 procent). Alleen het middenbedrijf moest een lichte omzetdaling noteren. In tegenstelling echter tot de b&u-sector moesten alle bedrijfsgrootteklassen in de gww-sector met dalende winstmarges genoegen nemen. Na aftrek van alle kosten kwam de winstmarge in de sector uit op gemiddeld 3,1 procent (was 4,8 procent). Het grootbedrijf kende de grootste afname in de winstmarge (van 4,7 naar 2,8 procent). De verslechtering van de winstmarges komt ook tot uitdrukking in het percentage winstmakende bedrijven. Van iedere 100 bedrijven maakten er 79 winst (was 87). In het kleinbedrijf liep het percentage winstmakers het minst terug (met 4 procent). Al met al heeft de gww-sector in 2007 dus een stapje terug moeten doen.
afspraken over de verstedelijking voor de
ook de komende jaren voor een giganti-
periode 2010-2020 en het plan rond het eigenwoning forfait van huizen boven de € 1 miljoen. Want zo onschuldig als die laatstgenoemde oogt is die beslist niet. Terug naar de verstedelijking. Wij staan sche woningbouwopgave. Om tegemoet te kunnen blijven komen aan de vraag zullen er ieder jaar zo’n 80.000 nieuwe
Tevreden over Sociaal Akkoord
woningen gebouwd moeten bouwen. Om het buitengebied te sparen zal veel daarvan binnenstedelijk gerealiseerd moeten worden. Ondanks de zeer forse grondprijzen zijn deze ontoereikend om die
Bouwend Nederland is tevreden over het sociaal akkoord dat werkgeversorganisaties vorige week met het kabinet en de
binnenstedelijke, relatief veel complexere
vakorganisaties hebben gesloten. Alleen al het feit dat er zo’n akkoord is gekomen geeft aan dat iedereen ervan doordrongen
opgave te kunnen bekostigen. Er moet
is dat de economische crisis met een gezamenlijke aanpak het hoofd moet worden geboden.
dus geld bij. En wel van het rijk. In het al eerder verschenen rapport ‘Investeren in Ruimtelijke Kwaliteit’ worden bedragen
De crisis en daaropvolgende economische recessie trekken steeds diepere sporen op de arbeidsmarkt. In zijn jongste ramingen schat het Centraal Planbureau de werkloosheid in 2010 in op 8,75 procent. Dat betekent dat er bijna 400.000 werklozen bij zouden komen, een verdubbeling van het aantal werklozen in 2008, schrijft minister Donner van Sociale Zaken in zijn brief over het Sociaal Akkoord aan de Tweede Kamer. Er was dan ook alle aanleiding voor sociale partners en het kabinet om de besprekingen van vorige week met een positief resultaat af te sluiten. De onderhandelingen hebben geresulteerd in een gezamenlijk pakket van maatregelen, met als inzet “het zoveel mogelijk voorkomen van werkloosheid dan wel het zo kort mogelijk houden van de werkloosheidsduur.” Voor het oplossen van de problemen op de arbeidsmarkt wordt tot en met 2011 in totaal 700 miljoen euro extra uitgetrokken. In de verbeteren van de positie van jongeren op de arbeidsmarkt wordt dit en volgend jaar 220 miljoen euro extra geïnvesteerd.
Jongeren Bouwend Nederland toont zich verheugd over het bereikte onderhandelingsresultaat. Gezien de snelheid waarmee de economische situatie is verslechterd is het van groot belang dat er nu afspraken zijn gemaakt over een zeer gematigde loonkostenontwikkeling, gekoppeld aan concrete maatregelen ter bevordering van de arbeidsmarkt. De nadruk in het sociaal akkoord op de positie van jongeren is eveneens positief. In dat kader past het plan ‘Bouw door, leer verder’, dat sociale partners in de bouw recent hebben ontwikkeld. Dit plan is gelanceerd om enerzijds de instroom van leerlingen op peil te houden en anderzijds de volwassen werknemers in de gelegenheid te stellen extra scholing te geven. Ook bevat het maatregelen, die zijn gericht op het zo veel mogelijk behouden van vakmensen voor de bouw. Daarom is Bouwend Nederland ook blij
met de nieuwe verruimde regeling deeltijd WW. Dit past goed in het beleid van de sector, dat gericht is op het behoud van vakmensen. Werkgevers krijgen nu de mogelijkheid om het aantal te werken uren van een werknemer met maximaal 50 procent te reduceren. Voor deze uren krijgt de werknemer vervolgens een WWuitkering. Het voordeel is dat de werknemer voor zowel de gewerkte als de niet gewerkte in dienst blijft van de werkgever, en als arbeidskracht dus niet voor de bouw verloren gaat.
Afspraken Voor een beroep op deze regeling moet overigens wel aan een aantal voorwaarden worden voldaan. Een van deze voorwaarden bijvoorbeeld
is dat afspraken gemaakt moeten worden over scholing van werknemers gedurende de periode van deeltijd WW. Dat sluit uitstekend aan bij het project ‘Bouw door, leer verder’. Op ondernemingsniveau worden vakvolwassen werknemers (al dan niet tijdens periodes van deeltijd-WW) namelijk met instandhouding van hun dienstverband in de gelegenheid gesteld zich door middel van functionele modulaire EVC-bijscholing verder te bekwamen. Deze vorm van bijscholing is specifiek ontwikkeld tegen de achtergrond van de gevolgen van de kredietcrisis. Het beoogt immers een groot aantal werknemers binnen relatief korte tijd een kwalificatie te laten behalen, waarmee hun positie op de arbeidsmarkt wordt versterkt.
genoemd van 1 tot 1,5 miljard per jaar in de periode 2010 tot 2020. Wat ons betreft dient een substantieel deel van de aardgasbaten (FES-gelden) door het kabinet te worden ingezet voor de financiering van alle ambities die het kabinet heeft rond de ruimtelijke inrichting van ons land. Dan het eigenwoning forfait van huizen boven de € 1 miljoen. Door sommige partijen in de kamer weggehoond als een maatregel die de schatkist niets oplevert. Ik zie dat geheel anders. Het bedrag van € 1 miljoen is niet geïndexeerd. Uitgaande van een gemiddelde nominale waardestijging van 3% per jaar voor een woning betekent dat ditzelfde huis over 10 jaar 40% in waarde
Meldpunt Kredietcrisis
is gestegen. Dat betekent dat steeds meer
Begin dit jaar opende Bouwend Nederland het Meldpunt Kredietcrisis. Via de website www.meldpuntkredietcrisisbouw.nl kunnen leden van Bouwend Nederland weten welke directe en indirecte gevolgen ze van de kredietcrisis ervaren. Het doel van het Meldpunt is tweeledig. Bouwend Nederland gebruikt de informatie in de lobby en tevens helpt Bouwend Nederland de leden die problemen melden. Er zijn inmiddels meer dan 160 meldingen bij het Meldpunt Kredietcrisis binnengekomen. Uit de meldingen blijkt, dat bouwbedrijven niet alleen last hebben van een opdrogende orderportefeuille, het wordt ook steeds lastiger om zelf investeringen te doen. Leveranciers en onderaannemers willen steeds vaker een betaling vooraf. Uit de meldingen die binnenkomen bij het Meldpunt Kredietcrisis blijkt ook dat veel bedrijven vragen hebben over het ontslaan van werknemers. Joost Fijneman, hoofd Bouwend Nederland Advies ziet daarin een gevaar. “Zodra de markt weer aantrekt, zijn de handjes weer nodig. Wanneer bouwvakkers dan omgeschoold zijn en elders werk hebben, krijg je ze niet meer terug. Dan komen we dus handen tekort. Waar moeten we dan arbeidskrachten vandaan halen?” Om werknemers voor de sector te behouden, heeft Bouwend Nederland het plan ‘Bouw door, leer verder’ opgesteld.
over de verhoging van de AOW die 0,7%
Bouwend Nederland roept iedereen op om de hinder die ze ondervinden als gevolg van de kredietcrisis, te melden op www.meldpuntkredietcrisisbouw.nl.
eigen woningbezitters met deze maatregel te maken zullen krijgen. Er is veel ophef van BBP gaat opleveren. Maar let op, het besluit rond het eigen woningforfait moet 0,2% BBP opleveren en zal dus verstrekkende gevolgen hebben. De maatregel zal de huidige onrust op de woningmarkt alleen maar verder versterken, is slecht voor kwaliteitsontwikkeling van bestaande woningen en is ook slecht voor de trek in de pijp van de woningmarkt.
W ilt u reageren op deze column? Mail dan naar
[email protected]
Bouwend Nederland Podium | 6 | 2 april
3
Peter Noordanus, voorzitter Neprom:
‘Kabinet laat woningbouw 4
Bouwend Nederland Podium | 6 | 2 april
In t e r v i e w
De projectontwikkelaars krijgen harde klappen van de krediet- en economische crisis. Projecten zijn stilgelegd of worden bij gebrek aan belangstelling in de voorverkoop niet eens gestart. Dat geldt evenzeer voor de woning- als de utiliteitsbouw. Hoog tijd dat het vertrouwen terugkeert en investeringen gestimuleerd worden. “In het crisispakket van het kabinet vind ik daar weinig van terug”, aldus Peter Noordanus, voorzitter van de vereniging van projectontwikkelaars Neprom.
De kredietcrisis en de daaruit voortvloeiende economische recessie hakken er ook voor de vastgoedontwikkelaars behoorlijk in. Noordanus spreekt van een ‘kop-staartbotsing’. “We worden aan twee kanten geraakt. Aan de voorkant doordat de banken behoorlijk van de leg zijn. En dat zal nog wel even voortduren. Dat raakt zowel de afzetfase van projecten als de ontwikkelfase. En aan de achterkant stagneert de afzet op alle vastgoedmarkten doordat de afnemers het laten afweten. Zwaar weer voor ontwikkelingsbedrijven.” Hoewel de stagnatie in de uitvoerende bouw zich intussen ook laat voelen in de zin dat er weinig nieuwe projecten bijkomen, toch staan ze er volgens Noordanus nog net een beetje beter voor dan de ontwikkelaars. “Ook al zien ze de orderportefeuille slinken, er is voor de meeste bouwers voorlopig nog voldoende onderhanden werk. Door ontbrekende voorverkopen kunnen de ontwikkelaars niet met hun projecten starten. En waar projecten al in uitvoering zijn, laat zich een stagnerende markt voelen.”
het investeren te krijgen. Tweede vraag is of er met de gefragmenteerde eigendomsverhoudingen in de particuliere woningvoorraad op deze wijze wel voldoende tempo gemaakt kan worden. Maar goed: het is in ieder geval wel op de agenda gekomen.” Maar aan de andere kant heeft dit alles met het acute probleem van de stagnerende woningbouw weinig te maken: “Het is pijnlijk om te moeten constateren dat het vrijwel geheel ontbreekt aan concrete maatregelen om de productie in de nieuwbouw van koop – en huurwoningen weer op gang te brengen.”
Koopstaking
Toch twijfelt hij er niet aan dat het op termijn allemaal wel weer goed komt. “De fundamenten onder de Nederlandse woningmarkt zijn goed, dankzij het overheidsbeleid”, stelt hij ironisch. De Nederlandse woningmarkt wordt immers gekenmerkt door schaarste en de noodzakelijke doorstroming wil maar niet echt op gang komen. “Het komt dus wel goed, alleen is de vraag wanneer. Vroeger waren we het land van de 16 miljoen voetbalcoaches, nu zijn we het land van de 16 miljoen economische deskundigen. Iedereen heeft er wel een mening over. Maar neem van mij aan dat niemand in Nederland echt weet hoe lang deze crisis gaat duren. We zullen met die onzekerheid moeten leven. Ik ben van nature een optimist, maar dit is geen buitje dat weer voorbij trekt. We zullen hier in 2009 en 2010 volop mee bezig zijn. Het zal nog wel even duren voordat de markt weer functioneert op het prijsniveau van 2007. We zullen geen dramatische prijsval meemaken zoals in andere landen, maar het herstel zal op zich laten wachten.” Neprom en Bouwend Nederland trekken schouder aan schouder op om de gevolgen van de crisis zowel in de bouw als de vastgoedsector zo klein mogelijk te houden. Daarbij wordt ook een beroep gedaan op de overheid. “We moeten niet alle heil van de overheid verwachten”, aldus Noordanus. “Maar men moet zich in Den Haag wel blijven realiseren dat het om een uitzonderlijke situatie gaat. Investeringen in bouw en vastgoed zijn immers investeringen die direct resultaat voor de Nederlandse economie opleveren. Het multiplier-effect is drastisch groter dan allerlei andere maatregelen bij elkaar. De euro die je in bouw en vastgoed investeert, blijft voor het overgrote deel in Nederland en rolt hier ook nog eens behoorlijk door.”
“Vergeet niet: ontwikkelaars zien zich op de woningmarkt geconfronteerd met wat je bijna een koopstaking zou kunnen noemen”, aldus Noordanus. “De verkoopcijfers zijn ongekend laag, waardoor de bouw van nieuwe projecten niet kan starten. Daarmee komt de uitval van werkgelegenheid in de woningbouw als een raket op ons af.” Er lagen voorstellen op tafel om hier iets aan te doen. “Zo was er het plan voor een Investeringsfonds Woningbouw, publiekprivaat vorm te geven, met een programma van 15.000 woningen. Woningen die op de korte termijn gezamenlijk zijn te realiseren, gekoppeld aan de mogelijkheid om ze, als de verkoop even niet lukt, tijdelijk als huurwoning te exploiteren. Dat heeft het kabinet niet overgenomen. Er lag en ligt nog steeds de wens om aan de vertrouwenskant van de woningmarkt iets te doen via het ophogen van de bovengrens van de Nationale Hypotheek Garantie. Maar die verhoging is onder tafel verdwenen, puur vanwege een conflict dat al vijf, zes jaar speelt tussen de betrokken departementen en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Per saldo is dan ook geen andere conclusie mogelijk dan dat het kabinet die nieuwbouw totaal in de steek laat. Er is geen mechanisme of programma bedacht om de productie weer aan de praat te krijgen. En als je weet dat daar nu juist dat werkgelegenheidsverlies in de bouw zal gaan optreden, dan overheerst in ieder geval aan mijn kant de teleurstelling.” Temeer omdat de effecten groot zullen zijn. “We moeten hierdoor rekening houden met een nog forsere werkgelegenheidsuitval dan het Economisch Instituut Bouwnijverheid in zijn meest recente ramingen al voorspelde. Aan het begin van dit jaar stond de teller nog op het verlies van zo’n 30.000 arbeidsplaatsen. Sindsdien heeft het Centraal Planbureau zijn ramingen drastisch naar beneden bijgesteld. Het kan dus haast niet anders dan dat het tot een verdubbeling zal komen.” De woningmarkt blijft ondertussen verstopt. “De productie zal de komende tijd heus wel weer op gang komen, maar het tempo zal wel een stuk trager liggen. Ik voorzie enorm lage aantallen gerealiseerde woningen in 2009 en 2010, met als logisch gevolg dat vanaf medio 2009, in 2010 en 2011 de uitvoerende kant van de woningbouw behoorlijk tussen de deur komt.”
Slim beleid
Stimuleringsbeleid
Op provinciaal en gemeentelijk niveau is dat besef aanzienlijk sneller tot de overheid doorgedrongen dan op rijksniveau, constateert Noordanus. Terwijl het kabinet nog in het Catshuis aan het onderhandelen was, hadden de provincies en gemeenten allang besloten investeringsbeslissingen naar voren te halen en concrete maatregelen te nemen om de woningbouwproductie aan te jagen. “Noord-Brabant heeft concrete plannen voor de oprichting van een garantiefonds, waar woningen en grond kunnen worden ingebracht, die partijen vervolgens samen tot realisatie brengen. Gelderland werkt aan een fonds, waar kopers van een nieuwbouwwoning hun bestaande woning aan kunnen verkopen. De gemeente Rotterdam nam een prima initiatief om erfpacht in te zetten als financieringsmiddel om de bouwproductie aan de gang te houden. En dan komt het kabinet uiteindelijk maar zijn crisispakket, waar voor de woningbouw uitermate weinig perspectief is te vinden. Ik vind dat verbazingwekkend.” Aan de ene kant is het volgens Noordanus te prijzen dat minister Van der Laan van Wonen, Wijken en Integratie geld geclaimd en ook gekregen heeft om de verstedelijkingsoperatie aan de gang te houden. Positief is ook dat er in het pakket- en daar is ook hard voor gelobbyd door Bouwend Nederland - een extra inspanning is opgenomen op het gebied van energiebesparing. “Dat is ook prima, zij het dat men zich in de eerste plaats kan afvragen of een klein duwtje in de goede richting via zachte leningen voldoende is om particuliere woningeigenaren ook daadwerkelijk aan
De discussie begint daarom wat Noordanus betreft bij de vraag wat nu een logische maatvoering is voor het stimuleringsbeleid van overheden. “Het pakket van het kabinet is natuurlijk in omvang beperkt. Een flink deel van het budget wordt gevonden via herprioritering en het naar voren halen van bestaande budgetten. Ook moet voor een belangrijk deel van het pakket nog maar worden afgewacht of het ook tot reële uitgaven komt in 2009 en 2010. Er is dus politiek gekozen voor een pakket, dat ook ten opzichte van wat andere landen doen, uiterst bescheiden is. Wij blijven daarom ijveren voor een aanvullend pakket waarmee het op gang houden van de woningbouw daadwerkelijk mee geholpen is. Allereerst willen we minister Van der Laan vragen, met alle met begrip voor het feit dat hij ook niet kan toveren en onderdeel is van kabinetbrede besluitvorming, om te proberen het geld dat wel beschikbaar is zo gericht mogelijk in te zetten voor de stimulering van de bouwproductie in 2009 en 2010. Daarbij moet dus ook echt worden gedacht aan een andere inzet van de BLS en ISV-gelden dan tot op heden op basis van de huidige uitgangspunten is gebeurd. Gelukkig merken we dat daar aan de kant van de minister enig begrip voor is. We mogen toch hopen dat iedereen daarvan de urgentie inziet. Verder blijven we natuurlijk proberen om dat publiekprivate woningbouwfonds ingericht te krijgen. Het gekke is dat op provinciaal niveau een dergelijke aanpak wel op steun kan rekenen, en dat de landelijke overheid het juist op dit terrein laat afweten. Het is alleen maar te hopen dat het kabinet op dit punt snel tot inkeer komt.”
16 Miljoen deskundigen
Het is pijnlijk om te
constateren dat het ontbreekt aan maatregelen om de
nieuwbouwproductie op gang te brengen
in de steek’ Bouwend Nederland Podium | 6 | 2 april
5
Smaakmaker in het bestuur Wethouder Mary Fiers, Eindhoven:
‘Bewoners verleiden en ontzorgen’ De gemeente Eindhoven gaat als een van de eerste de uitdaging van Meer met Minder aan. De bewoners van een buurt in de wijk Kronehoef zullen verleid worden tot het investeren in energieverbetering van hun woning. Een pilot die zich uiteindelijk als een olievlek over de stad moet verspreiden. Een hoge ambitie, maar zegt wethouder Mary Fiers: “Ambitie alleen is niet genoeg. Het is nu zaak dat we van beleid naar daden gaan.”
Erica Derijcke van de Sector Openbare Ruimte, Verkeer en Milieu, legt uit voor welke aanpak is gekozen. “We ontwikkelen een ‘bespaarkaart’ van de buurt: een plattegrond waarop alle woningen de kleur van hun veronderstelde energielabel hebben. Dat label hebben we bepaald op grond van de gegevens die bij ons bekend zijn, zoals het bouwjaar en het woningtype. Die bespaarkaart presenteren we op een bewonersavond in april. Door middel van de energiebesparingsverkenner kunnen ze dan
zelf vaststellen of onze aanname klopt. En wat nog veel belangrijker is: ze kunnen ook vaststellen welke maatregelen ze nog kunnen treffen en welke kosten dat met zich meebrengt. Dat kan door middel van een individueel maatwerkadvies, dat de bewoners kunnen afnemen.”
Financiële prikkels Om het treffen van maatregelen aantrekkelijker te maken, is een aantal financiële prikkels beschikbaar. De provincie geeft 500 euro subsidie als een woningeigenaar twee besparende maatregelen, voorkomend op de lijst van de provincie, tegelijk treft. Daarnaast is er een stimuleringspremie van Meer met Minder van 300 euro voor maatregelen die de woning één energielabel beter maken en van 750 euro bij twee labels of met een B-label als eindresultaat. Ook de gemeente Eindhoven doet een duit in het zakje met de mogelijkheid van een energiebesparinglening tegen een lage rente. Daarnaast zijn er dan nog subsidieregelingen voor zonnepanelen en zonneboilers.
Van ambities naar daden
Wethouder Mary Fiers, Eindhoven
De gemeente wordt voor het proefproject ondersteund door de stichting Meer met Minder, SRE Milieudienst, SenterNovem en Bouwend Zuidoost Brabant Services. Die laatste zal de rol
Gespot
van ‘energieloket’ gaan vervullen door het geven van de maatwerkadviezen en in een later stadium de uitvoering van de maatregelen. Als 10% van de bewoners uiteindelijk besluit tot daadwerkelijke maatregelen, zijn de (bescheiden) doelstellingen van de pilot gehaald. “We realiseren ons dat het in de huidige economische situatie niet gemakkelijk is om mensen tot grote investeringen te verleiden”, aldus Derijcke. “Aan de andere kant”, zo voegt wethouder Fiers eraan toe “gaan we er wel van uit dat het een voorbeeldfunctie zal hebben. Als mensen daadwerkelijk kunnen besparen op hun energierekening, zullen ze dat zeker doorgeven aan anderen. In elk geval is ons streven om Eindhoven energieneutraal te hebben in de periode 2035-2045. Uit deze pilot kunnen we de succesvolle ingrediënten halen en die verder uitrollen over andere delen van de stad. Zaak is in elk geval om nu aan de slag te gaan en ambities om te zetten in daden.”
GPR Gebouw Bij het omzetten van ambities in daden moet wat wethouder Fiers betreft niet alleen energiebesparing in de woning nadruk krijgen, maar moeten àlle mogelijkheden op het gebied van verduurzaming worden bekeken. Daarom zal in andere projecten ook het instrument GPR Gebouw worden betrokken. “GPR
Erica Derijcke van de Sector Openbare Ruimte
Gebouw is een eenvoudig hulpmiddel om duurzaamheidskeuzes te maken, niet alleen op het gebied van energiebesparing, maar ook voor het watergebruik, het afval en dergelijke. Een bijkomend voordeel van dit instrument is dat je alle duurzaamheidsprestaties op dezelfde manier benoemt: geen aparte lijstjes meer voor het bepalen van bijvoorbeeld de mate van toegankelijkheid voor gehandicapten, energieprestatie en dergelijke. Een instrument dat uitdaagt om bepaalde doelstellingen te behalen, want het gaat uit van rapportcijfers. Een huis dat voldoet aan het Bouwbesluit scoort bijvoorbeeld een 5. Maar iedereen wil toch op z’n minst een 7 of meer halen. Dus ga je kijken waar verbeteringen aan te brengen zijn. Zo werken we aan integrale woningkwaliteit in Eindhoven.”
Stichting S@les in de bouw
In deze rubriek worden recent uitgekomen boeken, uitgaven en onlangs gelanceerde websites gesignaleerd die nadere aandacht verdienen.
Op 25 maart is de stichting S@les in de Bouw officieel opgericht. De stichting heeft als doel het verbeteren van de processen tussen bedrijven die werkzaam zijn in, leveren
Verzonnen verleden Met het fotoboek ‘Verzonnen verleden’ brengt fotograaf Korrie Besems nieuwe stedelijke landschappen in beeld, die bepaald worden door architectuur met een duidelijke knipoog naar het verleden. Het grote publiek, en daardoor ook de projectontwikkelaars, omarmen massaal dit ‘neotraditionalisme’. De vele mooie afbeeldingen laten een dubbelzinnige houding van afschuw en bewondering door de fotografe zien. En inderdaad, al bladerend door het boek zie je voorbeelden van mooi opgezette nieuwbouw met een hint naar het verleden, maar ook nieuwbouw waarbij de ‘oude look’ heel geforceerd is verwerkt. Goede neotraditionalistische woningbouw wordt tegenwoordig vooral door Nederlandse architecten ontworpen. Reden dat er achter in het boek een aantal van hen aan het woord komt.
aan of afnemer zijn van de bouwbranche. Hierbij staat het gebruik van ICT-toepassingen in de communicatie over in- en verkooptransacties centraal. Met de oprichting van de stichting zorgt Bouwend Nederland dat de aanpak en de resultaten van het project S@les in de Bouw zijn geborgd. In 2003 is S@les in de Bouw gestart als initiatief van Bouwend Nederland afdeling Alkmaar en omgeving, Syntens en Wabeke Management & Advies. S@LES staat voor: Samenwerking tussen Aannemers Leveranciers en Softwarehuizen. Het doel van het project was om elektronische communicatie ook in de bouw gemeengoed te laten worden.
secretaris/penningmeester), Rob van Bekkum, (Bouwbedrijf Hertzinger), Jan Boeve (Bouwend Nederland), Jurgen Verstraeten (CRH-groep), Wim Voskamp (Mastermate), Wilgard Daris (Jongeneel), Frans van Meijel (Van Meijel Automatisering). Harrie Rosink zal namens Syntens het bestuur adviseren. Rien Wabeke heeft de dagelijkse leiding van de stichting.
Stichting S@les in de Bouw Het stichtingsbestuur bestaat uit de volgende leden: Arjan van Wingerden (BAM Infraconsult, voorzitter), Ton Borst (AC Borst Bouw,
Verzonnen verleden, Korrie Besems Tekst: Bernard Hulsman Uitgeverij Episode Publishers, Rotterdam ISBN 978-90-5973-103-5
6
Bouwend Nederland Podium | 6 | 2 april
ijk voor meer informatie op K www.salesindebouw.nl.
En wat vonden de websitebezoekers? De stelling ‘Opdrachtgevers leggen veel te veel verantwoordelijkheid bij bouwbedrijven neer’ zorgde voor veel reacties op onze website.
In s t e l l i ng Wat vinden partijen in en om de bouw en infra van actuele ontwikkelingen? Iedere twee weken legt Bouwend Nederland Podium een stelling voor aan betrokkenen.
‘Opdrachtgevers leggen te veel risico’s neer bij het bouwbedrijf’
De uitslag van de stelling ‘Opdrachtgevers leggen veel te veel verantwoordelijkheid bij bouwbedrijven neer’ op de website is: oneens
36% oneens
64% eens
Joop van Duren, docenteensfacility management aan de Hogeschool Zuyd, is het met de stelling eens. Hij mailde de redactie: “Opdrachtgevers besteden nog overwegend traditioneel aan. Dat betekent dat de aannemer alleen nog maar kan afprijzen en binnen budget en planning moet realiseren wat anderen bedacht hebben. De aannemer heeft zo geen ruimte recente ervaringen en innovaties in te brengen.”
De heer Oostrum van Bouwonderneming Van Oostrum en Van Laar BV mailde ons: “Wij zijn een volwassen bedrijfstak. Capabel genoeg om verantwoordelijkheden te dragen. Verantwoordelijkheid dragen, zorgt bovendien mede voor het hebben van de regie.” Op de website van Bouwend Nederland staat inmiddels de volgende stelling, die in Podium 6 behandeld zal worden. De volgende stelling luidt: ‘Het verminderen van regeldruk kan het beste op lokaal niveau beginnen’.
‘Wij zijn Sinterklaas niet’ Hedzer van Houten,
Hedzer van Houten, directeur Woonconcept: “Ik zou eerder zeggen: het bouwbedrijf probeert te veel verantwoordelijkheid bij bijvoorbeeld corporaties te leggen. Ik heb het dan over de verantwoordelijkheid om de woningbouw aan de gang te houden. In de huidige stagnerende markt zie ik projectontwikkelaars en bouwers komen en gaan. Ze leggen weinig creativiteit aan de dag om projecten die ze niet van de grond krijgen, op een andere manier te gaan ontwikkelen. Helaas is de Tweede Kamer zo onverstandig en onwetend geweest om te zeggen dat die projecten dan maar op het bordje van de corporaties gelegd moeten worden. Maar wij zijn Sinterklaas niet! Een project met woningen van 200.000 euro en meer is geen project dat voor een corporatie onder het kopje ‘verantwoord ondernemen’ past. Zeker niet in deze regio. Daarom: ga over tot herontwikkeling in een goedkoper segment. Inderdaad, dat kost extra geld. Voor woningen die waarschijnlijk minder opleveren dan je gedacht had. Maar daarbij vind je dan wel de corporaties aan je zijde en het stimuleert de werkgelegenheid in de bouwsector”
directeur
Wilt u reageren? Ga dan snel naar www.bouwendnederland.nl
Budget energiebesparing schiet tekort Twee keer 160 miljoen wordt er door het kabinet uitgetrokken voor het verbeteren van de energieprestatie van de bestaande woningvoorraad. Te weinig, constateert directeur Chris Bruijnes van het programma Meer Met Minder.
Nadat premier Balkenende in de Tweede Kamer de maatregelen ter bestrijding van de economische recessie bekend had gemaakt stuurde het ministerie van VROM ronkende persberichten de wereld in. Het kabinet zet volgens het ministerie een reuzenstap in de richting naar een duurzame economie, aldus het ministerie, en trekt daar ruim twee miljard euro voor uit. Het heeft geresulteerd in ‘het meest groene plan uit de Nederlandse geschiedenis’, aldus minister Cramer. Minister Van der Laan van WWI op zijn beurt rept van een prachtige vierslag, die gemaakt kan worden dankzij het feit dat duurzaam bouwen het hart vormt van het groene crisispakket: “behoud van banen in de bouw, energiebesparing van woningen en het op gang houden van de woningbouw en wijkenaanpak.” “Vooropgesteld: we moeten onze zegeningen tellen”, reageert directeur Bruijnes van Meer Met Minder. In dit programma werken overheid en bedrijfsleven samen aan het stimuleren van energiebesparing in de bestaande woningvoorraad. “Het is alleen maar goed dat het kabinet aandacht heeft voor dit onderwerp. Maar ik ben desondanks bang dat het bod van het kabinet voor de bestaande woningvoorraad te laag is.”
Flinke impuls De gezamenlijke doelstelling van overheid en markt is dat aan het einde van 2011 500.000 bestaande woningen 30 procent energiezuiniger zijn gemaakt. Bruijnes: “De algemene vuistregel is dat de overheid hiervoor ongeveer 1000 euro per woning moet uittrekken. Dan hebben we het dus over een bedrag van 500 miljoen euro. De 320 miljoen euro die er nu voor wordt gereserveerd is dus te weinig. Nog los van de vraag hoe de budgetten nu precies worden aangewend.” Om de operatie in de bestaande voorraad te laten slagen is het volgens Bruijnes noodzakelijk dat particuliere woningeigenaren in de verleiding komen om hun woning ingrijpend te verbeteren. “Dat bereik je alleen als je daar ook echt een flinke impuls aan geeft. Mij is onduidelijk welke mechanismen VROM voor ogen heeft om dat te bereiken.” Weliswaar wordt nagedacht over de inrichting van een Garantiefonds, waarmee banken de gelegenheid krijgen om aantrekkelijke financier-
Paul Depla, wethouder Ruimte en Bouwen, Sport, Werk en Inkomen, gemeente Nijmegen: Als gemeente leggen we geen risico’s neer bij bouwbedrijven. We maken aan de voorkant afspraken over de risicoverdeling. Daar zijn de bouwbedrijven zelf bij. Het werken met innovatieve contracten doen we niet voor niets: we zijn op zoek naar specifieke marktkennis die we als gemeente niet in huis hebben. Het doel is niet om risico’s over de schutting te gooien, maar om de markt uit te dagen om met vernieuwende oplossingen te komen. Daar heeft iedereen baat bij. Overigens kan ik me goed voorstellen dat het huidige economische tij deze stelling oproept. Alle ondernemers proberen de risico’s tot een minimum te beperken. Puur vanuit bedrijfseconomisch perspectief is dat ook heel begrijpelijk. De vraag is echter of het correct is om de bal dan maar bij de opdrachtgever neer te leggen. Ik vind van niet. Gedeelde belangen betekent gedeelde risico’s. Daar verandert de stand van de economie niets aan. En natuurlijk kijken we nu als gemeente naar mogelijkheden om de bouw op gang te houden. Het overnemen van risico’s is er daar één van. Maar het kan niet zo zijn dat de gemeente alle verantwoordelijkheid op zich neemt, omdat de financiële cijfers van bouwbedrijven even minder rooskleurig zijn.
Woonconcept
‘Prijscompetitie leidt niet tot kennisopbouw’
‘Beperken bedrijfsrisico’s is begrijpelijk’ Paul Depla, wethouder Nijmegen
Hennes de Ridder: Opdrachtgevers specificeren tot in detail wat ze willen hebben. Het maakt geen verschil of dat nu technisch specificaties zijn of functionele specificaties. De inschrijvende bouwbedrijven moeten dus altijd een uniek maatwerk - dat zij zelf niet zouden hebben verzonnen - maken tegen de laagst mogelijke prijs. Zij lopen daarmee twee grote risico’s. Het eerste is dat zij eerst ten behoeve van de aanbieding een dure tender moeten maken met een behoorlijke kans dat ze het werk niet krijgen. Het blijft immers in hoofdzaak een prijscompetitie. Ook bij een Economisch Meest Voordelige Inschrijving gaat het om het schrijven van unieke plannen voor het unieke project. Dit is een enorm risico omdat er met de eenmalige tender voor een uniek bouwwerk geen blijvende kennis wordt opgebouwd. Het tweede is dat zij een specifiek bouwwerk voor de eerste keer moeten maken tegen een prijs die in de korte tenderperiode is vastgesteld en waarbij ongetwijfeld enkele zaken over het hoofd zijn gezien. Dit geeft ook een enorm risico.
Dirk Ursem, Ursem Bouwgroep B.V. te Wognum: “Op zich is dat geen punt. Het nemen van processen TU Delft verantwoordelijkheid en het dragen van risico’s hoort nu eenmaal bij het ondernemerschap. Dat willen wij ook graag zo houden. In toenemende mate blijkt dit echter eenzijdig bij de aannemende partij te worden opgelegd. Volledige en onverkorte toepassing van de UAV is uit den boze. Juist in het algemene deel van de bestekken zien we deze tendens toenemen, vaak onduidelijk omschreven en met torenhoge boeteclausules. Daar zou tenminste een bonusregeling tegenover moeten staan! Uiteindelijk worden de bestekken hierdoor onduidelijker, zelfs voor juristen. Als we al in staat zouden zijn om verantwoordelijkheden en risico’s financieel binnen de begroting af te dekken, rekening houdend met de huidige wet- en regelgeving, dan vindt dit weinig gehoor bij de opdrachtgever. Men is nauwelijks bereid hiervoor te betalen. Met de bepaling van het budget zou hier meer rekening mee moeten worden gehouden. Wet- en regelgeving wordt ons immers door de overheid opgelegd, neem dan ook minimaal dát deel van de eigen verantwoordelijkheid door daar óók financiële ruimte tegenover te stellen.” Hennes de Ridder,
hoogleraar bouw-
ingsproducten in de markt te zetten. “Je kunt wel 50 miljoen euro reserveren voor een garantiefonds, maar je zult op zijn minst gelijktijdig afspraken moeten maken met de banken of zij met behulp van een garantiefonds ook daadwerkelijk over zullen gaan tot het lanceren van aantrekkelijk financiële producten, met een aantrekkelijke looptijd en een lage rente, van bijvoorbeeld twee procent.”
Te laag bod Het pakket om mensen zover te krijgen dat ze hun woning energiezuinig gaan maken bestaat volgens Bruijnes uit drie onderdelen. “Je moet de mensen informeren, je moet ze aantrekkelijke financieringsmogelijkheden bieden, en je moet als overheid een subsidie geven op de investeringskosten, van bijvoorbeeld 1000 of 1.500 euro per woning op de verbouwingskosten. Dan heb je een pakket dat interessant genoeg is om bouwers en installateurs mee op pad te sturen en mensen massaal aan het verbouwen te krijgen. Het is de vraag of het pakket zoals dat er nu ligt ook zo gaat werken. Ik ben eerlijk gezegd bang dat er te laag wordt geboden, en dat mensen daardoor gewoon op hun stoel blijven zitten. Wie echt iets wil bereiken zal met name in het begin flink in de buidel moeten tasten, om het vliegwiel aan het draaien te krijgen. En daar lijkt nu geen sprake van.”
‘Kies voor gezamenlijke risicodeling’
‘Financiële ruimte is beperkt’ Dirk Ursem, Ursem Bouwgroep B.V. te Wognum
mr. J.W.J. (Jan) Overtoom, regiomanager Bouwend Nederland: Bouwbedrijven zijn in principe bereid risico's van opdrachtgevers over te nemen, zolang ze uiteraard inschatbaar en beheersbaar zijn. Veel risico's zijn echter vooraf niet te bepalen. Soms wordt bijvoorbeeld aan een bedrijf gevraagd een inschatting te maken van de verontreiniging van grond onder een nog te slopen pand of de kwaliteit te beoordelen van de constructie van een pand dat niet te betreden is. Inschrijven met dergelijke grote onzekerheden leidt vaak tot problemen en onverwacht hoge kosten, met als gevolg geschillen tussen opdrachtgever en bouwer. Geschillen die op hun beurt weer extra kosten met zich meebrengen. Beter zou het zijn opdrachtgever en opdrachtnemer te laten kiezen voor een risicodeling, waarbij gezamenlijk naar een oplossing wordt gezocht. Beiden zijn dan verantwoordelijk voor onvoorziene gevolgen en hebben er dus alle belang bij voor de beste optie te kiezen. Getouwtrek, met de kans op geschillen, claims en hoge kosten, kan op die manier worden voorkomen.
Jan Overtoom, regiomanager Bouwend Nederland
Bouwend Nederland Podium | 6 | 2 april
7
v i j f a n t w o o r d e n va n . . . Gerda Verburg, minister Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit:
‘We willen allemaal een mooi Nederland’ Bouw en natuur staan niet lijnrecht tegenover elkaar. ‘Absoluut niet zelfs’, stelt Gerda Verburg, minister LNV. ‘Soms hebben groen en rood tegenovergestelde belangen, maar eigenlijk willen we allemaal hetzelfde; namelijk een mooi Nederland.’
Allereerst heeft Bouwend Nederland begrepen dat het ministerie goed nieuws heeft voor de leden van Bouwend Nederland? Verburg: “Ik wil op zeer korte termijn de Gedragscode ter bevordering van de biodiversiteit, die Bouwend Nederland en Neprom hebben opgesteld, als aanvulling op de Flora en Fauna wet goedkeuren. Binnenkort hoort u en de leden van Bouwend Nederland daar dus meer over. Het is een goede code, waardoor een heleboel vergunningen versneld verleend kunnen worden. Die code zou daarom in de praktijk wel eens meer impact kunnen hebben dan de adviezen van de commissie Elverding. In de gedragscode wordt het aanvragen van de vergunningen gemakkelijker, omdat er meer relevante informatie vroegtijdig wordt verzameld. Dat scheelt tijd, ergernis en kosten. Bovendien, doordat bouwvoornemens eerder aan natuur worden gekoppeld is er sprake van een win-win. Ook blijkt uit de code duidelijk dat Bouwend Nederland de natuur respecteert.” Hoe staat u tegenover bouwen in het Groene Hart? “Voluit bouwen in het Groene Hart is niet bespreekbaar wat mij betreft. In het Groene Hart horen landbouw en horen koeien. Bovendien willen we daar de blauw-groene ruggegraat
vormgeven. Ook is de bodem van het groene hart grotendeels absoluut niet geschikt om te bouwen. Vergeet daarbij niet dat je een ondergrond maar één keer succesvol van functie kan laten wisselen. Ook daarom moeten we zuinig zijn op het groen in het Groene Hart. In het Groene Hart hanteren we migratiesaldo 0 en dus zal het woningenvraagstuk van Randstad 2040 voornamelijk binnenstedelijk moeten worden opgelost.” In hoeverre verschilt het zogenaamde leefgebiedenbeleid van het soortenbeleid? “We zoeken in het kader van leefgebiedenbeleid naar gebieden waar planten of dierensoorten het beste tot hun recht komen. Dat wil zeggen dat het geen bescherming van individuele dieren meer is en dat de bescherming niet op elke locatie geldt. Wel wordt er per diersoort gekeken waar het leefgebied is en hoe de populatie daar is. Het kan dus zo zijn dat de aangetroffen dieren moeten worden overgebracht naar het aangewezen leefgebied. De leefgebiedenbenadering is een boeiende ontwikkeling, een combinatie van bouwen en natuur waarbij we zoeken naar mogelijkheden voor versoepeling. In de aanleg van de leefgebieden zie ik overigens een mooie uitdaging voor Bouwend Nederland. De leefgebieden moeten soms aangelegd worden en daar kunnen
de leden van Bouwend Nederland een bijdrage aan leveren. Als Bouwend Nederland zelf het initiatief neemt voor leefgebiedprojecten toont de sector maatschappelijke betrokkenheid.” Hoe staat het nu met de Gegevens Autoriteit Natuur? We moeten zorgen dat de mens en de natuur harmoniëren. Natuur is er ook voor ons, en ook voor onze beleving. Iedereen wil een mooi huis en goede wegen, maar wel met veel groen in de omgeving. Na de zomer zal de databank van de Gegevens Autoriteit Natuur online verschijnen, waar bedrijven en gemeenten vanaf 1 oktober een abonnement op kunnen nemen. In die databank staat per regio welke planten en dieren er in welke getale voorkomen. Wanneer bedrijven en gemeenten aan abonnement erop hebben, dan beschikken ze op elk moment over actuele informatie over de aanwezige natuur. Ik kan me voorstellen dat die informatie voor bouwbedrijven uitermate relevant zal zijn, omdat bouwbedrijven dan niet meer tijdens de bouw door een diersoort verrast zullen worden. Het abonnement op de databank wil ik niet verplichten, maar het voordeel van het gebruik is zo groot, dat ik verwacht dat veel bedrijven zich erop zullen abonneren.”
Verburg: Leefgebieden uitdaging voor Bouwend Nederland
Wat mag de bouwsector op korte termijn nog meer van LNV verwachten? “We zijn momenteel aan het kijken hoe we de boswet, de natuurbeschermingswet en de flora en faunawet kunnen koppelen en vereenvoudigen. Wanneer deze drie wetten samengevoegd zijn, blijven ze effectief, maar beoog ik de bijbehorende vergunningsverlening eenvoudiger te maken. Het ministerie is daarover al in gesprek met enkele partijen, maar we krijgen graag ook input van andere organisaties, waaronder Bouwend Nederland. Bij deze dus ook het nadrukkelijke verzoek voor andere organisaties om hierover met ons in gesprek te gaan.”
bouw in beeld Wonen, werken, reizen, recreëren; de bouw maakt het mogelijk. In Bouwend Nederland Podium lichten we telkens één van deze werken eruit.
Colofon foto’s: Harry Cock vermelden
Podium is een tweewekelijkse uitgave van Bouwend Nederland, de vereniging van bouw- en infrabedrijven. Met circa 5.000 bedrijven is Bouwend Nederland de grootste werkgeversorganisatie in de bouw. De totale bouwsector is in Nederland goed voor 6% van het bruto nationaal product en voor een omzet van 57 miljard euro. De sector biedt werk aan 500.000 mensen. Podium wordt in een oplage van 12.500 verspreid onder relaties van Bouwend Nederland en de lidbedrijven. Overname van artikelen uitsluitend in overleg met de redactie.
Hoofdredactie Anita van den Berg, Dé van de Riet
Redactie Ank Benko, Harm Dragt, Eric Harms, Theo Scholte Opdrachtgever: Gemeente Vlagtwedde Architect: De Zwarte Hond, Groningen Bouwbedrijf: Simon Benus Bouw BV, Stadskanaal
Fotografie Cor Aafjes, René van den Burg, Hans Kuiper
Productie Vormgeving, Den Haag media groep, Rijswijk Kon. BDU Grafisch Bedrijf, Barneveld
Basisschool De Vlinder in Ter Apel In opdracht van de gemeente Vlagtwedde heeft De Zwarte Hond het gebouw van Openbare Basisschool De Vlinder in Ter Apel ontworpen. De plattegrond van de school is gebaseerd op een klassieke school, dat wil zeggen met een centrale gang met aan weerszijden klaslokalen. De buitengevel van de school wordt gevormd door de context van het gebouw: het parklandschap. Zo plooit de entree naar binnen omdat daar twee grote berkenbomen staan. Dat zorgt dat elke ruimte in de school anders is. De kinderen worden onderwezen in ronde en ovale vertrekken in een rustig interieurbeeld. Het schoolplein van De Vlinder is overzichtelijk en open. Er zijn geen hekken of afgesloten ruimten, maar er is een begrenzing door een beukenhaag. Met dit plein wil de school ook zijn sociale functie vervullen als ontmoetingsplek voor de jeugd uit de omgeving. Het plein is niet alleen voor ouders en kinderen aantrekkelijk, ook buurtbewoners kunnen er gebruik van maken. De jury van de Scholenbouw Omgevingsprijs 2008 zegt in haar rapport: “Het is echt een schoolgebouw met een traditioneel concept, maar wel vanuit een heldere visie vormgegeven en mooi uitgewerkt. De ligging in het park, waarbij het gebouw aansluit op de prachtige omgeving levert een heel mooi beeld op. Om die reden geeft de jury De Vlinder graag de Omgevingsprijs.”
Redactieadres Bouwend Nederland Astrid van Mill Postbus 340 2700 AH Zoetermeer Zilverstraat 69 079 3 252 189 079 3 252 290
[email protected] www.bouwendnederland.nl
Kostenloos ontvangen? Stuur uw gegevens naar de redactie en u ontvangt Podium voortaan kostenloos elke twee weken. Mutaties/opzeggingen kunt u mailen naar
[email protected] Ideëen en verzoeken kunt u sturen naar
[email protected]
8
Bouwend Nederland Podium | 6 | 2 april