het groene lyceum
1
SCHOOLGIDS 2013-2014 Eelde Wij zijn groen...
Inhoudsopgave
2
1 Inleiding Welkom bij AOC Terra Eelde!
1. Inleiding
3
2. Pedagogisch klimaat
4
3. Leerlingbegeleiding
5
Dit is de schoolgids voor het schooljaar 2013-2014 van AOC Terra Eelde, één
4. Maatschappelijke stage
9
van de vestigingen van AOC Terra. Je kunt hierin lezen wat je op school kunt
5. Dagelijkse onderwijspraktijk
10
verwachten. We hebben geprobeerd alles zo overzichtelijk mogelijk weer te geven,
6. Schoolregels
11
zodat je de informatie die je zoekt gemakkelijk kunt vinden.
7. Algemene zaken
14
AOC Terra Eelde is een groene school en dat zul je in de lessen merken. Het grote
8. Faciliteiten en Financiën
15
verschil met andere scholen is dat de natuur een heel belangrijke plaats inneemt
VMBO-Groen
18
9. Onderwijskundige inrichting
18
10. Het leren
19
Het Groene Lyceum
22
op. Op onze school bieden wij het VMBO-Groen aan en het Groene Lyceum. Over
11. Onderwijskundige inrichting
22
beide richtingen vind je informatie in deze schoolgids.
op onze school. Bij AOC Terra ben je vaker buiten bezig en leer je meer over planten, dieren, voeding, natuur en milieu. Op AOC Terra is veel afwisseling tussen theorie- en praktijkvakken. Wanneer je geslaagd bent, kun je, wat betreft vervolgopleidingen en beroepen, alle kanten
AOC Terra heeft meerdere vestigingen in de provincies Drenthe, Friesland en Deze schoolgids staat als document op de portal van de school (portal.aocterra.nl). Op verzoek kunt u een gedrukt exemplaar ontvangen.
Groningen. De scholen zijn niet zo groot, daardoor kunnen wij je beter begeleiden op weg naar het diploma. Je hebt een goede keus gemaakt voor AOC Terra. Ik wens je een leuke en leerzame tijd toe op onze school.
Mevr. M.E. de Ruijter, directeur AOC Terra Eelde
3
2 Pedagogisch klimaat
3 Leerlingbegeleiding
Wij verzorgen ons onderwijs vanuit de volgende pedagogische uitgangspunten: de school wordt ervaren als leerzaam en leuk; we creëren een prettige omgeving in en buiten de klas; de leeromgeving is veilig en docenten zijn makkelijk toegankelijk; ervaringsleren is belangrijk: ‘van fouten leer je’; probleemgedrag proberen we te voorkomen; goed gedrag wordt beloond; in geval van ongeoorloofd gedrag: - altijd nagaan of er sprake is van een zorgvraag; - in de oplossing ligt een leereffect besloten; - sanctionering staat in redelijke verhouding tot ongeoorloofd gedrag.
3.1 Ringenmodel
3.2 Mentor
Er zijn bij ons op school veel mensen die je kunnen helpen met allerlei zaken. Ook zijn er instanties die begeleiding geven als dat nodig is. Hoe dat werkt, kunnen we het beste laten zien met het ringenmodel.
De mentor is de persoon aan wie je alles kunt vragen wat je wilt weten. Met jouw mentor heb je persoonlijk contact, hij/zij stimuleert je, ondersteunt je en kan je adviseren. Alle informatie die belangrijk is voor jou ontvang je van je mentor. Dit kan gaan over zaken als je gedrag, je werkhouding, maar ook over je cijfers of ziekte. De mentor is het aanspreekpunt voor zowel leerling als ouder(s)/verzorger(s).
3e lijn
aar vertrouwensart s bten m jeu ta g lich r e d i d e l e caa ege b n g mentor
psy ch ol
r
1e lijn
Dit ben jij
soon sper en uw
lee rlin
nde dienst Compa z eide lee gel rp be
4
2e lijn
choolarts ortho d N s i d act VN icu g s oo lper ver al he tro edi em kr a leer cht
org dz
Jij als leerling staat bij ons centraal. De mensen waarmee je dagelijks op school te maken hebt, vormen de eerste lijn. Je ziet ze geregeld en je kunt alles met ze bespreken. Een vraag of een probleem kun je met deze mensen oplossen. Ze kunnen je ook verwijzen naar iemand met speciale kennis. In de tweede lijn staan mensen van onze school die jou kunnen helpen met specifieke vragen of problemen. Als er in contact met de tweede lijn blijkt dat er meer hulp of advies gewenst is, kun je in contact worden gebracht met mensen of instanties van buiten de school, de derde lijn. Hieronder kun je lezen bij wie je waarvoor moet zijn.
3.3 Decaan Een belangrijke taak van de decaan is keuzebegeleiding en advisering over studie en beroep aan leerlingen en ouder(s)/verzorger(s). Je kunt bij de decaan terecht met vragen over je toekomstplannen en je mogelijkheden. De decaan beschikt over allerlei informatie over studie- en beroepskeuzes. Daarnaast is de decaan aanwezig op de voorlichtingsavonden voor ouder(s)/verzorger(s) en leerlingen. De decaan is de heer H. Suichies. Op donderdag is hij beschikbaar (ook telefonisch) voor alle vragen op het gebied van studie- en beroepskeuzes.
3.4 Contact- en vertrouwenspersoon Onze school heeft twee contactpersonen met wie je in vertrouwen kunt praten over bijvoorbeeld pesten, discriminatie of seksuele intimidatie. Je problemen vertellen, kan al een hele opluchting zijn. De contactpersonen op school zijn mevrouw I. Siebelt en de heer A. Kok. De (externe) vertrouwenspersoon voor onze school is de heer J. Wibbens.
5
3.5 Extra leerhulp
3.8 Schoolarts
Is het je allemaal iets te moeilijk of gaat het net even iets te snel? Dan is extra leerhulp mogelijk. Je kunt extra hulp krijgen in kleine groepen of alleen. De remedial teacher van de school is mevrouw A. Huigen-Schoonderwoerd. Daarnaast is er wekelijks een hulpuur, waar alle leerlingen gebruik van kunnen maken.
Het beleid van de school is erop gericht dat leerlingen die veel ziek zijn en dus achterstanden op school oplopen, worden uitgenodigd voor een bezoek aan de schoolarts. Ook ouder(s)/verzorger(s) en leerlingen kunnen een gesprek aanvragen met de schoolarts. Leerlingen kunnen naar de schoolarts omdat ze vragen hebben of zich zorgen maken over: lichamelijke klachten die met school of sport te maken hebben; problemen met anderen; sombere buien; seksualiteit; etc. Wat er met de schoolarts wordt besproken, hoeft niemand te weten. Onze schoolarts is de heer G. Helder en de assistente is mevrouw J. Noya.
3.6 Dyslexie
6
Voor alle nieuwe leerlingen (brugklassers en instromers in andere leerjaren) geldt dat er in de eerste maanden van het schooljaar wordt gekeken naar dyslexie. Leerlingen met een officiële verklaring krijgen een dyslexiekaart en stickers voor op schriftelijke onderzoeken en proefwerken. Verder wordt gekeken voor welke zaken deze leerlingen extra aandacht nodig hebben. Leerlingen waarvan het vermoeden bestaat dat er sprake is van dyslexie worden op school getest of zij in aanmerking komen voor een officiële dyslexietest. Hieruit kan dan een officiële verklaring voortkomen. Leerlingen waarbij geen sprake is van echte dyslexie, maar die algemeen taalzwak zijn, komen in aanmerking voor extra hulp. Met de leerling wordt afgesproken hoe die hulp eruit gaat zien.
3.7 Zorgadviesteam Bij ons op school is een zorgadviesteam aanwezig. Het zorgadviesteam adviseert mentoren en docenten bij het begeleiden van leerlingen. Het zorgadviesteam bestaat uit deskundigen van de school en deskundigen van buiten de school.
3.9 Meldcode huiselijk geweld e/o kindermishandeling Als wij op school een vermoeden hebben dat een leerling mogelijk slachtoffer is van huiselijk geweld en/of kindermishandeling, dan handelen wij zoals beschreven staat in de Meldcode huiselijk geweld en/of kindermishandeling. Deze meldcode staat op de portal.
3.10 Leerlinggebonden financiering Scholen voor voortgezet onderwijs kunnen onder bepaalde voorwaarden ook leerlingen plaatsen met een REC-indicatie (Regionaal Expertise Centrum). Dit zijn leerlingen die op een of andere manier extra steun nodig hebben, omdat zij visueel, communicatief, auditief, lichamelijk of verstandelijk gehandicapt zijn of omdat zij bepaalde gedragsstoornissen vertonen. Een Commissie voor Indicatie (CvI) bepaalt of leerlingen in aanmerking komen voor een indicatie. De ouders/verzorgers hebben dan de keus om hun kind aan te melden bij het speciaal onderwijs of bij een reguliere school met leerlinggebonden financiering. Dit houdt in dat er extra financiëIe middelen worden uitgekeerd aan de school. Deze middelen zet de school in voor optimale begeleiding van de leerling: de zogenaamde rugzak. Op basis daarvan kunnen de ouders/ verzorgers een verzoek bij de directie indienen om hun kind op AOC Terra te plaatsen. Ook vooraf aan de indicatiestelling door een CvI kunnen ouders/ verzorgers al contact met de schooI leggen. Onder bepaalde voorwaarden kan een leerling met indicatie geplaatst worden binnen het regulier voortgezet onderwijs. In het zorgplan is deze procedure uitgebreid omschreven. De Permanente Commissie Leerlingenzorg van AOC Terra neemt de beslissing of een leerling plaatsbaar is.
3.11 Rebound/Pitstop Voor sommige leerlingen kan op school een situatie ontstaan waardoor het beter is voor een bepaalde periode op een andere school naar school te gaan. Voor deze leerlingen bestaat de mogelijkheid om korte tijd (ongeveer 3 maanden) in de Rebound te worden opgevangen. Het doel is hierbij: observatie en training van adequaat gedrag. De leerling keert meestal na de Reboundperiode weer (gefaseerd) terug naar school. In enkele gevallen kan een leerling niet terug naar de school van herkomst. In Rebound wordt dan een schakeling voorbereid. Uitval van de leerlingen kan hiermee voorkomen worden. Onze school heeft een samenwerkingsovereenkomst met Pitstop, de Reboundvoorziening van onze collega-school AOC Terra Assen. Leerlingen die voor een Reboundplaatsing in aanmerking komen gaan naar Assen.
3.12 Sociale vaardigheden en faalangsttraining Als het omgaan met anderen je niet altijd even goed af gaat en je wilt hier graag iets aan doen, dan kun je in leerjaar 1 de cursus ‘Mag ik meedoen?’ volgen. In de cursus oefen je in de omgang met anderen. Ook is de mogelijkheid aanwezig om in je examenjaar faalangst-training te volgen. Je werkt dan in een groep aan het verminderen van je stress en je kunt hier ook individueel begeleiding bij krijgen.
7
4 Maatschappelijke stage 3.13 Pestprotocol Onze school vormt een veilige en uitdagende leef-, werk-, en leerplaats voor de leerlingen. Hierin is geen plaats voor pesten. Wij als school verbinden ons daarom het volgende te doen: aanpak via en werken volgens de ‘vijfsporenaanpak’; gerichte voorlichting aan ouder(s)/verzorger(s); het helder maken en houden van een communicatielijn voor klachten over pesten via de mentor en de teamleider; het beschikbaar hebben van, voor iedere aan de school verbonden persoon, toegankelijke goede informatie over het probleem van pesten.
8
Aandachtspunten bij bestrijding van pesten Iedereen voelt aan wat pesten is. Toch is het handig om een omschrijving bij de hand te hebben om duidelijk te maken waarom er sprake is van pesten. Pesten is iets anders dan plagen. Plagen doe je om de beurt. Als je de ene keer wordt geplaagd, kun je een andere keer terugplagen. Plagen is soms heel vervelend, maar je voelt je nooit bedreigd. Plagen doe je voor de lol. Je kunt het later goedmaken en er samen om lachen.
Pesten is gemeen. De pestkop is altijd sterker, heeft een grote mond en durft meer. Hij of zij pest altijd dezelfde. Degene die gepest wordt verliest altijd, voelt zich machteloos, wordt banger en banger en wil op het laatst niet meer naar school. Pesten eindigt nooit vanzelf. Groepsleden zijn zelden in staat het pesten zelf te stoppen. Daarom is het de verantwoordelijkheid van ouder(s)/verzorger(s) en school om het pesten te stoppen en hulp te bieden aan de individuele groepsleden. Wij pakken pesten op vijf manieren aan: hulp aan het slachtoffer; het begeleiden van de pester; benadering van de klas; benadering van de ouder(s)/verzorger(s); benadering van de betrokken docenten/ medewerkers. De mentor pakt het probleem in eerste instantie aan. Daarna eventueel in samenwerking met de contact- of vertrouwenspersoon en/of de teamleider.
Maatschappelijke stage houdt in dat jongeren in het voortgezet onderwijs minimaal 30 uur vrijwilligerswerk doen als onderdeel van hun schoolcarrière. Op deze manier leren ze hun directe
omgeving op een andere manier kennen en leveren ze een actieve bijdrage aan de samenleving. Sinds het schooljaar 2011-2012 is maatschappelijke stage wettelijk verplicht.
9
5 Dagelijkse onderwijspraktijk
6 Schoolregels
5.1 Inzetbaarheid lestijd
6.1 Algemene omgangsregels
De lestijden vallen tussen 08.35 en 15.30 uur. Aan een eenmaal uitgereikt lesrooster kunnen geen rechten voor de rest van het schooljaar worden ontleend; om diverse redenen kunnen lesroosters ook tijdens het schooljaar wijzigen. Het is verstandig om met de planning van overige activiteiten rekening te houden met een dagelijkse eindtijd van 15.30 uur.
5.2 Onderwijstijd
10
De overheid heeft de onderwijstijd per leerjaar vastgesteld, waarbij verschil zit tussen de leerjaren. Voor onderwijstijd is het als volgt: Leerjaar 1 en 2 gaan 1000 klokuren per leerjaar naar school Leerjaar 3 gaat 1000 klokuren per leerjaar naar school Leerjaar 4 gaat 700 klokuren naar school De nieuwe wet die met ingang van schooljaar 2013-2014 van kracht is geeft 1040 uur in de onderbouw aan. Er is echter nog onvoldoende duidelijkheid omtrent de implementatie van de wet en in het bijzonder de urennorm. Ook de brancheorganisatie VO raad adviseert haar leden om voor het komend jaar 1000 uur als norm voor de onderbouw te hanteren. De lessen horen natuurlijk bij onderwijstijd. Daarnaast vallen verschillende activiteiten onder dit begrip: projecten, werkweken, schoolkampen, excursies, stages, sportdagen etc. Kortom: bezigheden door docenten georganiseerd en activiteiten waarbij leerlingen door docenten worden begeleid. Een schooljaar telt gemiddeld 39 lesweken, dit varieert met een week meer of minder door de vakantiespreiding. We houden in onze planning rekening met lesuitval in verband met Koningsdag, Tweede Paasdag, Tweede
Pinksterdag en Hemelvaart en ongeveer vijf dagen in verband met open dagen, scholingen en vergaderingen. Het spreekt vanzelf dat we ons inspannen om lesuitval zoveel mogelijk te beperken door bijvoorbeeld bij ziekte van docenten vervanging te regelen. Om een goede spreiding over het schooljaar mogelijk te maken, starten we direct na de zomervakantie met het onderwijsprogramma en gaan zo lang mogelijk tot de zomervakantie door.
5.3 Rooster/lesuitval We kunnen dus lesuitval niet in alle gevallen vermijden. Let daarom goed op het rooster en de roosterwijzigingen. Zowel het rooster als ook de roosterwijzigingen worden vermeld op Magister. Tussenuren komen een enkele keer voor. Je kunt dan in de kantine zitten of naar buiten gaan. Je mag het schoolplein niet verlaten.
Overal waar mensen samenwerken, moeten er regels zijn om alles goed te laten verlopen. Het is in het belang van iedereen dat er op school een goede sfeer is, dat de lessen goed tot hun recht komen en dat iedereen rekening houdt met elkaar. Personeel en leerlingen dienen zich dan ook correct te gedragen en zij behoren niets te doen waar een ander nadeel van kan ondervinden en wat de normale voortgang van het onderwijs zou kunnen verstoren. Respect voor elkaar speelt hierbij een belangrijke rol. Dit betekent dat de volgende omgangsregels als vanzelfsprekend worden beschouwd: We gaan met iedereen op een gelijkwaardige manier om; We zorgen er samen voor dat iedereen zich op school veilig voelt en mee kan doen. Tip: Als jij je niet prettig voelt (op school) of je weet dat van een ander, dan kun je daarmee altijd bij je mentor terecht
6.2 Roken Onze school is een rookvrije school. Dit betekent dat er op het schoolterrein niet mag worden gerookt.
6.3 Alcohol en drugs Het is verboden om alcohol of drugs bij je te hebben of te verhandelen. Vanzelfsprekend mag niemand onder invloed zijn van alcohol en drugs. Dit geldt ook tijdens schoolreizen, excursies of andere buitenschoolse activiteiten. Op klassenavonden en schoolfeesten wordt geen alcohol geschonken. Het bij je dragen van (steek) wapens is verboden.
6.4 Verdere huisregels van de school In de les Je wacht voor het lokaal tot de docent een seintje geeft om naar binnen te gaan. Het is niet toegestaan, zonder toestemming van de docent, in de lokalen een mobiele telefoon of MP3-speler aan te hebben. In de pauze Tijdens de pauzes kun je in de kantine blijven of naar buiten gaan (niet van het plein af). Je hebt de mogelijkheid tijdens de pauzes etenswaren en versnaperingen te kopen. Buiten de pauzes om wordt niet verkocht in de kantine. In en om het gebouw Fietsen en brommers mogen alleen in de fietsenstalling staan. De school is niet aansprakelijk voor diefstal en/of beschadigingen. Op het plein en rond de school mag je niet fietsen en brommen. Op het terrein om de school staan prullenbakken. Hier moet je je afval in gooien. Boven alles geldt voor ons de grondwet van de school: Fysiek geweld naar medewerkers van onze school wordt niet geduld. Mondelinge en/of schriftelijke bedreigingen naar medewerkers van onze school zijn ontoelaatbaar.
11
12
6.5 Schoolverzuim
6.6 Laatkomers
Als je ziek bent, is het belangrijk dat je ouder(s)/ verzorger(s) dit ‘s morgens tussen 8.00 en 8.30 uur melden aan de school. Als je tussendoor ziek naar huis gaat, mag dat alleen met toestemming van mevrouw Van Bergen of de heer Van Dalen. Wel verwachten we een telefoontje van je ouder(s)/verzorger(s), zodat we zeker weten dat je veilig bent thuisgekomen. We controleren iedere dag op meerdere momenten of leerlingen afwezig zijn. Ben je afwezig en is het ons niet bekend waarom, dan wordt er naar je huis gebeld om te horen waarom je niet op school aanwezig bent. Wanneer je vanwege bijzondere omstandigheden vrij moet hebben, kunnen je ouder(s)/verzorger(s) dit vooraf schriftelijk, minstens 8 weken van te voren, aanvragen bij de teamleider. Onrechtmatig schoolverzuim is strafbaar. Dit wordt door de school doorgegeven aan de leerplichtambtenaar, de school is hiertoe ook verplicht.
Als je te laat op school of tussentijds te laat in de les komt, moet je je eerst melden bij mevrouw Van Bergen of de heer Van Dalen. Je geeft de reden op en daarna krijg je een toegangsbewijs (briefje) voor de les. Als je drie keer zonder geldige reden te laat komt, moet je de verloren tijd inhalen. Na zes keer te laat word je uitgenodigd voor een gesprek met de leerplichtambtenaar, na negen keer moet je op het gemeentehuis verschijnen bij de leerplichtambtenaar.
6.7 Uitstuurformulier Als je uit de les gestuurd wordt, haal je een uitstuurformulier bij de heer Van Dalen of mevrouw Van Bergen. Het uitstuurformulier vul je in en aan het eind van het lesuur ga je terug naar de docent om afspraken te maken over de afhandeling. Tijdens dat lesuur krijg je opdrachten of werk te doen. Wanneer een leerling uit de klas is gestuurd dan krijgen de ouder(s)/verzorger(s) hiervan schriftelijk bericht. Na drie keer uitsturen worden de ouder(s)/verzorger(s) op school uitgenodigd voor een gesprek.
6.8 Corvee Na de morgen- en de middagpauze wordt de kantine opgeruimd door leerlingen. De corvee-lijst staat op het informatiescherm.
6.9 Afspraken bij gymnastiek Kleding: T-shirt en korte turn- of trainingsbroek of zwemkleding. Vanaf de meivakantie tot de herfstvakantie gaan we in principe naar buiten, dus zorg bij koud weer voor warme kleren. Om hygiënische redenen is het verstandig om te zorgen voor schoon ondergoed/sokken e.d. zodat je na het douchen schoon ondergoed aan kunt trekken. Douchen is verplicht. Zorg voor goede sportschoenen, zowel binnen als buiten. Na de gymles is douchen verplicht, neem dus een handdoek mee. Als je om een of andere reden (bijvoorbeeld blessure) niet mee kunt doen, neem je een briefje van je ouder(s)/verzorger(s) mee.
6.10 Schoolexcursies Er worden tijdens de leerjaren verschillende reizen/ excursies georganiseerd*: VMBO-Groen: Leerjaar 1 Introductiedag Excursie Borger Excursie Dierentuin Leerjaar 2 Schoolreis Walibi Leerjaar 3 Introductie Waddenkamp Leerjaar 4 Ponykamp Survival Ardennen Londen Thuisblijvers
€ 10,00 € 70,00 € 35,00 € 45,00 € 125,00 € 165,00 € 300,00 € 325,00 € 75,00
Het Groene Lyceum: Leerjaar 1 Introductiedag Excursie Borger Excursie Dierentuin Leerjaar 2 Schoolreis Walibi Leerjaar 3 Werkweek
€ 10,00 € 70,00 € 35,00 € 45,00 € 200,00
* Bestemming en exacte kosten worden nog nader bekend gemaakt. Definitieve opgaven en facturering volgen in de loop van het schooljaar.
13
7 Algemene zaken
8 Faciliteiten en Financiën
7.1 Identificatieplicht
8.1 Gratis schoolboeken
8.2 Vrijwillige Ouderbijdrage
De leerlingen krijgen de schoolboeken gratis. Het gaat hierbij om de leerboeken en werkboeken. Ook lesmateriaal dat door de school zelf is ontwikkeld, valt hieronder. Verder kunnen dit licentiekosten van digitaal leermateriaal, cd’s en dvd’s zijn. De boeken worden in bruikleen gegeven en moeten aan het einde van het schooljaar weer worden ingeleverd. Op de boekenlijsten staat aangegeven welke boeken weer ingeleverd moeten worden. Daar waar op de boekenlijst sprake is van eigendom worden de boeken aan het einde van het schooljaar in eigendom overgedragen. Werkboeken die in meerdere leerjaren worden gebruikt, moeten door de leerling zelf worden bewaard. Deze worden in het volgende leerjaar niet opnieuw gratis verstrekt. Buiten de regeling van gratis schoolboeken vallen de atlas, woordenboeken, agenda, laptop, rekenmachine, sportkleding, gereedschap, schriften, multomappen, pennen, etc. De school verstrekt de boeken voor alle leerjaren via Iddink Voortgezet Onderwijs BV in Ede. De bestelling wordt door de ouder(s)/verzorger(s) rechtstreeks, via internet (www.iddink.nl) gedaan. Er wordt voor het gebruik van de boeken geen borg gevraagd. In plaats daarvan wordt u gevraagd akkoord te gaan met de inhoud van de ‘bruikleenverklaring gratis schoolboeken’. Deze bruikleenverklaring staat op de website van Iddink en komt u tegen bij het bestellen van de boeken. Wanneer u deze vraag met ‘ja’ beantwoordt,kunt u verder met het afronden van de bestelling. Het bestellen dient zo snel mogelijk te worden gedaan, uiterlijk in de eerste week van de zomervakantie. Iddink Voortgezet Onderwijs BV zorgt zelf voor alle noodzakelijke informatie naar de ouder(s)/ verzorger(s).
Niet alle schoolzaken worden door de overheid bekostigd. De vergoeding die de school van het Rijk ontvangt, schiet steeds meer te kort. Ieder jaar moet worden bekeken hoe de gelden goed besteed kunnen worden, zonder dat het aanbod aan de leerlingen wordt beperkt. Daarom vraagt AOC Terra van jouw ouder(s)/verzorger(s)/ verzorgers een vrijwillige bijdrage, afhankelijk van de te volgen opleiding. Voor de school is de bijdrage ontzettend belangrijk.
Volgens de koppelingswet zijn alle leerlingen die zich bij AOC Terra inschrijven, verplicht een kopie van een geldig legitimatiebewijs c.q. verblijfsdocument in te leveren.
7.2 S pecifieke vaardigheden docenten en ondersteunend personeel
14
Als de lessen alleen gevolgd kunnen worden wanneer de docenten bekwaam zijn in geba-rentaal, dan kunnen wij daar niet aan voldoen. Wij adviseren een school voor voortgezet onderwijs waar mogelijk voorzien kan worden in gebarentaal. Dit geldt ook voor specifieke bekwaamheden voor docenten in de begeleiding van leerlingen met een visuele handicap. Het kan zijn dat de leerling specifieke verpleegkundige hulp nodig heeft. Wij zijn tot de conclusie gekomen dat wij deze hulp niet kunnen bieden. Wij adviseren de ouder(s)/verzorger(s) de leerling aan te melden bij een school die deze hulp wel kan bieden. Als school willen we eraan werken zoveel mogelijk leerlingen met een handicap bij ons onderwijs te laten volgen en daarbij de nodige ondersteuning te geven. Onze beperkingen hebben we hiervoor aangege-ven en we zullen iedere individuele aanvraag goed onderbouwd beantwoorden. We hopen en verwachten dat onze mogelijkheden de komende jaren verruimd worden en dat we meer leerlingen met een handicap een plaats kunnen bieden in onze school.
7.3 Klachtenbehandeling Klachten worden in principe aangekaart bij en besproken met degene die het betreft. Binnen de school is ruimte voor een gesprek. De docent, mentor, contactpersoon of een ander cen-trale persoon binnen de school is het eerste aanspreekpunt bij problemen of vragen. Ook de directeur van de school en de (externe) vertrouwenspersoon
kunnen een rol spelen bij het zoeken naar een oplossing. Pas als blijkt dat een oplossing op deze manier niet mogelijk is, kan worden overgegaan tot het indienen van een formele klacht. Men kan de klacht dan voorleggen aan de voorzitter van het College van Bestuur. Afhankelijk van de aard van de klacht kan deze ook gedeponeerd worden bij de Landelijke Klachtencommissie, waarbij AOC Terra is aangesloten. De LKC onderzoekt de klacht en beoordeelt of deze gegrond is. De LKC brengt advies uit aan het schoolbestuur en kan aan haar advies aanbevelingen verbinden. De klachtenregeling heeft tot doel om serieuze klachten van alle betrokkenen binnen de school een plaats te geven en om op een opbouwende manier te komen tot een oplossing voor allerlei soorten moeilijke situaties.
Landelijke Klachtencommissie Onderwijs Postbus 85191, 3508 AD Utrecht T (030) 280 95 90
[email protected] www.onderwijsgeschillen.nl
7.4 Leerlingenstatuut Op de portal kun je het leerlingenstatuut van AOC Terra opvragen en bekijken. Hierin staan de rechten en plichten voor alle leerlingen van AOC Terra.
7.5 Video-opnames/foto’s Af en toe worden er binnen onze school videoopnames of foto’s gemaakt van leerlingen voor studieobjecten, open dagen, sportdagen etc. Wij gaan ervan uit dat ouder(s)/verzorger(s) geen bezwaar hebben tegen het gebruik van deze opnames voor de school onder andere voor plaatsing op de website en de portal van AOC Terra VMBO-Groen of het Groene Lyceum, plaatsing in de schoolgids en dergelijke. Mocht u hier wel bezwaar tegen hebben, dan kunt u contact opnemen met de directeur.
AOC Terra heeft de ‘Gedragscode schoolkosten voortgezet onderwijs 2009’ van de VO-Raad ondertekend. Daarmee geeft AOC Terra aan dat ze zich zal houden aan de regels van deze gedragscode. De gedragscode behelst het navolgende: Schoolkosten mogen geen belemmering vormen voor het volgen van onderwijs, school spant zich in de kosten zo laag mogelijk te houden; school bespreekt voorafgaand hoogte, besteding en ontwikkeling totale schoolkosten met oudergeleding OuR; in overleg met oudergeleding OuR wordt voorafgaand een begroting opgesteld; school informeert ouder(s)/verzorger(s) tijdig over schoolkosten en splitst de kosten uit naar leerjaar, opleiding en bestemming; school stuurt een rekening met duidelijke specificatie; school verstrekt bij de rekening een toelichting op de besteding; school legt achteraf verantwoording af over de feitelijke besteding en school verrekent indien kosten aanzienlijk lager zijn dan de bijdrage dit met de betreffende ouder(s)/verzorger(s).
15
AOC Terra vraagt een vrijwillige ouderbijdrage voor o.a.: Algemene bijdragen € 22,00 Materialen variërend van € 48,00 tot € 73,00 (afhankelijk van studie of klas) Groene Lyceum € 200,00 LO2 € 45,00 Introductie Excursies Schoolreizen Buitenland reizen
16
Een overzicht van de verschillende excursies, schoolreizen, etc. en de kosten vindt u in hoofdstuk 6.10 van deze schoolgids of op de portal onder ‘Activiteiten’. Op de portal van AOC Terra vindt u onder Financiën > vrijwillige ouderbijdrage een overzicht van de bijdragen per leerjaar en opleiding. Met betrekking tot de vrijwillige ouderbijdrage is door AOC Terra een reglement opgesteld, de ‘Regeling vrijwillige ouderbijdrage’. Deze regeling wordt u aan het begin van ieder schooljaar verstrekt. Deze regeling vindt u op de portal van AOC Terra onder Financiën-vrijwillige ouderbijdragen.
8.3 Betaling Voor de bedragen, die in rekening worden gebracht voor de vrijwillige ouderbijdrage, introductie, kennismakingsdagen en dergelijke ontvangt u facturen aan het begin van het schooljaar. Een aantal zaken, zoals excursies, wordt gedurende het schooljaar gefactureerd. Mocht er iets onduidelijk zijn over facturen of wilt u een betalingsregeling, dan kunt u contact opnemen met de financiële administratie van het bestuursbureau van Onderwijsgroep Noord, tel. nr. (050) 529 29 29.
8.4 Kluisjes
8.6 Verzekeringen
Iedere leerling heeft de mogelijkheid een kluisje van school te huren. Dit kluisje kan worden gebruikt om boeken of persoonlijke eigendommen te bewaren. We kunnen u niet verplichten hiervan gebruik te maken, maar wij adviseren om dit wel te doen. De school aanvaardt geen aansprakelijkheid voor diefstal, verlies of beschadiging van persoonlijke eigendommen van de leerlingen. Voor huur van de kluisjes wordt jaarlijks een bijdrage gevraagd van € 10,00 (huur € 8,27 en btw 21% € 1,73). Raak je je sleutel kwijt, dan kun je voor € 4,50 een reservesleutel kopen. De conciërge regelt uitgifte van de sleutels. Verdere informatie hierover ontvangt u aan het begin van het schooljaar. De directie van de school behoudt zich het recht voor om bij verdenking van oneigenlijk gebruik van het kluisje deze te inspecteren, zo mogelijk in het bijzijn van de leerling die het kluisje heeft gehuurd.
De school heeft een Wettelijke Aansprakelijkheidsverzekering, een schoolreisverzekering en een ongevallenverzekering. De WA-verzekering dekt schade die aan derden is toegebracht. De schoolreisverzekering dekt schade tijdens werkweken en excursies en de ongevallenverzekering dekt letselschade. Alle leerlingen dienen zelf verzekerd te zijn voor de ziektekosten. Materiële schade is niet verzekerd en de school stelt zich niet aansprakelijk voor diefstal en schade aan materiële zaken van leerlingen. Informatie over verzekeringen vindt u ook op de portal onder Financiën-verzekeringen.
8.5 Verklaring omtrent gedrag Als een leerling stage gaat lopen, kan het zo zijn dat een Verklaring omtrent Gedrag (VOG) getoond moet worden. Een VOG is een verklaring waaruit blijkt dat het gedrag geen bezwaar oplevert voor het gevraagde doel, bijvoorbeeld het verkrijgen van een nieuwe stageplek. Een Verklaring Omtrent het Gedrag staat ook wel bekend als bewijs van goed gedrag. Degene die de VOG vraagt zal ook vaak een aanvraagformulier verstrekken. Daarbij wordt aangegeven wat het doel van de aanvraag is. Aanvragen van een VOG doe je digitaal of bij de gemeente van je woonplaats. Aan de VOG zijn kosten [op moment van dit schrijven: € 24,55 (digitaal) en € 30,05 (gemeenteloket)] verbonden. Deze zijn voor rekening van de leerling/ouder(s)/verzorger(s).
8.7 Tegemoetkoming schoolkosten Kindgebonden budget Afhankelijk van de hoogte van het inkomen kunnen ouders in aanmerking komen voor Kindgebonden budget via de Belastingdienst. Zie voor meer informatie www.toeslagen.nl. Groninger Studiefonds De Stichting Provinciaal Groninger Studiefonds verstrekt tegemoetkomingen in de schoolkosten en/of de direct daarmee samenhangende reiskosten aan mensen die niet in aanmerking komen voor een bijdrage in deze kosten van andere instellingen (bijv. een Kindgebonden Budget van de Belastingdienst) en die zelf niet in staat zijn de kosten voor hun opleiding te dragen. Ouders kunnen voor een tegemoetkoming van het Studiefonds in aanmerking komen wanneer zij aan een aantal criteria voldoen:
het gezinsinkomen ligt op of iets boven bijstandsniveau de leerlingen wonen minimaal 10 km. van de school ouder(s)/verzorger(s) of leerlingen wonen niet in de gemeente Groningen Of en in hoeverre criteria wel of niet van toepassing zijn, kunt u navragen bij het secretariaat van de stichting, telefoonnummer (050) 316 43 21 of (050) 316 40 55. U kunt ook de website raadplegen: www.studiefondsgroningen.nl. Ook kunt u informatie en het aanvraagformulier vinden op de portal van AOC Terra onder Financiëntegemoetkoming schoolkosten. Stichting Leergeld De Stichting Leergeld vergoedt kosten die niet of maar gedeeltelijk worden vergoed door een voorliggende voorziening voor: school (schoolbenodigdheden, kamp, excursies) sportclub vereniging kunstzinnige vorming. De Stichting Leergeld verwijst in eerste instantie naar wettelijk voorliggende voorzieningen, indien aanwezig en helpt bij het invullen van de benodigde formulieren. Daarnaast biedt de Stichting ook zelf hulp in de vorm van een voorschot, gift of renteloze lening. De Stichting Leergeld is een landelijke stichting, die werkzaam is in meerdere regio’s. Het telefoonnummer van Leergeld Nederland is (013) 545 16 56 en is bereikbaar op werkdagen van 9.00 tot 12.30 uur. Meer informatie kunt u vinden op de website www.leergeld.nl. Hier vindt u ook de regiogegevens, telefoonnummers en e-mail adressen.
17
VMBO-Groen 9 Onderwijskundige inrichting In dit hoofdstuk staat wat je de komende jaren bij ons op school kunt verwachten. Bijvoorbeeld welke vakken je krijgt. En natuurlijk ook wat je na het VMBO-Groen allemaal met je opleiding kunt gaan doen.
9.1 Onderbouw
18
De onderbouw van het VMBO-Groen bestaat uit het eerste en het tweede leerjaar. Deze periode noemen we ook wel de basisvorming. In de onderbouw volg je, net als op andere scholen in het voortgezet onderwijs, alle vakken van de basisvorming. Dit zijn onder andere wiskunde, Nederlands, Engels, Duits, biologie en techniek. In het leergebied Mens & Maatschappij komen de vakken economie, aardrijkskunde, geschiedenis en maatschappijleer aan de orde. Daarnaast krijg je bij ons natuurlijk ook les in ‘groene vakken’, zoals plantenteelt, dierenhouderij, verwerking agrarische producten (VAP), groenvoorziening en bloemschikken. In de onderbouw wisselen ‘denken en doen’ elkaar steeds af. Heb je extra begeleiding nodig, dan volg je de basisvorming via leerwegondersteunend onderwijs (LWOO). In het eerste leerjaar word je meestal geplaatst in de ‘leerweg’ waarvoor je bent opgegeven bij de aanmelding. Aan het einde van het tweede leerjaar krijg je een definitief advies welke leerweg het beste bij jou past. In het derde leerjaar word je dan geplaatst in een van die leerwegen. In de onderbouw bereiden wij je dus voor op de definitieve keuze van een leerweg in de bovenbouw.
9.2 Bovenbouw De bovenbouw van het VMBO bestaat uit het derde en vierde leerjaar. Leerwegen die je bij ons kunt volgen zijn: Gemengde leerweg/diploma theoretische leerweg: bij deze leerweg krijg je minimaal vijf of zes theorievakken en één beroepsgericht profiel. Deze leerweg is voor leerlingen die theoretisch een behoorlijk niveau aan kunnen.
Kaderberoepsgerichte leerweg: bij deze leerweg krijg je minimaal vier theorievakken en vier beroepsgerichte profielen. Deze leerweg is meer gericht op theoretisch en praktisch ingestelde leerlingen.
Basisberoepsgerichte leerweg: bij deze leerweg krijg je minimaal vier theorievakken en vier beroepsgerichte profielen. Deze leerweg is meer gericht op praktisch ingestelde leerlingen.
9.3 Leerwerktraject Wanneer je moeite hebt met het schoolse systeem en bovendien moeilijker leert, kun je in de bovenbouw instromen in het leerwerktraject (LWT). Je werkt dan twee of drie dagen op een leerbedrijf en gaat twee of drie dagen naar school. Op school bereid je je voor op het examen Nederlands en op het examen van een beroepsvoorbereidend profiel. Met jouw diploma basisberoepsgerichte leerweg LWT stroom je door naar niveau 2 van het MBO. Een andere mogelijkheid om na vier jaar de school met een diploma te verlaten, is met het diploma assistentenopleiding (niveau 1) MBO.
10 Het leren 10.1 ‘Anders leren’ Bij ons op school ga je soms naar huis zonder huiswerk. Dit komt bij je ouder(s)/verzorger(s) misschien vreemd over, maar we hebben er een goede reden voor. We proberen je namelijk zoveel mogelijk zelfstandig te laten werken om de overgang van het VMBO naar het ver-
volgonderwijs gemakkelijker te maken. Samen gaan we aan de slag met nieuwe onderwijsmethoden. Je zult nog meer in de klas werken en minder thuis. Je zult vaak zelf de leerstof in een vooraf afgesproken tijd, zelfstandig moeten doorwerken. De leraar staat iets minder voor de klas en zal meer je begeleider zijn.
10.2 Theorie- en praktijkvakken Vakken VMBO VMBO VMBO VMBO VMBO VMBO VMBO VMBO bb kb gl/tl bb kb gl/tl Klas 1 Klas 2 Klas 3 Klas 3 Klas 3 Klas 4 Klas 4 Klas 4 Nederlands Engels 1 1 Duits Wiskunde Biologie 2 2 Natuur-/scheikunde Mens & Maatschappij 2 2 Economie Informatica Oriëntatie op leren en werken Techniek Verzorging Kunstvakken CKV Lich. Opvoeding Oriëntatie groene vakken Profielen Landbouwbreed 2 LO2 Stage/bedrijfsoriëntatie
) De gl/tl en kb leerlingen in de onderbouw hebben Duits 2 ) keuze 1
2 2 2
bb = basisberoepsgerichte leerweg kb = kaderberoepsgerichte leerweg gl = gemengde leerweg tl = theoretische diploma
2
2
2
2
2
2
19
10.3 Doorstroommogelijkheden Natuurlijk kun je met je groene vakken doorstromen naar MBO-Groen. Daarnaast kun je met de gevolgde theorievakken ook naar alle andere MBO-sectoren zoals Techniek, Economie, Dienstverlening, Welzijn en Gezondheid. Met de theoretische/gemengde leerweg en de kaderberoepsgerichte leerweg kun je een drie- en vierjarige opleiding (niveau 3 en 4) in het MBO kiezen. Met de basisberoepsgerichte leerweg kun je een tweejarige opleiding (niveau 1 en 2) in het MBO kiezen. Welke leerweg je ook kiest, jouw VMBO-Groen opleiding duurt normaal vier jaar. Voor meer informatie over doorstroomgegevens kijk op www.schoolvo.nl.
10.4 Examen 20
Als je in het derde leerjaar zit, ontvang je een programma van toetsing en afsluiting (PTA). Hierin staat welke leerstof jij onder de knie moet hebben en welke toetsen wanneer afgenomen worden. Ook staat in het PTA welke toetsen te herkansen zijn. De opbouw van jouw examendossier begint namelijk al in leerjaar drie. Jouw examenperiode bestaat uit twee schooljaren.
10.5 Overgangsnormen Overgangsnormen leerjaar 1 en 2 VMBO In leerjaar 1 en 2 gaat een leerling over naar het volgende leerjaar als het gemiddelde van alle rapportcijfers tenminste een 6,0 is. In de verplichte examenvakken (Nederlands, Engels, wiskunde en biologie) mag maximaal één vak onvoldoende staan. Bij meer onvoldoendes wordt de leerling besproken; zowel de resultaten als de werkleerhouding. Totaal mag het aantal berekende onvoldoendes niet meer dan drie zijn. Daarbij telt het cijfer 5 als een berekende onvoldoende, het cijfer 4 als twee
berekende onvoldoendes en het cijfer 3 als drie berekende onvoldoendes. Alle andere gevallen zijn bespreekgevallen. Indien het rapport niet compleet is, kan er van rechtstreekse bevordering geen sprake zijn. Het overgangsrapport (het 4e rapport) voor het VMBO is het gemiddelde cijfer van rapport 1, 2 en 3. Bij de resultaten hanteren we de volgende richtlijnen: VMBO-BB-LWOO leerjaar 1, naar leerjaar 2 In de loop van het schooljaar wordt bekeken of voor de leerling een overstap naar de kader-beroepsgerichte leerweg mogelijk is. De vakdocenten beslissen per vak in overleg met de leerling en de mentor of de leerling op een hoger niveau mag/kan werken. Dit gebeurt op basis van behaalde resultaten en werkhouding. VMBO-BB-LWOO leerjaar 2, naar leerjaar 3 Leerlingen kunnen in of na het tweede leerjaar niet meer overstappen van de basisberoeps-gerichte leerweg naar de kaderberoepsgerichte leerweg. VMBO-KGT leerjaar 1, naar leerjaar 2 In de loop van het schooljaar wordt bekeken of de leerlingen in de juiste leerweg zitten. Een overstap naar de basisberoepsgerichte leerweg is mogelijk. VMBO-KGT leerjaar 2, naar leerjaar 3 In de loop van het schooljaar wordt bekeken wat voor de leerling de juiste leerweg is in leerjaar 3. Overgangsregeling klas 3-4 VMBO: Als een leerling aan het eind van leerjaar 3 één of meerdere onderdelen van het schoolexamen van leerjaar 3 vanwege geldige redenen nog niet afgerond heeft, of nog recht op herkansing hiervan heeft, moet hij nog vóór de overgang naar
leerjaar vier afspreken met de vakdocent hoe en wanneer die afronding plaats zal vinden. Deze afspraken moeten door de docent schriftelijk vastgelegd worden en aan de secretaris van de examencommissie doorgegeven worden. Uitgangspunten overgangsregeling: leerlingen die overgaan hebben een goede kans van slagen in klas 4 bij een zelfde werkhouding en inzet; alle leerlingen die niet overgaan worden besproken; leerlingen blijven niet automatisch zitten. Een leerling kan overgaan als hij/zij aan alle onderstaande voorwaarden voldoet: Voldoen aan de examenuitslag*. Landbouwbreed telt voor twee vakken voor de KB en de BB; het gemiddelde van de (verplichte en gekozen) examenvakken voor klas 4 moet minstens een 6,0 zijn; dit wordt berekend uit de niet afgeronde gemiddelden van de vakken. In het geval dat CKV en maatschappijleer in klas 3 afgesloten worden, geldt dat CKV voldoende moet zijn; maatschappijleer minimaal een 4 (afgerond). Lo wordt afgesloten in klas 4 en moet voldoende zijn. Voor een extra vak in klas 4 BB en KB moet eind klas 3 een 6,0 of hoger zijn behaald. Voor een extra vak in klas 4 GL(TL) moeten eind klas 3 het vijfde en zesde vak afgesloten zijn met minimaal een 6,0 * Voldoen aan de examenuitslag De kandidaat die eindexamen VMBO heeft
afgelegd en het centraal examen voor alle vakken heeft afgelegd binnen een schooljaar, is geslaagd indien hij/zij: Voor alle vakken van het CE een gemiddelde score heeft behaald van 5,5 of hoger. Voor ten hoogste een van zijn examenvakken het eindcijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger, of Voor ten hoogste een van zijn examenvakken het eindcijfer 4 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger waarvan tenminste een 7 of hoger, of Voor twee van haar/zijn examenvakken het eindcijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger waarvan tenminste een 7 of hoger, of Voor de toepassing van dit derde lid, onderdelen b, c en d, wordt dan het eindcijfer van het afdelingsvak of het intra-/intersectoraal programma in de kaderberoepsgerichte- en de basisberoepsgerichte leerweg meegerekend als twee eindcijfers. Bepaalde vakken worden alleen met een schoolexamen afgesloten. Dit zijn maatschappijleer, CKV en lichamelijke opvoeding. De laatste twee vakken moeten met een ’goed‘ of met een ’voldoende‘ zijn afgesloten. Maatschappijleer wordt afgesloten met een cijfer (minimaal een 4) en telt mee voor de zak-slaagregeling.
21
Het Groene Lyceum 11 Algemeen Het Groene Lyceum is een alternatief voor leerlingen met een HAVO/VWO advies en met een Cito-score van 538 of hoger. In een vijfjarig leertraject gaan theorie en praktijk hand in hand. Na vijf jaar hebben leerlingen een volwaardig MBO-diploma op niveau 4 en daarmee een startbewijs voor praktisch alle richtingen van het HBO. Het Groene Lyceum richt zich op de meer praktisch ingestelde leerling met voldoende leercapaciteiten. Het biedt een leerom-geving, die tegelijk uitdagend en veilig is. Het Groene Lyceum is een initiatief van het AOC Terra Eelde en het AOC Terra MBO Groningen. Aanspreekpunt voor het Groene Lyceum is de heer H. Suichies.
22
11.1 Onderwijskundige inrichting Op het Groene Lyceum wordt gewerkt vanuit een duidelijke eigen visie op onderwijs. Daarin staan drie begrippen centraal: competentiegericht leren, activerende didactiek en elektronische leeromgeving. Bij ‘competentiegericht leren’ zijn naast kennis ook vaardigheden en attitude van belang. Voor de onderbouw gaat het om 5 basiscompetenties: doelgericht en planmatig werken, communiceren en presenteren, informatie verwerken en onderzoeken, samenwerken en reflecteren en evalueren. In de bovenbouw wordt gewerkt met de 7 Leren Loopbaan en Burgerschap competenties en de 25 algemene SHL competenties voor het MBO. De competenties die voortvloeien uit werkprocessen, zoals die zijn uitgewerkt voor de opleiding Commercieel Ondernemen spelen een centrale rol in de af te leggen proeven van bekwaamheid in het vijfde leerjaar. Activerende didactiek betekent dat er werkvormen toegepast worden, waarbij de leerling actief bezig is. De leerlingen werken met een
verrijkingsstof. Leerjaar 2 bevat wekelijks nog een half blok als studieblok.
elektronische leeromgeving. De studieplanning, vorderingen en resultaten worden via de computer bijgehouden en zijn voor de leerling overal en op ieder moment beschikbaar. Opdrachten en lesmateriaal kunnen in deze omgeving worden geplaatst. Gedurende het 5-jarige leertraject behaalt de leerling een VMBO GL/TL diploma. De leerling sluit de opleiding af met een MBO diploma niveau 4 Manager Groene Detailhandel.
Mededelingen voor de hele klas worden zoveel mogelijk tijdens het studieblok gedaan. Indien het voor de invulling van het middagblok erg lastig is 20 minuten eerder te stoppen voor de reflectiemomenten kan bij wijze van uitzondering het moment vervallen. De leerlingen moeten in dat geval thuis hun logboek bijwerken. Iedere week heeft de studiementor een groepsgesprek met zijn of haar mentorgroep.
11.2 Studiebegeleiding
11.3 Lesurentabel
Elke leerling krijgt een studiementor toegewezen. De studiementor is aanspreekpunt voor leerling en ouder(s)/verzorger(s), waar het gaat om studievorderingen, persoonlijke ontwikkeling en algeheel functioneren van de leerling op de opleiding. De leerling reflecteert in leerjaar 1 regelmatig op zijn functioneren. Leerjaar 2 kent nog twee reflectiemomenten per week en in de verdere opleiding wordt dit afgebouwd naar een ontwikkelgesprek per kwartaal in leerjaar 5. Zo wordt de leerling voorbereid op het HBO. In het reflectiemoment wordt in leerjaar 1 en 2 gereflecteerd op behaalde resultaten, de voortgang en ontwikkeling. Binnen elke rapportperiode heeft de studiementor een ontwikkel-gesprek met iedere individuele leerling. Naar aanleiding van dit gesprek maakt de leerling een persoonlijk ontwikkelingsplan. Indien nodig zullen er meerdere gesprekken gevoerd worden. In leerjaar 1 heeft de leerling wekelijks een studieblok. Hier kan de leerling onder begeleiding van een docent werken aan zwakke onderdelen, huiswerk, samenwerkingsopdrachten of
Onderbouw Communicatie Nederlands Engels Duits Mens & Natuur Biologie en Verzorging Nask en Techniek Wiskunde M&M Aardrijkskunde, Geschiedenis Economie Kunst & Cultuur Bewegen & Sport Beroepsgericht Project Studieblok + Rekenen Reflectiegesprek Totaal
leerjaar 1 blokken (120 m) klokuren
leerjaar 2 blokken (120 m) klokuren
1,5
3
1,5
3
1
2
1
2
1
2
1
2
1
2
1
2
2
4
1
2
1,5
3
1,5
3
1
2
1
2
-
-
1
2
1
2
1
2
1
2
1
2
1
2
1
2
1
2
1
2
0,5
1
0,5
1
) 1
) 1
) 1
)1
13,5
27
13,5
27
23
Bovenbouw
24
leerjaar 3 blokken (120 m)
leerjaar 4 klokuren
blokken (120 m)
1,5
3
1
2
1
2
1
2
Nederlands Engels Duits Biologie Natuurkunde Scheikunde Wiskunde (A of B) )3 Rekenen M&M CKV Bewegen & Sport Economie Beroepsgericht BeroepenoriÎntatie/ BPV Reflectiegesprek/ SLB Totaal
klokuren
1
2
0,5
1
0,5
1
1
2
1
2
1
2
1
2
1
2
1,5
3
1,5
3
0,5
1
0,5
1
0,5
1
0,25
0,5
0,5
1
0,25
0,5
0,5
1
0,5
1
1
2
1
2
1
2
1
2
2,5
5 ) 4
3,5
7
) 1
) 1
) 1
)1
14
28
14
28
11.4 Week- en dagindeling
2 indien:
De weekindeling kent elke dag eenzelfde eenvoudige indeling in blokken. Een blok bestaat uit twee klokuren met een pauze.
de leerling meer dan 4 berekende onvoldoendes heeft en minder dan 6,0 gemiddeld voor alle vakken scoort. Alle overige leerlingen worden besproken. Zij worden toegelaten tot leerjaar 2 als het docententeam de kans groot acht dat de leerling het volgende leerjaar succesvol zal doorlopen. Bij de besprekingen worden de resultaten van de Citovolgtoets meegewogen. Leerlingen die niet doorstromen starten nogmaals in leerjaar 1 of stromen uit naar leerjaar 2 VMBOGL/TL.
11.5 Overgangsnormen Doorstroom naar leerjaar 2 Leerlingen kunnen doorstromen naar leerjaar 2 indien: de leerling niet meer dan 2 berekende onvoldoendes (hierbij geldt een 5 als één en een 4 of lager als twee berekende onvoldoendes) heeft; de leerling op elke basiscompetentie minimaal niveau 2 (half gevorderd) scoort. Leerlingen kunnen niet doorstromen naar leerjaar
Naar leerjaar 3 Bij doorstroom naar leerjaar 3 gelden dezelfde criteria als bij doorstroom naar leerjaar 2. Dit beoordelingsmoment is van groot belang,
omdat de leerling in leerjaar 3 start aan een tweejarig traject van examinering volgens een eigen PTA, waardoor verandering van opleiding gedurende leerjaar 3 en 4 in principe niet mogelijk is. Naar leerjaar 4 Leerlingen kunnen doorstromen naar leerjaar 4 indien zij voor het afgeronde deel van het VMBO examen GL/TL dusdanige cijfers hebben gehaald dat ze een reële kans van slagen voor dit examen in leerjaar 4 hebben en de Beroepenoriëntatie voldoende hebben afgerond. Leerlingen waarbij voorafgaand aan het centraal examen (CE) duidelijk is dat zij amper kans van slagen hebben kunnen beter worden teruggetrokken voor dat examen. In dat geval blijft de leerling zitten of vindt overplaatsing naar het VMBO GL/TL plaats. In het eerste geval vervallen dan ook de resultaten van het school examen (SE). In het laatste geval moet er maatwerk ontwikkeld worden met betrekking tot het PTA van de leerling. Naar leerjaar 5 Leerlingen die hun VMBO GL/TL diploma aan het eind van leerjaar 4 hebben behaald kunnen doorstromen naar leerjaar 5 indien: • de leerling voor het onderdeel ‘voorbereiding leerjaar 5 van de 8 algemene vakken niet meer dan drie berekende onvoldoendes heeft; • het beroepsgerichte deel inclusief BPV voldoende is; • de beoordeelde competenties minimaal op niveau 2 (half gevorderd) liggen. Leerlingen kunnen niet doorstromen naar leerjaar 5 indien: • de leerling voor het onderdeel ‘voorbereiding leerjaar 5’ van de 9 algemene vakken meer dan 5 berekende onvoldoendes heeft en
minder dan een 6,0 gemiddeld scoort; Alle overige leerlingen worden besproken. Zij worden toegelaten tot leerjaar 5 als het docententeam de kans groot acht dat de leerling kansrijk is het diploma van het Groene Lyceum te behalen. Leerlingen die niet kunnen doorstromen naar leerjaar 5 van het Groene Lyceum maar wel VMBO GL gediplomeerd zijn, kunnen uiteraard doorstromen naar het reguliere MBO. Zij kunnen het vierde leerjaar van het Groene Lyceum niet nogmaals als een op het VMBO ingeschreven leerling doorlopen.
11.6 Rapportage De behaalde resultaten worden in het programma Magister geregistreerd. Op elk moment kunnen de resultaten, via een beveiligde website, gevolgd worden door leerling en ouder(s)/verzorger(s). Hiernaast ontvangt elke leerling drie keer per jaar een rapport met het voortschrijdend gemiddelde per vak. Van de ouder(s)/verzorger(s) worden e-mailadressen gevraagd, zodat mededelingen, contacten met de studiementor en dergelijke ook via dit medium mogelijk zijn. Veel informatie van de opleiding is voor de ouder(s)/verzorger(s) en leerlingen ook beschikbaar via de Elektronische Leeromgeving (ELO). Het Groene Lyceum kent in elk leerjaar minimaal één ouderavond. Buiten het centrale deel is er op deze avonden tijd voor individuele contacten. In het eerste leerjaar is er een eerste ouderavond voor de herfstvakantie. Deze avond staat in het teken van kennismaking, uitwisselen van eerste ervaringen en verstrekken van informatie over de opleiding (bijvoorbeeld de inzet van Magister). Naast de ouderavonden bestaat er de mogelijkheid voor contact via de zogenaamde ‘tien minuten-gesprekken’. Hierin kunnen individuele ouder(s)/verzorger(s) contact hebben met individuele docenten uit het team van het Groene Lyceum.
25
11.7 Eigen laptop Het onderwijsconcept van het Groene Lyceum is zodanig opgesteld dat elke leerling, om de lessen goed te kunnen volgen, een laptop nodig heeft. Lesmateriaal, opdrachten en andere documenten kunnen dan op ieder gewenst moment opgevraagd en gebruikt worden. Ook speelt de elektronische leeromgeving en daarmee de laptop een prominente rol in het bijhouden en bespreken van de studievorderingen, competentieontwikkeling, persoonlijke ontwikkeling, de reflectie daarop en de rapportage naar ouder(s)/verzorger(s).
laptop kan beschikken, wordt genoemde vrijwillige ouderbijdrage uiteraard niet gevraagd. Voor leerlingen waarvan de ouder(s)/verzorger(s) ervoor kiezen om niet de vrijwillige ouderbijdrage te betalen en ook geen eigen laptop hebben, draagt de school zorg voor een gelijkwaardig alternatief. In de praktijk blijft de laptop op school. De school biedt daarvoor goede opbergmogelijkheden.
11.8 Schoolexcursies Er worden tijdens de leerjaren verschillende reizen/excursies georganiseerd: Het Groene Lyceum:
26
Er worden laptops door school aangeschaft. Aan de ouder(s)/verzorger(s) vragen wij een vrijwillige ouderbijdrage voor het gebruik hiervan. De hoogte van deze bijdrage is ongeveer € 200,00 per jaar voor een periode van 4 jaar. Leerlingen waarvan de ouder(s)/verzorger(s) deze bijdrage betalen krijgen de exclusieve beschikking over een persoonlijke laptop, waarvoor een gebruikersovereenkomst wordt afgesloten. Daarmee is ook in verzekering, servicepakket en onderhoud voorzien. Bovendien wordt de laptop na vier jaar betaling van de vrijwillige ouderbijdrage eigendom van de leerling. Ouder(s)/verzorger(s) kunnen er ook voor kiezen dat hun zoon of dochter een eigen laptop mee naar school neemt. In dat geval zijn ouder(s)/ verzorger(s) en leerling zelf verantwoordelijk voor onderhoud, eventuele reparaties, garantieregelingen, verzekering en vervanging of aanvulling van software. De eigen laptop (notebook of macbook) dienen te voldoen aan de minimumeisen die de school daarvoor opstelt. Indien ouder(s)/verzorger(s) er voor zorgen dat hun zoon of dochter op school over een eigen
Leerjaar 1 Leerjaar 2 Leerjaar 3
Introductiedag Excursie Borger Excursie Dierentuin Schoolreis Walibi Werkweek
€ € € € €
10,00 70,00 35,00 45,00 200,00
Definitieve opgaven en facturering in de loop van het schooljaar, bestemming en exacte kosten worden nog nader bekend gemaakt.
27
28
AOC Terra Eelde (VMBO-Groen en Het Groene Lyceum) Burgemeester J.G. Legroweg 29, 9761 TA Eelde T (050) 309 16 25 Fax (050) 309 59 82
[email protected] [email protected] www.vmbogroeneelde.nl www.groenelyceum.nl