Het functioneren van Primo binnen de dienstverlening van de bibliotheken van de UvA en HvA Evaluatie d.m.v. gebruiksstatistieken én gebruikersonderzoek naar de effecten op zoekgedrag en naar de tevredenheid van gebruikers een jaar na introductie
Maurits van der Graaf 2013-10-17 Pleiade Management and Consultancy BV Keizersgracht 62 1015 CS Amsterdam The Netherlands T: +31 20 488 9397
[email protected] www.pleiade.nl
Inhoudsopgave 1. 2. 3.
Inleiding ............................................................................................................................... 3 Onderzoeksopzet ................................................................................................................ 4 Resultaten analyse gebruiksstatistieken............................................................................. 5 3.1 Primo in het landschap van discovery en delivery ........................................................... 5 3.2 Kengetallen Primo ............................................................................................................ 6 3.3 Aandelen diverse zoeksystemen in aantal keren opvragen full text via SFX ................... 7 3.4 Aandelen diverse zoeksystemen 1e kwartaal 2013 vergeleken met 1e kwartaal 2011 .. 7 3.5 SFX verzorgt ongeveer 40% van de opvragingen full text................................................ 9 3.6 Primo verzorgt ongeveer 25% van de boekaanvragen (UvA) .......................................... 9 3.7 Aantal full text aanvragen is constant gebleven over de afgelopen 4 jaar ...................... 9 3.8 Gebruik van Primo en OPC in de tijd (UvA) .................................................................... 10 3.9 Gebruik van Primo en OPC in de tijd (HvA) .................................................................... 11 4. Resultaten enquête UvA gebruikers ................................................................................. 12 4.1 Resultaten kwalitatief vooronderzoek ........................................................................... 12 4.2 Response enquete .......................................................................................................... 13 4.3 Kenmerken zoekgedrag .................................................................................................. 15 4.4 Zoekmachines in gebruik ................................................................................................ 17 4.5 Gebruik bibliografisch apparaat UvA ............................................................................. 19 4.6 Doelstellingen CatalogusPlus getoetst ........................................................................... 20 4.7 Gebruikers CatalogusPlus ............................................................................................... 22 4.8 Oude catalogus, A tot Z tijdschriftenlijst en overzicht databanken ............................... 24 5. Resultaten enquête HvA gebruikers .................................................................................... 26 5.1 Inleiding .......................................................................................................................... 26 5.2 Kenmerken zoekgedrag .................................................................................................. 26 5.3 Gebruik bibliografische apparaat HvA ........................................................................... 28 5.4 Doelstellingen ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK getoetst ............................................. 29 5.5 Gebruikers ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK ................................................................. 31 5.6 Oude catalogus, A tot Z tijdschriftenlijst en overzicht databanken ............................... 33 6.1 Conclusies ........................................................................................................................... 35 6.1 Achtergrond.................................................................................................................... 35 6.2 Aanpak ............................................................................................................................ 35 6.3 Primo aan de UvA: de statistieken ................................................................................. 36 6.4 Primo aan de UvA: de gebruikers ................................................................................... 36 6.5 Conclusies t.a.v. de UvA implementatie van Primo ....................................................... 39 6.6 Primo aan de HvA: de gebruiksstatistieken ................................................................... 40 6.7 Primo aan de HvA: de gebruikers ................................................................................... 40 6.8 Conclusies ten aanzien van de HvA implementatie van Primo ...................................... 42 Bijlage A De vragenlijst ............................................................................................................. 43
Pleiade Management en Consultancy
2
1. Inleiding In de tweede helft van 2011 is een bètaversie van de Discovery Tool Primo van ExLibris in de dienstverlening van de bibliotheek van de UvA en HvA geïntroduceerd. In april 2012 is de bèta versie omgezet in een definitieve versie, terwijl het alternatief - de federatieve zoekmachine MetaLib - in oktober 2012 is uitgefaseerd. Primo neemt een centrale plaats in de dienstverlening van zowel de Bibliotheek van de UvA als de HvA Bibliotheek. Bij de Bibliotheek van de UvA wordt Primo gepresenteerd onder de naam CatalogusPlus als eerste zoekingang (met als tweede zoekingang de UvA-catalogus). Op de website van de HvA Bibliotheek wordt Primo gepresenteerd met een zoekbalk onder de kop Zoeken in de HvA Bibliotheek. De HvA-catalogus wordt separaat gepresenteerd op een minder prominente plaats. Na een jaar is er behoefte aan een evaluatie over het functioneren van deze nieuwe dienst door middel van een onderzoek onder eindgebruikers. Dit is mede ingegeven omdat onder de informatiespecialisten van de Bibliotheek van de UvA en de HvA Bibliotheek ontevredenheid heerst over het functioneren van deze Discovery en Delivery tool. Doel van het onderzoek is om de tevredenheid van de eindgebruikers over de huidige opzet van Primo vast te stellen en daarbij de knelpunten die zij ervaren in kaart te brengen met het oog op het aanbrengen van eventuele verbeteringen in de huidige opzet van Primo. Een analyse van de gebruikersstatistieken en een toets op de oorspronkelijke gestelde eisen en wensen bij het selectieproces van Primo zijn onderdeel van het onderzoek. Als achtergrond voor de implementatie van een discovery tool en de keuze voor Primo het volgende: de behoefte onder de eindgebruikers van de UvA aan één zoekingang op de digitale bibliotheek met een Google-achtige interface werd vastgesteld in het gebruikersonderzoek in 2008, zie de rapporten: ‘De digitale dienstverlening van de UBA en de verdere ontwikkeling daarvan: het gebruikersperspectief’ (2008-05-14) en ‘Groepsdiscussies rond de inrichting van de digitale bibliotheek van de UBA’ (2008-06-04). In de notitie ‘Een Discovery Tool voor Bibliotheek van de UvA en UBL’ van 7 januari 2011 wordt het selectieproces beschreven dat uiteindelijk geleid heeft tot de aanschaf van Primo als Discovery en Delivery tool: Primo voldeed toen aan de meeste gestelde criteria en werd daarom geselecteerd. Dit evaluatieonderzoek is uitgevoerd in de periode mei t/m juli 2013 door Maurits van der Graaf van Pleiade Management en Consultancy onder supervisie van Alice Doek, Web Manager UB en Renze Brandsma, Leiding Elektronische Diensten en met hulp van Bas Ettema, Project- en informatiemanagement HvA Bibliotheek.
Pleiade Management en Consultancy
3
2. Onderzoeksopzet Het onderzoek werd uitgevoerd in de volgende fasen:
Fase 1: Analyse gebruiksstatistieken De belangrijkste gebruiksstatistieken worden opgevraagd en geanalyseerd, o.a. om de positie van Primo in de doorgeleiding naar de full text te bepalen.
Fase 2: Kwalitatief vooronderzoek met het oog op een enquête Een groepsdiscussie met informatiespecialisten van de Bibliotheek van de UvA en HvA Bibliotheek wordt gehouden met het doel om hun ervaringen met Primo in hun contacten met eindgebruikers in kaart te brengen en een lijst met (potentiële) knelpunten op te stellen. Vervolgens werden gebruikers geïnterviewd over hun ervaringen met Primo. Uiteindelijk werd met 12 gebruikers gesproken: een groepsdiscussie gehouden met zes medewerkers en studenten van de UvA en zes interviews met HvA gebruikers (5 studenten en 1 medewerker).
Fase 3: Online enquête Op basis van de resultaten van fase 1 en fase 2 is een vragenlijst opgesteld voor een online enquête m.b.v. Pleiadesurvey. De vragenlijst werd in vier varianten worden verspreid onder studenten en medewerkers van de UvA en de HvA in zowel het Nederlands als het Engels. De verspreiding van de uitnodiging tot deelname aan deze enquête is verzorgd door de afdeling Strategie & Informatie van de Bestuursstaf van de UvA.
Fase 4: Opstellen van aanbevelingen De resultaten van de groepsdiscussies onder Primo gebruikers en de resultaten van de enquête zijn teruggekoppeld met dezelfde groep informatiespecialisten binnen de Bibliotheek van de UvA en HvA Bibliotheek in een bijeenkomst op 22 augustus met het oog op het opstellen van de aanbevelingen. Ook is er begin augustus een besprekingen gehouden met de supervisors van het onderzoek aangevuld met Lukas Koster en Erik Bastiaansen. Na de presentatie in het MT op 17 september is op een tweede bijeenkomst met dit gezelschap eind september een start gemaakt met het opstellen van een actieplan.
Pleiade Management en Consultancy
4
3. Resultaten analyse gebruiksstatistieken 3.1 Primo in het landschap van discovery en delivery Endusers
Discovery options
Linking systems Full text aanvragen
Free internet search tools (f.e. Google; Yahoo; Bing)
URL
Collection platfoms of publishers and/or aggregators
Free scholarly search tools (f.e. Google Scholar; PubMed)
Nr. of searches
Studenten Medewerkers
A&I databases provided by library
Collection platforms
DOI
(f.e. Web of Science, Picarta)
(f.e. ScienceDirect, SpringerLink, Wiley, Sage EBSCO host, Ingenta)
OPAC; A-Z list Primo
SFX
Repositories Websites
Social media platforms
of authors or institutes
(f.e. Mendeley; ResearchGate)
Browsing using links in content platforms
Document delivery service Linking-in statistics
Figuur 1 Landschap discovery en delivery
In de figuur hierboven staat het landschap geschetst van Discovery en Delivery waar Primo deel van uitmaakt. Een korte toelichting:
Eindgebruikers hebben vele mogelijkheden om bij full text te komen: internet zoekmachines zoals Google, specifiek op wetenschappelijke informatie gerichte zoekmachines zoals Google Scholar, de bibliografische databanken aangeboden door de bibliotheek van de UvA en HvA, de OPAC en de A tot Z tijdschriftenlijst, diverse social media platforms zoals Mendeley en natuurlijk allerlei links op contentplatformen en in gedownloade artikelen. Er zijn drie linking mechanismes om bij de full text te komen: een (‘normale’) URL, de DOI en de link verzorgd door de link resolver SFX. DOI’s die worden aangeklikt in platformen die gekoppeld zijn aan SFX worden overigens via SFX ‘geresolved’ - vandaar de pijl in dit schema. Tevens moet opgemerkt worden dat niet alle discovery opties aangesloten zijn op alle drie linking mechanismen. Ook hebben niet alle full text platformen alle linking mechanismen. De full text kan zich bevinden op een platform van de uitgever of een aggregator, maar ook (mogelijk een niet officiële vorm) in een repository of een website (van de auteur zelf bijvoorbeeld).
Om de positie van Primo in dit landschap te bepalen zijn de volgende gebruikersstatistieken verzameld:
Pleiade Management en Consultancy
5
Gebruik van Primo: het aantal zoekacties in Primo; deze gegevens zijn verzameld voor zowel de UvA als de HvA. Primo en boekaanvragen: Het aantal boekaanvragen dat via Primo tot stand is gekomen ten opzichte van het aantal boekaanvragen dat via de OPAC tot stand is gekomen. Deze gegevens zijn uitsluitend beschikbaar voor de UvA omdat de HvA haar gehele gedrukte collectie in een open opstelling aanbiedt. Aandeel van Primo t.o.v. andere discovery mechanismen in SFX clicks naar full text: Deze gegevens zijn verzameld voor het eerste kwartaal 2013 (een snapshot) en vergeleken met het eerste kwartaal 2011. Deze gegevens waren uitsluitend beschikbaar voor de UvA. Totaal aantal full text aanvragen van de meest belangrijke platformen van de UvA: Hiervoor werd gebruikgemaakt van Scholarly Stats, een tool voor gebruiksstatistieken die uitsluitend beschikbaar was voor de UvA.
3.2 Kengetallen Primo Kengetallen Primo (eerste kwartaal 2013) UvA Aantal search counts in Primo SFX gebruik – opvragen full text totaal SFX opvragen full text vanuit Primo Gemiddeld aantal keer opvragen full text via SFX per search count marktaandeel Primo in opvragen full text via SFX HvA Aantal search counts in Primo SFX gebruik – opvragen full text totaal SFX opvragen full text vanuit Primo Gemiddeld aantal keer opvragen full text via SFX per search count marktaandeel Primo in opvragen full text via SFX
986.361 474.871 194.135 0,20 41% 162.086 13.015 10.317 0,06 79%
Tabel 1 Kengetallen Primo
In tabel 1 staan de kengetallen weergegeven voor het ‘snapshot’ voor Primo voor het eerste kwartaal 2013. Hieruit kunnen de volgende conclusies getrokken worden:
Het aantal search counts in Primo is groot, zowel bij de UvA als bij de HvA, hoewel voor de HvA het niveau een orde van grootte lager ligt. Het aandeel van Primo in het aantal opgevraagde full text via SFX is aanzienlijk: 41% bij de UvA, 79% bij de HvA. Het aantal opgevraagde full text per search count lijkt zeer laag: 0,2 bij de UvA, en zelfs 0,06 bij de HvA. Dit blijkt veroorzaakt door de definitie van search count (d.i. alle ‘clicks’ door de gebruiker).
Pleiade Management en Consultancy
6
3.3 Aandelen diverse zoeksystemen in aantal keren opvragen full text via SFX Hieronder is het aandeel van Primo bij de UvA in het totaal aantal opgevraagde full text via SFX vergeleken met de meest belangrijke andere bronnen. Primo heeft dan het grootste ‘marktaandeel’ van 41%, gevolgd door Google Scholar met 28%, PubMed met 12% en 6% voor Web of Knowledge. Opvallend is het hoge aandeel van de tijdschriftenlijsten (6% voor de Medische Bibliotheek, 3% voor de UvA tijdschriftenlijst. Totaal aantal keren Eerste kwartaal 2013 opvragen van full text vanuit zoeksystemen UvA via SFX Primo 194.135 Google Scholar 133.436 PubMed 57.663 Web of Knowledge 26.480 MB Tijdschriftenlijst 23.596 UBA Tijdschriftenlijst 13.398 overig 26.163 Totaal 474.871 Tabel 2 Aandelen discovery systemen in opvragingen via SFX
3.4. Aandelen diverse zoeksystemen 1e kwartaal 2013 vergeleken met 1e kwartaal 2011 UvA-Linker: Opvragen full text vanuit bron 1e kwartaal 2013 3% 6% 5% Primo
6% 41%
Google Scholar PubMed
12%
Web of Knowledge MB Tijdschriftenlijst UBA Tijdschriftenlijst Overig 28%
Figuur 2 Snapshot 1e kwartaal 2013
Pleiade Management en Consultancy
7
UvA-Linker: Opvragen full text vanuit bron 1e kwartaal 2011
11% 5% 31%
MetaLib Google Scholar
8%
PubMed Tijdschriftenlijst MB
9%
Tijdschriftenlijst UB Web of Knowledge overig 11% 25%
Figuur 3 Snapshot 1e kwartaal 2011
MetaLib (2011); Primo (2013) Google Scholar PubMed Tijdschriftenlijst MB Tijdschriftenlijst UB Web of Knowledge overig
2011 Q1 2013 Q1 verschil 31% 41% 10% 25% 28% 3% 11% 12% 1% 9% 5% -4% 8% 3% -5% 4% 6% 2% 11% 6% -5%
Tabel 3 Snapshots 2011 en 2013 vergeleken
In het eerste kwartaal 2011 was MetaLib nog de integrale zoekmachine aangeboden door de UB Amsterdam. Uit bovenstaande taartdiagrammen en de samenvattende tabel daaronder blijkt het volgende:
Ten opzichte van MetaLib is het aandeel Primo in de clicks-through naar full text 10% groter (41% versus 31%)1. Het aandeel van Google Scholar is 28% in het eerste kwartaal 2013; dit is 3% groter dan in het eerste kwartaal 2011. Het aandeel van PubMed is vrijwel gelijk gebleven (12% versus 11%).
1
De groei van het aandeel van Primo ten opzichte van MetaLib kan veroorzaakt zijn door de positionering van primo (CatalogusPlus is de default optie).
Pleiade Management en Consultancy
8
Het aandeel van Web of Knowledge is toegenomen van 4% naar 6%. Het aandeel van de A tot Z tijdschriftenlijsten is afgenomen: de medische tijdschriftenlijst heeft in 2013 een aandeel van 5% (was 9%) en de tijdschriftenlijst van de UB Amsterdam heeft een aandeel van 3% (was 8%). Het aandeel van andere discovery opties (overige) is eveneens afgenomen: in het eerste kwartaal 2013 bedraagt dit 6%, in 2011 was dit 11%.
3.5 SFX verzorgt ongeveer 40% van de opvragingen full text Volgens het rapport uit Scholarly Stats ‘The total number of full Text Article Requests in the Journal Usage Reports provided by vendors’ voor het eerste kwartaal 20132 zijn er in totaal 1.160.262 full text aanvragen vanuit de UvA geregistreerd. Deze getallen geven het gebruik weer van ca. 35 platforms voor tijdschriften, die samen het overgrote deel van de tijdschriftencollectie van de UvA omvatten. Dit gegeven betekent dat ca. 40% van de full text requests via de SFX UvA linker worden gerealiseerd. Ca. 60% van de full text requests komt dus op een andere manier tot stand. Enkele waarschijnlijke routes daarvoor zijn: via URL’s (Google), via referenties in artikelen, links op het full text platform zelf (bijv. ScienceDirect) etc. (zie ook figuur 1).
3.6 Primo verzorgt ongeveer 25% van de boekaanvragen (UvA) Deze statistieken worden wel bijgehouden maar niet langdurig bewaard. Voor dit onderzoek is de maand juni 2013 gemonitord (zie tabel hieronder). Hier blijkt dat ca. 25% van de boekaanvragen vanuit Primo tot stand komt en dus 75% vanuit de ‘oude’ catalogus. aantal aanvragen uit Primo 8795
totaal aantal aanvragen OPC 34657
percentage aanvragen vanuit Primo 25%
3.7 Aantal full text aanvragen is constant gebleven over de afgelopen 4 jaar Heeft Primo mogelijk effect gehad op het aantal full text aanvragen? Hieronder zijn de gegevens over de periode januari 2009 – maart 2013 weergegeven van de full article requests zoals door Scholarly Stats van Swets wordt verzameld. Dit is een verzameling gegevens van circa 35 platformen (zoals Wiley, ScienceDirect, JSTOR etc.3). Zoals te zien is, is de trendlijn over deze periode vrijwel stabiel. De conclusie hieruit: Primo heeft voor de UvA community niet tot een intensivering van het gebruik van full text (artikelen) geleid.
2
Download op 24 mei: gegevens van SpringerLink voor feb en mrt en Oxford Journals Online voor mrt ontbreken nog (schatting ca. 60.000 komt er nog bij). 3
De samenstelling van deze 35 platformen varieert over de periode 2009-2013 enigszins (maar zeer beperkt). Hiervoor is dan ook niet gecorrigeerd.
Pleiade Management en Consultancy
9
Timeline full article requests UvA 700000 600000 500000 400000 300000
timeline
200000
Lineair (timeline)
100000 Jan-2013
Sep-2012
May-2012
Jan-2012
Sep-2011
May-2011
Jan-2011
Sep-2010
May-2010
Jan-2010
Sep-2009
May-2009
Jan-2009
0
Figuur 4 full article requests over the years with lineaire trendlijn
3.8 Gebruik van Primo en OPC in de tijd (UvA)
Timeline: search counts OPC en Primo (UvA) 500000 450000 400000 350000 300000 250000 200000
Primo OPC
150000 100000 50000 0
Figuur 5 Tijdlijn gebruik Primo en OPC UvA
In de staafdiagram hierboven staat de tijdlijn weergegeven van het gebruik van de OPC en Primo vanaf december 2011 tot maart 2013. In deze periode hebben de volgende veranderingen plaatsgehad in de website:
In december 2011 werd Primo in een bètaversie aangeboden.
Pleiade Management en Consultancy
10
Vanaf april 2012 werd MetaLib - de voorganger van Primo - niet meer aangeboden via de website. De website bevatte meerdere tabbladen (met o.a. het interface van de ‘oude’ catalogus en het interface van CatalogusPlus), waartussen de gebruiker zelf een keuze diende te maken. Vanaf september 2012 werd CatalogusPlus als default aangeboden: de eindgebruiker dient vanaf dat moment actief aan te geven dat hij/zij toch gebruik wil maken van de ‘oude’ catalogus.
Uit de grafiek zijn deze bovengenoemde gebeurtenissen duidelijk terug te lezen. E.e.a. heeft er toe geleid dat er een forse verschuiving heeft plaatsgevonden van het gebruik van de OPC (de ‘oude ’catalogus) naar Primo (CatalogusPlus).
3.9 Gebruik van Primo en OPC in de tijd (HvA)
Timeline: search counts OPC en Primo (HvA) 90.000 80.000 70.000 60.000 50.000 OPC
40.000
Primo
30.000 20.000 10.000 mrt-13
feb-13
jan-13
dec-12
nov-12
okt-12
sep-12
aug-12
jul-12
jun-12
mei-12
apr-12
mrt-12
feb-12
jan-12
dec-11
0
Figuur 7 Tijdlijn gebruik OPC en Primo (HvA)
In de figuur hierboven staat de tijdlijn weergegeven van het gebruik van de OPC en Primo in de HvA. Hoewel het gebruik van de oude catalogus enigszins is verlaagd onder invloed van de implementatie van Primo, lijkt Primo toch vooral additioneel gebruik te hebben opgeleverd. Overigens moet worden opgemerkt dat de gegevens niet met elkaar vergelijkbaar zijn: de search count in Primo is zeer ruim gedefinieerd (alle ‘clicks’ door de gebruiker).
Pleiade Management en Consultancy
11
4. Resultaten enquête UvA gebruikers 4.1
Resultaten kwalitatief vooronderzoek
Het kwalitatieve vooronderzoek bestond uit (1) een groepsdiscussie met 9 informatiespecialisten van zowel de HvA als de UvA (2) gesprekken met in het totaal 12 gebruikers (een groepsdiscussie met zes medewerkers en studenten van de UVA en interviews met zes HvA gebruikers). De belangrijkste resultaten zijn hieronder puntsgewijs samengevat:
Knelpunten in de dekkingsgraad van Primo: o Voor de faculteit Geesteswetenschappen van de UvA is het cruciaal dat PiCarta niet is opgenomen in CatalogusPlus. o Voor de HvA gebruikers zijn een reeks belangrijke bestanden niet opgenomen: genoemd zijn onder andere de HvA kennisbank, LexisNexis, de BSL vakbibliotheek, Boom/Lemma, Kluwer Juridische databank. Knelpunten in de werking van Primo: o De relevance ranking werd als problematisch gekenmerkt. Men werd soms overweldigd door het aantal resultaten en had moeite om de relevante resultaten uit het eigen vakgebied eruit te filteren. De momenteel aangeboden zoekfilters geven daarbij te weinig hulp en zoekfilters op basis van vakgebied werden daarin als wenselijk gezien o Men vindt dat er veel geklikt moet worden om bij de full text te komen4. o Zoeken naar boeken met behulp van CatalogusPlus werd als een knelpunt gezien. Ook e-books worden als moeilijk vindbaar gekarakteriseerd. o Men geeft problemen aan met het gebruik van diakritische tekens in zoektermen. o De toegankelijkheid en de presentatie van de digitale full text wordt eveneens als een knelpunt gezien. Soms krijgt men bijv. wel een abstract, maar geen toegang tot full text5. Wensen ten aanzien van Primo: o Enkele deelnemers dringen aan op een Nederlandstalig interface. Wensen ten aanzien van de website: o Een deelnemer vond dat er te weinig uitleg op de website aanwezig is over welke zoekmachines voor welke zoekacties gebruikt zouden moeten worden en hoe deze zoekacties uit te voeren. Observaties ten aanzien van gebruikersgedrag: o Uit beschrijvingen van de deelnemers aan de groepsdiscussie werden globaal twee zoekstrategieën onderscheiden: op basis daarvan werd vraag ontwikkeld over zoekstrategie (X) en zoekstrategie (Y).
4
Dit knelpunt hoeft overigens niet aan Primo te liggen, het kan ook veroorzaakt worden door de wijze waarop de uitgevers de full text aanbiedenen of hoe de link resolver werkt. 5
Ook dit knelpunt ligt niet noodzakelijkerwijs aan Primo.
Pleiade Management en Consultancy
12
o
o
Sommige deelnemers aan het kwalitatieve vooronderzoek geven aan voorkeur voor digitale informatie te hebben en geen belangstelling voor gedrukte boeken of tijdschriften te hebben. Eén deelnemer (HvA-student) gaf aan via Google video’s gevonden te hebben die zeer informatief waren en vond het jammer dat de zoekmachine van de bibliotheek geen toegang biedt tot videomateriaal.
4.2 Response enquete De respondenten werden uitgenodigd door middel van een e-mail met een link naar de online vragenlijst op 21 juni 2013. Een herinnering werd verstuurd op 27 juni. De enquête werd 5 juli afgesloten.
Uitgenodigd
Ingevulde vragenlijsten
Respons %
Medewerkers UvA
4799
642
13,4%
Studenten UvA
10000
585
5,9%
Medewerkers HvA
2197
212
9,6%
Studenten HvA
10.000
149
1,5%
Respons percentage per faculteit (UvAstudenten) FGW FdR FNWI FEB FMG Overig Totaal
Uitgenodigde studenten UvA 2.560 1.278 1.523 1.456 3.059 124 10.000
Ingevulde vragenlijsten 210 49 111 56 142 16 584
Respons percentage per faculteit 8,2% 3,8% 7,3% 3,8% 4,6% 12,9% 5,8%
Bij de studenten is er oververtegenwoordiging van de faculteit Geesteswetenschappen en FNWI en een lichte ondervertegenwoordiging van de Rechtsgeleerdheid en Economie en Bedrijfskunde.
Pleiade Management en Consultancy
13
Respons percentage per Uitgenodigde Ingevulde Responspercentage faculteit (UvA-medewerkers) medewerkers vragenlijsten per faculteit UvA FGW 1.158 215 18,6% FdR 481 50 10,4% FNWI 1.272 144 11,3% FEB 469 48 10,2% FMG 1.357 174 12,8% anders 88 11 10,4% totaal 4.799 642 13,4%
Bij de UvA-medewerkers is sprake van oververtegenwoordiging van de faculteit Geesteswetenschappen. Andere faculteiten zijn licht ondervertegenwoordigd. Dergelijke uitgesplitste gegevens van de steekproef zijn niet beschikbaar voor de HvA. De afdeling Strategie & Ontwikkeling van de Bestuursstaf van de UvA leverde de gegevens aan over de percentages geopende emails. Uitgenodigd Medewerkers UvA Studenten UvA Medewerkers HvA Studenten HvA
% geopende emails % ingevulde vragenlijsten 4.799
22%
13,4%
10.000
43%
5,9%
2.197
16%
9,6%
10.000
22%
1,5%
Hieruit blijkt dat veel uitnodigingen ongeopend zijn gebleven. Met name de medewerkers openden niet vaak de e-mail met uitnodiging (22% van de UvA en 16% van de HvA). Studenten openden weliswaar veel vaker de e-mail, maar vulden vervolgens veel minder vaak de vragenlijst in.
Pleiade Management en Consultancy
14
4.3 Kenmerken zoekgedrag Overzichtstabel kenmerken zoekgedrag
UvA-studenten
UvA-medewerkers
Gebaseerd op vraagnummer (UvAmedewerkersenquete)
17% 26,7% 56,2%
3,6% 9,7% 86,8%
A1 A1 A1
18%
8,3%
A2
29,5% 49,7%
32,4% 58,7%
A2 A2
32% 47,1%
19,5% 57,2%
A3 A3
68,1% 18,5%
58,6% 26,7%
A4 A4
66,6% 32,6%
71,4% 28,3%
A5 A5
Frequentie zoeken naar wetenschappelijke informatie >1x per maand Maandelijks Wekelijks/vrijwel dagelijks Invulling informatiebehoefte door: Overgrote deel/grootste deel door boeken Fifty-fifty Overgrote deel/grootste deel door tijdschriftartikelen Voorkeur voor digitale of gedrukte: Voorkeur voor gedrukt Voorkeur voor digitaal Zoekstrategie voor meeste zoekacties Altijd/merendeel strategie (X)6 Altijd/merendeel strategie (Y) Aantal zoekmachines in gebruik Altijd/meestal dezelfde zoekmachine Meerdere zoekmachines/geen vaste zoekmachine
In de vragenlijst werd naar een aantal kenmerken van het zoekgedrag gevraagd. Deze gegevens kunnen worden gezien als de achtergrond van het zoekgedrag van de UVA-medewerkers en studenten voor de evaluatie van CatalogusPlus7. Overigens blijken uitsluitend UvA-medewerkers die CatalogusPlus gebruiken wat deze kenmerken betreft nauwelijks af te wijken van hun collega’s nietgebruikers: niet-gebruikers vullen hun behoefte vaker met tijdschriftartikelen, hebben vaker een voorkeur voor digitale informatie en zijn honkvaster wat
6
(X) zoekactie starten in veelomvattende zoekmachine, zonder voorkeur voor type publicatie of inperking tot vakgebied, om vervolgens op basis van de zoekresultaten de zoekactie zo nodig te verfijnen/in te perken. (Y) voorafgaande aan zoekactie bepalen welk publicatietype of vakgebied relevant is en vervolgens de zoekactie in een daarop gerichte zoekmachine uitvoeren. 7
Overigens blijkt uit een niet-weergegeven cross-analyse dat UvA-medewerkers die CatalogusPlus gebruiken wat deze kenmerken betreft nauwelijks af te wijken van hun collega’s niet-gebruikers: niet-gebruikers vullen hun behoefte iets vaker met tijdschriftartikelen, hebben iets vaker een voorkeur voor digitale informatie en zijn enigszins honkvaster wat betreft het gebruik van zoekmachines. Gebruikers en nietgebruikers van CatalogusPlus onder UvA-studenten blijken nauwelijks van elkaar te verschillen.
Pleiade Management en Consultancy
15
betreft het gebruik van zoekmachines. Gebruikers en niet-gebruikers van CatalogusPlus onder UvA-studenten blijken nauwelijks van elkaar te verschillen.
Pleiade Management en Consultancy
16
4.4 Zoekmachines in gebruik Zoekmachines in gebruik
UvAstudenten %
UvAmedewerkers %
Verschil studenten en medewerkers
Google Scholar
72,6
62,9
+9,7%
Google of een andere algemene internetzoekmachine
46,2
39,4
7%
CatalogusPlus van de UvA
49,7
34,7
15%
PiCarta
26,5
32,6
- 6,1%
32
32,2
- 0,2%
Web of Science
13,9
25,4
-11,5%
Een vakspecifieke databank
13,4
21,5
-8%
Een andere hierboven niet genoemde zoekoptie
10,3
10,6
-0,3%
PubMed
10,8
9,7
-1,1%
N=584
N=642
(gebaseerd op vraag A6)
Catalogus van de UvA (de 'oude' catalogus)
Aantal respondenten
In de tabel hierboven is aangegeven om welke zoekmachines het gaat. De tabel is gerangschikt naar het meest gebruikt door de UvA-medewerkers. Opvallend is dat de rangschikking voor de UvA-studenten daarmee vrijwel overeenkomt. In de laatste kolom is de percentuele afwijking tussen studenten en medewerkers weergegeven.
Google Scholar scoort verreweg het hoogst met 72,6% van de studenten en 62,9% van de UvA-medewerkers dat aangeeft Google Scholar (meestal) te gebruiken bij het zoeken naar wetenschappelijke informatie. Google of een andere algemene internet zoekmachine scoort 46% bij de studenten en bijna 40% bij de medewerkers. CatalogusPlus wordt gebruikt door vrijwel de helft van de studenten en door bijna 35% van de medewerkers. De oude catalogus scoort ongeveer 32% bij beide groepen. Vergelijkbare percentages gelden voor PiCarta (26% en 33%). Web of Science scoort 14% bij de studenten en ruim 25% bij de medewerkers. Vakspecifieke databanken scoren 13,4% bij de studenten en ruim 20% bij de medewerkers. Andere zoekopties scoren ruim 10% bij beide groepen; vergelijkbare percentages gelden voor PubMed.
Hieronder is in twee tabellen een en ander uitgesplitst naar faculteit voor beide gebruikersgroepen. De belangrijkste gebruikersgroep voor CatalogusPlus voor zowel medewerkers als studenten zit bij de faculteit Geesteswetenschappen. Dit lijkt ook logisch gezien de kenmerken van CatalogusPlus: zowel gedrukt als digitaal, zowel boeken als tijdschriftliteratuur.
Pleiade Management en Consultancy
17
Zoekmachines in gebruik (UvAmedewerkers)
Faculteit Economie en Bedrijfskunde
Faculteit Geesteswetenschappen
Faculteit Maatschappiij- en Gedragswetenschappen
Faculteit Natuur-wetenschappen en Wiskunde en Informatica
Faculteit der Rechtsgeleerd-heid
Google Scholar
83,3
52,6
76,4
59,0
52,0
Google of een andere algemene internetzoekmachine
27,1
45,6
28,7
47,2
36,0
CatalogusPlus van de UvA
16,7
51,2
35,6
13,2
46,0
PiCarta
10,4
61,9
21,8
5,6
48,0
Catalogus van de UvA (de 'oude' catalogus)
8,3
53,0
25,3
15,3
42,0
Web of Science
16,7
10,7
35,6
43,8
8,0
Een vakspecifieke databank
10,4
26,0
12,1
21,5
44,0
Een andere hierboven niet genoemde zoekoptie
8,3
15,3
6,3
11,1
4,0
PubMed
0,0
1,4
15,5
21,5
2,0
48
215
174
144
50
Zoekmachines in gebruik (UvAstudenten)
Faculteit Economie en Bedrijfskunde
Faculteit Geesteswetenschappen
Faculteit Maatschappiij- en Gedragswetenschappen
Faculteit Natuur-wetenschappen en Wiskunde en Informatica
Faculteit der Rechtsgeleerd-heid
Google Scholar
85,7
60,5
91,5
81,1
34,7
Google of een andere algemene internetzoekmachine
32,1
58,1
32,4
39,6
57,1
CatalogusPlus van de UvA
37,5
69,0
42,3
29,7
38,8
PiCarta
10,7
45,7
21,8
5,4
26,5
Catalogus van de UvA (de 'oude' catalogus)
21,4
45,2
23,9
16,2
49,0
Web of Science
8,9
5,2
22,5
26,1
4,1
Een vakspecifieke databank
8,9
18,1
9,2
5,4
26,5
Een andere hierboven niet genoemde zoekoptie
5,4
15,7
7,0
7,2
12,2
PubMed
1,8
0,5
11,3
36,9
2,0
56
210
142
111
49
Aantal respondenten
Aantal respondenten
8
9
8
11 respondenten hebben anders aangegeven, deze zijn in deze analyse buiten beschouwing gelaten 9
16 respondenten hebben anders aangegeven, deze zijn in deze analyse buiten beschouwing gelaten
Pleiade Management en Consultancy
18
4.5 Gebruik bibliografisch apparaat UvA Gebruik bibliografisch apparaat UvA Gebruik catalogi CatalogusPlus oude catalogus beide catalogi niet CatalogusPlus, wel oude catalogus geen van beide Gebruik door UvA aangeboden zoeksystemen Gebruik tenminste één van beide catalogi Geen gebruik van UvA aangeboden zoeksystemen Geen gebruik catalogi, wel overige databases10 Aantal respondenten
UvAstudenten
UvAmedewerkers
50% 32% 14% 18% 32%
35% 32% 12% 20% 45%
68%
55%
21%
20%
11%
25%
N=584
N=642
In de tabel hierboven staan de resultaten van enkele analyses met het doel om inzicht te krijgen in het gebruik van het bibliografische apparaat van de UvA:
10
Gebruik catalogi: o 35% van de UvA-medewerkers gebruikt CatalogusPlus. 32% gebruikt de oude catalogus. Er is relatief weinig overlap tussen deze twee groepen. Van de UvA-medewerkers die CatalogusPlus niet gebruiken (65% van alle respondenten) gebruikt 20% wél de oude catalogus (20% van alle respondenten). Dit betekent dat 45% van de UvAmedewerkers géén van de twee catalogi van de UvA gebruikt: noch CatalogusPlus, noch de oude catalogus. o Voor studenten ligt het gebruik van CatalogusPlus beduidend hoger: 50%. 32% van de studenten gebruikt geen van beide catalogi. Niet-gebruikers zoekmachines bibliotheek: o 20% van de UvA-medewerkers lijkt het aanbod van de zoekmachines en databanken van de UvA geheel links te laten liggen: zij gebruiken noch bij de catalogi, noch PiCarta, noch Web of Science, noch een vakspecifieke databank11. Deze UvA-medewerkers gebruiken blijkbaar voornamelijk Google, Google Scholar en/of PubMed om wetenschappelijke informatie te vinden. o Voor de UvA-studenten is dit percentage 21%. Wél gebruikers overige zoekmachines bibliotheek maar geen gebruik van de catalogi: o Een kwart van de UvA-medewerkers (25%) gebruikt niet de catalogi maar wel (tenminste een van) de databanken (zoals Web of Science, PiCarta of vakspecifieke databanken) aangeboden door de UvA. o Bij studenten ligt dit percentage lager (11%).
Dit getal is berekend op basis van de twee bovenstaande getallen en niet afzonderlijk vastgesteld.
11
hierbij is ervan uitgegaan dat de meeste vakspecifieke databanken door de UvA worden aangeboden (er zijn enkele gratis vakspecifieke databanken). PubMed is dat natuurlijk ook, wordt in deze analyse buiten beschouwing gelaten.
Pleiade Management en Consultancy
19
4.6 Doelstellingen CatalogusPlus getoetst Doelstellingen Primo medewerkers UvA
Niet relevant
Nauwelijk s relevant
niet/nau welijks relevant
neutraal
(enigszi ns) relevant
Enigszins relevant
Relevant
5
5,8
10,8
16,8
72,5
26,2
46,3
6,7
7,3
14
16,8
69,2
25,7
43,5
7
5,8
12,8
18,4
68,8
26
42,8
7
6,2
13,2
25,9
60,9
32,7
28,2
12,6
15,1
27,7
25,5
46,7
26,3
20,4
15,9
16
31,9
32,4
35,7
19
16,7
(gebaseerd op vraag B1)
digitaal en gedrukt tegelijk zoeken boeken en tijdschriftartikelen tegelijk zoeken één zoekingang voor alle informatie van de bibliotheek zoeken in twee stappen: eerst alles doorzoeken, dan opties om (eventueel) de resultaten in te perken alleen informatie vinden die de bibliotheek ook kan leveren (online toegang, uitlenen) actuele informatie en historische informatie (van de UvA erfgoedcollecties) tegelijk zoeken
In de tabel hierboven zijn de resultaten weergegeven van de antwoorden van de medewerkers UvA op de vraag in hoeverre de doelstellingen van een Webscale Discovery tool voor hun relevant zijn. De resultaten zijn gerangschikt naar meest relevante doelstellingen. Het blijkt dat vier doelstellingen van een Webscale Discovery tool voor een ruime meerderheid (meer dan 60%) van de UvA-medewerkers relevant zijn: digitaal en gedrukt tegelijk zoeken (72,5%), boeken en tijdschriftartikelen tegelijk zoeken (69,2%), één zoekingang voor alle informatie van de bibliotheek (68,8%) en zoeken in twee stappen (60,9%). Twee doelstellingen zijn minder relevant voor de UvA-medewerkers: niet alleen blijken deze doelstellingen voor minder dan de helft van de UvA-medewerkers relevant, ook geeft een aanzienlijk percentage aan dat deze doelstellingen niet relevant zijn voor hen. Het betreft de doelstellingen: alléén informatie vinden die de bibliotheek ook kan leveren; actuele en historische informatie van de UvA erfgoedcollecties tegelijk zoeken. Dat de doelstellingen van Primo aanspreken blijkt ook uit het antwoord op de vraag aan diegenen die CatalogusPlus niet gebruiken: denkt u op basis van de bovenstaande kenmerken van CatalogusPlus gebruik te gaan maken? De UvAmedewerkers antwoordden met 43,6% positief hierop (ja, misschien en ja waarschijnlijk wel) en de studenten met 58,8% positief.
Pleiade Management en Consultancy
20
Doelstellingen Primo studenten UvA
Niet relevant
één zoekingang voor alle informatie van de bibliotheek boeken en tijdschriftartikelen tegelijk zoeken zoeken in twee stappen: eerst alles doorzoeken, dan opties om (eventueel) de resultaten in te perken digitaal en gedrukt tegelijk zoeken alleen informatie vinden die de bibliotheek ook kan leveren (online toegang, uitlenen) actuele informatie en historische informatie (van de UvA erfgoedcollecties) tegelijk zoeken
Nauwelijk s relevant
Niet of nauwelijk s relevant
neutraal
(Enigszins ) relevant
Enigszins relevant
Relevant
1,2
3,3
4,5
17,8
77,7
32,2
45,5
2,1
4,1
6,2
16,6
77,2
29,6
47,6
0,7
5,8
6,5
19,9
73,6
39
34,6
3,4
9,4
12,8
17
70,2
29,3
40,9
4,3
10,4
14,7
21,6
63,7
28,9
34,8
6,5
16,4
22,9
31,2
45,9
26,2
19,7
De doelstellingen van Primo scoren nog beter bij de studenten van de UvA: vier doelstellingen worden door 70% of meer van de studenten (enigszins) relevant gevonden: het gaat om één zoekingang voor alle informatie van de bibliotheek; boeken en tijdschriftartikelen tegelijk zoeken, zoeken in twee stappen en digitaal en gedrukt tegelijk zoeken. Alléén informatie vinden die de bibliotheek ook kan leveren wordt door ruim 60% van de studenten (enigszins) relevant gevonden. Hierin wijken de studenten af van de medewerkers. Actuele en historische informatie tegelijk zoeken scoort daarentegen ook bij de studenten minder. In de tabel hieronder staan de gegevens uit het gebruikersonderzoek 2008 gepresenteerd over deze aspecten, toen nog als onderdeel van een behoefte aan een nieuw te ontwikkelen UvA-breed bibliotheek zoekportaal. De percentages komen vrijwel geheel met elkaar overeen: de behoefte is dus blijkbaar in deze periode nauwelijks veranderd. Gebruikersonderzoek 2008
Dit onderzoek
behoefte aan een UvA-breed bibliotheek zoekportaal
Welke aspecten UvA-breed zoekportaal zijn belangrijk?
% behoefte (medewerkers)
% behoefte (studenten)
% Enigszins % Enigszins relevant relevant (medewerkers) (studenten)
één zoekingang voor alle informatie van de bibliotheek
64,6%
79,1%
68,8%
77,7%
boeken en tijdschriftartikelen tegelijk afzoeken
67,7%
76,2%
69,2%
77,2%
elektronisch en gedrukt tegelijk afzoeken
73,5%
75,1%
72,5%
70,2%
mogelijkheid om alleen informatie te vinden die de bibliotheek ook kan leveren (online toegang, uitleen)
50,5%
70,3%
46,7%
63,7%
Zoeken in twee stappen: eerst alles afzoeken, dan opties om (eventueel) de zoekactie in te perken
60,3%
69,5%
60,9%
73,6%
Pleiade Management en Consultancy
21
4.7 Gebruikers CatalogusPlus Kengetallen CatalogusPlus
Studenten UvA
Bekendheid, soort gebruik Bekendheid 61% Gebruik 50% Kenmerken gebruikers 48,7% Als de eerste zoekmachine 34,4% Na andere zoekmachine 16,9% Een v/d vele zoekmachines Waardering d.m.v. rapportcijfer % onvoldoende rapportcijfer 7,5% % met 6 of 7 60,3% % met 8 of hoger 32,2% Gemiddeld rapportcijfer 7,00 Waardering d.m.v. Net Promotor Score 12 % detractors 23% % passive promotors 57,3% % active promotors 19,7% Net Promotor Score -3,3% Ontevredenheid aspecten CatalogusPlus Relevance ranking 30,6% Gebruikersvriendelijkheid 19,6% Zoeken van boeken 12,4% Geboden zoekfilters 13,4% Dekkingsgraad 9,1% Toegang tot digitale full text 20,1% Stellingen m.b.t. CatalogusPlus Relevante zoekresultaten 60,4% vaak ondergesneeuwd Te vaak klikken om bij full 56,6% text/aanvraagoptie te komen Nederlandstalig interface 20,3% wenselijk Meer uitleg op 57,1% bibliotheeksite
Medewerkers UvA
Gebaseerd op vraagnummer (UvA medewerker enquête)
56% 35%
A6 A7
36,7% 38,6% 24,6%
C1 C1 C1
15,1% 50% 34,9% 6,81
A7 A7 A7 A7
30,7% 53,2% 16,1% -14,6%
A7 A7 A7 A7
29,1% 23,8% 21,3% 17,6% 14,2% 14%
C2 C2 C2 C2 C2 C2
55,7%
C3
49%
C3
14,8%
C3
45,4%
C3
12
Berekening Net Promotor Score: men werd gevraagd om op een schaal van 1 tot 10 aan te geven wat de waarschijnlijkheid is dat men CatalogusPlus zou aanraden aan een collega. Dit betreft de Net Promotor Score:
In deze theorie worden alle gebruikers die op deze schaal een product met een 6 of lager waarderen gekarakteriseerd als detractors. Alle respondenten die op deze schaal een product met een 6, 7 of 8 waarderen worden gekarakteriseerd als passive promotors. Alle respondenten die op deze schaal een product met een 9 of 10 waarderen worden gekarakteriseerd als active promotors. De Net Promotor Score wordt berekend door het percentage active promotors te verminderen met het percentage detractors en kan variëren van -100% tot +100%.
Pleiade Management en Consultancy
22
In de tabel hierboven staan de gegevens samengevat wat betreft de gebruikers van CatalogusPlus voor zowel studenten als medewerkers van de UVA. De meest belangrijke conclusies zijn: Studenten zijn meer bekend met CatalogusPlus en gebruiken CatalogusPlus vaker dan medewerkers (respectievelijk 61% versus 56% en 50% versus 35%). Studenten die CatalogusPlus gebruiken doen dit ook vaker als hun primaire zoekmachine (49% versus 37%). CatalogusPlus wordt beperkt gewaardeerd: het gemiddelde rapportcijfer van zowel studenten als medewerkers is redelijk (7 en 6,81), maar het percentage dat een onvoldoende geeft is met name bij de medewerkers relatief hoog (studenten 7,5%; medewerkers 15,1%). Dit wordt bevestigd door de Net Promotor Score: voor studenten is deze -3,3%, voor medewerkers -14,6%. De ontevredenheid richt zich met name op de relevance ranking van CatalogusPlus. Ook zijn er hoge percentages ontevredenen over de gebruikersvriendelijkheid, het zoeken van boeken en de geboden zoekfilters. Studenten zijn ook relatief ontevreden over de toegang tot de digitale full text. Over de dekkingsgraad is men minder ontevreden. In de praktijk blijkt dat relevante zoekresultaten vaak ondergesneeuwd raken: een stelling hierover wordt door een meerderheid van de respondenten onderschreven. Ook vindt een meerderheid dat er te vaak geklikt moet worden om bij de full text of de aanvraagoptie voor een boek te komen. Er is overigens weinig belangstelling voor een Nederlandstalige interface voor CatalogusPlus. Belangrijke percentages van de respondenten vindt dat er meer en betere uitleg op de bibliotheekwebsite moet komen over welke databanken men voor welke vragen het beste kan doorzoeken en hoe dergelijke zoekacties uit te voeren. Deze stelling wordt met name door studenten onderschreven (57%) maar ook veel medewerkers zijn het er mee eens (45%). Een analyse per faculteit laat zien dat de belangrijkste gebruikersgroep van CatalogusPlus bij de faculteit Geesteswetenschappen zit met 51,2% van de medewerkers en 69% van de studenten die CatalogusPlus gebruiken. Een crossanalyse tussen de studenten in de bachelorfase van hun studie en de studenten in de masterfase van hun studie liet zien dat er géén statistische verschillen waren tussen beide groepen in gebruik en waardering van CatalogusPlus.
Pleiade Management en Consultancy
23
4.8 Oude catalogus, A tot Z tijdschriftenlijst en overzicht databanken
UvA-Catalogus (oud)
Bekendheid
Studenten UvA
Medewerkers UvA
Gebaseerd op vraag (UVA medewerkersenquête)
71,4%
80,7%
A8
32%
32%
A8
zelden of nooit
29,8
28,0
A8
incidenteel (minder dan één keer per maand)
38,0
28,3
A8
Maandelijks
20,8
15,0
A8
Wekelijks
9,8
19,4
A8
(vrijwel) dagelijks
1,6
9,3
A8
Gemiddeld rapportcijfer (alleen frequentere gebruikers, maandelijks of meer)
7,20
7,36
A8
% met onvoldoende rapportcijfer
5,6%
7,3%
A8
58,7%
67,9%
A9
Gebruik
37%
44%
A9
Gemiddeld rapportcijfer (alleen regelmatige gebruikers)
6,87
7,52
A9
% met onvoldoende rapportcijfer
8,6%
6,2%
A9
Bekendheid
49,3%
72,7%
A10
Gebruik
27,6%
53,6%
A10
Gemiddeld rapportcijfer (alleen regelmatige gebruikers)
7,11
7,98
A10
% met onvoldoende rapportcijfer
8,1%
3,4%
A10
Gebruik 13
Frequentie gebruik :
Databaseoverzichtpagina Bekendheid
A tot Z tijdschriftenlijst
Drie andere digitale diensten zijn eveneens bevraagd. De resultaten staan in de tabel hierboven weergegeven over de UvA-catalogus (de oude catalogus), de databases overzicht pagina en de A tot Z tijdschriftenlijst. Belangrijkste conclusies:
De UvA-catalogus scoort goed qua bekendheid onder de respondenten. De oude catalogus wordt relatief nog veel gebruikt (32% door studenten en 40%
13
Dit zijn de antwoorden op vraag A8. Hier ligt het percentage gebruikers (43%) hoger dan bij vraag A6 (32%): dit komt ook omdat niet alle respondenten A8 hebben beantwoord. Voor de analyses m.b.t. gebruikers van CatalogusPlus en hun waardering is altijd vraag A8 gebruikt op basis van de respondenten die aangaven dat zij CatalogusPlus maandelijks, wekelijks of dagelijks gebruikten.
Pleiade Management en Consultancy
24
door medewerkers) en krijgt een goede waardering met een gemiddeld rapportcijfer van respectievelijk 7,2 en 7,36 en met relatief lage percentages gebruikers die een onvoldoende rapportcijfer geven (5,6% respectievelijk 7,3%). De databaseoverzichtpagina is bekend bij een ruime meerderheid van de respondenten (59% bij studenten, 68% bij medewerkers. Het gebruik ligt relatief hoog (37% versus 44%). Met name de medewerkers zijn tevreden hierover met een gemiddeld rapportcijfer van 7,52 en met relatief weinig onvoldoendes (6,2%). Studenten zijn iets minder tevreden: een gemiddeld rapportcijfer van 6,87 en een percentage onvoldoende rapportcijfer van 8,6%. De A tot Z tijdschriftenlijst geniet ruime bekendheid onder de medewerkers met meer dan 70%. Ruim dan de helft van de UvA-medewerkers gebruiken de A tot Z tijdschriftenlijst ook (53,6%) en waarderen deze met een hoog cijfer (7,98). Studenten zijn er minder bekend mee (49%) en gebruiken de tijdschriftenlijst aanmerkelijk minder (28%). De waardering is gematigd positief met een gemiddeld rapportcijfer van 7,11 en een percentage onvoldoende’s van 8,1.
Pleiade Management en Consultancy
25
5. Resultaten enquête HvA gebruikers 5.1 Inleiding De gegevens uit het kwalitatieve vooronderzoek en het responspercentage staat vermeld in paragraaf 4.1 en 4.214 . Opgemerkt moet worden dat uit de huidige gebruikscijfers blijkt dat ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK veel minder intensief gebruik lijkt te worden dan de Primo implementatie bij de UVA. Dit wordt ook ondersteund door de ervaring dat bij het aanspreken van tientallen studenten in een HvA bibliotheekvestiging er zeer weinig studenten gevonden kon worden die ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK gebruikten. Dit verklaart waarschijnlijk mede de zeer lage respons op de studentenenquête.
5.2 Kenmerken zoekgedrag Overzichtstabel kenmerken zoekgedrag Frequentie zoeken naar wetenschappelijke informatie >1x per maand Maandelijks Wekelijks/vrijwel dagelijks Invulling informatiebehoefte door: Overgrote deel/grootste deel door boeken Fifty-fifty Overgrote deel/grootste deel door tijdschriftartikelen Voorkeur voor digitale of gedrukte: Voorkeur voor gedrukt Voorkeur voor digitaal Zoekstrategie voor meeste zoekacties Altijd/merendeel strategie (X)15 Altijd/merendeel strategie (Y) Aantal zoekmachines in gebruik Altijd/meestal dezelfde zoekmachine Meerdere zoekmachines/geen vaste zoekmachine
HvA-studenten
HvA-medewerkers
39,6% 25,5% 34,2%
29,3% 25,9% 44,8%
48,3% 23,5% 20,8%
22,6% 33,5% 35,9%
28,9% 44,3%
26,4% 45,8%
66,4% 14,1%
52,4% 26,4%
69,1% 28,8%
71,2% 25,9%
In de vragenlijst werd naar een aantal kenmerken van het zoekgedrag gevraagd. Deze staan in de tabel hierboven samengevat. Meer details staan vermeld in bijlage A. Deze gegevens kunnen worden gezien als de achtergrond van het zoekgedrag van de HvA-medewerkers en studenten voor de evaluatie van ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK.
14
Aanvullende leeswijzer: bij de overzichtstabellen in hoofdstuk vier is telkens aangegeven op welke vraag het betreffende gegeven gebaseerd is. Omdat dit in dit hoofdstuk vergelijkbaar is, is dit hier achterwege gelaten. 15
(X) zoekactie starten in veelomvattende zoekmachine, zonder voorkeur voor type publicatie of inperking tot vakgebied, om vervolgens op basis van de zoekresultaten de zoekactie zo nodig te verfijnen/in te perken. (Y) voorafgaande aan zoekactie bepalen welk publicatietype of vakgebied relevant is en vervolgens de zoekactie in een daarop gerichte zoekmachine uitvoeren.
Pleiade Management en Consultancy
26
5.3 Zoekmachines in gebruik Zoekmachines in gebruik
HvAstudenten %
HvAmedewerkers %
Verschil studenten en medewerkers
Google of een andere algemene internetzoekmachine
75,8
56,6
19,2
Google Scholar
42,3
45,3
-3
ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK
38,9
44,8
-5.9
Een vakspecifieke databank
12,8
25,0
-12,2
LexisNexis
17,4
23,1
-5,7
HvA-catalogus (de 'oude' catalogus)
29,5
17,9
11,6
PiCarta
9,4
16,5
-7,1
Een andere hierboven niet genoemde zoekoptie
7,4
10,8%
-3,4
N=149
N=212
Aantal respondenten
In de tabel hierboven is aangegeven om welke zoekmachines het gaat. De tabel is gerangschikt naar het meest gebruikt door de HvA-medewerkers. De rangschikking voor de HvA-studenten blijkt daarvan op enkele onderdelen af. In de laatste kolom is de percentuele afwijking tussen studenten en medewerkers weergegeven.
Google of een andere algemene internet zoekmachine scoort het hoogst met 56,6% voor HvA-medewerkers en 75,8% voor HvA-studenten. Google Scholar volgt op de tweede plaats bij beide groepen met respectievelijk 45,3% en 42,3%. ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK scoort met Google Scholar vergelijkbare percentages: 44,8% bij de HvA-medewerkers en 38,9% bij de HvAstudenten. Een vakspecifieke databank, LexisNexis en PiCarta worden door respectievelijk 25%, 23% en 16% van de HvA-medewerkers gebruikt. De percentages bij de HvA-studenten liggen hier lager: respectievelijk 12,8%, 17,4% en 9,4%. De HvA-catalogus (de oude catalogus) is een buitenbeentje: deze scoort behoorlijk goed bij de HvA-studenten met 29,5%. Het gebruik bij de HvAmedewerkers ligt fors lager op 17,9%.
Pleiade Management en Consultancy
27
5.3 Gebruik bibliografische apparaat HvA Gebruik bibliografisch apparaat HvA Gebruik catalogi ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK oude catalogus beide catalogi niet ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK, wel oude catalogus geen van beide Gebruik door HvA aangeboden zoeksystemen Gebruik tenminste één van beide catalogi Geen gebruik van HvA aangeboden zoeksystemen Geen gebruik catalogi, wel overige databases16 Aantal respondenten
HvAstudenten
HvAmedewerkers
39% 30% 13% 16% 45%
45% 18% 10% 8% 47%
55%
53%
32%
23%
13%
24%
N=149
N=212
In de tabel hierboven staan de resultaten van enkele analyses met het doel om inzicht te krijgen in het gebruik van het bibliografische apparaat van de HvA:
16
Gebruik catalogi: o 45% van de HvA-medewerkers gebruikt ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK. 18% gebruikt de oude catalogus. 10% van de HvAmedewerkers gebruikt beide catalogi. 8% gebruikt niet ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK maar wél de oude catalogus. Bijna de helft van de HvA-medewerkers laat beide catalogi links liggen (47%). o Voor studenten ligt het gebruik van ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK op vergelijkbaar niveau: 39%. Het gebruik van de oude catalogus is echter fors hoger: 30%. Een relatief kleine groep gebruikt beide catalogi (13%). Eveneens een relatief kleine groep gebruikt niet ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK, maar wél de oude catalogus (16%). Minder dan de helft van de studenten laat beide catalogi links liggen (45%). Niet-gebruikers zoekmachines bibliotheek: o 23% van de HvA-medewerkers lijkt het aanbod van de zoekmachines en databanken van de HvA geheel links te laten liggen: zij gebruiken noch beide catalogi, noch LexisNexis, PiCarta of een vakspecifieke databank. Deze HvA-medewerkers gebruiken blijkbaar voornamelijk Google, Google Scholar of andere zoekmachines op het internet om wetenschappelijke informatie te vinden. o Voor de HvA-studenten is dit percentage 32%. Wél gebruikers overige zoekmachines bibliotheek maar geen gebruik van de catalogi: o Bijna een kwart van de HvA-medewerkers (24%) gebruikt niet de catalogi maar wel (tenminste een van) de databanken (zoals LexisNexis, PiCarta of vakspecifieke databanken) aangeboden door de HvA. Bij studenten ligt dit percentage lager (13%). Dit getal is berekend op basis van de twee bovenstaande getallen en niet afzonderlijk vastgesteld.
Pleiade Management en Consultancy
28
5.4 Doelstellingen ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK getoetst Niet relevant
Nauwelijks relevant
Niet of nauwelijks relevant
neutraal
(Enigszins) relevant
Enigszins relevant
Relevant
digitaal en gedrukt tegelijk zoeken
4
5,4
9,4
16,8
73,8
34,9
38,9
zoeken in twee stappen: eerst alles doorzoeken, dan opties om (eventueel) de resultaten in te perken
0,7
6
6,7
19,5
73,8
44,3
29,5
één zoekingang voor alle informatie van de bibliotheek
2
4
6
20,8
73,2
32,9
40,3
boeken en tijdschriftartikelen tegelijk zoeken
4
6,7
10,7
18,8
70,4
34,2
36,2
alleen informatie vinden die de bibliotheek ook kan leveren (online toegang, uitlenen)
4,7
12,8
17,5
16,1
66,4
29,5
36,9
Primo doelstellingen HvA-studenten
In de tabel hierboven zijn de resultaten weergegeven van de antwoorden van de HvA-studenten in hoeverre de doelstellingen van Primo voor hun relevant zijn. De resultaten zijn gerangschikt naar meest relevante doelstellingen. Het blijkt dat alle doelstellingen van Primo voor een ruime meerderheid (meer dan twee-derde) van de HvA-studenten relevant zijn. Niet relevant Nauwelijks Primo doelstellingen HvArelevant medewerkers boeken en tijdschriftartikelen tegelijk 1,9 4,2 zoeken digitaal en gedrukt tegelijk zoeken 2,8 7,1
Niet of nauwelijks relevant
neutraal
(enigszins) relevant
Enigszins relevant
Relevant
6,1
23,6
70,3
31,6
38,7
9,9
23,1
67
28,8
38,2
één zoekingang voor alle informatie 2,4 van de bibliotheek zoeken in twee stappen: eerst alles 1,4 doorzoeken, dan opties om (eventueel) de resultaten in te perken alleen informatie vinden die de 8 bibliotheek ook kan leveren (online toegang, uitlenen)
5,7
8,1
26,4
65,6
26,9
38,7
4,7
6,1
33
60,9
30,2
30,7
12,7
20,7
30,7
48,6
22,2
26,4
De meeste doelstellingen van Primo zijn ook relevant voor de HvA-medewerkers: 61% vindt vier doelstellingen van Primo relevant. Er is slechts één uitzondering: de doelstelling om alleen informatie te vinden die de bibliotheek ook kan leveren wordt door iets minder dan de helft van de HvA-medewerkers relevant gevonden. Een fors percentage (ruim 20%) vindt deze doelstelling niet relevant.
Pleiade Management en Consultancy
29
Dat de doelstellingen van Primo aanspreken blijkt ook uit het antwoord op de vraag aan diegenen die ZOEKEN IN DE HVA BIBLIOTHEEK niet gebruiken: denkt u op basis van de bovenstaande kenmerken van ZOEKEN IN DE HVA BIBLIOTHEEK gebruik te gaan maken? De HvA-studenten (die ZOEKEN IN DE HVA BIBLIOTHEEK niet gebruikt een) antwoorden hier positief op met 55,6%. De niet-gebruikende HvA-medewerkers met 64,4%
Pleiade Management en Consultancy
30
5.5 Gebruikers ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK Kengetallen ZOEKEN IN DE HvA Studenten HvA BIBLIOTHEEK Bekendheid, soort gebruik Bekendheid 71% Gebruik 39% Kenmerken gebruikers 30,3% Als de eerste zoekmachine 33,3% Na andere zoekmachine 36,4% Een van de vele zoekmachines Waardering d.m.v. rapportcijfer % onvoldoende rapportcijfer 10% % met 6 of 7 60% % met 8 of hoger 30% Gemiddeld rapportcijfer 6,93 Waardering d.m.v. Net Promotor Score17 % detractors 17,2% % passive promotors 68,9% % active promotors 13,8% Net Promotor Score -3,4% Ontevredenheid aspecten ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK Relevance ranking 12% Gebruikersvriendelijkheid 12% Zoeken van boeken 3% Geboden zoekfilters 12% Dekkingsgraad 0% Toegang tot digitale full text 18% Stellingen m.b.t. ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK Relevante zoekresultaten vaak 35,5% ondergesneeuwd Te vaak klikken om bij full 41,9% text/aanvraagoptie te komen Nederlandstalig interface 27,3% wenselijk Meer uitleg op bibliotheeksite 50%
Medewerkers HvA
69% 45% 35% 37,5% 27,5%
9,8% 70,5% 19,6% 6,76 22% 74% 4% -18% 8,9% 8,9% 4,5% 7,1% 6,8% 15,9%
20,5% 40,9% 34,9% 59,1%
In de tabel hierboven staande gegevens samengevat wat betreft de gebruikers van ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK voor zowel studenten als medewerkers van de HvA. De meest belangrijke conclusies zijn: De bekendheid van ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK is bij beide groepen hoog (omstreeks 70%), terwijl het gebruik ervan zich op een voor beide
17
Zie voor de betekenis en bereking van de Net Promotor Score de voetnoot bij paragraaf 4.6
Pleiade Management en Consultancy
31
groepen vergelijkbaar niveau bevindt (39% bij studenten; 45% bij medewerkers). De meeste gebruikers van ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK gebruiken dit niet als primaire zoekmachine: 35% van de medewerkers en ruim 30% van de studenten gebruikt ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK wél als primaire zoekmachine. De HvA-medewerkers en studenten zijn in dezelfde mate als hun collega’s bij de UvA negatief over ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK zoals blijkt uit het rapportcijfer (respectievelijk 6,76 en 6,93), de percentages met een onvoldoende rapportcijfer (beide ca. 10%) en de Net Promotor Score, die negatief is bij de HvA-medewerkers (-18%) en enigszins negatief bij de studenten (-3,4%). Bij het laatste dient overigens opgemerkt te worden dat het om een laag aantal respondenten gaat die de vraag hierover heeft ingevuld (n=35). De ontevredenheid over ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK richt zich - anders dan bij de UvA-medewerkers en studenten - voornamelijk op de toegang tot de digitale full text met 16% en 18%. De aspecten relevance ranking en gebruikersvriendelijkheid volgen met percentages ontevredenheid van respectievelijk 9% en 12%. Gevolgd door de geboden zoekfilters met 7% en 12%. Er zijn nauwelijks ontevredenen over het zoeken naar boeken en de dekkingsgraad. Dat laatste bevreemdt overigens gezien de lacunes in de dekkingsgraad van Primo op de voor de HvA gebruikersgemeenschap relevante databanken. Het kritiekpunt van de HvA-medewerkers en studenten wat betreft de toegang tot de digitale full text wordt eveneens weerspiegeld in hun antwoorden op de stellingen. De stelling dat men te vaak moet klikken om bij de full text of bij de aanvraagoptie voor het gedrukte boek te komen wordt onderschreven door ruim 40% van beide groepen. Een stelling dat relevante zoekresultaten vaak worden ondergesneeuwd vindt minder steun dan bij de UvA-studenten en medewerkers: 35% van de HvA-studenten en 20% van de HvA-medewerkers onderschrijft dit. Er is redelijke belangstelling voor een Nederlandstalig interface voor ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK met 34% van de HvA-medewerkers en 27% van de HvA-studenten die dit wenselijk vinden. Een hoge prioriteit lijkt om op de website van de bibliotheek meer uitleg te geven over zoeken en zoekmachines: een stelling hierover wordt onderschreven door 50% van de studenten en bijna 60% van de HvAmedewerkers.
Pleiade Management en Consultancy
32
5.6 Oude catalogus, A tot Z tijdschriftenlijst en overzicht databanken
HvA-Catalogus (oud) Bekendheid
Studenten HvA
Medewerkers HvA
60%
59%
39%
18%
zelden of nooit
38,6%
38,2%
incidenteel (minder dan één keer per maand)
38,6%
35,4%
Maandelijks
19,8%
21,5%
Wekelijks
3,0%
4,2%
0%
0,7%
Meestal in bibliotheekvestiging HvA
56,5%
33%
Meestal elders
43,5%
52%
Gemiddeld rapportcijfer (alleen frequentere gebruikers, maandelijks of meer)
6,74
6,92
% met onvoldoende rapportcijfer
8,7%
10,8%
Bekendheid
63,1%
73,6%
Gebruik
41,6%
55,7%
Gemiddeld rapportcijfer (alleen regelmatige gebruikers)
7,55
7,18
% met onvoldoende rapportcijfer
0%
10%
Bekendheid
40,9%
58,5%
Gebruik
18,8%
35,3%
6,83
7,42
16,7%
10,5%
Gebruik Frequentie gebruik:
18
(vrijwel) dagelijks Plaats gebruik:
Databaseoverzichtpagina
A tot Z tijdschriftenlijst
Gemiddeld rapportcijfer (alleen regelmatige gebruikers) % met onvoldoende rapportcijfer
Drie andere digitale diensten zijn eveneens bevraagd. De resultaten staan in de tabel hierboven weergegeven over de HvA-catalogus (de oude catalogus), de databaseoverzichtpagina en de A tot Z tijdschriftenlijst. Belangrijkste conclusies:
De HvA-catalogus scoort redelijk qua bekendheid onder de respondenten (rond de 60%). De oude catalogus wordt relatief nog veel gebruikt door studenten (39%), maar minder door medewerkers (18%) en krijgt een
18
Deze gegevens zijn de antwoorden op vraag A8. Deze vraag geeft een hoger percentage gebruik van de oude catalogus (26%) dan de antwoorden op vraag A6. Dit wordt mede veroorzaakt doordat vraag A8 niet door alle respondenten is ingevuld.
Pleiade Management en Consultancy
33
redelijke waardering met een gemiddeld rapportcijfer van respectievelijk 6,74 en 6,92 en met gematigde percentages gebruikers die een onvoldoende rapportcijfer geven (8,7% respectievelijk 10,8%). Het relatief hoge gebruik van de oude catalogus door studenten wordt waarschijnlijk mede veroorzaakt doordat zij de oude catalogus veel raadplegen op de bibliotheekvestigingen middels de daartoe bestemde terminals (meer dan de helft zegt de oude catalogus meestal in een bibliotheekvestiging te raadplegen). De databaseoverzichtpagina is bekend bij een ruime meerderheid van de respondenten (63% bij studenten, 74% bij medewerkers. Het gebruik ligt relatief hoog (42% versus 56%). De regelmatige gebruikers zijn ook redelijk positief hierover met een rapportcijfer van respectievelijk 7,55 en 7,18 en met 0% onvoldoende rapportcijfers bij studenten en 10% onvoldoendes bij de medewerkers. De A tot Z tijdschriftenlijst is bekend bij 41% van de HvA-studenten en 59% van de HvA-medewerkers. 19% van de HvA-studenten en 35% van de HvAmedewerkers gebruikt de A tot Z lijst. Regelmatige gebruikers onder de HvAmedewerkers waarderen de A tot Z lijst redelijk positief met 7,42 gemiddeld rapportcijfer en 11% met een onvoldoende. De studenten zijn wat minder tevreden over de A tot Z lijst met een gemiddeld rapportcijfer 6,8 en 17% met een onvoldoende.
Pleiade Management en Consultancy
34
6.1 Conclusies 6.1 Achtergrond Na een bèta versie eind 2011 is Primo - de Webscale Discovery tool van ExLibris - definitief geïmplementeerd in het voorjaar van 2012: bij de bibliotheek van de UvA onder de noemer CatalogusPlus, bij de bibliotheek van de HvA onder de noemer ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK. Primo verving MetaLib, de federatieve zoekmachine van ExLibris. In het voorjaar van 2013 - een jaar na de implementatie van Primo - is besloten tot een evaluatieonderzoek. Een belangrijke aanleiding voor dit onderzoek is dat er veel kritiek is op de Discovery tool van de informatiespecialisten van zowel de HvA als de UvA bibliotheek. De Webscale Discovery tools zijn sterk in opkomst en veel academische bibliotheken implementeren één van de vier op de markt zijnde systemen (naast Primo: Summon, OCLC WorldCat local en EBSCO Discovery). Echter, er is ook een tegenbeweging aan de gang: de Universiteitsbibliotheek Utrecht heeft besloten om haar zelf gemaakte Discovery tool (Omega) uit te faseren en niet te vervangen. Utrecht wil inzetten op de delivery mechanismes van de bibliotheek en daarmee de gebruikers ondersteunen die gebruik maken van internet zoekmachines zoals Google Scholar of van wetenschappelijke databases zoals Web of Science.
6.2 Aanpak Dit evaluatie onderzoek bestaat uit twee onderdelen:
Analyse van de gebruiksstatistieken: om de impact en de positionering van de implementatie van Primo in kaart te brengen, werden de beschikbare gebruikersstatistieken geanalyseerd. Gebruikersonderzoek: na een kwalitatief vooronderzoek met 12 gebruikers en input van 9 informatiespecialisten werd een vragenlijst opgesteld voor een online enquête onder vier groepen gebruikers: UvA-medewerkers, UvAstudenten, HvA-medewerkers en HvA-studenten. De vragenlijsten waren bijna identiek (enkele vragen golden alleen voor de UvA of voor de HvA; het taalgebruik voor de vragenlijst onder de studenten van de HvA werd aangepast) en waren zowel in het Nederlands als in het Engels beschikbaar. De enquête werd gehouden in de periode juni tot begin juli.
Het evaluatieonderzoek voor het UvA gedeelte kon beschikken over uitgebreidere gegevens: er zijn meer gebruiksstatistieken beschikbaar, er werden meer gegevens over de uitgenodigde respondenten aangeleverd en voor bepaalde gegevens kunnen vergelijkingen getrokken worden met een onderzoek dat gericht was op de invoering van een webscale discovery tool onder gebruikers van 2008. Mede daarom wordt de evaluatie van Primo aan de UvA apart besproken van Primo aan de HvA.
Pleiade Management en Consultancy
35
6.3 Primo aan de UvA: de statistieken Uit de gegevens van de gebruikersstatistieken (zie hoofdstuk drie) kunnen de volgende conclusies getrokken worden:
Primo heeft het grootste aandeel in de click-throughs van SFX naar full text: 41% (tegen een aandeel van Google Scholar van 28%). Primo heeft daarmee een 10% groter aandeel dan dat MetaLib had verworven. Circa 25% van de boekaanvragen die bij de OPC binnenkomen, komen via Primo. Er heeft een duidelijke verschuiving plaatsgevonden van gebruik van de oude catalogus naar Primo. De implementatie van Primo heeft géén effect gehad op het gebruik van full text: dit blijkt vrijwel constant te zijn gebleven over de laatste vier jaar. Twee andere observaties dienen eveneens genoemd te worden: o in de afgelopen twee jaar heeft een verschuiving plaatsgevonden in het gebruik van zoeksystemen, waarbij Google Scholar, Web of Knowledge en PubMed (naast Primo/MetaLib) meer gebruikt worden ten koste van de tijdschriftenlijsten (van de MB en de UB) en overige zoeksystemen. o Er wordt véél full text opgevraagd buiten SFX om: ca. 40% van de full text aanvragen geschiedt via SFX, de overige aanvragen komen via andere mechanismen tot stand.
6.4 Primo aan de UvA: de gebruikers UvA gebruikersgemeenschap zoekt frequent
UvA gebruikersgemeenschap zoekt frequent: 96% van de UVAmedewerkers en 83% van de UvA-studenten zoekt wekelijks of frequenter. Voorkeur voor digitale informatie: 57% van de medewerkers en 47% van de studenten heeft een voorkeur voor digitale informatie. Honkvast qua zoekmachine: 71% van de medewerkers en 67% van de studenten gebruikt altijd of meestal dezelfde zoekmachine. Google Scholar meest gebruikt: Google Scholar is de meest gebruikte zoekmachine met 73% gebruik onder studenten en 63% gebruik onder de medewerkers.
CatalogusPlus en de UvA-catalogus (de oude catalogus)
CatalogusPlus wordt redelijk goed gebruikt: de helft van de studenten en 35% van de medewerkers gebruikt CatalogusPlus De oude catalogus heeft eigen gebruikersgroep: de oude catalogus wordt door 32% van beide groepen gebruikt. Een belangrijk deel gebruikt wel de oude catalogus maar CatalogusPlus niet. Het gaat om 18% van de studenten en 20% van de medewerkers.
Pleiade Management en Consultancy
36
Gebruik van het bibliografische apparaat UvA
Bereik bibliografische apparaat groter geworden t.o.v. 2008: ongeveer 20% van de gebruikers maakt géén gebruik van de door de UvA aangeboden zoeksystemen. Dit is een lager percentage dan in het gebruikersonderzoek van 2008 werd gevonden: toen was dit 30% van de medewerkers en 26% van de studenten.
Doelstellingen Primo
Meeste doelstellingen Primo worden onderschreven: de meeste doelstellingen van Primo worden onderschreven door zowel de medewerkers als de studenten. Er zijn twee uitzonderingen: alléén informatie vinden die de bibliotheek ook kan leveren wordt minder ondersteund door de medewerkers, actuele informatie en historische informatie tegelijk zoeken wordt door beide groepen minder onderschreven. Een vergelijking met het gebruikersonderzoek van 2008, waar deze doelstellingen in vergelijkbare bewoordingen werden voorgelegd voor het mogelijk te ontwikkelen systeem laat zien dat de deze zeer goed overeenkomen. Wat dat betreft is de behoefte dus niet veranderd.
Tevredenheid van gebruikers van CatalogusPlus
Ontevredenheid over CatalogusPlus vooral onder UvA-medewerkers, waaronder veel medewerkers uit de faculteit Geesteswetenschappen: de door de informatiespecialisten gesignaleerde onvrede over CatalogusPlus lijkt met name gebaseerd te zijn op de ontevredenheid van UvA-medewerkers over het functioneren van CatalogusPlus. Gebruikers van CatalogusPlus geven een gemiddeld rapportcijfer van 6,81 dat redelijk lijkt. Echter, 15% geeft een onvoldoende rapportcijfer en de Net Promotor Score is -14,6%. Een belangrijke oorzaak van de ontevredenheid ligt in de relevance ranking van Primo: 29% is daar ontevreden over. Ook andere aspecten van CatalogusPlus hebben hoge percentages ontevreden gebruikers: gebruikersvriendelijkheid, zoeken van boeken, geboden zoekfilters en (in wat mindere mate) de dekkingsgraad en de toegang tot de full text. De ontevredenheid van de gebruikers van CatalogusPlus onder de UvA-medewerkers is wijdverbreid: dit blijkt uit het feit dat een stelling dat relevante zoekresultaten vaak worden ondergesneeuwd door meer dan de helft wordt onderschreven (56%). Een ander knelpunt is dat men te vaak moet klikken om bij de full text/aanvraag optie te komen (49%). Een analyse per faculteit laat zien dat de voornaamste gebruikersgroep van CatalogusPlus zich bij de Faculteit Geesteswetenschappen bevindt. Dit geldt zowel voor de medewerkers van deze faculteit, waarvan meer dan de helft CatalogusPlus gebruikt en voor de studenten, waarvan bijna 70% CatalogusPlus gebruikt. Studenten zijn iets tevredener maar onderschrijven de meeste knelpunten: de UvA-studenten die CatalogusPlus gebruiken zijn positiever met een gemiddeld rapportcijfer van 7,0 en met 7,5% met een onvoldoende. Hun Net Promotor Score is -3,3%. Echter, de ontevredenheid over een aantal aspecten van CatalogusPlus wordt gedeeld, waarbij studenten zich meer ontevreden toonden over de toegang tot digitale full text (20%). Ook de genoemde stellingen met betrekking tot ondersneeuwen zoekresultaten en te
Pleiade Management en Consultancy
37
vaak klikken worden door meerderheden van de respondenten onderschreven. Meer uitleg op de bibliotheekwebsite gewenst: een stelling, op basis van een opmerking van een geïnterviewde respondent in het vooronderzoek, waarin om meer uitleg op de bibliotheekwebsite wordt gevraagd voor welk een zoekactie welke zoekmachine/databanken geschikt is en hoe deze zoekactie uit te voeren, wordt door grote delen van de gebruikerspopulatie onderschreven: 57% van de studenten en 45% van de medewerkers.
Tevredenheid oude catalogus; databases overzicht pagina; A tot Z tijdschriftenlijst
Redelijk tevreden over de UVA-catalogus: de meer frequente gebruikers van de UvA-catalogus geven deze een rapportcijfer van 7,36 (UvAmedewerkers) en 7,2 (UvA-studenten)19. Het percentage gebruikers dat een onvoldoende rapportcijfer geeft is beperkt: respectievelijk 7,3% en 5,6%. Databaseoverzichtpagina en A tot Z tijdschriftenlijst scoren redelijk goed onder UvA-medewerkers: beide zijn redelijk bekend onder de UvAmedewerkers (respectievelijk 68% en 73%), kan worden gebruikt door een belangrijk deel (respectievelijk 44% en 54%) en goed gewaardeerd (rapportcijfer respectievelijk 7,52 en 7,98). Onder UvA-studenten is het gebruik veel lager: respectievelijk 37% en 28%. Ook is de waardering van de studenten wat lager: respectievelijk een rapportcijfer van 6,87 en 7,11.
19
Dit rapportcijfer voor de ‘oude’ catalogus is hoger dan het rapportcijfer voor CatalogusPlus (UvAmedewerkers: 6,81 versus 7,36; UvA-studenten: 7,0 versus 7,2. Echter, opgemerkt moet worden dat deze gebruikersgroepen die niet direct met elkaar vergelijkbaar zijn: de gebruikers van CatalogusPlus hebben hier in veel gevallen niet actief voor gekozen (is immers de default), terwijl de gebruikers van de ‘oude’ catalogus dit wel hebben gedaan.
Pleiade Management en Consultancy
38
6.5 Conclusies t.a.v. de UvA implementatie van Primo 1. Primo heeft het grootste aandeel in de click-throughs naar de full text via SFX. Dit aandeel is groter dan Google Scholar en is 10% groter dan MetaLib had verworven. 2. Primo wordt gebruikt door 50% van de studenten en 35% van de medewerkers. 3. De meeste doelstellingen van Primo worden onderschreven door studenten en medewerkers. Opvallend is dat er ten opzichte van 2008 vrijwel geen verandering hierin heeft plaatsgevonden. Twee doelstellingen worden overigens minder onderschreven: actuele én historische informatie tegelijk zoeken (studenten én medewerkers) en alléén informatie zoeken die de bibliotheek beschikbaar heeft (alléén medewerkers). 4. Het is echter forse ontevredenheid over het functioneren van Primo onder de gebruikers, met name onder de medewerkers van de UvA en specifiek onder die van de faculteit Geesteswetenschappen. 5. Er zijn vier knelpunten, die deze ontevredenheid voornamelijk veroorzaken: de belangrijkste is de relevance ranking. Vrijwel alle opmerkingen die in de open velden van de enquête zijn gemaakt gaan hierover. Op de tweede plaats komen gebruikersvriendelijkheid, het zoeken van boeken en de geboden zoekfilters.
Pleiade Management en Consultancy
39
6.6 Primo aan de HvA: de gebruiksstatistieken
Vooral additioneel gebruik Primo: Primo lijkt vooral additioneel gebruik te hebben opgeleverd binnen de gebruikersgemeenschap van de HvA terwijl er slechts in beperkte mate een verschuiving van het gebruik van de oude catalogus naar Primo heeft plaatsgevonden. Overgrote deel SFX full text aanvragen via Primo: Primo is verantwoordelijk voor bijna 80% van de click-throughs van SFX richting full text vanuit de gebruikersgemeenschap van de HvA.
6.7 Primo aan de HvA: de gebruikers HvA gebruikersgemeenschap zoekt frequent
HvA gebruikersgemeenschap zoekt regelmatig: 60% van de studenten en zien 71% van de medewerkers zoekt maandelijks of vaker. Voorkeur voor digitale informatie: 46 % van de medewerkers en 44% van de studenten heeft een voorkeur voor digitale informatie. Honkvast qua zoekmachine: 71% van de medewerkers en 69% van de studenten gebruikt altijd of meestal dezelfde zoekmachine. Google meest gebruikt: Google staat bovenaan de zoekmachines qua gebruik: 57% van de medewerkers en 76% van de studenten gebruik Google (of een andere internetzoekmachine). Daarmee is het verreweg de meest gebruikte zoekmachine: Google Scholar komt op de tweede plaats met 45% onder de HvA-medewerkers en 42% onder de HvA-studenten.
ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK en de oude catalogus
ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK wordt redelijk goed gebruikt: 39% van de studenten en 45% van de HvA-medewerkers maakt hiervan gebruik. De oude catalogus wordt met name door studenten ook veel gebruikt: 30% van de studenten gebruikt de oude catalogus, tegen 18% van de medewerkers.
Gebruik van het bibliografisch apparaat van de HvA
20-30% maakt geen gebruik van het bibliografisch apparaat: 23% van de medewerkers en 32% van de studenten maakt geen gebruik van het bibliografisch apparaat van de HvA.
Doelstellingen Primo
Alle doelstellingen relevant voor HvA-studenten: de doelstellingen van Primo worden alle in ruime mate onderschreven door de HvA-studenten. De medewerkers zijn eveneens positief over deze doelstellingen, met uitzondering van de doelstelling ‘alleen informatie vinden die de bibliotheek ook kan leveren’.
Tevredenheid van gebruikers van ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK
Slechte waardering voor Primo: de gebruikers van ZOEKEN IN DE HvA BIBLIOTHEEK betonen zich in vergelijkbare mate als hun collega’s bij de UvA
Pleiade Management en Consultancy
40
negatief erover, zoals onder meer blijkt de Net Promotor Score, die negatief is bij de HvA-medewerkers (-18%) en enigszins negatief bij de studenten (3,4%). Ander knelpunt dan bij UvA: de HvA gebruikers melden een ander knelpunt in het gebruik van Primo dan de UvA gebruikers. Hier is er vooral ontevredenheid over de toegang tot de digitale full text (18% van de studenten en 16% van de medewerkers is hierover ontevreden). Dit blijkt ook uit het feit dat ruim 40% van beide groepen de stelling ‘te vaak klikken om bij de full text/aanvragen optie te komen’ onderschrijft. Nederlandstalig interface gewenst: 27% van de studenten en 35% van de medewerkers vindt een Nederlandstalig interface wenselijk. Meer uitleg op de bibliotheekwebsite gewenst: 50% van de studenten en 60% van de medewerkers onderschrijft de stelling dat de bibliotheekwebsite meer uitleg moet bevatten over voor welke zoekactie welke zoekmachine/databanken geschikt zijn en hoe deze zoekacties uit te voeren.
Tevredenheid oude catalogus; databases overzicht pagina; A tot Z tijdschriftenlijst
Gebruik oude catalogus vooral door studenten op bibliotheekvestiging: meer dan de helft van het gebruik van de oude catalogus door studenten vindt meestal plaats op een bibliotheekvestiging van de HvA. Redelijk tevreden over de oude catalogus: meer frequente gebruikers waarderen de oude catalogus met een rapportcijfer van 6,74 (studenten) en 6,92 (medewerkers). 9% van de studenten en 11% van de medewerkers gaf een onvoldoende. Databaseoverzichtpagina redelijk gebruikt en goed gewaardeerd: 56% van de medewerkers en 42% van de studenten gebruikt de databaseoverzichtpagina en geeft daarvoor een gemiddeld rapportcijfer van respectievelijk 7,18 en 7,55. A tot Z tijdschriftenlijst minder gebruikt: 35% van de medewerkers en 19% van de studenten gebruikt de A tot Z tijdschriftenlijst. Medewerkers zijn hierover matig tevreden met een rapportcijfer van 7,42 en 11% met een onvoldoende. Studenten die de A tot Z tijdschriftenlijstgebruiken zijn er meer ontevreden over: gemiddeld rapportcijfer 6,83; 17% geeft een onvoldoende.
Pleiade Management en Consultancy
41
6.8
Conclusies ten aanzien van de HvA implementatie van Primo
1. Primo verzorgt bijna 80% van de click-throughs naar de full text via SFX. De betekenis daarvan is niet duidelijk omdat er geen overzicht is van het totale gebruik van full text door HvA gebruikers. 2. Primo lijkt vooral additioneel gebruik te hebben opgeleverd binnen de gebruikersgemeenschap van de HvA en slechts een beperkte verschuiving van gebruik van de oude catalogus naar Primo. 3. Primo wordt gebruikt door 39% van de studenten en 45% van de medewerkers. 4. Vrijwel alle doelstellingen van Primo worden onderschreven door de studenten en medewerkers. 5. Wat betreft de waardering van zoeken in de HvA bibliotheek betonen de gebruikers zich negatief. 6. De ontevredenheid richt zich met name op het doorklikken naar de digitale full text. Dit aspect van Primo speelt nauwelijks een rol in de ontevredenheid van de UvA gebruikers. Vice versa speelt de ontevredenheid over de relevance ranking et cetera van de UvA gebruikers veel minder onder de HvA gebruikers. 7. De gebruikersgemeenschap van de HvA lijkt wetenschappelijke informatiebronnen minder intensief te gebruiken dan de gebruikersgemeenschap van de UVA en lijkt daardoor ook minder bedreven in het gebruiken ervan: dit blijkt uit de positie van Google (bij de HvA op de eerste plaats), in het veel minder frequent zoeken naar wetenschappelijke informatie en in het veel lagere aantal SFX click-throughs naar digitale full text. 8. De belangrijkste functie van Primo – namelijk met één zoekmachine zoeken op een Google-achtige manier in wetenschappelijke informatie - zou extra relevant zijn voor de onder punt 7 genoemde karakteristieken van de gebruikersgemeenschap van de HvA. Echter, deze functie wordt deels onderuitgehaald door de grote lacunes in de dekkingsgraad van Primo wat betreft voor de HvA belangrijke databanken.
Pleiade Management en Consultancy
42
Bijlage A De vragenlijst20
Click here for English / Engels
Introductie De vragenlijst bestaat uit de volgende onderdelen: A - Hoe zoekt u naar literatuur en welke zoekopties gebruikt u daarvoor? (ca. 4 minuten invultijd) B - Enkele stellingen over het zoeken naar literatuur (ca. 2 minuten invultijd) C - CatalogusPlus (alléén als u het gebruikt; ca. 3 minuten invultijd) D - Afrondende vragen (ca. 30 seconden invultijd)
Deel A: Hoe zoekt u naar literatuur? Deze sectie bevat een aantal vragen over uw zoekgedrag naar literatuur (boeken, tijdschriftartikelen) en het gebruik van de digitale diensten van de Bibliotheek van de Universiteit van Amsterdam daarbij. A1. Hoe vaak zoekt u naar wetenschappelijke zelden of nooit informatie (gedrukt of digitaal; boeken of incidenteel (minder dan één tijdschriftartikelen) t.b.v. uw onderzoek, onderwijs of keer per maand) studie? maandelijks wekelijks (vrijwel) dagelijks weet niet / geen mening / niet van toepassing A2. Welk deel van uw informatiebehoefte wordt ingevuld door (gedrukte of digitale) boeken ten opzichte van (gedrukte of digitale) tijdschriftartikelen?
overgrote deel wordt ingevuld door boeken grootste deel wordt ingevuld door boeken ongeveer fifty-fifty grootste deel wordt ingevuld door tijdschriftartikelen overgrote deel wordt ingevuld door tijdschriftartikelen weet niet / geen mening / niet van toepassing
A3. Heeft u een voorkeur voor digitale of gedrukte informatie?
voorkeur voor gedrukte informatie voorkeur voor digitale informatie geen voorkeur weet niet / geen mening / niet van toepassing
20
Dit betreft een weergave in Word van de vragenlijst voor de medewerkers van de UvA. Er waren hier vragenlijsten met kleine verschillen: de achtergrondvragen (sectie D) waarde voor de studenten anders, de vragenlijst voor de HvA gebruikten de daar gepaste terminologie en week op enkele onderdelen af (andere databases bij A6), geen vragen over historische informatie. Tenslotte werd het taalgebruik in de vragenlijst voor de HvAstudenten aangepast.
Pleiade Management en Consultancy
43
A4. Op basis van beschrijvingen van collega's van u zijn er globaal twee strategieën voor het zoeken op onderwerp te onderscheiden: (X) zoekactie starten in veelomvattende zoekmachine, zonder voorkeur voor type publicatie of inperking tot vakgebied, om vervolgens op basis van de zoekresultaten de zoekactie zo nodig te verfijnen/in te perken. (Y) voorafgaande aan zoekactie bepalen welk publicatietype of vakgebied relevant is en vervolgens de zoekactie in een daarop gerichte zoekmachine uitvoeren. Welke omschrijving past het beste voor de strategie van (de meeste van) uw zoekacties?
(vrijwel) altijd strategie (X) merendeel strategie (X), soms strategie (Y) fifty-fifty merendeel strategie (Y), soms strategie (X) (vrijwel) altijd strategie (Y) weet niet / geen mening / niet van toepassing
A5. Wanneer u zoekt naar wetenschappelijke informatie op onderwerp, welke stelling beschrijft het beste uw zoekstrategie? [de term zoekmachine wordt hier gebruikt voor alle zoekmogelijkheden zoals catalogi, wetenschappelijke databases en internet zoekmachines]
Ik gebruik (vrijwel) altijd dezelfde zoekmachine Ik gebruik meestal dezelfde zoekmachine, soms ook andere Ik gebruik meestal meerdere zoekmachines voor een zoekactie Ik heb geen vaste zoekmachine weet niet / geen mening / niet van toepassing
A6. Welke zoekmachine(s) gebruikt u meestal bij het zoeken naar wetenschappelijke informatie? [MEER ANTWOORDEN MOGELIJK] CatalogusPlus van de UvA (zie bij twijfel vraag A7) Catalogus van de UvA (de 'oude' catalogus; zie bij twijfel vraag A8) Google of een andere algemene internetzoekmachine Google Scholar PubMed Web of Science PiCarta Een vakspecifieke databank, namelijk: Een andere hierboven niet genoemde zoekoptie, namelijk: A7. CatalogusPlus van de UvA biedt de mogelijkheid om naar zowel de gedrukte boeken en tijdschriften als digitale boeken en tijdschriftartikelen te zoeken (zie link hieronder als u twijfelt wat er bedoeld wordt met CatalogusPlus).
Pleiade Management en Consultancy
44
Klik hier om CatalogusPlus van de UvA te bekijken http://lib.uva.nl/primo_library/libweb/action/search.do?vid=UVA Kent u CatalogusPlus? ja nee [GA NAAR A8] weet niet / geen mening / niet van toepassing Gebruikt u CatalogusPlus?
zelden of nooit incidenteel (minder dan één keer per maand) maandelijks wekelijks (vrijwel) dagelijks
[ALLEEN WANNEER U HIERVAN GEBRUIK MAAKT] Wat is uw tevredenheid over CatalogusPlus, uitgedrukt in een rapportcijfer (1 tot/met 10; 1 - zeer slecht, 10 uitmuntend)?
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
[ALLEEN WANNEER U HIERVAN GEBRUIK MAAKT] Zou u CatalogusPlus aanraden aan een collega? (1 tot/met 10; 1 - zeer onwaarschijnlijk, 10 - zeer waarschijnlijk)
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Uw eventuele toelichting: A8. De Catalogus van de UvA (de 'oude' catalogus) geeft de mogelijkheid voor het zoeken van (gedrukte of digitale) boeken. Klik hier om de UvA-Catalogus te bekijken http://opc.uva.nl/F?local_base=uva&func=find-b-0&con_lng=ned Kent u de UvA-Catalogus? ja nee [GA NAAR A9] weet niet / geen mening / niet van toepassing Gebruikt u de UvA-Catalogus?
zelden of nooit incidenteel (minder dan één keer per maand) maandelijks wekelijks (vrijwel) dagelijks
[ALLEEN WANNEER U HIERVAN GEBRUIK MAAKT] Wat is uw tevredenheid over de UvA-Catalogus, uitgedrukt in een rapportcijfer (1 tot/met 10; 1 - zeer
1 2 3
Pleiade Management en Consultancy
45
slecht, 10 - uitmuntend)?
4 5 6 7 8 9 10
Uw eventuele toelichting: A9. De Bibliotheek van de UvA biedt ook een overzicht van geselecteerde databases, te bevragen op alfabet, per vakgebied of per soort database (zie de link hieronder als u twijfelt wat er bedoeld wordt). Klik hier om het overzicht van de databases van de UvA te bekijken http://lib.uva.nl/primo_library/libweb/action/search.do?vid=UVA&dbsearch=1 Kent u en gebruikt u deze mogelijkheid? Ik kende deze mogelijkheid niet Ik kende deze mogelijkheid wel, maar gebruik het niet Ik ken deze mogelijkheid en gebruik het een enkele keer Ik ken deze mogelijkheid wel en gebruik het regelmatig/vaak weet niet / geen mening / niet van toepassing [ALLEEN WANNEER U HIERVAN GEBRUIK MAAKT] Wat is uw tevredenheid over de Databases overzichtspagina, uitgedrukt in een rapportcijfer (1 tot/met 10; 1 - zeer slecht, 10 - uitmuntend)?
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Uw eventuele toelichting: A10. De Bibliotheek van de UvA biedt ook een overzicht van digitale tijdschriften, te bevragen op alfabet of per vakgebied (zie de link hieronder als u twijfelt wat er bedoeld wordt). Klik hier om het overzicht van de tijdschriften van de UvA te bekijken http://uba-sfx.hosted.exlibrisgroup.com:9003/uvalinker/az?lang=nld&browse_type=not_mobile Kent u en gebruikt u deze mogelijkheid? Ik kende deze mogelijkheid niet Ik kende deze mogelijkheid wel, maar gebruik het niet Ik ken deze mogelijkheid en gebruik het een enkele keer Ik ken deze mogelijkheid wel en gebruik het regelmatig/vaak weet niet / geen mening / niet van toepassing [ALLEEN WANNEER U HIERVAN GEBRUIK MAAKT]
1
Pleiade Management en Consultancy
46
Wat is uw tevredenheid over de tijdschriftenpagina, uitgedrukt in een rapportcijfer (1 tot/met 10; 1 - zeer slecht, 10 - uitmuntend)?
2 3 4 5 6 7 8 9 10
Uw eventuele toelichting:
Deel B: Stellingen over de doelstellingen van CatalogusPlus CatalogusPlus is bedoeld om één zoekportaal te creëren voor alle informatie, die door de bibliotheek van de UvA is geselecteerd. De interface is geënt op Google-achtige eenvoud. B1. Zijn de onderstaande doelstellingen van CatalogusPlus voor uw wijze van informatie zoeken relevant? Geef uw oordeel aan door op de schaal te klikken (zie plaatje voor voorbeeld). -2: sterke voorkeur item links -1: enige voorkeur item links 0: neutraal / weet niet / niet van toepassing 1: enige voorkeur item rechts 2: voorkeur item rechts één zoekingang voor alle informatie van de bibliotheek
niet relevant -2
-1
0
1
2
.
relevant boeken en tijdschriftartikelen tegelijk zoeken
niet relevant -2
-1
0
1
2
.
relevant digitaal en gedrukt tegelijk zoeken
niet relevant -2
-1
0
1
2
.
relevant actuele informatie en historische informatie (van de UvA erfgoedcollecties) tegelijk zoeken
niet relevant
alleen informatie vinden die de bibliotheek ook kan leveren (online toegang, uitlenen)
niet relevant
zoeken in twee stappen: eerst alles doorzoeken, dan opties om (eventueel) de resultaten in te perken
niet relevant
B2. [ALS U CatalogusPlus NIET KENDE] Denkt u op basis van de bovenstaande kenmerken van CatalogusPlus gebruik te gaan maken?
nee, zeker niet
-2
-1
0
1
2
.
relevant -2
-1
0
1
2
.
relevant -2
-1
0
1
2
.
relevant -2
-1
0
1
2
.
ja, waarschijnlijk wel
Uw eventuele toelichting:
Pleiade Management en Consultancy
47
Deel C: Vragen aan gebruikers van CatalogusPlus [NIET-GEBRUIKERS NAAR SECTIE D] C1. Wat beschrijft het beste uw gebruik van CatalogusPlus?
Ik gebruik CatalogusPlus meestal als de eerste zoekmachine Ik gebruik CatalogusPlus meestal nadat ik eerst een andere zoekmachine heb gebruikt CatalogusPlus is een van de vele zoekmachines die ik zo nu en dan gebruik
C2. In hoeverre bent u als gebruiker van CatalogusPlus tevreden over de volgende aspecten van CatalogusPlus? de dekkingsgraad van CatalogusPlus niet tevreden -2
-1
0
1
2
.
tevreden de relevantie van de zoekresultaten (relevance ranking)
niet tevreden
de gebruikersvriendelijkheid van CatalogusPlus
niet tevreden
-2
-1
0
1
2
.
tevreden -2
-1
0
1
2
.
tevreden de geboden zoekfilters ('Refine my results')
niet tevreden -2
-1
0
1
2
.
tevreden het zoeken van boeken met CatalogusPlus
niet tevreden -2
-1
0
1
2
.
tevreden toegang tot digitale full text van gevonden literatuur
niet tevreden -2
-1
0
1
2
.
tevreden Uw eventuele toelichting: C3. Hieronder enkele stellingen op basis van uitspraken van uw collega's over het gebruik van CatalogusPlus: bent u het ermee eens? Ik wil graag een Nederlandstalige interface voor oneens -2 -1 0 1 2 . CatalogusPlus. mee eens De voor mij relevante zoekresultaten worden vaak oneens -2 -1 0 1 2 . ondergesneeuwd door zoekresultaten uit andere voor mee eens mij niet relevante vakgebieden. Ik vind dat ik te vaak moet klikken om bij de full text of oneens -2 -1 0 1 2 . bij de aanvraagoptie voor het gedrukte boek te komen. mee eens Ik vind dat er meer uitleg op de bibliotheekwebsite oneens -2 -1 0 1 2 . moet komen voor welke zoekactie welke mee eens zoekmachine/database geschikt is en hoe die zoekactie uit te voeren. Uw eventuele toelichting:
Pleiade Management en Consultancy
48
D. Afronding Aan welke faculteit werkt u?
Faculteit Economie en Bedrijfskunde Faculteit der Geesteswetenschappen Faculteit der Geneeskunde (AMC-UvA) Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica Faculteit der Rechtsgeleerdheid Faculteit der Tandheelkunde anders
Functie:
hoogleraar universitair hoofddocent universitair docent postdoc medewerker promovendus/AIO/OIO anders
Indien anders, graag uw toelichting: Voor elke ingevulde vragenlijst wordt 1 euro gedoneerd aan het Internationale Rode Kruis (met een maximum van 500 euro). Bent u geïnteresseerd in de totale donatie aan het Rode Kruis en de uitslag van deze enquête? Vul dan uw e-mailadres in (De gegevens van de enquête worden anoniem verwerkt): Hartelijk dank voor uw medewerking aan dit onderzoek. Als u op de INDIENEN knop hiernaast drukt, worden uw antwoorden geregistreerd. Het systeem antwoordt na enkele seconden met een bevestiging en een overzicht van de door u gegeven antwoorden. INDIENEN
Pleiade Management en Consultancy
49