Toelatingsnummer 5794 N
HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN 1 WIJZIGING TOELATING Gelet op het verzoek d.d. 20 januari 2014 van Syngenta Crop Protection B.V. Jacob Obrechtlaan 3 A 4611 AP BERGEN OP ZOOM
BESLUIT HET COLLEGE als volgt: 1.1 Wijziging toelating en Wettelijk Gebruiksvoorschrift De huidige toelating van het middel Pirimor op basis van de werkzame stof pirimicarb wordt gewijzigd en is met ingang van datum dezes toegelaten voor de in het Wettelijk Gebruiksvoorschrift in bijlage I genoemde toepassingen. Voor details van de wijzigingen wordt verwezen naar onderdeel 2 van dit besluit. 1.2 Samenstelling, vorm en verpakking De toelating geldt uitsluitend voor het middel in de samenstelling, vorm en de verpakking als waarvoor de toelating is verleend. 1.3 Gebruik Het middel mag slechts worden gebruikt met inachtneming van hetgeen in bijlage I bij dit besluit is voorgeschreven. 1.4 Respijtperiode Voor het afleveren en opgebruiken van oude verpakkingen van het middel Pirimor, toelatingsnummer 5794 N, met volgnummer W.3, wordt geen respijtperiode toegekend op basis van artikel 46 Verordening (EG) Nr. 1107/2009. Dit houdt in dat de verpakkingen met volgnummer W.3 vanaf de datum ondertekening van dit besluit niet meer gebruikt mogen worden. Voor de gronden wordt verwezen naar onderdeel 2 van dit besluit. 1.5 Classificatie en etikettering Gelet op artikel 80, vijfde lid Verordening (EG) 1107/2009 juncto artikel 29, eerste lid, sub d, Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden, Pirimor 5794 N
1
1. De aanduidingen, welke ingevolge artikelen 9.2.3.1 en 9.2.3.2 van de Wet milieubeheer en artikelen 14, 15a, 15b, 15c en 15e van de Nadere regels verpakking en aanduiding milieugevaarlijke stoffen en preparaten op de verpakking moeten worden vermeld, worden hierbij vastgesteld als volgt: aard van het preparaat: Water dispergeerbaar granulaat werkzame stof: pirimicarb
gehalte: 50 %
letterlijk en zonder enige aanvulling: andere zeer giftige, giftige, bijtende of schadelijke stof(fen): gevaarsymbool: T N
aanduiding: Vergiftig Milieugevaarlijk
Waarschuwingszinnen: R20 R25 R36 R50/53
-Schadelijk bij inademing. -Vergiftig bij opname door de mond. -Irriterend voor de ogen. -Zeer vergiftig voor in het water levende organismen; kan in het aquatisch milieu op lange termijn schadelijke effecten veroorzaken.
Veiligheidsaanbevelingen: S26 S36/37 S42b S45 S60 S61
-Bij aanraking met de ogen onmiddellijk met overvloedig water afspoelen en deskundig medisch advies inwinnen. -Draag geschikte handschoenen en beschermende kleding. -Tijdens de bespuiting een geschikte ademhalingsbescherming dragen. -Bij een ongeval of indien men zich onwel voelt onmiddellijk een arts raadplegen (indien mogelijk hem dit etiket tonen). -Deze stof en de verpakking als gevaarlijk afval afvoeren. -Voorkom lozing in het milieu. Vraag om speciale instructies / veiligheidsgegevenskaart.
pirimicarb Specifieke vermeldingen: DPD01 DPD11
Pirimor 5794 N
-Volg de gebruiksaanwijzing om gevaar voor mens en milieu te voorkomen. -Bevat pirimicarb. Kan een allergische reactie veroorzaken.
2
2. Behalve de onder 1. bedoelde en de overige bij de Wet Milieugevaarlijke Stoffen en Nadere regels verpakking en aanduiding milieugevaarlijke stoffen en preparaten voorgeschreven aanduidingen en vermeldingen moeten op de verpakking voorkomen: a. letterlijk en zonder enige aanvulling: het wettelijk gebruiksvoorschrift De tekst van het wettelijk gebruiksvoorschrift is opgenomen in Bijlage I, onder A. b. hetzij letterlijk, hetzij naar zakelijke inhoud: de gebruiksaanwijzing De tekst van de gebruiksaanwijzing is opgenomen in Bijlage I, onder B. De tekst mag worden aangevuld met technische aanwijzingen voor een goede bestrijding mits deze niet met die tekst in strijd zijn. c. bij het toelatingsnummer een cirkel met daarin de aanduiding W.4.
2 DETAILS VAN HET VERZOEK TOT WIJZIGING VAN DE TOELATING 2.1 Verzoek Het betreft een verzoek tot wijziging van de toelating van het middel Pirimor (5794 N), een middel op basis van de werkzame stof pirimicarb voor de professionele toepassing als insectenbestrijdingsmiddel in diverse teelten. Voor deze toelating is een herregistratie aangevraagd waarvan de herregistratieprocedure nog niet kan worden afgerond. Op basis van de eerste beoordeling en de toelichting van de toelatinghouder is vastgesteld dat de huidige toelating mogelijke risico’s draagt op het gebied van Residu. Om deze mogelijke risico’s weg te nemen heeft de toelatinghouder verzocht de Post Harvest Interval (PHI) van de betreffende toepassingen te verhogen en om de bij de herregistratie niet verdedigde toepassingen in te trekken. Omdat de reden van deze wijzigingen verband houdt met de bescherming van de gezondheid van de mens, kan geen respijtperiode voor verpakkingen met het oude etiket worden toegekend. De gevraagde wijzigingen betreffen: A; Het op verzoek van de aanvrager intrekken van de volgende toepassingen: • Rode bes (bedekte teelt) • Witte bes (bedekte teelt) • Zwarte bes (bedekte teelt) • Kruisbes (bedekte teelt) • Braam (bedekte teelt) • Framboos (bedekte teelt) • Suikermaïs • Walnoot • Raapstelen • Witlof trekteelt • Radijs • Rammenas • Knolselderij • Pennenteelt van cichorei en witlof • Prei • Bleekselderij • Groenselderij • Rabarber • Knolvenkel Pirimor 5794 N
3
•
Chinese rabarber
B; het op verzoek van de aanvrager verhogen van de PHI’s voor de volgende toepassingen: • Suikerbieten; PHI 7 dagen • Landbouwerwten; PHI 14 dagen • Landbouwstambonen (droog te oogsten bonen); PHI 14 dagen • Blauw maanzaad; PHI 21 dagen • Karwij; PHI 21 dagen • Pruim; PHI 14 dagen • Andijvie (bedekt) in de periode van 1 maart tot 1 november; PHI 21 dagen • Roodlof (bedekt); PHI 21 dagen • Groenlof (bedekt) PHI 21 dagen • Veldsla (bedekt); PHI 10 dagen • Doperwten; PHI 7 dagen Degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken kan gelet op artikel 4 van Bijlage 2 bij de Algemene wet bestuursrecht en artikel 7:1, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, binnen zes weken na de dag waarop dit besluit bekend is gemaakt een bezwaarschrift indienen bij: het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb), Postbus 217, 6700 AE WAGENINGEN. Het Ctgb heeft niet de mogelijkheid van het elektronisch indienen van een bezwaarschrift opengesteld. Wageningen, 30 januari 2014 HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN,
ir. J.F. de Leeuw voorzitter
Pirimor 5794 N
4
Dit middel is uitsluitend bestemd voor professioneel gebruik HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN BIJLAGE I bij het besluit d.d. 30 januari 2014 tot wijziging van de toelating van het middel Pirimor, toelatingnummer 5794 N
A. WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT Toegestaan is uitsluitend het gebruik als insectenbestrijdingsmiddel in de teelt van: a. pootaardappelen, consumptieaardappelen en zetmeelaardappelen; b. suiker- en voederbieten; c. zomergerst, wintergerst, zomertarwe en wintertarwe; d. landbouwerwten; e. landbouwstambonen (droog te oogsten bonen); f. veldbonen voor ensilage-doeleinden; g. graszaad; h. blauwmaanzaad en karwij; i. luzerne; j. appel en peer; k. kers, pruim en perzik; l. rode bes (onbedekt), witte bes (onbedekt), zwarte bes (onbedekt) en kruisbes (onbedekt); m. aardbeien; n. braam (onbedekt) en framboos (onbedekt); o. amsoi, boerenkool, paksoi, sla, andijvie, roodlof (radicchio rosso), groenlof, spinazie, postelein en veldsla; p. stamslabonen, stamsnijbonen, stokslabonen, stoksnijbonen, doperwten, kousenband en tuinbonen; q. aubergine, augurk, courgette, komkommer, tomaat, paprika, meloen, Spaanse peper en pattison; r. rode kool, savooie kool, spitskool, witte kool, Chinese kool, bloemkool, broccoli, spruitkool en koolrabi; s. koolraap, wortelen, kroten; t. snijselderij (onbedekt); u. peterselie (onbedekt) v. kruidenteelt; w. . bloembollen en bolbloemen; x. bloemisterijgewassen, boomkwekerijgewassen en de vaste planten; y. openbaar groen. Dit middel is uitsluitend bestemd voor professioneel gebruik. Veiligheidstermijnen: De termijn tussen de laatste toepassing en de oogst mag niet korter zijn dan: 24 uur voor aubergine, augurk, courgette, komkommer, tomaat, paprika, Spaanse peper en pattison; meloen; 3 dagen voor stamslabonen, tuinbonen en spruitkool; 4 dagen voor 7 dagen voor pootaardappelen, consumptieaardappelen, zetmeelaardappelen, Pirimor 5794 N
1
10 dagen voor 14 dagen voor
21 dagen voor 28 dagen voor
suikerbieten, appel, peer, kers, perzik, rode bes (onbedekt), witte bes (onbedekt), zwarte bes (onbedekt), kruisbes (onbedekt), aardbeien, braam (onbedekt), framboos (onbedekt), amsoi, boerenkool, paksoi, sla (onbedekt), andijvie (onbedekt), roodlof (radicchio rosso) (onbedekt), groenlof (onbedekt), spinazie, postelein, veldsla (onbedekt), doperwten, stamsnijbonen, stokslabonen, stoksnijbonen, kousenband, rode kool, savooie kool, spitskool, witte kool, Chinese kool, bloemkool, broccoli, koolrabi, koolraap, wortelen, kroten, kruidenteelt (onbedekt) kruidenteelt (bedekt), en veldsla (bedekt). zomergerst, wintergerst, zomertarwe, wintertarwe, landbouwerwten, landbouwstambonen (droog te oogsten bonen), pruim, snijselderij (onbedekt), peterselie (onbedekt), alsmede voor sla (bedekt) in de periode van 1 maart tot 1 november blauw maanzaad, karwij, roodlof (radicchio rosso) (bedekt), groenlof (bedekt), alsmede voor andijvie (bedekt) in de periode van 1 maart tot 1 november. sla (bedekt) in de periode van 1 november tot 1 maart en voor andijvie (bedekt) in de periode van 1 november tot 1 maart.
B. GEBRUIKSAANWIJZING Het gebruik in de teelt van kruiden is op basis van een “derdenuitbreiding”. Deze “derdenuitbreiding” is aangevraagd door de Stichting Trustee Bijzondere Toelatingen. Er is voor deze uitbreiding geen werkzaamheids- en fytotoxiciteitonderzoek uitgevoerd. Het wordt daarom aangeraden een proefbespuiting uit te voeren, voordat het middel gebruikt wordt. Algemeen
Het middel werkt specifiek op bladluizen en spaart roofvijanden. Toepassingen Pootaardappelen, teneinde selectie te doen plaatsvinden in een luisvrij gewas: 1-2 dagen voor het selecteren spuiten. Dosering: 0,5 kg per ha. Pootaardappelen, ter voorkoming van virusoverdracht (bladrolziekte) Dosering: 0,5 kg middel in 400-600 liter water per ha zodra 90% van de planten is opgekomen; na ± 14 dagen een aanvullende bespuiting uitvoeren, eveneens in een dosering van 0,5 kg. Consumptieaardappelen, ter bestrijding van aardappeltopluis. Spuiten in de eerste helft van juni. Laat ontwikkelde gewassen kunnen het beste omstreeks half juni worden bespoten. Vroeg ontwikkelde gewassen omstreeks 10 juni. Dosering: 0,5 kg per ha. Consumptieaardappelen en zetmeelaardappelen, ter bestrijding van bladluizen om zuigschade te voorkomen. Dosering: 0,5 kg per ha.
Pirimor 5794 N
2
Suiker- en voederbieten, ter bestrijding van groene perzikluis (verspreiding van vergelingsziektevirus) en zwarte boneluis. Dosering: 0,4 kg per ha. Zomergerst, wintergerst, zomertarwe, wintertarwe, ter bestrijding van bladluizen. Het is gewenst een bespuiting uit te voeren als tenminste 70% van de halmen met bladluis is bezet. Een gecombineerde bestrijding van bladluizen en afrijpingsziekten is verantwoord wanneer bij begin bloei tenminste 30% van de halmen met bladluizen is bezet. Dosering: 0,25 kg per ha. Landbouwerwten, landbouwstambonen (droog te oogsten bonen), veldbonen voor ensilagedoeleinden, graszaad, blauwmaanzaad, karwij en luzerne, ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,5 kg per ha. Appels, ter bestrijding van bladluizen (ook in gekrulde bladeren) en bloedluis. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,05% (50 gram per 100 liter water). Teneinde een goede bevochtiging van de bloedluiskolonies te bevorderen kan een uitvloeier aan de spuitvloeistof worden toegevoegd. Peren, kersen, pruimen, perziken, rode bessen (onbedekt), witte bessen (onbedekt), zwarte bessen (onbedekt), kruisbessen (onbedekt), aardbeien, bramen (onbedekt) en frambozen (onbedekt), ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,05% (50 gram per 100 liter water). Amsoi, boerenkool, paksoi, sla, andijvie, roodlof (radicchio rosso), groenlof, spinazie, postelein en veldsla, ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,5 kg per ha. Stamslabonen, stamsnijbonen, doperwten, kousenband en tuinbonen, ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,5 kg per ha. Stokslabonen en stoksnijbonen, ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,05% (50 gram per 100 liter water). Aubergines, augurken, courgettes, komkommers, tomaten, paprika's, meloenen, Spaanse pepers en pattison, ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,05% (50 gram per 100 liter water). Rode kool, savooie kool, spitskool, witte kool, Chinese kool, bloemkool, broccoli, spruitkool, en koolrabi, ter bestrijding van bladluizen. Behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,5 kg per ha. Koolraap, wortelen en kroten, ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,5 kg per ha. Pirimor 5794 N
3
Onbedekte teelt van snijselderij en peterselie, ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,5 kg per ha. Kruidenteelt, ter bestrijding van bladluizen, Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,5 kg per ha. Bloembollen, ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,5 kg per ha. Bloemisterijgewassen, bolbloemen, boomkwekerijgewassen en vaste planten, ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,05% (50 gram per 100 liter water). Het verdient aanbeveling middels een proefbespuiting vast te stellen of het gewas de behandeling verdraagt. Openbaar groen, ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,05% (50 gram per 100 liter water). Identity of the plant protection product
Pirimor 5794 N
4