Het boemerangeffekt van de bedrijfsbezetting Prof. R. Blanpain
De meeste bedrijfsbezettingen zijn in de publieke opinie met heel wat begrip onthaald. Niemand kan inderdaad onbewogen blijven bij de strijd van werknemers, die hun menselijke waardigheid wensen te affirmeren, die weigeren zich in deze consumptiemaatschappij te laten marginaliseren ; die willen arbeiden. Niemand kan ongevoelig de wanhoopskreet van «bezetters » , die hun werkgelegenheid en hun inkom en wens en veilig te stellen, aanhoren. V elen hebben ook sympathie opgebracht voor het gevecht van de «Underdog», van David tegen Goliath, voor het verzet tegen «Vreemde heersers», een stuk Vlaamse historiek. Velen, ook juristen, hebben het passief optreden van de politionele overheid geapprecieerd toen de bezetters van «Prestige» de door de onderzoeksrechter gelegde zegels verbraken. Een pleidooi tegen
En toch, toch moet ik mijn stem verheffen tegen de bezettingen in ons land en a fortiori tegen de verkoop in eigen beheer omdat de bezettingen strijdig zijn met het welbegrepen belang van onze werknemers : de broodnodige, vooral vreemde investeringen afschrikken en zodoende de arbeidsplaatsen en de werkgelegenheid, die de arbeiders juist veilig willen stellen, fundamenteel in bet gedrang brengen. Bezettingen hebben inderdaad een boemerangeffekt ! Laten we dat argument even nader bekijken. Belgie is een klein land, dat vooral zijn eigen internationaal lot niet in hand en heeft.. We hebben weinig grondstoffen, weinig eigen energiebronnen en ook en vooral weinig eigen grote multinationale ondernemingen met zetel en onderzoekscentra in Belgie. Dit laatste blijkt o.m. klaar uit een recente studie van de Europese Gemeenschappen. De Europese analyse van de invloed van de activiteiten van de «multinationals» op de economie van hun eigen land zijn verbijsterend. Wij bengelen aan de (Europese) staart. Wanneer men de percentages leest die worden verkregen door de omzet van die multinationals op het eigen Bruto Nationaal" Produkt komt men tot volgende cijfers : 68,8% 52,5% 45,8% 41 %
voor voor voor voor
Nederland ; het Verenigd Koninkrijk ; Japan ; de V.S. ;
223
30 % 27,4 % 23,2% 13,2% 6,8 %
voor voor voor voor voor
ltalii! ; Duitsland ; Zwitserland ; Denemarken ; · Belgie.
De Belgische multinationals (Solvay, Bekaert, e.a.) hebben dus slechts een relatief kleine betekenis voor ons Bruto Nationaal Produkt, voor onze Belgische welvaart. Elkeen moet nu weten dat de economische vooruitgang rechtstreeks gekoppeld is aan research en development (R & D). Het zijn de grote multinationals die op stuk van technologie ver aan de kop lopen, dank zij de enorme bedragen, die zij tegen research en development aangooien. Die research wordt meestal in bet eigen land ondernomen. Amerikaanse Multinationals spenderen 94% van hun researchcenten in de V.S. ; slechts 6% in bet buitenland en dan nog hoofdzakelijk in bet U.K., Frankrijk en Duitsland. Het is m.a.w. overklaar dat «wij» op bet stuk van research en technologie weinig of niet meetellen en bet van «gei:mporteerde» technologie moeten hebben. Vreemde investeringen, vooral «Vreemde» technologie is voor ons zo nodig afs water voor een vis. Wie dat niet aanvaardt, wie de multinationals buiten jaagt, kiest voor onderontwikkeling, massale werkloosheid op termijn en een algemene achteruitgang van de levensstandaard. Het dient klaar en duidelijk gesteld te worden dat bedrijfsbezettingen en eigen beheer, die, niettegenstaande heldenmoed, in de praktijk weinig of niet op bet stuk van bet behoud van jobs hebben opgeleverd, uitermate nefast zijn voor bet investeringsklimaat en leiden tot desinvesteringeQ. Bedrijfsbezettingen hebben op de multinationals het effekt van een «muis op de olifant» : hij gaat lopen ! (de olifant natuurlijk).
Juridische randbemerkingen Een tweede argument is van juridische aard. Hoe men bet draait of keert, welke theorieen men ook opbouwt, zoals «de werknemer is een sociale eigenai:lr met alle gevolgeu vanaien» e.a .... , bedrijfsbezettingen zijn in principe strijdig met bet geldende Belgische recht. In de regel is de bezetting strijdig met bet eigendomsrecht van de werkgever en de kapitaalaandeelhouders. Het eigendomsrecht is nog niet afgeschaft ; nog steeds duiden de aandeelhouders de managers aan, die de ondernemingen leiden. Herhaaldelijk hebben de syndicale organisaties van werknemers dat recht erkend. Zo lezen we in de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 1971 betreffende bet statuut van de syndicale afvaardiging van bet personeel der ondernemingen, gesloten in de Nationale Arbeidsraad : «de werknemers erkennen de noodzakelijkheid van een wettig gezag van de ondernemingshoofden en zij maken er een erepunt van hun werk plichtsgetrouw uit te voeren ... ». In de collectieve arbeidsovereenkomst 224
van 9 maart 1972 in verband met de ondernemingsraden, gesloten in de N ationale Arbeidsraad, lezen we dat die overeenkomst strekt tot een betere organisatie van het recht op inlichting en op raadpleging van de werknemersvertegenwoordigers ... «met eerbiediging van de beheersverantwoordelijkheden en van het beslissingsrecht van het ondernemingshoofd ... », getekend door Jef Houthuys, Georges Debunne en Armand Colle. De enige juridische titel die de werknemers op dit ogenblik hebben om de ondernemingen te betreden is de arbeidsovereenkomst : het recht van toegang tot de onderneming steunt op de uitvoering van de arbeidsovereenkomst ·met het oog op het leveren van arbeidsprestaties. Men dient trouwens ook rekening te houden met het recht van die werknemers, die niet wensen te bezetten, maar wensen verder te werken, wat hen soms door een bezetting onmogelijk wordt gemaakt. Is bedrijfsbezetting dan in elk geval juridisch onaanvaardbaar ? Uitzonderlijk is de bezetting, eventueel eigen beheer, o.i. toestaan met name in geval van noodweer ; wanneer de bezetting zich opdringt om te voorkomen dat de werkgever zich de facto onttrekt aan de naleving van zijn wettelijke verplichtingen. Aldus bv. in geval van abrupte sluiting met dreigende mogelijkheid van het weghalen door de werkgever van machines en goederen zonder eerbiediging van informatie, overleg: uitbetalen van lonen of opzeggingsvergoedingen. Dat dan tot en met de overheid gepast kan ingrijpen. Het recht aanpassen
Men kan van oordeel zijn dat die juridische situatie niet Ianger beantwoordt aan de maatschappelijke filosofische waarden die heden in ons land opgang maken, aan het «recht» op arbeid, aan het recht op inspraak van de werknemers omwille van het feit dat werknemers een integrerend deel uitmaken van de onderneming e.a ... Maar dan moet men de moed hebben dat recht te veranderen : dan moet het Parlement de daartoe nodige wetten maken en dienen daartoe minstens de nodige voorstellen ingediend te worden. Het is mijn inziens absoluut onaanvaardbaar dat onze werknemers ter verdediging van hun zgn. fundamentele rechten in de vuurlijn van de onwettelijkheid der bezetting en het eigen beheer worden gejaagd. Zeker in Belgie waar de syndicale-politieke krachten van die aard zijn dat ze de nodige wettelijke maatregelen kunnen doordrukken. We Ieven niet in een fascistisch land van links of rechts waar de vakorganisaties en de werknemer sociaal en politiek niet aan hun trekken komen. De Belgische syndicale-politieke !eiders moeten terzake hun verantwoordelijkheid opnemen : het kan eenvoudigweg niet Ianger dat de werknemers in ons land, om hun essentiele rechten te beschermen, in de on wettelijkheid moe ten treden ! M.a.w. ons arbeidsrecht moet worden gewijzigd. Smds lang 1s men de 225
overtuiging toegedaan dat bet beleid in onze onderneming niet louter economisch mag zijn ; sinds jaren heb ik trouwens voorgehouden dat ons Belgisch arbeidsrecht slechts marginaal is en op heel wat punten dient verbeterd te worden. Concrete voorstellen
Aldus o.m. op bet stuk van voorafgaandelijke informatie en raadpleging vooraleer te sluiten, te fusioneren e.a. dienen wijzigingen aangebracht te worden : informatie op voorhand, zodat men nog tijdig kan onderhandelen en - werkelijk onderhandelen - (bargain in good faith, zoals dat in de V.S. beet) met voldoende sancties. Sinds jaar en dag heb ik de motivering van de afdanking bepleit, de controle van de afdankingsredenen door een objectieve instantie (vb. arbeidsrechtbank) en de verplichte rei'ntegratie van de werknemer in de onderneming indien blijkt dat de afdanking niet gerechtvaardigd is. Sinds meer dan twee jaar is bet desbetreffende dossier aanhangig in de Senaatscommissie voor Tewerkstelling en Arbeid. Waarop wacht men ? Men kan naar het N ederlandse en bet Franse voorbeeld grijpen waar men voor elke afdanking een voorafgaande toelating van de overheid dient te bekomen. Men moet aan de werknemers een grotere inspraak geven. In Duitsland, Oostenrijk, Luxemburg, Denemarken, Zweden, Noorwegen, Nederland ... zitten werknemers of diegenen in wie ze vertrouwen hebben reeds jaren in de raden van toezicht van de ondernemingen. In de grote Duitse ondernemingen (met meer dan 2000 werknemers) is recent een quasi-pariteit in de Raad van Toezicht ingevoerd : 6 kapitaalvertegenwoordigers en 6 werknemersvertegenwoordigers. In de Europese Gemeenschappen liggen voorstellen klaar om de raad van toezicht samen te stellen uit 1/3 vertegenwoordigers van de aandeelhouders; 1/3 vertegenwoordigers van de werknemers, die samen bet derde/derde kiezen uit vertegenwoordigers van bet algemeen welzijn, de verbruikers e.a .... Die struktuurhervormingen van de onderneming, die aan de werknemers wettelijke macht kunnen geven om de gang van zaken in de ondememing fundamenteel mede te bei'nvloeden, werden in ons land nog maar nauwelijks besproken. Men kan eventueel, zo men dat wenst, ook de overheid de bevoegdheid geven om de ondememingen, die bv. winstgevend zouden zijn te verbieden te sluiten of in andere landen te investeren. Men kan in geval van slecht·beheer andere, betere, managers aanstellen. Het is eveneens juridisch mogelijk de wet zo te veranderen dat bet eigen beheer door werknemers in juridisch geordende kana1en wordt geleid. Kortom, de politieke verantwoordelijken in ons land dienen de nodige juridische instrumenten uit te bouwen om er voor te zorgen dat de essentiele rechten van de werknemer beveiligd worden. Bij bet 226
uitwerken van die maatregelen dienen o.i. volgende overwegingen in acht te worden genomen. Hoe de jobs verdelen ?
Wij moeten vooreerst consequent zijn : in de V.S. roepen de Amerikaanse werknemers, die miljoenen werklozen tellen, moord en brand tegen de export van Amerikaanse jobs door Amerikaanse multinationals die o.m. in ons land tienduizenden jobs hebben gecreeerd, waardoor ongetwijfeld bepaalde Amerikaanse werknemers hun job verloren, met alle gevolgen vandien. Hebben wij toen geprotesteerd ten bate van die Amerikaanse werknemers ? Nu nog trachten wij en moeten wij vreemde investeerders aantrekken, waardoor eventueel in een ander land jobs in bet gedrang komen. Hoe dat probleem oplossen ? Hoe ert onder welke voorwaarden zullen we aanvaarden dat in bet kader van een «nieuwe wereldorde», die er komt, jobs door de eigen ondernemingen, eventueel naar ontwikkelingslanden worden geexporteerd ? Dat vooral in een crisisperiode, waarvan bet einde nog lang niet in bet gezicht is. Wij zullen moeten leren geven en nemen ! Maatregelen met Europese dimensie
Bepaalde vergaande wettelijke maatregelen, zoals bet verbod tot sluiten bv., kunnen moeilijk alleen in Belgie genomen worden, eens te meer omwille van bet feit dat men zich daardoor op de investeringsmarkt marginaler opstelt, alhoewel uit enquetes blijkt dat de multinationals in bet algemeen de wetten van bet gastland keurig eerbiedigen. De maatregelen dienen minstens een Europese dimensie te hebben. Maar daar is reeds heel wat : in qe meeste Europese Ianden moeten afdankingen gemotiveerd worden, kan de overheid tussenkomen bij onrechtmatige sluitingen, zitten de werknemers reeds in de raden van toezicht van de ondernemingen. Mocht de Belgische wetgever reeds aanvaarden wat in bet buitenland bestaat, we zouden reeds heel wat verder zitten. Ma:ar ook op specifiek Europees vlak dieneri maatregelen genomen te worden, die reeds jaren worden voorbereid, o.m. ·in verband met individuele - naast collectieve - afdankingen, de rechten van de werknemers bij fusie of concehtratie van ondernemingen, inspraak e.a .... en die maatregelen zouden ·door de Belgische regering veel harder kunnen gesteund worden. In 1961, d.i. 17 jaar geleden, kwam bet Europees Sociaal Handvest tot stand in de schoot van de Raad van Europa. Dat handvest bevat de sociale grondrechten van de werknemer. Hoelang nog moe ten we 227
wachten vooraleer Belgic dat handvest aanvaardt ? Welke «sociale» minister heeft daarvoor · reeds zijn portefeuille op tafel gelegd ? Sociale grenzen.
Er zijn tenslotte aan elke systeem «sociale grenzen». Men kan aan het afdankingsrecht en aan de sluiting van ondernemingen sleutelen, onbekwame bedrijfsleiders laten bijstaan of vervangen, maar men kan geen «absolute» vastheid van betrekking garanderen ; men kan verlieslatende bedrijven niet eeuwig subsidieren, men kan- zonder een zware sociale prijs te betalen - de industriele vernieuwing niet tegenhouden. De ondernemingen moeten daarenboven ook nog besluitvaardig blijven. De beste vastheid van betrekking is te vinden in een rijk gevulde en gespannen arbeidsmarkt ; bet gaat trouwens niet alleen om de vastheid van jobs van de «beati possidentes» voor diegenen die reeds een job hebben, maar ook om jobs voor de jongeren, die, bij gebrek aan investeringen, lang op de lege arbeidsmarkt kunnen aanschuiven.
*** De enige hoop, die wij vanuit onze bekommemis voor de werknemers koesteren, is dat we in dit kleine land politieke en syndicale «Staatslieden» zullen kunnen vinden, met de politieke gave de juiste verhouding te vinden tussen de sociale en de economische grenzen en die ook de moed zullen hebben dat aan hun vrienden van de basis mede te delen en terzake leiding te geven. Bedrijfsbezetting i~ trouwens slechts een element van die uitermate belangrijke evenwichtsoefening. Wij lev en, goddank, in een pluralistische maatschappij, waarin bet aan elke groep toegestaan is eigen belangen te verdedigen. Het conflict wordt daardoor een essentieel element in de democratische besluitvorming. Maar bet conflict kan geen doel zijn op ziehzelf. Wij moeten conflicten om de conflicten vermijden en ertoe bijdragen dat er in onze maatschappij voldoende consensus tot stand komt zonder welke ze noodzakelijkerwijze uiteenspat.
228