Via de heef Eef Lubbersen kwam de redactie in het bezit van de memoires van de heer Jan Poolen bij veel Ermeloërs bekend van het gelijknamige loodgietersbedrijf dat hij oprichtte. Poolen was ook actief in de plaatselijke politiek en diverse maatschappelijke organisaties. Zijn vader Gerrit Poolen was indertijd hoofd van de school in Leuvenum. Veel van de avonturen die Jan Poolen alsjongeling beleefde spelen zich dan ook af in en rond Staverden en Leuvenum. Zijn verhaal schetst een levendig beeld van het bestaan in de buurtschappen in de tijd dat de ‘Landheer’ het daar nog gro tendeels voor het zeggen had. Deel I verscheen in nr 43 ‘Van ’t Erf van Ermel’.
,
;
,
HERINNERINGEN A A N MIJN JEUGD IN STAVERDEN EN LEUVENUM (II) Een bijdrage van Jan Poolen Een stukje geschiedenis van S taver den
Kasteel Staverden is gelegen aan de Hierdensebeek, ook wel Staverdensebeek genoem d. In 1295 kreeg graaf Reinoud I van Gelre van Keizer Rudolf stadsrechten voor Staverden. De nederzetting bestond al langer, in een stuk uit 1046 worden deze al g e noemd. Reinoud I liet een huis bou wen in de buurt van de waterm olen, die er al reeds stond. Ter herinnering aan zijn overleden vader en m oeder bouwde hij in 1295 een Kapel. Op 25 maart 1298 verklaarde Reinoud Staverden tot stad. Om streeks die tijd gaven de Gelderse graven hun Heerlijkheid te leen. De voorw aarde was, dat er witte pauwen zouden worden gehouden. De verplichting was om ieder jaar witte pauwenveren te leveren aan de Gelderse notabe len. Deze veren werden gedragen op hun helmen. Het wapen van Staverden werd een pauw. Deze is ook terug te vinden als
6
een pauw in het huidige g em een te wapen van Ermelo. De onderschei ding voor verdienstelijk werk in de gem eente Erm elo is ‘De Zilveren Pauw’ . Na de oorlog 1940/1945 heeft Prinses Juliana m et haar kinderen verschillende malen enkele dagen vakantie genoten in een van de pau wenhokken, die voor die gelegenheid goed schoon waren gem aakt. O ok in het kerkje van Staverden is zij een paar maal incognito gew eest. Het Kasteel werd bewoond door de oud-burgem eester van Rotterdam, F.B.’s Jacob, Hij verhuisde in 1906 naar Staverden en w oonde eerst in de villa Gentiana. D eze villa stond aan de ü ddelerm eerw eg 26. Hij w oonde hier tot hij na de verbouwing naar het Kasteel kon verhuizen. O m streeks 1915 is deze villa w eer a fg e broken. Er wordt beweerd dat de re den was, dat er geen ondergeschikte in m ocht wonen. Er werd later het Jachthuis gebouwd en kwam de
r
Hoewel de foto is gem aakt om zus Lies te vereeuwigen geeft deze toch een aardig beeld van de situatie aan de achterkant van de school van 'Meester Poolen'.
jachtopziener Langenbach er wonen. Vanuit Rotterdam bracht hij zijn tuin man Van Bom m el m ee. Van B om mel heeft de tuin achter het Kasteel ontworpen en is ook de bedenker van de daar aanwezige doolhof van beuken heggetjes. De oude mijnheer was een klein per soon met een sikje. Wanneer wij als buurtjongens in de tuin bij de tuinman van Bommel speelden, moesten wij altijd uit het oog verdwijnen wanneer de jonge mijnheer in de buurt was. Bij zijn vader was het juist andersom. Hij vond het plezierig om even met ons te praten en wij hem begroeten door hem een hand te geven. H.Th.’s Jacob jr.woonde op de villa.
Dat was een woning die gebouwd was aan de Allee, de w eg tegenover de poort van het Kasteel. De bewoners van Staverden en Leuvenum waren in eerste instantie erg zwijgzaam tegenover Meester Poolen. Ze waren bang dat hij alles wat hij hoorde tegen de landheren zou z e g gen. Hij kwam immers regelm atig bij Sandberg en ’s Jacob. ‘Hie proat niet bie m eneer’ werd al gauw duidelijk en gaandew eg namen zij de m eester m eer in vertrouwen. Zij hadden b e grepen dat de meester bij de heren zw eeg over wat hem ter ore kwam. Toen kwamen zij met hun proble men bij hem aan huis of op school. En dat waren er in die tijd op Leuvenum en Staverden veel. Het Hoofd
7
der Schoonwas in die jaren een belangenbehartiger voor de gehele buurtschap.Hij wist daardoor ook veel van de om standigheden in de diverse gezinnen. Elk probleem werd met hem besproken. Zelfs de dokter uit Elspeet schakelde hem som s in. Zoveel wist Poolen van de inwoners dat hij nauwkeurig de uitslag van de gem eenteraadsverkiezingen kon voorspellen! Het was in die tijd nog verplicht om te stemmen. De tuin man van ’s Jacob, Van Bom m el, was altijd de laatste. Ik ben hem zelfs wel eens in opdracht van mijn vader net voor sluitingstijd gaan waarschuwen. Het stem m en gebeurde toen ook op W oensdag van 8 uur tot ’s m iddags vijf uur. Een lokaal werd ingericht als stembureau. De leerlingen van de klassen 4, 5, 6 en 7 waren vrij. In 1923 werd meester Poolen lid van de Koninklijke Nederlandse Maat schappij van Tuinbouw en Plant kunde, afdeling Nijkerk-Harderwijk en omstreken. In 1932 werd hij secreta ris en bleef dat tot 1957. De verga d e ringen werden meestal gehouden in Harderwijk. Hij kon vanuit Leuvenum altijd meerijden met dhr.’s Jacob. Deze was vóór de oorlog voorzitter. Leden van deze maatschappij w a ren onder m eer de bloemisten uit de om geving en de tuinbazen die bij de Landheren werkten. Zoals Bom hof uit Nunspeet, Hemeltjen en Aartsen uit Harderwijk, Koppe en Hulstijn uit Ermelo, tuinman Kruithof van Huize Hulshorst, tuinman v. Bom m el en la ter Verweij van Kasteel Staverden en 8
Pijpers van Huize Groevenbeek. Bij zijn afscheid in 1957 werd Poolen b e noem d tot lid van verdienste. In 1923 is m eester Poolen lid g e worden van de Chr.Hist.ünie. Vooral in Leuvenum en Staverden heeft hij veel baanbrekend werk gedaan. Hij had zelf ook graag in de raad w il len zitten, maar door zijn functie als Schoolhoofd kon dat niet. De m eester richtte in 1928 of in 1929, samen m et enkele boeren, een afdeling ter bestrijding van tu berculose onder het rundvee op en werd voorzitter/secretaris. De afde ling richtte zich in hoofdzaak op Staverden, Leuvenum en Speulde. Enkele boeren op de grens met Sta verden zagen ook het belang in en deden m ee. Met degenen die geen lid wilden worden ging Poolen praten om ze alsnog van het belang van deelnam e te overtuigen. Er werd ook een m elkcontrole ver eniging Staverden - Speulde en omstreken gestart. O ok van deze vereniging nam Meester Poolen het voorzitterschap en het secretariaat op zich. De controle bestond uit het nemen van een melkmonster, dat in een flesje werd gedaan. De flesjes waren genum m erd en elke koe had een overeenkom stig nummer. Iedere avond en m orgen ging iemand op pad om een m elkm onster te nemen van elke koe. Dit gebeurde in overleg met de melkfabriek in Harderwijk. Daar werd de m elk gecontroleerd. Daarnaast werd het vetgehalte van
de melk bepaald. Dat had te maken m et de prijs die de fabriek voor de geleverde melk aan de boer betaalde. De melkrijder, iemand die elke dag de m elk van de boeren naar de fa briek in Harderwijk bracht, nam 's m orgens het kistje m et flesjes m ee naar de fabriek en kreeg het kistje met flesjes voor de volgen de con trole m ee terug. Het werd dan a fg e leverd bij de boer die voor die dag de controle zou hebben. De controleur hoefde dus niet te sjouwen. Alles wat nodig was stond al op de boerderij. In 1936 werd m eester Poolen lid van de Koninklijke Nederlandse Vereniging E.H.B.O. Gaf lessen aan cursisten voor het behalen van een diploma. Zowel in Erm elo als Har derwijk. Hij organiseerde onderlinge wedstrijden in de regio. Later nam hij exam ens af en was bij onderlinge wedstrijden of Districts K am pioen schappen vaak jurylid. Van 1937 tot 1958 was hij tw eede voorzitter van het Districtsbestuur Gelderland Hij kreeg als blijk van waardering, voor al het werk in zijn vrije tijd voor de E.H.B.O. gedaan, de Tilanuspenning uitgereikt. Van 1936 tot 1956 was Gerrit P o o len secretaris van de Vereniging voor Christelijke Militaire tehuizen, afdeling Ermelo. In Erm elo zou een kazerne komen. Aan de Leuvenumsew eg 29 is daarom een Protestant Militair Tehuis gebouwd. Met de heer Ebbers, de fietsen m aker uit de Stationsstraat, heeft Poolen vaak de taak van huisvader
op zich genomen. De Duitse bezet ters namen echter alles in beslag en onteigenden het gebouw. In de oorlog heeft het nog dienst gedaan als voedselbureau. Daar werden de bonkaarten uitgereikt. Na de oorlog heeft Poolen zich ingezet om het eigendom srecht van het P.M.T. aan de Leuvenum seweg weer in eigen handen te krijgen. In 1950 werd het, bij een gerechtelijke uitspraak, weer eigendom van “Pro R eg e” zoals de Vereniging inmiddels was gaan h e ten. Het kostte Poolen 5 jaar touw trekken bij diverse instanties voor een onwettige handeling van de b e zetter was teruggedraaid! Het was in Staverden en Leuvenum de gew oonte dat de m eester en zijn vrouw in de winter een avond bij de bewoners op bezoek gingen. Dat bezoek duurde ongeveer een uur. Er was ook nog een volgorde in het b e zoeken. Eerst boer Bos op de boer derij van ’s Jacob. Dan Gardenbroek de molenaar. Vervolgens Dirk Mouw aan de Veenweg. Dan Lokhorst en Goossen v. de Bosch op Staverden. Dirk van Duinen, de boswachter van de familie Waller van de üllerberg kreeg dan een bezoek. Vervolgens Evert Hop van de Grote Koekoek. Dat was de boerderij tegenover De Zwarte Boer. Dan Molenaar van De Zwarte Boer. Vervolgens Peter v.’t Slot. Dan de buren Klopm an en Esveld. Zo kreeg iedereen bezoek. De postbode kwam iedere dag op zijn fiets uit Elspeet. Hij m oest de brievenbus lichten die zich oor-
spronkelijkwn de gelagkam er van de Zwarte Boer bevond. Later, in 1880 is die brievenbus aan de school vast gem aakt. De postbode had wel eens een brief bij zich, die nog naar de üllerberg moest. Dat was voor hem een heel eind fietsen. Vaak ga f hij die brief dan ook in school aan m eester Poolen. Die zorgde er wel voor dat de kinderen van Van Duinen, die op de CJllerberg woonden, de brief m een a men en afgaven aan de fam ilie Waller, eigenaars van het Landgoed de üllerberg. Zij bezaten ook de C alvé fabrieken in Delft. De üllerberg is een m ooi natuurge bied. Er liggen daar een paar golfb a nen. Niet van gras maar van hei. Het Landgoed is m ooier dan Staverden of Leuvenum. Er was ook een grote zandput. De Firma Joh.de Bruin uit Ermelo haalde daar het zand voor de bouwwereld vandaan. Met de schop de wagen vol laden en m et het paard naar de plaats van bestem m ing bren gen. Er was daar een grote voorraad metselzand, vulzand en grind. Nu is het zandgat volgestort met vuilnis uit de regio. Er loopt een pad van de villa richting de Flevow eg. Aan het eind staat een Koepeltje van hout. Het is een hele wandeling om daar te komen. In de zom er ging mevr. Waller vaak wandelen. Som s alleen of soms met kennissen of familie. Zij ging dan naar het Koepeltje. In de loop van de m iddag vertrok het dienstmeisje met een mandje waarin een theepot, kopjes en koekjes za ten. Zij wandelde dan ook naar het Koepeltje. Daar aangekom en schonk
10
ze de thee in voor de dam es en ging dan aan de achterkant van het g e bouwtje op een bankje zitten wachten tot m evrouw haar riep om weer thee in te schenken of dat ze weer naar huis kon om met haar werk verder te gaan. Er kwam midden dertiger jaren in Leuvenum elektriciteit bij de boeren. De petroleumlamp en de stallantaren konden verdwijnen. Zo ook bij de drie gebroeders Mouw. Zij woonden naast “de Teerpot” . Nu is dat de Jhr. J.C.Sandbergweg 43. Hendrik, de oudste en Aart die ieder jaar bij ons de tuin kwam omspitten. Zij waren niet getrouwd. De jongste was Kees. Die was getrouwd met Marie Hoekert. De Landheer betaalde een vast bedrag voor de installatie. Wilde ie mand m eer hebben, dan m oest hij dat zelf betalen. Meester Poolen had aan Aart b e loofd in de zom ervakantie bij hem de elektrische installatie aan te leggen. Aart zorgde dat het nodige materiaal in huis kwam, buis, verdeeldozen, zadels en schroefjes, noem maar op. Drie man sterk, de meester, zijn zwager, oom Henk uit Voorburg die bij ons met vakantie was, en ik togen aan het werk. Tegen tienen riep M a rie, de vrouw van Aart, dat er koffie was. We gingen naar de heerd, de woonkam er van de boerderij. Marie gaf ons allemaal een kom koffie met de m elk er al in. Toen pakte ze de suikerpot en ging het rijtje langs om de suiker in de koffie te doen en er door te roeren. Iedere
keer als ze een schep suiker in een kopje had gedaan, likte ze het lepel tje af. Toen ze bij oom Henk kwam, zegt Marie : ‘Ok effe reure m eneer ? ’ Maar oom Henk hield zijn kom iets opzij en zei : ‘N ee dank je ik drink de koffie altijd zonder suiker’ . Maar de volgende m orgen tegen tien uur was hij stilletjes vertrokken om bij mijn m oeder thuis koffie drinken... Na een paar dagen was de instal latie klaar en de klus geklaard. Dat scheelde de gebroeders Mouw een heleboel geld. We werden ’s nachts nogal eens wakker. Dat was dan meestal van zaterdag op zondag. De vissers uit Harderwijk kwamen dan terug van de markt in Arnhem of Apeldoorn. Zij hadden daar hun vis verkocht. Ze za ten dan op de hondenkar en lagen te slapen of waren stomdronken. Als ze niet sliepen, sloegen zij m et een stok op de kar om de hond wat harder te laten lopen. Ook in de winter kwamen ze langs. Alleen als er veel sneeuw lag bleven ze thuis of als het vroor. Want dan was er geen vis. Dat was dan voor hen een arm oedige boel. Het was in de jaren dat wij in Leuvenum woonden echt arm oede. Men m oest hard werken voor een schrale boterham. Er werd in het voorjaar aan een aantal kinderen vrij g e g e ven om bosbessen te plukken. Men was arm en kon dat extra geld, met de verkoop van deze bessen, goed gebruiken. In het najaar werd er aardappelverlof gegeven om thuis te
Jeugdfoto van 'Meester Poolen
helpen met het rooien. Maar dat was alleen voor de armste bewoners. Toen ’s Jacob Sr. was overleden en in Rotterdam begraven, werd de er fenis verdeeld. H.Th.’s Jacob kreeg Staverden en nog ergens in Zeeland een stuk grond. In de mobilisatietijd, van eind 1939 tot 9 mei 1940, toen de oorlog uit brak, is het Kasteel in gebruik g e weest als een Rode Kruispost. Er w a ren een arts en een aantal verp lee g sters ingekwartierd. Zij kwamen uit Barneveld In de oorlog heeft het Duitse leger gebruik van gem aakt het kasteel.
11