Hein A.M. Klemann
Duits nationalisme, de Duitse eenwording en Nederland.
• Slag • bij Slag Leipzig bij Leipzig – Hoogtepunt – Hoogtepunt van Duitse van Duitse bevrijdigsoorlog bevrijdingsoorlog – Pruisen, Oostenrijk, Rusland en Zweden • Pruisen 1806 door Napoleon tegenin Fransen –vernederd: Grootstelegerhervormingen slag tot ’14-’18 • 1806: Oostenrijk ook verslagen: –Heilige Pruisen in 1806 vernederd: Militaire Roomse Rijk opgeheven hervormingen • Duitsland bestond niet meer
• •Pruisen hoopte in Westen ook op Fransen versterkten liberale ideeën en Duits nationale Nederland gevoelens
•
– Londen: Noordzeehavens niet in Pruisen kwam militaire handenals grootmacht
macht van•betekenis uit deinclusief Antwerpen Herstel Nederland oorlog– St. Petersburg: Geen Duits blok. Pruisen kleine grootmacht naast • Hoopte in •west-Europa Nederland teOostenrijk verwerven Nederland hersteldniet ookindoor – •Londen: Noordzeehavens interne ontwikkelingen: handen grootmacht Groter dan ooit • – Herstel Nederland inclusief –Antwerpen Nieuwe vorst wilde alle Belgische
– St. Petersburg: Geen blok Duitse gebiueden plusDuits goeddeel Rijnland • Pruisen kleine grootmacht naast Oostenrijk
1813
• Vóór 1806: 314 Duitse staten, 51 rijkssteden en zo’n 15 duizend Reichsritterschaften – Formeel Keizerlijk oppergezag – Sinds 1648 zwak – Vorsten die zich niet aan Rijkswetten hielden, niet aangepakt – Standentegenstellingen sterk: • Grootste deel bevolking uitgesloten van politieke invloed • Economische achterlijk, sterk agrarisch
• Bildungsbürger: Hooggeschoolde burgers – Scherp gescheiden van elite van adel en vorsten – Besef van Duits-zijn – Cultureel van aard: • • • •
Taal Christendom, Etnisch-cultureel Geo-politiek besef
• Franse expansie wakkerde Duits nationalisme aan
Duits nationalisme
• Aanvankelijk gezien als brenger nieuwe ideeën – Belastingen – Dienstplicht – Nationale vernederingen
• Nationalistische gevoelens in Pruisen en Duitsland – Anti-Frans – Tegen verlichtingsideeën – Tegen liberalisme
• Nationalisme aanvankelijk een moderne stroming – Tegen elite van adel en vorst – Natie moest zichzelf besturen: liberaal
• Na Franse tijd: beide elementen – Pruisen gezien als een staat die Duitsland kon verenigen – Rijncrisis van 1840: versterkte dit gevoel
Franse regime
Nederland na 1813
• Groot-Brittannië wilde herstel Nederland • Herstel ook door interne gebeurtenissen: – Groter dan ooit – Nieuwe vorst wilde alle Belgische gebieden plus Duitse Rijnland
• Pruisen had Nederland gewild • Rivaliteit – Grensconflicten – Rijnkwesties en toegang zee – Luxemburg en positie Duitse Bond
• Pruisen lukte het nieuwe gebieden in Westen te incorporeren • Nederland lukte dat niet met België
Nederland-Pruisen na 1830 • Nederland vanaf 1830: kleine staat • Pruisen werd kern Duitse Zollverein – 1828: Pruisisch-Hessische Zollverein – Mitteldeutsche Handelsverein: Reactie hierop • Gesteund door Nederland, Frankrijk en GrootBrittannië • Mislukte: individuele staten sloten zich bij Hessen en Pruisen aan
• 1834: Zollverein
Duits nationalisme en Pruisen
• 1848 Revolutie: – Vorsten in het nauw – Revolutie moest Duitsland verenigen en liberaliseren – Te veel gevraagd – Werd een mislukking
• Vorsten hersteld – Gottes Gnade
• Idee Pruisisch vorst Keizer te maken door hem afgewezen – Eenheid moest van boven komen – Liberalen te zwak – Bismarck zou liberalen en nationalisten gebruiken
• Probleem vanaf het moment dat Duitsland zich ging verenigen: – Nederland opnemen? • Vanaf 1815 tot 1851 voor Pruisen een lastig buurland • Probeerde de toegang tot zee van Duitse industriegebieden te exploiteren • Heffingen • Ontdook het Verdrag van Wenen
• Friedrich List 1841: ‘...je mehr der deutsche Zollverein zur Einsicht seiner Interessen und zum Gebrauch seiner Kräfte gelangt, um so mehr wird er die Notwendigkeit erkennen Holland in sich auf zu nehmen.’ • In Parlement Frankfurt ook ter sprake • Bismarck beweerde steeds dat hij niets voelde voor annexatie • Zelfs niet als alle 5 miljoen Nederlanders het hem zouden komen vragen …
Wat te doen met Nederland ?
1865: Belg Adolphe Deschamps: • Pruisen wordt een bedreiging • Nu twee agressieve staten: Frankrijk van Napoleon III en Pruisen van Bismarck – Duidelijk dat Pruisen Sleeswijk-Holstein wil inlijven – Oorlog die dan ontstaat gevaar voor België en Zwitserland – Nederlandse pers: Ook voor Nederland
• In Pruisen spot gedreven met Nederlandse angst • In 1871 waren er nationalisten die Nederland wilden innemen
Bismarck en Nederland • Maar Bismarck beweerde tegen de gezant graaf van Bylandt: – Duitsland kan niets met Nederland. Oostenrijk zou iets anders zijn… – Tegen Oostenrijkse diplomaat het tegenovergestelde: Wat met al die Slaven? Nederland interessanter…
• Bismarck vroeg baron van Heeckeren in een Kuuroord: Waarom wordt Nederland geen Duitse bondsstaat? – Koning dan opperbevelhebber van Duitse marine
• 1878: Verspreidde het gerucht dat Duitse troepen klaar stonden Nederland binnen te vallen – Doel: interventie Britten aan Turkse kant tegen Russen voorkomen
• 1887: waarschuwde Nederland, België en Zwitserland hun legers op orde te houden: Franse doortocht tegenhouden – Hardnekkige geruchten dat hij Nederland wilde opnemen in de Triple Alliance
1866 • Pruisisch Oostenrijkse oorlog – Hele staten opgeslokt – Koning Wilhelm I in gewetensnood
• Frankrijk eist compensatie voor uitbreiding Pruisen – Machtsevenwicht: niet absolute, relatieve macht geldt – Bismarck: Geen Duits gebied afstaan – België, Luxemburg, Nederland?
• Internationale stemming: – Nederland eigen nationaliteit, België niet – Bismarck: dichtte Nederland sterk nationaal gevoel toe: 80-jarige oorlog – Limburg afgestaan als de NoordDuitse Bond wordt geformeerd – Luxemburg niet
Vóór de Duitse eenwording
• Pruisen al in 1866 uitermate agressief • In Nederland als bedreiging gezien – 1866: Berlijn annexeerde geheel Hannover: Buurland Nederland – Annexeerde verder: • Nassau • Hessen-Darmstadt • Vrije stad Frankfurt
Slag bij Königgrätz 3 juli 1866
– Legde de andere Duitse Rijnstaten Rijnreglement op – Nederland en Frankrijk twee jaar later gedwongen dat ook te aanvaarden – Hield druk op Nederland
• Nog in 1869 zou Wilhelm I van Pruisen spontaan beweren Nederland niet ook te willen inlijven
1867 • Luxemburgse kwestie – Meer Duits-Frans conflict – Nederland gemangeld – In Duitsland nu andere stemming jegens Nederland – Nederland moest voelen wie de baas was
• Kreuzzeitung: – – – –
Heeft zijn historische missie volbracht Duitsland heeft de koloniën nodig Bezit de monding van Duitse rivieren Grote Nederlandse haven zijn Duitse havens – Moet worden ingelijfd
Pruisische invasie gevreesd • Stemming in de Nederlandse pers – Groen van Prinsterer schreef: – A mes amis de Berlin. La Prusse et les PaysBas – Tegen idee dat macht boven recht gaat – Geruchten dat omdat Frankrijk een deel van de buit eiste, Pruisen ook meer moest hebben – Franse ambassadeur in Berlijn beweerde later dat in 1866 was afgesproken de lage landen te delen – Bismarck noemde dit wijvenpraat
• In Duitse pers Nederland echter bedreigd zodra Berlijn iets wilde – Kwestie Luxemburg – Akte van Mannheim
• Pers creëerde een stemming als was een inval elk moment mogelijk
Acte van Mannheim • Achtergrond: Pruisen komt sinds 1815 op voor economische belangen westelijke provincies – Tot 1851: Nederland probeert monopolie te exploiteren – 1844: Monopolie teloor door spoorweg Keulen-Antwerpen – 1851: Nederland voert vrije Rijnvaart in – 1866: Staatjes die vrije Rijnvaart belemmeren geannexeerd – Berlijn wil ook natuurlijke belemmeringen opruimen: • Rivier kanaliseren
• Legt dat andere Duitse Rijnstaten op bij Vrede van Praag
1868 • Onderhandelingen in CCNR tussen de Rijnstaten: – – – – –
Vrije vaart, zonder enige discriminatie of tolheffing De verplichting om rivier te normaliseren Speciale internationale rechtspraak handhaven Politietoezicht internationaliseren Alles geregeld door de Centrale Commissie voor de Navigatie op de Rijn (1815)
• Nederland voorstander vrije vaart, maar vreesde voor onafhankelijkheid • Pruisen had al besloten
Onderhandelingen Mannheim • Nederland vreesde politietoezicht
Pruisen • Wilde niet dat andere Rijnstaten waterbouwkundige werken konden controleren
– Omvatte Waterlinie – Zomer 1868: Liep weg – Semi-officiele Pruisische pers: • Nederland wil monopolie herstellen • Is een onafhankelijk Nederland nog nodig in het huidige Europa? • Den Haag bond in • Berlijn gebruikte dreiging om zin door te zetten • 17 oktober 1868: Acte van Mannheim
Na eenwording keizerrijk • Acute dreiging verdwenen • Berlijn beweerde tevreden te zijn • Toch steeds weer angstige situaties – Nederland bangelijk – In diplomatie en pers vaak openlijk gesproken over Duitse agressie jegens Nederland
• Diverse Nederlandse publicaties over inlijving bij Duitsland – Vaak als onvermijdelijk voorgesteld – Trots op het eigen verleden – Wil eigen taal en eigen politiek systeem handhaven
Vanaf 1890 • Veranderingen in Duitsland na de val Bismarck (1890) • Pruisische leiders hadden met Duitsland Pruisen grootgemaakt • Nieuwe generatie Duitse leiders wilden Duitsland groot maken – Gelijkwaardig aan elke andere staat
• Nationalistische Weltpolitik – Duitsland liet zien dat het een grootmacht was – Militair: • Groot leger • Marine: Opbouw marine door Großadmiral Alfred von Tirpitz
– Politiek: • Opbouw van een koloniaal rijk
• Spanning in Europa
Betekenis voor Nederland • Toenemende invloed van de Duitse nationalisten: – Alldeutscher Verband: Bij de volgende oorlog worden Nederland en België Duits – Ernst von Halle: Econoom en vriend Adm. von Tirpitz • 1902: Duitsland moet Nederland opnemen i.v.m. rivieren en havens. • Kan Duitslands slagader afsnijden • Nederland heeft grote voordelen van Duitsland, maar deelt niet in lasten
– Verdediging van Nederland zwak • • • •
Kunnen Duitslands vijanden gebruiken Gevaar voor industriegebieden Marinetractaat opleggen Eisen dat het voor een betere vloot en kustverdediging zorg draagt
• Vanaf 1890 Duitse nationalisten roeren zich luider • Politieke invloed beperkt – Directe dreiging Nederland gering – Niettemin: idee dat Nederland in geval van oorlog in gevaar komt algemeen – Gevaar moet van Duitsland komen
• Duitsland economisch steeds afhankelijker van Nederland – Rijnvaart vanaf 1890 essentieel voor Duitse industrie – Maakte Nederland onmisbaar
Nederland en Duitsland
Duitse nationalisten • Argumenten voor annexatie – – – –
Pas vanaf 1648 los van Duitsland Etnisch en taalkundig nauw verwant Economisch nauw verbonden: havens Interessante koloniën die Duitsland ontbeert
• Nationalisten dwongen Bismarck tot annexatie Elzas-Lotharingen • Drongen aan op het opnemen Nederland in Keizerrijk – Geen erg grote aanhang, maar invloed – Begrepen niet waarom Nederlanders niet wilden – Duitsland zou Nederland immers liefdevol verdedigen
Duitsland en de kustverdediging • Britten en Fransen in Duitsland als potentiële vijanden gezien – Schlieffenplan: Bij oorlog tegen Frankrijk, aanval door Nederland en België – Keizer in 1897: Wat in geval van een oorlog tegen Britten? – Adm. Von Knorr werkte een plan uit voor een gecombineerde marine-legeroperatie – Eerste dag oorlog: Antwerpen veroveren • 24-30 uur voor de aanval vloot op Westerschelde • Beide Scheldekusten: Antwerpen, ZuidBeveland en Walcheren • ’s Middags in Duitse handen • Twee Legerkorpsen zouden te hulp schieten • Vanuit gegaan dat Nederland noch België weerstand zouden bieden
– Nationaliteit kleine staten niet serieus genomen.
Nederland en de grote oorlog • Vreest een groot conflict • Zou Nederland de das om doen – 1906 Europese pers: wordt Frankrijk verslagen, dan met Nederland gedaan – September programma Duitse regering 1914
• Duitsland zag zwakke verdediging Nederland als gevaar gezien – 1887: Bismarck wees kleine landen op belang verdediging – 14 juli 1904: Duits escader van meer dan 30 marineschepen doet Vlissingen aan – 1904 Keizer Wilhelm waarschuwde Wilhemina voor Duitse bezetting in geval van oorlog – Moest kustverdediging op orde brengen – 1906 Franse generaal besprak verdedigbaarheid van Nederland
Eisen
• Berlijn eiste betere kustverdediging • In België en Engeland protesten • Fort Vlissingen gezien als een knieval voor Duitsland – Belemmerde Britten Belgen te hulp te schieten in geval van aanval door België – 1912 Wet op de kustverdediging
• Druk op Nederland door Duitsland – 1908: Noordzeeverklaring – Garantie Status Quo door Berlijn – Eerst aan Nederland, toen pas aan Britten en tenslotte aan Denen voorgelegd – Keizer Wilhelm zag dit als een geschenk aan Wilhelmina
Economische contacten • 1849: Rijnvaart leek ten dode opgeschreven – Spoorweg nam het verkeer over – Haven van West-Duitsland: Antwerpen
• 1851: Rheinstrombauverwaltung: Pruisische instelling • Doel: kanalisering van de Rijn – Rijn toegankelijk maken voor moderne scheepvaart – Scheepvaart concurrerend – Spoorwegen: Monopolies – Rijnvaart hield transportkosten laag – Stoomvaart eiste grotere schaal: betere waterweg
Vanaf 1890 gevolgen spectaculair • Gehele Rijn van de zee tot Mannheim bevaarbaar – Veranderingen in de metaalindustrie vereisten: • Grote schaal • Grotere aanvoer van erts uit Zweden, Spanje of Noord-Frankrijk • Meer steenkool
– Transport op enorme schaal • Steenkool van de Duitse industriegebieden naar overzee • Erts, graan en hout naar die industriegebieden
• Lage transportkosten
Grafiek 1 Transportkosten 1860-1913 (1870=100)
180 160 140 120 100 80 60 40
Dutch maritime shipping Dutch international river shipping Dutch rail transport German rail transport
Sources: Jan Pieter Smits, Edwin Horlings and Jan Luiten van Zanden, Dutch GNP and it components, 1800-1913 (Groningen 2000) 142-147; Geheimrat Ulrich, ‘Die fortschreitende Ermäßigung der Eisenbahngütertarife.’ In: Jahrbuch für Nationalökonomie und Statistik, 1891, 53-69; Rainer Fremdling, Eisenbahnen und deutsches Wirtschaftswachstum 1840-1879 (Dortmund 1975); Rainer Fremdling, ‘Freight Rates and State Budget: The Role of the National Prussian Railways 1880–1913.’ In: Journal of European Economic History, 1980, 21-39; Own calculations
20 0 1860
1865
1870
1875
1880
1885
1890
1895
1900
1905
1910
Grafiek 2 Kosten van transport per spoor in procenten van de kosten van de internationale riviervaart, 1860-1913
1000 900 800 700 600 500 400 300 200 100
Sources: Jan Pieter Smits, Edwin Horlings and Jan Luiten van Zanden, Dutch GNP and it components, 1800-1913 (Groningen 2000); Rainer Fremdling, Eisenbahnen und deutsches Wirtschaftswachstum 1840-1879 (Dortmund 1975); Own calculations.
0 1860
1864
1868
1872
1876
1880
1884
1888
1892
1896
1900
1904
1908
1912
Graph 3
90
90 80
80 70
70
60 50
60
German trade in million metric tons and the share of the
Grafiek 3 Duitse handel inTransport milljoenen ton en het via the Rhine aandeel van de Rijn daarin Imports Export German imports crossing the Dutch border near Emmerich (Rhine transport) German exports crossing the Dutch border near Emmerich (Rhine transport)
Imports Export German imports crossing the Dutch border near Emmerich (Rhine transport) German exports crossing the Dutch border near Emmerich (Rhine transport)
40
50
30
40
20 10
30 0 1872
20
1876
1880
1884
1888
1892
1896
1900
1904
1908
1912
Sources: Kaiserliches Statistisches Amt, Statistisches Jahrbuch für das deutsche Reich (Berlin 1880-1917); Own calculations.
10 0 1872
1876
1880
1884
1888
1892
1896
1900
1904
1908
1912
Graph 4 Share of German trade crossing the Dutch border on the
30
30
Rhine inDuitse per cents. handel dat de Grafiek 4 Het aandeel Nederlandse grens passeert over de Rijn. procenten. Imports
Export
25
25
20
20
15
10
15 5
10 0 1872
5
1876
1880
1884
1888
1892
1896
1900
1904
1908
1912
Sources: Kaiserliches Statistisches Amt, Statistisches Jahrbuch für das deutsche Reich (Berlin 1880-1917); Own calculations.
Imports
Export
0 1872
1876
1880
1884
1888
1892
1896
1900
1904
1908
1912
Spoorweg verliest van Rijn • Rijnvaart grootschaliger en goedkoper • Doorvoer door Nederland essentieel – Significant verband tussen kosten Rijnvervoer t.o.v. spoorvervoer en aandeel Duitse handel via de Rijn – Gevolg: Rotterdam won van Antwerpen – Werd de belangrijkste haven van belangrijkste Duitse industriegebied
• Met andere woorden: Duitsland had Nederland nodig • Bulkgoederen konden alleen over de Rijn – Nederland regelde dit goedkoop en legde de doorvoer niets in de weg
Nederland relatief veilig • Kamerlid Ch. A Barin de Bieberstein 1872: – Sinds Nederland een vrijhandelsland is, kunnen de Duitsers hier alles krijgen – Zullen ons met rust laten
• Nederlandse gezant Gevers in 1907 zelfde mening • 1910: The Times: Nederlandse neutraliteit gunstig voor Duitsland – Duitsland beschikt in geval van oorlog over Nederlandse havens
• 1912: Kölnischen Zeitung. Duitsland kan Nederland dwingen bondsstaat te worden – Kost veel aan kustverdediging – Zorgt ook zonder dat voor doorvoer – In oorlog voordelig dat dit land neutraal is
• Helmuth von Moltke in 1909