Beste ouder(s) /verzorgers*, Voor u ligt de schoolgids van de Steven Stemerdingschool. Wij beseffen dat het kiezen van een basisschool voor uw kind niet gemakkelijk is. U zoekt een school waar niet alleen goede leerresultaten worden behaald, maar ook een plaats waar uw kind zich veilig en geaccepteerd voelt. Wij denken uw kind dit te kunnen bieden, waarbij wij een goede samenwerking met de ouders heel belangrijk vinden. In deze schoolgids willen wij een beeld schetsen van onze school. U wordt geïnformeerd over de inhoud en de organisatie van het onderwijs, de zorg voor onze leerlingen, de medezeggenschapsraad en de activiteitencommissie en allerlei praktische zaken die voor u als ouders belangrijk zijn om te weten. Wij hopen dat u deze schoolgids met plezier leest. Heeft u nog vragen, opmerkingen of suggesties dan horen wij dat graag van u.
Namens het team van de Steven Stemerdingschool, A. Langerak Directeur a.i.
* Waar in deze gids het woord “ouders” staat, bedoelen wij “ouders en verzorgers”
INHOUDSOPGAVE 1
De school
1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6
Het bestuur Directie Situering Schoolgrootte Peuterspeelzaal “Het Zonnehoekje” Inschrijven en uitschrijven
2
Waar de school voor staat
2.1 Identiteit 2.2 Prioriteiten 2.3 Uitgangspunten 3
De organisatie van het onderwijs
3.1 3.2 3.3 3.4 3.5
De organisatie van de school De organisatie van de zorg voor kinderen met specifieke behoeften De samenstelling van het team. De activiteiten voor de kinderen Speciale voorzieningen in het schoolgebouw
4
De zorg voor de kinderen
4.1 De zorg voor jonge kinderen 4.2 Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school. 4.3 De speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften 4.4 De zorg voor leerlingen met leesproblemen. 4.5 Plaatsingsbeleid van kinderen met een leerling-gebonden financiering 4.6 De begeleiding van de overgang van kinderen naar het voortgezet onderwijs 4.7 Veilig klimaat 4.8 Schoolmaatschappelijk werk 4.9 Het GGD/Jeugdgezondheidscentrum 4.10 Gezonde voeding 5
De ouders
5.1 5.2 5.3 5.4 5.5
Het belang van betrokkenheid ouders Medezeggenschapsraad Rapporten, dossiers en informatieavonden Klachtenregeling Regels voor toelating, afmelding, schorsing en verwijdering
6
De ontwikkeling van het onderwijs in de school
6.1 6.2 6.3 6.4 6.5
Weer samen naar school Continu proces Computers in de school Plannen Activiteiten ter verbetering van het onderwijs
7
Schooltijden
7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6
Schooltijden Enkele regels Te laat komen Ziekmeldingen Overblijven Naschoolse opvang
8
Jaarplanning
8.1 8.2 8.3 8.4 8.5 8.6
Vakantierooster 2006-2007 Extra verlof (regels en maatregelen bij schoolverzuim) Bijzondere activiteiten Schooltuin Data Steveninfo
9
Bewegingsonderwijs en zwemonderwijs
9.1 Bewegingsonderwijs 9.2 Zwemmen 10 Geldzaken 10.1 Ouderbijdragen 10.2 Zending :Unicef en Foster Parents 10.3 Kosten overblijven 10.4 Sponsoring 11 De resultaten van het onderwijs 12 Regels 13 Namen en adressen
1. DE SCHOOL 1.1 Het bestuur Het bestuur van onze christelijke basisschool is: de stichting voor ProtestantsChristelijke Basis- en Orthopedagogisch Onderwijs(PCBO) te Rotterdam-Zuid. Identiteit • De stichting wil een optimale bijdrage leveren aan kinderen vanuit de Christelijke inspiratie en vanuit de persoonlijke motivatie van medewerkers. • PCBO-scholen staan open voor een overbrugging van traditionele grenzen tussen godsdienstige stromingen. • Onder erkenning van andere geloofsaspiraties geldt voor PCBO-scholen het werken vanuit een christelijke levensovertuiging. • De stichting voert een open toelatingsbeleid Onderwijs • Het kenmerk van PCBO-scholen is dat de innovatieve activiteiten zich richten op een professionele wijze omgaan met verschillen tussen leerlingen. • Op PCBO-scholen staan de verschillen tussen individuele leerlingen centraal. • PCBO-scholen richten het onderwijs zodanig in, dat aantoonbaar rekening wordt gehouden met het multiculturele karakter van de samenleving. • PCBO-scholen richten zich op het verhogen van de onderwijskansen van de kinderen uit achterstandsituaties. • PCBO-scholen leveren een bijdrage aan een zo hoog mogelijk cognitief ontwikkelings-niveau van alle leerlingen • De Informatie en Communicatie Technologie is op PCBO-scholen geïntegreerd in het onderwijsleerproces. • Het concept Brede School is het uitgangspunt om de samenhang tussen de diverse milieu´s in te vullen. • PCBO-scholen stemmen voorschoolse educatie en onderbouw op elkaar af. Personeel • Hoofdthema´s van personeelsbeleid zijn zorg voor personeel en continue aandacht voor professionele ontwikkeling • Verantwoordelijkheden en bevoegdheden dienen zo laag mogelijk in de organisatie te worden neergelegd en worden,waar mogelijk,in termen van resultaat vastgelegd.. Organisatie • PCBO-scholen zijn erkend ongelijk. • PCBO-scholen maken gebruik van elkaars kwaliteiten en gebruiken de daartoe ontworpen samenwerkingsstructuren. De christelijke school en de Wet op het Primair Onderwijs Onze school moet zich evenals alle basisscholen in Nederland houden aan de Wet op het Primair Onderwijs. Rekenen, taal en een aantal andere vakken zijn verplicht. Ook het aantal uren onderwijs is wettelijk geregeld. Er zijn eisen aan wat kinderen moeten leren om straks het voortgezet onderwijs te kunnen volgen. Alle basisscholen in Nederland werken daaraan Wat doet de christelijke school nog meer?
Naast vakken als rekenen, taal, schrijven, bewegingsonderwijs, expressie, aardrijkskunde, geschiedenis en biologie krijgen de kinderen op onze school godsdienstige vorming, wij gebruiken daarvoor de methode Kind op Maandag. Deze methode gaat uit van de christelijke jaarfeesten waarbij ook aandacht wordt besteed aan hedendaagse vraagstukken. Tevens vinden wij het belangrijk de dag te openen en te beëindigen met het gebed, een lied of versje. Van de kinderen die onze school bezoeken verwachten wij dat zij de de Kerst, Adventen Paasvieringen bijwonen, ook al vallen deze vieringen soms buiten de schooltijden. De christelijke school en andersgelovigen en andersdenkenden Respect voor elkaar vinden we vanuit ons geloof belangrijk. Op onze school en op de andere basisscholen van het bestuur zitten ook kinderen met een niet-Nederlandse achtergrond. Zij zijn welkom omdat het voor iedereen belangrijk is samen te leren leven in een stad waar veel verschillen zijn. Ook kinderen met een ander geloof zitten op school. We praten in de klas ook over hun geloof. Respect speelt daarbij een belangrijke rol. We vragen iedereen eerbied voor de manier waarop in de klas wordt omgegaan met de Bijbel, het lied en het gebed. De school wil meewerken aan wederzijds begrip tussen mensen met verschillende achtergronden, verschillende talen en verschillende geloven. Een goed contact tussen kinderen, leerkrachten en ouders is in dit opzicht erg belangrijk. 1.2 Directie Op de Steven Stemerdingschool wordt de directie gevormd door een directeur a.i. (de heer A. Langerak) en de adjunct-directeur (mevrouw A. de Ronde- Renkema) De directie houdt zich bezig met de beleidsmatige zaken in school, met de organisatie en de beheersmatige kant van het onderwijs. De directie is eindverantwoordelijk voor de kwaliteit van het onderwijs en voor de dagelijkse gang van zaken in de school. Wilt u uw kind laten inschrijven, hebt u vragen van algemene aard of klachten dan kunt u bij de directie terecht. U kunt altijd (telefonisch) een afspraak maken. 1.3 Situering De Steven Stemerdingschool ligt heel centraal in Zuidwijk in een groene omgeving. Het gebouw is in 1996 geheel aangepast aan de eisen van deze tijd. De school heeft twee ingangen: één aan de Luntershoek en één aan de Kruisvoorde, waar ook onze gymnastiekzaal staat die begin 1997 gerenoveerd is. In mei 2004 werd de nieuwbouw van vier lokalen afgerond. De school huisvest ook een Voorschool, waardoor wij in staat zijn onderwijs te bieden aan leerlingen van 2 ! tot 12 jaar. Deze peuterspeelzaal heet “Het Zonnehoekje” en de dagelijkse leiding is in handen van mevr. A. Schotte. Het postadres van de peuterspeelzaal is gelijk aan dat van de Steven Stemerdingschool.
1.4
Schoolgrootte
Onze school telt(september 2008) 360 leelringen. . Voor het nieuwe cursusjaar telt de school 32 medewerkers: 20 leerkrachten, waaronder 6 parttime leerkrachten 2 remedial teachers/ 2 intern begeleiders 1 maatschappelijk werkster 2 directieleden 1 conciërge 3 onderwijsassistenten 2 vrijwilligers 3 peuterleidsters 1.5 Voorschool “Het Zonnehoekje” De voorschool bestaat uit één ruim lokaal, dat speciaal is ingericht naar de normen van de G.G.D. Wij proberen de kinderen te stimuleren in hun ontwikkeling d.m.v. spel, creatief bezig zijn, contact leggen en leren omgaan met andere kinderen. Wij werken met het taalstimuleringsprogramma Puk & Ko. Puk & Ko wil in de eerste plaats de taalontwikkeling van kinderen stimuleren. Daarnaast zal er ook aandacht besteedt worden aan de sociaal-emotionele ontwikkeling. Puk & Ko bestaat uit tien thema’s, die gedurende een jaar in willekeurige volgorde worden uitgevoerd. De thema’s sluiten aan bij de directe belevingswereld van peuters. Met Puk & Ko willen we een goede basis leggen voor Ik & Ko, de methode voor taalontwikkeling die gebruikt wordt in de kleutergroepen van de basisschool. Zo kunnen we zorgen voor een doorgaande lijn in de ontwikkeling. Omdat wij dit heel belangrijk vinden, is er structureel overleg tussen peuterspeelzaal en basisschool. Er zijn twee groepen: groep 1: maandagochtend, dinsdagmiddag, woensdagochtend, donderdagochtend groep 2: maandagmiddag, dinsdagochtend donderdagmiddag, vrijdagochtend
0nze openingstijden sluiten aan op die van de Steven Stemerdingschool. ’s morgens van 8.30 tot 11.30/ 11.45 ’s middags van 12.50 tot 15.00/ 15.15 Indien u uw kind wilt laten inschrijven op de peuterspeelzaal kunt u contact opnemen met Astrid Schotte, telefoon:
010-21 00 554. U moet rekening houden met een eventuele wachtlijst. 1.6
inschrijven en uitschrijven.
Zodra een kind vier jaar wordt, mag het naar de basisschool. Wij raden u aan een tijd van tevoren contact op te nemen met de school van uw keuze. Op de Steven Stemerdingschool bestaat de mogelijkheid uw kind gedurende twee weken voor het vierde jaar tijdens de ochtenden of middagen te laten wennen in groep 1. Indien u uw kind wilt inschrijven op onze school kunt u het best (telefonisch) een afspraak maken met de directie. U wordt dan uitgenodigd voor een oriënterend gesprek, waarin we uitgebreide informatie over de school geven en waarin we uw vragen beantwoorden. We stellen het op prijs als uw kind bij de inschrijving aanwezig is. U krijgt een rondleiding en ziet de school in bedrijf. Vervolgens krijgt u informatie over de inschrijvingsprocedure. Mocht u besluiten tot inschrijving dan zullen er ook vragen over uw kind worden gesteld. Het is van belang dat u deze vragen zo zorgvuldig mogelijk beantwoordt zodat wij uw kind zo goed mogelijk kunnen begeleiden Heeft uw kind al een basisschool bezocht(b.v. in geval van verhuizing) dan nemen wij altijd contact op met de vorige school. Wanneer uw kind moet worden uitgeschreven dan willen we graag weten naar welke school uw kind toegaat. We zijn wettelijk verplicht om de nieuwe school een onderwijskundig rapport toe te sturen. In het onderwijskundig rapport wordt vermeld volgens welke methoden er is gewerkt en hoe de leerresultaten zijn.’Met behulp van deze gegevens kan de nieuwe school een plan van aanpak maken voor de nieuwe leerlingen. In overleg met de andere basisscholen in Zuidwijk is afgesproken om gedurende het schooljaar geen leerlingen van elkaar in te schrijven. Als uitzondering geldt dat slechts in speciale gevallen met instemming van de directies van de betreffende scholen van deze regel kan worden afgeweken. De gegevens die door de ouders (voogden) aan de school verstrekt worden en de resultaten van testen en toetsen van de leerlingen worden door de school gebruikt om twee redenen en wel: 1. Schooladministratieve redenen. De school is verplicht om een leerlingadministratie te voeren. Deze gegevens verzameling valt onder het vrijstellingsbesluit van de Wet Bescherming Persoonsgegevens. 2. Leerlingbegeleiding. De door de leerling behaalde resultaten spelen een belangrijke rol bij het begeleiden van de leerlingen. Ook deze administratie is vrij van meldingsplicht door het vrijstellingsbesluit van de Wet Bescherming Persoonsgegevens. Daarnaast worden deze gegevens opgenomen in een gegevensverzameling die de gegevens verwerkt tot statische informatie ten behoeve van de evaluatie van het onderwijskundig beleid van de school en het gemeentelijk onderwijs beleid. Dit vindt plaats in de Onderwijsmonitor PO/VO gemeente Rotterdam. De onderwijsmonitor levert uitsluitend geanonimiseerde statistische informatie en de daaraan ten grondslag liggende gegevensverzameling is aangemeld bij het College Bescherming Persoonsgegevens.
2. WAAR DE SCHOOL VOOR STAAT 2.1 Identiteit De Steven Stemerding is een christelijke school. Dat wil zeggen dat de christelijke traditie betekenis heeft, voor ieder van ons - de leerkrachten - op een eigen manier. Voor een deel van onze leerlingen geldt hetzelfde: een grote groep kinderen wordt thuis niet in een godsdienstige traditie gesocialiseerd, een ander deel, met name de allochtone kinderen, wordt thuis opgevoed in de islamitische of hindoe-traditie. Wij hebben op school duidelijke regels. Onder meer met behulp van deze regels creëren wij op onze school een veilige leer- en leefomgeving voor de kinderen. De duidelijkheid wat regels betreft vinden wij ook terug in een heldere organisatie- en managementstructuur. Dit heldere kader creëert voor ons de ruimte diverse leer- en vormingsgebieden verder te ontwikkelen. Godsdienstige vorming is een van de leer- en vormingsgebieden, naast de gebruikelijke vakken zoals taal en rekenen, aardrijkskunde en geschiedenis. Wij bezinnen ons intensief en voortdurend op de manier waarop wij de godsdienstige vorming concretiseren in de klas. ‘Op welke manier geven wij vorm aan het gebed?’ En ‘Wat is de relatie tussen de leefregels uit de bijbel, en de regels hier op school?’ zijn vragen die wij in dat kader aan elkaar stellen. Wij beschouwen dit aspect van het onderwijs op de Steven Stemerding als ‘werk-in-uitvoering’, zowel voor onszelf als voor onze kinderen in de groep. Wij maken gebruik van de methode’Kind op maandag”. Wij vinden het belangrijk dat er in de godsdienstige vorming recht wordt gedaan aan de christelijke traditie waarin de school staat, als aan de levensbeschouwelijke diversiteit in het team en onder de leerlingen. Dat geldt evenzo voor de ‘vieringen’. Diversiteit onder de leerlingen erkennen wij niet alleen ten aanzien van de levensbeschouwelijke oriëntatie, maar ook ten aanzien van de manier waarop kinderen leren. Recht doen aan de uniciteit van elk kind betekent voor ons dat wij adaptief onderwijs trachten te realiseren door het aanbod zoveel mogelijk af te stemmen op de mogelijkheden en behoeften van de kinderen, binnen het jaarstofklassensysteem. Wij spreken elk kind aan op de eigen verantwoordelijkheid vanuit het vertrouwen in wat het kind zelf kan. Vanuit die kracht kan het kind werken aan de eigen ontwikkeling. Diversiteit in levensbeschouwelijke oriëntatie is er ook onder de leerkrachten. Het sterke gevoel voor saamhorigheid en verbondenheid met elkaar biedt de veiligheid om daarover met elkaar in gesprek te zijn, voor zover het onze professionaliteit als leerkracht betreft. In het Structureel Identiteits Beraad*, krijgt dat concreet vorm. Wij hebben respect voor elkaar, en zijn ons er van bewust dat wij daarin een voorbeeldrol vervullen voor de kinderen. We signaleren ook diversiteit in kwaliteiten en professionele vaardigheden waarover elk van ons beschikt. Wij streven ernaar deze competenties optimaal in te zetten en verder te ontplooien ten behoeve van ons werk met de kinderen, en als lid van het team van de school. *Het structureel identiteitsberaad houdt in dat er met regelmaat in het team gesproken wordt over identiteitszaken. Concreet betekent dit dat met behulp van een methode een doorgaande lijn ontwikkeld wordt wat betreft godsdienstonderwijs,ochtendrituelen,gebed,liederen en vieringen.
2.2 Prioriteiten De prioriteiten van ons onderwijs liggen bij de basisvaardigheden (lezen, taal/spelling, rekenen, schrijven. We hebben hiervoor gekozen omdat we vinden dat onze leerlingen het meest gebaat zijn met een goede ondergrond om na groep 8 een zo goed mogelijke vorm van voortgezet onderwijs te kunnen kiezen. Dat wil niet zeggen dat er geen aandacht is voor de creatieve vakken, maar het accent ligt toch op genoemde basisvaardigheden. We vinden het heel belangrijk dat kinderen zelfstandig problemen kunnen oplossen. Hieraan wordt in alle groepen uitgebreid aandacht besteed. 2.3
Uitgangspunten
Pedagogisch:
Wij realiseren adaptief onderwijs door het aanbod zoveel mogelijk af te stemmen op de mogelijkheden en de behoeften van de kinderen binnen het jaarstofklassensysteem. Centraal staan de basisbehoeften van kinderen namelijk: 1. Ervaren van competentie We bevorderen het zelfvertrouwen van kinderen door structuur en veiligheid te beiden 2. Ervaren van autonomie Op onze school zijn kinderen mede verantwoordelijk voor hun leerprestaties 3. Relaties We bevorderen goede relaties door een duidelijke communicatie te stimuleren voor kinderen en leerkrachten.
Onderwijskundig: Wij hebben hoge verwachtingen van kinderen en motiveren kinderen in geloof in eigen mogelijkheden.
Maatschappelijk
Wij leren de kinderen vaardigheden om goed te kunnen functioneren in onze gecompliceerde samenleving. Wij vinden het belangrijk dat: In de school -Er een goede relatie tussen leerlingen en leerkrachten is; -Leerkrachten, leerlingen en ouders zich houden aan afspraken en regels; -We respect hebben voor elkaar, ongeacht geloof, uiterlijk of handicap; -Er goed overleg is tussen ouders en school; -Kinderen zich op hun gemak voelen in het schoolgebouw en op het plein; -Er stilte is in het gebouw, zodat de kinderen in alle rust hun werk kunnen doen; -Er regelmaat is, zoals vaste schooltijden en pauzes; -Niemand te laat komt, zodat we op tijd kunnen beginnen: -Het lokaal,de school en het plein opgeruimd zijn. In de groep: -Elk kind zich op zijn/haar gemak voelt in de groep; -Elk kind leert om goed met de ander om te gaan; -Er aandacht is voor elk kind in de groep
-Kinderen kunnen samenwerken, maar ook zelfstandig kunnen werken; -Kinderen leren om op tijd hulp te vragen aan elkaar of aan de leerkracht; -Naast de verstandelijke ontwikkeling ook de creatieve en sociale ontwikkeling gestimuleerd wordt. De leerkracht probeert aan te sluiten bij de belevingswereld van het kind
3. DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS
3.1 De organisatie van de school De school is verdeeld in een onderbouw, een middenbouw en een bovenbouw. De leerkrachten van de diverse 'bouwen' vergaderen regelmatig in 'bouwvergaderingen' over de inhoud van het onderwijs en de afstemming van de verschillende leerjaren op elkaar. - Groepering: In de onderbouw werken we met heterogene groepen, d.w.z. dat 4, 5 en 6-jarige kleuters bij elkaar in een groep zitten. Dit vinden we van belang voor de sociaal-emotionele ontwikkeling. In de midden- en bovenbouw zitten de kinderen in jaargroepen. Dit houdt in, dat de kinderen verdeeld zijn over groepen, waarin zij in principe dezelfde leerstof krijgen aangeboden. - Groepsgrootte: We streven ernaar het aantal leerlingen in de groepen 1 t/m 4 zoveel mogelijk te beperken tot 26 leerlingen. Om organisatorische redenen kan het echter wel eens voorkomen dat er enkele leerlingen meer in een groep zitten. Voor de groepen 5 t/m 8 vinden we 32 leerlingen het maximum, maar ook hier kunnen uitzonderingen voorkomen. 3.2 Organisatie van de zorg voor leerlingen met specifieke behoeften Voor leerlingen die speciale zorg nodig hebben zijn er op school twee remedial teachers. Deze leerkrachten beschikken over enkele aparte werkruimtes waar zij met kleine groepjes kinderen of met een kind apart kunnen werken. U wordt als ouder altijd ingelicht als uw kind langdurig( 6 tot 12 weken) remedial teaching krijgt. Over het overleg, de zorg, de dossiervorming en de samenwerking met speciale scholen voor basisonderwijs in het kader van Weer Samen Naar School (WSNS) leest u meer verderop in deze gids. 3.3
De samenstelling van het team
Wie werken er in de school? De directeur en de adjunct-directeur zijn belast met de dagelijkse leiding van de school. In een onderlinge taakverdeling zijn zij eindverantwoordelijk voor het beleid, de organisatie van het onderwijs, de leerlingenzorg, de begeleiding van de medewerkers, de administratie en de onderwijskundige ontwikkeling. De groepsleerkrachten zijn verantwoordelijk voor het onderwijs in hun groep, de klassenorganisatie en voor het uitvoeren van zorgplannen voor leerlingen die speciale begeleiding nodig hebben. Soms is er in een groep gedurende één of twee dagen per week nog een tweede leerkracht werkzaam. Dit komt omdat: - de groepsleerkracht parttime werkt - de groepsleerkracht op een vast tijdstip of dag(deel) een speciale taak heeft binnen de school;
- de groepsleerkracht adv/verlof heeft of ziek is. Indien een leerkracht afwezig is, wegens ziekte bijvoorbeeld, probeert de school altijd vervanging te regelen. Meestal lukt dit. Als er veel zieken zijn kan het wel eens voorkomen dat de leerlingen over andere groepen verdeeld worden. In verschillende groepen lopen studenten van de PABO stage. Deze stagiaires werken onder verantwoordelijkheid van de leerkrachten en voeren stageopdrachten uit. Verder kennen we in onze school de zogenaamde LIO-ers. Dat zijn leerkrachten in opleiding die in de laatste fase van hun studie zijn aangekomen en gedurende een bepaalde periode enkele dagen als leerkracht functioneren. Zij nemen dan alle taken van de leerkracht over, ook bijvoorbeeld de gesprekken met ouders. Uiteraard functioneren LIO-ers onder verantwoordelijkheid van groepsleerkrachten en directie. Dit jaar zullen er 4 LIO-ers werkzaam zijn: Mevrouw X Vennink in groep ! b, Mevrouw I.v/d Steen in groep 3b en mevrouw M. Dakkus in groep ! d en mevrouw N. Ahansas in groep 5. Zij lopen eerst stage tot en met december en staren dan met hun LIO. Op onze school zijn drie onderwijsassistenten werkzaam. De onderwijsassistenten zijn ingezet in de groepen 1 en 2 om samen met de betreffende leerkrachten Ik en Ko te realiseren.(zie punt 3.4) Ten slotte bieden wij ook stageplaatsen aan stagiaires van het Albeda en het Zadkine. Zij volgen de opleiding tot onderwijsassistent niveau 3 en 4 en kunnen al ingezet worden voor ondersteunende groepsactiviteiten. De intern begeleider coördineert de leerlingenzorg, is verantwoordelijk voor het begeleiden van de leerlingen, levert bijdragen aan de onderwijsvoorbereiding en de onderwijsontwikkeling. Belangrijke activiteiten zijn het evalueren van ontwikkelings-en leerprocessen van de kinderen samen met de leerkrachten. Indien nodig worden er groepshandelingsplannen of individuele handelingsplannen opgesteld. De remedial teacher begeleidt leerlingen die een specifieke leerachterstand hebben. Ook kan de remedial teacher ondersteuning geven aan groepjes kinderen om een gedeelte van de stof nog eens te herhalen of extra instructie te geven. De ICT coördinator is verantwoordelijk voor de computers binnen de groepen, de geïnstalleerde software en de aanschaf van nieuwe programma's. De ICT- coördinator werkt nauw samen met de systeembeheerder voor het onderhoud De bouwcoördinatoren zijn binnen hun bouw verantwoordelijk voor het overleg over onderwijsinhoudelijke zaken en vormen samen met de directie de staf. De schoolmaatschappelijk werkster is iedere donderdag bij ons op school aanwezig. In hoofdstukje 4.5 staat meer informatie over het schoolmaatschappelijk werk. De conciërge verricht tal van onderhoudskarweitjes aan het gebouw, zorgt voor koffie en thee en voor kopieerwerk. Tevens is zij aanspreekpunt voor dagelijkse praktische vragen en/ of problemen. De onderwijsassistente voert onder verantwoordelijkheid van de groepsleerkrachten de taken uit die voortvloeien uit haar rol als ondersteuner van de groepsleerkracht. Zij zijn werkzaam in de groepen 1 en 2. De vakleerkracht bewegingsonderwijs verzorgt een keer per week op woensdag en donderdag deze lessen in diverse groepen. Op het moment van verschijnen van deze schoolgids is er een vacature voor deze functie. De ouderconsulent onderhoudt het contact tussen school en ouders. Zo verzorgt zij o.a. oudercursussen voor ouders die hun kinderen op onze Voorschool hebben.
3.4
De activiteiten voor de kinderen -Activiteiten in de onderbouw: In de kleutergroepen wordt gewerkt met Ik en Ko taal en Ik en Ko rekenen(vanaf september 2004) Ko-totaal is een nieuw educatief totaalprogramma, dat ingezet wordt in het kader van voor- en vroegschoolse educatie en bevat naast de hierboven genoemde onderdelen ook Puk en Ko. Het hoofddoel van KO- totaal is een goede basis te leggen voor de Nederlandse taalvaardigheid. De nadruk ligt bij de peuters op de mondelinge taalvaardigheden(spreken en luisteren) en op de uitbreiding van de woordenschat. Bij de kleuters wordt bovendien gewerkt aan beginnende geletterdheid en taalbeschouwing, Daarnaast besteedt KO- totaal aandacht aan de beginnende rekenontwikkelingen en aan de ontwikkeling van sociaal communicatieve vaardigheden. KO-totaal is dus niet alleen een taalprogramma, maar een totaalprogramma dat de brede ontwikkeling van jonge kinderen stimuleert. Met Puk en KO en Ik en KO is een doorgaande lijn in de ontwikkeling van jonge kinderen gegarandeerd. De activiteiten worden vaak rond een thema geplaatst zoals de herfst, de lente, Sinterklaas enzovoort. Verder wordt veel met ontwikkelingsmateriaal gewerkt (puzzels, blokken, opdrachtdozen) en worden er expressieactiviteiten georganiseerd (tekenen, boetseren, poppenhoek, handvaardigheid) De kinderen spelen dagelijks buiten of in het speellokaal. - Basisvaardigheden (lezen, schrijven, taal en rekenen): Bij het aanleren van de basisvaardigheden maken we gebruik van moderne methodes, waardoor we ons ervan verzekerd hebben over voldoende toetsmomenten en differentiatiematerialen te kunnen beschikken. In de groepen 7 en 8 krijgen de kinderen ook les in Engels. - Wereldoriënterende vakken: De wereldoriënterende vakken worden door de hele school gegeven, maar het accent ligt in de groepen 6, 7 en 8. Daar krijgen de kinderen ook huiswerk mee voor aardrijkskunde of geschiedenis. In groep 6 en 7 krijgen de kinderen ook tuinlessen op het schooltuincomplex aan de Maldenburg. - Expressieactiviteiten: In de kleutergroepen wordt veel gedaan aan de ontwikkeling van de creativiteit. De leerkrachten werken in de overige groepen volgens een methode voor tekenen en handvaardigheid. Tijdens de lessen handvaardigheid/tekenen werken de kinderen met textiel, hout, papier, karton, verf en klei. De ervaring heeft ons geleerd dat het soms een
probleem is om de kleding van de kinderen weer schoon te krijgen. We verzoeken u daarom dringend op de dagen dat er handvaardigheid gegeven wordt uw kinderen gepaste kleding aan te doen. Het zou handig zijn als u voor uw kind een oud overhemd kon vermaken, zodat het niet te veel op de kleding hoeft te letten. We houden ons ook aanbevolen voor allerlei zaken die voor u geen waarde meer hebben, maar waar we met de kinderen leuke dingen mee kunnen maken, zoals wc.-rollen, eierdozen enzovoorts. In de gang treft u vrijwel altijd tekeningen en werkstukken van de kinderen aan.
- Bewegingsonderwijs In de kleutergroepen wordt aan bewegingsonderwijs gedaan in het gymlokaal. Verder wordt, indien het weer het toelaat, twee keer per dag 'buiten gespeeld', waarbij er allerlei materialen gebruikt worden voor de lichamelijke ontwikkeling In de overige groepen krijgen de leerlingen twee maal per week bewegingsonderwijs. In de groepen 5 en 6 bestaat één van deze lessen uit een zwemles. -ICT-activiteiten In de groepen 7en 8 krijgen de leerlingen in een computerlokaal les in het omgaan met computers. Ze leren er: - de basis van Windows ‘98 - omgaan met een tekstverwerker - het opzoeken van informatie in digitale encyclopedie en op internet - het communiceren via e-mail In alle groepen wordt de computer dagelijks ingezet ter ondersteuning van de basisvaardigheden. 3.5 Speciale voorzieningen in het schoolgebouw De school heeft 16 groepslokalen, een speellokaal, een gymnastieklokaal, een computerlokaal met acht computers, ruimtes voor de remedial teachers en een speciaal lokaal voor tekenen/handvaardigheid. In de groepen staat een computer. Hiervan wordt gebruik gemaakt door de leerlingen. Er zijn programma’s die de kinderen zelfstandig kunnen doen. Tevens hebben wij sinds september 2007 in onze speelzaal een voor –en naschoolse opvang gerealiseerd, waardoor wij in staat zijn uw kind op te vangen vanaf 7.30 uur tot 18.30 uur. De opvang wordt verzorgd door stichting RolyKids. Voor verdere informatie verwijzen wij naar de website van RolyKids( www.rolykids.nl) U kunt natuurlijk ook even langs komen voor meer informatie. Dat kan op maandag,dinsdag en donderdag vanaf 15.00 uur, op woensdag vanaf 12.00 uur en op vrijdag vanaf 11.30 uur.
4 DE ZORG VOOR KINDEREN 4.1 De zorg voor jonge kinderen Het jonge kind staat volop in de aandacht. Vaak worden leer- en/of gedragsproblemen al bij jonge kinderen gesignaleerd. Het is dan ook zaak jonge kinderen optimale ontwikkelingskansen te bieden en d.m.v. goede observaties tijdig problemen te kunnen signaleren. Door de invoering van KO totaal, (zie ook hoofdstuk 3.4) een programma in het kader van de voor-en vroegschoolse educatie zijn wij in de gelegenheid gesteld om twee onderwijsassistenten te benoemen die bij de uitvoering van dit programma nauw betrokken zijn. Dat betekent dat er gedurende een aantal dagdelen in iedere kleutergroep dubbele bezetting is. Verder voeren de leerkrachten in de onderbouw veelvuldig overleg over het onderwijs dat wordt aangeboden. Zo werken alle kleutergroepen met dezelfde thema's. Er wordt veel aandacht besteed aan de taalontwikkeling van jonge kinderen. Oudste kleuters nemen ook deel aan de CITO- toetsen namelijk de toets ordenen en taal voor kleuters. Ook wordt er een leerlingvolgsysteem gebruikt om de ontwikkeling van de kleuters zo goed mogelijk te volgen en in kaart te brengen. 4.2 Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school Het dagelijkse werk van de kinderen wordt door de leerkrachten geobserveerd en/of nagekeken. Regelmatig worden de kinderen getoetst om te zien of ze de stof van de voorafgaande weken hebben begrepen. Deze toetsen noemen we de methode gebonden toetsen. Verder maken we gebruik van het Cito-leerlingvolgsysteem dat de leerlingen toetst op onderdelen als: 'ordenen’, 'begrippen', 'woordenschat’, 'spelling’, 'rekenen en wiskunde' en begrijpend lezen. Bij de kleuters wordt de TAK afgenomen(Taaltoets alle kinderen) Om de vorderingen van het lezen goed te kunnen volgen, worden de leerlingen twee à drie keer per jaar individueel getoetst: de zogenaamde Drie Minuten Toets(DMT)en de AVI toetsen. Door middel van de laatstgenoemde toets wordt bekeken op welk niveau de leerling het beste kan lezen om verder te komen met het leesproces. In de groep 7 krijgen de kinderen de CITO entreetoets, waaruit moet blijken welke leerstofonderdelen nog eens onder de loep genomen moeten worden. In groep 8 wordt de CITO –eind toets afgenomen. Dit jaar gebeurt dat op 3,4 en 5 februari. De uitslag van de eindtoets speelt, naast de gegevens van de school, een rol bij het schooladvies voor het voortgezet onderwijs. De gegevens van alle toetsen worden met behulp van de computer verwerkt en verzameld in een dossier dat we van iedere leerling bijhouden. De dossiers zijn overigens alleen ter inzage voor leerkrachten en ouders/ verzorgers. Niet alle leerlingen ontwikkelen zich op dezelfde wijze en in hetzelfde tempo. Door middel van de zorgverbreding willen we alle leerlingen zo goed mogelijk begeleiden als het leer- of ontwikkelingsproces niet goed verloopt. Hetzelfde geldt uiteraard als blijkt dat een leerling zich sneller ontwikkeld. Wij hebben een protocol opgesteld voor
hoogbegaafde kinderen. Daarin staat hoe wij deze leerlingen signaleren:hoge A scores op de citotoetsen op alle gebieden en wat de stappen zijn die daarop volgen. De leerlingen worden dan doorgetoetst om het juiste niveau te bepalen. Afhankelijk van andere factoren zoals werkhouding, sociaal emotionele ontwikkeling wordt er dan besproken of er voldoende grond is voor een vervroegde doorstroming of dat het beter is dat de leerling in de huidige groep meer uitdaging krijgt in de vorm van verrijkingsmaterialen. Uiteraard wordt dit ook met u besproken. Het komende cursusjaar gaan wij aan de slag met dit protocol in de praktijk zodat wij kunnen ervaren hoe dit werkt en eventueel bijstellen. In de volgende schoolgids nemen wij het protocol op. Als leerlingen op één bepaald vakgebied uitblinken dan is het ook mogelijk om verrijkingsmateriaal aan te bieden. Zo zijn er leerlingen die naast het rekenen uit de methode Pluspunt werken uit Kien, een boekje waar meer uitdagende rekenopdrachten staan. Ook is er de mogelijkheid om de rekenleerstof te compacten. Dit gebeurt al bij het vak rekenen. Bij het volgen van de ontwikkeling speelt zoals al aangegeven het leerlingvolgsysteem een grote rol. De leerkrachten worden op school ondersteund door de 'intern begeleiders'. De uitslag van de toetsen wordt besproken door de intern begeleider en de groepsleerkracht. Er wordt dan niet alleen naar de resultaten van de toetsen gekeken. Net zo belangrijk is het functioneren van de leerling in de groep, hoe werkt een leerling, hoe is het tempo enz. Na een groepsbespreking wordt een groepsplan opgesteld. Hierin staat waaraan er de volgende periode gewerkt wordt. De intern begeleider volgt de leerlingen samen met de groepsleerkracht en de remedial teacher. Zij houden het ontwikkelingsproces nauwkeurig bij. 4.3 De speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften We houden op school regelmatig leerlingbesprekingen onder leiding van de intern begeleider. Hier worden – indien nodig- individuele leerlingen besproken. Dit kan het geval zijn als een leerling leerproblemen heeft, of misschien juist wel snel door de leerstof heen gaat. In het laatste geval kan er ook behoefte zijn aan een duidelijk plan;het kan zijn dat we de leerling gaan doortoetsen om te kijken hoe ver hij/zij is. Er kan ook sprake zijn van sociaal-emotionele problemen. Het kan zijn dat er besloten wordt een individueel handelingsplan op te stellen dat door de groepsleerkracht en/of de remedial teacher wordt uitgevoerd. Uiteraard wordt u op de hoogte gebracht als uw kind besproken wordt en verneemt u ook de volgende stappen. In het kader van Weer Samen Naar School (WSNS) wordt ernaar gestreefd zoveel mogelijk kinderen binnen het basisonderwijs te laten blijven. Vanuit het zorgplan van het samenwerkingsverband heeft de school ook contact met een 'begeleider leerlingenzorg' die samen met de intern begeleider de problemen van kinderen die speciale zorg nodig hebben bespreekt en adviezen geeft. Soms worden er ook kinderen geobserveerd in de groep. Indien alle mogelijkheden zijn benut en de problemen blijken niet binnen het basisonderwijs te kunnen worden opgelost, dan kan, na een onderzoek door externe deskundigen - het Zorgteam - en na toetsing door een speciale commissie - de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) - besloten worden het betreffende kind te plaatsen op een Speciale Basisschool .Voor het starten van het onderzoek worden de ouders uitgenodigd en geïnformeerd over de procedure. Om het onderzoek te starten moeten de ouders altijd schriftelijk toestemming verlenen.
4.4. De zorg om leerlingen met een leesprobleem in groep 3. In groep 3 wordt de ontwikkeling van het leren lezen nauwgezet gevolgd. Door regelmatig te toetsen, signaleert de leerkracht de leerlingen die de stof nog niet beheersen. Deze leerlingen worden m.b.v. een specifiek handelingsplan begeleid. Bij voldoende resultaten wordt het plan afgesloten. Bij onvoldoende resultaten wordt het handelingsplan verlengd of aangepast. Als hierna blijkt dat de leerling nog steeds niet het beoogde resultaat heeft behaald, bespreken we dit in de leerlingbespreking. We beslissen waar de leerling het best begeleid kan worden: in de groep en/of bij de Remedial Teacher (RT). We streven naar een zo intensief mogelijke aanpak, waarbij het automatiseren van letterkennis en kleine woordjes lezen voorop staat. Ouders worden op de hoogte gesteld van deze stappen. De zorg om leerlingen met een leesprobleem in groep 4. We volgen dezelfde procedure als in groep 3. De leerlingen die onvoldoende scoren op tekstlezen en losse woordjes lezen worden begeleid m.b.v. een handelingsplan bij de RT of in de groep. Als het handelingsplan is beëindigd, de leerling niet genoeg is vooruitgegaan en er bestaat een vermoeden van dyslexie, dan kan de leerling worden aangemeld bij de Leesbehandeling van WSNS via het zorgteam. Technisch lezen in de overige groepen. De toetsresultaten worden in alle groepen nauwlettend gevolgd. Als blijkt dat het leesproces stagneert of moeizaam verloopt in de overige leerjaren dan krijgt uw kind te maken met extra leesbegeleiding. Dat kan gebeuren in de groep(speciale leesbegeleiding,een leesprogramma)of bij de remedial teacher. Dat betekent dat de leerling naast het “gewone”technisch lezen ook nog oefent met bladen waarop eerst losse woorden geoefend worden die later in de tekst terugkomen. Soms worden de bladen ook mee naar huis gegeven om ook daar te oefenen. U wordt hiervan altijd op de hoogte gesteld. Ook dan geldt: als leesproces problematisch verloopt(vaak in combinatie met de spelling) en de leerling gaat niet vooruit ondanks de extra begeleiding dan kan er aangemeld worden voor een onderzoek of voor leesbehandeling via Weer Samen Naar School. Wij doen dit altijd na overleg en toestemming van de ouders. Als u meer informatie wilt hebben over dit onderwerp dan kunt u een afspraak maken met mevrouw Bezemer ,mevrouw de Ronde of Mevrouw van Rossum 4.5 Plaatsingsbeleid van kinderen met een leerling gebonden financiering Wet op de Expertise Centra Per 1 augustus 2001 is de eerste fase van de Wet op de Expertise Centra (WEC) van kracht geworden. Deze wet is tot stand gekomen met als achterliggende doelstelling het bevorderen van emancipatie en integratie van gehandicapte kinderen en jongeren. Van oudsher is het onderwijs aan gehandicapte kinderen georganiseerd in aparte speciale scholen. Steeds meer ouders wensen echter, dat hun gehandicapte kind zoveel mogelijk in een normale omgeving opgroeit en in het verlengde daarvan ook in de thuisomgeving naar een gewone school voor basisonderwijs of voortgezet onderwijs kan gaan.
Omdat het reguliere basisonderwijs maar beperkte mogelijkheden heeft om deze kinderen en jongeren op te vangen, is in 1996 door staatssecretaris Netelenbos het beleidsplan “Rugzak, een beleidsplan voor het onderwijs aan kinderen met een handicap” opgesteld. Dit houdt in, indien is vastgesteld, dat de gehandicapte leerling behoort tot in hieronder omschreven clusters, dat de leerling extra middelen krijgt waarmee hij/zij in elke schoolsoort geplaatst kan worden. De ouders van de leerling verkrijgen hiermee keuzevrijheid tussen het reguliere en het speciale onderwijs. De rugzak is synoniem geworden voor het bekostigingsvoorstel De leerlinggebonden financiering (LGF.). Regionale Expertise Centra Bij de inwerkingtreding van de nieuwe wet op de expertisecentra zijn de scholen voor speciaal onderwijs ingedeeld in regionale expertise centra (REC’s). Deze REC=s zijn verdeeld in 4 clusters: Cluster 1: Scholen voor leerlingen met een visuele handicap (slechtziende en blinde kinderen). Cluster 2: Scholen voor kinderen met een auditieve en/of communicatieve handicap (dove, slechthorende en ernstig spraak/taalgestoorde kinderen) Cluster 3: Scholen voor kinderen met een geestelijke en/of lichamelijke handicap (mytyl, tyltyl, langdurig zieke kinderen en zeer moeilijk lerende kinderen Cluster 4: Scholen voor kinderen met ernstige gedragsproblemen of met kinderpsychiatrische problemen (zeer moeilijk opvoedbare kinderen, langdurig zieke kinderen met een forse emotionele dan wel kinderpsychiatrische problematiek) De REC=s moeten zorg dragen voor de volgende taken en functies: - Verzorgen van onderwijs aan leerlingen wiens ouders kiezen voor een gespecialiseerde school. - Verzorgen van ambulante begeleiding aan leerlingen en leerkrachten in het regulier basisonderwijs. - Diagnostiek ter formulering van de hulpvraag en opstelling van een handelingsplan. - Collegiale consultatie: advisering en ondersteuning in de regio. - Expertiseontwikkeling: verzorgen van cursussen. - Leerlingendepot: uitleen van specifieke materialen en leermiddelen. Uitgangspunten, grenzen aan zorg en afspraken m.b.t pl aatsing Zoals uit het voorgaande blijkt, staan ook de basisscholen voor een uitdagende maar niet eenvoudige klus. Ouders met een gehandicapt kind kunnen er voor kiezen om hun kind aan te melden bij een reguliere basisschool. Die school zal dan moeten bekijken of zij hiervoor mogelijkheden ziet.
Uitgangspunten - In principe zijn alle kinderen welkom, die behoren tot het normale voedingsgebied van onze school. - Bij de aanmelding wordt bekeken of verwacht mag worden dat het team de gehandicapte leerling kan begeleiden, zonder dat deze leerling en/of de andere leerlingen daardoor tekort komen. - Plaatsing van kinderen met extra zorg en aandacht hangt af van de mogelijkheden die er op school zijn. Leerlingen met extra zorg en aandacht vallen onder speciale leerlingbegeleiding. - De school accepteert dat leerlingen niet allemaal op dezelfde manier en in hetzelfde tempo leren. Bij het kiezen van leerinhouden en doelen gaan we uit van verschillen. Daarbij speelt ook het vermogen van de leerkrachten om met deze verschillen om te gaan een rol. Grenzen aan zorg Steeds opnieuw zal bekeken worden of er voor de gehandicapte leerling nog voldoende mogelijkheden op school zijn. Een verwijzing naar een school voor speciaal onderwijs is in de toekomst niet uitgesloten. De school, alsook de individuele leerkracht, heeft het recht om gemotiveerd aan te geven, dat de grenzen van de mogelijkheden van de zorg aan een specifiek kind zijn bereikt. Ook de ouders hebben het recht om vanuit hun gezichtspunt en belangen tot de conclusie te komen, dat de grenzen aan de zorg voor hun kind op de school zijn bereikt. Dit element zal tijdens voortgangsbesprekingen met betrekking tot het kind steeds aan de orde komen. De frequentie daarvan is afhankelijk van de aard en de ernst van de handicap. Bij het zoeken naar andere mogelijkheden worden de ouders geholpen en begeleid door onderwijsconsulenten. Afspraken m.b.t. de plaatsing. Daarbij zijn de volgende uitgangspunten van belang: Het aanmeldingsformulier is naar waarheid ingevuld. De ouders en de leerkracht(en) voorzien elkaar van eerlijke informatie. De leerkracht waarbij het kind wordt geplaatst, zal extra tijd moeten steken in zaken als bijscholing en contacten met ouders en andere instanties. Al deze punten betekenen een taakverzwaring voor de leerkracht. De leerkracht krijgt extra steun en begeleiding van mensen binnen de schoolorganisatie. De intern begeleider draagt hiervoor de verantwoordelijkheid. De extra formatie en middelen ( “rugzak”) die door het rijk (CFI) aan de school ter beschikking wordt gesteld, zal zoveel mogelijk voor dit kind, de betreffende leerkracht en/of de interne begeleiding worden ingezet. De ouders verlenen hun volledige medewerking en springen thuis en/of op school bij in de begeleiding (uiteraard in overeenstemming met hun mogelijkheden) De intern begeleider is zo veel mogelijk betrokken bij de voortgangsbesprekingen en het overleg tussen de ouders en de school. Alle afspraken tussen ouders en de school met betrekking tot de begeleiding van het kind worden vastgelegd in een begeleidingscontract.
Protocol rugzak steven Stemerdingschool. Ouders met een gehandicapt kind nemen zelf contact op met één van de REC’s ruim voordat zij hun kind aanmelden op onze school. Ouders worden hiervan in kennis gesteld, indien zij hiervan niet op de hoogte zijn. Het REC zal ouders begeleiden bij het aanvragen van het rugzakje. Zodra het CVI (commissie voor indicatiestelling) een indicatie heeft afgegeven kunnen ouders hun kind aanmelden op onze school. Vervolgens worden de volgende stappen ondernomen: • Kennismaking met directeur en intern begeleider. • Ouders vertellen over de mogelijkheden en beperkingen van hun kind. • Ouders geven hun motivatie, verwachtingen en ideeën weer wat betreft de keuze van deze school. • De directie vertelt over mogelijkheden en beperkingen t.a.v. het onderwijs aan het aangemelde kind op deze school. • Er volgt een inventariserend gesprek, waarbij beide partijen elkaar kunnen inlichten. Tevens wordt er een schriftelijke toestemming gevraagd om informatie van derden te vragen. • Er wordt een toelichting gegeven op de vervolgprocedure. Deze vervolgprocedure wordt hieronder vermeld. • Ouders en intern begeleider houden de gehele procedure nauw contact. • Er wordt informatie verzameld bij verschillende instanties, zoals ”organisatie MEE”, het consultatiebureau, het CvI. • Eventueel komt er een observatie van de leerling • De informatie wordt bestudeerd en beoordeeld door de directie en intern begeleider aan de hand van de hieronder beschreven criteria door de directie en interne begeleider. De school onderzoekt welke mogelijkheden de school zelf heeft en welke ondersteuningsmogelijkheden er zijn op het gebied van: • Het schoolgebouw. • Het onderwijsleerpakket. • De expertiseondersteuning. • Aanvullende informatie van derden. Er komt een teamvergadering met informatie over betreffende leerling. In deze vergadering kunnen vragen worden gesteld. De besluitvorming vindt plaats n.a.v. de wettelijke criteria in een ibdirectievergadering. Er zijn twee mogelijkheden: • Plaatsing: 1. opstellen van een plan van aanpak met de ambulante begeleider. 2. intern wordt, met betreffende leerkracht, overlegd in welke groep het kind geplaatst gaat worden. 3. er wordt een overzicht gemaakt van de middelen die ons ter beschikking staan en die we kunnen inzetten t.b.v. de leerling.
•
Afwijzing: er is een inhoudelijke onderbouwing waarom de leerling niet op onze school geplaatst kan worden. Mondelinge toelichting met argumentatie volgt naar ouders toe. De afwijzing wordt ook schriftelijk beargumenteerd aan ouders, inspectie en bestuur.
4.6 De begeleiding van de overgang van kinderen naar het voortgezet onderwijs In groep 8 maken de leerlingen en hun ouders een keuze voor het vervolgonderwijs. Dit gebeurt in goed overleg met de basisschool, vooral met de leerkracht van groep 8 . In november wordt tijdens de rapportbespreking een voorlopig advies gegeven. De schoolresultaten, de leerlingkenmerken en vaardigheden, de voorlopige uitslag van de Cito-toetsen en de wensen van ouders en kind zijn dan de factoren die uiteindelijk bepalen naar welke vorm van voortgezet onderwijs uw kind zal gaan. Indien de cito – einduitslag sterk afwijkt van het voorlopig advies, worden de ouders van de betreffende leerlingen uitgenodigd voor een tweede gesprek. Ter voorbereiding en oriëntatie op het voortgezet onderwijs wordt er in november op onze school een informatieavond gehouden over het voortgezet onderwijs.De datum wordt bekend gemaakt in de Steveninfo. De rapportbespreking wordt gehouden op 24 en 25 november. Vanaf februari/maart organiseert het voortgezet onderwijs ook veel open dagen en voorlichtingsavonden, die wij van harte bij u aanbevelen. U ontvangt ruim voor die tijd de gids”voortgezet onderwijs”in Rotterdam. In deze gids staat uitgebreide algemene en specifieke informatie over de verschillende scholen. Ook de data van de open dagen en de voorlichtingsbijeenkomsten kunt u in deze gids vinden. Nadat duidelijk is geworden naar welke school uw kind gaat ontvangt de nieuwe school een onderwijskundig rapport. In dit rapport staan de leerresultaten van uw kind maar ook bijzonderheden over de werkhouding,sociale vaardigheden en andere zaken die van belang zijn voor de nieuwe school. Het kan zijn dat een leerling ook in het voortgezet onderwijs extra hulp of begeleiding nodig heeft. De school waar uw kind naar toe gaat, kan dit alleen maar realiseren als dit vooraf bij de school bekend is. Dit heeft te maken met financiën, die het rijk aan de school vergoedt. Extra hulp binnen het voortgezet onderwijs kennen wij in de vorm van praktijkonderwijs of leerwegondersteunend onderwijs. Deze laatste onderwijssoort is voor leerlingen die in principe een diploma kunnen halen binnen het VMBO. Het praktijkonderwijs is bedoeld voor leerlingen die- ook met extra hulp- geen diploma in een van de VMBO-leerwegen kunnen halen. Deze leerlingen zijn het meest gediend met onderwijs dat direct naar de arbeidsmarkt leidt. Om in aanmerking te kunnen komen voor zowel leerwegondersteunend als praktijkonderwijs moet een leerling aan een aantal criteria voldoen. Als uw kind aan de criteria voldoet dan wordt u uitgenodigd voor een gesprek aan het einde van groep 7 of aan het begin van groep 8. In sommige gevallen kunt u ook uitgenodigd worden als uw kind in groep 6 zit. Als uw kind namelijk gedoubleerd heeft kan het ook in groep 7 al mee doen met de procedure. Wij zullen dan de procedure uitleggen, die nodig is voor de aanmelding van deze leerlingen en toestemming vragen voor een aanvullend onderzoek(onder andere IQ gegevens) Naar aanleiding van de resultaten van dit onderzoek en het advies van de basisschool zal ook voor deze kinderen een onderwijskundig rapport worden opgesteld. Dit rapport is uitgebreider: er is een addendum aan toegevoegd. Voor deze leerlingen is het van belang dat zij in een eerder stadium worden aangemeld bij het voortgezet onderwijs, dit kan al vanaf half januari. Tijdige aanmelding is noodzakelijk omdat de gegevens door de VO
school eerst nog naar een commissie gestuurd worden(de Regionale Verwijzings Commissie) Uiteindelijk beoordeelt de RVC of aan alle criteria voor toelating voldaan wordt. U begrijpt dat deze procedure veel tijd kost. Leerlingen,die voldoen aan de criteria voor leerwegondersteundend of praktijkonderwijs hoeven niet mee te doen aan de cito-eindtoets. 4.7 Veilig klimaat De kinderen behoren zich in een veilig leer – en werkklimaat te kunnen ontwikkelen. Plaag – en of pestgedrag past niet in een veilig klimaat en behoort altijd bestreden te worden. De leerkrachten hebben in het schooljaar 2004 – 2005 een aantal trainingen bijgewoond waarin werd uitgelegd hoe te handelen. Het is belangrijk dat u als uw kind gepest wordt altijd contact met de leerkracht opneemt. 4.8 School Maatschappelijk Werk De maatschappelijk werkster die aan onze school verbonden is, is mevrouw M. de Jonge. Zij is aanwezig op donderdag van 8.30 – 16.30 uur Het schoolmaatschappelijk werk (SMW) kan gezien worden als extra aanvulling op de leerlingenzorg en de zorgstructuur binnen onze school. Het SMW richt zich voornamelijk op de kinderen die door sociaal-emotionele problemen niet goed kunnen functioneren of mogelijke leerachterstanden oplopen. De problemen van ouders en kinderen kunnen zeer divers zijn. De problemen kunnen te maken hebben met opvoeding, echtscheiding, overlijden, pesten etc. De taak van het SMW zou hierin kunnen zijn: • De problemen bespreken of bespreekbaar maken met de leerkracht, kind of ouders • Begeleiden van ouders bij opvoedingsmoeilijkheden • Het in overleg met ouders, begeleiden van leerlingen met problemen thuis en/of op school • Het zonodig doorverwijzen naar externe hulpverleningsinstanties, zoals Jeugdzorg, RIAGG, AMW • Het bieden van ondersteuning aan ouders waarvan het kind bijvoorbeeld naar een speciale school voor basisonderwijs gaat Het SMW is er dus voor zowel kinderen als ouders. Er zullen ook themaochtenden/middagen gehouden worden. Wanneer u als ouder(s)/verzorger(s) contact met het SMW wilt, kunt u iedere donderdag bellen of langskomen. De rest van de week kunt u via de leerkracht, directie of intern begeleiders laten weten dat u een afspraak met het SMW wilt maken. U wordt dan zo spoedig mogelijk gebeld door mevrouw de Jonge. 4.9 Het GGD/Jeugdgezondheidscentrum. De sector Jeugd van de GGD werkt voor de gezondheid van de jeugd van vier tot negentien jaar.Hiervoor heeft de GGD Jeugdgezondheidscentra door heel Rotterdam en directe omgeving. Het jeugdgezondheidscentrum/team voor deze school is: GGD-Jeugdgezondheidscentrum Twentestraat 50
3083BD Rotterdam Telefoonnummer : 010-4106260 ACTIVITEITEN Gezondheidsonderzoek Kinderen van 5 jaar worden met hun ouders of verzorgers uitgenodigd voor een gezondheidsonderzoek. Vooraf neemt de GGD contact op met de leerkracht om te informeren of er zaken zijn waaraan zij tijdens het onderzoek extra aandacht moeten besteden. Extra onderzoek Als u vragen heeft over bijvoorbeeld de gezondheid of het gedrag van uw kind kunt u een afspraak met het gezondheidsteam maken. Kinderen uit het buitenland Kinderen die vanuit een ander land voor langere tijd in Nederland komen, worden door het Jeugdgezondheids team uitgenodigd voor een gezondheidsonderzoek. Inentingen In het jaar dat uw kind negen jaar wordt, krijgt het een oproep voor twee inentingen. Dit zijn de DTP- prik tegen difterie, tetanus en polio en de BMR- prik tegen de bof, mazelen en rode hond. Advies en onderzoek Het jeugdgezondheidscentrum adviseert scholen over gezondheidszaken. Privacy Alle gegevens over uw kind worden vertrouwelijk behandeld. 4.10 Gezonde voeding Gezonde voeding heeft onze speciale aandacht. Wij hebben twee jaar geleden het project “lekker fit”georganiseerd. De kinderen zijn volop bezig geweest met onderwerpen als voeding,bewegen. Wij willen op school werken aan gezond gedrag. Wij adviseren u om uw kind(eren) zoveel mogelijk gezonde tussendoortjes mee te geven. Te denken valt aan fruit, komkommer, drankjes zonder koolzuur, melk, karnemelk.
5. DE OUDERS 5.1 Belang betrokkenheid ouders/ activiteitencommissie Veel activiteiten op school staan of vallen met de inzet van ouders. Zonder uw hulp is het voor het team heel lastig om allerlei zaken te organiseren zoals een sportdag, een schoolreis en vele andere grote of kleine evenementen. De activiteitencommissie, die uit enthousiaste ouders bestaat, is betrokken bij de organisatie en uitvoering van allerlei activiteiten. De namen van de leden van de activiteitencommissie zijn: Mevrouw kramer, Mevrouw Raijmaker, mevrouw Siegel, mevrouw van den Berg, mevrouw van Wieringen en mevrouw van Es. Het afgelopen cursusjaar zijn er veel leuke zaken georganiseerd die zonder de hulp van deze commissie ondenkbaar zouden zijn. Zo organiseren zij bijvoorbeeld een zomerfeest , zijn betrokken bij de organisatie van Sinterklaas en het kerstfeest Gelukkig hebben we op onze school nooit te klagen gehad over de belangstelling van ouders voor deze activiteiten. We zijn u daar dan ook zeer erkentelijk voor. Mocht u zich voor het komende schooljaar willen opgeven voor een of meer activiteiten in of rond de school, dan kunt u even contact opnemen met mevrouw de Ronde. Wij stellen het op prijs als u contact opneemt met de leerkracht van uw kind wanneer er problemen of onduidelijkheden zijn. Ook van onze kant zal dat altijd gebeuren. Het blijkt altijd weer dat overleggen zinvol is. Wij willen uiteindelijk allemaal het beste voor de kinderen. Wij stellen uw mening over het functioneren van de school op prijs en vragen u dan ook regelmatig om mee te werken aan een oudertevredenheid enquête. 5.2 Medezeggenschapsraad(MR) Aan onze school is ook een medezeggenschapsraad (MR) verbonden. Dit is een wettelijk verplicht orgaan, waarin 3 ouders en 3 personeelsleden zitting hebben. De bevoegdheden van deze raad zijn vastgelegd in het MR-reglement. In de MRvergaderingen worden allerlei zaken besproken die met de school te maken hebben. Zo is de hygiëne op de toiletten verbeterd en is er een rookverbod op plein afgesproken om maar een voorbeeld te noemen. De MR is er om vragen, klachten en ideeën van ouders over alles wat met de school te maken heeft (dus ook lesmateriaal, leerstof) onder de aandacht te brengen en te bespreken. We vragen u dan ook dit te doen door uw vraag schriftelijk in de MRbrievenbus te deponeren of door ons gewoon aan te spreken op het schoolplein want we zijn er immers voor uw kind en voor u! De verslagen van de vergaderingen verschijnen op een speciaal mededelingenbord in de hal. MR-vergaderingen zijn openbaar, d.w.z. dat iedere ouder deze vergaderingen kan bijwonen. De namen van de MR leden zijn: de ouders:Mevrouw C. Aafjes, Mevrouw R. Palada, en de leraren: Mevrouw J. Bezemer, Mevrouw M. Beusekom, Mevrouw T. Buitendijk. De directie heeft een adviserende taak.
5.3 Informatieavonden, inloopochtenden, rapporten en dossiers. Om het contact met de ouders te waarborgen, organiseert de school aan het begin van elk schooljaar twee informatieavonden waarop de ouders via de leerkrachten worden geïnformeerd over de werkwijze en leerstofinhoud van het betreffende leerjaar. Verder worden er tien inloopochtenden gepland,deze zijn bedoeld voor de groepen 1 t/m 8. Over de inloopochtenden wordt u binnenkort geïnformeerd in de Steveninfo De ouders kunnen dan samen met hun kind kijken naar de werkjes,schriftjes,boeken etc. en hierover vragen stellen aan de leerkracht. U ontvangt drie maal per jaar een rapport over de vorderingen van uw kind. Dat rapport wordt aan u uitgereikt op een rapportbespreking waarvoor u wordt uitgenodigd. Het laatste rapport van het cursusjaar wordt zonder rapportbespreking uitgereikt. Als het echter nodig is wordt er met u nog een afspraak gemaakt. U kunt natuurlijk ook zelf een afspraak maken. Alle gegevens van uw kind worden bewaard in een leerlingendossier dat op verzoek ter inzage is. Leerkrachten en ouders zijn de enigen die recht tot inzage hebben in dit dossier. 5.4 Klachtenregeling/vertrouwenspersoon Door de inwerkingtreding van de Kwaliteitswet zijn schoolbesturen verplicht een klachtenregeling vast te stellen en in te voeren. Hierdoor kunnen ouders en leerlingen klachten indienen over gedragingen en beslissingen of het nalaten daarvan van het schoolbestuur en het personeel. De klachtenregeling die het bestuur heeft vastgesteld is alleen van toepassing als men met zijn klacht niet ergens anders terecht kan. Veruit de meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school kunnen namelijk in onderling overleg tussen ouders, leerlingen, personeel en schoolleiding op een juiste manier worden afgehandeld. Op onze school kunt u een afspraak maken met Mevrouw J. Bezemer of de heer A. Langerak Wilt u een beroep doen op de klachtenregeling omdat u er met de leerkracht en/of de directeur van de school niet uitkomt dan kunt u zich wenden tot de vertrouwenspersoon van het bestuur. Protocol inzet van vertrouwenspersonen. Op grond van bereikbaarheid, specialisatie is het wenselijk om een probleem in te brengen en daarbij de keus te hebben uit twee vertrouwenspersonen. Het is bovendien mogelijk dat de klager en de aangeklaagde afzonderlijk een vertrouwenspersoon hebben. Dit is echter wel afhankelijk van de aard van de melding; bij bijvoorbeeld een melding die een juridische actie voor de aangeklaagde vraagt (bijvoorbeeld. ongewenste intimiteiten), kan de klager beter verwezen worden naar een vakorganisatie: Klachtencommissie Christelijk Onderwijs Postbus 694 2270 AR Voorburg Telefoon : 070 – 3861697 Fax : 070 – 3481230 Email :
[email protected] Website : www.klachtencommissie.org Algemeen secretaris : Mevrouw. Mr. A.C.Melis - Grollers
De klachten kunnen betrekking hebben op de volgende thema’s. Onderwijskundige thema’s Arbeidsverhoudingen Ongewenste intimiteiten Bejegening/communicatie Gelijke behandeling/discriminerend gedragingen Agressie/geweld/pesten Een intern PCBO stappenplan. 1. Uitgangspunt is de klachtenregeling, 2. Uitgangspunt is dat deze regeling door de contactpersonen, vertrouwenspersonen door het bestuur worden gehanteerd. 3. Een schematische weergave van de mogelijke stappen N.B. De afhandeling van een melding over ontuchtige handelingen vraagt een andere afhandeling. Daarvoor is een meldplicht en aangifteplicht.
4. Na afloop van een klacht, waarbij de vertrouwenspersoon verwezen heeft naar het bestuur, rapporteert het bestuur terug naar de vertrouwenspersoon. 5. De vertrouwenspersonen en het bestuur houden een administratie bij van de klachten, (aard, aantal, thema) en onder verantwoordelijkheid van het bestuur wordt een jaarverslag opgemaakt. 5.5 Regels voor toelating, afmelding, schorsing en verwijdering In hoofdstuk 1.7 kunt u de procedure betreffende in -en uitschrijving lezen.
Schorsing en verwijdering Verwijderen van een leerling is een wettelijke term die slaat op de situatie dat een leerling uitgeschreven wordt. De leerling gaat definitief van school. Schorsing is niet op de wet gebaseerd, maar een in de praktijk gegroeid fenomeen. Een beslissing tot schorsing of verwijdering moet met de juiste zorgvuldigheid worden genomen.
Schorsing is aan de orde wanneer het schoolbestuur of directie bij ernstig wangedrag van een leerling onmiddellijk moet optreden en er tijd nodig is voor het zoeken naar een oplossing. Ernstig wangedrag van een leerling kan b.v. zijn mishandeling, diefstal of herhaald negeren van een schoolregel; de leerling misdraagt zich zo, dat van verstoring van de rust en orde op school sprake is. Schorsing geldt altijd voor een bepaalde periode, nooit voor onbepaalde tijd.
Verwijdering is een maatregel bij zodanig ernstig wangedrag dat het bestuur concludeert dat de relatie tussen school en leerling (ouders) onherstelbaar verstoord is. In de wet op het basisonderwijs regelen artikel 24 en 42A de verwijdering van leerlingen. Uit de jurisprudentie blijkt dat verwijdering ook kan plaatsvinden vanwege wangedrag van ouders van leerlingen. Verwijdering van een leerling is een ordemaatregel die een bestuur slechts in het uiterste geval en dan nog uiterst zorgvuldig moet nemen. Wanneer het bestuur de beslissing tot verwijdering van een leerling heeft genomen, moet vervolgens een wettelijke vastgestelde procedure worden gevolgd. Voor zowel schorsing als verwijdering zijn op school procedures aanwezig. Deze zullen indien nodig aan de leerling en zijn of haar ouders kenbaar worden gemaakt.
6 DE ONTWIKKELING VAN HET ONDERWIJS IN DE SCHOOL 6.1 Weer Samen Naar School In deze schoolgids heeft u hier al iets over kunnen lezen. In het kader van Weer samen naar school kader voert de school overleg met deskundigen. Op onze school komt regelmatig een begeleider leerlingenzorg. Zij geeft adviezen aan de intern begeleiders en observeert op verzoek leerlingen. Als dit laatste gebeurt vragen wij u eerst om toestemming. Vervolgens wordt de observatie ook met u besproken. De naam van de leerlingbegeleider is: mevrouw E. Bron. 6.2 Continu proces De ontwikkeling van het onderwijs is een continu proces. Steeds weer vragen we ons af hoe het onderwijs nog verder verbeterd kan worden. Steeds weer komen er nieuwe methodes op de markt en veranderen de inzichten op het gebied van het lesgeven. We willen uit al deze veranderingen en vernieuwingen een goede keuze te maken. Zo zullen we steeds wanneer een methode aan vernieuwing toe is, de nieuwe methode toetsen aan de nieuwste inzichten en de kerndoelen voor het basisonderwijs. 6.3
Computers in de school.
In de huidige maatschappij speelt de computer een belangrijke rol als het gaat om informatieverwerving, communicatie en informatie. Het aantal computers op school gaat dan ook flink toenemen: in iedere groep zijn computers aanwezig en wordt er door de leerlingen regelmatig gebruik van gemaakt. Bovendien beschikken we over een apart computerlokaal. Er zijn diverse softwareprogramma’s voor handen. De ICT coördinator is mevrouw Landheer. Het is haar taak de leerkrachten te ondersteunen bij het gebruik van de computer. Mevrouw Y. Landheer geeft tevens de
computerlessen aan de leerlingen van groep 7 en 8. Zij geeft ook instructie aan groepjes kinderen. Daarbij werkt zij met computerprogramma’s die als doel hebben te remediëren. Het gaat dan bijvoorbeeld om het extra oefenen met automatiseren(rekenen) automatiseren van rekenen. Het computeronderwijs krijgt steeds meer een plaats op onze school. De lessen staan echter niet op zich zelf. Het is de bedoeling dat de leerlingen hun vaardigheden gaan toepassen in situaties buiten de lessen, bijvoorbeeld bij het maken van een werkstuk of een presentatie.
In het cursusjaar 2005-2006 is er een protocol “veilig internetgebruik” opgesteld. Dit protocol wordt aan het begin van ieder cursusjaar met de leerlingen en leerkrachten besproken. 6.4 Plannen In het cursusjaar 2008 – 2009 zullen wij ons o.a. met de volgende zaken gaan bezighouden: • Uitvoeren van het plan van aanpak DeltaPlus project 2008 – 2009 .Het doel van dit laatste project is een duurzame verbetering van de leerresultaten. Er wordt daarbij ingezet op het ontwikkelen van de leerkrachtvaardigheden. Zo worden er regelmatig klassenconsultaties gehouden in de groepen die dit jaar aan de beurt zijn. De speerpunten voor dit jaar zijn technisch lezen en automatiseren (rekenen) In dit kader hebben wij twee studiedagen gepland. Het gaat om de nieuwste inzichten op deze gebieden waarbij voor lezen de brochure van de onderwijsinspectie:iedereen kan lezen”een belangrijke rol speelt. Het voordeel van dit project is dat we samen met een klein team van CED medewerkers( het CED is het centrum voor educatieve dienst) gaan werken aan een gecombineerde aanpak op het gebied van taal, lezen, rekenen en sociale competentie. Er wordt gestreefd naar aantoonbare verbetering van de leerprestaties van de leerlingen door de kwaliteit van het onderwijs te verhogen. Deze kwaliteitsverbetering willen we bereiken door het onderwijs in de basisvaardigheden en sociale competentie in zijn totaliteit aan te pakken. Het gaat steeds om het vergroten van de leerkrachtvaardigheden. Er is gestart in de kleutergroepen en in de volgende jaren komen de volgende groepen aan de beurt. De duur van dit project is tien jaar! Dit jaar wordt het achtste jaar. Uit de evaluaties die we ieder jaar hebben blijkt dat we in het algemeen tevreden kunnen zijn over de resultaten. Omdat we hoge verwachtingen hebben van onze leerlingen blijven we streven naar verdere ontwikkeling en verbetering van ons onderwijs. Vorig cursusjaar hebben we afspraken gemaakt de woordenschat en het begrijpend lezen Dit jaar kiezen we ervoor het accent op het leren lezen in groep 3 te leggen. Er komen afspraken met betrekking tot structureel werken aan de beginnende geletterdheid in de groepen 1 t/m 3 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Voor dit schooljaar jaar staan de volgende activiteiten gepland: Verhogen van het niveau van de leesprestaties in groep 3. Borging taal in de groepen 5 en 6 Verbeteren en onderhouden van het automatiseren van sommen t/m 20 en de tafels. Cohort Rekenen:verbeteren leerkrachtvaardigheden met betrekking tot instructie en differentiatie Cohort Taal : idem rekenen Borging rekenen in de groepen 6 en 7 Verder invoeren van een leerlingvolgsysteem voor sociale competentie genaamd :de Scol
6.5 Activiteiten ter verbetering van het onderwijs Leerkrachten worden gedurende hun loopbaan permanent begeleid en nageschoold. Het doel is het vakmanschap te vergroten om zo het te geven onderwijs te optimaliseren. De nascholing vindt zo veel mogelijk na schooltijd plaats.
Wanneer het hele team nascholing volgt, kan dit op een ochtend of een middag onder schooltijd gebeuren. U krijgt op tijd bericht dat de school tijdens die uren gesloten is voor de kinderen. In het schooljaar 2008-2009 vinden de studieochtenden plaats op woensdag 8 oktober en woensdag 12 november.
7 SCHOOLTIJDEN
7.1 Schooltijden 's Morgens gaat de deur voor de groepen 1 t/m 3 om 8.20 uur open. Om 8.25 uur gaat de eerste schoolbel. Dit is het teken voor de ouders van de groepen 1,2 en 3 afscheid van hun kind te nemen en het gebouw te verlaten. De groepen 4 t/m 8 moeten om 8.25 uur in de rij op het plein klaar staan zodat zij door hun leerkracht naar binnen worden begeleid door hun "eigen" ingang. Om 8.30 uur gaat de schoolbel voor de tweede keer. Dit is het signaal dat de lessen starten en dat alle ouders het gebouw verlaten. 's Middags gaat de deur voor de groepen 1 t/m 3 open om ca 12.50 uur. Vanaf dat tijdstip is er toezicht op het plein. Verder dezelfde procedure zoals ’s morgens. Groep 1 t/m 4: maandag, dinsdag en donderdag: woensdag: 8.30 – 12.15 uur 8.30 - 11.45 uur en 13.00 - 15.15 uur vrijdag : 8.30- 11.45 uur Groep 5 t/m 8: maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag: woensdag: 8.30 - 11.45 uur en 13.00 - 15.15 uur 8.30 - 12.15 uur 7.2 Enkele regels We verzoeken de ouders van de kinderen uit de kleutergroepen de inlooptijd 's morgens alleen te gebruiken voor het bekijken van werkjes van de kinderen en het doen van korte, maar belangrijke mededelingen aan de leerkracht. Tevens verzoeken wij de ouders om uiterlijk 8.30 uur het gebouw te verlaten zodat wij dan in alle rust met de lessen kunnen beginnen. Voor de overige groepen geldt: loopt u alleen mee wanneer u de leerkracht iets moet meedelen. Wilt u iets met de leerkracht bespreken, dan kan dat het beste na schooltijd. Omdat er na schooltijd regelmatig vergaderd wordt is het handig even een afspraak te maken. 7.3 Te laat komen Wilt u er zorg voor dragen dat uw kind op tijd naar school gaat. Later binnenkomen, als de school al is begonnen, is altijd storend. Als een kind toch te laat is moet hij/zij zich melden bij de conciërges voor een te laatbriefje dat bestemd is voor de leerkracht. U kunt ons ook telefonisch op de hoogte stellen. De directie controleert maandelijks de lijsten waarop vermeld staat welke leerlingen structureel te laat komen. De ouders van de betreffende leerlingen worden dan schriftelijk / telefonisch in kennis gesteld met de vraag erop toe te zien dat hun zoon / dochter op tijd van huis vertrekt(als een kind vaak te laat komt wordt dit gezien als ongeoorloofd verzuim). 7.4
Ziekmeldingen
Als een leerling ziek is, of om welke reden dan ook de school moet verzuimen verwachten wij daarvan telefonisch bericht tussen 8.00 en 8.30 uur of tussen 12.45 en 13.00 uur als uw kind ’s middags ziek is geworden. Indien u uw kind niet ziek meldt wordt dit gezien als ongeoorloofd verzuim.
7.5 Overblijven op school Voor uw kind(eren) bestaat de mogelijkheid om op school over te blijven. De tussen schoolse opvang wordt verzorgd door ouders. Vanaf 1 augustus 2006 is de school verantwoordelijk voor de tussen schoolse opvang. Voor vragen en opgave van uw zoon/dochter kunt u terecht bij onze conciërge mevrouw Pleyte en mevrouw Coenen. Te bereiken onder het schoolnummer; 4808635 Om over te kunnen blijven moeten de kinderen een strippenkaart hebben. Deze kaarten zijn te koop bij bovengenoemde personen, de kosten zijn: 5 strippen ! 7,50 10 strippen ! 15,00 De ouders van de overblijvers zetten de broodtrommels en het drinken in de koelkast voor de peuterspeelzaal. Wilt u er duidelijk de naam van uw kind en de groep opzetten? 7.6
Naschoolse opvang
Rolykids Sinds september 2007 is in ons schoolgebouw een voor –en naschoolse opvang gerealiseerd, verzorgd door stichting RolyKids. Deze stichting is al jaren werkzaam in Rotterdam – noord en zal ook vanaf juni 2009 gehuisvest zijn in een nieuwbouwpand in de wijk Keyenburg. De stichting kwalificeert zich in kleinschaligheid in combinatie met kwaliteit; voor onze school een reden om met hen een intensieve samenwerking aan te gaan. Rolykids opent iedere ochtend om 7.30 uur haar deuren en is open tot 18.30 uur ’s avonds. Ook tijdens de diverse vakanties is RolyKids geopend. Onze samenwerking met RolyKids kenmerkt zich o.a. door een samenwerking op het gebied van pedagogisch beleid en zorg.. Voor informatie kunt U terecht op onze website en op de website van stichting RolyKids (www.rolykids.nl) U kunt natuurlijk ook even binnenlopen voor meer informatie. Voor overige informatie : Centraal kantoor Binnenhof 72c 3069 KV Rotterdam Telefoon : 010 -4360437 Fax : 010 -4360177 Email :
[email protected]
Het is de verantwoordelijkheid van de ouders om de leerkracht te informeren naar welke BSO hun kind gaat en wanneer. Ook als het kind een keer niet naar de BSO gaat wil de leerkracht dit ook weten. Uiteraard meldt u dit ook bij de BSO. Het is ook belangrijk voor de leerkracht om het te weten als uw kind door iemand anders wordt opgehaald. U begrijpt dat dit vooral van belang is voor de jongere kinderen. Als de school gesloten is buiten de schoolvakanties om bijvoorbeeld voor een studiedag dan moet u zelf de BSO informeren.
8 JAARPLANNING
8.1 Vakantierooster 2008-2009 Van vastgestelde vakanties kan in principe niet worden afgeweken. Herfstvakantie 20-10-2008 t/m 24-10-2008 Kerstvakantie 22-12-2008 t/m 02-01-2009 Voorjaarsvakantie 23-02-2009 t/m 27-02-2009 Paasvakantie 10-04-2009 t/m 13-04-2009 Meivakantie 27-04-2009 t/m 08-05-2009 Hemelvaart 21-05-2009 t/m 22-05-2009 Pinksteren 01-06-2009 Zomervakantie 13-07-2009 t/m 21-08-2009 Sinterklaas 5 december ’s middags vrij Zoals u al heeft kunnen lezen inde Steveninfo van juniwijken zowel de herfstvakantie als de voorjaarsvakantie af van het advies van het ministerie van OCW. 8.2 Extra verlof (regels en maatregelen bij schoolverzuim) We vinden het belangrijk dat alle kinderen de lessen zoveel mogelijk volgen. Een eerste vereiste om (al dan niet ongeoorloofd) schoolverzuim te voorkomen is een goede registratie van al het verzuim. De leerkrachten houden dagelijks bij welke kinderen er absent zijn en wat hiervan de reden is: ziekte, verlof, ongeoorloofd afwezig, afwezig. Deze absentieregistratie geschiedt per dagdeel op maandstaten, die aan het eind van de maand door de directie worden gecontroleerd. Zodoende ontstaat een goed beeld, ook op langere termijn, van het verzuim van elke individuele leerling. Wij houden op school de afwezigheid van de leerlingen nauwkeurig bij. Ongeoorloofd schoolverzuim wordt doorgegeven aan de leerplichtambtenaar en kan tot vervolging en geldboete leiden. Alleen indien er sprake is van gewichtige omstandigheden, zoals ernstige ziekte of overlijden van familieleden, huwelijk van familie, verhuizing kan uw kind vrij krijgen. Wanneer u meent recht te hebben op extra verlof voor uw kind dient u dit altijd aan te vragen bij de directie van de school, die de aanvraag zal behandelen volgens de richtlijnen van de Dienst Stedelijk Onderwijs (DSO) van november 1994. U wordt verzocht de school in kennis te stellen van elke vorm van verzuim. Wanneer de school geen bericht van verzuim heeft ontvangen wordt u telefonisch benaderd. Mocht dat niet lukken dan wordt u na drie dagen schriftelijk benaderd door de directie van de school met het verzoek de school zo spoedig mogelijk op de hoogte te brengen van de aard van het verzuim, waarbij ook gewezen wordt op de plicht van de directie om de leerplichtambtenaar op de hoogte te stellen van eventueel ongeoorloofd verzuim. Ook wanneer een kind vaak ziek is, zal dat voor ons een aanleiding zijn om een gesprek met u aan te gaan teneinde te trachten het verzuim zoveel mogelijk te beperken.
8.3 Bijzondere activiteiten voor kinderen Omdat een school niet alleen een instelling is om kennis te vergaren, maar omdat je daar ook iets moet leren over samenwerken en over hoe de wereld eruit ziet, willen we elk schooljaar een aantal activiteiten te organiseren: zoals een sportdag, deelname aan korfbaltoernooien, bezoek aan diergaarde Blijdorp, excursies naar musea, de kinderboerderij, een schoolreis of werkweek (groep 7) 8.4 Schooltuin In groep 6 krijgen de kinderen speciale lessen gericht op de schooltuin. Eerst in de klas, maar in het voorjaar krijgen ze zelf een eigen stukje grond waar ze van alles op gaan verbouwen: van tomaten tot sterrenkers en van bloemen tot aardappelen. Leuk en zeer leerzaam! De tuinlessen worden op vrijdagmiddag gegeven voor groep 7. Groep 6 gaat vanaf maart tot de zomervakantie wekelijks naar de schooltuin. Op dit moment is de dag nog niet bekend. Het is de bedoeling dat uw kind dan kleding draagt waarvan het niet erg is dat het vuil wordt. Wanneer de kinderen in groep 7 zitten gaan ze tot de herfstvakantie nog naar de schooltuin. 8.5
Data
Rapporten: Omdat we van mening zijn dat rapporten in de eerste plaats bedoeld zijn om ouders te informeren over de vorderingen van hun kind(eren), worden de rapporten van de leerlingen van de groepen 3 t/m 8 aan de ouders uitgereikt. We zijn dan meteen in de gelegenheid het rapport met u te bespreken. De eerste rapportbespreking zal in november( 24 en 25 november) plaatsvinden en de tweede in maart.(30 maart en 31 maart) Aan het laatste rapport, dat u in juli tegemoet kunt zien, zal geen officiële bespreking worden verbonden. Voor de kleutergroepen geldt, dat u zult worden uitgenodigd voor een vorderingengesprek. Aan het eind van het schooljaar worden er dan nog gesprekken gevoerd met de ouders van de oudste kleuters. Als het niet zeker is of uw kind kan doorstromen naar groep 3 wordt dit natuurlijk al in een eerder stadium met u besproken. Schoolreis: Over de datum en de bestemming van de schoolreis wordt u via de Steveninfo nog nader geïnformeerd Werkweek: Ieder schooljaar gaat groep 7 op werkweek. Dit schooljaar gaat de reis naar Leersum. De werkweek staat gepland van 09-02-09 tot en met 13-02-09 Afscheid groep 8:
Groep 8 zal aan het eind van het jaar afscheid nemen van de basisschool. Dit "vieren" we onder andere met een speciale schoolreis en met een afscheidsavond.(gepland op woensdagavond 1 juli 2009)
8.6 Steveninfo Via de Steveninfo,de nieuwsbrief voor onze ouders,wordt u regelmatig op de hoogte gehouden van belangrijke data en gebeurtenissen. 8.7 Website Ook onze vernieuwde website geeft U informatie over onze school en de diverse activiteiten die wij voor onze kinderen organiseren. Indien U de informatie via onze Steveninfo’s hebt gemist, kunt u deze altijd weer opzoeken via onze website. Ook heeft de website diverse links waardoor U de mogelijkheid wordt geboden uitgebreide informatie op te zoeken.
9. BEWEGINGSONDERWIJS EN ZWEMONDERWIJS 9.1 Bewegingsonderwijs De kinderen van groep 3 t/m 8 krijgen op vaste tijden bewegingsonderwijs. De lessen worden op verschillende dagen gegeven. Op woensdag krijgen de groepen 5 en 6 les, op donderdagmorgen de groepen 3 en 4 en op donderdagmiddag de groepen 7 en 8. De kleutergroepen hebben op dinsdag en vrijdagochtend gym.. Wilt U ervoor zorgen dat de kleuters; kleding en schoenen dragen die ze gemakkelijk zelf kunnen aan- of uittrekken We vinden het niet hygiënisch als de kinderen in hun dagelijkse kleding gymmen en stellen daarom het dragen van gymkleding verplicht, d.w.z. een turnpakje of een T-shirt met sportbroekje. Ook is het dragen van schoenen tijdens deze lessen verplicht i.v.m. de hygiëne (blote voeten ! kans op voetschimmel, wratten etc.) “Straatschoenen” zijn niet toegestaan net als schoenen met zwarte zolen. Geef uw kind dus schone sport- of gymschoenen mee en een handdoek. Het dragen van kettingen en andere sieraden tijdens de bewegingsles is niet toegestaan i.v.m. gevaar voor zichzelf en/of anderen. Het is dus verstandig deze sieraden thuis te laten. Als de kinderen geen gymkleding bij zich hebben mogen ze niet deelnemen aan de les. 9.2 Zwemmen Groep 5 en 6 gaan zwemmen De kinderen worden vervoerd per bus. De zwemlessen worden gegeven in het Sportfondsenbad bij het Zuidplein. Voor de groepen 5 is de zwemles op donderdagmorgen van 11.00-11.30 uur Voor de groepen 6 is de zwemles op maandagmorgen van 11.00-11.30 uur . De kinderen zijn op de zwemochtend een kwartiertje later uit.Dit kwartier wordt in de loop van het jaar gecompenseerd door vier vrije vrijdagmiddagen: op 07-11-2008,16-012009,13-03-2009,12-06-2009 Vergeet niet uw kind zwemkleding en een handdoek mee te geven. Indien uw kind niet in staat is om aan de zwem- of gymles deel te nemen, wordt u verzocht uw kind een schriftelijke verklaring mee te geven. Als uw kind structureel niet mee kan doen aan deze lessen op medische gronden,wordt u vriendelijk verzocht een doktersverklaring te overleggen.
10. GELDZAKEN 10.1 Ouderbijdragen Voor de bedragen van de vrijwillige ouderbijdrage verwijzen wij naar de brief en de overeenkomst die u aan het begin van het cursusjaar ontvangt.Uit deze in beginsel vrijwillige bijdrage worden een aantal zaken bekostigd die niet onder de reguliere vergoeding van het ministerie vallen, zoals: - een scholieren ongevallenverzekering - een abonnement bij de Stichting voor Kunstzinnige Vorming Rotterdam (SKVR) - sportactiviteiten zoals korfbal, voetbal, avondvierdaagse enz. - excursies, schoolreizen en werkweken - cadeautjes met Sinterklaas - Kerstfeest, Paasfeest - materiaal bij schooltelevisielessen Omdat in groep 7 een werkweek wordt georganiseerd en groep 8 een speciale schoolreis maakt zijn de bedragen voor die groepen hoger dan voor de andere groepen. Betaling uitsluitend door middel van een acceptgiro die u via school ontvangt. U kunt desgewenst in twee termijnen betalen. Indien u om een of andere reden problemen heeft met de betaling, neemt u dan a.u.b. contact op met de directie. Indien u verzuimt te betalen is het niet mogelijk om uw kind aan alle activiteiten, zoals de schoolreis, te laten deelnemen. Mocht u afhankelijk zijn van een uitkering dan kan in bepaalde gevallen de ouderbijdrage betaald worden door de uitkeringsinstantie. 10.2 Zending Omdat onze school een Christelijke school is, trachten wij het werk in de Derde Wereld te ondersteunen met een financiële bijdrage. De bijdrage gaat naar Unicef 10.3
Kosten overblijven. Zie hoofdstuk 7.5
10.4 Sponsoring Bij sponsoring hanteren wij de volgende uitgangspunten: Concreet houdt dit in: * de erkenning dat sponsoring een tweezijdige relatie inhoudt, waarin de school een aantrekkelijke, zelfstandige partner wenst te zijn; * dat sponsoring verenigbaar moet zijn met de pedagogisch/didactische taak en doelstelling van de school; * dat sponsoring niet in strijd mag zijn met het onderwijsaanbod en de kwalitatieve eisen die een school aan het onderwijs stelt; * dat sponsoring in overeenstemming moet zijn met de goede smaak en het fatsoen; * dat sponsoring de onderwijsinhoud en/of de continuïteit van het onderwijs niet mag beïnvloeden; * dat sponsoring geen schade mag berokkenen aan de geestelijke en/of lichamelijke gesteldheid van leerlingen; * dat sponsoring geen aantasting mag betekenen van de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs, de scholen en de daarbij betrokkenen. De school voert een passief beleid ten aanzien van het fenomeen sponsoring.
11. DE RESULTATEN VAN HET ONDERWIJS De resultaten van ons onderwijs en de onderwijsprocessen die tot deze resultaten leiden zijn voortdurend onder onze aandacht. Als de resultaten daartoe aanleiding geven zal het onderwijs moeten worden bijgesteld. Onze school wordt ook bezocht door de inspecteur. In februari 2001 is er is er een integraal schooltoezicht geweest. Hiervan is een rapport opgesteld. De aanbevelingen en conclusies van dit rapport vormen het uitgangspunt voor het beleid van onze school. U heeft al kunnen lezen dat wij startten met het project Delta Plus dat geheel aansluit bij dit rapport. De IST rapporten kunt u overigens op het internet opzoeken en lezen. Op 13 maart 2003 is er een beknopt jaarlijks onderzoek uitgevoerd door de inspectie. In het kort waren de conclusies van als volgt: 1.Ontwikkelingen die van invloed zijn op de kwaliteit van het onderwijs. De school werkt gericht en ambitieus aan kwaliteitsverbetering. Prioriteiten voor verbetering zijn vastgelegd en gepland en de effecten van de ondernomen activiteiten worden vastgesteld en geëvalueerd. Aandachtspunt is de verduidelijking van de samenhang tussen de verschillende verbeteractiviteiten en verdere concretisering van de doelstellingen. Het Deltaplus project, waarover u in hoofdstuk 6.4 al heeft gelezen biedt hiervoor een stevig fundament. 2. De resultaten van het onderwijs liggen op of rond het niveau dat verwacht mag worden. 3. Schooldocumenten. De schoolgids moet op enkele punten worden verbeterd. In juni 2004 vond een schriftelijk onderzoek plaats. Uit dit schriftelijk onderzoek kwam naar voren dat : • Het schoolplan op bepaalde onderdelen herschreven dient te worden. • De resultaten van het onderwijs op of rond het niveau liggen dat verwacht mag worden op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie. • De leerlingen zich ontwikkelen naar verwachting. Op 20 september 2005 kregen wij wederom inspectiebezoek. Het betrof een jaarlijks onderzoek waarbij het vooral ging om de indicatoren kwaliteitszorg en resultaten. De inspectie was van mening dat de Steven Stemerdingschool op systematische wijze werkt aan de verbetering van de kwaliteit van haar onderwijs. De resultaten aan het einde van de schoolperiode liggen op het te verwachten niveau. Dit oordeel is gebaseerd op de goede resultaten in 2003 en 2004. In 2005 blijven de resultaten achter bij het niveau van vergelijkbare scholen. Wanneer rekening gehouden wordt met de leerlingen die op leerwegondersteunend onderwijs of praktijkonderwijs zijn aangewezen blijkt dit resultaat al snel richting landelijk gemiddelde of zelfs iets daarboven uit te komen. De resultaten gedurende de schoolperiode liggen eveneens op het te verwachten niveau. Het is wel van belang technisch lezen in groep 4 en rekenen en wiskunde en begrijpend lezen in groep 6 goed in de gaten te houden. In september 2006 vond een onaangekondigd schoolbezoek van schoolinspectieplaats. Hoewel wij erg verheugd waren omtrent het oordeel van inspectie, waren wij blij met de aanbevelingen die de inspectie ons gaf. U kunt overigens al onze schoolrapporten terug lezen op de website van de schoolinspectie (www.onderwijsinspectie.nl)
. In hoofdstuk 4.2 heeft u al kunnen lezen hoe wij de ontwikkeling van de kinderen in onze school volgen. Het meten en registreren van die ontwikkeling is een middel om het onderwijs zoveel mogelijk op de kinderen af te stemmen. Regelmatig vinden op school leerlingbesprekingen plaats, waarin de ontwikkelingen van kinderen besproken worden. Als het nodig is wordt besloten of kinderen een aangepast programma moeten volgen voor een gedeelte van de leerstof of bijvoorbeeld extra instructie nodig hebben van de remedial teacher. Door de resultaten van de afgenomen toetsen te evalueren kunnen wij - indien nodigons onderwijs bij stellen. Dit gebeurt onder andere door het opstellen van een groepsplan om bijvoorbeeld onderwerp(en) nog eens verder uit te diepen. Zoals al eerder aangegeven zijn de CITO toetsen, die in groep 7 en 8 worden afgenomen (de entreetoetsen en de eindtoets) ook goede instrumenten om zicht te krijgen op de sterke en zwakke kanten van het werk van de kinderen. Het geeft een goed beeld van de onderdelen die op schoolniveau moeten worden aangepakt. Zo waren we niet helemaal tevreden over de resultaten van het begrijpend lezen. In het schooljaar 2003 – 2004 is er dan ook een nieuwe methode begrijpend lezen ingevoerd. Wij hebben verschillende bijeenkomsten gehouden met het team over het vak begrijpend lezen. Er zijn afspraken gemaakt over het gebruik van strategieën , groepsplannen en het gebruik van Nieuwsbegrip. Ook het onderdeel woordenschat is een bron van zorg. Wij hebben over dit onderwerp een aantal bijeenkomsten gehouden en afspraken gemaakt op schoolniveau over het aanbieden van woorden. Verder hebben wij ook een beroep gedaan op alle ouders om ook thuis activiteiten te ondernemen om de woordenschat van uw kind te laten toenemen. Op de informatieavond hoort u hier meer over. In het cursusjaar 2008-2009 wordt de intensieve aanpak van de taalontwikkeling( vanuit het project Delta Plus waarover u eerder heeft kunnen lezen.)gecontinueerd. In groep 8 maken de leerlingen de bekende Cito eindtoets. De citotoets wordt dit jaar afgenomen op 3,4 en 5 februari. Deze toets meet de prestaties van ieder kind in taal, rekenen en informatieverwerking. De Cito eindtoets kent een zogenaamde standaardscore toe. Deze score geeft aan hoe de eindtoets zich op schoolniveau verhoudt tot het landelijk gemiddelde. Op de tabel hieronder ziet u hoe de gemiddelde score was van onze school in 2001 t/m 2008. Dit getal zegt echter niets over het traject dat een kind op school heeft doorlopen. Een kind dat start met een ontwikkelingsachterstand kan met een betrekkelijk lage eindscore toch een grote ontwikkeling hebben doorgemaakt. Het weergeven van resultaten is opzichzelf dus nietszeggend. De resultaten die behaald worden, zijn behalve de kwaliteit van onderwijs ook afhankelijk van andere factoren zoals intelligentie, specifieke leerproblemen zoals dyslexie, de betrokkenheid van het kind enzovoort De leerlingen van groep 8 stroomden afgelopen cursusjaar door naar de volgende scholen voor middelbaar en voortgezet onderwijs:
Gymnasium VWO+
3 leerlingen 1 leerling
Atheneum HAVO/VWO HAVO / VMBO Theoretische leerweg VMBO theoretisch leerweg VMBO gemengde leerweg VMBO LWOO
1 leerling 6 leerlingen 5 leerlingen 1 leerling 1 leerling 4 leerlingen
12. REGELS Wij vinden het belangrijk dat er duidelijke regels en afspraken zijn. Dit komt de rust en de regelmaat in de school ten goede. Het is de bedoeling dat iedereen zich aan de regels houdt. Niet alleen de kinderen maar ook de leerkrachten en de ouders, kortom iedereen die zich in de school bevindt. De taakgroep regels en afspraken van de Steven Stemerdingschool is in het schooljaar 2004-2005 begonnen met het opstellen van ‘nieuwe’ regels voor onze school. Oude regels waren vergeten, verwaterd of in een groot pakket van regels verdwenen. Met behulp van ouders, leerkrachten en leerlingen hebben wij de nieuwe regels opgesteld. De regels zijn verdeeld in categorieën die wij kapstokken noemen. Daarbij zijn ook 8 platen gemaakt. Op deze platen staat het mannetje Steven Stemerding centraal. In het schooljaar 2005- 2006 zijn deze regels in de klassen ingevoerd. Deze gelden voor leerlingen, leerkrachten en ouders. In de komende schooljaren blijft de school eraan werken de regels en afspraken levendig te houden. Regels Steven Stemerding. 4 kapstokken. Aardig 1. ik pas op mijn woorden 2. ik houd mijn handen thuis 3. ik ben beleefd tegen iedereen Ik 1. ik doe mijn best 2. ik ben eerlijk 3. eerst denk ik, dan doe ik Spullen 1. ik ben voorzichtig 2. ik ruim goed op 3. ik vraag eerst en leen daarna School 1. ik ben binnen rustig 2. ik houd me aan de afspraken (beloofd is beloofd) 3. ik praat Nederlands De regels gelden voor: leerlingen ouders leerkrachten medewerkers van de school
Binnen ben ik rustig dan doe ik
Ik doe mijn best Nederlands
Eerst vraag ik en dan leen ik
Ik hou mijn handen thuis
Eerst denk ik en
Ik spreek
Ik let op mijn woorden
Ik ruim goed op
Verjaardagen kinderen Bij het vieren van een verjaardag mogen de kinderen hun groepsgenoten trakteren. Ook worden de kinderen in de gelegenheid gesteld om zich door andere leerkrachten te laten feliciteren. Het is niet de bedoeling dat individuele kinderen in andere groepen worden getrakteerd. Dit zou voor de andere kinderen een teleurstelling zijn en bovendien komt het de rust in de school niet ten goede.
Snoepen Snoepen onder schooltijd is niet toegestaan, dus ook niet op het plein en ook niet op de overblijfclub. Snoepen mag alleen bij het vieren van een verjaardag in de klas. Schoolmateriaal Het is de bedoeling dat de kinderen zorgvuldig omgaan met het schoolmateriaal. Vulpennen, linialen enzovoort worden eenmalig verstrekt. Als de materialen zoekraken of beschadigen kan het voorkomen dat er een vergoeding gevraagd wordt. Verboden -
te hollen door de gangen kaplaarzen te dragen in de lokalen te fietsen op het schoolplein (geldt voor jong en oud) messen, vuurwerk, lucifers of ander gevaarlijk materiaal mee naar school te nemen kinderwagens e.d. mee te nemen in het lokaal honden mee te nemen in het gebouw en op het schoolplein
-
alles wat thuis ook niet mag
Mobiele telefoons kunnen bij uitzondering worden meegenomen, maar mogen niet aanstaan tijdens de lessen. Roken In het gebouw en op het schoolplein is het verboden om te roken. Kledingvoorschriften De basisschool Steven Stemerding is vrij om kledingvoorschriften voor te schrijven. Er zijn wel voorwaarden waaraan de school moet voldoen : • De voorschriften mogen niet discriminerend zijn; van discriminatie is sprake als er onderscheid wordt gemaakt op grond van godsdienst of levensovertuigende, politieke gezindheid, ras, geslacht, nationaliteit, seksuele geaardheid of burgerlijke staat. • De voorschriften mogen de vrijheid van meningsuiting niet aantasten. • De voorschriften moeten worden opgenomen in de schoolgids.
•
De maatregelen op het overtreden van een kledingvoorschrift mogen niet evenredig zwaar zijn.
1. Kledingvoorschriften van de Steven Stemerdingschool die de vrijheid van godsdienst raken gelden voor alle personen die zich in de school bevinden. Een hoofdbedekking dragen op grond van godsdienst mag, tenzij er sprake is van een objectieve rechtvaardiging. Daarmee bedoelen we dat een hoofdbedekking niet : • de onderlinge communicatie mag verhinderen tussen leerkrachten, stagiaires en leerlingen. • het vaststellen van de identiteit onmogelijk maakt van de personen die zich in de school bevinden. • een gevaar vormt tijdens de lessen lichamelijke oefening/ zwemles door verstikking. Indien dat het geval is, doet de persoon in kwestie niet mee aan de lessen lichamelijke oefening/ zwemles of moet hij/ zij zorg dragen voor een niet gevaar opleverende hoofdbedekking. 2. Kledingvoorschriften van de Steven Stemerdingschool die de vrijheid van meningsuiting raken, gelden voor alle personen die zich in de school bevinden en die met hun kleding laten zien dat zij zich identificeren met bepaalde (politieke) ideeën. Het verbieden van zulke kleding kan in de Grondwet gewaarborgde vrijheid van meningsuiting aantasten. De basisschool Steven Stemerding verbiedt zulke kleding wel , indien deze kleding leidt tot wanordelijkheden. De perso(o)nen in kwestie wordt verzocht passende kleding te dragen.
3. Kledingvoorschriften van de basisschool die niet de vrijheid van meningsuiting of godsdienst raken : • de Steven Stemerdingschool verbiedt het dragen van (baseball)petjes. • de Steven Stemerdingschool verbiedt het dragen van aanstootgevende kleding. • de Steven Stemerdingschool verbiedt het dragen van sieraden die tijdens de lessen bewegingsonderwijs/ zwemles een gevaar vormen voor verstikking of lichamelijk letsel voor de persoon in kwestie of voor derden . Foto’s. Vaak maken wij foto’s bij allerlei evenementen en feesten op school. Deze foto’s kunnen ook op onze website geplaatst worden. Als u niet wilt dat er foto’s waar uw kind opstaat gebruikt worden dan verzoeken wij u ons dit mede te delen.
13. NAMEN EN ADRESSEN Directeur Adjunct-directeur leerkracht groep 1/2a leerkracht groep 1/2 b
leerkracht groep 1/2 e leerkracht groep 3 a leerkracht groep 3 b
De heer A.A. Langerak a.i. Mevr. A. de Ronde- Renkema Mevr. L Hoorn-den Braber Mevr. I .Laban /mevrouw M. Baars Mevr T.Lock Mevr. R. Pegels – Korperaal/Mevr. M. Dakkus Mevrouw H. Verkleij Mevr. L. Zwijgers Mevr. M. van Beusekom
leerkracht groep 4 a leerkracht groep 4 b leerkracht groep 5
Mevr. C.Huigens Mevr. G.Zaalblok Mevr. Buitendijk/ Mevr. J. Maas
leerkracht groep 6 a
Mevr. Akkerhuis – de Vries, Mevr. J. van Krimpen-van der Werff Mevr.S.Bouwman/ Mevr. A. van Rossum-Loendersloot
leerkracht groep 1/2c leerkracht groep 1/2d
Leerkracht groep 6b leerkracht groep 7a leerkracht groep 7b leerkracht groep 8 vakleerkracht bewegingsonderwijs remedial teachers Peuterspeelzaal: Hoofd voorschool Voorschoolleidster Voorschoolleidster. Onderwijsassistenten.
Mevrouw L. van der Holst Mevrouw C. Steehouwer Mevr. J. de Jong vacature Mevr. R. Akkerhuis -de Vries Mevr. J. Bezemer Mevr. A. Schotte_ Slingerland Mevr. K. v/d Geer Mevr E.A. van der Heiden-van der Hek Mevr. A. Winklaar Mevr.S. de Vreede-van Helden Mevrouw M.Dakkus
schoolmaatschappelijk werkster computerlessen op donderdag conciërge administratie
Mevr.M.de Jong-van Hennip Mevr. Y. Landheer-Sterkman Mevr. M.E. Pleyte Mevr. M.Coenen
Ouderconsulente
Mevr. H. Piri
Er zijn op onze school verschillende leerkrachten die naast het lesgeven nog andere taken hebben.
Er zijn ook een drietal bouwcoördinatoren: • De onderbouw wordt gecoördineerd door mevrouw T. Lock • De middenbouw coördinator is mevrouw J.Maas • De coördinator bovenbouw is mevrouw C. Steehouwer et werkoverleg vindt plaats in de vorm van bouwvergaderingen. De interne begeleidster van de onderbouw is Mevr. A. van Rossum-Loendersloot. De interne begeleidster van de bovenbouw is Mevr. A. de Ronde. De ICT coördinator is mevrouw Y. Landheer Peuterspeelzaal Het Zonnehoekje /dagelijkse leiding: Mw A. Schotte Slingeplein 10 (gevestigd in de Steven Stemerdingschool) Postbus 53047 3008 HA Rotterdam Tel. : 010-210 05 54 SchoolbestuurStichting PCBO Elzendaal 15 3075 LS Rotterdam Tel. : 010-419 13 00 Externe instanties: Inspectie van het Onderwijs
[email protected] www.onderwijsinspectie. nl Vragen over onderwijs:0800-8051(gratis) Klachtmeldingen over seksuele intimidatie,seksueel misbruik,ernstig psychisch of fysiek geweld:meldpunt vertrouwensinspecteurs 0900-111 3 111(lokaal tarief) Schoolbegeleidingsdienst Centrum Educatieve Dienstverlening (CED) Postbus 9639 3009 AP Rotterdam Tel. : 010-407 15 99 Klachtencommissie Landelijke Klachtencommissie Postbus 907 2270 AX Voorburg Schoolarts Mevrouw S. Naimie Twentestraat 50 3083 BD Rotterdam Tel:010-4106263