Handleiding voor subsidie-aanvragen Dr. H.A. van Geuns Stichting Inleiding De statutaire doelstelling van de Dr. H.A. van Geuns Stichting luidt: "De bevordering van het behoud van kennis en ervaring op het gebied van de epidemiologie en bestrijding van tuberculose, in het bijzonder door het ondersteunen van de opleiding en (na-)scholing van sociaal-geneeskundigen tuberculosebestrijding en sociaal-verpleegkundigen tuberculosebestrijding, alles in de ruimste zin." Deze formulering is bewust ruim gesteld om toekomstige ontwikkelingen niet op voorhand uit te sluiten. Conform de oprichtingsnotitie d.d. 8 oktober 1991 luidde de werkopdracht van de stichting "Het bevorderen van de opleiding van sociaal-geneeskundigen tuberculosebestrijding". In het bijzonder stelt de stichting aan GGD'en financiële middelen ter beschikking die het mogelijk maken de arts-tuberculosebestrijding in het kader van zijn/haar sociaal-geneeskundige opleiding de stage longziekten te laten volgen. Met ingang van 1 januari 2001 luidt de werkopdracht "Het bevorderen van de opleiding van sociaal-geneeskundigen tuberculosebestrijding*)". In het bijzonder stelt de stichting aan GGD'en financiële middelen ter beschikking die het mogelijk maken de arts-tuberculosebestrijding in het kader van zijn/haar sociaal-geneeskundige opleiding, zoals vastgesteld door de beroepsgroep, de stage longziekten te laten volgen. Daarnaast stelt de stichting financiële middelen ter beschikking voor een deel van de kosten om de arts-tuberculosebestrijding de module terugkom-/toetsdagen, zoals vastgesteld door de beroepsgroep, te laten volgen, alsmede de bij- en nascholingsdagen te laten bijwonen, conform de (her)registratie-eisen, zoals eveneens vastgesteld door de beroepsgroep. Wie komen er voor subsidie in aanmerking? - GGD'en die een arts-tuberculosebestrijding in dienst hebben die, in het kader van zijn/haar opleiding sociale geneeskunde tuberculosebestrijding conform de opleidingseisen zoals vastgesteld door de beroepsgroep, (nog) een stage longziekten moet volgen. - GGD'en die een arts-tuberculosebestrijding in dienst hebben die, in het kader van zijn/haar opleiding sociale geneeskunde tuberculosebestrijding, de module terugkom-/toetsdagen moet volgen conform de opleidingseisen zoals vastgesteld door de beroepsgroep. - GGD'en die een arts-tuberculosebestrijding in dienst hebben die, (mede) in het kader van de herregistratie, de jaarlijks door de beroepsgroep te organiseren bij- en nascholingsdagen moet volgen conform de (her)registratie-eisen zoals vastgesteld door de beroepsgroep. Algemene voorwaarden voor subsidietoekenning 1. De aanvragende GGD dient per 1 januari 2001 te zijn aangesloten bij de Dr. H.A. van Geuns Stichting en voor een periode van 5 jaar de vastgestelde bijdrage op basis van 0,00227 eurocent (indexering) per inwoner per jaar binnen 3 maanden na factuurdatum te betalen. Bij nalatigheid van betaling kan het stichtingsbestuur besluiten dat de betrokken GGD niet (meer) in aanmerking komt voor enige uitkering, zonder enige verrekening van eerder betaalde deelnamegelden. 2. De GGD die voorziet in de jaarlijkse dotatie aan de Dr. H.A. van Geuns Stichting verzorgt de subsidie-aanvraag. Toelichting: GGD'en die indirect (dat wil zeggen samen met een naburige GGD) participeren in de Dr. H.A. van Geuns Stichting, kunnen niet zelf een aanvraag indienen. Hun aanvraag loopt via de andere GGD. *) Per 1 november 2000 is de titel van de sociaal-geneeskundige gewijzigd. De formele en wettelijk
beschermde titel luidt sindsdien: arts maatschappij en gezondheid. In afwachting van verdere ontwikkelingen, mede ten gevolge van het starten van een vierjarige opleiding tot arts maatschappij en gezondheid, met diverse uitstroom-profielen, wordt ervoor gekozen vooralsnog de aanduiding sociaal-geneeskundige tuberculosebestrijding te handhaven.
1
I.
Subsidieverlening voor de stage longziekten
1.
Het bestuur van de Dr. H.A. van Geuns Stichting beslist over de ingediende subsidie-aanvraag.
2. De subsidie wordt uitgekeerd in december van het jaar waarin de stage longziekten is beëindigd, nadat schriftelijke bevestiging van de directeur van de betreffende GGD is ontvangen over afronding van de stage. 3. De niet tijdig ingediende aanvragen worden behandeld in het navolgende kalenderjaar. Voorwaarden voor subsidietoekenning voor de stage longziekten 1. Subsidie-aanvragen dienen voor 1 september van elk jaar schriftelijk door de directeur van de GGD bij het bestuur van de stichting te worden ingediend. Een aanvraag moet zijn ingediend alvorens de arts-tuberculosebestrijding zijn/haar opleiding gaat volgen. Toelichting: omdat aanvragen op basis van de begroting worden goedgekeurd kan pas aan het einde van het kalenderjaar over toekenning worden beslist. 2. De schriftelijke aanvraag bevat informatie over de personalia van de betrokken arts, alsmede over de plaats en periode van de stage longziekten in het kader van de opleiding sociaal-geneeskundige tuberculosebestrijding. 3. De aanvragende GGD verklaart zich bereid een verzoek tot (beperkte) detachering van de arts-tuberculosebestrijding van een naburige GGD te honoreren, tenzij er dwingende omstandigheden zijn die dit onmogelijk maken. 4. Nadrukkelijk dient in de aanvraag te worden vermeld of voor het volgen van de stage longziekten elders wel of geen subsidie is aangevraagd, verkregen of toegezegd. De omvang van de elders aangevraagde, verkregen of toegezegde subsidie moet eveneens worden vermeld. Hoogte van de subsidie voor de stage longziekten 1. Voor de stage longziekten is de hoogte van de subsidie maximaal en nominaal (1992) € 22.689,01 (ƒ 50.000,--) Dit bedrag wordt op basis van de begroting jaarlijks geïndexeerd. Eén en ander naar het oordeel van het stichtingsbestuur. Het bestuur tracht hierbij de jaarlijkse inflatie voor het looncomponent gemeenteambtenaren te volgen. 2. De norm is gesteld op één arts-tuberculosebestrijding met een volledig dienstverband op 550.000 inwoners, bij 15,6 miljoen inwoners en 29 full-time artsen-tuberculosebestrijding in 1998. Voor de vier grote steden (Amsterdam, Rotterdam, Utrecht, Den Haag) en in andere situaties waarin de incidentie 2-3 maal boven het landelijk gemiddelde ligt, wordt een individuele afweging gemaakt, toegesneden op de lokale situatie. Bij de vaststelling van de hoogte van het subsidiebedrag wordt met de volgende factoren rekening gehouden: -
Een tijdsbesteding ten behoeve van de tuberculosebestrijding van 50% (rekeninghoudend met inwonertal) of meer geeft recht op een maximale vergoeding.
-
Indien de tijdsbesteding ten behoeve van de tuberculosebestrijding minder dan 50% (rekeninghoudend met inwonertal) bedraagt, dan wordt op de maximale vergoeding een korting toegepast naar rato. Toelichting: een tijdsbesteding ten behoeve van de tuberculosebestrijding van minder dan 50% is veelal ondoelmatig en om inhoudelijke redenen ongewenst. Een korting naar rato betekent: dienstverband 40% korting 40% dienstverband 30% korting 60%
2
dienstverband 20%
3.
korting 80%
-
Indien de arts tevens (tuberculose-)werkzaamheden verricht voor een GGD die niet participeert in het werk van de stichting, wordt naar rato van het aantal inwoners van de niet-participerende GGD een korting toegepast. Voorbeeld: het totale werkgebied telt 550.000 inwoners. Het werkgebied van de niet-deelnemende GGD bedraagt 220.000 inwoners. De korting bedraagt 2/5 x 100% = 40%.
-
Indien binnen 4 jaar na datum van toekenning van een subsidie voor dezelfde formatieplaats wederom een subsidie-aanvraag wordt ingediend (bijvoorbeeld wegens vertrek van de arts-tuberculosebestrijding) wordt een korting toegepast op de maximale subsidie volgens onderstaande tabel: aanvraag binnen 1 jaar: korting € 18.151,21 (ƒ 40.000,--) aanvraag binnen 2 jaar: korting € 13.613,41 (ƒ 30.000,--) aanvraag binnen 3 jaar: korting € 9.075,60 (ƒ 20.000,--) aanvraag binnen 4 jaar: korting € 4.537,80 (ƒ 10.000,--) Bovenstaande korting is niet van toepassing bij overmacht en indien de arts in dienst treedt van een andere GGD en daar als arts-tuberculosebestrijding functioneert of elders in de wereld actief blijft in de tuberculosebestrijding.
-
Subsidies voor het volgen van de stage longziekten die door andere instanties zijn toegekend, kunnen door het bestuur in mindering worden gebracht op de toe te kennen subsidie. Indien in een bepaald jaar de aanvragen de beschikbare middelen, zoals begroot, overschrijden, zal het bestuur trachten extra fondsen te werven. Blijft dit zonder resultaat en kan ook in redelijkheid geen voorschot op de toekomst worden genomen, dan beslist het bestuur over een aangepaste vergoeding. Indien in enig jaar nadien de vergoeding aan aanvragende GGD'en lager uitvalt dan begroot, kan het bestuur in principe besluiten het verschil te verrekenen met GGD'en die in enig voorgaand jaar een lagere vergoeding kregen zoals bedoeld in deze bepaling.
Regeling bij voortijdige beëindiging van het dienstverband In principe kan een GGD één maal per vier jaar voor subsidie voor de stage longziekten in aanmerking komen. NB. De GGD wordt geadviseerd ten aanzien van voortijdige beëindiging van het dienstverband van de betrokken arts-tuberculosebestrijding een regeling te treffen voor het terugbetalen door de arts van de kosten van de opleiding aan de GGD, zodat de eerder vermelde korting opgevangen is. II. Subsidieverlening voor de module terugkom-/toetsdagen 1.
Het bestuur van de Dr. H.A. van Geuns Stichting beslist over de ingediende subsidie-aanvraag.
2.
De subsidie wordt uitgekeerd in december van het jaar waarin de module terugkom-/toetsdagen is gevolgd. De niet tijdig ingediende aanvragen worden behandeld in het navolgende kalenderjaar.
3.
4. Ook artsen-tuberculosebestrijding in opleiding die de stage longziekten niet (hoeven te) doen, komen in aanmerking voor de subsidie voor de module terugkom-/toetsdagen. Voorwaarden voor subsidieverlening voor de module terugkom-/toetsdagen 1.
Subsidie-aanvragen dienen voor 1 september van elk jaar schriftelijk door de directeur van de GGD bij het bestuur van de stichting te worden ingediend.
3
2. 3.
De schriftelijke aanvraag bevat informatie over de personalia van de betrokken arts. De module terugkom-/toetsdagen vindt alleen plaats bij een minimale deelname van twee artsen-tuberculosebestrijding in opleiding.
Hoogte van de subsidie voor de module terugkom-/toetsdagen (m.i.v. 01-01-2001) Voor de terugkom-/toetsdagen, te organiseren door de KNCV, stelt het bestuur van de stichting jaarlijks in zijn najaarsvergadering op basis van het werkelijke aantal deelnemers van de afgelopen 12 maanden het te subsidiëren bedrag per GGD vast. 1.
Voor de module terugkom-/toetsdagen is de hoogte van de subsidie jaarlijks maximaal voor alle GGD'en samen 6.806,70 (ƒ 15.000,--) (te indexeren). Toelichting: Onderstaande tabel geeft een overzicht van de per GGD uit te keren bedragen: deelname van 2 artsen € 3.403,35 (ƒ 7.500,--) per jaar deelname van 3 artsen € 2.268,90 (ƒ 5.000,--) per jaar deelname van 4 artsen € 1,701,68 (ƒ 3.750,--) per jaar deelname van 5 artsen € 1.361,34 (ƒ 3.000,--) per jaar deelname van 6 artsen € 1.134,45 (ƒ 2.500,--) per jaar deelname van 7 artsen € 973,36 (ƒ 2.145,--) per jaar deelname van 8 artsen € 850,84 (ƒ 1.875,--) per jaar deelname van 9 artsen € 755,54 (ƒ 1.665,--) per jaar deelname van 10 artsen € 680,67 (ƒ 1.500,--) per jaar
2.
De subsidie-uitkering geschiedt rechtstreeks aan de betreffende GGD.
NB. Ook GGD'en, die reeds subsidie hebben ontvangen in het kader van de stage longziekten voor hun arts-tuberculosebestrijding in opleiding, kunnen apart een subsidie-aanvraag voor de module terugkom-/toetsdagen indienen. III. Subsidieverlening voor de bij- en nascholingsdagen 1.
Jaarlijks organiseert de Vereniging van Artsen werkzaam in de Tuberculosebestrijding (VvAwT) in het najaar de bij- en nascholingsdagen. De artsen krijgen voor het bijwonen van de studiedagen studiepunten voor de herregistratie. De kosten voor de studiedagen worden in principe betaald door de betreffende GGD'en. Indien de kosten per deelnemer hoger zijn dan € 226,89 (ƒ 500,--), kan voor het hogere bedrag een aanvraag voor subsidie bij de stichting worden ingediend.
2.
Het bestuur van de Dr. H.A. van Geuns Stichting beslist over de ingediende subsidie-aanvraag.
3.
De subsidie wordt uitgekeerd in december van het jaar waarin de bij- en scholing heeft plaatsgevonden. De niet tijdig ingediende aanvragen worden behandeld in het navolgende kalenderjaar.
4.
Voorwaarden voor subsidietoekenning voor de bij- en nascholingsdagen Met ingang van 1 januari 2001 wordt in het kader van de opleiding arts-tuberculosebestrijding voor activiteiten, zoals bij- en nascholingsdagen, op aanvraag subsidie verstrekt, mits de respectievelijke GGD hiervoor aan de vastgestelde eigen bijdrage heeft voldaan. 1.
Subsidie-aanvragen dienen uiterlijk 1 september van het jaar volgend op het jaar, waarin de bij- en nascholingsdagen zijn bijgewoond, te zijn ingediend.
2.
De schriftelijke aanvraag bevat informatie over de personalia van de betrokken arts.
4
Hoogte van de subsidie voor de bij- en nascholingsdagen 1.
Het maximum te subsidiëren bedrag bedraagt jaarlijks voor alle GGD'en samen € 10.890,73 (ƒ 24.000,--) (te indexeren).
2.
De subsidie-uitkering geschiedt rechtstreeks aan de respectievelijke GGD.
Subsidiëring voor aanvullende activiteiten Maken de middelen die de stichting ter beschikking komen dit mogelijk, dan zal het bestuur overwegen andere opleidingsactiviteiten in het kader van de opleiding arts-tuberculosebestrijding te gaan steunen. De aard van de te subsidiëren opleidingsactiviteit en de hoogte van de daarmee samenhangende subsidie dienen dan te worden vastgesteld. Aldus vastgesteld, gehoord het bestuur van de KNCV d.d. 09-04-2001 en het bestuur van GGD Nederland d.d. 20-04-2001. IV
Subsidieverlening voor regionale, multidisciplinaire deskundigheidsbevordering
1.
Voor alle medewerkers van tbc-afdelingen van GGD’en in een regio kan door de Back-office van die regio een regionale, mulidisciplinaire deskundigheidsbevordering worden georganiseerd, die in de regel een dag of een dagdeel in beslag neemt. Het begrip multidiscipliniar betekent dat de deskundigheidsbevordering is gericht op de gebruikelijke 3 disciplines op een afdeling tbc-bestrijding: medisch-technisch medewerkers, sociaal verpleegkundigen en artsen.
2.
Het bestuur van de Dr. H.A. van Geuns Stichting beslist over de ingediende subsidie-aanvraag.
3. De subsidie wordt uitgekeerd in december van het jaar waarin de regionale multidisciplinaire deskundigheidsbevordering heeft plaatsgevonden. 4. De niet tijdig ingediende aanvragen worden behandeld in het navolgende kalenderjaar.
Voorwaarden voor subsidieverlening voor regionale, multidisciplinaire deskundigheidsbevordering 1 Bijeenkomsten voor regionale, multidisciplinaire deskundigheidsbevordering kunnen hooguit gedurende 3 jaren worden gesubsidieerd. 2 Een bijeenkomst van regionale, multidisciplinaire deskundigheidsbevordering kan 1 x per jaar gesubsidieerd worden. 3 De vergoeding geldt voor de concrete uitgaven op basis van het indienen van facturen en bonnen. 4 De aanvrager dient aan te tonen dat kwaliteitsbewaking heeft plaatsgevonden d.m.v. accreditatie of een andere vorm van externe kwaliteitsbeoordeling.
Hoogte van de subsidie voor de regionale, multidisciplinaire deskundigheidsbevordering 1. Het maximum te subsidieren bedrag bedraagt € 4.000,- per subsidieaanvraag.
5