Handleiding bij het gebruik van GensDataPro-Demo. 1
GensDataPro Demo 2.9
Deze demo versie van GensDataPro functioneert op alle versies van Windows, zowel 32-bits als 64-bits. De demo is 41 MB groot, inclusief de helpfunctie en basishandelingen. De helpfunctie legt alle schermen knop voor knop uit en geeft een uitgebreide lijst met hoe men de meeste handelingen verricht. De basishandelingen geven uitgebreide informatie over het gebruik van GensDataPro. Eigenlijk zijn beiden noodzakelijk om de demo versie goed te kunnen proberen. Een schermpje 'GensDataPro Demo versie' geeft aan waar de demo versie wordt geïnstalleerd. U hoeft hier alleen op 'Start installatie' te klikken en installatie van het programma begint automatisch. U kunt de installatiemap eventueel zelf aanpassen. De demoversie kan bijvoorbeeld op een USB stick worden geïnstalleerd. Hierdoor kan de demo ook op andere PC's worden gebruikt zonder deze hierop te installeren. Houdt u rekening met de volgende belangrijke zaken: De minimum vereiste wat betreft PC is een Pentium 100 MHz met 64 MB intern geheugen. Het programma werkt wel op mindere machines, maar dan gaat het allemaal wel erg traag. Benodigde installatieruimte: 150 MB (plus 41 Mb voor de installatiebestanden). Bij het programma wordt een uitgebreid Oranje bestand geleverd waarmee de demo de eerste keer zal openen. Functionaliteiten: Deze demo is volledig functioneel tot 250 personen inclusief:
Rechtstreeks inlezen van aktegegevens van de WieWasWie documentdetailpagina Rechtstreeks vanuit GensDataPro publiceren van uw genealogische gegevens, inclusief de bijbehorende pasfoto's, bij Genealogie Online zonder hiervoor zelf een GedCom bestand te maken en te versturen
Met een bestandenset van meer dan 250 personen zijn de volgende zaken niet meer mogelijk: Opslaan van de bestandenset (laat u dus niet meeslepen door 500 personen vanuit WieWasWie te plakken) Afdrukken van teksten en figuren Exporteren naar GedCom of Genealogie Online Opstellen van een volledige website met persoonspagina's Uitvoer van parenteel / genealogie/ kwartierstaat en stamreeks naar HTML is beperkt tot 6 generaties. U kunt wel grote bestanden vanuit andere programma's (GD/D90, ProGen) en Gedcom inlezen. Ook het cirkeldiagram blijft onbeperkt bruikbaar. De stadskaarten en landkaarten zijn in deze demo versie niet allemaal aanwezig en op zeer lage resolutie (grof). Onnodig te zeggen dat deze niet representatief zijn voor de versie die u ontvangt op Cd-rom bij aanschaf van het programma. Ze geven echter wel een goed beeld van hoe u spreidingen in kaart en adressen in een stadskaart kunt registreren en uitvoeren. Overgang van Demo naar geregistreerde versie. Als u, na het uitproberen met deze demo-versie, besluit om het volledige pakket (programma CD met gedrukte Basishandleiding) te kopen kunt u met de in de demo ingevoerde gegevens verder. U moet dan in de demo een back-up op b.v. een memorystick maken (inclusief eventueel dossier) en deze back-up in de geregistreerde versie weer inlezen. De-installeren: De demo kunt u verwijderen door met 'Deze Computer' of 'Windows Verkenner' in C:\ de map GDPdemo te verwijderen. Wij wensen u veel plezier met deze demo versie. Het GensData Serviceteam. Handleiding GensDataPro-Demo
1
2
Installatie
Bij het begin van de installatie verschijnt een scherm waar de plaats van de map staat aangegeven.
Na Start installatie volgt een mededeling:
Na OK volgt het hoofdvenster met het voorbeeldbestand ‘Oranje’.
Het is nuttig allereerst (in het kort) uitleg te geven over de diverse delen van dit scherm, daarna zal het invoeren van gegevens besproken worden. Overal in het programma zijn helpteksten oproepbaar voor meer informatie.
Handleiding GensDataPro-Demo
2
3 3.1
Algemeen Opstarten programma
Tijdens de installatie van het programma zijn er snelkoppelingen gemaakt in het “Startmenu” en op het bureaublad. Door op een snelkoppeling te klikken wordt het programma gestart. Er verschijnt kortstondig een venstertje met het versienummer van het programma. Bij de eerste keer opstarten van het programma zal het Oranje bestand geopend worden. (Onderstaand scherm is zichtbaar als op de tab Figuur is gedrukt).
Voor een beter begrip van het programma is het aan te raden eerst dit hoofdstuk 3 in zijn geheel door te lezen. Wilt u toch meteen uw gegevens invoeren, ga dan verder met hoofdstuk 4 “Invoer personen en relaties”. 3.2
Indeling hoofdvenster
In het hoofdvenster zijn de volgende delen te onderscheiden: a. Titelbalk b. Menubalk c. Knoppenbalken d. Linker en rechter weergavevenster e. Inhoud van de huidige bestandenset verdeeld over vijf of negen tabbladen f. Horizontale schuifbalk g. Statusbalk Onder de statusbalk is de Windows-taakbalk zichtbaar met o.a. het menu “Start”. Handleiding GensDataPro-Demo
3
Titelbalk Menubalk Knoppenbalken Linker en rechter weergavevenster
Inhoud van huidige bestandenset
Horizontale schuifbalk Statusbalk
a.
Titelbalk
Op de titelbalk staat welke demoversie van GensDataPro wordt gebruikt. Tevens is de naam en de locatie van de gebruikte bestandenset aangegeven. b.
Menubalk
Op de menubalk staan de namen van de keuzelijsten “Bestand”, “Bewerkhandelingen”, “Combinatiehandelingen”, “Dossierhandelingen”, “Figuurhandelingen”, “Beeld”, “Opties”, “Uitvoer” en “Help”. Door op de naam te klikken ontrolt zich de lijst met de mogelijke handelingen. Is de tekst grijs, dan is deze handeling op dit moment niet uit te voeren. Menu “Bestand” In dit menu bevinden zich alle handelingen die te maken hebben met de bestandenset. Menu “Bewerkhandelingen” In dit menu bevinden zich alle handelingen die te maken hebben met het invoeren en bewerken van gegevens. Menu “Combinatiehandelingen” In dit menu bevinden zich alle handelingen die te maken hebben met het met elkaar combineren van reeds ingevoerde personen. Menu “Dossierhandelingen” In dit menu bevinden zich alle handelingen die te maken hebben met het samenstellen en bewerken van dossiers. Menu “Figuurhandelingen” In dit menu bevinden zich alle handelingen die te maken hebben met het samenstellen en bewerken van geneagrammen. Menu “Beeld” In dit menu bevinden zich alle handelingen die te maken hebben met hoe en welke vensters de gebruiker ziet. Menu “Opties” In dit menu bevinden zich alle handelingen die te maken hebben met het beheer en de controle van de bestandenset. Menu “Uitvoer” In dit menu bevinden zich alle handelingen die te maken hebben met de uitvoer van hoofdzakelijk tekstuele documenten van de geselecteerde persoon of relatie. Menu “Help” In dit menu bevind zich de toegang tot de helpfuncties van het programma. Handleiding GensDataPro-Demo
4
c.
Knoppenbalken
Door de cursor op de knoppen van de bovenste knoppenbalk te zetten verschijnt een omschrijving van de functie van deze knop. Deze functie is ook terug te vinden in één van de keuzelijsten in de menubalk. Deze knoppen activeren handelingen die betrekking hebben op het maken en weergeven van geneagrammen. ‘Figuurtekst’-veld. De tekst hierin kan, als optie, in het geneagram-blokje worden getoond. Dit veldje kan ook worden gebruikt voor een korte aanduiding van de persoon of om aan te geven bij welke familie hij/zij behoort. Knop voor het inlezen van gegevens van WieWasWie (zie ook Help-Help bij inlezen WieWasWie bronnen) Deze knop roept het selectievenster op. Dit kan ook met
+ Q of via menu “Beeld” - “Selectiescherm”. Deze knop activeert het zoekvenster. Dit kan ook met + F of via menu “Bewerkhandelingen” - “Zoek een persoon”. Met deze knop komt u rechtstreeks in het instellingenvenster. Met deze knop verwisselt u de ‘inhoud’ van het rechter en linker weergavevenster
of
Deze twee knoppen wisselen elkaar af. Wanneer u op de linker knop klikt, verschijnt steeds rechts een overzicht van de relatie(s) en de kinderen van de persoon links. Met de rechter knop zet u deze “kinderen-en-relatiesrechts”-weergave uit.
Met deze knop ververst u de dossiertabel. Met deze knoppen kunnen geneagrammen gekopieerd worden. Deze zijn alleen zichtbaar indien met geneagrammen wordt gewerkt. Met deze knop worden de aangebrachte wijzigingen opgeslagen. Deze knop wordt zwart wanneer er iets gewijzigd is. De knop wordt weer grijs nadat de gegevens zijn opgeslagen. GensDataPro werkt altijd met kopieën van de oorspronkelijke bestanden. Alleen bij het opslaan worden de kopieën over de originele bestanden heen gezet. De tweede rij bevat de knoppen “Vorige”, “Volgende” en “Bewerk”. Met deze twee knoppen kunt u eerder in dit venster getoonde gegevens oproepen. Hiermee of met komt u in het bewerkvenster van de in het venster getoonde gegevens.
Handleiding GensDataPro-Demo
5
d.
Linker en rechter weergavevenster
In het linker en rechter weergavevenster worden de gegevens van een persoon, een relatie of een ander onderdeel van de bestandenset getoond. Het linker van deze twee vensters is te allen tijde het actieve venster. Op deze persoon, relatie (of iets anders) kunt u bewerkingen uitvoeren of kan de uitvoer worden samengesteld. De blauwe regels in beide vensters zijn klikbaar. Wanneer met de linker muisknop op de (blauwe) naam van een persoon (een relatie of een plaats) wordt geklikt, verschijnen de gegevens van de betrokken persoon (relatie of plaats) in het linker venster. Het klikken is vergelijkbaar met de blauwe klikbare teksten (hyperlinks) van internet. Klikt men met de rechter muisknop op een anders gekleurde (hier blauwe) naam of relatie in het linker venster, dan verschijnen de gegevens van die persoon of relatie in het rechter venster en omgekeerd. Het opmerkingenveld behorende bij een persoon is zichtbaar te maken via de optie “Opmerkingenveld in beeld” van het tabblad “Bewerkopties” bij “Bewerkhandelingen” - “Instellingen”. e.
Inhoud van de huidige bestandenset
Aan de onderzijde van het scherm wordt in tabelvorm de inhoud van de huidige bestandenset getoond. Standaard is deze onderverdeeld in vier tabellen (“Personen”, “Relaties”, “Opmerkingen” en “Eigen {of Centraal} plaatsbestand”) die door het aanklikken van de desbetreffende tabs worden geopend. Via het vijfde tabblad “Figuur” kunt u werken met geneagrammen. Als met de linker muisknop op een van de regels in de tabellen (“Personen”, “Relaties”, “Opmerkingen” of “Eigen {of Centraal} plaatsbestand”) wordt geklikt, verschijnt de informatie in het linker venster. Als met de rechter muisknop wordt geklikt, komt deze in het rechter venster. Als de Uitgebreide mode niet geactiveerd is, zijn er vijf tabbladen. Bij de Uitgebreide mode komen er vijf tabbladen bij (zie verder bij Uitgebreide mode, hoofdstuk 3-5). f.
Horizontale schuifbalk
Om de rechtsgelegen kolommen van de inhoud van de bestandenset te kunnen lezen moet de schuifbalk worden gebruikt. Handleiding GensDataPro-Demo
6
g.
Statusbalk
Op de statusbalk is af te lezen hoeveel personen, relaties, opmerkingen, plaatsnamen er zijn en hoe de systeembelasting is. Wanneer er iets is gewijzigd in een van de drie hoofdbestanden (personen, relaties of opmerkingen), staat er een sterretje bij het aantal personen. Is er iets veranderd in het plaatsbestand, dan staat er een sterretje bij het aantal plaatsen. Zo'n sterretje suggereert dat u moet opslaan vóór u afsluit, tenminste als u de gemaakte wijzigingen wilt behouden. 3.3
Instellingen
Tijdens de installatie zijn er een groot aantal instellingen op een standaard waarde ingesteld. Deze waarden zijn zo gekozen dat een groot aantal genealogen dit goede instellingen vinden, maar smaken verschillen. Mocht u dit willen aanpassen, dan kan dit door in het submenu “Bewerkhandelingen” op “Instellingen” te klikken. U kunt ook op de knop
klikken.
U krijgt dan het venster “Instellingen” met negen tabs waar het een en ander kan worden ingesteld of gekozen.
Tabblad Figuur Hier kunnen instellingen die met het figuur (geneagram) te maken hebben, worden gekozen of ingesteld. In de linker kolom kunt u de eigenschappen van de geneagramblokjes aanpassen. In de rechter kolom geeft u aan wat er in de blokjes wordt weergegeven. U kunt hier de kleur behorende bij man, vrouw of geslacht onbekend aangeven door in het kleurvakje te klikken. Op eenzelfde manier kunt u de kleur van het weergavevenster bepalen wanneer hier gegevens staan van een relatie, een bron of een object. Voor meer informatie klikt u op de helpknop in dit tabblad. Tabblad Rapportage Hier kunnen instellingen die met de rapportage te maken hebben, worden gekozen of ingesteld. Voor meer informatie klikt u op de helpknop in dit tabblad. Tabblad Aannames Hier kunnen parameters die met aannames te maken hebben, worden ingesteld. De leeftijden worden gebruikt voor een aantal waarschuwingen bij ‘onmogelijke’ invoergegevens en voor het berekenen van datumgrenzen die binnen het programma gebruikt worden. Voor meer informatie klikt u op de helpknop in dit tabblad. Tabblad Bewerkopties Hier kunnen instellingen die met het gebruik van het programma te maken hebben, worden aangepast aan de persoonlijke wensen van de gebruiker. Voor meer informatie klikt u op de helpknop in dit tabblad. Tabblad Afkortingen Hier worden de voorvoegsels aangegeven die deel uitmaken van de familienaam of van plaatsnamen. Deze voorvoegsels kunt u zelf aanvullen. Tevens geeft u hier aan hoe u de plaatsnamen in de uitvoer vermeldt wilt zien. Ook de vermelding van de persoonsnamen in het geneagram, in het weergave-venster en in het kwartierblad is hier naar wens in te stellen. Bij “Sneltoetsen voor opmerkingen” kunt u tekst invoeren die dan bij
Handleiding GensDataPro-Demo
7
de opmerkingen door de aangeduide toetscombinatie ( + cijfer) wordt ingevoerd (geplakt). Voor meer informatie klikt u op de helpknop in dit tabblad. Tabblad Uitvoertaal In dit tabblad wordt aangegeven hoe de in het programma gebruikte woorden en begrippen (kolom “Omschrijving”) in de uitvoer worden weergegeven. Dit kunt u zelf aanpassen en opslaan onder een eigen naam. U kunt ook kiezen voor een andere taal of zelf een eigen taal toevoegen. Voor meer informatie klikt u op de helpknop in dit tabblad. De standaard in het programma aanwezige gezindten en huwelijkssoorten vindt u onder de desbetreffende knoppen. U kunt zelf gezindten en huwelijkssoorten toevoegen. In de kolom “afkorting” mag u maximaal twee karakters invullen. Voor meer informatie klikt op de helpknop in deze tabbladen. Tabblad Mappen In dit tabblad kunt u specificeren waar u uw bestanden en instellingen wilt bewaren. Voor meer informatie klikt u op de helpknop in dit tabblad. Met de knoppen rechts van de invoer-velden (met drie stippen) kunt u naar een gewenste map (directory) bladeren. Een klik hierop doet het map-selectievenster openen. Hier kunt u, indien u dit wenst omdat u beperkte ruimte hebt op de C-schijf, aangeven dat de data (GensDataPro (*.GD2)) op een andere schijf in een map (D:\GDP2data) opgeslagen moeten worden. Het is af te raden om de locatie van de “Basis map” (c:\gdpdemo\data) en de map “Kaarten” (c:\gdpdemo\data\kaarten) te wijzigen omdat anders het programma niet goed meer zal functioneren. Voor de “Persoonskaart” en het “Gezinsblad” kan gekozen worden uit de beschikbare sjablonen door op de knop met de drie puntjes te klikken en dan een keus te maken. Tabblad Web In dit tabblad worden instellingen vastgelegd voor het maken van HTML-uitvoer. Voor meer informatie klikt u op de helpknop in dit tabblad. Uitgebreide informatie over het maken van HTML-uitvoer en websites vindt u in de helptekst Basishandelingen. Tabblad Persoonlijk In dit tabblad kunt u uw personalia invullen. De NAW-gegevens en het e-mailadres worden overgenomen in de door u aangemaakte Gedcom-bestanden. Uw Outlook Express-instellingen worden door GensDataPro zelf gevonden. Ze worden gebruikt om vanuit het programma e-mails te kunnen versturen. Voor meer informatie klikt u op de helpknop in dit tabblad. Tabblad RTF uitvoer In dit tabblad kunt u de RTF uitvoer van hoofdtekst, bronnen en index specificeren die, zonder extra instellingen in uw tekstverwerker, geprint kan worden of gebruikt kan worden voor het maken van een boekwerk. 3.4
Plaatsbestand (eigen of centraal)
Binnen GensDataPro kan een eigen plaatsbestand worden opgebouwd door met een leeg plaatsbestand te beginnen. Men kan ook gebruik maken van het meegeleverde (centraal) plaatsbestand (centraal0plt) dat circa 4800 plaatsen in Nederland bevat. Het voordeel van een leeg te beginnen eigen plaatsbestand is dat het kleiner is. Het bevat immers alleen plaatsen die u zelf hebt ingevoerd. Hierdoor is het vaak eenvoudiger om het (gemakkelijk te onthouden) plaatsnummer in te vullen in plaats van de naam te gaan typen. De kans op typefouten bij nieuw in te voeren plaatsnamen is wat groter. Handleiding GensDataPro-Demo
8
Het voordeel om met het meegeleverde plaatsbestand te beginnen is dat veel plaatsen reeds aanwezig zijn. Bij het invullen van de plaatsnaam zal, door het typen te beginnen, vanzelf de juiste plaatsnaam verschijnen. De kans op typefouten is hierdoor kleiner. In het meegeleverde plaatsbestand zijn alle plaatsen reeds voorzien van coördinaten, waardoor het mogelijk wordt plaatsen in een (te kiezen) kaart te plotten en zodoende inzicht te krijgen in de geografische spreiding van personen. Zelf toegevoegde plaatsen zijn eenvoudig te voorzien van de juiste plaatscoördinaten. U kunt er ook voor kiezen om het meegeleverde plaatsbestand (centraal plaatsbestand) echt als centraal plaatsbestand te gebruiken, waarbij uw bestandenset geen eigen plaatsbestand bezit. Hierdoor hebt u de mogelijkheid om bij meerdere bestandensets hetzelfde plaatsbestand te gebruiken. 3.5
Uitgebreide mode
GensDataPro heeft de mogelijkheid om gegevens over bronnen, activiteiten en objecten in te voeren.
Men kan achter elkaar een serie bronnen invoeren en die direct, of achteraf, toewijzen aan personen. Men kan een bron toewijzen aan een persoon of alleen aan een specifieke gebeurtenis (zoals geboorte) van de persoon of van de relatie. Een bron kan aan oneindig veel personen worden toegewezen en elke persoon kan aan oneindig veel bronnen worden gekoppeld. Men kan aan personen iedere gewenste activiteit toevoegen. Hebben meerdere gebeurtenissen een gemeenschappelijk gegeven, dan is er de mogelijkheid dit gemeenschappelijke gegeven apart te beschouwen (object). Ook kan men personen onderling koppelen via een activiteit. Een bijzondere activiteit vormen de ‘getuigenissen’ waardoor getuigen gekoppeld worden aan de betrokken personen. Met deze mogelijkheden krijgt men een inzicht in de samenhang tussen personen. U hebt de keuze om al dan niet gebruik te maken van bovenstaande mogelijkheden door het in- of uitschakelen van de “Uitgebreide mode”. Maakt u hier geen gebruik van, dan zijn deze mogelijkheden volledig afgeschermd. Na de installatie en de eerste keer starten van het programma is de “Uitgebreide mode” standaard ingeschakeld. Handleiding GensDataPro-Demo
9
De “Uitgebreide mode” is eenvoudig te de-activeren door in het menu "Opties" op “Uitgebreide mode” te klikken. Het menu verdwijnt weliswaar maar wanneer u "Opties" weer aanklikt, ziet u dat het vinkje voor " Uitgebreide mode " is verdwenen. Door op dit vinkje te klikken wordt de “Uitgebreide mode” weer ingeschakeld. U kunt te allen tijde de “Uitgebreide mode” in- en uitschakelen. Er gaan geen gegevens verloren. Als de “Uitgebreide mode” is ingeschakeld, zijn er naast de vijf bekende tabjes "Personen”, “Relaties”, “Opmerkingen”, “eigen {of centraal} plaatsbestand” en “Figuur", vijf nieuwe tabjes: “Activiteiten”, “Objecten”, “Bronnen”, Bronkoppelingen” en “Dossier”.
Bij het menu “Bewerkhandelingen” zijn opties zichtbaar die betrekking hebben op het werken met activiteiten, objecten en bronnen. Het werken met de “Uitgebreide mode” wordt niet besproken in deze basishandleiding. Zie hiervoor de helpfunctie in GensDataPro.
Handleiding GensDataPro-Demo
10
4
Invoer personen en relaties
Bij de eerste keer starten van het programma zal het bestand Oranje geopend worden. Hier kunt u om te oefenen nog personen gaan toevoegen of u begint via ‘Bestand’ met een ‘Nieuwe stamboom’.
Als eerste wordt gevraagd de nieuwe stamboom een naam (max. 20 tekens) te geven.
Na het invoeren van de naam van de (nieuwe) bestandenset moet deze worden opgeslagen d.m.v. de knop ‘Opslaan’.
Daarna verschijnt een venster waar voor de eerste persoon (nummer is 2!) gegevens kunnen worden ingevoerd. Zie voor meer informatie over dit scherm de beschikbare help.
Na invullen en ‘Akkoord (F7)’ volgt een scherm met de gegevens van deze persoon in het linker (actieve) weergave scherm.
Handleiding GensDataPro-Demo
11
Aanvullingen of wijzigingen kunnen d.m.v. de knop ‘Bewerk (F6)’ gedaan worden.
Via menu ‘Bewerkhandelingen’ kan aan dit persoon een relatie (ouder, partner of kind) gekoppeld worden. We kiezen hier voor ‘Voeg ouder toe (F4)’.
Hierna verschijnt een persoonsbewerkscherm waar de familienaam al is ingevuld. Dit kan, indien onjuist, verandert worden.
Na invullen en ‘Akkoord (F7)’ volgt een scherm met de gegevens van Jan in het linker weergave scherm waarbij de gegevens van de zojuist ingevoerde ouder is toegevoegd.
Wij gaan via menu “Bewerkhandelingen” de moeder van Jan toevoegen.
Handleiding GensDataPro-Demo
12
Hierna verschijnt weer een persoonsbewerkscherm.
Na invullen en ‘Akkoord (F7)’ volgt een scherm dat, omdat er nu een relatie gemaakt is tussen de vader en moeder van Jan, kan worden ingevuld.
Na invullen en ‘Akkoord (F7)’ volgt een scherm met de gegevens van Jan in het linker weergave scherm waarbij nu ook de gegevens van de zojuist ingevoerde moeder is toegevoegd.
Vergeet niet regelmatig de ingevoerde gegevens op te slaan door te klikken bv. op de floppy-knop (rechts).
Handleiding GensDataPro-Demo
13
Door het aanwijzen van een persoon uit de persoonstabel komt deze in het actieve (linker) weergave scherm en kan op deze persoon een nieuwe koppeling toegevoegd worden.
Analoog kan dit op met relatie gedaan worden, dan een relatie in de relatietabel aanwijzen.
Op deze manier kunnen kinderen uit deze relatie worden toegevoegd.
Klikken op de tab “Figuur” laat het geneagram zien. Als op een persoon of op een relatielijn geklikt wordt dan verschijnt deze persoon of relatie weer in het linker weergavescherm.
Gebruik voor meer uitleg de beschikbare Help.
5
Overgang van Demo naar geregistreerde versie.
Als u, na het uitproberen met deze demo-versie, besluit om het volledige pakket (programma CD met gedrukte Basishandleiding) te kopen kunt u met de in de demo ingevoerde gegevens verder. U moet dan in de demoversie een back-up op b.v. een USB-geheugenstick maken (inclusief eventueel dossier) en deze back-up in de geregistreerde versie weer inlezen. Handleiding GensDataPro-Demo
14
5.1
Maken van een back-up
Binnen GensDataPro is het mogelijk om een back-up van een bestandenset te maken. Dit kan zonder of met alle dossiers (inclusief foto’s, documenten, e.d.). Alle bestanden worden ‘ingepakt’ in één bestand met extensie: .gdz. In het menu “Bestand” kan bij de optie “Back-ups” gekozen worden voor “naar floppydisk (excl. dossier)” of “naar map (mogelijk incl. dossier)”. We moeten hier kiezen: Back-up naar map Als gekozen wordt voor “naar map (mogelijk incl. dossier)”, volgt, mits er een dossier is, een venster met de vraag of u dit “inclusief dossier” wilt doen.
Na de keus “Ja” of “Nee” volgt een venster waar de naam en de locatie kan worden opgegeven of geaccepteerd. De back-ups worden standaard opgeslagen in de GensDataPro-map “GDZ”.
Indien u dit wilt wijzigen, bijvoorbeeld naar een USB-geheugenstick, kunt u op het pijltje naast het “Opslaan in:”-veld klikken en de juiste locatie kiezen (hier SANDISK 64 (G).
Na “Opslaan” wordt de back-up weggeschreven en volgt de mededeling dat deze inderdaad is opgeslagen.
5.2
Back-up terugzetten in de geregistreerde versie van GensDataPro.
De eerder gemaakte back-up van een bestandenset kan desgewenst weer worden ingelezen in het programma. Er kan een keus worden gemaakt uit: “Back-up vanaf diskette terugplaatsen” of “Back-up vanuit map terugplaatsen”. We moeten nu kiezen voor: “Back-up vanuit map terugplaatsen”. Het vervolg van de handelingen is uitgebreid beschreven in de bij de geregistreerde versie van GensDataPro geleverde Basishandleiding. Handleiding GensDataPro-Demo
15
Inhoudsopgave 1
GensDataPro Demo 2.9 ................................................................................................................... 1
2
Installatie .......................................................................................................................................... 2
3
Algemeen ......................................................................................................................................... 3 3.1
Opstarten programma ............................................................................................................. 3
3.2
Indeling hoofdvenster .............................................................................................................. 3
a.
Titelbalk ................................................................................................................................... 4
b.
Menubalk ................................................................................................................................. 4
c.
Knoppenbalken........................................................................................................................ 5
d.
Linker en rechter weergavevenster ......................................................................................... 6
e.
Inhoud van de huidige bestandenset ...................................................................................... 6
f.
Horizontale schuifbalk ............................................................................................................. 6
g.
Statusbalk ................................................................................................................................ 7
3.3
Instellingen .............................................................................................................................. 7
3.4
Plaatsbestand (eigen of centraal) ............................................................................................ 8
3.5
Uitgebreide mode .................................................................................................................... 9
4
Invoer personen en relaties............................................................................................................ 11
5
Overgang van Demo naar geregistreerde versie. .......................................................................... 14 5.1
Maken van een back-up ........................................................................................................ 15
5.2
Back-up terugzetten in de geregistreerde versie van GensDataPro. .................................... 15
Handleiding GensDataPro-Demo
16